Utrecht Hart van Gezondheidszorg: van praten naar samen doen! Utrecht heeft een unieke en centrale positie op het gebied van gezondheidszorg. Op donderdag 6 maart kwamen meer dan 100 directeuren en bestuurders van diverse organisaties in het St. Antonius Ziekenhuis bijeen op het symposium ‘Utrecht: Hart van Gezondheidszorg’. Zij praatten over de grote (economische) kansen voor gezondheidszorg in de regio Utrecht. Een initiatief van de gemeente Utrecht, het St. Antonius Ziekenhuis, Mediq en de Economic Board Utrecht (EBU).
Wat begon als noaberschap tussen de buren Mediq en St. Antonius, is al snel uitgegroeid tot een initiatief waarbij verschillende partijen aanhaken. Terwijl voormalig Burgemeester van Utrecht Aleid Wolfsen, Douwe Biesma, voorzitter van de Raad van Bestuur van het St. Antonius ziekenhuis, en Marc van Gelder van Mediq met elkaar in de lift stonden van het Mediq-gebouw, ontstond het idee voor meer samenwerking in de regio op het gebied van gezondheidszorg. Een concentratie van organisaties, waar alle bedrijvigheid rondom gezondheidszorg in Utrecht samenkomt. Het ligt voor de hand: Utrecht heeft een unieke en centrale positie op het gebied van de gezondheidszorg met verschillende ziekenhuizen, landelijke koepelorganisaties, bedrijven die zich richten op gezondheidszorg en andere partijen op het gebied van onderzoek en opleiding. En dat biedt kansen! Burgemeester van de gemeente Utrecht Jan van Zanen verwoordde het tijdens de bijeenkomst als volgt: “Nergens in Nederland is de gezondheidszorg zo groot en omvangrijk vertegenwoordigd als in de regio Utrecht. Utrecht als centrum van de gezondheidszorg biedt kansen op het gebied van werk, creativiteit, ondernemerschap en goede zorg. Samenwerken is nodig om de kansen te verzilveren.” Om de samenwerking kracht bij te zetten en om de samenwerking te verbreden organiseerden Mediq, St. Antonius, de gemeente Utrecht en de Economic Board Utrecht op 6 maart 2014 een symposium getiteld ‘Utrecht: Hart van Gezondheidszorg’.
Het publiek luisterde naar de trends die Paul Schnabel liet zien Trends Dagvoorzitter Paul Schnabel, voormalig directeur van het Sociaal en Cultureel en hoogleraar aan de Universiteit Utrecht, trakteerde het publiek in de volle zaal op een reeks trends en ontwikkelingen op het gebied van gezondheidszorg in de regio Utrecht. Er is volgens Schnabel nog ruimte genoeg in Leidse Rijn; ruimte voor de gezondheidszorg om samen nieuwe activiteit tot stand te brengen, ondanks de bezuinigingen in de zorg. Er is niet alleen letterlijk ruimte in de zin van vrije grond, maar ook maatschappelijke ruimte en financiële ruimte. Het idee is om in de regio met minder meer levenskwaliteit te genereren met innovaties.
RUIMTE VOOR GEZONDHEIDSZORG Paul Schnabel, Universiteit Utrecht Leidsche Rijn 6 maart 2014
(klik voor de gehele presentatie van Paul Schnabel op de afbeelding hierboven of zie http://bit.ly/MYekWS )
Schnabel startte zijn presentatie met de troonrede van 2011, waarin al werd aangekondigd dat er 15 miljard extra nodig is voor de zorg. Daarna haalde hij de misschien wel meest geciteerde zin uit alle troonredes aan: ‘De klassieke verzorgingsstaat zal langzaam maar zeker plaatsmaken voor een participatiesamenleving’. Of de verzorgingsstaat inderdaad verdwijnt, is nog de vraag, maar er zijn wel veranderingen gaande. Zo is er meer sprake van zelfzorg en zorg aan anderen (mantelzorg). Er is steeds meer particuliere zorg: mensen maken zelf keuzes, maar dat houdt tegelijkertijd in dat er meer eigen risico bij de burgers ligt en dat er meer eigen bijdragen gevraagd worden. Het gaat verder de kant op van evidence based medicine. Er is steeds meer aandacht voor effectiviteit en efficiëntie. Ook ketenzorg wordt steeds meer gemeengoed, maar dat op zichzelf maakt de zorg zeker niet goedkoper, aldus Schnabel.
