Stappenplan Aanpak laaggeletterdheid bij medewerkers
Werken aan taal is werken aan een toekomst Jenny is 24 en werkt, na haar mbo-opleiding, al een paar jaar als pedagogisch medewerker bij een peuterspeelzaal. Jenny is goed met kinderen: ze geeft ze veel aandacht en ze verzorgt ze goed. Alleen valt het haar leidinggevende op dat Jenny moeite heeft met het invullen van dagrapportages. Jenny is praktisch ingesteld en doet haar overdrachten liever mondeling. Ook pakt ze zelden boekjes om kinderen uit voor te lezen. Wanneer het tijdens werkoverleg over de af te leggen taaltoets gaat, reageert Jenny geprikkeld en zenuwachtig. - Jenny is laaggeletterd en durft hier niet voor uit te komen -
Situaties als die van Jenny zijn geen uitzondering. In Nederland is één op de negen mensen laaggeletterd. Zij hebben zó veel moeite met lezen en schrijven, dat ze zich onvoldoende kunnen redden in de samenleving. Zij ervaren problemen thuis, op het werk of met hun gezondheid.
Wanneer je investeert in het verbeteren van lees- en schrijfvaardigheden van je medewerkers, dan zorg je voor:
In de zorg- en welzijnssector komt laaggeletterdheid relatief vaak voor. Hierbij kun je denken aan pedagogisch medewerkers en kraamverzorgenden. In hun werk mijden zij situaties waarin ze moeten lezen en schrijven en verbergen ze vaak hun problemen. Hoe vullen zij een dossier in? Begrijpen ze de hygiëneen veiligheidsvoorschriften? En welke invloed heeft de taalvaardigheid van je medewerker op de taalontwikkeling van de kinderen?
Taalvaardige medewerkers communiceren vaak gemakkelijker en duidelijker. Dit zorgt voor betere interactie met ouders én kinderen, maar ook tussen medewerkers onderling. Betere communicatie zorgt voor meer begrip en minder vragen.
1 Stappenplan Aanpak laaggeletterdheid bij medewerkers
Betere interactie met kinderen en ouders
Betere pedagogische kwaliteit Wanneer professionals die werken met jonge kinderen taalvaardig zijn, heeft dat ook een positieve invloed op de ontwikkeling van de taalvaardigheid van de kinderen. Geletterde medewerkers zullen enthousiaster zijn in het overbrengen van taal, bijvoorbeeld door het lezen van boeken.
Positief imago
Verlaging van ziekteverzuim
Organisaties kunnen zich op een positieve manier onderscheiden door extra aandacht te besteden aan taal. Dit spreekt ouders aan en kan een doorslaggevende factor zijn in hun keuze voor jouw organisatie. Als je al actief bent op het gebied van taal, dan is het logisch dat je ook aandacht besteedt aan de taalvaardigheid van je medewerkers.
Geletterde medewerkers ervaren minder stress op de werkvloer. Zij zijn zelfredzamer, kunnen beter zorgen voor hun eigen gezondheid en zijn minder vaak ziek. Onderzoek wijst uit dat investeren in taal zorgt voor een hoger welzijnsniveau; medewerkers die een taalcursus volgen, geven aan actiever en gelukkiger te zijn.
Uit onderzoek1 blijkt dat de ontwikkeling in woordenschat en mondelinge taal bij kinderen op negenjarige leeftijd sterk samenhangt met de omvang van de woordenschat die was gemeten op driejarige leeftijd.
Als je elke dag een kwartier voorleest, leest een kind maar liefst 1.146.000 woorden per jaar. Voorlezen is dus ontzettend goed voor de woordenschat van een kind.
Wist je dat ...
70% van de peuters en kleuters2 die geregeld zijn voorgelezen hebben voldoende woordenschat om een goede start te kunnen maken op school.
1 Bron: Hart, B. & Risley, T. (2003). The Early Catastrophe. The 30 Million Word Gap by Age 3. American Educator, 27, 1, pp. 4–9. 2 Bron: Kunst van Lezen i.s.m. Boekstart (2011). Meer voorlezen, beter in taal. Effecten van voorlezen op taalontwikkeling.
