VRAGENLIJST SCHOOLJAAR 2015-2016 In de 2e en 4e klassen van het voortgezet onderwijs begint het gezondheidsonderzoek met het invullen van een vragenlijst, de E-MOVO (Elektronische MOnitor Volksgezondheid). Dit is een digitale vragenlijst, die wetenschappelijk onderzocht is. Hij geeft jongeren inzicht in hun leefstijl en gezondheidssituatie en kan helpen om jongeren en gezinnen waar nodig in een vroeg stadium al te ondersteunen. Deze vragenlijst vullen middelbare scholieren klassikaal in. De lijst is bedoeld om de leefgewoonten en gezondheid van leerlingen te onderzoeken. We stellen vragen over verschillende onderwerpen, bijvoorbeeld eetgewoonten, beweging, roken, alcohol en gezondheid. De leerling ziet direct hoe hij of zij scoort op de verschillende onderwerpen, krijgt een persoonlijk advies en kan doorklikken naar betrouwbare websites met advies en informatie. De vragenlijst bestaat uit 64 basisvragen en 37 vervolgvragen. De basisvragen worden aan alle leerlingen gesteld. De vervolgvragen worden alleen getoond wanneer daar naar aanleiding van het antwoord op de basisvraag reden toe is. Alle antwoorden op de vragenlijst worden vertrouwelijk behandeld. Alleen de jongere zelf, de jeugdarts en de jeugdverpleegkundige hebben toegang tot de gegevens met behulp van de inlogcode. De jeugdarts en de jeugdverpleegkundige gebruiken de gegevens als input voor een gesprek met de jongere. De vragenlijst wordt ter verduidelijking besproken met de jongere en als het nodig is -in overleg met de jongere- ook met ouders of anderen. De antwoorden op de vragenlijst worden anoniem bewaard. De vragenlijst is niet automatisch gekoppeld aan het Digitale Dossier JGZ. Wel neemt de JGZ voor het gesprek relevante gegevens over. Hoe dit bewaard wordt, staat in het privacyreglement. Informatie hierover kunt u hier lezen. We gebruiken de gegevens ook om beleid voor (school)gezondheid te kunnen maken. Scholen ontvangen alleen groepsgegevens die niet te herleiden zijn tot één leerling. En we gebruiken de gegevens voor onderzoek naar de gezondheidssituatie van jongeren in Utrecht. Ook dan zijn de gegevens niet tot individuele jongeren te herleiden.
1
In dit document is het onderscheid tussen basisvragen en vervolgvragen zichtbaar gemaakt in de vormgeving. Basisvragen staan in het zwart weergegeven. Vervolgvragen springen in en zijn in het grijs weergegeven.
2
VRAGEN OVER JE ACHTERGROND 1.
Ben je een jongen of een meisje?
2.
Jongen
-
Meisje
3.
Wat is je geboortedatum?
-
Hoe oud ben je? 11 jaar 12 jaar 13 jaar 14 jaar 15 jaar 16 jaar 17 jaar 18 jaar Ouder dan 18 jaar
4.
In welk land ben je geboren? Nederland Marokko Turkije Suriname (Voormalige) Nederlandse Antillen of Aruba Duitsland België Indonesië Ander land, namelijk....................
5.
In welk land is je moeder geboren?
6.
In welk land is je vader geboren?
Nederland
Nederland
Marokko
Marokko
Turkije
Turkije
Suriname
Suriname
(Voormalige) Nederlandse Antillen
(Voormalige) Nederlandse Antillen
of Aruba
of Aruba
Duitsland
Duitsland
België
België
Indonesië
Indonesië
Ander land, namelijk....................
Ander land, namelijk....................
3
VRAGEN OVER JE GEZONDHEID 7.
Hoe vind jij je gezondheid meestal? Heel goed Goed Gaat wel Niet zo best Slecht
8.
Wil je bij de volgende ziekten en
Na aanklikken van de onderstreepte
aandoeningen aankruisen of je die
woorden, worden de volgende toelichtingen
hebt of in de afgelopen 12 maanden
getoond:
hebt gehad?
"Chronisch betekent 3 maanden of langer." "Diabetes mellitus betekent suikerziekte."
Kruis op iedere regel één vakje aan Nee Astma of bronchitis Chronische vermoeidheid Diabetes mellitus Eczeem Buikklachten langer dan 3 maanden Migraine of regelmatige ernstige hoofdpijn Een aangeboren hartaandoening ADHD Anorexia of boulimia nervosa Kanker Anders
4
Ja, niet door arts
Ja, wel door arts
vastgesteld
vastgesteld
9. Kan je alles doen wat je wilt doen, of lukt dat niet door je ziekte(n) of aandoening(en)? Ja, ik kan alles doen wat ik wil doen Ja, maar door mijn ziekte(n) of aandoening(en) is het soms wel lastig Nee, door mijn ziekte(n) of aandoeningen kan ik niet alles doen wat ik wil doen. Niet van toepassing, ik heb geen ziekte of aandoening. In discotheken, op (dance)feesten en bij concerten wordt vaak harde muziek gedraaid of gespeeld. Je kan ook harde muziek luisteren via een koptelefoon of oortjes. 10.
