Veilig Uitgaan
maart 2009
VEILIG UITGAAN
Inhoudsopgave 1. Aanleiding
pagina 5
2. Huidige situatie
pagina 5
3. Doelstellingen
pagina 6
4. Partners
pagina 7
5. Activiteiten tot nu toe
pagina 7
6. Maatregelen
pagina 8
1. Lik op stuk beleid 2. APV’s gelijk schakelen 3. Alcoholpreventieprogramma 4. Horecasanctiebeleid 5. Handhaving in horecagelegenheden 6. Nachtcoaches 7. Vast overlegstructuur 8. Periodieke monitoring
pagina 8 pagina 9 pagina 10 pagina 11 pagina 12 pagina 12 pagina 13 pagina 13
7. Alternatieven waar niet voor wordt gekozen
pagina 14
8. Resumé
pagina 14
9. Communicatie
pagina 15
10. Evaluatie
pagina 15
11. Tijdspad
pagina 15
12. Financiën
pagina 15
13. Samenvatting
pagina 16
Geregistreerd onder nummer RAP/2009/29718
Veilig Uitgaan 1.
Aanleiding
In Uitgeest en Heemskerk zijn diverse horecagelegenheden waar veel jongeren zich vermaken in de weekeinden. Overmatig alcoholgebruik en groepsgedrag leiden ertoe dat elk weekeinde jongeren zich schuldig maken aan vernielingen of andere vormen van overlast. Deze overlast vindt plaats in de nabijheid van horeca of op de ‘loop- en slooproutes’ vanuit de horeca naar huis. In Uitgeest is als gevolg van de ondertunneling van het spoor een wijziging tot stand gebracht in de infrastructuur. Gevolg is dat jongeren het Tolpad zijn gaan gebruiken als route om zich van en naar Uitgeest te bewegen. De jeugdoverlast bestaat voornamelijk uit verstoring van de openbare orde, vernielingen, baldadigheid, openbare dronkenschap, wildplassen en schreeuwen. Deze overlast tast lokale gevoelens van leefbaarheid en veiligheid aan. Los van deze feitelijke situatie in Uitgeest en Heemskerk wordt 'alcohol en jeugd' ook landelijk als een groot probleem ervaren. Niet alleen omdat de openbare orde in het geding is, maar ook door de gezondheidsschade die overmatig alcoholgebruik –ook op latere leeftijd- met zich meebrengt. Voorts is jeugdoverlast een item dat de landelijke en regionale media de laatste tijd al vele malen gehaald heeft. Politie, gemeenten Uitgeest en Heemskerk ervaren een ongewenste situatie bij de horecabedrijven en op de loop- en slooproutes door het gedrag van jeugdigen. De burgemeesters hebben in de veiligheidsoverleggen aangegeven dat zij de huidige situatie veranderd willen zien. Om een structurele en integrale oplossing te bieden voor het terugdringen van overlast door jeugdigen is een veiligheidsplan nodig. De politie heeft met de notitie ‘Wakkere Ouders, de doorstart’ de basis gelegd voor zon veiligheidsplan. Hierop hebben Uitgeest, Heemskerk en de politie een projectteam gevormd om instrumenten en maatregelen aan de notitie van de politie toe te voegen en uit te werken. Uit deze overleggen is dit plan ‘Veilig Uitgaan’ voortgekomen.
2.
Huidige situatie
De loop- en slooproutes bevinden zich in Uitgeest, Heemskerk en de gebieden die beide gemeenten met elkaar verbinden. Er is gekozen voor een top-4 van incidenten die nauw verband (kunnen) houden met horecagerelateerde jeugdoverlast, te weten: 1. Vernielingen aan auto’s 2. Overige vernielingen en beschadigingen 3. Andersoortig vandalisme en baldadigheid 4. Overige overlast In Uitgeest ligt de focus op de Kleis, de Koog en het Oude Dorp. De strafbare feiten waarbij jeugdigen zijn betrokken 'vernieling auto, overlast door jeugdigen en 'baldadigheid vandalisme' zijn in 2007 toegenomen ten opzichte van 2006. In het bijzonder de feiten onder de incidentcode 'overlast door jeugdigen' is spectaculair gegroeid. Het aantal geregistreerde strafbare feiten waarbij jeugdigen betrokken zijn is voor 2008 lager dan 2007. Uit de bewonersenquête in Uitgeest is gebleken dat vooral de groep die zich zelf heeft aangemeld voor de enquête het meeste overlast ondervindt van de uitgaande jongeren. Meer dan tweederde heeft veel overlast en voor meer dan een kwart is dit meer dan eens per week. Bij de online afgenomen enquêtes is dit beeld iets meer gematigd. 25% heeft veel last van overlast en 39% van de ondervraagden geeft aan dat dit meer dan eens per week is.
