r
"SS©*
Jadviesbureau|m i I i e u | r u i m t e |'w a t e r
X
© © H fa.
U B
0 CS "ü ® £ © +*
m
N £ 0 "0
0 O
&
(5 © +* £ *« © (B (6
è O
0 £ £
Ö
.£ fa. fl>
>
Opdrachtgever^ G e m e e n t e Oidenzaal Contactpersoon De heer B. Nijholt CSO A d v i e s b u r e a u Contactpersonen Mevrouw ir. E.T. Cornet De heer ing. J. Jager De heer ing. C.N. Leenstra
icimfa gecertificeerd
VGM CHECKUSTftANMMOS
IcilüFsl gecertificeerd
KWAUTE1TSMANAGEMENT
fa.
m tfi
e
(5
CS
"ï
r
"SSS*
iadviesbureau
|rin i ! i e u | r • u' i m t e |'w a t e r
Friesestraatweg 191 Postbus 70019 9704 AA Groningen Tel.: 050 - 3039765 Fax: 050 - 5777345 www.cso.nl
[email protected]
Verkennend! bodem- en asbest onderzoek oud spoor Jaarsveldstraat t e Oidenzaal
Opdrachtgever Gemeente OldenzaaS Postbus 354 7570 AJ Oidenzaal Telefoon 0541-588175, fax 0541-588249 Contactpersoon Dhr. B. Nijholt CSO Adviesbureau Contactpersonen Mevrouw ir. E.T. Cornet De heer ing. J. Jager De heer ing. C.N. Leenstra Projectcode CSO Datum Projectleider Rapportnr. Status
04.J019.10 8 juni 2004 Mevr. ir. E.T. Cornet 04.D008 Definitief
Icimra
iciwa
gecertificeerd
M
VGM CHECKUST AANNEMESS
gecertificeerd
KWAUTEfTSMAHAGEMEHT
f^!S^
S a d v i e s b u r e a u |,cn
i
I i e u
| r; u i m t e |w a t e r
Inhoudsopgave 1
2
3
4
5
6
Inleiding 1.1 Aanleiding en doelstelling 1.2 Leeswijzer Kwaliteitsborging 2.1 Certificering en kwaliteitsborging 2.2 Richtlijnen uitvoering onderzoek 2.3 Veldwerkzaamheden en analyses Algemene gegevens 3.1 Locatiegegevens 3.2 Voorgaand onderzoek 3.3 Bodemopbouw en geohydrologie 3.4 Hypothese Uitgevoerde werkzaamheden 4.1 Onderzoeksstrategie 4.2 Veldwerk 4.3 Chemische analyses Resultaten 5.1 Resultaten van het veld- en laboratoriumonderzoek 5.2 Toetsingskader 5.3 Verontreinigingssituatie 5.3.1 Grond 5.3.2 Grondwater 5.3.3 Interpretatie en toetsing hypothese Conclusies en aanbevelingen ,
,
,
,
blz. 2 2 2 3 3 3 3 4 4 4 4 4 5 5 5 5 7 7 7 8 8 9 10 11
Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4a Bijlage 4b Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7
Regionale ligging Situatietekening Boorstaten Streef- en interventiewaarden grond Streef- en interventiewaarden grondwater Analysecertificaten Lijst van gebruikte afkortingen en begrippen Lijst van VKB-protocollen, normen en richtlijnen bodemonderzoek
Projectnummer: 04.J019.10
SS1©.
{adviesbureau |m i I i e u |'r u i m t e |w a t e r
1 Inleiding 1.1 A a n l e i d i n g e n d o e l s t e l l i n g In opdracht van de gemeente Oidenzaal heeft CSO Adviesbureau een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse van het perceel gelegen tussen de Jaarsveldstraat en de Enschedesestraat, kadastraal bekend gemeente Oidenzaal, sectie E, nummers 1505. De aanleiding tot het uitvoeren van het verkennend bodem- en asbestonderzoek vormt de voorgenomen ontwikkeling van het perceel tot bedrijventerrein. Het doel van het onderzoek is het bepalen van de milieuhygiënische kwaliteit van de grond en grondwater op de onderzoekslocatie, om vast te stellen of deze geen belemmering vormt voor de geplande ontwikkeling van het perceel. Voor een uitleg van de in dit rapport gebruikte begrippen en afkortingen wordt verwezen naar bijlage 6.
1.2 Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de kwaliteitsborging: certificering, richtlijnen en uitbesteding van werkzaamheden. Hoofdstuk 3 beschrijft de resultaten van het vooronderzoek. Vervolgens worden in hoofdstuk 4 de uitgevoerde veld- en laboratoriumwerkzaamheden beschreven. In hoofdstuk 5 worden de resultaten van het veld- en laboratoriumonderzoek weergegeven; het toetsingskader waaraan is getoetst in het verkennend onderzoek wordt beschreven en aan de hand hiervan wordt de verontreinigingssituatie beschreven. In hoofdstuk 6 worden de conclusies en aanbevelingen ten aanzien van het verkennend onderzoek besproken. In de (kaart)bijlagen zijn de onderzoeksgegevens in de vorm van tekeningen en tabellen bijgevoegd.
Projectnummer: 04.J019.10
r a d v i e s b u r e a u |tri
i
I i é: u
|-r u i m t e 1>W a t
e
r
2 Kwaliteitsborging 2.1 Certificering en kwaliteitsborging CSO Adviesbureau is ISO 9001, VCA** en BRL SIKB 2000 gecertificeerd door Kiwa. Het milieukundig bodemonderzoek is uitgevoerd conform de BRL SIKB 2000 en de daarbij behorende protocollen, normen en richtlijnen. CSO Adviesbureau is bovendien lid van de Vereniging Kwaliteitsborging Bodemonderzoek (VKB). Alle werkzaamheden worden uitgevoerd conform de kwaliteitseisen van deze vereniging. Alle voorschriften zijn in het kwaliteitssysteem van CSO geïmplementeerd. De naleving hiervan wordt periodiek getoetst door externe auditors van certificerende instellingen. Deze certificerende instellingen zijn daartoe erkend door de Raad voor Accreditatie.
2.2 Richtlijnen uitvoering onderzoek Bodemonderzoek Het verkennend onderzoek is uitgevoerd op basis van de richtlijnen zoals aangegeven door de NEN 5740: Bodem - Onderzoeksstrategie bij verkennend onderzoek (oktober 1999) en de NEN 5707: Bodem-Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem(april 2003). In tegenstelling met de richtlijnen is afgezien van een historisch onderzoek gezien het reeds uitgevoerde onderzoek door de Grondmij in 1999 (zie par. 3.2).
2.3 Veldwerkzaaiïiheden en analyses Veldwerk De veldwerkzaamheden zijn verricht door Sialtech Grondboringen en Veldmetingen. Sialtech is ISO 9001, VCA** en BRL 2000 gecertificeerd door Kiwa. Daarnaast is Sialtech lid van de Vereniging Kwaliteitsborging Bodemonderzoek (VKB). Het veldwerk is uitgevoerd conform de BRL SIKB 2000 en de daarbij behorende VKB-protocollen, normen en richtlijnen, welke in bijlage 7 zijn samengevat. Chemische analyses De laboratoriumwerkzaamheden zijn verricht door Alcontrol Laboratories in Hoogvliet. Alcontrol Laboratories is geaccrediteerd door STERLAB onder nr. 28 conform de Europese norm NEN-EN 45001. Daarnaast is Alcontrol Laboratories ISO 9001 gecertificeerd door Lloyd's Register Quality Assurance.
Projectnummer: 04.J019.10
u-JcA
i/u—c«y\
r%
GS©*
Jad vi e s b u r e a u I rn i I i e u R u i m t e |w a t e r
3 Algemene gegevens 3.1
Locatiegegevens
De regionale ligging van de onderzoekslocatie is weergegeven op de tekening in bijlage 1. Een overzicht van de locatie is opgenomen in bijlage 2. Enkele locatiegegevens zijn opgenomen in tabel 1. Tabel 1. Locatiegegevens Omschrijving Oppervlakte Kaartblad nr. topografische kaart van Nederland X.Y. coördinaten Kadastrale gegevens
Gegevens Circa 3000 rr? 28H X: 260.280 Y: 479.850 Gemeente Oidenzaal, sectie E, nummers 1505
De onderzoekslocatie is braakliggend en is gelegen tussen de Jaarsveldstraat en de Enschedesestraat. Het terrein betreft een voormalige tracé van een spoorlijn.