2 Stappenplan Aanpak laaggeletterdheid bij medewerkers
Een beter toekomstperspectief voor kinderen Bijna 13% van alle kinderen loopt het risico om op latere leeftijd onder de noemer ‘laaggeletterd’ te vallen. Om te voorkomen dat zij later moeite krijgen met lezen en schrijven, is het belangrijk om al van jongs af aan de taalvaardigheid te stimuleren. De taalontwikkeling in de eerste jaren heeft grote invloed op de taalbeheersing op latere leeftijd.
Hogere productiviteit en flexibiliteit Geletterde medewerkers zijn minder afhankelijk van collega’s, kunnen zelfstandiger werken en zijn productiever. Zij kunnen beter verslagen schrijven en instructies opvolgen. Dit heeft bijvoorbeeld een positief effect op het opvolgen van veiligheidsvoorschriften. Voor meer achtergrondinformatie over laaggeletterdheid kun je ook terecht op onze site www.lezenenschrijven.nl/gezin. Bron: Stichting Lezen & Schrijven (2013). Feiten & cijfers geletterdheid.
Taalontwikkeling bij jonge kinderen Heel jonge kinderen zijn bij het leren van taal afhankelijk van wat ze om zich heen horen. Zij kunnen immers nog niet lezen. Kinderen gaan in taal steeds beter patronen herkennen – losse klanken, vaste opeenvolgingen van klanken, zinsmelodie – en die patronen gaan ze proberen na te bootsen. Ze leren al snel dat klanken iets kunnen betekenen. Als mensen in hun omgeving reageren op de klanken die zij produceren, groeit het begrip van de relatie tussen die klanken en de voorwerpen, handelingen en gezichtsuitdrukkingen die zij om zich heen zien. Kinderen hebben behoefte aan contact met de mensen om zich heen. Dat zorgt ervoor dat zij taal actief inzetten om te communiceren. Het kind gebruikt de bouwstenen uit de taal die het hoort – zelfs al voordat het kan praten – om zijn mondelinge taalvaardigheid op te bouwen. Met andere woorden: de taal ontwikkelt zich in interactie met de omgeving.
Bron: Kunst van Lezen i.s.m. Boekstart (2011). Meer voorlezen, beter in taal. Effecten van voorlezen op taalontwikkeling.
3 Stappenplan Aanpak laaggeletterdheid bij medewerkers
Stap 1
Strategie ontwikkelen
De eerste stap is de voorbereiding om binnen jouw organisatie aan de slag te gaan. Je stelt vast welk doel je wilt bereiken en welke argumenten daarbij belangrijk zijn. Het onderwerp laaggeletterdheid is vaak onbekend; medewerkers kunnen hun laaggeletterdheid goed verbergen. Het is een goed idee om taalvaardigheid mee te nemen in bestaande processen. Maak er een agendapunt van bij het teamoverleg en neem het mee in functioneringsgesprekken met medewerkers.
4 Stappenplan Stap 1 Strategie ontwikkelen
Stel een plan op 1. 2. 3. 4. 5.
Stel een plan op
Stel aan de hand van de tips uit dit boekje een plan op. Maak hiervoor gebruik van het format dat te vinden is op www.lezenenschrijven.nl/gezin.
Breng de omvang in kaart Je kunt een inschatting maken van het aantal medewerkers in je organisatie dat moeite heeft met lezen en schrijven. Aan de hand hiervan kun je bepalen hoe breed de aanpak moet zijn. Je kunt de leidinggevenden vragen of zij concrete signalen hebben van medewerkers die moeite hebben met lezen en schrijven. De volgende feiten1 kunnen je verder helpen bij het maken van deze inschatting: ›
1 op de 9 Nederlanders heeft moeite met
1 Bron: Stichting Lezen & Schrijven (2013). Feiten & cijfers geletterdheid.
lezen en schrijven.
›
In de leeftijdsgroep 55-65 jaar is zelfs 1 op de 5 laaggeletterd.
›
2 op de 3 laaggeletterden is autochtoon.
