DRAAIBOEK. Infectieziekten. Opschaling tot GRIP. Besluitvormingsstructuur. GGD crisisteam. Protocollen. GGD Infectieziekten

GGD KENNEMERLAND Postbus 5514 2000 GM Haarlem

DRAAIBOEK

WET PUBLIEKE GEZONDHEID SCHIPHOL

Bezoekadres Spaarnepoort 5 2134 TM Hoofddorp Telefoon 023 7891 600

www.ggdkennemerland.nl

Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP

Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP INFECTIEZIEKTEN Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam WERKPROCESSEN Protocollen Infectieziekten Werkprocessen OPSCHALING GRIP Opschaling totTOT GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam BESLUITVORMINGSSTRUCTUUR Protocollen Infectieziekten Werkprocessen GGD CRISISTEAM Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur PROTOCOLLEN GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen

DRAAIBOEK

Wet Publieke Gezondheid Schiphol

GGD-Werkprocessen infectieziektebestrijding op Schiphol Veiligheidsregio Kennemerland • GGD Kennemerland • Oktober 2009

Fotografie omslag: Amsterdam Airport Schiphol

0. Algemeen 0.1. 0.2. 0.3. 0.4. 0.5. 0.6. 0.7.

Achtergrond Bestuurlijke en juridische context infectieziektebestrijding Samenhang met andere crisisplannen Afstemming met de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding Opleiden, Trainen en Oefenen (OTO) Besluitvorming Draaiboek Versiebeheer

1. Opzet draaiboek WPG Schiphol 2. Overleg- en besluitvormingsstructuur IZB 2.0. 2.1. 2.2. 2.3.

Inleiding Bestuurlijke regie en besluitvorming Operationele afstemming en uitvoering GGD-Crisisteam

3. Opschaling tot GRIP 3.0. Inleiding 3.1. Landelijke aansturing 3.2. GRIP 3.3. De crisisorganisatie bij infectieziekte(dreiging) 3.3.1. Positie arts-IZB bij opschaling tot GRIP 3.3.2. Psychosociale hulpverlening (PSH) 3.4. Samenhang overlegstructuur IZB en de crisisorganisatie

4. Preventie: pré-alarmeringsfase 4.0. 4.1. 4.2. 4.3.

Inleiding WHO-fasering pandemie Pré-alarmeringscodes WPG Schiphol IZB-overleg instellen of opschalen tot GRIP in de pré-alarmeringsfase

5. Repressiefase: inleiding 5.0. 5.1. 5.2. 5.3.

Inleiding Opzet beschrijving van de repressiefase Besmetting van voertuigen/goederen en opsporing besmettelijke goederen IZB-overleg opstarten of opschalen tot GRIP in de repressiefase

6. Start repressiefase: risico-inschatting 6.0. 6.1. 6.2. 6.3.

Inleiding Het criterium ‘ernstig gevaar’ voor de volksgezondheid Het criterium ‘mogelijke getroffenen’ Relatie met groepsindeling infectieziekten WPG

7. Werkproces 1: mogelijke getroffenen naderen Schiphol 7.0. Inleiding 7.1. Melding via de gezagvoerder 7.1.1. Melding van ‘ernstig gevaar’ via de gezagvoerder 7.1.2. Melding van ‘geen ernstig gevaar’ via gezagvoerder 7.2. Processtappen GGD Kennemerland werkproces 1 7.3. Protocollen die bij werkproces 1 van toepassing kunnen zijn

8. Werkproces 2: mogelijke getroffenen bevinden zich op Schiphol 8.0. 8.1. 8.2. 8.3.

Inleiding Melding AAS/AMS aan GGD Processtappen GGD Kennemerland werkproces 2 Protocollen die bij werkproces 2 van toepassing kunnen zijn

5 5 5 5 5 6 6 7

9 11 11 11 11 12

13 13 13 13 14 15 15 16

17 17 17 18 18

19 19 19 19 19

21 21 21 21 22

23 23 23 23 24 24 25

27 27 27 28 28

9.0. 9.1. 9.2. 9.3.

Inleiding Melding aan GGD Processtappen GGD Kennemerland werkproces 3 Protocollen die bij werkproces 3 van toepassing kunnen zijn

10. Protocollen 10.0. Inleiding 10.1. Protocol risicoanalyse direct getroffenen 10.2. Protocol risicobeperkende maatregelen aan boord 10.3. Protocol maatregelen ten aanzien van toestel 10.4. Protocol contactonderzoek achteraf 10.5. Protocol persoonlijke beschermingsmiddelen personeel 10.6. Protocol individuele getroffene follow up 10.6.1. Opvang op Schiphol (individuele getroffene) 10.6.2. Vervoer (individuele getroffene) 10.6.3. Doorreisbeleid (individuele getroffene) 10.6.4. Thuisquarantaine en beroepsverbod (individuele getroffene) 10.7. Protocol groep getroffenen follow up 10.7.1. Opvang op Schiphol (groep getroffenen) 10.7.2. Vervoer (groep getroffenen) 10.8. Protocol quarantaine van contacten 10.9. Protocol informatievoorziening/voorlichting 10.10. Protocol actieve surveillance 10.11. Protocol internationale opsporing 10.12. Protocol oproepen GGD Medewerkers

29 29 29 30 30

31 31 31 32 33 34 34 35 35 36 37 37 37 38 38 39 40 41 41 42

Afkortingen 43 Bijlagen 45 1. Achtergrondinformatie over (de uitvoering van) de WPG 2. Meldingsplichtige ziekten uit Groep A, B1, B2 en C 3. IHR Annex 9 4. AAS-Besluitvormingsprocedure scenario infectieziekten CP AAS 5. Intern meldingsformulier indexpatiënt 6. Intern registratieformulier risicocontacten 7. Namen en functies GGD-medewerkers tbv oproepen 8. Voorraad middelen en materialen en beheer 9. Bestellen middelen en materialen 10. Opslag middelen en materialen 11. Vervoer middelen en materialen 12. Instructie persoonlijke beschermingsmiddelen 13. Formulier monitoring contact 14. Beschikking mbt personen: opname en onderzoek 15. Beschikking mbt personen: quarantaine en onderzoek 16. Beschikking mbt personen: werkverbod 17. Voorbeeldbrief (English): Incident aan boord 18. Voorbeeldbrief (Nederlands): Incident aan boord 19. Voorbeeldbrief (Nederlands): brief monitoring 20. Programmaopzet Opleiden, trainen en oefenen (OTO) 21. Bestelformulier persoonlijke beschermingsmaterialen, verband en desinfectiemiddelen 22. Controlelijst voorraden voor Schiphol of GGD 22. Controlelijst voorraden voor Schiphol of GGD 23. Gespecialiseerde centra 24. (Voorbeeld)documenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1) 25. Voetnoten

46 47 48 49 50 51 52 53 55 56 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 73

Inhoud

9. Werkproces 3: mogelijke getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten

-4-

In het draaiboek WPG Schiphol (inclusief de bijlagen) beschrijft GGD Kennemerland namens het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Haarlemmermeer de werkprocessen bij een (dreigende) infectieziekte op de luchthaven Schiphol.1 Het draaiboek is gebaseerd op de wet- en regelgeving krachtens de Wet Publieke Gezondheid (WPG), die in december 2008 van kracht is geworden.2 Achtergrondinformatie over de WPG is als bijlage 1 opgenomen. De wetgever zal in de ‘WPG tweede tranche’ nog enkele aanvullende aspecten regelen.Voor deze notitie is het relevant te melden dat de wetgever de WPG en de Wet op de Veiligheidsregio’s verder op elkaar wil afstemmen. Het aantal GGD’s zal worden teruggebracht tot 25, waarbij de werkgebieden overeenkomen met de werkgebieden van de 25 veiligheidsregio’s. Daarnaast zal aan de aansturing van de GGD en de GHOR gecombineerd worden onder een directeur publieke gezondheid. Bovendien heeft de wetgever het voornemen in de tweede tranche te regelen dat het algemeen bestuur van de veiligheidsregio een taak krijgt bij de voorbereiding op de bestrijding van een epidemie van een infectieziekte behorende tot de categorie A, alsmede op de bestrijding van een nieuw subtype humane influenzavirus waarbij ernstig gevaar voor de volksgezondheid dreigt.Voor de voorliggende notitie geven deze plannen (vooralsnog) geen aanleiding tot bijstelling. Een projectgroep onder voorzitterschap en verantwoordelijkheid van de sectormanager Algemene Gezondheidszorg van GGD Kennemerland, heeft in de periode van augustus 2008 tot juni 2009 input en commentaar geleverd aan de auteur.3 De werkgroep bestond uit medewerkers van GGD Kennemerland (de sector AGZ en het GHOR-bureau) en Amsterdam Airport Schiphol. Het draaiboek is meermalen in concept afgestemd met diverse ketenpartners, in het bijzonder met Amsterdam Airport Schiphol (AAS) en Airport Medical Services (AMS). Voor de inhoud is onder meer aansluiting gezocht bij het draaiboek IHR International Health Regulations/Internationale Gezondheidsregeling van de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI) van het RIVM/CIb.4 N.B. De voetnoten in dit document vindt u terug in bijlage 25, pagina 73.

0.2. Bestuurlijke en juridische context infectieziektebestrijding Op grond van de Wet publieke gezondheid geeft de burgemeester leiding aan de bestrijding van een ernstige infectieziekte (art. 6, lid 2 en 3 WPG) binnen zijn gemeente, waartoe behoort bron- en contactopsporing. De bron- en contactopsporing naar aanleiding van vluchten op Schiphol wordt uitgevoerd door GGD Kennemerland, onder verantwoordelijkheid van de burgemeester van Haarlemmermeer. Indien er sprake is van ziekte behorende tot groep A of een ernstig nieuw subtype humaan influenzavirus, dan is de minister van Volksgezondheid,Welzijn en Sport verantwoordelijk voor de leiding van de bestrijding van de ziekte. Dit betekent dat de minister de maatregelen ter bestrijding van de ziekte vaststelt. De burgemeester blijft samen met de gemeentelijk gezondheidsdiensten verantwoordelijk voor de uitvoering van deze maatregelen voor de bestrijding. In dat kader kan de minister aan de burgemeester opdragen hoe de bestrijding ter hand moet worden genomen. De burgemeester dient de minister alle gegevens te verstrekken die hij nodig heeft voor zijn taak.

0.3. Samenhang met andere crisisplannen Schema 1 : samenhang draaiboek en andere crisisplannen Draaiboek Calamiteitenplan WPG Schiphol Amsterdam Airport GGD Kennemerland Schiphol (CP-AAS) Procedure afhandeling meldingen havens Noordzeekanaal Crisisplan regio CrisisbestrijdingsKennemerland plan Schiphol (CBP-S) Deelprocessen GHOR Deelprocessen Gemeenten Deelprocessen Brandweer Deelprocessen Politie

Het Draaiboek WPG Schiphol beschrijft de GGD-werkprocessen. Bij een infectieziektecrisis treden echter ook andere rampenplannen in werking. Deze zijn (of worden zo spoedig mogelijk na vaststelling van het draaiboek) aangepast aan de beschreven processen. Tijdens de ontwikkeling van het draaiboek heeft hierover al afstemming plaatsgevonden tussen GGD Kennemerland, het Veiligheidsbureau van de VRK en AAS. Het betreft de volgende plannen: • Crisisplan regio Kennemerland en de daaronder vallende deelplannen • Crisisbestrijdingsplan Schiphol (CBP-S) • Calamiteitenplan Amsterdam Airport Schiphol (CP-AAS) • Procedure afhandeling meldingen havens Noordzeekanaal 5

-5-

0. Algemeen

0.1. Achtergrond

0.4. Afstemming met de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding De arts IZB kan te allen tijde in overleg treden met de dienstdoende arts van de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI) over een (dreigende) infectieziekte. De LCI is 24 uur per dag bereikbaar op telefoonnummer 030-2747000 Voor de periode 1-12-2008 tot 1-5-2009 hebben GGD Kennemerland en LCI afgesproken dat casuïstiek inzake luchthaven Schiphol, indien geïndiceerd door de dienstdoende arts Infectieziektebestrijding (IZB), overlegd wordt met de voorwacht/ achterwacht van de LCI.Vervolgens zal deze werkwijze, in samenhang met dit draaiboek, geëvalueerd worden. Aanvankelijk was deze evaluatie gepland in mei 2009. Door de pandemiedreiging (H1N1) in het voorjaar van 2009 zal de evaluatie later plaatsvinden. Deze recente ervaringen zullen daarvan onderdeel uitmaken.

0.5. Opleiden,Trainen en Oefenen (OTO) Opleiden Trainen en Oefenen (OTO) is een belangrijk onderdeel van het draaiboek WPG Schiphol. Door OTO worden GHOR- en GGD-functionarissen voorbereid om tijdens een opgeschaalde situatie in samenwerking met alle partners (onder meer AAS, politie, brandweer, gemeenten en zorginstellingen) adequaat te kunnen optreden bij de bestrijding van een infectieziektecrisis. In bijlagen 20 wordt de programmaopzet weergegeven. De implementatie wordt opgenomen in de kalender 2010. Deze is nog in voorbereiding en zal multi-disciplinair worden afgestemd. Na het implementatietraject wordt gezorgd voor het structureel onderhouden van kennis en kunde. Daarbij zal steeds getoetst worden of de beschreven werkwijze nog passend is. Minimaal 1 keer per jaar zal binnen de GGD casuïstiek besproken worden met alle betrokkenen (in het bijzonder AGZ- en GHOR-medewerkers). Zo mogelijk zullen onderdelen gecombineerd worden met het GROP (GGD-Rampen Opvang Plan). Ook zullen er, omdat de WPG een scenario wordt binnen het CBP-S, afspraken gemaakt worden over het trainen, oefenen en opleiden in multidisciplinair verband. Minimaal 1 keer per twee jaar zal een WPG-scenario onderwerp zijn binnen het MOTO (Multidisciplinair Opleiden, Trainen en Oefenen).

0.6. Besluitvorming Draaiboek De besluitvormingslijst bij dit draaiboek is als volgt: Besluitvormend/adviserend orgaan

Vergaderdatum

Resultaat

Beheergroep Schiphol

23 april 2009

Akkoord; agenderen stuurgroep.

Stuurgroep Schiphol

6 mei 2009

Aanhouden voor besluitvorming. Diverse aspecten dienen nader uitgewerkt te worden.

Stuurgroep Schiphol

1 juli 2009

Instemming met het hanteren van het draaiboek als richtlijn.Voor vaststelling als draaiboek aangehouden tot volgende vergadering. De actualisering als gevolg van nieuwe wetgeving (tweede tranche WPG) en de ervaringen met de Nieuwe Influenza A (H1N1) kunnen zodoende verwerkt worden.

Stuurgroep Schiphol

30 September 2009

Vaststelling van het draaiboek door de stuurgroep en doorgeleiden voor vaststelling naar College van B&W Haarlemmermeer.

College B&W Haarlemmermeer

-6-

0.7.Versiebeheer Het draaiboek wordt onder de verantwoordelijkheid van de sectormanager AGZ van GGD Kennemerland aangepast. Dit gebeurt zodra relevante wijzigingen zich voordoen en in afstemming met de betrokken partners (in het bijzonder het GHOR-bureau en AAS). Daarnaast wordt elke twee jaar in januari het gehele document gecontroleerd op onvolkomenheden. Het versiebeheer van dit draaiboek is als volgt: Datum

Versie

1-4-’09

1.0

24-4-’09

1.1

Wijziging

Auteur Ed. Theunen

Gezondheidsdocumenten IHS Annex 9, hoofdstuk 2 0.2. 0.3. 0.4. 0.5. 1. 2. 3. 4. 4.1. 4.2. 4.3. 5. 6.

Ed. Theunen

bestuurlijk en juridisch kader (nieuw) afstemming met LCI (aangepast en verplaatst, was 0.2) samenhang met andere crisisplannen (nieuw) opleiden trainen en oefenen (verplaatst, was 8.5) opzet draaiboek WPG Schiphol, incl schema (aangepast) overlegstructuur IZB (nieuw) opschaling tot GRIP (herschreven en verplaatst, was 8) preventie; alerteringsfase (herschreven) WHO-fasering pandemie (nieuw) alerteringscodes WPG Schiphol (nieuw) IZB-overleg instellen (nieuw) repressiefase: inleiding (herzien en verplaatst, was 4) start repressiefase: risicoinschatting (herzien en verplaatst, was 3) wijziging risicoinschatting A,B,C en D in III,II,I en 0, aanvulling 6.3.relatie met groepsindeling WPG 7. verplaatst (was 5) en schema toegevoegd 7.2. en 7.3. samenvoeging oude schema’s en nieuwe weergave matrix 8. verplaatst (was 6) en schema toegevoegd 8.2. en 8.3. samenvoeging oude schema’s en nieuwe weergave matrix 9. verplaatst (was 7) en schema toegevoegd 9.2. en 9.3. samenvoeging oude schema’s en nieuwe weergave matrix 10. protocollen: aanpassing tekst mbt taakverantwoordelijkheid 10.12 verplaatst (was 9) en tekstueel omgezet naar protocol. Algemeen: diverse tekstuele en redactionele wijzigingen Bijlagen; aanpassing na afstemming met OM van beschikkingen (nummers 14, 15) en actualisering diverse bijlagen

Ed. Theunen

24-6-’09

2.0

26-7-’09

3.0.

Verwijderen verwijzing naar fasering WHO in schema 8 (4.2.) benaming DC KMar (10.5.) Toevoeging AOV en Communicatieadviseur in schema 3 bij BO-I (2.)

Ed. Theunen

3.1.

Aanpassing inleiding (0.1) n.a.v. tweede tranche WPG Herschrijven hoofdstuk 2; overleg en besluitvormingsstructuur WPG (mede n.a.v. ervaringen met nieuwe Influenza A (H1N1). Hoofdstuk 4: alertering(sfase) is vervangen door pré-alamering(sfase) en deze wiiziging is structureel doorgevoerd. Wijziging titel werkproces 2; mogelijke getroffenen bevinden zich op de luchthaven Schiphol. Toevoeging bijlage 24: (Voorbeeld)documenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1) Aanpassen/actualiseren diverse bijlagen. Algemeen: diverse tekstuele en redactionele wijzigingen.

Ed. Theunen

4.0.

Aanvullingen : 10.6.4. en 10.8: informeren van OM als de burgemeester een quarantainemaatregel oplegt. 0.1. eerste zin en voetnoot 1: namens College van B&W Haarlemmermeer op basis van art.2 WPG Voetnoot 13: Op verzoek van de KMAR neemt de politie plaats in het BT en OT. Alinea 2.3: Crisisdienst vervangen door crisisteam

Ed. Theunen

13-9-’09

7-10-’09

-7-

-8-

Opschaling tot GRIP (hoofdstuk 3) Wanneer een (dreigende) infectieziekte in aard en omvang maakt dat gecoördineerd optreden van hulpverleningsdiensten noodzakelijk is, zal besloten worden om tot opschalen naar een GRIP 6 over te gaan. Beschreven wordt hoe een GRIP gehanteerd wordt bij een infectieziektecrisis. De crisisorganisatie wordt uiteengezet en de specifieke rol van de IZB-arts wordt toegelicht. Afgesloten wordt met een toelichting op de samenhang tussen de overlegstructuur IZB en de crisisorganisatie. Pré-alarmeringsfase (hoofdstuk 4) De pré-alarmeringsfase betreft de periode waarin GGD Kennemerland de burgemeester en de autoriteiten op de luchthaven Schiphol structureel informeert over een specifieke (mondiale) dreiging van een infectieziekte. Gebaseerd op de WHO-fasering voor een pandemie, worden de pré-alarmeringscodes WPG geïntroduceerd. Deze worden gekoppeld aan acties die ondernomen dienen te worden. Tenslotte wordt aangegeven dat de overlegstructuur IZB in deze fase opgezet zal worden. Repressiefase (hoofdstuk 5 tot en met 10) De repressiefase start op het moment dat GGD Kennemerland een melding ontvangen heeft van een (mogelijke) besmettelijke infectieziekte. Hoofdstuk 5 is een inleidend hoofdstuk dat de systematiek van de procesbeschrijving toelicht. Ook wordt besproken op welk moment de overlegstructuur IZB of de crisisorganisatie operationeel wordt. In hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de risico-inschatting. Drie werkprocessen worden vervolgens afzonderlijk beschreven: • mogelijke getroffenen naderen Schiphol (hoofdstuk 7), • mogelijke getroffenen bevinden zich op de luchthaven Schiphol (hoofdstuk 8), • mogelijke getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten (hoofdstuk 9). Een beslisschema per werkproces leidt tot het inzetten van de juiste protocollen. Deze worden beschreven in hoofdstuk 10. Bijlagen Het draaiboek heeft diverse bijlagen. Deze geven achtergrondinformatie of beschrijven specifieke uitvoeringsaspecten. In onderstaand schema wordt de opzet van het draaiboek weergegeven. Schema 2: weergave opzet draaiboek

Préalameringsfase

Code geel IZB-overleg starten

Code oranje Code rood

Repressiefase

Werkproces 1 Mogelijk getroffenen naderen Schiphol

Melding via gezagvoerder

Processtappen GGD Kennemerland

Risico niveau III-II

Risico niveau I-0

Werkproces 2 Mogelijk getroffenen bevinden zich op de luchthaven Schiphol

Melding AAS/AMS aan GGD

Risico niveau III

Risico niveau II

Werkproces 3 Mogelijk getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten


Risico niveau I

Risico niveau 0

Melding aan GGD

Risico niveau III


Risico niveau II

Risico niveau I-0

-9-

1. Opzet draaiboek WPG Schiphol

Overleg- en besluitvormingsstructuur IZB (hoofdstuk 2) Wanneer informatie-uitwisseling tussen de partners en het anticiperen op mogelijk te nemen maatregelen belangrijk is, activeert de directeur GGD de overleg- en besluitvormingsstructuur IZB. De Bestuurlijke Regiegroep IZB (BR-I), de Operationele Projectgroep IZB (OP-I) en de GGD-crisisdienst worden toegelicht.

