Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Stichting Vroeg Op Stap Juni 2009
Colofon Uitgave I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn tel. (0229) 282555
Rapportnummer 2009-1627
Datum Juni 2009
Opdrachtgever Stichting Vroeg Op Stap
Auteurs Layla Leerschool, MSc Drs Jaap Bouwmeester
Bestellingen Exemplaren zijn verkrijgbaar bij de opdrachtgever
Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.
Inhoud
blz.
Samenvatting en conclusies
I
1.
Inleiding
1
2.
Verwachte effecten
3
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
3.
Bezoek uitgaansgelegenheden Effecten vervroegen sluitingstijden Vervroegen uiterlijke tijd toelaten nieuwe bezoekers Eerder uitgaan? Draagvlak geleidelijke sluiting
3 4 7 8 10
Veiligheid en overlast
11
3.1 3.2
11 12
Ervaren overlast Maatregelen, toezicht en controle
Bijlage1 Onderzoeksverantwoording
13
Bijlage 2: opmerkingen en suggesties van geënquêteerden
15
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Samenvatting en conclusies
Samenvatting en conclusies Achtergrond onderzoek De stichting Vroeg Op Stap pleit voor vervroegde sluitingstijden van de horeca in Nederland om op deze manier het alcoholmisbruik onder met name de jeugd terug te dringen. Daarbij richt de stichting zich om te beginnen op de provincie Friesland. Vroeg op Stap organiseert in juni 2009 een symposium om voor alle 31 gemeenten in Friesland tot een projectplan te komen. Ter voorbereiding heeft I&O Research voor Vroeg Op Stap een peiling gehouden onder inwoners van de provincie, zowel jeugd als volwassenen. Deze peiling verschaft onder meer inzicht in het draagvlak voor vervroeging van de sluitingstijden van de horeca. Twee vragen staan daarbij centraal: • Welke effecten verwachten inwoners van Friesland van vroeger uitgaan? • In hoeverre is men bereid het eigen gedrag te veranderen, ofwel zelf ook vroeger uit te gaan? Uitgaansgedrag De meerderheid van de Friezen bezoekt wel eens een uitgaansgelegenheid. Het aantal stappers is onder jongeren veel hoger dan onder de oudere leeftijdsgroepen. Een deel van de mensen die zelf niet uitgaan heeft er wel indirect mee te maken doordat thuiswonende kinderen wel (regelmatig) uitgaan. Verwachte effecten van vervroegen sluitingstijden Een meerderheid van de Friezen denkt dat het vervroegen van de sluitingstijden vooral een positief effect zal hebben op de school-, werk- en sportprestaties en het bioritme van de stappers. Bijna de helft verwacht dat vervroegde sluitingstijden stress en spanningen in gezinnen zullen verminderen (voornamelijk inwoners van de niet-stedelijke gebieden) en van positieve invloed zullen zijn op de geestelijke en lichamelijke gezondheid van het uitgaanspubliek. Over het effect van vervroegde sluitingstijden op de overlast op straat en de veiligheid bij het naar huis gaan zijn de meningen verdeeld. Zo denken ongeveer vier op de tien inwoners dat vervroegde sluitingstijden de overlast op straat zal beperken, terwijl een vergelijkbaar aantal geen effect verwacht. Eenzelfde beeld geldt voor het verwachte effect op de veiligheid bij het naar huis gaan (na het uitgaan). Een minderheid van de mensen denkt dat het eerder sluiten van uitgaansgelegenheden het alcohol- en pepmiddelengebruik zal doen afnemen. Op de vraag of mensen eerder naar huis zullen gaan als uitgaansgelegenheden eerder sluiten, geeft de helft een bevestigend antwoord. Tevens is gevraagd of vroegere sluitingstijden zullen leiden tot meer nadrinken in plaats van indrinken. Iets meer dan vier op de tien inwoners is het hiermee eens. Onder personen die wel eens uitgaan ligt dit percentage nog wat hoger. Een meerderheid van de Friezen ziet de horecagelegenheden het liefst uiterlijk om 2.00 uur of nog vroeger sluiten, minder mensen pleiten voor een sluitingstijd van 3.00 uur of later. Niet onverwacht blijken uitgaanders iets andere opvattingen te hebben over de ideale sluitingstijd, maar ook onder deze groep kiest bijna de helft voor 2.00 uur als gewenste sluitingstijd. Ruim een vijfde vindt 1. 00 uur of vroeger ook goed. Ruim een derde wil graag nog (ruim) na 3.00 uur in de horeca terecht kunnen of is van mening dat de sluitingstijden volledig vrij zouden moeten zijn.