Dagvoorzitter Paul Schnabel aan het woord Meer aandacht voor preventie is ook een belangrijke beweging, maar de vraag is nog wie dat moet bieden: de overheid? Of is de burger zelf verantwoordelijk om beter op zijn gezondheid te letten? Uiteindelijk komt er meer maatwerk in de gezondheidszorg. Dat geeft meer ongelijkheid, volgens Schnabel. Tussen gemeentes bijvoorbeeld, maar het heeft voor de burger ook voordelen, namelijk meer keuzevrijheid. Voor burgers rijst daarmee ook de vraag: ben ik voldoende verzekerd? Heb ik aanvullende verzekering nodig?
Zorg is een geldstofzuiger De zorg is een geldstofzuiger, vertelde Schnabel het publiek. In de begroting van de overheid is het budget voor de gezondheidszorg altijd te laag en het is bovendien de grootste post in de begroting (80 tot 85 miljard op een totaalbegroting van 260 miljard). Er wordt in de praktijk ook niet bezuinigd. Er wordt slechts getracht om de groei te remmen, terwijl het beeld is dat er flink bezuinigd wordt. De verzorgingsstaat is nog niet voorbij, vindt Schnabel, die blijft bestaan, maar moet in groei geremd worden. Volgens Schnabel verloopt het volgens de wet van Baumol. Hetzelfde werk wordt steeds duurder, vooral door kosten van het hoogopgeleide personeel. Daarbij is men gewend aan luxe en nieuwe mogelijkheden moeten ook allemaal gebruikt worden.
HOE RIJKER HET LAND … …HOE DUURDER DE ZORG Zorguitgaven per land (% BBP) 18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
NL
2 01 0
1953: 3% Nu: 12% BBP
2006
B r o n : O E C D ( 2 01 3 )
Hoe rijker het land, hoe duurder de zorg, stelde Schnabel. De VS kennen helemaal dure zorg (marktwerking is dus niet de oplossing), maar wordt gevolgd door Nederland (14% van het BBP). Dat komt ook doordat ouderenzorg, wonen in verpleeghuizen in Nederland ook tot gezondheidszorg behoort en in veel andere landen niet. Juist die ouderenzorg is met ziekenhuiszorg in Nederland het duurst. De toenemende zorgkosten drukken op ons huishoudbudget (van 22% nu tot bijna 40% in 2040). Veel care-instellingen zullen mensen moeten ontslaan en die mensen komen wel weer aan het werk, maar wel voor minder geld. Dat gaat echt gebeuren, gaf Schnabel aan. Nederland heeft een grote langdurige zorg (mede doordat ouderenzorg in Nederland onder de gezondheidszorg valt). Naarmate de leeftijden stijgen (vergrijzing), stijgen de kosten aanzienlijk. We rommelen volgens Schnabel het leven uit.