3.2 Voorgaand onderzoek In het voorgaand onderzoek uit 1999 (Grontmij, verkennend bodemonderzoek locatie Oidenzaal, Geocode 281, Opgeheven spoorlijn (kl 0.00-1.65), kenmerk 11/99217, d.d. 15 december 1999) is puinhoudend stortmateriaal aangetroffen. In een mengmonster uit de bovengrond is een matige verontreiniging met zink aangetoond. Tevens in het gehalte EOX hier verhoogd aangetoond tot 4,9 mg/kg.
3.3 Bodemopboww en geohydrologie De navolgende gegevens zijn ontleend aan de Grondwaterkaart van Nederland, Almelo/Denekamp/Enschede/ Glanerbrug (TNO Dienst Grondwaterverkenning, 1974). Oidenzaal ligt gedeeltelijk op de stuwwal. De maaiveldhoogte in Oidenzaal varieert van 32 tot 60 m +NAP en bedraagt op de locatie circa 40 m +NAP. De regionale bodemopbouw ter plaatse van de locatie staat globaal weergegeven in tabel 2. Tabel 2. Schematische beschrijving van de bodemopbouw. Diepte t.o.v. NAP (meter) 40 tot 9
Geologische omschrijving Lithostratigrafie
Vanaf 9
1 e slecht doorlatende laag
1 e watervoerend pakket
Bodemsoort
Formaties van Twente, van Harderwijk en (matig) grof zand Enschede, formatie van Drente Tertiare afzettingen Klei
Het eerste watervoerend pakket heeft een doorlaatvermogen (transmissiviteit) van circa 400 m2/dag. Het ondiepe grondwater staat op circa 1,8 m-mv. Het grondwater in het eerste watervoerend pakket stroomt regionaal in westelijke richting. De locatie ligt niet in een grondwaterbeschermingsgebied. Het dichtstbijzijnde pompstation is -o Waterwingebied Oidenzaal 1 km ten westen van de locatie. De stromingsrichting van het grondwater in het eerste watervoerend pakket wordt hierdoor mogelijk in geringe mate beïnvloed.
3.4 Hypothese Op basis van het voorgaand onderzoek en de overige informatie wordt de locatie als verdacht aangemerkt met een heterogene verdeling op schaal van monsterneming (VED-HE). Projectnummer: 04.J019.10
^
H
'C\*
??
r Iadviesbureau |m i I i ë u |r U i m t e |w a t e r
4 Uitgevoerde werkzaamheden 4.1
Onderzoeksstrategie
Uit de beschikbare informatie blijkt dat de onderzoekslocatie mogelijk is verontreinigd met een heterogene verdeling op schaal van monsterneming (VED-HE). Op verzoek van de opdrachtgever wordt in eerste instantie een onderzoek uitgevoerd welke het voorgaande onderzoek dient te actualiseren. Om deze reden is gekozen voor een onderzoeksstrategie conform de NEN5740 voor onverdachte locaties, aangevuld met een asbestonderzoek.
4.2 Veldwerk Het veldwerk is op 18 mei 2004 uitgevoerd door Sialtech Grondboringen en Veldmetingen te Deventer. Om de kwaliteit van de grond en grondwater vast te stellen zijn de volgende veldwerkzaamheden uitgevoerd: • 9x boring tot 0,5 m-mv; > 2x boring tot grondwater (maximale boordiepte 2,0 m-mv); *• 1x boring met peilbuis tot circa 3,5 m-mv Een overzicht van de locatie met de ligging van de boorpunten is opgenomen in bijlage 2. Bij de uitvoering van het veldwerk is de volgende algemene strategie gehanteerd: • De boringen zijn gelijkmatig over de locatie verdeeld; • Wanneer zintuiglijke verontreinigingen zijn aangetroffen, zijn de boringen doorgezet tot 0,5 meter beneden de zintuiglijk verontreiniging; • Bemonstering heeft plaatsgevonden van trajecten van maximaal 0,5 meter, waarbij bodemmateriaal uit zintuiglijk verschillende bodemlagen (textuur/verontreiniging) niet met elkaar is vermengd; » In verband met de regelgeving op het gebied van de arbeidsomstandigheden zijn tijdens het veldonderzoek geen actieve geurwaarnemingen verricht; bij sterke geur is de eventuele aanwezigheid van vluchtige verbindingen in de bodem tijdens het veldonderzoek gedetecteerd met olie-watertesten; » De peilfilters zijn minimaal 0,5 meter onder de grondwaterspiegel geplaatst; • Het grondwater is minimaal één week na plaatsing van de peilbuizen bemonsterd; • De zuurgraad (pH) en geleidbaarheid (EC) van het grondwater zijn voorafgaand aan de grondwaterbemonstering in het veld gemeten. Het opgehoorde materiaal is beoordeeld op kleur, textuur, bijmenging(en) en eventuele bijzonderheden. De profielbeschrijvingen van de boringen zijn opgenomen in bijlage 3.
4.3 Chemische analyses Een deel van de tijdens het veldwerk genomen monsters is geanalyseerd. Deze zijn weergegeven in onderstaand analyseschema (tabel 3): Tabel 3. Analyseschema (Meng)monster Boringen 2, 3, 4, 5, 6, 7 mm1 mm2 1,8, 9 J 0 , 11,12, 13 mm3 i,4,rm> ^* 01 t/m 13 1 , 2 X 4 , 5 , 6 , 7 , 8 , 9 , 10,11,12,13 01-1-2 Pb 01 * Lut/os = lutum/organische stof
Traject (m-mv) 0-0,5 0-0,5 0,5,0-1,5 0-0,5 2;3
Analyse NEN-pakket grond, Lut/os* NEN-pakket grond NEN-pakket grond, Lut/os* Asbest conform NEN 5707 NEN-pakket grondwater
De selectie van de grondmonsters is gebeurd op basis van zintuiglijke waarnemingen en herkomst. Het NEN-pakket grond bestaat uit: • Zware metalen (cadmium, chroom, koper, nikkel, lood, zink en kwik) en arseen; « Extraheerbare organische halogenen (EOX); Projectnummer: 04.J019.10
I1
"GS©*
j a d vi e s b u r e a u f m f-r
i I i e u u
i m t
e
| w a t e r • Minerale olie (GC); • Polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK, 10 VROM). Het NEN-pakket grondwater bestaat uit: • Zware metalen (cadmium, chroom, koper, nikkel, lood, zink en kwik) en arseen; • Vluchtige aromatische koolwaterstoffen (VOCI); • Vluchtige gehalogeneerde koolwaterstoffen en naftaleen (BTEXN); » Minerale olie (GC). De analyses op minerale olie zijn door het laboratorium standaard voorbehandeld met een clean-up. Hierdoor worden storende invloeden van humus en/of PAK-achtige verbindingen verkleind en worden meer representatieve analyseresultaten verkregen.
Projectnummer: 04.J019.10
I'
SS&
a d v i e s b u r e a u §m i I i e u 1r u i m t e | w a t e r
5 Resultaten 5.1 Resultaten van het veld- en laboratoriumonderzoek De lokale bodemopbouw ter plaatse van de onderzoekslocatie kan als volgt worden beschreven. De grond bestaat overwegend uit zwak humeus, matig siltig, matig fijn zand. Op 1,5 m-mv tot 1,9 m-mv gaat dit over in een sterk zandige leem. (zie ook bijlage 3) Tijdens de uitvoering van het veldwerk is ter plaatse van boring 4 in de opgehoorde grond zintuiglijk een muffe lucht waargenomen in het traject 0,5-1,0 m. In overleg met gemeente Oidenzaal is gekozen voor analyse van dit monster in het mengmonster van de ondergrond (mm3). Van elke boring is de eerste 0,5 m zintuiglijk beoordeeld op het voorkomen van asbest. Hierbij is een gat van 0,3 x 0,3 m uitgegraven. De uitkomende grond is gezeefd. Hierbij is geen puin of asbesthoudend materiaal aangetroffen. Grondwater Voorafgaand aan de grondwaterbemonstering zijn de zuurgraad (pH) en elektrische geleidbaarheid (EC) van het grondwater in het veld gemeten. Tevens is opnieuw de diepte van het grondwater gepeild. De gemeten waarden zijn opgenomen in tabel 4. Tabel 4. Veldmetingen Peilbuis Filterstelling (m-mv) pb01 2,0-3,0
Stijghoogte (m-mv) 0,93
Zuurgraad 5,6
Geleidbaarheid (nS/cm) 1440
De in het veld gemeten de zuurgraad van het grondwater is niet afwijkend in de regio. De geleidbaarheid is vrij hoog maar niet ongebruikelijk. De analysecertificaten van de grond en het grondwater zijn opgenomen in bijlage 5.
