Dynamische Snelheid Indicator GR-Serie Gebruikershandleiding

Dynamische Snelheid Indicator GR-Serie Gebruikershandleiding

Date

Version

Release information

2009.06.05

1.0

Eerste release

Belangrijke gebruikersinformatie Afbeeldingen, overzichten, tekeningen en voorbeelden weergegeven in deze handleiding, zijn uitsluitend bedoeld ter illustratie van de tekst. In verband met de veelvoud aan variabelen en vereisten in relatie tot elke unieke toepassing van systemen, kan Brimos B.V. niet verantwoordelijk worden gesteld voor het actueel illustratief gebruik. In deze handleiding vindt u teksten om u te attenderen op mogelijke gevaren voor mensen of schade aan apparatuur onder bepaalde omstandigheden: Garantie De informatie in dit document kan zonder aankondiging worden gewijzigd. Sierzega aanvaardt m.b.t. deze informatie geen enkele vorm van garantie. SIERZEGA WIJST IN HET BIJZONDER DE IMPLICIETE GARANTIE VAN COMMERCIALISERING EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL VAN DE HAND. Sierzega is op geen enkele wijze aansprakelijk voor directe, indirecte, toevallige of vervolgschade, die in verband staat met de beschikbaarstelling of het gebruik van deze informatie. LET OP !

Tip !

Let op ! Geeft de lezer aan indien apparatuur beschadigd kan raken,permanent verlies van gegevens kan optreden of extra aandacht gevraagd wordt.

Tip ! Voor extra aandacht.

Handelsmerken Microsoft®, Windows®, Windows NT® en MS-DOS® zijn volgens de wet van de VS geregistreerde handelsmerken van de Microsoft Corporation. Het merk Bluetooth® is eigendom van Bluetooth SIG Inc. en het gebruik van het merk door Sierzega Elektronik GmbH gebeurt onder licentie. Alle overige in dit document genoemde producten zijn handelsmerken van de betreffende ondernemingen. Copyright ©2004 Sierzega Elektronik GmbH Alle rechten voorbehouden. Reproductie, aanpassing of vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming is verboden, in zoverre dit niet volgens de toe te passen auteursrechtelijke wetten is toegestaan. Uitgave: Juli 2004

Via Van Dalen B.V. Trapgans 7, 1244 RL Ankeveen - Tel: 035-6421204 - Fax:035-6421205 www.viavandalen.nl [email protected]


Inhoudsopgave

pagina

1 Oriëntatie DSI Kenmerk

1.1 1.1

2 Inbedrijfstelling, meting uitvoeren Langs de weg opstellen Statusmeldingen na het inschakelen Een voorbeeld: Een ander voorbeeld: Op de rijweg afstellen

2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

3 Configuratie van het display, gegensoverdracht Algemee. Bluetooth instellen

3.1 3.1 3.2

4 Pc-analysesoftware GRS . Systeemvoorwaarden. Installatie Het hoofdvenster (afb. 4.1) Bestand Gegevensoverdracht Bluetooth Gegevensoverdracht overslaan Datum en tijd Laagste en hoogste snelheidsdrempel Display knipperend. Geheugen wissen Bi-directionele gegevensregistratie "START" van de gegevensoverdracht: In tabelvorm een lijst met voertuigen De Gegevens filteren (afb. 4.5) Periode Filterfuncties Tijd: Weekdag: Snelheid: Statistiekblok Tekstveld in het diagram Logo of briefhoofd boven het diagram Algemene informatie over de diagrammen. Diagrammen printen. Aanwijzing: Diagram 1: Vd, V85, Vmax vs. tijd Diagram 2: Aantal voertuigen vs. snelheid Diagram 3: Aantal voertuigen vs. tijd Diagram 4: Vd, V85, Vmax, aantal voertuigen vs. weekdag

