’welgemutst naar de oorlog’, een standvastige mythe bronnen voor een gevallenstudie over augustus 1914 in frankrijk I Koen Lagae I
In Hermes 42 werd het historisch onderzoek over de augustusdagen van 1914 getoetst aan het beeld dat in onze handboeken wordt gegeven.1 Centraal stond de vraag in hoeverre het etiket ‘enthousiast’ overeenstemt met de bevindingen van historici. De conclusie luidde dat “het beeld van oorlogsenthousiasme als dominant sentiment in de oorlogvoerende landen onhoudbaar is. “ Toch overheerst in de handboeken nog het beeld van enthousiasme en oorlogsbegeestering. Aan het einde kunnen we de vraag stellen waarom soldaten en bevolking momenten van enthousiasme kennen MAAR ook of enthousiasme wel het dominante sentiment was. Aansluitend daarbij hoort dan de vraag naar het waarom van ons beeld. In deze bijdrage wordt een aantal bronnen gepresenteerd aan de hand waarvan een gevallenstudie mogelijk is. We beperken ons tot Frankrijk. Tenzij anders vermeld zijn de tekstfragmenten afkomstig van Becker. 2 De oorspronkelijke taal is behouden. We hebben er ook voor gekozen om bij de diverse bronnen wat duiding voor de leerkracht te geven. Uiteraard is het de bedoeling dat leerlingen zelf op zoek gaan. Om alles in een handig en bruikbaar formaat te gieten, verwijzen we naar de site van de Vlaamse Vereniging voor Leerkrachten Geschiedenis en Cultuurwetenschappen: www.vvlg.be/VVLG/Lesdepot.html. Uiteraard is dit een selectie. Het uitgangspunt is de vraag in hoeverre de bron representatief is voor de gebeurtenissen en de stemming aan de vooravond van de wereldoorlog. De duiding bij de bronnen is hier minimaal. Voor de algemene achtergrond verwijzen we naar het eerdere artikel.
De geschreven bronnen Oorlog en het Franse zelfbeeld: Een ideale bron voor de studie van de Franse houding ten aanzien van oorlog zijn handboeken geschiedenis.
Deze waren in het decennium voor de oorlog doordrongen van pacifisme. Zelfs het eigen verleden, bvb. de oorlogen van Napoleon, werd allerminst favorabel behandeld. Samengevat ziet dit beeld er als volgt uit. Wanneer Frankrijk ten oorlog trekt dan is dit niet vanuit veroveringszucht of agressie. Frankrijk vecht, als bakermat van mensenrechten, voor universele waarden tegen de barbarij. Elke oorlog is dus een verdedigingsoorlog. Mona en Jacques Ozouf bestempelen in hun onderzoek deze houding als representatief voor het beeld dat de meeste handboeken ten aanzien van oorlog aan de leerlingen willen geven.3 Het volgende voorbeeld uit Cours de morale. Livre du maître, een handboek van 1908 illustreert dit zelfbeeld (mijn nadruk) Supposons le moment tragique venu: la France a fait ce qu’elle devait pour résoudre le conflit par l’arbitrage. La mauvaise foi et la barbarie d’un gouvernement voisin nous acculent la guerre: quelle énergie enthousiaste serait celle de notre armée, qui combattrait, à la fois, pour le sort de la Patrie et pour l’avenir même de la civilisation! Gesta Dei per Francos! […] L’armée Française, sûre que la nation, maîtresse de ses nerfs, ne s’emploiera qu’à la défense de causes sacrées, sera d’une force invincible, étant la Justice et le Droit, c’est-à-dire la conscience humaine en lutte contre la barbarie.
