JAARGANG 8
o n2 JUN 15
I N D I T NUM M ER
3 8 11 14
Stelling: Maatwerk is een uitdaging Gelukkig: Eerst bewoners, dan regels De roze loper uit Uitwisseling dr. Sarphatihuis en De kleine Johannes
< Voorpagina: Bewoner Ignatico (De Singel) met een vrijwiliiger tijdens Sensation White.
C O LOFON
Inhoud
Jaargang 8, nummer 2, juni 2015.
2
STA is een uitgave van Amsta en verschijnt vier
3
keer per jaar, in een oplage van 4000 exemplaren. STA is bestemd voor medewerkers, vrijwilligers
4
en externe relaties. Amsta biedt persoonlijke ondersteuning, wonen, zorg en welzijn aan ouderen in Amsterdam. Redactie Joke Bart, Elske Cazemier, Lia Edel, Ilse
7
den Hollander, Saskia Bakker, Susanne van Dijk, Jiska Stroes en m.m.v. Hans van der Lee
den) stukken is ter beoordeling aan de redactie.
11
Ontwerp, cartoon, illustraties Studio Zwaan en Helen van Vliet
12
Fotografie / Christian Jara Sepulveda en Susanne Blanchard (voorpagina)
13
Drukwerk / Drukkerij Peters Redactieadres / Amsta, afdeling Communicatie
14
Dr. Sarphatihuis, Roetersstraat 2, 1018 WC
T 020 - 535 20 23 E
[email protected] I www.amsta.nl
Nieuws van de redactie
Bewoner eerst, dan regels en procedures
10
Het bewerken, inkorten en plaatsen van (ingezon-
15 16
Zin in werk: ‘Op zoek naar de zonzijde’ Grens Nieuwmarktbuurt en Flesseman vervaagt
8
Adviseurs Petra van Dam, Relinde Weil
Amsterdam
Gezien in de media
6
Redactie -Eindredactie Sanne Hekman
De Stelling: Maatwerk soms uitdaging Cliënt aan het woord
5
mensen met een verstandelijke beperking en
Nieuws van de redactie
De frisse blik van Kim de Witte ’Homoseksueel niet terug de kast in’ In Beeld Kleinschaligheid toekomst in zorg
Column ‘Ik had een totaal verkeerd beeld van de zorg’ Prikbord
Een groot voordeel van werken in het dr. Sarphatihuis is het grote buitenterras. Als de zon ook maar een beetje schijnt, duiken mijn collega’s en ik het terras op tijdens de lunch. Uit de wind, aan het water terwijl de bootjes voorbij varen. Ik realiseer me hierdoor weer eens hoe typisch Amsterdams Amsta eigenlijk is. Met prachtige panden midden in de stad. In de gangen hoor ik regelmatig het Amsterdamse accent van bewoners en medewerkers. En Johnny Jordaan galmt iedere vrijdagmiddag uit de speakers in het Atrium. In deze STA proef je Amsterdam ook. Redacteur Hans was bij Flesseman om te zien welke rol deze locatie heeft in de bijzondere Nieuwmarktbuurt. Op pagina 11 vind je een artikel over de roze lopers. Amsta is hard op weg om de enige zorgorganisatie in Amsterdam te worden waarvan alle verpleeg- en verzorgingshuizen een roze loper hebben. Wat mij betreft iets om trots op te zijn: bij Amsta kan je zijn wie je bent! En wil jij de stad niet uit, maar heb je misschien best zin in een nieuwe uitdaging op werk gebied? Amsta opent weer een nieuwe, kleinschalige woonvoorziening. Dit biedt kansen voor medewerkers, dus lees hier meer over op pagina 13. De zomervakantie komt er weer aan. Ik wens iedereen alvast veel plezier op de camping in Frankrijk, op zonnige eilanden of verre oorden. Ga je niet op vakantie? Niet getreurd. Amsterdam heeft ook zo veel moois te bieden. Geniet ervan! / Sanne Hekman, communicatieadviseur
[email protected]
2
JUN15STA2
DE STELLING Over de zorg raken we nooit uitgediscussieerd. Doen we het goed met elkaar? Wat kan anders? Hoe ziet de zorg er in de toekomst uit? Discussies ontstaan in de media, maar ook op de werkvloer. We steken de rubriek in een nieuw jasje en brengen zo’n discussie eens van de werkvloer naar de STA. We vroegen een aantal medewerkers te reageren op de volgende stelling:
Maatwerk is een uitdaging Dat is zo! Niet waar!
Samen sterker ’Samen sterker’ is één van de thema’s in de visie die de Raad van Bestuur opstelde voor de komende jaren. Bewoners geven graag zelf sturing aan hun leven en nemen daar waar mogelijk de verantwoordelijkheid. Het verduidelijken van de hulpvraag is dan ook een essentiële start voor de relatie die wij opbouwen met de cliënt en diens naasten. Met onze ondersteuning sluiten wij aan bij de belevingswereld en de gewenste levensstijl van de cliënt. Daarom is ons werk altijd maatwerk.
Denise van Kampen Kwaliteitsverpleegkundige De Schutse Denise besprak de stelling met de vakgroep verpleegkundigen. “Bij Amsta beschermen we mensen die niet meer zelfstandig in de maatschappij functioneren. Daarbij horen zowel mensen die goed in staat zijn wensen en keuzes te uiten die voor hen passend zijn, als mensen die dat niet meer kunnen. Deze wensen en keuzes kunnen lijnrecht staan tegenover onze zorgplicht en missie om mensen veilig te ondersteunen. Zo kun je uit veiligheidsoverwegingen niet altijd op de wensen van bijvoorbeeld een psychotische of dementerende cliënt ingaan. Om ‘samen sterker’ te kunnen zijn, is het vooral van belang personen te benaderen, in plaats van beperkingen. En actief op zoek te gaan naar en ondersteuning te bieden aan de identiteit van onze cliënten, zoals we dat ook bieden aan hun beperkingen. Zo zorgen we dat ons antwoord op de hulpvraag, in alle domei-
nen van zorg, niet alleen aansluit bij de beperkingen van de cliënt, maar ook bij de cliënt zelf.”
