Drie scenario’s voor het invoeren van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage in de Wmo.
1. Inleiding De gemeente Winsum is al enige tijd bezig met het onderzoeken van de mogelijkheden om voor alle Wmo-voorzieningen een inkomensafhankelijke eigen bijdrage in te voeren. De eigen bijdrage heeft twee hoofddoelen: 1. Uitvoering geven aan de Kanteling, zoals beschreven in het Wmo beleidsplan 2011-2014 Het gaat bij deze doelstelling om het benutten van de eigen kracht van klanten. Zij moeten ook nadenken of ze zelf ondersteuning kunnen regelen of organiseren. 2. Betaalbaar houden van de verstrekking van Wmo-voorzieningen
De klanten die de financiële ruimte hebben om bij te dragen aan de kosten van de voorziening moeten dit ook doen. Het proces is begonnen met een startnotitie (vastgesteld op 10 april 2012) waarin een aantal vragen gesteld zijn, die inzicht geven in de mogelijkheden om een inkomensafhankelijke eigen bijdrage in te voeren. In de “Discussienotitie inkomensafhankelijke eigen bijdrage in de Wmo” zijn de vragen uit de startnotitie beantwoord. De gemeenteraad heeft bij de vaststelling van de discussienotitie (3 juli 2012) een aantal richtinggevende uitspraken gedaan: -
Zoveel mogelijk van de werkzaamheden voor de inkomensafhankelijke eigen bijdrage laten uitvoeren door het CAK Het CAK wordt betaald door het rijk. Het rijk past hiervoor een korting op de rijksmiddelen toe. Deze korting wordt ook toegepast op de rijksuitkering van de gemeente Winsum. Er zijn voor de gemeenten geen verdere kosten verbonden aan werkzaamheden die het CAK voor de gemeenten uitvoert. Gemeenten zijn verplicht om het CAK de inkomensafhankelijke eigen bijdrage te laten uitvoeren. Daarnaast kan het CAK gemandateerd worden om het inkomensafhankelijk eigen aandeel uitvoeren. De gemeente blijft verantwoordelijk voor de inhoudelijke afhandeling en bezwaarschriften.
-
De eigen bijdrage gaat alleen gelden voor nieuwe aanvragen
-
Meer inzicht geven in: o
de collectieve ziektekostenverzekering van Menzis 1
o
de kosten voor het uitvoeren van het inkomensafhankelijk eigen aandeel door de gemeente Winsum
Daarnaast heeft de gemeenteraad besloten om:” Het college de opdracht te geven de maatregelen omtrent de inkomensafhankelijke eigen bijdrage en het inkomensafhankelijke eigen aandeel nader uit te werken en opnieuw voor te leggen aan de raad.” De gemeenteraad heeft het college gevraagd drie scenario’s uit te werken. Namelijk, een inkomensafhankelijk eigen bijdrage vragen vanaf 110%, 120% en 150% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum.
In deze notitie wordt eerst ingegaan op de regeling van het CAK om de eigen bijdrage op te leggen en niet te innen. Daarna gaan we in op de collectieve ziektekostenverzekering en het zelf uitvoeren van het inkomensafhankelijk eigen aandeel. Als derde worden een aantal aannames beschreven die gemaakt zijn om de verschillende scenario’s te berekenen. Op basis van die aannames worden drie scenario’s beschreven. Als laatste wordt een advies gegeven om 1 van de 3 scenario’s uit te voeren.
1.1 Minimabeleid via het CAK Het CAK biedt een regeling aan waarbij gemeenten de eigen bijdrage wel kunnen opleggen, zonder deze te innen. In de discussienotitie werd ervan uitgegaan dat deze regeling juridisch correct is. Uit nader onderzoek blijkt dat de wettelijke grondslag voor deze regeling ontbreekt. We hebben de vraag of het “minimabeleid” van het CAK wettelijk is toegestaan ook voorgelegd aan Schulinck, Stimulansz en VWS. Schulinck en Stimulanz geven aan dat de regeling niet aansluit bij het Besluit maatschappelijke ondersteuning. Daarin staat beschreven op welke vlakken de gemeenten beleidsvrijheid hebben. De regeling van het CAK valt daar niet onder. Via het CAK hebben we de vraag ook aan VWS gesteld. VWS heeft aangegeven dat het wel mogelijk is om gebruik te maken van de regeling van het CAK. Maar tot nu toe heeft VWS de stelling niet onderbouwd. Op basis waarvan geconcludeerd wordt dat het mogelijk is, wordt ons dus niet duidelijk. In de Wmo staat beschreven op welke punten gemeenten beleidsvrijheid hebben. Binnen de Wmo bestaan geen mogelijkheden om alleen de groepen met een laag inkomen te ontzien. Voor alle klanten moeten dezelfde regels gelden.
