Economisch beleid 2014-2020 Ondernemend Leiderdorp
Gemeente Leiderdorp Besluit college van burgemeester en wethouders: 19 november 2013 Besluit gemeenteraad: (datum)
Gerbrand Kuipers beleidsmedewerker economische zaken gemeente Leiderdorp
1
Voorwoord
“Een vrije markt levert het meeste op voor de maatschappij als geheel”
Deze uitspraak is van de vader van de moderne economie, Adam Smith (1723-1790), en is bijzonder actueel. Niet alleen in de macro economie op mondiaal niveau, maar ook op de binnenlandse economie met zijn uitwerking op lokaal niveau. In ons coalitieakkoord willen we de ondernemer de ruimte geven om te ondernemen. Vanuit deze gedachte hebben we de afgelopen collegeperiode beleid ontwikkeld waarbij we iedere keer, binnen onze gemeentelijke bevoegdheden, de meetlat hebben gehanteerd: is dit een taak voor de gemeente of kan de markt zijn werk doen. Over het algemeen valt te zeggen dat de trend is ingezet waarbij de rol van de overheid terughoudender wordt en meer in faciliterende zin kaders en voorwaarden schept. Ook op economisch gebied. De overheid die ondernemers onnodige belemmeringen opwerpt, is niet een overheid waar dit college voor staat. Een terugtredende overheid betekent ruimte geven aan en vertrouwen hebben in de markt. In dit economisch beleid benoemen we vanuit een centrale visie zeven thema’s waarop we de komende jaren prioriteit zullen leggen. De basis voor deze thema’s is afkomstig uit de Economische agenda Leidse regio. Het afgelopen jaar hebben we intensief samengewerkt met de gemeenten in de Leidse regio, de ondernemers en de onderwijsinstellingen om een gezamenlijke agenda op te stellen ter versterking van de economische structuur in en de profilering van de Leidse regio. Wij maken dan ook dankbaar gebruik van de Economische agenda en het bijbehorende uitvoeringsprogramma. De noodzaak om gemeentelijk economisch beleid op te stellen in relatie tot de Economische agenda Leidse regio is om nader in te zoomen op de economische kracht van Leiderdorp: de zorg, het midden- en kleinbedrijf en (perifere) detailhandel. Het is dan ook een goede gelegenheid om ons gemeentelijk economisch beleid te actualiseren. Temeer omdat de in het Gemeentelijk economisch beleid 2004-2008 geformuleerde doelstellingen zijn behaald en de inspanningen grotendeels zijn uitgevoerd. Alleen met draagvlak van de ondernemers is beleidsuitvoering mogelijk. Wij hebben bij de totstandkoming van voorliggend beleid vroegtijdig de Leiderdorpse Ondernemersvereniging betrokken. Daarnaast hebben wij regelmatig overleg met ondernemers en de winkeliersverenigingen. Hun input is eveneens meegenomen. Tot slot is een aantal (koepels) van Leiderdorpse ondernemers betrokken geweest bij het opstellen van de Economische agenda Leidse regio. Van hun kennis is eveneens gebruik gemaakt bij dit beleid. Dit Economisch beleid 2014-2020 staat voor een ondernemend Leiderdorp met een aantrekkelijk economisch klimaat en een sterke positie in de regio. Door ondernemers de ruimte te geven levert de vrije markt uiteindelijk het meeste op voor de maatschappij als geheel.
Herbert Zilverentant Wethouder economische zaken 2
Inhoudsopgave Voorwoord
2
Inhoudsopgave
3
Samenvatting
4
Hoofdstuk 1: inleiding 1.1 aanleiding 1.2 doelstelling 1.2.1 thema’s 1.3 totstandkoming beleid 1.4 integrale benadering 1.5 evaluatie Economisch beleid 2014-2020 1.6 opbouw Economisch beleid 2014-2020
6 6 7 8 8 8 9 9
Hoofdstuk 2: economisch profiel 2.1 kerncijfers 2.2 werkgelegenheid 2.3 werkgebieden 2.4 werkloosheidscijfers 2.5 conclusies economisch profiel Leiderdorp
10 11 12 14 19 20
Hoofdstuk 3: thematische uitwerking
21
Hoofdstuk 4: uitvoeringsprogramma
30
Bronnenlijst
35
3
Samenvatting De evaluatie van het Economisch beleidsplan 2005-2008 en de Economische agenda Leidse regio zijn de aanleiding geweest om nieuw economisch beleid voor Leiderdorp op te stellen. De evaluatie van het Economisch beleidsplan 2005-2008 heeft uitgewezen dat de gestelde doelen en bijbehorende inspanningen grotendeels zijn uitgevoerd. De Economische agenda Leidse regio is in 2013 opgesteld in samenwerking tussen de gemeenten in de Leidse regio, (koepels van) ondernemers en onderwijsinstellingen en geeft de ambitie voor de Leidse regio weer tot een periode van 2020. Uit zowel de evaluatie als de Economische agenda komt de kracht van Leiderdorp naar boven, namelijk op het gebied van het mkb, (perifere) detailhandel en zorg. Deze thema’s staan dan ook centraal in de doelstelling van voorliggend beleid: “het versterken van de economische structuur en het creëren van een aantrekkelijk economisch klimaat in Leiderdorp, waarbij tot 2020 de focus ligt op het mkb, de (perifere) detailhandel en de zorg”. Voordat deze doelstelling wordt uitgewerkt in een thematische uitwerking, wordt eerst in het economisch profiel de economische ontwikkeling van Leiderdorp geschetst. Een korte opsomming: • De verwachting is dat de bevolkingsomvang tot 2030 stabiel blijft. De potentiële beroepsbevolking daalt wel fors ten opzichte van de ontwikkeling in Zuid-Holland. Dit heeft te maken met de vergrijzing en legt een druk op de beroepsbevolking. • Het aantal vestigingen en werkzame personen is in de afgelopen jaren toegenomen. Dit is met name het geval in de sectoren gezondheids- en welzijnszorg, groot- en detailhandel en reparatie van auto’s, advisering onderzoek en specialistische zakelijke dienstverlening. • Met name de locatie Baanderij is de bedrijvigheid uit het mkb sterk vertegenwoordigd. • Ondanks een stijging in het aantal vestigingen en werkzame personen neemt de werkloosheid toe. In het afgelopen jaar is het aantal niet-werkende werkzoekenden gestegen met 273 personen. Het merendeel van deze niet-werkende werkzoekenden bevindt zich in de leeftijdscategorie 27-50 jaar. • De Winkelhof blijft het hoofdwinkelcentrum. De detailhandelsstructuur is versterkt met de toevoeging van detailhandel op de Baanderij en de komst van de Lidl op het Amaliaplein en de Ikea in Bospoort. • WOOON kent een sterk verminderende omzet en een toenemende leegstand. • De kantorenleegstand is verminderd door transformatie van panden naar wonen (Elisabethhof). Op de kantorenlocatie Vierzicht is 15.000 m2 beschikbaar. Aan de hand van dit economisch profiel wordt de doelstelling nader uitgewerkt in zeven thema’s die moeten bijdragen aan het versterken van de economische structuur en het creëren van een aantrekkelijk economisch klimaat. De thema’s zijn: •
Thema 1: Versterken van de A4-zone Leiderdorp De A4-zone is het gebied tussen Ikea-WOOON-zorgboulevard. We beschouwen dit als een economisch gebied met een verscheidenheid aan perifere detailhandel, kantoorlocaties en zorg. De ambitie is om een belevingsboulevard te realiseren met een versterking van deze functies, aangevuld met een versterkend thema, bijvoorbeeld leisure. De gemeente daagt de zittende marktpartijen in deze gebieden uit om een integrale gebiedsvisie op te stellen.
•
Thema 2: Versterken van het zorgcluster door intensievere samenwerking met de Leidse regio De ambitie is om een sterk zorgcluster te realiseren en de samenwerking te intensiveren in de Leidse regio. De belangrijke spelers in Leiderdorp, zoals het Rijnland Ziekenhuis, Activite, Cardea en het Medisch Centrum Kinderwens, worden, samen met de LOV, betrokken om een Leiderdorps zorgcluster op te zetten. Het opstellen van een business case moet leiden tot een structurele samenwerking tussen de regionale zorginstellingen.
4
•
Thema 3: Profilering bedrijventerreinen De Leiderdorpse bedrijventerreinen, de Baanderij en de Lage Zijde, worden ontwikkeld tot werklandschap. Een werklandschap is een gebied waarin het werken centraal staat, maar waarin economische functies gemengd worden en eventueel gecombineerd worden met woon- en groenfuncties. Voor de Baanderij willen we het profiel verruimen met andere economische functies en wonen. Daarnaast zetten we in op starters, kleinschalige bedrijven en zelfstandigen. Voor de Lage Zijde willen we het huidige type bedrijven behouden, zonder nieuwe functies toe te staan. De A4-zone Leiderdorp scharen we ook onder een werklandschap. Voor deze locatie zien we een verruiming van het aantal functies. De invulling van de werklandschappen wordt afgestemd met de gemeenten in de Leidse regio.
•
Thema 4: Investeren in (duurzame) economische structuur De randvoorwaarden voor ondernemers moeten op orde zijn. We willen de regeldruk verminderen en de gemeentelijke regelgeving en vergunningprocedures vereenvoudigen. Dit pakken we op met de ontwikkeling van het Serviceplein, waar de verbetering van de dienstverlening en de processen centraal staan. Daarnaast faciliteren we glasvezel en actualiseren we de Nota ambulante handel waar de regels over de markt en de standplaatsen staan.
•
Thema 5: Investeren in recreatie en toerisme Een onderbelicht thema waar we de komende jaren in willen investeren is recreatie en toerisme. De kunst is om de toerist te verleiden om na een museumbezoek in Leiden de Leiderdorpse polder in te gaan om hier van de natuur te komen genieten. We willen investeren in het omvormen van het HSL/A4-informatiecentrum tot een groene hart recreatietransferium, het realiseren van doorgaande vaarroutes, het realiseren van fietsverbindingen, het recreatief toegankelijker maken van de polder Achthoven en de kansen benutten die zich voordoen van de Limes. De regionale samenwerking en de samenwerking met private partijen wordt geïntensiveerd.
•
Thema 6: Investeren in onderwijs-arbeidsmarktbeleid Dit thema wordt opgepakt is nauwe samenwerking met de gemeenten in de Leidse regio. Om een sterke positie te behouden in de top van de Europese kennisregio’s is het van belang om voldoende goed gekwalificeerd personeel te hebben. De aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt wordt verstevigd door de samenwerking tussen overheid, ondernemers en onderwijs. Er wordt gewerkt aan vijf voornemens: informatie delen en samen monitoren, werken aan een onderwijsaanbod dat aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt, een leven lang leren met doorlopende leerlijnen, voldoende stages en leer-werkplekken en het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt.
•
Thema 7: De rol van de gemeente en de plek in de regio Afhankelijk van de situatie zal de gemeente haar rol en positie moeten bepalen. De ene keer is de gemeente regisseur, andere keren dienstverlener, uitvoerder, regelhandhaver of beleidsbepaler. Aan ondernemers wordt zoveel mogelijk ruimte gegeven om te ondernemen en de gemeente faciliteert initiatieven binnen de wettelijke kaders. Bij de beleidsontwikkeling en –uitvoering worden relevante actoren betrokken. Dit draagt bij aan de gedachte van de gemeente als netwerkorganisatie. De gemeente gaat vaker het gesprek aan met ondernemers, werkt intensiever samen in de (Leidse) regio en wordt er meer ingezet op belangenbehartiging.
