Van rondetafelconferentie naar vervolgafspraken
Samen investeren in
Utrecht-Oost/Science Park 1
Rondetafelconferentie Onder het motto ‘Samen investeren in Utrecht-Oost/Science Park’ vond op 20 november 2013 de rondetafelconferentie Utrecht-Oost/Science Park plaats. De succesvol verlopen conferentie kan een eerste stap zijn naar een nieuwe manier van samenwerken. Een stap gericht op het ten volle benutten van de potentie van dit bruisende gebied aan de oostkant van Utrecht. Deze brochure biedt hiertoe informatie en inspiratie. Naast een schets van de kansen en opgaven, vertellen tien stakeholders in eigen woorden wat zij met het gebied hebben. Aanvullend is in woord en beeld een terugblik opgenomen van de bijeenkomst op 20 november. ‘Samen investeren in Utrecht-Oost/Science Park’ is opgesteld onder verantwoordelijkheid van: - Gemeente Utrecht - Gemeente De Bilt - U10 - Provincie Utrecht - Universiteit Utrecht - Utrechts Landschap - Utrecht Science Park Andere partijen worden nadrukkelijk uitgenodigd mee te doen. Contact: Bertus Cornelissen, beleidsadviseur ruimte Provincie Utrecht | 06-21124708 |
[email protected]
2
Inhoud Bruisend vestigingsmilieu................................................................................................................... 4 Het gebied in vogelvlucht................................................................................................................... 8 Floris de Gelder: “We hebben goud in handen”....................................................................... 10 Joris Hoogenboom: “Benut wegverbreding als breekijzer”............................................... 11 Saskia van Dockum: “Investeer in Tuinen van Utrecht”....................................................... 12 Bart Krol: “Samen aan de slag”........................................................................................................ 13 Gilbert Isabella: “Schaken op hoog niveau”.............................................................................. 14 André van der Zande: “Verbinding is het sleutelwoord”...................................................... 15 Richard Kraan: “Spin-off vergroten”............................................................................................. 18 Arie Jan Ditewig: “Veel kansen om regio te versterken”..................................................... 19 Frank van Oort: “Interactie bevorderen”.................................................................................... 20 Marjan Oudeman: “Op naar een nieuwe fase”.......................................................................... 21 Levendige gespreksrondes................................................................................................................ 22 De conferentie in beeld....................................................................................................................... 24 Bijeenkomst smaakt naar meer....................................................................................................... 26
3
Bruisend vestigingsmilieu
In het gebied ten oosten van Utrecht is sprake van een grote dynamiek, met als spil het Utrecht Science Park. De locatie is uitstekend bereikbaar en centraal gelegen in een prachtige landschappelijke omgeving. De regio heeft de potentie om zich te ontwikkelen tot een topvestigingsmilieu van internationale allure. De sfeervolle stad Utrecht met al z’n voorzieningen ligt immers op korte afstand, terwijl de omliggende gemeenten een aangename groene woon- en werkomgeving bieden.
4
Het bruist aan de oostkant van Utrecht. Het meest zichtbaar is dat op De Uithof, waar zich op het Utrecht Science Park steeds meer instellingen en bedrijven vestigen. Maar ook in de omliggende ‘groene’ gemeenten is allerlei bedrijvigheid, met name op het gebied van life sciences. Dankzij alle dynamiek ontstaan de contouren van een internationaal georiënteerd kenniscluster met een concentratie van topbedrijven, prachtig gelegen in het groen. De voorziene overkapping van de A27 biedt bovendien kansen om een groene scheg de stad Utrecht in te trekken. Door een goede inpassing verbetert de toegankelijkheid van de landgoederen, forten en bossen, terwijl tegelijkertijd de snelwegbarrière tussen Rijnsweerd en Utrecht Science Park verdwijnt.
Koers op hoofdlijnen Om de vele kansen daadwerkelijk te benutten, is er behoefte aan een gedeeld beeld over de ambities in dit gebied, met als vervolgstap een betere afstemming en verbinding tussen projecten. Daarbij hoeft niet begonnen te worden bij nul: verschillende partijen hebben zich de afgelopen jaren al beziggehouden met de ontwikkeling van een of meerdere onderdelen van Utrecht-Oost. Uit deze gebiedsvisies, studies en beleidsnotities komt een redelijk gedeeld beeld naar voren. Rode draad van alle plannen is de ambitie het gebied verder te ontwikkelen tot een toonaangevend internationaal concurrerend vestigingsmilieu. De belangrijkste opgaven om dat te bewerkstelligen liggen niet alleen op het gebied van economie en mobiliteit, maar ook in het versterken van de groene kwaliteiten.
Opgaven op een rij
‘Naar een toonaangevend internationaal concurrerend vestigingsmilieu‘
Economie Utrecht Science Park ontwikkelt zich snel. Opvallende nieuwkomers zijn RIVM, Danone, het Prinses Máxima Centrum, het Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis (ingepast in UMCU) en de Hogeschool Utrecht. Zowel in de regio, bijvoorbeeld het Antoni van Leeuwenhoekterrein in Bilthoven, als op het naast De Uithof gelegen kantorengebied Rijnsweerd bestaan er concrete mogelijkheden voor verdere ontwikkeling van het sciencecluster. Overkoepelende opgave voor het gehele gebied is het creëren van een optimaal vestigingsklimaat, waarin onderwijs, onderzoek en ondernemerschap optimaal gedijen.