RAP/2009/29718
5
VEILIG UITGAAN
Tenslotte de meest omvangrijke geënquêteerde groep, de “face to face random" geselecteerden. Zij zijn het meest mild over de overlast. Ruim 8% ervaart veel overlast en 14, 8% van de bevraagde personen geeft aan dat dit meer dan eens per week is. Opvallend groot is de groep die aangeeft eens in de zoveel tijd overlast te ervaren. Deze groep is ruim 45%. (bron: DIK heeft gegevens verzameld vanuit het Bedrijfsprocessensysteem van Politie Kennemerland.) In Heemskerk draait het om het centrum met de focus op de straten Jan van Scorelstraat, Kerkweg, Gerrit van Assendelftstraat en de Maerelaan. Ook is er overlast gemeld in de buurt Breedweer waar de route naar Uitgeest (het Tolpad) begint. Uit de bewonersenquête van 2007 bleek dat meer dan driekwart van de respondenten (32 van de 42) wel eens overlast door jongeren ervaart. Een kanttekening hierbij is op zijn plaats. Een groot deel van de respondenten gaf aan de overlast hinderlijk te vinden maar het niet als overlastgevend te ervaren. De vragen die volgden waren alleen van toepassing voor de mensen die overlast ervaren hadden en zijn dus ook niet aan de andere respondenten gesteld. Geluidsoverlast was de meest geconstateerde vorm van overlast, waarbij het in het bijzonder ging om schreeuwende jongeren. Één derde van de respondenten heeft wel eens te maken gehad met vernieling van hun auto na een onrustige nacht. Ruim 80% hiervan geeft aan de overlast niet te melden aan de politie. (DIK gegevens en cijfers over Heemskerk volgen. Uitslag van de nulmeting in juli 2009, in aansluiting op cijfers van enquête van 2007). Om de aanhoudende overlast van jeugdigen in de horeca concentratiegebieden en op de loop- en slooproutes tussen de gemeenten Heemskerk en Uitgeest tegen te gaan is een aantal instrumenten ingezet. Beveiliging, de actie “Wakkere Ouders”, de buurtbus, afsluiting van de route, actief deurbeleid in Uitgeest, inzet van portiers enz. heeft niet geleid tot structurele afname van de overlast. Wel heeft het geheel van maatregelen geleid tot bewustwording van de wijdheid van de problematiek. Politie en de gemeentebesturen van Heemskerk en Uitgeest ervaren momenteel een ongewenste situatie op de loop- en slooproutes door het gedrag van een bepaalde groep jeugdigen. De burgemeesters hebben te kennen gegeven dat zij de huidige situatie veranderd willen zien. Zij voelen zich in dat opzicht gesteund door de gemeenteraden die zich in gelijke zin uitlaten. Daarom is door de burgemeesters van Uitgeest en Heemskerk de opdracht verstrekt om te komen tot een plan van aanpak voor een structurele integrale aanpak van de problematiek.
3.
Doelstelling
De volgende doelstelling is geformuleerd: "Door een integrale aanpak een structurele bijdrage leveren aan het terugdringen van overlast door jeugdigen in de horecagebieden en op de loop- en slooproutes van de gemeenten Heemskerk en Uitgeest."
6
4.
Partners
Door andere partners bij de problematiek te betrekken, komt nadrukkelijk de wens om de jeugd niet te criminaliseren naar voren. Door partners als Welschap, HALT, de Brijder Stichting, de Horeca en zeker ook de beveiliging erbij te betrekken wordt getracht een (norm)bewustwordingsproces bij de jeugd te realiseren. Daarnaast is verantwoord alcoholgebruik door jeugdigen eveneens een resultaat waar met dit plan naar gestreefd wordt.
5.
Activiteiten tot nu toe
Een aantal van de activiteiten die tot nu toe is ondernomen om de jeugdoverlast terug te dringen wordt hieronder kort geschetst: 1. Stichting Welschap: Buurtbus Stichting Welschap heeft met een buurtbus gestaan bij de route van Heemskerk naar Uitgeest. De buurtbus heeft actief jongeren aangesproken op hun (drink)gedrag. 2. De Brijder Stichting: Alcoholvoorlichting Stichting de Brijder geeft alcoholvoorlichting op middelbare scholen, zoals het Kennemer College. 3. Politie: Wakkere Ouders Politie IJmond Noord heeft acties in het kader van 'Wakkere Ouders' uitgevoerd. Wakkere Ouders wordt in beginsel vier keer per jaar uitgevoerd op een door bureau HALT (eventueel in samenwerking met de Brijder Stichting) georganiseerde avond. Wakkere ouders is een voorbeeld van een aanpak waar het (norm)bewustwordingsproces centraal staat. Iedere jongere die zich op de openbare weg bevindt en als verdachte ten aanzien van het verstoren van de nachtelijke rust kan worden aangemerkt, wordt aangehouden. De tolerantiegrens ligt daarbij laag. Het is de bedoeling om zoveel en zo snel mogelijk ouders van stappende jeugd te bereiken en aan het denken te zetten. Ouders moeten zich afvragen in hoeverre zij enig idee hebben wat hun kinderen s' nachts uitspoken: zowel voor wat betreft gedrag als voor wat betreft alcoholgebruik. De ouders van de aangehouden jeugdigen worden in de nacht van de aanhouding door de politie gebeld en verzocht om gedurende diezelfde nacht hun kinderen van het politiebureau op te halen. Andere ouders zullen naar aanleiding van berichten in de media aan het denken worden gezet.