In het uitvoeringsprogramma worden per thema maatregelen benoemd die moeten bijdragen aan het realiseren van de ambities en de doelstelling. Ook is aangegeven wie betrokken wordt en wat het tijdspad is.
5
Hoofdstuk 1: Inleiding 1.1 Aanleiding De aanleiding om dit beleid op te stellen is meerledig. Ten eerste is het Economisch beleidsplan Leiderdorp 2005-2008 verouderd en heeft de recent uitgevoerde evaluatie geconcludeerd1 dat de gestelde doelen zijn behaald en de geleverde inspanningen grotendeels zijn uitgevoerd. Een aantal belangrijke conclusies uit deze evaluatie zijn: • Het aantal bedrijven is in de periode 2004-2012 fors toegenomen, namelijk van 830 (2004) naar 1.069 (2012). Ook het aantal werkzame personen is in deze periode fors toegenomen: van 9.299 (2004) naar 12.140 (2012). Met name in de sector zorg en welzijn is het aantal arbeidsplaatsen fors toegenomen vanwege de realisatie van de zorgboulevard; • Een derde van de Leiderdorpers werkt in Leiderdorp; ruim 40% van de mensen die in Leiderdorp werkt, is niet woonachtig in Leiderdorp; • De detailhandelsstructuur is in de periode vanaf 2005 niet wezenlijk veranderd. De nieuwbouw in het winkelcentrum Santhorst is een positieve ontwikkeling. De dagelijkse sector laat een goed functioneren zien, waarbij vooral de Winkelhof een sterke invloed heeft op het totaalbeeld; • De tevredenheid van ondernemers in Leiderdorp is in de loop der jaren over het algemeen genomen toegenomen. Het is van belang om als gemeentelijke overheid een actueel beleid te hebben waar alle economische onderwerpen – althans, daar waar de gemeentelijke overheid taken en bevoegdheden heeft – in worden verwoord. Het economisch beleid is een samenstel van doelstellingen en bijbehorende actiepunten die binnen de looptijd van het beleid gerealiseerd worden. De tweede aanleiding is dat er in 2012 gestart is met het proces om een gezamenlijke Economische agenda Leidse regio op te stellen. In nauwe samenwerking tussen de drie O’s – de overheden (Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en Voorschoten), de onderwijsinstellingen en de ondernemers – is een agenda opgesteld op basis van vijf thema’s die de kracht van de Leidse regio benadrukken. Aan deze thema’s is een uitvoeringsprogramma gehangen die zijn uitwerking krijgt in een periode tot 2020. De vijf thema’s zijn: (1) economische structuurversterking, (2) ondernemerschap & starters, (3) onderwijs & arbeidsmarkt, (4) vestigingsklimaat, ruimte & mobiliteit, (5) regiomarketing & acquisitie. De Economische agenda heeft een looptijd tot 2020. Het uitvoeringsprogramma is opgesteld in vier categorieën van acties, te weten (1) het laaghangend fruit (acties die in 2013/2014 uitgevoerd worden); (2) acties die geen of een bescheiden budget vragen (acties die vanaf 2014 worden uitgevoerd); (3) acties waar nog geen budget of eigenaarschap voor is gevonden en (4) acties die op dit moment onvoldoende prioriteit hebben. Voor Leiderdorp is in de Economische agenda Leidse regio ingezet om te investeren in de versterking van het zorgcluster, het vestigingsklimaat en het mkb, omdat dit items zijn waar Leiderdorp sterk in is. Dat heeft de evaluatie van het eerder aangehaalde economisch beleidsplan uitgewezen. Deze twee genoemde aanleidingen kunnen worden samengebracht tot de derde aanleiding, namelijk economische, maatschappelijke en politiek-bestuurlijke ontwikkelingen die zich op lokaal en regionaal hebben voorgedaan in de afgelopen jaren en die tegelijkertijd kansen en uitdagingen bieden waarop de gemeente de komende jaren een antwoord moet hebben.
1
Vastgesteld d.d. 29 oktober 2013; Corsanummer 2013U03058
6
Economische ontwikkelingen zoals een flexibele arbeidsmarkt, een forse toename van het aantal zzp’ers en een toenemende werkloosheid in de afgelopen jaren zorgen voor nieuwe arbeidsverhoudingen. Door Het Nieuwe Werken neemt het ruimtegebruik in kantoren af, waardoor er meer behoefte is aan kleinschaligere kantoren; een van de redenen van een toenemende kantorenleegstand. Daarnaast hebben een digitaliseringsslag en internetaankopen invloed op het winkelaanbod en een toenemende winkelleegstand. Randvoorwaarden zoals ruimtelijke ordening en bereikbaarheid zijn essentieel voor een gezond economisch klimaat. Daarnaast zijn er maatschappelijke ontwikkelingen die bijdragen aan een veranderende samenleving. Voorbeelden hiervan zijn de vergrijzing, digitalisering en internetaankopen. Ook de rol van de overheid verandert: de verzorgende overheid wordt teruggebracht tot een overheid die er is voor diegene die het nodig heeft en waarbij de burger in eerste instantie een beroep op zijn zelfredzaamheid of zijn eigen omgeving moet doen. De arbeidsmarkt en de zorg zijn hier voorbeelden van. Tot slot zijn er politiek-bestuurlijke ontwikkelingen. Op zowel gemeentelijk als op regionaal niveau is er in de afgelopen jaren veel ingezet op de beleidsontwikkeling op economisch gebied. Op gemeentelijk niveau is er beleid ontwikkeld op het gebied van detailhandel, koopzondagen en bedrijvigheid aan huis. Op regionaal niveau onder andere op het gebied van perifere detailhandel, kantorenleegstand en bedrijventerreinen. In de regionale economische samenwerking is er een verschuiving waar te nemen in de politiekbestuurlijke verhoudingen. Daar waar op politiek-bestuurlijk niveau tot 2012 Holland Rijnland een prominente plek speelde in de economische beleidsontwikkeling, wordt de rol van de subregio’s steeds belangrijker. Zowel in de Leidse regio, als in de Bollenstreek en in de regio Alphen aan den Rijn is men gestart met het opstellen van een gezamenlijke economische visie. Ook op ambtelijk niveau wordt in de subregio (waaronder de Leidse regio) intensiever samengewerkt dan in de periode vóór 2012. Deze verschuiving van regionaal naar subregionaal niveau betekent dat de subregio’s zich sterker willen profileren op economisch gebied ten opzichte van de samenwerking in een groot regionaal samenwerkingsverband. Een krachtige subregio met een eigen en herkenbare identiteit versterkt elkaars positie op een effectievere wijze ten opzichte van een regio met veel gemeenten die een divers en uiteenlopend karakter en problematiek kennen.
1.2 Doelstelling Met inachtneming van de conclusies uit de evaluatie van het Economisch beleidsplan 2005-2008, de Economische agenda Leidse regio 2013-2020 kan de volgende doelstelling en tevens ambitie voor het Economisch beleid 2014-2020 geformuleerd worden: “Het versterken van de economische structuur en het creëren van een aantrekkelijk economisch klimaat in Leiderdorp, waarbij tot 2020 de focus ligt op het mkb, de (perifere) detailhandel en de zorg” Met deze doelstelling en ambitie wordt een vertaling gemaakt van de Economische agenda Leidse regio naar Leiderdorp. De kracht en het onderscheidend vermogen van Leiderdorp op economisch gebied is op dit moment het mkb, (perifere) detailhandel en zorg. De komende jaren zullen deze sectoren centraal staan. Deze beleidsnota heeft een looptijd tot 2020. Hiermee wordt aangesloten op de looptijd van de Economische agenda Leidse regio.
7
1.2.1 Thema’s Het Economisch beleid 2014-2020 wordt opgesteld aan de hand van zeven thema’s. Deze thema’s zijn gekozen op basis van de evaluatie van het Economisch beleidsplan 2005-2008, de Economische agenda Leidse regio en het ambitiedocument van LAB071. Voor deze twee regionale stukken wordt een doorvertaling gemaakt naar gemeentelijk niveau. Voor de volgende thema’s wordt een toekomstbeeld tot 2020 uitgewerkt: • Versterken van de A4-zone Leiderdorp • Versterken van het zorgcluster door intensievere samenwerking met de Leidse regio • Profilering bedrijventerreinen • Investeren in (duurzame) economische structuur • Investeren in recreatie en toerisme • Investeren in onderwijs-arbeidsmarktbeleid • De rol van de gemeente en de plek in de regio Gekozen is om de horizon te verbreden door aansluiting te zoeken met economisch gerelateerde onderwerpen. De kracht hiervan is het zoeken van slimme verbindingen die de positie van Leiderdorp in de regio ten goede komt.
1.3 Totstandkoming beleid De afgelopen jaren is veel beleid ontwikkeld op economisch gebied. Zowel lokaal als regionaal. Het beleid rondom detailhandel, kantoren, koopzondagen en bedrijvigheid aan huis is geactualiseerd. Om een totaalbeeld te krijgen naar de vastgestelde beleidsnota’s op lokaal en regionaal niveau wordt verwezen naar de evaluatie van het Economisch beleidsplan 2005-2008 waar een integraal overzicht is opgenomen. Bij de totstandkoming van deze beleidsnota’s is veel aandacht besteed aan participatietrajecten met relevante actoren uit Leiderdorp. Doordat er al veel kennis uit de economische clusters is vergaard en de standpunten van de ondernemer- en winkeliersverenigingen bekend zijn, was er voor voorliggend beleid minder aanleiding om het gebruikelijke participatietraject te volgen. De Leiderdorpse vertegenwoordiging aan de Economische agenda Leidse regio en in het bijzonder de LOV is meerdere malen geconsulteerd. Hun opvattingen zijn zoveel mogelijk verwerkt. Bij het opstellen van de Economische agenda Leidse regio zijn tientallen partijen (vertegenwoordigers van ondernemers en onderwijsinstellingen) betrokken geweest. Doordat deze beleidsnota op een aantal thema’s een doorvertaling is naar de lokale situatie, kan worden gesteld dat ook de regionaal georiënteerde thema’s op draagvlak kunnen rekenen.
1.4 Integrale benadering Economie staat niet op zichzelf. Zo is in de beleidsvoorbereiding betrokkenheid geweest van de werkvelden bereikbaarheid, onderwijs-arbeidsmarkt, recreatie en toerisme en zorg. Het is van belang om het economisch beleid integraal aan te vliegen, omdat op die manier een houdbaar economisch profiel kan worden geschetst. Daarnaast zijn de economische onderwerpen meegenomen in de Toekomstvisie Leiderdorp 2025 (vastgesteld in 2013) en in de ruimtelijke en maatschappelijke structuurvisie (de vaststelling is voorzien in 2014). Tot slot wordt geput uit, zoals eerder aangegeven, de Economische agenda Leidse regio.
8
1.5 Evaluatie Economisch beleid 2014-2020 Deze beleidsnota wordt tussentijds geëvalueerd in 2017. Tijdens deze evaluatie worden de actiepunten uit het uitvoeringsprogramma beoordeeld in hoeverre deze zijn uitgevoerd. Indien zich eventuele onvoorziene ontwikkelingen voordoen, is een bijstelling van de kaders (thema’s) eveneens mogelijk. Ook worden de actiepunten uit de Economische agenda Leidse regio hierbij betrokken. Over de uitvoering van de Economische agenda Leidse regio wordt jaarlijks gerapporteerd. De actiepunten die op dit moment nog niet zijn voorzien of onvoldoende prioriteit hebben, worden wellicht de komende jaren uitgevoerd. Deze punten zullen bij de tussentijdse evaluatie worden betrokken en daar waar van toepassing, worden toegevoegd aan het uitvoeringsprogramma behorende bij voorliggend beleid. In 2020 vindt opnieuw een evaluatie plaats van het Economisch beleid 2014-2020. Naast een evaluatie worden ook de kaders voor een geactualiseerd economisch beleid na 2020 geformuleerd.
