Van willen naar kunnen, van kunnen naar doen Bestuursverslag 2010
Inhoud
Voorwoord
V
Geachte Lezer,
Voorwoord Inleiding
3 5
Hoofdstuk 1 Wie is de Stichting Sint Josephscholen? Hoofdstuk 2 Hoe gaat het met onze leerlingen in 2010? Hoofdstuk 3 Hoe gaat het met onze medewerkers in 2010? Hoofdstuk 4 Wat hebben we gedaan in 2010? Hoofdstuk 5 Financiële paragraaf 2010 Hoe zag ons huishoudboekje eruit in 2010?
7 15 23 31 43
resentatie van de scholen P 1 Basisschool de Akker 2 Basisschool Brakkenstein 3 Basisschool de Driemaster 4 Basisschool Groot Nijeveld 5 Basisschool de Hazesprong 6 Basisschool Klein Heyendaal 7 Basisschool de Kleine Wereld 8 Basisschool Montessori Nijmegen 9 Basisschool Sint Nicolaas 10 Basisschool het Octaaf 11 Basisschool Petrus Canisius 12 Jenaplanschool de Sterredans 13 Daltonschool (i.o.) de Wieken
6 8 12 16 20 24 28 30 34 36 40 44 48
leeswijzer
Voor u ligt het bestuursverslag 2010 van Stichting Sint Josephscholen. We hebben aan het verslag de titel meegegeven ‘Van willen naar kunnen, van kunnen naar doen’. Voor ons staat dat voor onze manier van het realiseren van ambities. Stapsgewijs, met verstand van zaken, draagvlak en volharding. Het verslag start met een voorwoord door de voorzitter van de raad van bestuur, de heer Wolsing, gevolgd door een inleiding door de algemeen directeur de heer Braat. Daarna volgt de integrale verantwoording, hoofdzakelijk op de rechterpagina’s, aangevuld met bijdragen van elke van onze 13 scholen. Deze laatste treft u aan op de linkerpagina’s.
2
Voor u ligt het bestuursverslag 2010 van de Stichting Sint Josephscholen. Een verslag van 52 pagina’s, en dat terwijl we het dit jaar zo kort en helder mogelijk willen houden. Dat laatste is zeker gelukt. En het eerste … tja. Er is nu eenmaal veel dat we aan u willen vertellen. Laten we beginnen bij het begin. Het bestuur is verheugd te kunnen vaststellen dat alle scholen voldoen aan onderwijskundige eisen van de Inspectie voor het onderwijs. Tevens doen zich onderwijsontwikkelingen voor, Regie van de zorg en Brede school, die aantonen dat de Stichting Sint Josephscholen werkt aan modern en eigentijds onderwijs dat kinderen op een goede wijze voorbereidt op de toekomst. Verder stelt het bestuur vast dat recente economische ontwikkelingen ook de Stichting Sint Josephscholen hebben geraakt. Deze ontwikkelingen zullen direct van invloed zijn op de financiële basis van de stichting en haar personeelsbestand. Het bestuur heeft een risico analyse laten maken die mede richting geeft aan de begroting van het komende jaar en de meerjarenplanning. Het bestuur wil zich uiteraard zoveel mogelijk bezig houden met het mogelijk maken van uitstekend onderwijs, maar was dit jaar, meer dan andere jaren, genoodzaakt haar eigen bestuursrol onder de loep te nemen. De inrichting van schoolbesturen is in 2010 namelijk onderdeel geweest van nieuwe wetgeving als gevolg van veranderingen in de Wet op het primair onderwijs. De essentie van deze nieuwe wetgeving komt neer op een scheiding tussen uitvoerend bestuur en toezicht hierop. Dat heeft ertoe geleid dat Stichting Sint Josephscholen heeft gekozen voor een ander bestuursmodel. Een en ander krijgt in 2011 definitief beslag. We hechten er natuurlijk aan dit goed toe te lichten en doen dat in hoofdstuk 1. Ook in de manier van publiek verantwoorden is een verschuiving van focus waar te nemen. Een bestuursverslag is niet enkel meer een verticale verantwoording; een verantwoording binnen de organisatiestructuur van het ‘bedrijf’ met hoofdzakelijk de functie van het afleggen van rekenschap over de uiteindelijk behaalde resultaten, zoals het schoolbestuur dat doet aan de gemeenschappelijk medezeggenschapsraad. Het onderwijs heeft de laatste jaren te maken gekregen met verzelfstandiging en deregulering, werken met lumpsum bekostiging, bestuurlijke schaalvergroting, leren klantgericht werken, kwaliteitsborging, … een proces dat scholen niet meer toestaat zich achter de overheid te verschuilen, maar noopt tot het ontwikkelen van transparantie in haar organisatie. Van schoolbesturen wordt verwacht dat zij aan alle belanghebbenden – ouders en kinderen, medewerkers, collegascholen, andere besturen, gemeenten, etc. - kunnen uitleggen wat zij met het publieke geld doen, waarom ze dat doen en of ze dat goed doen. Het jaarlijkse bestuursverslag zal in de toekomst steeds meer een bijdrage leveren aan deze horizontale of meervoudige publieke verantwoording. We schrijven met opzet ‘een bijdrage’, want in onze verantwoording ‘op maat’ aan onze ‘stakeholders’ moeten we blijven zoeken naar een goede verhouding tussen ‘formele’ en ‘informele’ verantwoording. Wat dat betreft is de term meervoudige publieke verantwoording een ongelukkige:
3
laat ons ervoor waken dat het afleggen van deze brede verantwoording niet gaat afleiden van onze eerste maatschappelijke opdracht: het zorg dragen voor een optimaal onderwijs, het primaire proces.
Inleiding
Met de pagina’s die volgen hopen we u in ieder geval, in lijn met de beschreven ontwikkelingen, een goed bestuursverslag te presenteren. Rest ons alle medewerkers van de Stichting Sint Josephscholen, de kinderen en hun ouders te bedanken voor hun betrokkenheid en hun bijdragen. Zonder uw inzet waren onze prestaties niet mogelijk geweest.
Namens het bestuur van de Stichting Sint Josephscholen, Drs. J.L.A.H. Wolsing, voorzitter
I
In dit bestuursverslag geeft de Stichting Sint Josephscholen een terugblik op het jaar 2010. Met het bestuursverslag legt het bestuur verantwoording af over wat in het afgelopen jaar is gedaan. In dit bestuursverslag 2010 treft u algemene informatie aan over de rechtspersoon, het onderwijs, de leerlingen en de medewerkers. Daarnaast geeft de jaarrekening inzicht in de financiële gegevens die daarmee gemoeid zijn. Maar ons bestuursverslag is méér dan een verzameling cijfers. Het is ook een evaluatiemoment en daarmee een belangrijk hulpmiddel voor de verantwoording van het bestuur aan de ouders, het personeel en alle anderen die betrokken zijn bij onze scholen en het daar gegeven onderwijs. We overdrijven niet als we vaststellen dat in het afgelopen jaar ambitie en realisatie ervan in een positieve balans is gekomen. Er is veel in beweging gebracht, veel in beweging is gehouden en beweging duidt op dynamiek. De dynamiek binnen onze organisatie heeft gezorgd voor versterking en verbetering op veel domeinen. De managementstructuur met zijn schoolmanagementteams, de bewustwording met betrekking tot opbrengstgericht onderwijs, ons actieve personeelsbeleid, de vorm en inhoud van ons zorgsysteem, de taakopvatting van het directieberaad en de vorderingen met de ICT ontwikkelingen zijn daarvan voorbeelden. Alle kleine en grote successen, grote en kleine stappen hebben ervoor gezorgd dat Stichting Sint Josephscholen is gegroeid als professionele organisatie en een plek is, waar professionals met veel plezier werken en de goede dingen doen. Samen werken wij elke dag aan onze samenvattende doelstelling: het geven van goed onderwijs in het meest optimale pedagogische klimaat. We doen dit niet alleen. Partners met specifieke expertises helpen ons te werken aan de ontwikkeling ‘onze’ kinderen. “Niet alleen maar samen” klinkt als motto steeds nadrukkelijker door in ons werk, in al onze inzet, ijver en moeite. Steeds meer worden we een organisatie met een lerende grondhouding en een onderzoekende blik, altijd alert op mogelijkheden om onze onderwijspraktijk te verbeteren. Benieuwd hoe we dit doen? U leest er alles over in dit bestuursverslag.
R. Braat, algemeen directeur SJS, Nijmegen, juni 2011.
4
5
1
Basisschool de Akker directeur: Thijs Kuijpers
1
Hoofdstuk
Basisschool De Akker staat aan Akkerlaan in de wijk St. Anna/Hatertse Hei. De wijk wordt begrensd door drie verkeersaders: St. Annastraat – Hatertseweg –Grootstalselaan. Binnen deze geografische driehoek woont het merendeel van de leerlingen die onze buurtschool bezoekeSchool een aula, een zorgkamer en een gespreksruimte. Aan het Akkerpad, grenzend aan de achterkant van De Akker, heeft het KION (Kinderopvang Nijmegen) haar onderkomen.
De belangrijkste stappen in 2010
personeel
leerlingen
Ondanks het wegvallen van de subsidie heeft de school de naschoolse sportactiviteiten toch weten voort te zetten. Dank aan de oudervereniging!
Zij verzorgen de naschoolse sportieve activiteiten voor kinderen. Verder benoemt de school als belangrijkste stappen: • De verdere implementatie van het digitale leerlingenadministratiesysteem DotComschool. • Het handelingsgericht werken aan groepsplannen binnen het taalleesonderwijs, met als thema’s: spelling – technisch lezen en later in de nieuwe schoolplanperiode ook het rekenen. • De oriëntatie, keuze en implementatie van de nieuwe methode voor natuuronderwijs. • Het uitvoeren van de IPB gesprekkencyclus en de invoering van de functiemix. • Het gebruik maken van het digitale bekwaamheidsdossier van Bardo bij de invoering van documenten van de gesprekkencyclus. • Oriëntatie op vervanging van het huidige leerlingvolgsysteem “Pravoo” voor groep 1-2. • Werken met trend- en data analysesom te komen tot versterking en verbetering van onderwijsresultaten – processen.
aantal leerlingen 381 (2008) 388 (2009) 382 (2010)
aantal groepen 16 (2008) 16 (2009) 16 (2010)
groepsgrootte
CVI
27 (2008) 28 (2009) 29 (2010)
1 (2008) 1 (2009) 0 (2010)
aantal fte in 2010 19,68 (1 jan) 20,89 (31 dec)
aantal personen 33 34
waarvan op 31 dec 2010 28 vrouwen 32 OP 2 OOP
gem. leeftijd 42 jaar
6
ZAT (2010) 8
LGF (2010) 1
ouder dan 51 5
BAPO in Wtf 0,2616
Sint
Wie is de Stichting Sint Josephscholen?
‘ …de belangrijkste stap die we zetten is de volgende …’
De school vertelt over zichzelf: “We willen dat ieder kind in een sfeer van vertrouwen en veiligheid die kennis en vaardigheden verwerft, die het nodig heeft om een zelfstandig, sociaal en kritisch denkend mens te worden in onze samenleving. De huidige multiculturele samenleving vraagt om mensen die keuzes kunnen maken, mensen die kunnen samenwerken en communiceren. Mensen die zelfstandig kunnen functioneren. Daarom werken we op De Akker aan een zo optimaal mogelijk leef-, leer- en werkklimaat voor onze kinderen. We blijven ons ontwikkelen. Het SMT maakt gebruik van de competenties van leerkrachten. Voor het team is ruimte om mee te denken, mee te werken en mee te beslissen. Dat geeft een stevig draagvlak.”
Stichti
De Stichting Sint Josephscholen (verder: SJS) is een organisatie van dertien samenwerkende scholen voor primair onderwijs in Nijmegen. SJS neemt daarmee verantwoordelijkheid voor het primair onderwijs aan bijna 4000 leerlingen, ruim dertig procent van de leerlingenpopulatie in Nijmegen e.o. De hoofdlijn van ons beleid is professionalisering, onderwijsontwikkeling, kwaliteitsbeleid en versterking van de autonomie van scholen. Dertien scholen betekent een grote diversiteit in onderwijsaanbod, traditie, wijkgebondenheid, doelgroep, pedagogische en onderwijskundige concepten. Het brengt een gevarieerd repertoire aan ervaringen, vaardigheden en expertises samen binnen de muren van onze organisatie. Een verscheidenheid die we elkaar uit volle overtuiging toestaan en waar we trots op zijn, en tegelijkertijd een rijkdom die we graag met elkaar delen. Zo heeft elke SJS school voldoende mogelijkheden om zich te profileren en doet dat ook. Bijvoorbeeld door het kiezen voor bepaalde aanpakken, door het aanbrengen van bepaalde zwaartepunten of door uit te gaan van een specifiek beeld van mens en maatschappij. Maar binnen die profilering wensen we sterk verbonden te blijven. Dat resulteert in een actief, dynamisch netwerk: het SJS-netwerk. Binnen dit netwerk stellen we vanuit ‘groot denken’ samen de kaders vast waarbinnen de individuele scholen hun relatieve autonomie tot uitdrukking laten komen. Cultuurkenmerken die wij binnen onze organisatie koesteren zijn ‘korte lijnen’ en een ‘middle-topand-down-werkwijze’. Het SJS-netwerk genereert een grote saamhorigheid en is niet vrijblijvend. We zijn bereid om elkaars wel en wee te delen, binnen de mogelijkheden van de eigen school. Zo is in de loop der jaren een grote mate van solidariteit tussen de SJS-scholen ontstaan.
SO / SBO (2010) 1 (SO) 1 (SBO)
7
2
Basisschool Brakkenstein
1.1
directeur: Anneke ten Cate
Zorgen voor goed basisonderwijs is de kernactiviteit van SJS. Deze zorg is gebaseerd op vier pijlers: 1. learning to do 2. learning to know 3. learning to live together 4. learning to be
‘ …samen leren, samen zijn …’ Basisschool `Brakkenstein’ is een wijkschool met 272 leerlingen. De school staat in de wijk Brakkenstein, een wijk die lang los van de stad Nijmegen heeft gelegen, en onder het bestuur van Hatert viel. Ondanks het feit dat de wijk nooit een eigen dorp is geweest, is de wijkcultuur van oudsher sterk. De school voert het motto ‘Samen leren, samen zijn’
personeel
leerlingen
De school vertelt over zichzelf; “We zijn een school met een prettig en veilig speel- en werkklimaat en met duidelijke regels: We zorgen voor elkaar. We luisteren naar elkaar. We lossen samen problemen op. We doen wat we afgesproken hebben. We letten op onze woorden. We houden onze school opgeruimd. We stemmen ons onderwijs zo goed mogelijk af op de leerbehoeften van de kinderen, we werken met moderne methodes, we willen alle talenten van onze kinderen ruimte geven. Cognitief, sociaalemotioneel en creatief. Vanuit een groot vertrouwen in onze kinderen sturen en begeleiden we hen waar het nodig, geven ruimte voor zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid waar het kan. Tegenwoordig bezoeken kinderen met verschillende levensbeschouwelijke achtergronden de school. Dat staat de cohesie op de school niet in de weg. Ouders geven aan: “Heel veel ouders en kinderen kennen elkaar vanuit de wijk en komen elkaar ook op andere plekken tegen zoals de peuterspeelzaal of het
kinderdagverblijf en de sportclubs. Kinderen spreken heel gemakkelijk met elkaar af na school. Ja, onze school is een plek met een grote sociale cohesie.”.
