De regering Rutte van VVD en PvdA berust op kiezersbedrog. De VVD behaalde veel stemmen door belastingverlaging en behoud van de volledige hypotheekrente aftrek te beloven. Beide beloften zijn gebroken. De PvdA ging de verkiezingen in met lijsttrekker Samsom. Op deze hebben velen gestemd omdat zij in hem een enthousiaste en sympathieke regeringsleider zagen. Ook zij kwamen bedrogen uit, niet Samsom werd premier of vicepremier maar de relatief onbekende Asscher, die nooit zoveel stemmen voor de PvdA had kunnen krijgen. Verder beloofde de PvdA een sterker en socialer Nederland. Het tegenovergestelde komt echter steeds dichter bij de waarheid! Dubbel kiezersbedrog dus. Onderdeel van de Nederlandse politiek, zullen velen zeggen. Ons land is aangewezen op coalitie regeringen, zullen zij zeggen, en om een coalitie regering te vormen moeten alle partners noodzakelijkerwijs water in de wijn te doen. Onzin, coalitieregeringen zijn geen natuurwet, ook niet in ons land. Coalitieregeringen stammen uit de tijd dat ons land hopeloos onderling verdeeld was door de verzuiling. Wat wij voor de toekomst nodig hebben is een nieuwe midden partij die bij de volgende 2de Kamer verkiezingen met een duidelijk en aantrekkelijk programma dat ook na de verkiezingen niet gewijzigd wordt, een doorslaggevende overwinning zal behalen. Indien dit bewaarheid wordt, dan kan een stabiele regering gevormd worden die dit programma zonder mankeren uit zal voeren. De visieloze lastenverzwaringspolitiek van de huidige regering brengt de economie van ons land naar de afgrond. De koopkracht van de bevolking wordt voortdurend uitgehold door steeds nieuwe lastenverzwaringen en onvoldoende aanpassing van de inkomens aan de inflatie. Het regeerakkoord van VVD en PvdA voorziet een pakket van 16 miljard euro aan bezuinigingen en lasten verzwaringen. Hier komen nog eens minimaal 5 miljard euro aan nieuwe lasten bij als gevolg van het woonakkoord (1,7 miljard euro) en pensioenakkoord (3 miljard euro). Deze zogenaamde 'bezuinigingen' zijn niets anders dan verkapte belastingverhogingen! Inkomensafhankelijke huurverhogingen dienen om de staatskas te spekken en het grootste deel van de pensioenpremieverlaging gaat naar de belasting. Deze verkapte belastingverhogingen (ver)hinderen als zodanig het noodzakelijk economisch herstel. Uit een recente studie van de Nederlandsche Bank blijkt dat het beschikbare huishoudinkomen (de koopkracht van de burger) van 54% van het nationale inkomen (bbp) in 1992 is gedaald naar 45% in 2012. Het is dus hoogst noodzakelijk om de koopkracht van de bevolking weer te herstellen. De verslechtering van de economische toestand vertaalt zich in een stagnerende woningmarkt waarin huizen slechts zeer moeizaam tegen dalende prijzen verkocht worden of helemaal niet. Verder is ook de aanschaf van duurzame goederen zoals auto's spectaculair gedaald. Dit betekent dat een groot deel van de bevolking moeite heeft om met zijn door de inflatie uitgeholde inkomen rond te komen.
Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 1
Ons land staat niet langer in de top 5 van de meest competitieve landen van het World Economic Forum. We zijn gezakt naar plaats 8 na Duitsland, Finland, Zweden, Zwitserland en de V.S. Dit is te wijten aan de inflexibele arbeidsmarkt, de bureaucratie, de belastingdruk en het gebrek aan innovatie. Maar vooral kunnen bedrijven maar moeilijk lenen bij de banken. Onze economie heeft zodoende vier hoofdproblemen: de bevolking heeft te weinig koopkracht. de overheidsfinanciën zijn ontspoord. er is een kredietcrisis, dat wil zeggen de banken lenen te weinig uit tegen een te hoge rente. de huizenmarkt is ingestort. Deze vier negatieve factoren versterken elkaar onderling en leiden tot een neerwaartse spiraal in de economie. In korte tijd zijn er +- 130 000 werklozen bijgekomen en het einde is nog niet in zicht. Wat doet de regering Rutte in die situatie: de regering wacht - zonder duidelijke toekomstgerichte keuzes te maken- een herstel van de wereld economie af, hetgeen -zo hoopt de regering- ook zal leiden tot volledig herstel van onze economie. Dit passief afwachten is niet voldoende. Het herstel van de wereldeconomie zal nooit dusdanig zijn dat daardoor alle huisgemaakte problemen van onze economie opgelost worden. Is dit alles onafwendbaar en wordt dit veroorzaakt door de algemene economische crisis, zoals de regering beweert? Driemaal nee: een andere en betere weg is wel degelijk mogelijk. Ik heb dan ook het initiatief genomen om een nieuwe politieke partij op te richten, de VOORUITGANGSPARTIJ, die zich prioritair ten doel stelt om de economie fors te doen groeien waardoor de economie weer banen zal creëren in plaats van vernietigen en dit zonder het milieu verder te schaden. Daarnaast is ons doel om een aantal dringende maatschappelijke problemen aan te pakken die de politiek al veel te lang voor zich uitschuift, zoals criminaliteit en immigratie. Tenslotte is ons doel de levenskwaliteit van de bevolking sterk te verbeteren en de overheid en de maatschappij te moderniseren. De naam VOORUITGANGSPARTIJ is bewust gekozen om ons te onderscheiden van andere partijen zoals de VVD en de PvdA en gedoogpartner D66 die de slechte economische politiek van de regering steunen. Deze partijen kunnen dus beter als stilstands- of achteruitgangs-partijen gekwalificeerd worden. We moeten in plaats van voortdurend de belasting verhogen, nieuwe schulden maken en verder wachten op betere tijden een actieve politiek voeren ter stimulering van de economie. Dit is precies wat wij als Vooruitgangspartij voorstellen, namelijk: een forse koopkracht verhoging voor de midden en lagere inkomens door een belastingverlaging van 15 miljard euro en een verhoging van de AOW met 2 miljard euro. een ambitieus meerjarig investeringsprogramma van 13 miljard euro in de bouw, de industrie, de (informatie) technologie, het midden- en kleinbedrijf en in alternatieve energie. maatregelen ter verbetering van de kredietverlening. Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 2
Hiermee zal de economie veel eerder en sterker uit de recessie komen dan bij voortzetting van de slechte economische politiek van de regering Rutte en dit zonder het milieu te schaden of de overheidsfinanciën verder te belasten. Om onze doelstellingen te bereiken stellen wij de volgende kernpunten voor:
1. Belastingverlaging en maatregelen ter bevordering van het eigen-huis bezit: koopkrachtverbetering met 150 euro netto per maand door belastingverlaging tot een inkomen van 60 000 euro bruto per jaar, hetgeen neer komt op ca 15% netto meer per maand bij het minimumloon, op ca 8% meer bij het modale inkomen van 35 000 euro en op ca 5% netto meer bij 60 000 euro. bij wijze van overgangsmaatregel: koopkracht verbetering met 100 euro netto per maand voor inkomens tussen de 60 000 en 70 000 euro bruto per jaar en met 50 euro netto per maand voor inkomens tussen 70 000 en 75 000 euro bruto per jaar. behoud van de volledige hypotheekrente-aftrek. staatsgarantie (onder voorwaarden) voor nieuwe hypotheken tot 400 000 euro voor het eerste huis. afschaffing van de overdrachtsbelasting voor het eerste huis. een spaar en hypotheekbank ter ondersteuning van de woningmarkt. afdwingbare mogelijkheid tot boetevrije aflossing van hypotheken. geen inkomens-afhankelijke huurverhogingen en in principe geen huurverhogingen die hoger zijn dan de inflatie behalve bij renovatie e.d..
