ZEEBRIEF#97
12 april 2014
MARKBORG 9142540, foto: W. Korndörffer, 14-3-2014 aan de Parkkade te Rotterdam. 1-11-1996 te water gelaten bij Scheepswerf Bijlsma Lemmer B.V., Lemmer onder bouwnummer 677, 8-1-1997 opgeleverd als MARKBORG aan C.V. Scheepvaartonderneming Markborg, Delfzijl, in beheer bij Wagenborg Shipping B.V., Delfzijl, roepsein PFRR. 6.540 BRT, 3.464 NRT, 9.200 DWT. G 13.059 m3, 604 TEU, 16 kn. 134,55 (127,20) x 16,50 x 9,80 x 7,120 meter. 7.178 EPK, 5.280 kW, Wärtsilä 8SW38, Stork-Wärtsilä Diesel B.V., Zwolle. 2002 in charter bij Mediterranean Shipping Compagnie S.A., 5-4-2002 te Antwerpen herdoopt MSC SUOMI. 112002 verkocht aan W. Waller KG, m.s. Maxima, Hemmoor, Willemstad-N.A., in beheer bij Wagenborg Shipping B.V., Delfzijl, roepsein PJDQ. 12-2006 (e) verkocht aan M.S. Maxima Schiffahrts-Verwaltungsges.m.b.H. & Co. K.G., Willemstad-N.A., in beheer bij Wagenborg Shipping B.V., Delfzijl en Esmeralda Schiffahrts-Verwaltungsgesellschaft m.b.H., Hemmoor. 2-2007 herdoopt MARKBORG. 10-10-2010 vlag: Curaçao. 30-8-2012 met machineproblemen gearriveerd in de St. Laurenshaven in de Botlek met de sleepboten SMIT HUDSON en FAIRPLAY-24. 28-11-2013 tijdens een reis van Kaliningrad naar Rotterdam op het Kieler Kanaal machineproblemen opgelopen en door de uitgestoten rookwolken door de politie te Rendsburg aangehouden, de machine gerepareerd te Brunsbüttel. m.s. WAALEKERK 6803325 1968-1970 vrachtschip PILG Gebouwd 1968, N.V. Machinefabriek & Scheepswerf van Piet Smit Jr., Rotterdam (661) 7.382 / 10.710 BRT 3.743 / 5.848 NRT 9.398 / 13.282 DWT 166,61 (152,51) x 22,74 x 12,50 x 8,154 / 9,684 meter. 6 ruimen, G 18.331 m3, B 17.755 m3, koelruimte 960 m3, dieptanks 843 ton, laadgerei: 6 kranen van 11 ton en 2 van 3 ton SWL, 1 laadboom van 120 ton en 4 van 6 ton SWL, 2.049,5 ton bunkers, 20,5 kn. 17.000 EPK, 12.682 kW, 6 cyl, 2 tew, 900 x 1700, Stork, N.V. Kon. Machinefabriek Gebr. Stork & Co., Hengelo. 1-12-1966 kiel gelegd, 29-11-1967 gedoopt WAALEKERK door mevr. B.B. Marsman-Aingworth en te water gelaten, 5-4-1968 opgeleverd (LR) aan de V.N.S., 5-4-1968 in de P.O. van de V.N.S. Afvaarten voor de V.N.S.: 10-4-1968 vertrokken Rotterdam naar Australië. 18-7-1968 vertrokken Rotterdam naar Australië.
7-11-1968 vertrokken Rotterdam naar Australië. 6-2-1969 vertrokken Rotterdam naar Australië. 27-5-1969 vertrokken Rotterdam naar Australië. 29-8-1969 vertrokken Rotterdam naar Australië. 2-12-1969 vertrokken Rotterdam naar Australië. 1-7-1970 als WAALEKERK overgedragen aan N.V. Koninklijke Nedlloyd, Rotterdam. 17-5-1977 overgedragen aan Nedlloyd Lijnen B.V., Rotterdam. 7-1977 herdoopt NEDLLOYD WAALEKERK. (foto: W. Korndörffer, 5-4-1968 aan de Parkkade te Rotterdam).
4-1984 in beheer bij Mammoet Shipping B.V., herdoopt WAALEKERK. 19-2-1986 vertrokken van Westervik naar Dubai, 1986 verkocht voor sloop voor $122.00 per ldt., 9-4-1986 vertrokken van Dubai, 19-4-1986 vertrokken van Colombo naar Kaohsiung, Taiwan, 27-4-1986 gearriveerd te Kaohsiung, Taiwan om te worden gesloopt, gesloopt door Tong Hing Steel & Iron Works Co. Ltd., 14-5-1986 aanvang sloop, sloop voltooid 28-51986. (Foto: TVDZ, 15-6-1984).
Groot onderhoud reddingboot Koopmansdank Sinds half januari is de reddingboot 'Koopmansdank' weg voor groot onderhoud naar scheepswerf de Haas te Maassluis. Tijdens de werfbeurt op scheepswerf de Haas te Maassluis zal een groot gedeelte van de aandrijving worden gedemonteerd en gereviseerd waaronder beide motoren, de aandrijfassen, de waterjets en de buckets. Daarnaast krijgt het gehele onderwaterschip en een deel van de opbouw van de reddingboot een nieuwe verflaag en worden de rubberen tubes gerepareerd. Naast het onderhoud wordt er nieuwe apparatuur in de brug geïnstalleerd zoals een nieuw beeldscherm voor de elektronische zeekaart en een nieuwe radio richtingzoeker die kan worden gebruikt om marifoon-signalen uit te peilen. Afsluitend aan de werfbeurt zal er een duurtest worden uitgevoerd waarbij er 12 uren aan één stuk zal worden gevaren om alle systemen uitvoerig te testen. Tijdens deze testvaart zullen er twee monteurs van de scheepswerf aan boord mee gaan voor de technische ondersteuning. Naar verwachting zal de 'Koopmansdank' medio maart weer operationeel zijn op station Neeltje Jans. Tot die tijd zal de reddingboot 'Christien' de taak vervangen. (Bron: knrm.nl, 25-2-2014, foto: TVDZ, 13-3-2014).
LACERTA, MMSI: 244780377, foto: R. Coster http://famcostermaritiemefotografie.blogspot.nl, 16-3-2014 aankomst te IJmuiden. Aluminium L-klasse loodstender, 7-1-2014 te water gelaten bij No Limit Ships te Groningen, 17-2-2014 opgeleverd door Barkmeijer Shipyards B.V. (331) aan Loodswezen Nederland B.V., roepsein PCQU, 76 BRT, 22 NRT, 50 DWT, 21,05 (19,10) x 5,20 x 3,00 x 1,300 meter, 2.634 EPK, 1.938 kW, Caterpillar C32 ACERT. 28 kn. 27-2-2014 te Rotterdam gedoopt LACERTA. 28-2-2014 vertrokken naar Den Helder. EVT laat zich alsnog uitkopen Eigen Veerdienst Terschelling (EVT) stopt haar activiteiten op de veerdienst tussen Harlingen en Terschelling. De veerboot SPATHOEK en het personeel worden overgenomen door Rederij Doeksen. Na de aanvankelijk vruchteloze onderhandelingen tussen Doeksen, EVT en de Staat om een einde te maken aan de slepende veerbootcrisis, zijn de gesprekken in de loop van deze week toch weer opgepakt en is EVT alsnog akkoord gegaan met een uitkoopsom van negen miljoen euro. Dit bedrag wordt betaald door de Staat. Het geld komt uit de pot Investeringsruimte Regionaal Lokaal van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Met de hoogte van het bedrag is rekening gehouden met de door EVT en aanverwante bedrijven ingediende en mogelijk nog in te dienen claims en regels voor staatssteun. Op dat laatste had de gemeente Terschelling dinsdag nog aangedrongen, om daarmee de verliezen van Doeksen te compenseren. Die dreigde met een versobering van de zomerdienstregeling. Directeur Paul Melles is blij dat zijn bedrijf na jaren van stilstand nu weer verder kan. ‘Dit is een goede ontwikkeling voor de rederij, het personeel, de eilanden en de toeristen.' Doeksen heeft al enkele jaren plannen voor nieuwbouw van twee ‘groene' catamarans, maar die bleven in de ijskast vanwege de onzekerheid rond de concessieverlening. Nu deze onherroepelijk is geworden, sluit Melles uit dat andere rederijen de rol van EVT op de dienst tussen Harlingen en de eilanden overnemen. ‘Vanaf nu is het voor andere partijen bij wet verboden hier te varen.' De Spathoek blijft volgens Melles tot september volgens de huidige dienstregeling in de vaart. ‘Daarna gaan we verder kijken.' Hij wijst wel op de overcapaciteit aan schepen en personeel die na het zomerseizoen ontstaat. Directeur Erwin Rob van EVT zegt dat er een sociaal plan is voor het personeel. De contracten lopen tot september. Claims
Staatssecretaris Wilma Mansveld, die zich de dreigende gevolgen van het veerbootconflict voor de eilanders het laatste half jaar zeer heeft aangetrokken, benadrukt dat Doeksen verder de enige rederij is die de veerdienst naar Vlieland en Terschelling gaat verzorgen. Mansveld schreef gisteren in een brief aan de Tweede Kamer dat ze over de onderhandelingen zelf geen mededeling wil doen vanwege het vertrouwelijke karakter en de kans op precedentwerking. De schikking met alle partijen houdt allereerst in dat - met name door EVT - de in het verleden ingestelde juridische procedures over de waddenveren worden ingetrokken, zoals de beroepen tegen de vervoersconcessies. Die zullen nu in werking treden. Dat geldt niet alleen voor de concessie West voor Rederij Doeksen, maar ook die van de concessie Oost voor Wagenborg Passagiersdiensten. Ook tegen deze laatste liepen bezwaren door EVT. De schadeclaim van 14 miljoen euro, die EVT een paar jaar geleden bij de gemeente Terschelling, de Staat en Rederij Doeksen indiende, is nu ook van tafel. Volgens Mansveld is de veerdienst naar de eilanden voor de komende 15 jaar - de looptijd van de concessie veiliggesteld. Adviesraad Onderdeel van de schikking is dat Rederij Doeksen een Raad van Advies instelt, waarin eilanders en belanghebbenden worden benoemd, zodat het belang van de eilanders wordt versterkt. De Raad gaat adviseren over tarieven, dienstregeling, het jaarlijks op te stellen vervoersplan, en over verdere verbetering van het vervoersaanbod van Doeksen. Mansveld belooft nadrukkelijk toe te zullen zien dat het belang van de eilanders ook op termijn wordt geborgd. Doeksen werkte reeds met een klantenpanel en was door het Openbare Dienstcontract gehouden aan tarieven en een minimaal aantal afvaarten. Even slikken Erwin Rob van EVT is blij met het einde van het conflict dat ‘onder de bezielende leiding van de Staat tot een goed einde is gekomen. Persoonlijk is het einde van EVT wel even slikken', zegt Rob.