De belangrijkste stappen in 2010
De ‘Four Pillars of Education’ vormen de basis van het UNESCO-rapport ‘Learning: the treasure within’ (Jacques Delors 1996). De vier pijlers kunnen niet los van elkaar gedefinieerd worden. Ze vullen elkaar aan en versterken elkaar. Alle SJS scholen en de mensen die er werken onderschrijven deze vier pijlers en de hieruit voortkomende onderwijsopdrachten. Wij onderscheiden daarbij: een ideologische basis - wij geven onderwijs voor alle kinderen ongeacht ras, godsdienst en geaardheid - wij richten ons op de meer-dimensionaliteit van het bestaan - wij dragen bij aan een betere samenleving een pedagogische en agogische basis - wij zorgen voor een stimulerende en accepterend pedagogisch en agogisch klimaat - wij richten ons op de ontplooiing van kinderen tot volledige mensen
• De implementatie van de nieuwe taalmethode “Taal in Beeld” en methode voor spelling: “Spelling in beeld”. • De implementatie van de nieuwe methode begrijpend lezen “Nieuwsbegrip”. • De uitbreiding met extra materialen voor rekenen. • De start met het maken van groepshandelings plannen voor rekenen. • Alle groepen 3 t/m 8 zijn hebben nu digitale schoolborden.
een didactische basis - wij diagnosticeren en weten waar het kind zich in zijn of haar ontwikkeling bevindt - wij geven onderwijs op maat en halen eruit wat erin zit - wij richten de school in op individueel en op maat gericht onderwijs
En niet te vergeten, de mooie nieuwe schoolshirts met logo en een nieuwe schoolvlag!
Stichting Sint Josephscholen, Kelfkensbos 38, 6511 TB Nijmegen. Telefoon 024-3818283 Telefax 024-3818280
[email protected] www.josephscholen.nl Bestuursnummer 47100
aantal leerlingen 296 (2008) 288 (2009) 272 (2010)
aantal groepen 12 (2008) 13 (2009) 11 (2010)
groepsgrootte
CVI
24 (2008) 22 (2009) 24 (2010)
5 (2008) 5 (2009) 5 (2010)
aantal fte in 2010 16,65 (1 jan) 15 (31 dec)
aantal personen 27 24
waarvan op 31 dec 2010 22 vrouwen 21 OP 3 OOP
gem. leeftijd 45,36 jaar
8
De pijlers van ons onderwijs, de opdracht aan onze scholen
ZAT (2010) 10
LGF (2010) 2
ouder dan 51 7
BAPO in Wtf 0,3731
SO / SBO (2010) - (SO) 3 (SBO)
1.2
Algemene gegevens
Contactgegevens
Aantal scholen: 13 scholen Aantal gebouwen: 19 gebouwen Aantal leerlingen : 3744 (peildatum 01/10 2010) Aantal werknemers: 372 (peildatum 31/12 2010)
9
Scholen 03LT 05IE 12AR 12JY 12SK 12ZD 13EZ 13PH00 13PH 01 13WR 14AB 14DI 14IW
basisschool St.Nicolaas, directeur mevrouw Jacquelien van Galen basisschool Brakkenstein, directeur mevrouw Anneke ten Cate basisschool Hazesprong, directeur de heer Theo van Lankveld basisschool Groot Nijeveld, directeur de heer Ad Korsmit basisschool Sterredans, directeur de heer Johan Storm basisschool Montessori, directeur mevrouw Ingeborg Jansen basisschool Klein Heijendaal, directeur de heer Dick Heldoorn basisschool Petrus Canisius, directeur de heer Wilbert Arends basisschool De Driemaster, directeur mevrouw Dolly Janssen basisschool De Kleine Wereld, directeur de heer Herman van Assen basisschool De Wieken directeur de heer Roger Visser basisschool Het Octaaf directeur de heer Chris de Ronde basisschool De Akker directeur de heer Thijs Kuijpers
Samenstelling van het bestuur De heer Jan Wolsing (voorzitter) Mevrouw Marijke Beckers (secretaris) De heer Frank Gerrits Mevrouw Odette Paardekoper Mevrouw Loes Caarls De heer Merten Hinsenveld De heer Martien Meekes
B
Algemene directie De heer Rini Braat (directeur)
1.3
De organisatie
SJS kiest voor besturen op afstand, op hoofdlijnen en voor mandatering van taken en verantwoordelijkheden naar de verschillende geledingen. In deze bestuursopvatting is de algemene directie verantwoordelijk voor bovenschools beleid en werkt op basis van bevoegdheden en een vergaand bestuursmandaat. Dat mandaat heeft betrekking op bestuurlijke, onderwijskundige, personele zaken, financiële en beheerszaken, en huisvestingsaangelegenheden. Het bestuursbureau opereert onder verantwoordelijkheid van de algemeen directeur. De schooldirecteur wordt gezien als integraal manager van de school. Er is een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (gmr) waarin vanuit de MR van iedere SJS school een ouder en een personeelslid zitting heeft. Het bevoegd gezag wordt vertegenwoordigd door de algemeen directeur van de stichting.
10
O
BESTUUR
GMR
ALGEMENE DIRECTIE
directieberaad
bestuursbureau • beleidsmedewerkers • secr. ondersteuning
school
school
school
school
school
mr
mr
mr
mr
mr
Figuur 1 Organogram (situatie tot 1 augustus 2011)
Het bestuursbureau SJS wil een levenskrachtige, duurzame en lerende onderwijsorganisatie zijn die kwalitatief goed onderwijs mogelijk maakt, conform eigen visie en missie. Het bestuursbureau staat ten dienste van dit onderwijs, ten dienste van de scholen in hun primaire taakstelling. De algemeen directeur stuurt de bedrijfsvoering van de gehele organisatie aan, waaronder het initiëren, het laten uitvoeren, het evalueren en het borgen van het strategisch beleid. De staffunctionarissen hebben een adviserende en ondersteunende rol. Het bestuursbureau is gevestigd op het Kelfkensbos. De omvang van de formatie op het bestuursbureau is 2,57% van de totale formatie in de scholen. Op het bestuursbureau werken ook een bovenschools ICT coördinator (0,45 fte)en een bovenschools coördinator t.b.v. de interne begeleiders (0,23 fte). Deze taken worden uitgevoerd in opdracht van het directieberaad en komen ook voor rekening van het directieberaad. Tabel 1 Omvang bestuursbureau. bestuursbureau 31-12-2010 functie M secretariaat directieondersteuning 0,5 financiën 0,5 verzuimconsulent 0,5 bouwzaken 1 P&O 1 alg. directeur 1 totaal 4,55 percentage van totale formatie
V 0,91 1,56 2,47
totaal 0,91 0,5 2,06 0,5 1 1 1 6,97 2,57%
11
3
Basisschool de Driemaster
We willen dat het bestuursbureau meerwaarde heeft voor de gehele organisatie, meer tot lust is dan tot last. Onze onderwijsorganisatie bestaat uit 13 scholen en een bestuursbureau. We hebben de zorg voor ongeveer 380 personeelsleden en 3900 kinderen. Om alle interne processen te stroomlijnen en om goede in- en externe communicatie te verzorgen, moet ons bestuursbureau dus van voldoende omvang en kwaliteit zijn, maar niet meer dan dat.
directeur: Dolly Jansen
‘ …zwart, wit, bruin of geel, ogen recht of ogen scheel, kop met krullen, peentjeshaar, iedereen hoort bij elkaar …’
uit: het schoollied
De Driemaster is een basisschool met 239 leerlingen en een lange historie in de wijk Bottendaal, Nijmegen Oost. Bottendaal is een levendige gemeenschap van ‘oorspronkelijke Bottendalers’, bewoners van allochtone herkomst en studenten. De schoolpopulatie bestaat voor 85% uit wijkkinderen en is dientengevolge even kleurrijk als de wijk zelf. Goed onderwijs in de basisvaardigheden en met respect voor elkaar leren samen leven zijn belangrijke elementen uit de missie van de school. De school vertelt over zichzelf: “We hebben stappen voorwaarts gemaakt in de professionele ontwikkeling en tegelijkertijd hebben we de gezelligheid en de zorg om elkaar kunnen vasthouden. Natuurlijk hebben we uitdagingen. We stoeien nog met het uitbalanceren van groepsgrootte, we blijven goed letten op de belasting van het team en we hebben te maken met twee langdurig zieke collega’s. Maar er is rust, plezier in het werk en het gevoel dat we een goede ontwikkeling doormaken. Leerkrachten merken dat ze kunnen groeien, ouders waarderen onze warme aandacht voor hun kind en de kinderen. Een leerling schrijft in het tevredenheidonderzoek … ‘Best school FOREVER!’ We kunnen relativeren, maar … het stemt wel vrolijk!”
De belangrijkste stappen in 2010 • De doorgaande ontwikkeling van een familiecultuur naar een professionele cultuur. • Het kiezen van een nieuwe taalmethode die beantwoordt aan onze duidelijke criteria en onze schoolvisie. • Het starten met opbrengstgericht werken: op individueel niveau, maar ook op groeps- en schoolniveau resultaten analyseren, bespreken en verwerken in groepsplannen. • Werken aan verbetering van het spellingonderwijs m.b.v. externe begeleiding. • Verbeterde inrichting van het schoolgebouw (personeelskamer en diverse andere ruimtes).
In 2010 heeft Jolpa Advies uit Eindhoven een onderzoek uitgevoerd naar de in- en externe bedrijfsprocessen op het bestuursbureau. Op basis van de uitkomsten, hebben zij voorstellen gedaan die zowel op korte als lange termijn onze bedrijfsvoering verbeteren en de overhead minimaliseren. Deze aanbevelingen hebben in 2010 geleid tot het ‘in huis halen’ van de exploitatieadministratie en het inrichten van een nieuw lijnorganisatiemodel. De organisatie van het bestuursbureau heeft nu vijf afdelingen: algemene zaken, onderwijszaken, bouw en beheer, personele zaken en financiële zaken. Iedere afdeling heeft een afdelingshoofd. Deze is verantwoordelijk voor de aansturing van de medewerkers die werkzaamheden uitvoeren die horen bij ‘zijn’ afdeling. Ieder afdelingshoofd legt verantwoording af aan de algemene directie. De algemene directie stuurt de afdelingshoofden aan en is eindverantwoordelijk.
AD
ALGEMENE DIRECTIE
Algemene zaken
Onderwijs zaken
Bouw en beheer
Personeel
Financiën
Figuur 2: Nieuw lijnorganisatiemodel
personeel
leerlingen
Bestuurlijke vernieuwing
aantal leerlingen 238 (2008) 238 (2009) 239 (2010)
aantal groepen 11 (2008) 10 (2009) 10 (2010)
groepsgrootte
CVI
21 (2008) 23 (2009) 26 (2010)
1 (2008) 4 (2009) 3 (2010)
aantal fte in 2010 14,19 (1 jan) 14,73 (31 dec)
aantal personen 23 24 + 2 vervangers
waarvan op 31 dec 2010 1 directeur 22 vrouwen 20 OP 3 OOP
gem. leeftijd 47,08 jaar
12
ZAT (2010) 5
ouder dan 51 12
LGF (2010) 3
BAPO in Wtf 0,8133
SO / SBO (2010) 1 (SO) 0 (SBO)
Op 1 augustus 2010 is de wet ‘goed onderwijs, goed bestuur’ in werking getreden. Dat is voor veel schoolbesturen aanleiding geweest tot heroverweging van de bestuursvorm. De wet schrijft voor dat iedere school bepaalde, in de wet vastgelegde minimumresultaten moet behalen (goed onderwijs). Daarnaast regelt de wet dat iedere organisatie of dienst die met publieke gelden werkt, zorgt voor goed intern toezicht op bestuur (goed bestuur). Binnen SJS heeft deze wetswijziging in 2010 geleid tot de keuze voor een nieuw bestuursmodel, het zogenaamde Raad van Beheer model. Kenmerk van het Raad van Beheer model is dat het bestuur bestaat uit enerzijds uitvoerende en anderzijds toezichthoudende bestuurders. Het model werkt met een tweedeling tussen dagelijks bestuur en algemeen bestuur. De algemeen directeur van de organisatie is lid van het bestuur, en wel van het dagelijks bestuur. Het Raad van Beheer model zal in 2011 verder worden uitgewerkt met nieuwe statuten en een nieuw managementstatuut.
13
Hoofdstuk
2
Hoe gaat het met onze leerlingen in 2010?
Onlangs schreef één van onze scholen de volgende tekst: ‘Onze school heeft kleurrijke kinderen. Toekomstige brandweermannen en balletdanseressen, artsen en automonteurs, schilders en sportleraren. En misschien wel een minister-president … wie zal het zeggen? In ieder geval nemen wij elke droom serieus. Dat betekent dat we onze kinderen niet alleen uitstekend onderwijs geven, maar ook leren om goed samen te leven en samen te werken. Ze leren om trots te zijn op wie ze zijn en respect te hebben voor elkaar.’ De zinnen waren bedoeld voor de school zelf, maar hadden evengoed voor al onze leerlingen geschreven kunnen worden. Ze geven op eenvoudige wijze weer hoe belangrijk we onze leerlingen vinden en hoe serieus wij onze onderwijsverantwoordelijkheid nemen. Hoe gaat het met onze leerlingen in 2010?
1.4
Vergaderagenda en schoolbezoek
Het bestuur is in 2010 acht keer bijeen geweest en heeft de volgende thema’s geagendeerd: • segregatieproblematiek en noodzakelijke oplossingsrichtingen • schoolontwikkeling en kwaliteitsmonitoring • nieuwbouwprojecten Kleine Wereld en Groot Nijeveld • bestuursverslag en jaarrekening 2009 • begroting 2011 • Leonardo-concept t.b.v. hoogbegaafdheid • schoolontwikkeling 2009-2010 • identiteit • strategisch beleidsplan • aanbestedingsbeleid- en procedure • onderzoek bedrijfsvoering bestuursbureau • rol en taakopvatting van het bestuur • wetsvoorstel ‘goed onderwijs, goed bestuur’ In 2010 zijn door tweehoofdige delegaties van het bestuur zes schoolbezoeken afgelegd. Deze schoolbezoeken, ingericht volgens ons vaste format, hadden plaats op de basisscholen Het Octaaf, St. Nicolaas, Klein Heyendaal, Petrus Canisius, de Driemaster en Montessori.
Laten we beginnen het ze zelf te vragen. In 2010 hebben we op alle scholen tevredenheidonderzoeken uitgevoerd onder ouders, leerlingen en personeel. De response was 82% bij het personeel, 49 % bij de ouders en nagenoeg 100% bij de kinderen uit de groepen 5 t/m 8. De antwoorden van leerlingen en ouders weerspiegelen een grote mate van tevredenheid. Datzelfde geldt overigens voor de antwoorden van onze medewerkers, die u in het volgende hoofdstuk aantreft. Dat is een goed begin.
T
Tabel 2 Tevredenheid ouders GEMIDDELDE SCORES PER THEMA
schooltijden
3,36
tso
2,79
bso
3,17
fysieke veiligheid
2,83
gebouw
2,9
visie en beleid
3,15
omgang leraren-lln.
3,31
sfeer
3,33
lesgeven
3,32
handelingsplannen
3,05
begeleiding
3,17
schoolklimaat
3,35
contact met school
3,19
resultaten
3,19
Priem
3,01 0
14
1
2
3
4
15
4
Basisschool Groot Nijeveld
GEMIDDELDE ALLE THEMA’S
directeur: Ad Korsmit
3,36
2
‘…uitstekend onderwijs, innemend klimaat …’
3,04
3 2,8
4
3,35
5
3,29
6
Basisschool Groot Nijeveld is een kleine school met 139 kinderen, in de volkswijk Nije Veld, Nijmegen midden. Bekender overigens is de aanduiding van de subwijken het Willemskwartier, Landbouwbuurt en Muntenbuurt. De school heeft in het schooljaar 2010/2011 het nieuwe Voorzieningenhart van de wijk betrokken, de voorbereidingen daartoe zijn in het schooljaar 2009/2010 uiteraard al ondernomen.