- 10 -

We behandelen in dit hoofdstuk de overleg- en besluitvormingsstructuur, zoals deze tijdens een crisis wordt opgezet. Het betreft een basisstructuur. Een infectieziektecrisis heeft vele gezichten. Afhankelijk van de aard en omvang van de crisis wordt het overleg afgestemd op de feitelijke situatie. 7

2.1. Bestuurlijke regie en besluitvorming Bestuurlijke Regiegroep IZB De directeur GGD zal het bestuur op de hoogte brengen wanneer een ernstige dreiging van een infectieziektecrisis zich voordoet. Wanneer de dreiging aanleiding geeft tot het feitelijk bijeenkomen voor het uitwisselen van informatie en het nemen van besluiten dan wordt de Bestuurlijke Regiegroep ingesteld. Onder meer wordt besproken of de pré-alarmeringscode (zie pré-alarmeringsfase) of het risiconiveau (zie repressiefase) nog aansluit op de actuele situatie. Ook de afstemming met de landelijke coördinatie vanuit VWS,V&W, BZK en RIVM wordt in dit overleg aan de orde gesteld. Samenstelling De Bestuurlijke Regiegroep bij een infectieziektecrisis op Schiphol bestaat uit de burgemeester Haarlemmermeer, de directeur GGD en een directeur/bestuurder AAS. Wanneer de crisis(dreiging) niet alleen meer Schiphol betreft, zal de samenstelling van de Regiegroep hierop afgestemd worden. 8 Afhankelijk van de situatie zullen de overlegpartners medewerkers uit de eigen organisatie uitnodigen om aan het overleg deel te nemen. Onder meer zal de expertise van de AOV, de arts IZB en een communicatieadviseur wenselijk zijn. Om de afstemming met de landelijke coördinatie te borgen kan een afgevaardigde vanuit VWS of RIVM uitgenodigd worden tot (ad hoc) participatie.

2.2. Operationele afstemming en uitvoering Operationele projectgroep IZB Wanneer de crisis(dreiging) aanleiding geeft tot onderlinge afstemming tussen uitvoerende organisaties dan zal de directeur GGD ook een operationele projectgroep instellen. Onder verantwoordelijkheid van de bestuurlijke regiegroep zullen in onderlinge afstemming tussen de betrokken partners maatregelen voorbereid en uitgevoerd worden. De Operationele project groep volgt steeds de meest recente ontwikkeling, zorgt voor onderlinge ketenafstemming, bereidt maatregelen voor binnen de eigen organisatie en zorgt voor de uitvoering. Samenstelling: Onder voorzitterschap van de (plaatsvervangend) directeur GGD zullen de partners uitgenodigd worden die nodig zijn bij de bestrijding van de crisis. Ook hier geldt dat de aard en omvang van de crisis de samenstelling van de groep bepaalt. De overleg partners zullen relevante medewerkers uit de eigen organisatie uitnodigen om aan het overleg deel te nemen. 9 Ook voor dit overleg kan een afgevaardigde vanuit VWS of RIVM uitgenodigd worden tot (ad hoc) participatie. Schema 3: Overleg- en besluitvormingsstructuur IZB bij een incident op Schiphol Bestuurlijke Regiegroep IZB (BR-I) Gemeente

Burgemeester

GGD

Directeur GGD

AAS

OT/BT-lid AAS

Op verzoek aangevuld met: Gemeente

AOV

GGD

arts IZB

Communicatieadviseur(s) Operationele Projectgroep IZB (OP-I) GGD

(plv) Directeur GGD

GGD

Arts IZB

GGD

Liaison GHOR

AAS

voorzitter CVO

AMS

Arts / directeur

Gemeente

AOV

Communicatieadviseur(s) Afhankelijk van aard en omvang van de crisis aangevuld met medewerkers uit onder meer de volgende organisaties: Politie, KMar, Brandweer, Defensie,VBK.

- 11 -

2. Overleg- en besluitvormingsstructuur IZB

2.0. Inleiding

2.3. GGD-Crisisteam De directeur GGD zal zo nodig het GGD-Rampenopvangplan van kracht laten worden en de GGD-crisisteam inrichten. Op deze wijze wordt de interne organisatie aangepast aan de inspanningen die verricht moeten worden om de crisisdreiging af te wenden. 10 In onderstaand schema wordt de inrichting van het crisisteam weergegeven. Welke processen in de gegeven situatie relevant zijn, wordt bepaald door de crisiscoördinator. Schema 4: GGD-crisisdienst Directeur GGD GGD Crisisteam Crisiscoördinator Secretariaat Proces inhoudelijk • Psycho-sociale hulpverlening • Infectieziektebestrijding • Medische Milieukunde • Gezondheidsonderzoek Proces ondersteuning • Logistiek (ism GHOR) • Registratie • Personeelsdesk Liaison GHOR • Spoedeisende Medische Hulpverlening • Psycho-sociale hulpverlening bij ongevallen en rampen • Preventie openbare gezondheidszorg Proces facilitair bedrijf • Communicatie,Voorlichting en Informatiemanagement (CVI) • ICT en communicatiemiddelen

- 12 -

Wanneer een (dreigende) infectieziekte in aard en omvang maakt dat gecoördineerd optreden van hulpverleningsdiensten noodzakelijk is zal besloten worden om krachtens de Wet Rampen en Zware Ongevallen (WRZO)11 tot opschalen naar een GRIP12 over te gaan. Verantwoordelijkheden: Orgaan

Functie

Taak

Gemeente Haarlemmermeer

Burgemeester

• Eindverantwoordelijk voor de crisisbestrijding / opperbevelhebber • Besluit tot opschalen en bepalen GRIP • Aansturen van de crisisorganisatie • Afkondigen maatregelen • Landelijke afstemming (bestuurlijk)

GGD/GHOR

RGF

• Informeren en adviseren burgemeester • Besluit tot opschalen en bepalen GRIP • Leidinggeven aan de infectieziektebestrijding • Landelijke afstemming

GGD/GHOR

HS-GHOR

• Starten processen conform crisisplan regio Kennemerland en Crisisbestrijdingsplan Schiphol

Beleidsteam IZB

BT-leden

• Adviseren van de opperbevelhebber (burgemeester)

Operationeel team IZB

OT-leden

• Verantwoordelijk voor de crisisbestrijding vanuit eigen discipline onder leiding van Leider OT

Arts IZB

• Advies aan RGF over opschalen • Gezondheidskundig advies aan crisisorganisatie • Uitvoeren van werkzaamheden conform draaiboek • Advies aan crisisorganisatie over afschalen

GGD

3.1. Landelijke aansturing De WPG bepaalt dat de verantwoordelijkheid voor de aansturing van de infectieziektebestrijding door de Minister van VWS wordt overgenomen van de burgemeester in de volgende situaties: - bij een ziekte uit de A-groep (vanaf de eerste melding) - in geval internationale communicatie en aanbevelingen van de WHO aan de orde zijn - op verzoek van de burgemeester bij de bestrijding van een infectieziekte behorende tot groep B1 en B2 Dat de leiding door de minister overgenomen wordt, betekent niet dat de burgemeester geen verantwoordelijkheid meer draagt voor de bestrijding. De verantwoordelijkheid wordt in dit geval gedeeld. Wanneer de minister echter specifieke opdrachten geeft, dient de burgemeester deze op te volgen. In deze situaties zal ook nationaal een OMT (Outbreak Management Team) functioneren en wordt het BAO (Bestuurlijk Afstemmingsoverleg) bij de besluitvorming betrokken. De onderstaande crisisstructuur en -organisatie wordt ook in deze situaties gevolgd, tenzij de minister anders beslist.

3.2. GRIP Tijdens een infectieziektecrisis zullen GGD, brandweer, politie en gemeenten nauw samenwerken in een rampenbestrijdings organisatie.Voor de opschaling bij (dreigende) infectieziektes wordt aangesloten bij de reguliere procedure binnen de rampen bestrijding, de GRIP. Bij een infectieziektecrisis zal de RGF doorgaans bepalen welke GRIP van toepassing is. Hij zal dit zo mogelijk doen in afstemming met de burgemeester. Er wordt onderscheid gemaakt in GRIP 1 tot en met 4 13: • GRIP 1: Incident heeft effect tot maximaal in de directe omgeving en er vindt coördinatie plaats op tactische processen vanuit de incidentlocatie; • GRIP 2: Grootschalig incident met uitstraling naar de omgeving. Er vindt centrale regionale coördinatie plaats, ook op strategische processen; • GRIP 3: Bedreiging van het welzijn van (grote groepen van) de bevolking binnen één gemeente, er vindt centrale regionale coördinatie op bestuurlijke processen plaats vanuit het beleidsteam onder leiding van de burgemeester. • GRIP 4: Incident of ramp overschrijdt de gemeentegrens, er vindt centrale regionale coördinatie plaats vanuit het beleidsteam onder leiding van de coördinerend burgemeester.

- 13 -

3. Opschaling tot GRIP

3.0. Inleiding

Opschaling tot GRIP 1 zal bij een infectieziekte(dreiging) niet voorkomen. In deze situatie betreft de geconstateerde infectie ziekte een of meerdere personen, maar de dreiging voor besmetting van de omgeving is niet aanwezig of afgewend en er is geen uitstraling naar de omgeving. De getroffene wordt, indien nodig, vervoerd naar een ziekenhuis, zonder dat verdere coördinatie op tactische processen noodzakelijk is. Opschaling tot GRIP 2, 3 en 4 kan wel van toepassing zijn. In het volgende overzicht wordt dit uiteengezet. GRIP bij een infectieziektecrisis Typering GRIP:

Toelichting:

GRIP 2: Grootschalig incident 1. Infectieziekte betreft vele personen (indexpatiënten en contacten) en/of 2. dreiging voor besmetting van de directe omgeving vraagt aanvullende acties van verschillende hulpdiensten en/of 3. de uitstraling naar de directe omgeving betreft in het bijzonder ongerustheid onder passagiers en bemanning met het risico dat deze ongerustheid overslaat naar hun (directe) omgeving.

Niet noodzakelijkerwijs staat de ernst van de ziekte centraal, maar in het bijzonder de gevolgen van de infectie voor een groep mensen. Hierdoor moet er coördinatie plaatsvinden van operationele processen. Hierbij dient gedacht te worden aan (grootschalig) vervoer van getroffenen, opvang, nader medisch onderzoek etc. De uitstraling naar de omgeving is aanwezig; voorlichting en communi catie zijn belangrijk en verdere onrust moet voorkomen worden.

GRIP 3: incident binnen één gemeente De infectieziekte is ernstig en de (dreigende) gevolgen van de infectie betreft een grote groep mensen. Bestuurlijk zal coördinatie plaatsvinden. Evenals bij GRIP 2 zal (grootschalig) vervoer van getroffenen aan de orde zijn, evenals opvang, nader medisch onderzoek etc. De burgemeester zal mogelijk gebruik maken van zijn bevoegdheden (isolatie, quarantaine). De uitstraling naar de omgeving is groot; voorlichting en communicatie zijn belangrijk; media-aandacht is onontkoombaar. Onrust is reële mogelijkheid in de (directe) omgeving.

1. Infectieziekte betreft vele personen. 2. Dreiging voor besmetting van de omgeving vraagt aanvullende acties van verschillende hulpdiensten. 3. Multidisciplinaire coördinatie van bestuurlijke processen is noodzakelijk in een aangepaste structuur. 4. De uitstraling naar de omgeving is groot.

GRIP 4: Incident overschrijdt gemeentegrens 1. Ernstige infectieziekte betreft vele personen. 2. Dreiging voor besmetting van de omgeving vraagt uitgebreide acties van verschillende (regionale/landelijke) hulpdiensten. 3. Multidisciplinaire, regionale en landelijke coördinatie van bestuurlijke processen is noodzakelijk in een aangepaste structuur. 4. De uitstraling naar de omgeving is (inter)nationaal.

Als bij GRIP 3 en: Burgemeester heeft coördinerende regioverantwoordelijkheid. Er is intensieve nationale bestuurlijke en operationele afstemming.

3.3. D e crisisorganisatie bij infectieziekte(dreiging) De crisisorganisatie bij infectieziekten is gelijk aan die bij andere crises. Gezien de specifieke problematiek zullen ketenpartners en experts uitgenodigd worden deel te nemen. Aan de positie van de arts IZB wordt apart aandacht besteed. Schema 5: crisisorganisatie bij infectieziektedreiging14 (de witte kolom is met

weergegeven)

Beleidsteam IZB (BT-I) Burgemeester Hoofd Officier van Justitie

Korpschef Politie AOV

Commandant Brandweer

Lid BT AAS

RGF

Communicatieadviseur

Districts commandant KMar

Gemeente secretaris Op uitnodiging: Arts IZB

Operationeel team IZB (OT-I) Leider OT OT-lid Brandweer

OT-lid Politie

OT-lid KMar

Informatiemanager

OT-lid AAS

OT-lid Gemeente

Communicatieadviseur

HS-GHOR

Op uitnodiging: Arts IZB

COPI-IZB Officier van Dienst Geneeskundig

- 14 -

Actiecentrum GHOR (AC GHOR)

Stafsectie GHOR: Secretariaat GHOR Arts IZB

Kernteam PSH Psychosociaal opvangteam

3.3.1. Positie arts-IZB bij opschaling tot GRIP De arts IZB heeft in het gehele proces een centrale rol.15 In opgeschaalde situaties adviseert de IZB-arts de crisisorganisatie over alle gezondheidskundige aspecten die samenhangen met een (dreigende) infectieziekte. In de werkprocessen en protocollen van dit draaiboek wordt steeds vanuit dit principe gewerkt. De arts IZB heeft in een opgeschaalde situatie de volgende verantwoordelijkheden: 1. advies aan crisisorganisatie over maatregelen16 (inclusief advies tot afschalen); 2. rechtstreekse afstemming met LCI, indien daar aanleiding toe is; 3. uitvoeren van protocollen in dit draaiboek. De arts IZB is bovendien een informatieschakel naar andere diensten die gezondheidskundige informatie nodig hebben bij het vervullen van hun rol in de crisissituatie. Zo heeft AAS behoefte aan afstemming met de IZB-arts voor operationele aspecten in de Commissie Van Overleg (CVO). De CVO is te beschouwen als het actiecentrum voor de diensten van Schiphol. Versterking medische expertise In opgeschaalde situaties zal de directeur GGD bij het oproepen van GGD medewerkers rekening houden met de verwachte werkdruk. Er kan een beroep gedaan worden op een tweede arts IZB ter ondersteuning. Met AAS is afgesproken dat ook de AMS-arts(en) aldaar ondersteuning verlenen. De operationele verantwoordelijkheid ligt bij de dienstdoende IZB-arts. Positie arts IZB in de crisisorganisatie • Bij GRIP 2 De rol van de arts IZB in de crisisorganisatie bij opschaling in GRIP 2 zal beperkt zijn. Hier ligt de nadruk op operationele processen en niet zozeer op (ernstige) gezondheidskundige aspecten. • Bij GRIP 3 en GRIP 4 De hoofdlijn is dat de dienstdoende arts IZB zich zo veel als mogelijk kan richten op de uitvoering van de werkprocessen/ protocollen en de daaraan gekoppelde gezondheidskundige taken. De organisatorische aspecten worden georganiseerd en gecoördineerd binnen het Operationeel Team (OT) en het daaronder ressorterende Actiecentrum (AC GHOR). De arts IZB geeft als lid van de stafsectie input aan het OT via het Hoofd Sectie GHOR (HS-GHOR). Omdat de specifieke expertise van de IZB-arts bij infectieziektecrises dusdanig belangrijk kan zijn bij de besluitvorming binnen de crisisorganisatie, zijn op bovenstaande hoofdlijn drie belangrijke aanvullende afspraken gemaakt: 1. De RGF (die zitting heeft in het Beleidsteam) kan de IZB-arts direct consulteren over specifieke gezondheidskundige aspecten en de arts-IZB om advies vragen.17 2. De arts IZB kan de RGF op eigen initiatief benaderen, wanneer de situatie daartoe aanleiding geeft. De IZB-arts zal dit vervolgens afstemmen met HS-GHOR. 3. Het Beleidsteam kan de IZB-arts uitnodigen om als ad hoc adviseur aan het overleg deel te nemen. In al deze gevallen zal de terugkoppeling van informatie vanuit het Beleidsteam naar het Operationeel Team plaatsvinden door de RGF.

3.3.2. Psychosociale hulpverlening (PSH) Naast de processen die gericht zijn op het onder controle krijgen van een besmettelijke ziekte, start de crisisorganisatie tegelijkertijd de psychosociale hulpverlening op. Bij een infectieziektecrisis zullen mensen geconfronteerd worden met gevoelens als angst, verdriet en onzekerheid. Door het opstarten van dit proces18 draagt de crisisorganisatie er onder meer zorg voor dat psychosociale hulp verleend wordt aan personen die dit nodig hebben. Ook wordt de sociale steun uit de directe omgeving zo mogelijk georganiseerd en gemobiliseerd. Deze (na)zorg kan nog enige tijd na de crisis door blijven lopen. Na uiterlijk 3 maanden draagt de crisisorganisatie de nazorg over aan de gemeenten.

- 15 -

3.4. Samenhang overlegstructuur IZB en de crisisorganisatie In de beschreven werkprocessen zal steeds aangegeven worden op welk moment (bij welke dreiging) tot opschalen besloten wordt. Dit kan een onverwacht moment zijn, maar het is ook mogelijk dat de directeur GGD de overlegstructuur IZB al operationeel gemaakt heeft en dat de ernst van de dreiging gaandeweg opschaling tot GRIP noodzaakt. In dit laatste geval functioneert het IZB-overleg reeds en is een GGD-crisisdienst operationeel. Deze worden in een GRIP omgevormd en (deels) vervangen door de organen van de crisisorganisatie. Schema 6: van overlegstructuur IZB naar crisisorganisatie Opschaling naar GRIP Bestuurlijke Regiegroep IZB (BR-I)

Beleidsteam IZB (BT-I)

Operationele Projectgroep IZB (OP-I)

Operationeel team IZB (OT-I) Actiecentrum GHOR (AC GHOR)

GGD Crisisdienst (CD)

Het Actiecentrum GHOR wordt specifiek gestart voor de ondersteuning van de crisisorganisatie. De GGD crisisdienst zal daarnaast meestal operationeel blijven in een opgeschaalde situatie. Tussen beide organen zal intensieve afstemming plaatsvinden.

- 16 -

De pré-alarmeringsfase betreft de periode waarin GGD Kennemerland de burgemeester en de autoriteiten op de luchthaven Schiphol structureel informeert over de specifieke (mondiale) dreiging van een infectieziekte. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een kleurencodering, die samenhangt met de WHO-fasering van een pandemie. In de pré-alarmeringsfase wordt een overlegstructuur opgestart en worden (preventieve) maatregelen voorbereid of uitgevoerd. Schema 7: weergave pré-alarmeringsfase Préalameringsfase Code geel IZB-overleg starten


Repressiefase





Risico niveau I-0




Risico niveau III

Risico niveau II


Risico niveau I

Melding aan GGD

Risico niveau 0

Risico niveau III


Risico niveau II

Risico niveau I-0

4.1. WHO-fasering pandemie De ernst van de dreiging wordt bepaald aan de hand van de fasering van de WHO van een grieppandemie.Vanaf fase 3 wordt door GGD Kennemerland de pré-alarmeringsfase gestart. Hierbij wordt een kleurencodering gehanteerd die in de volgende paragraaf wordt toegelicht. Schema 8:WHO-fasering pandemie WHO-fasering

Typering influenzapandemie

Fase 1

Virusvarianten circulerend onder dieren, maar geen overdracht naar personen

Fase 2

Vaststellen van een nieuwe virusvariant bij dieren met risico op humane overdracht maar geen mens-op-mensbesmettingen

Fase 3

Start pandemische periode. Beperkte humane infecties met een nieuw subtype maar geen efficiënte mens-op-mensbesmetting

Fase 4

Kleinschalige clusters met beperkte persoon naar persoon transmissie. Nog geen optimale aanpassing van het virus voor menselijke transmissie.

Fase 5

Grotere lokale clusters door verdergaande aanpassing van het virus. Suboptimale mens-op-menstransmissie

Fase 6

Pandemische periode: toenemend en uitwaaierend verspreidingspatroon

- 17 -

4. Preventie: pré-alarmeringsfase

4.0. Inleiding

4.2. Pré-alarmeringscodes WPG Schiphol Aan de fasering van de WHO is een kleurencodering gekoppeld, met in hoofdlijnen de te ondernemen acties. Welke specifieke maatregelen getroffen worden is niet algemeen te bepalen. Aan de hand van de actuele situatie worden (inter)nationale richtlijnen afgestemd op het specifieke risico. Schema 9: pré-alarmeringscodes WPG Schiphol CODE GEEL

Het ontstaan van een pandemie elders in de wereld lijkt aanstaande.Verdere verspreiding is nog onduidelijk. Direct risico doet zich niet voor. Weinig/geen onrust onder de bevolking.