ZORGKOSTEN PER LEEFTIJDSGROEP
Bron: CPB
Toekomst De toekomst brengt volgens Schnabel nog meer uitdagingen. Er komen meer ouderen, meer mensen met chronische aandoeningen. Een second opinion aanvragen wordt steeds gewoner. Het EPD komt er dan toch eindelijk en ondernemerschap in de zorg gaat zich ontwikkelen. Eigen verantwoordelijkheid wordt ook een belangrijk aspect. De vraag is of de zorg met deze ontwikkelingen kleiner en goedkoper kan. Ja en Nee, gaf Schnabel aan. Nee, want de zorg blijft uitbreiden, de groei zal altijd hoger zijn dan de groei van het BBP. De gezondheid wordt steeds belangrijker. Ook als land; je wilt toch tot de beste landen behoren. Het kan wel kleiner en goedkoper, omdat de zorg en de bijbehorende bijdragen en risico’s meer naar de gebruiker worden geschoven in plaats van de overheid. De indicatiestelling wordt ook verzwaard, waardoor minder snel zorg wordt gegeven. En zorg wordt gedemedicaliseerd (men kan veel thuis, zelf). Er komt verder nadruk op de effectiviteit en efficiëntie. En wanneer, net als in veel andere landen, wonen naar care wordt verplaatst, zal dit ook een kleinere, goedkopere zorg opleveren, waren de woorden van Schnabel. We moeten slimmer met de zorg omgaan tegen zo laag mogelijke kosten (dat iets anders is dan de laagste kosten).
Dagvoorzitter Schnabel en het publiek Burgemeester van Zanen: Utrecht heeft veel Na Schnabel nam de burgemeester van de gemeente Utrecht, Jan van Zanen, het woord. Hij gaf aan het niet eens te zijn met de opmerking van Schnabel dat we het leven uitrommelen en refereerde daarbij aan foto uit de presentatie van Schnabel zelf. Deze mensen lijken het leven helemaal niet uit te rommelen, maar nog veel plezier te hebben.
Van Zanen noemde het slim, verstandig en wijs om juist nu dit symposium te organiseren en benadrukte de kracht van de regio nog eens. Amsterdam is een sterk internationaal merk. Rotterdam heeft de haven. Den Haag de regering en Eindhoven high tech. En Utrecht? Utrecht heeft heel veel, volgens Van Zanen. Utrecht is steeds nummer één in de Regional Competitive Index. Utrecht scoort op een combinatie van veel verschillende factoren goed: goede gezondheid, centrale ligging en infrastructuur, hoger onderwijs, zakelijke dienstverlening etc.
Burgemeester van Zanen aan het woord Verder is 17% van alle banen in de regio Utrecht zorggerelateerd. Het palet van aanwezige bedrijven is breed in Utrecht: toeleveringsbedrijven en farmaceuten (o.a. Mediq), hoger onderwijs en onderzoek, beleids- en belangenorganisaties (RIVM, KNMG, Trimbos, VVAA etc.), zorgverzekeraars etc. De eerste lijn is in de regio goed vertegenwoordigd en daarnaast zijn er ijzersterke ziekenhuizen en klinieken met ook een landelijke en internationale functie. Zoals het St. Antonius Ziekenhuis op het gebied van Hart, Vaat en Longen. Met de komst van het Maxima Oncologisch Kinderziekenhuis en de uitgebreide samenwerking met het Antonie van Leeuwenhoek ziekenhuis met het UMCU wordt de regio nog sterker.
Twee gebieden uit de regio lichtte Van Zanen eruit: het Sciencepark in de Uithof en De Wetering Zuid in Leidse Rijn. Het wetenschaps- en onderzoekbolwerk Sciencepark Utrecht wordt volgens de burgemeester steeds completer en grootstedelijker. Zeker als in 2017 de sneltram gaat rijden.
Utrecht: Hart van Gezondheidszorg
Sciencepark Utrecht ademt leven • • • • • • • •
UU, HU, UMCU, WKZ ..en….. 50.000 studenten 20.000 wetenschappers en medewerkers 60 bedrijven; Nutricia-research, Genmab Life Sciences = belangrijkste speerpunt Projecten: RIVM, samenwerking UMCU met Antonie Leeuwenhoekcentr., Pr. Maxima Centrum Perfect bereikbaar met HOV-lijn, sneltram (2017) aansluiting A28 met nieuwe P+R (2013) Volop ruimte voor wetenschappelijke organisaties
• Nieuwe regel tekst
De Wetering Zuid, waar ook Mediq en het St. Antonius Ziekenhuis gevestigd zijn, is volgens van Zanen wat ligging betreft erg goed. Het is bovendien een gebied dat aangewezen is voor medisch gerichte bedrijven en bedrijvigheid.