————— 1 Koen Lagae, “’Welgemutst naar de oorlog’, een standvastige mythe”, in Hermes, nr.42, jaargang 11, september 2007, p.44-54. 2 Jean-Jacques Becker, 1914: Comment les Français sont entrés dans la guerre, Presses de la fondation nationale des sciences publiques, Parijs, 1977 3 Jacques en Mona Ozouf, Le thème du patriotisme dans les manuels primaires, in Le Mouvement Social, nr.49, oktober-december, 1964, p.5-31
35 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
Het Franse zelfbeeld en de crisis van augustus 1914 Het Frans pacifisme staat niet synoniem voor de totale weigering om oorlog te voeren. Het idee van verdedigingsoorlog waartoe het naar vrede strevende Frankrijk wordt gedwongen, klinkt door aan de vooravond van Wereldoorlog I. Wanneer in de loop van de laatste week van augustus de wereldcrisis de voorpagina’s haalt, doet de overheid er alles aan om via de pers het beeld van Frankrijk dat vrede wil, te versterken: Tout ce qu’il fallait faire pour éviter la guerre, nous l’aurons fait. Mais si elle éclate, nous la saluerons avec une immense espérance (Le Matin, 1 augustus 1914) Il ya dans nos âmes … la certitude claire que la France n’a pas voulu cette guerre, qu’elle a jusqu’à la dernière minute espéré la paix, travaillé à la paix. (Paul Domergue (priester) in Le christianisme au XXe siècle, 6 augustus 1914. Het artikel zelf is gedateerd op 30 juli) Terwijl de pers de boodschap van de aan de vrede werkende Franse overheid verspreidt en versterkt, werkt deze overheid aan de voorbereiding van de oorlog. Maar de pers wordt gevraagd daar geen ruchtbaarheid aan te geven. Getuige daarvan de instructies van 25 juli vanwege het ministerie van oorlog aan de prefecten. Daarin werden ze verzocht de journalisten aan te manen tot …silence et discrétion au sujet des préparatifs militaires. Op 26 juli volgde een telegram waarin de reden tot discretie werd verduidelijkt, met name: …éviter soigneusement toutes mesures ostensibles qui seraient de nature à inquiéter l’opinion publique. De bovenstaande citaten kunnen aan de leerlingen duidelijk maken hoe een zelfbeeld dat vooral door het onderwijs in de het bewustzijn van de Fransen verankerd is, aan de vooravond van de oorlog in de pers voortdurend herhaald wordt. De overheid is zich daarvan bewust en maant de journalisten tot verantwoordelijkheid aan. Zij vervullen die rol voortreffelijk. Het Franse publiek trekt naar de oorlog in de overtuiging een rechtvaardige oorlog te voeren, d.i. niet alleen ter verdediging van het Franse vaderland maar ter verdediging van humanitaire waarden en de wereldvrede. De protesten aan de vooravond (zie kaarten) waren daarom niet tegen de overheid gericht!4
De reactie bij het vernemen van de oorlog De belangrijkste bronnen voor de reactie van de bevolking in Frankrijk zijn de aantekeningen van leerkrachten. Becker toont aan de hand van deze notities aan dat het beeld van enthousiasme niet correct is. Comme un peu partout en France, on ne croyait plus à la guerre. Chacun se disait que pas un homme ne serait assez fou ou criminel pour déchaîner un pareil fléau. Aussi, même après l’ultimatum de l’Autriche à ————— 4 Kaarten overgenomen uit Becker, p.148 en 181.
36 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
la Serbie, on espérait encore que les choses s’arrangeraient par un compromis dont les diplomates sauraient bien trouver le texte… (Charente) Deze tekst illustreert geweldig hoe de pers de verwachtingen van de bevolking stuurde maar ook hoe door de geheimhouding van de overheid de mobilisatie als een totale verrassing kwam. Elders was de verrassing het resultaat van onwetendheid: Les habitants, pressés par les travaux des champs, ne lisaient aucun journal, n’étaient pas renseignés sur la gravité de la situation. Ils savaient par ouï-dire qu’on se battaient quelque part, très loin en Serbie, mais personne ne supposait que la France serait obligée [mijn nadruk] d’entrer dans le conflit, et surtout si vite. (Hautes Alpes) Over het algemeen ontstaat het beeld van een land dat niet klaar is voor de oorlog. Het onthaal van de mobilisatie Naast de notities van de leerkrachten zijn de rapporten van de prefecten een bron voor de publieke opinie. De overheid wilde zich vergewissen van de orde in het land en het moreel van de bevolking. Becker beschikte