I
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Samenvatting en conclusies
Vervroegen uiterlijke toelatingstijd Ruim de helft van de Friezen, zowel ouderen als jongeren, verwacht dat het vervroegen van de uiterlijke toelatingstijden zal resulteren in een vermindering van het indrinken. Iets minder mensen verwachten dat de overlast op straat zal afnemen als gevolg van deze maatregel. Volgens een derde zal het alcoholgebruik er in zijn geheel door afnemen. Het zijn vooral mensen die zelf niet of zelden uitgaan, mensen met kinderen en 40-plussers die positief oordelen over het verwachte effect van vervroegde uiterlijke toelatingstijden. Aan de inwoners is gevraagd vanaf welk tijdstip uitgaansgelegenheden geen nieuwe bezoekers meer zouden mogen toelaten. Een meerderheid kiest voor een uiterste toelatingstijd van 1.00 uur of vroeger. Ongeveer een kwart geeft de voorkeur aan 2.00 uur of later. Mensen die geregeld uitgaan willen gemiddeld graag wat later binnen kunnen komen. Toch is ook onder deze groep 24.00 uur de meest genoemde tijd, gevolgd door 1.00 uur. Eerder uitgaan Het patroon van laat op de avond uitgaan, blijkt samen te hangen met het gedrag van de rest van de bezoekers; als iedereen eerder uit zou gaan, vindt bijna driekwart het geen probleem om ook eerder te gaan stappen. Het is daarbij van belang dat vrienden en bekenden er ook al zijn, en er al een goede sfeer is. In iets mindere mate is verder van belang dat de consumpties vroeg op de avond goedkoper zijn en er al goede muziek wordt gedraaid. Veel mensen zien het als een voordeel dat je door eerder uitgaan de dag erna beter kunt benutten. Aan de mensen die zelf zelden of nooit uitgaan, is gevraagd of zij wel of meer zouden uitgaan als het eerder op de avond druk is. Eén op de tien voelt er dan wel iets voor, maar de meerderheid geeft aan dan nog steeds niet uit te gaan of het niet te weten. Wijze van sluiten Een ruime meerderheid van het uitgaanspubliek in Friesland vindt het geen probleem wanneer een uur voor sluitingstijd geen nieuwe bezoekers in de gelegenheid worden toegelaten. Iets minder draagvlak is er voor de mogelijke maatregel een half uur voor sluitingstijd geen alcohol meer te schenken, de muziek uit te zetten en de lichten aan te doen. Het draagvlak voor een dergelijk sluitingsbeleid is onder oudere bezoekers groter dan onder de jongeren. Veiligheid en overlast Voor een aanzienlijk deel van de Friezen zal controle op drugs en wapenbezit het uitgaan aantrekkelijker maken. Verder staat een meerderheid van zowel uitgaanders als niet-uitgaanders positief tegenover strengere controle op alcoholgebruik op straat en toezicht op overmatig drankgebruik. Ruim een derde van de Friezen ondervindt wel eens overlast van het uitgaanspubliek. Het gaat dan voornamelijk om lawaai en vernielingen. Met geweld hebben meer ‘uitgaanders’ dan ‘nietuitgaanders’ te maken gekregen. De overlast vindt dikwijls plaats op straat, maar ook in de omgeving van de eigen woning en rondom uitgaansgelegenheden doet zich relatief veel overlast voor. Ongeveer vier op de tien inwoners verwachten dat het drankgebruik zal afnemen als horecagelegenheden na 1.00 uur geen alcohol meer schenken. Iets minder personen denken dat door deze maatregel de overlast zal afnemen. Vooral ouderen en mensen die zelf niet uitgaan verwachten een positief effect.
II
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Samenvatting en conclusies
Conclusies Onder inwoners van Friesland bestaat een aanzienlijk draagvlak voor het vervroegen van de sluitingstijden van de horeca. Een meerderheid van de bevolking, van zowel uitgaanders als nietuitgaanders, ziet 1.00 uur of 2.00 uur ’s nachts als een geschikt tijdstip waarop alle uitgaansgelegenheden gesloten moeten zijn. Daarnaast zijn er ook mensen die pleiten voor nog vroegere tijden of juist voor latere sluitingstijden c.q. het helemaal vrijlaten van de tijden aan de ondernemers zelf. Een vergelijkbaar beeld geldt voor het vervroegen van de uiterste toegangstijden waarop men nog in uitgaansgelegenheden binnen mag komen. Het zwaartepunt ligt hier op 24.00 uur en 1.00 uur terwijl er ook het nodige draagvlak voor 23.00 uur en 2.00 uur is. Men verwacht van vroegere sluitingstijden vooral effect op de school-, werk- en sportprestaties en het bioritme van de stappers. Ook voorziet een meerderheid afnemende stress in de gezinnen en een verbeterde geestelijke en lichamelijke gezondheid als gevolg van eerder uitgaan. Over het effect van vroeger uitgaan op het gebruik van alcohol en pepmiddelen, zijn de meningen verdeeld. Enerzijds verwachten met name ook de jongeren dat het indrinken door eerdere sluitings- en toegangstijden zal verminderen, anderzijds wijst men ook op het risico dat het drinken zich verlegd naar een ander tijdstip op de avond, bijvoorbeeld in de vorm van ‘nadrinken’. Uiteindelijk hangt het succes van het vervroegen van het uitgaan in sterke mate af van de mate waarin bezoekers van horecagelegenheden bereid zijn hun gedrag te veranderen. Het blijkt dat die bereidheid eerder uit te gaan er zeker is als vrienden en bekenden ook op een eerder tijdstip op stap gaan en er eerder een goede sfeer is. Ook kunnen activiteiten eerder op de avond een bijdrage leveren aan een gedragsverandering in de richting van eerder uitgaan.