Burgemeester Van Zanen sprak over alles wat Utrecht te bieden heeft Van Zanen sloot af met het belang van en de wil om samen te werken. Van de 74 aanwezigen die een enquête invulden, geeft 96% aan dat samenwerken in de regio zinvol is. “Daarom dit symposium, gaf Van Zanen aan. “Er is van alles mogelijk in deze regio, we moeten het samen doen!”
Utrecht: Hart van Gezondheidszorg
De Wetering-zuid
• •
• • • •
•
Nieuwe St. Antonius Ziekenhuis Strategische ligging, aan de oprit snelweg A2, naast NS station Leidsche Rijn met 80.000 inwoners Leidsche Rijn Centrum voorzieningen Top-medische bedrijven zoals: Mediq, Simed, Meekers… Samenwerking tussen ziekenhuis en medische bedrijven Bestemming is gereed voor nieuwe medische organisaties en bedrijven
(klik voor de volledige presentatie op de slide hierboven of zie hier: http://bit.ly/1h3maId )
Toegepaste zorg Als derde spreker kwam de voorzitter van de Raad van Bestuur van het St. Antonius ziekenhuis Douwe Biesma aan het woord. Hij gaf aan ‘Utrecht Health City’ te willen neerzetten. Ook Biesma ging in op de waarde van enkele gebieden binnen de regio Utrecht. De Uithof (“daar gebeuren veel mooie dingen”) en Papendorp, waar veel koepels gevestigd zijn. Wat moet er dan nog gebeuren?, vroeg hij zich hard op af. “Toegepaste zorg”, was zijn antwoord. “Dat kan in de regio Leidse Rijn. Als organisaties in de zorg moeten we onze verantwoordelijkheid pakken”, aldus Biesma. Het St. Antonius ziekenhuis is bijvoorbeeld van oudsher sterk in hart- en vaatbehandeling en ook op het gebied van oncologie is het ziekenhuis groot.
Biesma (St. Antonius ziekenhuis) aan het woord over taakherschikking en zelfmanagement Het denken in zuilen van eerste, tweede en derde lijn, academische ziekenhuizen, algemene ziekenhuizen etc.) moet volgens Biesma over zijn. Biesma gaf in dat licht ook het voorbeeld van het Slaapcentrum waarin St. Antonius en Mediq al samenwerken. Het grootste deel van het monitoren van slaap kan gewoon thuis, daar hoeft iemand niet meer voor naar het ziekenhuis. Herschikking van taken en zelfmanagement Zelfmanagement heeft volgens Biesma voordelen voor alle partijen en biedt de regio kansen. Het neemt wel taakherschikking met zich mee, maar dat is een mooie uitdaging. Zelfmanagement gaat in de ogen van Biesma verder dan meebeslissen. De patiënt moet voldoende informatie en kennis ter beschikking hebben om te kunnen monitoren. De patiënt moet daarbij zijn eigen verantwoordelijkheid nemen. Ook als het gaat over voorbereiding op en zorg na een operatie. Het gaat dan om voedsel, medicijntrouw etc. Dat vraagt een verandering in gedrag. Als dit lukt, dan wordt de patiënt wordt ook echt ‘medebehandelaar’, die veel vanuit de thuissituatie kan doen.