Enny van Arkel Vrijwilligerscoördinator en activiteitenbegeleider Vondelstede “Ik vind het erg belangrijk om te voldoen aan de individuele wensen van de cliënt. Vondelstede richt zich op kunst, cultuur en klassieke muziek. Er wonen veel mensen die affiniteit hebben met enkele van deze pijlers. Daarom organiseer ik veel activiteiten die hiermee te maken hebben. Zo is er vaak een klassiek concert, wordt er wekelijks Franse conversatie aangeboden, gaan we regelmatig naar het museum en is er een actieve kunstcommissie van bewoners. Er zijn echter ook bewoners die het heerlijk vinden om naar Willy Alberti te luisteren en de polonaise te doen. Om deze bewoners ook tegemoet te komen, worden er voor hen ook andere activiteiten georganiseerd die hierop aansluiten. Soms is het lastig om tijdens een grote activiteit, zoals een dagje weg, iedereen tevreden te houden. De één wil een bustocht door Noord-Holland, de ander vindt dat veel te suf en wil liever een boottocht maken. Omdat ik binnen Vondelstede ook de vrijwilligers aanstuur, probeer ik dat samen met de vrijwilligers dan alsnog maatwerk te leveren. Ik vind het belangrijk dat iedereen zich thuis voelt binnen Vondelstede en dat bewoners deelnemen aan activiteiten die ze leuk vinden.” / Sanne Hekman
J UN15STA2
3
CLIËNT AAN HET WOORD Om drie minuten voor twee sta ik bij Sandra Aupers voor de deur. Ik bedenk nog net op tijd, dat ze het me de vorige keer kwalijk nam dat ik te vroeg was. Dus wacht ik nog drie minuten. Ze doet met een lach de deur open: ’Precies op tijd!’. In de kamer krijg ik een hand: ’Zo hoort het’. Ze heeft zich voorbereid op een interview. Wil ik misschien aan tafel zitten? Heb ik pen en papier bij me? En hoeveel vragen heb ik?
‘Niet te veel achter de computer zitten’ Sandra woont nu een jaar en vier maanden op de Polderweg. Dit jaar wordt ze vijftig: “Dan zie ik Sara. Die was getrouwd met Jacob. O, nee met Abraham. Van dat liedje: Vader Abraham had zeven zonen…” Ik zing het liedje voor haar verder…”en ze hadden veel verdriet”. “Nee”, zegt ze, “ze hadden veel plezier.” Ik zal me inderdaad wel vergissen. Sandra denkt snel. Ze heeft gevoel voor humor en ze kan spelen met de taal. Ze spreekt Duits, Engels en Frans. Zelf voel ik er toch niet zoveel voor om het interview in het Engels te doen. Maar zij begint meteen: “That’s the question, to be or not to be. Dat is van Shakespeare, van King Lear en Macbeth en zo.”
Mooi woord Soms bevalt het Sandra goed op de Polderweg, maar soms ook niet. Als ze alleen is voelt ze zich prettig, bezoek vindt ze druk. Elke vrijdag komt Thea langs van Creade voor dagbesteding. Sandra springt op om me haar kunstwerken te laten zien: een sieradendoosje, een prachtige schaal met bloemen en een mooie lentetekening. Ze laat ook een schilderij zien van het dorp, het dorp Oostzaan. “Daar liggen mijn roots”, zegt ze. “Mooi woord is dat, hè?” Toen ze 22 jaar was is ze daar weg gegaan. “Vraagt u ook wat mijn hobby’s zijn?”, wil ze weten. Ze vertelt dat ze graag leest. “Reisboeken, dan vlucht je even uit de wereld, dan ben je niet meer hier, maar daar…als het boek tenminste goed geschreven is.” Of Jip en Janneke, dan ben je weer kind. Alleen op de wereld, zo voel je je wel eens, en Verander de tijd. Dat is eigenlijk mijn titel.” Andere hobby’s van Sandra zijn: tekenen, schilderen, kleien en haken. Ze laat een poppenmutsje zien: “Het moest eigenlijk een das worden, maar het werd een muts.” Sandra ziet er mooi uit in haar blauwe jurkje op een witte broek en t-shirt. Hip, eigenlijk. Ik geef haar een compliment. Ze reageert: “Dat draag ik alleen als er iemand op bezoek komt. Op andere momenten ben ik maar een slonsje.”
In het heden leven Ze vindt het tijd worden om mij ook maar eens wat vragen te stellen, net als de vorige keer toen ik haar bezocht. Toen nam ze haar bijbel erbij om mijn bijbelkennis te toetsen. Nu stelt ze algemenere vragen: “U bent getrouwd. Dat mag als dominee?
4
JUN15STA2
“Reisboeken, dan vlucht je even uit de wereld, dan ben je niet meer hier maar daar...” Heeft u misdienaars? Heeft u een biechtstoel? U heeft geen communie gedaan?” Weer valt me op hoe snel de vrouw tegenover me kan denken. Ze legt het uit: “Ik heb een fotografisch geheugen. Ik denk vaak terug. Dat is lastig als je in het heden moet leven. Dan blijf ik daarin hangen, dat kan gecompliceerd zijn voor anderen.” Ze praat met haar handen, alsof ze aan het ordenen is. Even later houd ze haar hand weer wat verlegen voor haar mond. Ik vraag Sandra of ze nog iets te zeggen heeft tegen mensen die bij Amsta werken. Tenslotte is zij nu de cliënt die aan het woord komt: “Ja, dat gezelligheid belangrijk is. Dat ze niet altijd achter de computer zitten. En dat cliënten iets te zeggen hebben.” Ze geeft duidelijk aan, dat het gesprek daarna klaar is wat haar betreft. Ik bedank haar, omdat ik haar zoveel mocht vragen. Ze geeft me een stevige handdruk: “Mijn huis staat open.” / Elske Cazemier
@ De voortekenen van alzheimer onderzocht,
”
Amsterdamszorgblog.nl is een online platform voor iedereen die op de één of andere manier met zorgen voor elkaar te maken heeft. Samen vertellen bloggers het verhaal over zorgen voor elkaar in de regio
in De Volkskrant van 1 april:
gezien in de media
Amsterdam. Op 3 april stond daar dit leuke
#
verhaal van een gastblogger:
Blog: Vrijwilligerswerk leerzaam Aranka van Wesemael (18) wist al vroeg dat ze later graag geneeskunde wilde studeren. Om ervaring in de zorg aan haar CV toe te voegen, ging ze via de Vrijwilligers Centrale Amsterdam in het Dr. Sarphatihuis werken op een gesloten afdeling voor bewoners met Alzheimer en Korsakov. Aranka hielp bewoners, maakte vaak een praatje. Erg spannend in het begin. “Ik was wel vaker in contact geweest met dementerende mensen, maar nog nooit in dit verre stadium en met zo veel mensen in één keer. Dat maakte vooral in de eerste paar weken een enorme indruk op mij. Ik werd gelukkig goed begeleid. Ik heb meer geleerd van het vrijwilligerswerk dan ik ooit had gedacht.” Ze merkte dat bewoners genoten van het kletsen met haar en ze vond het bijzonder om - zonder vooropleiding - deel uit te maken van zorg en welzijn van de bewoners. Haar vrienden vonden het aanvankelijk verbazingwekkend dat ze vrijwilligerswerk deed, maar na wat uitleg vonden ze het wel interessant. “Ik heb veel mensen horen zeggen dat ze zoiets ook wel zouden willen doen.”
