Verslag IPCICO-bijeenkomst 29 september 2010
Thema: Creatieve Industrie; hoe verleid je non-believers? Gastheer: Amersfoort Creatieve Stad; Tijd: 13:00 – 16:00 uur Aanwezig: Naam Arjan Rensma Brett Bannink Corien Rodenburg Doris Dekker Erik Uitenbogaard Erwin Bos Henk Penseel Irmgard Noordhoek Jan Poolen Karel Janssen Lucie Huiskens Marijn Brummelhuis Onno van der Veen Rembert Sierksma Roger ter Heide Sonja Scholten Tineke van Schaik Ton Willebrands Wim Kamminga Wim van der Plas Wim van Rooijen
Organisatie DSM / IPCICO Provincie Utrecht / C&E NRG Consult Cultuur-Ondernemen HKU Kenniscentrale CI Syntens / IPCICO Hogeschool Utrecht Gemeente Haarlem / Nieuwe energie op de creatieve as Zeep Architecten HS Zuyd / IPCICO Kunstenaars&CO / IPCICO Artika / IPCICO Zeeno Taskforce Innovation Utrecht Oliemolenkwartier Amersfoort Kreatieve Industrie Zwolle (KIZ) NHN- Ontwikkelingsbedrijf NoordHolland Noord Gemeente Amersfoort / EZ Gemeente Assen / stedelijke ontw. Hogeschool Utrecht Amersfoort Creatieve Stad
E-mail
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Korte omschrijving thema: Zoals elke stad heeft ook Amersfoort te kampen met ‘non-believers’ die vraagtekens hebben bij de toegevoegde waarde van de Creatieve Industrie voor de lokale economie. In deze IPCICO bijeenkomst staat centraal het zoeken naar mogelijkheden om meer ruimte te creëren om te werken aan innovatie: Nonbelievers verleiden - anders dan met rapporten, gebouwen en direct meetbare resultaten - en overtuigen van de waarde van de investering, met vertrouwen in het resultaat. 1
Programma: 12.30u Inloop 13.00u Opening door Lucie Huiskens, voorzitter IPCICO; 13.15u Inleiding project Amersfoort creatieve Stad, door Wim van Rooijen, Roger ter Heide en Jan Poolen (Zeep architecten) 14.00u Discussie ‘non-believers overtuigen of verleiden’; o.l.v. Corien Rodenburg, NRG Consult 15.30u Afronding 16.00u Sluiting met een drankje 1. Opening Lucie Huiskens Namens IPCICO heet voorzitter Lucie Huiskens alle aanwezigen hartelijk welkom. En memoreert nog even de doelstelling van IPCICO, een platform bieden aan ‘regionale ontwikkelaars van de creatieve industrie’, zodat er meer uitwisseling tot stand komt van kennis en ervaring op dat gebied. Zie www.ipcico.nl. IPCICO heeft ook een LinkedIN groep, dus meld je daarbij aan, voor verder contact en discussies. 2. Presentatie Wim van Rooijen, projectleider Creatieve Stad Amersfoort is een jonge gemeente, een snelle groeier (momenteel ca 150.000 inwoners) met een relatief groot aandeel ZZP-ers, een goede infrastructuur zowel fysiek als digitaal, in de top 5 van ‘verglaasde’ steden (glasvezel). De economische groei begint enigszins te stabiliseren, en de vraag is hoe de goede positie vastgehouden en verder uitgebouwd kan worden. Daarbij golden oorspronkelijk de volgende twee uitgangspunten: • De creatieve industrie is een interessante groeisector, dus daar richt men zich, waarbij overigens niet alleen naar de creatieve zakelijke dienstverlening, maar ook naar de kunst&cultuursector gekeken werd. Een van de speerpunten in het project Creatieve Stad is dan ook het verbeteren van netwerken, om ervoor te zorgen dat bij opdrachten vooral ook de Amersfoortse creatief gevonden wordt, en men niet naar elders uitwijkt. • Amersfoort heeft veel ruimte voor stedelijke herontwikkeling met o.m. veel oude industriële ruimtes die vrijkwamen en het oude NS-terrein. Vorig jaar is het project overgedragen aan de afdeling Economische Zaken van de gemeente Amersfoort en is er voor een grotere (bredere?) focus gekozen: • Creatief ondernemerschap (dus niet meer de autonome kunstenaar); • Niet meer alle disciplines ondersteunen, maar vooral startmotor zijn voor 1) gaming (jaarlijks festival Games in the City), 2) marketing&Design (jaarlijks congres i.s.m. LenthePublishers), 3) lokale journalistiek (communicatie bevorderen tussen overheid – bedrijven – burger/consument) en 4) het nieuwe werken (sociale innovatie). De issues dat Wim van Rooijen aan de orde wil stellen zijn: • Hoe ga je om met de weerstand tegen de gaclaimde relatie innovatie – creatieve industrie, waarbij andere sectoren bezwaar maken tegen publieke investeringen in de CI, 2
