Schuldhulpverlening in Tiel
Beleidsplan Schuldhulpverlening 2013 -2016
December 2012 Afdeling Werk, Inkomen en Zorg Gemeente Tiel
Inhoudsopgave 1.
Inleiding ..........................................................................................................................3 1.1 1.2 1.3 1.4
2.
De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening ............................................................................3 Aanloop tot dit beleidsplan ......................................................................................................3 Visie op de Samenleving.........................................................................................................4 Leeswijzer. ..............................................................................................................................4
Huidige Tielse schuldhulpverlening.................................................................................5 2.1 2.2 2.3
3.
Uitvoering schuldhulpverlening voor Regiogemeenten...........................................................6 Regiocontract Rivierenland 2012-2015...................................................................................6 Schuldhulpverlening loont .......................................................................................................7
Schuldhulpverlening in Tiel 2013 - 2016 .........................................................................7 3.1 3.2
4. 5.
Doelstelling schuldhulpverlening nieuwe stijl ..........................................................................7 Schuldhulpverlening toegankelijk voor iedere inwoner ...........................................................8 3.2.1 Doelstelling: We geven vorm aan preventie ter voorkoming van schulden. 9 3.2.2 Doelstelling: Schulden oplossen, daar waar mogelijk. 9 3.2.3 Doelstelling: Wij streven naar financiële stabilisatie bij inwoners met 9 schulden. 9
Positie en inhoud van gemeentelijke schuldhulpverlening ............................................10 Ontwikkeling Tielse schuldhulpverleningsstructuur .......................................................11 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
6.
Maatschappelijk middenveld .................................................................................................11 In gesprek met de professionele ketenpartners ....................................................................12 Het professionele maatschappelijk middenveld ....................................................................12 Vrijwilligersorganisaties uit het maatschappelijk middenveld................................................12 Meersporen benadering leidt tot passender aanbod ............................................................13
Interne integrale schuldhulpverlening ...........................................................................13 6.1
7.
Vastleggen afspraken met maatschappelijk middenveld ......................................................14
Toegankelijkheid schuldhulpverlening ..........................................................................14 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
8.
Laagdrempelige schuldhulpverlening....................................................................................14 Toegankelijkheid gemeentelijke schuldhulpverlening ...........................................................14 Schuldhulpverleningskwadrant .............................................................................................14 Screeningsinstrument............................................................................................................15 Doelstelling: Schulden oplossen, daar waar mogelijk...........................................................16 Doelstelling: Wij streven naar financiële stabilisatie bij inwoners met schulden...................16 Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) ................................................................17 Beleidsregels .........................................................................................................................17
Preventie ......................................................................................................................18 8.1 8.2 8.3 8.4
9.
Preventie in Tiel.....................................................................................................................18 Vrijwilligersorganisaties en preventieve schuldhulpverlening ...............................................19 www.rivierenland.loketschuldhulpverlening.nl ......................................................................19 Preventiebeleid......................................................................................................................19
Vroegsignalering en nazorg ..........................................................................................20 9.1 9.2
Lokale vroegsignalering ........................................................................................................20 Nazorg ...................................................................................................................................20
10. Gezinnen met kinderen.................................................................................................21 10.1 10.2
Gezinnen met inwonende minderjarige kinderen..................................................................21 Gezinnen met inwonende meerderjarige kinderen ...............................................................21
11. Sturing, kwaliteit en verantwoording .............................................................................21 11.1 11.2 11.3 11.4
Prestatie-indicatoren .............................................................................................................22 Resultaten schuldhulpverlening ............................................................................................23 Kwaliteitsmanagement ..........................................................................................................23 Klachten en bezwaar en beroep ...........................................................................................23
12. Financiële kaders .........................................................................................................23 12.1 12.2 12.3 12.4 12.5
Uitgaven maatschappelijk middenveld..................................................................................23 Kosten schuldhulpverlening Tiel ...........................................................................................24 Baten werkzaamheden contractgemeenten..........................................................................25 Formatie uitvoering schuldhulpverlening...............................................................................25 Verbeteren toegankelijkheid en preventiemaatregelen.........................................................25
1.
Inleiding
1.1 De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) is, na een lange voorbereidingsperiode, op 7 februari 2012 door de Eerste Kamer aangenomen. Bij Koninklijk Besluit van 26 maart 2012 is bepaald dat de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening, met uitzondering van de artikelen 5 en 11, in werking zal treden per 1 juli 2012. Met de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening heeft het gemeentebestuur de wettelijke plicht gekregen om vorm te geven aan schuldhulpverlening in Tiel. De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening schrijft voor dat de gemeenteraad een plan dient vast te stellen dat richting geeft aan de integrale schuldhulpverlening aan inwoners van haar gemeente. De looptijd van het plan mag maximaal 4 jaar zijn. Preventie is een onderdeel waaraan in ieder geval aandacht moet worden besteed. Daarnaast moet schuldhulpverlening breed toegankelijk zijn. Op voorhand mogen geen groepen mensen uitgesloten worden. Ook moet in het plan staan beschreven hoe er wordt omgegaan met schuldhulpverlening aan gezinnen met minderjarige kinderen. Het college van burgemeester en wethouders krijgt middels de wet de aanbeveling om beleidsregels te formuleren die betrekking hebben op de toegang tot de gemeentelijke schuldhulpverlening. Het Rijk wil met deze wet de kwaliteit en effectiviteit van de gemeentelijke schuldhulpverlening verbeteren. De wet is kaderstellend, schuldhulpverlening is een wettelijke taak, maar de gemeente mag zelf bepalen hoe ze daar invulling aan geeft. Integrale schuldhulp verlenen betekent samen met anderen. In dit beleidsplan komt daarom ook aan de orde wat de doelstellingen zijn betreffende de integrale schuldhulpverlening en met wie we, voor het realiseren daarvan, willen samenwerken. Integrale schuldhulpverlening betekent dat binnen de gemeentelijke organisatie alswel buiten de gemeentelijke organisatie met ketenpartners samenwerking dient plaats te vinden. Er zijn belangrijke raakvlakken met een aantal beleidsaangelegenheden van de afdeling Onderwijs en Welzijn. Vanuit programma 8, Maatschappelijke voorzieningen, waarvan de doelstelling als volgt is geformuleerd: Iedereen moet kunnen deelnemen aan het maatschappelijke leven, beschikt de afdeling Onderwijs en Welzijn over de instrumenten en mogelijkheden die er aan toe bijdragen dat kwaliteit en resultaat gericht werken door partijen uit het maatschappelijk middenveld met wie nu al een gemeentelijke relatie bestaat en met mogelijk nieuwe partijen zich ook toespitst op schuldhulpverlenende elementen. Kwaliteit en resultaat gericht werken zijn belangrijke elementen van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. 1.2 Aanloop tot dit beleidsplan Voor u ligt het beleidsplan. Het bevat al veel op de uitwerking van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening toegespitste elementen. Het plan bevat ook kaderstellende elementen. Dat omdat het streven is om binnen afzienbare tijd te komen tot tastbare integrale schuldhulpverleningsstructuur in onze gemeente. Veel input voor dit beleidsplan is voortgekomen uit interviews die met verschillende (7), in de gemeente Tiel actief zijnde hulpverlenende partijen en de 2 Tielse wooncorporaties hebben plaatsgevonden. De opbrengt uit de interviews is in mei 2012
3
plenair, in de Raadszaal van de gemeente Tiel, met de geïnterviewde partijen en een aantal andere geïnteresseerden besproken. De cliëntenraad WWB heeft een advies uitgebracht op een conceptversie van deze nota. Daar waar mogelijk zijn deze adviezen verwerkt in dit beleidsplan. 1.3 Visie op de Samenleving In deze periode (eind 2012 / begin 2013) is de vaststelling van de Visie op de Tielse Samenleving aan de orde. De vraag is: Wat voor gemeente wil Tiel zijn? Deze vraag geldt ook bij vormgeving van de schuldhulpverlening in de gemeente Tiel. Ook op gebied van schuldhulpverlening verandert de verhouding tussen de burger, de overheid en de uitvoerders. Bij schuldhulpverlening gaat het om de financieel zelfredzame burger die ondanks financiële problemen kan (blijven) participeren in de samenleving. Bij de ontwikkeling van de Tielse schuldhulpverleningsstructuur is de bevordering van de inzet van het sociale netwerk zeer van belang. Ook hierbij zijn de maatschappelijke partners, het maatschappelijk middenveld, zeer van belang. De in dit beleidsplan voorgestelde ontwikkelingen sluiten prima aan bij de Visie op de Samenleving. 1.4 Leeswijzer. In hoofdstuk 2 brengen we in beeld hoe de schuldhulpverlening in Tiel nu plaatsvindt Samen met het maatschappelijk middenveld willen we de schuldhulpverlening in de komende jaren vormgeven. Dat doen we aan de hand van doelstellingen. Dat beschrijven we in hoofdstuk 3. Doelstellingen zijn mede tot stand gekomen uit de gesprekken met de verschillende organisaties met wie een relatie op gebied van schuldhulpverlening bestaat. De spil van de relatie met die organisaties is de inwoner van de gemeente Tiel. In de gesprekken met de organisaties is ook gesproken over de positie die de gemeente in de uitvoering schuldhulpverlening heeft en/of kan innemen. De visie van de organisaties en de visie van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg hebben geleid tot de formulering van een 3 tal visies. Dat zijn de visies op de positie van de gemeente, het doel van de schuldhulpverlening en de inhoud van de schuldhulpverlening. In hoofdstuk 4 is dat beschreven. Hoofdstuk 5 gaat in op de ontwikkeling van een hulpverleningsstructuur in onze gemeente. Een structuur in welke vrijwillige en professionele ketenpartners, die samen het maatschappelijk middenveld vormen, een belangrijke functie hebben. Integrale schuldhulpverlening dient vooral daar(mee) plaats te vinden. In ons 'eigen huis' is het ook van belang om samen te gaan werken en integraal te gaan denken en handelen. Schuldhulpverlening is een gemeentelijke plicht geworden. Het is niet alleen een aandachtsveld van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg. Interne integraliteit is nodig om de basis voor de gemeentelijke schuldhulpverlening vorm te geven en vast te houden. In hoofdstuk 6 is dit beschreven. Schuldhulpverlening moet toegankelijk zijn voor iedere burger, organisatie en werkgever. Laagdrempelige schuldhulpverlening is zeer gewenst. Laagdrempelige schuldhulpverlening wil niet zeggen dat aan mensen met schulden geen voorwaarden gesteld mogen worden. Er worden keuzes gemaakt en grenzen gesteld met betrekking tot de toegankelijkheid. Financieel technische schuldhulpverlening is alleen mogelijk als daadwerkelijk afspraken gemaakt en nagekomen kunnen worden met en door de schuldenaar. Ondersteuning en begeleiding voorafgaand en tijdens schuldhulpverleningstrajecten is noodzakelijk om de kans op een positief resultaat te
4
vergroten. Stabilisering van inkomens- en schuldsituaties wordt een belangrijk instrument. Dat komt in hoofdstuk 7 aan de orde. De hoofdstukken 8 en 9 gaan over de schuldpreventie, vroegsignalering en nazorg. Dat zijn belangrijke instrumenten die lokaal nog ontwikkeld moeten worden. In deze hoofdstukken hebben we het belang van deze ontwikkelingen, waaronder het komen tot convenanten met onder andere de Tielse wooncorporaties beschreven. Hoofdstuk 10 gaat in op het belang van bijzondere aandacht voor gezinnen met kinderen. Belangrijk daarbij is vooral de zorg voor gezinnen met minderjarige inwonende kinderen. In hoofdstuk 11 komt de sturing, kwaliteit en verantwoording aan de orde. Tot slot beschrijven we in hoofdstuk 12 de financiële kaders en de benodigde financiering van de integrale schuldhulpverlening in de gemeente Tiel.
