Rapportage 3e Periode 2007 Afdeling Sociale Zaken Periode januari t/m juni 2007
Goedgekeurd door wethouder dr. J. Pelle en afdelingshoofd H. Smits d.d. 24-07-07
Rapportage 3e periode 2007
2
Rapportage 3e periode 2007
Inhoudsopgave
1
Inleiding
5
1.1
Algemeen
5
1.2
De visie van de afdeling sociale zaken
5
1.3
De missie van de afdeling sociale zaken
5
2
Rapport
7
2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.4 2.1.5
Financiën Wet Werk en Bijstand Armoedebeleid Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet Inburgering Overige regelingen
7 7 8 8 8 9
2.2 2.2.1 2.2.2
Reïntegratie Wet Werk en Bijstand Verbeteracties
9 9 10
2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 2.3.4 2.3.5 2.3.6
Aanvragen en bestandsontwikkeling Wet Werk en Bijstand Armoedebeleid Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet Inburgering Overige regelingen Verbeteracties
10 11 11 12 12 13 13
2.4
Rechtmatigheid
13
2.5 2.5.1 2.5.2 2.5.3 2.5.4 2.5.5 2.5.6 2.5.7 2.5.8
Kwaliteit van de dienstverlening Wet Werk en Bijstand Armoedebeleid Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet Inburgering Overige regelingen Bezwaar & Beroep Klachten Verbeteracties
13 13 14 14 15 15 15 15 15
3
Bijlagen trends
18
3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4
Financiën Detailgegevens Detailgegevens Detailgegevens Detailgegevens
3.2 3.2.1
Reïntegratie Detailgegevens m.b.t. reïntegratie Wet Werk en Bijstand
3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3
Aanvragen en bestandsontwikkeling 26 Detailgegevens m.b.t. aanvragen Wet Werk en Bijstand 26 Detailgegevens m.b.t. aanvragen Armoedebeleid 27 Detailgegevens m.b.t. aanvragen Wet Maatschappelijke Ondersteuning 30
3.4
Rechtmatigheid
31
3.5 3.5.1 3.5.2
Kwaliteit van de dienstverlening Detailgegevens m.b.t. kwaliteit Wet Werk en Bijstand Detailgegevens m.b.t. kwaliteit Armoedebeleid
32 32 32
m.b.t. m.b.t. m.b.t. m.b.t.
financiën financiën financiën financiën
18 Wet Werk en Bijstand 18 Armoedebeleid 19 Wet Maatschappelijke Ondersteuning 20 overige regelingen 22
3
23 23
Rapportage 3e periode 2007
3.5.3 3.5.4 3.5.5
Detailgegevens m.b.t. kwaliteit Wet Maatschappelijke Ondersteuning Detailgegevens m.b.t. bezwaarprocedures Detailgegevens m.b.t. klachten
33 34 34
4
Bijlagen resultaten
35
4.1 4.1.1
Inleiding Resultaatgebied vanuit de doelstelling(en)
35 35
4
Rapportage 3e periode 2007
1
Inleiding
1.1
Algemeen
Voor u ligt de verantwoordingsrapportage over de periode januari tot en met juni. Ook in deze rapportageperiode zijn er geen belangrijke afwijkingen waarneembaar ten opzichte van de gestelde prognoses en verwachte beleidsrealisaties voor dit tijdvak. Conform afspraak vindt u in deze rapportage een overzicht van de ontwikkelingen ten aanzien van uitkeringen voor levensonderhoud WWB, bijzondere bijstand en WMO en daaraan gerelateerde beleidsmatige zaken.