2
Omdat de wettelijke grondslag voor de regeling ontbreekt, kunnen we geen gebruik maken van de regeling van het CAK. In de drie scenario’s is daarom rekening gehouden met de mogelijkheden die er wel zijn. Deze zijn ook beschreven in de discussienotitie die op 3 juli 2012 is vastgesteld. Gemeenten hebben beleidsvrijheid op de volgende drie onderdelen: -
De hoogte van de eigen bijdrage tot 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. Dit is een vast bedrag van € 18,-- voor ongehuwden en € 25,80 voor gehuwden. Gemeenten mogen dit bedrag verlagen.
-
De stijgingscoëfficiënt van het inkomensafhankelijke deel van de eigen bijdrage. Met een inkomen van meer dan 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum stijgt de maximale periode bijdrage met maximaal 15% van het verzamelinkomen. Gemeenten mogen de 15% naar beneden bijstellen.
-
De inkomensgrens voor gehuwden en ongehuwden, nog niet pensioengerechtigd of personen van pensioen gerechtigde leeftijd. Deze norm bepaalt vanaf welk punt klanten het inkomensafhankelijke deel van de eigen bijdrage gaan betalen. In het landelijk besluit maatschappelijke ondersteuning zijn deze bedragen op 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum vastgesteld. Gemeente mogen deze bedragen in gelijke mate wijzigen. We kunnen de bedragen dus bijvoorbeeld vaststellen op 150% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum.
De gemeente Winsum heeft in haar uitvoering van de Wet Werk en Bijstand gekozen voor het ontzien van chronisch zieken en gehandicapten. Via de bijzondere bijstand en de collectieve zorgverzekering van Menzis kan de eigen bijdrage vergoed worden. 1.2 Collectieve ziektekosten verzekering van Menzis De gemeente Winsum heeft een minimabeleid. In het minimabeleid wordt aan burgers met een inkomen tot 110% van het sociaal minimum een aantal regelingen aangeboden. Deze regelingen zijn gericht op bijzondere kosten die door mensen met een laag inkomen niet uit reguliere inkomsten betaald kunnen worden. De collectieve ziektekostenverzekering is zo’ n regeling. Burgers komen dus alleen in aanmerking voor deze verzekering als ze een inkomen hebben dat lager of gelijk is aan 110% van het sociaal minimum. Wanneer burgers in aanmerking komen voor deze regeling kunnen ze zich aanmelden bij Menzis (1 keer per jaar). Menzis biedt hen een collectieve ziektekostenverzekering aan met korting (collectiviteitskorting). Wanneer de klant kiest voor een aanvullend pakket, is deze ook verzekerd voor de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Om te zorgen dat mensen zich kunnen verzekeren tegen de inkomensafhankelijke eigen bijdrage heeft SoZaWe een pakket ingekocht bij Menzis. Bij dit pakket horen een aantal 3
afspraken. Menzis zorgt voor de vergoeding van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage aan klanten. Ook de administratieve lasten worden door Menzis gedragen. De kosten voor het vergoeden van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage worden vervolgens door Menzis doorberekend aan SoZaWe. Deze kosten zouden anders uit de bijzondere bijstand worden betaald. Voor de klant is de vergoeding van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage onderdeel van zijn zorgverzekering. In de praktijk gaat het om afspraak tussen SoZaWe en Menzis over de administratieve afhandeling. De kosten voor het vergoeden van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage worden door SoZaWe betaald.
1.3 De kosten voor het uitvoeren van het inkomensafhankelijk eigen aandeel In deze alinea wordt beschreven met wat voor financiële consequenties rekening gehouden moet worden, als de gemeente Winsum het inkomensafhankelijk aandeel zelf uitvoert. Het Inkomensafhankelijk aandeel is van toepassing bij financiële tegemoetkomingen. Deze worden bijvoorbeeld gebruikt bij (grote) woningaanpassingen. Het doel en de uitwerking van het inkomensafhankelijk eigen aandeel is vergelijkbaar met de eigen bijdrage. Het gaat om een bijdrage aan de kosten van een individuele voorziening. In de beantwoording van vragen rondom de “Discussienotitie” is al een schatting gegeven van de kosten die de gemeente Winsum zal maken voor uitvoering van het inkomensafhankelijk eigen aandeel. Met een handeling van 5 a 10 minuten kan het inkomensafhankelijke eigen aandeel berekend worden. Dit is niet anders dan bij de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Na het berekenen blijft de gemeente verantwoordelijk voor het aanpassen en bijhouden van veranderingen van het inkomensafhankelijke eigen aandeel. Dit kan resulteren in een aantal extra werkzaamheden voor het Wmo-loket en extra handelingen voor de klant. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld:
4
Uitvoering Wmo loket:
Klant
-
Jaarlijks aanpassen inkomensafhankelijk eigen aandeel
-
zelf aanleveren van inkomensgegevens
-
Berekenen en voorschieten WTCG 1 korting
-
een extra instantie voor de afhandeling van het eigen aandeel
Het zelf uitvoeren van het inkomensafhankelijke eigen aandeel levert voor het Wmoloket meer werk op dan wanneer het CAK dit doet. Naast de feitelijke uitvoering moet er nog steeds worden afgestemd met het CAK zodat de maximale periode bijdrage niet wordt overschreden. Daarnaast heeft de klant (die vaak meer dan 1 voorziening heeft) te maken met twee instanties in plaats van één. Het zou klantvriendelijker zijn om één uitvoerder te hebben voor het eigen aandeel en de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Het uitvoeren van het inkomensafhankelijk eigen aandeel brengt werkzaamheden met zich mee. De hoeveelheid werkzaamheden zijn te beperken door zoveel mogelijk voorzieningen in natura of via een PGB te verstrekken. Hierop is een inkomensafhankelijke eigen bijdrage van toepassing en geen eigen aandeel. De inkomensafhankelijke eigen bijdrage wordt uitgevoerd door het CAK. Als we minder financiële tegemoetkomingen toekennen, worden er ook minder werkzaamheden verricht.