Mansveld maakt EVT het compliment zich sinds 2006 te hebben opgeworpen voor het belang van de eilanden en de eilandbewoners. ‘De eilanders kunnen nu weer verzekerd zijn van een veilige, betrouwbare en continue veerverbinding', zegt de staatssecretaris. (Bron: schuttevaer.nl/JH, 4-4-2014, foto: EVT, 21-7-2011).
Boekingen 2014 gewoon geldig De geboekte tickets voor 2014 blijven gewoon geldig! Naar aanleiding van de diverse berichten in de media vandaag berichten wij de reiziger graag dat alle geboekte tickets voor 2014 gewoon geldig blijven. Tot en met 30 september zullen alle afvaarten conform dienstregeling uitgevoerd worden. Na die datum kunnen vertrektijden gaan wijzigen. (Bron: evt.nl, 4-4-2014, foto: Koos Goudriaan, 6-7-2012). HET OUDE STUKGOED De traditionele manier waarop stukgoedlading in de Rotterdamse haven werd geladen en gelost, bestaat niet meer. Stukgoed zit alweer jaren in containers. Dat levert tijdwinst op en dus ook geld. Kisten, kratten, balen en dozen in scheepsruimen: ze zijn verdwenen. In de Merwehaven, de Lekhaven, de Rijnhaven, de Maashaven en de Waalhaven liggen geen klassieke stukgoedschepen meer en is de activiteit die er eens was tot stilstand gekomen. Maar de herinneringen zijn er nog wél! Voormalig scheepscontroleur Chris Vennix - die van 1964 tot 1998 bij de S.H.B. in de haven heeft gewerkt - heeft zijn eigen herinneringen en zijn belevenissen opgeschreven en gebundeld in het boek Het oude stukgoed. Hij beschrijft waar de tientallen stukgoedstuwadoorsbedrijven waren gevestigd; en ook wat ze zoal aan lading behandelden voor welke rederijen. Vennix vertelt welke functies er in de overslag van stukgoed waren en welke uitdrukkingen er in de specifieke eigen haventaal van de havenwerkers waren. Vennix heeft in zijn 176 pagina’s tellende boek verteld wat er kwam kijken bij de lossing van schepen met fruit, met hout en met stinkende lading. Hij heeft het ook over het havenvakschoolonderwijs, de havenstakingen, de havenkranen, de arbeidspool van de S.H.B, de havenwerkgeversorganisatie S.V.Z. en het dagelijkse werk van een havenwerker. En nog heel veel meer. Kortom: hij heeft een beeld geschetst van de vele decennia waarin er in de haven van Rotterdam nog met stukgoed werd omgegaan. En hij heeft dat eveneens met humor gedaan. Het tijdperk van het traditionele stukgoed is voorgoed voorbij, maar komt opnieuw tot leven in Het oude stukgoed. (Bron: hetoudestukgoed.nl, Prijs: € 16,95, Auteur: Chris Vennix, ISBN: 978-94-91354-31-1, Paperback: 17 x 24 cm, 176 pagina’s met illustraties.
NEDLLOYD ORANJESTAD 7038953, foto; W. Korndörffer, afmerend in de Rijnhaven te Rotterdam. 30-5-1969 kiel gelegd, 8-12-1970 te water gelaten, 20-4-1971 opgeleverd door N.V. Machinefabriek en Scheepswerf van P. Smit Jr., Rotterdam (665) als TRIDENT ROTTERDAM aan N.V. West-Indische Scheepvaart Mij. Anno 1921, Willemstad-N.A., in beheer bij N.V. Koninklijke Nederlandsche Stoomboot-Maatschappij, Amsterdam. Roepsein PJPY, brandmerk 1971 C 511. 7.226 BRT, 3.715 NRT, 9.312 DWT, 169,09 (155,12) x 24,06 x 12,50 x 8,262 meter, 12 passagiers, 4 ruimen, G 15.079 m3, B 14.232 m3, koelruimte 2.700 m3, 21 kn. 16.000 EPK, 11.936 kW, 8 cyl, 2 tew, Sulzer, N.V. Koninklijke Maatschappij "De Schelde", Vlissingen, 21 kn. 9-1979 herdoopt ROTTERDAM. 1981 in beheer bij N.V. Koninklijke Nedlloyd, Rotterdam. 1981 herdoopt ORANJESTAD. 1982 herdoopt NEDLLOYD ORANJESTAD. 1984 verkocht aan Nedlloyd Lijnen B.V., Rotterdam, roepsein PGFD. 1984 brandmerk 17087 Z ROTT 1984. 1986 verkocht voor sloop naar Taiwan, 27-6-1986 gearriveerd te Kaohsiung om gesloopt te worden. Rotterdam moet onderscheid oud/nieuw stukgoed vergeten Toen na de grote havenstaking van 1979 de problemen in het Rotterdamse stukgoed pas goed begonnen, leek het wel of voor deze bedrijfstak eigen wetten golden. Stuwadoor na stuwadoor geraakte zwaar in de verliezen, maar tot faillissementen kwam het eigenlijk niet. Het was in deze tijd onbestaanbaar dat de grootste stuwadoor zou aankondigen dat alle activiteiten buiten het containerwerk werden afgestoten, zoals ECT eind december van het vorige jaar deed. In het stukgoed waren de uittredingsbarrières in de jaren tachtig, en dan met name in de eerste helft daarvan, bijna onneembaar hoog. Deze drempels waren niet economisch, maar sociaal of zelfs moreel van aard. Gangbare managementideeën omtrent het uittreden uit uitzichtloze bedrijfstakken ten faveure van expansie in winstgevende groeisectoren leken door de bij het stukgoed betrokken concerns bewust niet te worden toegepast. De havenwerkers moesten wel het idee gekregen hebben dat hun bedrijven niet kapot konden. En het was ook juist voor ingewijden nauwelijks voorstelbaar dat de vermaarde stuwadoorsbedrijven, die wortelden in de negentiende-eeuwse activiteiten van Peter Thomsen en Frans en Cornelis Swarttouw, zouden verdwijnen. Hun bestaan leek te nauw verweven met dat van de Rotterdamse haven als geheel. De alles overheersende angst van de havenondernemers was die voor arbeidsonrust. Een concern als Pakhoed geeft, volgens het bericht in Nieuwsblad Transport, nu openlijk toe dat men steeds is terug geschrokken van liquidatie van Multi-Terminals wegens de uitstraling daarvan op de SHB en de andere delen van de haven waarin Pakhoed actief is. Al langer bestond de indruk dat Internatio-Muller om deze redenen zo 'soft' was omtrent het jarenlang verliesgevende Muller-Thomsen (Pakhoed werd eigenlijk een hardere opstelling toegedacht). De havenconcerns en de SVZ/VRS spanden zich -onder druk van de Vervoersbond FNV, dat wel- verder nog meermalen in om in moeilijkheden geraakte kleinere stuwadoors als Rotterdam Terminal en Felshaven op een fatsoenlijke manier te saneren. De oprichting van de Rotterdam Haven Participatie Maatschappij in 1990 was wel het toppunt van het -niet van eigen belang ontblote- nemen van 'sociale verantwoordelijkheid' (of verdient het opnemen van Quick Dispatch en Muller-Thomsen in ECT in 1989 dit predikaat?). Maar ten tijde van deze laatste gebeurtenissen was er al een wending opgetreden. De havenwerkgevers, die niet erg succesvol waren geweest in het vermijden van sociale onrust, lieten het begin van 1987 bewust aankomen op een staking, die uitmondde in de 'Zoen van Delft' (het sociale akkoord onder leiding van Gerard Krul). Voor latere acties, zoals die in 1991 rond de sjorders, gold dit waarschijnlijk in mindere mate, maar zij fungeerden wel als 'tests' voor de werkgevers. Hoe was het gesteld met de havenbrede onderlinge solidariteit
van de werknemers? Zo zijn de werknemers van Multi-Terminals er volgens Nieuwsblad Transport onlangs niet in geslaagd de wilde staking rond het houtpakket over te doen slaan naar andere bedrijven. Een aanwijzing dat de recente uitspraken van FNV-bestuurder Verroen over een terughoudender gebruik van het stakingswapen geen loze kreten zijn. En dat een meer hartelijk overleg tussen werkgevers en werknemers, die onlangs met een gezamenlijk PIT-rapport van die strekking kwamen, kans van slagen heeft.
Kortom, de havenondernemers durven meer nu zij er zeker van denken te zijn dat er een wijziging van het sociale klimaat is opgetreden. Toch blijft er een vraag open. Waarom renderen ECT en Multi-Terminals zo slecht in het stukgoed, terwijl er binnen Seaport Terminals bijvoorbeeld (sinds 1990 ook onderdeel van Pakhoed) en buiten Rotterdam (Antwerpen met name) wel redelijke of zelfs goede resultaten zijn te behalen? Er zijn bovendien gegadigden voor de af te stoten stukgoedbelangen. Het brandmerken van de stukgoedoverslag als een activiteit die tot de ondergang gedoemd is of waar in ieder geval geen droog brood aan te verdienen is, zoals dat in de duistere periode in de jaren tachtig is geschied, werkt blijkbaar in Rotterdam nog steeds door. Dit had voorkomen kunnen worden door de stukgoedoverslag - net als in Antwerpen- stelselmatig breed te definiëren en niet de constant groeiende containeroverslag uitdrukkelijk als een aparte categorie neer te zetten. Ofwel het syndroom van de moderne tegen de verouderde overslag, een uitvloeisel van de oprichting van ECT door bestaande stukgoedstuwadoors in 1966 met de daarbij gemaakte marktverdelingsafspraken. Van die mentale opdeling moet Rotterdam maar eens afstappen. (Bron: nieuwsbladtransport.nl, door HUGO VAN DRIEL, 02 januari 1994, Foto KOTA PUSAKA: HK/TVDZ, Beatrixhaven, 3-3-1982 als KOTA PUASKA). KOTA PUSAKA 5217660: 2-3-1960 besteld, 23-9-1960 kiel gelegd, 9-8-1961 te water gelaten, 23/24-1-1962 technische proefvaart, 27-1-1962 opgeleverd door N.V. Rotterdamsche Droogdok Maatschappij, Rotterdam (305) als MAIN LLOYD aan N.V. Koninklijke Rotterdamsche Lloyd, Rotterdam, roepsein PFSU. 6.875/9.622 BRT, 3.837/5.596 NRT, 9.591/11.735 DWT. 161,04 (149,00) x 20,20 x 12,22 x 7,970/8.868 meter. 12 passagiers, 6 ruimen, 18 kn. 10.500 EPK, 7.833 kW, 9 cyl, 2 tew, N.V. Koninklijke Machinefabriek Gebr. Stork & Co., Hengelo. 1-7-1970 verkocht aan N.V. Koninklijke Nedlloyd, Rotterdam. 10-1977 verkocht aan Nedlloyd Lijnen B.V., Rotterdam, herdoopt NEDLLOYD MAIN. 14-2-1982 vanaf Demerara, Guyana gearriveerd te Rotterdam, 25-2-1982 verkocht aan Pacific International Lines (Pte.) Ltd., Singapore, te Rotterdam herdoopt KOTA PUSAKA, de naam als KOTA PUASKA aangebracht. 1985 verkocht voor sloop naar Volksrepubliek China, 20-9-1985 gearriveerd te Huangpu om gesloopt te worden. Fairstar ‘ontkende contract bouw schip Fathom' In de nasleep van de vijandige overname door Dockwise van Fairstar Heavy Transport stonden deze week twee oud-bestuurders van Fairstar tegenover een voormalig accountant van KPMG bij de tuchtrechter in Zwolle. Volgens de oudbestuurders wist de accountant dat in de jaarrekening 2011 terecht de bouw van een nieuw schip van 111 miljoen dollar buiten de boeken was gehouden. Dockwise nam het Bredase Fairstar in 2012 over. Medio dat jaar kwam de nieuwe eigenaar tot een onaangename verrassing: het had ook de verplichting overgenomen
voor de op een Chinese werf in aanbouw zijnde Fathom. Dockwise vroeg vervolgens KPMG, opsteller van de jaarrekening, waarom hier niets over was vermeld.
