VIER EUROPESE
HOOFDSTEDEN PARIJS II
Stadsvernieuwing onder Haussmann: eerste fase: 1853-1870 (Tweede keizerrijk) tweede fase: 1871-1878 (begin Derde Republiek – herstel en nieuw vertrouwen met wereldtentoonstelling 1878)
Napoleon III
Georges Eugène Haussmann 1809-1891
Napoleon III en Bismarck, de ochtend na de slag bij Sedan
Georges Darboy, aartsbisschop van Parijs (1863-1871)
Joseph-Hippolyte Guibert, aartsbisschop van Parijs (1871-1886)
Stadsvernieuwing onder Haussmann: eerste fase: 1853-1870 (Tweede keizerrijk) tweede fase: 1871-1878 (begin Derde Republiek – herstel en nieuw vertrouwen met wereldtentoonstelling 1878)
Wereldtentoonstellingen
Einde van een tijdperk: de begrafenis van Victor Hugo (1802 – 1885)
Belle Epoque: Cabarets en vermaak Cabaret du Chat Noir (v.a. 1881) en Moulin Rouge (v.a. 1989)
Moulin Rouge, 1952
Belle Epoque: revolutie in de kunst
Manet, Seurat, Monet (2x)
Renoir
Degas
Cezanne
Matisse
Voor Picasso zijn kunst en wetenschap gelijkwaardig. Ze vertellen ons beiden evenveel over het universum. Picasso wil met zijn deconstructivistische aanpak zowel de veelbesproken Matisse als Einstein voorbij streven door de vierde dimensie via zijn schilderijen binnen te treden.
‘Niet om het begrip relativiteit te duiden, maar om onder de oppervlakte te graven en een manier te zoeken om alles samen te brengen: stillevens, landschappen, figuren, stadsgezichten. Alles kon in één schilderij, compleet met alle onderlinge verhoudingen en dat zag hij als equivalent van wat Einstein deed. Einstein bracht ruimte en tijd onder één noemer en Picasso bracht drie dimensies samen in een vierde dimensie. Kubisme was de ontdekkingstocht naar nieuwe manieren om de werkelijkheid vast te leggen’ (Norman Mailer, 1998)
De Dreyfusaffaire: 1894-1906
1895: gedegradeerd, ontslag en levenslange gevangenschap
Ferdinand Walsin Esterhazy
Georges Picquart (1896)
Emile Zola (1898)
1906: rehabilitaite
Parijs nog steeds episch centrum van de kunst, maar nu met internationaal talent: Spanjaarden, Italianen, Russen, etc. Gabriel Astruc: oprichter van Société Musicale en door zijn internationale contacten grondlegger van een ‘internationale commissie ter begunstiging van de kunsten’ → haalt Arthur Rubinstein en Wanda Landowska naar Parijs → idem Enrico Caruso, Lina Cavalieri en Titta Ruffo → Italiaans seizoen 1905 → idem Metropolitan Opera uit New York 1910
v.a. 1909: Ballets Russes 1911: saison belge in Les Bouffes saison italienne in Châtelet saison russe in het Sarah Bernhardt-theater saison viennoise in het Vaudeville-theater
‘Wij hebben de Parijzenaars laten zien wat theater zou moeten zijn. Deze reis was historisch gezien noodzakelijk.Wij vormen het ingrediënt dat de hedendaagse beschaving nodig heeft om niet volledig ten onder te gaan’ Alexandre (Nikolajevitsj) Benois na het Russische seizoen van 1909
Moderne beweging wordt belichaamd door de ballingen: ‘veldslag op de grenslijnen’ (Pools-Italiaanse Fransman Guillaume Apollinaire) Parijs is in 1913 verworden tot het ‘gare centrale van Europa’ (Jacques-Emile Blanche)
Toen aan Jean Cocteau werd gevraagd de namen te noemen van de grote Franse kunstenaars van zijn tijd te noemen, antwoordde hij zonder aarzelen: ‘Picasso, Stravinski en Modigliani’
Prélude à l'après-midi d'un faune & de Sacre du Printemps
Ballets Russes: 1909 – 1929 Een sensatie
Ballets Russes: 1909 – 1929 Een sensatie
‘Deze charmante invasie van aanlokkelijkheden, waartegen alleen de meest platvloerse critici protest aantekenden, bracht in Parijs een koortsachtige nieuwsgierigheid teweeg, die minder acuut en meer puur esthetisch, maar misschien even intens was als de nieuwsgierigheid die werd opgewekt door de zaak-Dreyfus.’ Marcel Proust, 1909
Ballets Russes: 1909 – 1929 Een sensatie
‘…de zware stilte voor de storm in de harem: de donder en bliksem ‘van negers in roze en ambergeel; de woeste orgie van luidruchtige liefkozingen; tenslotte de paniek en de bloedige vergelding; de dood in langgerekte stuiptrekkingen, op schrille vioolklanken. RimskiKorsakov schilderde de tragedie; Bakst tooide haar met smaragdgroene gordijnen en zilveren lampen, Boechara-tapijten en zijden kussens; Nijinski en Karsavina brachten haar tot leven. Voor menig jong artiest was Schéhérazade een bron van inspiratie, zoals de gotische architectuur dat voor de romantici was of fresco’s uit het quattrocento voor de prerafaëlieten.’ Harold Acton over Schéhérazade
Decorontwerp voor de Faune door Leon Bakst
L'après-midi d'un faune → gedicht van Stéphane Mallarmé uit 1887 Prélude à l'après-midi d'un faune → symfonisch gedicht van Claude Debussy uit 1894 L’après-midi d’un faune → ballet door en met Vaslav Nijinsky uit 1912 (Ballets Russes)
Théâtre des Champs-Élysées Geopend in 1913, ontworpen door Auguste Perret op initiatief van Gabriel Astruc als alternatief voor de behoudende muziekcultuur zoals in de Parijse Opera. Gerealiseerd met (o.a.) Amerikaanse fondsen.
Théâtre des Champs-Élysées Geïnspireerd door de ornamentkritiek van Adolf Loos
Freco’s van Maurice Denis
Théâtre des Champs-Élysées J.L. Forain: ‘de zeppelin aan de Avenue Montaigne’ Emile Bayard: ‘een grafmonument’
Théâtre des Champs-Élysées J.L. Forain: ‘de zeppelin aan de Avenue Montaigne’ Emile Bayard: ‘een grafmonument’ Alphonse Gosset: ‘Dat de Duitsers, die zeer ontvankelijk zijn voor sonoor gezang en slaapverwekkende muziek, dit soort ingetogenheid zouden accepteren, valt wellicht te begrijpen, maar Parijzenaars, die zo van uitgaan en elegantie houden, nee!’
Théâtre des Champs-Élysées J.L. Forain: ‘de zeppelin aan de Avenue Montaigne’ Emile Bayard: ‘een grafmonument’ Alphonse Gosset: ‘Dat de Duitsers, die zeer ontvankelijk zijn voor sonoor gezang en slaapverwekkende muziek, dit soort ingetogenheid zouden accepteren, valt wellicht te begrijpen, maar Parijzenaars, die zo van uitgaan en elegantie houden, nee!’