Stevige pijlers dragen verbeteringen In 2009 is het fundament dat Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant in 2008 legt, verder uitgebouwd. Een solide organisatie die de basis vormt voor het realiseren van onze strategische doelstellingen. Uiteindelijk moet dat meer tevreden cliënten opleveren.
Jaarbericht 2009
Onze missie Wij beschermen in hun ontwikkeling bedreigde kinderen en zorgen ervoor dat zij de juiste zorg krijgen.
Onze visie
Missie en visie
Wij komen in actie als er sprake is van ernstige en complexe opvoedings- en opgroeiproblemen bij kinderen en jongeren van 0 tot 18 jaar. In zo’n situatie nemen wij de bedreiging weg en regelen de juiste zorg. Daarmee positioneren wij ons nadrukkelijk in de tweede lijn. Wanneer hulp geboden kan worden door eerstelijns voorzieningen - zoals een Centrum voor Jeugd en Gezin- komen wij niet in beeld.
Raad van Toezicht in 2009 Anke van Blerck voorzitter Toon van Dijk vicevoorzitter Ruurd Jan Roorda Dorus Verster Mariska Wijnbelt Peter Langenbach vanaf 18-9-2009
Raad van Bestuur in 2009 Rita van Breugel
Meer aandacht voor cliënten “In 2009 hebben we verdere invulling gegeven aan onze doelstelling ‘de cliënt centraal’. Voor het eerst hebben we een groot onderzoek gedaan naar de tevredenheid van onze cliënten. De resultaten laten zien op welke punten we de dienstverlening moeten verbeteren. Maar ook op welke punten we het goed doen. Verderop in dit jaarbericht meer over de uitslag van het onderzoek. Over twee jaar vindt een nieuw onderzoek plaats, zodat we kunnen zien of de tevredenheid toeneemt. Heldere communicatie met cliënten en andere instellingen is van groot belang. Onze website en folders zijn daarom geheel vernieuwd, waarbij de Cliëntenraad en diverse cliën tenplatforms als klankbord fungeerden. Ook zijn we aan het bekijken hoe we onze bereikbaarheid kunnen verbeteren. Een werkgroep met betrokken medewerkers en leden van de Cliëntenraad, heeft een visie op cliëntenbeleid opgesteld. Daaruit zijn zes thema’s voortgekomen, waarmee we aan de slag gaan: professionaliteit, cliëntenfeedback, informatieverstrekking, inrichting van werkprocessen, afhandeling van klachten plus bezwaarschriften en tot slot, cultuur. Ook daarover in dit jaarverslag meer.
Al deze zaken uit onze verbeteragenda vormen pijlers van onze organisatie, waarmee we ons fundament verder verstevigen.” Rita van Breugel algemeen directeur Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant
Terugblik algemeen directeur
Tevreden medewerkers die hun werk met plezier doen, verhogen de kwaliteit van onze dienstverlening. Daarom zijn we ook gestart met het verbeteren van de voorzieningen voor het personeel, zoals het opleidingsbeleid en onze huisvesting. Een proef met ‘mobiel werken’ moet onder meer leiden tot meer tijdwinst voor de medewerkers. Tijd die ten goede komt aan onze cliënten.
Stevig fundament onder organisatie Een mega operatie om de organisatie weer gezond te maken. Zo kan ‘Operatie RESET’ worden getypeerd. En het herstel is krachtig. Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant staat er een stuk beter voor dan twee jaar geleden. Een samenvatting.
Operatie RESET
Het begin Onderzoeksbureau Boer & Croon licht in 2007 Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant door. De uitkomsten zijn niet mals. Op een aantal terreinen zijn de prestaties onder de maat. Zo is de kwaliteit van de dienstverlening onvoldoende, voldoen systemen niet, ontbreken unifor me werkprocessen, sturen managers te vrijblijvend aan en is er geen eenduidige strategie. Toch ligt niet alles aan de organisatie zelf. De omgeving verandert voortdurend en daarmee de eisen aan Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant. De directiewisselingen knagen aan de continuïteit binnen het bedrijf, de provincie stelt slechts beperkte middelen ter beschikking voor het primaire proces en er is geen geld om de interne organisatie aan te pakken. Bovendien is het aantal cliënten - Toegang, Jeugdbescherming en -reclassering plus het AMK - met vele procenten gestegen. De opbrengst Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant is - met financiële steun van de provincie Noord-Brabant - in 2008 en 2009 intensief aan de slag gegaan om de bedrijfsvoering op vijf punten te verbeteren. Deze ‘Operatie RESET’ heeft op vier van de vijf punten flinke winst geboekt. Er staat nu een heldere en gedragen visie plus een duidelijke strategie. Ook het intensiveren van de communicatie richting cliënten en andere organisaties staat goed op de rol. Net als het ontwikkelen van de managementcompetenties en een betere dienstverlening. Bovendien is het verbetertraject waarvoor Operatie RESET staat een continu proces. Op die manier is Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant ook beter in staat toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden. Overigens volgt de buitenwereld de operatie op de voet. De toekomst Naast alle positieve resultaten, moet er nog het nodige gebeuren, zoals de ontwikkeling, implementatie en borging van het HRM-beleid. En op het gebied van de primaire processen, waarvoor het project SLIM in het leven is geroepen. Natuurlijk zal ook de evaluatie van de Wet op de jeugdzorg nog een grote impact hebben.