De WTCG Korting is een korting voor de klant op basis van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten 1
5
Conclusie: Het is niet mogelijk om de kosten voor het zelf uitvoeren voor het inkomensafhankelijk eigen aandeel beter inzichtelijk te maken dan de schatting die is gegeven in de toezeggingen van 12-6-12. De uitvoering van het eigen aandeel wordt slechts in enkele gevallen door gemeenten zelf gedaan. De ervaringen van deze gemeenten verschillen. Hierdoor kan er geen overduidelijke conclusie worden getrokken. De daadwerkelijke kosten worden pas echt inzichtelijk als de gemeente Winsum het inkomensafhankelijk eigen aandeel zelf uitvoert. Op dit moment is het mogelijk het inkomensafhankelijk eigen aandeel uit te laten voeren door het CAK. Aan deze mogelijkheid zijn geen extra kosten verbonden. Het CAK handelt ook de inkomensafhankelijke eigen bijdrage af. Afhandeling door het CAK voorkomt fouten in de berekening, en misverstanden tussen de gemeente en het CAK. Advies: de uitvoering van het inkomensafhankelijk eigen aandeel mandateren aan het CAK -
De regelingen voor het inkomensafhankelijk eigen aandeel en de inkomensafhankelijke eigen bijdrage zijn gelijk
-
De gemeente Winsum loopt geen risico met betrekking tot de kosten voor de uitvoering
-
Het Wmo-loket wordt niet belast met extra regels en richtlijnen voor de uitvoering
-
De klanten hebben voor de eigen bijdrage en het eigen aandeel te maken met één instantie
6
2. De scenario’s De gemeenteraad van Winsum heeft het college gevraagd om drie scenario’s uit te werken voor de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Het eerste scenario heeft betrekking op het vragen van een inkomensafhankelijke eigen bijdrage aan alle klanten van de Wmo. Tot 110% van het verzamelinkomen op het sociaal minimumkomen de minima in aanmerking voor bijzondere bijstand en de collectieve ziektekostenverzekering van Menzis. In het tweede scenario wordt een inkomensafhankelijke eigen bijdrage opgelegd vanaf 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. De regeling ontziet niet alleen de minima maar ook andere lagere inkomensgroepen. In het derde scenario worden niet alleen de minima, maar ook de lagere en middeninkomens ontzien. In dit scenario wordt een inkomensafhankelijke eigen bijdrage opgelegd vanaf 150% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. Bij de uitwerking van de 3 scenario’s wordt inzicht gegeven in de kosten en baten van elk scenario. Om een reële schatting te geven worden een aantal aannames gedaan. Deze aannames worden hieronder beschreven.
2.1 Aannames Inkomensgegevens Een schatting van de baten van een eigen bijdrage voor de gemeente Winsum vereist inzicht in de inkomens van de klanten van de Wmo. Deze gegevens zijn niet beschikbaar voor alle klanten, maar wel voor degene die gebruik maken van Hulp in het huishouden (vanaf nu HH). Door middel van een aantal aannames kan worden bekeken of de gegevens voor klanten die gebruik maken van HH vergelijkbaar zijn met die voor overige voorzieningen. Zowel in het BMC rapport “Bezuinigingen binnen de Wmo” als bij het CBS zijn (schattingen van) inkomens gegevens te vinden. Uitgaande van deze bronnen maken wij een eerste Aanname: Aanname 1: tussen de 30%-50% van onze klanten heeft een inkomen boven de 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. De inkomensgegevens van de klanten die gebruik maken van HH zijn bekend. Ongeveer 40% van deze klanten had in 2011 een inkomen boven 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. Deze gegevens worden gebruikt om een schatting te kunnen maken van de kosten en baten in alle drie scenario’s.