over de rapporten van 26 departementen. Wanneer de prefecten de orde bespreken is de meest voorkomende aanduiding ‘avec calme’. Bij de bespreking van het moreel overheersen termen die duiden op waardigheid, koelbloedigheid, vertrouwen, standvastigheid. Dat belet niet dat er ook gewezen wordt op enthousiasme of patriottisme, alleen gebeurt dat in mindere mate. Deze vaststelling loopt opvallend parallel met de terminologie van de onderwijzers. Wellicht voelden zij beter de polsslag van hun dorpsgenoten. In hun verslagen komen daarom naast bovenstaande termen ook beschrijvingen van droefheid, consternatie, zwaarmoedigheid enerzijds en opwinding en uitzinnigheid anderzijds voor. De volgende citaten van de onderwijzers vatten de veelheid van de reacties. De keuze is dusdanig dat de veelheid van gevoelens en reacties terug te vinden zijn. C’est au son des cloches et du tambour que cette triste nouvelle fut connue du public. En moins d’une heure, tous les habitants étaient massés devant la porte de la mairie. Quelle consternation… (Charente) Un tambour bat la générale dans les rues du bourg. C’est bien la mobilisation que l’on affiche aussitôt à tous les coins de rue. Les gens sortent sur le seuil des portes; ils ont des larmes aux yeux. On s’approche des affiches; quelqu’un lit tout haut, on écoute, on
questionne en proie à une tristesse indicible… (Gard) La population émue et consternée par la précipitation d’événements aussi tragiques … (Haute-Savoie) La mobilisation a été accueillie avec résignation … (Charente) Malgré tout, chacun songe à faire son devoir… (Charente) On est frappé par la fermeté et le courage avec lesquels fut accueillie la nouvelle de la mobilisation: pas de notes discordantes, pas de vaines criailleries… (Gard) Le lendemain, dimanche, à l’issue des offices, l’annonce de l’ordre de mobilisation générale a été écoutée dans un silence impressionnant. Chacun ressentait la gravité de l’heure. Les hommes avaient une attitude Grave, mais ferme et résolue… (Côtes-duNord) … Quelques pessimistes voient tout en noir. Mais la masse ressaisit subitement et à la stupeur du premier moment succède un calme extraordinaire, suivi bientôt d’un enthousiasme général… (Charente) Tous les visages étaient empreints d’une gravité bien compréhensible. Pourtant à ce sérieux s’alliaient de la sérénité et de la résolution, de l’enthousiasme même chez certains: nous n’étions pas les provocateurs, on nous attaquait… (Charente) La population est d’une admirable fermeté. On a espéré jusqu’au bout que la guerre n’éclaterait pas: maintenant qu’elle est imminente, on se montre confiant en une issue rapide et heureuse. (Charente) Moment historique que celui de cet appel aux armes qu’accueille la population comme un soulagement, après les heures anxieuses vécues depuis quelques jours. Dans les rues pleines de monde, des gens s’embrassent ou se serrent les mains avec une cordialité spontanée; quelques femmes pleurent d’émotion; on cause, on discute posément avec un calme qui décèle la résolution et chacun se sentait revivre, s’apprête plein d’ardeur à faire son devoir (Haute-Savoie) 5 heures, la dépêche fatale vient d’arriver… Les usines se sont vidées en un clin d’oeil … Maintenant tout Vierzon défile devant la mairie. Les femmes pleurent, se lamentent. Les hommes, mieux trempés, se plaisent à répéter:‘Ca y est! Les cochons! Ce qu’on va leur en foutre… (Cher)
37 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
Reacties bij het vertrek van de troepen De rapporten van de prefecten zijn uitgebreider tijdens de eerste week van de oorlog. Achttien prefecten schrijven over het moreel van de troepen. Algemeen overheerst het beeld van bonnes dispositions. De termen die gebruikt worden zijn bvb. ordentelijk, methodisch, zonder incident, excellent, opgewekt, goedgezind, vastberadenheid, vertrouwen, plichtsgevoel. Ook de term enthousiasme wordt enkele keren gebruikt maar is niet overwegend. Vijfendertig prefecten hebben het over het moreel van de bevolking. De teneur is overwegend dat het moreel goed is. Vijf keer wordt gesproken over enthousiasme naast de gekende woorden als waardigheid, koelbloedigheid, vastberadenheid, vertrouwen, enz. Wanneer het uitwuiven van een regiment in de straten of aan het station wijst de terminologie sterk op enthousiasme, opwinding, enz. Het beeld van de prefecten is bijzonder homogeen en positief. Vooral bij de beschrijving van scènes in het station Wat zeggen de leerkrachten? Een tabel van de gebruikte biedt ons inzicht in het moreel van de bevolking bij het afscheid van de soldaten. La mobilisation s’est faite… dans le plus grand ordre (Côtes-du-Nord)
