2013 - 2017 Aanvalsplan Laaggeletterdheid
Gemeente Twenterand September 2013
Voorwoord Kunnen lezen en schrijven is in onze geletterde maatschappij pure noodzaak om een prettig leven te kunnen leiden. Veel mensen lezen ter ontspanning of om over een bepaald onderwerp meer te weten te komen en hun blik op de wereld te verruimen. Eén op de tien Nederlanders tussen de 16 en 65 jaar is echter laaggeletterd. In de gemeente Twenterand wordt het aantal mensen in deze 1
leeftijdscategorie dat moeite heeft met lezen en schrijven geschat op 3.500 (bron: CINOP, 2008 ). De ondertiteling van een film gaat hen te snel, ze komen vaak niet verder dan de koppen in de krant en zelfs naambordjes op straat kunnen zij met moeite ontcijferen. Ook kunnen zij niet zonder hulp een formulier invullen of sollicitatiebrief schrijven.
Stichting Lezen & Schrijven, CINOP, de openbare bibliotheken en vele andere organisaties maken zich al jaren hard voor het bestrijden van laaggeletterdheid in Nederland. Het voorkomen dan wel aanpakken van laaggeletterdheid draagt bij aan het levensgeluk van mensen en aan de ontwikkeling van onze samenleving. In 2005 verscheen het landelijke Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006 - 2011, waarop de gemeente Twenterand een eigen Aanvalsplan laaggeletterdheid 2008 -2012 ontwikkelde en tot uitvoering heeft gebracht. Dit aanvalsplan is inmiddels afgesloten. Op basis van een terugblik is een nieuw aanvalsplan voor de periode 2013 - 2017 opgesteld. Hierin zijn de speerpunten rondom laaggeletterdheid uit de Lokale Educatieve Agenda (LEA) 2011 - 2014 meegenomen. Bij de uitwerking van het plan zijn de Bibliotheek Twenterand, afdeling Sociale Zaken van de gemeente Twenterand, Stichting Lezen en Schrijven en het ROC van Twente betrokken.
Vriezenveen, september 2013
Drs. G.J. Binnenmars, wethouder Onderwijs
“Alles wat ik in al die jaren had kunnen vinden over analfabetisme, had ik gelezen. Ik wist van de hulpeloosheid bij de alledaagse handelingen, bij het vinden van de weg en van een adres of bij het kiezen van een gerecht in een restaurant, van de pijnlijke nauwgezetheid waarmee de analfabeet vaste procedures en routines volgt, van de energie die het verbergen van de onmacht tot lezen en schrijven vergt en die ten koste gaat van het eigenlijke leven. Analfabetisme is onmondigheid. Doordat Hanna de moed had gehad om te leren lezen en schrijven, had ze de stap uit de onmondigheid naar de mondigheid gezet, een stap voorwaarts in de zin van de Verlichting.”
Uit: De voorlezer, Bernard Schlink, 1995
1
CINOP (2008). Laaggeletterdheid in de regio Twente. Een analyse van de doelgroep. ’s-Hertogenbosch: CINOP.
1
Inhoudsopgave Voorwoord…………………………………………………………………………………………………….....1 Inhoudsopgave ...................................................................................................................................... 2 1. Inleiding op het aanvalsplan ........................................................................................................... 3 1.1
Laaggeletterdheid, waarom willen we daar mee verder? ........................................................ 4
1.2
Vernieuwing begrip functionele geletterdheid ......................................................................... 5
1.3
Terugblik aanvalsplan 2008 - 2012 ......................................................................................... 5
1.4
Overwegingen voor nieuw aanvalsplan laaggeletterdheid ...................................................... 7
1.5
Prioriteiten 2013 – 2017 .......................................................................................................... 8
2. Aanvalsplan 2013 - 2017 op hoofdlijnen ........................................................................................ 9 2.1.
Signaleren, doorverwijzen en opleiden van laaggeletterde werkzoekenden. ......................... 9
2.2
Samenwerken aan geletterdheid door middel van voorleesprojecten met de bibliotheek .... 12
2.3
Het werven en opleiden van vrijwilligers en ambassadeurs laaggeletterdheid ..................... 14
3. Financieel overzicht ....................................................................................................................... 18 3.1
Verantwoording...................................................................................................................... 18
2
1.
Inleiding op het aanvalsplan
De gemeente Twenterand wil zich blijvend inzetten om laaggeletterdheid tegen te gaan. Geletterdheid is een fundamentele voorwaarde voor duurzame inzetbaarheid op de arbeidsmarkt, zelfredzaamheid van burgers en sociale cohesie, en voorkomt uitsluiting. Het verhogen van geletterdheid in Nederland vraagt om een individuele en gezamenlijke inzet van burgers zelf, werkgevers, maatschappelijke organisaties en overheden.
Het Aanvalsplan Van A tot Z betrokken, laaggeletterdheid 2006 - 2010 (Ministerie van OCW), het Actieplan Laaggeletterdheid 2012 - 2015 Geletterdheid in Nederland (Ministerie van OCW) en het in 2
januari 2007 verschenen Vooronderzoek laaggeletterdheid in de Regio Twente (CINOP ), vormen de basis voor dit aanvalsplan. Om de geletterdheid van de groep laaggeletterden in Nederland verder te bevorderen, zet het Kabinet in op de volgende acties:
De focus bij educatie van volwassenen komt te liggen op taal en rekenen
De kwaliteit en effectiviteit van opleidingen wordt verhoogd
De gemeente voert de regie bij het werven van laaggeletterde personen
Er komt meer helderheid over de prijs-kwaliteitverhouding van educatieactiviteiten
Nieuwe werkwijzen worden beproefd in pilots
De inzet om de doelgroep laaggeletterden te bereiken, wordt vergroot
De voortgang en effectiviteit van de maatregelen van het actieplan worden gemonitord
Het onderhavige aanvalsplan is toegespitst op de gemeente Twenterand en bevat concrete acties in deze gemeente voor de toekomst.
