werkkalender
Gemaakt door Paul en Joep voor stichting Groeituinen in april 2014
1e en 2e week maart: • Rode peper, pompoen, peterselie, basilicum, bloemkool en pastinaak: zaaien. 3e en 4e week maart: • Kropsla: bodem goed losmaken voordat er gezaaid wordt. • Bladsla groen & rood: bodem goed losmaken voordat er gezaaid wordt. • Rode peper: opgekweekte pepers planten en toedekken. • Sperzieboon, pronkboon, savooiekool, komkommer en tomaat: zaaien.
1e en 2e week april: • Aardappelen: bodem goed losmaken en aardappels poten, rijafstand 75cm, in de rij 2530cm. De aardappel moet circa 1 aardappeldikte onder de grond. Neem hiervoor een zoveel mogelijk phytopthora resistent ras, een voorbeeld is Ditta. • Ui: grond losmaken en zaaien. Neem een ras dat zoveel mogelijk meeldauw resistent is, een voorbeeld is Red Spark. • Pompoenen: Nadat er gezaaid is dient de bodem vochtig gehouden te worden, eens in de 2 weken. • Tijm: tijmzaden uitzaaien in de vollegrond, zaadbed goed fijn klaar maken. • Kropsla: planten uitgezaaid in kas, uit potjes halen en uitzaaien in de volle grond. • Bladsla groen & rood: planten uitgezaaid in kas, uit potjes halen en uitplanten in de volle grond. • Pastinaak: grondbewerking uitvoeren (losse grond nodig) en onkruid wieden. • Savooiekool: grondbewerking uitvoeren en zorgen voor voldoende losse grond. • Haverwortel: grondbewerking uitvoeren en plantjes uit potjes planten, de rijafstand is 25 cm en 10 cm in de rij en ongeveer 1-2 cm diep. • Andijvie: grondbewerkingen uitvoeren, zaaien. • Rode peper: onkruid wieden en schoffelen. • Spinazie: zaaien. 3e en 4e week april: • Aardappel: aanaarden aardappels, hiermee wordt onkruid ondergewerkt. • Ui: eventueel schoffelen. • Pompoenen: Om de 2 weken dient er geschoffeld te worden om het gewas vrij te houden van onkruiden. • Courgette: opkweek onder glas. • Bloemkool: grond plantklaar maken. • Tijm: nadat de zaadjes uitgekomen zijn is het belangrijk om de tijm uit te dunnen zodat er circa 25cm afstand tussen de tijmplantjes aanwezig is. • Basilicum: basilicum uit potjes halen en op gunstige plekken uitplanten. • Peterselie: peterselie uit potjes halen en op gunstige plekken uitplanten, in de buurt van basilicum plantjes. • Kropsla: onkruid vrijhouden en watergeven. • Bladsla groen & rood: onkruid vrijhouden en watergeven. • Spinazie: grondbewerking uitvoeren, onkruid vooraf al wieden. • Pastinaak: pastinaken uit potjes planten in vollegrond, elke 15 centimeter 1 plant. • Savooiekool: opkweek uit potjes halen en deze uitzaaien in de volle grond, ongeveer op 50 cm2 een potje uitplanten en 45 cm van elkaar af. • Radijs: grondbewerking uitvoeren, planten vanuit de potjes in de vollegrond • Haverwortel: onkruid wieden. • Andijvie: zaailingen uit potjes halen en in het volle veld planten. • Rode peper: onkruid wieden en schoffelen.