Heb jij na het luisteren van harde muziek wel eens last gehad van je gehoor, zoals bijvoorbeeld een piep in je oren, een doof gevoel, minder goed kunnen horen, etc? Nee, ik luister nooit harde muziek Nee, maar ik luister wel naar harde muziek Ja, af en toe Ja, vaak Ja , (bijna) altijd
11.
Maak je je zorgen over je gewicht? Nee Ja, omdat ik mezelf te dik vind Ja, omdat ik mezelf te dun vind
5
VRAGEN OVER HOE JE JE VOELT 12.
Wil je alsjeblieft bij iedere vraag een
Na aanklikken van de onderstreepte
kruisje zetten in het rondje voor "Niet
woorden, worden de volgende toelichtingen
waar", "Een beetje waar" of "Zeker
getoond:
waar". Het is belangrijk dat je alle
"Piekeren betekent dat je veel denkt aan iets waar je je zorgen over maakt." "Wiebelen betekent dat je veel heen en weer beweegt, bijvoorbeeld op een stoel." "Friemelen betekent dat je vaak met je handen ergens aanzit, bijvoorbeeld aan je haar, kleding of pen." "Minstens één goede vriend betekent dat je één of meer goede vrienden hebt." "Ik neem dingen weg betekent dat je dingen steelt/pikt/jat."
vragen zo goed mogelijk beantwoordt, ook als je niet helemaal zeker bent of als je de vraag raar vindt. Wil je alsjeblieft bij je antwoorden denken hoe dat bij jou de laatste 6 maanden is geweest.
Niet waar Ik probeer aardig te zijn tegen anderen. Ik houd rekening met hun gevoelens Ik ben rusteloos, ik kan niet lang stil zitten Ik heb vaak hoofdpijn, buikpijn, of ik ben misselijk Ik deel makkelijk met anderen (snoep, speelgoed, potloden, etc.) Ik word erg boos en ben vaak driftig Ik ben nogal op mijzelf. Ik speel meestal alleen of bemoei mij niet met anderen Ik doe meestal wat me wordt opgedragen Ik pieker veel Ik help iemand die zich heeft bezeerd, van streek is of zich ziek voelt Ik zit constant te wiebelen of te friemelen Ik heb minstens één goede vriend of vriendin Ik vecht vaak. Het lukt mij andere mensen te laten doen wat ik wil Ik ben vaak ongelukkig, in de put of in tranen
6
Een beetje
Zeker
waar
waar
Vervolg vraag 12
Niet waar
Een beetje
Zeker
waar
waar
Andere jongeren van mijn leeftijd vinden mij over het algemeen aardig Ik ben snel afgeleid, ik vind het moeilijk me te concentreren Ik ben zenuwachtig in nieuwe situaties. Ik verlies makkelijk mijn zelfvertrouwen Ik ben aardig tegen jongere kinderen Ik word er vaak van beschuldigd dat ik lieg of bedrieg Andere kinderen of jongeren pesten of treiteren mij Ik bied vaak anderen aan hun te helpen (ouders, leerkrachten, kinderen) Ik denk na voor ik iets doe Ik neem dingen weg die niet van mij zijn thuis, op school of op andere plaatsen Ik kan beter met volwassenen opschieten dan met jongeren van mijn leeftijd Ik ben voor heel veel dingen bang, ik ben snel angstig Ik maak af waar ik mee bezig ben. Ik kan mijn aandacht er goed bij houden
13.
Heb je de laatste 12 maanden er wel eens serieus over gedacht een einde te maken aan je leven? Nooit GA NAAR VRAAG 15 Een enkele keer Af en toe Vaak Heel vaak Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld aan leerlingen die er wel eens serieus over hebben gedacht om een einde aan hun leven te maken.. Leerlingen die antwoorden met 'Nooit' krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 15. 14.
Heb je de laatste 12 maanden een poging ondernomen om een eind te maken aan je leven? Ja Nee
7
15.
Heb je jezelf de laatste 12 maanden wel eens opzettelijk verwond of pijn gedaan? (Denk hierbij aan jezelf snijden of krassen, bijvoorbeeld omdat je je vervelend voelde) Nee Ja, één keer Ja, meerdere keren
VRAGEN OVER SCHOOL 16.
Welk soort onderwijs volg je? Brugklas VMBO/HAVO Brugklas HAVO/VWO Brugklas VMBO/HAVO/VWO Praktijkonderwijs VMBO basis (=basisberoepsgerichte leerweg) VMBO kader (=kaderberoepsgerichte leerweg) VMBO gemengd (=gemengde leerweg) VMBO tl (=theoretische leerweg, MAVO) HAVO VWO (Atheneum, Gymnasium)
17.
