Voor een stabiele koers
Verkiezingsprogramma 2010 – 2014
Gemeenteraadsverkiezingen D.V. 24 november 2010
1.
SGP: Voor een stabiele koers ........................................................................ 4
2
Bestuurlijk perspectief ................................................................................... 5
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10 3.11 4. 4.1 4.2 4.3 4.4 5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11 5.12 5.13 5.14 6. 6.1 6.2 6.3 7.
HERINDELING ................................................................................................. 5 BESTUURSCULTUUR ....................................................................................... 6 OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID...................................................................... 6 RAMPENBESTRIJDING ..................................................................................... 6 COMMUNICATIE .............................................................................................. 7 BURGERRAADPLEGING ................................................................................... 7 Het ruimtelijk perspectief ............................................................................... 8 STRUCTUUR- EN BESTEMMINGSPLANNEN .......................................................... 8 VOLKSHUISVESTING ........................................................................................ 8 VERKEER EN VERVOER .................................................................................... 8 GRONDBELEID EN VOORKEURSRECHT GEMEENTEN............................................ 9 PROSTITUTIE .................................................................................................. 9 BEGRAVEN, URNENMUUR EN ASVERSTROOIING ................................................. 9 NATUUR EN OPENBAAR GROEN ...................................................................... 10 AFVALINZAMELING........................................................................................ 10 HONDENPOEP .............................................................................................. 11 RECLAMEBELEID .......................................................................................... 11 VERGUNNINGENBELEID ................................................................................. 11 Economisch perspectief .............................................................................. 11 ALGEMEEN................................................................................................... 11 AGRARISCHE SECTOR ................................................................................... 12 DETAILHANDELSVOORZIENINGEN ................................................................... 12 INDUSTRIE EN TRANSPORT............................................................................. 13 Maatschappelijk perspectief ........................................................................ 13 SAMEN LEVEN IN WOUDENBERG .................................................................... 13 WELZIJN ...................................................................................................... 13 JEUGD- EN JONGERENWERK .......................................................................... 14 PEUTERSPEELZALEN EN KINDEROPVANG ........................................................ 14 OUDERENBELEID .......................................................................................... 15 BIBLIOTHEEK ............................................................................................... 15 CULTUURHUIS .............................................................................................. 15 MONUMENTEN .............................................................................................. 15 RECREATIE EN SPORT ................................................................................... 16 SOCIALE VOORZIENINGEN.............................................................................. 16 LOKALE ARMOEDEBESTRIJDING ..................................................................... 16 MINDER VALIDEN .......................................................................................... 16 VRIJWILLIGERSWERK .................................................................................... 17 ONDERWIJS ................................................................................................. 17 Financieel perspectief .................................................................................. 17 ALGEMEEN................................................................................................... 17 SUBSIDIEBELEID ........................................................................................... 18 RESERVES EN VOORZIENINGEN ...................................................................... 18 Tot slot ........................................................................................................... 19
2
LIJSTTREKKER JAN VAN BENTUM
3
1. SGP: Voor een stabiele koers Beste Woudenbergers, Op D.V. woensdag 24 november worden er verkiezingen gehouden. Wij hopen dat u gaat stemmen. Het is de moeite waard uw stem te laten horen. Omdat het gaat om zaken die juist voor u van belang zijn. Het gaat om úw leefomgeving, om úw veiligheid, om voldoende voorzieningen voor iedereen, om goede wegen en fietspaden en – niet in de laatste plaats – gaat het ook om een aanvaardbaar belastingniveau. Voor deze en andere zaken wil de SGP zich inzetten. De SGP wil dit doen vanuit een bepaalde visie. Samengevat komt die visie erop neer, dat er bij het besturen van de gemeente aandacht geschonken wordt aan waarden en normen. Dit is de belangrijkste basisvoorwaarde voor een goed samenleven van burgers. Waarden en normen zijn het cement van onze samenleving. De SGP ontleent haar waarden en normen aan de Bijbel. De Bijbel is het Woord van God onze Schepper, een Boodschap voor alle mensen. In de Bijbel wordt een aantal richtlijnen gegeven voor het dagelijks leven, die de tien geboden genoemd worden en als het ware een christelijk politiek programma in een notendop vormen. Dat programma heeft het welzijn van iedereen op het oog, iedere burger heeft er een plaats in. Kortom, een programma dat naar onze vaste overtuiging voorwaarde vormt voor de kwaliteit van onze gemeente. Voor een goed functioneren van het gemeentebestuur is het volgens de SGP van belang dat de overheid betrouwbaar, geloofwaardig, maar ook herkenbaar en transparant is. De SGP vindt dat niet zomaar. In haar visie is de overheid ingesteld door God om alles in deze maatschappij in goede banen te leiden. Treffend wordt dat in de Bijbel weergegeven wanneer de oorsprong van de overheid beschreven wordt: de overheid is er ‘u ten goede’. En omdat het gemeentebestuur een instelling van God is, hecht de SGP sterk aan het openen en sluiten van de raadsvergaderingen met een gebed tot God, het ambtsgebed. Om haar taken uit te kunnen voeren, moet de overheid met voldoende middelen uitgerust worden. Dat betekent echter tegelijkertijd dat er op de overheid een belangrijke verantwoordelijkheid rust. De overheid mag van de burger vragen zich aan de regels te houden die zijn vastgesteld, maar de overheid moet zelf ook het goede voorbeeld geven. De overheid moet zichzelf aan die regels houden! Een overheid moet consequent zijn en ook wel eens ‘nee’ durven zeggen tegen een burger of burgers. Dat alles komt de betrouwbaarheid en de geloofwaardigheid van de overheid ten goede. De burger moet staat kunnen maken op de overheid. Daarbij moet u een stabiele koers van de overheid niet verwarren met een starre koers. Het handelen van de overheid moet ook redelijk zijn en uit te leggen aan de burgers. De SGP wil naar u luisteren Raadsleden moeten met beide benen in de maatschappij staan. Ook de komende vier jaren wil de SGP nauwe contacten onderhouden met burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijven. Door deze opstelling naar alle burgers toe willen de vertegenwoordigers van de SGP in de gemeenteraad hun taak als volksvertegenwoordiger waar maken. De SGP komt naar u toe, maar uiteraard mag ook iedereen naar de SGP toe komen met vragen en wensen. Het gaat D.V. woensdag 24 november om de kwaliteit van úw gemeentebestuur. Ú moet zich als burger thuis voelen in onze gemeente. Hiervoor wil de SGP zich dan ook inzetten de komende jaren. Niet alleen, maar samen met u.