5.2
Toetsingskader
De streef- en interventiewaarden voor grond zijn afhankelijk van het lutum- en/of organische stofgehalte. Het lutum- en organische stofgehalte van grond is analytisch bepaald. In bijlage 4 zijn de berekende streef- en interventiewaarden opgenomen. Streefwaarde (S): de concentratie waarbij sprake is van een duurzame bodemkwaliteit. In verontreinigde bodems is dit de concentratie die moet worden bereikt om de functionele eigenschappen, die de bodem voor mens, dier en plant heeft, volledig te herstellen. De streefwaarden zijn vastgesteld in de Nederlandse Staatscourant nr. 39, d.d. 24 februari 2000. Interventiewaarde (I): geeft de concentratie aan waarboven de functionele eigenschappen, die de bodem heeft voor mens, dier en plant, ernstig zijn of dreigen te worden verminderd. Er is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging als in meer dan 25 m3 bodemvolume in geval van grond- of sedimentverontreiniging, of meer dan 100 m3 poriënverzadigd bodemvolume in het geval van grondwaterverontreiniging de gemiddelde concentratie de interventiewaarde overschrijdt. De saneringsurgentie is in dit geval onder andere afhankelijk van de actuele risico's van de ernstige verontreiniging voor de volksgezondheid, het ecosysteem en verspreiding via het grondwater. Indien geen sprake is van actuele risico's, dan hebben saneringsmaatregelen een lage urgentie. De interventiewaarden zijn vastgesteld in de Nederlandse Staatscourant nr. 39, d.d. 24 februari 2000. Tussenwaarde (T): Indien concentraties worden gemeten die hoger zijn dan het gemiddelde van de streefwaarde en de interventiewaarde, is in het algemeen een nader onderzoek noodzakelijk.
Projectnummer: 04.J019.10
B a d v i e s b u r e a u |,rn i I i e u |,r u i m t e |-w a t e r
Normering asbest in bodem Met ingang van 1 januari 2003 is door VROM een interventiewaarde voor asbest in bodem, grond en baggerspecie vastgesteld. Deze bedraagt 100 mg/kg gewogen asbest (serpetijnasbest vermeerderd met tien maal de concentratie amfiboolasbest). Daarnaast is per 1 maart 2003 een nieuwe norm in het kader van hergebruik van puin en grond ingevoerd. Volgens deze norm mag grond/puin worden hergebruikt indien de concentratie serpetijnasbest vermeerderd met tien maal de concentratie amfiboolasbest ten hoogste 100 mg/kg is (restconcentratienorm). Op materialen meteen lagere asbestconcentratie zijn de voorschriften van het Arbeidsomstandighedenbesluit en het Asbestverwijderingsbesluit niet van toepassing. 5.3
Verontreinigingssituatie
In de navolgende bespreking van de verontreinigingssituatie worden de volgende definities gehanteerd: • geen verontreiniging: het gemeten gehalte in de grond of de gemeten concentratie in het grondwater is kleiner dan of gelijk aan de streefwaarde; • lichte verontreiniging: het gemeten gehalte in de grond of de gemeten concentratie in het grondwater is groter dan de streefwaarde, doch kleiner dan of gelijk aan de tussenwaarde (S+l)/2; » matige verontreiniging: het gemeten gehalte in de grond of de gemeten concentratie in het grondwater is groter dan de tussenwaarde (S+l)/2, doch kleiner dan of gelijk aan de interventiewaarde; • sterke verontreiniging: het gemeten gehalte in de grond of de gemeten concentratie in het grondwater is groter dan de interventiewaarde. 5 . 3 . 1 Grond In tabel 5 bevindt zich een overzicht van de analyseresultaten van de grondmonsters. Tabeljï. AnalyseresuUatejn grondmonsters^
_
_
_
Monster boringen Traject
mm1 2, 3, 4, 5, 6, 7 0-0,5
mm2 1, 8, 9, 10, 11, 12, 13 0-0,5
mm3 1,4, 11A 0,5-1,0
metalen arseen cadmium chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink
<4 <0,4 <15 6,8 0,08 <13 <3 <20
<4 <0,4 <15 <5 0,06 <13 <3 27
<4 <0,4 <15 <5 <0,05 <13 <3 <20
polycyclische aromatische Koolwaterstoffen (PAK) Pak-totaal (10 van VROM) EOX
1,4
*
<0,1
minerale olie totaal olie C10-C40 <20 * het gehalte is groter dan de streefwaarde
0,75 <0,1
<20
<0,2 <0,1
<20
Projectnummer: 04.J019.10
V
1 adviesbureauJm
i I i ë u
|.r u i m t e |w a t e r
In tabel 6 is het resultaat van de uitgevoerde asbestanalyse weergegeven. Tabel 6. Analyseresultaten asbest Monster Traject
Gemeten asbestconcentratie niet-hechtgebonden asbest (-) aangeleverd monster (kg)
01 t/m 13 0-0,5
0,6 JA 11
In het geanalyseerde mengmonster van de bovengrond is asbest aangetoond. Het gehalte ligt echter ruim onder de interventiewaarde. Visueel is op de locatie geen asbest waargenomen. 5 . 3 . 2 Grondwater In tabel 7 bevindt zich een overzicht van de analyseresultaten van het grondwatermonster. Tabel 7. Analyseresultaten grqndwaterrnonsters Monster traject
metalen arseen cadmium chroom koper kwik lood nikkel zink vluchtige aromaten benzeen tolueen ethylbenzeen xylenen naftaleen
1 2-3
<5 <0,4 1,2 <5 <0,05 <10 <10 38
<0,2 0,4 0,2 0,8 <0,2
*
*
vluchtige chloorkoolwaterstoffen 1,2-dichioorethaan <0,1 <0,1 cisl ,2dichlooretheen tetrachlooretheen <0,1 tetrachloormethaan <0,1 111-trichloorethaan <0,1 112-trichloorethaan <0,1 trichlooretheen <0,1 chloroform <0,1 chloorbenzenen monochloorbenzeen dichloorbenzenen minerale olie totaal olie C10-C40
<0,2 0,3
<50
Projectnummer: 04.J019.10
p I f a d vi e s b u r e au I m i I i e u 1r u i m t e |.w a t e r In het grondwater is een licht verhoogde concentratie chroom en xylenen aangetoond.
5 . 3 . 3 Interpretatie en toetsing hypothese In de bovengrond is één maaleen verhoogd PAK-gehalte aangetoond net boven de streefwaarde. Het hoge EOX gehalte en de matig met zink verontreinigde grond zijn niet meer aangetoond. Waarschijnlijk betreft de in het voorgaand onderzoek aangetroffen verontreiniging een puntverontreiniging welke in het huidige onderzoek niet meer is teruggevonden. Gezien het feit dat geen van de andere geanalyseerde verbindingen boven de streefwaarde worden aangetroffen en het PAK-gehalte kleiner is dan twee maal de streefwaarde kan de grond als zijnde schoon worden beschouwd (MVR grond). In de overige mengmonsters zijn geen gehalten boven de streefwaarden aangetoond. De aangetoonde asbest in het mengmonster betreft 1 stukje board van 11 mg waarvan 45% uit asbestvezels bestaat. Het gehalte chrysotiel betreft 4,9 mg in 11 kg grond. Gecorrigeerd voor drooggewicht bevindt zich 0,558 mg asbest in 1 kg grond. Het totale gehalte asbest in de grond bevindt zich hierdoor ruim onder de interventiewaarde. In het grondwater is een licht verhoogde concentratie chroom en xylenen aangetoond. De licht verhoogde concentraties zijn niet ongebruikelijk in stedelijk gebied en mogelijk een gevolg van invloeden van het gemotoriseerd verkeer en andere humane invloeden.