Bereikbaarheid Met de planstudie Ring Utrecht als leidraad investeren Rijk en regio de komende decennia fors in de infrastructuurbundels die Utrecht-Oost doorsnijden: de A27, de A28 en de A12. Met name ten aanzien van de A27 ligt een forse inpassingsopgave. Verder ontwikkelt het nieuwe station Vaartsche Rijn zich de komende jaren tot een belangrijk OV-knooppunt, niet in de laatste plaats door De Uithoftram die vanaf 2018 gaat rijden. Dit zal de bereikbaarheid van het gebied aanzienlijk verbeteren, Utrecht Centraal ontlasten en de economische en culturele betekenis van de zuidelijke binnenstad versterken. Voor het verbete-
5
6
ren van de bereikbaarheid van het Utrecht Science Park biedt versterking van de OV-verbinding met station Bilthoven kansen, terwijl vanuit station Bunnik vooral een goede fietsbereikbaarheid van belang is. Voor Rijnsweerd gaat het met name om het verbeteren van de aansluiting via zowel OV als fiets.
Landschap Utrecht en omliggende plaatsen ontlenen hun aantrekkingskracht voor een belangrijk deel aan de groene setting: de bossen van de Heuvelrug, de landgoederen, de Kromme Rijn en het landschap van de Hollandse Waterlinie. Reeën, hazen, dassen verblijven om de hoek van de stad. Maar het is geen uitgemaakte zaak dat dit zo blijft. In deze dynamische omgeving, met toenemende stedelijke en infrastructurele druk, blijft investeren in een stevige groene contramal nodig. Er dient nadrukkelijk oog te zijn voor het versterken van zowel de kwaliteit van het landschap als de recreatieve voorzieningen. Niet alleen voor de natuur en voor de stedeling, maar ook om het landschap een blijvende rol te geven als vestigingsplaatsfactor voor bedrijven en instellingen.
Majeure opgave Gebiedsagenda Het economische belang van Utrecht-Oost/Science Park is precies een week voor de 20ste november onderschreven tijdens het bestuurlijk overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (BO MIRT). Tijdens dit overleg van Rijk en regionale overheden is de geactualiseerde Gebiedsagenda Noord-Holland | Flevoland | Utrecht vastgesteld. Uitgangspunt van de agenda is bestaand beleid. Het accent ligt op projecten en acties waar gedeelde belangen spelen, ook vanuit de gedachte dat ‘slim investeren’ kansen biedt op een multiplier effect. Utrecht-Oost/Science Park is in de Gebiedagenda aangewezen als één van de zeven majeure integrale gebiedsopgaven voor de Noordvleugel. Dit betekent dat waar nodig Rijk en regio gezamenlijk optrekken om de locatie te ontwikkelen tot een topvestigingsmilieu.
7
Het gebied in vogelvlucht
Utrecht-Oost/Science Park omvat delen van het grondgebied van de gemeenten De Bilt, Bunnik, Zeist, Utrecht en Houten. De Uithof vormt het kerngebied. In het noorden ligt het Noorderpark en de NRU, in het zuiden de A12 en onder meer Nieuw Wulven.
9
Floris de Gelder:
“We hebben goud in handen” “Als geboren en getogen Utrechter ben ik met hart en ziel verbonden aan de stad. Ik heb hier gestudeerd, ben wijkwethouder geweest van Utrecht-Oost en werk nu op Utrecht Science Park, dus het zit er diep in. De potentie van dit gebied is enorm. Het kan zich ontwikkelen tot de motor van de regionale economie. Alleen de komende vijf jaar komen er
‘De poorten naar de rest van de wereld staan open’ al drieduizend banen bij. Dat is ongeveer het verschil tussen wel of geen economische crisis in deze regio. Alle betrokkenen moeten beter beseffen dat we met alles wat hier gebeurt goud in handen hebben. Om de mogelijkheden daadwerkelijk te benutten, is het in de eerste plaats belangrijk om te investeren in de bereikbaarheid. We krijgen binnenkort de sneltram naar Utrecht CS. Dat is ontzettend goed, maar niet voldoende. Bijna de helft van de mensen die op het USP werken, woont niet in de stad Utrecht, maar in de gemeenten daaromheen. De OV-verbindingen met de andere gemeenten verdienen dan ook een kwaliteitsimpuls. Net als de fietsroutes trouwens. Een mooi voorbeeld is de omweg die het fietspad naar Zeist maakt. En samen met onze collega’s in Rijnsweerd hopen wij de verbreding van de A27 te benutten om de verbinding tussen beide locaties te verbeteren. Het USP en de gemeenten in de regio hebben elkaar enorm nodig om scholen, kantoren, huizen en sportfaciliteiten optimaal te ontsluiten.
10
Daarbij gaat het om wegen, OV en fietspaden. Intensieve, langdurige samenwerking is nodig om al die ontwikkelingen in goede banen te leiden. Bestuurlijke kameraadschap is daarbij ongelooflijk belangrijk. We moeten een gemeenschappelijke noemer vinden die zich onttrekt aan de politieke golfbeweginkjes van alledag. Bovendien moet je, in het belang van het grotere geheel, elkaar ook iets gunnen. Kijk bijvoorbeeld in welke gemeente een bedrijf zich optimaal kan ontwikkelen en steek elkaar niet de loef af. Het belang van het versterken van de regio als geheel dient voorop te staan. Stichting Utrecht Science Park kan daarvan het uithangbord vormen. Wij kunnen zorgen voor de marketing en de verbinding, ook tussen mensen en bedrijven. Dat is extreem belangrijk. De universiteit is lang alleenheerser op De Uithof geweest, maar zet nu de poorten open naar de rest van de wereld. Ik vind dat heel spannend. Wij functioneren in dit proces als smeermiddel en katalysator.” Floris de Gelder, directeur Stichting Utrecht Science Park
Joris Hogenboom:
“Benut wegverbreding als breekijzer” “Vanaf het begin van de planvorming over de Ring Utrecht is de Natuuren Milieufederatie Utrecht betrokken bij de ontwikkeling van dit gebied. Eind 2010 hebben de provinciale Utrechtse natuurorganisaties al een advies aangeboden aan de overheden over het versterken van de ruimtelijke kwaliteit rond de ring. Kansen liggen er met name in het realiseren van betere verbindingen tussen de stad en het buitengebied, waarbij ook oog is voor het verbeteren van de milieukwaliteit. Daar zijn weliswaar allerlei partijen over aan het denken, maar tot nu toe gebeurt dat vooral los van elkaar. Dat is jammer, te meer daar er inmiddels een omvangrijk plan op tafel ligt om de snelweg te verbreden. Dit plan moeten we benutten als breekijzer om in samenwerking de gebiedskwaliteit te verbeteren. Dat zie ik ook als meerwaarde van het proces dat wordt opgestart.