Zelfmanagement heeft voordelen voor alle partijen
Lagere kosten
Overheid
Patiënt
Zelf aan het stuur
Zelfmanagement
Zorg
Beter behandelresultaat Hogere patiënttevredenheid Utrecht: Hart van Gezondheidszorg
(klik voor de volledige presentatie op de slide hierboven of zie hier: http://bit.ly/1qlqCIM )
Hobbels Biesma gaf aan nog wel wat hobbels te zien, die genomen moeten worden. Zo moet aan de zelfdiscipline en motivatie van mensen nog wel wat gebeuren. Zelfregie kan ook niet iedereen, maar samen met de omgeving misschien wel. Onzekerheid kan een rol gaan spelen (neem ik wel de juiste beslissing?). Wet- en regelgeving zijn vaak ook nog een drempel (hoe is zelfmanagement te declareren?). Support bij zelfmanagement, en vooral het coachen van de patiënt en de omgeving, is van belang, volgens Biesma. Er zijn wel wat support-initiatieven, maar we zijn er nog niet. Welke partij gaat het support oppakken? Welke partij kan dat het beste? Om dat te doen, moeten de handen in een geslagen worden, vindt Biesma. Ook wetenschappelijk onderzoek is belangrijk, want er is behoefte aan evidence based middelen.
De volle zaal in het St. Antonius ziekenhuis Biesma riep ook op om niet steeds weer het wiel opnieuw uit te vinden, maar om echt te gaan samenwerken. Zeker in de regio. Tussen eerste, tweede en derde lijn, overheid, bedrijfsleven, koepels, wetenschap; iedereen heeft een rol en een verantwoordelijkheid. Op die manier kunnen we toe naar meer transparantie, doelmatige zorg, zelfmanagement (waar specialisten waar nodig invliegen), toegankelijke zorg etc. “Dit is een droom”, gaf Biesma aan, “maar zonder droom is het leven betrekkelijk saai.” Douwe Biesma, voorzitter RvB St. Antonius Ziekenhuis: “We gaan hier in Utrecht op zoek naar de invulling van taakherschikking en zelfmanagement. We gaan zorg op een andere manier invullen, waardoor we de zorg uiteindelijk doelmatiger en kwalitatief goed voor de patiënt kunnen vormgeven.”
Netwerktafels In alle presentaties kwam het belang van samenwerken terug. De bijeenkomst bleek een goede manier om elkaar in de regio te vinden en elkaar te leren kennen om zo samenwerking mogelijk te maken. De wil om samen te werken kwam na het plenaire deel ook duidelijk tot uitdrukking in de netwerktafels, waar in kleine groepen gediscussieerd werd over de thema’s Zelfmanagement, Zorg - Medisch & Life Science en Co-creatie, Bedrijfsleven & Zorg.
Discussie tijdens een van de netwerktafels In de netwerktafels kwamen verschillende zaken naar voren. Er werd opgemerkt dat er vaak gelijk een nationale en internationale focus is, maar dat de eigen achtertuin vergeten wordt. Juist door samenwerking in de regio kan internationale excellentie bereikt worden.
Netwerktafel over zelfmanagement
Ook moet kleinschalige bedrijvigheid gestimuleerd worden en moeten er snel experimenten kunnen worden uitgevoerd en opgeschaald, waarbij wet- en regelgeving niet steeds in de weg zitten. Zorg en ICT werd daarbij aangemerkt als iets waar de regio Utrecht sterk in is. De silovorming in de zorg, het denken in zuilen kwam ook verschillende keren naar voren als een drempel die moet worden weggewerkt. Dan valt er een hele wereld te winnen. Daarnaast valt er veel te leren van andere industrieën, bijvoorbeeld de vliegtuigindustrie. Die lijkt in eerste instantie niets gezamenlijks met de zorg te hebben, maar toch zijn er leerpunten over en weer. Er werden verschillende concrete ideeën geopperd. Denk aan pilots, het inrichten van een regelvrije zone, 1,5-lijnzorg en er waren veel ideeën voor en over zelfmanagement. Men stelde bijvoorbeeld voor om van gezondheidszorg naar gezond gedrag te gaan (“van GZ naar GG”). Van praten naar doen, werd tijdens de netwerktafels verschillende keren genoemd. Men wil aan de slag!
Co-creatie Bedrijfsleven en Zorg
Paneldiscussie In een levendige paneldiscussie werden de uitkomsten van de netwerktafels vervolgens besproken en vanuit verschillende perspectieven belicht door EBU, de Nederlandse Patiënten en Consumenten Federatie (NPCF) en Mediq.