4.1 4.1 4.1 4.1 4.1 4.2 4.2 4.2 4.2 4.2 4.2 4.2 4.2 4.3 4.3 4.3 4.4 4.4 4.4 4.4 4.4 4.5 4.5 4.5 4.6 4.6 4.6 4.6 4.6 4.7

5 Bijlage Accu laden Voorzorgsmaatregelen Garantiebepaling Technische gegevens

5.1 5.1 5.1 5.1 5.2



1 Oriëntatie DSI

1.1 Kenmerk De Dynamische Snelheid Indicator GR32 en GR42 maken naast een actieve verkeersindicatie m.b.v. het grote display ook een eenvoudige statistische registratie van het wegverkeer. Door de geïntegreerde gegevensregistratie is het mogelijk en met de meegeleverde pc- analysesoftware een gedetailleerde analyse en verwerking van deze verkeersgegevens te maken. Wanneer een voertuig door het registratiebereik van het radartoestel rijdt, worden de gemeten snelheden elke 0,5 seconde gemiddeld op het grote display weergegeven en de begin- en eindsnelheid in het registratiebereik als gegevensset met datum en tijdstip in het geïntegreerde geheugen opgeslagen (V1 en V2). In totaal kunnen maximaal ca. 209.000 afzonderlijke gegevenssets worden opgeslagen. Na de registratie worden de gegevens aan de pc door- gestuurd, een bewijskrachtige analyse met gekleurde diagrammen is dan nog maar enkele stappen verwijderd.



2 Inbedrijfstelling, meting uitvoeren

2.1 Langs de weg opstellen De mastbevestiging moet aan de achterzijde van het grote display worden gemonteerd, vervolgens kan het toestel op een standaard, of aan de aanwezige masten langs de weg gemonteerd en in bedrijf gesteld worden (zie afb. 2.1).

Monteer de dynamische snelheid indicator GR31 resp. GR45 alleen op die plaatsen, waar deze het wegverkeer niet hindert en het uitzicht op verkeersvoorzieningen niet belemmert. Bovendien dient het display vanaf ca. 100 meter op een recht stuk weg voor de verkeersdeel- nemer zichtbaar zijn, opdat de automobilisten zich bij het naderen van het display op de snelheidsmeting kunnen instellen en niet door een kort verrassend oplichten van het display schrikken. Om met de dynamische snelheid indicator optimale bereiken te kunnen behalen, moet het toestel exact op het verloop van de weg worden gericht. Wanneer de onder- grond van de standaard ongelijk is, dient erop gelet te worden dat het display in geen geval schuin naar achte- ren staat, anders daalt het bereik van de metingen sterk. Optimaal moet de hellingshoek van de standaard gelijk zijn aan de hellingshoek van de weg (zie afb. 2.2). Sluit nu de stroomkabel op de accu aan, plaats de zwarte accuklem op de minpool en de rode op de pluspool van de accu.

2.1.1 Statusmeldingen na het inschakelen Direct na het aansluiten op de accu geeft de snelheidsmeter elke halve seconde de volgende statusmeldingen: U1 - AAA - U2 - BBB - u - CCC - o - DDD – Lo


Dynamische Snelheid Indicator GR-Serie Gebruikershandleiding Een voorbeeld: De statusmelding U1 - 125 - U2 - 120 betekent U1 Nullastspanning van de accu 12,5 volt U2 Spanning onder last 12,0 volt De laagste drempel bedraagt 0 km/h en wordt daarom niet weergegeven De hoogste drempel bedraagt 100 of 200 km/h en wordt daarom niet weergegeven Een ander voorbeeld: De statusmelding U1 - 115 - U2 - 105 - u - 25 - o - 80 - Lo betekent: U1 Nullastspanning van de accu 11,5 volt U2 Spanning onder last bedraagt minder dan 11,0 volt, daarom wordt het toestel uitgeschakeld om diepontla- ding van de accu te voorkomen. De laagste drempel bedraagt 25 km/h. Er worden pas voertuigen met een snelheid van meer dan 25 km/h weergegeven De hoogste drempel bedraagt 80 km/h.