‘Betrek ook bewoners bij het ontwikkelen van plannen’ Hoog op mijn verlanglijstje staat het verbeteren van de verbindingen vanuit de stad naar zowel het groene gebied buiten de ring als naar Utrecht Science Park. Met name de snelweg vormt al jarenlang een stevige barrière. De voorziene overkluizing via een groen dak biedt dan ook aan alle kanten meerwaarde. In het verlengde hiervan dient de balans tussen natuur en bebouwd gebied te verbeteren, waarbij tegelijkertijd aandacht is voor duurzaamheidsaspecten. Wat betreft dit laatste is het niet alleen zaak om de geluidsoverlast en luchtvervuiling door het ver-
keer te verminderen, maar ook om meer te doen aan duurzame energieopwekking. We moeten wel direct de handen uit de mouwen steken om via het werk aan de weg de duurzaamheid van het gebied te verbeteren. Er wordt momenteel immers flink geïnvesteerd. Er gaat van alles op de schop, niet alleen bij de ring, maar ook bij de noordelijke randweg en de fly-overs. Dit betekent dat je wellicht met een geringe extra inspanning veel kunt bereiken. Het biedt duidelijke meerwaarde om integraal te kijken naar alle plannen. Insteek daarbij is werk met werk maken en op die manier aanvullende investeringen van andere partijen proberen los te weken. Concreet denk ik aan partijen die belangen hebben, waaronder De Uithof en bedrijven die op Rijnsweerd zitten. Bij het ontwikkelen van plannen dienen ook bewoners een rol te krijgen, omdat de ervaring leert dat onder hen vaak heel creatieve ideeën leven. Maar nogmaals, snelheid is geboden om de kansen daadwerkelijk te benutten.” Joris Hogenboom is directeur van de Natuur- en Milieufederatie Utrecht
11
Saskia van Dockum:
“Investeer in Tuinen van Utrecht” “Het groene gebied aan de oostrand van Utrecht heeft een fantastische kwaliteit maar is relatief onbekend. Mensen die ik op ons landgoed Oostbroek ontvang zijn stuk voor stuk verbaasd: ingeklemd tussen De Uithof en de A28 komen ze in een groene oase terecht. Ook voor mij was het ooit een ontdekking dat je in de achtertuin van de vierde stad van Nederland gewoon de reeën, dassen en ringslangen tegenkomt. Als je die parel met kennis en respect uitpakt, levert dat een kwaliteitsverbetering op voor natuur en voor het vestigingsklimaat voor zowel bedrijven als bewoners in de regio. Belangrijk, want er is met onder meer de komst van het ziekenhuis en de huisvesting van studenten steeds meer beweging in het gebied. Daarom is dit echt hét moment om de verbinding tussen de groene long en het verstedelijkte gebied te verbeteren.
‘Ingeklemd tussen De Uithof en de A28 ligt een groene oase’ Jammer is dat al het moois slecht bereikbaar is. Je ervaart nu de Hollandse Waterlinie bijvoorbeeld niet als de lijn in het landschap die het ooit was. Hetzelfde geldt voor de landgoederen van de Stichtse Lustwarande en de historische verbinding van De Uithof met de abdij die Oostbroek ooit was. Recreatieve verbindingen in combinatie met beplantingen kunnen dergelijke historische verbindingen op een relatief simpele manier weer terugbrengen in het landschap. Die beplantingen zijn op hun beurt weer goed voor de natuur. Ook De Uithof zelf kan
12
daarin een rol spelen, lang niet alles is volgebouwd. Nu rijd je er eigenlijk zo snel mogelijk doorheen. Vorig jaar is Utrecht door Lonely Planet uitgeroepen tot één van de drie best bewaarde geheimen van Europa. Wat mij betreft staat er in de editie van 2020 dat dit de oostkant van Utrecht is. De kwaliteit is immers enorm, terwijl er tal van kansen zijn voor zowel recreatie en natuur als voor bedrijvigheid en woonfuncties. Je moet het gebied vooral niet op slot zetten. Functies kunnen elkaar hier echt versterken. Het bedrijfsleven ziet dat ook. Neem het initiatief ‘Land voor land’ van ASR Vastgoedontwikkeling. Ieder jaar geven ze ons de mogelijkheid om via aankoop van grond in de Utrechtse stadsrand een impuls te geven aan de ontwikkeling van nieuwe natuur. Ik vind dat een overtuigende onderstreping van het belang van de waarde van natuur voor dit gebied. Laat het naam krijgen als de Tuinen van Utrecht.” Saskia van Dockum is directeur van Stichting Het Utrechts Landschap
Bart Krol:
“Samen aan de slag” “Vanuit mijn werkkamer kijk ik uit over een groot deel van deze bijzondere locatie. Dat confronteert mij direct met de uitdagende kansen die hier liggen. In mijn studietijd lagen er een paar lelijke gebouwen in een weiland, een treurigheid in het niks. Als je ziet wat er nu allemaal is aan kennisinstellingen, medische voorzieningen en verwante bedrijvigheid, dan praat je over een fantastisch cluster met tal van groeimogelijkheden. Daar mogen we buitengewoon trots op zijn. Er ontwikkelt zich een interessante dynamiek, met een belangrijk effect op de economie van zowel de stad als de regio.