Stille kracht in Het Parool
’Nou’ en ‘dinges’ voorbode Het taalgebruik van Ronald Reagan verschraalde al tijdens zijn presidentschap op een manier die wetenschappers in verband brengen met de ontwikkeling van de ziekte van Alzheimer. Dat blijkt uit een analyse van de spontane antwoorden van Reagan op vragen van journalisten tijdens 46 persconferenties tussen 1981-1988. Reagans taalgebruik werd minder precies. Ook zijn woordenschat liep terug, terwijl het aantal stopwoordjes toenam. Pas in 1994, zes jaar na zijn presidentschap, kreeg Reagan de diagnose alzheimer. De studie in
Iedereen kent wel een stille kracht. Iemand
Journal of Alzheimer’s Disease levert niet
die zonder veel woorden en poeha heel
het bewijs dat de kwaliteit van de besluit-
veel betekent voor een organisatie. In Het
vorming erdoor werd aangetast.
Parool regelmatig aandacht voor zo’n stille
De onderzoekers wilden weten of de ach-
kracht. In april van dit jaar dook in deze
teruitgang van spreektaal een graadmeter
rubriek opeens een Amsta-collega op: Corry
is voor alzheimer. De voormalige president
van Montfoort.
bleek daarvoor de ideale figuur omdat hij de enige alzheimerpatiënt is van wie zoveel spontane teksten bewaard zijn gebleven, voorafgaand aan zijn diagnose. Reagan viel steeds vaker terug op dezelfde, simpele woorden en hij ging evenredig veel stopwoorden gebruiken als ‘in principe’, ‘eigenlijk’ en ‘nou’. Ook zei hij vaak ‘ding’, ‘zoiets’ en ‘iets’. Van geschreven taal was al bekend dat een teruggang in complexiteit verband kan houden met alzheimer. De romans van Iris Murdoch en Agatha Christie zijn daar voobeelden van. Murdoch overleed aan de ziekte, Christie had die vrijwel zeker ook onder de leden. De twee gingen steeds kortere zinnen gebruiken, met een steeds beperktere woordenschat en eenvoudiger grammaticale structuren. Directeur Philip Scheltens van het VUmc Alzheimercentrum is enthousiast over de studie. “Dit bevestigt dat aan de officiële diagnose alzheimer een lange fase vooraf gaat waarin mensen ondermeer dingen vergeten, minder goed plannen, moeilijk op woorden kunnen komen. Belangrijk, want we willen patiënten sneller helderheid te verschaffen of het alzheimer is of bijvoorbeeld een burn-out.” Ook Scheltens denkt niet dat alzheimer in een vroeg stadium de kwaliteit van de besluitvorming aantast. J UN15STA2
5
ZIN IN WERK In deze nieuwe rubriek vertellen medewerkers wat hun werk betekenisvol maakt en hoe ze hun bevlogenheid kwijt kunnen in hun werk. Wil jij ook in een interview vertellen waaruit jij je voldoening haalt? Stuur dan een mail naar de redactie:
[email protected]
Coördinerend wijkverpleegkundige Laurence Spierings:
‘Op zoek naar de zonzijde’
“Ik sta altijd open voor innovaties. Dit kenmerkt ook mijn loopbaan: het zoeken en toepassen van efficiency en verbetering in de zorg. En wat kunnen mensen zelf binnen hun mogelijkheden bereiken. Altijd ben ik op zoek naar hun drijfveren en talenten. Het is dan ook geen toeval dat ik nu als coördinerend verpleegkundige bij Amsta werkzaam ben. Met alle veranderingen in het zorgstelsel zit ik hier op mijn plek. We zijn een sterk team. Mensen die verantwoordelijkheid durven nemen en dragen. Als wijkverpleegkundige werk je alleen en moet je - wanneer de situatie daarom vraagt - durven handelen. Onderlinge afstemming in het team is belangrijk. Samen met elkaar staan we dicht bij de mensen, daar hou ik van en daar doe ik het voor. Mijn positieve kijk op de wereld neem ik mee naar mijn werk. Ik zie dat de transitie in de zorg ertoe bijdraagt dat mensen weer van hun eigen kracht bewust worden. Ook in de thuiszorg zijn veel mensen door het oude stelsel gehospitaliseerd geraakt. Mensen zijn het ontvangen van zorg als een recht gaan ervaren en werden mede daardoor onvoldoende uitgedaagd.