In welke klas zit je? Klas 2 Klas 4
18.
Hoe vind je het op school? Hartstikke leuk GA NAAR VRAAG 20 Leuk GA NAAR VRAAG 20 Gaat wel Niet leuk Vreselijk
8
Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld aan leerlingen die niet aangeven dat zij het leuk vinden op school. Leerlingen die antwoorden met 'Hartstikke leuk' of 'Leuk' krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 20. 19.
Waardoor vind je het niet zo leuk op school?
Je mag meer dan één antwoord geven De sfeer is niet gezellig Mijn klas/groep is niet leuk Ik heb geen vrienden/vriendinnen op school Ik word gepest De docenten zijn niet aardig De manier van lesgeven is niet leuk Ik heb veel moeite met leren, vind het (te) moeilijk Ik vind de meeste vakken niet leuk Ik zie het nut er niet van in Ik voel me onveilig op deze school Er is weinig aandacht voor problemen van leerlingen Anders
20.
Kun je met een docent op school praten als je ergens mee zit? Ja Nee
[TOELICHTING: de formulering van vraag 21 is anders voor jongens dan voor meisjes] Alleen voor jongens 21.
Stel dat er in jouw klas een jongen zit
Na aanklikken van de stelling 'Ik zou rustig
die op jongens valt (homo is). Wat zou
vriendschap met hem sluiten' wordt de
je wel, misschien of juist niet doen?
volgende toelichting getoond:
Geef op iedere regel één antwoord.
“Ik zou rustig vriendschap met hem sluiten” betekent dat je vrienden met hem zou kunnen zijn. Zeker wel
Ik zou rustig vriendschap met hem sluiten. Ik zou laten merken dat hij van mij af moet blijven. Ik zou in de pauze liever naast iemand anders gaan zitten.
9
Wel
Misschien wel, misschien niet
Niet
Zeker niet
Alleen voor meisjes 21.
Stel dat er in jouw klas een meisje zit
Na aanklikken van de stelling 'Ik zou rustig
dat op meisjes valt (lesbisch is). Wat
vriendschap met haar sluiten' wordt de
zou je wel, misschien of juist niet
volgende toelichting getoond:
doen?
“Ik zou rustig vriendschap met haar sluiten”
Geef op iedere regel één antwoord.
betekent dat je vriendinnen met haar zou kunnen zijn. Zeker wel
Wel
Misschien wel, misschien niet
Niet
Zeker niet
Ik zou rustig vriendschap met haar sluiten. Ik zou laten merken dat zij van mij af moet blijven. Ik zou in de pauze liever naast iemand anders gaan zitten.
22.
Als een jongen of een meisje op jouw school homo of lesbisch is, denk je dan dat diegene dat op school eerlijk zou kunnen vertellen? Ja, tegen iedereen op school Ja, alleen tegen zijn of haar vrienden Nee Dat weet ik niet
23.
Hoe vaak ben je de afgelopen drie maanden op school gepest? Nooit Minder dan 2 keer per maand 2 of 3 keer per maand Ongeveer 1 keer per week Meerdere keren per week
24.
Hoe vaak heb je de laatste drie maanden zelf een andere leerling op school gepest? Nooit Minder dan 2 keer per maand 2 of 3 keer per maand Ongeveer 1 keer per week Meerdere keren per week
10
25.
Hoe vaak ben je in de afgelopen drie maanden gepest via internet (bijvoorbeeld via Whatsapp, chat, Facebook of Twitter) ? Nooit GA NAAR VRAAG 27 Minder dan 2 keer per maand 2 of 3 keer per maand Ongeveer 1 keer per week Meerdere keren per week Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld aan leerlingen die aangeven dat zij in de afgelopen drie maanden via internet gepest zijn. Leerlingen die antwoorden met 'Nooit' krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 27. 26.
Door wie ben je in de afgelopen drie maanden gepest via internet (bijvoorbeeld via Whatsapp, chat, Facebook of Twitter)? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk. door (een) jongere(n) van school door (een) jongere(n) niet van school door (een) volwassene(n) ik weet niet door wie ik ben gepest
27.
Hoe vaak heb je de afgelopen drie maanden zelf iemand gepest via internet (bijvoorbeeld via Whatsapp, chat, Facebook of Twitter)? Nooit Minder dan 2 keer per maand 2 of 3 keer per maand Ongeveer 1 keer per week Meerdere keren per week
28.
Bij wie woon je de meeste dagen van de week? Je mag één antwoord geven. Ik woon: Bij mijn vader en moeder (samen) Ongeveer de helft van de tijd bij mijn moeder en de helft van de tijd bij mijn vader (coouders) Bij mijn moeder en haar partner Bij mijn vader en zijn partner Alleen bij mijn moeder Alleen bij mijn vader Bij anderen (bijv. pleegouders, andere familie, internaat) GA NAAR VRAAG 31 Ik woon op mezelf GA NAAR VRAAG 31
11
29.