›
57% van de laaggeletterden is vrouw.
Je kunt ook een rekensommetje maken: deel het aantal medewerkers binnen je organisatie door negen, dit geeft een beeld van het aantal laaggeletterden. Natuurlijk kun je dit bijstellen op basis van de specifieke kenmerken van medewerkers binnen je organisatie.
5 Stappenplan Stap 1 Strategie ontwikkelen
Bepaal je strategie Je kunt laaggeletterdheid op verschillende manieren aanpakken. Richt je je direct op de medewerkers van wie wordt vermoed dat ze laaggeletterd zijn? Of kies je voor een brede aanpak en screen je alle medewerkers op leesen schrijfvaardigheden? En hoe ga je vervolgens medewerkers benaderen? Welke personen zijn geschikt om het gesprek aan te gaan en hoe kun je die het beste informeren?
Zoek een ambassadeur
Zoek een ambassadeur
Bepaal de scholingsbehoefte
Werken aan taal vraagt om mensen die gedreven zijn, het onderwerp op de kaart willen zetten en concrete acties willen ondernemen. Ken je een medewerker met een hart voor taal of een achtergrond in het onderwijs misschien? Zoek naar een geschikte collega die als ambassadeur en voortrekker wil optreden. Maak diegene verantwoordelijk voor het werken aan taal. Bij een grote organisatie neemt vaak een medewerker van de afdeling HR of Opleidingen deze taak op zich.
Er zijn verschillende mogelijkheden om een cursus lezen en schrijven binnen je organisatie vorm te geven. Je kunt kiezen voor een korte opfriscursus of juist een wat uitgebreider traject. De volgende vragen zijn belangrijk bij het zoeken naar een passend scholingsaanbod: ›› Welke vaardigheden wil je dat medewerkers verbeteren?
›› Welke vaardigheden willen je medewerkers zelf verbeteren?
›› Welk niveau verwacht je dat wordt bereikt?
Zoek aansluiting bij bestaande activiteiten Het werken aan de taalvaardigheid van medewerkers hoeft niet veel tijd te kosten. Vaak is het mogelijk om een taalcursus te koppelen aan bestaande activiteiten. Denk bijvoorbeeld aan een studiedag, nascholingsmodules of een cursus rapporteren.
›› Is er scholingsbudget beschikbaar (vanuit je branche, gemeente, opleidingsfonds of eigen organisatie)?
›› Is de cursus verplicht of vrijwillig? ›› Vindt de cursus plaats in eigen tijd of in werktijd?
›› Waar kan de cursus plaatsvinden? ›› Hoe houd je de cursus laagdrempelig en aantrekkelijk voor je medewerkers?
Zorg voor draagvlak Intern draagvlak is essentieel om aan de slag te kunnen gaan. Overtuig je directie of beslissingsbevoegde managers. Betrek in een vroeg stadium enkele teamleiders of andere sleutelpersonen. De medezeggenschapsraad of ondernemingsraad kunnen ook goede partners zijn in het zorgen voor draagvlak. Zorg altijd dat je een akkoord op je plan hebt vóórdat met de uitvoering ervan wordt begonnen. 6 Stappenplan Stap 1 Strategie ontwikkelen
Zorg voor een cursusaanbod
Zorg voor een cursusaanbod
Bepaal of je cursussen als werkgever wil aanbieden of liever medewerkers naar individuele cursussen verwijst. Vertel medewerkers dat de cursussen lezen en schrijven speciaal voor volwassenen zijn die net als zij moeite hebben met lezen en schrijven, terwijl ze vaak wel naar school zijn geweest. Kijk naar de voorkeur van de medewerker bij het uitzoeken van een cursus: in een klasje of liever een-op-een met een vrijwilliger. Stichting Lezen & Schrijven kan helpen bij het in kaart brengen van taalcursussen in jouw omgeving.
Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een cursus op een ROC, bij een vrijwilligersorganisatie of via een particuliere aanbieder. Diverse organisaties bieden cursussen op maat aan die ook intern kunnen worden gegeven. Daarbij kun je de cursus ook koppelen aan werkzaamheden, zoals het bijhouden van dossiers. Bij taalcursussen kan er vaak gebruikgemaakt worden van ondersteuning door vrijwilligers, waardoor de kosten worden beperkt. Via www.taalzoeker.nl kun je zelf taalcursussen in de buurt vinden. Voor meer informatie over cursussen kun je ook terecht bij / verwijzen naar het gratis nummer voor advies een coaching: 0800 023 4444.
TAAL VOOR HET LEVEN In verschillende steden en regio’s is het mogelijk om kosteloos interne cursussen te organiseren. Deze bijeenkomsten worden verzorgd door speciaal getrainde vrijwilligers. Je kunt dan direct medewerkers naar een cursus ‘in huis’ verwijzen. Kijk voor de mogelijkheden op www.taalvoorhetleven.nl of neem contact op via
[email protected].
7 Stappenplan Stap 1 Strategie ontwikkelen
Taaleisen in de VVE In veel gemeenten wordt het taalniveau van pedagogisch medewerkers die werkzaam zijn op VVE groepen verhoogd. In 2015 moet 90% van alle medewerkers in VVE-groepen voldoen aan de 3F-taaleis. foto wordt vervangen 3F staat gelijk aan havo- of mbo-4-niveau. Tegelijkertijd bestaat er een subsidieregeling taal- en interactievaardigheden van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Kinderopvangorganisaties kunnen vanaf medio 2014 tot 2017 gebruikmaken van subsidie gericht op: ›› trainingen Taal- en Interactievaardigheden voor pedagogisch medewerkers; ›› train-de-trainertrainingen voor stafmedewerkers/locatiemanagement gericht op de versterking van taal- en interactievaardigheden.
Meer informatie over deze trainingen vind je op www.stichtingbkk.nl. Het liefst wil je natuurlijk dat al je medewerkers voldoen aan de 3F-taaleis. Daarom kun je ervoor kiezen om degenen die nog ‘buiten de norm’ vallen apart een training aan te bieden. Hiervoor bestaan verschillende mogelijkheden, waarover Stichting Lezen & Schrijven je graag informeert.
Laaggeletterdheid in de kinderopvang In de kinderopvangsector hebben veel pedagogisch medewerkers taalproblemen. Uit onderzoek onder pedagogisch medewerkers in Amsterdam in 2009 bleek dat bijna de helft van de leidsters (48,6%) niet voldeed aan één of meer vaardigheden van de minimumnorm voor lezen, spreken of schrijven. Uit vervolgonderzoek in december 2013 bleek dat na scholing ruim 94% van de vaste voorschoolleidsters in Amsterdam voldeed aan de taalnorm. Bron: Droge, S., Suijkerbuik, E. & Kuiken, F. (2009). Het taalniveau van Amsterdamse voorschoolleidsters. Amsterdam: Universiteit van Amsterdam.
8 Stappenplan Stap 1 Strategie ontwikkelen
Resultaten van stap 1
üü Er is een plan opgesteld üü De omvang is in kaart gebracht üü De strategie is bepaald üü Er is een ambassadeur aangesteld üü Er is aansluiting bij bestaande activiteiten
üü Er is draagvlak voor het projectplan üü De scholingsbehoefte is in kaart gebracht
üü Er is een helder cursusaanbod
Stap 2
Bewustwording creëren
Dat laaggeletterdheid in Nederland op grote schaal voorkomt, is voor veel mensen helaas nog een onbekend gegeven. ‘Iedereen in Nederland is toch naar school geweest?’ In deze stap zorg je voor inzicht in de rol die laaggeletterdheid kan spelen binnen je organisatie. En je geeft aan welke gevolgen dit kan hebben op de werkvloer. Zo maakt je het onderwerp bespreekbaar en motiveer je iedereen om in actie te komen.