Allereerst wordt beschreven wat laaggeletterdheid inhoudt en waarom het belangrijk is om dit probleem verder aan te pakken. Vervolgens wordt in een inleiding op het aanvalsplan omschreven welke doelen de gemeente Twenterand voor ogen heeft rondom het verlagen van het aantal laaggeletterden in de gemeente en wat haar rol in het geheel is. Daarna worden de voorgenomen doelen in drie activiteiten uiteen gezet, inclusief een begroting. Ten slotte volgt een plan voor de evaluatie van het Aanvalsplan 2013 - 2017.
1
CINOP staat voor Centrum voor Innovatie van Opleidingen.
3
1.1 Laaggeletterdheid, waarom willen we daar mee verder? In het coalitieakkoord van 2012 - 2014 ‘Met resultaten de finish halen! Vooruit met Twenterand!’ geeft het huidige college aan dat ze gericht is op het behalen van een aantal resultaten tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2014. Dit uit zich onder meer in het nemen van een aantal beslissingen in de betreffende periode, maar ook in het formuleren van concrete doelstellingen met daarmee samenhangende prestaties, activiteiten en maatregelen. Het nader uitwerken van plannen omtrent het terugdringen en bestrijden van laaggeletterdheid kunnen hieronder worden geschaard. In de vorig jaar vastgestelde Lokaal Educatieve Agenda ‘Samenwerken aan talent’ is uiteengezet hoe de gemeente samen met partners wil investeren in het verhogen van het opleidingsniveau van haar inwoners. De inzet op het terugdringen van laaggeletterdheid sluit hier op aan.
In zijn algemeenheid zijn er volgens CINOP en Stichting Lezen & Schrijven tien belangrijke redenen om laaggeletterdheid aan te pakken:
1. Participatie: Het kunnen lezen en schrijven is essentieel voor een volwaardige deelname aan de samenleving 2. Integratie: Samen communiceren is essentieel voor samen leven. Kunnen lezen en schrijven is daarvoor een basis 3. Democratie: Als één op de tien Nederlanders de oproepkaart voor de verkiezingen niet kan lezen, zal hun mening niet worden gehoord 4. Zelfvertrouwen en eigenwaarde: Iemand die leert lezen en schrijven krijgt meer zelfvertrouwen en staat zekerder in de maatschappij 5. Volksgezondheid: Laaggeletterden doen gemiddeld meer dan anderen een beroep op de gezondheidszorg 6. Arbeidsmarkt: Goed kunnen lezen en schrijven verhoogt de kans op arbeid 7. Toekomstige sociale voorzieningen: Nederland vergrijst. Dit betekent dat er in de toekomst te weinig werkenden zijn om onze sociale voorzieningen op peil te houden. Daarom moet het arbeidspotentieel volledig worden benut 8. Voortijdig schoolverlaten: Laaggeletterdheid kan één van de oorzaken zijn van het niet mee kunnen komen op school 9. Economie: Laaggeletterden zijn relatief veelvuldig werkloos en hebben regelmatig een uitkering. Zij dragen op die manier niet optimaal bij aan de lokale economie 10. Winst: Investeren in het voorkomen en terugdringen van laaggeletterdheid verdient zich terug
Onderwijseconomen Wim Groot en Henriëtte Maassen van den Brink van de Universiteit van Amsterdam onderzochten de maatschappelijke kosten van laaggeletterdheid in opdracht van de 3
Stichting Lezen & Schrijven . Uit dit onderzoek blijkt dat laaggeletterdheid Nederland elk jaar 537 miljoen euro kost. Als laaggeletterdheid niet bestond, zou op uitkeringen 456 miljoen euro kunnen
3
Stil vermogen, Amsterdam, 2006.
4
worden bespaard, op gezondheidszorg 61 miljoen euro en op politie en justitie 19,5 miljoen euro, zo becijferden de onderwijseconomen. Wanneer dit vertaald wordt naar de situatie in Twenterand, dan kan mogelijk ook voor deze gemeente aanzienlijk op de kosten bespaard worden.
1.2
Vernieuwing begrip functionele geletterdheid
Het kabinet achtte het noodzakelijk om het begrip geletterdheid opnieuw te definiëren om tot een effectievere aanpak van (laag)geletterdheid in Nederland te kunnen komen. Uit de evaluatie van het landelijke Aanvalsplan 2006 - 2010 blijkt namelijk dat het aantal laaggeletterden de afgelopen jaren niet is afgenomen. Tot nu toe lag het accent in Nederland vooral op lezen en schrijven. De eisen om maatschappelijk volwaardig te kunnen functioneren, worden echter steeds hoger en digitale geletterdheid speelt een steeds grotere rol. Bovendien is de samenstelling van de bevolking veranderd, onder meer door migratie. Dat vereist herijking van het begrip functionele geletterdheid. Ook in andere landen binnen en buiten Europa is dit in de afgelopen jaren gebeurd in debat, wetenschappelijke literatuur en gehanteerde definities.
De algemeen gangbare definitie van geletterdheid is nu de vaardigheid om gedrukte en geschreven informatie te gebruiken om te functioneren in de maatschappij, om persoonlijke doelstellingen te 4
bereiken en de persoonlijke kennis en kunde te ontwikkelen. Meer specifiek wordt onder functionele geletterdheid verstaan: het begrijpen en gebruiken van, reflecteren op en interesse in geschreven teksten om persoonlijke doelen te bereiken en kennis en potentieel te verruimen om deel te kunnen nemen aan de maatschappij . Deze definitie omvat naast het begrijpen en gebruiken van geschreven en gedrukte teksten ook het kunnen omgaan met alledaagse technologie om te communiceren en informatie te verwerken.