2.2 Op de rijweg afstellen Controleer bij actief display de afstelling op de rijweg. Draai het display horizontaal en verticaal tot de radar- meting optimale bereiken kan behalen. Let er daarbij op, vanaf welke afstand gemiddelde personenwagens door de radareenheid worden geregistreerd en hun snelheid op het display verschijnt.



3 Configuratie van het display, gegevensoverdracht 3.1 Algemeen

Voor de inbedrijfstelling van het display zijn behalve de hiervoor genoemde afstellingen geen andere instellingen nodig. Zodra het display van stroom wordt voorzien, is het bedrijfsklaar. De snelheid van naderende voertuigen wordt gemeten en weergegeven. Tegelijkertijd worden de meetresultaten in het geheugen opgeslagen. Let op: Het meetproces van een voertuig kan door diverse invloeden in het registratiegebied worden onderbroken. Als een voertuig in tegenovergestelde richting langs het display rijdt, terwijl de meting van een naderend voertuig bezig is, dan wordt de meting eventueel onderbroken, hoewel het naderende voertuig zich nog binnen het registratiegebied bevindt. Bewegingen in het registratiegebied die niet van naderende voertuigen komen, zoals van struiken of bomen in de wind of van voetgangers, zijn voldoende om het radartoestel van de wijs te brengen. Daardoor is het mogelijk dat in sommige gevallen twee gegevenssets bij een naderend voertuig in het geheugen van het radartoestel worden opgeslagen. Aan de andere kant bestaat de mogelijkheid dat in fileverkeer de afstand tussen de voertuigen niet voldoende is om de Dynamische Snelheid Indicator de ruimte tussen de voertuigen te laten meten. Dan worden dicht op elkaar rijdende voertuigen door de Dynamische Snelheid Indicator als één voertuig opgeslagen. LET OP ! Vanwege de meetvolgorde kan geen eenduidige verkeerstelling in combinatie met snelheidsweergave worden uitgevoerd. Wanneer onbeïnvloede verkeersregistraties zonder weergave op een display met exacte tellingen, snelheids-, voertuiggrootte- en afstandsmetingen gewenst zijn, bevelen we ons dynamische snelheid indicator SR3 aan.



3.2 Bluetooth instellen Wanneer uw computer nog niet met geïntegreerde Bluetooth-functies is uitgerust, heeft u een USB-Bluetooth-adapter nodig. Installeer deze Bluetooth-stick gebruiksaanwijzing.

volgens

de

bijbehorende

Zodra de Bluetooth-adapter bedrijfsklaar is, kan een verbinding met andere Bluetooth-toestellen worden opgebouwd. Sluit nu de voedingsspanning op de Sierzega snelheidsmeter aan en let erop dat de afstand tussen pc en snelheidsmeter niet meer dan 20 meter bedraagt. Selecteer op de pc de functie "Naar andere Bluetooth- toestellen zoeken". Zodra bij de gevonden toestellen de snelheidsmeter wordt opgevoerd (naam "Sierzega" en een 4-cijferig Bluetoothserienummer), wordt u na een klik op het pictogram verzocht om een PIN-code in te voeren LET OP ! De PIN-code staat op een sticker op de buitenste pagina van de gebruiksaanwijzing.

Nadat de PIN-code met succes is ingevoerd, wordt als "beschikbaar protocol" een "seriële verbinding", ook "Serial Port" genoemd, in de vorm van een stekker opgevoerd. Klik op dit pictogram om een verbinding met de snelheidsmeter tot stand te brengen. Zodra de verbinding tot stand gebracht is, wordt een interfacenummer weergegeven, waarmee andere programma's deze Bluetooth-verbinding kunnen gebruiken. Gebruik dit COMPort-nummer in de GRS- analysesoftware om gegevens te kunnen uitwisselen met de snelheidsmeter. De PIN-code hoeft alleen maar bij de eerste verbinding te worden ingevoerd.