7
Baten Een tweede variabele zijn de baten. In de discussienotitie is te lezen dat er 3 mogelijke bronnen zijn om een schatting van de inkomsten te kunnen maken. Het BMC rapport “Bezuinigingsmogelijkheden binnen de Wmo”, de gemeente Groningen en de gemeente Eemsmond. De schattingen lopen uiteen van € 20.000,-- tot € 97.000,-Aanname 2: De inkomensafhankelijke eigen bijdrage levert € 20.000,-- tot € 97.000,-- op De inkomsten op basis van de berekeningen liggen na drie jaar tussen € 34.800,-- en € 75.200,-- bij respectievelijk 100 en 150 klanten. Bij deze schatting is rekening gehouden met de volgende feiten: -
Niet alle klanten betalen de maximale periode bijdrage
-
Er zit overlap in voorzieningen
Niet iedereen betaalt de maximale periode bijdrage. Het is mogelijk hiervoor te corrigeren door te kijken naar wat de baten zouden zijn geweest, als alle klanten de maximale periode bijdrage zouden betalen, en wat er daadwerkelijk door het CAK aan de gemeente wordt afgedragen. Berekening max. periode bijdrage HH
€ 164.000,--
Afdracht CAK
€ 129.000,--2
Het CAK draagt ongeveer 78% af van wat de baten zouden zijn als alle klanten de maximale periode bijdrage zouden betalen. Met deze factor moeten we dus ook rekening houden wanneer we kijken naar de inkomsten. Aanname 3: Om een reële schatting te geven gaan we uit van 78% van de berekende maximale inkomsten Het gemiddeld aantal voorzieningen per klant is 1,7. Er is bijna 60% overlap in voorzieningen. Niet iedereen die een voorziening aanvraagt zal dus de (gehele) inkomensafhankelijke eigen bijdrage betalen. Een groot deel van onze voorzieningen bestaan uit HH waarvoor al een inkomensafhankelijke eigen bijdrage geldt. Door middel van de volgende aanname kunnen we corrigeren voor de overlap. Aanname 4: We ontvangen maar in 40% van de gevallen de gehele inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor nieuwe voorzieningen Aantal klanten en voorzieningen Dit bedrag is afkomstig uit de Wmo-monitor. De daadwerkelijke inkomsten kunnen iets hoger of lager uitvallen doordat er sprake is van afrekeningen, te late betalingen etc. 2
8
In de discussienotitie is al genoemd dat er regels zijn rondom de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Dat betekent ook dat niet alle klanten te maken krijgen met de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. De gebruikers van Hulp in het huishouden hebben al te maken met een inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Voor gebruikers met een rolstoel en kinderen is een inkomensafhankelijke eigen bijdrage niet toegestaan. Zoals in de discussienotie is beschreven heffen weinig gemeenten een inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor de regiotaxi. De regiotaxi (ook wel collectief vraagafhankelijk vervoer of Wmo-taxi) is een vervoersvoorziening. Om met de regiotaxi te kunnen reizen heeft men een regiotaxipas nodig. Deze wordt door het Wmo-loket verstrekt. De klant wordt thuis opgehaald en naar hun bestemming gebracht. Voor klanten met een regiotaxipas is het openbaar vervoer of eigen vervoer geen oplossing. De regiotaxi vraagt een bijdrage van de klant die vergelijkbaar is met die van het regulier openbaar vervoer. Er wordt dus al een bijdrage gevraagd. Daarnaast wordt het gebruik van de regiotaxi per rit gefactureerd. De kosten van de voorziening zijn variabel. Een inkomensafhankelijke eigen bijdrage is daarom moeilijk te berekenen. Dit houdt in dat op dit moment het invoeren van een inkomensafhankelijke eigen bijdrage op de regiotaxi organisatorisch onwenselijk en onuitvoerbaar is. Aanname 5: Er wordt (voorlopig) geen inkomensafhankelijke eigen bijdrage gevraagd voor de regiotaxi. Wanneer de regiotaxi niet wordt meegeteld, zijn er in 2011 nog 150 voorzieningen toegewezen waarvoor een inkomensafhankelijke eigen bijdrage kan worden gevraagd. De verwachting is dat met de invoering van een inkomensafhankelijke eigen bijdrage en de Kanteling, het aantal toekenningen ten opzichte van het aantal aanvragen zal dalen. Meer klanten kiezen voor een andere oplossing. In deze schatting gaan we uit van 100-150 voorzieningen per jaar waarbij een inkomensafhankelijke eigen bijdrage van toepassing is. Aanname 6: We verstrekken 100-150 nieuwe voorzieningen per jaar waarop de inkomensafhankelijke eigen bijdrage van toepassing is. Berekening Voor de berekening zijn de inkomensgegevens van de 263 klanten die gebruik maken van HH gebruikt. Deze gegevens zijn omgerekend naar een fictief scenario van 100 en 150 personen die een nieuwe voorziening aanvragen. Voor deze groepen is de maximale periode bijdrage te berekenen. Dat is voor alle personen in de verschillende gezinssamenstellingen en inkomensgroepen berekend. Daarna is gecorrigeerd voor het niet betalen van de maximale periode bijdrage en de overlap in voorzieningen. De uitkomst van deze berekeningen is te zien in de uitwerking van de scenario’s. De berekeningen zijn te vinden in de bijlage. 9
