Ee
t s i n i m e f n
k j i k ische
Een feministische kijk op multiculturaliteit Het Vrouwen Overleg Komitee maakt zich zorgen over de manier waarop de jongste jaren over de multiculturele samenleving wordt gesproken. Sinds 11 september 2001 heeft het maatschappelijke debat hierover in onze ogen een racistische en vooral ook een islamofobe wending genomen. Bovendien wordt het thema van de gelijkheid man/vrouw veelvuldig gebruikt voor dit discours. In het licht daarvan vindt het VOK het tijd om zijn eigen visie op emancipatie te formuleren en zijn positie te verduidelijken in het debat.
Wat heeft ons de laatste tijd gestoord? .
dat gelijkheid tussen mannen en vrouwen wordt voorgesteld als iets specifieks voor de westerse cultuur. Bovendien wordt de indruk gewekt alsof de man-vrouwgelijkheid ‘bij ons’ een verworvenheid zou zijn, een voltooid proces dus;
Patrick Dewael, De Standaard 4/10/2004 > Mijn uitgangspunt is dat alle mensen gelijkwaardig zijn, maar niet
alle culturen zijn gelijkwaardig. [...] Ik kan geen cultuur accepteren die vrouwen in een minderwaardige positie duwt, omdat ze hun lichaamsdelen moeten bedekken [...]. Het is tijd voor een verhaal van wederzijds respect. [...] We hebben toch geen jaren strijd gevoerd voor emancipatie en ontvoogding om de klok nu terug te draaien, is een vraag die me vaak wordt gesteld. Onze spelregels, onze gedragscodes aanvaarden, daarover gaat het.
. .
. .
.
dat men in het debat op een gratuite manier schermt met de Verlichting, de universele waarden en met de superioriteit van één cultuur - de westerse; dat een karikaturale tweedeling wordt gecreëerd tussen moslimmannen (die zich bezondigen aan vrouwenonderdrukking en -mishandeling) en moslimvrouwen (die onderdrukt zijn en dringend bevrijd moeten worden); dat vrouwenemancipatie slechts één vorm lijkt te kennen, namelijk die van de tweede feministische golf in het Westen; dat het debat gedomineerd wordt door neoliberale en conservatieve, vooral mannelijke, stemmen. Op enkele uitzonderingen na gaat het om politici, journalisten en andere opiniemakers die eensklaps de vrouwenzaak bepleiten, terwijl ze verder op zijn minst onverschillig staan tegenover man-vrouwongelijkheden in onze samenleving. Andere meningen komen in het debat amper aan bod of worden naar de marge gedrongen. dat de vrouwenbewegingen (m.n. het VOK) cultuurrelativisme verweten wordt omdat ze niet in deze eenzijdige benadering stapten.
Miriam Makeba
HET FEMINISME GEKAAPT…
Wij verzetten ons tegen deze neoliberale en conservatieve kaping van het feminisme. Het VOK staat een feminisme voor met volgende kernwoorden:
GELIJKHEID
OPENHEID
SAMENWERKING
VRIJE MENINGSUITING
AUTONOMIE
SOLIDARITEIT
RESPECT
ZELFORGANISATIE
Dit feminisme is een feminisme dat ijvert voor de emancipatie van alle vrouwen en dus voor de gelijkheid van alle mensen of ze nu vrouw of man zijn, en wat hun sociale of etnische herkomst, religie en seksuele voorkeur ook moge wezen. Het is de uitdrukking van het verzet van vrouwen over de hele wereld tegen de discriminaties waarmee ze – nog altijd – af te rekenen hebben. Dit feminisme kan gedragen en uitgedragen worden door vrouwen (en mannen) uit alle ‘culturen’. Want je kan er niet naast kijken: de structurele ongelijkheid van vrouwen kom je tot op vandaag tegen in alle culturen en maatschappijvormen in de wereld. Voor het VOK en voor tal van organisaties en individuen wereldwijd vormen die concrete discriminaties het uitgangspunt van verweer en van strijd voor emancipatie. Het VOK wil ook het ruimere maatschappelijk kader ervan zien.