III
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Inleiding
1. Inleiding Achtergrond van het onderzoek De stichting Vroeg Op Stap pleit voor vervroegde sluitingstijden van de horeca in Nederland om op deze manier het alcoholmisbruik onder met name de jeugd terug te dringen. Daarbij richt de stichting zich om te beginnen op de provincie Friesland. Vroeg op Stap organiseert in juni 2009 een symposium om voor alle 31 gemeenten in Friesland tot een projectplan te komen. Ter voorbereiding hierop houdt I&O Research voor Vroeg Op Stap een peiling onder inwoners van de provincie, zowel jeugd als volwassenen. Het onderzoek geeft inzicht in de opvattingen van inwoners van de provincie Friesland over de huidige sluitingstijden en het draagvlak voor eventuele vervroeging van de toelatings- en sluitingstijden. Uitvoering van het onderzoek Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een webenquête onder ruim 750 inwoners van de provincie Friesland. Bij de steekproeftrekking en de weging van de uitkomsten is er op gelet dat de respons een representatieve afspiegeling van de Friese bevolking is. Zo zijn alle 31 gemeenten in de respons vertegenwoordigd en is sprake van een evenwichtige verdeling van de respons over stedelijke en landelijke gebieden, mannen en vrouwen en verschillende leeftijdsgroepen. Op deze wijze zijn zowel ‘uitgaanders’ als ‘niet-uitgaanders’ in voldoende mate in de respons vertegenwoordigd. Een uitgebreide onderzoeksverantwoording is te vinden in de bijlage.
1
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
2. Verwachte effecten Dit hoofdstuk beschrijft in eerste instantie het feitelijke uitgaansgedrag van de Friese bevolking. De tweede paragraaf van dit hoofdstuk gaat over de verwachte effecten van het vervroegen van de sluitingstijden op onder meer het drankgebruik, de fysieke en geestelijke gezondheid van stappers, en de overlast en veiligheid. In deze paragraaf komen ook de gewenste uiterste toegangstijden en sluitingstijden aan de orde. De derde paragraaf beschrijft de voorwaarden waaronder bezoekers van horecagelegenheden bereid zijn eerder op de avond uit te gaan. In de laatste paragraaf komt het draagvlak voor een geleidelijke sluiting van horecagelegenheden aan de orde.
2.1 Bezoek uitgaansgelegenheden De meerderheid van de Friezen (60%) bezoekt wel eens een uitgaansgelegenheid, zoals een café of een dancing. Eén op de vijf bezoekers is te beschouwen als een ‘regelmatige stapper’ die bijna wekelijks uitgaat. Jongeren gaan veel meer uit dan de oudere leeftijdscategorieën. Met name het aandeel dat (bijna) wekelijks op stap gaat neemt af met de leeftijd. Tabel 2.1 Gaat u zelf wel eens uit? (bijvoorbeeld naar een café of dancing)
(bijna) wekelijks af en toe zelden/nooit
16-24 jaar
25-39 jaar
40-54 jaar
55 jaar en ouder
totaal
36% 48% 16%
13% 58% 30%
8% 50% 41%
4% 39% 58%
12% 48% 40%
Van degenen die zelf zelden of nooit uitgaan heeft een kwart thuiswonende kinderen die regelmatig een uitgaansgelegenheid bezoeken. Deze kinderen zijn doorgaans ouder dan 16 jaar. Bijna een kwart is jonger dan 16. Vrijwel geen van de uitgaande kinderen is jonger dan 12 jaar. In de meeste gevallen gaan de kinderen zelf naar de uitgaansgelegenheid en komen zij ook zelfstandig weer naar huis. Bijna de helft van de ouders brengt en/of haalt de kinderen wel eens.