2.
Huidige Tielse schuldhulpverlening
Tot invoering van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening bestond er voor gemeenten geen formele wettelijke plicht met betrekking tot het bieden van schuldhulpverlening. Het hebben van problematische schulden en het (daardoor) leven in armoede zijn vaak aan elkaar gerelateerd. In Tiel ondersteunen we door middel van het Tielse bijzondere bijstands- en minimabeleid. Dat is er op richt bij te dragen in de bestrijding van financiële armoede. Naast verstrekking van bijzondere bijstand voor specifieke kosten vindt verlening van categoriale bijzondere bijstand plaats aan groepen van inwoners met specifieke kenmerken. Het Jeugdsportfonds Tiel stelt kinderen uit gezinnen met een minimuminkomen in staat om te sporten. Aan de bestrijding van de financiële armoede is ook de gedachte gekoppeld dat sociale participatie belangrijk is en ook mogelijk moet zijn én blijven voor mensen met een minimuminkomen Op dit moment is de Nota Schuldhulpverlening Tiel, door uw Raad vastgesteld op 20 maart 2002, nog grondslag voor de Tielse schuldhulpverlening. Deze nota kenmerkt zich vooral door een beschrijving van de samenhangende producten en instrumenten die ingezet kunnen worden om te komen tot een schuldenvrije toekomst. Samenwerking met de Gemeentelijke kredietbank Utrecht was daarvoor nodig. In de loop der jaren hebben de nodige veranderingen plaatsgevonden. De groeiende praktijk wijkt sterk af van de destijds geformuleerde uitgangspunten; de samenwerking met de Gemeentelijke Kredietbank Utrecht is geruime tijd geleden stopgezet. Daarvoor in de plaats hebben wij een samenwerkingsconvenant met de Stadsbank Arnhem gesloten. Inwoners met financiële problemen kunnen zich, als zij een beroep willen doen op gemeentelijke schuldhulpverlening, melden bij de afdeling Werk, Inkomen en Zorg, de unit Schuldhulpverlening van de gemeente Tiel. Het hulpaanbod van de unit schuldhulpverlening van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg bestaat uit meerdere producten. Het hulpaanbod is er primair op gericht om te komen tot een minnelijke schuldenregeling. De schuldhulpverlener van de unit schuldhulpverlening fungeert daarbij als intermediair tussen de inwoner met schulden en de schuldeiser.
5
Tiel is gelieerd lid van de NVVK, de brancheorganisatie op het gebied van schuldhulpverlening en sociaal bankieren. Bij de uitvoering van de schuldhulpverlening wordt uitgegaan van de algemene werkwijze en de producten zoals door de NVVK worden onderschreven. Tijdens het minnelijk traject worden de schuldeisers benaderd om een schuldregeling te treffen die voor drie jaar geldt. De cliënt wordt gedurende het gehele traject begeleid door de schuldhulpverlener. In de meeste gevallen kan niet de gehele schuld worden afbetaald, de restschuld wordt aan het einde kwijtgescholden. Schuldeisers werken vrijwillig mee aan dit traject. Als het minnelijke traject niet kan slagen omdat een of meerdere schuldeisers dwars liggen wordt het minnelijke traject schuldhulpverlening beëindigd. Als het minnelijk traject niet slaagt door toedoen van een schuldeiser kan een dwangakkoord in het kader van de Wet Sanering Natuurlijke Personen (WSNP) worden aangevraagd. Om de schuldhulpverlening bij problematische schuldsituaties optimaal plaats te laten vinden is goede samenwerking met het maatschappelijk middenveld nodig. Er zijn in het kader van de schuldhulpverlening in Tiel geen concrete samenwerkingsafspraken met partijen uit het vrijwillige of professionele maatschappelijk middenveld Er is met enkele organisaties sprake van beperkte, incident gestuurde, contacten op uitvoeringsniveau. De gemeentelijke afspraken met de Stichting Thuiszorg en Algemeen Maatschappelijk Werk Rivierenland (STMR) zijn gericht op de immateriële (psychosociale) dienstverlening, i.c. het maatschappelijk werk. Ze bevatten geen elementen gericht op materiele hulpverlening, zoals begeleiding bij het aanvragen van schuldhulpverlening. 2.1 Uitvoering schuldhulpverlening voor Regiogemeenten Het werkgebied van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg, en daarmee ook voor de unit schuldhulpverlening, is de afgelopen jaren uitgebreid. Een aantal Regiogemeenten hebben gevraagd of de gemeente Tiel ook werkzaamheden op gebied van de schuldhulpverlening voor hen kan uitvoeren. De unit Schuldhulpverlening voert op contractbasis ook werkzaamheden uit voor de gemeenten Neerijnen (sinds 2005), Neder-Betuwe (sinds 2008), West Maas en Waal (sinds 2010) en Culemborg (sinds 2011). 2.2 Regiocontract Rivierenland 2012-2015 In Rivierenland werken de gemeenten samen aan het regiocontract met de provincie Gelderland. In dat contract is in de pijler 'Zelfredzaam' ook de inzet op lokale versterking. Specifiek onderdeel daarvan betreft de (combinatie) Schuldhulpverlening en Laaggeletterdheid. Als beoogd resultaat is beschreven: "In 20121 is door gemeenten en partners een gezamenlijke preventieve aanpak ontwikkeld ter voorkoming van schuldenproblematiek bij kwetsbare groepen". De beoogde maatschappelijke effecten zijn als volgt beschreven: "Door de samenwerking ten aanzien van schuldhulpverlening zijn inwoners beter in staat om te gaan met beperkte financiële middelen". Wij zien in regionale samenwerking op gebied van schuldhulpverlening ook een meerwaarde voor onze inwoners. De kanteling van het sociale domein en de ontwikkeling van een Regionale infrastructuur werk zijn ook programma's binnen dit regiocontract. Ze zijn sterk verweven met het onderwerp schuldhulpverlening. De positionering van schuldhulpverlening zal bij beide ontwikkelingen aan de orde moeten komen. Meedoen aan het regiocontract 2012 – 2015 op het onderdeel 1
De start van het project is verschoven naar 2013
6
schuldhulpverlening en laaggeletterdheid biedt ook de mogelijkheid om aan te sluiten bij deze ontwikkelingen. 2.3 Schuldhulpverlening loont Schuldhulpverlening loont2. Recent onderzoek heeft uitgewezen dat de inzet op schuldhulpverlening leidt tot beperking van de lasten op andere leefterreinen zoals uitkeringen en wonen. Beperking van de financiële problemen draagt bij aan vermindering van problemen op andere levensterreinen. Relaties staan minder onderdruk, de opvoeding van kinderen verloopt minder problematisch en maatschappelijke en arbeidsparticipatie blijven mogelijk. Gemiddeld genomen levert elke euro inzet op schuldhulp een lastenbeperking op van € 2,40 op andere terreinen.
3.
Schuldhulpverlening in Tiel 2013 - 2016
Het is van belang om uitgangspunten te hebben die leidraad zijn bij het uitwerken van de gemeentelijke schuldhulpverlening in de lijn van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Voor veel van de schuldenproblematiek is een oplossing te vinden. Het is echter ook duidelijk dat niet in alle situaties een oplossing voor de, al dan niet op zichzelf staande, schuldenproblematiek gevonden kan worden. De uitgangspunten van de schuldhulpverlening geven daarom tevens de grenzen daarvan aan. Onze uitgangspunten zijn: • • • • •
De inwoner is zelf verantwoordelijk Schulden zijn een maatschappelijk probleem Schuldhulpverlening gaat niet zomaar en kent een lang proces Schulden werken belemmerend in de (arbeids-)participatie van de inwoner Voor iedereen een schuldenvrije toekomst nastreven is niet meer het directe doel.
Een schuldenvrije toekomst blijft het streven, de praktijk leert echter dat een deel van de aanvragers op de korte of langere termijn niet, of zelfs nooit, in staat zal zijn om een volledig traject van schuldregelen, met als eindresultaat schulden vrij, te doorlopen. Schuldhulpverlening zal daarom in meerdere vormen plaats moeten vinden om de verschillende doelgroepen te kunnen ondersteunen, behulpzaam te zijn. 3.1 Doelstelling schuldhulpverlening nieuwe stijl Het Tielse beleidskader Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), zoals vastgesteld op 20 juni 2007, heeft als titel Zorg samen & Zorgzamer. Dit heeft ook betrekking op de zorg voor mensen met (problematische) schulden. Er is een aanwijsbare relatie tussen de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Beide wetten zijn gericht op het handhaven en bevorderen van de mogelijkheden om de verantwoordelijkheid te nemen en van de participatie mogelijkheden van burgers. De Tielse visie op de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning, zoals opgenomen in het Wmo beleidskader luidt: Wij zien de Wmo als een van de belangrijkste instrumenten waarmee we de zelfredzaamheid én de saamhorigheid van de Tielse burgers kunnen vergroten, wat een positieve uitwerking heeft op hun mogelijke om volwaardig in onze samenleving te kunnen participeren.