1. Het informeren van de overlegpartners van de Bestuurlijke Regiegroep IZB en de Operationele Projectgroep IZB. Dit periodiek continueren afhankelijk van de ontwikkeling. 2. Het nauwgezet volgen van mondiale ontwikkelingen, arts-IZB staat in contact met RIVM/LCI. 3. Het voorbereiden van voorlichting aan passagiers, hun directe omgeving en medewerkers. 4. Het voorbereiden van de GGD crisisdienst. CODE ORANJE

Pandemiedreiging neemt toe. Er is persoon naar persoon transmissie elders in de wereld. Paraatheid is geboden vanwege kans op verspreiding via Schiphol. Onrust onder bevolking neemt toe.

1. Het periodiek bijeenkomen met de overlegpartners van de Bestuurlijke Regiegroep IZB en de Operationele Projectgroep IZB. 2. Het operationaliseren van de GGD-crisisdienst. 3. De afstemming op nationaal niveau (ministeries en RIVM). 4. De informatievoorziening aan reizigers, personeel op en rond Schiphol en hulpverleners. 5. De monitoring van (bepaalde) binnenkomende vluchten bijvoorbeeld met ‘gezondheidsdocumenten’ (Zie toelichting hieronder). 6. Het verstrekken van informatie aan media. 7. Het checken/aanpassen van aanwezige voorraden (beschermings)middelen. 8. Het voorbereiden van verdergaande maatregelen. CODE ROOD

Pandemie ontwikkelt mondiaal.Verspreiding via Schiphol is waarschijnlijk. Maatschappelijke onrust is groot. GRIP afkondigen kan nodig zijn.

1. Intensief overleg in Bestuurlijke Regiegroep IZB en de Operationele Projectgroep IZB. 2. Constante monitoring van de situatie. 3. Intensieve bestuurlijke afstemming, nationaal en lokaal/regionaal. 4. Het beoordelen van risicovluchten en zonodig maatregelen voorstellen (bv weigeren of clusteren). 5. Het inzetten van andere (preventieve) maatregelen conform richtlijnen WHO en RIVM. 6. De uitbreiding van informatievoorziening: brieven en formulieren opstellen/aanpassen aan de situatie en verspreiden. 7. (Beschermings)middelen beschikbaar stellen en zonodig gebruiken. 8. De operationele crisisorganisatie voorbereiden. Zonodig opschalen tot GRIP. 9. Voorbereiden van werkprocessen 1, 2 en 3 (zie verder repressiefase).

Pré-alarmering bij overige infectieziekten De WHO-fasering is primair gekoppeld aan een dreigende influenzapandemie. Andere infectieziekten volgen mogelijk een ander en typisch verspreidingspatroon. Afhankelijk van de ernst van de dreiging zal ook voor deze ziekten een pré-alarmeringscode gegeven worden. De GGD zal zich hierbij richten op de adviezen of richtlijnen van de (inter)nationale autoriteiten (RIVM en WHO). Gezondheidsdocumenten Wanneer sprake is van een mondiale ernstige dreiging of een ernstige dreiging in het specifieke gebied waar het vliegtuig uit vertrokken is, kan de burgemeester de gezagvoerder verplichten om het ‘gezondheidsgedeelte van de algemene verklaring voor luchtvaartuigen’ te overleggen bij binnenkomst. Hierin verklaart de gezagvoerder dat er al dan niet sprake is van een potentiële dreiging met betrekking tot personen en goederen. De verklaring is opgenomen als Annex 9 bij de IHR (zie bijlage 3).

4.3. IZB-overleg instellen of opschalen tot GRIP in de pré-alarmeringsfase In de pré-alarmeringsfase zal volgens onderstaande schema door de directeur GGD (RGF) afgewogen worden of het IZB-overleg wordt opgestart of dat opgeschaald wordt tot GRIP. Schema 10: IZB-overleg of opschalen tot GRIP in de pré-alarmeringsfase Code geel

Code oranje

Code rood

IZB-overleg

Ja, informeren partners

Ja, starten regie- en projectgroep

Ja, starten regie- en projectgroep tenzij opschaling tot GRIP

Opschaling tot GRIP

Nee

Nee

Nee, tenzij ernst van de dreiging dit noodzaakt

- 18 -

De repressiefase start op het moment dat GGD Kennemerland een melding ontvangen heeft van een (mogelijke) besmettelijke infectieziekte op Schiphol.

5.1. Opzet beschrijving van de repressiefase Inschatting risiconiveaus (hoofdstuk 6) De inschatting van het risiconiveau staat bij aanvang van deze fase centraal. We onderscheiden vier risiconiveaus: • III: ernstig gevaar voor de volksgezondheid en veel mogelijk getroffenen • II: ernstig gevaar voor de volksgezondheid en geen of weinig mogelijk getroffenen • I: geen ernstig gevaar voor de volksgezondheid en veel mogelijk getroffenen • 0: geen ernstig gevaar voor de volksgezondheid en geen of weinig mogelijk getroffenen Drie werkprocessen (hoofdstukken 7 tot en met 9) Drie GGD-werkprocessen worden uitvoerig behandeld: • werkproces 1: mogelijke getroffenen naderen Schiphol • werkproces 2: mogelijke getroffenen bevinden zich op de luchthaven Schiphol • werkproces 3: mogelijke getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten

De werkprocessen worden beschreven aan de hand van het risiconiveau. Het volgen van de routing betekent dat de relevante processtappen genomen worden, afgestemd op de ernst van de situatie. Overlegstructuur IZB en opschalen tot GRIP De beschreven processen geven ook aan op welk moment de afweging gemaakt wordt tot opschaling of tot het starten van de overlegstructuur IZB. Zie ook schema 11 (5.3. IZB-overleg opstarten of opschalen tot GRIP in de repressiefase). Protocollen (hoofdstuk 10) Uiteindelijk leidt het volgen van het beschreven proces tot het uitvoeren van een aantal protocollen.

5.2. Besmetting van voertuigen/goederen en opsporing besmettelijke goederen Het draaiboek WPG Schiphol beperkt zich tot de beschrijving van infectieziektebestrijding bij mens op mensbesmetting. De WPG geeft ook bepalingen over situaties waarin sprake is van mogelijke besmetting van voertuigen/goederen of de opsporing van besmettelijke goederen. Wanneer een dergelijke besmetting zich op Schiphol voordoet zal opgetreden worden conform het Crisisbestrijdingsplan Schiphol (CBP-S) en het Calamiteitenplan Amsterdam Airport Schiphol. Onder meer worden dan de bestaande procedures met betrekking tot gevaarlijke stoffen ingezet. Binnen de regio Kennemerland doet dit risico zich voor bij zowel de luchthaven Schiphol als bij de (zee)havens van Velsen en Beverwijk. Interregionaal wordt het WPG-draaiboek met betrekking tot de havens in de regio’s Kennemerland en Amsterdam opgesteld. Daarin zal de mogelijke besmetting van voertuigen/goederen en de opsporing van besmettelijke goederen verder uitgewerkt worden. Zodra dit gereed is, zullen de vertaling naar de situatie op Schiphol en de mogelijke aanpassing van bestaande procedures in het voorliggende draaiboek worden opgenomen.

5.3. IZB-overleg opstarten of opschalen tot GRIP in de repressiefase In de repressiefase zal volgens onderstaande schema door de directeur GGD (RGF) afgewogen worden of het IZB-overleg wordt opgestart of dat opgeschaald wordt tot GRIP. Schema 11: IZB-overleg of opschalen tot GRIP in de repressiefase Repressiefase Risico-niveau III

Risico-niveau II

Risico-niveau I

Risico-niveau 0

IZB-overleg

Niet van toepassing ivm opschaling tot GRIP.

Ja, starten regie- en projectgroep tenzij opschaling tot GRIP.

Nee, tenzij bijzondere omstandigheden zich voordoen, maar opschaling niet aan de orde is.

Nee

Opschaling tot GRIP

Ja

Ja, tenzij gecoördineerd optreden binnen de keten niet nodig blijkt.

Nee, tenzij bijzondere omstandigheden zich voordoen en gecoördineerd optreden binnen de keten nodig blijkt.

Nee

- 19 -

5. Repressiefase: inleiding

5.0. Inleiding

- 20 -

Wanneer een melding over een (potentiële) indexpatiënt of een risicocontact GGD Kennemerland bereikt, wordt een risicoinschatting gemaakt. Deze inschatting, gekoppeld aan het juiste werkproces, bepaalt welke acties worden ingezet. Schema 12: risico-inschatting

Risiconiveau III

Risiconiveau II

Risiconiveau I

Risiconiveau 0

geen of weinig mogelijke getroffenen

veel mogelijke getroffenen

ernstig gevaar

geen ernstig gevaar

6.1. Het criterium ‘ernstig gevaar’ voor de volksgezondheid Er is sprake van ernstig gevaar voor de volksgezondheid indien de wetenschap of het vermoeden bestaat dat de melding betrekking heeft op: • een (onbekende) ziekte van infectueuze aard die een ernstig gevaar voor de volksgezondheid kan opleveren. De inschatting van een ziekte in de categorie ernstig gevaar vraagt een weloverwogen, maar ook snelle analyse van de IZB-arts. De arts laat zich hierbij leiden door: 1. de aard en combinatie van symptomen; 2. een verdenking van een specifieke ziekte wanneer dit een A- B- of C-ziekte betreft (zie voor het overzicht van de groepsindeling infectieziekten bijlage 2); 3. het potentieel besmettingsgevaar voor de omgeving; 4. de (mondiale) dreiging van bepaalde ziekten die door WHO als een ‘ernstig gevaar’ beschouwd worden; 5. de specifieke dreiging die voorkomt in de gebieden waar vanuit het vliegtuig vertrokken is; 6. de informatie die mogelijk al in de pré-alarmeringsfase verzameld is. Uitgangspunt bij deze afweging is dat de veiligheid van alle betrokkenen voorop staat. Bij twijfel zal geen risico van onderschatting van de situatie genomen worden.

6.2. Het criterium ‘mogelijke getroffenen’ Het onderscheid tussen geen of weinig getroffenen en veel getroffenen is belangrijk omdat niet alleen de aard van de ziekte, maar ook de omvang van de groep bepalend is voor (of invloed heeft op) de benodigde vervolgacties. Toelichting op begrip ‘mogelijke getroffenen’ Onder ‘mogelijk getroffenen’ worden verstaan: - de indexpatiënt(en) en - de risicocontacten Risicocontacten zijn de personen bij wie geen ziekte(verschijnselen) geconstateerd worden, maar die mogelijk wel besmet zijn. Uitbreiding groep getroffenen door gevolgen van een (dreigende) infectieziekte. De situatie kan aanleiding geven de groep van mogelijk getroffenen uit te breiden. Een mogelijke besmetting kan namelijk als gevolg hebben dat niet alleen de indexpatiënt(en) of risicocontacten aandacht en inzet van de GGD vragen. Het zal hierbij veelal gaan om voorlichting (informatie over de gepercipieerde dreiging, al dan niet ter voorkoming of vermindering van ongerustheid). Ook kan gedacht worden aan logistieke ondersteuning wanneer groepen verplaatst en eventueel opgevangen moeten worden. Dit zal mede van invloed zijn op de afweging tot het al of niet opschalen tot een GRIP.

- 21 -

6. Start repressiefase: risico-inschatting

6.0. Inleiding

Geen of weinig getroffenen In een situatie waarbij een melding betrekking heeft op besmettelijke goederen/voertuigen is het mogelijk dat er (nog) geen besmetting plaats heeft gevonden van personen.20 We spreken daarnaast over weinig getroffenen wanneer een melding betrekking heeft op: • minder dan 4 indexpatiënten en • minder dan 25 risicocontacten Dit kwantiteitscriterium wordt gehanteerd vanuit de gedachte dat het opvolgen van de protocollen voor een dergelijke groep (wat betreft de kwantiteit) geen bijzondere problemen oplevert. Het gehanteerde aantal is een richtlijn. De IZB-arts kan op basis van de feitelijke situatie een andere indeling maken. Dit zal dan door de betrokken arts onderbouwd worden. Veel mogelijke getroffenen Uit het voorgaande volgt dat een groep met 4 of meer indexpatiënten en/of meer dan 25 risicocontacten beschouwd wordt als ‘veel mogelijke getroffenen’. Ook indien er sprake is van uitstraling naar de omgeving en dit vraagt aanvullende acties (zoals voorlichting en/of logistieke ondersteuning) is sprake van ‘veel mogelijke getroffenen’.

6.3. Relatie met groepsindeling infectieziekten WPG De risico-inschatting is niet direct gekoppeld aan de WPG-groepsindeling van infectieziekten (A, B1, B2 en C). Zoals besproken zijn er meerdere factoren die bij de inschatting bepalend zijn. De kans dat bij een vermoeden van een A-ziekte ‘ernstig gevaar met veel mogelijk getroffenen’ wordt verondersteld is groot. Echter, hoe meer informatie beschikbaar is, hoe beter de ernst van het gevaar en de besmettingskansen voor de omgeving in te schatten zijn. De gevolgen kunnen daardoor alsnog beperkt zijn, met een directe invloed op de inschatting van het risiconiveau. Ter illustratie: wanneer de pré-alarmeringsfase aan een melding vooraf gaat, heeft de arts IZB beter kunnen anticiperen op een ernstige casus. Een melding van een A-ziekte zal zonder voorwaarschuwing tot de hoogste paraatheid leiden en waarschijnlijk in risiconiveau III ingedeeld worden, met opschaling tot GRIP 3 als gevolg. Wanneer echter een pré-alarmeringsfase aan de melding vooraf gegaan is, kan het zijn dat een A-ziekte als geïsoleerd geval behandeld kan worden en dat het risiconiveau daardoor lager wordt ingeschat. Mogelijk dat zelfs niet tot opschaling wordt overgegaan (bijvoorbeeld indien ook het contactonderzoek beperkt van omvang is) en dat met het voortzetten van het IZB-overleg wordt volstaan.

- 22 -

Schema 13 : weergave werkproces 1

Préalameringsfase

Code geel IZB-overleg starten


Repressiefase





Risico niveau I-0

Opschalen

Niet opschalen




Risico niveau III

Risico niveau II


Risico niveau I

Risico niveau 0

Melding aan GGD

Risico niveau III


Risico niveau II

Risico niveau I-0

Uitvoering protocollen

In dit werkproces heeft GGD Kennemerland een rol zodra de arts IZB op de hoogte gebracht wordt van een dreigende infectieziekte terwijl het vliegtuig Schiphol nadert. Het werkproces is ook na landing van toepassing zolang passagiers en crew het vliegtuig niet verlaten hebben. Om een melding in de juiste context te kunnen plaatsen, wordt ook aandacht besteed aan de rol en verantwoordelijkheden die de gezagvoerder en de betrokken partijen op Schiphol hebben alvorens GGD Kennemerland te benaderen.

7.1. Melding via de gezagvoerder De gezagvoerder meldt een (infectie)ziekte aan de luchtverkeersleiding. Wanneer deze melding betrekking heeft (of lijkt te hebben) op een ernstig gevaar voor de volksgezondheid heeft dit grote consequenties voor werkprocessen die in gang worden gezet al voordat het vliegtuig landt. Het onderscheid tussen ‘ernstig gevaar’ en ‘geen ernstig gevaar’ is met name belangrijk en wordt hieronder uiteengezet.

7.1.1. Melding van ‘ernstig gevaar’ via de gezagvoerder De gezagvoerder die wetenschap of een ernstig vermoeden heeft dat er aan boord één of meerdere ziektegevallen zijn die wijzen op een ziekte van infectueuze aard die een ernstig gevaar voor de volksgezondheid kan opleveren, meldt dit zo spoedig mogelijk, doch voor aankomst, aan de luchtverkeersleiding. (art 50 WPG). De implicaties van deze melding zijn groot. Zoals in schema 14 is weergegeven wordt een keten van organisaties geïnformeerd. De gehele keten dient zich voor te bereiden op (het voorkomen van) een grootschalige crisis. Verantwoordelijkheid voor de melding: (werkproces 1: mogelijke getroffenen naderen Schiphol) Organisatie

Taak

Vliegtuigmaatschappij

Onverwijlde melding aan • luchtverkeersleiding

Luchtverkeersleiding

Onverwijlde melding aan • AAS • V&W

AAS (via AMS)

Onverwijlde melding aan • GGD Kennemerland

GGD

Onverwijlde melding aan • Burgemeester21 • LCI/RIVM

GGD Kennemerland, afdeling infectieziektebestrijding, is 24 uur per dag bereikbaar22 op telefoonnummer 023-7891612.

- 23 -

7. Werkproces 1: mogelijke getroffenen naderen Schiphol

7.0. Inleiding

Risico-inschatting door de gezagvoerder Aandachtspunt bij deze melding is de expertise die bij de gezagvoerder verwacht wordt om in te schatten of een situatie daadwerkelijk een ernstig gevaar voor de volksgezondheid is. Het aantal gezagvoerders dat Schiphol nadert is groot, alsmede de diversiteit aan nationaliteiten. Het vraagt een goede (internationale) instructie om een juiste inschatting te kunnen maken. Overleg in de lucht Afhankelijk van de beschikbare tijd voor landing zal er overleg plaatsvinden tussen de gezagvoerder en AAS. AAS (via AMS) zal overleg voeren met de arts IZB van GGD Kennemerland. De GGD zal op zijn beurt weer afstemming zoeken met de LCI voor intercollegiaal overleg indien ernstig gevaar vermoed wordt. Voorbereiding voor landing AAS zal besluiten wanneer en waar het vliegtuig kan landen en zal ook het eigen crisisplan, Calamiteitenplan Amsterdam Airport Schiphol (CPAAS), in werking stellen. Schema 14: melding via gezagvoerder van ‘ernstig gevaar’.

Gezagvoerder vliegtuig

Verkeersleiding luchthaven

Luchthaven exploitant

Ministerie van V&W

Bij Schiphol verloopt de melding via AMS

GGD Burgemeester

LCI: national Focal Point

(bron: Draaiboek IHR, LCI)

7.1.2. Melding van ‘geen ernstig gevaar’ via gezagvoerder Indien een gezagvoerder voor landing meldt dat er een (vermoeden is van een) infectieziekte, die hij echter niet beschouwt als een ernstig gevaar voor de volksgezondheid, zal door AAS (via AMS), afhankelijk van de aard van de melding, contact gezocht worden met GGD Kennemerland. Het vliegtuig zal gewoon landen en werkproces 2 wordt gevolgd (mogelijk getroffenen zijn geland of blijken reeds op Schiphol te zijn). AAS en GGD Kennemerland hebben afgesproken dat bij twijfel altijd overleg plaatsvindt.

7.2. Processtappen GGD Kennemerland werkproces 1 Risico-inschatting niveau III / II of I / 0 In hoofdstuk 6 zijn de niveaus van risico-inschatting uiteengezet (zie pagina 21). In het hier beschreven werkproces 1, waneer de getroffenen nog niet geland zijn, is het aantal getroffenen nog geen onderscheidend criterium.Vanuit het vliegtuig (door de gezagvoerder) is de inschatting van het aantal getroffenen (indexpatiënten en risicocontacten) niet goed vast te stellen. Daarbij is bij een naderend vliegtuig de tijd vaak te beperkt om hierover een goed beeld te vormen. Bij een melding van ernstig gevaar wordt derhalve rekening gehouden met veel getroffenen. Het onderscheid tussen Risiconiveau III en II is in dit stadium nog niet relevant. We spreken in dit werkproces dus niet van vier risiconiveaus (III, II, I en 0), maar van twee (III / II en I / 0), met andere woorden: over een ‘melding van ernstig gevaar’ of een ‘melding van geen ernstig gevaar’ via de gezagvoerder. Amsterdam Airport Schiphol zal op basis van deze risico-inschatting onder meer bepalen wanneer en waar het vliegtuig zal landen. In bijlage 4 wordt de AAS-besluitvormingsprocedure weergeven.

- 24 -

Processtappen GGD Kennemerland werkproces 1 (mogelijke getroffenen naderen Schiphol) Acties23

Verwijzing draaiboek IZB-arts bespreekt en toetst risico-inschatting met arts AMS en tracht zo veel mogelijk informatie te verzamelen over de situatie aan boord.

1

Uit het overleg wordt door IZB-arts bepaald dat sprake is van risiconiveau • III/II: Ernstig gevaar, Onbekend aantal getroffenen • I/0: Geen ernstig gevaar


AAS en GGD zullen, bij twijfel over de juiste inschatting van de gezagvoerder, geen risico nemen risiconiveau III/II afkondigen. Bij risiconiveau I/0 zal het vliegtuig normaal landen en is werkproces 1 niet meer relevant. Mogelijk dat werkproces 2 opgestart wordt waneer de getroffenen op Schiphol geland zijn. Bij risiconiveau III/II worden in dit stadium de volgende acties ingezet: 2.

IZB-arts overlegt met RIVM conform de afspraken. IZB-arts volgt daarnaast meldingsplicht conform WPG.

3.

IZB-arts maakt een dossier aan van de melding en registreert gedurende het werkproces alle relevante processtappen.