• Hoe bewijs je de toegevoegde waarde van CI voor de reguliere industrie? “Ondernemers stellen: meer asfalt werkt beter dan dienstenontwikkeling in breedband/nieuwe media”. Zo blijkt het lastig de Vereniging van Amersfoortse Bedrijven (VAB) betrokken te houden bij het project. En sommige gevallen willen ze wel meedoen mar zien ze het als ‘opdracht’ waar ze dus voor betaald willen worden, in plaats van een co-creatie traject waar ze zelf ook beter van worden. Het project stopt over 2 jaar. Daarom wordt er hard gewerkt om tot een duurzame verankering te komen. Uit de groep komen vergelijkbare problemen: zo zoekt Noord-Holland samenwerking met de Agri-business, maar die heeft dermate harde productietargets dat ze de toegevoegde waarde van CI, die meer op de lange termijn gericht is, niet ‘kunnen zien’. Dat is niet zo vreemd: de meeste grote bedrijven zijn de afgelopen decennia succesvol geweest met het optimaliseren van het bestaande (veelal product- en procesinnovatie). CI kan meer betekenen bij radicale innovaties, maar dat zijn ‘onzekerder trajecten’. 3. Presentatie Roger ter Heide, projectleider Oliemolenkwartier Dit project behelst het ontwikkelen van leerbedrijven, flexibele bedrijfsverzamelgebouwen en incubators met als kern de CI. Daarbij wordt vooral ook samenwerking, verbinding met het onderwijs (ROC, HU, e.d.) gezocht. Tevens wordt hier de eerder genoemde festivals/congressen georganiseerd. Een aantal knelpunten voor verdere ontwikkeling: - In de huidige setting is er weinig fysieke en financiële uitbreidingsruimte - Het benutten van het gebied is lastig vanwege de tijdelijkheid van het project en tijdelijke toestemming voor gebruik van het gebied - Relatief lage verbondenheid met het onderwijs - Monitoring en spin off zijn lastig te realiseren - Projectontwikkelaars zijn gewend te werken met andere business modellen - Leningen bij de bank zijn lastig door weinig kapitaal bij zakelijke dienstverleners en tijdelijkheid van grondbenutting (zie ook onderstaand voorbeeld) - Beperkingen vanuit het bestemmingsplan: zo mag er bijvoorbeeld geen retail komen. Roger poneert de volgende stelling: Is de kwestie van believers/non-believers echt het probleem? Juist het indelen van mensen in groepen versterkt het probleem. Als je ze samenbrengt, met inbreng van en begrip voor elkaars businessmodellen kan tot nieuwe oplossingen leiden. Daarnaast heb je een aantal aanjagers nodig, events waarbij een breed publiek enthousiast wordt gemaakt (maar niet per se het event bezoeken) en sterke en brede samenwerking met partners. Bijvoorbeeld: het feit dat binnen het Oliemolenkwartier vooral tijdelijke ruimte wordt gecreëerd maakt dat er voor de bank geen interessante onderpanden beschikbaar zijn waarop ze zouden willen mee-investeren. En aangezien de CI doorgaans geen ‘300K-euro machinepark’ (nodig) heeft, maakt ook dat er geen onderpand voor investeringen in de creatieve zakelijke dienstverlening is, en dus ook geen financiering van hun plannen en ideeën. Daarom moet je andere partners 3
op voor hen belangrijke zaken aan je binden. Bijvoorbeeld B2B-CityMarketing; of partners die deel van de programmering van bijvoorbeeld zo’n games-festival op zich willen nemen, vanuit hun eigen belang, ambitie, en netwerk. De vraag van Roger ter Heide is dus hoe (anderen er in slagen) dergelijke verschillende businessmodellen bij elkaar te brengen. Er ontstaat (vanuit de Utrechtse deelnemers) enige discussie over de relatie van Games in the City en het Utrechtse Games festival. De vraag is of hier sprake is versnippering en concurrentie, of zijn ze juist aanvullend en versterken ze het gaming-karakter van Utrecht als provincie? Het lijkt op dat laatste met A’foort die zich op CI breed richt en dan vooral serious gaming (zoek daarbij aansluiting bij de Domstad Pabo die naar A’foort komt, is de tip uit de groep), en Utrecht op de gaming industrie zelf. 4. Presentatie Jan Poolen, over ontwikkeling Rohm&Haas fabriek In de presentatie van Jan Poolen komt niet alleen een goed beeld naar voren van wat het kost om een dergelijk project tot een zo mooi resultaat te brengen, maar maakt ook vooral duidelijk dat het belang van individuele belanghebbenden niet makkelijk overschat kan worden: om succes te boeken moet je zelf de fascinatie en drive hebben om linksom of rechtsom iedereen (ook de politiek, ambtenarij en de overige spelers, zoals de stichting voor industrieel erfgoed SIESTA) aan je doel en ambitie te verbinden. Dat kan alleen als je zelf enthousiast bent, weet wat je wilt, dat