2
N. Jungman & R. van Geuns, Hogeschool Utrecht/Regioplan (2011) Schuldhulpverlening loont!
7
Ook voor financieel kwetsbare inwoners van Tiel geldt dat uitgegaan kan worden van de 'eigen kracht'. De doelstelling van schuldhulpverlening moet er op gericht zijn dat de inwoner in staat moet zijn om de toekomst in eigen handen te nemen, zich kan ontwikkelen en kan participeren als een financieel zelfredzame inwoner van de gemeente Tiel. Daarom willen wij de doelstelling van de Tielse schuldhulpverlening als volgt omschrijven: "Het resultaat van schuldhulpverlening in de gemeente Tiel is een financieel zelfredzame inwoner die in staat is om te blijven participeren". Uiteraard zijn er grenzen bij de haalbare mate van de zelfredzaamheid. Zoals gesteld is het van bepaalde inwonersaannemelijk dat zij nimmer financieel zelfredzaam kunnen en zullen worden. Het is daarom van belang te benadrukken dat bij het inhoudelijk vormgeven aan deze doelstelling uit gegaan wordt van het hoogst haalbare in de situatie en omstandigheden van de individuele inwoner en zijn / haar sociale netwerk. 3.2 Schuldhulpverlening toegankelijk voor iedere inwoner Het college zet zich in om de gelegde basis van het minimabeleid waaronder schuldhulpverlening voort te zetten. Het coalitieprogramma 2010-2014 heeft dat in zich. Tielse burgers moeten de kans hebben en krijgen om te participeren, om mee te doen. Om de doelstelling te kunnen realiseren en om te voldoen aan het wettelijke kader van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening dient de schuldhulpverlening integraal georganiseerd te zijn. Integrale schuldhulpverlening is; "het actief ondersteunen van een inwoner bij het vinden van een oplossing voor zijn/haar financiële problemen, maar ook bij het vinden van een oplossing voor de eventuele oorzaken hiervan en de omstandigheden die verhinderen dat de financiële problemen kunnen worden opgelost". Integrale schuldhulpverlening is ook: " het zoveel mogelijk voorkomen dat problematische problemen ontstaan (preventie) en terugkeren (nazorg)". Deze definitie van integrale schuldhulpverlening laat ons zien dat we een standpunt moeten innemen over / visie moeten vaststellen op; − het doel van de schuldhulpverlening − de eigen positie in het werkveld schuldhulpverlening, − de inhoud van de schuldhulpverlening. De Tielse visie op het doel van de schuldhulpverlening hebben we als volgt geformuleerd: Schuldhulpverlening is een middel dat wordt ingezet om ernstige / problematische schuldsituaties bij inwoners uit alle bevolkings- en inkomensgroepen te voorkomen of indien er al een ernstige schuldsituatie bestaat, zoveel als mogelijk voorkomen dat deze verergert door (langdurig) te stabiliseren of een duurzame oplossing te bieden. Dit houdt in we er naar streven dat: − ernstige schuldsituaties bij alle burgers voorkomen worden; − er gericht wordt op het bieden van een duurzame oplossing en (blijvende) uitstroom door het aanleren van financiële vaardigheden bij leerbare burgers of diens sociale netwerk; − er een duurzame stabilisatie (met inzet van daarbij behorende producten zoals financieel of budgetbeheer) wordt geboden bij niet vaardige en (momenteel) niet
8
leerbare burgers en/of diens sociale netwerk teneinde ergere problematiek te voorkomen; − participatie van burgers mogelijk wordt gemaakt of wordt vergroot voor wie schulden een belemmering zijn om deel te nemen aan de maatschappij; − schuldenproblematiek wordt gezien als gezinsproblematiek, wat betekent dat bij de hulpverlening en de oplossing van het probleem het gehele gezin betrokken wordt. Bij schuldhulpverlening doen we, net als bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning, een beroep op de eigen verantwoordelijkheid en de sociale zelf- (en samen)redzaamheid van de inwoner. In dit geval de inwoner die schulden heeft. Dat door ze er op te wijzen dat ze hulp in hun directe omgeving en sociale netwerk dienen te zoeken. En dat doen we door te uiten dat onderlinge burgerlijke ondersteuning ook bij schuldenproblematiek van zelfsprekend is. In het geval de sociale zelfredzaamheid en hulp in de omgeving gering is, dient laagdrempelige hulp bij financiële problemen van de zijde van de gemeente beschikbaar te zijn. Uit deze visie vloeit voort dat de Tielse schuldhulpverlening omgevormd dient te worden tot een brede, laagdrempelige basis schulddienstverlening voor ondersteuning bij financiële problemen / vraagstukken. Onder de eerder geformuleerde hoofddoelstelling hebben we 3 subdoelstellingen geformuleerd. 3.2.1 Doelstelling: We geven vorm aan preventie ter voorkoming van schulden. We zetten in om mensen bewust te maken dat ze zelf kunnen voorkomen dat schulden en financiële verplichtingen aangegaan worden die ze niet kunnen betalen Inwoners van Tiel moeten zich bewust worden van de waarde van geld en van het aangaan van financiële verplichtingen. We maken afspraken met woningcorporaties ter voorkoming van woningontruiming als gevolg van huurachterstanden en met leveranciers en transporteurs van water en energie ter voorkoming van afsluiting van deze voorzieningen. 3.2.2 Doelstelling: Schulden oplossen, daar waar mogelijk. Daar waar mogelijk willen we inwoners een schuldenvrije toekomst geven. Als daarvoor gemeentelijke producten voor schuldhulpverlening ingezet worden, moet het vinden van een oplossing voor schulden bewerkstelligd worden binnen een termijn van maximaal 36 maanden. Wij volgen daarvoor de kaders van de NVVK. 3.2.3 Doelstelling: Wij streven naar financiële stabilisatie bij inwoners met schulden. Onder stabilisatie verstaan we het creëren van financiële stabiliteit en rust. Voorkomen moet worden dat de schulden (verder) escaleren, dat betekent dat er geen crisissituaties ontstaan. De instrumenten die ingezet kunnen worden om deze doelstelling te bereiken zijn onder andere; • Flankerende hulp, zoals algemeen maatschappelijk werk, geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg • Budgetbeheer • Beschermingsbewind. Om de doelstellingen te kunnen realiseren is intensieve samenwerking met het maatschappelijk middenveld, zowel professionele als vrijwillige organisaties, gewenst en noodzakelijk. In dit kaderstellende beleidsplan beschrijven we hoe wij denken vorm te geven aan de schuldhulpverlening in Tiel en hoe wij door het zoeken naar en aangaan van samenwerking met het maatschappelijk middenveld zover willen komen.
9
4.
Positie en inhoud van gemeentelijke schuldhulpverlening
Een (groot) deel van de schuldenaren heeft naast financiële problemen ook te maken met daarmee samenhangende problemen in de verschillende leefdomeinen: Wonen, Zorg & Welzijn, Werk, Inkomen & Onderwijs en Veiligheid. Die combinatie van problemen in verschillende leefdomeinen vraagt om een integrale aanpak. Dit betekent dat de hulp en ondersteuning niet alleen gericht moet worden op meer financiële armslag, maar ook op het kunnen meedoen in de samenleving. Schuldhulpverlening is meer dan het tot stand brengen van een schuldenvrije toekomst. Ook de mensen die door omstandigheden niet in staat zijn om dit doel te bereiken of financieel nimmer zelfredzaam zullen worden hebben ondersteuning nodig om in financieel stabiele omstandigheden te komen of te blijven. Deze ondersteuning kan zich richten op de financiële omstandigheden, de psychosociale omstandigheden of op beiden. Erkenning van het belang dat niet langer alleen ingezet wordt op een schuldenvrije toekomst is relevant voor het bepalen van de inzet van instrumenten van de schuldhulpverlening. Een schuldenvrije (nabije) toekomst is niet voor iedereen haalbaar. Financiële stabilisatie en rust creëren door bijvoorbeeld het inzetten van budgetbeheer is soms het maximaal haalbare De ontwikkeling van de schuldhulpverlening in de afgelopen jaren, de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en gesprekken met ketenpartners hebben bijgedragen aan de formulering van onze visie op de positie en inhoud van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Deze hebben wij als volgt geformuleerd; Gemeentelijke schuldhulpverlening is faciliterend aan de keten van schuldhulpverlening bij complexe hulpvragen en aan de inwoner bij enkelvoudige problematiek De competenties van de gemeentelijke schuldhulpverlening liggen bij de financieel technische aspecten van de schuldhulpverlening. Om de effectiviteit en de efficiëntie van de gemeentelijke diensten op gebied van schuldhulpverlening te verhogen is het nodig om de gemeentelijk inzet daarvan volledig te richten op de financieel technische schuldhulpverlening. Het maatschappelijk middenveld, zeker het professionele, is toegerust voor de begeleiding en ondersteuning van mensen met psychische en psychosociale problemen. Daarin kunnen zij ook aandacht geven aan de houding en gedrag van deze mensen ten aanzien van hun bestaanskosten, hun financiële omstandigheden, indien en voor zover houding en gedrag voor financiële problemen zorgen. Daarom zien wij voor het maatschappelijk middenveld een belangrijke rol in de schuldhulpverlening. De samenwerking met het maatschappelijk middenveld biedt de mogelijkheid om de schuldhulpverlening door de gemeente te begrenzen tot de financieel technische schuldhulpverlening. Dat is echter niet alleen reden om de gemeente inzet nadrukkelijk te begrenzen. De gegeven personele capaciteit en de financiële middelen vormen twee grenzen die we als gemeente ook in acht moeten nemen. Een derde belangrijke grens is het gewenste rendement van de inzet van de gemeentelijke schuldhulpverleners. Dat moet zo hoog mogelijk zijn.