2.2 Scenario 1: 110% Scenario 1 omvat de keuze om aan alle klanten een eigen bijdrage te vragen. Tot 110% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum komen klanten in aanmerking voor bijzondere bijstand en de collectieve ziektekostenverzekering van Menzis. De kosten en baten zijn een belangrijk onderdeel van een inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Het is voor onze klanten van wezenlijk belang om te weten hoe de regeling in elkaar zit. In tabel 1 worden de gevolgen voor de klanten van de Wmo overzichtelijk weergegeven. De eigen bijdrage kan niet hoger zijn dan de kosten van de voorziening. De onderstaande tabel geeft aan wat mensen maximaal betalen. Tabel 1: Gevolgen voor klanten, scenario 1 65- ongehuwd
65+ Ongehuwd
65- gehuwd
65+ gehuwd
Verzamelinkom en < 110%
Eigen bijdrage €234,-- per jaar, vergoeding dmv. Bijzondere bijstand of Menzis
Eigen bijdrage €234,-- per jaar, vergoeding dmv. Bijzondere bijstand of Menzis
Eigen bijdrage €335,40 per jaar, vergoeding dmv. Bijzondere bijstand of Menzis
Eigen bijdrage €335,40 per jaar, vergoeding dmv. Bijzondere bijstand of Menzis
Verzamelinkom en 110% - 120%
Eigen bijdrage €234,-- per jaar
Eigen bijdrage €234,-- per jaar
Eigen bijdrage €335,40 per jaar
Eigen bijdrage €335,40 per jaar
Verzamelinkom en > 120%
Eigen bijdrage €234,-- per jaar + 15% van het inkomen boven € 22.905,--
Eigen bijdrage €234,-- per jaar + 15% van het inkomen boven € 16.007,--
Eigen bijdrage €335,40 per jaar + 15% van het inkomen boven € 28.306,--
Eigen bijdrage €335,40 per jaar + 15% van het inkomen boven € 22.319,--
In de onderstaande tabel is af te lezen wat de verwachte baten zijn in scenario 1 bij 100 tot 150 klanten.
10
Tabel 2: Baten, scenario 1 – 110% Innen bij alle klanten Baten inkomensafhankelijke eigen bijdrage3
€ 20.000,-- tot € 30.000,--
Stijging kosten SoZaWe Bijzondere bijstand
-€ 5.600,-- tot -€8.400,--
Totaal per jaar
€ 11.600,-- tot € 25.400,--
Na 3 jaar, per jaar
€ 34.800,-- tot € 75.200,--
Tabel 3: Structurele kosten Kosten uitvoering SoZaWe
-€ 3.600,--
Kosten uitvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo-loket
-€ 4.500,--
Totaal
-€ 8.100,--
De baten zijn berekend op basis van de inkomensgegevens van klanten die gebruik maken van Hulp in het huishouden. De berekeningen zijn te vinden in de bijlage. Wanneer de gemeenteraad van Winsum kiest voor scenario 1 zullen de opbrengsten variëren tussen de € 11.600,-- en € 25.400,-- per jaar. Voor bijzondere bijstand worden extra kosten gemaakt. Een aantal klanten zal voor hun nieuwe voorziening bijzondere bijstand aanvragen. Deze kosten worden geschat op € 5.600,-- tot € 8.400,-- per jaar. Omdat de eigen bijdrage voor nieuwe aanvragen gaat gelden, nemen de baten jaarlijks toe. In het eerste jaar zal de eigen bijdrage lager uitvallen dan voorgerekend. Voorzieningen worden door het hele jaar aangevraagd. In het tweede jaar zullen de baten hoger uitvallen dan voorgerekend. Na 3 jaar wordt het maximum ongeveer bereikt. Iedereen betaalt dan een eigen bijdrage of heeft voor de maximale termijn de eigen bijdrage betaald. De structurele kosten voor de uitvoering van de eigen bijdrage hebben betrekking op de werkzaamheden die extra uitgevoerd moeten worden. De kosten zijn inzichtelijk gemaakt, maar de tijdsinvestering wordt voorlopig opgevangen binnen de bestaande formatie. Voor een reële schatting is gecorrigeerd voor een lagere afdracht dan de maximale periode bijdrage (factor van 0.78) en de overlap in voorzieningen (factor van 0.4) 3
11
Wanneer wordt gekozen voor scenario 1 wordt goed gebruik gemaakt van de financiële ruimte die de Wmo biedt. Het scenario sluit aan bij de huidige regeling voor de voorziening HH, die al een aantal jaren toegepast wordt.