4. Gemeente Uitgeest De gemeente Uitgeest heeft het Horecaconvenant 2008 afgesloten met de aanwezige 5 cafés in de kom van het dorp. Hierin is met de ondernemers die een ontheffing van het sluitingsuur tot 04.00 uur op de zaterdagnacht hebben gekregen, een aantal voorwaarden/beperkingen overeengekomen met betrekking tot onder andere toezicht in- en om de inrichting, drugs, geluid en alcoholmatigingsbeleid. Eenmaal in de twee weken wordt in Bob’s Partycentrum Uitgeest een zogenaamd ‘Bikdik’-feest georganiseerd. Op deze vrijdagavonden wordt veel jeugdoverlast/jeugdcriminaliteit geconstateerd. Met Bob’s Partycentrum Uitgeest en de organisatie van de ‘Bigdik’-feesten is een aantal afspraken gemaakt om de jeugdoverlast te beperken: Er zal, door de organisatie van Bikdik, gezorgd worden voor een pasjessysteem, zodat overlastgevende jongeren, net als volgens het al bestaande pasjessysteem van Bob’s zelf, geweerd kunnen worden van de lokaliteit;
RAP/2009/29718
7
VEILIG UITGAAN
-
Er zullen vooraf, in de rij om de lokaliteit binnen te komen, blaastesten afgenomen worden onder 10% van de bezoekers van de ‘Bikdik’-feesten. Bij overschrijding van de toelaatbare norm wordt de toegang tot de lokaliteit geweigerd.
5. Gemeente Heemskerk De gemeente Heemskerk heeft beveiliging ingehuurd om toe te zien op de loop- en slooproutes, is gestart met de in beslagname van drank op de uitgaansroute en heeft de uitgaansroute over het Tolpad tijdelijk afgesloten. De genomen maatregelen hebben tot nog toe niet geleid tot structurele afname van de jeugdoverlast. Wel heeft het geheel van maatregelen geleid tot bewustwording van de problematiek en is het alcoholbezit onder jongeren sterk gedaald. Om toch tot een structurele oplossing te komen, worden de volgende maatregelen voorgesteld.
6.
Maatregelen
De volgende mix van maatregelen wordt – gehoord de veiligheidsadviseurs en de politie – voorgesteld: 1. Direct repressief optreden bij laakbaar/strafbaar gedrag (lik op stukbeleid). 2. Harmoniëren van het juridische instrumentarium, zoals het gelijkschakelen van de APV’s, zodat doeltreffend handhavend kan worden opgetreden 3. Alcoholpreventieprogramma voor jongeren ontwikkelen 4. Horecasanctiebeleid aanscherpen en verder ontwikkelen 5. Handhaving 6. Inzetten van nachtcoaches 7. vaste overlegstructuur “Veilig Uitgaan” 8. periodiek monitoren van de veiligheidssituatie en de beleving hiervan door bewoners 1. Lik op stukbeleid Het heeft niet de voorkeur om stappende jeugd te criminaliseren. Het is op termijn meer effectief om jongeren in de gelegenheid te stellen zich bewust te laten worden van de effecten van hun gedrag en daarmee te leren van hun fouten. Asociaal en laakbaar gedrag van de jeugd kan echter niet worden getolereerd. Het moet duidelijk zijn dat jongeren zich – net als ieder ander – te houden hebben aan regels die democratisch zijn vastgesteld. Dat geldt in het bijzonder voor overlast die bestaat uit diverse strafbare feiten met betrekking tot de openbare orde (overlast, hinder) uit het Wetboek van Strafrecht. De Stichting Halt Kennemerland is de partner in de preventie en repressie bij een aantal aan dit veiligheidsplan gerelateerde delicten. Het accent van HALT Kennemerland ligt in de activiteiten op informatie, bewustwording, meningsvorming en het aanreiken van gedragsalternatieven. Naast de uitvoering van preventieactiviteiten, geeft Halt gerichte adviezen aan gemeenten. Het lik op stuk beleid wordt door alle handhavingpartijen scherp toegepast, analoog aan de aktie “wakkere ouders”. Het houdt in dat wanneer jongeren betrokken zijn bij een mishandeling of andere niet HALT feiten, een regulier strafrechttraject volgt. Jeugdige verdachten krijgen lik op stuk door een snelle, vroegtijdige en consequente behandeling van hun strafrechtdossier. Hierbij horen ook reguliere schadeafhandelingen.