De school vertelt over zichzelf: “We zijn een school die onderwijs wil bieden aan de kinderen van onze kleurrijke wijk. We willen dat leren leidt tot zelfvertrouwen en eigenwaarde. We richtten ons op goed taalonderwijs en op de sociaalemotionele ontwikkeling, we maken kinderen weerbaar en zelfbewust. Om dat goed te kunnen doen, ontwikkelen wij ons als school en als team voortdurend. We mogen onszelf met recht een lerend team noemen. We hebben optimale zorg voor de ontwikkeling van ieder individueel kind. We onderhouden met aandacht een klimaat waarin iedereen zich thuis voelt. Kind, ouders en leerkrachten. En onze aandacht voor creativiteit en expressie maakt dat we een school zijn waar plaats is voor kindplezier!”
De belangrijkste stappen in 2010 • De verdere implementatie van ‘Taal in Beeld’ en Spelling in Beeld’. • De verdere implementatie van de nieuwe editie Veilig Leren Lezen. • Vervolgimplementatie van het TOM-concept en coöperatief werken. • Uitvoering van de Taalpilot als impuls voor lees- en taalverbetering. • Eerste aanzet in het werken met OPP, ontwikkelingsperspectiefplannen. En dan waren daar natuurlijk alle verschillende werkgroepen die samen de verhuizing van onze school naar het Voorzieningenhart hebben voorbereid.
T
3,3
1
3,09
7 0
1
2
3
4
Tabel 3 Tevredenheid kinderen
Legenda Thema 1. Thema 2. Thema 3. Thema 4. Thema 5. Thema 6. Thema 7.
De groep De juf of meester Leermaterialen Informatie en inbreng Wat ik geleerd heb Het gebouw Veiligheid
2.1 Onderwijsresultaten Ook de onderwijsresultaten van de SJS scholen zijn een gedeeltelijk antwoord op de vraag hoe het met onze leerlingen gaat. Gedeeltelijk, want we weten te weinig over de bagage waarmee de kinderen onze scholen binnenkomen, om te kunnen vaststellen wat onze uiteindelijke bijdrage is geweest aan hun ontwikkeling en groei. Daarbij zijn er aspecten in de brede ontwikkeling van kinderen die zich niet laten vangen in de staatjes van de psychometrie. Dat gezegd hebbende, presenteren we desalniettemin enkele cijfers. Want cijfers zeggen niet alles, maar wel iets.
personeel
leerlingen
Toetsscores aantal leerlingen 160 (2008) 154 (2009) 139 (2010)
aantal groepen 8 (2008) 8 (2009) 8 (2010)
groepsgrootte
CVI
20 (2008) 19,25 (2009) 17,37 (2010)
0 (2008) 1 (2009) 1 (2010)
aantal fte in 2010 14,85 (1 jan) 12,64 (31 dec)
aantal personen 20 19
waarvan op 31 dec 2010 13 vrouwen 16 OP 3 OOP
gem. leeftijd 45 jaar
16
ZAT (2010) 6
LGF (2010) 1
ouder dan 51 10
BAPO in Wtf 0,5850
SO / SBO (2010) 1 (SO) 3 (SBO)
Cito eindscore Aan de Cito-eindtoets nemen 11 SJS-scholen deel. De Jenaplanscholen St. Nicolaas en Sterredans hanteren de zgn. Drempeltoets. Het gemiddelde van de Cito-eindscores van de SJS scholen samen ligt boven het landelijk gemiddelde. Dat stemt tot tevredenheid. De spreiding van de eindscores van de verschillende scholen loopt uiteen van (ongecorrigeerd) 543,9 tot 525,2. De gecorrigeerde scores liggen tussen 543,9 en 533,6. Die verschillen zijn op de eerste plaats terug te voeren op leerling-populatie. Verdere analyse door de Inspectie van het Onderwijs heeft uitgewezen één school wordt aange merkt als ondergemiddeld, vijf scholen scoren gemiddeld en zeven scholen scoren bovengemiddeld.
17
Afnamejaar
2006
2007
2008
2009
2010
Gemiddelde SJS
536.6
536.0
536,9
534,8
537,7 535.9*
Gemiddelde landelijk
535.0
535.1
535.4
535.5
534,9
* zonder correctie leerlinggewicht
Tabel 4 Gemiddelde eindscore SJS t.o.v. landelijk gemiddelde
Uitstroom naar vervolgonderwijs Aan het einde van het schooljaar 2009-2010 zijn ongeveer 500 leerlingen uitgestroomd naar vervolgonderwijs. Van de gehele groep SJS uitstromers heeft 62% de opleiding voortgezet op havo of vwo niveau. Dat is ruim boven het landelijk gemiddelde. In heel Nederland ligt dat percentage op ongeveer 40 procent. Tabel 6 uitstroom naar vervolgonderwijs schooljaar 2009/2010
LVS-scores Alle SJS scholen gebruiken het leerlingvolgsysteem (LVS) van het Cito. Het systeem heeft een landelijke normering en maakt gebruik van trendanalyses. Deze laten zien in welke mate iedere groep erin slaagt de doelen voor dat jaar te bereiken. En dat is nu net de informatie die wij nodig hebben om gericht te kunnen praten over verbetering van ons onderwijs. Scholen kunnen hun eigen leerling of groep leerlingen vergelijken met het landelijk gemiddelde, met de gestelde doelen en op basis hiervan individuele leerling-resultaten proberen te verbeteren. Maar scholen kunnen ook de eigen onderwijsinspanningen bijsturen. Waar moeten we onze aandacht in het bijzonder op richten? Wat behoeft verbetering?
vmbo-tl = theoretische leerweg vmbo-bb = basisberoepsgerichte leerweg vmbo-kb = kaderberoepsgerichte leerweg
Hieronder staan de scores van onze leerlingen voor relevante ‘vakken’ en momenten. Ter verduidelijking: krijgt een leerling een A, dan wil dat zeggen dat de leerling hoort bij de 25% hoogst scorenden van Nederland. Een B-score staat voor de volgende 25%. Een A-score of een B-score is dus een bovengemiddelde score. Een C-score wil zeggen, dat het kind bij de 25% ‘daarna’ hoort; als gemiddelde groep ‘voldoende’ maar de laagste scoorders in deze groep lopen wel risico. Een D-score wordt behaald door de volgende 15% van de populatie, een E-score door de laagst scorende 10% van de leerlingen. De groep leerlingen met een D-score of een E-score kunnen worden aangemerkt als zorgelijke presteerders op dit vakgebied. Om niet uit de landelijke pas te lopen, mag de groep D- en E-scoorders op onze scholen samen niet groter dan 25% zijn. De aantallen in de tabel leren ons, dat dat op onze scholen nergens het geval is. Groep 6 kent een relatief laag aantal ’zorgelijke scoorders’ voor de vakken Technisch lezen en Rekenen/Wiskunde. Daarmee zijn we blij. Spelling, een nationaal zorgenkindje, behoeft ook bij ons aandacht, waarbij gezegd dat de scores nog altijd niet onder de ‘benchmark’ zakken.
Tabel 5 Kinderen met een score D- of E Aantal kinderen die de toets hebben gemaakt
Aantal kinderen met D- of E-score (peiling laatste afname)
Technisch lezen groep 4
289
59 (20%)
Technisch lezen groep 6
301
35 (12%)
Spelling groep 4
394
87 (22%)
Spelling groep 6
395
95 (24%)
Rekenen/Wiskunde groep 4
396
86 (22%)
Rekenen/Wiskunde groep 6
391
57 (14%)
18
vmbo-gl = gemengde leerweg
Vervolgonderwijs
aantal
in %
gymnasium vwo / atheneum havo / vwo havo vmbo-tl / havo vmbo-tl vmbo-bb vmbo-kb vmbo-gl lwoo praktijkonderwijs anders…. totaal
74 41 130 63 63 37 18 29 9 20 2 14 500
15 8 26 13 13 7 4 6 2 4 0 3 100
Speciale zorg Er zijn leerlingen die extra zorg nodig hebben. Als het even kan wordt die zorg gegeven op de reguliere basisschool, soms met behulp van leerlinggebonden financiering, in de volksmond ‘het rugzakje’. We noemen dat het eerste niveau van zorg. Naarmate een school er beter in slaagt dit eerste niveau te realiseren, zullen zij er ook in slagen meer verschillende behoeften van leerlingen zelf op te vangen. In een aantal gevallen zal het zo zijn dat schoolse voorzieningen niet meer toereikend zijn. Dan moet aansluiting gezocht worden met voorzieningen in de nabijheid van de school, de schoolnabije zorg. Hiervoor zijn de Zorgadviesteams (ZAT) ingericht. ZAT Het ZAT is een op stadsdeelniveau georganiseerd multidisciplinair zorgnetwerk rondom scholen. Het ZAT heeft tot doel het bewerkstelligen van een goede en laagdrempelige zorgstructuur (integraal zorgnetwerk) rondom scholen, zodat ieder kind van 0-14 jaar in Nijmegen de meest optimale zorg kan worden geboden. Men streeft ernaar zo snel mogelijk te helpen met zo licht mogelijke hulp om zo mogelijk ergere problemen te voorkomen. • In het schooljaar 2009-2010 hadden 43 leerlingen binnen SJS een ‘rugzakje’ en zijn 65 kinderen van de SJSscholen besproken in de verschillende Zorgadviesteams.
19
5
Basisschool de Hazesprong
SO/SBO Soms is het beter voor leerlingen om hun opleiding (tijdelijk) voort te zetten binnen het speciaal onderwijs (so) of speciaal basisonderwijs (sbo). Sbo is bedoeld voor leerlingen met leer- of gedragsproblematiek. So is bedoeld voor leerlingen met een handicap of met een probleem van meer psychiatrische aard. So is onderverdeeld in vier clusters: 1. visuele handicap 2. gehoor-, spraak- of taalprobleem 3. lichamelijke of verstandelijke handicap of langdurig ziek 4. ernstige gedragsstoornis of psychiatrisch probleem
directeur: Theo van Lankveld
‘…samen spelen, samen leren, samen leven …’ De Hazesprong is een basisschool met 463 leerlingen, en staat in de rustige woonwijk de Hazenkamp, Nijmegen Midden. De school heeft een actieve oudervereniging en medezeggenschapsraad en profileert zich als sportieve school met ruime aandacht voor bewegen en sport, verzorgd door een vakleerkracht.
personeel
leerlingen
De school vertelt over zichzelf: “We willen ons onderwijs anders en vernieuwend organiseren. We willen mét onze leerlingen op nieuwe manieren leren, in een lerende school, een flexibele organisatie met lerende medewerkers. Ieder kind heeft eigen mogelijkheden en dat is ons vertrekpunt van handelen. Ons onderwijs is ontwikkelingsgericht, adaptief, op maat. Ons team van leerkrachten werkt samen, hanteert eenzelfde didactische en pedagogische aanpak, leert van elkaar en respecteert elkaars kwaliteiten. We willen het onderwijs voor iedere leerling boeiend maken. Dan stemt het goed te horen van ouders: “We vinden jullie betrokken, zorgvuldig, integer, eerlijk en betrouwbaar. Het geeft ons het vertrouwen dat onze zoon op deze school zeer op de juiste plek zit.” En je wordt blij als je leerling schrijft: “Ik weet niet hoe dit bij andere scholen zit. Maar ik denk dat onze school toch wel ‘t leukste is!“
aantal leerlingen 465 (2008) 459 (2009) 463 (2010)
aantal groepen 19 (2008) 18 (2009) 18 (2010)
aantal fte in 2010 24,9 (1 jan) 24,01 (31 dec)
20
De belangrijkste stappen in 2010 Theo van Lankveld: “Het was een dynamisch jaar. We hebben een nieuwe methode Engels voor de groepen 7 en 8, het pestprotocol is ingevoerd … ik kies de volgende vijf ontwikkelingen:”
• In het schooljaar 2009/2010 zijn 17 leerlingen uitgestroomd naar so (7 naar cluster 4, 1 naar cluster 1) en 9 naar het sbo.
2.2 Leerlingaantallen en prognoses Naast de kwaliteit van het onderwijsaanbod en de behaalde schoolresultaten heeft SJS ook te maken met fluctuaties in leerlingaantallen. Ze zal daarop moeten reageren en voorsorteren. Huidige leerlingenaantallen Op de peildatum oktober 2010 verzorgden onze 13 scholen onderwijs voor in totaal 3744 leerlingen. Dat is een daling van 77 leerlingen (2%) t.o.v. van het vorige jaar. Tabel 7 leerlingenaantallen per school 2006 t/m 2010 (peildatum 1 oktober)
• Het vormgeven van zelfstandig werken in groep 1 t/m 8. • Het inzetten van leskisten van SOL in het kader van interreligieus onderwijs. • De implementatie van nieuwe methoden voor aardrijkskunde, geschiedenis en natuur. • De digitale schoolborden vanaf groep 3 t/m 8 in iedere klas. • Het opstarten en inrichten van een Leonardoafdeling in de school.
groepsgrootte
CVI
+ 2 leonardogroepen
24 (2008) 25,5 (2009) 24,5 (2010)
16 in leonardogroep
- (2008) - (2009) - (2010)
aantal personen 45 45
waarvan op 31 dec 2010 36 vrouwen 41 OP 4 OOP
gem. leeftijd 44,4 jaar
ZAT (2010) 2
LGF (2010) 4
ouder dan 51 16
BAPO in Wtf 1,097
SO / SBO (2010) 1 (SO) 0 (SBO)
LL
Kleine Wereld St. Nicolaas Sterredans Octaaf Wieken Brakkenstein Hazesprong Groot Nijeveld Petrus Canisius Driemaster Montessori Klein Heyendaal Akker Totaal
2006 248 255 452 386 152 325 456 194 216 259 242 471 374 4030
2007 250 251 426 391 161 306 451 177 224 247 241 440 372 3937
2008 248 253 398 386 166 300 465 160 221 244 238 445 381 3905
2009 238 254 340 385 159 288 459 154 224 238 240 455 388 3822
2010 233 261 305 385 149 274 463 139 227 239 226 461 382 3744
Tussentijds uitgestroomd In het gehele schooljaar 2009/2010 zijn ook tussentijds leerlingen uitgestroomd. 52 leerlingen verlieten de scholen in verband met een verhuizing. 18 leerlingen kozen voor een andere basisschool in Nijmegen, 17 kinderen gingen naar sbo- of so school en 3 leerlingen zijn gaan wonen in een blijf-van-mijn-lijf huis.