Efficiënte organisatie, tevreden klanten “Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant ziet Operatie RESET als een organisatieontwikkelingtraject dat een continu proces inhoudt en een fundament voor een kwalitatief goede bedrijfsvoering legt. Met als uiteindelijk doel de kerntaken efficiënt uit te voeren en de cliënttevredenheid te vergroten.” Peter Nanning adjunct-directeur Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant
Kwaliteitsslag voor cliënt én medewerker Marja van Heel, vanaf 1 januari 2010 projectleider SLIM, blikt terug op SLIM, dat voor ‘Snel, Logisch, Integraal, Mensgericht’ staat. In maart 2009 klonk het startschot voor dit project. Doelstelling: zorg dat het belang van de cliënt in het werk van Bureau Jeugdzorg voorop staat, dat onnodige stappen verdwijnen en medewerkers hun werk efficiënt en met ruimte voor hun professionaliteit kunnen doen.
Project SLIM
Wat is waardevol? SLIM hanteert de BeLean-methodiek. Alle activiteiten in een organisatie moeten direct bijdragen aan iets dat waardevol is in de ogen van de cliënt, de medewerkers, organisatie en maatschappij. Marja: “De cliënten vinden het belangrijk dat zij hun verhaal maar één keer hoeven te vertellen en met minder hulpverleners en contactpersonen te maken krijgen. Verder willen zij hun indicatiebesluiten en andere documenten die zij van BJZ ontvangen sneller krijgen en beter kunnen begrijpen. Geen optimalisatie, maar herontwerp “Om echt cliëntvriendelijk te werken, moeten we de processen met het belang van de cliënt voorop ontwerpen”, zegt Marja.“We hebben alle stappen die iedere cliënt doorloopt op een rij gezet en in relatie met het uit te voeren werk gebracht. Hierbij zijn keuzes gemaakt om te zorgen dat de cliënt voortaan nog maar één keer zijn verhaal hoeft te vertellen en de medewerkers eenvoudiger en sneller tot besluitvorming kunnen komen. Niet bureaucratisch, maar klantvriendelijk SLIM heeft straks als resultaat dat de cliënt door onze medewerkers steeds beter, sneller en efficiënter geholpen kan worden, waarbij een medewerker steeds meer als contactpersoon fungeert, en er expertise ingeroepen en ingezet kan worden als dat in het belang van de cliënt nodig is.
Personeelsgegevens per 31 december 2009 Op 31 december 2008 had Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant 953* medewerkers in dienst en op 31 december 2009 waren dat er 1.074. Dat betekent een toename van 121. Afgerond komt dat neer op 915 fte. De toename vond plaats in het aantal medewerkers in het primair proces als gevolg van een toename van de productieactiviteit. Van de medewerkers werkte 38% fulltime en 62% parttime. De verdeling m/v is dat 21% man is en 79% vrouw. Bureau Jeugdzorg kent een relatief jong personeelsbestand. *Er zijn verschillen met het cijfer uit het jaarbericht 2008 door het gebruik van andere rapportagedefinities.
Aantal medewerkers
Vestiging
Personeelsgegevens
Roosendaal Breda Tilburg Den Bosch Oss Eindhoven Helmond Servicebureau Kindertelefoon
121 131 157 144 113 197 113 89 9
Totaal
Ziekteverzuim Norm jaarplan 2009
Gerealiseerd 2009
5,6%
5,5%
Norm jaarplan 2008
Gerealiseerd 2008
6,0%
5,7%
1.074
Leeftijdsopbouw personeel 19 2%
40 4%
333 35%
404 38%
221 23%
242 23%
243 25%
256 24%
100 10%
98 9%
37 4%
34 3%
2008 2009
2008 2009
2008 2009
2008 2009
2008 2009
2008 2009
<24
25-34
35-44
45-54
55-59
60>
Personeelsverloop Het personeelsverloop in 2009 was 10% en dat ligt ruim lager dan in 2008. In 2009 werden de resultaten bekend van een onderzoek dat in 2008 plaatsvond onder vertrekkende medewerkers. Daaruit bleek dat naast gebruikelijke redenen (een nieuwe uitdaging, vermindering reistijd of het ambiëren van een andere functie) er andere redenen zijn om Bureau Jeugdzorg te verlaten. Dat zijn bijvoorbeeld: onvoldoende duidelijkheid over strategische doelen en besluitvormingsprocessen, te weinig sturing en coaching door de leidinggevende, te weinig doorgroeimogelijkheden en een te grote nadruk op productie. Deze onderwerpen pakt Bureau Jeugdzorg op verschillende manieren op, zoals in het managementdevelopmentprogramma, strategisch oplei dingsbeleid, introductie- en inwerkprogramma’s.
Van P&O naar HRM Een optimale afstemming tussen ontplooiing en persoonlijke groei van de medewerkers in een prikkelende omgeving en het verwezenlijken van de organisatiedoelstellingen. Vrij vertaald is dat de doelstelling van het nieuwe HRM-beleid van Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant. In het strategisch beleidsplan van de organisatie (2008-2012) staat deze doelstelling beschreven. Met dat uitgangspunt is in 2008 een totaalplan HRM-beleid vastgesteld, intern bekend als ‘Van P&O naar HRM’. Daarin staat hoe de omslag in dienstverlening van de afdeling P&O vorm zal krijgen. In 2009 zijn de vervolgstappen gezet om het HRM-beleid verder te professionaliseren.