8
De missie en visie van Halt Kennemerland sluit nauw aan bij “wakkere ouders”. Halt Kennemerland wil het normbesef van jongeren duurzaam versterken, verhogen en bestendigen, opdat de sociale samenhang, de leefbaarheid en de veiligheid gewaarborgd, verbeterd, dan wel hersteld kan worden. Hiertoe organiseert Halt leerervaringen voor jongeren die overlast veroorzaken en/of delicten plegen, dan wel dreigen of kunnen gaan plegen, en voor hun ouders. Hierbij wordt tot doel gesteld dat de jongeren zich bezinnen op hun gedrag en zich bewust worden van de gevolgen van hun gedrag voor de omgeving en zichzelf. Halt geeft ouders handreikingen om te leren hoe zij jongeren daarbij – als opvoeders en primair verantwoordelijken – kunnen ondersteunen. Jongeren die in het kader van ‘wakkere ouders” opgepakt worden maken zich schuldig aan grensoverschrijdend gedrag waarbij alcohol vaak een belangrijke rol speelt. Het gedrag van deze jongeren veroorzaakt veel overlast, ergernis en gevoel van onveiligheid. Daarnaast komt het regelmatig voor dat er door jongeren vernielingen worden gepleegd. De Halt-afdoening die deze jongeren krijgen bestaat uit een leeropdracht, eventueel aangevuld met een werkstraf. De leeropdracht is er op gericht hen te confronteren met hun gedrag en hen inzicht te verschaffen in hun eigen handelen en de gevolgen daarvan voor zichzelf en voor anderen. Tevens wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan de rol die alcohol daarbij speelt en welke invloed alcohol heeft op hun vermogen tot het maken van goede keuzes en wat alcohol met de gezondheid doet op zowel de korte als de langere termijn. De jongeren komen samen met de ouders op gesprek. Met de ouders wordt besproken op welke wijze zij het gedrag en alcoholgebruik van hun kind op een positieve manier kunnen beïnvloeden. Deze leerstraf wordt in samenwerking met de Brijder Stichting vormgegeven en door Halt Kennemerland georganiseerd. Hiervoor is een maatwerktraject gemaakt. 2. APV’s gelijkschakelen In de gemeentelijke APV’s zijn maatregelen opgenomen tegen gedragingen zoals baldadigheid, openbare dronkenschap, hinderlijk gedrag, wildplassen, schreeuwen. In Heemkerk is de bepaling opgenomen dat jeugdigen jonger dan 16 jaar niet met alcohol in het bezit op de openbare weg mogen rondlopen. In Uitgeest zal deze bepaling overgenomen worden. Daarmee worden jongeren hetzelfde aangepakt in zowel Heemskerk als in Uitgeest. Dit schept helderheid voor zowel de jeugd als voor de politie en de overige handhavers. Naar het voorbeeld van een uitbreiding van de APV in Zandvoort wordt onderzocht of het wenselijk en haalbaar is om een artikel toe te voegen waardoor er een gebiedsontzegging kan worden opgelegd bij (vormen van) overlast. Deze gebiedsontzegging kan inhouden een bevel zich te verwijderen, een verbod zich ergens te bevinden, voor 14 dagen, met uitbreiding naar ontzegging voor 6 maanden. Het verbod kan herhaald worden. Bijkomend neveneffect is dat dit artikel ook toegepast kan worden als overlast van buren wordt ondervonden en is het te gebruiken bij overlast door dealers. Detail hierin is dat ook de ouders van de betreffende jongeren, analoog naar de actie “wakkere ouders”, met een brief op de hoogte gesteld worden. Hierdoor wordt het bewustzijn van het ongewenste gedrag vergroot. Het uitbreiden van de APV’s naar het “Zandvoortse model” wordt voorbereid. Er is vanzelfsprekend wel bestuurlijk en politiek draagvlak nodig. Het invoeren hiervan kan – nadat gebleken is dat draagvlak bestaat voor een uitbreiding van het juridische instrumentarium – nog in 2009 zijn beslag krijgen.