Waardigheid Laatst was ik bij een cliënt. In het zorgdossier stond dat er ondersteuning nodig was bij het wassen en het kleden. Ik vroeg haar toch wat zij zelf kon doen. Die vraag verbaasde haar. Al drie jaar lang kwam er iemand bij haar thuis om haar te wassen. Inmiddels doet ze het weer zelf en helpen we haar bij de dingen die ze niet meer kan. Dat draagt bij aan haar zelfstandigheid en zelfrespect. In feite is er maar beperkte tijd voor een cliënt. Maar het gaat erom hoe je die tijd invult. ‘Haast’ komt niet in mijn vocabulaire voor als ik bij een cliënt ben. Ik ben me er zeer goed van bewust
6
JUN15STA2
dat ik binnenkom in iemands privéatmosfeer en bij de begroeting geef ik altijd een hand. Dat doe ik ook privé, dus waarom niet bij cliënten? Het moment van contact maken en de wijze waarop vind ik heel belangrijk en waardevol.” Ik ben net bij meneer Van Wijk geweest, een erudiete man van bijna 104. Hij heeft alleen fysieke hulp nodig en is cognitief nog steeds erg sterk. Met hem heb ik discussies over de veranderingen in de zorg en andere actuele zaken. Laatst vroeg hij zich af wat mijn achternaam in het Frans betekent en ging hij het opzoeken in zijn bibliotheek. Hij had in geen 30 jaar een Frans woordenboek opengeslagen. Het woord ‘Spierings’ kon hij niet vinden, maar met een stralende glimlach besloot hij toen dat ‘Madame Poisson’ ook heel mooi klinkt, maar dan wel met dubbel ‘S’! Van die kleine dingen… daar kan ik van genieten. Als mensen hulpbehoevend zijn – zelfs al zijn ze erg in de war dan nog hebben ze drijfveren en talenten. Het is voor mij de uitdaging om daarachter te komen, want dan maak je écht contact. En als ik weer wegga, laat ik het liefst de mensen achter met een glimlach. Blijven zoeken naar de zonnige zijde van het bestaan en dat ene lichtpuntje van troost en begrip, dat is mijn opdracht.” / Jiska Stroes
Grens Nieuwmarktbuurt en Flesseman vervaagt Locatie Flesseman is een markante plek in de Nieuwmarktbuurt. In het verleden waren er nauwe en warme banden tussen de locatie en de directe omgeving. In de jaren zeventig werd de band minder hecht. Wijkbewoners, verenigd in Stadsdorp, proberen samen met het team en de bewoners van Flesseman het tij te keren. Een vierbaansweg, grote kantoorgebouwen, alle plannen om woningen te slopen in de hechte gemeenschap van de Nieuwmarktbuurt ketsen af, dankzij het gezamenlijk optreden van de buurt. Begin jaren zeventig kwam het metroplan en dat ging door, ondanks de krakersrellen. Het veranderde de sfeer compleet in de Nieuwmarktbuurt, die zich verraden voelde door het linkse Amsterdamse stadsbestuur. Tot in de jaren tachtig stond nog lange tijd op een blinde muur aan de Sint Antoniesbreestraat de tekst ‘Hoed je voor als links vermomde rechtsen. Mijd ze als pest, want ze zijn nog erger als de rest’. “Daarna kwam een moeilijke tijd voor de buurt, junks lagen overal, de spuit soms nog in de arm”, weet vertegenwoordigster Marij Wijffels van Stadsdorp Nieuwmarkt. “Nee, dat was niet best.” In de buurt gingen de deuren dicht. “Je moest wel, er anders kwam er van alles over de drempel.” Ook Flesseman moest zich op die manier wapenen. Toen de buurt werd opgeknapt, werden veel woningen gesplitst om voor meer woningen te zorgen. “Zo kwam er allerlei volk, dat geen begrip had voor het wankele evenwicht”, stelt Marij.
Banden met de buurt
theater, die de entertainmentopleiding van het Regionaal Opleidingscentrum jaarlijks houdt. Vrijwilligersorganisatie Gilde werkt daar ook aan mee.” Bianca: “Maar we willen verder. Punt is dat je minstens indicatie zorgzwaartepakket 4 moet hebben, wil je hier mogen wonen. Tegelijkertijd willen veel oudere Nieuwmarktbuurtbewoners zonder hele grote lichamelijke problemen graag naar Flesseman. Daarom denken we aan gespikkeld wonen, waarbij we zorg in de buurt leveren.” Kortom, wensen en plannen genoeg. Het management van Flesseman en de Stadsdorpers willen dat buurten in Flesseman weer gewoon wordt en beschikbaar is in de Nieuwmarktbuurt. / Hans van der Lee
“We hebben een rol: we willen er voor bewoners en buurtgenoten zijn”
De buurtgenoten willen die tendens nu stoppen en zelfs weer terug naar de warme gemeenschap van voor die tijd. Ze hebben daarom Stadsdorp Nieuwmarkt opgericht. “Nee, we zijn geen stichting of vereniging, dat schept alleen maar verplichtingen. We stimuleren elkaar actief te worden in de buurt.” De locatie Flesseman haakt daar graag bij aan, om de banden met de buurt weer aan te halen. Locatiemanager Bianca Istha: “Wij hebben een rol in de wijk en we willen er voor de bewoners en de buurtgenoten zijn.” De Stadsdorpers zijn bijvoorbeeld welkom om bijeenkomsten in Flesseman te houden, van taarten bakken tot voorlichting over zorgmogelijkheden in de wijk. Als Marij, Bianca en managementsecretaresse Dorine Diks bij elkaar zitten, schieten voorstellen en plannen over en weer over tafel. Van gezamenlijk koffiedrinken in het restaurant van Flesseman, het leveren van zorgadviezen aan ouderen tot Flesseman als noodvoorziening als buurtbewoners iets overkomt. Marij: “Laatst is er iemand gevallen, die moest ergens aan de andere kant van de stad revalideren. Het zou mooi zijn als dat hier kon. Of als ze zelfs Flesseman kan bellen als ze gevallen is.” Inmiddels lopen al enkele initiatieven. Dorine: “Flesseman is bijvoorbeeld de uitvalsbasis voor de stadswandelingen met
J UN15STA2
7
Simpelweg Gelukkig
Bewoner eerst, dan regels Andersom denken. Daar komt het bij ‘Simpelweg Gelukkig’ op neer. In plaats van denken volgens de vaste patronen via regels en procedures, eerst kijken naar wat de bewoner wil. Dat is eigenlijk ook het uitgangspunt voor de zorg binnen Amsta, dus in feite terug naar de bedoeling. ’Ja, alles, alles kan een mens gelukkig maken. Een zingende merel, de geur van de zee, Ja, alles, alles kan een mens gelukkig maken. De zon die doorbreekt, een vers kopje thee!’ René Froger zong het al met Het Goede Doel in 1989 en de kraker heeft nog niets aan kracht ingeboet. Soms is het helemaal niet zo ingewikkeld om iemand blij te maken, het cliché zegt niet voor niets dat geluk in kleine dingen zit.
Naar Ikea Neem bijvoorbeeld locatiemanager van Jan Bonga Lia Edel. Zij beleefde ook een geluksmoment, toen haar collega Anja Meijer van de afdeling Acacia tijdens de lunch vertelde hoe haar team en de bewoners genieten van de nieuwe keuken. Ze koken steeds vaker samen. “Gebakken eieren zijn favoriet bij het ontbijt. Als de warme maaltijd in de huiskamer bereid wordt, spitten met name de dames die op Acacia wonen, fanatiek de folders van de buurtwinkels door. Ze zijn op zoek naar groenten die in het seizoen en dus in de aanbieding zijn. Boodschappenlijstje maken, naar de winkel gaan, koken, lekker eten. Zo gewoon, zo belangrijk.” Locatiemanager Berthy Peter van De Poort heeft ook een voorbeeld: “Ik maakte een babbeltje met een collega van de Korsakovafdeling. Ze vertelt dat de aanstaande verhuizing naar de nieuwe afdeling op een prettige manier spannend is. En hoe bewoners en collega’s genoten van de avond in Ikea, waar s pullen voor de nieuwe woning zijn uitgezocht. Ondertussen denken ze samen na over een naam. Ik heb al mooie ideeën en variaties gehoord. Ook Fatma Ouikhlef, verpleegkundige Jan Bonga, geeft een praktisch voorbeeld dat bijdraagt aan het geluk van onze bewoners. “In het nieuwe rooster dat vanaf september in gaat, hebben we de meeste zakelijke besprekingen op dezelfde dag van de week ingepland. In plaats van op verschillende dagen. Hierdoor houden we meer tijd over om activiteiten met cliënten te ondernemen.” Ook dit alles is simpelweg gelukkig!
