Wat is de pedagogische kwaliteit van onze kinderopvang? Ruben Fukkink Universiteit van Amsterdam
Een geschiedenis van (bijna) 150 jaar 1863: A’dams onderzoek stadsgeneesheer Coronel 1869: Vereeniging tot verbetering der kleine kinderbewaarplaatsen 1927: Centrale Vereeniging voor kinderbewaarplaatsen […] 2009: BKK 23 november 2012
Pedagogische kwaliteit Dagopvang (0-4 jr)
Bso (4-13 jr)
Een drieluik
NCKO-Kwaliteitsmodel: Drieluik KINDERDAGVERBLIJF 1. STRUCTURELE KENMERKEN • Pedagogisch beleid
2. PROCESKWALITEIT
• Ruimte, inrichting, materialen
Materiële omgeving
Interactievaardigheden
• Programma • Opleiding/training PM-ers • Pedagogische ondersteuning
Pedag.medew.
• Voorzieningen voor PM-ers • Stafstabiliteit • Staf-kind ratio • Groepsgrootte • Groepsstabiliteit
Andere kinderen
3. KIND
Structurele kwaliteit
Kort over structurele kwaliteit Groepsgrootte
Maximum gereguleerd per groep
Leidster-kind ratio / BKR
Maximum gereguleerd per groep
Groepsstabiliteit (0-100)
50 (NCKO, 2008) – tussen 47 en 54
Stafstabiliteit (0-100)
30 (NCKO) – tussen 33 en 50
Pedagogisch beleid
verschillend
Programma
verschillend
Opleiding, training, ondersteuning
verschillend
Ruimte, materialen
verschillend
Proceskwaliteit Een overall beeld
Totaalscore ITERS(R)/ECERS(R)
Totaalscore Algemene Proceskwaliteit in 1995-2001-2005-2008 7 6 5 4 3 2 1
1995
2001
2005
2008
Totaalscore ITERS/ECERS gebaseerd op 6 schalen Nieuwe totaalscore (gebaseerd op 5 schalen opgenomen in NCKOinstrument)
Pedagogische kwaliteit: Gemiddelde èn spreiding Is kwaliteit constant … Per organisatie? Per locatie?
Kinderopvang Nederland Kinderrijk DAK
100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
Breng&haal
Ruimte
Activiteit
Taal
Omgang kind
Programma
Ruimte voor groei: Pluspunten: tussen 22 en 36% Minpunten: tussen 2 en 5% Met name ruimte voor verbetering bij: Activiteiten Programma
100 90 80 70 60 wel niet
50 40 30 20 10 0
Ruimte
Activiteit
Taal
Omgang kind
Programma
2012: Pedagogische kwaliteit bso
Proceskwaliteit Focus op de pedagogisch medewerker
NCKO-Peiling 2009: Interactievaardigheden op PM-niveau (gemiddelde, +/- 1 standaarddeviatie, minimum/maximum)
7 6
Vold.goed
5 4
Matig
3 Onvold
2 1 Sensitieve Responsiviteit
Respect voor de Autonomie
Structuur & Grenzen
Praten & Uitleggen
Ontwikkelings Stimulering
Begeleiden van Interacties
Interactievaardigheden PM
100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
laag midden hoog
SR
RA
SG
PU
OS
BI
Interactievaardigheden: Vrij spel Gescoord als: laag, midden, hoog Wetenschappelijke instrument en Kwaliteitsmonitor laten vergelijkbaar patroon zien (zoals verwacht)
Focus op het kind
Welbevinden van kind
Hoofd- of interactie-effect? Dual-risk hypothese
Differential susceptibility
NCKO-effectstudie: ondersteuning ‘dual-risk model’ Opvangkenmerken: lage kwaliteit Kindkenmerken: moeilijk temperament + vroege start + frequent bezoek
Winer & Phillips, 2012: ‘Boys, girls, two cultures of childcare’ Jongens
Minder positieve interacties Meer negatieve interacties
Relatie PM-kind: Minder nabijheid moeilijker temperament Eerder conflict
Meisjes Meer positieve interacties Minder negatieve interacties
Lopend onderzoek van Polanen, Fukkink & Tavecchio: Verschil in gehechtheid Kindj/m - PMm/v ?
Relatie PM-kind: Meer nabijheid Makkelijker temperament Weinig conflicten
Pedagogische kwaliteit … Drieluik: structureel proces kind Per onderdeel drieluik: meerdere pedagogische kwaliteiten is niet constant in tijd, is beïnvloedbaar kan variëren per organisatie en groep kan verschillen per kind in groep laat ruimte voor verbetering discussie
Hoe pedagogische kwaliteit verbeteren? Bureau Kwaliteit Kinderopvang Krimp zonder kramp PW-3: Taal + Interactievaardigheden Pedagogisch kader 0-4 / 4-13 / gastouder Kwaliteitsmonitor 0-4 / 4-13 Rapport Gunning & convenant Marktwerking Inspectie Cursussen HKZ ….
Wat verbeteren Hoe? dagopvang Structurele kwaliteit
Proceskwaliteit
Kind
bso