Het loont de moeite te lezen wat de onderwijzers in kleinere gemeente en dorpen te vertellen hebben en deze te toetsen aan het tekst-, foto- en filmmateriaal van de stad. De citaten hieronder zijn afkomstig uit de departementen Puy-de-Dôme en Haute-Saône: Des mobilisés partent en criant “Vive la guerre! A Berlin”. Les familles des mobilisés se lamentent. (Verrières) L’esprit des mobilisés et celui de la population a été vraiment admirable (Mazayes) La mobilisation s’est effectuée avec le plus grand sang-froid et le plus grand enthousiasme (Gerzat) Tous sont prêts à se sacrifier, à faire leur devoir pour le droit, la justice et la liberté (Gerzat) Tous les … mobilisables ont consulté leur livret et s’y sont conformés sans hésitations (Bellevue) Les hommes appelés partent avec courage (Colombier) Départ des hommes mobilisables dans le calme et le silence (Oibney) Tout s’est passé dans l’ordre le plus parfait. Pas une récrimination, pas un cri discordant. La guerre apparaissait comme une nécessité. On l’acceptait comme telle… (Noidans-le-Ferroux) La mobilisation des hommes s’est faite sans incident… (Polaincourt)
La mobilisation s’est effectuée… avec calme et un ordre merveilleux (Haute-Savoie)
Ook in kleiner woonkernen in andere departementen is de teneur gelijkaardig. De onderwijzer van Parnay, een dorp van 146 inwoners beschrijft het vertrek als volgt:
Een belangrijke vaststelling is het verschil tussen de eerder uitgelaten sfeer in de steden en de terughoudendheid op het platteland. De beelden die we kennen zijn stedelijk.
La mobilisation est passée presque inaperçue: les hommes appelées à des époques différentes sont partis avec clame, espérant encore que tout s’arrangerait et que la terrible guerre n’aurait pas lieu.
Het beeld van ordentelijkheid en goede organisatie overheerst ook hier.
38 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
Deze citaten bieden stof tot nadenken, zeker wanneer de vergelijking met de stad wordt gemaakt. De onderwijzer kent de jongens die vertrekken en heeft vermoedelijk met hen en hun ouders gesproken. Hun aantal is zeer klein. Er is geen parade door de straten, geen fanfare en geen menigte op de stoep. Er is geen station of trein waar een massa samenkomt, wellicht wandelen de jongens gewoon naar een verzamelplaats verder van hun dorp. Ook de pers is afwezig, er zijn geen camera’s om deze bijna intieme gebeurtenissen vast te leggen.
In de beschrijvingen van de vertrekkende troepen zijn enthousiasme en patriottisme het meest aanwezige beeld.
De beschrijvingen van twee middelgrote steden kunnen tot alle steden in Frankrijk veralgemeend worden.
Cris joyeux et enthousiastes de ceux qui vont à la frontière défendre la France attaquée (Journal du Havre, Le Havre, 5 augustus)
Tout Bourges vibrant d’un enthousiasme patriotique sans précédent nous fait ses adieux… (Bourges) Sur tout le parcours ( jusqu’à la gare), on crie ‘A Berlin! A Berlin! A bas Guillaume (Bourges) Progressivement, d’un verre à l’autre, l’enthousiasme monte … on croit revivre ces heures d’une autre époque où la Patrie était en danger… Dans la gare …, les trains ornés de drapeaux, fleuris… se succèdent. Un cri s’élève, dominant tous les autres:‘A Berlin!” (Vierzon) Bemerk dat in bovenstaande gevallen een station vernoemd wordt. Dat betekent ondermeer dat heel wat soldaten niet langer onder bekenden zijn. De massa is groter en wordt begeleid door muziek. In dergelijke omstandigheden speelt een groepsdynamiek die bij het verlaten van het dorp niet bestond. De foto’s die we hebben zijn momentopnamen van het vertrek van troepen. Het is in elk geval te eenzijdig om hieruit enthousiasme voor de oorlog uit af te leiden. Het besluit uit de bovenstaande citaten is dat de reacties op de mobilisatie allesbehalve eenduidig waren. De verschillen zijn merkbaar in de ruimte (stad en platteland), in de tijd (de sfeer bij de aankondiging van de mobilisatie is heel wat terughoudender dan tijdens de mobilisatie zelf).