RAP/2009/29718
9
VEILIG UITGAAN
3. Alcoholpreventieprogramma Het is van belang het overmatige alcoholgebruik ‘terug te dringen. Om het alcoholgebruik aan te pakken is “een brede aanpak” met inzet van meerdere instrumenten is nodig. Het gaat om een ‘preventiemix’ van voorlichting, vroegsignalering, regelgeving en handhaving in te zetten. De gemeenten zijn in het kader van de Wet publieke gezondheid verantwoordelijk voor het bewaken, beschermen en bevorderen van de gezondheidssituatie van hun inwoners. In het Beleidsprogramma Kabinet Balkenende IV 2007 – 2011 “Samen werken, Samen leven” wordt de aanpak van overmatig alcoholgebruik door jongeren specifiek als speerpunt genoemd. In de gemeente Heemskerk is de kadernota lokaal jeugdbeleid 2007 – 2010 vastgesteld. In het uitvoeringsprogramma Integraal Jeugdbeleid staat uitvoerig beschreven hoe de gemeente “samen naar een goede toekomst” gaat. Hierin is het allesomvattende alcoholpreventieprogramma opgenomen. De uitvoering van het actieprogramma ‘gezonde school en genotmiddelen’ gebeurt in samenwerking met de GGD en de Brijder Stichting. De gezonde School en genotmiddelen’ (DGSG) is een schoolpreventieprogramma over alcohol, roken en drugs. Het programma is ontwikkeld door het Trimbos Instituut en wordt landelijk door hen begeleid. In het voortgezet onderwijs wordt DGSG uitgevoerd in samenwerking met GGD’en en instellingen voor de verslavingszorg. DGSG is een integraal programma. Dit betekent dat lessen een belangrijk onderdeel vormen, maar dat er ook aandacht is voor ouderparticipatie, het opstellen van een genotmiddelenreglement en het signaleren en begeleiden van leerlingen met problematisch middelengebruik. Het programma bestaat uit vier onderdelen: Lesgeven aan leerlingen Ouderparticipatie Reglementeren Signaleren en begeleiden. Niet alleen de jeugd wordt in het programma bereikt. Door voorlichting worden ook ouders en voogden bewust gemaakt van de schadelijke effecten van (bovenmatig) alcoholgebruik door jeugdigen. Beoogd effect is het toezicht thuis te verbeteren. In dit kader van interventie op de scholen wordt tevens gewerkt aan het implementeren van de methode VIOS, “Veilig in en om school”. Deze methode biedt scholen een programma om veiligheid in en om de school op een integrale manier vorm te geven. Alcohol en drugspreventie vinden specifiek een plek hierin. Met nadruk dient erop gewezen te worden dat de gemeenten geen bevoegdheid bezitten om uitvoering en implementatie van de methoden “Gezonde School” en “Veilige School” verplicht te stellen. De scholen beslissen over instemming met het plan wat voorgelegd worden en de GGD en de Brijderstichting voeren het uit. Het gemeentebestuur kan vanzelfsprekend wel zijn invloed aanwenden om de gewenste aanpak te laten implementeren.
10
Zowel de methode “Gezonde School” als de inzet van “Veilig in en om School” worden, voor zover van toepassing, uitgevoerd en bekostigd uit bestaande capaciteit en begroting. Beide methodes krijgen in het schooljaar 2009 – 2010 beslag in de uitvoering. Op 30 maart 2009 zal een thema-avond worden georganiseerd over Jeugd en Alcohol. Voor deze bijeenkomst worden de ketenpartners uitgenodigd. Het subdoel is om aan deze avond werkbare suggesties over te houden om verder te werken aan bewustzijnsvergroting als het gaat om jeugd en alcohol. 4. Horecasanctiebeleid In de gemeente Heemskerk vindt regulier overleg plaats met de plaatselijke horeca-exploitanten. De politie is hierbij betrokken. Met elke horecaondernemer is een convenant afgesloten waarin afspraken zijn opgenomen over o.a. de sluitingstijden, de beleidsregel horecahandhaving en het sanctiebeleid. Deze convenanten kunnen naar aanleiding van dit veiligheidsplan aangescherpt c.q. aangepast worden. Aan de horecagelegenheden met een nachtontheffing zullen aanvullende voorwaarden worden gesteld. Op 10 maart 2009 vindt een overleg plaats met de horeca Heemskerk om de ondernemers te informeren over dit plan en de verantwoordelijkheid van de horeca bij de uitvoering. Onderwerpen van gesprek met de horecagelegenheden in Uitgeest en Heemskerk – in het bijzonder die met een ontheffing sluitingstijd – zijn: a) Strikt ontzeggingenbeleid b) Voorwaarde tot het hebben van horeca- en buitenportiers c) Geluidsmatiging d) Vroeg op stap a.
Strikt ontzeggingenbeleid en alcohol en drugsbeleid
Discotheek Bobs werkt met een ontzeggingenbeleid met daaraan gekoppeld een pasjessysteem. Dit gebeurt echter nog niet bij de andere horecagelegenheden. Voorwaarde is dat alle horecagelegenheden in Uitgeest en Heemskerk met ontheffing van het sluitingsuur een strikt ontzeggingenbeleid hanteren. De jeugd wordt dus door de horeca bijgestuurd wanneer zij zich hebben misdragen. Een strikt ontzeggingenbeleid houdt een pasjessysteem in, blaastesten en ook een consequent weigeren van jongeren die al in kennelijke staat verkeren, hetzij door alcohol, hetzij door drugs. Ook het toezicht op alcoholgebruik door jongeren onder de 16 jaar en op het ‘doortappen’ vindt hier een plaats. Het voeren van een streng drugsbeleid, analoog naar de pilot die in Bobs’s geweest is zal op deze manier uitbreiding krijgen.