4
2 Bestuurlijk perspectief 2.1 Herindeling Als gemeenteraad hebben we ons unaniem uitgesproken voor een herindeling met Scherpenzeel en Renswoude. Voor ons als SGP zijn er meerdere argumenten waarom wij er mee ingestemd hebben. Wij herkennen in Scherpenzeel en Renswoude gemeenten die een soortgelijke identiteit en karakter hebben als Woudenberg. Het zijn typische plattelandsgemeenten. Ook qua omvang en samenstelling zien we veel overeenkomsten. Bovendien is er in beide gemeenten, sprake van een christelijke identiteit die doorwerkt in het openbare leven. Gemeenten om ons heen worden groter en het is niet uitgesloten dat herindeling in de toekomst opgelegd zal worden. Dan kunnen we geen zelfstandige keuze meer maken. We hopen dat ook Renswoude het inzicht zal gaan delen dat een herindeling met onze gemeente een goede keuze voor de toekomst is. En dat zowel de Tweede Kamer als de Eerste Kamer een positieve beslissing zullen nemen ten aanzien van de herindeling. Als dat zo is, dan zal de nieuwe gemeente op 1 januari 2012 een feit zijn. Een belangrijk uitgangspunt voor de SGP bij herindeling is, dat de kwaliteit van de dienstverlening op een goed niveau moet blijven en de kosten in de hand gehouden moeten worden. De afstand tussen burger en bestuur mag zeker niet groter worden.
5
2.2 Bestuurscultuur We kennen inmiddels al weer een behoorlijk aantal jaren het duale stelsel. Dat is een prima stelsel als het goed functioneert. Uitgangspunt is dat het college en de gemeenteraad ieder een eigen verantwoordelijkheid hebben. Het college en de raad dienen het gemeenschappelijke belang vanuit een onafhankelijke positie van elkaar. 2.3 Openbare orde en Veiligheid De openbare orde en veiligheid binnen onze gemeente zijn niet vanzelfsprekend. Ze staan of vallen met duidelijke regels, voldoende blauw op straat en adequate hulpdiensten. Het is aan de politie om de regels te handhaven. Daarom vinden we het belangrijk dat de politiepost binnen onze gemeente operationeel blijft en dat de BOA niet verdwijnt. Integraal veiligheidsbeleid dient hoog op de agenda te blijven staan. De vorming van Veiligheidsregio Utrecht (VRU) is zo goed als een feit. Voor de gemeenteraad is het de taak er voor te zorgen dat de regionalisering er niet toe zal leiden dat de gemeente Woudenberg ondersneeuwt bij de problemen van de grotere gemeenten en steden. Er moet nauwlettend toezicht worden gehouden op de handhaving van de norm aanrijtijden.
Het Nieuwjaarsnachtfeest wordt bij ongewijzigd beleid gecontinueerd. Dat betekent dat het feest in 2012 ook zondagnacht gehouden zal worden. Dat maakt het voor de SGP onoverkomelijk om in te stemmen met subsidieverlening voor dit feest. 2.4 Rampenbestrijding Bij rampenbestrijding staan de volgende kernpunten centraal: organisatie, bestuurlijke samenwerking (ook de intergemeentelijke samenwerking), inventarisatie en analyse van risico’s, planvorming, opleiding, oefening en toezicht.
6
Belangrijk is dat de gemeentelijke rampenbestrijding als het ware ‘tussen de oren’ zit. De afstemming tussen de hulporganisaties onderling vergt intensieve oefening om adequaat in te kunnen grijpen wanneer er sprake is van een ramp. Een integrale oefening zou jaarlijks herhaald moeten worden. Bij intergemeentelijke samenwerking wordt één burgemeester aangewezen die de regionale aanpak van rampen coördineert.