4.

IZB-arts informeert directeur GGD/RGF en adviseert over de te ondernemen stappen.

5.

Directeur GGD/RGF informeert de burgemeester en neemt beslissing tot opschaling.

6.

Arts IZB gaat samen met ketenpartners over tot uitvoer en voorbereiding van de onderstaande protocollen.

3. Opschaling tot GRIP 5.3. IZB-overleg opstarten of opschalen tot GRIP in de repressiefase

7.3. Protocollen die bij werkproces 1 van toepassing kunnen zijn (mogelijke getroffenen naderen Schiphol) De volgende protocollen dienen in gang gezet te worden Risiconiveau Blz

Onderwerp protocol

32.

10.2. Protocol risicobeperkende maatregelen aan boord

X

40.

10.9. Protocol informatievoorziening/voorlichting

X

41.

10.12. Protocol oproepen GGD Medewerkers

X

III/II

I/024

De volgende protocollen dienen voorbereid te worden, anticiperend op de landing (werkproces 2) Risiconiveau Blz

Onderwerp protocol

31.

10.1. Protocol risicoanalyse direct getroffenen

X

33.

10.3. Protocol maatregelen ten aanzien van toestel

X

34.

10.5. Protocol persoonlijke beschermingsmiddelen personeel

X

35.

10.6. Protocol individuele getroffene follow up

X

37.

10.7. Protocol groep getroffenen follow up

X

39.

10.8. Protocol quarantaine van contacten

X

41.

10.10. Protocol actieve surveillance

X

III/II

I/0

- 25 -

- 26 -

Préalameringsfase

Schema 15 : weergave werkproces 2 Code geel

IZB-overleg starten


Repressiefase







Risico niveau I-0



Risico niveau III

Risico niveau II

Risico niveau I

Risico niveau 0

Opschalen

Opschalen tenzij

Niet opschalen tenzij

Niet opschalen

Melding aan GGD

Risico niveau III


Risico niveau II

Risico niveau I-0


Dit werkproces heeft betrekking op alle situaties waarin getroffenen zich bevinden in de vertrekken van de luchthaven Schiphol. Het is mogelijk dat een besmettelijke ziekte blijkt of vermoed wordt bij mensen zonder dat een direct verband gelegd kan worden met een inkomende vlucht (zoals vertrekkende passagiers/crew, wachtenden en personeel). Wanneer getroffenen zich bevinden in een vliegtuig dat op Schiphol geland is, maar waarbij de deboarding nog niet heeft plaatsgevonden wordt verwezen naar werkproces 1.

8.1. Melding AAS/AMS aan GGD Verantwoordelijkheid voor de melding: (Werkproces 2: mogelijke getroffenen bevinden zich op de luchthaven Schiphol) Organisatie

Functie

Taak

AAS/AMS

Arts AMS

(Onverwijlde) melding

GGD Kennemerland, afdeling infectieziektebestrijding, is 24 uur per dag bereikbaar25 op telefoonnummer 023-7891612. Meldenswaardige ziekte AAS/AMS die wetenschap of een vermoeden heeft dat op de luchthaven één of meerdere ziektegevallen zijn die wijzen op een meldenswaardige ziekte van infectueuze aard, meldt dit (via AMS) aan GGD Kennemerland. Van een meldenswaardige ziekte van infectueuze aard is sprake indien de wetenschap of het vermoeden bestaat dat (vervolg) actie van de GGD noodzakelijk c.q. gewenst is. Inschatting AMS

Karakteristiek

Actie AMS naar GGD

Risiconiveau III

Ernstig gevaar:Veel mogelijke getroffenen

Onverwijlde melding

Risiconiveau II

Ernstig gevaar: Weinig mogelijke getroffenen

Onverwijlde melding

Risiconiveau I

Geen ernstig gevaar:Veel mogelijke getroffenen

Melding (indien meldingswaardig)

Risiconiveau 0

Geen ernstig gevaar: Weinig mogelijke getroffenen

Melding (indien meldingswaardig)

- 27 -

8. Werkproces 2: mogelijke getroffenen bevinden zich op Schiphol

8.0. Inleiding

De inschatting van een ziekte(dreiging) op risiconiveau III en II is altijd meldingswaardig en dient onverwijld te geschieden. Van een meldingswaardige ziekte(dreiging) op risiconiveau I kan sprake zijn wanneer het aantal getroffenen groot is en GGD Kennemerland een rol dient te spelen in bijvoorbeeld logistieke coördinatie of (publieks-)voorlichting. Er kan in dit geval ook aanleiding zijn om op te schalen.26 Van een meldingswaardige ziekte(dreiging) op risiconiveau 0 zal voor AMS niet vaak sprake zijn. Er zal in beginsel geen (vervolg)actie van GGD Kennemerland noodzakelijk c.q. gewenst zijn. De afweging van AMS of een incident meldenswaardig is, wordt gebaseerd op de expertise van de dienstdoende arts AMS. Afgesproken is dat bij twijfel altijd overleg gevoerd wordt met de GGD (Arts IZB).

8.2. Processtappen GGD Kennemerland werkproces 2 (mogelijke getroffenen bevinden zich op de luchthaven Schiphol) Acties27

Verwijzing draaiboek

1

IZB-arts bespreekt en toetst risico-inschatting met arts AMS. Uit het overleg wordt door IZB-arts bepaald dat sprake is van risiconiveau • III: Ernstig gevaar, veel mogelijke getroffenen • II: Ernstig gevaar, weinig mogelijke getroffenen • I: Geen ernstig gevaar, veel mogelijke getroffenen • 0: Geen ernstig gevaar, weinig mogelijke getroffenen

2.


3.


4.

IZB-arts informeert (bij risiconiveau III, II en I) directeur GGD/RGF en adviseert over de te ondernemen stappen.

5.

Directeur GGD/RGF informeert de burgemeester en neemt beslissing tot wel of niet inzetten opschaling. Of wel of niet opstarten IZB-overleg.

2. 3.

6.

Arts IZB gaat samen met ketenpartners over tot uitvoer van de onderstaande protocollen.

5.3. IZB-overleg opstarten of opschalen tot GRIP in de repressiefase


Zie bijlage 5 intern meldingsformulier indexpatiënten en bijlage 6 intern meldingsformulier risicocontacten

Overleg- en besluitvormingsstructuur IZB Opschaling tot GRIP

8.3. Protocollen die bij werkproces 2 van toepassing kunnen zijn (mogelijke getroffenen bevinden zich op de luchthaven Schiphol) Risiconiveau

- 28 -

blz

Onderwerp protocol

III

II

I

0

31.

10.1. Protocol risicoanalyse direct getroffenen

X

X

X

X

33.

10.3. Protocol maatregelen ten aanzien van toestel

X

X

34.

10.5. Protocol persoonlijke beschermingsmiddelen personeel

X

X

35.

10.6. Protocol individuele getroffene follow up

X

X

X

37.

10.7. Protocol groep getroffenen follow up

X

39.


X

40.


X

X

X

41.


X

X

41.


X

X

X

X

Préalameringsfase

Schema 16: weergave werkproces 3 Code geel

IZB-overleg starten


Repressiefase





Risico niveau I-0




Risico niveau III

Risico niveau II


Risico niveau I

Risico niveau 0

Melding aan GGD

Risico niveau III


Risico niveau II

Opschalen Opschalen tenzij

Risico niveau I-0 Niet opschalen


Wanneer (mondiaal) een uitbraak van een infectieziekte zich voordoet is er een reële kans dat getroffenen Schiphol gepasseerd hebben. Om deze reden besteden we in dit draaiboek ook uitgebreid aandacht aan met name contactopsporing. Het werk proces kan ook in algemene zin toegepast worden op alle infectieziekte-incidenten waarbij contactopsporing noodzakelijk is binnen de regio Kennemerland.

9.1. Melding aan GGD GGD Kennemerland wordt geïnformeerd wanneer het vermoeden of de wetenschap bestaat dat er aan boord van een vliegtuig of op de luchthaven Schiphol één of meerdere ziektegevallen zijn geweest die wijzen op een meldingsplichtige ziekte van infectueuze aard. Melding door LCI28 Deze melding zal meestal vanuit de LCI komen. De LCI zal doorgaans door een lokale GGD via de reguliere meldingsprocedure op de hoogte gebracht zijn van een meldingsplichtige ziekte en meldt dit GGD Kennemerland. Krachtens het draaiboek IHR van het LCI neemt in deze gevallen GGD Kennemerland de coördinatie van deze taak op zich met betrekking tot de gevolgen voor Nederlandse passagiers, crew en personeel op Schiphol. Melding door arts in de regio Kennemerland Wanneer een meldingsplichtige ziekte geconstateerd wordt door een arts binnen de regio Kennemerland, wordt eerst GGD Kennemerland op de hoogte gebracht. De arts infectieziekte zal vervolgens de melding doorgeven aan de LCI. Verantwoordelijkheid voor de melding: (Werkproces 3: mogelijke getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten) Arts heeft wetenschap of vermoeden van:

Melding arts aan GGD

Ziekten groep A

Onverwijlde melding

Onbekend ziektebeeld; besmettelijk en met ernstige gevaardreiging voor de volksgezondheid

Onverwijlde melding

Difterie, rabiës en Virale Hemorragische koorts

Melding binnen 24 uur bij vermoeden

Overige ziekten groep B1, B2 en C

Melding binnen 24 uur na vaststellen

- 29 -

9. Werkproces 3: mogelijke getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten

9.0. Inleiding

GGD Kennemerland, afdeling infectieziektebestrijding, is 24 uur per dag bereikbaar29 op telefoonnummer 023-7891612. In afwijking van de vorige werkprocessen zal bij de melding aan de GGD de diagnose al bekend zijn of gebaseerd op een onderbouwd vermoeden. De risico-inschatting wordt daarmee eenvoudiger. GGD Kennemerland kan met deze wetenschap sneller gericht tot de benodigde acties overgaan.

9.2. Processtappen GGD Kennemerland werkproces 3 (mogelijke getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten) Acties30

Verwijzing draaiboek

1

IZB-arts bepaalt naar aanleiding van de melding dat er sprake is van risiconiveau • III: Ernstig gevaar, veel mogelijke getroffenen • II: Ernstig gevaar, weinig mogelijke getroffenen • I/0: Geen ernstig gevaar

2.


3.


4.

IZB-arts informeert bij risiconiveau III en II de directeur GGD/RGF en adviseert over de te ondernemen stappen.

5.

Directeur GGD/RGF informeert de burgemeester en neemt beslissing tot wel of niet inzetten opschaling of wel of niet opstarten IZB-overleg.

2. Overleg- en besluitvormingsstructuur IZB 3. Opschaling tot GRIP

6.

Arts IZB gaat samen met ketenpartners over tot uitvoer van de onderstaande protocollen.

5.3. IZB-overleg opstarten of opschalen tot GRIP in de repressiefase


Bijlage 6 intern meldingsformulier risicocontacten

9.3 Protocollen die bij werkproces 3 van toepassing kunnen zijn (mogelijke getroffenen hebben Schiphol reeds verlaten) Risiconiveau Blz

Onderwerp protocol

III

II

34.

10.4. Protocol contactonderzoek achteraf

X

X

39.


X

40.


X

X

41.


X

X

41.

10.11. Protocol internationale opsporing

X

X

41.


X

X

- 30 -

I/0

X

De voorgaande hoofdstukken beschrijven de werkprocessen op hoofdlijnen van de GGD bij een (dreigende) infectieziekte op Schiphol. In de werkprocessen wordt verwezen naar protocollen in dit hoofdstuk.Voor de beschrijving van de protocollen is aansluiting gezocht bij de activiteiten die genoemd worden in het Draaiboek IHR van de LCI31. De volgende protocollen worden achtereenvolgens behandeld: Pagina

Onderwerp protocol

31.

10.1.

Protocol risicoanalyse direct getroffenen

32.

10.2.

Protocol risicobeperkende maatregelen aan boord

33.

10.3.

Protocol maatregelen ten aanzien van toestel

34.

10.4.

Protocol contactonderzoek achteraf

34.

10.5.

Protocol persoonlijke beschermingsmiddelen personeel

35.

10.6.

Protocol individuele getroffene follow up

35.

10.6.1. Opvang op Schiphol (individuele getroffene)

36.

10.6.2. Vervoer (individuele getroffene)

37.

10.6.3. Doorreisbeleid (individuele getroffene)

37.

10.6.4. Thuisquarantaine en beroepsverbod (individuele getroffene)

37.

10.7.

38.

10.7.1. Opvang op Schiphol (groep getroffenen)

38.

10.7.2. Vervoer (groep getroffenen)

39.

10.8.

Protocol quarantaine van contacten

40.

10.9.

Protocol informatievoorziening/voorlichting

41.


41.

10.11. Protocol internationale opsporing

41.


Protocol groep getroffenen follow up

10.1. Protocol risicoanalyse direct getroffenen Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden wanneer aan de hand van de melding nader onderzoek van direct getroffenen noodzakelijk is. Toetsing van risiconiveau; opschaling/afschaling De analyse leidt ook tot de toetsing van het risiconiveau aan de hand van de aanvullende informatie. Indien de uitkomsten aanleiding zijn tot bijstelling van het risiconiveau dan dienen de vervolgacties overeenkomstig aangepast te worden. De arts IZB loopt met die wetenschap nogmaals de werkprocessen door. Dit kan onder meer leiden tot een advies over opschaling of afschaling. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot

Wie

GGD

Draagt zorg voor de uitvoering.

Arts IZB

- 31 -

10. Protocollen

10.0. Inleiding

Proces ‘risicoanalyse direct getroffenen’ Acties

1.

2.

Verwijzing/toelichting Arts IZB bepaalt aan de hand van de melding of aanvullende onderzoeksinformatie noodzakelijk is en of een bezoek aan de locatie (vliegtuig en/of luchthaven) gebracht dient te worden.

Arts IZB bepaalt of de risico-inschatting inderdaad overeenkomt met het feitelijke risiconiveau.

Indien de ernst van de situatie dit vergt wordt overleg gevoerd met LCI (RIVM). Bij een melding van ernstig gevaar via de gezagvoerder (als beschreven op pagina 23) zal altijd overlegd worden. Indien tijdens of na het onderzoek uit de aanvullende informatie blijkt dat het niveau (III,II,I,0) aangepast dient te worden, worden de werkprocessen onmiddellijk nogmaals doorlopen volgens de nieuwe risico-inschatting. Dit kan aanleiding geven tot een (nieuw) advies over opschalen en een advies tot afschalen. Eveneens kan het leiden tot het hanteren van andere protocollen.

A. Nader onderzoek indexpatiënten en risicocontacten (b)lijkt noodzakelijk A3.

Arts IZB draagt zorg voor beschermende maatregelen tijdens het onderzoek.

10.2. Protocol risicobeperkende maatregelen

A4.

Arts IZB draagt zorg voor de aanwezigheid van noodzakelijke middelen voor het onderzoek.

Aanwezig op Schiphol (AMS) en op Spaarnepoort 5. Zie bijlage 8 Voorraad middelen en materialen, bijlage 9 Bestellen en levering middelen en materialen, bijlage 10 Opslag middelen en materialen, bijlage 11 Vervoer middelen en materialen

A5.

Arts IZB bepaalt bij wie onderzoek nodig is, maakt selectie tussen (mogelijke) indexpatiënten en (mogelijke) risicocontacten.

A6.

A7.

Arts-IZB onderzoekt de direct getroffenen; neemt anamnese af, voert eventueel lichamelijk onderzoek uit.

Arts IZB bepaalt of laboratoriumonderzoek noodzakelijk is. Neemt monsters af, informeert lab en regelt de aflevering van materiaal.

Bij ziekten in de groep A en B1 kan door burgemeester onderzoek afgedwongen worden. Zie bijlage 14; voorbeeldbeschikking mbt opname en onderzoek. Zie LCI-richtlijnen infectieziektebestrijding www.rivm.nl/cib/infectieziektenA-Z/richtlijnen/ Zie LCI-richtlijnen infectieziektebestrijding www.rivm.nl/cib/infectieziektenA-Z/richtlijnen/ Zie bijlage 11 Vervoer middelen en materialen

B. Dossiervorming indexpatiënten en risicocontacten

B3.

Arts IZB zorgt voor de dossiervorming met betrekking tot de direct getroffenen.

Zie bijlage 5 intern meldingsformulier indexpatiënten en bijlage 6 intern meldingsformulier risicocontacten.

10.2. Protocol risicobeperkende maatregelen aan boord Toelichting: Dit protocol beschrijft welke maatregelen genomen moeten worden ter beperking van het risico voor alle betrokkenen, wanneer een melding bij de GGD is binnengekomen over een (mogelijke) besmetting terwijl de getroffen(en) zich nog in het vliegtuig bevinden. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot

Wie

GGD

Draagt zorg voor de uitvoering.

Arts IZB

AAS

Draagt zorg voor communicatie met vliegtuig en volgt instructies crisisorganisatie/ GGD op.

AOM

- 32 -

Proces ‘risicobeperkende maatregelen aan boord’ Acties

Verwijzing/toelichting

Indien en zolang hulpverleners nog geen toegang tot het toestel hebben.

1.

IZB-arts adviseert de gezagvoerder van het vliegtuig om de indexpatiënt zoveel mogelijk te isoleren in het vliegtuig. Indien noodzakelijk zal de indexpatiënt een eigen toilet toegewezen krijgen.

2.

IZB-arts bepaalt of aan indexpatiënt (en eventueel aan passagiers) een mondkapje verstrekt dient te worden (indien in vliegtuig aanwezig, anders zo spoedig mogelijk na landing).

3.

IZB-arts zorgt voor de aanvoer van de benodigde beschermingsmiddelen.

4

Gezagvoerder informeert overige passagiers, op advies van de GGD arts.

5.

IZB arts adviseert of het uitzetten van het ventilatiesysteem van het vliegtuig noodzakelijk is.

6.

Gezagvoerder draagt zorg voor inventarisatie van passagiers die in de buurt van de indexpatiënt zitten/zaten.

Beperkte voorraad is aanwezig op Schiphol en op Spaarnepoort 5. Zie bijlage 8 Voorraad middelen en materialen, bijlage 9 Bestellen en levering middelen en materialen, bijlage 10 Opslag middelen en materialen, bijlage 11 Vervoer middelen en materialen

Dit is afhankelijk van de dreiging. Vaak wordt als richtlijn drie rijen voor en achter de indexpatiënt gehanteerd en de rij waar de patiënt in zat

Wanneer hulpverleners toegang tot het toestel hebben. 1.

IZB-arts bepaalt welke (aanvullende) beschermende voorzieningen gebruikt dienen te worden door de mensen die het vliegtuig betreden.

2.

IZB-arts bepaalt welke (aanvullende) beschermende voorzieningen gebruikt dienen te worden door passagiers en crew (alvorens ze het vliegtuig verlaten).

Zie verder 10.5. Protocol persoonlijke beschermingsmiddelen. Zie verder 10.5. Protocol persoonlijke beschermingsmiddelen.

10.3. Protocol maatregelen ten aanzien van toestel Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden om mogelijke besmettingsbronnen weg te nemen, wanneer zich aan boord van een vliegtuig (mogelijke) besmettelijke personen bevonden hebben. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot

Wie

AAS/ Luchtvaartmaatschappij

Draagt zorg voor (de opdracht tot) de reiniging, desinfectie van toestel.

AOM

Schoonmaakbedrijf (AAS en GGD)

Draagt zorg voor bescherming eigen personeel. AAS wijst hierop en GGD adviseert desgewenst.

Proces ‘maatregelen ten aanzien van toestel’ Acties

1.


Arts IZB adviseert AAS over reiniging en desinfectie aan de hand van de aangetroffen situatie.

Onder meer wordt gerapporteerd of lichaamsvloeistoffen contact hebben gehad met meubilair en of hoestende getroffenen aanleiding geven tot luchtverversing/ventilatie. LCI-richtlijnen infectieziektebestrijding www.rivm.nl/infectieziektenA-Z/standaardmethoden/

- 33 -

10.4. Protocol contactonderzoek achteraf Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden wanneer achteraf blijkt dat in een vliegtuig een besmettelijk persoon aan boord heeft gezeten. De betreffende persoon is reeds van boord en al doorgereisd. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot

Wie

GGD

Draagt zorg voor de uitvoering van het contactonderzoek.

Arts IZB

AAS

Draagt zorg voor passagiersgegevens en/of personeelsgegevens.

AOM

AAS

Draagt zorg voor het aanleveren van de personeelsgegevens door (overige) diensten/bedrijven werkzaam op Schiphol.

AOM

Proces ‘contactonderzoek achteraf ’ Acties


1.

IZB-arts draagt zorg voor - verificatie van de diagnose indexpatiënten - definiëring risicocontacten

Verificatie bij buitenlandse indexpatiënten vereist afstemming met LCI (zie opmerking hieronder) Zie ook bijlage 24:Voorbeelddocumenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1)

2.

IZB-arts vraagt passagiers en/of personeelsgegevens bij AAS.

Contactpersoon is de AOM

3.

AAS levert z.s.m. gevraagde informatie. Deze informatie dient zo volledig mogelijk te zijn: naast namen en reisbureaus waar zij hebben geboekt, ook adressen, telefoonnummers, e-mailadressen.

Wanneer organisaties niet bereid zijn tot het verstrekken via AAS van informatie kan dit afgedwongen worden door de burgemeester.