1.6 Opbouw Economisch beleid 2014-2020 Het Economisch beleid 2014-2020 is als volgt opgebouwd. Het eerste hoofdstuk is een inleidend hoofdstuk en bevat de aanleiding en de doelstelling. In hoofdstuk 2 staat het economisch profiel van de gemeente beschreven aan de hand van een feitelijke opsomming van relevante cijfers over de werkgebieden en werkgelegenheid . In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de zeven thema’s en vindt de uitwerking per thema plaats. Het afsluitende hoofdstuk 4 bevat het uitvoeringsprogramma met doelen, middelen en een tijdspad per thema
9
Hoofdstuk 2: Economisch profiel In dit hoofdstuk wordt het huidige economisch profiel van Leiderdorp beschreven aan de hand van feitelijke gegevens. In het profiel wordt, daar waar er cijfers bekend zijn, de economische ontwikkeling van de gemeente geschetst gedurende een aantal jaren. In alle andere gevallen worden er cijfers over een recent jaar weergegeven. Vanwege de beschikbaarheid van gegevens kan het voorkomen dat er een verschillend jaartal wordt gehanteerd. Wel is in alle gevallen geprobeerd om de meest recente cijfers te gebruiken. De tabellen en grafieken zijn zoveel mogelijk voorzien van een korte toelichting. De gebruikte cijfers zijn afkomstig van openbare bronnen. De bron staat bij de cijfers vermeld. Aan het einde van dit hoofdstuk worden enkele conclusies getrokken. Het economisch profiel en bijbehorende conclusies zijn de opmaat naar de thematische uitwerking in het volgende hoofdstuk.
Hoe scoort Leiderdorp in Nederland?
•
Plek 88 van de 415 gemeenten m.b.t. economische prestaties (bureau Louter, 2012)
•
Het aantal arbeidsplaatsen is de afgelopen 5 jaar met 28% toegenomen
•
2 van de 6 perifere detailhandelslocaties in Holland Rijnland
•
Nummer 42 van de 415 gemeenten van beste woongemeenten (Elsevier, 29 juni 2013)
•
Plek 39 van de 415 gemeenten m.b.t. welvaartsniveau (gemeten op basis van 7 indicatoren: besteedbaar inkomen per inwoner, inkomen per huishouden, percentage inwoners met bijstandsuitkering, werkloosheidspercentage onder laag/middelbaar opgeleiden, werkloosheidspercentage onder hoog opgeleiden, netto participatiegraad, bruto participatiegraad)
•
Rijnland Ziekenhuis op plek 3 van beste ziekenhuizen in Nederland (test AD, 2013)
•
Ruim 100.000 voertuigen per etmaal passeren Leiderdorp over de rijksweg A4
10
2.1 Kerncijfers Hieronder volgen enkele kerncijfers van Leiderdorp. De kerncijfers hebben betrekking op de bevolkingsomvang en –prognose en het bodemgebruik2.
Kerncijfers Leiderdorp 2012
Bodemgebruik
Gegevens Oppervlakte in km2 Land Water Inwoners Bedrijfsvestigingen Woningen en wooneenheden
Soort terrein 12,3 11,6 0,7 26.706 1.069 11.882
Bebouwd
Ontwikkeling bevolkingsomvang Leiderdorp en Leidse regio 2002-2012 Leiderdorp Leidse regio
2002 26.709 196.348
2007 26.077 196.769
2012 26.706 200.723
Bevolkingsprognose Leiderdorp en Leidse regio 2012-2030 Leiderdorp Leidse regio
2012 26.706 200.700
2020 26.100 201.000
Wonen Overig bebouwd Recreatie Park en plantsoen sportterrein Volkstuin Dagrecreatief terrein Verblijfsrecreatief terrein Agrarisch Bos Overig Verkeer Semi-bebouwd
Aantal ha 385 298 87 101 47 34 6 13 537 12 122 73 49
2030 26.600 207.600
Figuur 1. Ontwikkeling potentiele beroepsbevolking voor zowel Leiderdorp als Zuid-Holland Bron: Regionaal Informatiesysteem Samenleving Zuid-Holland
2
Gemeente Leiden, Kerncijfers Leidse regio 2012/2013
11
Toelichting kerncijfers: De bevolkingsomvang is in de periode 2002-2012 nagenoeg gelijk gebleven. Rond 2007 was een lichte daling. De bevolkingsomvang was in 2012 weer terug op het niveau van 2002. In de Leidse regio is een lichte stijging in de bevolkingsomvang. De prognose tot 2030 levert eenzelfde beeld op. De Leiderdorpse grond is met name bestemd voor wonen, recreëren en agrarisch. Daar waar de potentiële beroepsbevolking in Zuid-Holland licht daalt in de periode 2012-2030, daalt de potentiële beroepsbevolking in Leiderdorp over deze periode sterk. Leiderdorp zal dus rekening moeten houden met een sterke vergrijzing en een druk op de beroepsbevolking.
2.2 Werkgelegenheid Onderstaande tabellen gaan in op het aantal vestigingen en het aantal werkzame personen per sector over de periode 2008-20123.
Aantal vestigingen en werkzame personen 2008-2012 Aantal vestigingen Werkzame personen
2008 924 9.482
2009 965 12.070
2010 961 12.083
2011 1.098 12.236
2012 1.069 12.140
Aantal vestigingen en werkzame personen per sector 2008-2012 Sector
2008 Vestigingen Werknemers 12 18
Landbouw, bosbouw, visserij Industrie 37 Bouwnijverheid 104 Groot- en detailhandel; 235 reparatie van auto’s Vervoer en opslag 11 Logies-, maaltijd-, en 26 drankverstrekking Informatie en communi- 29 catie Financiële instellingen 19 Verhuur van en handel in 13 onroerend goed Advisering, onderzoek, 158 special. zakelijke dienstverlening Verhuur van roerende 36 goederen, overige zakelijke dienstverlening Openbaar bestuur, over- 7 heidsdiensten, sociale verzekeringen Onderwijs 48 Gezondheids- en wel- 110 zijnszorg Cultuur, sport en recrea- 25 tie 3 Overige dienstverlening Bedrijvenregister Zuid-Holland542008-2012
2012 Vestigingen Werknemers 16 24
273 642 2.076
35 114 220
337 404 2.013
85 264
16 32
47 364
82
45
95
58 69
18 10
51 56
944
197
1.078
212
53
250
889
6
849
811 2.794
63 144
908 5.399
133
36
132
132
64
133
12
Toelichting aantal vestigingen en werkzame personen 2008-2012: In de periode 2008-2012 is het aantal vestigingen en het aantal werkzame personen toegenomen. Met name het aantal werkzame personen in deze periode is met bijna 4.000 arbeidsplaatsen flink gestegen. Deze stijging is met name te danken aan de sector gezondheids- en welzijnszorg, waar het aantal werkzame personen is toegenomen van 2.794 in 2008 naar 5.399 in 2012. Ook in de sectoren industrie; logies-, maaltijd- en drankverstrekking; advisering, onderzoek, specialistische zakelijke dienstverlening en het onderwijs is het aantal werkzame personen gestegen. Het aantal werkzame personen in de sectoren bouwnijverheid en vervoer en opslag is relatief sterk afgenomen. De sectoren die in Leiderdorp sterk zijn vertegenwoordigd, zowel in het aantal vestigingen als in het aantal werkzame personen, zijn de groot- en detailhandel en reparatie van auto’s; advisering, onderzoek, specialistische zakelijke dienstverlening; onderwijs en gezondsheids- en welzijnszorg.
Op de volgende pagina’s wordt nader ingegaan op de vestigingen en het aantal werkzame personen op de Leiderdorpse werkgebieden.
Pendelgegevens Hieronder volgt een overzicht (in procenten) van de pendelgegevens van werkzame personen van Leiderdorp naar een gemeente in de Leidse regio of elders in Nederland en een percentage werkzame personen uit de Leidse regio of elders in Nederland die in Leiderdorp werkt.
Pendelgegevens Leidse regio: Bureau Louter
Toelichting pendelgegevens De tabel over de inkomende pendel (van andere gemeente naar Leiderdorp) geeft aan dat een derde van de Leiderdorpers woont en werkt in de eigen gemeente. 15% van de werkzame personen in Leiderdorp is afkomstig uit Leiden. Ruim 40% van de mensen die in Leiderdorp werken, zijn niet afkomstig uit de gemeenten van de Leidse regio. De tabel over de uitgaande pendel (vanuit Leiderdorp naar andere gemeenten) geeft aan dat het merendeel van de Leiderdorpers werkt in de eigen gemeente (31%), Leiden (28%) of buiten de Leidse regio (37%).
13
2.3 Werkgebieden4 Leiderdorp kent winkelgebieden, bedrijventerreinen, grootschalige kantoorlocaties en een zorgboulevard. Op de volgende pagina’s worden de werkgebieden feitelijk beschreven. Winkelhof De Winkelhof is het hoofdwinkelcentrum van Leiderdorp. Er zijn circa 65 winkels (2013) met een totale oppervlakte van ruim 12.500 m2 wvo. De Winkelhof kenmerkt zich met een sterk accent op boodschappen en een gevarieerd aanbod in niet-dagelijkse artikelen. Het aandeel recreatief winkelaanbod is groot en er is sprake van enig doelgericht aanbod. Wekelijks bezoeken zo’n 75.000 mensen de Winkelhof. In het kader van het Centrumplan zal de Winkelhof worden uitgebreid met ruim 6.000 m2 wvo. De start van de uitbreiding is voorzien in 2014 en zal vermoedelijk in 2016 worden opgeleverd.
Cijfers Winkelhof 2004 en 2011 Omzet (in miljoenen euro’s) Aantal winkels
Dagelijkse artikelen Niet-dagelijkse artikelen Dagelijkse artikelen Niet dagelijkse artikelen
Totale leegstand Totaal aantal winkels Bron: factsheets Koopstromenonderzoek 2011
Mode en luxe Vrije tijd In en om het huis Overig
2004 56 29 15 (4.981 m2) 28 (4.360 m2) 6 (1.270 m2) 12 (1.584 m2) 0 1 (150 m2) 62 (12.345 m2)
2011 60 29 18 (5.357 m2) 28 (4.432 m2) 6 (1.236 m2) 9 (1.374 m2) 0 1 (350 m2) 62 (12.749 m2)
Santhorst De Santhorst is een wijkgericht winkelcentrum met het accent op de dagelijkse boodschappen. Het winkelcentrum omvat ruim 2.000 m2 wvo, waarvan ruim 1.700 m2 dagelijks aanbod. De Santhorst is een onderdeel van het Centrumplan, waarbij Winkelhof en Santhorst ruimtelijk met elkaar zijn verbonden door de Park Promenade (Laan van Berendrecht). Ook de weekmarkt vindt nabij de Santhorst plaats. Oranjegalerij De Oranjegalerij is een buurtcentrum gelegen in Leiderdorp Zuid (het oude dorp). Het centrum heeft vier winkels met een totaal oppervlakte van 310 m2 wvo. Daarnaast is er een bank en zijn er nog twee zaken gevestigd die zich richten op persoonlijke verzorging. Recent is een mini supermarkt geopend voor de verkoop van dagelijkse producten als groente, fruit, brood en zuivel. De mini supermarkt is in ieder geval geopend totdat de Lidl aan het Amaliaplein wordt geopend.