De agenda van het feminisme is eenvoudig: dwing vrouwen niet om te ‘kiezen’ tussen openbare rechtvaardigheid en privé-geluk. Laat vrouwen vrij om te bepalen wie ze zijn - in plaats van hun identiteit steeds weer in hun plaats bepaald te zien door hun cultuur en hun mannen. > Susan Faludi (°1959)
Ongelijkheid tussen mannen en vrouwen heeft vele gezichten en is op een complexe manier verweven met andere ongelijkheden in de samenleving. Die verwevenheid met bijvoorbeeld sociale klasse, etnische afkomst of seksuele geaardheid neemt heel verschillende vormen aan. Dat vertaalt zich in een diversiteit aan feminismen: de zwarte feministische beweging, het socialistisch feminisme, lesbisch-feministische groepen... Tussen sommige daarvan zijn de raakvlakken erg groot, tussen andere bestaan dan weer grote tegenstellingen. Het VOK beschouwt die verscheidenheid grotendeels als een rijkdom, waaruit levendige debatten en interessante vormen van samenwerking groeien. Als overlegorgaan wil het VOK die pluraliteit mee voeden en vormgeven. In het maatschappelijk debat over de multiculturele samenleving kregen de voorbije paar jaar een westers-etnocentrisch feminisme en een westers-etnocentrische toe-eigening van het feminisme de boventoon en daarmee voelt het VOK geen enkele affiniteit. Het breekpunt voor ons is dat daarin andere culturen expliciet onbekwaam genoemd worden om het feministische gedachtegoed te delen. Vrouwen (en mannen) uit die culturen worden onbekwaam geacht om zelf te bepalen wat emancipatie voor hen inhoudt en hoe ze hun eigen strijd voeren. Die vooronderstellingen zijn arrogant en racistisch en ze getuigen bovendien van een ontstellend gebrek aan kennis van het feministische debat zoals dat mondiaal gevoerd wordt. Valentina Tereshkova
WAAR IS HET ONS OM TE DOEN?
In de huidige discussie hoor je vaak het argument, als zouden de Verlichting en de universele waarden bewijzen dat er zoiets als superieure en inferieure culturen bestaan. Maar dergelijke abstracte begrippen helpen het debat niet vooruit en houden het zelfs onzuiver. Daarom willen we hier de voor het VOK belangrijke principiële termen van het debat scherp stellen:
Universele waarden
Het VOK vindt de notie van universele waarden een onontbeerlijk houvast voor de mensheid. Het VOK staat achter universele waarden als vrijheid, gelijkheid en zusterlijkheid. Het zet zich in voor de menswaardige concretisering van deze waarden voor iedereen: democratie, scheiding van Kerk en Staat, vrije meningsuiting, de bescherming van de fysieke integriteit... De strijd daarvoor en de verworvenheden ervan maken deel uit van alle culturen, ze beïnvloeden en veranderen ook die culturen. Universele waarden krijgen slechts hun betekenis wanneer ze in de praktijk gebracht worden. In die toepassing zijn er grote verschillen tussen landen en binnen landen. Ook in onze samenleving is er geen volledige consensus over gelijkheid vrouw/ man, er blijven tal van discussiepunten waarin mensen elkaar over ‘culturen’ heen kunnen vinden. Zo zijn er allochtone
Als vrouw heb ik geen land. Als vrouw is de hele wereld mijn land. > Virginia Woolf (1882-1941)
én autochtone Belgen die man en vrouw als gelijk beschouwen en anderen die hen eerder als van elkaar verschillend en elkaar aanvullend beschouwen. Die visies bepalen welke taakverdeling ze voor mannen en vrouwen zien in het openbare en het privé-leven. Universele waarden kunnen niet door de ene of andere cultuur exclusief opgeëist worden, maar zijn en blijven een ‘werk in uitvoering’. Het gaat er niet om wie ze het eerst zou hebben ‘uitgevonden’, het gaat er om hoe ze, overal en telkens weer, worden geïnterpreteerd. Dat geldt ook voor de erkenning van de gelijkheid van man en vrouw: die is er niet met de Verlichting gekomen, maar is te danken aan de feministische strijd wereldwijd.