3
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
2.2 Effecten vervroegen sluitingstijden Op welk tijdstip de uitgaansgelegenheden dichtgaan, is in veel gemeenten een keuze van de ondernemer. Eén van de maatregelen die de Friese gemeenten kunnen nemen om het alcoholgebruik en overlast als gevolg van drankgebruik in de horeca terug te dringen, is het instellen van een uiterste sluitingstijd. In deze paragraaf gaan we in op de mogelijke effecten die de Friese bevolking hiervan verwacht. Algemene effecten effecten De vraag naar de verwachte effecten is voorgelegd in de vorm van een aantal stellingen. Deze stellingen hebben betrekking op mogelijke effecten op de gezondheid, de overlast en veiligheid op straat en het gebruik van alcohol en drugs. Figuur 2.1 Stellingen: ‘Het eerder sluiten van uitgaansgelegenheden...’ Heeft een positieve invloed op school-, werk en sportprestaties
59%
Heeft een positieve invloed op het bioritme van stappers
22%
56%
Vermindert stress en spanningen in gezinnen
48%
Heeft een positieve invloed op de geestelijke en lichamelijke gezondheid van stappers
47%
0%
22%
25%
50%
Neutraal
43%
Helpt overlast op straat te beperken Maakt het veiliger om na het uitgaan naar huis te gaan
37%
0%
Mee eens
Neutraal
4
24%
4%
100%
Geen mening
18%
37%
2%
35%
2%
46%
31%
25%
4%
Mee oneens
18%
26%
Vermindert het gebruik van pepmiddelen
22%
75%
27%
34%
Vermindert het alcoholgebruik bij jongeren
17% 5%
26%
25%
Mee eens
16% 3%
33%
50%
75%
Mee oneens
2%
10%
100%
Geen mening
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
Inwoners van Friesland verwachten van het vroeger sluiten van horecagelegenheden vooral effecten op de prestaties, gezondheid en het sociale leven van uitgaanders. Men heeft aanzienlijk minder hoge verwachtingen van het effect op de veiligheid en het alcohol- en drugsgebruik. •
Een meerderheid verwacht dat het eerder sluiten van uitgaansgelegenheden een positieve invloed zal hebben op de school-, werk- en sportprestaties en het bioritme van stappers. Jongeren en (regelmatige) bezoekers van uitgaansgelegenheden hebben weliswaar minder positieve verwachtingen, maar ook bij hen is het percentage dat positief oordeelt groter dan het aandeel dat geen effect verwacht.
•
Bijna de helft van de inwoners van Friesland verwacht dat het vervroegen van de sluitingstijden stress en spanningen in gezinnen zal verminderen. Vooral mensen die vrijwel nooit uitgaan en 40-plussers en inwoners van niet-stedelijke gebieden zijn het hiermee eens.
•
Ook ongeveer de helft van de Friezen voorziet positieve effecten van het vervroegen van de sluitingstijden op de geestelijke en lichamelijke gezondheid van de stappers. Mensen van boven de 40, niet-uitgaanders en personen met uitgaande kinderen zijn het relatief vaak eens met deze stelling.
•
Over het verwachte effect van het vervroegen van sluitingstijden op het beperken van overlast op straat en de veiligheid bij het naar huis gaan oordelen Friezen iets minder positief. Personen die wel eens uitgaan, zijn gemiddeld iets minder positief over deze effecten. Daarentegen verwachten verhoudingsgewijs veel mensen met uitgaande kinderen en ouderen dat het vervroegen van de sluitingstijden de overlast op straat wél vermindert.
•
Ruim een derde van de Friezen verwacht dat het eerder sluiten van uitgaansgelegenheden zal resulteren in een vermindering van het alcoholgebruik bij jongeren. Bijna de helft van de Friezen denkt echter dat dit effect er niet zal zijn. Met name personen die zelden of nooit uitgaan en 40-plussers denken dat het alcoholgebruik zal verminderen als horecagelegenheden eerder sluiten.
•
Een zelfde patroon zien we bij het effect op het gebruik van pepmiddelen. Een kwart verwacht dat het vervroegen van de sluitingstijden zal leiden tot een daling in het gebruik van pepmiddelen. Onder jongeren en personen die geregeld uitgaansgelegenheden bezoeken ligt dit percentage iets lager.
Invloed van eerder eerder sluiten op eigen gedrag Aan inwoners is tevens gevraagd of zij, als de toegangs- en sluitingstijden van de uitgaansgelegenheden vervroegd worden, ook eerder naar huis gaan. De helft van de Friezen antwoordt bevestigend. Figuur 2.2 Stelling: ‘Als de toegangs- en sluitingstijden van de uitgaansgelegenheden vervroegen, dan ga ik ook eerder naar huis’
51%
0%
23%
25% Mee eens
50% Neutraal
17%
75%
Mee oneens
5
Geen mening
9%
100%
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
Een gewenst effect van het vervroegen van het uitgaanspatroon is het verminderen van het zogeheten ‘indrinken’. Er is echter ook een ongewenst neveneffect denkbaar, namelijk dat stappers in plaats van vóór het stappen, na het stappen veel alcohol nuttigen. Het blijkt dat ruim vier op de tien Friezen een dergelijk ongewenst effect verwacht. Onder stappers ligt dit percentage nog iets hoger, namelijk bijna op 50%. Figuur 2.3 Stelling: ‘Als uitgaansgelegenheden eerder sluiten, zullen stappers vaker en/of meer gaan nadrinken (na het stappen veel alcohol nuttigen in plaats van indrinken vóór het stappen)’
43%
0%
30%
25% Mee eens
21%
50% Neutraal
75%
Mee oneens
7%
100%
Geen mening
Gewenste sluitingstijden Bijna de helft van de Friese bevolking beschouwt 2.00 uur ’s nachts als een goed tijdstip waarop alle horecagelegenheden dicht zouden moeten zijn. Ruim een kwart heeft een voorkeur voor een nog vroeger tijdstip. Ruim een derde wenst een sluitingstijd van 3.00 uur of later of is van mening dat de sluitingstijden helemaal vrij zouden moeten zijn.