1.3
Terugblik aanvalsplan 2008 - 2012
In 2008 heeft de gemeente Twenterand, in navolging van het landelijke Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006 - 2011 (OCW, 2005) een aanvalsplan ontwikkeld, toegespitst op de eigen gemeente. Het doel van dit aanvalsplan was om laaggeletterdheid te voorkomen en terug te dringen onder haar bevolking en hierdoor een grotere zelfredzaamheid en participatie van een grotere groep inwoners te bevorderen. De uitgangspunten van het aanvalsplan waren:
1. Eigen organisatie en informatie toegankelijker maken voor laaggeletterden 2. Laaggeletterdheid bespreekbaar maken 3. Taalachterstand bij kinderen, jongeren en hun ouders aanpakken 4. Taalachterstand bij laaggeletterde werkzoekenden aanpakken
4
ECBO (2011). Laaggeletterdheid in Nederland. ‘s-Hertogenbosch: ECBO.
5
5. Taalachterstand bij laaggeletterden met werk aanpakken 6. Samenwerking zoeken met andere partijen om het aantal laaggeletterden te laten dalen
Sinds augustus 2010 is de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (Wet OKE) van kracht, met als doel de kwaliteit van educatie binnen het peuterspeelzaalwerk en de kinderopvang op 5
één lijn te brengen. De gemeente moet met de Wet OKE een VVE -plek bieden voor alle zogenoemde ‘doelgroepkinderen’ (peuters en kleuters die de Nederlandse taal onvoldoende beheersen). Dit heeft in 2012 geleid tot een nieuwe Stichting Kindcentra De Cirkel Twenterand, waarin de Stichting Peuterspeelzalen en Kinderopvang De Cirkel een geïntegreerd aanbod van voorschoolse educatie bieden. Het programma Piramide maakt hier onderdeel van uit.
In december 2011 heeft de gemeente Twenterand de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) 2011 - 2014 ‘Samenwerken aan talent’ vastgesteld. In dit beleidsplan staan afspraken tussen de gemeente en haar (onderwijs)partners over de manier waarop wordt omgegaan met onder andere het bestrijden van onderwijsachterstanden. In de LEA zijn speerpunten geformuleerd waar partners de komende jaren op gaan inzetten. De doorgaande leerlijn staat in de LEA centraal. Naast speerpunten ten aanzien van voorschoolse educatie conform de Wet OKE, is daarom ook het terugdringen en bespreekbaar maken van laaggeletterdheid een doelstelling. In juni 2012 is een kwalitatieve reflectie op de uitgangspunten van het Aanvalsplan 2008 – 2012 en de daaraan gekoppelde activiteiten uitgevoerd, om vervolgens te komen tot een nieuw aanvalsplan voor de periode 2013 - 2017. Voor het volledige beleidsdocument wordt verwezen naar ‘Terugblik Aanvalsplan laaggeletterdheid Gemeente Twenterand 2008 - 2012’, gemeente Twenterand, september 2012.
In de reflectie op het Aanvalsplan 2008 - 2012 worden geen cijfers genoemd; de indruk is echter dat de laaggeletterde inwoners van gemeente Twenterand onvoldoende worden bereikt. Enerzijds komt dit doordat het onderwerp moeilijk bespreekbaar is te maken door schaamtegevoel, anderzijds lijken er knelpunten te zijn in de toeleiding naar cursussen voor laaggeletterden.
Als aandachtspunten voor de toekomst worden in de kwalitatieve reflectie genoemd:
Laaggeletterdheid is en blijft een belangrijk thema. De problematiek is vaak onzichtbaar en ook moeilijk zichtbaar te maken
Blijvende aandacht voor laaggeletterdheid binnen de gemeentelijke organisatie, met name in de communicatie met en richting inwoners
Blijvende voorlichting aan inwoners over laaggeletterdheid en het cursusaanbod bij het ROC
De samenwerking met lokale en regionale partners zoals ROC, bibliotheek, bedrijfsleven, provincie en gemeenten behouden
5
VVE = Voor- en vroegschoolse educatie 6
De samenwerking met onderwijs; het creëren van een doorgaande leerlijn, het in een vroeg stadium aanpakken van taalachterstanden en het voorkomen van schooluitval, teneinde laaggeletterdheid op volwassen leeftijd te voorkomen
Stimuleren van werkgevers om aandacht te schenken aan lees- en schrijfvaardigheden van hun medewerkers
1.4 Overwegingen voor nieuw aanvalsplan laaggeletterdheid Hét probleem dat naar voren komt, is dat het zeer moeilijk is om de doelgroep laaggeletterden daadwerkelijk te bereiken en hen deel te laten nemen aan cursussen. Voorheen waren de regionale opleidingscentra (ROC’s) verantwoordelijk voor de werving van laaggeletterde personen. ROC’s hadden moeite om de groepen voor de cursussen lezen en schrijven ‘vol’ te krijgen. Met algemene campagnes wordt de doelgroep wel geïnformeerd over het aanbod van cursussen, maar door allerlei omstandigheden (taboe, negatieve schoolervaring, drempelvrees) wordt de stap naar deelname aan cursussen niet gezet. Het nieuwe aanvalsplan richt zich daarom vooral op het ontwikkelen en uitvoeren van activiteiten rond het concreet signaleren en doorverwijzen van laaggeletterden naar cursussen.