2. Verhoging van de AOW en staatsgarantie voor de ambtenarenpensioenen: 100 euro netto per maand méér per echtpaar voor mensen met alleen AOW of AOW aangevuld door een klein pensioen. 75 euro netto per maand méér per echtpaar voor mensen met AOW aangevuld door een gemiddeld pensioen of andere inkomsten die niet hoger zijn dan de AOW zelf. 75 euro netto per maand méér voor alleenstaande AOW'ers zonder of met klein aanvullend pensioen en 55 euro netto per maand méér bij gemiddeld aanvullend pensioen. handhaving van 65 jaar als leeftijdsgrens voor recht op AOW. geen AOW meer voor mensen die dit staatspensioen gezien hun overige ruime inkomen niet nodig hebben. keuze mogelijkheid tussen hogere AOW of aanvullend bedrijfspensioen. geen korting op de ambtenarenpensioenen door 100% staatsgarantie waartegenover de staat de activa van het ambtenaren pensioenfonds (ABP) overneemt.
3. Minimumloon, studenten en kinderbijslag: minimumloon altijd hoger dan bijstand: werken moet lonen! studieloon onder voorwaarden in plaats van studieleningen. dubbele kinderbijslag voor 1-ouder gezinnen en gezinnen met een minimuminkomen maar kinderbijslag voortaan beperkt tot de eerste 3 kinderen per gezin.
4. Verbetering van de levenskwaliteit: 4,5-daagse werkweek met behoud van de wekelijkse arbeidsduur. Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 3
300 000 aantrekkelijke en betaalbare woningen méér. betaalbare en beschikbare gezondheidszorg en kinderopvang. ruimhartige onkosten vergoeding voor vrijwilligers in de zorg. gezond voedsel. bevordering van de sport met name door de jeugd. vrij toegankelijke natuurgebieden. goede behandeling van (slacht)dieren. sterke verbetering van de consumenten bescherming. effectieve bescherming van de privacy en het betalingsverkeer in het internet.
5. Een nieuwe economische politiek: einde aan de ongebreidelde privatisering. staatsbezit van de grote commerciële banken, verzekerings- en energie- infrastructuur bedrijven, met name door overnames tegen beurskoers; minimaal bij banken: afsplitsing risicovolle activiteiten zoals investment banking en deelname in hedge funds in een aparte zakenbank. meer werkgelegenheid door een ambitieus meerjarig investeringsprogramma in de bouw (300 000 betaalbare woningen meer met permanente verlaging van het BTW tarief naar 6%) in toekomstgerichte innovatieve bedrijven in de industrie, de (informatie) technologie, het midden en kleinbedrijf en in alternatieve energie. meer werkgelegenheid door een substantieel EU investerings- programma. een nieuwe EU politiek voor de steun aan de euro-crisislanden die uitsluitend voor rekening en verantwoording van de EU komt waarbij de noodzakelijke sanering van de economie van die landen, inclusief staatsschuld- en bankensanering, gegarandeerd wordt en waarbij een mogelijk vertrek uit de euro niet langer als taboe geldt. geen 4-euro lonen maar vrij verkeer van goed geschoolde en normaal betaalde werknemers binnen de EU. een fair trade policy met derde landen in plaats van de onbeperkte mondialisering. hulp aan zelfhulp of projecthulp in plaats van de huidige ongerichte en ongecontroleerde ontwikkelingshulp. sterke vermindering van de subsidies. 6. Eerlijke lastenverdeling: eerlijke verdeling van de belastingdruk over alle inkomens en winsten. tegengaan van belastingontwijking en zwartwerk. beëindigen van de belastingconcurrentie tussen de lidstaten van de EU. afschaffen gebruik van belastingparadijzen, allereerst binnen de EU. sterke vereenvoudiging van het belastingrecht. 7. Een nieuwe energie en mobiliteits-politiek: stopzetten van de aardgas export en uitsluitend binnenlands verbruik van de overgebleven gasvoorraad (door staatsexploitatie) voor elektriciteitsproductie, mobiliteit en verwarming. aardgas in plaats van sterk vervuilende kolen (kolen gestookte energiecentrales) en de dure olie (wegverkeer). minstens 50% hernieuwbare energie zoals zon, wind, bio en waterenergie binnen 10 jaar. Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 4
geen schaliegaswinning door gevaarlijke en milieuvervuilende methodes. schadevergoeding bij schade veroorzaakt door aardgaswinning. een moderne mobiliteitspolitiek door het massaal gebruik van niet vervuilende auto's op aardgas of elektra zonder extra kosten voor de consument. 6 of -waar nodig- 8- of 10- baans snelwegen, met een uniforme snelheidslimiet van 130 km/per uur behalve rondom steden (100 km /u). meer vrachtvervoer over het water en per spoor. belastingheffing op vrachtwagens zoals in Duitsland (maut); efficiënt openbaar vervoer. 8. Een strenger strafrecht en meer veiligheid: effectieve minimum gevangenisstraffen bij ernstige misdrijven. langdurige verwijdering uit de maatschappij van gevaarlijke en gewoonte misdadigers door opsluiting zonder TBS. de minister van justitie bepaalt voortaan het vervolgingsbeleid en niet langer het OM. het recht op zelfverdediging wordt gewaarborgd. de politie houdt zich prioritair bezig met misdaadbestrijding en de veiligheid op straat. 9. Volledige immigratiestop met slechts enkele uitzonderingen: toepassing van de universele mensenrechten in individuele gevallen. EU burgers die een eigen zaak hebben of die een normaal betaalde baan zoeken waarvoor zij de nodige kwalificaties bezitten. daadwerkelijke integratie van de hier reeds aanwezige immigranten hetgeen zich vertaalt in meer werkparticipatie en minder bijstand.