4 PC-analysesoftware GRS

4.1 Systeemvoorwaarden Pc met Windows 95, Windows 98, Windows ME, Windows 2000, Windows NT, Windows XP of Windows Vista besturingssysteem, Microsoft Internet Explorer 4.1 of hoger, Pentium 100 MHz, 32 MB RAM, 50 MB geheugenruimte

4.2 Installatie Leg de cd-rom in de cd-drive van uw computer en start het programma SETUP. (Start, Uitvoeren, "D:SETUP") Volg dan de installatieaanwijzingen.

4.3 Het hoofdvenster afb. 4.1 In de menubalk zijn de volgende opties beschikbaar:

4.3 Het hoofdvenster afb. 4.1 Openen... (Ctrl+O): In de pc-analysesoftware GR kunnen alleen GR- bestanden worden geopend, anders wordt de import van de gegevens afgebroken. Exporteren... (Ctrl+X): Tijdens met werken met de analysesoftware wordt het oorspronkelijke GR-bestand niet gewijzigd. Direct na de eerste gegevensoproep uit het buffergeheugen worden de gegevens automatisch in het juiste GR-formaat opgeslagen resp. naar dit formaat geconverteerd (Palm OS) en moeten later niet meer te manipuleren zijn.


Dynamische Snelheid Indicator GR-Serie Gebruikershandleiding Daarom dient deze functie puur als exportmogelijkheid. De gegevens worden daarbij in de vorm van een tekstbestand opgeslagen, tussen de gegevens staan tabs, na elk voertuig een CR+LF (“Enter”). Daarmee kunnen deze gegevens in elk willekeurig programma, zoals Microsoft Word of Microsoft Excel worden geopend.

4.4 Gegevensoverdracht Bluetooth Onder het menu-item "Gegevensoverdracht" - "Bluetoothgegevensoverdracht" of via het Bluetooth-pictogram in de werkbalk onder de menubalk komt u in het Bluetoothgegevensoverdrachtvenster (afb. 4.2). Voer in het veld naast "Seriële Bluetooth-aansluiting op COM:" dat poort-nummer in dat bij het aanmaken van de verbinding door de Bluetooth-software voor deze seriële poort is aangegeven (zie pag. 2.1). Sub-items in de gegevensoverdracht:

4.4.1 Gegevensoverdracht overslaan Selecteer dit item als bij de volgende gegevensoverdracht geen verkeersgegevens gelezen hoeven te worden

4.4.2 Datum en Tijd Bij de volgende gegevensoverdracht worden de weergegeven waarden uit de systeemklok van de pc in de snelheidsmeter ingesteld

4.4.3 Laagste en hoogste snelheidsdrempel Geef hier die waarden aan, vanaf welke en tot en met welke snelheid de meetwaarden op het display moeten worden weergegeven. Dit heeft geen invloed op de gegevensregistratie.

4.4.4 Display knipperend Selecteer dit item om de gemeten snelheden knipperend op het display van de snelheidsmeter weer te geven. Dit verlaagt het gemiddelde stroomverbruik met 60%.

4.4.5 Geheugen wissen



4.4.6 Bi-directionele gegevensregistratie Met dit item kunt u selecteren of de gegevensregistratie ook voor het verkeer in tegenovergestelde richting moet gebeuren.

4.4.7 “START”van de gegevensoverdracht: Als verkeersgegevens worden uitgelezen, moet aan het begin van de gegevensoverdracht een bestandsnaam worden aangegeven.

4.4.8 In tabelvorm een lijst met voertuigen Na het openen van uw gegevens ziet u aan de linkerrand van het hoofdvenster (zie afb. 4.3) een lijst, waarin regel voor regel van elk voertuig datum, tijd, snelheid V1 [km/h] bij het binnenrijden en snelheid V2 [km/h] bij het uitrijden van het registratiegebied opgevoerd zijn. De gegevens in deze tabel vormen de basis voor alle statistische berekeningen en voor het maken van de diagrammen.