8
het hart van de organisatie en wat zij willen is het wezenlijke uitgangspunt voor Amsta. Rondom de bewoners is een complete leefwereld, medewerkers van de afdeling en het afdelingshoofd nemen beslissingen en werken samen met bijvoorbeeld een afdeling ICT, P&O of een facilitaire dienst om alles goed te laten verlopen. Daarbij zijn regels en procedures belangrijk, maar ze lijken soms belangrijker dan de vraag die gesteld wordt. Simpelweg Gelukkig bij Amsta is gestart omdat de kwaliteit van de verpleeghuiszorg in Amsterdam al enige tijd een zorg is van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), van de Gemeente Amsterdam en van het zorgkantoor en van de Inspectie. Ook bij Amsta zelf waren er zorgen en is er heel hard gewerkt om het beter te doen. Vier zorgorganisaties in Amsterdam krijgen daarom in 2015 en 2016 ondersteuning om de kwaliteit blijvend te verbeteren. Dat zijn Cordaan, Amstelring, ZGAO en Amsta. Deze ondersteuning is in de vorm van externe coaches van In voor Zorg, die hun sporen elders in het land verdiend hebben. Amsta is in januari gestart met een verbeterproces bij twee teams van elk van de verpleeghuizen Jan Bonga, de Poort en het dr. Sarphatihuis. Deze teams krijgen een begeleidingstraject van minimaal negen maanden. De verwachting is dat er daarna meer teams starten. Kern van de aanpak is dat met alle teams de visie op zorg en het cliëntproces wordt besproken. Daarbij wordt uitgegaan van het vertrouwen in de kennis, de kunde en de welwillendheid van de medewerker. / Joke Bart
Kernteam ‘Simpelweg Gelukkig’
Gelukkig van de keuze?
Lia Edel Locatiemanager Jan Bonga
Om iedereen binnen Amsta te helpen de klant weer voorop te zetten, is ‘Simpelweg Gelukkig’ gestart in de verpleeghuizen. Stilstaan bij de vraag: ‘wordt de klant gelukkig van de keuze die ik nu maak?’ is het belangrijkste stuk gereedschap. Daarmee wil Amsta terug naar de bedoeling. ’Simpelweg Gelukkig’ wil het hart van de organisatie weer centraal stellen. De bewoners zijn
Joke Jansen Schoonhoven Clustermanager ICT, Vastgoed, Financiën
JUN15STA2
Frank Moison Clustermanager HR, Beleid en Communicatie Berthy Peter Locatiemanager De Poort Vera van Voskuijlen Locatiemanager Dr. Sarphatihuis Loes Wiegand Coach In voor Zorg Rixt Jensma Procesbegeleider
en procedures
J UN15STA2
9
DE FRISSE BLIK
In ‘De Frisse Blik’ vragen we een nieuwe medewerker om met zijn of haar nog frisse blik naar onze organisatie te kijken: wat valt je op, wat gaat er anders dan je gewend was, wat is uniek aan Amsta? Deze keer met Km de Witte.
Feestbeest Kim de Witte Wie kent Kim niet? Regelmatig zien we haar op intranet of in de STA, als ze weer eens een enorm feest georganiseerd heeft voor de bewoners van Amsta Karaad. Waar doet ze het van, denk ik dan wel eens… Hoezo fris? Kim werkt al acht jaar bij Amsta. Ze is begonnen als personeelsmedewerker bij de Kleine Johannes en toen er en vacature kwam voor de functie coördinator recreatie heeft ze daarop gesolliciteerd. “Formeel heb ik deze functie nu nog steeds”, vertelt Kim, “maar de inhoud is langzaamaan gewijzigd. Ik ben vooral bezig met fondsenwerven en heb ook de opleiding Fondsenwerving post-HBO gedaan.” Bij wijze van pilot is Kim nu voor de periode van een jaar aangesteld als fondsenwerver voor heel Amsta. “In die zin heb ik dus inderdaad een frisse blik. Amsta Karaad ken ik van binnen en buiten, ik leef en adem de verhalen van onze bewoners en door die over te brengen krijg ik bedrijven en fondsen mee om te doneren of te sponseren. De ouderenzorg is nieuw voor mij en ik merk nu al dat dit echt anders is. Ouderen hebben een geschiedenis, een leven achter zich. Om daar activiteiten bij aan te laten sluiten heb ik meer informatie nodig.”
Oproep Om de ouderenzorg te leren kennen, doet Kim een oproep aan afdelingen en locaties om haar eens uit te nodigen. “Ik wil graag een dagje meelopen. De bewoners en hun achtergrond leren kennen, maar ook van de verzorgenden horen: wat zijn nu de pijnpunten, wat wil je graag organiseren? Daarbij kun je aan van alles denken. Aankleding van het gebouw bijvoorbeeld of een tuin opknappen. Misschien is er wel een BN-er in mijn netwerk die de ambassadeur wil worden van een doelgroep, zodat we zo geld of mankracht kunnen binnenhalen om kwaliteit van leven van bewoners te verhogen.”
Samenwerking Kim valt onder de afdeling communicatie en werkt nauw samen met de Vrienden van Amsta en de vrijwilligerscoördinatoren. Verder deelt ze haar netwerk graag met iedereen binnen Amsta én maakt ze graag gebruik van de netwerken van anderen. “Als je in vertrouwen deelt en niet van elkaar steelt, is één plus één drie en daar profiteren de bewoners weer van!” Daar is geen speld tussen te krijgen. Ik ga Kim dus snel eens uitnodigen! / Lia Edel
10
JUN15STA2
Homoseksualiteit: Amsta rolt Roze Loper uit
’Niet terug de kast in’ Amsta zet zich als organisatie in voor ‘roze’ ouderen. Dit gebeurt door vrolijke en informatieve activiteiten te organiseren, om openheid en acceptie te stimuleren bij bewoners, familie en medewerkers. De jaarlijkse Grey Pride is daarin een hoogtepunt. Vier Amsta-locaties hebben inmiddels een Roze Loper en vier locaties krijgen begin juli het certificaat voor homovriendelijkheid, de Roze Loper. Dit is een certificaat voor homovriendelijkheid. De Roze Loper wordt door het COC uitgereikt aan zorginstellingen of locaties die voldoen aan de Tolerantiescan. Met de Roze Lopers spreekt Amsta zich duidelijk uit voor roze ouderen. Maar wat is nou een Roze Loper en waarom is dit zo belangrijk?