Projectnummer: 04.J019.10
r % 'adviesbureau |m i I i e u | r u i rn t e fw a t e r
6 ConcEysies e n a a n b e v e l i n g e n In opdracht van de gemeente Oidenzaal heeft CSO Adviesbureau een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse van het perceel gelegen tussen de Jaarsveldstraat en de Enschedesestraat, kadastraal bekend gemeente Oidenzaal, sectie E, nummers 1505. De aanleiding tot het uitvoeren van het verkennend bodemonderzoek vormt de voorgenomen ontwikkeling van het perceel tot bedrijventerrein. Het doel van het onderzoek is het bepalen van de milieuhygiënische kwaliteit van de grond, het grondwater onderzoekslocatie, om vast te stellen of deze geen belemmering vormt voor de geplande ontwikkeling van het terrein. Het verkennend onderzoek is uitgevoerd op basis van de richtlijnen zoals aangegeven door de NEN 5740 (oktober 1999) en de NEN 5707 (april 2003). De bovengrond is in één mengmonster licht verontreinigd met PAK. In het laboratorium is in het mengmonster van de bovengrond asbest aangetoond. Het gehalte ligt echter ruim onder de interventiewaarde. Visueel is op de locatie geen asbest waargenomen. De verhoogde gehalten EOX en de matige verontreiniging met zink uit voorgaand onderzoek zijn in dit onderzoek niet meer aangetoond. Het betreft hier waarschijnlijk een puntverontreiniging. In het grondwater zijn licht verhoogde concentraties chroom en xyleen aangetoond. Deze stoffen worden in het grondwater in stedelijk gebied regelmatig aangetroffen en zijn waarschijnlijk een diffuse verontreiniging als gevolg van humane invloeden. De aangetoonde verontreinigingen in de grond en het grondwater brengen geen risico's met zich mee. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt geconcludeerd dat de hypothese 'verdacht' formeel moet worden aangenomen. In één mengmonster van de bovengrond wordt de streefwaarden overschreden voor PAK. De overschrijding is echter dermate gering dat bij initiële toetsing aan het bouwstoffenbesluit de grond als zijnde schoon (MVRgrond) wordt beoordeeld. De onderzoekers zijn van mening, dat de vastgestelde kwaliteit van de bodem geen belemmering vormt voor het toekomstige gebruik van de locatie als bedrijventerrein. Indien in de toekomst grondverzet plaatsvindt geldt het volgende: Initiële toetsing geeft aan dat de grond als schone grond kan worden gebruikt. Als het voornemen bestaat de grond in een werk op de locatie of elders her te gebruiken, dan is het Bouwstoffenbesluit van toepassing. Om te voldoen aan de (onderzoeks)eisen van het Bouwstoffenbesluit zijn in overleg met het bevoegd gezag (de Gemeente waar de toepassingslocatie zich bevindt) eventueel aanvullende werkzaamheden noodzakelijk. Er wordt geen aanvullend of nader onderzoek aanbevolen.
Opgesteld door: Ir. E.T. Cornet Senior adviseur bodem
Akkoord bevonden doo/<: Ing. C.N. Leenst Vestingingsmapèger&SO-Deventer
7 juni 2004
7 juni 2004
Projectnummer: 04.J019.10
adviesbureau | m I e u | r u i m t e | w a t e r
Bijlage. 1:
Regionale Jigging onderzoekslocatie
Bethiehenj
t
Projectcode: 04.J019.10 Projectnaam: verkennend bodem- en asbestonderzoek Jaarsveldstraat te Oidenzaal Bron: Topografische kaart Kaartbijlage 1 CSO
Adviesbureau voor Milieuonderzoek
datum: 7 juni 2004
Projectnummer: 04.J019.10
24-1
KDntagsbergemöaat 2 TEL:05TÖ-59«B0 F M : 057O-SÜ41 SO E-MAIL OEVgjTERQCSOJJI.
M:\CSO\ProjedVJ4J019_10_Olden2aal_Jaartsv^d^aaftGisVWproj^rojoid.Bpr
I
1 \> Padviesbureau I m-i
I
i
e
u
j-r u i m t e |"w a t e r
Bijlage 3;
Boorbeschrijvingen
Projectnummer: 04.J019.10
Legenda (conform NEN 5104) grind
klei
O O 0 0 o o?^l IOO o o o o o o o o o 53
Grind, siltig
I ooo o o o o oo oo o o >o ooo oo
Grind, zwak zandig
"öo^oAw
Grind, matig zandig
geur J\
Klei, zwak siltig
O
geen g e u r
•©•
zwakke g e u r
•®-
matige g e u r
•©•
sterke g e u r
-*•
uiterste g e u r
O O O O O O (
olie bVbVoV["'.| )o oooo( • 1 o o o oo oo o oo c
Grind, sterk zandig
Grind, uiterst zandig
Q
geen olie-water reactie
£}
zwakke olie-water reactie
S
matige oiie-water reactie
j&
sterke olie-water reactie
•B
uiterste olie-water reactie
p.i.d.-waarde
zand 7%> Zand, kleiïg
$
>o
Ü
>1
Eg >10 Z a n d , zwak siltig leem
®
>100
$
>1000 >10000
^\
Z a n d , matig siltig
Leem, zwak zandig
%
1
Zand, sterk siltig
Leem, sterk zandig
monsters
\j\S
Z a n d , uiterst siltig
geroerd m o n s t e r
overige toevoegingen
Veen, mineraalarm
z
zwak humeus
—
matig humeus
Veen, zwak kleiïg
"zY/X
Veen, sterk kleiïg
sterk humeus
c
zwak grindig
ongeroerd monster
overig A
bijzonder bestanddeel
i
Gemiddeld hoogste grondwaterstand
'f
grondwaterstand
•
Gemiddeld laagste grondwaterstand slib
Veen, zwak zandig
matig grindig water
Veen, sterk zandig
peilbuis
blinde buis
casing
hoogste grondwaterstand gemiddelde grondwaterstand laagste grondwaterstand
bentoniet afdichting
filter
oc oc
sterk grindig
Sialtech Boring:
01
Grondboringen Ve Idmetingen
Boring:
02
Datum:
o
gras i Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak grindhoudend, bruingeel. Edel
.
A
p
1
Zand, zeer fijn, matig siltig, zwak humeus, grijsbruin, Edei
&
gras Zand, matig fijn, sterk siltig, zwak humeus, zwakgrindhoudend, bruin, Edel
Zand, matig fijn, matig sittig, zwak humeus, bruin, Edel
Zand, zeer fijn, matig siftig, bruin, Edei
Leem, sterk zandig, grijsgrijs, Edei
Boring:
Datum:
03
Boring:
18-06-2004
04
Datum:
o A
i
gras . Zand, matig fijn, matig siitig, matig humeus, zwak grindhoudend, lichtbruin, Edel
i
Zand, matig fijn, sterk siltig, matig humeus, bruin. Edel
II 2
-S- '
Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, matige muffe-geur, lichtbruin, Edel
Zand, matig fijn, matig siitig, geel. Edel
KSSS3XS53E
Leem, sterk zandig, grijsgrijs. Edel
Gecontroleerd door: Projectcode: 04.J019.10 fieÊwsa ftlwra '„*<«•»*>, i$pcrtili(P(jJ
gecprlifKui'J
^ *0%P% %
Pill t w i
B. Murft-
Sialtech c™*»****" Ve I d m e t i nge n
Boring:
05
Datum:
18-05-2004
-
Boring:
06 18-05-2004
ores Zand, matig fijn, matig siitig, zwak humeus, zwak grindhoudend, bruin, Edel
o.o...
li
Boring:
07
Boring:
08
Datum:
18-05-2004
Datum:
18-05-2004
)00"O
gras Zand, matig grof, matig siitig, matig humeus, matig grindhoudend, lichtbruin, Edel
1
- •»
A
pras Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, zwak grindhoudend, bruin. Edel
A
gras Zand, matig fijn, matig siitig, matig humeus, zwak grindhoudend, bruin, Edel
0>22
Gecontroleerd door: Projectcode: 04J019.10 feiw®
Bciïwa
c'^'è;--
B. Murk,
S i a l t e c h
09
Boring:
10
Datum:
18-05-2004
Zand, matig fijn, matig siitig, zwak humeus, zwak grindhoudend, lichtbruin. Edel
Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, bruin, Edei
§^ s
Boring:
11
Boring:
18-05-2004
Datum:
&
gras Zand. matig fijn, matig siitig, matig humeus, zwak grindhoudend, bruin, Edel
KS =
Ü-j
12
ö...
)•
a o-. o
^
Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, matig grindhoudend. lichtbruin, Edei
Zand, matig fijn, matig siitig, bruingeel, Edei
s
Zand, matig fijn, matig siltig, zwak grindhoudend, lichtbruin. Edel
Leem, sterk zandig, grijsgrijs. Edel
Projectcode: 04.J019.10 kSwfa
Bciwa
piurtf "f«rd
yacMifKc ld
/ó:
0 w» f „ t
^ j^i*.