Scenarioplanning In 2009 hebben we ingespeeld op de groei van activiteiten in het primair proces met behulp van scenarioplanningen. Daarmee voorziet Bureau Jeugdzorg tijdig in de behoefte aan ingewerkt personeel en voorkomen we zoveel mogelijk het ontstaan van wachtlijsten. Een tijdelijke recruiter heeft de werving van personeel op zich genomen. Dat ging bijvoorbeeld in de vorm van speeddates. Integraal management In 2008 is een nieuw besturingsmodel volgens de principes van integraal management ingevoerd. Bureau Jeugdzorg legt verantwoordelijkheden en bevoegd heden voortaan zo laag mogelijk in de organisatie en stuurt resultaatgericht. In 2009 is de verdeling van verantwoordelijkheden en bevoegdheden vastgelegd in het bevoegdhedenregister, zodat elke manager weet waaraan hij of zij toe is.
Wordt vervolgd In 2009 is een Managementdevelopmentprogramma (MD-program ma) gestart. Het doel is om de com petenties van leidinggevenden van alle niveaus te vergroten, om hen beter in staat te stellen aan de veranderende eisen van de functie te kunnen voldoen. Daarnaast moet het MD-programma ertoe bijdragen dat het management op een lijn komt waar het gaat om de aansturing van de organisatie, de visie op de toekomst en de toepassing van de principes van integraal management. Dit programma wordt in 2010 nog met een enkele module vervolgd en vervolgens afgerond.
Personeelsbeleid
Winst ondanks tegenwind Het totaalplan ‘Van P&O naar HRM’ heeft in de uitvoering enige vertraging opgelopen. Desondanks is op een groot aantal gebieden winst geboekt. Het opleidingsbeleid is bijvoorbeeld meer afgestemd op de behoefte van de vestigingen. De nieuwe, intern ontwikkelde trainingen zijn daarvan het bewijs, zoals de trainingen in het kader van de Verbetering Indicatiestelling (VIB). Verder is het functieboek herschreven (vaststelling in 2010), is het handboek personele regelingen aangepast en zijn voorbereidingen getroffen voor de invoering van een adequate beoordeling- en ontwikkelingssystematiek in 2010. De introductiecursus voor nieuwe medewerkers onderging een verbeterslag en er is een begin gemaakt met de opzet van een arbo-zorgsysteem. Tot slot is ook een nieuwe wijze van verzuimbegeleiding (het ‘Persoonlijk verzuimoverleg’) als pilot gestart in de vestigingen Helmond en Tilburg. In 2010 wordt deze pilot geëvalueerd. Ondanks deze ‘winst’ is er in 2010 nog een behoorlijke kwaliteitsimpuls nodig om het HRM-beleid en de uitvoering op het gewenste niveau te brengen.
Medewerker centraal Een zwaardere stem bij de vestigingen plus meer aandacht voor medewerkers en communicatie tijdens Operatie RESET. De Ondernemingsraad vindt dat Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant medezeggenschap serieus neemt. De Ondernemingsraad is te spreken over de samenwerking met de bestuurder. Openheid en respect voor elkaar vormen de sleutelwoorden, al zijn er ook meningsverschillen en verschillende belangen. Desondanks kenmerkt het overleg zich door zakelijkheid. De Ondernemingsraad boekt in 2009 op een aantal terreinen winst. Dat geldt niet alleen voor haar adviesrol en speerpunt Operatie RESET, maar ook voor de onderwerpen ‘mobiel werken’ en de ‘Verlofregeling 2010’.
Ondernemingsraad
Veilige vestigingen De Ondernemingsraad heeft in 2009 ingestemd met het nieuwe ziekteverzuimbeleid en een van haar commissies is nauw betrokken geweest bij het verlengen van het contract met arbodienst Maetis. De leden hebben ook aangedrongen op meer aandacht voor veiligheid, met als resultaat een veiligheidscheck door de preventiemedewerkers op elke vestiging. Fitte medewerkers Een ander wapenfeit is het overleg met het hoofd P&O, dat nu vast op de kaart staat, en een betere versie van het opleidingsplan dat in 2010 verschijnt. Verder heeft de Ondernemingsraad verschillende beleidstukken (werving- en selectie en aangifte tegen medewerker) laten aanpassen. Tot slot: ook dankzij de OR kan elke medewerker voor een aantrekkelijk bedrag onbeperkt fitnessen bij Fit-Land. Betrokken bestuurder De Ondernemingsraad zit met haar klankbordgroepen op de verschillende vestigingen in elke vezel van de organisatie en houdt de achterban op de hoogte via de eigen ‘Nieuwsflits’. Tot slot wil de Ondernemingsraad het overleg met de vestigingsdirecteur meer structuur en status geven. Beide partijen hebben hier al over van gedachten gewisseld. In 2010 leidt dit tot een nieuw OR-reglement dat de taken, bevoegdheden en werkwijze vastlegt.