Le départ des mobilisés s’effectue dans le plus grand enthousiasme (Le Petit Provençal, 3 augustus, Marseille) C’est une “journée de fièvre et d’enthousiasme, malgré la pluie qui fait rage toute la matinée (Dépêche de Toulouse, 5 augustus, Toulouse)
Les hommes qui s’en vont à la caserne joyeux comme des enfants (L’express du Midi, 3 augustus, Toulouse) De euforie wordt aangevuld met andere sentimenten die wijzen op bereidheid om de oorlog te gaan voeren: On a l’impression que tout le monde a la volonyé absolue de faire son devoir (Le Petit Marseillais, 3 augustus, Marseille) Chacun est près a faire son devoir, sans forfanterie, mais aussi sans faiblesse, et cela avec une unanimité et une résolution remarquables. Ce mat!in, dimanche, un grand nombre d’inscrits sont partis. Pas ou presque pas de cris, mais le courage froid… (Le Petit Méridional, 3 augustus, Sète) Dit belet niet dat ook triestheid en angst in de artikels aanwezig zijn maar deze verdwijnen op de achtergrond. Beaucoup de ces soldats avaient les yeux rougis de larmes, d’autres pour ne pas pleurer se mordaient les lèvres (La Populaire du Centre, Amiens, 3 augustus) On la [la foule]sent sympathique aux petits soldats qui s’en vont. On devine qu’elle voudrait crier un “au revoir” et qu’elle ne le peut pas (Le Progrès de la Somme, 3 augustus, Amiens
De pers over de mobilisatie Becker heeft de lokale kranten van 36 gemeenten verspreid over 24 departementen bestudeerd. Bij de aankondiging van de mobilisatie overheerst het woord calme. Het woord enthousiasme wordt slechts marginaal gebruikt. Ook naar uitingen van patriotisme wordt niet uitzonderlijk veel verwezen. Afwezigheid van enthousiasme bepaalt veeleer de toon in de pers tijdens de eerste berichten over een nakende oorlog. Dignité, sang-froid, courage, tristesse.
De uitingen van enthousiasme en patriottisme zijn in de kranten heel wat meer uitgesproken dan in de verslagen van onderwijzers en prefecten. Maar in alle gevallen is er een opvallende verschuiving tussen de aankondiging van en de effectieve mobilisatie. Aan de hand van de bovenstaande teksten kunnen de leerlingen de (emotionele) reactie in Frankrijk op de aankondiging en het begin van de oorlog reconstrueren. Bij de studie van de bronnen kunnen we de leer-
39 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
lingen op volgende weliswaar overlappende aandachtspunten wijzen: – Over welk moment handelt de tekst, op welke dag is hij geschreven? (aankondiging en effectief vertrek, vertrek uit het dorp en in het station, de evolutie van gevoelens in de tijd) – Wie heeft de tekst geschreven? (de relatie van de onderwijzer met de jongens, de officiële rol van de prefecten, de relatie tussen pers en overheid, de afwezigheid van een emotionele band tussen journalisten en de jongens die vertrekken) – Welke locatie wordt beschreven (platteland en stad, bekenden en anonieme massa, andermaal verschillend tijdstip, enz.) – Belang van aanwezigheid van anderen (groepspsychologie of intimiteit)
Beelden Bij de verkenning van de beelden werken we in drie type beelden: gepubliceerde beelden, niet-gepubliceerde beelden en het overgeleverde beeld. Telkens kunnen de leerlingen op basis van het beeld en het onderschrift de boodschap analyseren. In het geval van de gepubliceerde beelden proberen we ook te achterhalen waarom dit beeld werd gekozen. Fotografen beschikten zeker sinds de eeuwwisseling over handige toestellen die hen toelieten momentopnames te maken. Toch was van echte persfotografie amper spraken. Alleen in tijdschriften werden foto’s gepubliceerd. Minstens even belangrijk was de verspreiding van de amateurfotografe dankzij de technische vooruitgang. We kunnen zonder overdrijving beweren dat de eerste dagen van de oorlog honderden foto’s genomen zijn, voornamelijk straatbeelden.