goed kunt duidelijk maken en visualiseren; kortom, anderen mee enthousiast krijgt. En dan gaat het werken, en is iedereen uiteindelijk blij met het resultaat. En dat alles gaat niet vanzelf. Ook niet binnen de creatieve sector. Zo bleken er grote verschillen in belang en inzicht bij de (autonome) kunstenaars en de ‘creatieve zakelljke dienstverleners’ die betrokken waren bij het project; door inzet van uiteindelijk de wethouder zijn ze toch bij elkaar gehouden. Kortom: persoonlijke inzet en belang gekoppeld aan een publieke ambitie (stedelijke ontwikkeling vs. behoud erfgoed) kan een enorm sterke motor zijn. Sterker nog, door de aanzuigende werking van dit gerestaureerde erfgoed komt er meer ruimte voor permanente nieuwbouw voor creatieve ondernemers, hetgeen financieel wel aantrekkelijk is voor investeerders. Jammer is wel dat het gebied geen aantrekkingskracht lijkt te hebben op ‘reguliere ondernemers’; het blijven toch vooral creatieven. Probleem daarbij is ook dat het bestemmingsplan behoorlijk restrictief is, zo mag er geen retail komen. Dat is eigenlijk jammer want dat trekt ook ‘gewoon publiek’ hetgeen weer de aantrekkelijkheid voor gewone bedrijvigheid kan vergroten. Een deelnemer uit Maastricht komt met de waarschuwing dat wanneer het te exclusief CI-gerelateerd blijft, dus wanneer het geen relevantie heeft voor de bewoners van de stad, de levensvatbaarheid wordt bedreigd. In Maastricht is om die reden is een vergelijkbare wijk inmiddels doodgebloed.
4
5. Uitkomst discussieronde in grote lijnen • Verleiden van non-believers dient te gebeuren door mensen die zelf enthousiast en gedreven zijn, en er belang bij hebben. Je moet dus (private) initiatiefnemers koesteren en de ruimte geven. • Ook inzetten op het verbeteren/verruimen van randvoorwaarden (bijvoorbeeld bestemmingsplan aanpassen), onder meer om het belang voor andere doelgroepen (bewoners, bedrijven) meer aan te spreken, daardoor ontstaat er ook eerder een ‘buzz’ die op zichzelf al weer versterkend en verleidend werkt. • Citymarketing en de link met educatie, maar ook met bijvoorbeeld cultureel erfgoed zijn belangrijke succesfactoren. Die kunnen ook de autoriteiten leveren die wel overtuigend kunnen zijn naar andere mogelijke stakeholders. • Je moet heldere speerpunten kiezen, want dat brengt focus in een project, waardoor mensen zich er ook makkelijker in herkennen en aan verbinden. Dat kan ook betekenen dat je verschillende doelgroepen juist apart benadert (zoals bijvoorbeeld kunstenaars en creatieve zakelijke dienstverleners. Mogelijke insteek hierbij ook is de portfoliobenadering die in het bedrijfsleven veelal de innovatie-initiatieven stuurt (Arjan Rensma belooft paper hierover rond te mailen). • In het verlengde van speerpunten ligt ook de keuze voor thema’s: dus niet de CI bevorderen/ontwikkelen, maar ‘water’, ‘duurzaamheid’, ‘veiligheid’ ontwikkelen en daarbinnen de ruimte aan innovatie vanuit CI geven (vanuit opdrachtgeverschap-rol). • Belangrijk om CI-projecten in een lange termijn visie te plaatsen; daar moet ook de overheid zich op uitspreken. Zo kan het verstandig zijn om vanuit de overheid bijvoorbeeld in te zetten op glasvezel, wat de ruimte voor de ontwikkeling van nieuwe breedband-toepassingen creëert. Verleiden of overtuigen? Een korte oefening na de pauze leert in ieder geval dat ‘verleiden’ vraagt dat je gericht bent de ander, op wat die fijn vindt, en dat houdt dus eerder luisteren, vragen stellen, meebewegen en nog keuzes openlaten, dan ‘overtuigen’, wat vaak neer komt op zenden, argumenteren, opleggen van meningen. Goed om je dat te realiseren, vonden de deelnemers. Tijdens de gesprekken zijn diverse boeken genoemd die voor een of meerdere van de besproken punten relevant was, waaronder: • Plan B, John Thackara, Uitgeverij SUN (oorspronkelijke titel: In the Bubble) • Design Thinking, The design of Business, Roger Martin Algemeen wordt uitgesproken dat het een inspirerende en waardevolle middag was. Tot slot worden Wim van Rooijen, Roger ter Heide, en Jan Poolen van harte bedankt voor hun gastheerschap, de heerlijke lunch, interessante casus, en fantastische locatie (de ‘overlegverdieping’ van Zeep Architecten in het Rohm-Haas gebouw. We hopen dus iedereen weer te zien op de volgende IPCICO bijeenkomst van 24 november a.s. (Thema en gastheer volgen), maar noteer alvast de datum! 5
Bijlage
6