Bureaus Jeugdzorg nemen taak over van ministerie van Justitie Sommige jongeren hebben zulke ernstige gedragsproblemen dat ze een gevaar vormen voor zichzelf of voor anderen. Dan is het nodig om hen in een gesloten omgeving de zorg en behandeling te bieden die ze nodig hebben. Bij gebrek aan voldoende gesloten behandelplekken komen deze jongeren vaak in een Justitiële Jeugd Inrichting (JJI). Daar zitten ze samen met jongeren die een strafbaar feit pleegden. Vanaf 1 januari 2010 mag dat niet meer. Jongeren die nu volgens de kinderrechter gesloten jeugdzorg nodig hebben, zitten in aparte instellingen waar ze de juiste hulp krijgen. Bureaus Jeugdzorg voeren vanaf 1 januari 2010 de plaatsingscoördinatie voor gesloten jeugdzorg uit. Zij nemen deze taak over van het ministerie van Justitie en moeten regelen dat jongeren met een ‘machtiging uithuisplaatsing gesloten jeugdzorg’ in een instelling voor gesloten jeugdzorg terecht kunnen. De plaatsingscoördinatie vindt ook niet meer landelijk, maar in vijf regio’s plaats. Noord-Brabant vormt samen met Limburg en Zeeland de regio Zuid. Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant treedt als coördinator op. De regio Zuid koos voor het opzetten van twee punten: het Coördinatiepunt Zuid dat de Bureaus Jeugdzorg vertegenwoordigt en het Servicepunt Zuid waarin de zorgaanbieders zitten. Het gaat om vijf onafhankelijke instellingen voor gesloten jeugdzorg: Almata, BJ Brabant, Icarus, OGH en Tender. Met deze scheiding kiest de regio voor onafhankelijkheid. Het coördinatiepunt behandelt de aanmeldingen en kijkt of er voor een jongere een plek is die aan de voorwaarden voldoet. Het servicepunt regelt vervolgens de plaatsing.
Intensieve samenwerking rendeert Twee projectleiders ondersteunen het traject rond de gesloten jeugdzorg: Anne-Marijn de Wit vanuit de zorgaanbieders en Mirjam Schrover namens Bureau Jeugdzorg. Zij kijken terug op deze hectische periode. Anne-Marijn heeft de samenwerking als heel plezierig ervaren:“Het is een intensief traject geweest. Er lag een duidelijke opdracht en een duidelijke deadline. In november en december hebben wij bijna dagelijks contact gehad. Maar onder druk worden dingen vloeibaar, waardoor de besluitvorming ook snel gaat.” Ook Mirjam prijst de samenwerking: “De bereidheid om er gezamenlijk uit te komen was heel groot. Iedereen zette alles op alles om ervoor te zorgen dat die jongeren goed terecht zouden komen. De prima samenwerking zorgde ervoor dat half december alle jongeren op een goede plek zaten.” Financiële krapte Naast een goede plaatsing voor de jongeren, waren de projectleiders ook verantwoordelijk voor operationele zaken, zoals huisvesting, en voor de convenanten die de samenwerking vastleggen. De grootste hobbel waren de financiën. “We hebben alles voor een appel en een ei moeten regelen. Er was vanuit het ministerie een klein potje geld, dat we over twee punten (het coördinatie- en het servicepunt) moesten verdelen. Ook die hobbel is genomen.” Tevreden concludeert Anne-Marijn: “Uiteindelijk kan ik zeggen dat de regio Zuid koploper was bij deze ontwikkelingen.”
Gesloten jeugdzorg
De vernieuwde plaatsingscoördinatie is een schakel in de keten. Onzichtbaar voor de cliënt, maar met de nodige voordelen voor hem of haar. De jongeren verblijven zo dicht mogelijk bij huis en in elk geval binnen de regio Zuid. De reistijd bij (eventueel) verlof en voor bezoek is hierdoor kort. Een jongere uit Noord-Brabant wordt bijvoorbeeld niet meer in Groningen geplaatst. Bovendien kan een cliënt sneller terecht in een instelling voor gesloten jeugdzorg en komt hij of zij direct bij de eerste plaatsing op een plek die aansluit bij de problematiek.
‘Cliënt Centraal’ verovert vaste plek Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant werkte in 2009 hard aan adequaat cliëntenbeleid, dat wordt gedragen door de gehele organisatie. Het cliëntenbeleid geeft uitvoering aan de term ‘de cliënt staat centraal’ en aan de ontwikkeling en borging van cliëntenparticipatie. Met dat doel voor ogen is in 2009 het project Cliëntenbeleid uitgevoerd. Cliënten en medewerkers van Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant hebben er hard aan getrokken om de realisatie van het doel voor elkaar te krijgen. Projectleider Mirjam Schrover blikt terug op de behaalde resultaten. “In onze visie op cliëntenbeleid is nu een centrale plaats ingeruimd voor de cliënt. En we hebben een plan van aanpak gemaakt voor het cliënttevredenheidsonderzoek; ook een primeur voor de organisatie.”
Cliëntenbeleid
Cliënt als sparringpartner Er zijn ook stappen gezet om de aandacht en concrete uitwerking van het cliëntenbeleid structureel in te bedden. Bijvoorbeeld door het aantal uren van de beleidsmedewerker Cliëntenbeleid te verhogen en die tijd ook in te zetten voor ondersteuning aan de Cliëntenraad. “Verder vormen Cliëntenraad en cliëntenbeleid nu een vast onderdeel van het introductieprogramma voor nieuwe medewerkers”, vult Mirjam Schrover aan. “We onderzoeken nog de mogelijkheid cliënten in te zetten bij een training voor medewerkers. In 2010 voeren we een pilot uit en bekijken we of dat haalbaar is.” De beleidsmedewerker Cliëntenbeleid checkt ieder kwartaal of de gemaakte afspraken worden nagekomen om de borging van het cliëntenbeleid te verzekeren. “Want”, vindt Mirjam Schrover, “in de nabije toekomst moet het cliëntenbeleid in elke vezel van Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant zijn terug te vinden.”