Op lokaal niveau hebben gemeenten op het terrein van educatie een regierol. Deze regierol is vastgelegd in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB). Het is belangrijk dat de gemeente vanuit haar regierol het beleid rondom laaggeletterdheid voortzet. Per 1 januari 2013 is de WEB gewijzigd. De wetswijziging heeft tot gevolg gehad dat gemeenten vanaf 2013 alleen nog cursussen en opleidingen mogen inkopen bij ROC’s die mensen helpen om beter te worden in taal en rekenen. Gemeenten ontvangen hiervoor jaarlijks middelen van de Rijksoverheid. Daarnaast zijn gemeenten per 1 januari 2013 verantwoordelijk geworden voor het werven van cursisten. Vanuit de gemeentelijke regierol vloeit het doel voort om laaggeletterdheid terug te dringen en bespreekbaar te maken. Deze doelstelling wordt met de volgende bepalende overwegingen voor de invulling van het aanvalsplan 2013 - 2017 nader uitgewerkt. De overwegingen zijn:
1. Afbakening doelgroep/problematiek: om een gerichte impuls te kunnen geven aan het bevorderen van geletterdheid in de gemeente Twenterand, wordt het aanvalsplan ingeperkt tot een beperkt aantal doelgroepen. Het gaat om:
niet-werkenden die vanwege laaggeletterdheid problemen ondervinden bij het vinden van werk
laaggeletterde ouders met jonge kinderen die hun kinderen onvoldoende kunnen ondersteunen in het taalvaardig worden (zij kunnen hun kinderen bijvoorbeeld niet voorlezen, terwijl dat van groot belang is voor de taalontwikkeling van kinderen)
7
2. Samenwerking met partners: wat bij de verkenning opvalt is dat de samenwerking tussen de verschillende partners onvoldoende benut wordt. Zo bestaan er weinig gerichte contacten tussen organisaties waar laaggeletterden gesignaleerd kunnen worden (bijvoorbeeld consultatiebureaus, peuterspeelzalen, basisscholen, sociale diensten, UWV’s en bedrijven) en de aanbieders van cursussen (ROC’s). Voor een beter bereik van deze doelgroep en een toeleiding naar scholing en/of coaching is het juist belangrijk dat verbindingen tot stand komen tussen ‘vindplekken’ waar de problematiek kan worden gesignaleerd en de aanbieder van de opleidingen.
1.5 Prioriteiten 2013 - 2017 De gemeente Twenterand wil zich sterk blijven maken om laaggeletterdheid te voorkomen en terug te dringen onder de Twenterandse bevolking. Hierdoor wordt uiteindelijk een grotere zelfredzaamheid van en participatie door een grotere groep Twenteranders aan de samenleving bevorderd. Bovendien zal een effectieve aanpak van laaggeletterdheid een positieve invloed hebben op de kosten voor wat betreft uitkeringen, gezondheidszorg, politie en justitie.
Voor het aanvalsplan van 2013 - 2017 stelt de gemeente Twenterand een aantal prioriteiten in de uit te voeren activiteiten. Enerzijds is dit ingegeven door de terugblik op het Aanvalsplan 2008 - 2012, waarin een groot aantal activiteiten is beschreven en waarvan een deel tot daadwerkelijke uitvoering heeft geleid. In deze tijd van bezuinigingen hecht de gemeente Twenterand er aan € 10.000,structureel beschikbaar te stellen voor de aanpak van laaggeletterdheid. Vooralsnog is het budget voor het breed uitzetten van activiteiten te krap. Om die reden is er in dit Aanvalsplan 2013 - 2017 gekozen voor prioritering, waarbij:
1. de nadruk ligt op de samenwerking met partners 2. aansluiting wordt gezocht tussen het aanbod aan educatie van het ROC van Twente en de lokale situatie in Twenterand 3. de gemeente Twenterand deelneemt aan de pilot Taal voor het Leven Zwolle (IJsselvechtstreek + Twente) vanuit de Stichting Lezen & Schrijven
8
2.
Aanvalsplan 2013 - 2017 op hoofdlijnen
De gemeente Twenterand wil een gerichte bijdrage leveren aan het terugdringen van laaggeletterdheid door de krachten te bundelen. Zij kiest daarom voor activiteiten waarbij concrete resultaten worden geboekt.
Om de kans op succes te maximaliseren, is gekozen voor een beperkt aantal activiteiten, waaraan concrete resultaatafspraken kunnen worden gekoppeld. Deze activiteiten zijn:
Signaleren, doorverwijzen en opleiden van laaggeletterde werkzoekenden
Samen werken aan geletterdheid door middel van voorleesprojecten in de bibliotheek
Uitbreiden van het aantal vrijwilligers en ambassadeurs voor laaggeletterdheid
2.1. Signaleren, doorverwijzen en opleiden van laaggeletterde werkzoekenden. Activiteit:
Consulenten van de gemeentelijke sociale dienst herkennen laaggeletterde werkzoekenden en leiden mensen toe naar een opleiding van het ROC van Twente
Doelstelling:
Terugdringen van laaggeletterdheid onder werkzoekenden
Subdoel 1:
Consulenten werven laaggeletterde werkzoekenden
Subdoel 2:
Consulenten van Sociale zaken signaleren en maken bespreekbaar wanneer er een vermoeden is van laaggeletterdheid bij werkzoekenden
Subdoel 3:
Consulenten van Sociale Zaken maken laaggeletterdheid bespreekbaar bij werkzoekenden en begeleiden alle laaggeletterde werkzoekenden naar een opleiding van het ROC
Subdoel 4:
De gemeente gebruikt in de contacten met haar burgers eenvoudig Nederlands
Subdoel 5:
De gemeente Twenterand participeert in de pilot Taal voor het Leven van de Stichting Lezen & Schrijven
Doelgroep:
Niet-werkenden die vanwege hun laaggeletterdheid problemen ondervinden bij het participeren in de maatschappij en het vinden van werk
Beoogd resultaat: Substantiële stijging van het aantal mensen dat tot 2017 deelneemt aan cursussen of andere leervormen op het terrein van lezen en schrijven, inclusief digitale geletterdheid. Hierdoor zal er sprake zijn van een daling van het aantal laaggeletterden in de gemeente Twenterand. Een belangrijk neveneffect kan zijn dat de laaggeletterde werkzoekende weer aan het werk komt. Op basis van het huidige cliëntenbestand van de gemeentelijke sociale dienst kan een schatting worden gemaakt van het aantal laaggeletterden en hier een prestatieafspraak aan worden gekoppeld.