‘Losse ontwikkelingen in samenhang oppakken vergt intensieve samenwerking’ Aan de andere kant is lang niet alles koek en ei. Naast het op een nette manier inpassen van allerlei lopende ontwikkelingen, vraagt met name het verbeteren van de bereikbaarheid aandacht. Met de overkluizing van de A27 verbetert de verbinding tussen stad en het groene gebied en ontstaan allerlei kansen. Verder treffen we als provincie nog de nodige ecologische maatregelen. Dat hele verhaal hoort bij elkaar. Mogelijk hoort Rijnsweerd daar ook bij. Op deze eenzijdige kantorenlocatie is een transformatie gaande, waarbij wellicht kan worden aangesloten op ontwikkelingen op Science Park en de infrastructurele veranderingen.
Dit betekent dat het hele gebied de komende tien, twintig jaar sterk in beweging is. Wil je dat in goede banen leiden, dus niet een ecoduct hier en een weg of gebouw daar, dan moeten we de hele ontwikkeling in samenhang oppakken zodat losse ontwikkelingen elkaar kunnen versterken. Tegelijkertijd vergt dat intensieve samenwerking met alle betrokken partijen. De tijd dat overheden het alleen aan konden ligt ver achter ons. Een toekomstvisie voor het gebied moeten we samen ontwikkelen en uitvoeren. Daarbij is het de kunst om alle neuzen dezelfde richting in te krijgen. Om meters te kunnen maken, hebben we dus echt een gezamenlijk verhaal nodig. De conferentie vormt daartoe voor mij de opmaat. Het zou fantastisch zijn als dit leidt tot intensieve, brede samenwerking. Voor een deel is dat vasthouden. Utrecht Science Park is al een sterke troefkaart, maar het daaraan knopen van andere ontwikkelingen biedt tal van extra kansen. Ik hoop van harte dat het ons op die manier gaat lukken om een bloeiend economisch gebied te realiseren, mooi ingepast in de groene kwaliteiten van dit deel van onze provincie.” Bart Krol is gedeputeerde RO van de provincie Utrecht
13
Gilbert Isabella:
“Schaken op hoog niveau” “Zelf heb ik op De Uithof gestudeerd en ik bewaar daar warme herinneringen aan. Sindsdien heeft de ontwikkeling hier een enorme vlucht genomen. Als bestuurder van deze stad wil je dat dit zich de komende decennia op een mooie en vooral groene manier doorzet. Belangrijk daarvoor is om nu met alle betrokken partijen de handen ineen te slaan. Niet alleen om de gezamenlijke slagkracht te vergroten, maar ook om te voorkomen dat de ene activiteit de andere in de wielen rijdt. Dat kan gemakkelijk, want het gaat om een groot gebied waar veel belangen spelen. Voor de verdere ontwikkeling van deze locatie is met name een goed toegankelijk netwerk een absolute voorwaarde. Dat varieert van hoogwaardig openbaar vervoer tot het verbeteren van de auto- en fietsbereikbaarheid. Investeren in de prachtige natuur en kwalitatief hoogstaande architectuur is eveneens van wezenlijke betekenis. Ik ben van de stenen, van de ruimtelijke ordening, maar zie heel goed de waarde van de groene elementen en het belang om die verder te versterken. Het is een gemeenschappelijke opgave om dat boven tafel te houden. Persoonlijke wens is het zorgen voor goede huisvesting
14
voor onze studenten, inclusief de daarbij horende voorzieningen. Dat is nodig om de talenten aan je stad te binden. Belangrijke uitdaging vind ik het creëren van meerwaarde door de verschillende activiteiten op het gebied van werken, wonen, studeren en recreëren goed op elkaar af te stemmen. Dat klinkt wellicht gemakkelijk, maar is een enorme opgave. Met name Science Park moet zich goed kunnen ontwikkelen, ook door de ruimte die Rijnsweerd voor uitbreiding biedt te benutten. Het versterken van de interactie tussen die twee locaties biedt echt kansen. Dit betekent voordurend afstemmen, zowel binnen als tussen organisaties. Dat geldt voor de gemeente, maar ook voor bedrijven, kennisinstellingen, de provincie en het Rijk. De ervaring leert dat dit kan, maar het betekent echt schaken op hoog niveau vanuit
‘Zet in op versterken interactie Utrecht Science Park en Rijnsweerd’ een gedeelde ambitie. Dat vergt bewuste inzet van alle betrokken partijen en het leggen van de juiste verbindingen. Er moet chemie ontstaan. Dat bereik je door elkaar te ontmoeten, knelpunten direct bespreekbaar te maken en successen samen te vieren. Goede persoonlijke relaties zijn eveneens een succesfactor van betekenis.” Gilbert Isabella is wethouder RO gemeente Utrecht
André van der Zande:
“Verbinding is het sleutelwoord” “Het trefwoord van kennisproductie in de 21e eeuw is verbinding. Dat is precies de reden waarom RIVM in 2018 naar De Uithof verhuist. Voor een rijksdienst als de onze is het gewoon niet goed om afgesloten in de bossen van Bilthoven te zitten. Juist een instituut als RIVM moet verbindingen maken met zowel de samenleving als met andere kennispartners. Gezien de stedelijke dynamiek en zichtbaarheid is Utrecht Science Park voor beide doelen een interessante plek. Te meer daar wij aan de rand komen te zitten met een directe overgang naar het mooie groene landschap. Kortom, een ideaal visitekaartje naar partners en opdrachtgevers. Mijn ideaalbeeld is dat we er gezamenlijk in slagen het hele gebied mondiale allure te geven door hier een stukje van de moderne tijd te
‘Ontwikkel vibrerende ontmoetingsruimtes en culturele uitingen’ creëren voor mensen die met kennisproductie bezig zijn. Met name het realiseren van adequate voorzieningen heeft prioriteit, variërend van voortreffelijke ICT-infrastructuur tot goede toegankelijkheid. Daar horen ook ontmoetingsplekken bij. Ons nieuwe gebouw vervult hierin straks een nuttige functie. Daarnaast moet je ook zorgen voor zaken als congresfaciliteiten en hotelaccommodatie. Bij het vermarkten liggen er bovendien kansen door gebruik te maken van het typerende oer-Hollandse landschap dat er ligt.