Cliënten geven Bureau Jeugdzorg een ruime voldoende De mensen waar het echt om gaat, jongeren en ouders, zijn tevreden met de dienstverlening van Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant. Dat blijkt uit het cliënttevredenheidsonderzoek dat eind 2009 gehouden is. Een mooie opsteker, zeker in het licht van de vaak negatieve beeldvorming. Aan het onderzoek, uitgevoerd door MeTeQ Consult uit Zaltbommel, deden 1.068 jongeren en ouders mee van de afdelingen Toegang/GGZ, Jeugdreclassering en Jeugdbescherming. Zij beantwoordden vragen over indicatiestelling, contact, deskundigheid, verloop van de hulp, informatie, doel en resultaat. Jongeren positiever dan ouders Opvallend is dat jongeren hogere cijfers geven dan ouders. Het gemiddelde cijfer van jongeren is 7,1 en van ouders 6,7. Dat verschil is waarschijnlijk te verklaren uit het feit dat BJZ altijd het kind centraal stelt en soms beslissingen moet nemen tegen de wens van ouders in. Dat speelt in het bijzonder bij de jeugdbescherming, een vorm van hulp die de kinderrechter oplegt. Een (gezins)voogd komt vaak in situaties waar hij of zij beslissingen neemt waar ouders het niet mee eens zijn en uiteindelijk knopen doorhakt om de veiligheid van het kind te waarborgen.
Wat kan beter? Met de resultaten gaat Bureau Jeugdzorg in 2010 de dienstverlening beter afstemmen op de wensen van cliënten. Daarvoor wordt samen met de Cliëntenraad een plan van aanpak opgesteld. Resultaten per afdeling Score jongeren
Score ouders
GGZ Jeugdbescherming Jeugdreclassering Toegang
7,1 6,8 7,6 7,0
7,0 5,5 7,3 6,8
Gemiddeld cijfer
7,1
6,7
Werksoort
De Cliëntenraad van Bureau Jeugdzorg Noord- Brabant is ruim twee jaar actief. Vooral in 2009 is het aantal leden gegroeid. Een extra stimulans om bij te dragen aan het beleid van Bureau Jeugdzorg. Maar ook om allerlei activiteiten te ondernemen in het belang van álle cliënten. De Cliëntenraad heeft in 2009 een nog steviger positie verworven binnen Bureau Jeugdzorg. Het eigen jaarverslag 2009 van de raad vormt daarvan het bewijsstuk. Een korte weergave uit die verantwoording. Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant neemt de Cliëntenraad serieus en dat leidt tot instemming bij de raad. Die toont zich in haar jaarverslag bijvoorbeeld tevreden met het project Cliëntenbeleid. Dat moet een aanzet geven om het uitgangspunt ‘de cliënt centraal stellen’ in activiteiten te vertalen. Verder vindt de Cliëntenraad het gepast dat het cliënttevredenheidsonderzoek is gehouden. Al plaatst ze wel vraagtekens bij de respons en vraagt ze zich af hoe representatief de uitkomsten zijn.
Gering verloop binnen Cliëntenraad Er zijn meer kritiekpunten. De Cliëntenraad heeft bijvoorbeeld de indruk dat de beantwoording van haar vragen niet altijd binnen de afgesproken termijnen plaatsvindt. In 2010 zal de Cliëntenraad daarom de termijnen registreren, zodat hierover eind 2010 meer duidelijkheid bestaat. Verder is de raad zelf niet tevreden over het geringe contact met haar achterban. In overleg met de bestuurder zal daaraan in 2010 de nodige aandacht worden gegeven.
Cliëntenbeleid
Cliëntenraad geeft rol steeds meer vorm
Website en brochures vernieuwd Up-to-date en prettig leesbare brochures én een complete, aantrekkelijke en toegankelijke website zijn noodzakelijke communicatiemiddelen. Daarmee informeert Bureau Jeugdzorg de cliënt en de professionals wat de organisatie voor hem of haar kan betekenen. In 2008 constateert Bureau Jeugdzorg dat de brochures en website niet meer voldoen aan de eisen. Bovendien ontbreken over bepaalde onderwerpen brochures, zoals een wegwijzer voor de AWBZ voor cliënten.
Communicatie
Afgestemd op de gebruiker Bij de ontwikkeling van de nieuwe brochures en website zijn de toekomstige gebruikers betrokken. Leden van de Cliëntenraad, de Participatiewerkplaats Jeugd, Balans (belangenvereniging van ouders met kinderen met een ontwikkelingsstoornis) en medewerkers van de provincie en de zorgaanbieders adviseren over vorm en inhoud. Voor de werksoorten Toegang, GGZ, Jeugdbescherming en Jeugdreclassering zijn er nu brochures voor ouders en voor jongeren. Daarnaast zijn er brochures gemaakt over een aantal algemene onderwerpen, zoals Rechten en privacy, Klachten- en bezwaarregeling en de Cliëntenraad. In totaal gaat het om 25 brochures. Voor mensen die belangstelling hebben om bij de organisatie te werken is er een brochure over werken bij Bureau Jeugdzorg: ‘Werk dat er echt toe doet’. Voor het management van ketenpartners is de corporate brochure ‘Stevig fundament voor jeugd zorg’. De nieuwe website is in augustus 2009 in de lucht gegaan. De website kent een indeling in drie groepen: jongeren, ouders & verzorgers en ver wijzers.