Beantwoord de volgende vragen voor de vader en moeder bij wie je (de meeste tijd) in huis woont. Denk aan de afgelopen week... Helemaal niet
Bijna niet
Gemiddeld
Nogal
Zo nu en
Redelijk
dan (soms)
vaak
Helemaal
Heb je het gevoel gehad dat je ouders je begrijpen? Heb je het gevoel gehad dat je ouders van je houden?
30. Zelden Nooit
(bijna nooit)
Heb je je thuis gelukkig gevoeld? Hebben je ouders voldoende tijd voor je gehad? Hebben je ouders je eerlijk behandeld? Heb je met je ouders kunnen praten als je dat wilde?
12
Altijd
VRAGEN OVER INGRIJPENDE GEBEURTENISSEN Ingrijpende gebeurtenissen zijn gebeurtenissen of situaties die veel invloed hebben op hoe iemand zich voelt of hoe iemand zijn of haar leven leidt.
Voorbeelden van ingrijpende gebeurtenissen zijn: - het overlijden van iemand waar je veel van hield - langdurige of ernstige ziekte van jezelf of iemand waar je veel van houdt - echtscheiding van je ouders - werkloosheid van je ouders of financiële problemen 31.
Heb jij wel eens een ingrijpende gebeurtenis meegemaakt. Nee GA NAAR VRAAG 34 ja Vervolgvragen De vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 31 beantwoordt met 'Ja'. Leerlingen die 'Nee' antwoorden gaan verder met vraag 34. 32.
Wat voor soort ingrijpende gebeurtenis heb jij meegemaakt? (meer antwoorden mogelijk) Let op: wanneer het gaat over je ouders worden ook pleeg- of stiefouders bedoeld. Overlijden van iemand van wie je veel hield Psychische of ernstige of langdurige lichamelijke ziekte van een gezinslid Regelmatige ruzies of geweld tussen je ouders onderling Echtscheiding van je ouders Problemen met nieuwe ouder Zelf mishandeld door (één van) je ouders of een andere volwassene Problemen met geld/inkomen hebben bij jezelf of bij je ouders Problemen met drank, verslaving van (één van je) ouders Problemen met werk/werkloosheid van (één van je) ouders Woonproblemen/ Problemen met huisvesting of verblijf in Nederland Vlucht (vanwege bijvoorbeeld oorlog of politieke situatie) vanuit een ander land naar Nederland Zwanger geworden of een meisje zwanger gemaakt Andere ingrijpende gebeurtenis(sen), namelijk....................
33.
Heb jij nu nog problemen met een of meer van de ingrijpende gebeurtenissen die je hebt meegemaakt? nee ja
13
34.
Word je wel eens geestelijk mishandeld? (Vaak getreiterd, gekleineerd of uitgescholden). Ja Nee, vroeger wel Nee Deze vraag wil ik niet beantwoorden
35.
Word je wel eens lichamelijk mishandeld? (Bijvoorbeeld geschopt, geslagen, vastgebonden). Ja Nee, vroeger wel Nee Deze vraag wil ik niet beantwoorden
36.
Heb je wel eens zonder dat je dat wilde seksuele ervaring met iemand gehad? (Met seksuele ervaring bedoelen we alles van zoenen, intiem betasten tot naar bed gaan) Ja Nee Deze vraag wil ik niet beantwoorden
37.
Hoe vaak heb jij je de afgelopen drie maanden gediscrimineerd gevoeld (bijvoorbeeld vanwege je afkomst of geloof)? Nooit GA NAAR VRAAG 39 Minder dan 2 keer per maand 2 of 3 keer per maand ongeveer 1 keer per week meerdere keren per week Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld aan leerlingen die aangeven dat zij in de afgelopen drie maanden gediscrimineerd voelden. Leerlingen die antwoorden met 'Nooit' krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 39. 38.
Je hebt aangegeven dat je gediscrimineerd bent. Heb je hier (nog) problemen mee? ja nee
14
VRAGEN OVER VOEDING 39.
Hoeveel dagen per week ontbijt jij meestal? (Bijna) nooit 1 dag per week 2 dagen per week 3 dagen per week 4 dagen per week 5 dagen per week 6 dagen per week Elke dag
40.
Hoeveel dagen per week eet je fruit?
(Bijvoorbeeld appels, sinaasappels, mandarijnen, bananen etc). (Bijna) nooit 1 dag per week 2 dagen per week 3 dagen per week 4 dagen per week 5 dagen per week 6 dagen per week Elke dag 41.