Voordelen scenario 1: Financieel: -
-
Inhoudelijk:
Baten tussen: € 34.800,-- en € 75.200,-Financiële ruimte Wmo wordt maximaal benut
-
Transparant beleid
-
Minima worden ontzien
-
Regeling HH wordt uitgebreid naar andere producten
-
Eigen verantwoordelijkheid klant wordt benadrukt
Nadelen scenario 1: Financieel: -
Inhoudelijk:
Extra kosten voor uitvoering
12
-
Extra werkzaamheden Wmo loket en SoZaWe
-
Klant onvriendelijk voor minima
2.3 Scenario 2: 120% In dit scenario wordt de inkomensafhankelijke eigen bijdrage geïnd bij klanten die een verzamelinkomen hebben dat hoger is dan 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. In tabel 3 worden de gevolgen voor de klanten van de Wmo overzichtelijk weergegeven. De eigen bijdrage kan niet hoger zijn, dan de kosten van de voorziening. De onderstaande tabel geeft aan wat mensen maximaal betalen. Tabel 4: Gevolgen voor klanten, scenario 2 65- ongehuwd
65+ Ongehuwd
65- gehuwd
65+ gehuwd
Verzamelinkom en < 120%
Eigen bijdrage €0,-- per jaar
Eigen bijdrage €0,-- per jaar
Eigen bijdrage €0,-- per jaar
Eigen bijdrage €0,-- per jaar
Verzamelinkom en > 120%
Eigen bijdrage is 15% van het inkomen boven € 22.905,--
Eigen bijdrage is 15% van het inkomen boven € 16.007,--
Eigen bijdrage is 15% van het inkomen boven € 28.306,--
Eigen bijdrage is 15% van het inkomen boven € 22.319,--
In scenario 2 worden meer klanten ontzien. Het gaat dan om de minima en lagere inkomensgroepen. Ongeveer 60% van onze klanten betaalt in dit scenario geen inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Alleen de inkomensgroepen boven de 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum worden belast. De baten van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage worden opgebracht door 40% van de klanten met een relatief hoog inkomen. Als er één klant uit de hogere inkomensgroepen wegvalt, heeft dit al invloed op de baten. Daar staat tegenover dat de gemeente dan ook geen kosten maakt voor deze klanten. In tabel 5 is te zien wat de financiële consequenties zijn.
13
Tabel 5: Baten, scenario 2 – 120% Innen vanaf 120% Baten inkomensafhankelijke eigen bijdrage4
€ 11.000,-- tot € 17.000,--
Kosten SoZaWe Bijzondere bijstand
0,--
Verminderde kosten bijzondere bijstand HH 5
€25.000,--
Inkomstenderving HH
- € 54.000,--
Totaal per jaar
- € 12.000,-- tot - € 18.000,--
Na 3 jaar, per jaar
€ 4.000,-- tot € 22.000,--
Tabel 6: Structurele kosten Vermindering kosten uitvoering SoZaWe
€ 6.300,--
Kosten uitvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo-loket
-€ 4.500,--
Totaal
€ 1.800,--
Wanneer de gemeenteraad van Winsum kiest voor scenario 2 levert de eigen bijdrage pas op termijn geld op. De geschatte kosten bedragen - € 12.000,-- tot - € 18.000,-- in het eerste jaar. Dit wordt primair veroorzaakt door de inkomstenderving bij HH. De inkomsten lopen jaarlijks op terwijl de kosten gelijk blijven. Na 3 jaar levert de eigen bijdrage naar schatting € 4.000,-- tot € 22.000,-- op. Klanten hoeven geen bijzondere bijstand aan te vragen, want er wordt pas een eigen bijdrage gevraagd vanaf 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. De kosten voor bijzondere bijstand voor nieuwe voorzieningen verdwijnen dus. Ook voor de minima die nu gebruik maken van HH verdwijnt de eigen bijdrage. De sociale dienst hoeft ook geen bijzondere bijstand uit te betalen. Dit scheelt voor SoZaWe naar schatting € 25.000,-- op jaarbasis.