Opvallend, vond ook KPMG, omdat ze door het voormalig management van Fairstar was geïnformeerd ‘dat dit contract helemaal niet bestond'. De accountant deed onderzoek naar de juistheid van de jaarrekening 2011, een belangrijk document in de overname door Dockwise. In oktober 2012 concludeerde de accountant dat ‘er inderdaad een investeringsverplichting inzake de Fathom bestond' en dat deze in de jaarrekening en in het jaarverslag had moeten worden gemeld. De accountant wist dus niet van het bestaan van de verplichting. ‘Door een incomplete en onjuiste weergave van de juiste gang van zaken werd een rookgordijn opgeworpen', stelde de raadsvrouw. Verdoezelen Volgens oud-bestuurder Willem Out en oud-bestuursvoorzitter Philip Adkins was de onderzoekend accountant ook al betrokken bij het opstellen van de jaarrekening 2011. Hij wist van de in aanbouw zijnde Fathom en besloot deze toch niet in die jaarrekening op te nemen, stelde de raadsman van de twee klagers. KPMG wil deze misser verdoezelen door te suggereren dat de accountant is misleid. Niet KPMG, maar juist Dockwise wordt om de tuin geleid, meende hij. ‘Had het bedrijf geweten dat de accountant eigen vlees keurde, dan was ze daar nooit mee akkoord gegaan.' Bovendien stelden de oud-bestuurders dat de tweede benodigde handtekening onder het bouwcontract pas eind mei 2012 was getekend. Er gold dus helemaal geen verplichting eind 2011. Van tafel De nasleep van de overname heeft al de nodige juridische procedures opgeleverd. Tussen Fairstar en Dockwise loopt een procedure bij de civiele rechter. KPMG stelt nadrukkelijk geen partij te zijn in die rechtsgang. Volgens het accountantsbureau is de tuchtzaak in Zwolle tegen een van haar voormalige accountants aangespannen met een belangrijk doel in die civiele procedure. ‘Linksom of rechtsom, de conclusie dat er in 2011 voor Fairstar onvoorwaardelijke verplichtingen bestonden inzake de bouw en aanschaf van de Fathom moet van tafel. Dit om aansprakelijkheid van de twee heren te voorkomen in de procedure met Dockwise.' De oud-bestuurders stelden juist dat KPMG een aansprakelijkheidsstelling door Dockwise wil voorkomen door te stellen dat het voormalige management van Fairstar gefraudeerd heeft. ‘Een vlucht naar voren om te voorkomen dat men er achter kwam dat KPMG van de hoed en de rand wist.´ Of de accountant iets te verwijten valt, blijkt over circa 10 weken. Dan doet de accountantskamer uitspraak. (Bron: Schuttevaer, 13-3-2014, foto FJORD (IMO 8636740): Fairstar). FATHOM aanvankelijk in aanbouw bij Guangzhou Shipbuilding International Co. Ltd. (GSI), Qidong, China voor rekening van N.V. Fairstar Heavy Transport, Rotterdam/Dochwise met geplande oplevering in 2013, 35.586 BRT, 48.000 DWT.
Boskalis neemt zeesleeprederij Fairmount over
Koninklijke Boskalis Westminster NV (Boskalis) heeft overeenstemming bereikt met Louis Dreyfus Armateurs over de overname van Fairmount Marine BV en Fairmount Ocean Towage Company BV (Fairmount) in Rotterdam. De totale transactiewaarde bedraagt circa 6 maal de winst voor rente, belasting, afschrijvingen en amortisatie (EBITDA) van Fairmount. Cijfers zijn niet bekendgemaakt. Fairmount is een toonaangevende wereldwijde aanbieder van zeesleepdiensten over lange afstanden. De zeesleeprederij werd in 1980 opgericht en kwam in 2007 in handen van de Franse rederij Louis Dreyfus Armateurs. Het bedrijf beschikt hiervoor over een vloot van vijf Anchor Handling Tugs (AHTs) met een trekkracht van 205 ton bollard pull.
Versterking De toevoeging van deze zeegaande AHTs betekent voor Boskalis een verdere versterking van de marktpositie op het gebied van zowel offshore energy-dienstverlening als berging. Het gebruik van zeegaande sleepboten voor zogenoemd 'nat' slepen over lange afstanden vormt een aanvulling op de bestaande diensten op het gebied van zwaar droog transport die Boskalis reeds aanbiedt, ondermeer via de dochterondernemingen Smit en Dockwise.
Met Fairmount kan Boskalis haar klanten het volledige spectrum van oplossingen op het gebied van zwaar transport over zee aanbieden, toegesneden op de betreffende vracht of op specifieke vereisten. De AHTs kunnen ook worden ingezet op offshore-projecten. Ze vormen daarmee een uitbreiding op het huidige aanbod van Boskalis op het gebied van transport- en installatiediensten, en kunnen daarnaast voor bergingsprojecten worden ingezet. (Bron: Schuttevaer.nl/DvdM, 5-3-2014, foto: Fairmount Marine, Transport van het half afzinkbare boorplatform NOBLE MAX SMITH door de zeeslepers FAIRMOUNT SHERPA en FAIRMOUNT EXPEDITION begin vorige maand van de Golf van Mexico naar Brazilië, foto FAIRMOUNT GLACIER 9344796: R.P. van de Wetering, 15-3-2014 kwam binnen met de CASTORO SEI voor de Europahaven Rhenus en voer door naar Damen in de Wiltonhaven te Schiedam, FAIRMOUNT GLACIER onder: R. Zegwaard, 3-4-2014 bij vertrek van Rotterdam naar Okpo, Korea, 1-6-2014 ETA te Okpo, Korea).
HUA HAI LONG 9560144, foto: H. Lingbeek http://www.tussenhoekenstad.nl, 16-3-2014 op het Calandkanaal met aan boord het boordeiland ENSCO 121. HUA HAI LONG 9560144: 18-6-2008 contract, 28-12-2009 kiel gelegd, 9-1-2012 opgeleverd door China Merchants Heavy Industry (Shenzhen) Co. Ltd., Shenzhen (CMHI-068) als HUA HAI LONG aan Guangzhou Salvage Bureau, Guangzhou-China, 31.726 GT, 9.517 NT, 30.002 DWT. ENSCO 121, IMO 9621481, Drilling Jack Up, 2-2-2011 contract, 12-1-2012 1e staal gesneden, 7-2-2013 kiel gelegd, 21-4-2013 te water, 20-12-2013 opgeleverd door Keppel Fels Ltd., Singapore (B330) als ENSCO 121 aan Ensco Offshore International Company, Dubai, vlag; Liberia, in beheer bij Ensco Offshore, Houston, Texas, U.S.A. 14.082 GT, 4.334 NT. 102,20 x 76,20 x 9,44 meter. 6 generators van 1.720 kW, Kato Engineering. 16-3-2014 verhaald naar Keppel-Verolme B.V. in de 2e Werkhaven, Botlek.
SEVEN WAVES 9649029, foto: J. Plug, 22-3-2014 vertrokken uit de Waalhaven naar Las Palmas. 28-3-2014 te Las Palmas. 14-4-2014 van Las Palmas naar Rio de Janeiro en aansluitend aan het werk voor Petrobras.
Bokalis en Mammoet gaan Baltic Ace bergen
De bergingsbedrijven Boskalis uit Papendrecht en Mammoet Salvage uit Schiedam hebben van Rijkswaterstaat opdracht gekregen om het wrak van de gezonken autocarrier 'Baltic Ace' te bergen. Dat heeft Rijkswaterstaat maandag bekendgemaakt. De 'Baltic Ace' ligt 35 meter diep op ongeveer 65 kilometer uit de kust van Goeree-Overflakkee en midden in één van de drukste scheepsroutes ter wereld. Nog dit jaar wordt gestart met het verwijderen van de stookolie aan boord van het 148 meter lange wrak en volgend jaar zal het in delen worden gezaagd en worden geborgen. Uiterlijk eind 2015 moet het wrak volledig van de Noordzeebodem zijn verwijderd. De 'Baltic Ace' was een achtdeks 'roll-on-roll-offschip' dat maximaal 2132 voertuigen kon vervoeren. Het schip kwam op 5 december 2012 op weg van Zeebrugge naar het Finse Kotka in aanvaring met een containerschip dat op weg was naar Antwerpen. De 'Baltic Ace', beladen met ruim 1.400 gloednieuwe Mitsubishi's, zonk binnen 15 minuten. Van de 24 bemanningsleden overleefden 13 de ramp. De ruim 1400 auto's en de 540.000 liter stookolie aan boord van de 'Baltic Ace' vormen een bedreiging voor het milieu, waardoor het wrak volledig moet worden geborgen. Door de ligging van het wrak wordt een veilige en snelle doorvaart van het scheepvaartverkeer naar de haven van Rotterdam gehinderd. Jaarlijks passeren circa 16.000 schepen die route. Het is niet bekend wat de berging gaat kosten. (Bron: RTV Rijnmond, 24-3-2014, foto: R. Zegwaard, 5-5-2008).