Gelijkheid tussen mannen en vrouwen in Noord, Zuid, Oost en West
Omdat het principe van gelijkheid van vrouw en man een universele waarde is, kunnen mensen elkaar erin vinden, over ‘culturen’ heen. De stelling als zou dit principe enkel gewaarborgd zijn in de ‘superieure westerse cultuur’, wijst het VOK af als racistisch en islamofoob. De Vlaamse of Belgische samenleving (en bij uitbreiding de wereld) valt voor ons niet uiteen in twee gescheiden, homogene culturen: een westerse, die de behoedster is van de universele waarden en Virginia Woolf
een ‘andere’, die de waarden bedreigt. We kunnen vrouwenonderdrukking toch niet als een puur cultureel fenomeen beschouwen – iets waarvoor het Westen immuun zou zijn – wanneer we nog elke dag moeten vechten tegen ongelijkheid? Toch zien we allerlei opiniemakers een willekeurige greep doen uit niet-westerse vormen van vrouwenonderdrukking (genitale verminking, bourka, weduwenverbranding, …). Ze gooien deze op één hoop, veralgemenen ze tot iets van ‘de andere culturen’ en beweren zo het bewijs te leveren van de culturele superioriteit van het Westen. Zelfs de westerse feministische stromingen, waarmee ze in andere omstandigheden niet hoog oplopen, worden opgevoerd als uniek en superieur. Nochtans zijn ze geen van beide. Ze zijn niet meer of niet minder dan een uiting van vrouwenstrijd binnen één bepaalde ‘cultuur’. Dat die cultuur het economische, culturele en politieke overwicht in de wereld bezit en wil behouden is geen detail. Het veiligstellen van die machtspositie ging en gaat immers gepaard met de inzet van legers en het verspreiden van mythes, met steun aan ondemocratische regimes en behoudsgezinde krachten, met oneerlijke handel… Westerse feministen moeten zich ervan bewust zijn dat ze deel zijn van die dominante cultuur, willen ze niet meegezogen worden in het hegemonische discours over ‘minderwaardige culturen’. Alleen vanuit dat besef kan er echt een dialoog groeien met andere feministische stemmen. Suggereren dat culturen onveranderlijk en aan elkaar tegengesteld zijn en dat er geen variatie binnen culturen bestaat, getuigt van een enge en ronduit neokoloniale visie op cultuur. Het gaat ook voorbij aan de échte actoren van verandering: van feministische basisgroepen tot politieke bewegingen.
Dirk Verhofstadt, De Standaard 14/10/2004 > Kunnen we aanvaarden dat moslimmeisjes en –vrouwen minder rechten hebben dan hun mannelijke soortgenoten? Kunnen we aanvaarden dat ze tegen hun zin een sluier of bourka moeten dragen, dat ze gedwongen uitgehuwelijkt worden, dat hun schaamlippen aaneengenaaid worden, dat ze verstoten worden, dat ze ‘ge-eremoord’ worden?