Zoals verwacht blijken uitgaanders iets andere opvattingen te hebben over de ideale sluitingstijd, in vergelijking met mensen die zelden of nooit uitgaan. Personen die zelf (regelmatig) uitgaan kiezen gemiddeld voor een later tijdstip, maar ook onder deze groep is 2.00 uur de meest genoemde sluitingstijd. Ruim een derde wil graag nog tot 3.00 uur of 4.00 uur kunnen doorgaan. Tabel 2.2 Hoe laat moeten wat u betreft de uitgaansgelegenheden in het weekeinde helemaal gesloten zijn? 23.00 uur 24.00 uur 01.00 uur 02.00 uur 03.00 uur 04.00 uur later/ helemaal vrij totaal
uitgaanders 0% 2% 18% 38% 17% 16% 10% 100%
niet-uitgaanders 1% 5% 23% 48% 12% 8% 3% 100%
6
totaal 1% 3% 20% 42% 15% 13% 7% 100%
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
2.3 Vervroegen uiterlijke tijd toelaten nieuwe bezoekers In relatie tot het vergroten van de veiligheid en het terugdringen van het alcoholgebruik onder jongeren, valt ook te denken aan het vervroegen van de tijd waarop bezoekers nog in uitgaansgelegenheden mogen binnenkomen. De gasten die eenmaal binnen zijn mogen nog wel blijven maar kunnen na het verlaten van de zaak niet opnieuw naar binnen en komen ook andere horecagelegenheden niet meer in. Ruim de helft van de Friese bevolking verwacht dat het vervroegen van de tijd waarop bezoekers mogen binnenkomen, zal resulteren in een vermindering van het ‘indrinken’. Met name ook de jongeren verwachten dat deze maatregel effect zal hebben. Dit betekent volgens een meerderheid van de Friese bevolking echter niet dat de alcoholconsumptie in zijn totaliteit zal afnemen. Minder dan een derde verwacht dat de maatregel zal leiden tot een afnemend alcoholgebruik .Kennelijk verwacht een deel van de geënquêteerden dat dit minder drinken vroeg op de avond, later op de avond wordt ‘ingehaald’ Het vervroegen van de toegangstijden kan wellicht ook effect hebben op de veiligheid in het uitgaansgebied. Iets minder dan de helft (44%) verwacht dat de overlast op straat zal verminderen als gevolg van deze maatregel. Over het algemeen verwachten personen die zelf zelden of nooit uitgaan, mensen met kinderen en 40-plussers meer effect hiervan dan jongeren en stappers. Figuur 2.4 Stellingen: ‘Het vervroegen van de tijd waarop bezoekers nog mogen binnenkomen…’
Vermindert het indrinken
52%
Helpt overlast op straat te beperken
19%
44%
Vermindert het alcoholgebruik
25%
30%
0%
25%
25%
Mee eens
Neutraal
50%
Mee oneens
7
26%
29%
3%
3%
42%
4%
75%
100%
Geen mening
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
Gewenste uiterste toegangstijd toegangstijd Aan de inwoners van Friesland is gevraagd wat het gewenste tijdstip is voor uitgaansgelegenheden om geen nieuwe bezoekers meer toe te laten. 24.00 uur en 1.00 uur zijn de meest gekozen opties. Een derde van de Friezen vindt dat na 24.00 uur geen nieuwe bezoekers binnengelaten moeten worden. Een kwart wenst een uiterlijke toelatingstijd van 01.00 uur en nog eens een kwart geeft de voorkeur aan 2.00 uur ’s nachts of later. Een kleine groep geeft een afwijkende tijd door of vindt dat de tijden volledig door de ondernemer bepaald moeten worden. Er zijn enkele verschillen tussen de voorkeuren van mensen die wel eens uitgaan en degenen die zelden of nooit een uitgaansgelegenheid bezoeken. Uitgaanders willen gemiddeld graag wat later binnen kunnen komen. Toch is ook onder deze groep 24.00 uur de meest genoemde tijd, gevolgd door 1.00 uur. Tabel 2.3 Vanaf welk tijdstip mogen uitgaansgelegenheden wat u betreft geen nieuwe bezoekers meer toelaten? 23.00 uur 24.00 uur 01.00 uur 02.00 uur 03.00 uur 04.00 uur anders totaal
uitgaanders
niet-uitgaanders
totaal
11% 29% 23% 18% 11% 5% 4% 100%
20% 38% 26% 9% 3% 2% 2% 100%
15% 32% 24% 15% 7% 4% 3% 100%
2.4 Eerder uitgaan? Veel bezoekers van uitgaansgelegenheden en dan met name jongeren, gaan pas laat op de avond uit. Aan degenen die zelf wel eens uitgaan, is gevraagd in hoeverre vroeger op de avond uitgaan voor hen persoonlijk aantrekkelijk is te maken. Voorwaarden en omstandigheden om eerder op stap te gaan Het tijdstip waarop men uitgaat, hangt zoals verwacht in belangrijke mate samen met het gedrag van de rest van de bezoekers. Als iedereen eerder zou uitgaan, vindt bijna driekwart het niet bezwaarlijk om ook eerder te gaan stappen. Slechts 11% van de Friezen die wel eens uitgaan, ziet hierin geen argument om eerder uit te gaan. Figuur 2.5 Stelling: ‘Als iedereen eerder uit zou gaan, zou ik het niet erg vinden om ook eerder uit te gaan’