RAP/2009/29718
11
VEILIG UITGAAN
b.
Horeca –en buitenportiers in dienst hebben
Het is voorwaarde dat alle horecagelegenheden portiers bij de deur en binnen hebben en één gezamenlijke portier per cluster in de ‘buitendienst’. De straal waarbinnen de buitenportier werkt, zal ruimer worden getrokken dan voorheen het geval was. c.
Geluidsmatiging
Voorgesteld wordt om de volumeknop, een uur voordat een horecagelegenheid gaat sluiten, naar beneden te draaien. Hierdoor kan het aanwezige publiek alvast wennen aan een stillere omgeving en zich als zodanig ook gaan gedragen. Deze gedragsafspraak kan bijdragen aan meer rust op straat bij het verlaten van de horecagelegenheid. De Milieudienst IJmond zal vaker ingeschakeld worden om te controleren of de toegestane geluidsniveaus ook daadwerkelijk worden gerespecteerd. d.
Vroeg op stap
Vroeg op stap is een burgerinitiatief dat in den lande steeds meer navolging krijgt. Dit initiatief heeft tot doel de vicieuze cirkel van het huidige uitgaanspatroon te doorbreken. Vooral het zgn. indrinken wordt ingeperkt door het vroeger naar de kroeg gaan en derhalve zal ook eerder gestopt worden met het zgn. doordrinken doordat het sluitingsuur evenredig naar voren gehaald wordt. Ander voordeel is dat jongeren vroeger naar bed gaan en niet de gehele volgende dag “moeten” uitslapen en dus tijd hebben voor andere maatschappelijke activiteiten zoals o.a. sport e.d. Dit instrument werkt alleen goed als er aansluiting in de aangrenzende gemeenten gezocht wordt. 5. Handhaving in horecagelegenheid De Voedsel en Warenautoriteit (VWA) is verantwoordelijk voor de handhaving in de horecagelegenheden. Bij de VWA zal worden aandrongen op de mogelijkheid het gebruik van alcohol en drugs te monitoren, waarbij het accent wordt gelegd op het “doortappen. 6. Nachtcoaches In het voorstel “wakkere ouders, de doorstart” van de politie IJmond Noord blijkt uit de analyse, dat er een toezichtvacuüm is op de loop- en slooproutes. Hiertoe zullen nachtcoaches worden ingezet. Deze nachtcoaches kunnen naar analogie van de springstudenten, die in team IJmond Noord werkzaam zijn, geworven worden. Deze nachtcoaches houden toezicht op de loop- en slooproutes. Het gaat om politieagenten in opleiding , die na het behalen van hun Boa-opleiding, voor dit doel ingezet kunnen worden om daar waar dit nodig is de jeugd direct aan te spreken c.q. te confronteren met hun gedrag. Het bejegeningprofiel is ‘vriendelijk en duidelijk’. De nachtcoaches moeten ‘kennen en gekend worden’. De nachtcoaches hebben duidelijk niet als doel de jeugd te criminaliseren. Doelstelling is om een bewustwordingsproces te realiseren bij zowel de jeugd. Daarbij aangetekend dat er een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen normale en vervelende jeugd.
12
In de uitwerking zal het inzetten van nachtcoaches er als volgt uitzien: vier 'nachtcoaches' surveilleren op een mountainbike de loop- en slooproutes tijdens de vrijdag en zaterdagnacht middels portofoons staan zij in contact met de politiecoördinator. De politie completeert deze groep met 1 politiebiker, die ook de aansturing/coördinatie van de groep nachtcoaches tot zijn/haar taak heeft Gelet op de omvang van het gebied en het aantal overlastlocaties wordt geopteerd voor 4 nachtcoaches. Ouders van jeugd die zich misdragen, worden direct (dus 's nachts) geïnformeerd/geconfronteerd met het gedrag van hun zoon/dochter. Daarnaast wacht de overlastpleger en zijn/haar ouders een vervolgtraject bij HALT/Brijder. Deze manier van werken past in de filosofie van Wakkere Ouders, omdat het niet kan zijn dat de ouders van de overlastplegers lekker slapen, terwijl niet betrokken burgers wakker liggen van diezelfde jongeren. Het is overigens niet zo dat een jongere verdachte onbeperkt HALT afdoeningen kan verwachten. Voor recidive zal een ander traject met HALT worden afgesproken Onderzocht dient nog te worden met wie de nachtcoaches een arbeidsverhouding aan moeten gaan. Vanuit de gemeente bestaat de voorkeur om de nachtcoaches in dienst te laten treden bij de politie, zodat ook vanuit deze organisatie feitelijk leiding gegeven gaat worden. 7. Vaste overlegstructuur Veilig Uitgaan Waar komen de hierboven staande aanbevelingen samen? Hoe dient voorgang van het veiligheidsplan geborgd te worden? Dit veiligheidsplan pleit voor een vaste overlegstructuur genaamd ‘Veilig Uitgaan’. In dit bestuurlijke overleg hebben de twee burgemeesters, de teamchef van IJmond Noord en de horeca-uitbaters, vertegenwoordigd door Horeca Heemskerk en Horeca Uitgeest, zitting. Op strategisch niveau wordt de gang van zaken met betrekking tot de uitgaansveiligheid en alles wat daarmee samenhangt gemonitord. Het overleg wordt voorbereid in een ambtelijke overleg waarin de te onderscheiden disciplines participeren. 8. Periodiek monitoren van de veiligheidssituatie en de beleving hiervan door bewoners Om te zien in hoeverre de voorgestelde aanpak zijn vruchten afwerpt is het van belang regelmatig te monitoren. Op basis van deze monitoring kan dan ook een eventuele bijsturing plaatsvinden in de uitvoering van het plan. Deze monitoring bestaat uit het uitvoeren van tellingen en het houden van bewonersenquêtes. Deze gegevens tezamen geven een beeld van de veiligheidssituatie op de uitgaansroute en de beleving hiervan door de bewoners. Op basis van de gedane offerte voor de nulmeting adviseren wij om een bedrag van € 78.000 hiervoor beschikbaar te stellen.