Wanneer risicocontacten woonachtig zijn in Regio Kennemerland: 4.

IZB-arts draagt zorg voor de uitvoering van contactonderzoek

LCI-richtlijnen infectieziektebestrijding www.rivm.nl/ cib/infectieziektenA-Z/richtlijnen/

Wanneer risicocontacten woonachtig zijn in Nederland, maar buiten regio Kennemerland; 4.

IZB-arts neemt contact op met GGD in betreffende regio met verzoek tot uitvoeren contactonderzoek. Eerst telefonisch en vervolgens met toelichting per mail/fax.

Wanneer risicocontacten woonachtig zijn in het buitenland 4.

IZB-arts geeft de passagiersgegevens door aan RIVM met toelichting van de situatie.

Zie opmerking hieronder.

Nadere afstemming met LCI Met betrekking tot het benaderen van zowel indexpatiënten als risicocontacten in het buitenland wordt met LCI nog overleg gevoerd. Het is waarschijnlijk dat landelijke ondersteuning de uitvoering bespoedigt, waardoor de effectiviteit vergroot wordt.

10.5. Protocol persoonlijke beschermingsmiddelen personeel Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden om te zorgen dat hulpverleners en grondpersoneel zo weinig als mogelijk in contact komen met besmettingsbronnen. Wanneer (indirect) contact onvermijdelijk is, dienen hulpverleners en grondpersoneel voorzien te worden van persoonlijke beschermingsmiddelen. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot

Wie

GGD (ism AAS)

Draagt zorg voor de aan- en afvoer van persoonlijke beschermingsmiddelen.

Arts IZB

GGD

Bepaalt welke persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt dienen te worden.

Arts IZB

GGD

Draagt zorg voor het bestellen van middelen waneer voorraad ontoereikend is.

Arts IZB

GGD

Adviseert over het correct gebruik van de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen.

Arts IZB

AAS/KMar

Draagt zorg voor de veiligheid van alle personen op Schiphol; voorkomt dat mensen zonder beschermingsmiddelen mogelijk besmet gebied betreden.

AOM Districtcommandant KMar Schiphol

- 34 -

Proces persoonlijke beschermingsmiddelen personeel Acties 1.

2.

Verwijzing/toelichting IZB-arts bepaalt welke persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt dienen te worden. IZB-arts zorgt voor de aanvoer/beschikbaarheid van voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen.

Aanwezig op GGD (Spaarnepoort 5) en op Schiphol (AMS).

Arts IZB belt de Meldkamer wanneer middelen van Spaarnepoort naar Schiphol vervoerd moeten worden. De Brandweer heeft hiervoor een eigen protocol.

KMar en AAS hebben een eigen beperkte voorraad.

Indien de voorraad ontoereikend is, worden door IZB-arts spoedbestellingen geplaatst.

Zie bijlage 8 Voorraad middelen en materialen, bijlage 9 Bestellen en levering middelen en materialen, bijlage 10 Opslag middelen en materialen, bijlage 11 Vervoer middelen en materialen.

3.

IZB-arts instrueert GGD-hulpverleners over gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen.

Zie bijlage 12 Instructie persoonlijke beschermingsmiddelen.

4.

IZB-arts treedt in overleg met AAS (AOM) en KMar over de bescherming van overige hulpverleners op Schiphol en bepaalt welke bescherming noodzakelijk is.

5.

AAS (AOM) en KMar dragen zorg voor opvolgen instructies IZB-arts.

Verloopt via het CVO en/of crisisorganisatie.

6.

IZB-arts draagt zorg voor de (attendering op de) instructies hoe de middelen te gebruiken van overige hulpverleners.

Zie bijlage 12 Instructie persoonlijke beschermingsmiddelen.

7.

IZB-arts draagt zorg voor de afvoer van gebruikte persoonlijke beschermingsmiddelen.

Zie bijlage 11: Vervoer middelen en materialen.

10.6. Protocol individuele getroffene follow up Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden gericht op een individuele getroffene bij wie een besmettelijke ziekte is geconstateerd of wordt vermoed. Dit protocol bestaat uit de volgende onderdelen - opvang - vervoer - doorreisbeleid Voor groepen getroffenen wordt verwezen naar het protocol ‘groep getroffenen follow-up’. Door middel van de risicoanalyse heeft GGD Kennemerland een gemotiveerde inschatting gemaakt van de situatie. Er is wetenschap of een vermoeden over de aard en omvang van de dreiging. Indien uit de analyse blijkt dat een getroffene weliswaar ziek is, maar wanneer het volgens de IZB-arts niet aannemelijk is dat dit veroorzaakt wordt door een (ernstige) besmettelijke ziekte, dan voert AMS haar reguliere beleid uit met betrekking tot opvang en vervoer. Indien tot ziekenhuisopname besloten wordt, zal dit door AMS via de meldkamer geregeld worden. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot

Wie

GGD

Bepaalt welke maatregelen voor opvang, vervoer en doorreisbeleid getroffen dienen te worden.

Arts IZB

AAS

Draagt zorg voor (eerste) opvang.

AOM

10.6.1. Opvang op Schiphol (individuele getroffene) Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen dienen te worden wanneer vervoer van de getroffene naar het ziekenhuis (nog) niet aan de orde is, of wanneer een getroffene afgezonderd dient te worden in afwachting van vervoer naar elders. Op Schiphol is een ruimte beschikbaar waar de getroffene wordt opgevangen. Hier kan eventueel aanvullend onderzoek gedaan worden of nadere informatie en instructies verstrekt worden. De ruimte is zo ingericht dat verder besmettingsgevaar voorkomen wordt.

- 35 -

Twee situaties zijn te onderscheiden: 1. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een ziekte in groep A. 2. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte. Acties


Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een ziekte in groep A.

1.

De crisisbestrijding staat onder nationale regie. Burgemeester blijft verantwoordelijkheid houden, tenzij minister anders bepaalt. De regionale crisisorganisatie kan instructies krijgen van de landelijke crisisorganisatie.

2.

IZB-arts voert overleg met LCI.

3.

AAS draagt zorg voor isolatieruimte.

4.

AAS draagt zorg voor een opvangruimte waar de overige passagiers onderzocht en/of geïnformeerd kunnen worden.

IZB-arts adviseert crisisorganisatie om indexpatiënt te isoleren en waar (in welk ziekenhuis) dit te doen. Zie bijlage 23: Gespecialiseerde centra. De burgemeester verstrekt beschikking voor opname en onderzoek. Zie bijlage 14: Beschikking m.b.t. personen.

Zie protocol 10.7. Protocol groep getroffenen follow up.

Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte. 1.

IZB-arts bepaalt of de aard van de vermoedelijke besmetting tot speciale maatregelen moet leiden met betrekking tot de eerste opvang.

2.

AAS draagt zo nodig zorg voor een opvangruimte waar de overige passagiers onderzocht en/of geïnformeerd kunnen worden.

Zie protocol 10.7. Protocol groep getroffenen follow up.

10.6.2.Vervoer (individuele getroffene) Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden wanneer een (mogelijk besmettelijke) getroffene naar een ziekenhuis of naar het woonadres vervoerd moet worden. Dit dient zo spoedig mogelijk te gebeuren, waarbij rekening gehouden moet worden met mogelijke bijzondere eisen die aan een ziekenhuis gesteld worden, gezien de aard van de (mogelijke) besmetting. Drie situaties zijn te onderscheiden: 1. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een ziekte in groep A. 2. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is noodzakelijk. 3. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is niet noodzakelijk. Acties


Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een ziekte in groep A. 1.

De crisisbestrijding staat onder nationale regie. Burgemeester blijft verantwoordelijkheid houden, tenzij minister anders bepaalt. De regionale crisisorganisatie kan instructies krijgen van de landelijke crisisorganisatie.

2.


3.

IZB-arts draagt in opdracht van de crisisorganisatie zorg voor de afstemming met de meldkamer en de ambulance over de bestemming.

4.

IZB-arts geeft voorwaarschuwing aan ziekenhuis, wanneer isolatie noodzakelijk is.

Zie bijlage 23: Gespecialiseerde centra.

Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is noodzakelijk: 1.

IZB-arts bepaalt naar welk ziekenhuis de getroffene vervoerd dient te worden.

2.

IZB-arts draagt zorg voor de afstemming met de meldkamer en de ambulance over de bestemming.


Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is niet noodzakelijk: 1.

IZB-arts bepaalt dat getroffene naar elders (doorgaans huisadres) vervoerd kan worden.

2.

AMS of IZB-arts regelen via meldkamer een ambulance (indien noodzakelijk).

- 36 -

Zie ook protocol 10.6.3. Doorreisbeleid (individuele getroffene).

10.6.3. Doorreisbeleid (individuele getroffene) Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden wanneer bij een getroffene weliswaar de wetenschap of het vermoeden bestaat van een besmettelijke ziekte, maar wanneer een ziekenhuisopname niet noodzakelijk is. Deze persoon kan onder voorwaarden verder reizen. Er zijn twee bijzondere voorwaarden die in een beperkt aantal gevallen opgelegd kunnen worden: thuisquarantaine en beroepsverbod. Deze worden in de volgende paragraaf afzonderlijk behandeld. Acties


1.

IZB-arts bepaalt of getroffene Schiphol kan verlaten en bepaalt de voorwaarden Voor thuisquarantaine en beroepsverbod ,zie toelichting 10.6.4.

Zie ook bijlage 24:Voorbeelddocumenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1)

2.

IZB-arts informeert getroffene mondeling en versterkt zo mogelijk schriftelijke informatie.

Zie bijlage 13: Monitoring van contacten Zie bijlage 19: Brief monitoring

Indien de getroffene in Nederland woonachtig is: 3.

IZB-arts neemt contact op met huisarts van de getroffene, en bespreekt de casus. Parameters worden afgesproken waarop monitoring plaatsvindt.

4.

IZB-arts neemt contact op met andere GGD (indien buiten regio Kennemerland) en draagt de casus over.

Indien de getroffene buiten Nederland woonachtig is: 3.

IZB-arts neemt contact op met LCI.

10.6.4.Thuisisolatie en beroepsverbod (individuele getroffene) Op basis van artikel 35 respectievelijk artikel 38 WPG kan een getroffene gedwongen worden tot thuisisolatie of een beroepsverbod. Dit kan voor thuisquarantaine alleen wanneer sprake is van een ziekte uit groep A en B1.Voor een beroeps verbod kan het alleen wanneer sprake is van een ziekte uit groep A, B1 of B2. In deze situaties zal altijd sprake moeten zijn van een maatregel die door de burgemeester wordt opgelegd. In de bijlagen zijn voorbeeldbeschikkingen opgenomen (bijlage 15 mbt quarantaine en bijlage 16 mbt werkverbod). Het OM wordt door de gemeente zo spoedig mogelijk op de hoogte gesteld. De IZB-arts zal een dergelijk advies over een getroffene pas geven na overleg met het LCI. Het LCI en de betrokken gemeente (GGD) zullen zich vervolgens nader buigen over de invulling.

10.7. Protocol groep getroffenen follow up Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden gericht op een groep getroffenen bij wie een besmettelijke ziekte is geconstateerd of wordt vermoed. Dit protocol bestaat uit de volgende onderdelen - opvang - vervoer Voor individuele getroffenen wordt verwezen naar het protocol ‘individuele getroffene follow-up’. Door middel van de risicoanalyse heeft GGD Kennemerland een gemotiveerde inschatting gemaakt van de situatie. Er is wetenschap of een vermoeden over de aard en omvang van de dreiging. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot:

Wie

GGD

Bepaalt welke maatregelen mbt opvang, vervoer en doorreisbeleid getroffen dienen te worden.

Arts IZB

AAS

Draagt zorg voor (eerste) opvang.

AOM

Gemeente

Draagt zorg voor vervolgopvang.

Burgemeester

- 37 -

10.7.1. Opvang op Schiphol (groep getroffenen) Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen dienen te worden wanneer vervoer van een groep getroffenen naar een ziekenhuis (nog) niet aan de orde is, of wanneer een groep getroffenen afgezonderd dient te worden in afwachting van vervoer naar elders. Op Schiphol is een ruimte beschikbaar waar de groep getroffenen wordt opgevangen. Hier kan eventueel aanvullend onderzoek gedaan worden of nadere informatie en instructies verstrekt worden. De ruimte is zo ingericht dat verder besmettingsgevaar voorkomen wordt. De LCI geeft aan dat aan een quarantaineruimte de volgende eisen gesteld worden: De quarantaine faciliteiten mogen niet in contact staan met andere gebouwen en/of voorzien zijn van luchtverversing en/of airco die door middel van luchtstromen in ander gedeelten van het complex terecht kunnen komen. Gericht toezicht is noodzakelijk en het toelaten van mensen zonder recente vaccinatie is verboden. Drie groepen zijn te onderscheiden: 1. Getroffenen waarbij de wetenschap of het vermoeden bestaat van een ziekte in groep A. 2. Getroffenen waarbij de wetenschap of het vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte. 3. Mensen die (waarschijnlijk) niet ziek zijn, maar die wel geïnformeerd/onderzocht moeten worden (niet direct getroffenen). Uiteraard kan er ook een groep zijn die als gevolg van een dreigende infectieziektecrisis strandt op Schiphol, maar zelf geen indexpatiënten/contacten bevat en ook geen specifieke vervolgacties behoeft. Deze groep(en) worden door AAS opgevangen, conform de eigen interne draaiboeken. Acties


Getroffenen waarbij de wetenschap of het vermoeden bestaat van een ziekte in groep A 1.

De crisisbestrijding staat onder nationale regie. Burgemeester blijft verantwoordelijkheid houden, tenzij minster anders bepaalt. De regionale crisisorganisatie kan instructies krijgen van de landelijke crisisorganisatie.

2.

AAS draagt zorg voor quarantaineruimte voor eerste opvang.

AAS zal overwegen de passagiers/crew in het vliegtuig te laten, totdat vervoer naar elders geregeld is. Andere optie is opvang in het busstation G-pier.

3.

Crisisorganisatie organiseert de (vervolg)opvang van getroffenen.

Gereedmaken van (gemeentelijke) opvangruimte.

Getroffenen waarbij de wetenschap of het vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte. 1.

IZB-arts bepaalt of de aard van de vermoedelijke besmetting tot speciale maatregelen moet leiden met betrekking tot de eerste opvang.

2.

AAS draagt zo nodig zorg voor (quarantaine)ruimte tbv eerste opvang.

AAS heeft hiervoor busstation G-pier beschikbaar.

3.

Crisisorganisatie organiseert de (vervolg)opvang van getroffenen .

Gereedmaken van (gemeentelijke) opvangruimte.

Mensen die (waarschijnlijk) niet ziek zijn, maar die wel geïnformeerd/onderzocht moeten worden. 1

IZB-arts bepaalt wie aanvullend geïnformeerd/onderzocht moeten worden.

2.

AAS draagt zorg voor een opvangruimte waar de passagiers onderzocht en/of geïnformeerd kunnen worden.

10.7.2.Vervoer (groep getroffenen) Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden wanneer een of meerdere groepen van (mogelijk besmettelijke) getroffenen naar een ziekenhuis, opvangadres of naar het woonadres vervoerd moeten worden. Dit dient zo spoedig mogelijk te gebeuren, waarbij rekening gehouden dient te worden met mogelijke bijzondere eisen die aan een locatie gesteld worden, gezien de aard van de (mogelijke) besmetting, Drie situaties zijn te onderscheiden: 1. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een ziekte in groep A. 2. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is noodzakelijk. 3. Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is niet noodzakelijk.

- 38 -

Acties


Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een ziekte in groep A. 1.

De crisisbestrijding staat onder nationale regie. Burgemeester blijft verantwoordelijkheid houden, tenzij minster anders bepaalt. De regionale crisisorganisatie kan instructies krijgen van de landelijke crisisorganisatie.

2.


3.

IZB-arts draagt in opdracht van de crisisorganisatie zorg voor de afstemming met de meldkamer en de ambulance over de bestemming.

4.

IZB-arts geeft voorwaarschuwing aan ziekenhuis, wanneer isolatie noodzakelijk is.


Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is noodzakelijk. Zie bijlage 23: Gespecialiseerde centra.

1.

IZB-arts adviseert naar welk ziekenhuis de getroffenen vervoerd dienen te worden.

2.

IZB-arts draagt zorg voor de afstemming met de meldkamer en de ambulance over de bestemming.

Wanneer wetenschap of vermoeden bestaat van een andere (ernstige) besmettelijke ziekte en ziekenhuisopname is niet noodzakelijk.

1.

Arts IZB bepaalt dat getroffenen naar elders (doorgaans opvang- of woonadres) vervoerd kunnen worden.

Bij vervoer naar woonadres zie protocol 10.6.3. Doorreisbeleid (individuele getroffene).

2.

Crisisorganisatie regelt vervoer.

Indien noodzakelijk.

10.8. Protocol quarantaine van contacten Toelichting: Dit protocol beschrijft welke maatregelen genomen moeten worden wanneer één of meerdere getroffenen in quarantaine ondergebracht moeten worden. Onder quarantaine wordt hier het verblijf verstaan van een persoon die door contact mogelijk besmet is met een infectieziekte behorende tot groep A. Het gaat hier nadrukkelijk om de contacten. Wanneer het de indexpatiënt zelf betreft wordt verwezen naar het protocol ‘individuele getroffene follow up’ (10.6). daar wordt ook thuisquarantaine besproken. Taakverantwoordelijkheid: In dit geval is sprake van een A-ziekte. De crisisbestrijding staat onder nationale regie. Burgemeester blijft verantwoordelijkheid houden, tenzij minster anders bepaalt. De regionale crisisorganisatie kan instructies krijgen van de landelijke crisisorganisatie. Organisatie

Met betrekking tot

Wie

GGD

Overleg met LCI

IZB-arts

GGD

Advies aan crisisorganisatie over noodzaak tot quarantaine

IZB-arts

Crisisorganisatie

Bepalen of quarantaine als maatregel opgelegd dient te worden

Gemeente

Besluit tot quarantaine (incl. beschikking)

Burgemeester

AAS

Beschikbaar stellen eerste opvang

AAS

Crisisorganisatie

Vervoer getroffen(en)

- 39 -

Proces ‘quarantaine van contacten’ Acties


1.

De arts IZB informeert en adviseert crisisorganisatie over feitelijke situatie.

2.

De landelijke crisisorganisatie verzoekt de burgemeester tot in quarantaine houden van contact(en).

Krachtens artikel 35 WPG.

3.

AAS vangt contacten op in quarantaineruimte, in afwachting van vervoer naar andere locatie.

Instructies van landelijke crisisorganisatie worden opgevolgd. (vervolg)locatie is afhankelijk van precieze aard en omvang besmetting.

4.

Afhankelijk van het aantal risicocontacten organiseert crisisorganisatie vervoer naar quarantainevoorziening.

Zie Protocol 10.6.2.Vervoer (individuele getroffene). Zie Protocol 10.7.2.Vervoer (groep getroffenen). Zie bijlage 23: Gespecialiseerde centra.

5.

Gemeente informeert het OM.

6.

Burgemeester geeft formele beschikking af.

Zie bijlage 15: Beschikking met betrekking tot personen.

10.9. Protocol informatievoorziening/voorlichting Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden wanneer nadere informatie verstrekt dient te worden bij een (dreigende) infectieziekte. De doelgroep kan omvangrijk zijn: • de indexpatiënt • de risicocontacten • de directe relaties van de getroffenen (verwanten etc.) • het personeel • de directe omgeving op Schiphol (wachtenden, overige passagiers) • de burgers buiten Schiphol (regionaal en landelijk) Eenduidige en snelle informatievoorziening door de verantwoordelijke organisaties is cruciaal. Door het gebruik van mobiele communicatiemiddelen (van passagiers, wachtenden op Schiphol, etc) is het risico groot dat onjuiste of onvolledige informatie snel een groot publiek bereikt. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot:

Wie

LCI (RIVM)

Ondersteuning bij (publieks)voorlichting.

GGD

Adviseert welke informatie verstrekt wordt en hoe.

Arts IZB

AAS en GGD

Informeren van passagiers, crew en medewerkers.

AOM en Arts IZB

Gemeente/ Voorlichtingsteam (VLT)

Informatievoorziening/voorlichting vanaf GRIP 2 en hoger conform CBP-Schiphol.

Voorzitter VLT

Proces ‘informatievoorziening/voorlichting’ Acties

- 40 -


1.

Arts IZB adviseert, of wordt om advies gevraagd, over de inhoud van de informatievoorziening.

2.

Arts IZB en AOM treden in overleg over de inhoud van de informatie, de vorm waarin deze verspreid wordt en de doelgroep.

3.

AOM draagt na de inhoudelijke afstemming zorg voor de aanmaak en verspreiding van de informatie aan passagiers, crew en medewerkers.

Zie bijlagen 17 en 18: Voorbeeldbrief incident on board, bijlage 19: Voorbeeldbrief monitoring en bijlage 24: Voorbeelddocumenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1).

10.10. Protocol actieve surveillance Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden om zo vroeg mogelijk te kunnen signaleren of een mogelijk besmette persoon symptomen van de besmettelijke ziekte vertoont. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot

Wie

GGD

Actieve surveillance

Arts IZB

Proces actieve surveillance Acties


1.

Arts IZB bepaalt bij welke personen, welke parameters bijgehouden moeten worden en door wie.

2.

Arts IZB draagt zorg voor juiste informatie en registratie.