72%
0%
25% Mee eens
15%
50% Neutraal
75%
Mee oneens
8
Geen mening
11%
3%
100%
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
Ook uit de volgende voorgelegde stellingen blijkt vooral het gedrag van de andere bezoekers een rol te spelen in het tijdstip van uitgaan. Wanneer vrienden aanwezig zijn en er al een goede sfeer is, overweegt respectievelijk 83% en 82% van de uitgaande Friezen om eerder uit te gaan. Goede muziek en goedkopere consumpties zijn van minder groot belang, hoewel ook dit voor meer dan de helft van de ‘uitgaanders’ een rol speelt. Figuur 2.6 Stellingen: ‘Ik zou overwegen om eerder op de avond uit te gaan, als...’
Vrienden en bekenden er ook zijn
83%
15%
2%
Er al vroeg een goede sfeer is
82%
15%
2%
De consumpties goedkoper zijn
59%
30%
9% 3%
Er al vroeg goede muziek is
58%
33%
5%4%
0%
25%
Zeker
50%
Misschien
75%
Zeker niet
100%
Geen mening
Voordelen van eerder uitgaan Verder ziet 65% als voordeel van het eerder uitgaan dat men het gevoel heeft de dag na het uitgaan beter te kunnen benutten. Figuur 2.7 Stelling: Door eerder uit te gaan, heb ik meer aan de dag na het uitgaan 65%
0%
18%
25%
50%
Mee eens
Neutraal
75%
Mee oneens
14%
3%
100%
Geen mening
Is eerder uitgaan een stimulans voor ‘niet-uitgaanders’ om wel uit te gaan? Eén op de tien Friezen die zelden of nooit uitgaan, zegt zeker vaker uit te gaan als het vroeger op de avond druk is. Ruim de helft van hen is dat zeker niet van plan en ongeveer een derde twijfelt. Figuur 2.8 Stelling: Als het eerder op de avond druk is.. zou ik nog steeds niet uitgaan
56%
zou ik misschien vaker uitgaan
34%
zou ik zeker vaker uitgaan
11% 0%
20%
40%
9
60%
80%
100%
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Verwachte effecten
2.5 Draagvlak geleidelijke sluiting Een belangrijk aspect bij de sluitingstijden van horeca gelegenheden is de wijze waarop bezoekers de zaak verlaten. Wanneer alle horecagelegenheden in een uitgaansgebied tegelijkertijd dichtgaan ontstaat het risico van ongeregeldheden op straat. Het verdient daarom de voorkeur van zowel horecaondernemers als de gemeente en politie om de gasten geleidelijk naar huis te laten vertrekken. Dit betekent dat vanaf een bepaald tijdstip geen nieuwe bezoekers meer naar binnen mogen, niet meer wordt geschonken, de lichten aangaan en de muziek uitgaat. In de enquête is een aantal vragen gesteld om te peilen of er voor dit geleidelijke sluitingsbeleid draagvlak bestaat onder uitgaanders. Een ruime meerderheid van de Friezen vindt het geen probleem wanneer een uur voor sluitingstijd geen nieuwe bezoekers meer worden toegelaten. De helft vindt het prima als een half uur voor sluitingstijd geen alcohol meer wordt geschonken. Met name onder jongeren (16-24 jarigen) is er enige weerstand voor deze manier van sluiten –de helft van hen is het oneens met de stelling en ziet liever dat alcohol gewoon tot sluitingstijd geschonken wordt. Een half uur voor sluitingstijd de muziek uitdoen en daarbij de lichten aan te doen, vinden minder mensen een goed idee; 46% is hierop tegen. Het zijn opnieuw voornamelijk jongeren die minder positief zijn –ruim tweederde keurt het idee om de muziek eerder uit en de lichten eerder aan te doen af. Figuur 2.9 Stellingen: ‘Ik vind het geen probleem wanneer…’
Een uur voor sluitingstijd geen nieuwe bezoekers meer worden toegelaten
80%
Een half uur voor sluitingstijd geen alcohol meer wordt geschonken
9% 8%
52%
Een half uur voor sluitingstijd de muziek uitgaat en de lichten aangaan
34%
0%
13%
19%
25%
Mee eens
10
Neutraal
50%
32%
46%
2%
75%
100%
Mee oneens
Geen mening
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Veiligheid en overlast
3. Veiligheid en overlast Dit hoofdstuk gaat in op het draagvlak voor een aantal veiligheidsmaatregelen. Welke maatregelen kunnen het uitgaan veiliger maken? En door welke maatregelen kan uitgaan aantrekkelijker worden? Daarnaast komt de door de Friezen ervaren overlast aan bod; Hoeveel inwoners hebben wel eens te maken gehad met overlast? Om wat voor soort overlast gaat het en waar vindt de overlast plaats?