MOL wil 132 miljoen voor 'MOL Comfort' Mitsui O.S.K. Lines eist tenminste 131,6 miljoen dollar van scheepsbouwer Mitsubishi Heavy Industries vanwege voorkombare constructiefouten en nalatigheid bij de bouw van de 'MOL Comfort'. Dat blijkt uit rechtszaakdocumenten die Lloyd's List in handen heeft. Volgens advocaten van het kantoor Yoshida and Partners die MOL representeert, zaten er designfouten in de dubbele bodemconstructie waardoor het schip niet in staat was de krachten waaraan zij op zee wordt blootgesteld, op te vangen. De aangetoonde defecten hadden voorzien kunnen worden en waren dus vermijdbaar. De scheepsbouwer is daarom ook nalatigheid te verwijten, stellen de advocaten. MOL wil schadevergoeding voor de geleden schade en versteviging van de vijf zusterschepen van de 'MOL Comfort'. De 'MOL Comfort' brak vorig jaar juni in tweeën op zee. Het duurde weken voordat het schip uiteindelijk met alle 4.372 containers naar de bodem verdween. Het schip brak tijdens weersomstandigheden van 38 knopen wind en met zes meter hoge golven; omstandigheden die een dergelijk schip zou moeten kunnen weerstaan. ‘Er is een sterk vermoeden dat het schip is gebroken door onvoldoende doorbuigkrachten (buckling)’, staat in het rechtsdocument geschreven. (Bron: Nieuwsblad Transport, 28-3-2014, foto MOL COMFORT als APL RUSSIA 9358761: Daniel Eckhardt/Shipspotting, 19-4-2009, Cuxhaven). Nieuwe namen schepen Windstar Cruises bekendgemaakt Windstar Cruises heeft woensdag de nieuwe namen bekend gemaakt van 2 cruiseschepen die volgend jaar worden overgenomen van Seabourn. De Seabourn Legend en Seabourn Spirit worden in 2015 omgedoopt tot de Star Legend en de Star Breeze. Beide zijn zusterschepen van de Star Pride, die al in mei van dit jaar voor Windstar gaat varen. De rederij verdubbelt door de aankopen haar vloot van 3 luxe zeiljachten (Windstar Spirit, Wind Star en Wind Surf). De nieuwe cruiseschepen maken deel uit van de nieuwe Star Klasse. Elk
schip bevat 106 suites en biedt plaats aan 212 gasten. De Star Legend en de Star Breeze zullen net als de Star Pride voordat ze in de vaart komen een uitgebreide renovatie ondergaan. Daarbij worden o.a. de hutten en de publieke ruimtes zoals de restaurants onder handen genomen om de specifieke Windstar stijl door te voeren. De Star Legend begint haar inaugurele cruise op 25 mei 2015 in Rome om vervolgens in Noord-Europa actief te zijn. De Star Breeze start haar ‘maiden voyage’ in Nice op 6 mei 2015. Daarna verblijft het de zomer in de Middellandse Zee. (Bron: cruisereiziger.nl, door Marco, op 12 maart 2014, foto STAR LEGEND en STAR BREEZE: Windstar Cruises). Uitgebreide renovatie voor DIAMOND PRINCESS in droogdok Singapore
De Diamond Princess is woensdag het droogdok ingegaan voor een uitgebreide renovatie voordat het haar tweede cruiseseizoen in Japan ingaat. De werkzaamheden zullen worden uitgevoerd op de Sembawang scheepswerf in Singapore en duren tot 2 april 2014. Tijdens de gehele operatie, die 30 miljoen dollar gaat kosten, krijgt het cruiseschip van Princess Cruises een uitgebreide nieuwe Japanse Spa, een nieuw sushi restaurant, verbeterde winkelgebieden, een moderner buffetrestaurant Horizon Court, meer hutten en nieuwe inrichting met Aziatische invloeden. Tevens wordt de buitenkant van het schip onder handen genomen waaronder het verven van de romp. Na de droogdokperiode zal de Diamond Princess vanaf 17 april 2014 cruises gaan maken vanuit haar Japanse thuisbasis Tokyo. De 9-daagse cruises doen o.a. Taiwan, Zuid-Korea en Rusland aan. Tijdens zal het tijdens de vakantieperiode in Japan een speciale 10-daagse cruise varen die verschillende festivals bezoekt inclusief een stop in Nagasaki, waar op de Mitsubishi Heavy Industries werf het cruiseschip is gebouwd. Dit is ter ere van de 10-jarig bestaan van de Diamond Princess. De renovatiewerkzaamheden zijn te volgen via een fotoreportage op de website van Princess Cruises. (Bron: cruisereiziger.nl, door Miriam, op 16 maart 2014, foto DIAMOND PRINCESS: Princess Cruises).
Meer details nieuwe cruiseschepen MSC Cruises De twee nieuwe cruiseschepen die MSC Cruises laat bouwen door STX France hebben speciaal ingerichte hutten voor families en uitgebreidere MSC Yacht Club faciliteiten. De private club – te vinden op het voordekkrijgt een solarium, een privé lounge, een restaurant en duplex suites. Het nieuwe prototype is het resultaat van een lang ontwikkelingsproces dat de nieuwe generatie schepen schoner, efficiënter en ultra high-tech
maakt. Daarnaast wordt extra gelet op energie-efficiëntie en vermindering van de CO2 uitstoot volgens de laatste regels binnen de internationale wetgeving. Pierfrancesco Vago, Executive Chairman MSC Cruises: “Groei en ontwikkeling zijn altijd karakteristieke kenmerken van MSC Cruises geweest, al sinds het prille begin in de cruise industrie. De lancering van dit prototype en de bouw van de twee nieuwe schepen bevestigen onze commitment voor groei en ontwikkeling in de toekomst. MSC Cruises breidt haar capaciteit uit met 31%; het aanbod aan boord wordt verrijkt en we verbreden onze horizon door te voldoen aan de wereldwijde groeiende vraag in iedere regio.” (Bron: cruisereiziger.nl, door Marco, op 20 maart 2014, afbeelding: MSC Cruises). Meyer Werft start met bouw NORWEGIAN ESCAPE
Donderdag is op de Meyer Werft in Papenburg het eerste stuk staal gesneden voor de bouw van het nieuwste cruiseschip van Norwegian Cruise Line, de Norwegian Escape. Dit is de eerste van de twee schepen in de nieuwe Breakaway-Plus klasse. Oplevering van de Norwegian Escape staat gepland in de herfst van 2015. Tijdens een feestelijke ceremonie drukten Kevin Sheehan (CEO van NCL) en Bernard Meyer (manager Meyer Werft) gezamenlijk de startknop in van de computergestuurde snijmachine, waardoor de bewerking van de eerste stalen plaat in gang werd gezet. ‘De Norwegian Escape wordt het grootste schip in onze vloot, waarmee we onze continue innovatie voortzetten. Het snijden van het eerste stuk staal is de officiële start van de bouw van dit bijzondere schip. We kijken uit naar haar oplevering in oktober 2015′, aldus Kevin Sheehan. De Norwegian Escape is het 10e schip van NCL in 15 jaar tijd dat wordt gebouwd door de Meyer Werft. Het schip zal 163.000 brutoton wegen en plaats gaan bieden aan 4.200 passagiers. Het krijgt Miami als thuishaven en zal vanaf november 2015 cruises van 7 nachten gaan maken naar het Oostelijk gedeelte van de Caribbean. (Bron en foto: cruisereiziger.nl, door Marco, op 20 maart 2014, afbeelding: NCL.com).
Expeditieschip SILVER DISCOVERER gedoopt in Singapore Silversea heeft dinsdag haar derde expeditieschip, de Silver Discoverer, opgenomen in haar vloot. Dit gebeurde tijdens een doopceremonie die plaatsvond in de Marina Bay Cruise Centre in Singapore. Onder het toeziend oog van directeur Manfredi Lefebvre d’Ovidio knipte doopmoeder Elda Turco Bulgherini, professor aan de Universiteit van Rome Tor Vergata, na de zegen een ceremonieel lint door. Silversea verwelkomde daarmee haar achtste schip. De Silver Discoverer, 5.218 brutoton, is de afgelopen periode volledig gerenoveerd. Het biedt plaats aan 120 gasten in 62 buitenhutten. Een beperkt aantal hutten heeft ook een kleine privébalkon. Het expeditieschip zal voornamelijk in de Stille Oceaan cruises gaan maken op plekken die nog nauwelijks zijn bezocht. Onder leiding van diverse deskundigen zullen er excursies met Zodiacs en wandelingen worden georganiseerd. De Silver Discoverer zal haar ‘maiden voyage’ starten vanuit Broome naar Darwin op 2 april om de Australische Kimberley Coast te ontdekken. (Bron en foto: cruisereiziger.nl, door Marco, op 26 maart 2014, foto: Silversea Cruises).
Chinese Bohai Ferry meldt aankoop COSTA VOYAGER Het Chinese persbureau Xinhua meldt dat er een overeenkomst is tussen het Chinese ferrybedrijf Bohai Ferry en Costa Cruises over de verkoop van het cruiseschip COSTA VOYAGER (IMO 9183506). Het is het eerste cruiseschip naast de drie ferry schepen die ze varen op het noordelijke gedeelte van de Gele Zee, de Bohai Zee, tussen de steden Yantai en Dalian. Naar verwachting zal het schip begin mei in China aankomen en in de tweede helft van dit jaar in bedrijf gaan voor Bohai Ferry. Onder de nieuwe naam ‘China Taishan’ zal het in de zomer cruises gaan maken naar havens in China, Zuid-Korea en Japan en in de winter naar Zuid-Oost Azië. De Chinese rederij sluit niet uit dat het op termijn, als het meer ervaring heeft in de branche, meer cruiseschepen zal gaan aankopen om haar marktpositie in groeimarkt China te vergroten. (Bron: cruisereiziger.nl, door Marco, op 28 maart 2014, foto: Piergiuliano-Chesi/wikipedia). COSTA VOYAGER, IMO 9183506: 3-2014 verkocht aan BOHAI CRUISE CO. LTD., Panama, in beheer bij Bohai Cruise Co. Ltd. en Yantai Bohai Ferry Int. Ship Management Co. Ltd., Shandong, China, herdoopt CHINESE TAISHAN.