1e en 2e week mei: • • • • • • • • • • • • • • • • •
Aardappelen: onkruid wieden. Ui: schoffelen. Pompoenen: vocht dient op peil gehouden te worden. Pompoenen vragen veel water. Schoffelen en onkruid wieden moet bijgehouden worden. Courgette: grond losmaken en zaai klaar leggen. Bodem mag niet te grof. Bloemkool: plantjes vanuit potjes in de vollegrond planten, onkruid wieden. Tijm: onkruid tussen tijmplanten verwijderen. Basilicum: onkruid rondom plant verwijderen. Peterselie: onkruid rondom planten verwijderen en watergeven. Kropsla: aandacht richten op bladeren kropsla, oneffenheden, onregelmatigheden en aantastingen verwijderen. Bladsla groen & rood: aandacht richten op bladeren sla; oneffenheden, onregelmatigheden en aantastingen verwijderen. Spinazie: potjes met zaailingen uitplanten in de vollegrond, 1 a 2 cm diep zaaien, zorgen voor voldoende dekzand (zand dat bovenop de zaadjes wordt gelegd). Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: onkruid wieden en watergeven. Radijs: onkruid wieden en watergeven. Haverwortel: onkruid wieden en watergeven. Andijvie: onkruid wieden en schoffelen. Rode peper: stevigheid aanbrengen aan de stengels van de plant met stokken.
3e en 4e week mei: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Aardappelen: onkruid wieden. Ui: schoffelen Pompoenen: kunnen rot vertonen naarmate ze zijn verdikt. 3e en 4e week van mei dienen de mogelijk rotte pompoenen verwijderd te worden. Waar nodig stro onder vruchten leggen(vocht protectie). Komkommers: stekjes kunnen buiten uitgeplant worden. Courgette: planten in de volle grond → niet meer dan 1 plant per vierkante meter. Bloemkool: watergeven en onkruid wieden. Pronkboon: perceel plant klaar maken, diep omspitte (wortelstelsel goed ontwikkelen). Tomaat: bodem klaar maken voor planten, onkruid wieden. Tijm: watergeven en bijsnoeien. Basilicum: watergeven en onkruid verwijderen. Peterselie: watergeven en onkruid verwijderen. Kropsla: onkruid verwijderen, watergeven en balderen controleren. Bladsla groen & rood: onkruid verwijderen, watergeven en balderen controleren. Spinazie: onkruid voorzichtig verwijderen tussen de spinazie. Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: onkruid wieden en watergeven. Radijs: watergeven en onkruid wieden, muizen en woelratten op afstand houden d.m.v. netten rondom perceel. Haverwortel: onkruid wieden en watergeven. Andijvie: watergeven en schoffelen. Rode peper: watergeven en onkruid wieden. Lange sperziebonen: opgekweekte sperziebonen uitplanten in de vollegrond.
1e en 2e week juni: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Ui: schoffelen Pompoenen: bodem moet goed vochtig gehouden worden. Onkruid wieden, schoffelen en alert zoeken naar rotte is van belang. Komkommers: stekjes vrij houden van onkruid(in kas). Courgette: onkruid wieden en schoffelen. Bloemkool: knollen mogen niet aangeraakt worden, knollen kunnen bruin verkleuren. Zodra kool aanwezig is afdekken van kool. Pronkboon: opgekweekte pronkbonen uit potje halen en in de volle grond uitplanten, zaai 2-3 planten per stok. Tomaat: tomaten uitplanten in de vollegrond, 2,5 planten per m2. Tijm: onkruid wieden en tijm lichtelijk uitdunnen. Basilicum: watergeven en onkruid verwijderen. Peterselie: idem, stevigheid aanbrengen in plantjes, steklatten gebruiken. Kropsla: voldoende water geven en onkruid wieden. Bladsla groen & rood: voldoende water geven en onkruid wieden. Spinazie: onkruid voorzichtig verwijderen tussen de spinazie. Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: onkruid wieden en watergeven. Radijs: watergeven en onkruid wieden. Haverwortel: onkruid wieden en watergeven. Andijvie: onkruid wieden, schoffelen, watergeven en oneffenheden van de bladeren verwijderen. Rode peper: opbinden van stengels. Lange sperziebonen: onkruid wieden en schoffelen tussen de rijen.