Verbinding betekent ook samenhang. Het is funest voor de toekomst wanneer er een kakafonie aan opvattingen op het gebied neerdaalt. Om de potentie daadwerkelijk te benutten, moeten we met z’n allen aan de slag. Dus niet alleen de kennisinstellingen, maar ook de private partijen en natuurlijk de betrokken overheden. Die moeten elkaar zien te vinden en misschien ook gezamenlijk investeren. De kost gaat voor de baat uit. Bij een dergelijke omvangrijke ontwikkeling hoort ook een gemeenschappelijke identiteit op de schaal van dit gebied. Daarbij moeten we het zoeken in de hoek van gezondheid, duurzaamheid en vitaliteit. Dat moet ook tot uiting komen in een entree die dat gevoel uitstraalt. Gelukkig zie je nu veel meer groen en betere infratructuur op De Uithof dan alleen maar staal en beton. Veel toegevoegde waarde kan komen van de groene kant, maar denk ook aan het ontwikkelen van vibrerende ontmoetingsruimtes en culturele uitingen. Het begin van die gezamenlijke identiteit ligt wellicht in de slogan ‘Healthy Urban Living’, welke ik met enkele partijen heb ontwikkeld. Ik hoop daar andere betrokkenen enthousiast voor te krijgen.” André van der Zande, directeur-generaal Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
15
16
Richard Kraan:
“Spin-off vergroten” “Als geboren en getogen Utrechter voel ik me verbonden met het gebied, te meer daar PWC sinds jaar en dag gevestigd is in Rijnsweerd. Naast de goede bereikbaarheid heeft dat te maken met de hoge dichtheid aan kennisintensieve bedrijven. Je zoekt elkaar gemakkelijk op, ook om gezamenlijk naar de toekomst te kijken. We zitten wat dat betreft behoorlijk op één lijn. Gezamenlijk steken we energie in de profilering om het bedrijventerrein qua uitstraling en reputatie goed neer te zetten. Dankzij de gedeelde ambitie op dit vlak lukt dat aardig. Wel is het gebied nu te monofunctioneel, vooral door een te hoog gehalte aan kantoren. Het zou goed zijn als dit wordt doorbroken door functies toe te voegen. Dan denk ik met name aan hotels, horeca, detailhandel en studentenhuisvesting.
‘Toevoegen van functies kan eenzijdige karakter doorbreken’ Goede regie is onmisbaar om een en ander in goede banen te leiden. In plaats van ons te richten op bijvoorbeeld het hergebruik van een individueel leegstand pand, moet er gewerkt worden vanuit een totaalvisie voor het hele gebied. Enorme kansen liggen er in het vergroten van de fysieke verbondenheid met Science Park. De tussenliggende snelweg A28 vormt hiervoor een belemmering. Overkluizen zorgt ervoor dat het één gebied wordt. Als dat inderdaad lukt, kunnen alle functies elkaar versterken. Niet alleen wonen en werken, maar
18
ook voorzieningen op het gebied van sport en recreatie. Dat proces moet je in goede banen leiden. Dit betekent tegelijkertijd dat je grootser moet willen denken. Plus daarvoor de handen ineen willen slaan, dus de eigenaren van Rijnsweerd en Science Park samen met gemeenten, de provincie en Rijkswaterstaat. Te meer daar met een dergelijk proces, ook om de financiering te regelen, al gauw tien tot vijftien jaar gemoeid is. Door aanpalende gebieden hierbij te betrekken, zoals het huidige RIVM-terrein dat eerdaags vrijkomt, kan de spin-off nog veel groter worden. Belangrijk is verder dat wordt geïnvesteerd in het groene karakter. Pus volop inzetten op verduurzaming. Het op een dergelijke manier toepassen van ontwikkelde kennis is tevens van belang om het gebied internationaal op de kaart te zetten. Natuurlijk, het kost een grijpstuiver om zo ver te komen. De enorme potentie van het gebied is die investering echter dubbel en dwars waard.” Richard Kraan is partner bij PWC - Utrecht en lid van de Utrecht Development Board en de Economic Board Utrecht
Arie-Jan Ditewig:
“Veel kansen om regio te versterken” “Het Utrechtse zit mij in de genen. Ik ben hier opgegroeid, heb er gestudeerd en woon en werk er. Gaandeweg heb ik aan de oostkant van Utrecht een kennisregio zien ontstaan, vergelijkbaar met vakspecifieke kenniscentra van onder meer de Oxfordregio. Als je daar een aantal mijlen naar het noorden over de snelweg rijdt, passeer je telkens afslagen die leiden naar kenniscentra. Hier loopt een dergelijke as van De Uithof tot het Life Sciencecluster in Bilthoven. Daarbij behoort ook het KNMI,
‘Leren van ervaringen in de Oxfordregio’ de Grontmij, het RIVM, Bilthoven Biologicals en de herontwikkeling van het oude sanatorium Berg en Bosch aan de noordkant van de Life Science as. Hier vestigen zich tal van kennisinstellingen en innovatieve bedrijven, variërend van het Alexander Monro Ziekenhuis voor borstkankerbehandeling tot het Helen Dowling Instituut voor de sociaal-psychologische begeleiding van kankerpatiënten. Uiteraard liggen er bij dit soort bedrijvigheid duidelijke verbindingen met Utrecht Science Park. In onze economische visie hebben we deze as, die loopt langs de Soestdijkseweg, vastgelegd en daarmee speerpunt van ons beleid gemaakt. Richting toekomst zie ik tal van kansen om deze ontwikkeling naar een kenniseconomische regio te versterken. Zeker als we vanuit een samenhangende visie constructief gezamenlijk aan de slag gaan. Neem de verbetering van het stationsgebied met onder meer een drietal tunnels. Daar moeten we niet langer over praten