4.5 De gegevens filtreren (afb 4.5) Om uit de totale hoeveelheid verzamelde gegevens de optimale analyse te kunnen maken, is het vaak nodig om de gegevens te filteren, om bepaalde informatie uit te werken (bijv. eigen analyse voor een dagfrequentie op deze plaats, of alleen de maximumsnelheid, enz.) of om representatieve statistische gegevens te verkrijgen. Hiervoor zijn diverse filtercriteria beschikbaar. Om de ingestelde criteria toe te passen, klikt u op "Filter toepassen". Om de totale hoeveelheid gegevens terug te halen, om bijvoorbeeld nieuwe filtercriteria te kunnen toepassen, klikt u op "Alle gegevens opnieuw laden". Na het maken van een diagram worden de gegevenswaarden die de basis van het gemaakte diagram vormen, in plaats van de lijst met voertuigen in de tabel in het hoofdvenster weergegeven. Om de lijst in tabel vorm met voertuigen weer te zien, klikt u op "Diagramgegevens wissen".

4.5.1 Periode

Dient voor de inperking van begin- en eindtijdstip. Meestal worden analyses voor exact 24 uur of voor een veelvoud daarvan gemaakt. Voorbeeld: Als de gegevens tussen maandag 15:30 uur en een week later maandag 16:30 uur verzameld zijn, is het zinvol om het eindtijdstip van 16:30 uur naar 15:30 uur te verleggen.



4.5.2 Filterfuncties Tijd: Onafhankelijk van datum en dag van de week worden alle gegevens uitgefilterd die niet aan deze criteria voldoen. Als de begintijd hoger is dan de eindtijd, blijven na de filtering alleen de gegevenssets uit de nachtelijke uren over. Als de eindtijd hoger is, blijven de gegevenssets van die auto's over, die overdag binnen deze periode onderweg waren. Weekdag: De gegevens worden onafhankelijk van de datum volgens de dag van de week gefilterd. De eerste dag van de week is maandag, de laatste is zondag. Evenals bij de filtering op tijd dient erop gelet te worden dat het programma onderscheidt, welke waarde hoger is, dienovereenkomstig wordt bij een hogere aanvangsweekdag het weekend als geldige periode beschouwd en bij een hogere eindweekdag wordt juist het weekend eruit gefilterd. Snelheid: Alle gegevens die niet binnen het vooraf ingestelde bereik liggen, worden uitgefilterd. Het is niet mogelijk om een inverse filtering toe te passen, zoals dit bij tijd en weekdag mogelijk is. Dat betekent dat er geen gegevenssets overblijven als de beginwaarde hoger is dan de eindwaarde!

4.6 Statistiekblok Direct na het openen van de gegevens en na elke filtering worden alle statistische gegevens (in het hoofdvenster in de rechterrand, zie afb. 4.5) opnieuw berekend. Naast het totale aantal voertuigen worden de volgende waarden berekend: Vd: Gemiddelde snelheid [km/h] V85: 85% van de voertuigen rijdt langzamer of maximaal deze snelheid [km/h] Vmax: Maximale snelheid die een voertuig heeft bereikt [km/h] Vred: Gemiddelde verlaging van de snelheid [km/h] door het display (V1 min V2)



4.7 Tekstveld in diagram De op deze plaats ingevoerde tekst (zie afb. 4.6) wordt als titel in elk diagram weergegeven. Na een wijziging moet het diagram opnieuw gemaakt worden, opdat de nieuwe tekst correct wordt overgenomen.