2.5 Communicatie Het is belangrijk dat het gemeentebestuur zijn beleid vroegtijdig toelicht en openstaat voor kritische kanttekeningen. Voorlichting aan de gemeenteraad en aan de burgers is van belang voor de democratie in de lokale gemeenschap. De toepassing en invloed van de informatie- en communicatietechnologie (ICT) gaat steeds verder. Deze ontwikkeling is niet altijd toe te juichen; evenmin biedt ze altijd een oplossing voor communicatieproblemen. Aan de andere kant is het wel een ontwikkeling waaraan de gemeente zich niet kan onttrekken. Wel dient rekening gehouden te worden met groepen burgers die geen gebruik willen of kunnen maken van digitale diensten. 2.6 Burgerraadpleging De SGP is geen tegenstander van het burgerinitiatief waardoor burgers, onder voorwaarden, het recht krijgen om bepaalde onderwerpen op de politieke agenda te plaatsen. Daarna moet de gemeenteraad zich daarover uitspreken. Dat ligt anders bij het referendum. Daar is de SGP om principiële en praktische redenen een tegenstander van. Princi7
pieel vanuit onze visie op de overheid, zoals beschreven in hoofdstuk één. Praktisch omdat de gemeenteraad immers door de burgers gekozen is om vier jaar lang de gemeente te besturen. Bovendien zijn zaken soms te complex voor een referendum. In de gemeenteraad worden de belangen tegen elkaar afgewogen en wordt geprobeerd een evenwichtig beleid te formuleren. Naar de mening van de SGP moet de gemeenteraad het laatste woord hebben. De raad moet zijn verantwoordelijkheid (durven) nemen. 3. Het ruimtelijk perspectief 3.1 Structuur- en bestemmingsplannen Het structuurplan en de bestemmingsplannen zijn de afgelopen raadsperiode geactualiseerd en opnieuw vastgesteld. Daarmee is de ruimtelijke ordening voorlopig weer op orde gebracht. 3.2 Volkshuisvesting De directe woonomgeving van iedere burger dient van goede kwaliteit te zijn. Groen, een goede infrastructuur en openbaar vervoer zijn daarbij belangrijk. De SGP vindt het belangrijk dat voor de samenstelling van een nieuwe woonwijk of herstructureringswijk een balans gevonden wordt tussen sociale, middeldure en dure woningen. Volgens de SGP moet daarbij niet alles aan de ‘marktwerking’ worden overgelaten. Voorkomen moet worden dat veel dure koopwoningen ten koste van de sociale (ofwel: betaalbare) woningbouw worden gebouwd. Dat zou het voor starters en éénverdieners nog moeilijker maken een eigen woning te kunnen kopen. Wij willen dat Woudenberg in de periode 2015-2030 qua woningbouw gefaseerd groeit, zodat ook jongeren en starters de gelegenheid krijgen in ons dorp te blijven wonen c.q. de ruimte krijgen. Ook voldoende aanbod van vrije bouwkavels heeft prioriteit. De infrastructuur moet aangepast worden voordat de ongeveer 2.000 woningen waarvoor momenteel (zeer vage) plannen zijn, gebouwd worden. Het is van belang dat de gemeente met corporaties, projectontwikkelaars en bewonersorganisaties om de tafel gaat om een goede afstemming van vraag en aanbod van betaalbare huur en koopwoningen te waarborgen. De vergrijzing van de bevolking neemt toe. Bij de woningbouw moet deze ontwikkeling dan ook heel nadrukkelijk meegenomen worden bij de beleidsvorming. De behoefte aan levensloop bestendige woningen zal toenemen. Bij plannen voor het bouwen of aanpassen van (bestaande) woningen tot woningen waarin meerdere generaties kunnen wonen, verleent de SGP haar steun. Op deze manier is het mogelijk dat kinderen de ouders kunnen verzorgen, wanneer zij niet meer zelfstandig kunnen wonen. De SGP wil ieder bouwplan met meer dan drie bouwlagen apart beoordelen. Meer dan drie bouwlagen is niet op alle plaatsen gewenst. Zeker als we ons dorp een dorp willen laten. 3.3 Verkeer en vervoer De gemeente moet grote aandacht voor de verkeersveiligheid houden. Dit geldt speciaal voor routes die door schoolgaande kinderen en ouderen worden gebruikt. Om de verkeersveiligheid rondom scholen te verbeteren, wordt regelmatig overlegd met de scholen . Duurzaam veilig is een kernwoord van het verkeersveiligheidsbeleid. De komende jaren wordt verdere uitvoering gegeven aan dit concept. Voor het welslagen van het verkeersveiligheidsbeleid is echter meer nodig dan alleen maar infrastructurele (fysieke) maatrege-
8
len. Verkeershandhaving, communicatie, voorlichting en educatie maken ook onderdeel uit van het beleid. De SGP is het eens met het nemen van snelheidsremmende maatregelen in woonwijken en buitengebied. Indien mogelijk verdient het uiteraard de voorkeur om in de 30-km gebieden door de vormgeving en het straatbeeld de streefsnelheid af te dwingen. Op die manier wordt dan voorkomen dat allerlei straatmeubilair, zoals paaltjes, drempels en andere obstakels, geplaatst moeten worden. Met de handhaving van de snelheid staat of valt het beleid. Daarbij kan ook gedacht worden aan optreden tegen dubbel of fout parkeren (op stoepen bijvoorbeeld), waardoor andere verkeersdeelnemers, vooral voetgangers, gehinderd worden. Dit is in de Voorstraat en Dorpsstraat extra van belang. In het centrum dienen er voldoende parkeervoorzieningen te zijn. Dit is voor de winkeliers onontbeerlijk. Ook de verkeerscirculatie en de busroute in het centrum dienen, wat de SGP betreft, volgend jaar geëvalueerd te worden, om te kijken waar de verkeerssituatie in ons dorp nog verbeterd kan worden. Toegankelijkheid en bereikbaarheid zijn belangrijke steekwoorden. Een belangrijk aandachtspunt bij het nemen van snelheidsbeperkende maatregelen of de functiewijziging of afsluiting van wegen zijn de gevolgen daarvan voor de hulpdiensten. Het principe ‘iedere seconde telt’ is voor huisartsen, ambulances, de brandweer en zeker ook voor de burgers zelf van belang. Wanneer bepaalde verkeersmaatregelen (zoals de aanleg van verkeersdrempels) leiden tot te lange aanrijtijden, wordt heel nadrukkelijk naar alternatieven omgezien. De SGP is van mening dat goed onderhoud van de wegen en bermen in de hele gemeente belangrijk is. Dit geldt ook de fiets- en voetpaden. Een goed onderhoud voorkomt tevens dat de gemeente aansprakelijk wordt gesteld voor schade als gevolg van slecht onderhoud. Gemelde gebreken dienen snel gerepareerd te worden. Naast het onderhoud van de wegen en bermen is het schoonhouden daarvan, het hele jaar door, voor de burgers belangrijk. 