10. Modernisering van de overheid en de maatschappij: schrappen van alle onnodige staatsuitgaven en overbodige overheidsdiensten of bestuurslagen. geen Eerste Kamer en geen provincies. rechtstreeks gekozen minister president die als hoofd van de regering de regering vormt en de vakministers benoemt. gekozen burgemeesters. instellingen met publieke doelstellingen zoals zelfstandige bestuursorganen (ZBO's) en woningcorporaties komen onder rechtstreeks toezicht van de voor deze materie bevoegde minister of worden in het desbetreffende ministerie geïntegreerd teneinde misbruik, slecht management en overdreven salariëring te voorkomen. volledige scheiding van kerk en staat. geen apart islamrecht voor Islamieten. Hiermee biedt de VOORUITGANGSPARTIJ een coherent toekomstgericht alternatief voor de uitzichtloze lastenverzwaringspolitiek van de huidige regering en gedoogpartner D66. Ook de PVV en de SP, die vooral aan symptoombestrijding doen, bieden de kiezers geen dergelijk geloofwaardig alternatief. De realisatie van onze tien actiepunten is mogelijk zonder het staatsbudget verder te belasten. Integendeel, wij stellen een aantal nieuwe inkomsten of reële besparingen voor die de extra uitgaven zullen evenaren. Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 5
Allereerst stellen wij voor te snijden in het spek van de staat door het schrappen van alle nutteloze staatsuitgaven en het afschaffen van overbodige bestuurslagen zoals Provincies en het afschaffen van of inkrimpen van alle goeddeels of totaal overbodige overheidsdiensten. De mogelijke besparingen zijn hier legio en kunnen doorgevoerd worden zonder de economie sterk te belasten, zoals juist wel het geval is bij de zogenaamde 'bezuinigingen' van de regering Rutte. Hier kan minimaal 5% van het totaal aan staatsuitgaven bespaard worden. De belastingdruk treft onevenredig de werkende bevolking en laat de grote bedrijfswinsten van met name multinationals grotendeels buiten schot. Door belastingtrucs en het gebruik van belastingparadijzen af te schaffen, is het mogelijk zeker te stellen dat belasting wordt betaald over iedere euro die hier te lande wordt verdiend. Ook wat betreft belastingontduiking en zwartwerk kan een vergelijkbaar resultaat worden bereikt. Een en ander zal naar verwachting minimaal 5 miljard euro aan nieuwe belastingontvangsten opleveren. Indien de staat de ambtenarenpensioenen voortaan rechtstreeks uit het jaarlijkse staatsbudget betaalt en daarvoor een 100% pensioengarantie aan de ambtenaren geeft, dan kan de staat het vermogen van het ambtenarenpensioenfonds (ABP) van ca 290 miljard euro voor andere doeleinden gebruiken. Hiermee kan de staat de staatsschuld van ca 470 miljard euro terugbrengen naar 60% van het bbp ofwel 370 miljard euro zoals afgesproken met de overige EU landen. Dit houdt in een staatsschuld reductie met 100 miljard euro waarmee de staat jaarlijks minimaal 2 miljard euro aan rente en een half miljard euro aan beheerskosten uitspaart. Na deze gedeeltelijke aflossing van de staatsschuld blijft er nog ca 190 miljard euro van het kapitaal van het ABP over voor maatregelen ter stimulering van de economie. Het massaal gebruik van aardgas voor alle energiebehoeften van ons land, inclusief voor mobiliteit (aardgasauto's) zal de staat naar verwachting minimaal 3 miljard euro's aan extra inkomsten opleveren. Een ecotax op vrachtwagens (maut) zal rekening houdend met de ervaring in Duitsland ca 1 miljard euro opleveren. In totaal zullen de nieuwe belastinginkomsten / de verminderde uitgaven in totaal ca 24 miljard euro bedragen. Met deze nieuwe inkomsten kunnen wij -rekeninghoudend met het feit dat de belastingverlaging zoals door ons voorgesteld gedeeltelijk zelf financierend is- een meerjarig stimuleringsprogramma van de economie financieren van 30 miljard euro per jaar ofwel ca 5% van het bbp hetgeen voldoende moet zijn om de economie fors te doen groeien en de werkgelegenheid sterk te verbeteren.