10
5.
Ontwikkeling Tielse schuldhulpverleningsstructuur
Schuldhulpverlening wordt effectiever en efficiënter door een meersporen benadering met onder andere trajecten gericht op schuldsanering en (voor-)trajecten gericht op schuldstabilisatie. De huidige focus van de gemeentelijke schuldhulpverlening ligt bij trajecten gericht op het regelen van schulden. De inzet van een scala aan instrumenten is nodig om inwoners met financiële problemen te ondersteunen. Het betreft instrumenten op gebied van preventie tot schuldregeling, van administratie op orde tot schuldhulpverleningstrajecten, van bewindvoering tot informatie&adviesgesprekken, van budgetbegeleiding tot nazorg, van inkomen en uitgaven op orde tot stabilisatie. Schuldhulpverlening moet plaatsvinden vanuit de integrale benadering, er wordt naar de achterliggende oorzaken en multi problematiek gekeken en niet alleen naar de schulden zelf. Om daartoe te komen moeten we het principe van schuldregelen voor iedereen loslaten. Daarmee wordt schuldhulpverlening ook een instrument dat de inwoners met schulden, die er tot nu toe vaak niet in slagen om het resultaat schulden vrij te behalen en daardoor uitvallen, de ondersteuning biedt die zij nodig hebben of op zijn minst verdere escalatie te voorkomen. Om dat te realiseren komt er meer differentiatie in het dienstverleningsaanbod. In plaats van direct te starten met een schuldsanering voor iedereen, wordt een (groot) deel van de doelgroep voortaan eerst geholpen met het hanteerbaar maken / stabilisatie van hun schuldensituatie. De inzet van de schuldhulpverlening in Tiel is dan niet langer alleen; Iedereen schuldenvrij. De inzet wordt maatwerk en zal zijn; 'het hoogst haalbare' passend bij de situatie van de belanghebbende. Dat brengt met zich mee dat 'aan de voorkant' van de schuldhulpverlening al geconcludeerd kan worden dat op het moment van melding van de hulpvraag een gemeentelijk traject van schuldhulpverlening (nog) niet haalbaar is. 5.1 Maatschappelijk middenveld In de Tielse schuldhulpverleningsstructuur dichten wij het maatschappelijke middenveld een belangrijke rol toe. Wij verstaan onder het maatschappelijk middenveld, het geheel aan vrijwillige en professionele organisaties in de samenleving die verschillende groepen, meningen en belangen vertegenwoordigen. In de praktijk van de gemeentelijke schuldhulpverlening bestaan op uitvoeringsniveau contacten met vooral het professionele maatschappelijk middenveld, zoals Stichting Mee, Iriszorg (verslavingszorg), het algemeen maatschappelijk werk van de Stichting Thuiszorg en Maatschappelijk Werk Rivierenland (STMR), de Regionale Instelling voor Begeleid Wonen (RIBW) en Pro Persona (geestelijke gezondheidszorg). Ook zijn er contacten met Stichting Christelijke Wooncorporatie (SCW) en de Stichting Volkshuisvesting Tiel (SVT). De ketenpartners uit het maatschappelijk middenveld zijn hard nodig om de schuldhulpverleningsstructuur neer te zetten en goede invulling te geven aan de integrale schuldhulpverlening. Zij zijn zeer belangrijk in het traject dat moet leiden tot succesvolle schuldhulpverlening én om iedere hulpvrager een passend aanbod te doen. Samenwerking heeft meer dan voorheen een hoge prioriteit om te kunnen werken aan dezelfde doelen.
11
5.2 In gesprek met de professionele ketenpartners Om een beeld te krijgen van de wijze waarop de genoemde ketenpartners aankijken tegenover integrale schuldhulpverlening hebben met een aantal van hen in de periode april en mei 2012 individuele gesprekken plaatsgevonden. De individuele gesprekken hebben plaatsgevonden in de vorm van interviews. De geïnterviewden hadden, met uitzondering van de geïnterviewden van de woningcorporaties, een functie op managementniveau. Een aantal van hen heeft zich bij laten staan door medewerkers die ook cliënt contacten hebben en bekend zijn met schuldhulpverlening. De geïnterviewden van de woningcorporaties zijn werkzaam als woonconsulent. De bevindingen uit de individuele interviews zijn de basis geweest voor de gezamenlijke bijeenkomst, op 23 mei 2012. De gesprekken zijn zeer positief verlopen. Het resultaat van de interviews en de gezamenlijke bijeenkomst is dat overeenstemming bestaat over de hiervoor geformuleerde visie op de schuldhulpverlening. Vragen als wie welke kerncompetenties heeft, wat we als gemeente en ketenpartners samen willen bereiken met de inzet op integrale schuldhulpverlening, de vraag welk dienstverleningsaanbod wordt gedaan en wie wat kan doen, hebben geleid tot de hiervoor geformuleerde visie op de positie van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Alle ketenpartners geven aan zeer veel belang te hechten aan samenwerking op gebied van de schuldhulpverlening en dat zij daaraan willen bijdragen. 5.3 Het professionele maatschappelijk middenveld Schulden en vooral problematische schuldsituaties zijn een breed maatschappelijk probleem en komen in alle bevolkings- en inkomensgroepen voor. Van een complexe meervoudige problematiek is sprake als financiële problemen ‘slechts’ een deel van de totale problemen zijn. Er kan tevens sprake zijn van problemen in de huiselijke sfeer, problemen rondom relaties en niet gediagnosticeerde persoonlijkheidsproblematiek. Problematische schuldsituaties doen zich vaker voor onder inwoners met een complexe persoonlijkheidsproblematiek. Deze inwoners hebben in eerste instantie ofwel psychiatrische hulp, verslavingszorg of andere ondersteuning (nodig). De psychische en/of psychosociale begeleiding zijn activiteiten die uitgevoerd worden door het (professionele) maatschappelijk middenveld. Ook de (vaak) noodzakelijk begeleiding voorafgaand aan en/of tijdens het schuldhulpverleningstraject is een onderdeel van de psychosociale begeleiding. Het niet doorzetten van aanvragen schuldhulpverlening en de uitval bij een al gestart schuldhulpverleningstraject is vaak het gevolg van het gebrek van capaciteiten, motivatie van of psychosociale problematiek van de hulpvrager. Ondersteuning door het maatschappelijke middenveld draagt bij aan een goede voorbereiding op het in gaan van een schuldhulpverleningstraject en het doorlopen daarvan. In de gesprekken die hierover met de professionele ketenpartners hebben plaatsgevonden hebben deze aangegeven die meerwaarde ook te zien. Onze inzet in om deze structuur voor 1 januari 2014 vorm te geven. 5.4 Vrijwilligersorganisaties uit het maatschappelijk middenveld. In Tiel zijn ook verschillende vrijwilligersorganisaties actief op het gebied van schuldhulpverlening, Organisaties als de cliëntenraad WWB, Dynamiek, Humanitas, de Diaconieën bieden verschillende vormen van ondersteuning bij schulden aan.
12
Organisaties als deze dichten wij ook een belangrijke rol toe in de integrale Tielse schuldhulpverleningsstructuur. Inhoudelijk overleg over de hulpverleningsstructuur in Tiel en de positie van vrijwilligersorganisaties daarin heeft nog niet plaatsgevonden. Op basis van bestaande contacten is hierover wel eens gesproken met de kerken, de cliëntenraad WWB en St. Humanitas. Zij waren enthousiast en bieden hun diensten graag aan. De Kerken hebben al een aantal schuldhulpbuddy´s opgeleid. Vrijwilligersorganisaties moeten, en verdienen, ook een plaats in de schuldhulpverleningsstructuur. Zij worden, daar waar relevant, betrokken bij de realisatie daarvan. Wij zien vooral mogelijkheden voor de inzet van deze organisaties in de preventieve sfeer van schuldhulpverlening. 5.5 Meersporen benadering leidt tot passender aanbod De opgedane ervaringen in de afgelopen jaren en de gesprekken met het maatschappelijk middenveld hebben laten zien dat de schuldhulpverlening effectiever en efficiënter kan zijn door een meersporen benadering, het inzetten van meerdere instrumenten. Passend bij de persoonlijke en financiële situatie van de schuldenaar. Met deze uitgangspunten voor de uitvoering van de schuldhulpverlening en het hiervoor beschreven scala van instrumenten wordt een passender aanbod aan een bredere groep hulpvragers gedaan. Afstemming schuldhulpverlening Wellicht ten overvloede stellen we dat het van belang is dat bij schuldhulpverlening de afstemming van hulpverlening in een één- of meerpersoonshuishouden zeer hoog is. Uitgangspunt is één gezin, één plan en één hulpverlener.
6.
Interne integrale schuldhulpverlening
Tot nu toe hebben we het steeds gehad over samenwerking met het maatschappelijk middenveld in onze gemeente; de externe integrale schuldhulpverlening. Schuldhulpverlening raakt echter meer gemeentelijke beleidsterreinen, of het nu gaat om het voorkomen van schulden, het wegnemen van de (verschillende) oorzaken, het aanpakken van samenhangende problemen of het zorgen dat geen nieuwe schulden gemaakt worden. Brede agendering van schuldhulpverlening en gezamenlijke inzet op schuldhulpverlening is vanwege veel voorkomende raakvlakken op de terreinen van jeugdbeleid, onderwijsbeleid, openbare orde en veiligheid en de brede Wet maatschappelijke ondersteuning noodzakelijk. Om te komen tot dit kaderstellende beleidsplan is de noodzaak van integrale aanpak schuldhulpverlening tijdens bijeenkomsten met de medewerkers van de afdelingen Onderwijs en Welzijn, Openbare orde en veiligheid en diverse ketenregisseurs van o.a. het veiligheidshuis besproken. Ook zij zien grote voordelen in de integrale aanpak. Het hebben van schulden is vaak een belemmering om maatschappelijk te participeren. Het ontbreken van de middelen om maatschappelijk te participeren en ook de psychosociale druk die er door schulden ontstaan bij veel mensen met schulden is dan oorzaak van deze belemmering. Het voorkomen, beperken en regelen van schulden draagt bij aan de bevordering van de mogelijkheden om maatschappelijk te participeren. Schuldhulpverlening heeft in die zin een relatie met het gemeentelijk Wmo beleid.