3.1 Ervaren overlast Ruim een derde van de Friese bevolking (37%) ondervindt wel eens uitgaansgerelateerde overlast. Er zijn geen verschillen tussen inwoners die wel of niet uitgaan; een even groot deel heeft hier wel eens mee te maken. Wel is de aard van de overlast verschillend. De overlast wordt vooral veroorzaakt door lawaai (87%) en vernielingen (70%). Een vijfde deel noemt geweld als bron van overlast. Dit wordt vooral gemeld door mensen die zelf ook (regelmatig) uitgaan. Van vernielingen hebben zowel uitgaanders als niet-uitgaanders last. De vernielingen bezorgen vooral inwoners van de meer verstedelijkte gebieden overlast. Tabel 3.1 Soort overlast totaal lawaai vernielingen geweld verkeersoverlast bedreiging diefstal overig
87% 70% 21% 16% 13% 5% 4%
De overlast vindt met name op straat plaats. Maar ook in de omgeving van de eigen woning en uitgaansgelegenheden vindt relatief veel overlast plaats. Vooral veel mensen in de verstedelijkte gemeenten ervaren overlast in de omgeving van hun woning. Degenen die niet uitgaan hebben meer te maken met overlast op straat. De ‘uitgaanders’ ervaren zoals verwacht meer overlast in- en rond de uitgaansgelegenheden. Tabel 3.2 Locatie overlast op straat in of rond uitgaansgelegenheden in de omgeving van mijn woning in of rond openbaar vervoer anders
totaal 68% 55% 36% 22% 2%
11
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Veiligheid en overlast
3.2 Maatregelen, toezicht en controle Toezicht en controle kan uitgaan wellicht veiliger en aantrekkelijker maken. Vooral controle op drugs en wapenbezit in uitgaansgelegenheden maakt het uitgaan volgens een aanzienlijk aandeel van de inwoners aantrekkelijker. Eveneens een ruime meerderheid is voor een strengere controle op alcoholgebruik op straat en toezicht op overmatig drankgebruik. Figuur 3.1 Stellingen: ‘Het is aantrekkelijker om uit te gaan, als er...’
In de uitgaansgelegenheden wordt gecontroleerd op drugs en wapens
85%
9%3%
Toezicht is op overmatig drankgebruik
65%
22%
10%
Strenger wordt gecontroleerd op alcoholgebruik op straat
64%
23%
8%4%
0%
25%
Mee eens
Neutraal
50%
75%
Mee oneens
100%
Geen mening
Het is mogelijk dat als horecagelegenheden na een bepaalde tijd geen alcohol meer schenken, het drankmisbruik bestrijdt en overlast vermindert. Van alle inwoners verwacht 43% dat het drankgebruik zal afnemen als horecagelegenheden na 1.00 uur geen alcohol meer schenken. Verder denkt 41% dat als gevolg hiervan de overlast zal afnemen. Mensen die zelf niet uitgaan en 55-plussers verwachten hiervan meer effect dan jongeren die regelmatig uitgaan.
12
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Bijlage
Bijlage1 Onderzoeksverantwoording Vragenlijst De vragenlijst is door I&O Research in samenwerking met Vroeg Op Stap opgesteld. Een belangrijk deel van de vragen is ontleend aan een onderzoek dat I&O Research in 2008 uitvoerde voor de samenwerkende gemeenten in Westfriesland. Methode Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een webenquête onder een representatieve groep inwoners van de provincie Friesland. Steekproef en respons In totaal hebben 759 personen de webenquête volledig ingevuld. Bij de steekproeftrekking zijn inwoners van alle Friese gemeenten aangeschreven, zodanig dat uit zowel stedelijke als minder stedelijke gebieden voldoende respons gerealiseerd zou kunnen worden. Onderstaande tabel geeft de verdeling van de respons over de provincie weer.