9
Aanpak:
De aanpak beslaat een samenwerking tussen en taakstelling van vier partners:
De laaggeletterde werkzoekende Op basis van de gegevens van werkzoekenden uit de kaartenbak Sociale Zaken wordt nagegaan wie mogelijk laaggeletterd is Om op een snelle en eenvoudige wijze een eerste indicatie te krijgen van de taalvaardigheid van een cliënt kan de Taalmeter worden gebruikt. De taalmeter test op het 6
niveau 1F . Indien de uitslag van de Taalmeter onvoldoende is, kan er vanuit worden gegaan dat de persoon die de meter heeft ingevuld laaggeletterd is. De Taalmeter is een online en gratis instrument ontwikkeld door de Stichting Lezen & Schrijven Bij een vermoeden van laaggeletterdheid kunnen uitkeringsgerechtigden worden aangemeld voor een intake bij het ROC van Twente. Door middel van een toets wordt vastgesteld of een persoon laaggeletterd is Het volgen van een cursus Lezen en Schrijven of een opleiding van het ROC wordt verplicht gesteld. De opleidingen bij het ROC zijn ‘Taal in de context’, ‘Rekenen in de context’ en ‘Taal gericht op laaggeletterdheid’. De uitkeringsgerechtigden zijn verplicht om deel te nemen aan (één van) deze opleidingen. Indien een uitkeringsgerechtigde verzuimt om deel te nemen aan de opleiding of cursus lezen en schrijven, wordt de uitkering gekort. Dit kan op basis van de ‘Afstemmingsverordening Wwb, Ioaw, Ioaz en Bbz, gemeente Twenterand 2012’ De laaggeletterde cursist wordt bijgestaan door een taalvrijwilliger. De taalvrijwilliger motiveert en inspireert en biedt de laaggeletterde cursist hulp, bijvoorbeeld bij het aanvragen van een bibliotheekpasje of het lenen van boeken in de bibliotheek
De gemeente Twenterand
De gemeente voert de regie
De gemeente Twenterand vervult een voorbeeldfunctie: in haar communicatie met de burgers, zoals o.a. in ‘Gemeentecontact’, gebruikt de gemeente eenvoudig Nederlands
De gemeente leidt alle consulenten op om zich te scholen in het herkennen en verwijzen van laaggeletterden. De Stichting Lezen & Schrijven biedt een training aan van twee dagdelen inclusief materialen, waarin consulenten toegerust worden om adequate en effectieve gesprekken te voeren met potentiële cursisten. Aan deze training zijn geen kosten verbonden
De consulenten van de gemeentelijke sociale dienst zijn zich bewust van het fenomeen laaggeletterdheid en werven uitkeringsgerechtigden voor een taalopleiding van het ROC
6
Referentieniveau 1F is het niveau dat leerlingen aan het einde van groep 8 moeten beheersen om de overstap naar het voortgezet onderwijs goed te kunnen maken.
10
De gemeente werkt samen met de Stichting Lezen & Schrijven en participeert in de pilot Taal voor het Leven
Tijdens de Week van de Alfabetisering, die jaarlijks in september wordt georganiseerd, vraagt de gemeente Twenterand extra aandacht voor het onderwerp
Het ROC van Twente
Het ROC verzorgt de intake en toetsing bij het vaststellen van het taalniveau van potentiële cursisten
Het ROC verzorgt de cursussen ‘Taal in de context’, ‘Rekenen in de context’ en ‘Taal gericht op laaggeletterdheid’. De cursussen voor laaggeletterden worden twee à drie keer per week gedurende een schooljaar verzorgd en zijn thematisch ingevuld, gericht op activiteiten in het dagelijks leven
De gemeente Twenterand ontvangt onder voorbehoud van vaststelling van de begroting jaarlijks Rijksmiddelen vanuit de WEB. De gemeente is tot 1 januari 2015 verplicht deze middelen aan te wenden voor educatie (verplichte winkelnering). De cursussen voor laaggeletterden worden met rijksmiddelen educatie ingekocht bij het ROC van Twente
De Stichting Lezen & Schrijven / pilot Taal voor het Leven
Taal voor het Leven is een driejarig programma. In Taal voor het Leven wordt bestaande kennis en infrastructuur benut, worden nieuwe manieren van leren lezen en schrijven door volwassenen uitgeprobeerd en wordt inzichtelijk gemaakt wat werkt en wat niet. Taal voor het leven verbindt twee werelden: de wereld van de vrijwilligers die cursisten vinden, enthousiasmeren en begeleiden en de wereld van professionele docenten die materiaal ontwikkelen, lesgeven en vrijwilligers opleiden. Stichting Lezen & Schrijven heeft de regierol in Taal voor het Leven. In het najaar van 2012 zijn zes pilots van start gegaan in de regio’s Almere, Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht en Zwolle (IJsselvechtstreek + Twente). Twenterand valt onder de regio Zwolle. Meer informatie hierover is te vinden op www.taalvoorhetleven.nl.