13
6.1 Vastleggen afspraken met maatschappelijk middenveld In de doorontwikkeling van de samenwerking van het maatschappelijk middenveld heeft de afdeling Onderwijs en Welzijn een belangrijke rol. Zij is penvoerder als het gaat om de samenwerking en samenwerkingsafspraken met diverse Tielse en regionaal werkende organisaties in het maatschappelijk middenveld. Bij schuldhulpverlening is het van belang dat de samenwerking en de eventuele prestatieafspraken worden vastgelegd en of bekrachtigd met bijvoorbeeld een samenwerkingsovereenkomst. Daarvoor is intensieve samenwerking tussen de afdelingen Onderwijs en Welzijn en Werk, Inkomen en Zorg noodzakelijk.
7.
Toegankelijkheid schuldhulpverlening
Schuldhulpverlening moet in beginsel voor iedereen toegankelijk zijn. Uitgaan van de eigen verantwoordelijkheid is één, maar voor de kwetsbare burgers die daar niet toe in staat zijn moet de schuldhulpverlening ook een toegankelijk vangnet zijn. 7.1 Laagdrempelige schuldhulpverlening Uitgangspunt van de schuldhulpverlening in Tiel moet zijn dat deze laagdrempelig is. Laagdrempelig zijn betekent dat er aan de voordeur zo min mogelijk voorwaarden gesteld moeten worden. In een later stadium, bij het plan van aanpak, wordt pas duidelijk wat er nodig is voor de klant. Dan kunnen eventueel wel extra voorwaarden worden gesteld. Het ontbreekt in Tiel aan een goed georganiseerde en zichtbare laagdrempelige ondersteuning bij financiële problemen. Het maatschappelijke middenveld kent ten aanzien van schuldhulpverlening geen organisatiegraad. De ontwikkeling van schuldhulpverlening in de komende tijd wordt er op gericht om een goed georganiseerde, laagdrempelige toegang tot schuldhulpverlening te beleggen bij het lokale (vaak ook regionaal werkende) maatschappelijk middenveld. Vanuit de regiefunctie van de gemeente worden de al gezette stappen richting samenwerking met het maatschappelijk middenveld voortgezet en ontwikkelt tot de wenselijke en benodigde stevige schuldhulpverleningsstructuur. Laagdrempelige toegang tot de schuldhulpverlening draagt bij aan de beperking van schuldenproblematiek. Of deze laagdrempeligheid nog meer gaat gelden als het aanbod van schuldhulpverlening in de leefomgeving van de inwoner wordt aanwezig is de vraag. Dit vraagstuk nemen we mee in de verdere ontwikkeling van de schuldhulpverlening. 7.2 Toegankelijkheid gemeentelijke schuldhulpverlening De schuldhulpverleners van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg Tiel zijn gespecialiseerd in de financieel-technische aspecten van schuldhulpverlening. Wij zien dat als de kerntaak van de schuldhulpverlening door de afdeling Werk, Inkomen en Zorg. 7.3 Schuldhulpverleningskwadrant Voor de beoordeling van de toegankelijkheid van de schuldhulpverlening willen wij gebruik gaan maken van het zogenaamde schuldhulpverleningskwadrant. Met dit kwadrant kan bepaald worden wie wel en wie geen toegang tot de gemeentelijke schuldhulpverlening i.c. de schuldenregeling krijgt. Het schuldhulpverleningskwadrant wordt al enkele jaren succesvol gebruikt in gemeente Tilburg en dat krijgt inmiddels navolging in een groot deel van de Nederlandse gemeenten.
14
Het schuldhulpverleningskwadrant onderscheid 4 groepen klanten die ieder om een verschillend aanbod vragen. Regelbare schuldenaar
Regelbaar schuldenpakket Schuldsituatie is op te lossen met een schuldhulpverlening Onregelbaar schuldenpakket
Schuldsituatie is alleen te stabiliseren
Onregelbare schuldenaar
Mogelijkheden hangen af van individueel dossier: soms stabiliseren, soms geen oplossing Gemeentelijke schuldhulpverlening kan niets of nauwelijks iets doen
Ter verduidelijking een korte definitie; Regelbare schuldenaar met regelbaar schuldenpakket; De unit schuldhulpverlening kan voor deze groep een schuldenregeling inzetten. Regelbare schuldenaar met een onregelbaar schuldenpakket; De unit schuldhulpverlening onderzoekt de (niet) regelbaarheid van de schulden en zorgt voor stabilisatie. Als de schuld regelbaar is (gemaakt) wordt een schuldregeling getroffen. Onregelbare schuldenaar met een regelbaar schuldenpakket; De hulpvrager wordt doorverwezen / overgedragen aan het maatschappelijk middenveld voor begeleiding of hulpverlening. De unit schuldhulpverlening onderzoekt de (niet) regelbaarheid van de schulden en zorgt indien mogelijk voor stabilisatie.Na stabilisatie kan een schuldregeling worden opgezet. De klantcontacten blijven via de betreffende ketenpartner lopen. De unit schuldhulpverlening heeft een advies- en consultatiefunctie. Met de ketenpartner vindt zo nodig overleg plaats. Onregelbare schuldenaar met een onregelbaar schuldenpakket; De hulpvrager komt op dit moment niet in aanmerking voor een schuldregeling. Hij / zij wordt doorverwezen naar een van de ketenpartners. De unit schuldhulpverlening heeft desgewenst een advies- en consultatiefunctie. Met de ketenpartner vindt zo nodig overleg plaats. In de vormgeving van de samenwerking met het maatschappelijke middenveld worden de rollen van de verschillende ketenpartners binnen het kwadrant nader uitgewerkt . 7.4 Screeningsinstrument Zeer recent is een nieuw screeningsinstrument voor beoordeling van de motivatie van de schuldenaar ontwikkeld Dat is gebeurd bij het lectoraat voor schulden / Hogeschool Utrecht met ondersteuning van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Divosa, vereniging van directeuren van sociale diensten. Het instrument moet er toe leiden dat schuldhulpverlening alleen ingezet wordt als vastgesteld is dat er sprake is van een gemotiveerde schuldenaar met een regelbaar schuldenpakket. Indien uit de screening blijkt dat de schuldenaar niet gemotiveerd is kan de inzet van het maatschappelijk middenveld gericht worden op de motivatie. De inzet van het maatschappelijk middenveld vindt dan plaats voorafgaande aan een schuldregeling. Een ‘voortraject schuldstabilisatie kan dan ingezet worden met als doel het voorkomen van verergering van de problematische schuldenproblematiek.
15
De afdeling Werk, Inkomen en Zorg heeft de interesse voor inzet van het screeningsinstrument. Zodra de toepasbaarheid van het instrument blijkt voor de uitvoering van de integrale schuldhulpverlening in Tiel zal besloten moeten worden of overgegaan wordt tot het gebruik van het instrument. Het instrument lijkt ook toepasbaar door het maatschappelijk middenveld. 7.5 Doelstelling: Schulden oplossen, daar waar mogelijk. Alleen de schuldenaar van wie verwacht wordt dat deze aan de verplichtingen en voorwaarden tijdens het traject van het schulden regelen kan voldoen wordt toegelaten tot het gemeentelijke traject schuldregeling. Het doel van schuldregeling is het bewerkstelligen van een minnelijke regeling van de totale schuldenlast. Schuldregeling kan bestaan uit schuldbemiddeling en de verstrekking van een saneringskrediet. Tijdens een schuldregelingsproces moeten volgens de NVVK normen activiteiten uitgevoerd worden Dat zijn activiteiten als; het sluiten van een overeenkomst met de klant en registreren bij BKR; verzoeken om opgave van het saldo openstaande vorderingen indienen bij de schuldeiser(s); een overzicht van saldi openstaande vorderingen opstellen en laten accorderen door de schuldenaar; een definitieve keuze voor schuldbemiddeling of saneringskrediet maken; een betalingsvoorstel voor schuldregeling opstellen voor elke schuldeiser; een overeenkomst met schuldeisers over voorstel sluiten en tot slot het voorstel uitvoeren. Deze keuze voor een beperktere toegang maken we ook omdat een deel van de belanghebbenden niet het doel nastreeft om financieel zelfredzaam te worden. Dat is een groep schuldenaren die alleen hulp vraagt als hun situatie dreigt te escaleren. Bij een dreigende woningontruiming of dreigende afsluiting van energie vragen zij om hulp. Zodra de dreiging afgewenteld is trekken ze zich weer terug uit de schuldhulpverlening en nemen de schulden weer toe. Gebrekkige motivatie en strategisch gedrag van deze schuldenaren gaan ten koste van de gemotiveerde schuldenaren. Deze doelstelling kan er door het ontbreken van medewerking door de schuldenaar, ook toe leiden dat afsluiting van de voorzieningen en ontruiming van de woning toch plaats zal (moeten) vinden. Onze inzet zal er dan op gericht zijn om, in samenwerking met schuldeisers en ketenpartners, de maatschappelijke schade te beperken. 7.6
Doelstelling: Wij streven naar financiële stabilisatie bij inwoners met schulden. Het doel van stabilisatie is het in evenwicht brengen en houden van inkomsten en uitgaven van de schuldenaar. Hierbij is van belang dat de inkomsten worden gemaximaliseerd, de uitgaven tot het minimum worden beperkt, er geen crisis is en de beslag vrije voet wordt gegarandeerd. Als dit is bereikt kan een schuldregeling, betalingsregeling of een herfinanciering worden opgezet. Het stabilisatietraject leidt altijd tot één van de 4 vormen om de schulden te regelen en kent een maximale tijdsduur van 4 maanden. Het spoor stabilisatie heeft ook tot doel om rust te creëren voor de klant, zodat ingezet kan worden op gedragsverandering. Dat is een belangrijke voorwaarde bij hulpverlening door het maatschappelijk middenveld. Stabilisatie, met de schuldenaar overeengekomen door ondertekening van een Stabilisatieovereenkomst, is ook noodzakelijk om de medewerking van schuldeisers en opschorting van dwanginvorderingsovereenkomsten te realisering. Met de Belastingdienst en Zorgverzekeraars gelden daarvoor al landelijke afspraken.