als een verkeersknooppunt, maar werken vanuit de gedachte dat dit een belangrijke toegang is tot Utrecht Science Park. Als je een dergelijk perspectief bestuurlijk deelt, kun je aan de slag om tot een concrete invulling te komen, met inbegrip van een verdere intensivering van het openbaar vervoer. In dit kader kunnen we leren van de Oxfordregio. Als je een gezamenlijk koers hebt uitgezet, wetend dat de regio als geheel tot de meest competitieve in de EU behoort en je een internationale topuniversiteit hebt. Wat houdt ons dan nog tegen om de economische slagkracht te benutten? Als je vanuit dat idee werkt, komen daar mensen en bedrijven op af. Voorwaarde voor succes is dat we evenwicht weten te bewaren tussen het groene werkgebied en de bouwkundige en verkeerstechnische invulling ervan. Een integrale ontwikkeling van de aanwezige ruimte is een voorwaarde om de aantrekkelijkheid te versterken. Het gaat hierbij om het groene element, de bebouwde omgeving en de verkeerskundige ontwikkelingen.” Arie-Jan Ditewig is wethouder RO + EZ gemeente De Bilt
19
Frank van Oort:
“Interactie bevorderen” “Ik werk in het hart van het gebied, met uitzicht op zowel een fort van de Hollandse Waterlinie als de zwarte bibliotheek. Beslist geen verkeerde contrasten. Maar niet alles is hier koek en ei. Zo vind ik Science Park te veel gericht op onderzoek en onderwijs. Ook de ontsluiting is onvoldoende. Vooral de bereikbaarheid met de bus is een ramp. Gelukkig wordt daar inmiddels aan gewerkt. Het toevoegen van meer sociale functies kan het gebied bovendien verrijken, met name om het ’s avonds levendig te houden. Nu is er welgeteld één café en één supermarkt.
‘Stip op de horizon is het realiseren van meer interactie’ Voordeel van de komst van meer onderzoeksinstituten naar dit gebied is dat hierdoor de onderlinge kruisbestuiving kan toenemen. Eerder heb ik bij het RIVM en het Planbureau voor de Leefomgeving gewerkt en weet vanuit die ervaring dat er niet automatisch naar de universiteit als partner wordt gekeken. Van belang vind ik verder het verstevigen van de relatie met de stad. Bijvoorbeeld door de banden aan te halen met meer MKB-achtige kennisbedrijven in het centrum. Daarbij denk ik onder meer aan de mensen die de universiteit verlaten om een eigen bedrijf te beginnen. Rijnsweerd erbij betrekken als tussenstation biedt wellicht ook kansen. Dat is logischer dan groene gebieden op te offeren aan nieuwe ontwikkelingen.
20
Stip op de horizon is het realiseren van meer interactie in het gebied. Mensen moeten niet alleen maar hiernaar toe komen om even college te volgen en dergelijke, maar na studie en werk blijven hangen. Daarvoor zijn meer ontmoetingsfuncties nodig, aangevuld met studentenhuisvesting, detailhandel en wellicht een hotel. Dit laatste is handig in verband met de vele conferenties die hier plaatsvinden. Goede verbindingen met de stad zijn eveneens belangrijk, want al komt hier meer reuring, het blijft moeilijk om te concurreren met de sfeervolle historische binnenstad. Wat het gebied verder kan verrijken is het toevoegen van hoogwaardige architectuur. Er zitten al een paar toppers in, maar niet voldoende. Bij het neerzetten van nieuwe gebouwen moet echt gekeken worden naar aansprekende ontwerpen. In het verlengde hiervan kan het geen kwaad om enkele van de lelijkste gebouwen op termijn van de kaart te poetsen of her in te richten. Inspelen op het creëren van meer flexibele ruimte biedt eveneens kansen. Dit betekent gebouwen zo inrichten dat ze meer uitnodigen tot interactie.”
Frank van Oort is hoogleraar aan de Universiteit Utrecht
Marjan Oudeman:
“Op naar een nieuwe fase” “Drive, passie en commitment. Dat viel mij meteen op tijdens mijn eerste weken op het Utrecht Science Park. Sinds mijn aantreden als collegevoorzitter van de Universiteit Utrecht heb ik veel mensen gesproken, medewerkers en studenten van de universiteit en onze partners op het Utrecht Science Park. Er is hier enorm veel kennis van hoogstaande kwaliteit. Gezamenlijk kunnen we hier een verschil mee maken. Ik ben het dan ook volmondig eens met wat ik hier regelmatig hoor: ‘We zitten hier op een berg goud, alleen moeten we die nog wel verzilveren.’ Ik vind het USP een fantastisch concept, waarmee we niet alleen kennis
‘Talent binden is absolute voorwaarde om positie te versterken’ verbinden, maar ook tot waarde laten komen. Met gevestigde partijen én met nieuwkomers. Er zijn voldoende mogelijkheden om USP uit te bouwen tot een sciencecluster met een mondiale impact. Vandaar dat ik denk dat wij als partners, die gezamenlijk het Utrecht Science Park vormen, onze samenwerking een fase verder moeten gaan brengen. We moeten exact van elkaar weten welke toegevoegde waarde we hebben en keuzes maken in waar we als Utrecht Science Park voor staan en voor gaan. En vervolgens gezamenlijk optrekken in het consistent naar buiten brengen ervan. Worldwide. Het Utrecht Science Park is al enkele jaren veel meer dan de som der delen. De vestiging van de tientallen bedrijven hier, en recent nog van
Nutricia Research, heeft ongetwijfeld een aanzuigende werking op andere ondernemingen. Organisaties zien dat het hier zindert, omdat bedrijven en instellingen er profiteren van elkaars fysieke nabijheid. De Universiteit Utrecht zelf is groot geworden door juist als brede research universiteit voordeel te halen uit die verscheidenheid. Immers, op het snijvlak van verschillende disciplines ontstaat innovatie. En door innovaties en creativiteit behouden we als universiteit onze sterke concurrentiepositie. Dat principe geldt ook voor het Utrecht Science Park. Het helpt als de Europese Unie constateert dat we de meest competitieve regio van Europa zijn. Maar dat gaat niet vanzelf. Te meer daar de concurrentie sterker en grootschaliger wordt. Daarmee verstevigt de strijd om het werven en behouden van nationaal en internationaal talent. Dit aspect verdient nadrukkelijke aandacht. Talent aan je binden is wat mij betreft een absolute voorwaarde om onze positie te versterken. Het is derhalve van belang de unieke mogelijkheden die het Utrecht Science Park heeft ten volle te benutten.”