1.2
De visie van de afdeling sociale zaken
Hieronder staat de visie en de omschrijving van de afdeling sociale zaken weergegeven:
Visie Gemeente Roosendaal
Omschrijving Wij stimuleren werken. Als werken onmogelijk is, zorgen wij snel voor inkomen. Het is onze ambitie om deze missie zo te vervullen, dat wij kunnen rekenen op een brede maatschappelijke waardering. Ons motto is: snel, duidelijk, betrouwbaar. Snel in beslissen, duidelijk over rechten en plichten, betrouwbaar in het nakomen van afspraken. Dat geldt naar buiten: voor onze klanten - de burgers in Roosendaal; voor onze opdrachtgever - de Minister van SZW; voor ons imago in de maatschappij. Het geldt ook naar binnen voor alle niveaus in onze organisatie. Wat we naar buiten willen uitstralen is leidend voor ons doen en laten binnen. De buitenkant komt overeen met de binnenkant. In de komende jaren willen we zichtbaar maken dat de afdeling Sociale Zaken snel, effectief en efficiënt handelt en dat gemak voor de klant bij ons voorop staat. Vertaald naar onze taken betekent deze ambitie: Dienstverlening aan onze klanten gericht op het vergroten van de zelfredzaamheid en vitaliteit
1.3
De missie van de afdeling sociale zaken
Hieronder staat de missie en de omschrijving van de afdeling sociale zaken weergegeven: Missie Omschrijving Gemeente Roosendaal “Doelstelling is dat burgers tot maximale deelname aan de Roosendaalse maatschappij worden gestimuleerd.
De burger die niet in eigen levensonderhoud kan voorzien moet zo snel mogelijk worden geholpen om middels arbeid daar wel in te slagen. Voor burgers die geen mogelijkheid tot het verrichten van arbeid hebben, worden voorzieningen aangeboden om maatschappelijk te participeren.”
5
Rapportage 3e periode 2007
6
Rapportage 3e periode 2007
2
Rapport
2.1
Financiën
In onderstaande paragraaf worden de financiële aspecten toegelicht. Voor meer gedetailleerde informatie wordt verwezen naar bijlage 3.1.
2.1.1
Wet Werk en Bijstand
I-budget Het voorlopige budget inkomensdeel WWB over 2007 was vastgesteld op € 16.764.725. Zoals te verwachten heeft het Ministerie van Sociale Zaken het budget neerwaarts bijgesteld. Op 11 juli heeft het ministerie aangegeven dat het nieuwe budget € 15.987.500 bedraagt. Een daling van het budget met € 777.225 (4,6%). Landelijk is het macrobudget met circa 3,5% naar beneden bijgesteld. Verder is aangegeven dat het definitieve budget (vaststelling in oktober) in beperkte mate kan afwijken in verband met aanpassingen van het macrobudget. Gezien het feit dat Sociale Zaken een taakstelling heeft gekregen om € 1.000.000 minder uit te geven dan het beschikbaar gestelde rijksbudget is het budget als interne doelstelling voor de afdeling Sociale Zaken nu bijgesteld naar € 14.987.500. Op basis hiervan hadden de uitgaven aan uitkeringen WWB over de eerste 6 maanden € 7.806.945 mogen zijn. Daadwerkelijk is er minder uitgegeven namelijk € 7.183.989. Naast de ingeboekte taakstelling is er dus nog een overschot van € 600.000 over de eerste 6 maanden van 2007. Dit is ook noodzakelijk om de kosten voor re-integratie (die in belangrijke mate het succes van de lagere uitkeringslasten vormen) te kunnen financieren. Zie ook W- Budget. W-budget Het budget voor het Werkdeel van de Wet Werk en Bijstand is voor het jaar 2007 bepaald op € 5.073.051. Aangezien het budget van vorig jaar niet geheel was uitgegeven i.v.m. aangegane verplichtingen is er voor 2007 € 6.000.000 beschikbaar. Dit budget zal grotendeels worden ingezet ten behoeve van het verstrekken van loonkostensubsidies. Voor de eerste 6 maanden was hiervoor een bedrag van € 2.850.002 begroot. In werkelijkheid is er € 3.377.576 uitgegeven. Een overschrijding van het werkbudget met ruim € 500.000. De dekking voor dit overschot wordt gevormd door het overschot in het Ideel. Ook voor de tweede helft van 2007 wordt een overschrijding van het beschikbare werkbudget verwacht. Maar ook hiervoor zal de dekking worden gevonden in het extra overschot op het I-deel. Omdat dit een vaststaand gegeven is, is hierop geanticipeerd. Door middel van een begrotingswijziging is het mogelijk gemaakt om extra uitgaven te doen in het kader van re-integratie door bespaarde uitkeringsgelden voor dit doel in te zetten. Hierbij is er vanuit gegaan dat er maximaal € 1.145.000 extra ingezet kan worden mits dat door deze extra inzet dit bedrag ook weer extra bespaard wordt op de uitkeringsgelden. Deze extra reintegratie inzet moet dus budgetneutraal verlopen. Prognose Bij de verklaring onder het I-budget is reeds aangegeven dat er in de periode tot en met juni naast de taakstelling van 1 miljoen een extra besparing is gerealiseerd van € 600.000. De norm voor uit te betalen uitkeringen ligt in de komende maanden rond de € 1.2 miljoen per maand. Gezien het nog steeds dalende bestand lijkt het reëel dat de uitkeringslasten in de komende maanden tussen de 1.0 en 1.1 miljoen zal blijven. De prognose is daarom dat er in het tweede halfjaar nog eens € 800.000 aan besparing gerealiseerd kan worden. In totaal betekent dit een geprognosticeerde besparing van ca 1,4 miljoen voor het hele jaar, hetgeen voldoende is om de extra kosten te dekken. Door de gehanteerde systematiek is het voor Sociale Zaken mogelijk om budgetneutraal meer mensen een kans te bieden werkervaring op te doen. In iedere volgende rapportage zal aandacht geschonken worden aan de extra kosten en de besparingen die hier mee gegenereerd worden. Samenvattend zijn de resultaten over de eerste 6 maanden voor de WWB zeer positief te noemen en is de gestelde doelstelling voor 2007 nog steeds realistisch.