3e en 4e week juni: • Pompoenen: bodem moet goed vochtig gehouden worden. Onkruid wieden, schoffelen en alert zoeken naar rotte is van belang • Komkommers: opgekomen kiempjes moeten opgebonden worden aan steklatjes. • Courgette: bodemvocht op peil houden beregenen. Stro aanbrengen rondom de planten, en dit om later te gebruiken voor de vruchtvorming. (schimmels tegen) • Bloemkool: bladeren van bloemkool in de gaten houden, aangetaste bladeren voorzichtig verwijderen en eventuele kolen afdekken met blad . • Pronkboon: onkruid wieden, watergeven en planten vrijhouden van onkruid. Aard iets aan als de planten zijn uitgelopen (aarde iets aandrukken rondom plant). • Tomaat: onkruid wieden en watergeven. • Tijm: onkruid wieden en bosjes blijven snoeien en uitdunnen. • Basilicum: plant stevigheid geven d.m.v. stokjes en touwtjes, watergeven genoodzaakt in zomermaanden. • Peterselie: idem, stevigheid aanbrengen in plantjes, steklatten gebruiken. • Kropsla: onkruid wieden, e.v.t. eerste oogst. • Bladsla groen & rood: onkruid wieden en onregelmatigheden verwijderen uit de sla. • Spinazie: watergeven en onkruid wieden. • Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. • Savooiekool: onkruid wieden en watergeven. • Radijs: oogst. • Haverwortel: onkruid wieden, watergeven, oneffenheden verwijderen. • Andijvie: onkruid wieden, schoffelen, watergeven en oneffenheden van de bladeren verwijderen. • Rode peper: watergeven, onkruid schoffelen en opbinden van stengels. • Lange sperziebonen: bodemvocht op peil houden.
1e en 2e week juli: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Aardappelen: onkruid wieden. Ui: schoffelen Pompoenen: bodem moet goed vochtig gehouden worden. Onkruid wieden, schoffelen en alert zoeken naar rotte is van belang Komkommers: water geven, onkruid wieden en plantjes op blijven binden. Courgette: onkruid wieden Bloemkool: enkele bloemkool kan geoogst worden, bloemkolen ter grote van een uitgevouwen hand. Pronkboon: ze hebben steun nodig in vorm van tonkinstokken. Tomaat: ze hebben steun nodig in vorm van tonkinstokken. Tijm: watergeven van belang en onkruid wieden. Basilicum: oogst kan het gehele jaar door gegeten en geoogst worden. Peterselie: oogst kan het gehele jaar door gegeten en geoogst worden, optimaal is begin juli – augustus. Kropsla: water geven, zoveel mogelijk oogsten (doorschieters verminderen). Bladsla groen & rood: water geven, mogelijk oogsten (doorschieters verminderen door warmte). Spinazie: oogsten of onkruid verwijderen en water geven. Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: oneffenheden, onregelmatigheden verwijderen van bladeren. Haverwortel: onkruid wieden, watergeven, oneffenheden verwijderen. Andijvie: watergeven en onkruid schoffelen. Rode peper: watergeven en onkruid wieden. Lange sperziebonen: kleine plantjes ondersteunen met stokjes en touw.
3e en 4e week juli: • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Pompoenen: bodem moet goed vochtig gehouden worden. Onkruid wieden, schoffelen en alert zoeken naar rotte is van belang. Komkommers: idem. Opbind stokjes vervangen door stevigere steklatten. (Bamboe latjes gebruiken). Courgette: water geven en slechte of rotte bladeren uit de plant verwijderen. Bloemkool: oogst dient voortgezet te worden, watergeven en onkruid wieden. Pronkboon: steun blijven geven d.m.v. tonkinstokken. Tomaat: steun blijven geven d.m.v. tonkinstokken. Tijm: plantjes opbinden en bosjes opbinden. Basilicum: oogst, schoffelen en watergeven. Peterselie: oogst. Kropsla: alle sla zoveel mogelijk oogsten. Bladsla groen & rood: oogsten. Spinazie: oogsten. Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: oneffenheden, onregelmatigheden verwijderen van bladeren. Haverwortel: onkruid wieden, watergeven, oneffenheden verwijderen. Andijvie: oogst. Rode peper: vervolg watergeven en opbinden stengels. Lange sperziebonen: stengels opbinden en watergeven, onkruid verwijderen als nodig.