Marjan Oudeman is voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Utrecht
21
Utrechts Nieuwsblad, 20 september 2018
Enclave wordt powerhouse Utrechts Nieuwsblad, 20 september 2018
USP-satellieten in Silicon Valley en Shanghai Utrechts Nieuwsblad, 20 september 2018
Mega-investering India in Utrecht Science Park Utrechts Nieuwsblad, 20 september 2018
Utrecht Oost ‘special place to be’ aldus Lonely Planet
Levendige gespreksrondes Om de potentie van Utrecht-Oost/Science Park ten volle te benutten, dienen alle betrokken partijen de handen ineen te slaan. Dát is de conclusie van de
De foto’s op de volgende pagina’s geven een beeld van de gesprekken, aangevuld met enkele opvallende uitspraken en krantenkoppen van de deelnemers.
drukbezochte rondetafelconferentie op 20 november 2013 met vertegenwoordigers uit het gebied. Gastspreker Rudy Stroink opende de bijeenkomst met een inspiratiespeech. Hamvraag voor Utrecht-Oost/Science Park is volgens hem wat de betrokken partijen met het gebied voor ogen hebben. Directe vervolgvragen zijn het waarom en hoe. Plus wie daartoe initiatieven neemt. “Ga niet iets nieuws maken, maar put uit wat je hebt”, adviseerde hij. “Zet daarbij in ieder geval in op verdichting. Het gebied is nu een luchtig monatoetje, er kan nog heel veel bij. Verdichte steden zijn krachtiger en duurzamer.” Stroink benadrukte het belang van meer functiemenging. “Denk aan een supermarkt en nog veel meer studentenwoningen. Het gaat om het proces van verbinden, benutten en verleiden, met name door continu te verbeteren. Nu leiders vinden is van belang om dat voor elkaar te krijgen, bijvoorbeeld vanuit de universiteit of de gemeente.” Tot slot riep hij op er alles aan te doen om het functionele verhaal goed te vertellen. “Over tien jaar moet iemand uit India zeggen, Utrecht dát is de plek waar ik moet zijn.”
Rudy Stroink: “Het gaat om het proces van verbinden, benutten en verleiden”
Tafelgesprekken inspireren Het eerste deel van de conferentie bestond uit rondetafelgesprekken. Daarbij is vooral afgetast wat ieder met het gebied heeft en waar men kansen ziet om de handen ineen te slaan. Opvallend was de intensiteit van de gesprekken, waardoor zelfs de pauze tussen de twee gespreksrondes te laat begon en alweer vroeg eindigde. Wellicht een voorbode om in de nabije toekomst daadwerkelijk de vele mogelijkheden van Utrecht-Oost/Science Park in samenhang te benutten.
Deelnemers Aan de rondetafelconferentie namen vertegenwoordigers deel van onder meer de volgende partijen: Provincie Utrecht / Gemeente Utrecht / Regio Utrecht / Gemeente Zeist / Gemeente De Bilt / Gemeente Bunnik / Gemeente Houten / Rijksoverheid / Universiteit Utrecht / Utrecht Science Park / Hogeschool Utrecht / Universitair Medisch Centrum / RIVM / Kamer van Koophandel / Economic Board Utrecht / Utrecht Development Board / NMU / Utrechts Landschap / Staatsbosbeheer.
23
De conferentie in beeld
Aanbevelingen - - - - - -
Werk aan een concreet programma voor Science Park en Rijnsweerd; Benut de universiteit als middelpuntvliedende kracht; Een duidelijk merk of identiteit is voor het Rijk handig om het nationale verhaal te duiden; Pak door naar de afzonderlijke programma’s en stem die op elkaar af; Benut de denk- en daadkracht van ondernemers in het gebied; Maak een overkoepelend bestemmingsplan voor de driehoek Galgenwaard – WKZ – Berekuil.
Aanbevelingen - USP kan zich onderscheiden op het gebied van gezondheid en duurzaamheid; - Het helpt wanneer de universiteit zich meer richt op interacties met de omgeving; - Traditionele beelden en rollen van partijen zitten in de weg; - Een scherp toekomstbeeld versterkt de (inter)nationale propositie en is van belang om fondsen aan te trekken. - Gezien de grote belangen hebben partijen veel te halen en te brengen, te meer daar koppelingen mogelijk zijn.
24
Aanbevelingen - Begin met een initiatief, waaruit blijkt dat partijen gezamenlijk meerwaarde hebben; - Wat mist is een gedeeld verhaal, een stip op de horizon; - Het USP kent verschillende aanvullende profielen, met Rijnsweerd als de kraamkamer voor vernieuwing, De Bilt voor groeiende instituties en Zeist voor de financiële dienstverlening; - Voor het creëren van toegevoegde waarde moeten kennisinstituten bepaalde combinaties al dan niet faciliteren; - Er is behoefte aan leiderschap, aan één persoon of partij die zowel inspirerend als verbindend kan optreden.