3.4 Grondbeleid en voorkeursrecht gemeenten De SGP is voorstander van een actief gemeentelijk grondbeleid, wanneer het algemeen belang daarmee gediend is. Het kan daarbij gaan om het bouwen van woningen en het aanleggen van een bedrijventerrein. Wanneer grond aangekocht moet worden van particulieren, is het uitgangspunt dat geprobeerd wordt deze minnelijk (niet gedwongen) te verwerven. Gezien de huidige grondposities van de gemeente en de economische crisis dienen we voorzichtig te zijn met het grondverwerving. 3.5 Prostitutie In de Bijbel worden belangrijke regels gegeven voor het dagelijks leven. Eén van die regels houdt in, dat het huwelijk in ere gehouden moet worden en dat geen overspel gepleegd mag worden. Op tal van plaatsen wordt in de Bijbel opgeroepen tot huwelijkstrouw. Bovendien is prostitutie mensonwaardig. De SGP wijst de vestiging van seksinrichtingen en dergelijke dan ook zonder meer af. 3.6 Begraven, urnenmuur en asverstrooiing Het begraven van onze doden is meer dan een traditie. Het is een kwestie van een christelijke levensstijl. We volgen daarin de Heere Jezus na, Die na Zijn sterven aan het kruis 9
ook begraven is geweest. Daarom dienen onze doden begraven en niet gecremeerd te worden. De gemeente voorziet gelukkig in voldoende en gepaste gelegenheid voor het begraven van de overledenen. De aanleg van een urnenmuur behoort niet tot de taak van het gemeentebestuur. Ten aanzien van de verruiming van de mogelijkheden tot asverstrooiing heeft het gemeentebestuur binnen de wettelijke kaders één locatie voor de incidentele verstrooiing aangewezen. Het eventueel ruimen van graven dient alleen plaats te vinden als ondubbelzinnig is aangetoond dat er gebrek aan ruimte is. De ontruimingsprocedure en het begraafplaatsbeleid dienen zorgvuldig opgezet te worden. 3.7 Natuur en openbaar groen De ontwikkeling van natuurgebieden, deel uitmakend van de ecologische hoofdstructuur, is goed; de agrarische bedrijfsvoering mag daardoor echter niet worden belemmerd. Op vrijwillige basis worden agrariërs betrokken bij het natuur- en landschapsbeheer. Het mooie buitengebied is in de loop der eeuwen door agrarisch beheer tot stand gekomen. Verder dient het openbaar groen in ons dorp er verzorgd uit te zien.
3.8 Afvalinzameling Om te voorkomen dat er steeds meer afval ‘geproduceerd’ wordt, is de SGP een voorstander van het principe ‘de vervuiler betaalt’. Dat betekent: hoe minder afval een burger produceert, des te minder daarvoor betaald moet worden. Het huidige systeem van afvalinzameling werkt ons inziens goed.
10
3.9 Hondenpoep Eén van de zaken waaraan veel burgers zich ergeren is het hondenpoepprobleem. Veel honden worden bijvoorbeeld niet aangelijnd uitgelaten. Daardoor kunnen medeburgers zich niet alleen onveilig voelen, maar ook laten deze viervoeters hun sporen na. Hoewel deze problematiek uiteraard in de eerste plaats een verantwoordelijkheid van de hondenbezitters is, heeft het gemeentebestuur mede een taak om deze bron van ergernis en overlast aan te pakken. 3.10 Reclamebeleid De reclame-uitingen moeten een duidelijke relatie hebben met het bedrijf waarop de reclameaanduiding betrekking heeft. Reclame-uitingen op affiches, driehoeks- en andere reclameborden worden meer en meer opdringerig en shockerend. We zien daarin de erotisering van de samenleving. De SGP vindt dat het de taak van het gemeentebestuur is om, waar mogelijk, begrenzend op te treden. Daarbij is de gemeente vooral aangewezen op privaatrechtelijke instrumenten (bijvoorbeeld het contract). Tenslotte moet vastgesteld reclamebeleid gehandhaafd worden. 3.11 Vergunningenbeleid De SGP streeft naar een adequate behandeling van vergunningaanvragen van burgers en bedrijven.
4. Economisch perspectief 4.1 Algemeen De SGP is voorstander van richting geven aan het eigen economisch perspectief door de gemeente. Bovendien is voor het welslagen van een gemeentelijk economisch beleid lokale en regionale samenwerking van belang. Hierbij kan gedacht worden aan gemeenteoverstijgende vraagstukken; bijvoorbeeld de planning van het vergroten van het huidige bedrijventerrein en het oplossen van infrastructurele knelpunten, zoals we thans op de Stationsweg- Oost kennen. Deze zaken verdienen de aandacht en moeten prioriteit hebben. De SGP wil nadrukkelijk open staan voor de knelpunten die onze ondernemers ervaren op het terrein van de overheid. Het rentmeesterschap, zoals dat in de Bijbel wordt verwoord, is voor de SGP een belangrijk uitgangspunt bij het doordenken van economische vraagstukken. Meer is wat ons betreft niet altijd beter. Ook de kwaliteit is belangrijk. Hecht de SGP dan geen belang aan economische bedrijvigheid? Natuurlijk wel. De SGP vindt het belangrijk dat er voor de ondernemers binnen de gemeentegrenzen een gunstig klimaat heerst. Wij willen ruimte geven voor bedrijven. Juist in deze economisch moeilijke tijden. Het periodieke contact van het gemeentebestuur met de Bedrijvenkring Scherpenzeel Woudenberg, LTO en Door Eendracht Sterk is in dat verband heel nuttig. De rol van de gemeente kan worden samengevat als voorwaardenscheppend, faciliterend, initiërend en (bij)sturend. Voorbeelden van deze rollen zijn het zorgen voor voldoende vestigingsmogelijkheden voor bedrijven, het zorgdragen voor een goede informatievoorziening, dienstverlening aan bedrijven en het stimuleren van startende ondernemers. Wij vinden het teleurstellend dat tijdens de afgelopen raadsperiode de ontwikkeling van bedrijventerreinen in Woudenberg fors stagneerde.