3

GGD verpleegkundigen houden de parameters van de betrokkene(n) bij.

4a.

Wanneer na de termijn de resultaten negatief blijven wordt de getroffene naar huis gestuurd door Arts IZB.

4b.

Wanneer binnen de termijn de resultaten positief zijn wordt door arts IZB het protocol ‘individuele getroffene follow up’ gevolgd.

Zie bijlage 13 Formulier monitoring contact. + bijlage 19 Brief monitoring.

In bovenstaande beschrijving wordt ervan uitgegaan dat de getroffene zich nog op de luchthaven bevindt. De getroffene kan ook naar huis gestuurd worden en vandaar onder surveillance gehouden worden. Zie hiervoor onder het protocol 10.6.3. Doorreisbeleid (individuele getroffene). De GGD van de betreffende regio zal dit uitvoeren. Deze GGD wordt verzocht om bij positieve resultaten op de parameters dit onmiddellijk te melden aan GGD Kennemerland. Dit kan resulteren in diverse vervolgacties voor GGD Kennemerland als contactopsporing achteraf (zie 10.4. Protocol contactonderzoek achteraf).

10.11. Protocol internationale opsporing Toelichting: Dit protocol beschrijft welke acties ondernomen moeten worden wanneer GGD Kennemerland het vermoeden of wetenschap heeft van een infectieziekte met risiconiveau III of II, waarbij de indexpatiënt zich (inmiddels) in het buitenland bevindt en/of waarbij potentieel besmette contacten (inmiddels) in het buitenland verblijven. Het National Focal Point van het CIb (NFP) kan vervolgens zo nodig in contact treden met de NFP in andere landen voor bron- en contactonderzoek. Verantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot:

Wie

AAS

Aanleveren passagiersinformatie.

AOM

GGD

Passagierinformatie doorgeven aan NFP (RIVM).

Arts IZB

Proces ‘internationale opsporing’ Acties


1.

Arts IZB verzoekt AAS om de passagiersinformatie.

2.

Arts IZB speelt gegevens door een NFP, vergezeld met een toelichting over aard en omvang van dreiging.

De internationale opsporing is nog onderwerp van overleg tussen Cib (National Focal Point) en GGD Kennemerland. Afhankelijk van de uitkomst zal dit protocol aangepast worden.

10.12. Protocol oproepen GGD Medewerkers Toelichting Wanneer een (dreigende) calamiteit zich voordoet worden GGD-medewerkers opgeroepen om op een bepaalde locatie samen te komen. Taakverantwoordelijkheid: Organisatie

Met betrekking tot:

Wie

GGD

Oproepen GGD Medewerkers.

Directeur GGD

- 41 -

Lijst van op te roepen medewerkers Er is een lijst van GGD-medewerkers en GGD-artsen infectieziekten (zie bijlage 7) die opgeroepen kunnen worden bij (dreigende) calamiteiten. Deze personen hebben toegangspassen die zijn opengesteld voor 24-uurs-entree in het gebouw Spaarnepoort. Locatie van opkomst Tenzij anders gemeld wordt komen de GGD-medewerkers bijeen in het GGD-gebouw op Spaarnepoort 5 of de Zijlweg 200, wanneer vervoer naar Schiphol noodzakelijk is. Proces ‘oproepen GGD-medewerkers tijdens kantoortijden’ Acties


1.

Directeur GGD bepaalt vanuit welke locatie gewerkt wordt (Spaarnepoort of Schiphol).

2.

Directeur GGD geeft secretariaat AGZ opdracht tot alarmeren van medewerkers.

3.

Secretariaat AGZ belt medewerkers GGD.

4.

Medewerkers verzamelen zich afhankelijk van de opdracht: - Op de eigen werkplek (Spaarnepoort 5). - Op de Zijlweg 200, wanneer vervoer naar Schiphol noodzakelijk is.

Zie bijlage 7: namen en functies GGD-medewerkers ten behoeve van oproepen.

Proces oproepen GGD-medewerkers buiten kantoortijden Acties

Verwijzing/toelichting Directeur GGD bepaalt vanuit welke locatie gewerkt zal worden (Spaarnepoort of Schiphol).

1.

Directeur GGD geeft dienstdoende arts IZB of dienstdoende verpleegkundige IZB de opdracht tot alarmeren van de medewerkers.

Zie bijlage 7: namen en functies GGD-medewerkers t.b.v oproepen.

2.

dienstdoende arts IZB of dienstdoende verpleegkundige IZB zet interne oproepprocedure in gang.

Hiervoor is onder de medewerkers een ‘belboom’ verspreid met namen en telefoonnummers.33

3.

Medewerkers GGD volgen de oproepprocedure en reizen, afhankelijk van de opdracht,

Verzamellocaties: Spaarnepoort 5 (verder bij 4) of Zijlweg 200, wanneer vervoer naar Schiphol noodzakelijk is. Daar worden verdere instructies gegeven.

(Aan- en afmeld)procedure GGD medewerkers bij samenkomst op Spaarnepoort 5.

4.

Medewerkers GGD melden zich telefonisch bij de beveiliging van het Spaarne Ziekenhuis. - 10 minuten voor aankomst op Spaarnepoort 5. - met de melding dat er sprake is van een infectieziekte.

5.

Na aankomst gaan de GGD medewerkers naar de eigen werkplek.

6.

Indien medewerker(s) GGD langer dan 5 minuten blijft/blijven, meldt de medewerker GGD die als laatste het pand verlaat zich weer bij de medewerker beveiliging. De medewerker GGD meldt dit telefonisch, maximaal 5 minuten voor het verlaten van het pand.

Procedure beveiliging Spaarnepoort 5.

- 42 -

1.

Medewerker beveiliging noteert naam en telefoonnummer GGDmedewerker wanneer GGD medewerker de komst telefonisch heeft aangekondigd.

2.

Medewerker beveiliging gaat direct (binnen 5 minuten) naar Spaarnepoort 5 om pand te openen (ochtendstand), alarm uit te schakelen en lichten aan te doen op de verdiepingen BG, 1 & 2.

3.

Medewerker beveiliging wacht tot medewerker GGD arriveert en stemt af hoe lang medewerker GGD blijft.

4.

Nadat de laatste medewerker het pand verlaten heeft, zet medewerker beveiliging de verlichting uit, schakelt het alarm in (avondstand) en sluit het pand.

5.

Medewerker beveiliging noteert alle handelingen en tijdstippen in dagrapportage.

Telefoonnummer: 023 - 890xxxx Verzoek deuren openen, alarm af, licht aan begane grond, 1e en 2e verdieping.

: Amsterdam Airport Schiphol : Actiecentrum GGD : Actiecentrum GHOR : sector Algemene Gezondheidszorg GGD Kennemerland : Airport Medical Services : Airside Operations Manager : Adviseur Openbare Orde en Veiligheid : Bestuurlijk Afstemmingsoverleg

BT (-I) CBP-S Cib COPI CP-AAS CVO GGD GHOR GRIP GROP HS-GHOR IHR IZB KMar LCI LNV LVNL MMT MOTO NFP OCC OMT OP (-I) OT (-I) PSH RGF RIVM VLT VNG VRK V&W VWS WHO WPG WRZO WVR

: Beleidsteam (-IZB) : Crisisbestrijdingsplan Schiphol : Centrum Infectieziektebestrijding : Commando Plaats Incident : Calamiteitenplan Amsterdam Airport Schiphol : Commissie Van Overleg : Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst : Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen : Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure : GGD-Rampen Opvang Plan : Hoofd Sectie GHOR : International Health Regulations : Infectieziektebestrijding : Koninklijke Marechaussee : Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding : Ministerie Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit : Luchtverkeersleiding Nederland : Medisch Mobiel Team : Multidisciplinair Opleiden, Trainen en Oefenen : National Focal Point : Operational Contact Centre : Outbreak Management Team : Operationele Projectgroep (-IZB) : Operationeel team (-IZB) : Psychosociale Hulpverlening : Regionaal Geneeskundig Functionaris :R ijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu :Voorlichtingsteam :Vereniging van Nederlandse Gemeenten :Veiligheidsregio Kennemerland : Ministerie van Verkeer en Waterstaat :M inisterie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport : World Health Organisation : Wet Publieke Gezondheid : Wet Rampen en Zware Ongevallen. : Wet Veiligheidsregio’s

BR (-I)

Afkortingen

AAS AC-GGD AC GHOR AGZ AMS AOM AOV BAO

: Bestuurlijke Regiegroep (-IZB)

- 43 -

- 44 -

Nummer

Onderwerp

Pagina

1.

Achtergrondinformatie over (de uitvoering van) de WPG

46

2.

Meldingsplichtige ziekten uit groep A, B1, B2 en C

47

3.

IHR Annex 9

48

4.

AAS-Besluitvormingsprocedure scenario infectieziekten CP AAS

49

5.

Intern meldingsformulier indexpatiënten

50

6.

Intern registratieformulier risicocontacten

51

7.

Namen en functies GGD-medewerkers tbv oproepen

52

8.

Voorraad middelen en materialen en beheer

53

9.

Bestellen en levering middelen en materialen

55

10.

Opslag middelen en materialen

56

11.

Vervoer middelen en materialen

56

12.

Instructie persoonlijke beschermingsmiddelen

57

13.

Formulier monitoring contacten

58

14.

Beschikking mbt personen: opname en onderzoek

59

15.

Beschikking mbt personen: quarantaine en onderzoek

60

16.

Beschikking mbt personen: werkverbod

61

17.

Letter to inform passengers: incident on board

62

18.

Brief ter informatie aan passagiers, incident aan boord

643

19.

Brief monitoring

64

20.

Programmaopzet Opleiden, trainen en oefenen (OTO)

65

21.

Bestelformulier middelen en materialen

66

22.

Controlelijst voorraden t.b.v. Schiphol of GGD

67

23.

Gespecialiseerde centra

69

24.

(Voorbeeld)documenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1)

70

25.

Voetnoten

73

- 45 -

DRAAIBOEK WPG Schiphol GGD Kennemerland Bijlagen

Bijlagen

BIJLAGE 1 Achtergrondinformatie over (de uitvoering van) de WPG Samenvatting van de beleidsnotitie ‘Infectieziektebestrijding geborgd’ over de invoering van de WPG. (GGD Kennemerland, juli 2008). De Wet Publieke Gezondheid, ingegaan op 1 december 2008, vervangt de Quarantainewet, De Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid en de Infectieziektewet. De wet is mede gebaseerd op de nieuwe Internationale Gezondheidsregeling van de Wereldgezondheidsorganisatie. Wereldwijd is extra zorg en aandacht noodzakelijk voor de bestrijding van infectieziekten. De WPG beschrijft de infectieziekten, deelt ze in naar drie hoofdcategorieën van dreiging en beschrijft per categorie welke acties noodzakelijk zijn indien de ziekte zich (lijkt) te openbaren. Onder meer worden nieuwe eisen gesteld aan de meldingsplicht bij calamiteiten richting burgemeester, minister en het RIVM. De wet beschrijft tevens aan welke voorwaarden organisaties moeten voldoen om paraat te zijn om eventuele infectieziekten te kunnen bestrijden/voorkomen. Een adequaat opererende GGD is hierbij een basisvoorwaarde. In de regio Kennemerland vragen de luchthaven Schiphol en de havens van Velsen/Beverwijk extra aandacht. In de wet zijn dit plaatsen van binnenkomst waaraan extra eisen gesteld worden. Schiphol valt onder categorie A, de haven van Velsen onder categorie B. Beide dienen een noodplan op te stellen, maar voor Schiphol wordt bepaald dat een parate crisisdienst aanwezig moet zijn en extra voorzieningen voor ontsmetting van mensen en goederen getroffen moeten worden (zoals quarantaine ruimte). Hoewel dit niet wettelijk bepaald is, zal GGD Kennemerland ook de haven van Beverwijk extra aandacht geven in het uitvoeringsbeleid. In de WPG wordt verder aandacht geschonken aan gezondheidsdocumenten.Voor de regio zijn in het bijzonder de certificaten (tot vrijstelling) van sanitaire controle van schepen van belang. De wet geeft aan wie de verantwoordelijkheid draagt bij calamiteiten. De burgemeester krijgt expliciete bevoegdheden. In zeer dreigende situaties gaat de verantwoordelijkheid over naar de Minister van VWS. De samenhang met andere wet- en regelgeving met betrekking tot rampenbestrijding is evident. De afstemming en de samenwerking met andere diensten is noodzakelijk, evenals de afstemming op andere rampenplannen, regionaal en lokaal. Afhankelijk van de ernst van de infectieziekte zal opschaling nodig zijn. In de wet is daarbij congruentie van gebied en bevoegdheden een uitgangspunt. Om de aansturing te borgen dienen het werkingsgebeid van de samenhangende wetten en plannen zoveel mogelijk overeen te komen en onder dezelfde eindverantwoordelijke te vallen.

- 46 -

BIJLAGE 2 Meldingsplichtige ziekten uit Groep A, B1, B2 en C Onverwijlde melding

Melding binnen 24 uur

Groep A

Groep B1

Groep B2

Groep C

Pokken

Humane infectie veroorzaakt door een aviair influenzavirus

Buiktyfus

Antrax

Polio

Difterie

Cholera

Bof

Pest

Hepatitis A

Botulisme

Rabiës

Hepatitis B

Brucellose

Tuberculose

Hepatitis C

Gele koorts

Virale hemorragische koorts (zoals Krim-Congo, Lassa, Filo)

Kinkhoest

Hantavirus-infectie

Mazelen

Haemophilus influenzae-infectie

Paratyfus

Pneumokokken-ziekte

Rubella

Legionellose

Shigellose

Leptospirose

Shigatoxineproducerende Escherichia coli/ enterohemorragische Escherichia coli-infectie

Listeriose

Severe acute respiratory syndrome (SARS)

Invasieve groep A-streptokokkeninfectie Voedselinfectie voor zover vastgesteld bij 2 of meer patiënten met een onderlinge relatie wijzend op voedsel als een bron

Malaria

Meningokokken-ziekte MRSA-infectie Psittacose Q-koorts Tetanus Trichinose West-Nilevirusinfectie Ziekte van Creutzfeldt-Jakob (klassieke en variantvorm)

(bron RIVM)

- 47 -

BIJLAGE 3 IHR Annex 9

- 48 -

BIJLAGE 4 AAS-Besluitvormingsprocedure scenario infectieziekten CP AAS Gezagvoerder meldt mogelijke besmetting

OCC alarmeert AOM Schiphol

LVNL alarmeert AOM Schiphol

AOM start CVO op Alarmvorm Mogelijk Besmettingsgevaar

ja

Arts AMS en AOM voeren overleg over indicatoren en te nemen acties

Tijd voor beeldvorming en triage op afstand voor landing? nee

Info genoeg voor indicatie risico-inschatting 0/I ?

Overleg met arts IZB Anamnese op afstand faciliteren door AOM koppelen telefoonVHF (DEF)

nee

ja

Alarmvorm Besmettingsgevaar Klein Risicoinschatting 0/I draaiboek WPG Vliegtuig naar Gate

ja

Info genoeg voor indicatie risico-inschatting 0/I ?

nee

AMS checkt risicoinschatting, aan Gate

Info genoeg voor werkelijk risico-niveau 0 ?

nee

Overleg met GGD Arts IZB bepaalt werkelijk risiconiveau

Alarmvorm Besmettingsgevaar Groot Risicoinschatting III/II draaiboek WPG Stel Emergency Location (E-Loc) vast Vliegtuig opstellen onder bewaking KMAR

Nader onderzoek door IZB-arts GGD in vliegtuig op E-Loc Bepalen werkelijk risiconiveau

ja Risiconiveau besmetting 0

Risiconiveau besmetting I

Risiconiveau besmetting II

Risiconiveau besmetting III

Normale deboarding Geen aanvullende maatregelen

Opvang in busstation G-Pier Overige acties i.o.m. GGD

Indexpatiënten en risicocontacten naar Quarantaineruimte Rest naar busstation G-pier Overige acties i.om. GGD

Passagiers blijven tot nader orde in vliegtuig. Overige acties i.om. GGD

- 49 -

BIJLAGE 5 Intern meldingsformulier indexpatiënt Onderstaand formulier wordt gehanteerd bij elke melding van een index. Het is digitaal beschikbaar voor de medewerkers GGD Kennemerland en wordt ingevuld onder de verantwoordelijkheid van de arts IZB Voornamen en familienaam: Geslacht: Adres: Postcode + woonplaats: Land: Telefoonnummers: Huis: Mobiel: Werk: Emailadres: Geboortedatum: Huisarts Naam: Adres: Telefoonnummer: Vluchtgegevens: Vluchtnummer: Komend uit: Transfers: Vlucht datum: Stoel nummer: Eerste ziektedag: Aard klachten:

Bezochte plaatsen, landen in de afgelopen … dagen: Contact met zieke personen gehad: Zo ja, waar: Contact met (zieke) dieren gehad: Zo ja, waar en welk dier: Bestaande ziektes, aandoeningen: Medicijngebruik: Malaria tabletten gebruikt ja/nee: Vaccinatie gehad tegen……:

- 50 -

BIJLAGE 6 Intern registratieformulier risicocontacten Onderstaand formulier wordt gehanteerd bij registratie van elk risicocontact. Het is digitaal beschikbaar voor de medewerkers GGD Kennemerland en wordt ingevuld onder de verantwoordelijkheid van de arts IZB. Voornamen en familienaam: Geslacht: Geboortedatum: Adres: Postcode + woonplaats: Land: Telefoonnummers: Huis: Mobiel: Werk: E-mailadres: Huisarts: Naam: Adres: Telefoonnumer: Vluchtgegevens: Vluchtnummer: Komend uit: Transfers: Vluchtdatum: Stoelnummer:

Toelichting/bijzonderheden:

- 51 -

BIJLAGE 7 Namen en functies GGD-medewerkers tbv oproepen en callcenter, per juli 2010 kamer nummer

- 52 -

Functie

Naam

toestel nr

1.15

Arts IZB / RSU

A. d.V.

618

1.15

Arts IZB / RSU

J. d. B. / J. R.

745

1.15

Arts IZB / RSU

R. A. / G. W.

634

1.16

VK IZB / RSU

M. E.

746

1.16

VK IZB / SOA

S. B.

631

1.17

VK SOA / VK TBC

E. d. H.

747

1.17

VK SOA / RSU

E. A.

748

1.18

VK TBC / IZB

R. B.

628

1.18

VK SOA

S. L. / K. v. d. M.

749

1.35

VK THZ / RSU

M. S. / D. G.

783

1.35

VK THZ

S. v. E.

784

1.36a

VK THZ

C. v. Z.

787

1.36a

VK THZ

N. S.

785

1.36a

Medewerker THZ

T. H.

648

1.36a

VK THZ

D. d. G. / M. S.

646

1.36a

VK THZ

I. E.

786

1.37

VK THZ

A. d. H.

788

1.37

VK THZ / RSU

M. L.

789

1.38

Teammanager

M. S.

697

1.39

VK / IZB / RSU

W. R.

658

1.39

VK IZB / RSU

S. v. E.

698

2.27

Sectormanager AGZ

P. K.

617

BIJLAGE 8 Voorraad middelen en materialen en beheer Wanneer de voorraad niet toereikend is (onder meer bij calamiteiten): zie bestellen en levering middelen en materialen (bijlage 9) Artikel

Voorraad personeel op GGD

Start voorraad personeel op AAS

Wegwerphandschoenen maat S

100

Wegwerphandschoenen maat M

100

100

Wegwerphandschoenen maat L

100

100

Beschermingsbril

40

10

FFP3 mondmaskers

80

20

Half gelaatsmasker + filter

5

Overall met muts Tyvek

40

Overall met muts Tychem

5

Schoenbescherming

80

Overschoen Tyvek

10

Plastic overschort

100

400

10

20

Doktersjas

2

2

Koortsthermometer

16

4

Thermometerhoesjes

1000 (min. 400)

100 (min. 450)

Oorthermometer

Voorraad passagiers

3

Oortrechtertjes voor thermometer

400

Alcohol 70% 100 ml

24

2

Desinfecterende handgel

45

5

Steriele gaasjes 10x10 cm

540

60

Celstofdeppers 4x5 cm

200

40

Pleister rudasilk

10

10

Peha-haft fixatie

2

Bloeddrukmeter automatisch

1

Stetoscoop

1

Tongspatels

100 (min25)

100 (min25)

Spuugzakken

100

20

Wattenstok met medium (rode dop) (viraal)

10

5

Wattenstok met medium (oranje dop) (keel/neus)

10

5

Watstok met medium (rose dop) (bacterieel)

10

5

Faeces potje (blauwe dop)

10

5

Urine potjes (witte dop)

10

5

Sputum potjes (rode dop)

10

5

Droge wattenstok

10

5

Stolbuizen

10

5

Bloedafname naald+houder

12

6

Bloedafname huls/houder

2

1

Naaldencontainertje

2

1

- 53 -

BIJLAGE 8 vervolg Voorraad middelen en materialen Voorraad personeel op GGD

Start voorraad personeel op AAS

Stuwband

2

1

Streeklab formulieren diagnostiek

10

10

Streeklab formulieren serologie

10

10

Aviair influenza (Resp) setje RIVM

4

1

Exantheem setje RIVM

4

1

Noro (Gastro) setje RIVM

4

1

Blauwe ton medisch afval

5

Rol afvalzakken

2

Doos tissues

3

Pennen

30

Schrijfblok

6

Papieren versie draaiboek

1

1

Contact registratieformulier

100

20

Klachten registratieformulier

100

20

Laptop met mobiel internet

3

T-shirts/hesje

25

Controlelijst voorraad

1

Artikel

Voorraad passagiers

1

Voorraadbeheer De sociaal verpleegkundige IZB van GGD Kennemerland is verantwoordelijk voor de controle van de voorraad aan materialen. Bij binnenkomst van materialen noteert zij, indien van toepassing, de houdbaarheidsdatum op een overzichtlijst. De volgende controle vindt plaats een maand voor verloop van het eerste artikel of nadat ervan gebruik is gemaakt bij een incident op Schiphol. De controle van de kleine startvoorraad op Schiphol wordt 2x per jaar gedaan door de arts infectieziekten GGD Kennemerland, als deze op Schiphol is voor overleg. Bij tussendoor gebruik moet de arts GGD/AMS dit doorgeven aan sociaal verpleegkundige IZB GGD zodat deze kan bestellen. De controlelijst ligt bij de voorraad bij GGD Kennemerland en AMS en bij de verpleegkundige IZB. Zie ook bijlagen 9, 21 en 22.