4
Factsheets Koopstromenonderzoek, 2011
14
WOOON WOOON is een perifere detailhandelslocatie (pdv-locatie) met een aanbod dat gericht is op woninginrichting. De nadruk ligt op het midden en hoge segment. WOOON omvat 29 winkels met ruim 34.000 m2 wvo. Het meubelcentrum bestaat uit een oorspronkelijk naar binnen gericht meubelplein en een grootschalige winkelstrip parallel aan de snelweg A4. Sinds 2013 worden ook kleine speciaalzaken binnen het thema woninginrichting toegestaan. Er is sprake van enige mate van leegstand.
Cijfers WOOON 2004 en 2011 Omzet (in miljoenen euro’s) Aantal winkels
Dagelijkse artikelen Niet-dagelijkse artikelen Dagelijkse artikelen Niet dagelijkse artikelen
Mode en luxe Vrije tijd In en om het huis Overig
Totale leegstand Totaal aantal winkels Bron: factsheets Koopstromenonderzoek, 2011
2004 55 0 0 0 12 (18.725 m2) 0 2 (3.190 m2) 14 (21.915 m2)
2011 0 17 0 0 1 (56 m2) 28 (34.438 m2) 0 0 29 (34.494 m2)
Baanderij De Baanderij heeft een bruto-oppervlakte van 31 hectare. Het bedrijventerrein is een binnenstedelijk bedrijventerrein. De kwaliteit van het terrein is redelijk tot goed. In de loop der jaren zijn steeds minder bedrijven gehuisvest in de traditionele bedrijventerreinsectoren (de bouw en de handel & reparatie). De Baanderij richt zich steeds meer op twee deelgebieden die onafhankelijk van elkaar functioneren: het reguliere bedrijvendeel en het perifere detailhandelsdeel. Binnen het reguliere bedrijvendeel zijn de volgende sectoren aanwezig5:
Bron: Feitenblad kerncijfers bedrijventerreinen Holland Rijnland, 2012
De Baanderij is, naast een bedrijventerrein, ook een perifere detailhandelslocatie (pdv-locatie). Het pdv-gedeelte kent een oppervlakte van bijna 27.000 m2; zo’n 10% van de totale oppervlakte. Er zijn ca. 19 winkels gevestigd.
5
Factsheet Economische en Kwalitatieve Rapportage Stec Groep BV, 2013
15
Aantal vestigingen en werkzame personen De Baanderij vestigingen Werkzame personen 2009 2010 2011 2012 2009 2010 2011 138 133 138 138 1.459 1.320 1.297 Bron: Feitenblad kerncijfers bedrijventerreinen Holland Rijnland 2012
2012 1.431
Cijfers Baanderij (pdv-locatie) 2004 en 2011 Omzet in euro’s Aantal winkels
Dagelijkse artikelen Niet-dagelijkse artikelen Dagelijkse artikelen Niet dagelijkse artikelen
Mode en luxe Vrije tijd In en om het huis Overig
Totale leegstand Totaal aantal winkels Bron: factsheets Koopstromenonderzoek, 2011
2004 35 0 0 2 (1.958 m2) 29 (24.159 m2) 1 (200 m2) 1 (2.500 m2) 33 (28.817 m2)
2011 0 21 0 0 2 (1.275 m2) 16 (24.027 m2) 0 1 (1.600 m2) 19 (26.902 m2)
Het aanbod varieert van doe-het-zelfzaken, wonen en een gemengd aanbod van watersport en computers. Daarnaast is er door de gemeenteraad in 2012 maximaal 4.000 m2 bestemd ten behoeve van de vestiging van detailhandel op het moment er geen fysieke ruimte in de winkelcentra (Winkelhof en Santhorst) is.
De Lage Zijde De Lage Zijde is een bedrijventerrein en biedt op dit moment ruimte aan circa 40 bedrijven en is volledig uitgegeven6. Over het algemeen is er sprake van relatief kleinschalige bedrijvigheid. Ruimte voor uitbreiding is er vrijwel niet. De aanwezige bedrijvigheid varieert van aannemersbedrijven of bouwgerelateerde bedrijven, distributiebedrijven, opslag en (auto)reparatiebedrijven tot installatiebedrijven. Detailhandel is hier niet gevestigd. Kantoren bevinden zich wel op het bedrijventerrein. Daarnaast zijn op het bedrijventerrein een fotostudio en een bordeel gevestigd. Ook het afvalrecyclingbedrijf Vliko heeft hier haar vestigingsplaats. Gemeente Leiderdorp is met Vliko is in een intentieverklaring overeengekomen dat het bedrijf in 2016 verplaatst naar bedrijventerrein De Grote Polder in Zoeterwoude. De intentieverklaring moet voor eind 2013 leiden tot een definitieve koopovereenkomst waarin de verplaatsing definitief wordt vastgelegd.
Aantal vestigingen en werkzame personen De Lage Zijde vestigingen Werkzame personen 2009 2010 2011 2012 2009 2010 2011 29 29 28 27 329 337 331 Bron: Feitenblad kerncijfers bedrijventerreinen Holland Rijnland, 2012
6
2012 314
Bestemmingsplan Lage Zijde, 2013
16
Solitaire detailhandelsvestigingen Naast de detailhandelsconcentraties is er een aantal solitaire detailhandelsvestigingen. Deze zijn: • Splinterlaan (“Shopcenter Zijlkwartier”; bestaat uit onder andere een Turks(e) bakker/ eethuis, een kledingzaak, een kapper en een cafetaria); • Hoogvliet Leyhof (supermarkt); • Tuincentrum Ranzijn; • Enkele winkels in de Hoofdstraat (waaronder een kapper en een bloemenzaak). De verwachting is dat Ikea in 2015 een vestiging in Leiderdorp opent. Daarnaast is de aanbesteding voor de vestiging van een supermarkt (Lidl) aan het Amaliaplein recent afgerond. Kantoorlocaties
Bron: Kantorenmonitor Holland Rijnland, 2013
17
Een grote kantorenlocatie in Leiderdorp is gelegen aan de rijksweg A4 en bevindt zich in het W4gebied (Leiden, Leiderdorp, Zoeterwoude). De W4-locatie in Leiderdorp is verdeeld in twee deelgebieden, Vierzicht en Bospoort, en is zo’n 77.000 m2. Hiervan is 15.000 m2 bestemd als kantorenlocatie, welke op dit moment nog niet is gerealiseerd. Als gevolg van de gemaakte afspraken in Holland Rijnland7 ligt de focus op de grotere kantorenlocaties, te weten kantoren groter dan 2.500 m2. De locatie Vierzicht heeft een aparte status gekregen vanwege het W4-project, hetgeen betekent dat de 15.000 m2 beschikbare grond bestemd voor kantoorontwikkeling geoptimaliseerd wordt door in het multifunctionele programma het aandeel nietkantoorfuncties te vergroten. De W4-locatie Leiderdorp heeft de volgende kenmerken:
Kenmerken W4-locatie Leiderdorp Vierzicht
15.000 m2 detailhandel (volledig gerealiseerd) 15.000 m2 bedrijven (ca. 10.000 m2 gerealiseerd) 15.000 m2 kantoren (nog niet gerealiseerd) Totaal oppervlakte Vierzicht platte vlak: ca. 26.000 m2 Bospoort 22.000 m2 PDV, bestemd t.b.v. Ikea (waarvan 14.500 m2 vergund, nog niet gerealiseerd) 10.000 m2 bedrijven (nog niet gerealiseerd) Totaal oppervlakte Bospoort platte vlak: ca. 45.000 m2 In de Regionale Kantorenstrategie van Holland Rijnland wordt de kantorenlocatie in het W4-gebied op potentie beoordeeld: Typering:
Multifunctionele snelweglocatie (met regionale voorzieningen)
Potentie:
(-)Gedateerd vastgoed (High Tech park) (-)Verblijfswaarde (+)Autobereikbaarheid (+)Zichtbaarheid (+) Hoogwaardige nieuwbouw
Naast de W4-locatie zijn in Leiderdorp de volgende kantoorlocaties groter dan 2.500 m2: • Elisabethhof: totale oppervlakte ca. 9.750 m2, waarvan leegstand 3.400 m2 en getransformeerd naar woningbouw 5.300 m2 • Statenhof (Reaal 2-5): 8.000 m2, waarvan leegstand: 4.000 m2 • 3 Panden Politie Hollands-Midden: ruim 13.000 m28
Zorgboulevard In Leiderdorp is de sector zorg over de gehele levenscyclus aanwezig: een geboorteloket in het gemeentehuis en in het Rijnland ziekenhuis, Cardea voor de jeugdzorg, Activite voor de thuiszorg, een regionaal ziekenhuis voor hoogwaardige medische zorg, een woon-zorgcomplex, verzorgingstehuizen en een begraafplaats en mogelijk een crematorium in de toekomst.
7
Holland Rijnland, 2012 Mogelijk kunnen deze panden in de toekomst ook leeg komen te staan, vanwege de reorganisatie van de politie in de Nationale Politie
8
18
Zorg en welzijn is hiermee een belangrijke sector in Leiderdorp. In de periode 2004-2011 is het aantal vestigingen en het aantal arbeidsplaatsen sterk gestegen. Het aantal vestigingen is in deze periode gestegen van 78 naar 144 en het aantal arbeidsplaatsen is verdubbeld van 2.660 naar 5.399. De zorgboulevard aan de Simon Smitweg heeft hier een positieve bijdrage aan geleverd met de vestiging van grote regionale zorg- en welzijnsaanbieders als de Rijnland Zorggroep, Activite, Cardea en Medisch Centrum Kinderwens. Er is nog ca. 5.000 m2 beschikbaar voor de vestiging van nieuwe zorgen welzijnaanbieders9.
2.4 Werkloosheidscijfers Hieronder wordt kort ingegaan op de werkloosheidscijfers in Leiderdorp. Het overzicht is onderverdeeld in niet-werkende werkzoekenden en mensen met een Wwb-uitkering.
Niet-werkende werkzoekenden – cijfers september 2013 Totaal
% beroepsbevolking
Man
Vrouw
Verschil met vorige Verschil met sepmaand (in aantallen) tember 2012 828 6,6 416 412 + 14 + 273 Bron: Basisset regionale arbeidsmarktinformatie, Holland Rijnland, september 2013
Niet-werkende werkzoekenden naar leeftijd en duur niet-werkend – cijfers september 2013 Totaal aantal 15-27 jaar 27-50 jaar > 50 jaar < 3 mnd 3-6 mnd >6 mnd 828 88 403 337 135 99 594 Bron: Basisset regionale arbeidsmarktinformatie, Holland Rijnland, september 2013
Aantal Wwb-uitkeringen (mensen jonger dan 65 jaar) 31 december 2010 31 december 2011 234 274 Bron: szwnet, gemeente Leiden
31 december 2012 286
30 juni 2013 306
Toelichting tabellen niet-werkende werkzoekenden en aantal Wwb-uitkeringen Het aantal niet-werkende werkzoekenden is in één jaar tijd gestegen met 273 personen. Het merendeel van het aantal niet-werkende werkzoekenden bevindt zich in de leeftijdscategorie 27-50 jaar. Ook een groot aantal bevindt zich in de leeftijdscategorie van 50 jaar en ouder. 594 mensen zijn langer dan 6 maanden op zoek naar een baan. Het aantal Wwb-uitkeringen is in een periode van 2 ½ jaar fors toegenomen met 72 personen.
9
Locatie Vierzicht, waarvan in totaal 15.000 m2 voor bedrijven is bestemd; 5.000 m2 hiervan (Kavel 1) is nog niet gerealiseerd.