11
De SGP wil de economische bedrijvigheid voor het MKB stimuleren. Bedrijven moeten mogelijkheden krijgen om zich verder te kunnen ontwikkelen en uitbreiden. 4.2 Agrarische sector De agrarische activiteiten in het buitengebied staan onder druk. Het aantal agrariërs dat zijn werkzaamheden beëindigt, neemt toe. Deze ontwikkeling baart zorgen en biedt gelijktijdig kansen. De leefbaarheid en vitaliteit van het landelijke gebied moeten behouden en, waar nodig, verbeterd worden. Een verbreding door nieuwe en passende economische activiteiten, bijvoorbeeld door functieverandering, kan voor sommigen een uitkomst zijn. Het combineren van agrarische activiteiten met het beheer van natuur- en landschapswaarden dient vrijwillig te zijn. De consequenties van dergelijke functieveranderingen of van nieuwe activiteiten moeten echter vooraf goed overwogen worden. De SGP denkt daarbij met name aan de agrarische bedrijven die hun inkomen volledig uit de landbouw halen. Deze mogen nimmer in hun ontwikkelingsmogelijkheden beperkt worden door functieverandering bij hun buren. Extensivering van de landbouw ziet de SGP nadrukkelijk als een natuurdoel. Daaruit volgt dat vrijkomende
agrarische gronden van stoppende boeren voor een zeer groot deel beschikbaar moeten blijven voor de overige agrarische bedrijven. Duidelijk is dat deze benadering evenzeer om een integrale gebiedsgerichte benadering vraagt, waarbij alle ruimteclaims die ten koste gaan van het ruimtegebruik door de landbouw, bekeken moeten worden. Het spreekt vanzelf, dat de ontwikkeling van en het draagvlak voor een goed geïntegreerd gebiedsgericht beleid, overleg vereist met de direct betrokkenen. Gezien het bovenstaande acht de SGP het van belang dat er vanuit de gemeente een goede professionele samenwerking is met de agrariërs. 4.3 Detailhandelsvoorzieningen Het is de taak van de gemeente voor de burgers een goed voorzieningenniveau te realiseren. Daarbij hebben niet alleen de burgers belang, maar ook de winkeliers. Een voldoende en op elkaar afgestemd aanbod van winkels is basisvoorwaarde voor een goed draaiende middenstand. We zijn van mening dat de winkeliers in de nabije toekomst een stevig graantje kunnen meepikken van hetgeen de toeristen, recreanten en vakantiegangers in ons dorp besteden. Hier zal de DES zich de komende tijd voor in moeten spannen om dit te realiseren. Conform de Bijbel en de christelijke traditie is de zondag de dag van de Heere om speciaal aan Gods dienst te wijden. Dit moeten we daarom ook voor iedereen mogelijk maken. De economie is daar wat ons betreft ondergeschikt aan. Daarom is de SGP principieel tegen
12
economisch en commercieel gerichte bedrijvigheid en de openstelling van winkels op zondag. Helaas kunnen we dat in de horeca niet regelen. 4.4 Industrie en transport Om de sectoren industrie en transport te faciliteren willen wij volop inzetten op een actieve voorbereiding van de ontwikkeling van het bedrijventerrein, zodat het bedrijventerrein zo snel als mogelijk is, gerealiseerd kan worden. Ten behoeve van de voorbereiding daarvan worden de wensen van bedrijven onderzocht en vertaald. Voor mogelijke knelpunten van in het woongebied gevestigde bedrijven wordt in overleg gezocht naar een oplossing.
5.