- 54 -

BIJLAGE 9 Bestellen middelen en materialen NB: Zie voor bestellen buiten kantoortijden cursief dikgedrukte tekst. Leveradres, factuuradres Afleveradres Veiligheidsregio Kennemerland

Factuuradres Veiligheidsregio Kennemerland

GGD Kennemerland Spaarnepoort 5 2134 TM Hoofddorp

GGD Kennemerland Afdeling AGZ, infectieziektebestrijding T.a.v. Dhr. P. K. Postbus 5514 2000 GM Haarlem

Bestellen van persoonlijke beschermingsmaterialen, verband en desinfectie middelen. Persoonlijke beschermingsmaterialen, verband en desinfectie middelen worden bij Acertys besteld. Bij bestelling duidelijk naam van de afdeling (infectieziektebestrijding) en adres Spaarnepoort doorgeven! Klantnummer: 6008940. Website: www.acertys.nl Telefoonnummer tijdens kantooruren: 030-6005050.Voor 12.00 uur besteld, levertijd 2-3 werkdagen. Bij spoed volgende werkdag indien op voorraad Levering buiten kantoortijden in geval van calamiteiten: 030-6005050. Bandje helemaal afluisteren. Je wordt dan doorverbonden met de bewakingsdient die je doorverbindt met de achterwacht of de achterwacht laat terugbellen. Als er een opgeschaalde situatie is en de GHOR moet ook bestellen dan gezamenlijk bestelling plaatsen. Contactpersoon over afspraken die gemaakt zijn: J.H. 06-1348xxxx. De bestelling wordt gedaan door sociaal verpleegkundige IZB van GGD Kennemerland. Bestellen van afnamemateriaal • Bestellen bij Medial Stolbuizen en bloedafnamemateriaal af te halen tijdens kantooruren op Spaarnepoort. Contactpersoon: magazijnmedewerkers, bereikbaar op werkdagen in de ochtend. Materiaal wordt gehaald door sociaal verpleegkundige IZB van GGD Kennemerland. • Bestellen bij streeklaboratorium Verschillende potjes, wattenstokken, verzendmateriaal (blisters, etuis etc). Hebben ook stolbuizen. Contactpersoon streeklaboratorium binnen kantooruren: dienstdoende arts microbioloog, telefoonnummer: 023 5307800. Materiaal wordt gehaald door sociaal verpleegkundige IZB van GGD Kennemerland. Buiten kantooruren: dienstdoende arts microbioloog, telefoonnummer 023-5453545, vragen naar dienstdoende. Bestellen bij RIVM, LIS 1. Bof en exanthemen (incl. mazelen) R. van B. 030-274xxxx, [email protected] 2. Aviaire influenza (respiratoir) 030-274xxxx, [email protected] 030-274xxxx, [email protected] 3. Norovirus (enteraal) H.V. 030-274xxxx [email protected] E. D. 030-274xxxx, [email protected] 4. Emerging infections, bijzondere diagnostiek J. R. 030-274xxxx, [email protected] Dit zijn geen standaard pakketjes, maar J.R. kan adviseren bij diagnostiek, serologie en samenstellen materiaal.

- 55 -

Entrerale en exantheem setjes kunnen alleen tijdens kantooruren besteld worden. Materiaal wordt besteld door sociaal verpleegkundige IZB van GGD Kennemerland. Respiratoire setjes voor aviaire influenza of bv. Sars zijn in noodgevallen ook buiten kantoortijden te bestellen via het LCI, telefoonnummer 030-2747000. Zij zorgen dat materiaal op Schiphol komt en voor evt. (logistieke) ondersteuning. Deze afspraak is gemaakt met Mariken van der Lubben van het LIS. Overige materialen • Spuugzakken; Bestellen bij Cair bv, email: [email protected] • Blauwe tonnen voor besmet medisch materiaal: Bestellen en afvoer via Sita, telefoonnummer 0183-356035. • Vuilniszakken en tissues: Bestellen en/of ophalen bij facilitaire dienst op de Spaarnepoort. • Kantoorartikelen (pennen, schrijfpapier): Bestellen en/of ophalen bij de administratie van de afdeling AGZ van GGD Kennemerland op de Spaarnepoort.

BIJLAGE 10 Opslag middelen en materialen Bij GGD Kennemerland Spaarnepoort Haarlemmermeer Bij GGD Kennemerland ligt de voorraad in de Archiefruimte AGZ nr. 141 op de eerste verdieping. De eerste kast links bevat alle materialen voor de quarantaine functie voor Schiphol. Dit is aangegeven. Alle materialen kunnen bij kamertemperatuur opgeslagen worden. Alle IZB en AGZ medewerkers hebben een sleutel van deze ruimte. Buiten kantoortijden, bij afwezigheid van GGD personeel, heeft de beveiliging van het Spaarne ziekenhuis een moedersleutel. Telefoonnummer 023-890xxxx. Op Schiphol Op Schiphol bij AMS ligt een kleine startvoorraad in 3 koffers in de kast bij de EHBO. Deze voorraad is alleen te gebruiken na overleg met de dienstdoende arts infectieziekten van GGD Kennemerland.

BIJLAGE 11 Vervoer middelen en materialen Vervoer van afnamemateriaal/monsters naar RIVM Vervoer van afnamemateriaal naar het RIVM gebeurt door World Courier Nederland (020 6534141 24u/dag bereikbaar en inzetbaar). Klantnummer: 9xx. World Courier verzorgt het verpakkingsmateriaal indien nodig. World Courier kan van elk adres het afnamemateriaal ophalen. Vervoer van afnamemateriaal /monsters naar Streeklab Haarlem Materiaal wordt in een plastik box verpakt en met een taxi van Schiphol naar het streeklab vervoerd. Vervoer van middelen en materialen van GGD Spaarnepoort naar Schiphol Arts IZB belt de Meldkamer wanneer middelen van Spaarnepoort naar Schiphol vervoerd moeten worden. De Brandweer heeft hiervoor een eigen protocol. Vervoer van afnamemateriaal van Streeklab Haarlem naar Schiphol In opgeschaalde situaties zorgt de crisisorganisatie voor vervoer. Vervoer van afnamemateriaal van RIVM naar Schiphol Dit wordt verzorgd door RIVM. In opgeschaalde situatie zorgt crisisorganisatie voor (begeleiding) vervoer. Vervoer van extra middelen en materialen van Acertys naar Schiphol In opgeschaalde situaties zorgt de crisisorganisatie voor (begeleiding) vervoer. Vervoer naaldencontainers na gebruik Naaldencontainers worden na gebruik op Schiphol mee terug genomen naar GGD Kennemerland en de sociaal verpleegkundige IZB zorgt voor de verdere afvoer. Tijdens incident geeft arts IZB aan dat er iets vervoerd moet worden. In niet opgeschaalde situatie zijn kosten voor GGD Kennemerland. Tijdens opgeschaalde situatie valt dit onder de verantwoordelijkheid van de crisisorganisatie.

BIJLAGE 12 - 56 -

Instructie persoonlijke beschermingsmiddelen Volgorde van aantrekken persoonlijke beschermingsmiddelen 1. Overall • Bedekt volledig het lichaam van nek tot enkels en polsen. 2. Mond/neus masker • Plaats elastieken op het midden van het achterhoofd en in de nek. • Plaats masker over de mond en neus en druk het passend aan rondom de neus en kin. • Controleer of het masker overal goed aan het gezicht aansluit. 3. Bril/goggles • Plaats over de ogen en maak elastiek passend. 4. Muts • Zet de muts van de overall op. 5. Handschoenen • Trek handschoenen aan en trek ze over de manchetten van de overall. Volgorde van uittrekken van persoonlijke beschermingsmiddelen Loop weg bij patiënt. 1. Overall • Voorkant en mouwen van overall zijn besmet! • Rits overall open. • Trek overall uit, keer overall hierbij binnenste buiten. Raak eigen kleding niet aan. • Rol op en gooi in vuilniszak/blauwe ton. 2. Bril/goggles • Voorkant, kijkglas van de goggles is besmet! • Pak de goggles bij de zijkant beet en zet af. • Desinfecteer goggles met een gaas met alcohol 70% en gooi gaas in vuilniszak/blauwe ton. 3. Handschoenen • Buitenkant van handschoenen is besmet! • Pak buitenkant van de handschoen met de andere (behandschoende) hand en trek uit. • Houdt de uitgetrokken handschoen in de behandschoende hand. • Schuif de vingers onder de handschoen van de andere hand bij de pols en trek de handschoen uit over de eerste handschoen. • Gooi handschoenen in vuilniszak/blauwe ton. 4. Mond/neus masker • Voorkant masker is besmet, niet aanraken! • Pak de elastieken en verwijder zo het masker. • Gooi masker in vuilniszak/blauwe ton. Laat ander persoon desinfectie handgel op de handen spuiten, desinfecteer handen. Bind vuilniszak dicht en in schone vuilniszak doen/sluit blauwe ton. Handenwassen en desinfecteren (zie onderstaande werkwijze). Techniek handen wassen met water en zeep 1. Open de kraan. De temperatuur van het water moet behaaglijk zijn voor de handen en het water moet flink stromen. 2. Maak de handen goed nat en voorzie ze vervolgens van een laagje zeep uit een dispenser. 3. Wrijf de handen nu vervolgens gedurende 10 seconden goed over elkaar; vingertoppen (onder de nagels), duimen en gebieden tussen de vingers en de polsen moeten goed worden ingewreven. 4. Spoel de handen goed af. 5. Droog de handen goed af met een papieren handdoek, ook de polsen en de huid tussen de vingers goed drogen. 6. Sluit de kraan met de papieren handdoek. 7. Gooi de papieren handdoek in de afvalemmer. Techniek handen inwrijven met handalcohol 1. Breng minimaal 3 ml handalcohol op de droge handen aan. Het is belangrijk dat voldoende alcohol wordt gebruikt. 2. Wrijf de handen over elkaar tot alle alcohol verdampt is.Vingertoppen, duimen en gebieden tussen de vingers en de polsen moeten goed worden ingewreven.

- 57 -

BIJLAGE 13 Formulier monitoring contact Onderstaand formulieren (zie ook volgende pagina) zijn beschikbaar in het Nederlands en Engels en worden gehanteerd bij monitoring van een risicocontact. Het is digitaal beschikbaar voor de medewerkers van GGD Kennemerland op de AGZ -i schijf en wordt ingevuld/uitgereikt onder de verantwoordelijkheid van de arts IZB. Het formulier wordt uitgereikt samen met een begeleidende brief (voorbeeldbrief monitoring, zie bijlage 19). Voornamen en familienaam: Geslacht: Adres: Postcode + woonplaats: Land: Telefoonnummers: Huis: Mobiel: Werk: Emailadres: Geboortedatum: Huisarts: Naam: Adres: Telefoonnumer: Vluchtgegevens: Vluchtnummer: Komend uit: Transfers: Vlucht datum: Stoel nummer:

Periode monitoring: Actie: Neem bij klachten contact op met de GGD in de buurt. Laat dit formulier zien. Datum

Klachten

Dag 1 Dag 2 Dag 3 Dag 4 Dag ...

Als de periode van monitoring voorbij is, dit formulier a.u.b. retourneren aan: GGD Kennemerland, t.a.v. afd. Infectieziektebestrijding, Antwoordnummer 1xx. 2000 WC Haarlem. Een postzegel plakken is niet nodig.

- 58 -

BIJLAGE 14 Beschikking mbt personen; opname en onderzoek Onderstaande beschikking is ook digitaal beschikbaar voor de medewerkers van GGD Kennemerland op de AGZ-i schijf.

Datum:

Aan: ,

Ter bestrijding van de gevaren van de verspreiding van gelet op de artikelen 31, 32, 33 en 42 en 43 van de Wet Publieke Gezondheid en gezien het advies van van de behandelend arts van GGD Kennemerland, heb ik ten aanzien van u de volgende maatregel(en) genomen. o Opname in ziekenhuis ter isolatie o Geneeskundig onderzoek o Geneeskundig onderzoek in het lichaam De reden voor deze maatregel(en): Het ziekenhuis waar u zult verblijven is: De maatregel(en) duurt/duren naar verwachting tot: De duur van deze maatregel kan op aanwijzing van de Inspecteur voor infectieziekten van de IGZ worden verlengd. Bij de isolatie wordt in ieder geval gelet op: Indien er geneeskundig onderzoek (in het lichaam) plaats vind wordt/worden in ieder geval de volgende handelingen uitgevoerd : door: Bijzondere voorwaarden: De directeur van de ggd is belast met de tenuitvoerlegging van de maatregel(en); zij schakelt daartoe deskundige personen in, zo nodig ook de sterke arm. Nadere instructies zult u van de GGD ontvangen. U zult worden voorzien van een raadsman via de gemeente. Indien u hier bedenkingen tegen heeft kunt u die kenbaar maken. Tevens is het mogelijk bij de rechter van de rechtbank waaronder de locatie van het ziekenhuis valt een verzoekschrift in te dienen om de maatregel op te heffen.

getekend: datum: Burgemeester van: c.c. GGD Kennemerland IGZ

- 59 -

BIJLAGE 15 Beschikking mbt personen; quarantaine en onderzoek Onderstaande beschikking is ook digitaal beschikbaar voor de medewerkers van GGD Kennemerland op de AGZ-i schijf.

Datum:

Aan: ,

Ter bestrijding van de gevaren van de verspreiding van gelet op de artikelen 35, 36 en 42 en 43 van de Wet Publieke Gezondheid en gezien het advies van van de behandelend arts van GGD Kennemerland, heb ik ten aanzien van u de volgende maatregel(en) genomen. o Quarantaine o Geneeskundig onderzoek U zult hierbij onder medisch toezicht worden geplaatst. De directeur van de GGD zal hiervoor een geneeskundige aanwijzen. De reden voor deze maatregel(en): Het adres waar u zult verblijven is: /<woning> De maatregel(en) duurt/duren naar verwachting tot: De duur van deze maatregel kan op aanwijzing van de Inspecteur voor infectieziekten van de IGZ worden verlengd. Bij de quarantaine wordt in ieder geval gelet op: Indien er geneeskundig onderzoek (in het lichaam) plaats vind wordt/worden in ieder geval de volgende handelingen uitgevoerd : door: Bijzondere voorwaarden: De directeur van de ggd is belast met de tenuitvoerlegging van de maatregel(en); zij schakelt daartoe deskundige personen in, zo nodig ook de sterke arm. Nadere instructies zult u van de GGD ontvangen. U zult worden voorzien van een raadsman via de gemeente. Indien u hier bedenkingen tegen heeft kunt u die kenbaar maken. Tevens is het mogelijk bij de rechter van de rechtbank waaronder de verblijfplaats van betrokkene valt een verzoekschrift in te dienen om de maatregel op te heffen. getekend: datum: Burgemeester van: c.c. GGD Kennemerland IGZ

- 60 -

BIJLAGE 16 Beschikking mbt personen; werkverbod Onderstaande beschikking is ook digitaal beschikbaar voor de medewerkers van GGD Kennemerland op de AGZ-i schijf.

Datum:

Aan: ,

Ter bestrijding van de gevaren van de verspreiding van gelet op de artikel 38 van de Wet Publieke Gezondheid en gezien het advies van van de behandelend arts van GGD Kennemerland, heb ik ten aanzien van u de volgende maatregel genomen. o Verbod of beperking van de beroeps- of bedrijfsuitoefening (werkverbod) Voordat deze maatregel wordt uitgevoerd zal uw werkgever worden gehoord door de burgemeester c.q. de hiervoor aangewezen ambtenaar. Indien u hier bezwaar tegen heeft kunt u dit mededelen. De reden voor deze maatregel(en):

De maatregel(en) duurt/duren naar verwachting tot:

De duur van deze maatregel kan op aanwijzing van de Inspecteur voor infectieziekten van de IGZ worden verlengd. Bij de quarantaine wordt in ieder geval gelet op:

Bijzondere voorwaarden:

De directeur van de ggd is belast met de tenuitvoerlegging van de maatregel(en); zij schakelt daartoe deskundige personen in, zo nodig ook de sterke arm. Nadere instructies zult u van de GGD ontvangen.

getekend:

datum:

Burgemeester van: c.c. GGD Kennemerland IGZ

- 61 -

BIJLAGE 17 Voorbeeldbrief (English): Letter to inform passengers, incident on board Onderstaande brief is in het Engels en Nederlands ook digitaal beschikbaar voor de medewerkers van GGD Kennemerland op de AGZ-i schijf.

GGD Kennmerland Afd. Infectieziektenbestrijding Spaarnepoort 5 2134 TM Hoofddorp Netherlands 023-7891612 Mailing address: Postbus 5514 2000 GM Haarlem Netherlands

Date: …………………….. Subject: ……………………… Dear passenger, This letter is to inform you about the medical circumstances [a fellow passenger/fellow passengers] encountered, during flight of from ……. to ………. on which you have just arrived. You might have observed unusual action and movement in the cabin. Suspicion arose that the concerned passenger could suffer from . [Physicians both on board and on the ground/Physicians on the ground] agreed after examination and questioning of the [passenger and his/her travelling companion] [passengers], that a diagnosis could not be established, based on the required conditions and symptoms. It is in no way our intention to alarm you. However, we do want to provide you with further information regarding . is an infection caused by the <pathogen>. The disease is characterized by a combination of the following symptoms: ……………………………………. Furthermore, in the .. days preceding the onset of the symptoms, the patient must have had close contact with …………………. We assume that no other passengers have been infected. In the light of the above mentioned considerations you do not have to observe any restrictions or take any extraordinary measures, unless you develop an illness with the above-mentioned symptoms within … days after having been aboard of the flight mentioned in this letter. In that case we advise you to contact your general practitioner or local health department. We trust that we have been of service to you with this information. Sincerely yours, Medical officer GGD Kennemerland

- 62 -

BIJLAGE 18 Voorbeeldbrief (Nederlands) Brief ter informatie aan passagiers, incident aan boord Onderstaande brief is in het Engels en Nederlands ook digitaal beschikbaar voor de medewerkers van GGD Kennemerland op de AGZ-i schijf.