21
Prognose, aandachtspunten en acties Prognose Het aantal leerlingen in de basisschoolleeftijd neemt af. Het ministerie van OCW verwacht de komende tien jaar gemiddeld 10% minder leerlingen. Dat betekent dat er in 2025 in heel Nederland 330 duizend minder jongeren tussen 0 en 20 jaar zijn (-8,4%), aldus cijfers van het CPS. Het bureau Pronexus Eindhoven voorspelt voor de SJS scholen een stabilisatie van het totale leerlingenaantal op ongeveer 3935 in 2013 (dit inclusief het aantal kinderen dat naar so (2,56) en sbo (3,40) uitstroomt). De SJS directeuren komen o.b.v. eigen onderzoek uit op ongeveer 3690. Mogelijk zijn zij geneigd het leerlingaantal wat voorzichtiger in te schatten. De nieuwe berekening van Pronexus Eindhoven geeft vanaf 2011 een licht positiever beeld. Daalt het aantal leerlingen in de basisschoolleeftijd daadwerkelijk naar een krappe 3700, dan zal dat voor onze scholen gevolgen hebben. Uiteraard is het effect voor de ene school groter dan voor de andere, afhankelijk van factoren als locatie, karakter van de school, etc. Aandachtspunten en acties Vaak houden fluctuaties in leerlingaantallen verband met een aantal specifieke factoren in de betreffende wijk: demografische ontwikkelingen en woningbouw die niet specifiek bestemd is voor gezinnen met jonge kinderen (Bottendaal en Centrum). Zorgen om het leerlingaantal zijn in eerste aanleg een zaak van iedere individuele school. Maar natuurlijk zijn het gedeelde zorgen. In 2010 heeft SJS een aantal acties ondernomen of ondersteund die te maken hebben met dalende leerlingenaantallen: • Jenaplanschool de Sterredans en basisschool Groot Nijeveld (naam in 2010) hebben een (zorgwekkend) dalend leerlingenaantal. Basisschool de Wieken heeft een stabiel maar wel laag leerlingaantal. Onder verwijzing naar de schoolspecifieke verslagen, spreekt SJS op deze plaats haar verwachting uit dat de terugloop in leerlingaantal op deze scholen tenminste zal stoppen. basisschool de Wieken is inmiddels een Daltonschool in oprichting. Basisschool Groot Nijeveld en basisschool De Kleine Wereld mogen in 2010 hun eigentijdse nieuwbouw betrekken. Daarnaast is er sprake van grootschalige woningrenovatie in de wijk “Willemskwartier”.
Hoofdstuk
3
Hoe gaat het met onze medewerkers in 2010?
Aan onze organisatie zijn op 31 december 2010 372 medewerkers verbonden, met een gemiddelde leeftijd van ruim 40 jaar, waarvan uiteraard het overgrote deel, bijna 83% voor de klas staat. Mensen aan het begin of in de kracht van hun loopbaan met een dagelijkse professionele uitdaging. Het geven van onderwijs is een belangrijk beroep met een hoge maatschappelijke relevantie en zichtbaarheid. Bijna iedereen in Nederland vindt wel wat van onderwijs. Om goed te kunnen functioneren in zo’n publieke context en zich ‘in veiligheid’ te kunnen blijven ontwikkelen, is het belangrijk dat medewerkers van scholen zich gewaardeerd weten. Het idee hebben dat zij altijd kunnen rekenen op de ‘back-up’ van hun werkgever. Die werkgever is in eerste aanleg de eigen school en in het verlengde daarvan het bestuur van SJS. SJS is zich bewust van de veelzijdige opdracht aan de scholen en hun medewerkers, en ambieert elk jaar de context voor haar scholen zo in te richten dat de medewerkers goed kunnen functioneren en zich professionaliseren. Die ambitie zit vervat in de beschrijving wie we zijn, in de pijlers van ons onderwijs en in de onderwijsactiviteiten die we hebben ondernomen. Maar we gaan eerst naar de getallen.
3.1
Medewerkers in aantal en naar functie, leeftijd en geslacht
Bij SJS werkten in 2010 in totaal 372 medewerkers, 276 fte’s. Ongeveer de helft van alle medewerkers is 45 jaar of jonger, iets minder dan een kwart is tussen 45 jaar en 54 jaar, en iets meer dan een kwart is ouder dan 55 jaar. Het totale medewerkersbestand van SJS bestaat voor ongeveer 80% uit vrouwen. Van de 13 schooldirecteuren zijn er 4 vrouw. Op het bestuursbureau wordt ongeveer 34% van de fte ingevuld door een vrouw.
• SJS heeft (nog) geen school in Nijmegen-Noord (Waalsprong). De huidige planning van de woningbouw in de Citadel van Waalsprong geeft aan dat niet eerder dan in 2014 de vestiging van een onderwijsvoorziening door SJS noodzakelijk is. Dit zal leiden tot een sterke toename van het totale leerlingenaantal (4900 ll. in 2018). Door het ontbreken van een SJS-school op de Waalsprong is er geen compensatie van de krimp in Nijmegen-stad mogelijk. • Van 1 april 2009 worden alle nieuwe leerlingen centraal aangemeld via “Schoolwijzer Nijmegen”. De effecten van het nieuwe aanmeldsysteem zullen in de komende schooljaren zichtbaar gaan worden. Op basis van de eerste zogenaamde matchingsrondes lijkt de instroom, totaal gezien, niet versterkt of verzwakt te worden door de centrale aanmelding.
22
23
6
Basisschool Klein Heyendaal
Hieronder ziet u de overzichten naar functie, leeftijd en geslacht.
directeur: Dick Heldoorn
Tabel 8 Leeftijd en sexe
‘…investeren in kennis en basisvaardigheden …’
Aantal
Basisschool Klein Heyendaal is een relatief grote school met 461 leerlingen en ligt in de woonwijk Galgenveld, Nijmegen oost. De school profileert zich als een basisschool, die een traditie heeft ontwikkeld om te investeren in kennis en basisvaardigheden. Binnen het klassikale systeem wordt adaptief gewerkt.
Man
Vrouw
Totaal
0-25
2
6
8
25-35
9
72
81
35-45
17
81
98
45-55
17
69
86
55-60
18
43
61
60-100
14
24
38
Totaal
77
295
372
20,70%
79,30%
Percentage
Man
Vrouw
Totaal
0-25
0,9273
3,8336
4,7609
25-35
7,1241
55,6971
62,8212
35-45
15,2789
51,1639
66,4428
45-55
15,8130
48,9648
64,7778
55-60
15,7785
30,6060
46,3845
60-100
14,2000
16,6389
30,8389
Totaal
69,1218 206,9043
276,0261
fte De school vertelt over zichzelf; “We streven naar een balans tussen cognitieve, creatieve en sociale vaardigheden. Onze cognitieve gerichtheid sluit aan bij de behoeften en vragen van onze leerlingen en hun ouders. Maar we vinden meer belangrijk. We hebben een goed aanbod van creatieve vakken, cultuureducatie en we hebben aandacht voor het leren mét computers en óver computers. We leggen nadruk op de ontwikkeling van een zelfstandige leerhouding. Leuk als je dan een leerling ziet opschrijven in de tevredenheidonderzoek: ‘Ik vind weekend natuurlijk leuker dan rekenen of zo, maar als je moet vergelijken, gewoon leren vind ik hier op school heel leuk (het is nogal lastig uit te leggen…)’ Nou, wij begrijpen het wel, hoor!”
gemaakt hebben en dan van je schoolgaand zoontje te horen krijgen dat je bezig bent geweest met een deelproject binnen de doelopdracht klassikale creatieve zelfontplooiing via manuele vormgeving.”
De belangrijkste stappen in 2010 De aula heeft na 55 jaar (!) een nieuw kleurtje gekregen, dat is in ieder geval een ontwikkeling die niemand zal ontgaan! En verder noemen we graag: • De implementatie van een aanpak meervoudige intelligentie • De ontwikkelingen op het gebied van Coöperatief leren • De studiedag communicatie samen met ouders en teamleden.’
personeel
leerlingen
Dick Heldoorn: “Goed onderwijs verzorgen, of het nu binnen de stichting, school of klas is, is complexe zaken in eenvoud duiden. Of, om met Toon Verhoeven te spreken: Je zult lekker een zandkasteel
aantal leerlingen 445 (2008) 455 (2009) 461 (2010)
aantal groepen 18 (2008) 17 (2009) 17 (2010)
groepsgrootte
CVI
25 (2008) 27 (2009) 27 (2010)
5 (2008) 4 (2009) 4 (2010)
aantal fte in 2010 24,83 (1 jan) 26,54 (31 dec)
aantal personen 37 36
waarvan op 31 dec 2010 31 vrouwen 31 OP 5 OOP
gem. leeftijd 46 jaar
24
ZAT (2010) 3
ouder dan 51 12
LGF (2010) 4
BAPO in Wtf 1,4
SO / SBO (2010) 0 (SO) 0 (SBO)
Tabel 9 Leeftijd en functie Aantal
Dir Onb Oop
Op
Totaal
0-25
1
7
8
25-35
81
81
35-45
2
9
87
98
45-55
3
18
65
86
55-60
6
1
10
44
61
60-100
3
12
23
38
Totaal
14
1
50 307
372
fte
Dir
Onb
Oop
Op
Totaal
0-25
0,1356
4,6253
4,7609
25-35
62,8212
62,8212
35-45
2,0000
6,2424
58,2004
66,4428
45-55
3,0853
14,9500
46,7425
64,7778
55-60
5,9000
0,8680
7,4567
32,1598
46,3845
60-100
3,2000
10,1044
17,5345
30,8389
Totaal
14,1853
0,8680
38,8891 222,0837 276,0261
25
3.2
Ziekteverzuim
Het gemiddelde ziekteverzuim in 2010 van alle werknemers bedroeg 5,55%, van alleen het onderwijsgevend personeel 6,15%. Het verzuim is daarmee vrijwel gelijk aan de percentages in 2009. Het gemiddeld verzuim bij SJS van het onderwijzend personeel over 2010 is nagenoeg gelijk aan het landelijk gemiddelde over 2009: 6,14% (bron Vervangingsfonds). Tabel 10 verzuimcijfers 2010, alle werknemers naar leeftijd
Z
Leeftijd
ZV in % Ziekmeldingsfrequentie
0-25
0,84
0,77
25-35
4,96
1,60
35-45
5,48
1,18
45-55
6,03
0,98
55-60
7,24
1,26
60-100
4,96
0,93
Tabel 11 verzuimpercentages per leeftijdgroep sinds 2007 Leeftijd
2007
2008
2009
2010
00-24 jaar
0,52%
1,09%
0,80%
0,84%
25-34 jaar
4,56%
4,24%
4,03%
4,96%
35-44 jaar
9,82%
6,06%
4,61%
5,48%
45-54 jaar
6,68%
4,37%
6,56%
6,03%
55-59 jaar
6,66%
19,85%
5,22%
7,24%
15,91%
6,89%
13,85%
4,96%
>60 jaar
samenhang met de ontwikkel- en organisatiedoelen van de school en van SJS. ‘Bij ons zit iedereen op de juiste plek.’ Dat willen we graag aan het einde van elk jaar kunnen zeggen. IPB betekent dat we, met deze gedachte in het achterhoofd, het beleid op de verschillende terreinen – onderwijskundig, financieel, organisatie en personeel – op elkaar afstemmen. Sterker nog, het moet elkaar ondersteunen en versterken. We maken daarbij gebruik van de verschillende (personeels)instrumenten die in deze context nuttig achten. Slagen we voldoende in onze ‘werkgeversambitie’? Een deel van het antwoord zoeken we in de hiervoor gepresenteerde getallen, bijvoorbeeld de gegevens m.b.t. verloop en verzuim. Een deel van het antwoord is wat moeilijker te kwantificeren. De onderwijsresultaten, in hoofdstuk 2 besproken, zijn natuurlijk een factor die mede bepaalt hoe ‘tevreden’ de medewerkers van de individuele scholen over hun eigen inspanningen zullen zijn. De schoolspecifieke verslagen weerspiegelen ook betrokkenheid en ambitie. Een ander goed signaal is het enthousiasme dat mensen aan de dag leggen bij het dragen van en deelnemen aan onze onderwijsactiviteiten zoals in hoofdstuk 4 beschreven. En dan is er natuurlijk het tevredenheidonderzoek. Tevredenheidonderzoek In 2010 zijn op alle scholen tevredenheidonderzoeken uitgevoerd onder ouders, leerlingen en personeel. De response van leerlingen en ouders bent u al eerder in dit rapport tegengekomen. Hieronder treft u de antwoorden van onze medewerkers aan. Tabel 12 Tevredenheid personeel
directeur
3,05
visie en koers
3,19
beleid
3,13
arbeidsomst.
3,02
taakbelasting
2,73
prof. ontwikkeling
3.3
Goed werkgeverschap
De kwaliteit van onze prestaties wordt in hoge mate bepaald door de mensen, die dagelijks in onze scholen aan het werk zijn. Zij moeten kunnen, en willen werken met inzet, betrokkenheid en nieuwsgierigheid. Ze spelen een belangrijke rol in de aansturing en vormgeving van alle leerprocessen, ze creëren samen de omgeving waarin de kinderen zich moeten kunnen ontwikkelen. Dat is een opdracht die werkelijk niet altijd eenvoudig is. Werken aan onderwijskwaliteit betekent dus in hoge mate werken aan de professionaliteit en welbevinden van mensen. Want met de juiste middelen, aandacht en inzet zijn ‘onze’ mensen in staat om topprestaties te leveren. SJS wil een werkgever zijn die blijft zorgen voor zo’n inspirerende en uitdagende werkomgeving voor haar medewerkers. Daarom stelt SJS hoge eisen aan haar personeels- en organisatiebeleid. Belangrijke kwalificaties: zorgvuldig, planmatig en rechtvaardig. SJS voert integraal personeelsbeleid, IPB. Met dat beleid willen we er uiteindelijk voor zorgen dat iedere medewerker zich optimaal en naar vermogen kan ontplooien en dat dat gebeurt in
26
T
GEMIDDELDE SCORES PER THEMA
2,83
samenwerking
2,96
schoolklimaat
3,27
oudercontact
3,22
leerlingcontact
3,48
resultaten
3,01
ict
3,05 0
1
2
3
4
Bij de ontwikkeling van het strategisch beleidsplan 2011-2015 is overigens gebruik gemaakt van de uitkomsten van deze tevredenheidonderzoeken. Het is een van de elementen die de inkleuring van een aantal strategische doelen bepaalt. Bijvoorbeeld de wens van SJS om ouders te zien als educatieve partners en de sterke focus op professionele ontwikkeling en opbrengstgericht werken. Externe vertrouwenspersoon In dezelfde beleidscontext – actief zorgen voor een gezond werk- en leerklimaat voor medewerkers en leerlingen – heeft SJS heeft twee externe vertrouwenspersonen aangesteld.
27
7
Basisschool de Kleine Wereld
SJS hanteert algemene gedragsregels en de daarvan afgeleide schoolspecifieke gedragsregels, die ervoor moeten zorgen dat we met respect met elkaar omgaan. Worden er toch grenzen overschreden, dan is de kortste weg over het algemeen de beste. Met elkaar in gesprek blijven, oplossingen zoeken op de school zelf, met de mensen die het betreft, enzovoort. Het is belangrijk om eerst deze weg te bewandelen. Wanneer het echter niet lukt om samen de problemen op te lossen, dan willen wij leerlingen, ouders en medewerkers toegang bieden tot een onafhankelijk luisterend oor en deskundig ondersteuning: de extern vertrouwenspersoon. Deze vertrouwenspersoon is beschikbaar voor alle medewerkers, ouders en kinderen van SJS.
directeur: Herman van Assen Paula Visser (plv directeur)
‘…hart, hoofd en hand …’ De Kleine Wereld is een kleine basisschool met 233 leerlingen, een echte wijkschool met een tweekoppige directie. De school doet veel aan cultuureducatie, geeft het vak techniek en profileert zich als een sportieve school. De school heeft dit jaar een nieuw gebouw betrokken en vormt met een aantal partners nu Kindcampus Grootstal in de woonwijk Grootstal, Nijmegen zuid.
personeel
leerlingen
De school vertelt over zichzelf: “In een tijd, waarin informatie op zeer diverse manieren op ons afkomt, vinden wij het belangrijk om keuzes te maken in het lesaanbod. Kinderen zullen tot in lengten van dagen beroep doen op hun lees-, schrijf- en rekenvaardigheden. Daarom focussen we op basisvaardigheden. Daarnaast wordt het steeds belangrijker om de juiste onderzoeksvaardigheden te ontwikkelen. Kinderen moeten hoofd- van bijzaken leren onderscheiden. Dit alles kan alleen in een veilige omgeving, waarin ruimte is voor keuzes en talenten. Sociale vaardigheden zijn hierin cruciaal. Kinderen ontwikkelen zich, met hun talenten, steeds veelzijdiger en diverser. Leren is leuk als je er zelf invloed op uit mag en kunt uitoefenen, zowel in de keuze van een onderwerp als in de werkwijze ervan. Wij bieden onze kinderen cursorisch onderwijs aan waar het moet, thematisch waar het kan. ”
De belangrijkste stappen in 2010 Herman van Assen, Paula Visser: “De inspecteur heeft een positief oordeel over ons geveld, ouders geven aan zich serieus genomen te voelen, we hebben nieuwe collega’s uit andere disciplines erbij gekregen en leerkrachten geven aan: het voelt alsof we het steeds meer samen doen. Ouders noemen ons ‘goed benaderbaar’ – dat is belangrijk – en de kinderen vinden ons gebouw mooi. De belangrijkste stappen?...” • Het betrekken van het nieuw gebouw. • De samenwerking (in opbouw) met de partners in Kindcampus Grootstal. • En ondanks die organisatorisch ingrijpende zaken: • De grote vooruitgang in de technisch lees resultaten. • We zijn gestart met groepsplannen (overdracht, rekenen). • De aanschaf van een volgsysteem voor sociaal emotionele ontwikkeling.
aantal leerlingen 247 (2008) 238 (2009) 233 (2010)
aantal groepen 11 (2008) 12 (2009) 11 (2010)
groepsgrootte
CVI
22,5 (2008) 19,8 (2009) 21,2 (2010)
- (2008) - (2009) - (2010)
aantal fte in 2010 ? (1 jan) ? (31 dec)
aantal personen 26
waarvan op 31 dec 2010 17 vrouwen 20 OP 4 OOP
gem. leeftijd 46,6 jaar
28
In 2010 zijn de vertrouwenspersonen Carla Leen en Marianne Pieper. Zij hebben In 2010 vijf keer met raad en daad bijgestaan in conflicten tussen ouders en leerkrachten en in gevallen van grensoverschrijdend gedrag bij kinderen.