Volop aandacht voor jeugdzorg in de media Netwerk en NOVA, de Volkskrant en Omroep Brabant. Dat is nog maar een greep uit de vele media, die Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant in 2009 in de schijnwerpers zetten. Een bewogen jaar rondom 4 thema’s. Nederland - België Actualiteitenprogramma Netwerk besteedt in maart aandacht aan cliënten van de jeugdbescherming die onder toezicht staan en naar België verhuizen om zich te onttrekken aan Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant. In de kolommen van het Eindhovens Dagblad komt een vervolgbericht. Wachtlijsten gezinsvoogdij NOVA zoomt in december 2009 in op een item dat in 2007 en 2008 actueel was. In die jaren voldoet Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant niet altijd aan de wettelijke eis om binnen vijf dagen na het uitspreken van een ondertoezichtstelling, een gezinsvoogd toe te wijzen.
Stichting Kind Naar aanleiding van zorgen om de kwaliteit van de hulpverlening, besluit - op initiatief van Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant - een aantal instellingen alle geplaatste kinderen bij stichting Kind in de gemeente Langenboom weg te halen. Diverse media - het ANP, de Volkskrant, Omroep Brabant en BN De Stem - besteden aandacht aan de zaak. Regeldruk Bureaucratie, regeldruk en wachtlijsten vormen de onderwerpen van diverse publicaties, onder meer in Jeugd en Co, re.Public en het Eindhovens Dagblad. Het mantelzorgcompliment is een voorbeeld van deze regeldruk. Cliënten met een indicatie voor AWBZ-zorg kunnen onder bepaalde voorwaarden hun mantelzorger een compliment (een bedrag van 250 euro) geven. De Sociale Verzekeringsbank keert het geld uit aan de hand van gegevens die Bureau Jeugdzorg aanlevert. Het mantelzorgcompliment bestaat sinds 2007 en Bureau Jeugdzorg heeft vanaf het begin aangegeven dat dit een administratieve taak is die niet tot ons werk behoort. Volgens ons kan het werkproces simpeler en cliëntvriendelijker. Om de cliënt hier niet de dupe van te laten zijn, werkt Bureau Jeugdzorg, onder protest, toch mee aan de uitvoering.
De uitzending van actualiteitenprogramma Netwerk over enkele gezinnen per jaar die Nederland verruilen voor België om onder een ondertoezichtstelling uit te komen, leidt zelfs tot vragen in de Tweede Kamer. Alle aandacht vormt de aanleiding voor overleg tussen Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant en het Comité voor Bijzondere Jeugdzorg in Vlaanderen voor uitwisseling en afstemming. De uitwisseling Over en weer hebben delegaties uit Nederland en Vlaanderen werkbezoeken afgelegd. Daaraan nemen ook de ambtelijke top van beide landen deel en medewerkers van een Brabantse (jeugd)zorgaanbieder en de provincie Noord-Brabant. De opdracht luidt: onderzoek de (culturele) verschillen in indicatiestelling tussen Nederland en Vlaanderen. Er vindt dossieronderzoek plaats om de verschillen in methodes in beide landen boven water te halen. Dat gebeurt door Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant en het Comité voor Bijzondere Jeugdzorg in Vlaanderen. Ook de hulpverleningsketens zijn in kaart gebracht. De conclusie Resultaat: er zitten geen wezenlijke verschillen in de wijze van hulpverlening, maar wel in het kader waarbinnen wordt gewerkt: gedwongen of vrijwillig. Vlaanderen legt meer de nadruk op de vrijwillige medewerking van ouders, terwijl Nederland eerder kiest voor ingrijpen in het ouderlijk gezag om de veiligheid van het kind te waarborgen. Het vervolg Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant en het Comité voor Bijzondere Jeugdzorg hebben inmiddels goede afspraken gemaakt om informatie over gezinnen die Nederland ontvluchten, uit te wisselen. Daardoor blijven kinderen die dat nodig hebben ‘in het zicht’ en kunnen zij over de grens de hulp blijven krijgen die ze nodig hebben. De landen vinden de uitwisseling zó interessant dat ze nu wegen zoeken de verschillen in aanpak op een wetenschappelijke manier te benaderen. De insteek: kijk naar de goede aspecten van beide methodes en leer zo van elkaar.