P&O Cruises vestigt record bij start verkoop BRITANNIA
Groot-Brittannië kijkt reikhalzend uit naar de komst van het nieuwste cruiseschip van P&O Cruises, de Britannia. Op de eerste dag van de verkoop vestigde de Britse rederij gelijk een persoonlijk record. Het noteerde een stijging in boekings van 81% ten opzichte van de lancering van haar laatste schip de Azura en 24% in vergelijking met de start van de verkoop van haar populairste schip de Ventura. Ondanks dat het reserveringssysteem in de ochtend onderuitging kon uiteindelijk aan de grote vraag worden voldaan. De Britannia wordt momenteel gebouwd bij Fincantieri in Trieste. Het cruiseschip (141.000 brutoton) biedt plek aan 3.647 passagiers en wordt opgeleverd in maart 2015. (Bron: cruisereiziger.nl, door Marco, op 29 maart 2014, afbeelding BRITANNIA, IMO 9614036: P&O Cruises). Oceania Cruises maakt details bekend van renovatie 3 schepen Oceania Cruises heeft de details bekend gemaakt voor de renovatie van de drie 3 cruiseschepen uit haar R-klasse, de Regatta, Insignia en Nautica. Vanaf 24 april tot 6 juni worden de schepen voor 50 miljoen dollar opgeknapt in het droogdok. Insignia en Nautica gaan naar het dok in Marseille, Regatta in Vancouver. Alle openbare ruimtes, suites en hutten zullen een nieuwe inrichting en meubels krijgen. Veel van de voorzieningen en design elementen die zijn geïntroduceerd op de nieuwe schepen in de vloot van Oceania Cruises zullen ook worden meegenomen in de renovatie. Hieronder vallen o.a. de veelgeprezen Baristas, een bar voor specialiteiten koffie, en de Grill op het Terrace Cafe. Bernard Carter, Managing Director van UK & Europa van Oceania Cruises, vertelt “Dit geweldige renovatieprogramma biedt ons de mogelijkheid om het beste van de twee nieuwste schepen, de O-klasse Marina en Riviera, naar de kleinere schepen te brengen. Zo ontvangen onze gasten op elk schip in de vloot dezelfde ervaring”. (Bron en foto: cruisereiziger.nl, door Miriam, op 31 maart 2014). 1 april grappen van cruisemaatschappijen Het is vandaag 1 april, altijd een dag om op te letten want voordat je het weet wordt je in de maling genomen. Ook de cruisemaatschappijen lieten zich niet onbetuigd. Zo probeerden o.a. Cruise & Maritime Voyages en Norwegian Cruise Line haar volgers voor de gek te houden met een onderstaande 1-april grappen. Cruise & Maritime Voyages deed haar fans doen geloven dat de passagiers op de Marco Polo tijdens hun bezoek aan Amsterdam gisteren het Noorderlicht hadden gezien. Ook Norwegian Cruise Line was creatief met Photoshop en toonde de nieuwe kleurrijke look van de Norwegian Gem, waarbij niet alleen de boeg beschilderd was. (Bron cruisereiziger.nl, door Marco, op 1 april 2014, foto: Cruise & Maritime Voyages).
foto: Frans Brenk, Maassluis
ELBE, IMO 5100427. Het is haar eerste officiële commerciële reis en wel van Vlaardingen naar Scheveningen en later op de dag terug. Alle certificaten van Lloyd's en de scheepvaartinspectie zijn in orde. Dit is echt een mijlpaal voor de Stichting Maritieme Collectie Rijnmond. Aan boord een vrijwilligersbemanning waaronder kapitein Wim Bruurmijn en loods Kees Schaap, die zich inmiddels als derde gezagvoerder heeft aangemeld. In dit geval konden zowel de kapiteins Hans Hoffmann als Carl Kraayveld niet van de partij zijn wegens hun reguliere werk. (Info en foto: N.J. Ouwehand, 6-4-2014).
NAUMON 6506329, foto: Henry Platje, 30-3-2014, Duisburg. 1965 opgeleverd door Aukra Bruk A/S, Aukra (24) als HORSA A/S Sanco, Molde-Noorwegen, in beheer bij Bernt Sandöy. 499 BRT, 305 NRT, 990 DWT. 59,87 (53,42) x 9,48 x 4,02 x 3,874 meter. G 1.648 m3, B 1.501 m3, 55 ton bunkers, verbruik 2,5 ton/dag, 11 kn. 1.100 EPK, 812 kW, M.a.K., Maschinenbau Kiel G.m.b.H., Kiel.
1975 verkocht aan Jacob Sunde Partrederi, Molde-Noorwegen, in beheer bij Bernt Sandöy. 1976 verkocht aan K/S A/S Arold, Kopervik-Noorwegen, in beheer bij Hans Jakob Olsen, herdoopt AROLD. 1976 verbouwd tot shelterdecker. 199- 858 GT, 382 NT, 1.006 DWT. 1995 verkocht aan Skips AS Trio, Egersund-Noorwegen, herdoopt TRIO. 1996 verkocht aan Sodin Shipping AS, Trandhein-Noorwegen. 1997 verkocht aan Flekkefjord Bulk AS, Noorwegen. 1998 verkocht aan Inter Ocean AS, St. Vincent & the Grenadines, in beheer bij Inter Marine, 5-1998 herdoopt AROLD. 17-8-2003 passage Kaap Finisterre tijdens een reis van New Haven naar Vigo.
2003 verkocht aan Naumon Ltd., vlag: St. Vincent & the Grenadines, in beheer bij ACSM Agencia Maritima S.L., Vigo, 10-2003 herdoopt NAUMON. 2003/2004 verbouwd tot theaterschip, in gebruik genomen door de theatergroep "La Fura dels Baus" (1979 opgericht te Barcelona). De groep gaf met de NAUMON optredens in
o.a. Barcelona, Sardinia, Venetië, Lissabon, Beirut, Taipei, Newcastle en Haifa. 5-1-2004 vanaf Vigo te Barcelona. 17-52004 van Barcelona naar Lissabon. 28-6-2004 van Lissabon naar Figueira de Foz, Portugal. 7-2004 te Newcastle upon Tyne. 31-7-2004 passage Kaap Finisterre tijdens een reis van Vigo naar Santander. 12-8-2004 passage Tarifea tijdens een reis van Santander naar Beirut. 4-10-2004 van Bilbao naar Barcelona. 10-10-2004 te Barcelona. Thuishaven en vlag: Las Palmas de Gran Canaria-Spanje. 5-2006 te Barcelona. 16-7-2007 te Newcastle upon Tyne. 4-2008 te Singapore (rood geschilderd). 1-9-2008 te Barcelona (groen geschilderd). 12-2008 te Barcelona. 4-2009 te Vigo, Spanje. 4-5-2009 te Rotterdam. 5-2009 te Duisburg. 2014 te Duisburg. (Foto HORSA: PWR/ http://www.shipspotters.nl, NAUMON (rood) foto: Mick Warrick 5-4-2008 te Singapore, foto's Theater: operachic.typepad.com).
HN1816, foto: H. Lingbeek, http://www.tussenhoekenstad.nl 12-12-2013, na proefvaart op het Haringvliet. De KNRM begon in 2009 met het project “SAR Nh 1816” voor een nieuw type reddingboot. In samenwerking met de faculteit Maritieme technologie van de TU Delft, Damen Shipyards en Willem de Vries Lentsch Yacht Designers & Naval Architects wordt overlegd, getekend en beproefd welk type reddingboot in de toekomst aan de gestelde eisen voldoet. Het project Nh1816 is mogelijk gemaakt door een schenking van de Stichting Goede
Doelen Nh1816 van schadeverzekeringsmaatschappij Nh1816 Verzekeringen. Prototype. reddingboot van dit type is gebouwd door Damen Shipyards en werd begin 2014 uitgeleverd.
De
eerste
Koningin Maxima doopt in twee fasen nieuwe KNRM reddingboot Met de traditionele wens, “Ik doop u Nh 1816 en wens u behouden vaart’ doopte Koningin Maxima op woensdag 2 april 2014 in een zonnig IJmuiden de volledig nieuw ontwikkelde KNRM reddingboot Nh1816. Belicht door een mooi oranje zonnetje in een vrijwel windstil IJmuiden vervulde Maxima haar taak met verve. Met een ferme tik met de zilveren bijl werd het lijntje waaraan de champagnefles bungelde, doorgehakt. De fles bleef eerst nog even bungelen, maar na een snelle ingreep van KNRM directeur Roemer Boogaard, spatte de fles alsnog uiteen op de ongelakte aluminium bijlboeg van de nieuwe ‘Nh 1816’. 1,5 miljoen euro
Met een schenking van 1,5 miljoen euro van de ‘Stichting Goede Doelen Nh 1816’ van de verzekeringsmaatschappij ‘Noordhollandsche van 1816’ beschikte in 2009 de nu 190-jarige KNRM over de financiële basis voor de ontwikkeling van dit volledig nieuw type reddingboot, de serie ‘1816’. Met Gerard Burema als KNRM ‘1816’ projectleider is in nauwe samenwerking met Dr. Ir. Lex Keuning van de groep Maritieme Techniek, sectie Scheepshydronamica van de TU Delft, ‘huis’ontwerper Willem de Vries
Lentsch en High Speed Naval Craft van Damen Shipyards de Nh1816 ontwikkeld. Het lijkt er op dat daarbij met een schuin oog gekeken is naar de Zilt30 van Ludo van Well. Al met al is het een functioneel, mooi schip geworden.
Benen breken De letterlijk harde leerschool van Lex Keuning – hij brak ooit beide benen in een snelvarende boot die hard de golven in dook – heeft hem aangezet voortdurend het vaargedrag van snelvarende motorboten te optimaliseren om daarmee ook de arbeidsomstandigheden voor de opvarenden te verbeteren. Met daarnaast uitgebreide inbreng van schippers en bemanning, zijn alle overige aspecten - technologische ontwikkelingen, fysiek comfort – in het schip verwerkt. Een mock-up van het stuurhuis bood bemanning en andere deskundigen alles één op één te testen en te beproeven. Damen In plaats van de gebruikelijke ‘vertrouwde relaties’ de opdrachten te verstrekken, is het project ‘1816’ aanbesteed. Mede dankzij deze aanbesteding deed High Speed Naval Craft van Damen Shipyards een ‘offer they couldn’t refuse’ en bouwde dit prototype. (Bron: nautica.nl, door: Hannes van de Stadt, Jachtbouw Nederland, doop: Tessa Heerschop/nautica.nl, proefvaart: J. Plug, 5-4-2014, luchtfoto: Damen).
EST 8609931, foto: Koos Goudriaan, 25-3-2014, Dockside IJsselmonde. EST 8609931, 14-2-1987 proefvaart, 1987 opgeleverd door B.V. Scheepswerf "Ferus Smit", Foxhol (246) LAURA II aan Laura Invest II B.V., Paterswolde. 25-4-1994 verkocht aan C.V. Scheepvaartonderneming “Reest”, Delfzijl herdoopt REEST. 5-121996 verkocht als REEST aan Rederij m.s. Reest B.V., Delfzijl, in beheer bij M. de Jonge. 10-9-2001 (e) herdoopt EST. 15-1-2003 door bemanningslid in brand gezet, deze is later gearresteerd, 16-1-2003 brand geblust en naar Invergordon gesleept, 19-2-2003 vertrokken naar Rotterdam, 23-2-2003 gearriveerd te Rotterdam voor reparatie. 29-5-2003 verkocht aan Avra Shipping Consult B.V., thuishaven: Delfzijl, 6-2003 gerepareerd en weer in de vaart gebracht, in beheer bij Amasus Shipping B.V. 19-1-2004 (e) verkocht aan Rederij Est B.V., Delfzijl, in beheer bij Amasus Shipping B.V. voor Avra Repairs B.V. 10-10-2006 (e) in beheer bij Avra Shipping Consultants B.V., Rotterdam. 7-2007 verkocht aan A&A Trading Ltd., Liepaja-Estland, roepsein YLBA. 15-5-2013 gearriveerd bij Dockside Ship Falicities B.V., IJsselmonde en opgelegd.