16
Stabilisatie hoeft niet standaard ingezet te worden bij alle schuldenaren. Het kan gebruikt worden om een fase van rust te creëren, zodat de schuldenaar beter in staat is om te werken aan aspecten die samenhangen met de schuldenproblematiek. Aansluitend op de stabilisatie kunnen de volgende producten worden ingezet voor ondersteuning of eventuele gedragsverandering bij de klant. De producten zijn: − budgetbeheer; − budgetcoaching; − beschermingsbewind; − flankerende hulp. Bij het inzetten van stabilisatie blijft de schuldenaar in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor het oplossen van zijn schulden. Ook bij het inzetten van producten zal dit altijd het uitgangspunt moeten zijn. Eerst wordt bekeken of de schuldenaar zelf in staat is om met de schuldeisers betalingsregelingen op te zetten. Pas als dit niet mogelijk blijkt, kunnen producten ingezet worden die de verantwoordelijkheid tijdelijk bij de schuldenaar wegnemen. De inzet van stabilisatie moet ook duurzaam zijn. Het is niet bedoeld om incidenten te bestrijden. Het moet aansluiten bij de verschillende wensen en behoeften die zich voor kunnen doen in de situaties van schuldenaren. Schuldhulpverlening is maatwerk, zo ook stabilisatie. Per schuldenaar moet beoordeeld worden of stabilisatie en/of andere producten noodzakelijk zijn. 7.7 Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) Als het niet mogelijk is om de schulden te regelen via het minnelijke schuldhulpverleningstraject, vanwege onwillige schuldeisers, kan bij de rechtbank een verzoek tot een dwangakkoord ingediend worden. Tegelijkertijd wordt een verzoek om toelating tot de Wsnp ingediend. Het indienen van het verzoek tot een dwangakkoord is onderdeel van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Als de rechtbank het verzoek om een dwangakkoord afwijst kan het verzoek om toelating tot de Wsnp gehandhaafd worden. Als de rechtbank besluit tot toelating tot de Wsnp wordt een 3 jarige traject van schuldenregelen ingezet onder begeleiding van een door de rechtbank benoemde rechter-commissaris en bewindvoerder. Als de rechtbank na verloop van die drie jaar oordeelt dat de schuldenaar zich aan zijn uit de regeling voortvloeiende verplichtingen heeft gehouden, wordt de zogenaamde schone lei gegeven. De schone lei betekent dat de schulden die bestonden op het moment dat de schuldsaneringsregeling is uitgesproken niet langer afdwingbaar zijn. Wordt de schone lei niet gegeven, dan blijven de schulden bestaan. Wanneer een schuldenaar eerder in de WSNP heeft gezeten (korter dan tien jaar geleden) komt deze niet opnieuw in aanmerking voor de WSNP. Ook schulden ten gevolge van een misdrijf, boetes bij het CJIB en grandioze overbesteding komen niet in aanmerking voor de WSNP. De sporen schulden oplossen en stabilisatie liggen op de weg van de gemeentelijke inzet en gemeentelijke uitvoering van de schuldhulpverlening. Dat betekent dat de kerntaak van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg, unit schuldhulpverlening, zal worden het uitvoeren van het stabilisatie traject en het treffen van minnelijke en wettelijke schuldregelingen voor belanghebbenden die voldoen aan de daarvoor gestelde criteria. 7.8 Beleidsregels Voor bepaling van de toegang en de uitvoering van schuldhulpverlening zijn beleidsregels wenselijk. Het opstellen van deze beleidsregels is geen wettelijke verplichting. In beginsel kan het college, wiens bevoegdheid het is om beleidsregels Wet gemeentelijke schuldhulpverlening op te stellen, per individuele situatie bepalen of zij van haar bevoegdheid gebruik maakt. Wanneer het beleid echter niet in regels of
17
nadere voorschriften is vastgelegd, dan stelt dit hoge eisen aan de motivering van elk individueel besluit. Bij elk besluit zal immers moeten worden aangegeven waarom van de in de wet gegeven bevoegdheid gebruik wordt gemaakt. Vooral in bezwaar- en beroepsprocedures kan dit tot problemen leiden. Dit kan grotendeels worden ondervangen door te verwijzen naar beleidsregels. In beleidsregels zetten we nader uiteen in welke situaties we de toegang tot de gemeentelijke schuldhulpverlening nog meer beperken. Ze bevatten ook uitsluitingstermijnen die van toepassing zijn als de schuldenaar zich niet aan de gemaakte afspraken en verplichtingen houdt. Ook wordt daarin vastgelegd hoe we omgaan met personen die fraude gepleegd hebben met als effect financiële benadeling van een bestuursorgaan en als gevolg daarvan strafrechtelijk vervolg en veroordeeld. Artikel 3 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening biedt deze mogelijkheid. De beleidsregels dragen ook bij aan het betaalbaar en beheersbaar houden van gemeentelijke schuldhulpverlening door de unit schuldhulpverlening van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg. Het uitsluiten van gemeentelijke, financieel technische, schuldhulpverlening betekent niet dat geen hulp en ondersteuning geboden wordt. Hiervoor is het belang van de ontwikkeling van een Tielse integrale, schuldhulpverleningsstructuur beschreven. Deze schuldhulpverleningsstructuur, dus met de inzet van de ketenpartners, zowel professionele als vrijwillige, biedt altijd mogelijkheden om iedere belanghebbende voor wie de gemeentelijke schuldhulpverlening (nog) niet toegankelijk is te ondersteunen bij de schuldenproblematiek. Alleen de aanwezigheid van een dergelijke schuldhulpverleningsstructuur in Tiel maakt het stellen van grenzen ten aanzien van de gemeentelijke schuldhulpverlening mogelijk.
8.
Preventie
Doelstelling: We geven vorm aan preventie ter voorkoming van schulden. Door in te zetten op preventie is het mogelijk om de instroom in de schuldhulpverlening te beperken en zelfs te voorkomen. Het doel van preventie is bewustwording bij inwoners van de gemeente, om te voorkomen dat zij verplichtingen aangaan die zij niet aankunnen. Daarnaast is het doel om te voorkomen dat belemmeringen voor participatie en /of maatschappelijke kosten ontstaan. Het gaat niet alleen om het goed kunnen omgaan met geld maar ook met het gaan en blijven beschikken over voldoende basisinkomen. De SchuldPreventiewijzer definieert (schuld-)preventie als een mix van maatregelen, activiteiten en voorzieningen die er op gericht zijn dat mensen financieel vaardig worden en zich zo gedragen dat zij hun financiën op orde houden. 8.1 Preventie in Tiel De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening brengt met zich dat de gemeente actief beleid moet voeren op gebied van preventie. Op zich lijkt de in de wet opgenomen plicht een overbodige vereiste doch de hier ontstane situatie laat toch ook iets anders zien. Effectieve preventie is in de nota Schuldhulpverlening Tiel van 2002 beschreven doelstelling van de schuldhulpverlening. Daaraan werd o.a. vormgegeven door de start van het Budgetadvies centrum, waarvan ook het Huursubsidie Informatie (Hip) deel uitmaakte. Tot 2009 stond de unit schuldhulpverlening bekend als het Budgetadvies centrum. Dat was als zodanig herkenbaar gevestigd in het Beursplein. Vrije inloop voor elke inwoner was mogelijk.
18
Door het sterk stijgende aantal aanvragen schuldhulpverlening konden de medewerkers van het Budgetadviescentrum geen inhoud meer geven aan de voorlichtings- en preventie activiteiten. De focus is sindsdien volledig gericht op de behandeling van aanvragen schuldhulpverlening. De vrije inloop bij het Budgetadviescentrum i.c. de unit schuldhulpverlening is door de toegenomen drukte sinds 2009 niet meer mogelijk. Om de laagdrempelige toegang tot de schuldhulpverlening (weer) vorm te geven kan gedacht worden aan het vormen van een fysiek informatiepunt schuldhulp. Dat zou kunnen plaatsvinden in een van de bestaande loketten van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg of bij het maatschappelijk middenveld. Dat zal echter niet zonder extra financiële middelen kunnen plaatsvinden. 8.2 Vrijwilligersorganisaties en preventieve schuldhulpverlening Vrijwilligersorganisaties staan dicht bij de inwoners en zijn laagdrempelig. Vrijwilligersorganisaties zoals Humanitas, Dynamiek, de cliëntenraad WWB en enkele ouderenorganisaties bieden ook ondersteuning die aangemerkt kan worden als preventieve schuldhulpverlening. Vrijwilligersorganisaties zien wij als de ketenpartners binnen het maatschappelijk middenveld met wie vooral samenwerking op gebied van het preventie- en preventiebeleid kan plaats vinden. Bij de ontwikkeling met het preventiebeleid betrekken wij hen. Bezien zal worden of (een deel)van de uitvoering van het preventiebeleid daar ook belegd worden. In de verdere ontwikkeling van de integrale schuldhulpverlening zal dat aandacht hebben. 8.3 www.rivierenland.loketschuldhulpverlening.nl Een ander instrument dat al in de preventieve sfeer is ingezet is het digitale loket schuldhulpverlening Rivierenland. De inzet daarvan is ook gericht op het vormgeven aan schuldhulpverlening nieuwe stijl. Het richt zich daarom ook op de bevordering van de zelfredzaamheid van de inwoner. Tiel heeft samen met 4 andere gemeenten in de Regio Rivierenland, Culemborg, Geldermalsen, Neder-Betuwe en West Maas en Waal, vorm en inhoud gegeven aan het digitale loket schuldhulpverlening Rivierenland. Dat is mede mogelijk geworden door de ondersteuning van de Provincie Gelderland in het kader van het Regionale Sociale Programma 2008. Doorontwikkeling van het loket wordt ook gericht op het bieden van informatie over schuldhulpverlening aan werkgevers, schuldeisers en (schuld-)hulpverleners. 8.4 Preventiebeleid Bij de verwoording van het beleid ten aanzien van preventie hanteren we de uitgangspunten van de preventiemodule van de NVVK. Het Tielse preventieplan wordt aan daaraan gekoppeld. De volgende onderwerpen nemen we op in het preventieplan; 1. De risicogroepen; wij beschrijven welke groepen wij beschouwen als risicogroepen en op basis van welke (onderzoeks-)gegevens dat gebeurt. 2. De doelstelling; de algemene doelstelling van het preventiebeleid en de subdoelstellingen van de afzonderlijke projecten binnen het preventiebeleid. Bij voorkeur worden deze meetbaar geformuleerd. 3. Uitvoering; in het preventieplan wordt opgenomen welke acties ondernomen worden om de doelstelling te bereiken en welke rol het maatschappelijk middenveld op gebied van preventie heeft. Daarbij rekening houdend met communicatiemiddelen en communicatiegroepen en in te zetten methodieken. 4. De financiering; in het plan wordt de (structurele) financiering van het preventiebeleid opgenomen.