Klik aan welke zoete dranken je meestal drinkt
Je mag meer dan één antwoord aanklikken LET OP: Met zoete dranken bedoelen we alle dranken waar suiker in zit. Light dranken moet je dus niet meetellen Frisdrank, zoals Cola, Sinas, Ice Tea, Fernandez, Dr Pepper Sportdrank, zoals AA, Isostar, Extran Energiedrank, zoals Red Bull, Monster Sap of vruchtensap, zoals Appelsap, Sinaasappelsap, Dubbelfriss, Caprisun, Multivitaminen, Dubbeldrank, Taksi, Wicky Yoghurtdrank of melkdrank, zoals Yogho Yogho, Fristi, Chocolademelk LET OP: het gaat dus niet om gewone melk Aanmaaklimonade of limonadesiroop Thee of koffie met suiker Anders Ik drink geen zoete dranken GA NAAR VRAAG 44
15
Vervolgvragen De vervolgvragen worden niet gesteld als de leerling vraag 41 beantwoordt met 'Ik drink geen zoete dranken'. Leerlingen die dit antwoord geven gaan verder met vraag 44. 42.
Hoeveel dagen per week drink je deze zoete drank?
Light dranken moet je dus niet meetellen (Bijna) nooit 1 dag per week 2 dagen per week 3 dagen per week 4 dagen per week 5 dagen per week 6 dagen per week Elke dag 43.
Als je zoete dranken drinkt, hoeveel glazen, blikjes of flesjes drink je dan meestal per dag?
Ga in gedachten je dag door en bedenk wat je op een dag drinkt. 1 2 3 4 5 of meer
44.
Hoeveel dagen per week drink je energiedrank? (zoals Red Bull, Bullit, Rockstar, Golden Power, Highway, Rodeo, Burn, Monster).
We bedoelen dus géén sportdrankjes in flesjes zoals AA-drank en Extran. (bijna) nooit GA NAAR VRAAG 46 1 dag per week 2 dagen per week 3 dagen per week 4 dagen per week 5 dagen per week 6 dagen per week elke dag Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld aan leerlingen die aangeven energiedrank te drinken. Leerlingen die antwoorden met '(bijna) nooit' krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 46. 45.
Als je energiedrank drinkt, hoeveel blikjes of flesjes drink je dan op een dag? 1 blikje/flesje per dag 2 blikjes/ flesjes per dag 3 of meer blikjes/flesjes per dag
16
VRAGEN OVER BEWEGING We gaan je nu een aantal vragen stellen over hoeveel je beweegt. Bewegen is sporten, maar ook gewoon wandelen of fietsen. We hebben de vragen over bewegen in 4 groepen verdeeld: 1) schoolgym, 2) sporten bij een sportvereniging of club, 3) fietsen of lopen naar school, en 4) sporten of bewegen in je vrije tijd wat niet onder die andere 3 groepen hoort. Als je alles eerlijk invult, krijg je een advies dat bij jouw antwoorden past. 46.
Hoe vaak heb jij gym op school? Nooit 1 lesuur per week 2 lesuren per week 3 lesuren per week 4 lesuren per week 5 of meer lesuren per week
47.
Doe jij aan een sport?
LET OP: Het gaat om sporten bij een club, vereniging of sportschool. Bijvoorbeeld fitness, zwemmen, voetbal, basketbal, tafeltennis Ja Nee GA NAAR VRAAG 50 Vervolgvragen De vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 47 beantwoordt met 'Ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee' krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 50. 48.
Hoe vaak per week sport je daar? Minder dan 1 dag per week 1 dag per week 2 dagen per week 3 dagen per week 4 dagen per week 5 dagen per week 6 dagen per week Elke dag
49.
Hoe lang per keer sport je dan? Minder dan een half uur per keer Een half uur tot 1 uur per keer 1 tot 2 uur per keer 2 tot 3 uur per keer 3 uur per keer of langer
17
50.
Hoe ga jij meestal naar school of stageplek? Lopend Met de fiets Met het openbaar vervoer (bijvoorbeeld tram, trein, bus) Met een taxi GA NAAR VRAAG 52 Ik word gebracht met de auto, brommer, motor of achterop de fiets GA NAAR VRG 52 Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld als de leerling vraag 50 beantwoordt met een van de antwoorden 'Lopend', 'Met de fiets' of 'Met het openbaar vervoer'. Leerlingen die een ander antwoord geven krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 52. 51.
Hoeveel minuten per dag loop of fiets je naar school of stageplek?
LET OP: Tel de minuten van de heenweg en de terugweg bij elkaar op. Dit kan ook als je met de bus, tram, metro of trein naar school gaat. Als je bijvoorbeeld met de bus gaat moet je eerst van huis naar de halte lopen. En als je uitstapt, loop je weer een stuk van de halte naar school. Dat moet je allemaal meetellen. Minder dan 10 minuten per dag 10 minuten tot een half uur per dag Een half uur tot een uur per dag Een uur per dag of langer
52.
Sport of beweeg je wel eens op een andere manier in je vrije tijd?
LET OP: Dit kan van alles zijn: voetballen op straat, fietsen, hardlopen, skeeleren, zwemmen, thuis dansen, kranten bezorgen, de hond uitlaten, Wii-en, maar niet lopen of fietsen naar school of stageplek. Ja Nee GA NAAR VRAAG 55 Vervolgvragen De vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 52 beantwoordt met 'Ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee' krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 55. 53.