19
2.5 Conclusies economisch profiel Leiderdorp Op basis van het voorgaande kunnen de volgende conclusies worden getrokken: • De bevolkingsomvang in Leiderdorp is in de periode 2002-2012 nagenoeg gelijk gebleven. De prognose is dat de bevolkingsomvang tot 2030 eveneens nagenoeg gelijk blijft. In de Leidse regio is een lichte stijging van het aantal inwoners. Dat is ook de verwachting naar 2030. • De potentiële beroepsbevolking in Leiderdorp daalt in de periode tot 2030 fors. Leiderdorp zal rekening moeten houden met een sterke vergrijzing en een druk op de beroepsbevolking, omdat een derde van de Leiderdorpse beroepsbevolking in Leiderdorp woont en werkt. De potentiële beroepsbevolking in Zuid-Holland daalt licht. • In de periode 2008-2012 is het aantal vestigingen en het aantal werkzame personen toegenomen. Met name in de sector gezondheids- en welzijnszorg is het aantal vestigingen en werkzame personen sterk toegenomen door de realisatie van de zorgboulevard. Het aantal vestigingen lag in 2008 op 78 en in 2012 op 144. In 2008 waren er 2.794 personen werkzaam in deze sector en in 2012 5.399 personen. Andere sectoren die in Leiderdorp sterk zijn vertegenwoordigd, zowel in het aantal vestigingen als in het aantal werkzame personen, zijn de groot- en detailhandel en reparatie van auto’s; advisering onderzoek en specialistische zakelijke dienstverlening. • De werkloosheid stijgt fors. In één jaar tijd is het aantal niet-werkende werkzoekenden gestegen met 273 personen. Het merendeel van de niet-werkende werkzoekenden bevindt zich in de leeftijdscategorie 27-50 jaar. Ook een groot aantal bevindt zich in de leeftijdscategorie van 50 jaar en ouder. 594 mensen zijn langer dan 6 maanden op zoek naar een baan. • De detailhandelsstructuur is in de loop der jaren niet wezenlijk veranderd. De Winkelhof is het hoofdwinkelcentrum en er is detailhandel toegevoegd op de Baanderij (maximaal 4.000 m2). De komst van een supermarkt aan het Amaliaplein en de Ikea moeten daarnaast zorgen voor een versterking van de detailhandelsstructuur en het winkelaanbod. • De aanhoudende economische crisis heeft grote invloed op de meubelbranche. Dit is terug te zien in een sterk verminderde omzet en een toenemende leegstand bij WOOON. • Zo’n 25% van de kantoren in Leiderdorp staan leeg. Een deel hiervan, niet meegenomen in de cijfers, wordt getransformeerd naar wonen (Elisabethhof) of is weer gevuld. Op de kantorenlocatie Vierzicht is 15.000 m2 beschikbaar. • De locatie Baanderij is een belangrijk bedrijventerrein met een verscheidenheid aan bedrijvigheid in de sector mkb. Met name de handel en reparatie en zakelijke dienstverlening springen hier in positieve zin uit. Op basis van het vorenstaande blijkt dat het economisch profiel van Leiderdorp een sterke profilering kent op het gebied van het mkb en (perifere) detailhandel en zorg. De visie om te focussen in waar de kracht ligt, wordt recht gedaan door de doelstelling en de ambitie uit hoofdstuk 1 nader in te vullen.
20
Hoofdstuk 3: Thematische uitwerking In dit hoofdstuk worden de zeven thema’s verder uitgewerkt in een toekomstbeeld met een looptijd tot 2020. De zeven thema’s moeten bijdragen aan het behalen van de doelstelling en de ambitie om de economische structuur te versterken en om een aantrekkelijk economisch klimaat in Leiderdorp te creëren, waarbij de focus ligt op het mkb, de (perifere) detailhandel en de zorg. In de periode 2014-2020 wordt ingezet op de volgende thema’s: • Thema 1: Versterken van de A4-zone Leiderdorp • Thema 2: Versterken van het zorgcluster door intensievere samenwerking met de Leidse regio • Thema 3: Profilering bedrijventerreinen • Thema 4: Investeren in (duurzame) economische structuur • Thema 5: Investeren in recreatie en toerisme • Thema 6: Investeren in onderwijs-arbeidsmarktbeleid • Thema 7: De rol van de gemeente en de plek in de regio De uitwerking is per thema verschillend, omdat het karakter en de grondslag van de thema’s een andere oorsprong kent. Dit doet echter geen afbreuk aan het behalen van de doelstelling, omdat de thema’s elkaar versterken.
Thema 1: Versterken van de A4-zone Leiderdorp In 2020 wil Leiderdorp een belevingsboulevard met een verscheidenheid aan (perifere) detailhandel en waarbij de A4-zone gecompleteerd wordt met kantoren en een zorgboulevard. De A4-zone Leiderdorp bestaat uit diverse deelgebieden die los van elkaar functioneren, maar elkaar versterken. De A4-zone Leiderdorp bestaat uit de zone tussen (de toekomstige vestiging van) Ikea en de zorgboulevard, waarbij WOOON de flanken verbindt. Voor Leiderdorp is dit een belangrijk economisch gebied vanwege de verscheidenheid aan perifere detailhandel, kantoorlocaties en zorg. In het bereikbaarheidsonderzoek tussen Leiden en Leiderdorp – LAB07110 – is de A4-zone Leiderdorp als economische toplocatie in de regio aangemerkt11. De (bereikbaarheids)opgaven die voor dit gebied zijn benoemd, zijn het verbeteren van de HOV-bereikbaarheid en het faciliteren van ruimtelijk programma. De strategisch ligging van en de economisch krachtige A4-zone Leiderdorp willen we de komende jaren versterken. Daar waar de kracht ligt, daar ligt de focus. De komende jaren zetten we in op de versterking van de hoofdclusters perifere detailhandel, kantoren en zorg. Een aanvullend thema, bijvoorbeeld leisure, kan bijdragen aan het meer aantrekkelijker en veelzijdiger maken van het gebied. Het gebied tussen de Ikea en WOOON heeft als één gebied veel potentie door het realiseren van een belevingsboulevard met een scala aan elkaar versterkende pdv-gerelateerde vestigingen. Vanwege de toplocatie als het gaat om bereikbaarheid – meer dan 100.00 voertuigen per etmaal over de A4 en de gunstige ligging ten opzichte van Amsterdam, Schiphol, Den Haag, Rotterdam – zetten we in om, naast pdv, de beschikbare kavels in Vierzicht te benutten voor kantoorconcepten die flexibele werkplekken en aanverwante faciliteiten aanbieden. 10 11
Leidse Agglomeratie Bereikbaar Ambitiedocument LAB071, Leiden en Leiderdorp, 2013
21
De openbare ruimte scheidt de deelgebieden van de A4-zone Leiderdorp. Om de A4-zone als één gebied te zien, is een aantrekkelijke én een beter toegankelijke verbinding voor auto’s en voetgangers nodig. Om dit te realiseren, is een integrale gebiedsontwikkeling A4-zone Leiderdorp noodzakelijk. De gemeente daagt de marktpartijen uit om een dergelijke gebiedsvisie op te stellen en treedt met hen in overleg om dit, binnen de mogelijkheden die de wet- en regelgeving én de regionale afspraken, vorm te geven.
Thema 2: Versterken van het zorgcluster door intensievere samenwerking met de Leidse regio In 2020 wil Leiderdorp een zorgboulevard dat een prominente rol speelt in het regionale zorgdomein. In de Leidse regio is het zorginnovatiecluster sterk in ontwikkeling. Niet alleen rondom het LUMC en het Bio Science Park in Leiden wordt volop ingezet op het versterken van de zorginnovatie, ook in de gemeenten rondom Leiden zijn veel zorggerelateerde instellingen aanwezig. Zo is er in Oegstgeest een centrum voor geestelijke gezondheidszorg en ook in Voorschoten bevindt zich een aantal zorginstellingen. In Leiderdorp is een aantal belangrijke regionale spelers gevestigd. Naast de Rijnland Zorggroep, zijn dat Activite, Cardea en het Medisch Centrum Kinderwens. Om een sterke regionale speler te kunnen zijn, is het versterken van de zorgboulevard in Leiderdorp van belang. Daarom zetten we in op een Leiderdorps zorgcluster. Om de onderlinge samenwerking te bevorderen wordt een gezamenlijke visie opgesteld waaraan de aanwezige zorginstellingen, de Leiderdorpse Ondernemersvereniging en de gemeente partij zijn. De gemeente neemt hiertoe het initiatief en faciliteert waar nodig. Vanwege de aanwezigheid van een verscheidenheid aan zorg- en welzijnsinstellingen die zich geconcentreerd in Leiderdorp hebben gevestigd, is dit gebied een aantrekkelijke locatie voor nieuwe instellingen. De beschikbare kavel in het gebied Vierzicht (Kavel 1) biedt de mogelijkheid om nieuwe zorg- en welzijnsinstellingen aan te trekken. Ook zal de samenwerking in regionaal verband worden versterkt. De acties die in de Economische agenda Leidse regio staan, zijn hierin leidend. Dat betekent dat er een business case praktijk zorgdomein wordt opgesteld. Deze business case betreft een structurele samenwerking tussen de regionale zorginstellingen met als doel het verder verhogen van de kwaliteit en de doelmatigheid van zorg. In de business case wordt de toegepaste en de fundamentele kant van het zorgdomein met elkaar worden verbonden ter versterking van het zorgcluster. Het is daarom van belang om in Leiderdorp een sterk zorgcluster te hebben, zodat de aansluiting met de regio eenvoudig te realiseren is. Een eerste aanzet voor een intensievere samenwerking in de Leidse regio wordt al gegeven door het Rijnland Ziekenhuis en het Diaconessenhuis. Beide ziekenhuizen zijn actief om de zorg in de regio beter te organiseren. Door een verkenning uit te voeren naar een intensievere samenwerking tussen beide ziekenhuizen, wordt beoogd dat de patiënten in de regio gebruik kunnen blijven maken van een breed aanbod van ziekenhuiszorg van hoge kwaliteit. Ziekenhuizen worden geconfronteerd met steeds strengere kwaliteits- en volumenormen vanuit beroepsgroepen en verzekeraars. Deze normen zijn aanleiding om onderzoek te doen naar concentratie en spreiding van zorg in de regio Leiden. Zo hebben diverse maatschappen van specialisten verregaande plannen tot samenwerking. Door gebruik te maken van elkaars kennis en ervaring blijft ook in de toekomst de kwaliteit van de zorg gewaarborgd. Belangrijk uitgangspunt hierbij is een goede samenwerking met en toegankelijkheid voor partners in de zorgketen, zoals huisartsen. Per 22
locatie zal een zorgprofiel gemaakt worden. Daarbij zullen in ieder geval de drie ziekenhuislocaties centra voor poliklinische behandelingen en voor basis-ziekenhuiszorg blijven. Naar verwachting zal in aanvulling daarop het accent bij het Diaconessenhuis Leiden komen te liggen op chronische en oncologische zorg, bij Rijnland Zorggroep in Leiderdorp op acute en overige topklinische zorg en in Alphen aan de Rijn op electieve zorg. Om de zorgprofielen per locatie uit te werken worden medisch specialisten en medewerkers gevraagd hierover actief mee te denken. In de samenwerking tussen de Rijnland Zorggroep en het Diaconessenhuis blijft de samenwerking met het LUMC als academisch partner in stand.