***
Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 6
Resumé nieuwe inkomsten / minder uitgaven voor de staat: 1. schrappen van nutteloze uitgaven en afschaffen van overbodige bestuurslagen / overheidsdiensten minimaal 5% van de staatsuitgaven = 5% x 260 miljard euro =
13 miljard euro
2. meer directe belasting door eerlijke lastenverdeling en door tegengaan belastingontwijking en belastingparadijzen: minimaal 5 miljard euro meer:
5 miljard euro
3. extra inkomsten door gebruik van aardgas voor mobiliteit:
3 miljard euro
4. rente en beheerskosten uitgespaard door aflossing op de staatsschuld:
2,5 miljard euro
5. ecotax / maut op vrachtwagens:
1 miljard euro + _____________ +/- 24 miljard euro
De belastingverlaging voor de midden- en lagere inkomens zoals door ons voorgesteld, zal naar schatting maximaal 15 miljard euro kosten bij een beroepsbevolking van ca 9 miljoen man inclusief zelfstandigen en werklozen (150 euro x 12 = 1800 euro per jaar x 9 miljoen man minus +- 1 miljoen man met een inkomen > 60 000 euro per jaar). De AOW verhoging die wij voorstellen zal naar schatting ca 2 miljard euro kosten. Deze kosten kunnen (voor het leeuwendeel) gefinancierd worden door de afschaffing van de AOW voor diegenen, die dit staatspensioen , gezien hun overige ruime inkomen in het geheel niet nodig hebben (minimaal 5% van het totaal aan AOW gerechtigden). De forse koopkrachtverbetering van 17 miljard euro die wij zodoende voorstellen (15 miljard euro voor belastingverlaging voor de midden- en lagere inkomens en 2 miljard euro voor de verhoging van de AOW) zal zich naar verwachting voor het leeuwendeel vertalen in hogere consumentenuitgaven. Van deze extra consumentenuitgaven van ca 17 miljard euro vloeit dus het BTW aandeel van 21% onmiddellijk terug in de staatskas, hetgeen 3 miljard euro aan extra BTW ontvangsten oplevert. Het overblijvend bedrag van ca 14 miljard euro vormt extra omzet van bedrijven waarover inkomsten- of vennootschapsbelasting betaald moet worden. De inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting over de winst van deze extra omzet zal naar schatting tenminste nog eens +-1 miljard euro aan extra belasting opleveren. In totaal levert deze stimulans van de economie dus op korte termijn ca 4 miljard euro aan extra belasting op, zodat de financieringskosten voor de staat van de door ons voorgestelde nieuwe uitgaven per saldo slechts ca 11 miljard euro in plaats van 15 miljard euro zullen bedragen. De nieuwe inkomsten en reële besparingen voor de staat die wij voorstellen bedragen ca 24 miljard euro, zodat er na aftrek van de per saldo 11 miljard euro aan nieuwe uitgaven voor koopkrachtverbetering een bedrag van 13 miljard euro overblijft voor een meerjarig investeringsprogramma in de economie. Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 7
Wij stellen voor van deze 13 miljard euro jaarlijks 6 miljard euro te investeren in een tien-jarig bouwprogramma van in totaal 300 000 betaalbare en aantrekkelijke woningen en de overige 7 miljard euro in gelijke delen te investeren in innovatieve activiteiten in de industrie, de (informatie) technologie en het midden- en kleinbedrijf en in alternatieve energie. Door te investeren in betaalbare woningbouw voorzien wij niet alleen in een basisbehoefte van de bevolking maar stimuleren wij tevens een van de trekkers bij uitstek van de economie. Door te investeren in kansrijke bedrijven in de industrie, de technologie en het midden- en kleinbedrijf zullen