De multiculturele en pluralistische maatschappij
Het VOK wil ijveren voor een niet-racistisch, actief pluralisme in onze maatschappij. Voor de interne VOK-werking houdt dit - onder andere - in dat we streven naar een versterking van het pluralisme binnen onze feministische organisatie en dus solidair en op gelijke voet willen samenwerken met bijvoorbeeld moslimfeminismen. We gaan er immers vanuit dat de veelheid aan levensbeschouwingen en geloofsovertuigingen niet meer weg te denken is uit het dagelijkse leven of uit het politieke debat. We ervaren dat de waarden van de verschillende gemeenschappen die ons land rijk is niet haaks op elkaar staan. Doen alsof dat wel het geval is, past in het plaatje van de ‘mislukte integratie’ van de allochtone bevolkingsgroepen. Die mislukking zou aan de nieuwkomers zelf liggen, omdat zij zich terugplooien op de eigen ’cultuur’ en weigeren in te gaan op de kansen die de maatschappij hen als individu biedt. Dit verhaal sluit dan weer heel goed aan bij de filosofie over de actieve welvaartstaat, een filosofie die het individu verantwoordelijk stelt voor haar/zijn situatie, die de rol van de structurele ongelijkheden minimaliseert en zich beperkt tot het creëren van zogenaamde ‘gelijke kansen’. Impliciet wordt ervan uitgegaan dat ’dé allochtone mens’ die kansen krijgt. Wie ze niet grijpt, heeft Mitiarjuk Nappaaluk
zelf schuld aan haar/zijn situatie. Als bewijs gelden de successen van enkele witte raven, liefst vrouwen – want zij zijn het bewijs dat ook vrouwenemancipatie loont. Zo wordt het bestaan van een structurele discriminatie en een dagelijks racisme ten aanzien van nieuwe Belgen en allochtone bevolkingsgroepen afgedaan als zou het hooguit om een tweederangsprobleem gaan. Door de (aangetoonde) discriminaties op de arbeidsmarkt, de (vastgestelde) achterstelling in het onderwijs, de (goed gedocumenteerde) sociale ongelijkheid, de (bewezen) discriminaties op de woningmarkt en in het uitgaansleven, leiden ‘gelijke kansen’ (zo die er al zijn) tot een ongelijke uitkomst… Dat niet erkennen werkt het dagelijkse racisme in de hand, maar net zo goed de culturele terugplooi. Laten we er ook mee ophouden om een cultuur in haar geheel te verwarren met één aspect ervan, zoals de ‘moslimcultuur’ met het moslimfundamentalisme of de ’westerse cultuur’ met goddeloosheid en losbandigheid. Zo’n wederzijds vijandbeeld verhoogt de sociale druk om zich sterker met de als ’eigen’ geziene (Vlaamse, Turkse, Marokkaanse, …) cultuur te identificeren, waarvan geen enkel element nog ter discussie gesteld mag worden. Genuanceerde kritiek op maatschappelijke en religieuze visies en praktijken moet mogelijk blijven, want deze kritiek behoort tot de democratische processen in onze samenleving. In ons land heeft in de voorbije decennia een niet-gelovige minderheid lang moeten strijden voor de erkenning van haar overtuiging tegenover een alomtegenwoordige, machtige katholieke meerderheid. Daarmee heeft ze een belangrijke bijdrage geleverd tot een effectief pluralistische maatschappij en een meer neutrale overheid. Het bannen van de christelijke religieuze
“Ik baseerde mijn feminisme op de Islam, niet op de westerse cultuur”. > Nadia Yassine (°1958) Emancipatie is een strijd voor keuzevrijheid, niet een vraag naar verboden. > Sultan Balli (°1964)
symbolen uit openbare gebouwen en functies is niet helemaal doorgevoerd, maar weinigen maken nog een punt van wat resteert. In de toenmalige maatschappelijke context is de gevoerde strijd zeker waardevol geweest. Maar in de context van nú wil het VOK niet meegaan in de vernieuwde ijver tegen religieuze tekens. Het VOK pleit er resoluut voor, dat er vandaag ruimte zou zijn voor alle religieuze en levensbeschouwelijke overtuigingen op voet van gelijkheid. Vorm geven aan de neutraliteit van de staat, vertrekkend van pluralisme en godsdienstvrijheid, kan een krachtig signaal betekenen in die zin. Vandaar dat het VOK bijvoorbeeld voor onze overheden een inclusieve neutraliteit verkiest: zo mag een ambtenaar met zichtbare symbolen voor zijn/haar geloof of andere ideologische overtuiging uitkomen, maar zijn/haar gedrag moet ingegeven zijn door de regels van het openbaar ambt en de wetten van het land.
