Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Speech A.V.B.S. 34ste Gentse Floraliën Zaterdag 17 april 2010 Geachte genodigden, Vrienden en vriendinnen siertelers & groenvoorzieners,
Ik ben blij én trots jullie hier, op de eerste dag van de Floraliën, te mogen toespreken. Trots, als inwoner van een randgemeente van Gent waar vandaag nog heel wat siertelers en boomkwekers actief zijn. Blij, omdat ik als minister van Leefmilieu en Natuur jullie kan feliciteren met de niet altijd eenvoudige weg naar duurzame sierteelt die jullie hebben afgelegd. Blij ook, omdat jullie interessante bondgenoten zijn voor de Vlaamse overheid. Maar daar kom ik straks op terug.
1
Laten we eerst chauvinistisch zijn. Ik wil jullie van harte gelukwensen met de erkenning door Europa van de ‘Gentse Azalea’ als Beschermde Geografische Aanduiding (BGA). Een internationale primeur, want de Gentse azalea is het eerste sierteeltproduct dat in Europa het BGA-label krijgt. Een schitterende beloning voor vier jaar sterk onderhandelen op Europees niveau met de Vlaamse overheid als partner. Een erkenning die Gent en omstreken (extra) op de wereldkaart zet, niet alleen in naam, maar ook en vooral in de uitzonderlijke kwaliteit, het resultaat van generaties opgebouwd vakmanschap en doorgedreven onderzoek naar nieuwe variëteiten. Vakmanschap dat we in tegenstelling tot andere sectoren, hier, in de bakermat van de azaleateelt, in het Gentse, hebben kunnen houden. Dat Duitsland, ondanks zijn verzet tegen de toekenning van het label, het onderspit moest delven, bewijst meer dan ooit dat Europa Gent als het wereldcentrum van de azaleateelt blijft beschouwen.
2
Jullie vakmanschap reikt trouwens verder dan de azaleateelt. Knap bijvoorbeeld is hoe bepaalde in Vlaanderen ontwikkelde in vitrotechnieken daarbuiten, zoals in Amerika, Brazilië, China, OostEuropa ja zelfs in Vietnam, zorgen voor miljoenen kleine plantjes die op hun beurt zowel lokaal als in Vlaanderen voort worden opgekweekt. Of hoe een kleine regio groot kan zijn in kleine plantjes die bij miljoenen de wereld rondreizen. Dat ook tijdens deze editie van de Floraliën heel wat Vlaamse siertelers en boomkwekers bekroond zijn met een gouden, zilveren of bronzen medaille voor nieuw ontwikkelde variëteiten toont aan dat jullie zeker niet van plan zijn op jullie lauweren te rusten.
Als minister van Leefmilieu stel ik overigens vast dat jullie succes zich niet alleen uit in internationale prijzen maar ook in een steeds duurzamer productiesysteem. Meer nog, de sierteeltsector vertolkt op verschillende vlakken een voorbeeldrol voor andere sectoren in land- en tuinbouw.
3
Lang voor men in andere sectoren bezig was met rationeler waterverbruik, waren jullie in diverse deelsectoren al aan het onderzoeken in hoeverre het waterverbruik kon worden verminderd en hoe kon worden overgeschakeld naar alternatieve waterbronnen voor het opgepompte grondwater. Verneveling, eb-envloedsystemen, druppelbevloeiing… : de meest ingenieuze systemen vonden (steeds meer) ingang bij de bedrijven. Hetzelfde verhaal voor energiebesparing: om de dure stookkosten te drukken, heeft men veel initiatieven op het vlak van kasconstructies, warmterecuperatie en teeltmaatregelen ontwikkeld. Initiatieven die later in andere sectoren zoals de groenteteelt hun weg vonden. Bij dit alles heeft het Proefcentrum voor Sierteelt in Destelbergen een belangrijke rol gespeeld. Onderzoek naar een steeds duurzamer sierteelt, heeft er altijd centraal gestaan. Ik hoop dat het PCS ook naar de toekomst zijn trekkersrol in (het streven naar) een steeds milieuvriendelijker sierteelt zal blijven opnemen.
4
Als minister van Leefmilieu moet ik de beleidslijnen uittekenen: de milieuvoorwaarden waarbinnen jullie je activiteiten ontplooien. Daarin moeten we streng maar rechtvaardig zijn. Daarom heb ik me de voorbije maanden ingezet om tot een correcte waterfactuur te komen voor de eigen waterwinners waartoe onder andere het overgrote gedeelte van de sierteeltbedrijven behoren. Ik kan u vertellen dat ik op 26 maart de Vlaamse Regering een rondzendbrief voor de watermaatschappijen heb voorgelegd. In deze rondzendbrief beschrijf ik duidelijk het toepassingsgebied voor het aanrekenen van een Gemeentelijke vergoeding voor eigen waterwinners. Concreet betekent dit dat sierteeltbedrijven met een eigen waterwinning, en geen vervuild bedrijfsafvalwater lozen in een riolering of gracht, daar niet voor belast kunnen worden. Op die manier passen we de wetgeving correct toe en dat betekent voor veel sierteeltbedrijven een flinke besparing op de waterfactuur.