Voor een reële schatting is gecorrigeerd voor een lagere afdracht dan de maximale periode bijdrage (factor van 0.78) en de overlap in voorzieningen (factor van 0.4) 4
5
In werkelijkheid bedragen de kosten van SoZaWe ongeveer € 15.000,--
14
Aan de andere kant wordt de geinde eigen bijdrage voor klanten van HH minder. Niet alleen de klanten met een laag inkomen hoeven het basisbedrag (€18,-- & €25,80) niet te betalen, maar alle klanten worden ontzien. De inkomstenderving voor de totale eigen bijdrage van klanten die gebruik maken van HH bedraagt naar schatting € 54.000,--. De structurele kosten voor de uitvoering van de eigen bijdrage hebben betrekking op de werkzaamheden die extra uitgevoerd moeten worden. De kosten zijn inzichtelijk gemaakt, maar de tijdsinvestering wordt opgevangen binnen de bestaande formatie. Omdat het aantal aanvragen in het kader van bijzondere bijstand zal dalen, nemen de werkzaamheden bij SoZaWe ook af. De resulteert in een positief resultaat in de structurele uitvoeringskosten voor SoZaWe.
Wanneer de gemeente Winsum voor nieuwe gevallen een inkomensafhankelijke eigen bijdrage gaat opleggen vanaf 120% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum, zijn de inkomsten lager dan bij scenario 1. De gemeente krijgt een extra bijdrage van € 4.000,-- tot € 22.000,--. Het scenario wijkt af van de huidige regeling voor HH, die al een aantal jaren van kracht is. De afwijking is voordelig voor de klanten met een laag inkomen, maar financieel nadelig voor de gemeente Winsum. Voordelen scenario 2: Financieel: -
Inhoudelijk:
Baten tussen: € 4.000,-- en € 22.000,--
-
Minder werkzaamheden bij SoZaWe
-
Minima en lage inkomensgroepen worden ontzien
Nadelen scenario 2: Financieel: -
Financiële ruimte in de Wmo wordt niet maximaal benut
-
Inkomstenderving HH
Inhoudelijk:
15
-
De eigen verantwoordelijkheid in de zorg wordt voor de minima en lage inkomens minder sterk benadrukt
-
Wijkt af van de huidige regeling
voor Hulp in het huishouden -
Extra werkzaamheden Wmo loket
2.4 Scenario 3: 150% In scenario 3 wordt de inkomensafhankelijke eigen bijdrage opgelegd bij klanten die een verzamelinkomen hebben dat hoger is dan 150% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. In dit scenario worden niet alleen maar minima ontzien, maar ook de lagere en midden inkomens. In tabel 7 worden de gevolgen voor de klanten van de Wmo overzichtelijk weergegeven. De eigen bijdrage kan niet hoger zijn dan de kosten van de voorziening. De onderstaande tabel geeft aan wat mensen maximaal betalen. Tabel 7: Gevolgen voor klanten, scenario 3 65- ongehuwd
65+ Ongehuwd
65- gehuwd
65+ gehuwd
Verzamelinkom en < 150%
Kosten €0,-- per jaar
Kosten €0,-- per jaar
Kosten €0,-- per jaar
Kosten €0,-- per jaar
Verzamelinkom en > 150%
15% van het inkomen boven € 28.361,--
15% van het inkomen boven € 20.008,--
15% van het inkomen boven € 35.382,--
15% van het inkomen boven € 27.898,--
In tabel 8 is te zien wat de verwachten kosten en baten zijn wanneer de gemeente Winsum een inkomensafhankelijke eigen bijdrage oplegt vanaf 150% van het verzamelinkomen op het sociaal minimum. Tabel 8: Baten, scenario 3 Innen vanaf 150% Baten inkomensafhankelijke eigen bijdrage6
€ 8.000,-- tot € 13.000,--
Voor een reële schatting is gecorrigeerd voor een lagere afdracht dan de maximale periode bijdrage (factor van 0.78) en de overlap in voorzieningen (factor van 0.4) 6
16
Kosten SoZaWe Bijzondere bijstand
0,--
Verminderde kosten bijzondere bijstand HH 7
€25.000,--
Inkomstenderving HH
- € 62.000,--
Totaal per jaar
- € 24.000,-- tot - € 29.000,--
Na 3 jaar, per jaar
-€ 13.000 tot € 2.000,--
Tabel 9: Structurele kosten Vermindering kosten uitvoering SoZaWe
€ 6.300,--
Kosten uitvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo-loket
-€ 4.500,--
Totaal
€ 1.800,--
Wanneer de gemeenteraad van Winsum kiest voor scenario 3 levert de eigen bijdrage waarschijnlijk geen geld op. De geschatte kosten bedragen - € 24.000,-- tot - € 29.000,-op jaarbasis. De inkomsten lopen jaarlijks op terwijl de kosten gelijk blijven. Na 3 jaar kost de eigen bijdrage de gemeente Winsum maximaal € 13.000,-- op jaar basis ten opzichte van de huidige situatie. In het meest positieve geval levert de eigen bijdrage na 3 jaar € 2.000,-- op. Ook in dit scenario gaan de kosten voor SoZaWe omlaag. Er zijn geen kosten meer voor bijzondere bijstand. Dit scheelt op jaarbasis naar schatting € 25.000,-De inkomstenderving voor HH valt in scenario 3 hoger uit. In dit scenario loopt dat op tot € 62.000,-- op jaarbasis. De structurele kosten zijn hetzelfde als bij scenario’s 2.