Maatschappelijk perspectief
5.1 Samen leven in Woudenberg De kwaliteit van de Woudenbergse gemeenschap is meer dan het beschikbaar stellen van middelen aan tal van voorzieningen. Het belangrijkste is dat de mensen het ook in maatschappelijk opzicht waarderen in onze gemeente te wonen. Het gaat dan echt om iedereen, dus inclusief de jeugd, de ouderen en de minder draagkrachtige burgers. Samen vormen wij onze lokale gemeenschap; voor iedereen is daarin een plaats om samen te wonen, naar de kerk te gaan, te werken, te recreëren, de gegeven gaven te ontwikkelen door culturele ontplooiing en onderwijs te volgen. Dat alles draagt bovendien bij aan de sociale cohesie die – zeker in deze individualistische en materialistische maatschappij – van groot belang is. In de toekomstvisie is dat door de gemeenteraad ook bijzonder helder verwoord. Natuurlijk moet het gemeentebestuur niet alles willen regelen. Er moet zoveel mogelijk aan het particuliere initiatief worden overgelaten. Er kunnen echter beleidsterreinen zijn waar de gemeente wel het initiatief neemt of moet nemen. Voor de kwetsbaren in de samenleving moet er een goed sociaal vangnet zijn. Samenwerken met mantelzorgers, (zorg-)instellingen, en kerken zal de effectiviteit van het beleid vergroten. 5.2 Welzijn In 2006 is de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) ingevoerd. In deze wet is een deel van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), de gehele Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) en de Welzijnswet ondergebracht. De gemeente is verantwoordelijk voor het aanbod aan voorzieningen, dat alle burgers in staat moet stellen deel te nemen aan de maatschappij. Voorbeelden van die voorzieningen zijn sociale activering, ondersteuning vrijwilligerswerk, mantelzorg en voorlichting over deze voorzieningen. De gemeenteraad moet een lokaal plan voor maatschappelijke ondersteuning opstellen. De WMO biedt mogelijkheden voor lokaal maatwerk. Die moeten ten volle benut worden! De SGP vindt dat in dat plan voldoende ruimte moet worden gegeven om burgers de mogelijkheid te bieden de zorg te kiezen vanuit de instelling of organisatie die bij hen past. Dat betekent dat ook kleinere en/of identiteitsgebonden instellingen, soms regionaal of landelijk werkend, kansen krijgen in het aanbod van maatschappelijke ondersteuning. Het persoonsgebonden budget zien wij als een goede mogelijkheid om burgers van onze gemeente die eigen keuzevrijheid te geven. Een goede ondersteuning van het netwerk van mantelzorgers en vrijwilligers is belangrijk om te waarborgen dat zorgbehoevenden
13
daadwerkelijk de zorg ontvangen die ze nodig hebben. We mogen deze mensen niet aan hun lot overlaten. De WMO biedt kansen voor de gemeente om tussen burgers de onderlinge zorg voor elkaar te stimuleren. Ook de kerken kunnen hierin een rol spelen. Goede initiatieven worden door de gemeente bevorderd. De SGP is voorstander van het vragen van een eigen bijdrage naar draagkracht voor individuele voorzieningen in het kader van de WMO. 5.3 Jeugd- en jongerenwerk De afgelopen jaren is het jeugdbeleid een speerpunt van beleid geweest. ‘Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst’ – de SGP zal dat zeker beamen. De komende raadsperiode zal het jeugdbeleid dan ook een belangrijk aandachtspunt blijven. Voor de SGP is uitgangspunt dat de primaire verantwoordelijkheid voor de jongeren bij de ouders/opvoeders ligt. Dat neemt niet weg dat het gemeentebestuur wel degelijk een rol heeft te vervullen voor ‘rondhangende’ en zich vervelende jeugd. De SGP wil het jeugd- en jongerenbeleid echter niet als een ‘probleem’ zien, maar een constructieve bijdrage leveren aan het beleid. Een belangrijke pijler voor het jeugdbeleid is de betrokkenheid van ouders/opvoeders. In het gezin moet de basis worden gelegd voor het normaal functioneren van jongeren in de samenleving. Daarom moet geprobeerd worden de ouders/opvoeders bij het beleid te betrekken. Voor een effectief en efficiënt jeugdbeleid is het van belang dat zoveel mogelijk wordt samengewerkt met de instellingen die zich actief met de jeugd bezighouden. De gemeente neemt bij die samenwerking de coördinatie voor haar rekening. Om een grotere samenhang en samenwerking tussen instellingen tot stand te brengen, moeten alle mogelijkheden worden nagegaan. Dat kan door de verschillende instanties te laten participeren in een coördinatieadviesgroep jeugd- en onderwijsbeleid; een werkgroep van 0 tot 12 jaar en een werkgroep 12 jaar en ouder. Deze vorm van netwerkoverleg moet een bijdrage leveren aan het voorkomen en tegengaan van schooluitval, criminaliteit, overlast, drugsgebruik, vandalisme en werkloosheid. Bij de samenstelling van de werkgroepen worden ook maatschappelijke organisaties betrokken. Participatie van de kerken kan een waardevolle bijdrage leveren aan het overleg. Als vangnet voor zorgvragen wordt in samenhang met de andere instellingen het gemeentelijk zorgloket gebruikt. 5.4 Peuterspeelzalen en kinderopvang Peuterspeelzalen bieden de mogelijkheid peuters te laten spelen met leeftijdgenootjes. Tevens kunnen de peuterspeelzalen een rol vervullen bij het ontdekken en tegengaan van ontwikkelingsachterstanden (bijvoorbeeld door logopedie). Hoewel peuterspeelzalen een nuttige functie kunnen vervullen, vindt de SGP dat de realisatie en instandhouding van de peuterspeelzalen vooral aan het particuliere initiatief moet worden overgelaten. Uitgangspunt is dat een kostendekkend tarief wordt gehanteerd. Om te voorkomen dat inkomensgroepen tot 110% van het bijstandsniveau buiten de boot vallen en deelname wel nuttig is, kunnen zij wat ons betreft een beroep doen op de bijzondere bijstand. Bij kinderopvang spelen andere motieven een rol dan bij peuterspeelzalen. Een belangrijke achtergrond van de kinderopvang is de combinatie van arbeid en zorg om daarmee de ouders de gelegenheid te geven hun sociaal-economische positie te verstevigen en vooral de moeders in staat te stellen buitenshuis te gaan werken. Voor de SGP blijft het uitgangspunt dat de kinderen thuis een ‘thuis’ hebben. Dit is bijzonder waardevol. Wanneer het ‘thuis’ voor kinderen ondergeschikt gemaakt wordt aan een verbetering van de sociaal-economische positie, een puur materialistisch motief, wordt voorbijgegaan aan de waarde van het gezin. De SGP betreurt dat, omdat deze ontwikkeling het individualisme en een maatschappelijke