Tenslotte, vrienden & vriendinnen siertelers en groenvoorzieners heb ik voor jullie ook een uitnodiging op zak. Want, zoals gezegd, zie ik 5
jullie als belangrijke bondgenoten. De Vlaams Regering heeft zich voorgenomen om tegen 2020 het verstedelijkte Vlaanderen om te vormen tot een ‘Groen stedengewest’. Een groen stedengewest waarbij elke Vlaming op maximaal 400 m van zijn woning van een stukje groene, open ruimte kan genieten. Een enorme uitdaging die ik als Vlaamse minister van Leefmilieu met veel enthousiasme heb aangenomen. Ik herinner u aan het Chinese spreekwoord: als je nog twee muntstukken hebt, koop je best met het ene een stuk brood en met het andere een bloem. Ik denk niet dat er iemand in de zaal daar niet mee akkoord kan gaan. Het Groen stedengewest heb ik via een aantal aandachtspunten in mijn beleidsnota verwerkt. Vooral de Randstedelijke gebieden krijgen prioriteit. Ik wil werk maken van (de realisatie van) een aantal stadsbossen: bijvoorbeeld de bossen van Gent en Deinze zijn al ver gevorderd. Ook voor Kortrijk liggen plannen op tafel en onder andere in Aalst en Antwerpen is de zoektocht naar geschikte terreinen voor stadsbossen volop aan de gang. 6
Ook met de verdere inrichting van de speciale beschermingszones Natura 2000 zal de uitbouw van een Groen stedengewest een forse stimulans krijgen.
Dames en heren, Ik ben er mij goed van bewust dat, vanwege de schaarse open ruimte in Vlaanderen, deze projecten in concurrentie kunnen komen met de land- en tuinbouw. Het is daarbij zeker niet de bedoeling de nog overblijvende toekomstgerichte bedrijven uit de stadsrand weg te jagen. Integendeel, we moeten er naar streven dat ze opgenomen worden in onze groene projecten en er versterkt uitkomen. Via landinrichtingsprojecten in randstedelijke gebieden willen we er voor zorgen dat de stedelingen per fiets of te voet sneller diverse groenpolen kunnen bereiken. Mooie voorbeelden zijn onder andere de Fietsgordel rond Brugge en de Fietsgordel in de rand rond Brussel. Uiteraard zal ook veel aandacht gaan naar de groenvoorziening in de stad.
7
Op dit vlak kijk ik zelf met veel belangstelling uit naar het Project ‘Groen licht in de stad’, het project van de tuinaanleggers en de boomverzorgers dat in samenwerking met de VLAM is opgezet in deze Floraliën (hal 2). Ik hoop er creatieve en vernieuwende ideeën te vinden die de stedelijke omgeving op een verrassend groene manier aangenamer kunnen maken. Die ook de stedeling de kans geven de jaarlijkse kringloop van de natuur als het ware voor zijn deur mee te maken.
De komende jaren dient zich voor ‘Vlaanderen, Groen stedengewest’ dus een hele reeks initiatieven en projecten aan die de Vlaamse sierteelt veel kansen bieden. Ik denk aan de bosboomkwekers voor de aanleg van de parkbossen, aan de boomkwekers om de recreatieve voorzieningen te omkaderen, maar ook aan de ontwerpers, landschapsplanners en tuinaanlegbedrijven. Daarnaast dienen zich ook voor de inrichting van bepaalde natuurgebieden mooie kansen aan.
8
Zoals ik vroeger al aangegeven heb, wil ik daarbij nagaan in welke mate we voorrang kunnen verlenen aan plantgoed uit eigen regio, zonder daarmee de Europese regelgeving te overtreden. En daarmee komen we terug bij de indrukwekkende bloemen- & plantenpracht die hier vandaag op ons wacht. Bij de 34ste editie van Floraliën 2010, waar de resultaten van jullie werk als van oudsher schitteren tussen de inzendingen uit de hele wereld. Waar de ‘Gentse Azalea’ voor het eerst zijn Europese adelbrieven kan voorleggen. Dames en heren, Moge deze Floraliën een nieuwe bijkomende impuls geven aan de sierteeltsector, één van de kleurige parels aan de Vlaamse kroon. Ik wens jullie een prachtige Floraliën 2010.
Joke Schauvliege Minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur
9