Via de Taalmeter kan snel, eenvoudig en kosteloos een eerste indicatie worden verkregen van het niveau van geletterdheid van een cliënt
Stichting Lezen & Schrijven biedt kosteloos een training van twee dagdelen aan voor consulenten van Sociale Zaken
Betrokken partners: Het aanvalsplan laaggeletterdheid beoogt nieuwe samenwerkingsverbanden tussen organisaties waar laaggeletterdheid kan worden gesignaleerd en de toeleiding naar/deelname aan cursussen.
11
Partijen zijn:
1. De gemeente Twenterand 2. Het ROC van Twente 3. Stichting Lezen & Schrijven / pilot Taal voor het Leven
2.2 Samenwerken aan geletterdheid door middel van voorleesprojecten in de bibliotheek Educatie en ontwikkeling zijn kernfuncties van openbare bibliotheken. Door haar lokale verankering is de bibliotheek bij uitstek geschikt voor deze rol. Bibliotheken vormen een belangrijke schakel in het proces van taalwerving en het preventief aanpakken van taalachterstand bij jonge kinderen en laaggeletterdheid bij volwassen met jonge kinderen. Het is belangrijk dat educatie een leven lang doorgaat en dat bibliotheken een aanbod hebben voor alle leeftijden. Het aanbod dient daarom niet alleen op kinderen en jongeren gericht te zijn, maar ook op laagopgeleide volwassen, met name laaggeletterden met jonge kinderen. De bibliotheek wil het leesplezier van alle inwoners stimuleren, zodat hun lees- en taalvaardigheden worden vergroot.
Activiteit:
Samenwerken aan geletterdheid door voorlezen
Doelstelling:
Terugdringen van laaggeletterdheid onder ouders met jonge kinderen die hun kinderen onvoldoende kunnen ondersteunen in de taalontwikkeling
Subdoel 1:
De gemeente en de bibliotheek stimuleren laaggeletterde burgers die deelnemen aan de cursus Lezen en Schrijven om hun kind voor te lezen
Subdoel 2:
De bibliotheek voert het project VoorleesExpress uit en betrekt de gemeente Twenterand bij verdere uitwerking van het plan
Doelgroep:
Ouders met jonge kinderen die hun kinderen onvoldoende kunnen ondersteunen in het taalvaardig worden
Beoogd resultaat: Het voorleesritueel introduceren bij gezinnen met een taalachterstand. Ouders van kinderen met een VVE-indicatie worden gestimuleerd om een lees- en schrijfcursus te volgen.
Aanpak: De gemeente is verantwoordelijk geworden voor het creëren van een aanbod van voor- en 7
vroegschoolse educatie (VVE) aan kinderen die tot de doelgroep behoren . VVE heeft tot doel ontwikkelingsstimulering van kinderen in de voorschoolse periode (2- en 3-jarigen) en de
7
Deze verantwoordelijkheid is vastgelegd in de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie.
12
vroegschoolse periode (4- en 5 jarigen) en het voorkomen dan wel zo vroeg mogelijk aanpakken van onderwijsachterstanden.
In Twenterand vormt de gewichtenregeling basisonderwijs het criterium om te bepalen of een kind tot de doelgroep VVE behoort. Kinderen worden door het consultatiebureau geïndiceerd voor een VVE–plaats bij SKT de Cirkel op basis van deze gewichtenregeling. Via het consultatiebureau, de bibliotheek en de basisscholen worden ouders op een positieve manier gestimuleerd gebruik te maken van het VVE-aanbod. Ouders kunnen besluiten hun kind wel of niet te laten deelnemen aan 8
voorschoolse activiteiten . Naast een plek op een voorschoolse voorziening voor hun kind, moeten ouders ook gemotiveerd worden om meer te communiceren met hun kinderen en ze voor te lezen. Door de ouder te stimuleren gebruik te maken van een voorleescursus, kan de eventueel laaggeletterde ouder op een laagdrempelige manier zelf worden doorgeleid naar een taalcursus of gebruikmaken van de ondersteuning door een taalvrijwilliger. De bibliotheek vormt als laagdrempelige voorziening een belangrijke schakel in het geven van de voorleescursussen en het doorverwijzen van laaggeletterde ouders naar een taalcursus.
Specifiek voor taalontwikkeling informeert het consultatiebureau ouders over het belang van voorlezen aan hun kind en (voor)leesactiviteiten die de bibliotheek organiseert voor ouders en hun kinderen. De bibliotheek maakt sinds enkele jaren gebruik van Boekstart, een leesbevorderingsprogramma voor ouders en baby’s. Boekstart maakt inmiddels onderdeel uit van de reguliere werkzaamheden van de bibliotheek. De bibliotheek werkt voor de uitvoering ervan nauw samen met de jeugdgezondheidszorg. De gemeente streeft een koppeling na tussen de kinderen die behoren tot de VVE-doelgroep en hun laaggeletterde ouder(s) en tracht hiermee de vicieuze cirkel binnen laaggeletterde families te doorbreken.
De VoorleesExpress is een project dat is opgezet om voorlezen te stimuleren. De VoorleesExpress heeft tot doel het voorleesritueel te introduceren bij gezinnen met een taalachterstand. De bibliotheek voert het project de VoorleesExpress uit en betrekt de gemeente Twenterand bij verdere uitwerking van het plan. Voor deelname aan het project komen gezinnen in aanmerking van kinderen die gebruik maken van een VVE-plaats. Voorlezen helpt bij de ontwikkeling van de taal en het vergroot het leesplezier. Een vrijwilliger komt een half jaar lang, wekelijks bij een gezin thuis voorlezen. Het voorlezen stimuleert de taalontwikkeling van kinderen, verrijkt de taalomgeving in huis en brengt burgers met elkaar in contact. Gedurende het project maken de gezinnen kennis met (prenten)boeken, interactief voorlezen en de bibliotheek. De ouders krijgen handvatten om het voorleesritueel een vaste plek te geven in het gezin.