*%»
Gecontroleerd door: B. Murk,
Sialtech Boring:
^nd^n^»
Veldmetingen
13 18-05-2004
_aas_ Zand, malig fijn, matig siltig, matig humeus, bruin. Edel
S | ^
Gecontroleerd door: Projectcode: 04.J019.10 KBHB&
Ssiwst
B. Murk
slee rtifice ri
I W f
V
"GS©^
{ a d v i e s b u r e a u |rn
i I
i e u
| r 'u i m t e | w a t e r
Bijlage 4a: Streef- en interventiewaarden grond Toetsingswaarden 1)
streefwaarde
criterium voor nader onderzoek
interventiewaarde
metalen arseen cadmium chroom koper kwik lood nikkel zink
17 0.48 52 18 0.21 54 11 58
24 3.9 125 55 3.6 196 39 178
32 7.2 198 92 6.9 338 66 297
polycyclische aromatische Koolwaterstoffen (PAK) Pak-totaal (10 van VROM) 1.0 21 EOX 0.30
40
minerale olie totaal olie C10-C40
16
808
1600
De streef- en interventiewaarden zijn afhankelijk van de bodemsamenstelling. De genoemde toetsingswaarden zijn van toepassing op het volgende bodemtype: I lutum = 1 %; humus = 3,2 %
Toetsingswaarden 1)
streefwaarde
criterium voor nader onderzoek
interventiewaarde
metalen arseen cadmium chroom koper kwik lood nikkel zink
16 0.43 52 16 0.20 52 11 54
23 3.5 125 50 3.5 187 39 166
30 6.5 198 85 6.8 323 66 279
polycyclische aromatische Koolwaterstoffen (PAK) Pak-totaal (10 van VROM) 1.0 21 EOX 0.30
40
minerale olie totaal olie C10-C40
10
505
1000
S streefwaarde M>(S+I) gemiddelde van streef- en interventiewaarde I interventiewaarde De streef- en interventiewaarden zijn afhankelijk van de bodemsamenstelling. De genoemde toetsingswaarden zijn van toepassing op het volgende bodemtype: II lutum = 1 %; humus = 0,8 %
Projectnummer: 04.J019.10
*G*S0i
• a d v i e s b u r e a u f rn i I i e u |-'r .u i m t e i-W a t e r
Bijlage 4b: Streef- en interventiewaarden grondwater
Toetsingswaarden 1)
streefwaarde
criterium voor nader onderzoek
interventiewaarde
metalen arseen cadmium chroom koper kwik lood nikkel zink
10 0.40 1.0 15 0.05 15 15 65
35 3.2 16 45 0.17 45 45 433
60 6.0 30 75 0.30 75 75 800
vluchtige aromaten benzeen tolueen ethylbenzeen xylenen naftaleen
0.20 7.0 4.0 0.20 0.01
15 504 77 35 35
30 1000 150 70 70
vluchtige chloorkoolwaterstoffen 1,2-dichloorethaan cis1,2dichlooretheen tetrachlooretheen tetrachloormethaan 111-trichloorethaan 112-trichloorethaan trichlooretheen chloroform
7.0 0.01 0.01 0.01 0.01 0.01 24 6.0
204 10 20 5.0 150 65 262 203
400 20 40 10 300 130 500 400
chloorbenzenen monochloorbenzeen dichloorbenzenen
7.0 3.0
94 27
180 50
minerale olie totaal olie C10-C40
50
325
600
S 14(S+I) I
streefwaarde gemiddelde van streef- en interventiewaarde interventiewaarde
Projectnummer: 04.J019.10
r
*GSS*
Iadviesbureau |m
i
i
i
e
u
| r u i m t e |'w a t e r
BijEage 5a: Analyseresultaten grondmonsters
Projectnummer: 04.J019.10
'k ALcontrol Laboratories
ALcontrol B.V. Steenhouwerstraat 15 • 3194 AG Hoogvliet Tel.: (010) 231 47 00 • Fax: (010)4163034 Bijlage 1 van 3
c.s.o. T. Cornet Projektnaam Projektnummer Datum opdracht Startdatum
: : : :
Jaarsveldtstraat Oidenzaal 04.J019.10 18-05-2004 18-05-2004
Eenheid
Analyse
droge stof gew.-% organische stof (gloeiverl % vd DS
Rapportnummer : 042120W Rapportagedatum : 27-05-2004
X01
X02
X03
91.7 3.2
91.1
86.4 0.8
KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem)
% vd DS
METALEN arseen cadmium chroom koper kwik lood nikkel zink
mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds
<4 <0.4 <15 6.8 0.08 <13 <3 <20
<4 <0.4 <15 <5 0.06 <13 <3 27
<4 <0.4 <15 <5 <0.05 <13 <3 <20
POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN nafta leen acenaftyleen acenafteen fluoreen fenantreen antraceen fluoranteen pyreen benzo(a)antraceen chryseen benzo(b)fluoranteen benzo(k)fluoranteen benzo(a)pyreen dibenz(ah)antraceen benzo(ghi)peryleen indeno(1,2,3-cd)pyreen Pak-totaal (10 van VROM) Pak-totaal (16 van EPA)
mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds
<0.02 0.02 <0.02 <0.02 0.08 0.06 0.37 0.30 0.20 0.20 0.36 0.16 0.14 0.03 0.10 0.11 1.4 2.1
<0.02 <0.02 <0.02 <0.02 0.06 0.02 0.18 0.15 0.13 0.09 0.16 0.07 0.08 0.02 0.06 0.05 0.75 1.1
<0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.02 <0.2 <0.3
EOX
mg/kgds
<0.1
<0.1
<0.1
1
X04
<1
Kode
Monstersoort
Monsterspeci f i cat i e
X01
Asbest verdacht
mm1 02 (0-50) 03 (0-50) 05 (0-50) 06 (0-50) 07 (0-50) 04 (0 -50)
X02
Asbest verdacht
mm2 01 (0-40) 11 (0-50) 13 (0-50) 12 (0-50) 10 (0-50) 09 (0 -50) 08 (0-50)
X03
Asbest verdacht
mm3 01 (90-130) 04 (50-100) 04 (100-150) 11 (100-150)
X04
Asbest verdacht
01 t/m 13
ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM 1SO/IEC 17025:1939 ONDER NR. L 028 IBM I M 1 l!ÏS
AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.