Rene Goudsblom, geestelijk verzorger en initiatiefnemer Roze Amsta Ambassadeurschap “Roze ouderen zijn niet evenredig vertegenwoordigd onder onze cliënten. Bij Amsta moet je jezelf kunnen zijn en niet weer opnieuw de kast ingaan. Dat is wat nu nog wel gebeurt. Je bent niet verplicht om uit de kast te komen, maar Amsta moet ervoor zorgen dat je je veilig voelt om dat wel te kunnen doen. Amsterdam Gay Care komt als zorgorganisatie in contact met roze ouderen en stuit op schrijnende verhalen. Deze Roze ouderen vereenzamen en mijden zorginstellingen vanwege een gevoel van onveiligheid. Ik herken deze problemen en ze zijn voor mij een reden geweest om het Roze Amsta Ambassadeurschap te starten. Inmiddels zijn er 25 medewerkers, daar ben ik trots op! Alle ambassadeurs investeren hun tijd en de kwaliteiten die hen het beste liggen. Voor de een is dat het opzetten van activiteiten, voor de ander het uitdragen van beleid. Ambassadeurs zijn mensen die divers denken, werken en samenleven. Wanneer we binnen Amsta diverser denken en goed samenwerken, kunnen we de Roze Lopers afschaffen!”
,
Rob de Vries, bewoner Dr. Sarphatihuis Rob woont sinds een half jaar in het Dr. Sarphatihuis. Hij heeft er even moet wennen, maar heeft het nu enorm naar zijn zin. Op de vraag of een Roze Loper belangrijk is antwoordt Rob meteen: “Enorm! Ook in 2015 blijft het een taboe om homoseksueel te zijn. Mensen uit andere culturen hebben er vaak moeite mee.” Na een stilte vertelt Rob verder: ”in mijn jeugd was het ook al een taboe. Klasgenoten wilde niet met mij douchen na gym. Ik ben getreiterd en getergd op school. Het was een hele moeilijke periode. Het belemmert je leren dan ook op school.” Binnen Amsta wordt veel gedaan aan de homovriendelijkheid. Is een Roze Loper dan nog wel nodig?, vraag ik me hardop af bij Rob. “Jazeker, volgens mij moet er actief aan gewerkt worden, ook met de verzorging. Ik heb er alle begrip voor als ze er geen tijd voor hebben, maar we moeten het taboe doorbreken.” / Saskia Bakker
J UN15STA2
11
IN BEELD
‘Vissie pakken’ op de Nieuwmarkt Zo gewoon en soms zo lastig: even een portie vis halen op de Nieuwmarkt. Deze bewoonster kan gelukkig ‘een vissie pakken’ op de markt, samen met een medewerker. Geluk zit in kleine dingen.
12
JUN15STA2
Kleinschaligheid toekomst in zorg De manier van zorg verlenen in Nederland verandert. Mensen blijven langer thuis wonen, er is meer vraag naar klein schaligheid, de zorgvraag in verzorgings- en verpleeghuizen wordt steeds zwaarder. Dit betekent ook dat jouw werk verandert. Wat vind jij hiervan, denk je daar wel eens over na? Past het werk dat je doet nog voldoende bij je? Zijn er intern andere mogelijkheden die aan jouw wensen en behoeftes voldoen? In november opent Amsta een nieuwe locatie, Van ’t Hofflaan in Amsterdam Oost. Voor Amsta de negende kleinschalige woonvoorziening voor ouderen. Daar tegenover heeft Amsta locaties verpleeghuis Wittenberg en de woon- en zorgcentra Amsteldijk verlaten. En eind dit jaar volgt Ingenhouszhof. Het geeft aan dat het zorgaanbod in Nederland verandert. Er verdwijnen woon- en zorgcentra, omdat mensen langer thuis blijven wonen. En er is steeds meer vraag naar verpleeghuiszorg in kleine setting.
zelf aanspreekpunt voor de familie en je regelt ook de huishoudelijke taken. Past dit bij je, dan is werken in een kleinschalige woonvoorziening leuk en uitdagend!” / Sanne Hekman
Zelf de sfeer proeven Meryem Fatmi werkt in het dr. Sarphatihuis, maar wilde meer weten over het wonen en werken in een kleinschalige woonvoorziening. Ze nam de proef op de som en liep een dag mee in de Fagel, een kleinschalige woonlocatie van Amsta. Meryem: “Normaal werk ik in een team, op een afdeling met twintig bewoners. In De Fagel ben je alleen verantwoordelijk voor een groep van zes bewoners. Dat vraagt om zelfstandigheid en geduld. Ik vond de bewoners rustiger, er zijn minder prikkels. Ook is De Fagel huiselijker dan een groot verpleeghuis. Bewoners helpen met de was opvouwen, drogen de afwas af. Ze doen de taken die ze vroeger thuis ook deden. En ze bepalen zelf hoe laat ze opstaan. Het dagritme en de -invulling is dus anders dan in het dr. Sarphatihuis.”
Zelfstandigheid Binnen Amsta zijn er kansen genoeg om je te ontwikkelen. Bijvoorbeeld in je huidige functie, door het volgen van een opleiding. Maar ook een overstap naar een andere locatie kan zorgen voor een nieuwe uitdaging. René Flart is manager van Van ’t Hofflaan: “We hebben een heleboel vacatures te vervullen. In oktober opent de Van ’t Hofflaan en er is plek voor 66 bewoners met een verpleeghuiszorg indicatie. Ons doel is om hier teams neer te zetten van medewerkers die al bij Amsta werken. Zij kennen de organisatie en hebben de nodige ervaring.” Ook medewerkers die niet eerder in een kleinschalige locatie werkten zijn volgens Flart van harte uitgenodigd om te solliciteren. “Dingen die je niet kent of die anders zijn dan in je huidige werk, kun je leren door middel van scholing. Het belangrijkste is dat het je leuk lijkt om te werken in een kleine locatie. Dit vraagt om meer zelfstandigheid van medewerkers. Je krijgt de vrijheid om zelf een dagritme samen te stellen met bewoners. Je bent
Werken bij Van ’t Hofflaan? Ben je minimaal in het bezit van een diploma verzorgende IG, SPW of MZ4, aangevuld met een deelkwalificatie verpleegtechnisch handelen en medicatiedelen? Neem contact op met Coby van Soest of Anke Bezemer: (020)693 88 40 of via
[email protected]. Een dagje meelopen kan ook, zodat je de sfeer kunt proeven.