RAP/2009/29718
13
VEILIG UITGAAN
7.
Alternatieven waar niet voor wordt gekozen
Infrastructurele maatregel Er is onderzocht of in de nabijheid van horeca of op de routes vanuit de horeca naar huis infrastructurele maatregelen zouden kunnen worden getroffen om vernieling en vandalisme tegen te gaan. Het kan daarbij gaan om het afsluiten van straten, maar ook zouden bewoners geadviseerd kunnen worden hun auto’s elders te parkeren, zodat de kans op vernieling afneemt. Nog daargelaten dat niet overal alternatieve parkeerplaatsen zijn, kan een dergelijke maatregel ook worden ervaren als “de omgekeerde wereld”. De bewoners worden mogelijk in de etalage gezet als uitlokkers van vandalisme, terwijl zij – volledig terecht – als slachtoffer van overlast behandeld willen worden. Georganiseerd vervoer In dit kader is ook gedacht aan het inzetten van een nachtbus. Een nachtbus zou jongeren van de uitgaansplek naar een halte dicht bij de eigen woning kunnen brengen. Nog daargelaten de hoge kosten die een dergelijke voorziening met zich meebrengt, is het de vraag of het inzetten van een nachtbus effectief is. cameratoezicht De gemeente kan op basis van artikel 151c Gemeentewet vast cameratoezicht initiëren . Deze maatregel kan helpen het toezicht op de loop- en slooproutes te verhogen. Ook in het kader van repressie is cameratoezicht een middel. Door omwonenden en gebruikers van de openbare ruimte kan cameratoezicht worden ervaren als enerzijds een vergroting van het veiligheidsgevoel en aan de andere kant een beperking van de privacy. Voor het uitlezen van de beelden is deskundig, en dus kostbaar, personeel nodig. Ook het archiveren van de beelden is een kostbare aangelegenheid. Tegen de achtergrond van het verzamelde feitenmateriaal is het inzetten van cameratoezicht disproportioneel. Het draagt het risico in zich dat jongeren vanwege het cameratoezicht een andere route gaan afleggen, waardoor de overlast verplaatst. De grondslag van het inzetten van dit instrument is daartoe niet in voldoende mate aanwezig.
8.
Resumé
In het eerder genoemde voorstel “wakkere ouders, de doorstart” geeft de politie aan dat er sprake is van een toezichtvacuüm in drie situaties: thuis, in de kroeg/discotheek en op de terugweg. Dit plan van aanpak zet in op deze drie situaties. Het toezichtvacuüm thuis wordt aangepakt door een alcoholpreventieprogramma, het alternatieve toezicht en HALT/Brijder. Deze drie middelen moeten de ouders en hun kinderen bewust maken van het alcoholgebruik en aanverwante gedrag. Het toezichtvacuüm in de kroegen en discotheken zal door controles aan de deur, verboden en controles op doortappen, het pasjessysteem en ontzeggingen opgevuld worden. Het toezichtvacuüm op weg naar huis, in de horecagebieden, op de loop- en slooproutes moet met het alternatieve toezicht ingevuld worden, in samenhang met de reguliere publieke taak van de politie.
14
9.