Frank Miedema (EBU/UMCU), Mirjam van ’t Veld (EBU), Marc van Gelder (Mediq) en Wilna Wind (NPCF) in het panel
Wilna Wind zat namens de NPCF in het panel. Zij startte met de opmerking dat pensioenen nooit alleen betaald moeten worden door gepensioneerden, de WW niet alleen door werklozen en de zorg niet alleen door patiënten. Marc van Gelder van Mediq zat ook aan de paneltafel. Hij gaf aan dat Mediq zich als eerste gevestigd had aan de zorgboulevard in Leidse Rijn en dat hij er veel van verwacht. Mirjam van ’t Veld van de EBU gaf aan dat de EBU werkgelegenheid wil creëren en innovatieve oplossingen wil stimuleren. E-health, zelfmanagement en life sciences spelen allemaal een rol daarin. “Er moet echt iets gaan gebeuren”, gaf Van ’t Veld aan, “en de EBU wil zich daarvoor sterk maken.” Ook Frank Miedema van de EBU en het UMCU schoof aan bij het panel. Hij gaf aan dat het UMCU geen ivoren toren is, maar juist de verbinding zoekt: “Wij zijn er voor de regio”.Hij
nodigde iedereen ook uit om te kijken naar een goed regionaal voorbeeld project voor de ouderenzorg, NuZo. Regelvrije zone voor pilots en initiatieven Volgens Marc van Gelder is het belangrijk om te bepalen wat anderhalvelijnszorg nu echt is. Utrecht gaat een anderhalvelijnszorginstituut starten, maar hoe kan dat betaald worden? Van Gelder pleitte daarom ook voor een regelvrije zone, waarin snel gehandeld kan worden, experimenten kunnen worden uitgevoerd, zonder hinder van wet- en regelgeving. Anders gebeurt er niets. Een concreet voorbeeld dat in de netwerktafels naar voren kwam was beeldbellen. Beeldbellen op afstand werkt, maar hoe zit het bijvoorbeeld met juridische aansprakelijkheid en privacy? Dat zijn direct de drempels die worden opgeworpen om iets niet te doen. De regelvrije zone kan deze drempels wegnemen.
Van Gelder en Wind tijdens de paneldiscussie Vanuit de zaal werd hier positief op gereageerd. De onderzoeks- en incubatorfunctie van Utrecht werd als interessant gezien. Nieuwegein kwam naar voren als plek waar al een incubator zorgtechnologie is ontstaan, waar pilots worden uitgevoerd. Van ’t Veld merkte op dat het regionale denken nu ook bij gemeentes gaat ontstaan. Dat is mooi, want zo ontstaat ook samenwerking met buurtgemeentes. Integreren Verder gaf Van Gelder aan dat het bedrijfsleven al heel actief is, maar dat het allemaal op kleine stukjes plaatsvindt. Daarom moeten we integreren, was het geluid van Van Gelder.