TEAL 8113566, foto: Koos Goudriaan, 29-3-2014, Calandkanaal, geladen met 2 drijvende kranen, waarvan de achterste de OVET 7. TEAL 8113566: 24-9-1983 te water gelaten, 1984 opgeleverd door Samsung Shipbuilding & Heavy Industries Co. Ltd., Koje (1022) als DYVI TEAL aan Dyvi Swan II A/S, Oslo-Noorwegen, in beheer bij Jan Erik Dyvi. 1985 als DYVI TEAL overgedragen aan K/S Swan Heavy Lift A/S, Oslo-Noorwegen, bleef in beheer bij Jan Erik Dyvi. 1986 thuishaven en vlag: Panama. 1988 verkocht aan Teal Compania Naviera S.A., Panama, in beheer bij Seatankers Management Co. Ltd., Limassol, herdoopt TEAL H.L., in beheer bij Columbia Shipmanagement Ltd., Limassol. 1989 herdoopt SEA TEAL. 1990 verkocht aan Sea Teal Compania Naviera Ltd., LimassolCyprus, bleef eigendom van Seatankers Management Co. Ltd., Limassol. 11-1992 in beheer bij Acomarit (U.K.) Ltd., Glasgow. 1996 verkocht aan DOCKWISE N.V., thuishaven: Willemstad-N.A., bleef in beheer bij Acomarit (U.K.) Ltd., Glasgow, herdoopt TEAL, vlootbeheer over genomen door DOCKWISE N.V. 22.835 BRT, 9.573 NRT, 32.101 DWT. 180,83 (171,43) x 32,33 x 13,31 x 9,991 meter. Half afzinkbaar zwaarlading- tankschip, 12 ladingtanks, 32.924 m3, 259 en 1.726 ton bunkers, 15,75 kn. 13.100 EPK, 9.636 kW, 6 cyl, 2 tew, 670 x 1700, 123 omw/min., B&W 6L67GFCA, Mitsui Engineering & Shipbuilding Co. Ltd., Tanamo. 1998 verkocht aan Mighty Teal N.V., Willemstad-N.A., in beheer bij DOCKWISE N.V. 2001 beheer over naar V.Ships (UK) Ltd., Glasgow en DOCKWISE N.V. 5-2004 in beheer bij DOCKWISE N.V. 2001 beheer over naar V.Ships (UK) Ltd., Glasgow en Dockwise Shipping B.V. 6-2008 verkocht aan TEAL B.V., Willemstad-N.A., in beheer bij V.Ships (UK) Ltd., Glasgow en Dockwise Shipping B.V. 28-1-2013 (e) in beheer bij ANGLOEASTERN SHIP MANAGEMENT Ltd. en Dockwise Shipping B.V., Breda. 11-3-2014 van Cartagena. 29-3-2014 te Rotterdam. 6-4-2014 passage Gibraltar. 12-4-2014 ETA te Limassol.
Haven van Maassluis met GEESTDUIN, BEVER, ORCA, MAASSLUIS en (aan de gele strepen om de blauwe band in de schoorsteen te zien) SEA ROVER ex RODE ZEE, foto: Koos Goudriaan. GEESTDUIN 6912102: containerschip, 3-12-1968 kiel gelegd, 14-3-1969 te water gelaten als GEESTDUIN, 25-1969 proefvaart, 3-5-1969 opgeleverd door N.V. Scheepswerf v/h De Groot & v. Vliet (376) aan N.V. Waling van Geest & Zn., ’s-Gravenzande, roepsein PEGZ. 499 BRT, 299 NRT, 1.010 DWT, 70,57 (64,80) x 10,34 x 5,52 x 3,522 meter. 3 passagiers, 1 ruim, G 1.945 m3, B 1.867 m3, 71 ton bunkers, 12,5 kn. 1.050 EPK, 783 kW, 10 cyl, 2 tew, 190 x 350, Bolnes 10DNL, N.V. Machinefabriek “Bolnes”, Krimpen a/d Lek. 1976 verkocht aan Zarka Cia. Naviera S.A., Panama, in beheer bij M. Havinga's Scheepvaart B.V., herdoopt GARZA. 1-10-1981 opgelegd bij Scheepswerf Sander B.V. te Delfzijl wegens faillissement van de rederij. 1981 verkocht aan Gitana Rederij B.V., Groningen, vlag: Panama. 1982 verkocht aan Sea Side Maritime Enterprise S.A., Panama, herdoopt BART. 1983 verkocht aan Cebo Marine B.V., Heemstede, 13-1-1984 overgedragen aan Cebo Marine B.V. en herdoopt CARINE. 1984 verbouwd tot cementtanker, 19 -- 980 BRT, 605 NRT, 1.280 DWT. 1990 (Ll) opnieuw gemeten: 70,61 (67,11) x 10,38 x 4,70 x 40,41 meter. 1.050 EPK, 772 kW, Bolnes 10DNL150/600, 60,5 ton bunkers, verbruik 3,97 ton/dag, 12 kn. 1994: 999 GT, 555 NT, 1.280 DWT. 3-9-1998 van Aberdeen naar Delfzijl. 7-9-1998 van Delfzijl naar IJmuiden, 8-9-1998 te IJmuiden. 1998 de ladingtanks verwijderd, 9-1998 t/m 10-1998 te Amsterdam de tanks overgezet in de NOBLESSE-C (IMO 7823308). 2-11-1998 te Rotterdam vanaf IJmuiden, 2-11-1998 als CARINE van Cebo Marine B.V. gearriveerd te Slikkerveer en opgelegd. 1999 verkocht aan Caribbean Cargo Carriers S.A., San Lorenzo-Honduras, herdoopt CARINE II. 28-4-1999 als CARINE II vertrokken uit Rotterdam naar Las Palmas. 5-5-1999 van Las Palmas naar Miami. 20-5-1999 door U.S. Coast Guard geïnspecteerd te Miami, Florida: 39 gebreken geconstateerd. 26-5-2001 vertrokken van Vieux Fort naar Point Lisas, 28-5-2001 gearriveerd te Point Lisas. 2001 te Point Lisas, aan de ketting gelegd wegens achterstallige betalingen. 2002 geschrapt uit Lloyd's Index. 7-2003 openbaar verkocht te Trinidad. GEESTSTROOM 7125407, zusterschip van de GEESTDUIN. 15-4-1971 kiel gelegd, 26-11-1971 te water gelaten als GEESTSTROOM, 17-2-1972 proefvaart, 22-2-1972 opgeleverd door N.V. Scheepswerf v/h De Groot & v. Vliet (381) aan Waling van Geest & Zn. N.V., ’s-Gravenzande. Roepsein PEHB, brandmerk 2008 Z RIJSW 1972. 499 BRT, 287 NRT, 1.010 DWT. 70,57 (64,80) x 10,34 x 5,52 x 3,509 meter. containerschip, 1 ruim, G 1.945 m3, B 1.867 m3, 71 ton bunkers, snelheid 12,5 kn. 1.050 EPK, 783 kW, 10 cyl, 2 tew, 190 x 350, Bolnes 10DNL, N.V. Machinefabriek “Bolnes”, Krimpen a/d Lek. 1-1-1976 verkocht aan A.J. & H. Boeree, Delfzijl, in bevrachting bij Wagenborg Scheepvaart B.V., Delfzijl, herdoopt CARAVELLE. 1989 verkocht aan Cebo Marine B.V., Heemstede, 2-1989 overgedragen Cebo Marine B.V., Heemstede en verbouwd tot cementtanker. 1-1-1990 te IJmuiden uitgebrand, hersteld en weer in de vaart gebracht.
5-12-1998 tijdens een reis van Zeebrugge naar Aberdeen op de Noordzee motorstoring gekregen in positie 53.02 NB. en 01.07 OL., 6-12-1998 op sleeptouw genomen en 7-12-1998 gearriveerd te IJmuiden voor reparatie, 25-1-1999 na reparatie weer in de vaart. 6-11-2002 tijdens een reis van Bremen naar Truro, geladen met 1.000 ton cement, water in het voorruim gekregen, met behulp van extra pompmateriaal de situatie onder controle gekregen en onder begeleiding van de kustwacht naar IJmuiden gevaren voor reparatie. 2005 via Dick van der Kamp Shipsales B.V. verkocht naar een onbekende koper in Gambia, bij de Oranjewerf te Amsterdam de cementtanks verwijderd en die geplaatst in de NOBLESSE C (in 2010 zijn de tanks geplaatst in de RHOON C, IMO 9226164), te Rotterdam zeeklaar gemaakt, 7-3-2005 vertrokken onder Nederlandse vlag van Rotterdam naar Las Palmas achter de sleepboot THOR, 17-3-2005 van Las Palmas met bestemming Banjul, Gambia. 3-2005 (e) verkocht aan Lygan Shipping S.A., Panama. 6-2005 (e) verkocht aan Lemissoler Shipmanagement Co. Ltd., Limassol, vlag: Comoros. 1-2007 verkocht aan onbekende koper, in beheer bij Filiko Maritime S.A., Piraeus, vlag: Comoros. 3-3-2008 nog bij Filiko Maritime S.A., Piraeus, vlag: Comoros. 2008/9 verkocht aan Extreme Limits Co., Piraeus, vlag: Comoros. 31-3-2009 gearriveerd te Suez. Daarna niets meer bekend. (Foto: W. Korndörffer, 18-6-1973, Maassluis).
BEVER 5272311, foto: rederijkaart/F. Stigter. 11-1956 opgeleverd door Ferguson Bros (Port Glasgow) Ltd., Port Glasgow (418) als PAVO aan Compania Shell de Venezuela Ltd., Maracaibo-Venezuela. 441 BRT, 274 NRT, 494 DWT. 1965 verkocht aan N.V. W.A. van den Tak's Bergingsbedrijf, Rotterdam. 1965 herdoopt BEVER. Roepsein PDBV. 347 BRT, 107 NRT, 413 DWT. 41,41 (38,41) x 10,34 x 3,51 x 3,017 meter. Bergingsvaartuig, 30 ton hefvermogen, 1 laadboom van 20 ton SWL. 300 EPK, 6 cyl, 4 tew, 230 x 305, National Gas & Oil Engineering Co., Ashton/Lyne. 1-1967 verbouwd bij N.V. Boele's Scheepswerven & Machinefabriek, Bolnes. 490 EPK, 366 kW, 6 cyl, 4 tew, 220 x 280, Deutz, Klöckner-Humboldt-Deutz A.G., Keulen NE-67. 1972 verkocht aan Smit Tak Internationaal Bergingsbedrijf B.V., Rotterdam. 18-11-1976 verkocht voor sloop aan Kerkhove Holland B.V., Zwijndrecht, gesloopt in 1977.