19
5.
De evaluatie; het plan bevat termijnen en de wijze waarop de ingezette acties worden geëvalueerd.
Het opstellen van het preventieplan vindt plaats in samenhang met de ontwikkeling van de samenwerking met de ketenpartners en wordt voor 1 december 2013 vastgesteld.
9.
Vroegsignalering en nazorg
Naast het voorkomen en oplossen van schuldsituaties is het ook van belang schulden in een vroeg stadium te signaleren. Hoe eerder schulden worden gesignaleerd, hoe groter de kans dat de schulden opgelost kunnen worden. Dit is niet alleen in het belang van de schuldenaar maar ook in het belang van de schuldeiser. Om die reden heeft de NVVK diverse convenanten afgesloten in het kader van vroegsignalering met vooral landelijk werkende organisaties zoals energie- en waterbedrijven. 9.1 Lokale vroegsignalering Op lokaal niveau is het afsluiten van dergelijke convenanten ook een goed instrument ter bestrijding van problematische schulden. Met de wooncorporaties SVT en SCW zijn op uitvoeringsniveau al enkele afspraken gemaakt die bij kunnen dragen in het beperken van problematische schulden. De corporaties voegen bij de aanmaning tot betaling van de huurachterstanden een flyer met informatie over schuldhulpverlening door de unit schuldhulpverlening. Het is van belang om de samenwerking met de wooncorporaties op gebied van schuldhulpverlening te formaliseren aan de hand van convenanten. De samenwerking moet dan tevens leiden tot bewerking van het aantal aanzeggingen tot woningontruiming en daadwerkelijke woningontruiming. Ook dat zal de inzet zijn in het komende jaar. Het beoogde resultaat van de samenwerking met de wooncorporaties is als volgt geformuleerd. Binnen zo kort mogelijk termijn, doch uiterlijk binnen 12 maanden, zijn convenanten gericht op vroegsignalering gesloten, welke tevens bijdragen tot vermindering van het aantal aanzeggingen tot ontruiming van woningen wegens huurschuld en beperking van het daadwerkelijke aantal ontruimingen, met de wooncorporaties. Verder wordt gestreefd naar het op lokaal niveau aangaan van convenanten met Energiebedrijven, Zorgverzekeraars en lokale (Gerechts-)deurwaarders. 9.2 Nazorg Nazorg dient hetzelfde doel als preventie. Met nazorg kan worden voorkomen dat er opnieuw problematische schulden ontstaan. Nazorg kan plaatsvinden in de vorm van continuering van het budgetbeheer bij inwoners met een risico op terugval nadat de schulden zijn voldaan via de schuldregeling of door verwijzing naar budgettraining. De meest voorkomende vorm van nazorg is een eenmalig contact na de afronding van het schuldhulpverlening traject. Wij zijn van mening dat de inzet op nazorg groter dient te zijn. Wij zien in (de ontwikkeling van) de nazorg en de vormgeving daaraan een rol weggelegd voor het maatschappelijk middenveld. Daar waar sprake is van enkelvoudige schuldenproblematiek denken wij dan aan de inzet van vrijwilligersorganisaties. Humanitas heeft kenbaar gemaakt dat zij daar voor zichzelf ook een rol zien. Als er sprake is van meervoudige problemen waaronder (voormalige) schuldenproblematiek kan van vrijwilligersorganisaties niet gevraagd worden dat zij de nazorg op zich nemen. Daar zal het professionele maatschappelijk middenveld een rol hebben.
20
Ontwikkeling en de vormgeving van het nazorg aanbod willen we ook structureren. Ook willen we enkele aspecten al eerder in het traject van schuldhulpverlening inzetten. In het overleg met het maatschappelijk middenveld wordt dat besproken.
10.
Gezinnen met kinderen
De noodzaak van de interne integraliteit schuldhulpverlening wordt ook zichtbaar gemaakt in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. In de wet is bepaald is dat gemeenten bijzondere aandacht moeten schenken aan schuldenproblematiek bij gezinnen met minderjarige kinderen. Gezinnen met kinderen zijn een belangrijke en kwetsbare doelgroep. Het is onwenselijk dat een huisuitzetting of energie afsluiting plaatsvindt. Daarom beschrijven wij in dit plan onze uitgangspunten voor de schuldhulpverlening aan gezinnen met inwonende minderjarige kinderen. 10.1 Gezinnen met inwonende minderjarige kinderen Wij zien alle gezinnen met inwonende minderjarige kinderen, die zich melden voor schuldhulpverlening, altijd als een situatie waarvoor bijzondere aandacht gewenst is. Als bij het eerste gesprek met een gezin met inwonende minderjarige kinderen blijkt dat er sprake is van dreigende ontruiming van de woning en/of afsluiting van de toevoer van gas, elektra of water wordt de gezinssituatie en de schuldenproblematiek gemeld bij het Centrum voor Jeugd en Gezin. Hiervoor worden samenwerkingsafspraken met het Centrum voor Jeugd en Gezin gemaakt. Het schuldverleningsaanbod beperkt zich verder tot de reguliere instrumenten. De inzet van de schuldhulpverlening zal in eerste instantie zijn dat door het voorkomen van ontruiming en/of afsluiting een onwenselijke (woon-)situatie ontstaat voor inwonende minderjarige kinderen. Als het gezin op deze manier in beeld komt wordt de verdere financiële situatie volledig in beeld gebracht. 10.2 Gezinnen met inwonende meerderjarige kinderen Gezinnen met alleen inwonende meerderjarige kinderen van 23 jaar en ouder merken wij niet aan als een gezin waarin zich een crisissituatie voordoet. Van dit uitgangspunt wordt alleen afgeweken als er, binnen het huishouden zorg bestaat voor een van de inwonende meerderjarige kinderen met een lichamelijke, verstandelijke en/of psychische beperking, en deze zorg als gevolg van de schuldenproblematiek niet langer gegarandeerd kan worden. Als dat het geval is handelen wij als ware minderjarige kinderen inwonend. Als er sprake is meerderjarige kinderen in de leeftijd van 18 tot 23 jaar is ook de relatie met het taakveld van het Centrum voor Jeugd en Gezin relevant. De jongvolwassenen, jongeren tussen de 18 en 23 jaar, zijn een doelgroep van het CJG. De samenwerkingsafspraken met het Centrum voor Jeugd en Gezin dienen ook toegespitst te zijn op de zorg voor deze doelgroep.
11.
Sturing, kwaliteit en verantwoording
De raad heeft bij het stellen van kaders een centrale rol. Met het vaststellen van dit beleidsplan stelt de gemeenteraad vast wat deze op het gebied van schuldhulpverlening in de periode 2013 tot 2016 wil bereiken. Jaarlijks zal het college in het jaarverslag aan de gemeenteraad verantwoording afleggen over de uitvoering van het door de raad vastgestelde plan met betrekking tot
21
integrale schuldhulpverlening. De bespreking van het jaarverslag in de gemeenteraad kan uiteraard aanleiding zijn om het beleid en de uitvoering van de integrale schuldhulpverlening bij te stellen De gemeenteraad heeft de mogelijkheid om zelfstandig aan te geven welke gegevens hij nodig heeft om de controlerende taak uit te kunnen voeren. Er wordt voor gekozen om voor wat betreft de momenten van rapporteren aan te sluiten bij de jaarlijkse begroting en verantwoordingscyclus 11.1 Prestatie-indicatoren Naar aanleiding van het vorenstaande hebben we een aantal kerncijfers ontwikkeld die de raad kan gebruiken om de kwaliteit van de schuldhulpverlening te kunnen beoordelen. De prestatie-indicatoren zijn gekoppeld aan de doelstellingen. Doelstelling We investeren in preventie en nazorg.
Prestatie-indicator − Minimaal 60 personen nemen deel aan de budgetcursussen per jaar − Minimaal één preventieactiviteit gericht op jongeren per jaar. − Nazorggesprek binnen 3 maanden na einde laatste product. − Jaarlijks 10% minder trajecten schuldregelingen dan in peiljaar 2011. − Wij bieden een inloopspreekuur aan. − Het aantal weken wachttijd tussen − melding en eerste gesprek is maximaal vier weken. − Het aantal geslaagde schuldregelingen (inclusief de 100% regelingen) voldoet aan het landelijke gemiddelde in een jaar of is hoger. − Het resultaat op de geslaagde schuldregelingen is minimaal 50%. − 80% Van de schuldregelingen komt tot stand binnen 120 werkdagen. − Uitval schuldhulpverlening is maximaal 25%.
We bieden laagdrempelige voorzieningen waarmee we op de juiste plek de juiste doelgroep kunnen bereiken. - We ontsluiten hulp voor burgers.
Ter voorkoming van dakloosheid wegens huurschulden werken we samen met woningbouwcorporaties op het gebied van preventie en huisuitzettingen
− In 70% van de crisissituaties wordt voorkomen dat woningontruiming plaats vindt. − In 100% van de gevallen wanneer er sprake is van een crisissituaties vindt binnen drie werkdagen de intake plaats.
Door samenwerking met energie‐ en waterbedrijven zetten we in vroegsignalering van schuldsituaties.
− In 70% van burgers die zich melden met de crisissituatie afsluiting van energie/ water wordt voorkomen dat afsluiting van energie/water plaats vindt.