7
Rapportage 3e periode 2007
2.1.2
Armoedebeleid
Bijzondere bijstand In de begroting is voor 2007 een bedrag voor Bijzondere Bijstand opgenomen van € 844.558,- . Voor de verantwoordingsperiode is dit begroot op € 449.887. Over deze periode is daadwerkelijk uitgekeerd € 349.433. Er is dus € 100.454 minder uitgegeven dan begroot. In de afgelopen maanden is gestart met het afleggen van dienstverleningshuisbezoeken welke hebben geresulteerd in extra aanvragen. Omdat de afhandeling hiervan nog niet is afgerond is het financiële effect hiervan nu nog niet in deze cijfers zichtbaar. Verwezen wordt ook naar paragraaf 2.3.2. en de bijlagen. Collectieve ziektekostenverzekering Sinds 2006 kennen we een collectieve ziektekostenverzekering. De kosten voor deze voorziening zijn voor 2007 begroot op € 350.000,- . In de verantwoordingsperiode bedroegen de kosten per maand € 31.844. Bij gelijkblijvende facturering zouden de jaarkosten daardoor op ruim € 380.000 uitkomen. In de afgelopen periode is er overleg geweest met VGZ en gebleken is dat er maandelijks teveel is gefactureerd. Dit heeft geleid tot een creditnota van ruim € 50.000, waarmee we op jaarbasis weer binnen het budget blijven. Schuldhulpverlening Voor 2007 zijn de kosten voor Schuldhulpverlening begroot op € 46.542,-. Het gaat hierbij om kosten voor derden zoals Traverse voor een cursus Omgaan met geld en behandelkosten van de GKB voor Budgetbeheer. In het kader van consumptieve kredieten is in de begroting opgenomen € 129.495. Dit bedrag werd in het verleden echter structureel overschreden en is middels een begrotingswijziging verhoogd met € 50.505 naar € 180.000. Tot en met juni zijn de geboekte kosten € 77.066, nog geheel conform begroting.
2.1.3
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Voor de WMO zijn de volgende (periode-)budgetten begroot respectievelijk uitgegeven: Begroting 2007 t/m juni uitgaven t/m juni WMO huishoudelijke hulp € 6.972.754 € 3.486.337 € 3.631.489 WMO woonvoorzieningen € 583.600 € 280.539 € 182.838 WMO vervoersvoorzieningen € 1.963.463 € 950.103 € 961.431 WMO rolstoelvoorzieningen € 467.924 € 250.741 € 265.323 Adviezen derden € 239.092 € 109.315 € 360 Totaal €10.226.833 € 5.077.035 € 5.041.441 De kosten van de WMO lopen over het algemeen nog conform begroting. De kosten voor woonvoorzieningen en adviezen derden blijven substantieel achter. Voor adviezen derden wordt dit veroorzaakt door het afrekensysteem (facturering achteraf). De kosten voor huishoudelijke hulp liggen € 145.000 boven budget. De voornaamste oorzaak hiervan is het betaalbaar stellen van het persoonsgebonden budget(PGB) door het zorgkantoor. Hierdoor is er in één keer ruim € 600.000 betaald. Voor de meeste cliënten was dit, volgens informatie van het zorgkantoor, ook meteen de volledige jaarbijdrage. De volgende uit te betalen PGB’s, dit gebeurt per kwartaal, zullen dan ook naar verwachting veel lager zijn. Omdat aan de zorgaanbieders alleen nog maar op voorschotbasis betalingen zijn verricht, is er in de afgelopen maand overleg met hen geweest over de te leveren gegevens waarmee finale factuurcontrole kan plaats vinden. Ondertussen zijn van alle leveranciers deze gegevens ontvangen zodat nadere controle en afrekening kan plaatsvinden over de periode tot juli. Een eerste inschatting is dat de werkelijke kosten niet veel zullen afwijken van de bevoorschotting.