Voordelen scenario 3:
7
In werkelijkheid bedragen de kosten van SoZaWe ongeveer € 15.000,--
17
Financieel:
Inhoudelijk: -
Minder werkzaamheden bij SoZaWe
-
Grote groep klanten wordt ontzien
Nadelen scenario 3: Financieel:
Inhoudelijk:
-
Financiële ruimte in de Wmo wordt niet maximaal benut
-
De eigen verantwoordelijkheid in de Wmo wordt niet benadrukt
-
Hoge inkomstenderving HH
-
-
Levert geen financieel voordeel op.
Wijkt af van de huidige regeling voor Hulp in het huishouden
-
Extra werkzaamheden Wmo loket
18
3. Conclusie Voorgesteld wordt om de eigen bijdrage in te voeren in de gemeente Winsum. Gemeenten krijgen langzamerhand steeds minder middelen voor de uitvoering van de Wmo. Gemeenten worden bijvoorbeeld gekort voor de vermogensbijtelling in de Wmo. Ook de ontwikkelingen rondom Hulp in het huishouden in het nieuwe regeerakkoord hebben invloed op de budgetten van de Wmo. Een eigen bijdrage is een middel dat bijdraagt aan de betaalbaarheid van de Wmo. Nog een belangrijke consequentie van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage is het uitblijven van kosten. Als een klant kiest voor een andere oplossing, heeft de gemeente geen kosten. Zeker voor klanten met een hoog inkomen kan de inkomensafhankelijke bijdrage eraan bijdragen dat er voor een andere oplossing wordt gekozen. De hoofdredenen om een inkomensafhankelijke eigen bijdrage in te voeren zijn: 1. Benadrukken van de eigen verantwoordelijkheid (Kantelingsgedachte) 2. Zorg dragen voor een betaalbare Wmo 3.1 Uitkomsten scenario’s In de verschillende scenario’s is doorgerekend wat elk scenario financieel betekent. Daarnaast is een aantal voor en nadelen beschreven. In tabel 10 is te zien wat de verwachte baten zijn bij de verschillende scenario’s. Na drie jaar zijn de inkomsten van de eigen bijdrage op zijn maximum. De aannames waarop deze berekeningen zijn gemaakt staan in hoofdstuk 2 beschreven. Tabel 10: Geschatte baten van de verschillende scenario’s Per jaar Na 3 jaar
Scenario 1 (110%) € 11.600,-- tot € 25.400,-€ 34.800,-- tot € 76.200,--
Scenario 2 (120%) - € 13.000,-- tot - € 19.000,-€ 4.000,-- tot € 21.000,--
Scenario 3 (150%) - € 25.000,-- tot € 30.000,--€ 14.000 tot € 1000,--
Uit de doorberekening van de drie scenario’s blijkt dat scenario 1 voor de gemeente Winsum het meest financieel voordelig is. Het is verstandig om de financiële ruimte binnen de Wmo optimaal te benutten. Hier zijn twee hoofdargumenten voor te geven. In de eerste plaats hebben gemeenten te maken met decentralisaties. Deze doelgroepen vallen in de toekomst onder de Wmo. Het aantal klanten van de Wmo wordt groter. De groep klanten die wordt ontzien (scenario 2 & 3), wordt dus ook steeds groter. Daarmee stijgen de kosten ook. De doelgroep uit de AWBZ betaalt nu ook al een eigen bijdrage. Zij zijn dus al gewend aan de kosten voor een eigen bijdrage.
19
In de tweede plaats benadrukt het vragen van een eigen bijdrage aan alle klanten de eigen verantwoordelijkheid het meest. Minima kunnen aanspraak maken op de bijzondere bijstand, maar zijn zich bewust van de kosten van de ondersteuning. De eigen bijdrage werkt voor alle groepen als een stimulus om na te denken over oplossingen die ze zelf kunnen treffen. De inkomensafhankelijke eigen bijdrage is niet nieuw. De gemeente Winsum vraagt al een inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor de voorziening Hulp in het huishouden. Een inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor nieuwe voorzieningen kunnen we op dezelfde manier regelen. In scenario 1 wordt de eigen verantwoordelijkheid van klanten het meest benadrukt. Daarnaast zijn de baten in scenario 1 het hoogst. Het advies is om te kiezen voor het meest toekomstbestendige perspectief in de vorm van scenario 1.
20
Bijlagen 1.
Berekening inkomsten eigen bijdrage bij HH
2. Berekening eigen bijdrage overige voorzieningen bij 100 klanten 3. Berekening eigen bijdrage overige voorzieningen bij 150 klanten 4. Uitleg bij berekeningen
21