14
tweedeling nog eens bevordert. De kinderen worden hier de dupe van. De SGP vindt kinderopvang daarom geen primaire overheidstaak. Dit geldt eveneens voor buitenschoolse opvang. Kinderopvang wordt overgelaten aan het particuliere initiatief en er vindt geen subsidie van kinderopvang plaats. Daar waar de gemeente in kinderopvang voorzien moet, wordt gekozen voor het zogenaamde inkoopmodel, waarbij kindplaatsen door de gemeente worden ingekocht. 5.5 Ouderenbeleid Het aantal 55-plussers in onze gemeente zal de komende jaren toenemen. Het gemeentebestuur heeft op de terreinen van zorgverlening aan en huisvesting van ouderen vrijwel geen formele bevoegdheden. Het gemeentebestuur heeft echter wel een maatschappelijke verantwoordelijkheid om een samenhangend ouderenbeleid tot stand te brengen. De taak van de gemeente is met name sturend en voorwaardenscheppend. Ouderen willen zich veilig, nuttig en gewaardeerd voelen. De maatschappelijke participatie van ouderen is een speerpunt van het welzijnsbeleid voor ouderen. 5.6 Bibliotheek Een goede bibliotheek is een verrijking van het culturele leven in de gemeente. De kern van de bibliotheektaak ligt in een vrije, laagdrempelige informatieverstrekking voor de burgers, gericht op culturele en educatieve ontwikkeling en maatschappelijke vorming. Het verstrekken van informatie en het uitlenen van boeken is de basisfunctie van de bibliotheek. Er moet naar gestreefd worden dat de boeken, cd’s, video’s, affiches, tentoonstellingen en dergelijke niet aanstootgevend, gezagsondermijnend of anderszins in strijd met de goede zeden zijn. Bij internetvoorzieningen wordt gekozen voor gefilterd internet. 5.7 Cultuurhuis Het Cultuurhuis wordt gebouwd. De SGP heeft hier grote bezwaren tegen. Er komen grote bezuinigingen op ons af. We zullen daarom keuzes moeten maken. Daar zou naar onze mening het Cultuurhuis onderdeel van moeten zijn. Nu de bouw echter definitief door zal gaan, betekent het dat er structureel veel extra subsidie aan het Cultuurhuis besteed moet worden om een sluitende exploitatie te realiseren. 5.8
Monumenten
Ten aanzien van de monumentenzorg moet de gemeente een actief beleid voeren. De gemeente heeft een gemeentelijke monumentenlijst vastgesteld, waarop panden zijn geplaatst die niet op de lijst van rijksmonumenten voorkomen, maar waarvan bescherming wenselijk is. De SGP plaatst daarbij wel de kanttekening dat bij de vaststelling van de lijst niet alleen op de monumentale aspecten gelet wordt, maar ook op onder andere de economische belangen van de eigenaar. Bescherming van het culturele erfgoed is goed, maar bij elke beslissing hierover moet een afweging van belangen plaatsvinden. Een tegemoetkoming in de kosten van het onderhouden van monumentale panden door de gemeente acht de SGP een goede zaak.
15
5.9 Recreatie en sport Ontspanning en recreatie is in deze tijd van veel stress goed voor mensen. Bij recreatie kan gedacht worden aan verschillende activiteiten. Fiets- en wandelpaden kunnen in een behoefte van veel burgers voorzien. Deze voorzieningen moeten dan ook goed onderhouden en verzorgd zijn. Sport neemt in de recreatiemogelijkheden een grote plaats in. In het kader van de ontspanning wijst de SGP realisering van sportvoorzieningen niet af. Dat wordt anders wanneer er op zondag sport beoefend wordt of wanneer er financiële overwegingen bestaan. Vanzelfsprekend wijzen we topsport als zijnde uitbuiting en verafgoding van het menselijk lichaam af. De SGP volgt de ontwikkelingen rondom het Henschotermeer door het Recreatieschap kritisch. 5.10 Sociale voorzieningen De Wet Werk en Bijstand heeft de verantwoordelijkheid voor en de financiering van bijstand en reïntegratie bij de gemeenten neergelegd. De SGP vindt het van belang dat onze gemeente sterk inzet op de reïntegratie. Alleenstaande ouders met jonge kinderen moeten vrijstelling krijgen van de sollicitatieplicht. Burgers kunnen in een maatschappelijk isolement verkeren of dreigen te raken. Met behulp van de wettelijke instrumenten en lokale initiatieven probeert de gemeente de participatie van deze burgers te bevorderen en/of hen toe te leiden naar betaald werk. De doelgroep van deze sociale activering kan bestaan uit langdurig werklozen, bijstandsgerechtigden, minder validen, gedeeltelijk arbeidsgeschikten of ouderen. Veelal gaat het om mensen die kampen met meerdere problemen. Om deze mensen te helpen, is vaak maatwerk nodig. Het leveren van dit maatwerk is een belangrijk onderdeel van het lokaal sociaal beleid. Op alle mogelijke manieren stimuleert de gemeente dat werklozen weer aan de slag gaan, bijvoorbeeld door het volgen van een reïntegratieprogramma, zoals bijscholing en leerwerktrajecten. 5.11 Lokale armoedebestrijding Onderzoek heeft aangetoond, dat het aantal kinderen in huishoudens met een inkomen op of onder het sociaal minimum is toegenomen. Daarnaast zijn er nog andere huishoudens zonder kinderen of alleenstaanden die in armoede leven. Dit kan schrijnende situaties opleveren. De SGP vindt dat dit voorkomen moet worden. Het is een bijbelse opdracht dat voor deze medeburgers een goed sociaal vangnet bestaat. Voorop moet staan dat geprobeerd wordt mensen in hun eigen levensonderhoud te laten voorzien. Bevordering van de arbeidsparticipatie is dus een belangrijk instrument om de armoede te bestrijden. Daarnaast biedt de gemeente voldoende inkomensondersteuning. Samenwerking met kerken en diaconieën is daarbij mogelijk. 5.12 Minder validen Mensen met een (blijvende) beperking moeten zo optimaal mogelijk kunnen functioneren in onze gemeenschap. Naast aandacht voor aanpasbaar en aangepast bouwen in de woningbouw en voor de inrichting van de openbare ruimte en gebouwen dient er ook een goede dienstverlening aan onze mindervalide medeburgers te zijn. Bij het opstellen en de uitvoering van gemeentelijk beleid worden de gehandicapten betrokken middels het platform van gehandicapten.