Het bedrijfsleven wil er ook rendement uit krijgen uiteraard. Wind haakte daarop in met de opmerking dat als je echt iets hebt dat werkt, dat bedrijven en verzekeraars dan wel geïnteresseerd zijn. EPD/PGD Het EPD (elektronisch patiënten dossier) of PGD (persoonlijk gezondheidsdossier) werd volgens verschillende aanwezigen ook genoemd als voorwaarde voor efficiënte en effectieve zorg. Belangrijk is daarbij dat er gewerkt wordt met landelijke standaarden, want de zorg is vanuit patiëntenperspectief nu eenmaal niet regionaal. Opleidingen De opleidingen zijn op dit moment nog niet (voldoende) ingericht voor zelfmanagement. Miedema gaf aan dat de Hogeschool Utrecht dit al goed oppakt, maar het blijkt nog wel een uitdaging. Het UMCU werkt daarin ook zoveel mogelijk samen met de HU om te bekijken wat er nodig is in dit kader, zoals veranderingen in het curriculum. Marieke Schuurmans van de HU gaf vanuit de zaal aan dat ICT in de zorg ook heel andere competenties vraagt. Dat is soms nog lastig voor opleidingen. “Opleiden moet voor de zorg van morgen, maar met de kennis van gisteren.” Ook hier is samenwerking, bijvoorbeeld met verpleegopleidingen weer belangrijk. Van ‘t Veld vulde aan dat het ROC in de regio ook de opleidingen gaat inrichten op nieuwe ontwikkelingen. Wind gaf aan meer te zien in Leven Lang Leren, waar heel Nederland het over heeft, maar in de zorg heeft men het over de opleiding. Zij adviseerde: richt je op bijscholing, niet alleen op de opleiding die vaak maar tot het 20ste levensjaar is. Gedragsverandering Verandering in gedrag is nodig, werd geconcludeerd uit de gesprekken rondom de netwerktafels. Dat is niet eenvoudig, maar het moet wel om zelfmanagement bijvoorbeeld goed te laten slagen. Schnabel vroeg zich af of het St. Antonius dat wel wil: er is net een nieuw ziekenhuis, maar we willen gezond gedrag om mensen uit dat ziekenhuis te houden. Biesma is er niet bang voor. Er zijn volgens hem teveel te grote algemene en academische ziekenhuizen en instellingen. Het zal als zelfmanagement goed vaart krijgt wel wat minder worden voor ziekenhuizen en huisartsen waarschijnlijk. Maar dat is wel waar het heen zal moeten gaan, volgens Biesma.
Mirjam van ’t Veld over de kansen en de rol van de EBU Kansen identificeren en samen aan de slag Wat zou een volgende stap kunnen zijn?, vroeg Schnabel het panel. Van ’t Veld gaf aan dat dat het nu tijd is om echt aan de slag te gaan. “Kijk waar de kansen liggen voor de regio, zoek de juiste partners, ook in het bedrijfsleven en ga samen aan de slag”. Miedema vulde aan dat vergaderingen niets oplossen, maar dat ontmoeten wel heel belangrijk is, dus eigenlijk konden de aanwezigen volgens hem niet de zaal verlaten zonder twee of drie visitekaartjes van partijen, waar je echt iets mee gaat doen. Het silodenken in de zorg moet worden doorbroken en men moet komen tot totaaldenken en samenwerken. Wind gaf aan dat de eerste stap moet zijn om te bepalen wat je precies wilt als regio. Er kan namelijk zoveel. De stem van de patiënt naar de gemeente is vervolgens heel belangrijk en nog niet altijd voldoende aanwezig. “Wat je ook kiest, ga aan de slag samen met de patiënt, overheid, verzekeraar en instellingen”. EBU doet het ook met al die partijen, vulde Van ’t Veld aan.
In de pauze en na afloop werd er veel uitgewisseld met elkaar Wordt vervolgd…. Aan het eind van de dag was men nog lang niet uitgepraat. Maar er moet niet alleen meer gepraat worden, maar betrokkenen in de regio moeten ook meer samen gaan dóén. Marc van Gelder, Mediq: “ We moeten samen een concreet project formuleren en we moeten van praten naar doen!” Ook patiënten moeten bij dit ‘doen’ een rol krijgen en er moet niet alleen op bestuurlijk niveau, maar artsen en patiënten moeten op projectniveau ook worden betrokken, werd vanuit de zaal opgemerkt. De EBU heeft als belangrijk doel om de verbinding en economische activiteit in de regio Utrecht te versterken op het gebied van de gezondheidszorg. De EBU pakt dit initiatief daarom samen met betrokkenen en geïnteresseerden verder op en zorgt voor een vervolg.
Meer informatie: EBU http://www.economicboardutrecht.nl Yolanda Gagliardi
[email protected] 06-39240280 Freek van Muiswinkel
[email protected] 06-46614060
Gemeente Utrecht Klaas Beerda
[email protected] 06-51789861 De presentaties van de bijeenkomst zijn hier te vinden: http://www.economicboardutrecht.nl/hvg