9 Stappenplan Stap 2 Bewustwording creëren
Motiveer leidinggevenden Inventariseer welke leidinggevenden mogelijk te maken hebben met medewerkers die niet goed kunnen lezen en schrijven. Betrek hen bij de aanpak, maar denk ook aan andere belanghebbende partijen, zoals personeelszaken, opleidingen, communicatie of een ondernemingsraad. Overleg met hen over hoe je mogelijke laaggeletterde medewerkers het beste kunt benaderen. Maak inzichtelijk wat laaggeletterdheid is, welke rol zij kan spelen binnen je organisatie en wat de effecten zijn. Maar alleen bewustwording is niet genoeg. Overtuig je managers met argumenten om er ook daadwerkelijk iets aan te doen, zoals: betere taalvaardigheid zorgt voor meer vertrouwen, meer kansen en dus een betere toekomst voor ouder en kind.
Start een bewustwordingscampagne
Start een bewustwordingscampagne
Voordat je kunt beginnen met het vinden van laaggeletterde medewerkers, is het van belang dat iedereen bekend is met laaggeletterdheid. Verken daarom welke communicatiemiddelen en -kanalen je kunt inzetten voor een bewustwordingscampagne binnen je organisatie. Je kunt ervoor kiezen om de campagne vooral te richten op leidinggevenden of direct op medewerkers.
10 Stappenplan Stap 2 Bewustwording creëren
Denk bijvoorbeeld aan de volgende acties: ›› Verspreid herkenningswijzers onder medewerkers.
›› Vul je informatiebord met tips over taalontwikkeling.
›› Hang posters op. ›› Besteed aandacht aan het onderwerp in nieuwsbrieven.
›› Plaats een filmpje over het thema op intranet.
›› Maak een informatietafel met voorleesboeken en andere informatie over taal.
›› Zet taal op de agenda bij bestaande overleggen (werkoverleg of teamvergadering).
›› Besteed aandacht aan taal tijdens een studiedag of laat de activiteitencommissie meedenken over taalactiviteiten.
Verzamel materialen Via onze website kun je gratis verschillende materialen downloaden en bestellen. Je vindt er verschillende communicatiematerialen zoals filmpjes, flyers over taalstimulering, posters en herkenningswijzers.
Organiseer een training
Organiseer een training
De trainingen die we onder andere aanbieden zijn:
Met behulp van een basispresentatie, die te vinden is op www.lezenenschrijven.nl/ gezin, kun je zelf een presentatie geven. In de presentatie worden de verschillende fases in de aanpak van laaggeletterdheid behandeld: van bewustwording tot het herkennen en doorverwijzen.
›› Masterclass Kinderopvang; ›› Geaccrediteerde nascholingsbijeenkomst en verdiepingsmodule JGZ;
›› Herkennen en Doorverwijzen in de Kraamzorg. Stichting Lezen & Schrijven heeft ook een speciale e-learning-module
Combineer je presentatie met het verhaal van een Taalambassadeur (een voormalig laaggeletterde) of kies voor een wetenschapper die een interessant verhaal kan vertellen over dit onderwerp. Ook kun je een andere organisatie uitnodigen om goede voorbeelden te delen. Stichting Lezen & Schrijven kan je helpen bij het vinden van de juiste contacten voor verschillende onderwerpen. Ook kun je Stichting Lezen & Schrijven uitnodigen voor het verzorgen van (geaccrediteerde) bijeenkomsten op locatie. Deze bijeenkomsten worden kosteloos en op maat aangeboden. Afhankelijk van de grootte van je organisatie is het ook mogelijk om een train-de-trainercursus te organiseren. Medewerkers kunnen na het volgen van deze cursus weer andere of nieuwe collega’s trainen en begeleiden.
ontwikkeld voor kraamverzorgenden.
Maar ook andere kortere of langere bijeenkomsten zijn mogelijk. In overleg kunnen we bepalen waar de behoefte van jouw organisatie ligt. Neem contact met ons op voor meer informatie over de mogelijkheden.
Resultaten van stap 2
üü Leidinggevenden zijn gemotiveerd üü Er is een bewustwordingscampagne gestart
üü Er zijn informatiematerialen beschikbaar
üü Training is gegeven 11 Stappenplan Stap 2 Bewustwording creëren
Stap 3
Brede werving en scholing
De eerste stappen zijn gezet, er is gezorgd voor bewustwording bij leidinggevenden en/of medewerkers. Maar alleen bewustwording is niet genoeg; je wilt problemen met lezen en schrijven ook echt oplossen. De volgende stap is het daadwerkelijk signaleren van taalproblemen bij medewerkers en hen verder helpen met een passende oplossing.