16
5.13 Vrijwilligerswerk Het vrijwilligerswerk is van groot belang voor het verenigingsleven en voor de hulp van de zorgbehoevende burgers in onze gemeente. Zij zijn als het ware ‘het sociale cement’ in onze samenleving. Hun betekenis voor het instandhouden van de sociale cohesie is groot. Het vrijwilligerswerk staat echter meer onder druk, omdat de vraag naar vrijwilligers steeds meer toeneemt en het aantal vrijwilligers afneemt door het toenemend aantal tweeverdieners. Daar waar mogelijk moet de gemeente het vrijwilligerswerk steunen en stimuleren. 5.14 Onderwijs Het onderwijs verdient aandacht van het gemeentebestuur. Het is een belangrijke taak van de burgerlijke overheid.
6.
Financieel perspectief
6.1 Algemeen De SGP wil, als het gaat om financieel beleid, keuzes maken. Als we geen maatregelen nemen, koersen we aan op een (meerjaren)begroting, die moeilijk te sluiten is.
Wij zien mogelijkheden om de financiële positie gezond te houden. Niet door zomaar te schrappen, maar door middelen efficiënt, effectief en creatief in te zetten. Van een gemeentehuis waar efficiënter en doelmatiger wordt gewerkt tot openbare verlichting die se-
17
lectiever ingeschakeld wordt. Van voorzichtigheid bij (uitvoering van) allerlei grondzaken en posities tot betere benutting van subsidies. Uitgangspunt voor het financiële beleid is dat jaarlijks een sluitende begroting aan de raad ter vaststelling wordt aangeboden, zonder dat de gemeentelijke belastingen en heffingen onnodig verhoogd worden. Versobering van de overheidsuitgaven dient daarbij een wezenlijk beleidsinstrument te zijn, zonder dat dit ten koste gaat van de gemeentelijke kernfuncties rondom veiligheid en zorg. De SGP streeft naar een verdergaande doorvoering van het profijtbeginsel. Wie profiteert van een voorziening betaalt. Door doorvoering van het profijtbeginsel kan de algemene belastingdruk (Onroerende Zaak Belasting) beperkt blijven. Bovendien vergroot het de keuzemogelijkheid voor de burger en wordt de eigen verantwoordelijkheid voor de keus al dan niet deel te nemen aan niet noodzakelijke activiteiten vergroot. Pas wanneer duidelijk is dat bezuinigingen, beleidswijzingen, waaronder maatregelen om efficiënter en effectiever te gaan werken, investeringsbeperkingen en uitgaventemporisering, geen sluitende begroting in meerjarenperspectief opleveren, kan tot verhoging boven de voor de prijsindex van de gemeentelijke belastingen en heffingen worden overgegaan. Hierbij is het trouwens wel van belang dat bij de vaststelling van tarieven gekeken wordt naar de totale gemeentelijke lasten voor de burger. Deze mogen niet uit balans raken. Deze integrale benadering is bovendien ook nodig, omdat bij bepaalde taken kostendekkendheid uitgangspunt is. Denk bijvoorbeeld aan de leges, de afvalstoffen- en rioolheffing. Bij de aanbieding van de begroting wordt duidelijk gemaakt welke wensen niet in de begroting zijn opgenomen en waarom. De gemeenteraad moet kunnen beoordelen of het college de juiste keuzes heeft gemaakt. De begroting moet helder en inzichtelijk zijn. Het opnemen van kengetallen draagt daaraan bij. Wij zijn er van overtuigd dat er de komende raadsperiode bezuinigingen doorgevoerd moeten worden. Voor de SGP is het uitgangspunt dat de gemeente ten eerste verantwoordelijk is voor haar wettelijke taken. Alle andere zaken zijn punt van discussie als het gaat over bezuinigen. 6.2 Subsidiebeleid Bij het verlenen van subsidies zullen we moeten bedenken dat het gemeenschapsgeld betreft. De financiële crisis geeft ook aanleiding om het subsidiebeleid tegen het licht te houden. Een verantwoord beheer is daarom geboden. Een subsidie dient in principe een ondersteunend karakter te hebben. 6.3 Reserves en voorzieningen De gemeente dient zorg te dragen voor goed onderbouwde en dekkende reserves en voorzieningen. De reservepositie van de gemeente dient op orde te zijn en te blijven.
18
7.
Tot slot
We hopen dat u met genoegen kennis heeft genomen van het verkiezingsprogramma van de SGP. Heeft u na het lezen van dit verkiezingsprogramma nog vragen over de SGP en haar doelstellingen? Neem dan contact op met: J. van Bentum
033-2862967
[email protected]
J. van de Lagemaat
033-2861680
[email protected]
J. A. Mulder
033-2864750
[email protected]
Zij staan u graag te woord! Overweegt u lid te worden van onze plaatselijke SGP kiesvereniging dan kunt zich aanmelden bij de heer D.W. van den Dool, Eshoflaan 38 tel: 033- 286 15 02.
Onze eerste vijf kandidaten. Uw vertegenwoordigers in de gemeente?
19