Ook soldaten hadden een camera bij. Uiteraard was ook de militaire overheid zich bewust van de kracht van het beeld. De stationsbeelden zijn hoofdzakelijk door militaire fotografen genomen. Magazines, zoals l’Illustration, waren zich er terdege van bewust dat niet alles zomaar gepubliceerd kon worden.5 Het loont daarom de moeite om (de emoties in) het getoonde beeld te vergelijken met de verhalen van de onderwijzers. Overigens tonen de foto’s ons wat in de steden gebeurde, bij voorkeur uiteraard in de hoofdstad. Gepubliceerde beelden In 1923 publiceerde l’Illustration L’Album de guerre, een luxueus uitgegeven documentaire oorlogsgeschiedenis aan de hand van foto’s en tekeningen.6 De openingsbladzijden tonen foto’s van Joffre, Foch, Pétain en andere Franse generaals die in handschrift het belang van de publicatie onderstrepen. We mogen ervan uitgaan dat de twee volumes het officiële beeld van de Franse oorlogsjaren weergeven. Wie meer over l’Illustration wil weten, kan terecht bij Wikipedia. In het eerste volume tonen 8 pagina’s met als titel Face à l’agresseur ons beelden van vetrekkende soldaten en manifestaties. Elders worden nog foto’s van de gebeurtenissen in België, Groot-Brittannië en zelfs de kolonies bij het begin van de oorlog getoond. Hieronder worden enkele foto’s met het bijhorende onderschrift afgedrukt. ————— 5 Petr Tausk, Short history of Press Photography, Prague, 1988. Dank aan Luc Salu (Fotomuseum, Antwerpen) en Hendrik Olivier, Amsab, Gent) 6 1914-1918. L’album de la guerre. Histoire photographique et documentaire reconstituée chronologiquement a l’aide de clichées et de dessins publiés par ‘l’Illustration” de 1914 à 1921. Twee volumes, Parijs, 1923.
A LA GARE DE L’EST Pendant la période de mobilisation la gare de l’Est est un peu devenue le coeur de Paris. Pas de famille qui n’ait un être cher à y conduire. Un service d’ordre interdit à la foule l’accès de la cour où seuls pénètrent, après les adieux, ceux qui s’en vont. (Dessin d’André Devambez)
40 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
41 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
42 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
Niet gepubliceerde beelden Om een voorbeeld van beelden die niet meteen in publicaties opgenomen werden of worden te verkennen, gebruiken we een databank van foto’s over Parijs. Deze vinden we op http://www.parisenimages.fr/fr/. Via gallerie des images komen we op een zoekpagina. Bij mots clés typen we première guerre mondiale en bij une date komt twee maal 1914. Op die manier komen we bij de collectie van Roger-Violet, een fotograaf die ondertussen zijn naam aan een fotoagentschap verleende. Wie hierover meer wil weten kan terecht bij Wikipedia.
Het bestand telt 182 foto’s waarvan een heel aantal over de begindagen. De korte tekst situeert de foto telkens in de tijd. Bruikbaar voor ons doel zijn vooral de foto’s van vertrekkende troepen. Maar de andere beelden zoals de opeising van vee en vervoer leren ons iets over de stad die zich op de oorlog voorbereidt. Om het werk van de leerlingen makkelijk te maken is het raadzaam eventueel vooraf enkele beelden te selecteren en die op een apart bestand te plaatsen. Ter illustratie drukken we hieronder een foto uit het bestand af. Het is een beeld dat beslist de moeite waard is gezien de gelijkenis met de tekening van André Devambez van la Gare de L’Est hierboven. De vergelijking van beide is veelzeggend.
Guerre 1914-1918. Départ des réservistes à la gare de l’Est. Paris, août 1914.
43 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008
Het overgeleverde beeld
Besluit
De meeste historische overzichten drukken de zeer gekende foto’s van de goederenwagon met joelende soldaten af. Spijtig genoeg ontbreekt veelal de juiste bronverwijzing of een plaats- en tijdsaanduiding. Het afscheid van de familie is voorbij, op het perron bevindt zich alleen spoorpersoneel en militairen. Wellicht zijn de soldaten al enkele dagen weg van huis. Misschien is de foto bij een tussenstop genomen. De jongens richten zich duidelijk tot de fotograaf.
Aan het einde van het onderzoek brengen de leerlingen de teksten en de beelden samen. Het besluit is grosso modo tweeledig: – Wat leren we over de reactie van de Fransen bij aankondigen en begin van de mobilisatie? – Welk beeld is overgeleverd via officiële publicaties? Uiteindelijk kunnen de leerlingen zich afvragen van waar het algemeen verspreide beeld van enthousiasme komt? Het is aan de leerkracht om het antwoord op deze vragen zo veelzijdig mogelijk in te vullen. Uiteraard biedt deze gevallenstudie tal van mogelijkheden omtrent mediatieke vertaling van gebeurtenissen vandaag.
44 Hermes | Jaargang 12 | nr. 43 | maart 2008