J UN15STA2
13
Column Samen werking en vertrouwen Samen met alle locatiemanagers en de Centrale Cliëntenraad voer ik morgen een discussie over mantelzorg en de inzet van vrijwilligers binnen Amsta. Hoe kunnen we de zorg echt samen bieden en laten we de regie bij onze bewoners en hun naasten? Durven we het echte gesprek aan? Of vinden we eigenlijk dat mantel zorgers en vrijwilligers naar ons - professionals - moeten luisteren, niet de zorg kunnen geven en te veel tijd vragen? Om hier verder mee te komen vraag ik me af of wij snappen hoe familie en vrijwilligers tegen ons aankijken. Privé stond ik dit weekend aan de andere kant. Samen met een groep vrijwilligers zeil ik met mensen met een verstandelijke of fysieke beperking van tussen de 7 en 70 jaar: ‘Sailability: Laat je handicap op de steiger’. Het zijn voormalig wedstrijdzeilers en amateurzeilers. Vrijwilligers zoals ik helpen ze - al dan niet met onze tillift uit de rolstoel in het speciale sailability bootje. In zon, regen en wind, ervaren ze de elementen en de vrijheid. Afgelopen zaterdag was Ans er, een ernstig beperkte vrouw. Wij vrijwilligers vonden het best spannend: was het wel verantwoord en veilig dat Ans met ons meeging? Maar de begeleider en Ans vertrouwden erop dat wij wisten wat we deden en waar onze grenzen lagen. Haar begeleider had wat ‘instructies’ gemaild en Ans vertelde verder waar we op moesten letten. Met dat vertrouwen gingen wij Ans niet teleurstellen, want die kwam om te zeilen! Nat, moe, pijn in haar lijf, maar ze heeft genoten en volgende keer komt ze weer. En wat gaf dit mij en de andere vrijwilligers een goed gevoel! Als vrijwilligers kregen wij het vertrouwen van de professional, met een zeer geslaagd resultaat. / Petra van Dam
14
JUN15STA2
Uitwisseling dr. Sarphatihuis en De kleine Johannes
’ Ik had een totaal verkeerd beeld van de zorg’ Amsta biedt binnen Amsterdam zowel verzorging en verpleging aan ouderen, als zorg aan verstandelijk beperkte cliënten. In het kader van ‘Wat weten we eigenlijk van elkaar?’ vond onlangs een uitwisseling plaats. Tanja Bruins, coördinerend verpleegkundige in het dr. Sarphatihuis, en Susanne van Dijk, begeleider bij De kleine Johannes, liepen een dagje met elkaar mee.
Op een dinsdagochtend meld ik me bij de receptie van het dr. Sarphatihuis. De receptionist pleegt een telefoontje en niet veel later word ik opgehaald door Tanja. Ik ben benieuwd naar de werkplek van Tanja. We nemen de lift naar de tweede etage, en lopen naar de somatische afdeling waar Tanja werkt. Op de afdeling wonen elf mensen met verschillende ziektebeelden. Psychiatrische klachten, niet aangeboren hersenletsel, of bijvoorbeeld MS. Het is spitsuur als we binnenkomen, de bewoners worden de woonkamer binnengereden. Het is er druk. Tanja vertelt dat het komt door een verbouwing, waar ze middenin zitten. Een van de woonkamers wordt verbouwd, waardoor er meer bewoners met elkaar aan de grote tafel zitten dan gebruikelijk is. Sommigen zitten helemaal nooit aan tafel, maar geven er de voorkeur aan op hun kamer te blijven.
Demonstreren Ik krijg een kop koffie aangeboden en raak meteen in gesprek. Ik krijg te horen dat het met de zorg op deze afdeling wel goed zit. Een bewoonster vertelt dat ze ten tijde van de onrust in het dr. Sarphatihuis is gaan demonstreren om de medewerkers een hart onder de riem te steken. “Als het nodig is, zou ik het zo weer doen” zegt ze erbij. Ze heeft het prima naar haar zin, toert in haar elektrische rolstoel het hele huis door en heeft vrienden op andere afdelingen. Soms speelt ze voor taxi en trekt ze een bewoner in een gewone rolstoel mee. Dat wil ik natuurlijk zien en ik krijg meteen een demonstratie. Helaas zijn niet alle geluiden positief, terloops laat een oudere, kwieke heer zich ontvallen dat hij nog nooit zo belabberd te eten heeft gekregen als hier.
Tanja heeft het ondertussen druk. De voedingsassistent is vandaag vrij, dus dat betekent dat er nog meer te doen is dan normaal. Ze deelt medicijnen in een fluorescerend geel hesje, begeleidt een stagiaire bij de wondverzorging, is druk op kantoor met regelzaken en leidt een gesprek met de arts en een mevrouw die pas op de afdeling is komen wonen in goede banen. Er wordt na goed overleg besloten dat mevrouw hier voorlopig blijft wonen en dat Tanja op zoek gaat naar iemand die de belangen van mevrouw kan behartigen.
Koffie met gele vla Ondertussen opper ik of het niet leuk is er met een aantal bewoners op uit te gaan. Dat voorstel wordt positief ontvangen. Zo gebeurt het dat we met een viertal bewoners de eendjes gaan voeren vanuit de grachtentuin. We zitten heerlijk in de zon, gooien brood in de gracht, lachen en praten met elkaar en doen een rondje koffie. Ik maak gelijk kennis met de koffiehit van dit moment in het Sarphatihuis: koffie met gele vla. Tanja wordt ondertussen weggeroepen, omdat ook op de afdeling van alles moet gebeuren. Wij blijven zitten, maken foto’s en nemen nog een bakkie. Er komt een vrijwilligster van de leesclub langs die ook aanschuift en de vriend van een van de bewoonsters die op een andere afdeling woont haakt aan. Kortom, het is goed toeven daar in de grachtentuin. Weer boven help ik nog even met het klaarmaken van de lunch. Terwijl ik gehurkt naast een rolstoel bij een mevrouw informeer wat ze graag op haar brood wil, hoor ik een andere bewoner zeggen: “Het komt wel echt uit haar hart, dat merk je aan alles.” Een mooier compliment kun je niet krijgen, volgens mij. Als iedereen voorzien is van een kopje soep, een boterham en iets te drinken, zit mijn meedraaiochtend erop. Ik neem afscheid van de lieve bewoners en beloof nog eens terug te komen. Er wordt mij door de dames van het eendjesvoeren verzekerd dat ik met open armen wordt ontvangen.