1e en 2e week augustus: • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Aardappelen: onkruid wieden. Ui: schoffelen Pompoenen: komen bijna aan op oogsttijdstip. Waterhuishouding moet op orde zijn en onkruid druk moet zo laag mogelijk gehouden worden. Komkommers: eerste komkommers kunnen geoogst worden. Water toedienen en schoffelen. Courgette: 15 à 20 cm lang zijn geworden zouden de eerste geoogst kunnen worden. Bloemkool: oogst voortzetten, watergeven en onkruid wieden. Pronkboon: onkruid wieden, watergeven en stevigheid geven. Tomaat: als eenmaal de vruchtjes op een tros zichtbaar zijn is tros snoei een aanrader. Zonder tros snoei is er onderaan de plant veel productie, maar bovenaan valt de groei stil. Tijm: planten blijven opsnoeien en opbinden. Basilicum: oogst, schoffelen en watergeven. Peterselie: oogst. Kropsla: oogst. Spinazie: oogsten. Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: oogst. Haverwortel: onkruid wieden, watergeven, oneffenheden verwijderen. Andijvie: oogst. Rode peper: rode peper tak voldoende ondersteund worden. Lange sperziebonen: stengels verder opbinden en onkruid wieden en schoffelen.
3e en 4e week augustus: • • • • • • • • • • • • • • • •
Ui: oogsten Pompoenen: Oogst Komkommers: stevigheid bewaren door opbinden. Oogsten blijven doorzetten. Courgette: oogsten voorzetten. Bloemkool: oogsten. Pronkboon: onkruid wieden, watergeven en stevigheid geven. Tomaat: onkruid wieden en watergeven. Tijm: oogst. Basilicum: oogst, schoffelen en watergeven. Peterselie: oogst. Spinazie: oogsten. Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: oogst. Haverwortel: onkruid wieden, watergeven, oneffenheden verwijderen. Rode peper: rode pepers oogsten. (als je het vruchtvlees niet meer in kan drukken) Lange sperziebonen: watergeven en opbinden.
1e en 2e week september: • • • • • • • • • • • • • •
Pompoenen: Oogst. Komkommers: komkommers blijven oogsten en watergeven. Courgette: oogsten voortzetten en onkruid blijven verwijderen. Bloemkool: oogsten. Pronkboon: de droge peulen kunnen in één- of twee keer worden geoogst worden. Tomaat: ondersteunen d.m.v. stokken en touw blijven verstevigen. Tijm: oogst. Basilicum: oogst, schoffelen en watergeven. Peterselie: oogst. Spinazie: oogst. Pastinaak: onkruid wieden en watergeven. Savooiekool: oogst. Haverwortel: oogst. Lange sperziebonen: oogst.
3e en 4e week september: • • • • • • • • • •
Aardappel: oogsten. Pompoenen: Oogst. Komkommers: laatste komkommers oogsten en steklatten opruimen. Courgette: planten toedekken met stro, proberen winter door te brengen. Bloemkool: oogsten. Pronkboon: oogst voortzetten, planten na oogst opruimen. Tomaat: oogsten in trossen. Tijm: oogst. Pastinaak: oogst. Lange sperzieboon: oogst.
1e en 2e week oktober: • • •
Pastinaak: oogst. Haverwortel: oogst. Lange sperziebonen: oogst.
3e en 4e week oktober: •
Pastinaak: oogst.