ALcontrol Laboratories
ALcontrol B.V. Steenhouwerstraat 15 -3194 AG Hoogvliet Tel.: (010) 231 47 00 Fax: (010)41630 34 Bijlage 2 van 3
c.s.o. T. Cornet Projektnaam Projektnummer Datum opdracht Startdatum
Jaarsveldtstraat 04.J019.10 18-05-2004 18-05-2004
Oidenzaal
Rapportnummer : 042120U Rapportagedatum : 27-05-2004
Analyse
Eenheid
X01
X02
X03
MINERALE OLIE fractie C10 - C12 fractie C12 - C22 fractie C22 - C30 fractie C30 - C40 totaal olie C10-C40
mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds mg/kgds
<5 <5 <5 <5 <20
<5 <5 <5 <5 <20
<5 <5 <5 <5 <20
ASBEST ONDERZOEK Gemeten asbestconcentratie mg/kgds Ondergrens (95% betrouwb.i mg/kgds Bovengrens (95% betrouwb.i mg/kgds niet-hechtgebonden asbest aangeleverd monster kg
X04
0.6 0.3 2.6 JA 11
Kode
Monstersoort
Monsterspeci f i cat i e
X01
Asbest verdacht
mm1 02 (0-50) 03 (0-50) 05 (0-50) 06 (0-50) 07 (0-50) 04 (0 -50)
X02
Asbest verdacht
mm2 01 (0-40) 11 (0-50) 13 (0-50) 12 (0-50) 10 (0-50) 09 (0 -50) 08 (0-50)
X03
Asbest verdacht
mm3 01 (90-130) 04 (50-100) 04 (100-150) 11 (100-150)
X04
Asbest verdacht
01 t/m 13
| % SjhS ÏBffl RvA l K I
ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GE5TELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286,
ALcontrol Laboratories
ALcontrol B.V. Steenhouwerstraat 15 • 3194 AG Hoogvliet Tel.: (010) 231 4700 • Fax: (010)4163034 Bijlage 3 van 3
c.s.o. T. Cornet Projektnaam Projektnummer Datum opdracht Startdatum
Jaarsveldtstraat 04.J019.10 18-05-2004 18-05-2004
Analyse
Oidenzaal
Rapportnummer : 042120W Rapportagedatum : 27-05-2004
Monstersoort
droge stof Asbest verdacht organische stof (gloeiverl Asbest verdacht lutum (bodem) Asbest verdacht arseen Asbest verdacht cadmium chroom koper kwik
Asbest Asbest Asbest Asbest
lood
Asbest verdacht
nikkel zink naftaleen acenaftyleen acenafteen fluoreen fenantreen antraceen fluoranteen pyreen benzo(a)antraceen chryseen benzo(b)fluoranteen benzo(k)f t uoranteen benzo(a)pyreen d i benz(ah)ant raceen benzo(ghi)peryleen indeno(1,2,3-cd)pyreen
EOX
Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest
verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht
Gemeten asbestconcentratïe Ondergrens (95% betrouwb.i Bovengrens (95% betrouwb.i niet-hechtgebonden asbest Minerale olie GC (C10-C40
Asbest Asbest Asbest Asbest Asbest
verdacht verdacht verdacht verdacht verdacht
verdacht verdacht verdacht verdacht
Relatie tot norm
Conform NEN 5747 Conform NEN 5754 Eigen methode, pipetmethode met versnelde minera lisatie Eigen methode, ontsluiting verdund koningswater, analyse met AES-ICP Idem Idem Idem Eigen methode, ontsluiting verdund koningswater, analyse met AAS-koude damp Eigen methode, ontsluiting verdund koningswater, analyse met AES-ICP Idem Idem Eigen methode, aceton-hexaan-extractie, analyse m.b.v. GC-MS Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Eigen methode, aceton-hexaan-extractie,analyse m .b.v. micro-coulometer Conform NEN 5707 Idem Idem Idem Eigen methode, aceton-hexaan-extractie, clean-up .analyse m.b.v GC-FID
De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking
X01
X02
X03
X04
a4523735 a4523770 a4523778 a4523786 a4523797 a4523808 a4523776 a4523802 a4524643 34524644 a4524650 a4524653 34524654 34523756 a4523785 a4523790 34523796 e0258605
#! JfSM UVA I M
18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04
18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04 18-05-04
ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC201 ALC291
ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTI ERDAM 24265286
ALcontrol Laboratories
ALcontrol B.V. Steenhouwerstraat 15 • 3194 AG Hoogvliet Tel: (010) 231 4700 • Fax: (010)4163034
ANALYSE RAPPORT BEPALING VAN ASBEST I N BODEM CONFORM NEN 5707
Alcontrolnummer: Datum monstername: Totaal gewicht na drogen(g): Totaal gewicht voor drogen(g):
042120W004 Niet bekend 10186 11157
Droge stof(%):
91.3
Datum analyse: Analist:
27-05-2004 Peter
Rapportageresultaten
Gemeten concentraties
Gewogen concentraties *
Concentratie (mg/kg.ds)
Ondergrens (mg/kg.ds)
Bovengrens (mg/kg.ds)
Concentratie (mg/kg.ds)
Ondergrens (mg/kg.ds)
Bovengrens (mg/kg,ds)
Serpentijn
0.6
0.3
1.2
0.6
0.3
1.2
Amfibool
0
0
0
0
O
O
Totaal asbest
0.6
0.3
2.6
0.6
0.3
2.6
Tabel'1: Overzicht gemeten concentraties en de berekende interventiewaarde.
Analyseresultaten
Materiaal hechtgebonden <j/n>" n
Soort materiaal Board
1 2 3 4
Chrysotiel
Amosiet
%(m/m)
%(m/m)
Crocidoiiet %(m/m)
Tremoliet %(m/m)
Antofiliiet %(m/m)
Actinoliet %(m/m)
45
>32
0
100
16-32
20
100
8-16
263
100
4-8
334
100
2-4
419
86
1-2
697
20.3
0,5-1
1514
5.1
<0,5
6810
n.v.t
o
1
<
<
X
Soort materiaal
<
Board
n.v.t
1
n.v.t
0.011
n.v.t.
-_ n.v.t
(mg/kg.ds)
«
Concentratie NIET hechtgebonden
m £
.2 o o Tl E IA c o u o •a fr E g c E u c
(mg/kg.ds)
N "-^ (0 in IA
% ,2
Concentratie hechtgebonden
É„ S OÏ
"2 '*3 O
Massa deeltjes in onderzochte fractie (g)
E, 01 •B E u.
S u
Percentage onderzocht (m/m)
0)
f
Aantal deeltjes in onderzochte fractie
Tabel 2: Overzicht van de aangetroffen asbastmaterialen met bijbehorend massapercentage.
in
in
E?
2?
e _
il
11
o
o—
in 0) * in oj O) ^ . C ^>
"5 e> o. E m
«—
-
-
-
-
0.558
0.322
1.210
-
-
-
<0,70
n.v.t
n.v.t.
n.v.t
n.v.t
<0,66
Tabel 3: Analyseresultaten m.b.v. stereo/polarisatie.
Opmerkingen :
* De gewogen concentratie is de concentratie serpentijn + 10 maal de concentratie amfibool. Interventiebeleid; VROM, 03-03-04. ** De mate van nechtgebondenheid betreft een indicatieve weergave, weke is afgeleid van tabel 12 uit NEN 5707;2003. * * * De bepalingsgrens wordt alleen bepaald voor de zeeffracties < 4 mm, indien hierin geen asbest is aangetroffen. De totale bepalingsgrens is verkregen door de bepalingsgrenzen van de afzonderlijke zeeffracties bij elkaar op te tellen.
Overige opmerkingen; 1. geen
Rapport uitgeprint op 27-05-04 om 2:23 PM
#! IBIiN RvA I
ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 ra
AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.
r%
ss®^
Sadviesbureau |m i I i e u | r ü i m t e |"w a t e r
Bijlage 5b: Analyseresultaten groncfwatermonsters
Projectnummer: 04.J019.10
ALcontrol Laboratories
B i j l a g e 1 van 2
c.s.o. I.
ALcontrol B.V. Steenhouwerstraat 15 • 3194 AG Hoogvliet Tel: (010) 231 47 00 • Fax: (010) 4163034 www.alcontrol.nl
Cornet
Brojektnaam Pro j ektnummer Datum opdracht Startdatum
Jaarsveldtstraat O4.0TO19.10 27-05-2004 27-05-2004
Oidenzaal
Analyse
Eenheid
K01
METALEN arseen cadmium chroom koper kwik lood nikkel zink
ug/1 ug/1 ug/1 ug/1 ug/1 ug/1 ug/1 ug/1
<5 <0.4 1.2 <5 <0.05 <10 <10 38
VLUCHTIGE A R O M M E N benzeen tolueen ethylbenzeen xylenen Zotaal BTEX naf taleen
ug/1 ug/1 ug/1 ug/1 ug/1 ug/1
<0.2 0.4 0.2 0.8 1.3 <0.2
GEHALOGEHEERDE KOOLWATERSTOFFEN 1,2-dichloorethaan ug/1 cis 1,2-dichlooretheen ug/1 ug/1 tetrachlooretheen tetrachloormethaan ug/1 1,1,1-trichloorethaan ug/1 1,1,2-trichloorethaan ug/1 ug/1 trichlooretheen ug/1 chloroform
<0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1
CHLOORBENZENEN monochloorbenzeen dichloorbenzenen
ug/1 ug/1
<0.2 0.3
MINERALE OLIE fractie C10 - C12 fractie C12 - C22 fractie C22 - C30 fractie C30 - C40 totaal olie C10-C40
ug/1 ug/1 ug/1 ug/1 ug/1
<10 <10 <10 <10 <50
Kode
Monstersoort
Monsterspecificatie
KOI
grondwater
01-1-1 1 (200-300)
Rapportnummer : 042236C Rapportagedatum : 04-06-2004
ALCOMTROL B.V. !S GEACCREDITEERD VOLGENS OH DOOR ÖE RAft D VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRrTBRiA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISOrtEC 17025:1993 ONDER NR. L 028 AL ONZE WEf9
ALcontroi B.V. Steenhouwerstraat 15 • 3194 AG Hoogvliet Tel: (010) 231 47 00 • Fax: (010) 4163034 www.aicontrol.nl