Nederland-België
Jeugdzorg verlegt grenzen
Gegevens cliënten Aantal afgegeven indicatiebesluiten per 31 december 2009
2009
2008
2007
Toegang GGZ Jeugdbescherming en Jeugdreclassering Overig
7.700 8.732 4.886 1.181
7.752 8.317 4.710 777
8.065 7.509 4.687 577
Totaal
22.499
21.556
20.838
<6 jaar
6-12 jaar
12-18 jaar
>18 jaar
Jeugdbescherming Jeugdreclassering Toegang/GGZ
17% 0% 12%
33% 0% 36%
48% 66% 47%
2% 34% 5%
Totaal
12%
32%
49%
7%
Jongens/meisjes
Jongens
Meisjes
Jeugdbescherming Jeugdreclassering Toegang/GGZ
53% 79% 66%
47% 21% 34%
Totaal
63%
37%
Productiecijfers
Leeftijd cliënten
Gemiddeld aantal cliënten Jeugdbescherming
Norm jaarplan
Gerealiseerd
2009
2009
2008
Ondertoezichtstelling Voogdij
2.923 864
2.771 866
2.714 806
Totaal
3.787
3.637
3.520
Gemiddeld aantal cliënten Jeugdreclassering (Dit betreft alleen de reguliere activiteiten)
Norm jaarplan
Gerealiseerd
2009
2009
2008
1.136
1.108
1.081
Ontvangen aantal
2009
2008
2007
Klachten Bezwaren
166 267
165 214
145 157
Een klacht indienen is mogelijk als een cliënt zich bijvoorbeeld onheus behandeld voelt door een medewerker van Bureau Jeugdzorg. Het aantal ingediende klachten bleef in 2009 in absolute zin vrijwel gelijk aan 2008. Het aantal cliënten steeg echter in 2009 sterk, dus in relatieve zin daalde het aantal klachten. Als een cliënt het niet eens is met een indicatie, dan kan hij of zij bezwaar maken. In 2009 nam het aantal ingediende bezwaren toe met 25%. Dit is niet alleen in absolute zin, maar ook relatief ten opzichte van het aantal afgegeven indicaties. Bijna 75% van de bezwaren heeft betrekking op de GGZ (AWBZ/PGB) en vond vooral plaats in het vierde kwartaal van 2009. De oorzaak hiervan is nog in onderzoek.
Kindertelefoon De Kindertelefoon, die in 2009 haar 30-jarig bestaan vierde, voerde in 2009 in totaal 52.344 gesprekken, waarvan 20.499 serieuze. Via de chat waren er 5.938 contacten en telefonisch 14.561. Met ingang van 2009 kunnen kinderen gratis mobiel bellen met de Kindertelefoon. Dat leidde tot een toename van het aantal contacten, maar ook tot een toename van het aantal niet-serieuze contacten. Als tijdens een contact met de Kindertelefoon blijkt dat een kind ernstige problemen heeft, stelt de vrijwilliger voor om een medewerker van de Spoedeisende zorg bij het gesprek te betrekken. Dat is in 2009 in een klein aantal gevallen gebeurd. De verwachting is dat dit aantal zal toenemen. Het merendeel van deze verwijzingen blijkt achteraf terecht.
Productiecijfers
Gegevens klacht en bezwaar
Advies- en Meldpunt Kindermishandeling
Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Gegevens Norm jaarplan Gerealiseerd 2009 2009
2008
2007
Onderzoeken na melding Consulten Adviezen
2.248 1.423 4.718
2.071 1.395 5.631
1.980 1.266 4.371
3.017 637 4.484
Totaal
8.389
9.097
7.617
8.138
Toelichting In 2009 is er 9.097 keer contact opgenomen met het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling in Noord-Brabant. Dat is een stijging van 19% ten opzichte van 2008 én ten opzichte van de begrote norm. Het aantal meldingen dat in onderzoek is genomen is minder dan verwacht, maar wel bijna 5% meer dan in 2008. De stijging van het totaal aantal contacten is vooral toe te schrijven aan het aantal gegeven adviezen aan personen of instellingen die beroepsmatig met kinderen te maken hebben. Dat betekent dat er in verhouding meer beroepskrachten zijn die zelf actie ondernemen naar aanleiding van een signaal van (vermoedelijke) kindermishandeling. In het bijzonder geldt dat voor beroepskrachten uit de ziekenhuizen en de collega’s van de andere sectoren van Bureau Jeugdzorg. Daardoor is het aantal onderzoeken relatief minder gestegen dan de verwachting.
Aard van de mishandeling* Onderzoek Affectieve verwaarlozing Getuige van huiselijk geweld Lichamelijke mishandeling Lichamelijke verwaarlozing Meisjesbesnijdenis Psychisch geweld Seksueel misbruik Pedagogische verwaarlozing Psychisch geweld Overige/anders Geen mishandeling Niet bevestigd * Gegevens op basis van melding bij aanvang
10% 18% 11% 7% 0% 12% 6% 23% 12% 13% 0% 0%
Consult
Advies
9% 7% 10% 5% 0% 7% 7% 16% 7% 38% 1% 0%
10% 12% 10% 5% 0% 10% 5% 22% 10% 22% 3% 0%
Resultatenrekening 2009
Realisatie
Begroting
Realisatie
2009
2009
2008
62.549.528
64.611.607
54.688.049 *
544.257
0
448.877 *
63.093.785
64.611.607
51.284.470
52.517.959
44.754.956 *
Huisvestingskosten
4.753.382
4.610.920
4.422.230
Apparaatskosten
4.986.062
6.143.630
3.903.497 *
Kosten jeugdigen
1.928.150
1.481.895
1.472.634
62.952.064
64.754.404
54.553.317
Saldo baten en lasten
141.721
-142.797
583.609
Financiële baten/financiële lasten
154.561
142.797
308.656 *
296.282
0
Inkomsten Subsidies Overige baten Totaal baten
55.136.926
Uitgaven Salaris- en personeelskosten
Totaal lasten
892.265
* De cijfers van 2008 zijn aangepast om die met de cijfers van 2009 te kunnen vergelijken.