ZAT (2010) 3
LGF (2010) 3
ouder dan 51 11
BAPO in Wtf 0,33
SO / SBO (2010) 2 (SO) 3 (SBO)
29
8
Basisschool Montessori Nijmegen
Hoofdstuk
directeur: Ingeborg Jansen
Wat hebben we gedaan in 2010?
‘…help mij het zelf te doen…’ Basisschool Montessori Nijmegen is een katholieke basisschool met 226 leerlingen in de woonwijk Galgenveld, Nijmegen Oost. Het oudste gedeelte van deze wijk dateert uit de 19e eeuw. De Indische buurt dateert uit de jaren 20 en de Professorenbuurt uit de jaren 50. De school verzorgt onderwijs volgens de inzichten van Maria Montessori en doet dat al sinds 1938.
De school vertelt over zichzelf; “Ons onderwijs blijft in ontwikkeling. We richten ons onderwijs zo in dat het een goede omgeving is voor de ontwikkeling van kinderen uit alle lagen van de samenleving. Ieder kind heeft eigen talenten. Wij willen die talenten maximaal stimuleren. We letten daarbij goed op de fase van ontwikkeling. Onze doelstellingen? Ervoor zorgen dat de leerling de eigen persoonlijkheid kan ontwikkelen. Dat hij of zij bekwaamheden verwerft die nodig zijn in het sociale en maatschappelijke leven en die belangrijk zijn in het vervolgonderwijs. Ervoor zorgen dat onze leerlingen uiteindelijk een persoonlijke, creatieve, onafhankelijke en verantwoordelijke rol kunnen nemen in de samenleving. We maken goede ontwikkelingen door maar er zijn ook punten van aandacht. De grootte van de groepen groeit naar een bedenkelijke 32 vanaf groep 5-6, de bezetting is minimaal.”
4
De belangrijkste stappen in 2010 • We werken met intervisie en leerteams. • De invoering van Novoskript is vastgelegd. • We hebben het werken met het concept ‘Vreedzame school’ uitgebreid met de module ‘groepsvergadering’. • De zorgstructuur vertaalt zich nu in het werken met handelingsplannen. • We hebben de begrijpend leesmethode Nieuwsbegrip ingevoerd. En niet te vergeten; iedere groep vanaf groep 3 heeft een digitaal bord!
In de voorgaande paragrafen heeft u kunnen lezen hoe het gaat met onze leerlingen en medewerkers. Deze paragraaf is gewijd aan een aantal onderwijsinhoudelijke en organisatorische ontwikkelingen die wij in 2010 hebben ingezet of voortgezet. In het strategisch beleidsplan voor de periode 2007-2011 zijn vier thema’s beschreven: • de autonomie van de scholen • de aanwezigheid van voldoende en competent personeel • de dienstverlening van het bestuursbureau • de meerwaarde van de bovenschoolse samenwerking De afgelopen schooljaren heeft het werken aan deze thema’s zichtbaar effect in de organisatie en in de scholen gehad. Zo heeft de integrale kwaliteitszorg zich ontwikkeld van een instrumentele naar een cyclische benadering, zijn de leerprestaties omhoog gegaan en heeft het uitvoeren van de gesprekkencyclus gezorgd voor een voortvarende start van de professionalisering en competentieontwikkeling. De teams vertonen zonder twijfel steeds meer kenmerken van een professionele leergemeenschap. De zorg voor leerlingen is sterker geworden doordat we ‘organisatiebreed’ meer kennis, vaardigheden en attitudes hebben verworven. En allerlei ICT toepassingen zijn inmiddels onlosmakelijk verbonden geraakt met het onderwijsleerproces en de organisatie. De focus is voor alle SJS-scholen in 2010 gericht geweest op twee thema’s: opbrengstgericht werken en verdere professionalisering. Opbrengstgericht werken betekent het bewust, systematisch en cyclisch werken aan het streven naar maximale opbrengsten: kinderen laten excelleren. Daarbij laten we ons leiden door onze opvatting over het zogenaamde ‘startdenken’. De manier waarop scholen professionalisering vorm en inhoud geven verschilt van elkaar, afhankelijk van de eigen context, maar vindt altijd plaats binnen de grote kaders van SJS. 2011
personeel
leerlingen
Ook in 2011 wordt deze eenheid in verscheidenheid voortgezet: eenheid in doelstellingen en onderliggende visie, verschil in de wijze waarop de doelen bereikt worden. De jaarlijks af te sluiten managementcontracten bewaken de continuïteit en kwaliteit van de schoolontwikkeling op iedere SJS school. Vrijblijvendheid wordt uitgesloten. aantal leerlingen 237 (2008) 238 (2009) 226 (2010)
aantal groepen 9 (2008) 9 (2009) 8 (2010)
groepsgrootte
CVI
28 (2008) 29 (2009) 32 (2010)
2 (2008) 1 (2009) 1 (2010)
aantal fte in 2010 15,83 (1 jan) 15,39 (31 dec)
aantal personen 18 16 vast 2 vervang
waarvan op 31 dec 2010 15 vrouwen 17 OP 1 OOP
gem. leeftijd 45,8 jaar
30
ZAT (2010) 3
LGF (2010) -
ouder dan 51 7
BAPO in Wtf 0,5105
SO / SBO (2010) - (SO) - (SBO)
In 2011 willen we veel beleid dat al eerder is geïnitieerd doorontwikkelen en verder borgen. Het nieuwe beleid voor de SJS-scholen wordt bepaald door overheidsbeleid (passend onderwijs), lokale ontwikkelingen (doorontwikkeling brede school) en keuzes van bestuur (rol en positie van ouders, herinrichting bovenschoolse organisatie). Een swot-analyse bleek een belangrijke en bepalende onderlegger bij het vaststellen van de beleidskeuzes. Krimp in leerlingaantallen, bezuinigingen door de verschillende overheden en vergrijzing van het personeelsbestand worden als belangrijkste bedreigingen gezien. Daar staan kansen tegenover zoals het groeiende professionaliseringsniveau en de ambitie van de leraar, de ontwikkeling van opbrengstgericht werken, opvattingen over de rol van de school in de brede school en de toepassing van computertechnologie.
31
Passend onderwijs Regie van de zorg en Passend onderwijs hebben veel met elkaar te maken. Passend onderwijs is een vraaggestuurd aanbod van onderwijs en begeleiding, voorzieningen en structuren zodat alle kinderen zich optimaal ontwikkelen. Een en ander ingebed in een sluitende, functionele en effectieve samenwerking van besturen die zorgplicht hebben. Schoolbesturen in het primair onderwijs hebben de verantwoordelijkheid voor de zorgplicht van alle kinderen die zich aanmelden bij één van de scholen of daarop reeds zijn geplaatst. Scholen zullen daartoe een onderwijszorgprofiel moeten vaststellen waarin wordt aangegeven welk aanbod van onderwijs, zorg en ondersteuning een school haar leerlingen moet bieden. Er zal onderscheid gemaakt worden tussen basiszorg, breedtezorg en dieptezorg. Inrichting Zorgadviesteams (ZAT-teams)
4.1
activiteiten die verband houden met Regie van de zorg
R
Nota ‘Kansen voor Kinderen’ Het project Regie van de zorg heeft als principieel uitgangspunt gekozen voor, wat wordt genoemd, startdenken. Dat betekent dat de actuele ontwikkeling van een kind uitgangspunt is bij het onderwijsaanbod en andere vormen van ondersteuning. Startdenken staat tegenover ‘finishdenken’, waarin pas achteraf wordt geconstateerd dat het aanbod of de ondersteuning wel of niet passend waren. In 2010 zijn er bovenschools bindende afspraken gemaakt met de schooldirecteuren over de positie van de IB’er m.b.t. tot staf/lijn en taak/functie. Daarnaast zijn er richtlijnen vastgesteld voor de facilitering van de IB’er. Het directieberaad heeft de visie op startdenken binnen de schoolteams verder geïntroduceerd als basis en uitgangspunt voor alle schoolontwikkeling. Nota ‘Alle kinderen in beeld’ Het is belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen om de overgang van de voorschoolse periode (in kindercentra en peuterspeelzalen) naar de vroegschoolse periode (onderbouw basisschool) zo vloeiend mogelijk te laten verlopen. Dat vraagt om een goede overdracht van kindinformatie. In dit kader hebben we een eenduidige systematiek ontwikkeld voor een ‘warme’ overdracht op in- en externe schakelmomenten, waarbij ook de ouderbetrokkenheid vergroot wordt. Inzet datafeedback Wat willen we aan onze kinderen leren en leren ze dat ook? En hoe komen we daar achter? Datafeedback is een deel van het antwoord en levert daarom een belangrijke bijdrage aan schoolontwikkeling en het signaleren van zorg. Op een aantal scholen zijn de interne begeleiders/directeuren in staat om trendanalyses te maken, deze te interpreteren en om te zetten naar adviezen voor schoolverbetering. SJS heeft een cursusaanbod voor het maken van trendanalyses georganiseerd, in samenwerking met adviesorganisatie Marant. Dit aanbod wordt in 2011 uitgevoerd.
32
Naarmate de school er beter in slaagt haar schoolinterne zorg te realiseren treedt een tweetal effecten op. Enerzijds kan de school meer problemen zelf opvangen. Anderzijds worden zwaardere problemen beter herkend en heeft de school dus meer behoefte aan specialistische hulp. Het ZAT is een op stadsdeelniveau georganiseerd multidisciplinair zorgnetwerk rondom scholen met als doel het bewerkstelligen van een goede zorgstructuur (integraal zorgnetwerk) rondom scholen, zodat ieder kind van 0-14 jaar in Nijmegen de meest optimale zorg kan worden geboden. In 2010 zijn in de Zorgadviesteams in totaal 61 leerlingen van SJS-scholen besproken. IB-netwerk SJS heeft een eigen IB-netwerk o.l.v. een bovenschools coördinator. Dit netwerk richt zich op het uitwisselen van expertise en ervaringen, gezamenlijk scholing, klankbordgroep t.b.v. regie van de zorg, organisatie van hulp en diagnostiek. Het eigen netwerk functioneert naast én binnen de IBnetwerken op stadsdeelniveau, georganiseerd door Regie van de Zorg. In 2010 is het IB-netwerk op stadsdeel- en/of SJS-niveau een zestal keren bijeen geweest. Leonardoschool De leer- en onderwijsbehoeften van meer- en hoogbegaafde leerlingen worden vaak tekortgedaan in het Nederlandse onderwijsstelsel. ‘Weer Samen Naar School’, ‘Adaptief onderwijs’ en ‘Passend Onderwijs’ zijn onderwijsvernieuwings- en veranderingstrajecten die tot nu toe vooral gericht zijn op leerlingen met leer- en gedragsproblemen. Onderzoek geeft aan dat 2 tot 3% van alle leerlingen in het basisonderwijs een IQ hoger dan 130 hebben. Circa 80% van deze leerlingen heeft te kampen met leer- en gedragsproblemen doordat zij onvoldoende uitgedaagd worden, zich onbegrepen en alleen voelen, onderpresteren en met tegenzin naar school gaan. Brede maatschappelijke erkenning van deze problematiek is er in Nederland nog niet. Deze leerlingen ontvangen geen extra bekostiging van het rijk vergelijkbaar met speciaal onderwijs of speciaal basisonderwijs. In augustus 2010 is SJS gestart met twee leonardogroepen (32 leerlingen) op basisschool de Hazesprong, in samenwerking met de Leonardostichting. Deze stichting stelt zich ten doel ‘het realiseren en faciliteren van passend onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen, zodat zij zich in een uitdagende leeromgeving in eigen tempo en op eigen niveau kunnen ontwikkelen.’
33
9
Basisschool Sint Nicolaas
4.2 Activiteiten die verband houden met Kwaliteitszorg
directeur: Jacquelien van Galen
Primasoft
De scholen gebruiken Primasoft voor het beschrijven, volgen, sturen en evalueren van hun schoolontwikkeling zoals die gemeenschappelijk is afgesproken. De verschillende scholen hebben met Primasoft hun schoolontwikkeling beschreven en de algemene directie kan met Primasoft de schoolontwikkeling op de scholen monitoren. Daarnaast kan de ‘key user’ op maat de scholen de gevraagde ondersteuning kunnen bieden.