Thema 3: Profilering bedrijventerreinen In 2020 wil Leiderdorp onderscheidende en complementaire werklandschappen. Leiderdorp kent twee bedrijventerreinen, De Baanderij en De Lage Zijde. Op het gebied van bedrijventerreinen zijn een tweetal regionale ontwikkelingen op dit moment gaande. Deze zijn van belang voor de ontwikkelrichting van de terreinen. Ten eerste wordt vanuit Holland Rijnland, in vervolg op een Behoefteraming Bedrijfshuisvesting 2.0 van Holland Rijnland12, een Economische Effectrapportage opgesteld. Een tweede ontwikkeling komt voort uit de Economische agenda Leidse regio waarin het voornemen is uitgesproken om bedrijventerreinen te ontwikkelen naar werklandschappen. Beide ontwikkelingen worden onder dit thema nader uitgewerkt en op basis hiervan wordt een ontwikkelrichting tot 2020 bepaald. Economische Effectrapportage In de door Stec Groep BV uitgevoerde Economische Effectrapportage voor Holland Rijnland13 (EER) zijn 21 bedrijventerreinen in de regio onderzocht. Ook worden de economische trends meegenomen die zijn gebaseerd op de Behoefteraming Bedrijfshuisvesting. Met de EER wordt een scherp beeld gegeven van de economische kwaliteit en toekomstpotentie van de bedrijventerrein. Een van de onderzochte bedrijventerreinen is de Baanderij14. De Baanderij is beoordeeld op de mate waarin het bedrijventerrein inspeelt op de behoefte van de markt en in hoeverre het terrein is voorbereid op toekomstige trends en ontwikkelingen op de bedrijventerreinenmarkt. In de Behoefteraming Bedrijfshuisvesting is een aantal algemene trends beschreven die de toekomstige economische ontwikkelingen op bedrijventerreinen voor een belangrijk deel vormgeven en bepalen. Deze trends zijn internationalisering, stedelijke concentratie, schaalvergroting en groei logistiek, groei aantal starters en zzp’ers en functiemenging. Het oordeel dat Stec over de Baanderij geeft, is de volgende: Internationalisering Redelijk
Stedelijke concentratie Sterk
Schaalvergroting en groei logistiek Redelijk
Groei aantal starters/ ZZP’ers Sterk
Functiemenging Goed
Score Goed
Op basis van dit oordeel, adviseert Stec om voor de Baanderij in te zetten op: • Stedelijke concentratie – In de toekomst verwacht men een toenemende belangstelling van bedrijven voor locaties in of nabij grootstedelijke concentraties. Hier vormen mensen en kapitaal, geclusterd in grootstedelijke omgeving, een essentiële input voor innovatie en productie. Om de hoogwaardige stedelijke economie te kunnen stimuleren is in toenemende 12
Stogo, 2013 Stec Groep BV, 2013 14 De Lage Zijde valt niet onder de 21 onderzochte bedrijfsterreinen. 13
23
•
•
mate behoefte aan bedrijventerreinen die goed ontsloten zijn voor auto- en vrachtverkeer en nabij een station liggen en waar innovatieve bedrijven, die behoefte hebben aan een grote arbeidspool van hoogopgeleide mensen, kunnen landen. Groei aantal starters en ZZP’ers – Het aantal starters, kleinschalige bedrijven en zelfstandigen neemt de laatste jaren sterk toe. Vooral in de zakelijke (en creatieve) dienstverlening, de bouw en de handel en reparatie groeit het aantal starters en zelfstandigen in rap tempo. Deze ontwikkeling zorgt op de bedrijventerreinenmarkt naar een groeiende vraag aan diverse soorten en typen panden. Functiemenging – Functiemenging betekent het mengen van wonen, werken en voorzieningen. Door de wisselwerking van genoemde trends groeit ook de behoefte aan gemengde woon-werkmilieus. Een groeiend aantal bedrijven, sterk gestimuleerd door de verzakelijking van de bedrijventerreinenmarkt, heeft minder behoefte aan de traditionele bedrijventerreinen en wil graag in een meer gemengd gebied opereren. Functiemenging is het gevolg: gebieden van wonen, werken, recreëren en shoppen bestaan naast elkaar en versterken elkaar.
Werklandschappen Met name voor deze laatste trend, functiemenging, wordt in het kader van de Economische agenda Leidse regio ingezet op het ontwikkelen van werklandschappen. Een werklandschap is een gebied waarin het werken centraal staat, maar waarin economische functies gemengd worden en eventueel gecombineerd worden met woon- en groenfuncties. Werklandschappen kenmerken zich door diversiteit en flexibiliteit. De Leidse regio onderscheidt vier profielen: 1. Een consoliderend werklandschap: het behouden van het huidige typen bedrijven met matige verruiming; 2. Een verruimend werklandschap: het toestaan van ook andere economische functies naast bestaande bedrijvigheid (perifere detailhandel, kantoren, zakelijke en maatschappelijke dienstverlening); 3. Een verruimend werklandschap met woonfuncties: het mengen van bedrijven met wonen en andere economische functies (detailhandel, kantoren, dienstverlening); 4. Een themawerklandschap: zoals het Bio Science Park met een unieke branchering. De gemeenten in de Leidse regio werken samen aan een regionale werklandschappenvisie. In deze visie worden de profielen van de bedrijventerreinen in de Leidse regio op elkaar afgestemd om te komen tot een vraaggericht en complementair aanbod. De inzet voor Leiderdorp is de Baanderij, de Lage Zijde en de A4-zone Leiderdorp15. Wij willen het volgende profiel realiseren voor: - De Baanderij: een verruimend werklandschap met woonfuncties - De Lage Zijde: een consoliderend profiel - De A4-zone Leiderdorp: een verruimend werklandschap Het opstellen van deze profielen is een nadere uitwerking op dit economisch beleid. De profielen zijn op het moment van vaststelling van dit beleid nog niet gereed. In de uitwerking op deze profielen wordt ingegaan op: - De visie op het werklandschap - De gewenste doelgroepen (type bedrijven, functies)
15
Ondanks dat de A4-zone niet valt onder de definitie van een bedrijventerrein, zal deze locatie wel worden meegenomen in de werklandschappen. Dit heeft ermee te maken dat de werklandschapprofielen overeenkomen met zowel de huidige bestemming als de ontwikkelvisie van de A4-zone. Zie hiervoor thema 1.
24
-
Wat er gewijzigd of toegevoegd moet worden in het bestemmingsplan om het werklandschap mogelijk te maken
Thema 4: Investeren in (duurzame) economische structuur In 2020 wil Leiderdorp een duurzame economische structuur gerealiseerd hebben. Om een duurzame economische structuur te realiseren, betekent dat de randvoorwaarden voor ondernemers op orde moeten zijn. Daar waar de gemeente sturing heeft en invloed op regelgeving kan uitoefenen, zal dit zijn ingestoken vanuit de gedachte de ondernemer zoveel mogelijk ruimte te geven om te ondernemen. De huidige collegeperiode is een aantal maatregelen gerealiseerd: de koopzondagen zijn vrijgegeven, de gemeente werkt mee aan de transformatie van leegstaande kantoorpanden, de bestemmingsplannen Lage Zijde en W4 zijn herzien en er is beleid ontwikkeld op het gebied van detailhandel en om beroepen aan huis eenvoudiger te realiseren. Samen met de gemeente Leiden worden in het project LAB071 regionale maatregelen voorgesteld om de bereikbaarheid per auto, fiets en openbaar vervoer te verbeteren, waarbij eveneens aandacht is voor ruimtelijke en economische ontwikkelingen. Het maatregelenpakket is op moment van vaststelling van deze beleidsnota nog in ontwikkeling. Op een aantal onderwerpen liggen kansen om de economische structuur te versterken. De kansen die opgepakt worden, zijn: • Het verminderen van de regeldruk en het vereenvoudigen van gemeentelijke regelgeving en vergunningprocedures – vanwege de ontwikkeling van een gemeentelijk contact centrum, Serviceplein, wordt gewerkt aan het verbeteren van de dienstverlening en het op orde brengen van de processen. • Het aanleggen van glasvezel en hot-spots vrije WiFi in de Leidse regio. • Het actualiseren van de Nota ambulante handel – hierin staan de regels over de markt en standplaatsen. Ook op het gebied van duurzaamheid ontwikkelen en profileren marktpartijen zich steeds vaker. De gemeente faciliteert dergelijke initiatieven. Een trend die gaande is, is het realiseren van stadslandbouw. In 2014 verkennen we de mogelijkheden om een vorm van stadslandbouw in Leiderdorp te realiseren. Lokale ondernemers en vastgoedeigenaren van leegstaande kantoorpanden zullen hierbij worden betrokken. Detailhandel In 2012 heeft de gemeenteraad het Gemeentelijk detailhandelsbeleid 2012-2016 vastgesteld. In dit beleid staat de ontwikkelrichting op het gebied van detailhandel. De koers van dit beleid blijft in stand. Dit betekent: • De Winkelhof is het hoofdwinkelcentrum, gericht op de dagelijkse artikelen, mode, warenhuisareaal en recreatief winkelen; • De Santhorst is een wijkwinkelcentrum met het accent op dagelijkse artikelen; • De Oranjegalerij heeft de bestemming detailhandel en dienstverlening; • Op de hoek Ericalaan – Willem-Alexanderlaan naast het zwembad wordt een supermarkt (Lidl) met flankerend aanbod en woningbouw gefaciliteerd; • De solitaire detailhandelslocaties kunnen in stand blijven. • Het behoud van maximaal 4.000 m2 detailhandel op De Baanderij, met een ondergrens per bedrijf van minimaal 1.000 m2. Detailhandelsvestiging is alleen mogelijk nadat is aange25
toond dat in de bestaande winkelcentra fysiek geen ruimte is en er aan een aantal voorwaarden is gedaan. Thema 5: Investeren in recreatie en toerisme In 2020 wil Leiderdorp een aantrekkelijke gemeente zijn voor de recreant en de toerist. Mensen worden verleid om naar Leiderdorp te komen om hier (kortstondig) te verblijven. De grote groengebieden, een uitgebreid netwerk van fiets- en wandelpaden en doorgaand vaarroutes met “hop on, hop off” mogelijkheden dragen bij aan deze doelstelling. In Leiderdorp wordt op dit moment meer aandacht besteed aan recreatie en toerisme dan vooraf gedacht. Het aantal banen dat met deze sector is gemoeid, is in een periode van 2008 tot 2012 gestegen van 390 naar 51016, terwijl het aantal vestigingen zo rond de 80 schommelt. Kortom, er liggen veel kansen om Leiderdorp op de kaart te zetten. De gunstige ligging van Leiderdorp aan de rand van het Groene Hart speelt hierin een bijzondere rol: de recreatief ingerichte Boterhuispolder en de Polder Achthoven, de vele watersportmogelijkheden, de nabijheid van de Kagerplassen en de aanwezigheid van een grote jachthaven. Daarnaast beschikt Leiderdorp over een heemtuin, een natuurspeeltuin, twee musea, een aantal hotels, een aantal bed&breakfasts en horecavoorzieningen. Ook zijn er plannen om het HSL/A4-infocentrum een nieuwe recreatieve functie te geven. Niet alleen voor recreanten uit de regio kan Leiderdorp aantrekkelijk zijn, ook biedt de gemeente kansen voor toerisme. Het toerisme speelt zich met name in Leiden af. De kunst is om de toerist te verleiden om na een museumbezoek in Leiden de Leiderdorpse polder in te gaan om hier van de natuur te komen genieten. Om een impuls te geven aan recreatie en toerisme willen we in de komende jaren de volgende punten oppakken: • HSL/A4-informatiecentrum omvormen tot een groene hart recreatietransferium. • Het realiseren van doorgaande vaarroutes met “hop on, hop off” mogelijkheden in het boezemwater rond Leiderdorp om een nieuwe bezoekersstroom te genereren. • Het realiseren van de fietsverbinding over de A4 richting de polders ter hoogte van het gemeentehuis. • Recreatief toegankelijker maken van de polder Achthoven (opwaarderen van fietspad Ruigekade). • Het optimaliseren en het aantrekkelijker maken van de fiets- en wandelpaden vanuit de stad naar de polders (stad-landverbindingen). • Kansen benutten die zich voordoen van de Limes (grens van het Romeinse rijk) en de opgravingen bij de Plantage. Om deze kansen te benutten werken we samen in verschillende verbanden en samenstellingen (bijvoorbeeld Holland Rijnland, Oude Rijnzone, Samen voor Groen). Deze samenwerkingen willen we intensiveren. Om de verbinding te leggen tussen recreatie en toerisme willen we samenwerken met de gemeenten in de Leidse regio, en in het bijzonder met de gemeente Leiden. Daarnaast zoeken we nadrukkelijk de samenwerking met private partijen – ondernemers en agrariers – om de recreatieve beleving in Leiderdorp te vergroten.