stedelijkheid Sterk-matig stedelijk Weinig stedelijk Niet stedelijk
gemeenten Leeuwarden, Smallingerland, Heerenveen en Sneek Skarsterlân, Weststellingwerf, Franekeradeel, Harlingen, Lemsterland en Bolsward Overige gemeenten
totaal
bevolking Friesland 35%
deelnemers onderzoek 32%
17%
32%
47%
36%
100%
100%
De jongeren zijn bij de steekproeftrekking bewust oververtegenwoordigd om te garanderen dat er voldoende regelmatige bezoekers van uitgaansgelegenheden in de respons vertegenwoordigd zouden zijn. De deelnemers aan het onderzoek zijn als volgt verdeeld over de leeftijdscategorieën. leeftijdscategorie 16-24 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar of ouder totaal
bevolking Friesland
deelnemers onderzoek
14% 25% 30% 30% 100%
151 (20%) 249 (33%) 235 (31%) 124 (16%) 100%
Representativiteit, weging en nauwkeurigheid Door het grote aantal jongeren (151) en jong volwassenen (249) dat aan de enquête heeft meegedaan, heeft het onderzoek een solide statistische basis voor het doen van uitspraken over alle uitgaanders in de gehele provincie. Om de respons representatief te maken voor de Friese populatie is een weging toegepast naar leeftijd en mate van verstedelijking van de woongemeente.
13
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Bijlage
De uitkomsten van steekproefonderzoek zijn altijd omgeven door zekere nauwkeurigheidsmarges. Dat heeft te maken met het feit dat niet alle inwoners zijn ondervraagd en dat er dus (kleine) afwijkingen als gevolg van onzuiverheid van de steekproef mogelijk zijn. Deze nauwkeurigheidsmarge van de uitkomsten bedraagt bij dit onderzoek 3,6%. Dat bekent dat de gevonden uitkomst - met 95% zekerheid - maximaal 3,6 % afwijkt van de waarde die we zouden vinden als alle inwoners van de provincie ondervraagd zouden worden. Significantie van de verschillen Van een verschil in uitkomsten tussen bijvoorbeeld leeftijdsgroep of uitgaanders vs. nietuitgaanders, wordt gesproken indien de uitkomsten significant van elkaar verschillen. Dit is getoetst met behulp van de Chi-kwadraat toets. Er is gebruik gemaakt van een significantieniveau van 0,05.
14
Draagvlak eerder uitgaan in Friesland
Bijlage
Bijlage 2: opmerkingen en suggesties van geënquêteerden Ten slotte is aan de panelleden gevraagd of men nog reacties, opmerkingen of suggesties had naar aanleiding van het onderzoek. Ongeveer 45% van de geënquêteerden heeft één of meerdere reacties of suggesties genoemd. Hieronder komen enkele voor- en tegenstanders van vervroeging van de sluitingstijden aan het woord. Voorstanders van vervroeging: • “Als alles eerder sluit, komen ze ook eerder en is het thuis indrinken (of waar dan ook) minder interessant.” • “Dit is een landelijk probleem, dus landelijk regelen en niet per regio een verschillende aanpak.” • “Het lijkt mij een stuk veiliger als het uitgaan eerder begint, jongeren beginnen al jong met uitgaan. Het levert minder problemen op als ze eerder naar huis kunnen gaan. Nu wachten ze af tot het gezellig is (na 24.00 uur) wat met vroegere sluitingstijden niet meer aan de orde is.” • “Ik hoop toch echt dat de uitgaanstijden vervroegd worden. Mijn kinderen zijn nu 9,6 en 5 en ik hoop dat zij gewoon leuk uit kunnen gaan van 21.00 tot 24.00 uur.” • “Je hebt meer aan je weekend en je kunt dan ook andere leuke dingen gaan doen.” • “Je kunt ook vroeg op de avond beginnen en dan om een uur of 1 naar huis. Dan heb je ook nog wat aan de dag erna.” Maar ook worden kanttekeningen geplaatst bij vervroeging van de uitgaanstijden: • “Beheersing van alcoholgebruik zit in gedrag, niet in sluitingstijden.” • “Ik denk dat het niks uitmaakt of er eerder wordt gestopt met het schenken van alcohol, of als de gelegenheden eerder stoppen. De problemen zullen zich dan gaan verplaatsen naar de straat.” • “Openingstijden vervroegen heeft alleen maar tot gevolg dat ze op het station, bushokjes en ingangen van supermarkten gaan staan met drank en drugs.” • “Doe de prijzen naar beneden, dan komt de jeugd wel vroeger in de kroeg. Het is nu toch niet te betalen voor een student dus niet vreemd dat ze eerst ergens gaan voordrinken.” • “Goed naar de leeftijd van de kinderen kijken, geen te jonge kinderen toelaten.” • “Ouders meer bewust maken dat (veel) drinken op jonge leeftijd zeer slecht is.”
15