2.1.4
Wet Inburgering
Voor de uitvoering van deze wet is een bedrag van ruim 1.4 miljoen geprognosticeerd. Tot op heden zijn de kosten die hierop geboekt zijn zeer beperkt. Dit geldt echter ook voor de uitkering vanuit het ministerie; er is nog geen enkele bijdrage ontvangen. Begin juli heeft het ministerie aangegeven tot betaling over te zullen gaan. Op dat moment zullen ook de eerste, grotere, betalingen vanuit de gemeente gaan plaatsvinden.
8
Rapportage 3e periode 2007
2.1.5
Overige regelingen
Voor de overige regelingen, IOAW, IOAZ en Bbz geldt een andere financieringsystematiek. Voor 25% van de uitgaven in het kader van deze regeling wordt jaarlijks een vast budget ontvangen en de overige 75% worden gedeclareerd op basis van werkelijke uitgaven. Voor 2007 zijn de volgende budgetten door het ministerie toegekend als vaste bijdrage voor de volgende uitkeringen: Geheel 2007 t/m juni IOAW € 333.901,€ 166.950 IOAZ € 35.443,€ 17.721 Bbz € 54.374,€ 27.687 Voor de IOAW, IOAZ en Bbz zijn de volgende (periode-)budgetten begroot respectievelijk uitgegeven: Begroting 2007 t/m juni uitgaven t/m juni IOAW € 1.001.703 € 693.690 € 276.589 IOAZ € 106.329 € 63.634 € 82.169 Bbz € 163.125 € 108.967 € 393.299 Voor de IOAW betekent dit een overschot op de vaste vergoeding van € 98.000 en voor de IOAZ een tekort van € 3.000. Op dit moment zijn er derhalve voor beide regelingen geen risico’s te benoemen. De kosten voor bedrijfskrediet Bbz zijn in de verantwoordingsperiode fors hoger als in de periode gebruikelijk. Dit vindt zijn oorzaak in het toekennen van twee grote bedrijfskredieten (totaal ruim € 330.000). Hierdoor kent de Bbz over de verantwoordingsperiode op het vaste vergoedingendeel een tekort van € 70.640. Dit wordt echter gecompenseerd doordat er op deze kredieten ook weer afgelost waardoor het risico vrij beperkt blijft.
2.2
Reïntegratie
Binnen de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand is reïntegratie HET belangrijkste aspect. Zoals de naam van de regeling al vermeld: Werk vóór Bijstand. Om de schadelast van uitkeringen te beperken worden in ruime mate (reïntegratie-)activiteiten ontplooid voor uitkeringsgerechtigden van de gemeente. In onderstaande paragraaf wordt uitleg gegeven omtrent deze activiteiten. Voor meer cijfermatige informatie wordt verwezen naar bijlage 3.2.