‘…ieder kind is een kunstenaar…’ De Sint Nicolaasschool is een school met 261 leerlingen. De school staat in de wijk Goffert, Nijmegen Midden. De school geeft les volgens het Jenaplan concept. De pluriformiteit in de groep leerlingen en ouders neemt toe, staat echter geenszins in de weg dat men elkaar steeds weer vindt op corresponderende normen en waarden.
personeel
leerlingen
De school vertelt over zichzelf: “Er is rust in de school en er wordt steeds professioneler en planmatiger gewerkt. Er heerst een sfeer waar kinderen, maar ook leerkrachten kunnen leren en zijn wie ze zijn. Het team verjongt, ook al kun je dat aan de cijfers nog niet goed zien. Actief meepraten en meedenken vinden we belangrijk. Zo werken we met een kinderraad (“Fijn om over van alles mee te kunnen praten” aldus voorzitter Rinske) En het tevredenheidsonderzoek laat zien dat we met z’n allen zeer tevreden zijn over de visie en de koers van de school, het beleid, het schoolcontact, het leerlingcontact en de ICT. De school is onverminderd populair, het hoge aantal inschrijvingen en de ruimte in de school maken een extra groep mogelijk. Samen met de ouders kijken we naar de mogelijkheden met oog voor de balans.“
De belangrijkste stappen in 2010 • De invoering van IPC als werkwijze voor Oriëntatie op jezelf en de wereld (OJ&W). • Meer onderwijs op maat met de uitbreiding van het aantal computers en digiborden. • Werken aan differentiatie van het spellingonderwijs (onderwijs op maat) en de transfer naar OJ&W. • Techniek als onderdeel van OJ&W en de samenwerking met het Wetenschapsknooppunt Radboud Universiteit (WKRU). • De oplossing van de capaciteitsproblemen van de BSO door huisvesting in de school. • Dezelfde kwaliteit bieden met veel minder formatie! Dat is tevens onze valkuil en een aandachtspunt voor personeelsbeleid (circa 3,5 fte minder in twee jaar tijd).
aantal leerlingen 252 (2008) 254 (2009) 261 (2010)
aantal groepen 10 (2008) 10 (2009) 10 (2010)
groepsgrootte
CVI
25,2 (2008) 25,4 (2009) 26,1 (2010)
3 (2008) 2 (2009) 1 (2010)
aantal fte in 2010 18,77 (1 jan) 13,68 (31 dec)
aantal personen 21 18
waarvan op 31 dec 2010 12 vrouwen 16 OP 2 OOP
gem. leeftijd 43,7 jaar
34
ZAT (2010) -
LGF (2010) 1
ouder dan 51 8
BAPO in Wtf 0,63
K
Plan Do Check Act (PDCA) Onze kwaliteitszorg verloopt volgens de ontwikkelingsgerichte kwaliteitszorgcirkel PDCA (Plan, Do, Check, Act). In deze cyclische benadering kan elke willekeurige fase of elk aandachtsgebied het startpunt van verdere ontwikkeling vormen. We steken in bij het opstellen van een plan, of bij een analyse van sterke en zwakke punten (check), bij reflectie (act) of bij het kijken naar wat er allemaal al gedaan wordt (do). De route die dan volgt verloopt volgens de cyclus. Hiermee wordt kwaliteitsvraag een identiteitsvraag, die zonder uitzondering op enig moment terugleidt naar de vastgelegde missie/visie. De scholen zorgen voor een schriftelijke borging van hun ontwikkelde kernkwaliteiten. Doorontwikkeling Brede school Tien jaar geleden is in Nijmegen de ontwikkeling van de Open Wijkscholen gestart. Verschillende evaluaties hebben bouwstenen geleverd voor nieuw meerjarig beleid, vastgelegd in een nieuwe notitie: de kadernotitie Doorontwikkeling Brede Scholen. Kern van de notitie is dat in de toekomst ieder kind in Nijmegen, van 0 tot het naar het Voortgezet Onderwijs gaat, gebruik moet kunnen maken van een arrangement dat aansluit op de individuele behoefte en mogelijkheden. Scholen zijn veel meer dan leveranciers van opleidingen en diploma’s. Ze worden gezien als centra van zeer uiteenlopende activiteiten, waarin kinderen, hun ouders en andere buurtgenoten elkaar treffen. Hier komen niet alleen alle voorzieningen samen die voor mensen van belang zijn, maar werken ook de instellingen die al deze voorzieningen aanbieden samen. Deze kadernotitie, van de hand van SJS, Conexus, Tandem en Kion, en de uitvoeringsconsequenties zijn op directieniveau besproken. Het arrangementdenken als voorwaardelijke grondhouding wordt verder ontwikkeld bij de directies.
SO / SBO (2010) - (SO) - (SBO)
35
10
Basisschool het Octaaf directeur: Chris de Ronde
‘…het Octaaf zet de toon met goed onderwijs…’ Basisschool het Octaaf is een relatief grote basisschool, 386 leerlingen, in de woonwijk Neerbosch, ooit een zelfstandig dorp ten westen van Nijmegen, ontstaan na de drooglegging van de moerassen aldaar. Kinderen toerusten voor onze samenleving, die in toenemende mate complex is. Dat noemt de school haar primaire uitdaging. Kwaliteitskringen
personeel
leerlingen
De school vertelt over zichzelf: “We willen een funderende, dynamische, flexibele en uitdagende school zijn. Een school waarin de leraar de leerling leidt naar onbekende gebieden. Hij handelt met respect, geduld en biedt structuur. Een leraar die zo opereert is in staat de afstand tussen de zelfwereld van de leerling en de onbekende wereld van kennis te overbruggen. Onze succesformule is wat ons betreft de combinatie van gestuurd leren op de instrumentele vaardigheden, ontdekkend bezig zijn in de cognitieve gebieden en ‘zelf-oriënterend werken’ in de maatschappelijke context. We hebben vertrouwen in onze werkwijze en worden daarin ook bevestigd door de resultaten. Het opbrengst gericht werken begint zijn vruchten af te werpen. De resultaten op de eindtoets laat al 3 jaar een stijgende lijn zien.”
De belangrijkste stappen in 2010 Chris de Ronde: “We kijken positief terug op de schakelklas groep 2. We hebben in groep 5 een verlengde schooldag ingevoerd. Verder zou ik willen noemen: • De invoering taalmethode en woordenschat methodiek. • De invoering en verbetering van het groepsplan. • De samenwerking in de Brede school.”
aantal leerlingen 385 (2008) 385 (2009) 386 (2010)
aantal groepen 21 (2008) 21 (2009) 22 (2010)
groepsgrootte
CVI
20 (2008) 20 (2009) 18 (2010)
3 (2008) 3 (2009) 3 (2010)
aantal fte in 2010 29,76 (1 jan) 31,20 (31 dec)
aantal personen 43 46
waarvan op 31 dec 2010 40 vrouwen 41 OP 5 OOP
gem. leeftijd 43 jaar
36
SJS wil het professioneel ontwikkelen en in stand houden van een vakgebied ondersteunen, neemt daarin ook een initiërende rol als dat nodig is. Onze kwaliteitskringen zijn hierin een belangrijk element. Ze worden georganiseerd voor leerkrachten van dezelfde jaargroepen en leerkrachten die werken met een dezelfde methodiek of aan hetzelfde project. In de kwaliteitskringen wisselt men kennis en ervaringen uit (principe van halen-en-brengen) en kan men reflecteren op het eigen handelen en het handelen van collega’s. De agenda wordt bepaald door de deelnemers. Taal-/leesverbetertrajecten De ‘Kwaliteitsagenda Primair Onderwijs Scholen voor morgen’ legt deze jaren de focus op het verbeteren van taal/lezen en rekenen/wiskunde. Zeven SJS scholen nemen deel aan deze taalleesverbetertrajecten. Per school zijn doelen geformuleerd op het gebied van lees- en taalonderwijs. We streven naar een verhoging van de prestaties met zo’n 10% tot 15%. Daarbij werken we op basis van kengetallen en benchmarking. Ontwikkeling schoolmanagementteams(smt)
ZAT (2010) 10
ouder dan 51 15
LGF (2010) 3
BAPO in Wtf 0,9
SO / SBO (2010) 2 (SO) 4 (SBO)
Werken aan de kwaliteit van onze schoolmanagementteams verbetert o.i. de kwaliteit van de onderwijsorganisatie, de onderwijsinhoud en het primaire proces. We hebben vastgesteld dat goed werkende SMT’s ervoor hebben gezorgd dat de directeur door een betere taakverdeling ontlast wordt en leerkrachten zich beter concentreren op hun kerntaak voor de groep. Het SMT zorgt ook voor de ontwikkeling van schoolbeleid binnen de beleidscyclus en voor de aansturing hiervan naar leerkrachten. De inrichting van SMT’s is gebaseerd op de beleidsnotitie ‘Functiedifferentiatie en schoolmanagementteam als uitwerking van kwaliteitszorg en integraal personeelsbeleid’ (2004). Opleiding schoolleider Elke school verdient de beste schoolleider maar deze is de laatste jaren steeds moeilijker te vinden. Daarom is SJS al in 2008 gestart met een eigen interne opleiding voor schoolleider. Samen met Magistrum, een post HBO-opleiding voor schoolleiders primair onderwijs, zijn we tot de inrichting van een curriculum gekomen. De deelnemers worden tot de opleiding toegelaten op basis van interne selectie en een uitgebreid assessment.
37
4.3
Activiteiten die verband houden met ICT ontwikkeling
Uitbreiding digitale schoolborden SJS vindt het noodzakelijk om de invoering van digitale schoolborden te versnellen, gezien de vlucht die de digitalisering in het onderwijs op dit moment neemt. Het werken met digitale schoolborden is daarin een enorme verrijking van de mogelijkheden voor onder meer de instructie binnen het onderwijs. Het streven is erop gericht om uiterlijk eind 2011 in alle groepen digiborden beschikbaar te hebben. Daarbij moeten we ervoor zorgen dat de leerkrachten die ermee werken goed zijn geschoold.
4.4 Activiteiten die verband houden met integraal personeelsbeleid, IPB Professionaliseringsbeleid In hoofdstuk 3 zijn al een aantal belangrijke gedachten over krachtig personeelsbeleid en professionalisering opgeschreven. Op deze plek volstaan we met het noemen van onze Joseph Academie, een belangrijk onderdeel in ons scholingsbeleid. De Joseph Academie combineert scholingsbehoeften met aanbieders van training en scholing, onderhoudt het netwerk met externe partners en bewaakt de kwaliteit van de aanbieders. In 2010 zijn een aantal scholingsinitiatieven genomen en uitgevoerd. Onder meer de opleidingen midden-management en startbekwaam schoolleider waren onderdelen van deze initiatieven.
Uitbreiding inzet hardware Functiemix De aanwezigheid van voldoende computers in de groepslokalen is van belang om de digitale mogelijkheden binnen de onderwijsleerprocessen goed te benutten. Onze wens is om voor het einde van 2014 een “computerdichtheid” te hebben van 1 werkstation per 3 leerlingen. Intranet Intranet verhoogd de transparantie in de organisatie waardoor de aansturing op bovenschoolsen schoolniveau beter verloopt. Ook geeft het mogelijkheden voor een kwalitatief betere bedrijfsvoering en geeft het alle geledingen binnen de SJS-organisatie essentiële hulpmiddelen. Alle directeuren kunnen al gebruik maken van intranet, doen dat ook. Op korte termijn willen we er ook voor zorgen dat intranet voor alle SJS-medewerkers een duidelijke en herkenbare plek worden om informatie te delen en te communiceren.
Het ministerie OCW heeft als een belangrijk onderdeel van haar beleid geformuleerd: versterking van de positie van de leraar. Een van de beleidsinstrumenten: de functiemix. De functiemix staat voor het de invoering van een bepaald aantal hoger gesalarieerde leraarfuncties binnen het primair onderwijs. Er komt extra geld beschikbaar om een deel van de standaard leraarfunctie LA om te wisselen voor de leraarsfunctie LB en LC. SJS maakt, vooralsnog als één van de weinigen onder de schoolbesturen, gebruik van dit beleid. De functiemix wordt ingevoerd conform de CAO-PO 2009 om de positie en de functie van de leerkracht en de kwaliteit van het onderwijs te versterken. De SJS-medewerkers zijn tijdens informatiebijeenkomsten hierover geïnformeerd. Daarnaast zijn functieprofielen en functiebeschrijvingen opgesteld en is een beleidsnota functiemix geschreven. Opleiden in de school Vanaf 2005 werken 5 scholen samen met Pabo Groenewoud in het project Opleiden in de school. De doelstelling is om hiermee de kwaliteit van nieuw, startend personeel te versterken. De scholen nemen een deel van de opleidingsfunctie over: de school vervult de taak van stagebegeleiding en heeft de regie van het stuk opleiden binnen de school. Gesprekkencyclus In 2008 is de beleidsnotie ‘de gesprekkencyclus’ geïmplementeerd en verder doorontwikkeld. De startgesprekken hebben in 2008 en 2009 op alle scholen plaatsgevonden. In 2010 zijn op basis van de geformuleerde persoonlijke ontwikkelingsplannen en de persoonlijke actieplannen ook de voortgangsgesprekken gevoerd. In 2010 heeft de taakgroep personeel uitvoerig het bekwaamheidsdossier bekeken. Het bekwaamheidsdossier is door hen met name beoordeeld op de mogelijkheid om de beroepsmatige ontwikkeling van de medewerkers te ondersteunen en te volgen. Men heeft gekozen voor de digitale uitvoering van het bekwaamheidsdossier uitgegeven door “Bardo”.
38
39
11
Basisschool Petrus Canisius
4.5 Activiteiten die te maken hebben met Organisatie
directeur: Wilbert Arends
Buitenschoolse opvang (bso}
‘…leren leren, leren ontdekken…’ Basisschool Petrus Canisius is één van de oudste basisscholen van Nijmegen, midden in het stadcentrum, gehuisvest in de speelse herbouw van de Nijmeegse binnenstad rond de St. Stevenskerk. De school met 227 leerlingen is de aangewezen school voor de heterogene groep bewoners van de binnenstad en heeft het karakter van een dorpsschool.
personeel
leerlingen
De school vertelt over zichzelf: “We streven ernaar een school te zijn met duidelijke regels die veiligheid en geborgenheid geven, een school waar ouders en kinderen graag zijn, waar iedereen gelijke kansen krijgt. We bieden betekenisvol onderwijs, helpen kinderen de juiste keuzes te maken en koesteren ons positief sociaal-emotioneel klimaat. En we willen vooral ook een realistisch team zijn. Een team dat wil veranderen in kleine stappen, een team dat gebruik wil maken van elkaars kwaliteiten, een team dat elke dag probeert de praktijk zo dicht mogelijk bij haar dromen te brengen, een team dat zijn inspiratie vooral haalt uit het werken met de kinderen. Niet vastroesten, veranderen zien we als positief, van fouten kunnen we leren. Veranderen is verfrissend, waar voldoende veiligheid is, kun je jezelf leren kennen. Deze uitspraken zijn van ons en maken we al waar op allerlei verschillende manier in de school. “Ik wens iedere werknemer van Joseph zo’n school toe”, zegt een van onze leerkrachten in het tevredenheidonderzoek. En onze leerlingen? Die blijven ook praktisch: “Ik vind het fijn dat we eindelijk een meester hebben. En een digibord.”