Toelichting De resultatenrekening 2009 is ontleend aan de jaarrekening 2009 die, voorzien van een goedkeurende accountantsverklaring, ter inzage ligt bij Bureau Jeugd zorg Noord-Brabant. Net als in 2008 laat Bureau Jeugdzorg in 2009 een positief exploitatiesaldo zien. Het batig saldo wordt vooral veroorzaakt door het niet helemaal evenredig stijgen van de formatie ten opzichte van de groei van het activiteitenniveau. Het aantal cliënten dat Bureau Jeugdzorg feitelijk heeft geholpen, steeg in 2009 ten opzichte van 2008, maar de stijging was lager dan begroot. Het aantal cliënten (de subsidieopbrengsten) bepaalt grotendeels de uitgaven (salaris- en personeelskosten en kosten jeugdigen). De hoeveelheid geleverde jeugdzorg en uitgaven zijn nagenoeg in evenwicht; hier wordt dan ook nadrukkelijk op gestuurd.
Financiën
Saldo
Eén kind, één gezin, één plan “Een hecht en flexibel samenwerkingsverband van gespecialiseerde instellingen, die ieder vanuit hun eigen expertise de benodigde zorg verlenen, op basis van één integraal behandelplan.” De MOgroep - belangenorganisatie van onder meer de vijftien Bureaus Jeugdzorg - stelde samen met haar achterban een visie op voor integrale jeugdzorg. De aanleiding vormt de evaluatie van de Wet op de jeugdzorg die in 2010 plaatsvindt. Ook Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant onderschrijft deze visie.
Integrale jeugdzorg
Stelselherziening? Hulp aan jongeren en gezinnen moet een aaneensluitend traject zijn; één kind, één gezin, één plan. Dat vraagt om een nauwe samenwerking en afstemming tussen instanties uit de eerste lijn (bijvoorbeeld de Centra voor Jeugd en Gezin en schoolmaatschappelijk werk), de tweede lijn (zoals Bureau Jeugdzorg, speciaal onderwijs en jeugd-GGZ), justitie én organisaties op het gebied van wonen en arbeidsmarkt. Het huidige stelsel hoeft daarvoor volgens Bureau Jeugdzorg niet op de schop. Bureau Jeugdzorg voor moeilijkste doelgroep Bureau Jeugdzorg richt zich in deze visie voortaan op kinderen met ernstige opvoed- en opgroeiproblemen, zowel in het vrijwillige als gedwongen kader (jeugdbescherming en jeugdreclassering). Bureau Jeugdzorg richt zich daarbij op díe kinderen die meer vragen dan hun opvoeders (tijdelijk) aankunnen. Ook voor jongeren die in de criminaliteit belanden, blijft Bureau Jeugdzorg zich inspannen door hen de juiste zorg te garanderen en de noodzakelijke bescherming te bieden. Bureau Jeugdzorg vindt ook dat het indicatiebesluit moet worden afgeslankt: het beschrijft alleen de doelen voor het zorgaanbod waarop Bureau Jeugdzorg kan sturen. Dit moet gebeuren in samenhang met integraal zorgaanbod (jeugdzorg, jeugd LVG, jeugdGGZ). Verder gaat de huidige casemanager, gezinsvoogd of jeugdreclasseerder van Bureau Jeugdzorg ook zelf in het gezin hulp verlenen. Spoedeisende Zorg, de Kindertelefoon en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) blijven onderdeel van Bureau Jeugdzorg. Wel moet er een oplossing komen voor de overlap tussen AMK en de Raad voor de Kinderbescherming. Bureau Jeugdzorg vindt bovendien dat jonge én oudere kinderen met opvoed- of opgroeiproblemen recht op jeugdzorg hebben. Daarom moet de leeftijdsgrens komen te liggen op 23 jaar, met een uitloop naar 27 jaar.
Meer duidelijkheid voor cliënten
Door de komst van de Centra voor Jeugd en Gezin en de evaluatie van de Wet op de jeugdzorg, is het belangrijk dat wij intensief gaan nadenken over onze rol. Bureau Jeugdzorg zal in de toekomst steeds meer in de ‘tweede lijn’ opereren, terwijl het Centrum voor Jeugd en Gezin als eerste in beeld komt. Pas als dat geen goede hulp kan bieden, komt het gezin naar Bureau Jeugdzorg. Wij zullen in 2010 alle mogelijkheden aangrijpen om de toekomstvisie, die wij samen met de andere Bureaus Jeugdzorg ontwikkeld hebben, uit te dragen. De evaluatie van de Wet op de jeugdzorg leidt waarschijnlijk tot wetswijzigingen. Maar wat de precieze gevolgen voor Bureau Jeugdzorg zullen zijn, is nog onduidelijk. Door bezuinigingen zal er ook minder geld beschikbaar zijn. Dat alles betekent dat we nog duidelijker moeten vertellen waar Bureau Jeugdzorg voor staat en wat we wel en niet doen.”
Rita van Breugel algemeen directeur Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant
Vooruitblik Raad van Bestuur
“In 2009 vond de aftrap plaats van het project SLIM. Dat moet er voor zorgen dat kinderen en ouders sneller, efficiënter en beter geholpen worden. We doen dit door het opnieuw inrichten van onze werkprocessen. Die moeten Snel, Logisch, Integraal en Mensgericht in elkaar steken. Het is een groot en ingewikkeld project, waarin we in 2010 de eerste concrete stappen voor de praktijk willen zetten.
Colofon Teksten Marcel de Korte Eindredactie Team Communicatie Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant
[email protected] Fotografie Toin Damen: foto’s jongeren Hans Timmermans: foto’s Rita van Breugel Vormgeving (vlnr) communicatievormgeving, Tilburg Drukwerk DekoVerdivas, Tilburg www.jeugdzorg-nb.nl