2.2.1
Wet Werk en Bijstand
a) uitstroomresultaat De effectiviteit van onze reïntegratie-aanpak wordt beoordeeld aan de hand van het aantal klanten dat in het eerste half jaar is uitgestroomd naar arbeid. In de verantwoordingsperiode zijn 208 klanten uitgestroomd naar een zelfstandige inkomensvoorziening (o.a. loon, zelfstandigen, studiefinanciering). Bij extrapolatie naar het eind van het jaar betekent dit dat +/- 416 mensen uitstromen naar werk. Dit is ongeveer vergelijkbaar met 2006 toen 439 klanten zijn uitgestroomd. b) Reïntegratiemodel De verdeling van klanten over het sporenmodel op 1-7-2007 is als volgend: Feitelijk begroot Spoor 1 : 6 % 10% Spoor 2 : 25 % 25% Spoor 3 : 8 % 15% Spoor 4 : 60 % 50% Uitgaande van deze cijfers zien we dat spoor 1 langzaam richting het begrootte percentage groeit zoals al eerder werd verwacht. De afgelopen 2 maanden zijn er meer mensen in spoor 1 geplaatst. Door de geleidelijke instroom van nieuwe uitkeringscliënten gedurende de rest van het jaar, wordt verwacht dat het percentage van spoor 1 nog verder zal stijgen. Spoor 2 ligt nog volledig op schema. Spoor 3 blijft het afgelopen half jaar achter
9
Rapportage 3e periode 2007
op de planning. Dit is als positief aan te merken omdat spoor 3 bedoeld is voor niet gemotiveerde, onwerkwillige klanten. Deze mensen zijn in een traject geplaatst om te werken met behoud van uitkering. Hoe kleiner dit aantal, hoe beter dit is voor de uitstroomresultaten maar vooral ook voor het algemeen belang. Als gevolg van de extra uitstroom naar werk zal het aantal arbeidsgeschikte personen in de uitkering dalen. Verhoudingsgewijs zal het percentage mensen in spoor 4 (arbeidsongeschikten en 55+) hierdoor steeds verder toenemen. Op dit moment worden er acties uitgevoerd om te bezien of de mensen die arbeidsongeschikt zijn ook geen enkele vorm van arbeid meer kunnen vervullen. Na de zomervakantie zal meer duidelijk worden wat de te verwachten gevolgen van deze actie zijn. De afgelopen 2 maanden zijn er al mensen herkeurt en arbeidsgeschikt bevonden. c) werkgeversarrangementen In de verantwoordingsperiode hebben 4 grote werkgevers een groot gedeelte van onze uitkeringsgerechtigden een baan aangeboden. Ondanks wat opstartproblemen mogen we concluderen dat de “werkfabrieken” goed functioneren. De laatste, Cura Depiro is medio mei feitelijk gestart. Resultaten: -
Workstar Roosendaal BV: Cardan Staffing BV WVS Cura Depiro
minimaal te starten 120 100 50 50
feitelijk gestart 74 dienstverbanden 55 dienstverbanden + 6 proefplaatsingen 33 dienstverbanden + 2 proefplaatsingen 10 dienstverbanden + 6 proefplaatsingen
De werkgevers Cardan en Workstar bieden de werknemer die de Nederlandse taal slecht beheerst, taallessen aan. Dit gebeurt om hun participatie in de samenleving te bevorderen. Tevens wordt op de werkvloer uitsluitend Nederlands gesproken; ook hierdoor stijgt het taalniveau van de ex-uitkeringsgerechtigde zodat de doorstroomkansen naar ander werk stijgen. Dit is van belang omdat hierdoor wellicht minder mensen na 15 maanden terug komen voor een WWB-uitkering. Doordat we de afgelopen jaren succesvol zijn geweest in onze reïntegratie en we sedert dit jaar gebruik kunnen maken van de werkgeversarrangementen in deze grote omvang ontstaat de situatie dat alle, enigszins bemiddelbare cliënten uit spoor 2 uitgestroomd zijn. Dit betekent dat in het bestand steeds minder potentieel zit om aan te leveren voor de werkfabrieken. In de afgelopen periode is daarom gestart met een extra screening van alle cliënten die ingedeeld zijn in spoor 2 of 3. Doel van deze screening is om het restant van het werkklantenbestand nog scherper in beeld te krijgen op mogelijkheden, beperkingen, neveninkomsten en restcapaciteit. Uit de eerste resultaten is gebleken dat veel mensen in spoor 2 al gedeeltelijk werkzaam zijn en hierdoor al volledig zijn belast als gevolg van medische beperkingen. Een vijftigtal wordt in de komende periode opnieuw medisch gekeurd zodat dan hun belastbaarheid zal blijken. Deze actie is medio september afgerond.