16
werkgelegenheidsregister Nederland LISA, www.lisa.nl, 1 mei 2013. Het overzicht geeft echter geen specificatie van de soort bedrijven die in deze categorie vallen.
26
Thema 6: Investeren in onderwijs-arbeidsmarktbeleid In 2020 wil de Leidse regio een sterke positie in de top van de Europese kennisregio’s behouden. Dit thema gaat over de aansluiting tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt. Gelet op de subregionale uitvoering op dit gebied en de participatie van Leiderdorp hierin wordt aangesloten bij de voornemens die zijn opgesteld in de Economische agenda Leidse regio. Om een sterke positie in de top van de Europese kennisregio’s te behouden, is de beschikbaarheid van voldoende goed gekwalificeerd personeel in de Leidse regio een belangrijke voorwaarde. Een arbeidsmarkt waar vraag en aanbod goed aansluiten maakt de regio aantrekkelijk voor werknemers en werkgevers, bevordert de economische ontwikkeling en vergroot de concurrentiekracht. Overheid, onderwijs en ondernemers kunnen hier gezamenlijk op inspelen. De regiogemeenten vanuit een signalerende, agenderende, stimulerende en faciliterende rol. Het beroepsonderwijs dat inspeelt en aansluit op de behoeften van studenten en is afgestemd op de vragen van de regionale arbeidsmarkt. Het bedrijfsleven vanuit de focus op de sectoren waar de vraag naar arbeidskrachten het grootst is en de komende jaren zal zijn. Op dit moment ligt de focus in de Leidse regio op de sectoren life sciences, health, zorginnovatie, welzijn en techniek. Vanwege de verschillende rollen is een intensievere samenwerking tussen overheid, onderwijs en ondernemers noodzakelijk om de verbindingen te zoeken en om elkaar uiteindelijk te versterken. Een gezamenlijke doelstelling in de Economische agenda Leidse regio is geformuleerd die moet bijdragen aan het versterken van de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Deze doelstelling luidt: “het verkleinen en het zoveel mogelijk voorkomen van kwantitatieve en kwalitatieve verschillen tussen vraag en aanbod op de regionale arbeidsmarkt om zo de economische kracht van de Leidse regio te versterken”. Om deze doelstelling te bereiken, werken de deelnemende partijen aan vijf voornemens: 1. Informatie delen en samen monitoren 2. Werken aan een onderwijsaanbod dat kwantitatief en kwalitatief aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt 3. Een leven lang leren en doorlopende leerlijnen 4. Voldoende stages en leer-werkplekken 5. Streven naar een inclusieve arbeidsmarkt Ad 1. Informatie delen en samen monitoren Voor een optimaal samenspel van werkgevers, onderwijs en overheid op de arbeidsmarkt is het belangrijk dat partijen kennis en praktijken delen, gezamenlijke taal ontwikkelen en samen ontwikkelingen in gang zetten om de mismatch tussen vraag en aanbod te verkleinen. Om dit te bereiken wordt een periodiek overleg met alle partijen ingesteld om gezamenlijke acties te formuleren en om de actuele arbeidsmarktmonitor van de regio te bespreken. Ad 2. Werken aan een onderwijsaanbod dat kwantitatief en kwalitatief aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt Om het gewenste aanbod van werknemers op termijn te kunnen genereren worden leerlingen gedurende de eerste jaren in het voortgezet onderwijs voorgelicht over hun loopbaanperspectieven. Leerlingen in het beroepsonderwijs worden opgeleid voor beroepen waar in de toekomst vraag naar is. Onderwijsinstellingen en sectoren spannen zich gezamenlijk in om bij de jongeren al in een vroeg stadium de interesse te wekken voor de beroepen met een gunstig arbeidsmarktperspectief. Het bedrijfsleven ondersteunt de instellingen bij het ontwikkelen van onderwijsprogramma’s die perfect aansluiten op de vraag van de arbeidsmarkt.
27
Ad 3. Een leven lang leren en doorlopende leerlijnen Er worden meer duurzame en doorlopende leerlijnen ontwikkeld in het onderwijs en in het bedrijfsleven. Het creëren van doorlopende leerlijnen heeft veel aandacht binnen het onderwijs en in de relatie onderwijs-bedrijfsleven. De verschillende onderwijsniveaus hebben contact met elkaar en het beroepsonderwijs denkt mee over de inhoud van beroepsopleidingen. De doorlopende leerlijn dient een algemeen maatschappelijk belang. Doorleren is belangrijk voor de ontwikkeling van de individuele leerling en voor de kenniseconomie. Het creëren van doorlopende leerlijnen draagt ook bij aan het tegengaan van schooluitval en voortijdig schoolverlaten, een speerpunt van het gemeentelijk onderwijsbeleid. Ad 4. Voldoende stages en leer-werkplekken Er is een steeds groter tekort aan stageplaatsen en leer-werkplekken. Dit is vooral een probleem in het MBO. Een BBL-opleiding (Beroeps Begeleidende Leerweg) is altijd verbonden aan een werkplek. Wie geen werkplek heeft, kan zijn opleiding niet voortzetten. In de aanhoudende economische crisis zijn stageplaatsen echter steeds minder beschikbaar. Om over enkele jaren over gekwalificeerd personeel te kunnen beschikken, zijn stages en leerwerkplekken nu onmisbaar. Ad 5. Het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt De gemeenten, de onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven spannen zich in om de afstand tot de arbeidsmarkt te overbruggen voor mensen die aan de zijlijn staan. Stip op de horizon is een inclusieve arbeidsmarkt. Dit is een arbeidsmarkt waarin iedereen, ook mensen met beperkingen, duurzaam kan deelnemen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de re-integratie van werklozen en inschakeling van mensen met beperkingen op de arbeidsmarkt. Vanaf 2015 wordt met de komst van de Participatiewet de groep waarvoor de gemeenten verantwoordelijk zijn groter, omdat dan de instroom in de WSW stopt en de Wajong alléén toegankelijk wordt voor mensen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn. Mensen met een arbeidsbeperking, maar niet volledig arbeidsongeschikt, kunnen dan een beroep doen op de gemeente voor ondersteuning bij het vinden van werk en een uitkering. Uitgangspunt van de Participatiewet is om te kijken wat mensen wel kunnen en niet wat ze niet kunnen. Werkgevers in de markt hebben zich in het Sociaal Akkoord (april 2013) garant gesteld voor het gefaseerd creëren van maximaal 100.000 extra banen voor mensen met een arbeidsbeperking. Het regionaal Werkbedrijf vormt straks de schakel tussen de werkgever en de groep mensen met een arbeidsbeperking. Gemeenten hebben binnen het Werkbedrijf de lead. Gemeenten, onderwijsinstellingen en werkgevers hebben elkaar derhalve hard nodig om de hun toebedeelde taken op dit terrein goed uit te kunnen voeren.
Thema 7: De rol van de gemeente en de plek in de regio In 2020 wil Leiderdorp een netwerkorganisatie zijn met een sterke betrokkenheid van relevante actoren bij de beleidsvoorbereiding en beleidsuitvoering. Sinds het ontstaan van het Huis van Thorbecke in 1848 is er veel veranderd in het openbaar bestuur. Een aantal veranderingen die van invloed zijn op het openbaar bestuur17 zijn internationalisering, bezuinigingen, bestuurlijke drukte, decentralisatie en actieve burgers. De rol van de gemeente verandert hiermee ook. Afhankelijk van de situatie zal de gemeente haar rol en positie moeten bepalen. De ene keer treedt zij op als bijvoorbeeld regisseur, andere keren als dienstverlener, uitvoerder, regelhandhaver of beleidsbepaler. Leiderdorp speelt hierop in door ondernemers zoveel mogelijk ruimte te geven om te ondernemen. Aan ondernemers wordt zoveel mogelijk ruimte gegeven om binnen de wettelijke mogelijkheden ondernemerschap te bevorderen. Het college faciliteert plannen en initiatieven dan ook zoveel mogelijk binnen de gestelde kaders. Het voorliggende beleid is dan ook niet een plan hoe de economie 17
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, 2013
28
aangejaagd kan worden. Het geld moet door de ondernemers worden verdiend, niet door de overheid. De gemeente als netwerkorganisatie draagt bij aan de nieuwe rolopvatting van de gemeente. Bij beleidsontwikkeling en de beleidsuitvoering zullen relevante actoren meer worden betrokken. In dit geval de Leiderdorpse Ondernemersvereniging, de winkeliersverenigingen en de (individuele) ondernemers. Ook kunnen andere actoren uit het maatschappelijk veld worden betrokken. Ook zal de gemeente meer naar buiten treden door het afleggen van werkbezoeken en in structureel in gesprek zijn met (koepels van) ondernemers. Het halfjaarlijks overleg met de Leiderdorpse Ondernemersvereniging wordt dan ook voortgezet. Om de belangen van de gemeente behartigen, zal er meer geïnvesteerd moeten worden op lobby. Ingezet wordt om de ambtelijke samenwerking tussen mede-overheden in de regio te intensiveren. Voor het aantrekken van nieuwe bedrijven om het ondernemersklimaat aantrekkelijk te houden, zal de focus liggen op het versterken van de sectoren mkb, (perifere) detailhandel en zorg. Er wordt zoveel mogelijk de verbinding gezocht in de samenwerking met de Leidse regio, omdat de economie zich steeds meer op regionale schaal afspeelt. In deze regionale samenwerking staan de vijf thema’s uit de Economische agenda Leidse regio centraal: economische structuurversterking, ondernemerschap & starters, onderwijs & arbeidsmarkt, vestigingsklimaat, ruimte & mobiliteit en regiomarketing & acquisitie.
29
Hoofdstuk 4: Uitvoeringsprogramma De in hoofdstuk 3 beschreven thema’s worden in dit hoofdstuk omgezet in een concrete actiepuntenlijst. De actiepunten die voortvloeien uit de Economische agenda Leidse regio waar de gemeente Leiderdorp een primaire taak en een verantwoordelijkheid heeft, zijn eveneens in dit overzicht verwerkt. Dit wordt aangegeven bij de “actiepunten”. Het gaat hierbij om de actiepunten die in de periode 2013-2015 worden uitgevoerd en waarop dit moment budget is (of wordt) gereserveerd en waar de deelnemende partijen commitment hebben gegeven in de uitvoering. De acties waar dit niet het geval is, of die op dit moment onvoldoende prioriteit hebben, zijn niet opgenomen. Voor een integraal overzicht van de acties die behoren bij de voornemens uit de Economische agenda wordt verwezen naar het Uitvoeringsprogramma behorende bij de Economische agenda Leidse regio Kennis & Werk #071. De hieronder opgenomen actiepunten zijn niet vervat in een statische lijst van voornemens. De actiepunten zijn beoordeeld op uitvoerbaarheid en haalbaarheid. Dat geldt ook voor de actiepunten uit de Economische agenda Leidse regio. Dat is dan ook de reden dat er op korte termijn uitvoering gegeven kan worden aan de actiepunten. Bij de tussenevaluatie van dit beleid in 2017 zullen nieuwe actiepunten worden geformuleerd.