Links Sultan (bewoonster DkJ) met Tanja Bruins
Erg onrustig Een week later is het de beurt aan Tanja om bij mij op de Kleine Johannes te komen meekijken. Ik werk op een groep met elf volwassen bewoners met een matige tot ernstige verstandelijke beperking, met zeer uiteenlopende achtergronden. Het is een groep waar veel begeleid en veel verzorgd moet worden. Er komt regelmatig fysieke en verbale agressie voor. Op de groep is het de laatste tijd voor de bewoners onrustig. Een aantal vaste medewerkers is langere tijd uit de roulatie, waardoor er minder structuur kan worden geboden. Daarom nodig ik Tanja uit langs te komen op een ochtend als iedereen naar zijn werk is, om met mij en een bewoonster op pad te gaan. Daar heeft ze wel zin in, dus we hebben een deal. We beseffen dat het uniek is dat we met z’n tweeën mee kunnen gaan met één bewoner. Tanja wordt bij binnenkomst enthousiast begroet. Ze heeft me net verteld dat ze eerder in de gehandicaptenzorg gewerkt heeft, en dat is aan alles te zien. De bewoonster staat te popelen om met de tram te gaan, een van haar favoriete uitjes. We vertrekken meteen. We nemen lijn 1 naar het Osdorpplein.
Zorg zakelijker In de tram komen Tanja en ik tot de conclusie dat dit soort dingen, persoonlijke aandacht voor bewoners toch wel het leukste is aan ons werk. Tot de uitstaphalte praten we verder over de zorg die steeds zakelijker wordt, onze afkeer van de term klanten in plaats van bewoners, hoe je het netwerk meer zou kunnen betrekken bij de zorg, en het fanatieker werven van vrijwilligers. Op het plein aangekomen scoren we in no-time een nieuwe garderobe voor de bewoonster. Even passen, alles zit goed en staat leuk. Inpakken dus die handel. Ze is er heel erg blij mee, maar geeft aan toch wel toe te zijn aan een bak koffie. Met appeltaart. We gaan zitten bij de Hema, maken een leuke foto en vervolgen onze weg naar de speelgoedwinkel. Het moet echt een verwendag worden, dus we kopen nieuwe cd’s, nieuwe tekenspullen, nog meer kleding, bloemen voor in het haar en sluiten af met een uiterst voedzame maaltijd bij de McDonalds. Tanja doet het fantastisch, ze is lief, geduldig, vraagt de bewoonster naar haar mening, betrekt haar bij gesprekken, en duwt ondanks nekklachten zonder morren de rolstoel. We nemen de tram terug, stallen thuis aangekomen alle gekochte spullen uit op tafel, nemen een laatste bakje koffie en maken nog een fotoreportage. Als ik twee dagen later weer werk, straalt de bewoonster nog steeds. De bewoners van het dr. Sarphatihuis hebben m’n hart gestolen. Ik heb dan ook met Tanja afgesproken binnenkort eens op bezoek te komen, om een van de bewoners mee te nemen voor een ommetje. Ik had een beeld van de ouderenzorg dat totaal niet bleek te kloppen. De ouderenzorg is niet saai, integendeel. Er is altijd iets gaande, er wordt gelachen en de sfeer onderling is goed. Misschien wel meer dan in de gehandicaptenzorg is er altijd wel een bewoner om een goed gesprek mee te voeren. En laat nou net praten een van m’n grootste hobby’s zijn. / Susanne van Dijk
J UN15STA2
15
Rectificatie In de vorige STA stond een artikel over bewoners van Amsta die bij het Fietsendepot van Amsterdam werken. Er stonden verkeerde contactgegevens voor het aanmelden van cliënten. Hierbij de goede gegevens: aanmelden kan via Robin Gordijn, teammanager Specialistische Dagbesteding, Overtoom 1 en Schinkelhoek /
[email protected] / 06 – 13 28 22 66.
prik
bord
Yammer Heb jij al eens een kijkje genomen op de Amsta Yammer (www.yammer.com/ amsta.nl)? Een platform opgezet door medewerkers zelf. Dus jouw collega’s delen hier interessante nieuwtjes en artikelen. Ook vertellen veel medewerkers over projecten waarmee ze bezig zijn. Een ideale plek dus om (ook vanuit huis) op de hoogte te blijven van alles wat er speelt binnen Amsta.
Oproep Lijkt het jou leuk om collega’s te interviewen? Heb jij ideeën voor artikelen, maak je graag foto’s? Dan is er voor jou wellicht plaats in de redactie van STA! Interesse? Stuur een mail aan
[email protected]
Vrijheidsmaaltijd Vondelstede en De Werf
Voor sommige cliënten zou Geheugen-trainer van omroep Max verboden moeten worden.
Louis
Wat ik ooit eens verkeerd heb gedaan bij ze, krijg ik nu elke dag opnieuw van ze te horen!
De Koffiehoek 16
JUN15STA2
Op 5 mei was het 70 jaar geleden dat Nederland werd bevrijd. Dat vierden we in Vondelstede en De Werf met een vrijheidsmaaltijd. Tafels werden feestelijk aangekleed met bijzondere tafelkleden: bedrukt met de voorpagina van Het Parool van 6 mei 1945. Er was een toespraak over vrijheid, er werd een gedicht gelezen en gezamenlijk gezongen.
Bewoner De Poort deelnemer van ‘Geheugentrainer’ van omroep Max! “Mijn naam is Gerard Blom, ben sinds 21 juni 2014 woonachtig in het appartementcomplex Amsta. Ik sta altijd vroeg op en kijk dan vaak naar het programma Geheugentraining van omroep MAX. Ik heb toen in een gekke bui gezegd tegen de begeleiding, dat ik daar aan wel mee wilde doen. Op een gegeven moment kreeg ik een driedelig pak van een van de begeleidsters plus nog andere kleding waar ik heel dankbaar voor ben. Eerst ging ik voor een screening. Ik verwachte er helemaal niks van. Tot ik een uitnodiging kreeg voor een opname in Hilversum op vrijdag 3 april. Dus op 3 april op weg keurig in pak naar Hilversum, last van zenuwen had ik niet, ben gewoon gegaan met mijn zus en zwager. Ik heb een hele leuke dag gehad in Hilversum, helaas geen E-reader gewonnen maar een mooi boek om lekkere dingen mee te bakken.” N.B.: Deze ingezonden mail is ingekort door de redactie