Een neveneffect van de VoorleesExpress is de bewustwording bij de betreffende ouder van laaggeletterdheid. De vrijwilliger die in het gezin voorleest, kan de ouder stimuleren een cursus voor lezen en schrijven te volgen en hem helpen zich daarvoor aan te melden. 8
Kinderen zijn vanaf 5 jaar leerplichtig.
13
Voor het werven van vrijwilligers voor het project VoorleesExpress kan gebruik worden gemaakt van de kennis, expertise en ondersteuning van het Informatiepunt Vrijwilligerswerk Twenterand (IVT). Ook de Rotaryclub Twenterand levert in 2013 een bijdrage aan de strijd tegen laaggeletterdheid. Rotaryclub Twenterand ondersteunt het project VoorleesExpress financieel. Daarnaast zet de Rotaryclub zich in voor het werven van vrijwilligers.
De ambitie is om de VoorleesExpress in 2013 - 2014 uit te voeren bij vijf gezinnen in Twenterand.
Betrokken partners: Met het aanvalsplan wil de gemeente bereiken dat nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan tussen organisaties waar laaggeletterdheid- problematiek kan worden gesignaleerd en aangepakt.
Partijen zijn:
1. De gemeente Twenterand 2. Stichting Lezen & Schrijven / pilot Taal voor het Leven 3. Bibliotheek Twenterand 4. Jeugdgezondheidszorg 5. Vrijwilligers en ambassadeurs 6. Informatiepunt Vrijwilligerswerk Twenterand (IVT) 7. Rotaryclub Twenterand
2.3 Het werven en opleiden van vrijwilligers en ambassadeurs laaggeletterdheid De gemeente Twenterand participeert in de pilot Taal voor het Leven van de Stichting Lezen & Schrijven. De kracht van Taal voor het Leven is de rol van vrijwilligers hierin. Binnen het aanvalsplan laaggeletterdheid zijn voor de diverse doelstellingen vrijwilligers nodig: bijvoorbeeld voor de VoorleesExpress of voor het begeleiden van laaggeletterde volwassenen. De pilot Taal voor het Leven verbindt twee werelden: de wereld van de vrijwilligers die cursisten vinden, enthousiasmeren en begeleiden en de wereld van professionele docenten die materiaal ontwikkelen, lesgeven en vrijwilligers opleiden. De vrijwilligers helpen een laaggeletterde inwoner met de schriftelijke en mondelinge beheersing van de Nederlandse taal. Daarnaast maken de vrijwilligers onder inwoners van de gemeente het thema laaggeletterdheid bespreekbaar en worden laaggeletterde inwoners actief benaderd door de vrijwilligers. Voor het werven van vrijwilligers kan gebruik worden gemaakt van de kennis, expertise en ondersteuning van het Informatiepunt Vrijwilligerswerk Twenterand (IVT).
14
Naast het vinden van vrijwilligers die zich inzetten voor hulp aan laaggeletterden, is het een doel om het aantal ambassadeurs voor laaggeletterdheid uit de gemeente Twenterand uit te breiden. Een ambassadeur is een ex-laaggeletterde, die zich vrijwillig inzet om het thema bespreekbaar te maken en inwoners te benaderen. In de periode 2009 - 2012 waren er binnen de gemeente Twenterand vier ambassadeurs actief. Geen van deze ambassadeurs is in de gemeente woonachtig. Ambassadeurs kunnen een grote rol spelen in het terugdringen van het aantal laaggeletterden binnen de gemeente. Zij hebben immers zelf als volwassenen (opnieuw) leren lezen en schrijven en weten als geen ander wat voor invloed dat heeft (gehad) op hun leven (zelfstandigheid, zelfvertrouwen, levensgeluk). Ambassadeurs kunnen in Twenterand worden ingezet als rolmodel. Zij dragen in belangrijke mate bij aan de taboedoorbreking rondom het onderwerp. De gemeente Twenterand brengt bij haar partners, zoals het onderwijs, zorginstellingen en bedrijfsleven, de ambassadeurs laaggeletterdheid onder de aandacht. Organisaties kunnen ambassadeurs uitnodigen om bij hun medewerkers of leden onder de aandacht te brengen hoe het is om laaggeletterd te zijn. Daarnaast kunnen ambassadeurs worden ingezet om laaggeletterde inwoners actief te benaderen en te stimuleren deel te nemen aan een cursus.
Het implementeren en inrichten van een Taalpunt in de bibliotheek is een goed instrument om vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Een Taalpunt is een fysieke locatie waar alle inwoners die moeite hebben met lezen en schrijven terecht kunnen voor advies en begeleiding. Het Taalpunt Twenterand richt zich op alle inwoners van de gemeente Twenterand die hun beheersing van de Nederlandse taal willen verbeteren. Daarnaast kunnen bij een Taalpunt mensen zich aanmelden die vrijwilliger willen worden. Aan het Taalpunt is een taalregisseur verbonden die vrijwilligers nader kan informeren (deskundigheidsbevordering, bijvoorbeeld over de inhoud van de leertrajecten).
De bibliotheek is als laagdrempelige voorziening geschikt voor het inrichten van een Taalpunt. Een bibliotheek is heeft een publieke functie en is openbaar toegankelijk, ook voor niet-leden. Een bibliotheek heeft tevens boeken in de collectie die geschikt zijn voor mensen die moeite hebben met lezen.