30
Thema Thema 1: Actiepunten Versterken van de A4-zone De gemeente neemt het initiatief om de zittende partijen aan de A4-zone uit te noLeiderdorp
Resultaat
Betrokken partijen
Tijdsplanning
Een integrale gebiedsvisie voor de A4zone. Het aantrekken van nieuwe formules en de herinrichting van het openbaar gebied moet leiden tot een economisch sterke zone.
Afdeling Beleid (trekker), alle marktpartijen gevestigd in de A4-zone en de Leiderdorpse Ondernemersvereniging
2014 e.v.
Actiepunten
Resultaat
Betrokken partijen
Tijdsplanning
Het opstellen van een gezamenlijke visie om het zorgcluster in Leiderdorp te versterken
Bevordering en versterken van de onderlinge samenwerking tussen de zorg- en welzijnsinstellingen en om de positie van het zorgcluster stevig te verankeren Business case voor verhoging kwaliteit en doelmatigheid zorg
Afdeling Beleid (trekker), de Rijnland Zorggroep, de zorgen welzijnsinstellingen en de Leiderdorpse Ondernemersvereniging Gemeenten Leiden en Leiderdorp (trekkers), regiogemeenten, Rijnland Zorggroep, Universiteit Leiden, Zorg & Zekerheid, Hogeschool Leiden, ROC’s
2014
Actiepunten
Resultaat
Betrokken partijen
Tijdsplanning
Actiepunt Economische agenda Leidse regio: Het opstellen van een regiovisie werklandschappen met profielen voor verschillende typen bedrijventerreinen. Voor Leiderdorp worden de Baanderij, de Lage Zijde en de A4-zone Leiderdorp betrokken
Een uitgewerkt profiel waarin de ontwikkelrichting per locatie tot 2020 is bepaald. Bij de herziening van de bestemmingsplannen zal deze uitwerking worden meegenomen. De door iedere gemeente afzonderlijk opgestelde profielen worden samengebracht tot een gezamenlijk visiedocument.
De regiogemeenten (trekkers), Afdeling Beleid, de Leiderdorpse Ondernemersvereniging, de ondernemers van de Baanderij, de Lage Zijde en de A4-zone Leiderdorp
Bestuurlijke vaststelling medio 2014
digen voor een plan om de economische toplocatie in de regio te behouden.
Thema 2: Versterken van het zorgcluster door intensievere samenwerking met de Leidse regio
Actiepunt Economische agenda Leidse regio: We stellen een business case op voor het versterken van het zorgdomein in de Leidse regio. De business case betreft een structurele samenwerking tussen de regionale zorginstellingen met als doel het verder verhogen van de kwaliteit en doelmatigheid van de zorg. In de business case wordt de toegepaste en fundamentele kant van het zorgdomein met elkaar verbonden ter versterking van het zorgcluster
Thema 3: Profilering bedrijventerreinen
Business case uitgewerkt: tweede kwartaal 2014
31
Thema 4: Investeren in (duurzame) economische structuur
Actiepunt Economische agenda Leidse regio: in overleg zal worden bekeken of het bedrijfsleven een adviesrol kan nemen bij de ontwikkeling en vulling van bedrijventerreinen en een praktische rol bij het beheer daarvan. Gestart wordt met pilots voor een aantal grotere werklandschappen
Samenwerking in ontwikkeling, vulling beheer van de werklocaties
De regiogemeenten (trekkers), Platform Belangenbehartiging Ondernemersverenigingen, Koepel Leidse Regio, Leiderdorpse Ondernemersvereniging
Na bestuurlijke vaststelling van het voorgaande actiepunt in 2014
Actiepunten
Resultaat
Betrokken partijen
Tijdsplanning
De huidige Nota ambulante handel wordt geëvalueerd en op basis hiervan wordt een nieuwe Nota ambulante handel opgesteld
Een Nota ambulante handel 20142018 waarin de standplaatsen en de markt centraal staan
Afdelingen Beleid (trekker) en Gemeentewinkel, ondernemers
2014
Het doorlichten van gemeentelijke regelgeving en processen en de vermindering van regelgeving
Verbetering dienstverlening, vermindering belemmeringen voor ondernemers
2014-2015
Onderzoeken in hoeverre stadslandbouw te realiseren is
Een vorm van stadslandbouw in leegstaande kantoorpanden of openbaar toegankelijke plaatsen Snellere en verbeterde internetverbindingen Koploper regio op vlak gastvrije WiFi
Afdelingen Beleid (trekker) en Gemeentewinkel, werkgroep inrichting Serviceplein/deelprojectgroep, Leiderdorpse Ondernemersvereniging Afdelingen Beleid (trekker) en gemeentewinkel, ondernemers Ondernemers (trekkers), gemeente faciliteert Gemeente Leiden (trekker), regiogemeenten, Stichting Wireless/ coöperatieve aanleg en beheer LAB071 (trekker)
Het faciliteren van glasvezel Actiepunt Economische agenda Leidse regio: Het streven naar vrij toegankelijke WiFi in de binnensteden en centra in 2016
Thema 5: Investeren in recreatie en toerisme
2014
2014 e.v. 2014-2015
Actiepunt Economische agenda Leidse regio: Opstellen en uitvoeren van een bereikbaarheidsagenda op regioschaal in het kader van het LAB071
Betere interne bereikbaarheid agglomeratie
2013-2014 e.v.
Actiepunten
Resultaat
Betrokken partijen
Tijdsplanning
Het A4-infocentrum omvormen tot Groene Hart recreatietransferium
Groene Hart recreatietransferium
Afdeling Beleid (trekker), Samen voor Groen, Oranjewoud, Provincie Zuid-Holland, ge-
2014-2015
32
Thema 6: Investeren in onderwijsarbeidsmarktbeleid
meente Kaag en Braassem, Holland Rijnland Afdeling Beleid (trekker), Samen voor Groen, Oranjewoud, Provincie Zuid-Holland, Holland Rijnland Afdeling Beleid (trekker), nog nader te bepalen actoren Gemeente Leiderdorp, diverse private partijen Gemeente Leiderdorp en omliggende gemeenten, nog nader te bepalen actoren Gemeente Leiderdorp en omliggende gemeenten, nog nader te bepalen actoren
2014-2015
Opwaarderen fietspad Ruigekade
Recreatief toegankelijk maken van de polder Achthoven
Het realiseren van doorgaande vaarroutes met “hop-on hop-off” Het realiseren van een fietsverbinding over de A4 ter hoogte van het gemeentehuis Het aantrekkelijk maken van fiets- en wandelpaden vanuit de stad naar de polders
Een aantrekkelijke gemeente voor doorgaand vaarverkeer Aantrekkelijke fietsroutes door de polder Achthoven Aantrekkelijke fiets- en wandelroutes
Kansen benutten van de Limes en de opgravingen bij de Plantage
Aandacht voor de cultuurhistorie van Leiderdorp en omgeving
Actiepunten
Resultaat
Betrokken partijen
Tijdsplanning
Actiepunt Economische agenda Leidse regio: Aansluiten bij het periodiek regionaal overleg. De drie O’s organiseren met elkaar een periodiek overleg. Dit overleg dient om de actuele arbeidsmarktmonitor te bespreken, overige informatie uit te wisselen en hierover afspraken te maken. Tevens dient dit overleg om wensen of knelpunten aan de orde te stellen Actiepunt Economische Agenda Leidse regio: De gemeenten in de Leidse regio organiseren een “Leidse regio werktop” voor de 3 O’s om werkgevers en onderwijs (opnieuw) te betrekken bij de “onderkant van de arbeidsmarkt in crisistijd” én ter voorbereiding op de Participatiewet in 2015
Netwerken, structuur aanbrengen en in stand houden, strategische blik op de arbeidsmarkt
Gemeente Leiden (trekker), de gemeenten in de Leidse regio, onderwijsinstellingen, ondernemers
Start uitvoering in 2014
Commitment verkrijgen van werkgevers en onderwijsinstellingen en een actieplan
Gemeente Leiden en BV Leiden (trekkers), VNO NCW, Koepel Leidse regio, Hogeschool Leiden, ROC Leiden
2014
2014 e.v. 2014 2014 e.v.
2014 e.v.
33
Thema 7: De rol van de gemeente en de plek in de regio
Actiepunt Economische agenda Leidse regio: Ontwikkeling Werkbedrijf in het kader van de invoering Participatiewet
Regionaal werkbedrijf waarin verbinding wordt gelegd tussen overheid, onderwijs en werkgevers over de plaatsing van arbeidsbeperkten bij werkgevers
De gemeenten binnen de arbeidsmarktregio, onderwijsinstellingen en werkgevers. De gemeente Leiden vervult de regierol
2014-2015
Actiepunten
Resultaat
Betrokken partijen
Tijdsplanning
Meer samenwerking met de Leiderdorpse Ondernemersvereniging, de winkeliersverenigingen en de (individuele) ondernemers bij de beleidsontwikkeling en beleidsuitvoering. De samenwerking met de gemeenten in de Leidse regio en andere overheden wordt geïntensiveerd door uitvoering te geven aan de Economische agenda Leidse regio en de gezamenlijke acties uit te voeren
Het versterken en het aantrekkelijk houden van het economisch klimaat in Leiderdorp en de Leidse regio in het algemeen
De gemeente Leiderdorp (trekker), de Leiderdorpse Ondernemersvereniging, de winkeliersverenigingen, ondernemers Alle deelnemers aan de Economische agenda Leidse regio
Structureel
Een duurzame plek in de top van de Europese kennisregio’s
2014-2020
34
Bronnenlijst Bestemmingsplan Lage Zijde Leiderdorp 2013 Bestemmingsplan W4 Leiderdorp 2013 Bureau Louter, Geef kennis de ruimte; de economie van de Leidse regio doorgelicht, 2012 Economische agenda Leidse regio Kennis & Werk #071 2013-2020 en Uitvoeringsprogramma Kennis & Werk #071 behorende bij de Economische agenda Leidse regio 2013-2020 Gemeentelijk detailhandelsbeleid 2012-2016 Leiderdorp Evaluatie economisch beleidsplan 2005-2008 Leiderdorp Gemeente Leiden, Kerncijfers Leidse regio 2012/2013 Gemeenten Leiden en Leiderdorp, ambitiedocument LAB071; Leidse agglomeratie bereikbaar, 2013 Holland Rijnland, Regionale kantorenstrategie, 2012 Koopstromenonderzoek 2011, factsheets Leiderdorp en Leiden Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Bestuur in samenhang; de bestuurlijke organisatie in Nederland, 2013 Stec Groep BV, Economische Effectrapportage Bedrijventerreinen Holland Rijnland, 2013, in opdracht van Holland Rijnland Stogo, Jones Lang LaSalle, Doorakkers advies, Behoefteraming bedrijfshuisvesting 2.0, 2012, in opdracht van Holland Rijnland www.lisa.nl Werkgelegenheidsregister
35