22
11.2 Resultaten schuldhulpverlening Wij meten de effecten en resultaten van de schuldhulpverlening nog niet. Gericht wordt op producten en processen, mede omdat verantwoording aan de contractgemeenten op die manier is ingericht. Om te voldoen aan de maatstaven van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening vindt thans herinrichting van alle processen schuldhulpverlening plaats. Tevens wordt ook een managementinformatiesysteem ingericht dat sturings- en beleidsinformatie met betrekking tot de (uitvoering van de) schuldhulpverlening gaat generen. Samenwerking met het maatschappelijk middenveld moet leiden tot betere resultaten. Deze samenwerking moet nog vorm krijgen. Daarom spreken we als ambitie uit dat we streven naar een hoger percentage geslaagde schuldregelingen. 11.3 Kwaliteitsmanagement Het voldoen aan aantoonbare kwaliteitseisen is van waarde voor het vertrouwen van zowel schuldeisers als schuldenaren. De gemeente Tiel is lid van de NVVK en houdt zich aan de richtlijnen voor goede schuldhulpverlening van deze vereniging. De kwaliteitsborging van schuldhulpverlening gaat vanaf 1 januari 2013 onderdeel uitmaken van het kwaliteitscontroleplan van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg. 11.4 Klachten en bezwaar en beroep Schuldhulpverlening is een wettelijke taak van gemeenten geworden. Een beslissing van het college tot het doen van een aanbod of tot het weigeren van schuldhulpverlening is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. Tegen een dergelijke beslissing is bezwaar en beroep mogelijk. Wij verwachten een structurele toename van activiteiten op juridisch gebied. Hoeveel dit is, is nog onbekend omdat niet duidelijk is hoeveel bezwaar- en beroepschriften op de besluiten schuldhulpverlening ingediend zullen worden. Getracht zal worden om deze activiteiten binnen de bestaande formatie uit te voeren. Naast de mogelijkheid van indienen van bezwaar en het instellen van beroep heeft een schuldenaar die het niet eens is met een beslissing van de gemeente in zijn individuele geval de mogelijkheid een klacht in te dienen. De klachtenregeling is ook van toepassing op schuldhulpverlening.
12.
Financiële kaders
12.1 Uitgaven maatschappelijk middenveld In het programmabegroting Maatschappelijke Voorzieningen is opgenomen dat voor de STMR, onderdeel Algemeen Maatschappelijke Werk, op basis van de meerjarenafspraak 2011 t/m 2014 een bedrag van € 514.080,- beschikbaar is. Er bestaat geen meerjarenafspraak voor de opzet schuldhulpverlening. Ook met Humanitas bestaat een subsidierelatie. Voor het project Thuisadministratie ontvangen zij jaarlijks subsidie ad € 3.000,--. Subsidie schuldhulpverlening STMR / AMW Humanitas Totaal
€ 514.080,€ 3.000, € 517.080,-
Om de integrale schuldhulpverlening vorm te geven zoals in dit beleidsplan is beschreven is het nodig dat duidelijke prestatie en resultaat afspraken met betrokken partners uit maatschappelijk middenveld worden gemaakt. Op voorhand wordt niet uitgesloten dat ook, al dan niet tijdelijke, investering in het maatschappelijke middenveld moet plaatsvinden.
23
Het is op dit moment niet mogelijk om daarvoor een inschatting te maken omdat inhoudelijke afspraken met betrekking tot schuldhulpverlening nog niet gemaakt zijn. Indien de inzet van het maatschappelijk middenveld, aan de voorkant van de schuldhulpverlening en de begeleiding van degene die daadwerkelijk voor een schuldhulpverleningstraject in aanmerking komt, succesvol is, is het aannemelijk dat de inzet op financieel technische schuldhulpverlening kan afnemen. Veel tijd van de gemeentelijke schuldhulpverleners zit nu in de sturing en de ´relatie´ van en met een schuldenaar. Dit vervalt dan waardoor de directe inzet voor financieel technische schuldhulpverlening wordt vergroot. Dit kan leiden tot een scheiding in het proces van aanmelding en intake. De integrale intake zou uitgevoerd kunnen worden in een verbreed loket Wonen, Welzijn en Zorg of bij het maatschappelijk middenveld. Dat zou dan kunnen leiden tot een keuze voor het op andere wijze inzetten van de middelen die beschikbaar zijn voor de gemeentelijke (uitvoering van de) schuldhulpverlening. Ook herbeoordeling van bestaande werkafspraken met bijvoorbeeld de Stichting Thuiszorg en Maatschappelijk Werk Rivierenland kan leiden tot het op andere wijze i.c. voor een ander doel inzetten van gemeentelijke middelen. Wijzigingen in de (geestelijke) gezondheidszorg en ondersteuningstaken van organisaties die werkzaam zijn op het gebied van geestelijke gezondheidszorg door wijzigingen binnen de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en nadere aanduiding van (kern-)taken maken het wellicht mogelijk dat de inzet verschuift naar inzet op materiele dienstverlening op gebied van schuldhulpverlening. 12.2 Kosten schuldhulpverlening Tiel Schuldhulpverlening is onderdeel van het programma 3, Economische ontwikkeling. In de programmabegroting 2012 is de komst van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening aangekondigd. De wet verplicht gemeenten om een aantal doelstellingen ten aanzien van schuldhulpverlening te realiseren. Hiervoor worden voor 2012 e.v. echter geen middelen beschikbaar gesteld. Integendeel, landelijk is een korting van € 20 miljoen doorgevoerd op het gemeentefonds, omdat gemeenten een ‘selectieve en gerichte schuldhulpverlening’ kunnen inzetten. De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening biedt gemeenten namelijk de mogelijkheid om aan de poort grenzen aan te geven. Middels de decembercirculaire 2010 is de korting van € 20 miljoen al ingeboekt; dat betekent voor ons dat vanaf 2012 structureel € 55.000,gekort wordt in het gemeentefonds op het onderdeel schuldhulpverlening. Rekening 2010 Rekening 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
0,00 3.897,00 0,00 2.580,00 10.319,00 422.979,00 439.775,00
0,00 3.965,00 0,00 2.625,00 10.500,00 436.908,00 453.998,00
Personeel derden Adviezen en dienstverlening door derden Abonnem./boekw Drukwerk, folders en advertentiek. Onderh.kantoormachines/programat. Uitvoeringslast gemeentel. schuldhulpverl Totale uitgaven Inkomsten (tijdelijke) rijksvergoeding div.
6.735,00 0,00 5.900,00 0,00 0,00 569.357,00 581.992,00
0,00 3.201.10 6.434,90 0,00 1.945,65 582.423,00 599.219,00
98.246,00
-103.817,00
0,00
0,00
Totale lasten
483.746,00
490.187,65
439.775,00
453.998,00
Uit bovenstaande tabel is af te lezen dat tot en met 2011 extra rijksmiddelen schuldhulpverlening zijn ontvangen. Deze gelden werden om de toegenomen behoefte aan schuldhulpverlening op te vangen ingezet voor extra uitvoerende capaciteit bij de unit schuldhulpverlening. De extra rijksmiddelen worden niet meer ontvangen waardoor er geen financiële ruimte meer is om ervoor te zorgen dat: 1. de wettelijke termijn van de wachttijd tussen melding en intake niet langer dan vier weken duurt en
24
2. de wettelijk verplichte preventie activiteiten uitgevoerd kunnen worden. 12.3 Baten werkzaamheden contractgemeenten Zoals eerder beschreven biedt de unit schuldhulpverlening ook schuldhulpverlening aan inwoners van de gemeenten Culemborg, Neder-Betuwe, Neerijnen, West Maas en Waal. Voor de onderscheidenlijke producten schuldhulpverlening worden de kosten op basis van afdelingstarief in rekening gebracht bij de betreffende gemeenten. De baten van deze werkzaamheden worden niet specifiek ingezet voor de uitvoering van de werkzaamheden door de afdeling Werk, Inkomen en Zorg, unit schuldhulpverlening. Zij komen ten gunste van de algemene middelen van de gemeente. Gemeenten
Rekening 2010
Rekening 2011
Raming dienstverlening 2012
Raming dienstverlening 2013
Culemborg Neder-Betuwe Neerijnen West Maas en Waal
€ 0,00 € 6.100,24 € 24.323,23 € 43.517,60
€ 29.596,35 € 97.806,84 € 42.007,80 € 53.936,43
€ 32.500,00 € 69.167,64 € 31.767,68 € 55.390,84
€ 31.165,45 € 102.002,44 € 30.997,50 € 56.250,13
Totaal
€ 73.941,07
€ 223.347,42
€ 188.826,16
€ 220.415,52
12.4 Formatie uitvoering schuldhulpverlening Bureau Berenschot heeft onderzoek gedaan naar het aantal benodigde formatieplaatsen van de gehele afdeling Werk, Inkomen en Zorg, dat mede in verband met regionale ontwikkelingen, en heeft daarbij ook het benodigde aantal formatieplaatsen voor de unit schuldhulpverlening beoordeeld. Daarbij is uitgegaan van de huidige werkwijze van de schuldhulpverlening. Het totale budget schuldhulpverlening dient de mogelijkheid te bieden om zowel aan de wettelijke verplichtingen als aan de lokale uitgangspunten met betrekking tot het vormgeven aan goede integrale schuldhulpverlening te voldoen. Bij de (door-) ontwikkeling van de samenwerking met het maatschappelijk middenveld ontstaat meer duidelijkheid over de effecten van die samenwerking voor de vraag naar de inzet van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Zodra dat aan de orde is worden de budgettaire effecten daarvan met u besproken. De resultaten van het onderzoek van bureau Berenschot worden daarin dan ook meegenomen. 12.5 Verbeteren toegankelijkheid en preventiemaatregelen In de begroting 2013 e.v. zijn geen middelen opgenomen ten behoeve van de ontwikkeling en realisatie van laag toegankelijke schuldhulpverlening en vormgeving budgetcursussen zoals vermeld bij de prestatie indicatoren. In navolgende tabel hebben wij de geraamde kosten daarvan opgenomen. Wij verzoeken u om deze (extra) budgetten beschikbaar te stellen. Budget schuldhulpverlening Organiseren lage toegankelijkheid schuldhulpverlening Uitvoering budgetcursussen
2012
2013
2014
€ 0,-
€ 20.000,-
€ 10.000,-
€ 0,-
25
€
5,000,-
€ 5.000,-