deze bedrijven groeien en met deze groei zullen de werkgelegenheid en de belastingopbrengsten meegroeien. Door te investeren in alternatieve energie kunnen we niet alleen het milieu dienen maar ook de werkgelegenheid, zoals de ervaring in Duitsland leert. Door de koopkracht van de bevolking substantieel te verhogen worden ook de uitgaven van de bevolking en dus de inkomsten van de bedrijven weer verhoogd. Dit alles stimuleert de economie, vermindert de werkloosheid en verhoogt de belastinginkomsten van de staat. Er ontstaat zodoende een opwaartse spiraal in de economie. Hier gebeurt dus precies het omgekeerde in positieve zin van wat op dit moment gebeurt in negatieve zin. De financieringsbehoefte om ons stimuleringsprogramma op te starten bedraagt, zoals hierboven berekend, ca 24 miljard euro per jaar. Na aflossing van 100 miljard euro op de staatsschuld met een gedeelte van het kapitaal van het ambtenaren pensioenfonds blijft er nog ca 190 miljard euro van dit kapitaal over, hetgeen meer dan genoeg moet zijn voor de financiering van ons 10-jarig stimuleringsprogramma, omdat tijdens deze 10-jarige periode de nieuwe staatsinkomsten en de reële besparingen, die wij ook voorstellen, de wacht geleidelijk zullen overnemen.
***
Tegenover ons duidelijke toekomst gerichte programma staat de overduidelijke onmacht van de regeringspartijen VVD en PvdA en gedoogpartner D66 om daadkrachtig in het belang van de bevolking te regeren: De PvdA leidt de dans van de voortdurende belastingverhogingen en nivelleringen. De VVD volgt slaafs uit angst de regeringspositie te verliezen. Premier Rutte sluit belastingverlaging uit zolang de coalitie met de PvdA duurt, ook in het geval dat de economie weer wat beter gaat draaien als gevolg van een verbeterde wereldeconomie. Het maximum waartoe de regering Rutte bereid is het niet toepassen van de laatste tranche van 1 miljard euro aan lastenverzwaringen van het pensioen- en woonakkoord. Dit toont twee dingen aan: Rutte kan zijn verkiezingsbelofte van belastingverlaging dus wederom niet nakomen, niet omdat het niet nodig is maar omdat het niet mag van de PvdA. Ten tweede: de regering blijkt onmachtig om een soortgelijk stimuleringsprogramma van de economie zoals door ons voorgesteld door te voeren, daar deze regering door zijn onderlinge verdeeldheid geen duidelijke toekomstgerichte keuzes kan maken. Nu een woord over de alternatieve regeringspartijen. Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 8
Als we afgaan op de uitslag van de gemeenteraadsverkiezing zouden bij de komende 2de Kamer verkiezingen de VVD en de PvdA ruwweg de helft van hun zetels verliezen aan de PVV, D66 en de SP. In dit geval ligt een regeringsdeelname van de PVV voor de hand . Wat zijn nu precies de voorstellen van Wilders op economisch gebied: Zijn paradepaardje op economisch gebied is het vertrek uit de EU en de euro. Wat een mogelijk vertrek uit de EU betreft hangt alles af van de reactie van de overige EU landen. Gunnen zij ons een gunstige status met alle voordelen van de EU maar zonder de nadelen, zoals Wilders beweert of niet. Dit is onwaarschijnlijk. Wat een vertrek uit de euro betreft weten we echter nu al wat ons te wachten staat. Een vertrek uit de euro en een terugkeer naar de gulden houdt bij een zwakke economie en ontspoorde overheidsfinanciën een terugkeer naar een zwakke munt met hoge inflatie in. Van D66 kunnen we ook niet veel goeds voor de economie verwachten. Deze partij steunt immers door dik en dun