Peters Shipyards vraagt faillissement aan Peters Shipyards in Kampen heeft faillissement aangevraagd. De Zwolse arrondissementsrechtbank doet 8 april uitspraak. De werf verkeer in ernstige financiële problemen. De directie heeft alle werknemers woensdagmiddag 2 april naar huis gestuurd. Peters Shipyards zegt in een persbericht slachtoffer te zijn geworden van de economische crisis. De werf doelt daarbij op de malaise in de scheepvaart. Dat maakt het lastig om genoeg bouworders binnen te halen en op de opdrachten die wel binnenkomen zijn de marges over het algemeen erg smal. Directeur Pier Meinderts van Peters Shipyards wilde maandagmiddag verder geen commentaar geven. Volgens de Stentor is de toegangspoort van de werf intussen geblokkeerd met betonblokken. Dit zou erop wijzen dat men wil voorkomen dat schuldeisers spullen en materieel van het bedrijfsterrein halen. Het personeel waarschuwde begin vorige week FNV Bondgenoten. Een groep uitzendkrachten was de wacht aangezegd en een aantal leveranciers had spullen van het werfterrein gehaald. De vakbond sprak daarop met de directie, die kort daarna alle werknemers naar huis stuurde. FNV-bestuurder Kuiper noemt de sluiting een economische ramp. ‘Het is een prachtige werf. Het werk is er wel, maar de bank wil geen krediet meer verstrekken.' Kuiper verwacht dat de curator aanstuurt op een snelle doorstart. ‘Er ligt een half afgebouwd schip. Om daar geld uit te halen, moet het wel worden afgebouwd.' Het schip waar Kuiper op doelt, is besteld door CFL uit Groningen, waarvoor de werf de afgelopen jaren een hele serie schepen bouwde. Dit is het eerste schip van een nieuwe serie van, oorspronkelijk vier schepen. Het gaat om een schip van het type DP 2 Caranx 11000 (11.000 dwt). De serie zou deels bij Peters in Kampen en deels bij de Kroatische zusterwerf Leda in Korcula worden gebouwd, voor oplevering in 2014 en 2015. Het in aanbouw zijnde schip is geschikt voor vervoer van speciale lading en offshorewerk en krijgt twee roerpropellers, twee boegschroeven en twee NMF-dekkranen. Peters kampte eind februari van dit jaar met pech bij de bouw. Er woedde toen een korte brand in het accommodatiegedeelte. Volgens opdrachtgever CFL zijn er van haar kant geen problemen met de financiering van het schip en heeft zij aan al haar verplichtingen voldaan. CFL wil op dit moment geen verder commentaar geven en wacht de ontwikkelingen af. Overheidssteun De Kamper wethouder Pieter Treep probeert van Den Haag steun te krijgen voor de gerenommeerde werf. CDA-Kamerlid Eddy van Hijum heeft minister Kamp van Economische Zaken intussen om opheldering gevraagd. Hij wil weten wat de betrokkenheid van het ministerie van Economische Zaken de afgelopen weken is geweest en wat de mogelijkheden van een doorstart zijn. Verder wil Van Hijum weten waarom geen gebruik is gemaakt van de garantieregeling voor de scheepsbouw. Vakbondsbestuurder Kuiper wees vorige week ook op deze mogelijkheid. ‘Het kredietgarantiefonds voor de scheepsbouw zou bij dit soort problemen tot uitkering
kunnen komen. Er is na 2008 echter meermaals een beroep op gedaan door in moeilijkheden verkerende werven, maar de drie beherende banken, ABN Amro, Rabo en ING, hebben nog nooit een cent uitgekeerd. Dat is jammer, andere landen, zoals Duitsland en Spanje hebben wel kredietgarantieregelingen opgetuigd die goed werken.'
Schip van het Jaar Peters Shipyards won eind vorig jaar nog de KNVTS Schip van het Jaar Prijs voor de bij haar gebouwde innovatieve binnenvaarttanker Greenstream, een voor 100% op LNG (aardgas) varend schip, met een gaselektrische voortstuwingsinstallatie. (Bron: schuttevaer.nl, 7-4-2014, foto: schuttevaer.nl: Het schip waarvan de bouw nu is stilgelegd, is het eerste schip van de serie van vier. Het betreft een schip van het type DP 2 Caranx 11000, 11.000 DWT, foto MARTINE SCAN: M.T.J.A. Esman, 30-3-2012).
ZHEN HUA 29, IMO 8700498, foto: R. Zegwaard http://merchantshipsphoto.blogspot.nl, 4-4-2014. Info ZHEN HUA 29: zie Zeebrief#58. 4-4-2014 vanaf Shanghai gearriveerd op het Calandkanaal Paal 81, geladen met door Damen te China gebouwde vaartuigen. 29-1-2014 aan boord gezet van de ZHEN HUA 29 met
bestemming Port Gentil, Gabon: ponton ROBERT V en ponton ROBERT VI (IMO 9671199) en 2 x Stantug. 291-2014 aan boord met bestemming Rotterdam: Damen YN 522702, IMO 9662203, Pontoon 9127, 9.127 GT, 9.925 DWT. Damen YN 523605, IMO 9671022, Stan Pontoon, 289 GT. Damen YN 523704, IMO 9671187, Stan Pontoon, 407 GT. Damen YN 523908, IMO 9642631, Stan Pontoon, 2.076 GT, 2.000 DWT. Damen YN 523911, IMO 9671591, Stan Pontoon, 5.000 GT, 2.859 DWT. Damen YN 523912, IMO 9671606, Stan Pontoon, 7.500 GT, 5.283 DWT. Damen YN 523952, IMO 9642447, Stan Pontoon, 7.900 GT. 4 Damen tenders en 4 Damen STu 1906 sleepboten. ZHEN HUA 29: 4-2-2014 vertrokken van China met 13 Stan Pontoons, 6 Stan Tugs en 4 Stan Tenders. 4-4-2014 in de Europoort. ZHEN HUA 29: 8-4-2014 vertrokken naar Shanghai, 15-5-2014 ETA te Shanghai.
NORRSKEN 9279446, casco gebouwd door Marine Products Yard, Gdansk, Polen, 7-10-2004 casco gearriveerd te Delfzijl achter de sleepboot ODYS, 8-10-2004 casco verhaald naar Hoogezand om afgebouwd te worden bij Bodewes Scheepswerven B.V., Hoogezand onder bouwnummer 638, 4-1-2005 gearriveerd te Delfzijl vanaf Hoogezand, 5-1-2005 proefvaart op de Eems, 8-1-2005 te Delfzijl gedoopt FLINTERBELT door mevrouw Emmelien de Vries en opgeleverd aan C.V. Scheepvaartonderneming "Flinterbelt", Westerbork, in beheer bij Ancora AFS Shipping B.V., Rotterdam, roepsein PHCB, 11-1-2005 vertrokken van Delfzijl, 12-12005 gearriveerd te Rotterdam in de Laurenshaven op de 1e reis, 13-1-2005 uit de Botlek vertrokken met bestemming Pori, 19-2-2007 verkocht aan Flinterbelt B.V., Zeist, thuishaven: Harlingen, in beheer bij Flinter Management B.V. voor de eigenaren D. Arends, J. Haan & R. Arends. 17-1-2011 te Ayr herdoopt NORRSKEN, 18-1-2011 (e) in beheer bij Flagship Management Co. B.V., Farmsum. 1-4-2011 op de Ems bij Papenburg in aanvaring gekomen met het Nederlandse binnenvaartschip LIVARDA (02321893) dat met kunstmest geladen schip dreigde te zinken, door de brandweer van Papenburg drijvende gehouden en later aan de grond gezet.
9-2011 verkocht aan International ASA te Noorwegen. 10-2011 overgedragen in een Nederlandse haven, ingebracht bij Yara Gas Ship AS, Oslo-Noorwegen (NIS), 20-6-2011 gearriveerd te Sandefjord, 2-11-2011 te Sandefjord herdoopt YARA EMBLA, roepsein LANT7, verbouwd tot CO2 transportschip. 6-4-2014 om 21:40 uur, tijdens een reis van Hamburg naar Fredericia, op het Nord-Ostsee-Kanal (Kieler Kanaal) bij Kilometer 18 in aanvaring gekomen met de FRANK W (IMO 9374674), schade aan het voorschip opgelopen, 7-4-2014 om 04:00 uur afgemeerd aan de Bominflot Pier te Kiel voor verder onderzoek. Het vrachtschip FRANK W maakte een reis van Kunda naar La Rochelle/Pallice, kon na de aanvaring de reis met aangepaste snelheid voortzetten, afgemeerd in Ostermoor in de Binnenhafen van Brunsbüttel voor onderzoek. (Foto FLINTERBELT: L. v.d. Meijden, 10-7-2010, foto YARA EMBLA afgemeerd naast YARA GAS III: K. Goudriaan, 27-12-2013, Autrichehaven, Sluiskil Oost). 40-jarig jubileum
Op 11 mei 2014 bestaat het Museum ’T Kromhout 40 jaar. Reden voor een feestelijke viering! Er zijn demonstraties van werkende oude scheepsmotoren, een markt met oude ambachten, een tocht met ‘Kromhout Opduwers’ (kleine sleepbootjes), een muziekstuk geschreven met werkende motoren en natuurlijk een feestelijke tentoonstelling. Met kleurwedstrijden, modelbouwwedstrijden, een speurtocht door de historie en verrassingen. Een hapje en een drankje mogen niet ontbreken! Maak deze ‘Moederdag‘ tot een feestelijke gezinsdag, deze dag is voor iedereen! Speciale gast deze dag is Midas Dekkers. (Bron: stadsherstel.nl, foto's: kromhoutmotorenmuseum.nl). De Geschiedenis De locatie waar na de zgn. “Nieuwe Uitleg“ van 1662 de scheepsbouw in Amsterdam zich voornamelijk had gevestigd rond de Nieuwe Vaart is van grote historische betekenis. Grote werven van de Admiraliteit en de VOC vestigden zich op de Oostelijke Eilanden Kattenburg en Oostenburg. De particuliere werven zaten op Wittenburg. Kleinere werven vestigden zich vanaf de Rapenburg naar de hellingen langs de Nieuwe Vaart en de Hoogte Kadijk. Omstreeks 1970 waren nog maar twee kleine scheepswerven aan de Hoogte Kadijk over. Werven: ”Koning William” en “’t Kromhout“, gelegen aan de ingang van de Entrepotsluis. “Werf ’t Kromhout” bestond uit een overkapte helling, alsmede een machinehal. Historie van eigendom: De firma Pietersen koopt de werf bestaande uit 2 hallen van de fam. Ceuvel. Deze werf wordt in 1973 aan de stichting “Werf ’t Kromhout“ voor een symbolisch bedrag overgedragen. In 1974 wordt de “Vereniging van Vrienden van de Werf ’t Kromhout“ eigenaar van de collectie en de inventaris. Stichting Werf ‘t Kromhout wordt in 1996 overgenomen door het Amsterdams Monumenten fonds, (het huidige Stadsherstel). De stichting wordt aangestuurd door “Stadsherstel”. Vanaf 1999 heeft de Stichting Werf ’t Kromhout het onroerend goed in erfpacht. Aangezien Stadsherstel niet als doelstelling de exploitatie van musea heeft, is de exploitatie van de motorenhal middels een convenant overgedragen aan de “Vereniging van Vrienden van de stichting Werf ’t Kromhout”. De naam van de vereniging is in 2012 veranderd in ”Vereniging Museum ’t Kromhout”. De commerciële exploitatie van de werf en scheepshelling is juridisch afgescheiden van de motorenhal waarin Museum ’t Kromhout is gevestigd. (Bron en foto: kromhoutmotorenmuseum.nl).