2.2.2
Verbeteracties
De cliënten welke zijn ingedeeld in spoor 4 worden opnieuw gediagnosticeerd. Dit met als doel om te bezien in hoeverre de mensen die in het verleden zijn ingedeeld in dit spoor, ook op basis van onze huidige visie nog in spoor 4 ingedeeld moeten blijven. Deze actie wordt voor 1 april 2008 afgerond. De mensen die zijn ingedeeld in spoor 2 of 3 worden doorlopend gediagnosticeerd op mogelijkheden en beperkingen met als doel om vast te stellen wordt of zij nog plaatsbaar zijn bij een van de genoemde werkgevers.
2.3
Aanvragen en bestandsontwikkeling
Het is van groot belang snel inzicht te hebben in het aantal aanvragen die binnenkomen en hoe het cliëntenbestand zich ontwikkelt gelet op de doelstellingen. Dit betekent dat stuurinformatie steeds snel beschikbaar moet zijn over de Wet Werk en Bijstand, maar ook
10
Rapportage 3e periode 2007
omtrent overige regelingen. Voor nadere (cijfermatige) informatie wordt verwezen naar bijlage 3.3
2.3.1
Wet Werk en Bijstand
Bestandsontwikkeling Zoals verwacht is de uitstroom van cliënten vanaf medio maart weer goed op gang gekomen. Het gehele cliëntenbestand WWB bedroeg ultimo verantwoordingsperiode 1078, dit is 27 minder dan de prognose. Hieronder vallen bovendien 136 cliënten die 65 jaar of ouder zijn. In vergelijking met de situatie op 31-12-06 (1210 cliënten) betekent dit een bestandsafname met 132 cliënten. Aantal aanvragen Over de eerste 4 maanden lag het aantal ingediende aanvragen nog hoger dan geraamd; in de maanden februari en maart was er zelfs sprake van een kleine piek. Vanaf april is het aantal ingekomen aanvragen gaan dalen en vanaf mei onder de prognose gekomen. In juni is het aantal uitgekomen op 37 waar 62 geraamd was. Vanwege deze neerwaartse correctie is het aantal aanvragen in de verantwoordingsperiode weer conform de prognose. Gezien de ingezette ontwikkeling, die deels toe te schrijven is aan seizoensinvloeden, wordt verwacht dat ook in de komende maanden het aantal aanvragen onder de prognose zal blijven. Het aantal toekenningen in relatie tot het aantal ingekomen aanvragen blijft structureel op ca 66%, nagenoeg gelijk aan het toekenningspercentage in 2006.
2.3.2
Armoedebeleid
Bijzondere bijstand De stijging van het aantal aanvragen voor bijzondere bijstand heeft zich in de afgelopen maanden verder doorgezet. Het afleggen van zgn. dienstverleningshuisbezoeken lijkt in deze een belangrijk instrument. Het aantal aanvragen in de verantwoordingsperiode ligt nu ruim boven de norm (1005 t.o.v. 936). Daarbij dient tevens in ogenschouw te worden genomen dat vanaf mei aanvragen deels op andere wijze worden geregistreerd. Als men bij een intake meerdere soorten aanvragen wil indienen worden deze voortaan ingenomen als een meervoudige aanvraag en niet meer als individuele aanvraag. Gemiddeld betekent 1 meervoudige aanvraag dat op de oude registratiewijze 2,5 individuele aanvragen zouden zijn ingenomen. Over de periode mei en juni zijn 48 van deze aanvragen ingenomen; vermenigvuldigd met de factor 2,5 betekent dit 120 aanvragen voor uiteenlopende categorieën. Het toekenningpercentage over deze hele verantwoordingsperiode bedraagt 77,8%, wederom nagenoeg gelijk aan het percentage in het vorige jaar. Collectieve ziektekostenverzekering De nieuwe collectieve ziektekostenverzekering voor 2007 is een groot succes. Het aantal deelnemers is uitgekomen op 2228. Daarnaast worden een aantal kinderen in 2007 18 jaar; a.g.v. de regels m.b.t. zorgverzekeringen worden zij vanaf deze leeftijd ook deelnemer. Uiteindelijk zal dit voor 2007 2314 deelnemers opleveren. De uitvoering van de regeling blijft niet zonder problemen. Voor meer gedetailleerde informatie wordt verwezen naar de evaluatie in de 2e periodieke rapportage. De afwikkeling van de knelpunten bij de verzekeraar blijft punt van aandacht. Ter voorkoming van financiële problemen bij de deelnemers vindt periodiek overleg plaats met VGZ. Schuldhulpverlening In de verantwoordingsperiode zijn in totaal 267 meldingen geregistreerd op basis waarvan een intake is gepland. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in 118 aanvragen voor een schuldregeling. De in het eerste kwartaal ingezette stijging (19% t.o.v. 2006) zet zich in het tweede kwartaal in iets mindere mate door. Op basis van de gegevens over de rapportageperiode komt de prognose over heel 2007 hierdoor uit op 236 (een eerdere extrapolatie ging nog uit van 276). De gemiddelde schuld per klant bedroeg € 23.714,=. Het aantal aanvragen voor een schuldregeling wat uiteindelijk leidt tot door de GKB gerealiseerde saneringen cq bemiddelingen ligt zeer laag. Om diverse redenen worden aanvragen tussentijds ingetrokken dan wel afgewezen. In de verantwoordingsperiode heeft de GKB in slechts 7 gevallen een bemiddeling kunnen realiseren terwijl er 118 aanvragen zijn ontvangen. Voor de redenen van afwijzing cq intrekking zie bijlage 3.3.