Hoe vaak per week sport of beweeg je op een andere manier in je vrije tijd?
LET OP: Het gaat hier niet om sporten bij een vereniging of sportclub. We bedoelen hier de andere keren dat je sport of beweegt. Minder dan 1 dag per week 1 dag per week 2 dagen per week 3 dagen per week 4 dagen per week 5 dagen per week 6 dagen per week Elke dag
18
54.
Hoe lang sport of beweeg je dan? Minder dan een half uur per keer Een half uur tot 1 uur per keer 1 tot 2 uur per keer 2 tot 3 uur per keer 3 uur per keer of langer
55.
Vind jij zelf dat je genoeg sport of beweegt? Ja Nee
56.
Ben jij van plan meer te gaan sporten of bewegen? Nee Misschien Ja Daar heb ik nooit over nagedacht
57.
Hoeveel uur per dag kijk jij in je vrije tijd naar een beeldscherm?
LET OP: we bedoelen TV kijken, DVD’s kijken, en filmpjes kijken en gamen op de computer, laptop, tablet of smartphone Minder dan een half uur per dag Een half uur tot 1 uur per dag 1 tot 2 uur per dag 2 tot 3 uur per dag 3 tot 6 uur per dag 6 tot 9 uur per dag 9 uur of langer per dag 58.
Vind jij zelf dat je veel naar een beeldscherm kijkt? Ja Nee
59.
Ben jij van plan minder naar een beeldscherm te gaan kijken? Nee Misschien Ja Daar heb ik nooit over nagedacht
19
VRAGEN OVER GAMEN EN INTERNETGEBRUIK 60.
De volgende vragen gaan over sociale media. Met sociale media bedoelen we bijvoorbeeld Facebook, Skype, Ping, WhatsApp en Twitter. Nooit
Zelden
Soms
Vaak
Zeer vaak
Hoe vaak vind je het moeilijk om met sociale media te stoppen? Hoe vaak zeggen anderen (bijvoorbeeld ouders of vrienden) dat je minder tijd zou moeten besteden aan sociale media? Hoe vaak gebruik je liever sociale media dan dat je in het echt tijd met anderen doorbrengt (bijvoorbeeld vrienden of ouders)? Hoe vaak voel je je onrustig, gestrest of geïrriteerd wanneer je geen sociale media kunt gebruiken? Hoe vaak raffel je je huiswerk af om sociale media te gebruiken? Hoe vaak ga je sociale media gebruiken omdat je je rot voelt?
61.
Game je wel eens? Met gamen bedoelen we spellen/spelletjes op de computer, tablet, mobiele telefoon of spelcomputer (bijvoorbeeld Playstation, Wii, Xbox, DS) Ja Nee GA NAAR VRAAG 63
20
Vervolgvragen Eén of meerdere vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 61 beantwoordt met 'Ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee' krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 63. 62.
De volgende vragen gaan over gamen Nooit
Zelden
Soms
Vaak
Zeer vaak
Hoe vaak vind je het moeilijk om met gamen te stoppen? Hoe vaak zeggen anderen (bijvoorbeeld ouders of vrienden) dat je minder tijd zou moeten besteden aan gamen? Hoe vaak wil je liever gamen dan dat je in het echt tijd met anderen doorbrengt (bijvoorbeeld vrienden of ouders)? Hoe vaak voel je je onrustig, gestrest of geïrriteerd wanneer je niet kunt gamen? Hoe vaak raffel je je huiswerk af om te gaan gamen? Hoe vaak ga je gamen omdat je je rot voelt?
63.
Heeft iemand op internet jou een ongewenst seksueel voorstel gedaan in het afgelopen half jaar Nooit Een enkele keer Meerdere keren
64.
Heb je wel eens voor de webcam borsten, geslachtsdelen of billen laten zien, of iets anders seksueels gedaan (webcamseks)? Ja Nee
65.
Heeft iemand wel eens tegen jouw zin vervelende foto's of filmpjes van jou verspreid (bijv. op internet gezet of via de mobiele telefoon naar anderen gestuurd)? Ja Nee
21
VRAGEN OVER ROKEN, ALCOHOL EN DRUGS De volgende vragen gaan over roken. Hiermee bedoelen we sigaretten en sjek, geen elektronische sigaret. 66.
Heb je ooit gerookt? Ja, een hele sigaret of meer Ja, alleen een paar trekjes Nee GA NAAR VRAAG 68 Vervolgvragen Eén of meerdere vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 66 beantwoordt met 'Ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee' krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 68. 67.
Hoe vaak rook je nu? Elke dag Minstens 1 keer per week, maar niet elke dag Minder dan 1 keer per week Ik rook niet
68.
Heb je ooit waterpijp gerookt? Ja Nee GA NAAR VRAAG 70 Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld als de leerling vraag 69 beantwoordt met 'ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee' krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 70. 69.
Hoe vaak heb je waterpijp gerookt?