12 Stappenplan Stap 3 Brede werving en scholing
Start werving
Zet een Taalambassadeur in
Via www.lezenenschrijven.nl/gezin kun je inspiratie opdoen en verschillende materialen vinden die je in deze fase kunt gebruiken. Hieronder vind je enkele suggesties om medewerkers te werven voor taalscholing:
Nodig een Taalambassadeur (een voormalig laaggeletterde) uit om zijn of haar verhaal te vertellen. Als medewerkers zich kunnen identificeren met de ervaringen van de Taalambassadeur, komen zij makkelijker uit voor hun leesen schrijfproblemen. Voor meer informatie kun je contact opnemen met Stichting Lezen & Schrijven.
›› Plaats een artikel over laaggeletterdheid en cursusmogelijkheden in je nieuwsbrief.
›› Organiseer een voorlichtingsbijeenkomst voor medewerkers.
›› Organiseer een opleidingenmarkt met een stand over taalopleidingen.
›› Zorg voor een actieweek waarin aandacht voor taal centraal staat. Leidinggevenden hebben dan een aanknopingspunt om taalvaardigheid bespreekbaar te maken. De Week van de Alfabetisering, ieder jaar in september, is hét moment om aandacht te besteden aan dit onderwerp (www.tijdvoortaal.nl).
Zet de Taalmeter in
Zet de Taalmeter in
Op www.taalmeter.nl kan een korte online test (maximaal 12 minuten) worden ingevuld, waarbij de leesvaardigheid wordt gescreend. Door alle medewerkers een test te laten maken, zorg je voor een volledig en objectief beeld van het taalniveau binnen je team. De uitslag van de Taalmeter vormt meteen een ingang voor een gesprek over taalvaardigheid.
13 Stappenplan Stap 3 Brede werving en scholing
Benader medewerkers persoonlijk Medewerkers die moeite hebben met lezen en schrijven, kun je laten benaderen door een direct leidinggevende, zoals een locatiemanager of teamleider. Zij kennen hun medewerkers en kunnen daardoor vaak al een goede inschatting maken van de taalvaardigheid van hun medewerkers. Zoek naar een geschikt moment om het over taalvaardigheid te hebben, bijvoorbeeld een werkoverleg met z’n tweeën. Belangrijk is dat je medewerker zich op zijn gemak voelt. Je kunt aan het begin van het gesprek de insteek duidelijk maken: het gaat niet om slecht functioneren, maar om het verbeteren van vaardigheden.
Signaleren Laaggeletterde medewerkers kunnen hun probleem goed verbergen. Zij gebruiken regelmatig smoesjes, zoals: ‘Ik heb mijn bril niet bij me’ of ‘Dat formulier vul ik thuis wel in’. Andere signalen zijn als een medewerker:
›› ›› ›› ›› ›› ››
problemen heeft bij het schrijven van dagverslagen; moeite heeft om kinddossiers en het kindvolgsysteem bij te houden; vaak vraagt of een collega het schrijfwerk wil doen; niet goed kan voorlezen aan de kinderen; nooit e-mails verstuurt; afspraken vergeet.
Checken Als je een vermoeden hebt, wil je graag nagaan of dat klopt. Je kunt de signalen checken bij andere collega’s. Daarnaast kun je ervoor kiezen om de Taalmeter af te nemen (zie kopje ‘Taalmeter’).
Bespreken Het bespreekbaar maken van laaggeletterdheid hoeft niet moeilijk te zijn. Vaak is het een opluchting als iemand ervoor uit durft te komen. Belangrijk is om je medewerker op zijn of haar gemak te stellen en het probleem te normaliseren: één op de negen Nederlanders kan niet goed lezen en schrijven. Stel tijdens het gesprek een aantal eenvoudige vragen. Vaak begin je met het verkennen van iemands achtergrond en educatie, en vervolgens ga je verder met de problemen die de medewerker in het huidige werk heeft met lezen en schrijven. Bij de training Herkennen en Doorverwijzen worden deze vragen uitgebreid behandeld.