de slechte economische politiek van de regering Rutte. Verder pleit deze partij er voor het ontslagrecht nog verder te versoepelen. Dit kunnen we missen als kiespijn in deze tijden met toenemende hoge werkloosheid. Wat betreft de SP: deze partij verzet zich met hand en tand tegen afbraak van de verzorgingsstaat. Een verzorgingsstaat die zoveel kost als de onze, kan echter alleen voortbestaan bij een sterke economie. Wij moeten dus eerst de beer schieten alvorens de huid te verkopen, zoals de SP dat doet. D66 pleit er verder voor de budgettaire ruimte die ontstaat door de lichte verbetering van de economie te gebruiken voor belastingverlaging. Een ding moet echter duidelijk zijn, de 'belastingverlaging' waar D66 dan over spreekt kan niet meer bedragen dan ca 1 miljard euro, namelijk het maximum aan niet toe te passen lastenverzwaring waartoe de regering Rutte bereid is. Wat wij voorstellen is 17 x zo veel, namelijk 17 miljard euro! (15 miljard euro voor belasting verlaging voor de midden en lagere inkomens en 2 miljard euro voor de verhoging van de AOW) In de realiteit lijkt de manier van belasting heffen van de regering Rutte steeds meer op een nachtmerrie: onlangs kondigde staatssecretaris Wiebes een naheffing toe te passen in 2015 van 300 tot 700 euro aan voor +- 6 miljoen belastingplichtigen als gevolg van het belastingplan 2014. Deze naheffing zal dus +- 2 miljard euro bedragen. (6 miljoen man x minimaal 300 euro). De 'belastingverlaging' die uit de zogenaamde meevaller van 1 miljard euro zou voortvloeien kunnen de belastingplichtigen nu kennelijk ook vergeten. Het leeuwendeel van die 'meevaller' blijkt inmiddels opgeslokt te worden door een hogere contributie aan de EU (+- 700 miljoen euro) die ons land als gevolg van een herberekening van die contributie aan de EU moet betalen. Kortom in plaats van een 'belastingverlaging' van 1 miljard euro zoals eerder voorgespiegeld door de regering, moeten de belastingbetalers in werkelijkheid nog eens 2 miljard euro extra aan belasting ophoesten. Tenslotte heeft staatssecretaris Wiebes een belastingverlagingspakket aangekondigd van 5 miljard euro dat gerealiseerd zou moeten worden na het einde van de huidige regeringsperiode in 2017. Deze belastingverlaging zou mogelijk gemaakt moeten worden door economische groei (?), door mogelijke (?) bezuinigingen op de zorg en de uitkeringen en door een BTW verhoging op bepaalde producten, zoals brood en boeken. Het is duidelijk dat de realisatie van deze belasting verlaging zodoende grotendeels afhankelijk is van economische groei en met name van groei van de wereldeconomie. De meest recente prognose van het internationaal muntfonds (IMF) sluit een dergelijke groei echter uit, vooral voor de eurozone. Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 9
Staatssecretaris Wiebes verwacht verder van deze belastingverlaging van 5 miljard euro een toename van de werkgelegenheid met 100 000 banen. Twee conclusies dringen zich op: Het door ons voorgestelde stimuleringsprogramma van 30 miljard euro, dat overduidelijk van een geheel andere grootte orde is (6x zoveel) dan de eventuele belastingverlaging van Wiebes van 5 miljard euro, kan autonoom gefinancierd worden, dat wil zeggen geheel onafhankelijk van een eventuele groei van de wereldeconomie of de eigen economie. Ten tweede, indien een belasting verlaging van 5 miljard euro 100 000 banen extra zou opleveren, dan betekent een stimuleringsprogramma van 30 miljard euro 600 000 banen extra!