Kruis op iedere regel één vakje aan. 0 keer
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11-19
20 keer
keer
keer
of vaker
a. In je hele leven b. In de laatste 4 weken
70.
Heb je wel eens alcohol gedronken? Nee GA NAAR VRAAG 79 Ja, maar minder dan een heel glas per keer GA NAAR VRAAG 79 Ja, minimaal één keer een heel glas 22
Vervolgvragen Eén of meerdere vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 70 beantwoordt met 'Ja, minimaal één keer een heel glas'. Leerlingen die een ander antwoord geven krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 79. 71.
Op hoeveel dagen in je hele leven heb je alcohol gedronken? 1 dag 2 dagen 3-4 dagen 5-6 dagen 7-10 dagen 11-19 dagen 20 dagen of meer
72.
Heb je in de laatste 4 weken alcohol gedronken? Nee GA NAAR VRAAG 74 Ja
73.
Op hoeveel dagen in de laatste 4 weken heb je alcohol gedronken? 1 dag 2 dagen 3-4 dagen 5-6 dagen 7-10 dagen 11-19 dagen 20 dagen of meer
74.
Heb je wel eens 5 of MEER glazen, blikjes of flesjes alcohol gedronken op één dag?
Bijvoorbeeld op een feestje of tijdens het uitgaan Nee GA NAAR VRAAG 79 Ja 75.
Heb je in de laatste 4 weken 5 of MEER glazen, blikjes of flesjes alcohol gedronken op één dag? Nee GA NAAR VRAAG 79 Ja
76.
Op hoeveel dagen heb je in de laatste 4 weken 5 of MEER glazen, blikjes of flesjes alcohol gedronken? 1 dag 2 dagen 3-4 dagen 5-8 dagen 9 dagen of meer
23
77.
Waar drink je het vaakst alcohol?
Je mag maximaal drie plekken aanklikken Thuis, alleen Thuis, met anderen Bij vrienden thuis Bij anderen thuis Op een schoolfeest In een disco In een café, bar, snackbar of op een terras In een restaurant In een sportkantine of bij een vereniging Op straat, in een park of ergens anders buiten (en dan niet op een terras) Ergens anders 78.
Wat voor alcoholhoudende drank drink je?
Je mag meer dan één antwoord geven. Bier Wijn, cider of champagne Breezers of andere mixdrankjes die je kant-en-klaar koopt (bijvoorbeeld Smirnoff Ice, Pisang Ambon Jus, Passoa Diabolo, Black Vibe, Zinniz) Mixdrankjes die zelf gemixt worden (bijvoorbeeld wodka-jus, whiskey-cola, rum-cola) Shooters (kleine flesjes sterke drank, zoals Feigling, Flügel, Coco Loco, Lemon Drop) Alcopop (bijvoorbeeld Two Dogs, Jamin Juices, Hoopers Hooch) Likeur (bijvoorbeeld Pisang Ambon, Campari, Passoa, Coebergh) Sterke drank puur gedronken (bijvoorbeeld whiskey, wodka, jenever, cognac) Sherry, port, martini
79.
Mag jij van je ouders/verzorgers alcohol drinken? Ja GA NAAR VRAAG 81 nee weet ik niet GA NAAR VRAAG 81 Vervolgvraag De vervolgvraag wordt alleen gesteld als de leerling vraag 79 beantwoordt met 'nee'. Leerlingen die antwoorden met 'Ja' of 'weet ik niet' krijgen de vervolgvraag niet te zien en gaan verder met vraag 81. 80.
Welke regels stellen je ouders/verzorgers over het drinken van alcohol? ik mag nooit alcohol gaan drinken (bijvoorbeeld vanwege je geloof) ik mag alcohol drinken als ik
jaar ben
een andere regel
24
81.
Heb je wel eens geblowd?
Met blowen bedoelen we wiet of hasj roken. Nee GA NAAR VRAAG 86 Ja Vervolgvragen Eén of meerdere vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 81 beantwoordt met één van de antwoordcategorieën die beginnen met 'Ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee, nooit' krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 86. 82.
Hoe vaak in je hele leven heb je geblowd? 1 keer 2 keer 3 keer 4 keer 5-10 keer 11-19 keer 20 keer of vaker
83.
Hoe vaak in de laatste 4 weken heb je geblowd? 0 keer GA NAAR VRAAG 86 1 keer 2 keer 3 keer 4 keer 5-10 keer 11-19 keer 20 keer of vaker
84.
Als je blowt, hoeveel joints rook je dan gemiddeld per keer? Minder dan 1 joint, ik rook met anderen mee Dan rook ik gemiddeld
85.
joints (aantal invullen)
Hoe kom je meestal aan hasj of wiet?
Je mag meer dan één antwoord geven. Ik gebruik het nu niet meer Van vrienden Via, via van iemand die ik niet goed ken Van een (huis)dealer Koop het in een coffeeshop Van schoolgenoten Ik kweek het zelf Anders
25
86.