Doorpakken Nadat je het probleem hebt besproken, is het vaak een kleine stap om je medewerker te stimuleren een cursus te volgen. Door te helpen bij het aanmelden voor een cursus, verlaag je de drempel om hiermee te beginnen.
14 Stappenplan Stap 3 Brede werving en scholing
Maak het volgen van een cursus aantrekkelijk Bij stap 1 heb je vastgesteld welke cursussen er zijn en onder welke voorwaarden deze worden aangeboden. De scholingsbehoefte kan per medewerker verschillen. Daarom is het belangrijk om de wensen van de medewerker mee te nemen. Door een cursus op maat aan te bieden, verhoog je de betrokkenheid en motivatie van je medewerker. Moedig medewerkers aan om deel te nemen aan een cursus lezen en schrijven. Geef inzicht in de persoonlijke voordelen, zoals meer werkplezier, minder stress, meer zelfvertrouwen en meer doorgroeimogelijkheden in het werk.
Spreek goed af welke leidinggevende de vorderingen van welke medewerkers bijhoudt. Leg afspraken over taalscholing vast, zodat je er later op terug kunt komen.
Begeleid medewerkers ook tijdens de cursus Als de cursus echt is begonnen, haalt elke deelnemer steun en motivatie uit de belangstelling van collega’s. Zeker als ze complimenten krijgen over hun voortgang. Leidinggevenden zijn hiervoor de aangewezen personen.
Maak afspraken over het te behalen taalniveau
Maak afspraken over het te behalen taalniveau
Bij aanvang van de cursus wordt meestal het taalniveau van de deelnemers bepaald, om later hun vorderingen te kunnen bijhouden. Maak duidelijke afspraken met de taalaanbieder over het niveau dat je wilt bereiken. Bespreek ook de mogelijkheden om werkgerelateerd oefenmateriaal te gebruiken. Dan kunnen je medewerkers het geleerde direct in de praktijk brengen.
Resultaten van stap 3
üü Werving deelnemers is gestart üü Taalmeter is gebruikt üü Taalambassadeur is ingezet üü Medewerkers worden benaderd üü Het volgen van een cursus is aantrekkelijk gemaakt
üü Er zijn afspraken over het taalniveau üü Medewerkers worden begeleid 15 Stappenplan Stap 3 Brede werving en scholing
Stap 4
Monitoren en effect meten
In organisaties die met taal werken, zijn de effecten van een cursus goed merkbaar. Werknemers zijn productiever, gezonder, gelukkiger en zelfredzamer. Door effecten te meten en te evalueren, maak je resultaten inzichtelijk voor jouw organisatie. Dit laat zien dat je belang hecht aan de resultaten en dat je openstaat voor verbeteringen.
16 Stappenplan Stap 4 Monitoren en effect meten
Meet het effect
Meet het effect
Evalueer met je medewerkers
De meeste cursusaanbieders voeren een nul- en eindmeting uit. Zij meten daarmee de effecten van de cursus. Je kunt natuurlijk ook zelf een onderzoek uitvoeren, of de veranderingen op de werkvloer meten via een tevredenheidsonderzoek.
Door regelmatig in gesprek te gaan met je medewerkers laat je zien dat je belang hecht aan hun mening en kun je ze motiveren. Vraag hoe de cursus bevalt en of hij of zij er baat bij heeft. Zo geef je aan dat je openstaat voor feedback.
Stichting Lezen & Schrijven biedt zelf ook diverse mogelijkheden aan om effecten te monitoren. Uiteindelijk zul je merken dat er niet alleen winst wordt geboekt op het gebied van taalvaardigheid, maar dat je ook resultaten ziet op het gebied van productiviteit en verzuim.
Evalueer met de taalaanbieder Periodiek vastgestelde evaluatiemomenten met de cursusaanbieder geven inzicht in de voortgang van je medewerkers. Dit maakt het ook mogelijk om de cursus tijdens het traject bij te sturen.