4.8 Logo of briefhoofd boven het diagram Om deze door u gemaakte diagrammen van uw briefhoofd of logo te voorzien, moet een overeenkomstige afbeelding met de naam "Logo.wmf" naar de programma-directory van deze software (meestal "C:\Program Files\Sierzega GRS 3.0\") worden gekopieerd. Het bestandsformaat WMF staat voor "Windows Metafile". Van de opgeslagen afbeelding en de tekst daarin wordt automatisch de optimale grootte bepaald, opdat onafhankelijk van de gebruikte printer en het papierformaat uw uitdraaien altijd in de beste kwaliteit worden afgedrukt. Let er op dat de verhouding tussen lengte en breedte van het briefhoofd 1:10 bedraagt. Anders wordt de afbeelding vervormd weergegeven. Als voorbeeld bij het maken van het bestand kunt u het samen met het programma in dezelfde directory geïnstalleerde bestand "Logo.wmf" gebruiken, dat ons logo bevat.

4.9 Algemene informative over de diagrammen In het hoofdvenster kan met de lengte van de stappen de resolutie van de x-as worden gewijzigd. Bij elk diagram worden alle statistische gegevens en de periode in het onderste gedeelte afgebeeld. Na het aanmaken van de diagramgegevens in het hoofdvenster, wordt het diagram in een nieuw venster geopend. De diagramgegevens zijn in plaats van de lijst met voertuigen in de tabel in het hoofdvenster weergegeven. Om de lijst in tabel vorm met voertuigen weer te zien, klikt u op "Diagramgegevens wissen".

LET OP ! Wilt u met de diagramgegevens in een ander programma uw eigen diagram maken, kunt u de gegevens in de tabel markeren en deze met de toetsencombinatie "Ctrl" + "C" kopiëren. In de andere software kunt u de gegevens bijvoorbeeld met "Bewerken" - "Plakken" of met de toetsencombinatie "Ctrl" + "V" weer invoegen en vervolgens het gewenste diagram maken.



4.10 Diagrammen printen Via het printerpictogram in de linkerbovenhoek van elk diagramvenster kan de afbeelding met de actuele standaardinstelling van de printer worden afgedrukt.

4.10.1 Aanwijzing: Onder "Start" - "Instellingen" - "Printers" kunnen de waarden voor de gewenste printer worden ingesteld. Markeer de printer en selecteer "Als standaardprinter instellen", en via de optie "Eigenschappen" de overige instellingen.

4.11 Diagram 1:Vd, V85,Vmax vs. tijd Dit diagram laat zien, hoe zich gemiddelde snelheid, V85 en maximumsnelheid in verloop van de dag verhouden (zie afb. 4.7). Als de geselecteerde periode langer is dan 24 uur, worden voor elke dag en elk gegevenspunt Vd, V85 en Vmax berekend en aan het einde wordt de gemiddelde waarde gevormd. Zodoende zijn trendmatige dagverlopen beter zichtbaar dan wanneer van alle voertuigen op een gegevenspunt telkens slechts eenmaal Vd, V85 en Vmax zouden worden berekend.

4.12 Diagram 2: Aantal voertuigen vs. snelheid Dit diagram lat het snelheidsprofiel zien (zie afb. 4.8), dus hoeveel voertuigen met welke snelheid tijdens de geselecteerde periode aan de meetplaats voorbijgereden zijn.

4.13 Diagram 3: Aantal voertuigen vs. tijd Dit diagram laat het aantal voertuigen in het verloop van een dag zien (zie afb. 4.9). Als de geselecteerde periode langer is dan 24 uur, wordt voor elke dag en elk gegevenspunt het aantal voertuigen berekend, aan het einde wordt de gemiddelde waarde berekend. Zodoende is in het diagram het gemiddelde aantal voertuigen per tijdsduur van de lengte van de stap op het betreffende tijdstip weergegeven.



4.14 Diagram 4: Vd, V85, Vmax, aantal voertuigen vs. weekdag Dit diagram laat het snelheidsgedrag en de verkeersdichtheid in het verloop van een week zien (zie afb. 4.10). Bij het maken van een diagram wordt elk voertuig aan een weekdag toegewezen en worden uit het totale aantal voertuigen per weekdag de waarden Vd, V85, Vmax en het aantal voertuigen bepaald, onafhankelijk van het feit of de registratie een periode van een week of meer omvat. Daarom dient er bij het gebruik van het diagram op gelet te worden, dat voor een eenduidige interpretatie altijd gegevens van exact één week of een veelvoud daarvan beschikbaar zijn.