Heb je wel eens harddrugs gebruikt?
Bijvoorbeeld: GHB, XTC, cocaïne, paddo’s, speed, heroïne of LSD Nee GA NAAR VRAAG 90 Ja Vervolgvragen Eén of meerdere vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 86 beantwoordt met één van de antwoordcategorieën die beginnen met 'Ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee, nooit' krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 90. 87.
Heb je in de laatste 4 weken harddrugs gebruikt? Nee GA NAAR VRAAG 90 Ja
88.
Hoe vaak in de laatste 4 weken heb je harddrugs gebruikt? 1-2 keer 3-6 keer 7-10 keer 11-19 keer 20 keer of vaker
89.
Welke harddrugs heb je in de laatste 4 weken gebruikt?
Je mag meer dan één antwoord aanklikken GHB XTC Cocaïne Paddo’s Speed Heroïne LSD Anders namelijk:…………..
VRAGEN OVER VERLIEFDHEID EN SEKSUALITEIT 90.
Ben je wel eens verliefd? Nee, ik ben nooit verliefd Ja, op jongens Ja, op meisjes Ja, op jongens én meisjes
26
91.
Heb je ooit met iemand gezoend (tongzoenen)? Ja Nee, nooit GA NAAR VRAAG 96 Vervolgvragen Eén of meerdere vervolgvragen worden alleen gesteld als de leerling vraag 92 beantwoordt met één van de antwoordcategorieën die beginnen met 'Ja'. Leerlingen die antwoorden met 'Nee, nooit' krijgen de vervolgvragen niet te zien en gaan verder met vraag 101. 92.
Heb je ooit geslachtsgemeenschap gehad? Ja, regelmatig Ja, een paar keer Ja, 1 keer Nee, nooit GA NAAR VRAAG 96
93.
Heb je altijd een condoom gebruikt toen je geslachtsgemeenschap had? Ja, altijd Nee, niet altijd Nee, nooit Ik weet het niet meer
Denk aan de partner waarmee je de laatste keer zonder condoom geslachtsgemeenschap hebt gehad. 94.
Hebben jij en deze partner allebei een
Na aanklikken van het woord 'soa-test' wordt
soa-test laten doen voordat jullie zonder
de volgende toelichting getoond:
condoom geslachtsgemeenschap gingen
" Soa's zijn seksueel overdraagbare aandoeningen. Dit zijn besmettelijke ziektes die je kan krijgen door onveilige seks te hebben met een persoon die een soa heeft. Je kunt een soa hebben zonder dat je er iets van merkt. Met een soa-test wordt onderzocht of je een soa hebt."
hebben? Nee Ja
95.
De laatste keer dat je
Na aanklikken van het woord
geslachtsgemeenschap had, hebben jullie
'voorbehoedsmiddel' wordt de volgende
toen een ander voorbehoedsmiddel dan
toelichting getoond:
een condoom gebruikt?
" Als je een voorbehoedsmiddel gebruikt, wordt een meisje niet zwanger. Voorbeelden van andere voorbehoedsmiddelen: Spiraaltje, Prikpil, Vrouwencondoom, Implanon, Anticonceptiering"
Nee Ja, de pil Ja, een ander voorbehoedsmiddel (bv spiraaltje, prikpil) Ik weet het niet meer
27
Een loverboy is een jongen die verkering neemt met een meisje en doet alsof hij verliefd is. Hij doet dit omdat hij haar wil gebruiken met als doel geld aan haar te verdienen (prostitutie, drugshandel-smokkel, leningen). 96.
Heb je wel eens iets over loverboys gehoord? Ja Nee
[TOELICHTING: Vraag 97 wordt alleen aan meisjes getoond] 97.
Ben je zelf ooit slachtoffer geweest van een loverboy? Ja Nee
VRAGEN OVER VEILIGHEID 98.
Voel jij je wel eens onveilig?
Kruis op iedere regel één vakje aan. Ja, vaak
Ja, soms
Zelden
Overdag 's Avonds / 's nachts
99.
Waar voel jij je wel eens onveilig?
Je mag meer dan één antwoord geven. Ik voel me nooit onveilig Op straat in mijn eigen woonbuurt Op straat buiten mijn eigen woonbuurt In het winkelcentrum Thuis Op school Tijdens het uitgaan In de trein, tram, bus, metro Op het station (trein, bus, metro) Bij sportaccommodaties (sporthal, sportveld, zwembad, stadion etc.) Ergens anders
28
Nee
TOT SLOT 100. Hoe vond je het om deze enquête in te vullen?
Je mag meerdere antwoorden geven. Leuk Geen mening Saai Het gaat niemand aan hoe ik leef Te persoonlijk Ik vond het moeilijk om eerlijk te zijn Ik vond de enquête te lang
101. Heb je nog vragen of zijn er dingen die je graag (zelf) met de verpleegkundige of arts van de GGD wilt bespreken? Ja Nee
29