GGD Kennmerland Afd. Infectieziektenbestrijding Spaarnepoort 5 2134 TM Hoofddorp 023-7891612 Correspondentie uitsluitend: Postbus 5514 2000 GM Haarlem

Datum: Onderwerp:

………….. ……………………

Geachte passagier, Middels deze brief willen wij u informeren over de medische toestand waarin [een passagier/ passagiers] [verkeerde/verkeerden], aan boord van vlucht op van ….. naar ……, waarmee u zojuist bent aangekomen. Wellicht heeft u ongebruikelijke actie en beweging waargenomen in de cabine. Het vermoeden bestond dat de betrokken passagier mogelijkerwijs leed aan . [Artsen aan boord en op de grond / Artsen op de grond] hebben vastgesteld dat na onderzoek en bevraging van de [passagier en zijn/haar reisgenote/ reisgenoot] [passagiers], een -diagnose niet kon worden gesteld, omdat niet aan de vereiste symptomen en voorwaarden werd voldaan. Het is geenszins de bedoeling u met deze brief te verontrusten, maar het lijkt ons goed u nader te informeren over . is een infectieziekte die veroorzaakt wordt door . De ziekte kenmerkt zich door een combinatie van de volgende symptomen:…………. Bovendien moet de patiënt in de .. dagen voorafgaande aan de klachten nauw contact hebben gehad met ….. Wij gaan ervan uit dat er geen mensen zijn besmet zijn. <de ziekte niet van mens op mens overdraagbaar is> Gezien bovenstaande overwegingen is het niet noodzakelijk bijzondere maatregelen te nemen, tenzij u ziek wordt en bovengenoemde symptomen zich openbaren binnen … dagen nadat u aan boord bent geweest van de eerder genoemde vlucht. In dat geval adviseren wij u contact op te nemen met uw (huis)arts of plaatselijke gezondheids dienst.Voor het adres kunt u de volgende website raadplegen: www.ggdkennisnet.nl/kennisnet/inkaart Wij vertrouwen erop dat wij u van dienst geweest zijn met deze informatie. Hoogachtend, Arts infectieziekten GGD Kennemerland

- 63 -

BIJLAGE 19 Voorbeeldbrief (Nederlands): brief monitoring Onderstaande brief is in het Engels en Nederlands ook digitaal beschikbaar voor de medewerkers van GGD Kennemerland op de AGZ-i schijf. De brief wordt uitgereikt samen met het formulier ‘monitoring contact’ (bijlage 13)

GGD Kennmerland Afd. Infectieziektenbestrijding Spaarnepoort 5 2134 TM Hoofddorp Correspondentie uitsluitend: Postbus 5514 2000 GM Haarlem

Datum:

Doorkiesnummer:

Onderwerp:

023-7891612 Contactpersoon:

Ons kenmerk:

Bijlagen(n):

Naam arts GGD

Belangrijke mededeling bestemd voor passagiers komende uit: [Epidemiologische informatie/ vluchtnummer + gegevens] Zoals u wellicht heeft gemerkt is een medepassagier tijdens de vlucht naar Amsterdam ziek geworden. Op dit moment kan niet worden uitgesloten dat deze passagier geïnfecteerd is met …………….. Het is niet onze bedoeling om u ongerust te maken. Echter, in uw en ons belang zijn wij genoodzaakt u informatie te vragen over uw bereikbaarheid in de komende dagen. Wilt u dit noteren op bijgaand formulier. Wilt u de vragen zo nauwkeurig mogelijk beantwoorden en invullen met blokletters. Wat gebeurt er met deze informatie: A. Als uw eindbestemming Nederland is. De door u gegeven informatie zal worden doorgegeven aan de GGD in de plaats waar u woont/ verblijft. De GGD zal vervolgens contact met u opnemen. B. Als u via Amsterdam binnen dagen doorreist naar een bestemming buiten Nederland verzoeken wij u tevens uw adresgegevens aan ons door te geven. Deze informatie zullen wij doorgeven aan de gezondheidszorgautoriteiten van het (de) land(en) van uw bestemming. Gelieve het ingevulde formulier aan de bemanning van uw vlucht vóór de landing te overhandigen. Wij raden u verder aan de komende dagen . Als u last krijgt van <symptoom> wordt u verzocht zelf contact op te nemen met de plaatselijke GGD. Zij zullen u verdere instructies geven. Het adres kunt u vinden op de volgende website: www.ggdkennisnet.nl/kennisnet/inkaart Wij wijzen u er op dat een ernstige en besmettelijke ziekte is. In het belang van uw gezondheid en die van anderen verzoeken wij u dan ook dringend aan deze procedure mee te werken en zeggen u daarvoor bij voorbaat dank. Hoogachtend, Arts Infectieziekten GGD Kennemerland

- 64 -

 

Implementatie WPG op Schiphol

 

 

Doelgroep

Uren per activiteit

GGD afd. infectie ziekten

GGD Overige medewerkers

GHOR tot Copi niveau

OT/BT en AC GHOR

OT/BT Multidisciplinair

Schiphol Beheergroep

Schiphol CVO

Schiphol AMS

Ketenpartners

BIJLAGE 20 Programmaopzet Opleiden, trainen en oefenen (OTO)

 

Aantal personen

 

10

25

50

25

150

15

50

50

100

Nr.

Activiteiten

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

Informatie verstrekking/voorlichting via Nieuwsbrief/website/AGZbijeenkomsten

 

x

x

x

x

x

x

x

x

2

Alarmeringsoefening

1 uur

x

x

 

 

 

 

 

x

3

Opkomst oefening

2 uur

x

x

 

 

 

 

 

 

4

Theorie en instructie monodisciplinair t/m Copi niveau

4 uur

 

 

x

 

 

 

 

x

5

Theorie en toepassing gericht op OT/BT (uitvoering samen met no. 8)

2 uur

 

 

 

x

 

 

 

 

6

Theorie en toepassing (specifiek gericht)

2 uur

 

 

 

 

 

 

x

 

7

Mono niveau kleine oefening

4 uur

x

x

 

 

 

 

 

x

8

Scenario's en dilemma's monodisciplinair (uitvoering samen met no. 4 en 5)

2 uur

 

 

 

x

 

 

 

 

9

Training en casus Multi OT/BT (2 x)

2 uur

 

 

 

x

x

x

 

 

10

Multidisciplinaire eind oefening

4 uur

x

x

x

x

x

x

x

x

 

 

23 uur

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Excl. Ontwikkeluren

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

x

- 65 -

BIJLAGE 21 Bestelformulier persoonlijke beschermingsmaterialen, verband en desinfectiemiddelen Bestelformulier persoonlijke beschermingsmaterialen, verband en desinfectiemiddelen bij Acertys Telefoonnummer: 030-6005050 Klantnummer: 6005592 Product

Verpakkings eenheid

Artikelnummer

Ruimzichtbril goggle ultrav PC

Stuk

AR01920581

Masker libra P3D/V (Sars)

Ds 5 st.

G06970281

Halfg.masker profile2 medi pak + P3 filter (S-M/L-L)

Ds 20 st (kan ook p.st)

99999

Overschoenen tyvek 42 cm

5 paar

AR00180019

Overall tychem C geel (L)

Stuk

AR0463004705

Overschoenen polytethylen blauw

Ds 100 st

N675100

Overall tyvec proshield 30 (L)

Stuk

AR0463083105

Plastik overschort

Ds 100 st

N904140

Sterillium 100 ml

Fles

BSN974170

Gaascompres 10x10 cm “S”12l g

Ds 60 st

N712110

Celstofdeppers 4x5 cm

2x500 st

N208405

Peha-haft 4mx8 cm

Rol

23131-1

Rudasilk 9mx1,25 cm

Rol

N070581-1

Alcohol 70% glas 120 ml

Fles

33205

Handshoen nitril ongepoed. (S)

Ds 100 st

N905551

Handshoen nitril ongepoed. (M)

Ds 100 st

N905552

Handshoen nitril ongepoed. (L)

Ds 100 st

N905553

Thermometer ri-gital

Stuk

R01850

Hoesjes digitale thermometer

Ds 1000 st

26001

Oorthermometer

Stuk

R01805

Navulling trechtertjes voor oor

4x25

R12701

Mondspatels 15 cmx18 mm

Ds 100 st

N922500

Doktersjas opstaande kraag (S/M/L)

Stuk

620603

Bloeddrukmeter Ri-champion N + manchet

Stuk

R01725-145

Stethoscoop duplex zwart

Stuk

R04001-01

Naaldencontainer

Stuk

BD302434

- 66 -

Bestelling

BIJLAGE 22 Controlelijst voorraden tbv Schiphol of GGD Zie voor juiste standaardhoeveelheid bijlage 8. Artikel

Standaard voorraad

Verval datum

Volgende controle

Aantal aanwezig

Aantal bestellen

Controle datum + paraaf

Wegwerphandschoenen maat S Wegwerphandschoenen maat M Wegwerphandschoenen maat L Beschermingsbril FFP3 mondmaskers Overall met muts Tyvek Overall met muts Tychem Schoenbescherming Overschoen Tyvek Plastik overschort Doktersjas Koortsthermometer Thermometerhoesjes Oorthermometer Trechtertjes voor oor Alcohol 70% 100 ml Desinfecterende handgel Steriele gaasjes 10x10 cm Celstofdeppers 4x5 cm Pleister rudasilk Peha-haft fixatie Bloeddrukmeter automatisch Stethoscoop Tongspatels Spugzakken Watstok met medium groen (viraal) Watstok met medium paars (keel/neus) Watstok met medium blauw (bacterieel)

- 67 -

BIJLAGE 22 vervolg Controlelijst voorraden tbv Schiphol of GGD

Artikel Faeces potje (blauwe dop) Urine potjes (witte dop) Sputum potjes (rode dop) Droge wattenstok Stolbuizen Bloedafname naald Bloedafname huls/houder Naaldencontainertje Stuwband Streeklab formulieren diagnostiek Streeklab formulieren serologie Aviaire influenza (Resp) setje RIVM Exantheem setje RIVM Noro (Gastro) setje RIVM Blauwe ton medisch afval Voorraad box vervoer diagnostisch materiaal Rol Afvalzakken Doos Tissues Pennen Schrijfblok Papieren versie draaiboek Registratieformulier risicocontacten Meldingsformulier indexpatiënt Laptop met mobiel internet T-shirts/hesje Controlelijst voorraad

- 68 -

Standaard voorraad

Verval datum

Volgende controle

Aantal aanwezig

Aantal bestellen

Controle datum + paraaf

BIJLAGE 23 Gespecialiseerde centra Gespecialiseerde centra voor behandeling en diagnostiek van geïmporteerde infectieziekten of verdenkingen daarop Infectieziekte, A en B1 (incl. verdenking)

Medisch centrum

Pokken / Variola

Calamiteitenhospitaal UMC Utrecht

Polio

Academisch centrum, bv. VU

SARS

Calamiteitenhospitaal UMC Utrecht

Aviaire influenza

Academisch centrum, bv.VU

Difterie

Ziekenhuis met isolatiemogelijkheid, Kennemer Gasthuis

Pest


Rabiës

AMC, Amsterdam

Bij gedwongen opname ter isolatie

UMCG, locatie Beatrixoord Haren

Tuberculose zonder noodzaak gedwongen opname

Kennemer Gasthuis, Haarlem

Virale hemorragische koorts

LUMC, Leiden

Buitenlandse patiënten met een infectieziekte behorende tot groep B2 en C kunnen over het algemeen opgevangen en behandeld worden in ziekenhuizen in de regio van GGD Kennemerland. Het Kennemer gasthuis is hiervoor het meest aan gewezen. GGD Kennemerland blijft in die gevallen verantwoordelijk voor verdere afhandeling van melding, contactonderzoek en monitoring. Bij Nederlandse patiënten die woonachtig zijn in Nederland kan de patiënt, in geval van een B2 en C aandoening opgenomen worden in een ziekenhuis in de regio waar de patiënt woonachtig is. Gele koorts en antrax, behorende tot groep C, behoeven behandeling in een academisch centrum vanwege de benodigde expertise. Infectieziekte groep C (incl. verdenking)

Medisch centrum

Gele koorts

Academisch centrum, LUMC of VU

Antrax


- 69 -

BIJLAGE 24 (Voorbeeld)documenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1) In 2009 was de Nieuwe Influenza A (H1N1) aanleiding om het (concept)draaiboek in werking te stellen. Specifiek voor deze Grieppandemie zijn vervolgens diverse documenten ontwikkeld, die ook bij toekomstige incidenten zeer bruikbaar zullen zijn. Hieronder wordt een overzicht gegeven van het beschikbare materiaal. Alle documenten zijn voor de geautoriseerde GGD-medewerkers digitaal beschikbaar op de AGZ-i-schijf. Brieven naar aanleiding van Nieuwe Influenza A (H1N1) Doelgroep

Inhoud

opmerking

Vertrekkende passagiers naar Mexico.

Adviezen ter beperking infectierisico

In het Nederlands, Spaans en Engels.

Aankomende passagiers uit Mexico.

Adviezen over te ondernemen actie bij openbaren van verschijnselen.


Bemanningsleden van specifieke vluchten met besmette passagier(s) en besmettingsrisico.

Adviezen over te ondernemen actie. Slikken van antivirale middelen en contact opnemen met lokale GGD.

Bemanningsleden van specifieke vluchten met besmette passagier(s) zonder ingeschat besmettingsrisico.

Informatie over specifiek vlucht en infectiegevaar.

Passagiers zonder ingeschat besmettingsrisico van specifieke vluchten met mogelijk besmette mede-passagier(s).

Informatie en advies over te ondernemen actie mochten verschijnselen toch openbaren.


Passagiers met besmettingsrisico (‘risicocontacten’).

Informeren over vervolg van onderzoek en wijzen op noodzaak tot invullen contactformulier.


Richtlijnen naar aanleiding van Nieuwe Influenza A (H1N1) Naam document

Inhoud

Richtlijn voor crew ‘passagier verdacht van Mexicaanse griep aan boord’ tijdens een vlucht.

Operationalisering van het draaiboek WPG. Specifieke instructies met betrekking tot Nieuwe Influenza A (H1N1) voor crew. - voorbereidingen door crew voor vertrek - maatregelen bij verdenking van besmetting van passagier aan boord, tijdens vlucht - informeren van luchthaven maatregelen/acties na de vlucht

Richtlijn voor GGD Kennemerland ‘melding verdenking infectieus geval aan boord van vliegtuig’ ariverend op Schiphol’.

Operationalisering van het draaiboek WPG. Specifieke instructies met betrekking tot Nieuwe Influenza A (H1N1) voor quarantaine arts en verpleegkundige. Waar te melden, hoe te reizen, wat mee te nemen, wie in te lichten, hoe bemonsteren, etc.

Richtlijn voor GGD Kennemerland ‘melding van een bevestigd geval van Nieuwe Influenza A (H1N1), binnengekomen via Schiphol en patiënt is inmiddels thuis of doorgevlogen’.

- 70 -

Operationalisering van het draaiboek WPG. Specifieke instructies voor GGD medewerkers met betrekking tot contactopsporing bij Nieuwe Influenza A (H1N1).

BIJLAGE 24 vervolg (Voorbeeld)documenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1) Passenger Locator Locator Card Card naar naar aanleiding aanleiding van van Nieuwe Nieuwe Influenza Influenza A A (H1N1) (H1N1) Passenger

- 71 -

BIJLAGE 24 vervolg (Voorbeeld)documenten n.a.v. Nieuwe Influenza A (H1N1) Registratiekaart Contactgegevens naar aanleiding van Nieuwe Influenza A (H1N1)

RegIstRatIon contact detaIls REGISTRATIEKAART CONTACTGEGEVENS

U komt uit een gebied waar u een verhoogd risico heeft gelopen op een infectieziekte. Daarom vragen wij u op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, onderstaande vragenlijst volledig in te vullen en vóór de landing in te leveren bij het cabine personeel. Met deze gegevens kan GGD Kennemerland contact met u opnemen als achteraf blijkt dat u tijdens de vlucht blootgesteld bent aan een infectieziekte. Uw gegevens worden maximaal 15 dagen door GGD Kennemerland bewaard conform de wet bescherming persoonsgevens. Na 15 dagen worden de gegevens vernietigd.

REGISTRATION RECORD CONTACT DETAILS

You are coming from an area where you had a higher risk of contracting an infectious disease. As such on the request of the Ministry of Public Health, we would like to ask you to complete the following questionnaire and to hand it to a member of the cabin crew before the landing sets in. With this data GGD Kennemerland will be able to contact you if it turns out that you were exposed to an infectious disease during the flight. GGD Kennemerland will keep your information in its records for a maximum of 15 days in accordance with the personal data protection act. After 15 days the records will be destroyed.

REGISTRO DE DETALLES DE CONTACTO

Usted proviene de una zona en la que tiene un alto riesgo de contraer una enfermedad infecciosa. Como solicita el Ministerio de Salud y Bienestar, le invitamos a que rellene el siguiente cuestionario y a que lo entregue a un miembro de la tripulación antes de que se realice el aterrizaje. Con estos datos, GGD Kennemerland podrá ponerse en contacto con usted en caso de que estuviese expuesto a una enfermedad infecciosa durante el vuelo. GGD Kennemerland conservará la información sobre usted en sus registros durante un máximo de 15 días, de acuerdo con la ley de protección de datos personales. Tras los 15 días, los registros se destruirán.

Flight information Vluchtnummer / Flight number / Num de vuelo

Stoelnummer / Seatnumber / Numero de asiento

Aankomstdatum / Date of arrival Fecha de llegada

Registratiekaart / Registration contact information / Registro de datos Naam / Name / Nombre Geboortedatum / Date of birth / Fecha de Nacimiento Verblijfplaatsen de komende 10 dagen / Contact information (addresses) for the next 10 days / Lugar de estadías los proximos 10 días (Mobiel) telefoonnummer / (Mobile) telephone number / Número de teléfono privado (celular) Emailadres / E-mail address / E-mail Faxnummer / Fax number / Número de fax Wat checkt u tenminste éénmaal per dag? Which method of contact do you check at least once a day? ¿Qué método de contacto comprueba al menos una vez al día?

(Mobiele) telefoon (Mobile) Phone (Celular) Teléfono

Woonachtig in welk land / Country of residence / En que país reside

Information www.rivm.nl - www.who.int - www.ecdc.europa.eu

- 72 -

e-mail e-mail e-mail

fax fax fax

BIJLAGE 25 Voetnoten 1) Op basis van art. 2 Wet Publieke Gezondheid (WPG). 2) Tweede Kamer, 31316, Wet Publieke Gezondheid, vergaderjaar 2007-2008. 3) Ed Theunen, bureau Methone Amsterdam. 4) Het Centrum Infectieziektebestrijding (CIb) is een organisatieonderdeel van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). De Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI) is een afdeling van het CIb. 5) In ontwikkeling. 6) Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedure (GRIP). 7) De beschrijving is mede gebaseerd op de werkwijze die ontwikkeld is naar aanleiding van de pandemiedreiging door Nieuwe Influenza A (H1N1) in 2009. 8) Ter illustratie: de bestuurlijke regiegroep ‘voorbereiding grieppandemie’ in 2009 bestond uit: burgemeester van Haarlemmermeer, burgemeester van Haarlem, de wethouder Volksgezondheid Velsen, de wethouder Volksgezondheid Zandvoort, de directeur VRK/Regionaal geneeskundig functionaris en de coördinerend gemeentesecretaris. Met als ambtelijke ondersteuning: projectleider multidisciplinaire projectgroep grieppandemie, adviseur openbare orde en veiligheid Haarlemmermeer, communicatieadviseur Haarlemmermeer en de arts infectieziekten van GGD Kennemerland. 9) Ter illustratie: in de projectgroep ‘Voorbereiding Grieppandemie’ naar aanleiding van de Nieuwe Influenza A in 2009 namen deel: GGD Kennemerland (AGZ en GHOR),Veiligheidsbureau Kennemerland, Politie, Brandweer, Gemeenten, KMar en Defensie. Daarnaast werd bijvoorbeeld het facilitair bedrijf van de VRK ad hoc uitgenodigd te participeren. 10) GGD-rampenopvangplan GGD Kennemerland (concept september 2009). Het GGD-rampenopvangplan is nog in ontwikkeling. 11) De WRZO zal vervangen worden door de Wet Veiligheidsregio’s (WVR). De wettelijke bepalingen met betrekking tot opschaling zullen in de WVR opgenomen worden. 12) Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedure (GRIP). 13) In de literatuur wordt soms ook de term GRIP 0 gebruikt. Daarmee wordt de normale dagelijkse werkwijze van de operationele diensten aangeduid. 14) De politie neemt plaats in het BT en OT op verzoek van de KMar. 15) Zie art. 17 WPG. 16) Krachtens art 18 WPG vraagt de burgemeester advies aan de arts IZB alvorens hij een maatregel neemt of intrekt die betrekking heeft op; art 31 (isolatie), art 35 (quarantaine), art 38 (beroepsverbod), art 47 (maatregelen bij besmetting gebouwen, goederen, e.d.) art 53 (maatregelen mbt vliegtuig), art 54 (opdrachten aan exploitant). 17) Dit zal uit naam van de voorzitter van het BT zijn (burgemeester). 18) Zie voor verdere algemene toelichting op inhoud en organisatie: crisisplan van de regio Kennemerland, deelplan GH3: psychosociale hulpverlening. 19) Zie toelichting hieronder. 20) Deze situatie wordt in dit draaiboek niet verder uitgewerkt. Zie de opmerking bij hoofdstuk 4. 21) Via de burgemeester wordt ook de AOV gealarmeerd. 22) Indien de telefoon niet opgenomen wordt, volgen instructies om wel een medewerker te spreken te krijgen. 23) Acties kunnen veelal gelijktijdig worden ingezet. 24) Vliegtuig zal normaal landen. Werkproces 2 wordt mogelijk opgestart, met de daaruit volgende protocollen.Vaak zal verdere actie van GGD niet nodig zijn. 25) Indien de telefoon niet opgenomen wordt, volgen instructies om wel een medewerker te spreken te krijgen. 26) Zie voor toelichting hoofdstuk ‘opschaling’. 27) Acties kunnen veelal gelijktijdig worden ingezet. 28) De Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI). Zie ook paragraaf 0.4. 29) Indien de telefoon niet opgenomen wordt, volgen instructies om wel een medewerker te spreken te krijgen. 30) Acties kunnen veelal gelijktijdig worden ingezet. 31) Draaiboek IHR, Landelijk Coördinatiecentrum Infectieziektebestrijding, RIVM 2009. 32) De belboom is tevens digitaal beschikbaar op de AGZ i-schijf.

- 73 -

GGD KENNEMERLAND Postbus 5514 2000 GM Haarlem

DRAAIBOEK

WET PUBLIEKE GEZONDHEID SCHIPHOL

Bezoekadres Spaarnepoort 5 2134 TM Hoofddorp Telefoon 023 7891 600

www.ggdkennemerland.nl

Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP

Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP INFECTIEZIEKTEN Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam WERKPROCESSEN Protocollen Infectieziekten Werkprocessen OPSCHALING GRIP Opschaling totTOT GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam BESLUITVORMINGSSTRUCTUUR Protocollen Infectieziekten Werkprocessen GGD CRISISTEAM Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur PROTOCOLLEN GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen Infectieziekten Werkprocessen Opschaling tot GRIP Besluitvormingsstructuur GGD crisisteam Protocollen

DRAAIBOEK. Infectieziekten. Opschaling tot GRIP. Besluitvormingsstructuur. GGD crisisteam. Protocollen. GGD Infectieziekten

Recommend Documents