Communicatie
Ten aanzien van het creëren van een zo groot mogelijk draagvlak is de juiste communicatie op het juiste tijdstip essentieel. Aangezien de gemeente de regievoerder is in dit veiligheidsplan dient de communicatie met hen te worden kortgesloten. De politie maakt zelf een afzonderlijk communicatieplan. - Interview van burgemeesters/teamchef IJmond Noord aan de lokale en regionale dagbladen. - Interview van burgemeesters/teamchef IJmond Noord aan de lokale omroep en RTV Noord Holland. Tijdstip: na vaststelling van het plan door de gemeenteraad van 26 maart 2009. - Overleg met Horeca Heemskerk over te treffen maatregelen. Uitwerking hierover wordt in verdere overleggen vervolgd. Tijdstip: 26 februari 2009 om 14.30 uur. Vóór de commissievergadering van 5 maart 2009 en na de collegevergadering van 24 februari. - Communicatie met de burger van Heemskerk aangaande het veiligheidsplan. Tijdstip: na de commissievergadering van 5 maart via een persbericht (alle burgers, niet alleen “tolpad” bewoners) in de Heemskerkse Courant en via de Website van Heemskerk.
10.
Evaluatie
Nadat de aanbevelingen zijn uitgewerkt en operationeel zijn, worden deze geëvalueerd. De verwachting is dat de aanbevelingen voor de zomer van 2009 operationeel zijn. Het project heeft een minimale looptijd van 3 jaar en zal jaarlijks geëvalueerd worden.
11.
Tijdspad
Januari 2009: voorstel “wakkere ouders” door het team IJmond Noord. Februari: aanvulling, uitwerking van instrumenten en maatregelen door de gemeente Heemskerk en de gemeente Uitgeest in samenwerking met de politie. 11 februari: korte aankondiging op hoofdlijnen door de burgemeester in de commissievergadering van het AB. 24 februari: collegebesluit. 26 februari tot eind maart: overleg met Horeca Heemskerk, communicatie met de burgers, uitwerking van het veiligheidsplan. 26 maart: raadsbesluit. Vanaf april: implementatie
12.
Financiën
Aangezien sprake is van een pilotproject, ligt het voor de hand om alle kosten die uit de uitvoering van dit plan voortvloeien onder te brengen in één krediet/budget. Daarbij geldt dat de kosten voor de nachtcoaches naar rato worden gedeeld door de gemeenten Uitgeest en Heemskerk. Aangezien de gemeente Heemskerk de wens heeft om periodiek te monitoren en HALT wil betrekken bij de uitvoering, komen deze kosten voor rekening van de gemeente Heemskerk.
RAP/2009/29718
15
VEILIG UITGAAN
Uitgaande van het feit dat het project loopt van 1 juni 2009 tot 1 juni 2012, kunnen de kosten als volgt worden begroot. Inhuur nachtcoaches Monitoren HALT Onvoorzien
€ 200.000 € 78.000 € 7.000 € 15.000
Totaal
€ 300.000
Voorgesteld wordt een krediet beschikbaar te stellen van € 300.000 voor de uitvoering van dit veiligheidsplan en deze ten laste te brengen van de algemene reserve. De kosten hebben betrekking op de hele proefperiode van drie jaar.
13.
Samenvatting
Aanleiding voor het maken van een veiligheidsplan is de aanhoudende overlast van jeugdigen in de horecaconcentratiegebieden en op de loop- en slooproutes tussen de gemeenten Heemskerk en Uitgeest. Het inzetten van diverse instrumenten, zoals beveiliging op de genoemde routes, het houden van de actie “Wakkere Ouders” en zelfs afsluiting van de betreffende route, heeft niet geleid tot structurele afname van de overlast. Wel heeft het geleid tot bewustwording van de problematiek wat noopt tot een brede aanpak om te komen tot de gewenste situatie. De gemeente Heemskerk heeft in deze constructief samengewerkt met de buurgemeente Uitgeest en de politie om te komen tot een veiligheidsplan om de overlast te beperken en het bewustzijn van eigen gedrag en houding bij de jeugd en de overige betrokkenen te vergroten. De beoogde, mogelijke maatregelen zijn: Lik op stukbeleid ontwikkelen: HALT project; preventie en repressie, ook door OM en politie. Het aanpassen van de APV’s: gelijkstelling tussen Uitgeest en Heemskerk en aanscherping ervan. Alcoholpreventie: voorlichtingscampagnes op middelbare scholen, lessen en ouderparticipatie; samenwerking met detailhandel zoeken; Horecasanctiebeleid: aanscherpen en aanpassen. Afspraken met horecaondernemers over bijv. deurbeleid. Uitbreiden van toezicht: portiers in de horecagebieden en nachtcoaches op de routes ter begeleiding van het uitgaanspubliek. Door inzet van bovenstaande instrumenten wordt op drie fronten gewerkt aan een integraal plan ‘Veilig Uitgaan’ 1. op het thuisfront wordt gewerkt aan bewustwording door voorlichting via een alcoholpreventieprogramma voor jeugd en ouders; 2. in de horeca is toezicht en beleid op “indrinken en doordrinken”; 3. op weg naar huis is ter plekke toezicht op gedrag van uitgaansjeugd.
16