Nadia Yassine
Reële participatie en de rol van het verenigingsleven
Het VOK beschouwt de stem - eerstehands - van achtergestelde vrouwen en mannen, kansarmen, allochtonen, holebi’s, mensen met een handicap, jong en oud als een kwaliteitsvoorwaarde bij allerlei besluitvormingsprocessen, of deze zich nu op politieke echelons afspelen, of dichter bij huis (oudercomités, buurtwerking, vrijetijdsbeleving, ...). Vandaag staan we nog ver af van zo’n evidente organisatiecultuur. Denk maar aan de media - wier métier net degelijke communicatie is - die er alsnog niet in slagen onze veelstemmige en veelkleurige samenleving te verbeelden. Onderwijs en arbeidsmarkt, die als kernopdracht hebben ieders talenten en competenties te stimuleren, te ontwikkelen en in te zetten, maken evenmin vorderingen. Het VOK juicht het bestaan van autonome allochtone organisaties toe. Tal van vrouwen-zelforganisaties ondersteunen de emancipatie die vrouwen van allochtone herkomst doormaken. Zelforganisatie is de voorwaarde voor een emancipatorisch project dat ook wérkelijk beantwoordt aan de visie en behoeften van allochtone vrouwen zelf. Het is de basis voor samenwerking en debatten in wederzijds respect en solidariteit. En wanneer verenigingen zich ook groeperen, kunnen ze wegen op maatschappij en beleid. Een rijk en divers verenigingsleven koesteren, is als samenleving een hefboom bieden voor ieders participatie aan alle maatschappelijke domeinen.
Het symbolische geweld dat van het Westen uitgaat en al evenzeer de vrijheid beknot, dwingt de gelovige vrouw tot een stellingname waarin ze helemaal geen zin heeft. Want als haar verzet tegen een vrouwonvriendelijke interpretatie van de islam haar door de fundamentalisten als westerse ketterij wordt aangerekend, dan eist het Westen van de ‘ontvoogde’ vrouw een bewijs van ‘modern’ gedrag en zeden waar geen plaats is voor de ‘onderdrukkende’ sluier. > Durre Ahmad (°1949)
Kortom, het VOK is van mening dat we allemaal, ‘autochtonen’ en ‘allochtonen’, samen in één maatschappij leven. We maken er samen evenwaardig deel van uit. Het VOK kiest voor een ‘cultuur’ van ons allen. Een cultuur met een rijke schakering aan gedachtestromingen. Een cultuur waarin zowel uiteenlopende meningen als debat en politieke strijd de etnische scheidingslijnen doorbreken, met ruimte voor vrije culturele en godsdienstige beleving. Dit model is een positieve, zij het ook een uitdagende en complexe keuze. Het Vrouwen Overleg Komitee wil zich meer dan ooit inzetten voor een echt pluralistische maatschappij en koppelt aan die inzet een strijd tegen racisme. Wie dit feministische verhaal eveneens de moeite vindt, nodigen we warm uit het verder mee te schrijven en daadwerkelijk vorm te geven.
NEEM EEN KIJKJE OP ONZE WEBSITE OF STUUR ONS UW REACTIE WWW.VROUWENDAG.BE Aung San Suu Kyi
Vrouwen Overleg Komitee Middaglijnstraat 10 1210 Brussel T 02 229 38 73 F 02 229 38 06
[email protected] www.vrouwendag.be
VU: VOK, Middaglijnstraat 10, 1210 Brussel, vormgeving Brussels Lof, Illustraties Judith Vanistendael
Never doubt that a small group of committed citizens can change the world. In fact, it is the only thing that ever has. > Margaret Mead (1901-1978)