Aanbevelingen - De universiteit is naarstig op zoek naar mede-risicodragende investeerders; - Zorg dat USP ook een functie in het weekend krijgt, bijvoorbeeld door parkeerplaatsen te benutten voor bezoekers aan de groene gebieden en het toevoegen van een horecafunctie; - Er wordt nog te veel gedacht aan het eigen en te weinig aan het gezamenlijk belang; - Ontmoetingen kunnen zorgen voor meer gezamenlijkheid in de koers voor het gebied; - Laat alles wat de universiteit onderneemt bindend zijn voor de gebiedsontwikkeling als geheel;
Driewerf USP 1. Unique Selling Point: Utrecht in het hart van het land 2. Utrechts Science Park: verzameling hoogwaardige kennisbedrijven in Utrecht-Oost 3. Unieke Samenwerking van Partijen om verder te laten bloeien.
25
Bijeenkomst smaakt naar meer
´Partijen willen gezamenlijk komen tot een krachtige ontwikkeling van Utrecht-Oost/Science Park´
26
Het slotgedeelte van de bijeenkomst betrof een tafelgesprek tussen
Bouwen aan kennisbiotoop
bestuurders. Conclusie van de gespreksronde is dat de bijeenkomst gezien
Remco van Lunteren (gedeputeerde provincie Utrecht) noemde het belangrijk om al in een vroeg stadium helder te maken wat de belangen zijn. “Vervolgens kun je samen kijken hoe aan gedeeld genot kunt komen.” Amman benadrukte in dit verband vooral in te zetten op kennis. “De werkgelegenheid op het gebied van hoog opgeleiden is hier heel goed, wellicht het beste van Europa. Juist daarom moeten nieuwe activiteiten passen bij de al aanwezige kennisinstellingen. Op die manier bouwen we voort aan de kennisbiotoop. Daarbij hoort ook het uitbreiden van het onderwijsaanbod.” Jos Nouwt (RIVM) merkte op dat je er met alleen de universiteit zeker niet komt. “Je hebt wellicht iets als een coördinerend lichaam nodig. Laten we iets overkoepelends zoeken, want ook instituten hebben altijd een eigen belang.” Maas: “Daarbij mogen de koppen best eens tegen elkaar slaan, mits we dit doen met de juiste intentie, namelijk om de vaart erin houden.” Wat volgens haar helpt, is het naar voren schuiven van een paar boegbeelden. “Daaronder kunnen netwerken actief worden, waarbij we niet bang mogen zijn om die een beetje af te dwingen.”
kan worden als eerste stap naar een nieuwe manier van samenwerken. De gespreksronde tussen bestuurders had een verkennend karakter. Voor de deelnemers aan de rondetafels kwamen tijdens het gesprek herkenbare suggesties en intenties naar voren. Zo had Trude Maas (Utrecht Development Board) oren naar functiemenging. “Wat mij fascineert, is dat het oorspronkelijke idee, geen woningen en winkels, al een beetje is losgelaten. Hier moeten we veel beter over nadenken.” Gilbert Isabella (wethouder Utrecht) onderschreef haar woorden. “De afgelopen jaren heeft hier een magnifieke ontwikkeling plaatsgevonden. Waarschijnlijk kan er nog veel meer en dat is juist zo mooi.” Michaël Kortbeek (voorzitter Utrechts Landschap) noemde het eveneens verstandig om de potentie beter te benutten. “Maar doe dat in een krachtig groen kader”, adviseerde hij. “People, planet, profit is hier goed gebalanceerd en die balans maakt het gebied juist zo sterk.” Donné Slangen (directeur Gebieden en Projecten IenM) wees er in dit verband op dat een bredere focus nodig is om tot goede keuzes te komen.
Vervolg in de maak Brede benadering Hans Amman (vicevoorzitter Universiteit Utrecht) vond het mooi om te zien dat er zoveel enthousiasme is voor het gebied. Te meer daar juist de hele ruimtelijke ontwikkeling de afgelopen jaren de nodige hoofdpijn heeft gekost. Maar dat heeft wel veel opgeleverd. “En let wel, er gebeurt nog steeds ontzettend veel. Laten we samen op dit succes voortbouwen.” Bart Krol (gedeputeerde provincie Utrecht) bracht naar voren dat er de komende jaren sowieso ontzettend veel gaat gebeuren. “Neem alleen maar de overkluizing van de A27. Daardoor ontstaat een stevige beweging bij marktpartijen. Als we dat gezamenlijk weten verder te brengen, kan er nog veel meer. Dat is mijn droom.” Jorrit-Jan Eijbersen (wethouder Bunnik) riep op daarbij breed te kijken. “Het omringende groene gebied is de tuin van het Science Park. Er liggen hier heel veel kansen, ook voor mijn gemeente.” Arie-Jan Ditewig (wethouder De Bilt) was eenzelfde mening toegedaan, met als extra troefkaart voor zijn gemeente het Anthonie van Leeuwenhoekterrein. “Door de verhuizing van het RIVM naar Science Park ontstaan nieuwe kansen om de topregio die we zijn te versterken.”
De conclusie van de bijeenkomst was helder: de partijen willen door om gezamenlijk te komen tot een krachtige ontwikkeling van Utrecht-Oost/ Science Park. “Belangrijk daarbij is te focussen op de groene verbinding tussen stad en land”, liet middagvoorzitter Wilfried Opheij samenvattend weten. “Doe je dat samen, dan komt een sterker eindresultaat in zicht, zeker als er oog is voor overkoepelende belangen. Daar is sturing voor nodig via leiderschap. De kracht is het vinden van de balans tussen stevige economie en stevige infrastructuur, met oog voor het prachtige groene gebied. Dit laatste is overigens ook economie.” De komende tijd wordt onderzocht wat daartoe de mogelijkheden zijn. Zodra hier helderheid over bestaat, volgt er een vervolgbijeenkomst. Niet om toe te werken naar een nieuw alomvattend kader, maar om waar mogelijk koppelingen te maken tussen alle ambities en activiteiten. Plus om daar, al dan niet in wisselende samenwerkingsverbanden, gezamenlijk uitvoering aan te geven.
27
28