Gestrand In de vroege ochtend van woensdag 9 april 2014 is een onder Nederlandse vlag varend vrachtschip vastgelopen in de haven van Vierow (Duitsland). Het vrachtschip de 'Eems Chrystal' was onderweg naar de haven om bulkmateriaal te laden. Door onbekende oorzaak liep het schip tijdens het manoeuvreren in ondiepe wateren ten oosten van de haven van Vierow vast. Vrijkomen op eigen kracht mislukte. Op het moment van vastlopen stond er een stevige wind, windkracht 6 tot 7. Ook een sleepboot kwam ter plaatse maar verschillende pogingen om het schip los te trekken mislukten. Rond 14:35 uur werd besloten de reddingsactie eerst te staken vanwege de slechte weersomstandigheden. De berging zal vandaag, donderdag 10 april, worden hervat. (Bron en foto: transport-online.nl, NB: 10-4-2014 vlot gebracht en afgemeerd aan het steiger).
EEMS CHRYSTAL 9350460, 10-5-2005 kiel gelegd, 23-5-2006 te water gelaten bij Santierul Naval Giurgiu S.A., Giurgiu, Roemenië onder bouwnummer 21008, gebouwd als FRIENDSHIP voor Nifra Holding B.V., Willemstad-N.A., roepsein PJZO, 19-4-2007 (GL) opgeleverd aan Stephany Shipping N.V., Willemstad-N.A., in beheer bij Hermann Lohmann Bereederungen G.m.b.H. & Co. K.G., Haren. 1.945 BRT, 1.039 NRT, 2.250 DWT, 87,59 x 11,40 x . x 3,800, 1.798 EPK, 1323 kW, Hanshin LH31, 13 kn. 23-4-2007 (e) herdoopt PAULA. 2-1-2009 te Willemstad, Noord Brabant herdoopt MAGDA. 10-10-2010 vlag: Curaçao. 20-12-2010 (e)
verkocht aan Verkade Shipping B.V., Delfzijl, in beheer bij Shipowners Support B.V., Delfzijl voor Amasus Shipping B.V., 23-12-2010 (GL) herdoopt EEMS CHRYSTAL, roepsein PCJL. (Foto: M. Coster, 8-4-2012 vanaf de brug bij Grünental onderweg naar Rostock).
VENLO 9014937, foto: B. van Raad, http://koopvaardij.blogspot.nl, 28-7-1992. 11-9-1990 kiel gelegd bij Scheepswerf Bijlholt B.V., Foxhol (683), 19-5-1991 te water gelaten, 28-8-1991 opgeleverd door B.V. Scheepswerf "Ferus Smit", Foxhol (288), als VENLO aan Lydia B. Shipping N.V., Willemstad-N.A. (Bockstiegel G.m.b.H. & Co. K.G. m.s. Lydia B), in beheer bij W. Bockstiegel Reederei G.m.b.H. & Co. K.G., Emden. 2.497 BRT, 1.547 NRT, 4.175 DWT, 96 TEU, 2.038 EPK, 1.499 kW, Wärtsilä, Wärtsilä Diesel AB, Trollhättan. 12 kn. 1992 verkocht aan Webo Shipping Co. Ltd., St. John's-Antigua & Barbuda, in beheer bij W. Bockstiegel Reederei G.m.b.H. & Co. K.G., Emden. 16-6-1997 (GL) herdoopt LYDIA B. 14-6-2004 verkocht aan Apollo River G.m.b.H. & Co. K.G., Emden, vlag: Antigua & Barbuda, herdoopt APOLLO BEAR. 9-2007 verkocht aan Atre OU, Malta, in beheer bij Hansa Ship Management OU, Tallinn, 21-9-2007 (GL) herdoopt KATRE.
Aanvaring Nederlandse m.s. STATENGRACHT
STATENGRACHT 9288045, 16-7-2004 opgeleverd Stocznia Szczecinska Nowa Sp. z o.o., Szczecin (B587/IV/5) aan C.V. Scheepvaartonderneming Koningsgracht, Amsterdam, in beheer bij Spliethoff’s Bevrachtingskantoor B.V., Amsterdam, roepsein PHAQ. 16.639 BRT, 6.730 NRT, 21.250 DWT, 1133 TEU. G 24.069 m3. 12.070 kW, Wärtsilä 6L64, Fincantieri-Cant. Nav. Italiana S.p.A. (Grandi Motori), Triëst. 27-82004 gearriveerd te Vlissingen. 12-2012 (e) verkocht aan Rederij Statengracht, Amsterdam, in beheer bij Spliethoff’s Bevrachtingskantoor B.V., Amsterdam.
2-2-2013 tijdens een reis van Rauma naar Rostock op 12 mijl ten noorden van Rügen in aanvaring gekomen met het vrachtschip KATRE (IMO 9014937, ex VENLO, reis: van Helsingborg naar Stralsund). Van de STATENGRACHT raakte 1 ruim lek en liep een slagzij van 10° op, door de reddingsboot HARRO KOEPKE en escortevaartuig ARKONA begeleid naar Rostock, om 10:15 uur afgemeerd op plaats 60 te Rostock. De KATRE ging naar Mukran, Sassnitz op Rügen voor onderzoek. STATENGRACHT bleef te lang op ramkoers De Russische tweede stuurman A.V. van de 'Statengracht' van Spliethoff heeft schuld aan de aanvaring van dit schip met de Maltese vrachtvaarder 'Katre' op de Oostzee. De Nederlandse kapitein verdient geen tuchtmaatregel. Dat adviseerde Inspecteur voor de Scheepvaart Evert van Leeuwen het Tuchtcollege voor de Scheepvaart 28 maart in Amsterdam. De 'Statengracht' (172,60 meter lang, 26.207 dwt) was met papier en andere houtproducten van Rauma in Finland onderweg naar het Duitse Rostock. Beide schepen liepen schade op. Na de aanvaring kon de 'Statengracht' door naar Rostock, de 'Katre' ging naar de haven van Mukran op Rügen. (Bron: Schuttevaer.nl, foto: M. Coster, 25-5-2012 op het Noordzeekanaal met bestemming Shipdock B.V. te Amsterdam). 07 mei 2014, 11:00 uur, Uitspraak in de zaak 2013.V4A-Statengracht door voorzitter mr. E.A. Bik ten kantore van het Tuchtcollege op het Damrak 387.
NORRFURY 9361330, foto: W. Korndörffer, 8-4-2014 tijdens het afmeren aan de Parkkade te Rotterdam. 8-92007 te water gelaten bij Scheepswerf "Ferus Smit" B.V., Foxhol onder bouwnummer 376, 1-10-2007 van de bouwwerf naar Delfzijl, 2-10-2007 proefvaart op de Eems, 4-10-2007 vertrokken van Delfzijl naar Harlingen voor overdracht aldaar, 5-10-2007 te Harlingen opgeleverd als FLINTERFURY aan Flinterfury B.V., Harlingen, in beheer bij Flinter Shipping B.V., Rotterdam voor R. Arends, 2.999 BRT, roepsein PHLU. 6-10-2007 in ballast vertrokken op eerste reis van Harlingen naar Wismar om daar zout laden met bestemming Zweden. 12-2010 in beheer bij Flagship Management B.V., Farmsum, 28-12-2010 herdoopt NORRFURY. Toegankelijk voor allergrootste containerschepen Per 1 april 2014 is de Amazonehaven op de Maasvlakte optimaal toegankelijk voor de allergrootste containerschepen van 18.000+ TEU. Het 2400 meter lange havenbekken aan de zuidzijde van de ECT Delta Terminal is met 55 meter verbreed van 255 meter naar 310 meter. De 'CMA CGM Marco Polo' is het eerste grote containerschip (ruim 16.000 TEU) dat 7 april, het vernieuwde havenbekken in voer. Met de verbreding biedt de Amazonehaven dezelfde nautische toegankelijkheid voor de allergrootste containerschepen als de andere havenbekkens op Maasvlakte 1 en 2. Door het verbreden van de Amazonehaven en een fors investeringsprogramma in equipement (waaronder de allergrootste kadekranen en hybride Automatisch Gestuurde Voertuigen) biedt ECT haar klanten op de Delta Terminal nog meer state of the art faciliteiten voor het snel en efficiënt afhandelen van de allergrootste containerschepen.
Tot voor kort golden voor deze schepen aan de zuidzijde van de ECT Delta Terminal enkele nautische beperkingen. Dankzij de verbreding van het havenbekken zijn deze beperkingen nu grotendeels opgeheven. De verbreding van de Amazonehaven was een complexe operatie die reeds in 2010 begon met de verhuizing van de ligplaatsen van overbuurman EMO naar de Mississippihaven. Daarna werden over een lengte van 2400 meter nieuwe kademuren aangelegd en oude kades gesloopt terwijl de overslag gewoon doorging. Dankzij de verhuizing en verbreding beschikken containerschepen over extra manoeuvreerruimte van meer dan 100 meter. Met de werkzaamheden is een investering van € 200 miljoen gemoeid. (Bron: Havenbedrijf Rotterdam, foto CMA CGM MARCO POLO 9454436: K. Torn). SMIT HUNTER Olieverfschilderij: De SMIT HUNTER. (Oorspronkelijke naam (HAPPY HUNTER). De HAPPY HUNTER werd gebouwd voor Mammoet Transport BV door de Arnhemse Scheepsbouw Mij. en afgebouwd door van der Giessen-De Noord te Alblasserdam. (gereed in 1978) Haar power kwam van 2 6 cyl K.Deutz diesels met een max. snelheid van 11 kn. door 2 schroeven. In 1982 kwam ze in charter voor Smit Internationale onder de naam SMIT HUNTER. In 1984 werd ze overgenomen door Smit. Uiteindelijk gesloopt 2003 in Ridderkerk. www.hansbreeman.nl