De belangrijkste stappen in 2010 Chris de Ronde: “We zijn trots op het opbrengst gerichte halte van onze methode implementatie taal en spelling, de uitslagen van het tevreden heidsonderzoek, tja, de belangrijkste vijf stappen: • Onze visie levend houden en de visie als leidraad voor al ons handelen gebruiken. • Verspreiden van ouderbrieven behorende bij de nieuwe seo methode Amigo. • Implementeren van het nieuwe administratie programma ( leerlingadministratie en leerling volgsysteem). • Vernieuwen van onze interne rapportage en leerling-administratie, geschikt voor digitalisering. • Verdere verbreding van het werken met handelingsplannen, voor de zwakkere leerlingen, maar ook voor de begaafde leerlingen, voor ons een verdere verdieping van het omgaan met verschillen.”
aantal leerlingen 228 (2008) 224 (2009) 227 (2010)
aantal groepen 9 (2008) 9 (2009) 9 (2010)
groepsgrootte
CVI
26 (2008) 26 (2009) 26 (2010)
1 (2008) 1 (2009) 1 (2010)
aantal fte in 2010 12,95 (1 jan) 12,75 (31 dec)
aantal personen 23 23
waarvan op 31 dec 2010 18 vrouwen 21 OP 2 OOP
gem. leeftijd 46 jaar
40
ZAT (2010) 8
LGF (2010) 2
ouder dan 51 7
BAPO in Wtf 1,0794
De schoolbesturen hebben vanuit een inspanningsverplichting een contract gesloten met KION over de uitvoering van de buitenschoolse opvang. In het contract zijn afspraken gemaakt over kwaliteit, deelname en organisatie. De onderlegger voor het contract is een beleidsnota zoals die door het bestuur in mei 2007 is vastgesteld. Daar waar ouders een expliciete wens uiten om een andere aanbieder de buitenschoolse opvang te laten verzorgen, wordt deze wens gehonoreerd. In de evaluaties is duidelijk geworden dat de directeuren een bso-locatie op de eigen school zeer wenselijk vinden. Ze willen actief meedenken over oplossingen m.b.t. knelpunten in huisvesting. De contacten zijn tussen school en de bso zijn constructief. Knelpunten zijn mogelijkheden tot flexibele opvang, vervoerslogistiek, personeelswisselingen en ruimteproblematiek. Van de voorschoolse opvang wordt tot nu toe nog steeds weinig gebruikt gemaakt. De tussenschoolse opvang wordt op de meeste SJS-scholen georganiseerd door Stichting SOOS (Samen Overblijven Op School). De voor de tussenschoolse opvang ontwikkelde kwaliteitskaart is uitgangspunt voor beleid, organisatie en uitvoering. Lumpsum-proof De Stichting Sint Josephscholen kiest ervoor de regie over de vrijere bestedingsruimte die door het lumpsum bekostigingsstelsel ontstaat, zoveel als mogelijk in eigen handen te houden. Hoofddoel is om nu en in de toekomst op een efficiënte en effectieve wijze de beperkte beschikbare financiële middelen zodanig in te zetten dat de vastgestelde beleidsdoelstellingen optimaal behaald worden. Naast een invoeringsplan is een uitvoerig handboek samengesteld. Dit handboek voor alle schoolleiders is in 2010 uitgebreid en op onderdelen o.b.v. veranderde wet- en regelgeving aangepast. Mede n.a.v. een intern onderzoek uitgevoerd door DEVO-advies uit Gennep is een controller op het bestuursbureau benoemd. In 2010 is het initiatief genomen om de exploitatieadministratie, die tot dusver werd uitgevoerd door de Onderwijs Service Groep, in eigen beheer te gaan uitvoeren. Doordecentralisatie van de onderwijshuisvesting Sinds 2008 ligt de verantwoordelijkheid voor onderwijshuisvesting primair bij de schoolbesturen neergelegd, hetgeen kansen en mogelijkheden biedt om op eigen maat te regisseren. In 2009 is men gestart met de uitvoering van een tweetal bouwprojecten: Kleine Wereld en Groot
SO / SBO (2010) - (SO) - (SBO)
41
Nijeveld. De Kleine Wereld wordt gebouwd in eigen beheer met eigen bouwproces-management. Binnen het bouwproject waren KION en Stichting KLEUR partners. Na een bouwtijd van een jaar is het gebouw bij aanvang van het schooljaar 20102011 door de drie partners in gebruik genomen. Op 15 oktober werd het gebouw officieel geopend. Groot Nijeveld wordt gebouwd als een voorzieningenhart in opdracht van de gemeente Nijmegen. De oplevering was in februari 2011. In mei 2010 is het gebouw officieel geopend. Onderwerp: schoolveiligheidsplan Vanaf augustus 2005 zijn scholen wettelijk verplicht om hun veiligheidsbeleid te beschrijven in een schoolveiligheidsplan. Het SJS veiligheidsbeleid is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van bevoegd gezag, schoolleiding, personeel en medezeggenschapsraad. Iedere school beschrijft in haar schoolveiligheidsplan het beleid op het terrein van sociale en fysieke veiligheid, volgens een bepaald format. Daarnaast is er een protocol ontwikkeld t.b.v. medicijngebruik van kinderen op school. Centrale aanmelding De centrale aanmelding is een uitwerking van eerdere afspraken tussen de gemeente Nijmegen en de schoolbesturen. De schoolbesturen willen alle ouders dezelfde eerlijke kans bieden om hun kind aan te melden op een school in de eigen buurt. Basisscholen moeten daarnaast meer een afspiegeling worden van de eigen wijk. Om ouders in staat te stellen bewust een school te kiezen, hebben de schoolbesturen, daarbij gesteund door de gemeente, een centraal aanmeldpunt, “Schoolwijzer Nijmegen” opgezet. Dit moet zorgen voor transparante informatie over het onderwijsaanbod in Nijmegen en over het aanmelden en plaatsen van kinderen. Onderdeel hiervan zijn ook een aantal uniforme spelregels voor het aanmelden en plaatsen van de kinderen op een basisschool. Impulsregeling De komende jaren trekt de rijksoverheid met de zgn. impulsregeling extra geld uit voor versterking van zorg, gekoppeld aan de bestaande gewichtenregeling. Dit houdt in, dat scholen in bepaalde postcodegebieden voor elke gewichtleerling een extra bedrag krijgen toegevoegd. Dit dus ongeacht of de school reeds in aanmerking komt voor gewichtengeld. De regeling vormt een welkome aanvulling op de formatie en doet als zodanig recht aan de zorg waar wij als SJS voor staan. Binnen de regeling is echter sprake van een zekere onbillijkheid. Het kan immers voorkomen, dat een school net buiten een bepaald postcodegebied valt maar wel te maken heeft met veel gewichtleerlingen. De impulsregeling wordt bij SJS breed ingezet. Dit betekent dat het totaal aan impulsmiddelen verdeeld wordt over het totaal van gewichtleerlingen ongeacht of de school wel of niet binnen een bepaalde postcode valt.
Hoofdstuk
5
Financiële paragraaf 2010
Hoe zag ons huishoudboekje eruit in 2010?
5.1
F
Algemeen
Voor de sturing en beheersing van de beschikbare middelen stelt de Stichting St. Josephscholen jaarlijks een begroting samen. Deze begroting wordt per organisatie onderdeel – scholen, bovenschools, gebouwen en het bestuursbureau – gemaakt. In 2010 is een eerste aanzet gedaan om te komen tot een planning & control cyclus. Na ieder kwartaal hebben de schooldirecties, de algemeen directeur en het bestuur een exploitatie overzicht gekregen. Na de tweede kwartaalrapportage is hieraan voor het bestuur een Last Estimate toegevoegd. De derde kwartaalrapportage is tevens gebruikt als input om met name het kostenniveau van de begroting van het volgende verslagjaar vast te stellen. De verantwoording van het gerealiseerde beleid en de ingezette middelen vindt plaats in het jaarverslag en de analyse van de jaarrekening. Exploitatierekening 2010 Totaal x € 1.000 Realisatie 2010
Begroting 2010
Realisatie 2009
Baten Rijksbijdrage OC en W Overige overheidsbijdragen – en subsidies Overige baten Totaal baten
17.547 2.093 1.175 20.815
17.769 2.356 434 20.559
17.588 2.503 520 20.611
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
16.315 895 1.388 1.239 19.837
16.231 833 1.238 1.289 19.591
16.123 813 1.599 1.290 19.825
Saldo baten en lasten
978
968
786
Financiële baten en lasten
-260
-361
-261
Resultaat
718
607
525
NB: In de jaarrekening 2010 is op grond van de gewijzigde verslaggevingsregels een stelselwijziging doorgevoerd. Op grond van de gewijzigde regelgeving dient met ingang van 2010 de voorziening BAPO vrij te vallen ten gunste van het Eigen Vermogen en dienen de BAPO kosten als periodelasten verwerkt te worden. Omwille van de vergelijkbaarheid van de jaarcijfers 2009 en 2010 zijn de vergelijkende cijfers over 2009 aangepast in de jaarrekening. Als gevolg van de stelselwijziging is het resultaat over 2009 € 162.295 hoger dan de vastgestelde jaarrekening 2009.
42
43
12
Jenaplanschool de Sterredans
Exploitatierekening 2010 Gebouwen x € 1.000 Baten Rijksbijdrage OC en W Overige overheidsbijdragen – en subsidies Overige baten Totaal baten
directeur: Johan Storm
‘…hoofd, hart en handen…’
leerlingen personeel
Realisatie 2009
366 1.400 100 1.866
316 1.383 77 1.776
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
33 444 477 76 1.030
40 424 430 54 948
65 424 588 94 1.171
De belangrijkste stappen in 2010
Saldo baten en lasten
1.024
918
605
Johan Storm: “De krimp van de afgelopen jaren had gevolgen voor de collega’s, voor de kinderen en hun ouders. Maar het is gelukt om met veel elan nieuwe plannen en ontwikkelingen als team in te zetten. Ik ben trots op mijn collega’s dat zij dit kunnen opbrengen. Ik zou als belangrijkste stappen willen noemen:
Financiële baten en lasten
-271
-360
-283
Resultaat
754
558
322
• Verdere uitwerking en implementatie van het stam groep/instructiemodel in midden- en bovenbouw. • Verdere implementatie van de taalmethode ‘Taal in beeld’. • De invoering van Engels (schoolbreed vanaf groep één) VVTO. • Inrichting brede school: voor-, tussen- en naschoolse opvang in ons gebouw. • Afronding nieuw rapportagesysteem, invoering observatiesysteem ‘Kijk’ in de onderbouw.”
aantal leerlingen 398 (2008) 340 (2009) 302 (2010)
aantal groepen 16 (2008) 14 (2009) 11 (2010)
groepsgrootte
CVI
24,9 (2008) 24,2 (2009) 27,5 (2010)
7 (2008) 5 (2009) 5 (2010)
aantal fte in 2010 20,66 (1 jan) 16,55 (31 dec)
aantal personen 36 29
waarvan op 31 dec 2010 24 vrouwen 25 OP 4 OOP
gem. leeftijd 44,75 jaar
44
Begroting 2010
293 1.645 116 2.054
De Sterredans is een Jenaplanschool met 302 leerlingen in de wijk Hunnerberg, Nijmegen Oost. Deze wijk bevindt zich op de rand van de stuwwal van Nijmegen. In de prehistorie en later, in de Romeinse tijd, was deze plek een belangrijk strategisch punt. De school is gevestigd in een markant gebouw uit omstreeks 1930.
De school vertelt over zichzelf: “Onze school wil vooral bekend staan als een goede en gezellige school, een plek waar kinderen zich goed voelen en bagage krijgen waarmee zij zich kunnen ontwikkelen tot evenwichtige en gelukkige personen. Wij vinden ieder mens uniek en willen de kinderen een gevoel van eigenwaarde en zelfrespect meegeven, wij willen hun eigenheid benadrukken. Leerlingen moeten trots zijn op zichzelf, op hun cultuur en levensbeschouwing. Wij willen ze daarbij helpen. Bij trots zijn op jezelf hoort respect hebben voor de ander. Wij besteden veel aandacht aan het creëren en in stand houden van een goede sfeer op school. Kinderen leren om elkaars eigenaardigheden te respecteren en te waarderen. Bij ons onderwijs hoort ook het zorgen voor de omgeving, voor de natuur. Wij leren de kinderen zorgvuldig om te gaan met hun eigen spulletjes, met die van anderen en met hun leefomgeving.”
Realisatie 2010
ZAT (2010) 5
ouder dan 51 7
LGF (2010) 7
BAPO in Wtf 0,6039
SO / SBO (2010) - (SO) 1 (SBO)
Exploitatierekening 2010 Exclusief Gebouwen (Onderwijskundig) x € 1.000 Realisatie Begroting 2010 2010 Baten Rijksbijdrage OC en W 17.254 17.403 Overige overheidsbijdragen – en subsidies 448 956 Overige baten 1.059 334 Totaal baten 18.761 18.693
Realisatie 2009 17.272 1.120 443 18.835
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
16.282 451 911 1.163 18.807
Saldo baten en lasten
-46
50
181
Financiële baten en lasten
10
-1
22
Resultaat
-36
16.191 409 808 1.235 18.643
49
16.058 389 1.011 1.196 18.654
203
45
5.2
Toelichting op de exploitatierekening
Om tot een juiste analyse van de exploitatierekening te komen is het belangrijk om de exploitatierekening te splitsen in een exploitatierekening SJS gebouwen en een exploitatierekening SJS exclusief gebouwen (het onderwijskundige deel). Sinds 2008 heeft de Gemeente Nijmegen de exploitatie en het beheer van de schoolgebouwen doorgedecentraliseerd naar de schoolbesturen. Dit betekent concreet dat SJS in 2008 een groot deel van de schoolgebouwen heeft gekocht van de Gemeente Nijmegen. Om dit te financieren is een hypothecaire lening aangegaan, waar jaarlijks op wordt afgelost. Van de gemeente Nijmegen ontvangt SJS voor deze gebouwen jaarlijks een zogenaamde doordecentralisatievergoeding om het onderhoud en het beheer te bekostigen. Zowel het bezit van deze gebouwen, als de bijbehorende lening zijn in een apart organisatie-onderdeel ondergebracht. De doordecentralisatievergoeding en de materiële vergoeding die door het Ministerie van OCW voor de instandhouding van de gebouwen jaarlijks wordt verstrekt wordt in de exploitatie van ditzelfde organisatieonderdeel verantwoord. Hiertegenover staan de kosten van onderhoud, afschrijving en de rente op de hypothecaire lening. Om te kunnen blijven investeren in nieuwe gebouwen of in groot onderhoud is het noodzakelijk dat dit organisatieonderdeel jaarlijks een positief resultaat behaalt. SJS Totaal heeft in 2010 een positief resultaat gerealiseerd van € 717.456. Ten opzichte van 2009, € 525.143 positief, is dit een aanzienlijke verbetering. Dit resultaat dient echter wel gerelativeerd te worden, aangezien het organisatie onderdeel Gebouwen een positief resultaat heeft gerealiseerd van € 753.871. Het onderwijskundige deel van de organisatie heeft een negatief resultaat behaald van € 36.415 tegenover € 202.784 positief in 2009 (na correctie). Het gerealiseerde resultaat van € 717.456 is € 109.725 hoger dan het begrote resultaat van € 607.731. Dit verschil wordt veroorzaakt door een incidentele bate door de verkoop van het terrein van het KindClusterGrootstal van € 365.455. Hiertegenover staat dat SJS voor één schoolgebouw ten onrechte de doordecentralisatievergoeding in 2008 en 2009 had ontvangen, waardoor er € 112.000 terugbetaald moest worden. In de begroting van 2010 is geen rekening gehouden met de kosten van het huren van tijdelijke huisvesting voor De Kleine Wereld van € 105.000, alsmede met de onderhoudskosten die met dit project gepaard gingen. Hierdoor is de overschrijding op onderhoudskosten € 23.000. De uitgaven voor energie waren € 40.000 hoger dan begroot. Doordat er meer geïnvesteerd is in digiborden en meubilair dan begroot, zijn de afschrijvingen ten opzichte van de begroting met € 63.000 overschreden. De financiële lasten waren € 100.000 lager dan begroot, doordat de nieuwbouw van het KindClusterGrootstal volledig met eigen middelen is gefinancierd, en niet met behulp van een hypothecaire lening, zoals begroot. Toelichting op de exploitatierekening SJS Gebouwen
In 2010 bleek SJS nog voor een gebouw ten onrechte de doordecentralisatievergoeding te hebben ontvangen, waardoor er € 112.000 terugbetaald moest worden over 2008 en 2009. Ook de betaalde huren voor vervangende huisvesting voor de Kleine Wereld drukten het resultaat. Toelichting op de exploitatierekening SJS exlusief gebouwen (Onderwijskundig) Dit organisatie onderdeel heeft, zoals eerder vermeld een negatief resultaat behaald van € 36.415. De baten waren in 2010 € 18.760.504 en dat was € 74.929 lager dan in 2009. De oorzaak van deze lagere baten moet gezocht worden in minder leerlingen en de stopzetting van de Bestuur en Management vergoeding per 1 augustus 2010. Positief is dat er meer ruimtes verhuurd worden aan externe organisaties waardoor de huurinkomsten zijn toegenomen. Met name in het schooljaar 2010/2011 lopen de personele inkomsten en uitgaven niet meer in de pas. Ook het starten met het verzorgen van Leonardo onderwijs in het schooljaar 2010/2011 heeft gezorgd voor kosten die in dit schooljaar nog niet door inkomsten vanuit het Ministerie gedekt zijn. De investeringen en de bijbehorende afschrijvingen zijn in 2010 flink gestegen. Het in het ICT plan beschreven beleid om alle scholen eind 2011 van digiborden te voorzien, heeft de investeringen in ICT aanzienlijk verhoogd. De afschrijvingskosten zijn gestegen naar € 193.000 ten opzichte van de € 141.000 in 2009. In de nieuwbouw van de Kleine Wereld is een forse investering in meubilair gedaan, waardoor de afschrijvingslasten op meubilair met 20% gestegen zijn. Alhoewel de huisvestingslasten € 100.000 lager zijn dan in 2009 zijn er nog steeds overschrijdingen ten opzichte van de begroting op energielasten en klein onderhoud. Een meevaller in de exploitatie moet gezocht worden in lagere uitgaven aan leer/hulpmiddelen. Balans SJS Totaal x € 1.000 ACTIVA Materiële vaste activa Vlottende activa Liquide middelen Totaal Activa
31 december 2010 9.590 1.421 2.253 13.264
31 december 2009 7.813 1.149 3.654 12.616
PASSIVA Eigen Vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal Passiva
31 december 2010 4.050 264 5.850 3.100 13.264
31 december 2009 3.332 302 6.067 2.914 12.616
NB: In de jaarrekening 2010 is op grond van de gewijzigde verslaggevingsregels een stelselwijziging doorgevoerd. Op grond van de gewijzigde regelgeving dient met ingang van 2010 de voorziening BAPO vrij te vallen ten gunste van het
Het resultaat op het organisatie onderdeel Gebouwen is € 753.871 tegenover € 322.359 in 2009. Het grote verschil ten opzichte van vorig jaar is met name veroorzaakt doordat in 2010 een deel van het terrein van De Kleine Wereld is verkocht aan de partners van het KindClusterGrootstal. Hierdoor is een incidentele bate ingeboekt van € 365.455. Ook waren er in 2009 tegenvallers door terugbetaling van de doordecentralisatievergoeding van 2008 aan de gemeente van twee gebouwen die niet door SJS gekocht waren, maar waarvoor wel een vergoeding was ontvangen.