^, ALcontrol Laboratories
Bijlage 2 van 2
CS.o. T. Cornet Projektnaam Projektnummer Datum opdracht Startdatum
Jaarsveldtstraat 04.J019.10 27-05-2004 27-05-2004
Analyse
Rapportnummer : 04223SC Rapportagedatum : 04-06-2004
Oidenzaal
Monstersoort
arseen cadmium chroom koper kwik lood nikkel zink henzeen tolueen ethylbenzeen xylenen naftaleen 1,2-dichloorethaan cis 1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen tetrachloormethaan 1,1,1-trichloorethaan 1,1,2-trichloorethaan trichlooretheen chloroform monoohloorbenzeen dichloorbenzenen Minerale olie GC (C10-C40
grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater
Relatie tot norm
HEN 6426 (1CP-AES) Xdem Idem Idem Eigen methode, ontsluiting, analyse m.b.v. koude damp-techniek HEN 6426 (ICP-AES) Idem Idem Conform NEN 6407, online purgestrap GC-MS Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Idem Eigen methode, hexaan-extractie, clean-up, analyse m.b.v. GC-FID
De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monster name Verpakking
b0455963 g4952S06 g4952912
"SS
27-05-04 27-05-04 27-05-04
26-05-04 26-05-04 26-05-04
AI,C204 ALC236 ALC23S
ALCONTROL Q.V. tS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE BAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORfA CONFORM 1S0/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028
(TOW AL ONZE 1MERXZMMHEDB4 WOFS3EN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD S U DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM föffil it?ê l H S C H ? t u y , N S HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24255286
§1
s I a d v i e s b u r e a u j-m' i I i e u [ R u i m t e | w a t e r
Bijlage 6: Lijst van gebruikte afkortingen en begrippen Algemeen Bodem: Drie-dimensionaal lichaam dat een deel van het bovenste gedeelte van de aardkorst beslaat en eigenschappen heeft die verschillen van het onderliggende gesteente als gevolg van interacties tussen klimaat, levende organismen (met inbegrip van menselijke activiteit), moedermateriaal en reliëf. Bodemverontreiniging: Het totale bodemvolume waarvan de concentraties van één of meer stoffen boven de streefwaarde (WBB) of lokale achtergrondwaarde liggen. Vooronderzoek: Het verzamelen van beschikbare gegevens over bodemgesteldheid, geohydrologische situatie alsmede het vroeger, huidig en toekomstig gebruik van de locatie en de directe omgeving. Verkennend bodemonderzoek: Een bodemonderzoek dat ten doel heeft met een relatief geringe onderzoeksinspanning vast te stellen of op een bepaalde locatie bodemverontreiniging aanwezig is. Nader bodemonderzoek: Onderzoek in het kader van de saneringsparagraaf van de Wet bodembescherming met als doel het vaststellen van de aard en concentraties van de verontreinigende stoffen en de omvang van de bodemverontreiniging om, in het licht van de (potentiële) mogelijkheden van blootstelling en verspreiding, te bepalen of er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging en om urgentie van de sanering vast te stellen. Bodemsanering: Technische maatregelen die tot doel hebben bodemverontreiniging te verwijderen, te isoleren ofte beheersen. Geohvdroloqie Geohydroiogie: Samenhang tussen de bodem van een gebied en het gedrag (bijv. stroming) van het grondwater. Afzetting: In bepaald geologisch tijdperk ontstaan bodemmateriaal, dat door wind of water is afgezet. Deklaag: Slecht doorlatende bovenste bodemlaag. Eerste watervoerende pakket: Minst diep gelegen goed waterdoorlatende bodemlaag. Infiltratie: Het binnentreden van water in de bodem door het grondoppervlak. Inzijging: Neerwaarts gerichte grondwaterstroming. Kwel: Opwaarts gerichte grondwaterstroming. Bodemkunde Achtergrondgehalte: Gemiddeld gehalte aan een bepaalde verontreinigde stof, zoals dat algemeen in de omgeving van de locatie wordt aangetroffen. Locatiespecifieke omstandigheden: Terreinsituatie, bodemopbouw, terreingebruik e.d., die bepalend zijn voor de risico's, die een verontreiniging kan opleveren. Lutumgehalte: Gehalte aan klei in de bodem. Humusgehalte: Gehalte aan organisch stof in de bodem. Vergraven laag: Bodemlaag, die door (menselijke) activiteiten verstoord is en daardoor niet meer de oorspronkelijke gelaagdheid vertoont. Verontreinigingskenmerken: Kenmerken in de bodem, zoals afwijkende geuren en kleuren, die mogelijk duiden op de aanwezigheid van verontreinigde stoffen. Laboratoriumonderzoek Mengmonster: Grondmonster dat is samengesteld uit meerdere monsters van verschillende locaties bestemd voor chemische analyse. Chromatogram: Grafiek, die het resultaat is van een bepaalde analysemethode in het laboratorium en waarmee de aard en de concentratie van de te onderzoeken stoffen kunnen worden bepaald. Projectnummer: 04.J019.10
%
GS^
adviesbureau
|,m
[r
i
u
I
i
e
u
i m t
e
| w a t e r
Detectiegrens: Laagst meetbare gehalte/concentratie met een bepaalde analysemethode. GC/MS: Gas-chromatografie met Massa-Spectrometrie, methode om in het laboratorium aard en gehalte aan vooraf onbekende stoffen te bepalen. pH: Zuurgraad, hoe lager de pH, hoe zuurder. EC: Elektrisch geleidingsvermogen Stoffen Aromaten: Benzeen, tolueen, ethylbenzeen en xyleen zijn stoffen die behoren tot de chemische familie van de aromaten. Ze worden gewonnen uit steenkoolteer en aardolie en gebruikt als oplosmiddel voor verf, rubber, was en oliën. Ook worden aromaten toegevoegd aan brandstoffen, zoals benzine, ter verhoging van het octaangehalte. Aromaten zijn vluchtig en lossen goed op in het grondwater. Ze worden in het algemeen relatief snel met het grondwater verspreid. Aromaten zijn biologisch redelijk afbreekbaar. Benzeen is kankerverwekkend en wordt ais zeer giftig beschouwd. De overige aromaten zijn minder giftig. EOX: EOX is een maat voor de totaal-concentratie aan Extraheerbare (d.w.z. niet vluchtige) Organische Chloorkoolwaterstoffen. Tot deze verbindingen behoren stoffen als chloorpesticiden, PCB's (trafo-olie) en dioxines. Er komen echter ook natuurlijk organochloorverbindingen voor, die op een EOX-analyse een positieve respons geven. Het milieugedrag van stoffen, die met een EOX-bepaling worden gemeten, varieert sterk. De stoffen zijn nauwelijks tot niet vluchtig en zeer goed tot zeer slecht oplosbaar. De milieuvreemde stoffen die met een EOX-bepaling worden gemeten zijn redelijk tot erg giftig en worden door in de voedselketen doorgegeven (bio-accumulatie). Bij een hoge EOX-uitslag zal in het algemeen worden aanbevolen om met specifieke analysetechnieken de veroorzakende verbindingen te identificeren en te kwantificeren. Fenol-index: De fenol-index geeft een maat voor de totaal-concentratie van fenolachtige stoffen in een monster. Fenolen zijn nauw verwant aan aromaten en komen ook in de natuur voor (bijvoorbeeld humuszuren of plantaardige kleur- en looistoffen). In de industrie worden fenolen gebruikt als grondstof voor foto-chemicaliën, verven, kunstharsen, zepen, geneesmiddelen en pesticiden. Het gedrag in het milieu en de giftigheid van fenolen zijn sterk afhankelijk van het soort fenolen. Eenvoudige fenolverbindingen, zoals fenol, cresol e.d. zijn goed oplosbaar in grondwater, relatief mobiel en redelijk biologisch afbreekbaar. Chloorfenolen, die worden toegepast in pesticiden, zijn relatief giftig en slecht afbreekbaar. Bij een hoge fenolindex zal in het algemeen worden aanbevolen om met specifieke_analyse-technieken de veroorzakende verbindingen te identificeren en te kwantificeren. Halogeenkoolwaterstoffen:Halogeenkoolwaterstoffen zijn vluchtige organische verbindingen waarin