***
De regering Rutte loopt op wankele benen. Deze regering zal vroeg of laat struikelen over zijn onderlinge verdeeldheid en gebrek aan succes. Hoe slecht de staatsportemonnee beheerd wordt is bekend geworden door de affaire rond staatssecretaris Weekers. Honderden miljoenen aan onterecht betaalde sociale uitkeringen kunnen achteraf niet terug gevorderd kunnen worden. Een nog veel duurder voorbeeld van het slechte beheer van de overheidsfinanciën wordt gevormd door de gevolgen van de bankencrisis voor ons land. Minister Dijsselbloem heeft via de pers bekend gemaakt dat de genationaliseerde ABN/Amrobank bij privatisering maximaal 15 miljard euro op zou kunnen brengen. De regering heeft echter sinds 2008 meer dan 35 miljard euro geïnvesteerd in het overeind houden van deze bank. Over dit bedrag is dan slechts de (lage) rente berekend die de staat moet betalen over staatsleningen en niet, zoals men tenminste zou verwachten, de rente van 4% die de staat bijvoorbeeld bij de vermogensbelasting aanrekent, laat staan de rente van meer dan 10% die de staat de ING of Aegon heeft aangerekend voor de financiële bijstand tijdens de bankencrisis. Bij privatisering van de ABN Amrobank zal de staat dus minimaal 20 miljard euro verlies lijden. Dit verlies zal dan -linksom of rechtsom- door de Nederlandse bevolking opgebracht moeten worden. Dit houdt per hoofd van de bevolking een bedrag van ca 1200 euro in en per belastingbetaler een bedrag van ca 2400 euro. De gemiddelde Nederlandse belasting betaler zal dus minimaal 1 maand gratis moeten werken om dit verlies weer goed te maken. Een zelfde fiasco dreigt bij de SNS Reaalbank. De staat heeft in de nationalisatie van deze relatief kleine bank een bedrag van maar liefst 4,5 miljard euro geïnvesteerd. Het is volstrekt onduidelijk of dit bedrag met daarover verschuldigde rente -al was het maar bij benadering- ooit gerecupereerd kan worden! Ook het budgetbeheer van de regering Rutte deugt niet en lijkt meer met creatief boekhouden en het verschuiven van schulden naar de toekomst te maken te hebben dan met gezond beheer van de overheidsfinanciën. De regering verwacht voor 2015 een budget tekort van ca 13 miljard euro hetgeen op het eerste zicht een indrukwekkende verbetering van 6 miljard euro t.o.v. het geraamde tekort van 2014 lijkt. Het blijft echter vooralsnog onduidelijk hoe de regering deze verbetering denkt te realiseren zonder Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 10
een flinke groei van de economie. Wat betreft de financiering blijft alles bij het oude. De regering verschuift het tekort zoals in voorafgaande jaren naar de toekomst door schulden te maken en voegt het tekort eenvoudig toe aan de staatsschuld. Dit lijkt aantrekkelijk bij de huidige historisch lage rente op de kapitaalmarkt. De minste omslag in deze rentevoet kan echter de budgetplanning van de regering volledig verstoren. Bij een dergelijk allerminst onwaarschijnlijk scenario zal de schuldenmakerij van de regering het land en zijn bevolking zuur opbreken.
***
Niet al onze actiepunten zijn nieuw, verre van dat, wat goed is behoeft niet opnieuw uitgevonden te worden. De Vooruitgangspartij is echter de enige politieke partij die een coherent actieprogramma presenteert dat ons niet alleen eerder en sterker uit de huidige recessie zal brengen, maar dat ook voor de toekomst een sterke economie en een betere levenskwaliteit garandeert.
Jullie kunnen nu eindelijk een doorslaggevende invloed uitoefenen op de gang van zaken in ons land en wel door voortaan op de VOORUITGANGSPARTIJ te stemmen. Een stem op onze partij is een stem op een partij die zijn verkiezingsbeloftes na zal komen. Wees er zeker van : op onze beloftes volgen onze daden en onze daden zijn in jullie belang! Wees dus geen dief van eigen portemonnee en stem op de VOORUITGANGSPARTIJ. Een stem op de andere partijen of niet gaan stemmen is een weggegooide stem en uiteindelijk een stem voor meer van dezelfde politiek als die van de regering Rutte.
Arthur Brautigam voorzitter Vooruitgangs Partij ex raadsadviseur (hoofd economische en financiële zaken) bij de Raad van de Europese Unie
Vooruitgangspartij – beknopt programma – blz 11