46
Eigen Vermogen en dienen de BAPO kosten als periodelasten verwerkt te worden. Omwille van de vergelijkbaarheid van de jaarcijfers 2009 en 2010 zijn de vergelijkende cijfers over 2009 aangepast in de jaarrekening. Als gevolg van de stelselwijziging is het Eigen Vermogen met € 1.175.952 (te weten € 1.013.656 stand voorziening BAPO 31 december 2008 en € 162.295, dotatie voorziening BAPO 2009) toegenomen doordat de voorziening BAPO vrij is gevallen ten gunste van het eigen vermogen.
47
13
Daltonschool (i.o.) de Wieken
Balans SJS Gebouwen x € 1.000
directeur: Roger Visser
‘…veiligheid, geborgenheid, respect en verdraagzaamheid…’ Daltonschool i.o. de Wieken is een katholieke basisschool met 150 leerlingen, in de wijk Wolfskuil, een oude volkswijk in Nijmegen Oud-West die onlangs een grote renovatie heeft ondergaan. De school is een Daltonschool in oprichting en verwacht per mei 2013 van de Nederlandse Dalton Vereniging het officiële predicaat te verkrijgen.
De school vertelt over zichzelf: “Per 1 augustus 2010 zijn we officieel gestart met het zijn van een Daltonschool (in oprichting). We bevinden ons nu midden in het scholingstraject. We zijn erg enthousiast over dit onderwijsconcept. Het betekent rijk en gevarieerd Daltononderwijs bieden in een betekenisvolle omgeving. Aandacht geven aan cognitieve, sociale en creatieve vaardigheden, waarbij het leerproces een belangrijke rol speelt. Vaardigheden aanleren en het aangeleerde toepassen, dat is de tweetrapsraket waar we mee werken. We leren kinderen reflecteren op het eigen handelen en versterken zo een positief zelfbeeld. Belangrijke voorwaarden daarbij: een uitdagende leeromgeving en goede interactie tussen leerkracht en leerlingen. Een helder en effectief schoolbeleid en een goed contact met ouders zijn voor ons de basis waarbinnen een kind kan opgroeien tot een goede, zelfstandige persoonlijkheid! Kortom: De Wieken staat voor goed Daltononderwijs op maat in een veilig schoolklimaat!”
De belangrijkste stappen in 2010 Het personeel is uitgebreid met een leerkracht, het leerlingaantal groeit en de school beschikt sinds december 2010 over een eigen BSO. Roger Visser: “Ik ben bijzonder trots op mijn Bredeschoolteam, kinderen en ouders. Zij zijn samen in staat om duidelijk ja te zeggen tegen een vastomlijnd onderwijsconcept en voelen zich verantwoordelijk om zich dit onderwijsconcept eigen te maken.” • De transformatie van (Brede)basisschool naar Daltonschool i.o.: goed Daltononderwijs op maat in een veilig schoolklimaat. • De keuze voor en invoering van een nieuwe wereldoriëntatiemethode ‘Topondernemers’. • Het invoeren van het Schoolbreedlezen; 3x per week leest de gehele school tegelijkertijd. • Groene beoordeling door de onderwijsinspectie. • De doorontwikkeling van de Bredeschool.
ACTIVA Materiële vaste activa Vlottende activa Liquide middelen Totaal Activa
31 december 2010 7.700 - - 7.700
31 december 2009 6.278 655 6.933
PASSIVA Eigen Vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal Passiva
31 december 2010 1.403 - 5.850 447 7.700
31 december 2009 649 6.067 217 6.933
Balans SJS Exclusief Gebouwen (Onderwijskundig) x € 1.000 ACTIVA Materiële vaste activa Vlottende activa Liquide middelen Totaal Activa
31 december 2010 1.891 1.421 2.253 5.564
31 december 2009 1.535 494 3.654 5.683
PASSIVA Eigen Vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal Passiva
31 december 2010 2.647 264 - 2.653 5.564
31 december 2009 2.683 302 2.698 5.683
5.3
Toelichting op de balans
Ook hier moet een splitsing worden gemaakt tussen de balans van het organisatie onderdeel SJS gebouwen en SJS exclusief gebouwen (onderwijskundig).
personeel
leerlingen
Toelichting op de balans SJS gebouwen aantal leerlingen 166 (2008) 159 (2009) 150 (2010)
aantal groepen 9 (2008) 9 (2009) 8 (2010)
groepsgrootte
CVI
18,4 (2008) 17,6 (2009) 18,7 (2010)
1 (2008) 1 (2009) 3 (2010)
aantal fte in 2010 13,7 (1 jan) 14,15 (31 dec)
aantal personen 18 19
waarvan op 31 dec 2010 15 vrouwen 17 OP 2 OOP
gem. leeftijd 41,6 jaar
48
ZAT (2010) 25
LGF (2010) 3
ouder dan 51 6
BAPO in Wtf 0,4848
SO / SBO (2010) - (SO) 1 (SBO)
De materiële vaste activa bestaan uit de gebouwen en installaties. De investeringen waren in 2010 beduidend hoger dan de afschrijvingen, door de nieuwbouw van De Kleine Wereld. Ook is geïnvesteerd in nieuwe CV ketels om de energiekosten te verlagen. De investeringen in 2010 waren lager dan de begroting doordat een deel van de investeringen is doorgeschoven naar 2011 en doordat SJS een subsidie van de gemeente heeft ontvangen die in mindering is gebracht op de investeringen. Het eigen vermogen van het organisatie onderdeel SJS gebouwen is toegenomen met het resultaat.
49
Toelichting op de balans SJS exclusief gebouwen (Onderwijskundig) De materiële vaste activa, bestaande uit inventaris, meubilair, leermethoden en hardware, zijn in 2010 fors gestegen. De investeringen waren in 2010 beduidend hoger dan de afschrijvingen. Dit is met name het geval bij investeringen in hardware en meubilair. De totale investeringen in 2010 waren hoger dan begroot. Dit is voor een groot deel veroorzaakt door de investering in meubilair van de nieuwbouw van De Kleine Wereld. Hiervoor was € 140.000 begroot, terwijl er € 296.000 is uitgegeven. De liquide middelen zijn in 2010 fors afgenomen. Ook dit is veroorzaakt door de nieuwbouw van De Kleine Wereld. Doordat dit volledig uit eigen middelen is gefinancierd (er is geen hypothecaire lening afgesloten), is de liquiditeit afgenomen. Het eigen vermogen is toegenomen met het positieve resultaat. In 2010 is de voorziening die in het verleden gevormd is voor BAPO, toegevoegd aan het eigen vermogen vanwege de nieuwe richtlijn vanuit het ministerie. Desondanks is € 1.013.656 van het eigen vermogen nodig om de BAPO de komende jaren te bekostigen en is derhalve niet beschikbaar om eventuele tekorten af te dekken. Doordat van het overige eigen vermogen een groot deel nodig is om de activa te herfinancieren (€ 1.890.530) is de hoogte van het eigen vermogen eigenlijk € 259.170 negatief. Dit is een zorgelijke situatie, die door bezuinigingen de komende jaren verbeterd dient te worden. Treasurystatuut Alle overbodige liquide middelen zowel op korte als op lange termijn zijn middels het schatkistbankieren1 bij het ministerie van Financiën geparkeerd. Op de betaalrekening is saldoregulatie van toepassing.
5.4. Financiële kengetallen Met betrekking tot de solvabiliteit, liquiditeit, rentabiliteit, kapitalisatiefactor en het weerstands vermogen hanteert SJS onderstaande kengetallen. Omdat dit voor het organisatie onderdeel SJS gebouwen niet relevant is, zijn dit de kengetallen van SJS exclusief gebouwen. Kengetal 2010 2009 Solvabiliteit 21,95 % 23,66% Liquiditeit 1,38 1,54 Rentabiliteit -0,19% 1,08% Kapitalisatiefactor 70,70% 66,98% Weerstandsvermogen 14,11% 14,24%
Signaleringsgrens Commissie Don Ondergrens Bovengrens 20% n.v.t. 0,5 1,5 0% 5% 35% n.v.t. n.v.t. n.v.t.
1 Ministeries, sociale fondsen en baten-lastendiensten van het Rijk moeten verplicht schatkistbankieren. Bij schat-
Solvabiliteit: eigen vermogen en voorzieningen gedeeld door het totale vermogen. De solvabiliteit geeft de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen aan en verschaft dus inzicht in de financieringsopbouw. De solvabiliteit geeft ook aan in hoeverre de instelling op langere termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. De solvabiliteit van SJS geeft aan dat 21,95% van het totale vermogen uit eigen vermogen ofwel reserves en voorzieningen bestaat. Dat houdt in dat 78,05% van het totale vermogen met vreemd vermogen wordt gefinancierd. Hieruit kan worden geconcludeerd dat SJS een goede vermogenspositie heeft en dat SJS in staat is om aan haar verplichtingen op lange termijn te voldoen, ook zonder de Gebouwen. Liquiditeit: de verhouding tussen de vlottende activa (som van liquide middelen en vorderingen) en de kortlopende schulden. De liquiditeit geeft aan in hoeverre de instelling op korte termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. De liquiditeitsratio geeft aan dat 1,38 keer kan worden voldaan aan de uitstaande kortlopende schulden, bestaande uit kortlopende verplichtingen, nog te betalen posten en overlopende passiva. SJS had op 31 december 2010 de beschikking over € 2.252.917 aan liquide middelen en had daarnaast € 1.420.885 openstaan aan nog te ontvangen bedragen. Deze bedragen zijn binnen 1 jaar opeisbaar, waardoor kan worden voldaan aan de openstaande schulden die binnen 1 jaar voldaan moeten zijn, te weten € 2.653.472. Rentabiliteit: resultaat gedeeld door de totale baten inclusief rentebaten. De rentabiliteit geeft aan of er sprake is van een positief of negatief bedrijfsresultaat in relatie tot de totale baten, ofwel hoeveel procent van de totale opbrengsten is omgezet in het uiteindelijke resultaat. SJS Onderwijskundig heeft van de totale opbrengsten, te weten € 18.760.504 een negatief resultaat behaald van € 36.415. Dit houdt in dat er naast de inzet van elke euro die is ontvangen, 0,19% is ingeteerd op de reserves. In vergelijking met vorig jaar is de ratio afgenomen, hetgeen aangeeft dat in het jaar 2010 procentueel meer kosten zijn verantwoord dan in 2009. Kapitalisatiefactor: het balanstotaal gedeeld door de totale baten. Deze indicator helpt om te beoordelen in hoeverre onderwijsinstellingen hun kapitaal efficiënt benutten voor de vervulling van hun taken. Deze ratio geeft aan dat SJS ruim boven de signaleringsgrens van de Commissie Don zit. Weerstandsvermogen: het eigen vermogen uitgedrukt in een percentage van de totale baten. Het weerstandsvermogen drukt het vermogen uit om niet voorziene, tot de reguliere bedrijfsvoering behorende risico’s op te vangen. Het weerstandsvermogen van SJS is ten opzichte van 2009 0,13% afgenomen. Bij toepassing en verankering van de planning & control cyclus blijven altijd rest-risico’s achter. Voor het opvangen van de mogelijke financiële effecten hiervan heeft SJS voldoende weerstandsvermogen.
kistbankieren lopen de geldstromen via het Rijk. Voordeel van deze vorm van bankieren is dat deze instellingen tegen gunstige voorwaarden kunnen lenen of beleggen. Andere instellingen met een wettelijke taak kunnen onder voorwaarden meedoen.
50
51
5.5
Toekomstparagraaf
Begroting 2011 Totaal x € 1.000 Baten Rijksbijdrage OC en W Overige overheidsbijdragen – en subsidies Overige baten Totaal baten Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Resultaat
Begroting 2011
Realisatie 2010
Begroting 2010
17.133 2.247 425 19.804
17.547 2.093 1.195 20.815
17.769 2.356 434 20.559
15.620 979 1.362 1.255 19.216
16.315 895 1.388 1.239 19.837
16.231 833 1.238 1.289 19.591
588
978
968
-246
-260
-361
342
717
607
Begroting 2011 De begroting 2011 is opgesteld op basis van de gerealiseerde kosten van 2010 t/m het derde kwartaal. Voor de baten is gebruik gemaakt van reeds afgegeven beschikkingen en een inschatting op basis van het leerlingenaantal op 1 oktober 2010. Aangezien dit leerlingenaantal met 3744 lager ligt dan de 3821 leerlingen van 1 oktober 2009, zijn de baten lager. Ook het afschaffen van de groeiregeling op schoolniveau en de bijdrage voor Bestuur en Management heeft de baten aanzienlijk verlaagd. De begroting is in december 2010 door het bestuur vastgesteld. De begroting 2011 SJS exclusief gebouwen laat een negatief resultaat zien van € 126.000. Belangrijke oorzaken hiervan zijn de teruglopende baten, bij veelal gelijkblijvende kosten. In de maanden januari tot en met maart 2011 is een Taskforce bezuinigingen gestart met het maken van een plan om te komen tot bezuinigingen teneinde in 2015 weer een positief resultaat te behalen. Speerpunten in 2011 Voor 2011 is een belangrijk speerpunt de verder ontwikkeling van een planning & control cyclus. Met het in huis halen van de financiële administratie is een belangrijke stap gezet tot de verdere professionalisering van de financiële organisatie. Belangrijk hierbij is ook het maken van een heldere meerjarenbegroting en meerjaren investeringsbegroting. Om de liquiditeit van de organisatie constant in de gaten te houden wordt ook een liquiditeitsplanning opgenomen in de planning & control cyclus. Met het oog op de aanstaande bezuinigingen zal ook tijd worden geïnvesteerd in de Centrale inkoop van schoonmaak en leer/hulpmiddelen.
52