Tip Stichting Lezen & Schrijven voert de komende jaren samen met Maastricht University een grootschalige monitoring en effectmeting van taalscholing uit. Ook jouw organisatie kan hieraan meedoen. Neem hiervoor contact op via
[email protected].
Resultaten van stap 4
ü ü
Effecten worden gemeten Er vinden evaluaties plaats met medewerkers
ü
Er vinden evaluaties plaats met de taalaanbieder
17 Stappenplan Stap 4 Monitoren en effect meten
Wat levert een cursus lezen en schrijven op?
GELUKKIGER
ZELFREDZAMER
SOCIAAL ACTIEVER
meer • onafhankelijkheid
• een betere plek in de
beter contact met • familieleden
• actiever in de buurt
meer participatie • in de samenleving
• meer
samenleving
als vrijwilliger
zelfvertrouwen
40% tot 60% • van de deelnemers krijgt een betere sociale inclusie
• verbetering van contact met anderen
• een grotere persoonlijke groei
Deelnemers leer- en taaltrajecten
Investeren in taal is investeren in welzijn Door te investeren in taal, investeer je in medewerkers. Maastricht University voerde een onderzoek uit naar de effecten van taalcursussen op het welzijn van de cursisten. Zij concludeerden dat een betere taalbeheersing ervoor zorgt dat mensen o.a. zelfredzamer, sociaal actiever en gelukkiger zijn. Bron: Buisman, M., Allen, J., Fourage, D., Houtkoop, W. & Velden, R. van der (2013). PIAAC: Kernvaardigheden voor werk en leven. Resultaten van de Nederlandse survey 2012. Stichting Lezen & Schrijven (2013). Feiten & cijfers geletterdheid.
18 Stappenplan Stap 4 Monitoren en effect meten
Stap 5
Borgen in beleid
Nadat je actie hebt ondernomen, wil je er natuurlijk voor zorgen dat de aandacht voor geletterdheid blijft. Hoe houd je taal op de agenda en hoe blijf je scherp op het taalniveau van je medewerkers? Kortom: hoe geef je aandacht voor taal een vaste plek in je beleid?
19 Stappenplan Stap 5 Borgen in beleid
Geef taal een structurele plek
Bied structureel cursussen aan
Je kunt taalvaardigheid een structurele plek geven door het onderwerp:
Je kunt taalcursussen permanent aanbieden door:
›› te bespreken tijdens ontwikkel- of
›› interne trajecten in te kopen;
functioneringsgesprekken; Integreer taal in standaardprocessen
›› een onderdeel te maken van sollicitaties; ›› mee te nemen in het inwerkproces van nieuwe leidinggevenden en medewerkers;
›› mee te nemen in het standaard opleidingspakket;
›› een vast onderdeel te maken van je project of jaarplan.
Andere veelgehoorde tips zijn: ›› Zorg voor een vast aanspreekpunt voor taalproblemen van medewerkers.
›› Zoek een ambassadeur die verantwoordelijk blijft voor het onderwerp, problemen signaleert en ze aankaart.
›› een samenwerking met het plaatselijke ROC of andere taalaanbieder aan te gaan;
›› een leestafel in te richten met cursusmaterialen en eenvoudige boeken;
›› e-learning-plekken in te richten waar medewerkers online aan cursussen kunnen deelnemen. Meer informatie staat op www.oefenen.nl.
Stichting Lezen & Schrijven biedt ook ondersteuning bij het borgen van taalscholing. Zo kun je vrijwilligers en/of medewerkers laten opleiden tot taaltrainer of taalcoach. Zij geven dan cursussen of begeleiden medewerkers op de werkvloer. Meer informatie over deze manier van scholing? Neem contact op via
[email protected].
›› Bied leidinggevenden een train-detrainercursus aan, zodat zij hun collega’s kunnen trainen (bij grote organisaties).
›› Maak taalstimulering een structureel onderdeel van je pedagogisch beleid.
Resultaten van stap 5
üü Er is structurele aandacht voor taal üü Er is een structureel cursusaanbod 20 Stappenplan Stap 5 Borgen in beleid