Activiteit:
Uitbreiden van het aantal vrijwilligers en ambassadeurs
Doelstelling: Het aantal vrijwilligers, dat actief is binnen de gemeente wordt uitgebreid en jaarlijks op peil gehouden
Subdoel 1:
Uitbreiden van het aantal vrijwilligers
Subdoel 2:
Uitbreiden van het aantal ambassadeurs laaggeletterdheid uit Twenterand (ex-laaggeletterden) in samenwerking met het ROC van Twente
Subdoel 3:
Het inrichten van een Taalpunt in de bibliotheek
15
Doelgroep:
Vrijwilligers
Cursisten die een cursus Lezen en Schrijven bij het ROC van Twente hebben afgerond
Beoogd resultaat: Nieuwe vrijwilligers en ambassadeurs (ex-laaggeletterden) die de cursus Lezen en Schrijven onder de aandacht brengen van laaggeletterden, cursisten ondersteunen en kinderen voorlezen in gezinnen met laaggeletterde ouders (VoorleesExpress), en het inrichten van een Taalpunt in de bibliotheekvestiging in Vriezenveen.
Aanpak: Via het Informatiepunt Vrijwilligerswerk Twenterand worden vrijwilligers geworven. Het IVT is de aangewezen organisatie op het gebied van vrijwilligerswerk in de gemeente. Het IVT geeft informatie en advies, bijvoorbeeld over bemiddeling naar vrijwilligerswerk. Daarnaast kunnen vrijwilligers zich aanmelden bij het Taalpunt in de bibliotheek.
De pilot Taal voor het Leven heeft een scholingsaanbod voor vrijwilligers, zodat inwoner kunnen worden opgeleid tot taalvrijwilliger. De basistraining voor taalvrijwilligers bestaat uit vier bijeenkomsten. Aan een training kunnen 15 vrijwilligers deelnemen.
Om het effect van de werkzaamheden van ambassadeurs te vergroten, is het nodig het aantal ambassadeurs uit te breiden. Zij worden door het ROC geworven onder cursisten en opgeleid tot ambassadeur. Het trainen van een nieuwe ambassadeur gebeurt in de praktijk, onder begeleiding. Een nieuwe ambassadeur ‘draait mee’ met activiteiten die worden georganiseerd. Dit zijn onder andere twee bijeenkomsten met andere ambassadeurs van het ROC waarin ervaringen worden uitgewisseld of een bepaald thema wordt besproken. Wanneer een ambassadeur net begint, gaat hij/zij mee naar activiteiten, zonder daar zelf al een actieve rol te spelen. De inzet van een ambassadeur wordt langzaam opgebouwd.
Het Taalpunt wordt ingericht in de bibliotheek te Vriezenveen. Deze vestiging stelt hier ruimte voor beschikbaar. Het Taalpunt kent de volgende onderdelen: een materialenbank, een informatie- en adviespunt, een ontmoetingsruimte, een taalkaart (overzicht) en taalcoaches. De organisatie en bemensing van het Taalpunt wordt opgepakt en uitgevoerd door de bibliotheek in samenwerking met de pilot Taal voor het Leven van de Stichting Lezen & Schrijven. De gemeente stelt hier jaarlijks middelen voor beschikbaar. Zoals het er nu naar uitziet, zal een substantieel bedrag in de vorm van middelen en materialen beschikbaar worden gesteld vanuit de pilot Taal voor het Leven. De aanvraag hiervoor wordt door de bibliotheek Twenterand ingediend.
Betrokken partners: Met het aanvalsplan wil de gemeente bereiken dat nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan tussen organisaties waar laaggeletterdheidsproblematiek kan worden gesignaleerd en aangepakt.
16
Partijen zijn:
1. Het ROC van Twente 2. De gemeente Twenterand 3. Informatiepunt Vrijwilligerswerk Twenterand (IVT) 4. Bibliotheek Twenterand 5. Huidige en nieuwe vrijwilligers en ex-laaggeletterden 6. Stichting Lezen & Schrijven / pilot Taal voor het Leven
17
3.
Financieel overzicht
De gemeenteraad heeft voor de aanpak van laaggeletterdheid voor de jaren 2013 tot en met 2017 structureel elk kalenderjaar € 10.000,- beschikbaar gesteld. De middelen worden als volgt ingezet:
2013
2014
2015
2016
2017
Training consulenten
€
-
€
-
€
1.000,00
€
1.000,00
€
1.000,00
Inzet laaggeletterdheid
€
9.000,00
€
9.000,00
€
5.400,00
€
5.400,00
€
5.400,00
Scholing taalvrijwilligers
€
-
€
-
€
2.600,00
€
2.600,00
€
2.600,00
Onkostenvergoeding
€
500,00
€
500,00
€
500,00
€
500,00
€
500,00
Onvoorzien
€
500,00
€
500,00
€
500,00
€
500,00
€
500,00
TOTAAL
€ 10.000,00
vanuit Bibliotheek Twenterand*
vrijwilligers
€ 10.000,00
€ 10.000,00
€ 10.000,00
€ 10.000,00
* Deze post omvat diverse initiatieven en activiteiten die vanuit de Bibliotheek Twenterand worden opgezet en georganiseerd. Onder andere het uitvoeren van het project de VoorleesExpress en de coördinatie en uitvoering van het Taalpunt in de bibliotheek. Naar het zich laat aanzien wordt een substantieel bedrag voor cofinanciering ontvangen vanuit de Stichting Lezen & Schrijven, de pilot Taal voor het Leven voor het opzetten van een Taalpunt. De aanvraag hiervoor wordt door de bibliotheek ingediend.
3.1 Verantwoording De besteding van het Onderwijs, Cultuur en Wetenschapsdeel (OCW) van het participatiebudget (rijksmiddelen educatie) wordt jaarlijks verantwoord in de SiSa-procedure (single information single audit). Verantwoording van de structurele middelen laaggeletterdheid (€ 10.000,- per kalenderjaar) vindt plaats middels de interne planning & control cyclus.
18