één of meer chloor- of broomatomen voorkomen. Zij worden veel gebruikt als ontvettingsmiddel voor metalen, als verfafbijtmiddel, als chemisch reinigingsmiddel ('dry-cleaning'), als brandblusmiddel of als oplosmiddel voor verf, lak of lijm. Halogeen-koolwaterstoffen zijn zeer vluchtig en goed oplosbaar in grondwater. Omdat deze stoffen zwaarder zijn dan water kunnen ze tot zeer diep in de bodem doordringen. Halogeenkoolwaterstoffen zijn biologisch afbreekbaar. Halogenen zijn giftig. Acute effecten zijn geïrriteerde slijmvliezen en een narcotisch effect. Bij langdurige blootstelling kan schade aan het (centrale) zenuwstelsel optreden. Minerale olie: Minerale olie bestaat uit een mengsel van koolwaterstofketens met een lengte van 10 (C-10) tot 40 (C-40) koolstofatomen en wordt gewonnen uit aardolievelden. Onder minerale olie worden verstaan: brandstoffen (diesel, benzine, huisbrandolie, stookolie), smeerolie, motorolie, snij-en walsolie, oplosmiddelen (terpentine, thinner) en teerolie. Aan het voorkomen en de verdeling van de ketenlengtes kan men zien om wat voor olie het gaat. Lichte oliesoorten als thinner en benzine zijn zeer vluchtig, relatief goed oplosbaar en vrij mobiel in de bodem. Zware oliesoorten zijn minder vluchtig en veel minder mobiel in de bodem. Minerale olie is redelijk goed biologisch afbreekbaar. Minerale olie is in vergelijking tot de overige hier genoemde stoffen weinig giftig, maar kan wel stankoverlast en hoofdpijnklachten veroorzaken. PAK's: PAK staat voor Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen; voorbeelden zijn naftaleen en benzo(a)pyreen. PAK's zijn roetachtige stoffen, die ontstaan bij de onvolledige verbranding van koolwaterstoffen, bijvoorbeeld bij de produktie van cokes of steenkoolgas. PAK's worden toegepast bij de produktie van rubber, verf, kunststoffen, lakken, minerale oliën en teer- en asfaltproducten. In de uitlaatgassen van motoren komen PAK als roetdeeltjes voor. In verkeersrijke gebieden worden daarom vaak relatief hoge achtergrondgehalten in de bodem aangetroffen. PAK's zijn niet vluchtig, vrijwel onoplosbaar in grondwater en zeer slecht biologisch afbreekbaar. Ze worden niet tot nauwelijks met grondwater verspreid. Sommige PAK's, waaronder benzo(a)pyreen, zijn kankerverwekkend en giftig en komen daarom op de zwarte lijst voor. Zware metalen: Zware metalen zijn metalen met een soortelijk gewicht groter dan 5000 Kg/m3. Voorbeelden zijn arseen, cadmium, chroom, koper, kwik, lood, nikkel en zink. Zware metalen komen in Nederland van nature in de bodem voor in gehalten van 0,1 tot maximaal ongeveer 100 mg/kg (streefwaarden). Ze worden gebruikt in de metaalindustrie, in de galvanische industrie, in de chemische industrie als katalysator en pigment en in de elektronische industrie. Lood is tot voor kort als anti-klopmiddel aan benzine toegevoegd. In verkeersrijke gebieden worden daarom relatief hoge achtergrondgehalten lood in de grond aangetroffen. Zware metalen zijn niet vluchtig en slecht oplosbaar. Ze worden sterk gebonden aan klei- en humusdeeltjes in de grond en worden relatief langzaam getransporteerd met het grondwater. Zware metalen zijn niet biologisch afbreekbaar. De giftigheid van zware metalen loopt uiteen. Arseen, cadmium en kwik zijn vanwege hun giftigheid op de zwarte lijst geplaatst. Metalen als chroom, koper en zink vervullen een belangrijke rol bij de stofwisseling in het menselijk lichaam en zijn pas giftig bij relatief hoge doses.
Projectnummer: 04.J019.10
%
GS^
Padviesbureau |m i |rr. u
i'W a
l
i
e
m t t e r
Bijlage 7: Overzicht BRL's, NEN-nortnen en VKB-protocolien Systeemcertificaten Kwaliteitsmanagement Veiligheid Procescertificaten Monsterneming voor partijkeuringen Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek Grond voor toepassing in werken (KOMO-attest met productcertificaat) Milieukundige begeleiding en evaluatie van bodemsa'neringen Asbestinventarisatie (KOMO Procescertificaat)
ISO 9001 2000 VCA** BRL SIKB 1000, v.5 BRL SIKB 2000, v.2 BRL NL 9308, 1999 BRL SIKB 6000, v.1.2 BRL NL 5052, 1998
Normen, protocollen en richtlijnen Onderzoeksstrategie Onderzoeksstrategie bij verkennend bodemonderzoek Leidraad voor het uitvoeren van vooronderzoek bij verkennend, oriënterend en nader onderzoek Onderzoeksstrategie bij verkennend waterbodemonderzoek Veldwerk landbodem Het uitvoeren van handboringen Het nemen, verpakken en conserveren van grondmonsters Boorbeschrijvingen Het maken van boorbeschrijvingen Classificatie van onverharde grondmonsters Zintuiglijke beoordeling van bodemmateriaal Interne controle profielbeschrijvingen
NEN 5740, 1999 NVN 5725, 1999 NVN 5720, 2000 VKB 2009, v.2 VKB 2010, v.2 VKB 2012, v.2 NEN 5104, 1989, 1990 NEN 5706- ontwerp, 2002 VKB 2015, v.5
Veldwerk grondwater Het uitvoeren van handboringen Het plaatsen van een peilbuis Afpompen van peilbuizen voor monstername Monsterneming voor grondwater Veldfiltratie grondwater Blanco bemonstering grondwater Veldwerk waterbodem en oppervlaktewater Toestellen en hulpmiddelen Monsterneming grond, niet-vluchtig Monsterneming grond, vluchtig Monsterneming van oppervlaktewater Definities begrippen waterbodem Landmeten en geodesie Inmeten van boorpunten en waterpassen
VKB 2009, v.2 VKB 2011, v.2 VKB 2001, v.2 VKB 2002, v.2 VKB 2005, v.2 VKB 2017, v.7 NPR 5741-ontwerp, 1999 NEN 5742, 2001 NEN 5743, 1995 NEN 6600-2, 2002 Eigen protocol 2 VKB 2013 v.3
Metingen grond- en oppervlaktewater Bepaling van het elektrisch geleidingsvermogen Bepaling van de zuurgraad Overige metingen grondwater 6.1.1.1
Monsterneming t.b.v. partijkeuringen
Monsterneming grond ten behoeve van partijkeuringen Monsterneming materialen verhardingsconstructies Monsterneming niet-vormgegeven materialen Monstervoorbehandeling op locatie 6.1.1.2
VKB 2003, v.2 VKB 2004, v.2 Eigen protocol 1
VKB VKB VKB VKB
1018, v.4 1019, v.2.1 1020, v.2 1025, v.2.1
Monsterneming afvalwater
Monsterneming afvalwater
NEN 6600-1, 2002 Projectnummer: 04.J019.10
1
tJow
a d v i e s b u r e a u I rn e u |'T u i m t e |-w a t e r
6.1.1.3
Verpakken, conserveren en koelen van milieumonsters
Het nemen, verpakken en conserveren van grondmonsters Verpakking en conservering grondwatermonsters Conserveringsmethoden en conserveringstermijn van VKB-voorschrift Koelen bodemmonsters 6.1.1.4
VKB 2010, v.2 VKB 2006, v.2 VKB 3001, v.1 VKB-voorschrift, v.D1
milieumonsters
Asbestonderzoek
Onderzoek naar en advies over asbest in de bodem Locatie-inspectie en monsterneming van asbest in de bodem Asbestinventarisatie in gebouwen en objecten Monsterneming van materialen t.b.v. analyse op asbest Monsterneming bouw- en sloopafval en puingranulaat tb.v. analyse op asbest
VKB 5001-ontwerp, v.2 VKB 2018, v.2 BRL 5052, 1998 NEN 5896, 2003 NEN 5897-ontwerp, 1999 NEN 5707, 2003
Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem en bouw- en afvalstoffen
Milieukundige begeleiding en directievoering bij bodemsanering Milieukundige begeleiding en evaluatie van landbodemsanering met conventionele methoden Milieukundige begeleiding en evaluatie van landbodemsanering met in-situ methoden Milieukundige begeleiding bodemsanering Directievoering 6.1.1.5
VKB 6001, v.1.2 VKB 6002, v.1.2 VKB 8, 1999 Eigen protocol 3
Veiligheid
Werken met verontreinigde grond en verontreinigd grondwater Werken met verontreinigde grond en (grond)water Veiligheid bij uitvoering veldwerk Veilig werken met asbest in de bodem
Al-blad 22 CROWP-132 Eigen protocol 5 Eigen protocol 4
Bovenstaand overzicht is het laatst gewijzigd op 5-4-2004 door: M.C. Rang
Projectnummer: 04.J019.10