5 Bijlage

5.1 Accu laden Het radartoestel is uitgerust met een diepontladingsbeveiliging met herinschakelingsblokkering. Als de accu- spanning tot onder een niveau van ca. 11 volt daalt, schakelt het radartoestel uit. De diepontladingsbeveiliging voorkomt ook nog na herstel van de accu en een weer stijgende spanning, dat het toestel opnieuw inschakelt.

Een lege accu kan worden opgeladen met de als optie verkrijgbare automatische 12 volt-acculader. Plaats daarbij de rode klem van de acculader op de pluspool, de zwarte op de minpool van de accu en steek vervolgens de netstekker van de acculader in een 230 V / 50 Hz- stopcontact. Houdt u verder aan de gebruiksaanwijzing van de acculader. De acculader schakelt automatisch om op druppellading, nadat de accu volledig opgeladen is. Daardoor is overladen van de accu onmogelijk.

5.2 Voorzorgsmaatregelen Houd rekening met de volgende voorzorgsmaatregelen, om lichamelijk letsel en materiële schade te voorkomen: Monteer de snelheidsmeter GR32/42 alleen op die plaatsen, waar deze het wegverkeer niet hindert en het uitzicht op verkeersvoorzieningen niet belemmert. Probeer het display niet te openen. Alle onderhoudswerkzaamheden aan het toestel dienen uitsluitend door de fabrikant te worden uitgevoerd. Bij ondeskundige behandeling of openen van de verzegelde radarmodule vervalt de aanspraak op garantie.

5.3 Garantiebepaling Sierzega is aansprakelijk voor schade aan de snelheidsmeter GR32/42, die ondanks deskundige behandeling in een periode van twee jaar na aankoopdatum optreedt. Plaats van handeling voor de garantie is 4062 Thening, Thürnau, Oostenrijk.



5.4 Technische gegevens Inhoud van de levering: Snelheidsmeter GR32 en GR42 met 60 mm aluminium klemmen als mastbevestiging, pc-analysesoftware GRS. Inhoud van de levering Voeding:

12 V

Stroomverbruik:

max. 1,5 A

Bedrijfstemp.:

-20 °C tot 60 °C

Radarmodule: Microgolfsensor:

24,125 GHz/5 mW

Meetbereik:

3 ... 255 km/u

Bereik:

Personenwagen ca. 80 m, vrachtwagen ca. 200 m

Meetnauwkeurigheid: Snelheid:

- 3%

Telnauwkeurigheid bij goede afstelling:

+- 20%

Geheugen:

208.895 voertuigen

Display: Afleeshoek:

ca. 160°

Tekst:

"U RIJDT" als reflecterende folie

Getallenhoogte:

30 cm bij de GR32,42 cm bij de GR42.

Max. weergavewaarde:

199 km/h bij de GR32 en GR42

Afleesafstand:

GR32: ca. 150 meter, GR42: ca. 210 meter

Weergavecyclus:

ca. 0,5 s

Behuizing: Materiaal:

Aluminium

Beschermklasse:

IP66

Afmetingen:

(Breedte/Hoogte/Diepte) GR32: 960/630/40 mm GR42:1250/ 830/40 mm

Frontruit:

Makrolon

Gewicht:

ca. 9 kg bij de GR32 / ca. 14,5 kg bij de GR42

Dit toestel voldoet aan de EEG-richtlijn 89/336/EEG van 03/05/89 (elektromagnetische compatibiliteit) en eventuele daaropvolgende wijzigingen.



Trefwoordenregister


Dynamische Snelheid Indicator GR-Serie Gebruikershandleiding

Recommend Documents