11
Rapportage 3e periode 2007
Traverse heeft de gegevens over het tweede kwartaal niet tijdig kunnen aanleveren. De organisatie kampt met implementatieproblemen rondom de nieuwe software voor schuldhulpverlening. In de volgende perioderapportage zullen de gegevens van het tweede kwartaal worden aangeleverd. Momenteel wordt er ook gewerkt aan een netwerk met andere hulpverlenende instanties die met de risicogroep hebben te maken. Recentelijk is in dat kader in het Veiligheidshuis een presentatie gegeven over integrale schuldhulpverlening. Een aantal basisscholen en VMBO onderwijs gaat dit jaar aan de slag met lesmateriaal van het Nibud over “omgaan met geld”. Hiervoor is door de gemeente budget beschikbaar gesteld. Noodfonds: In het kader van het armoedebeleid is ook het “noodfonds” (€ 20.000,- op jaarbasis) ondergebracht bij meldpunt schuldhulpverlening. De uitvoering ligt bij Traverse en per kwartaal wordt door Traverse verslag uitgebracht over de resultaten. In de verantwoordingsperiode werd “slechts” ca € 1.900,- verstrekt. Opvallend hierbij is te noemen dat de verstrekkingen hoofdzakelijk werden gedaan aan mensen die in de problemen kwamen, doordat zij soms twee tot drie maanden moesten wachten op een uitkering c.q. toeslagen van uitkerende instanties zoals UWV en de belastingdienst. Er zijn afspraken gemaakt om intern het noodfonds, en met name de criteria voor de verstrekkingen daaruit, nogmaals onder de aandacht te brengen. Daarnaast brengt men ook in het eigen netwerk van instellingen het noodfonds onder de aandacht.
2.3.3
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Sinds 1 januari 2007 is de Wet Voorzieningen Gehandicapten opgegaan in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Naast de woon- en leefvoorzieningen en rolstoelen worden nu ook voorzieningen met betrekking tot huishoudelijke hulp uitgevoerd. Begin 2007 was er sprake van lagere aantallen aanvragen betreffende rolstoelen, vervoer en woonvoorzieningen. Bij de eerste 2 is er sprake van herstel. Het aantal aanvragen voor rolstoelen ligt na 6 maanden iets onder de prognose, 145 aanvragen t.o.v. 165 geraamd; vervoersaanvragen zijn meer toegenomen en zijn conform de prognose, 313 t.o.v. 312. De woningaanpassingen blijven structureel achter op de prognose, 171 t.o.v. 198. De nieuwe categorie voorzieningen, aanvragen huishoudelijke verzorging blijven ook nog aanmerkelijk achter op de ramingen zoals deze vorig jaar waren aangegeven voor de regio’s. Hoewel begin dit jaar nog aangenomen werd dat dit vooral te wijten was aan het feit dat men voor inwerkingtreding van de WMO nog beroep had gedaan op de oude (gunstige) regeling moet nu na ca 6 maanden wellicht voorzichtig geconcludeerd worden dat de regionale ramingen veel te hoog zijn geweest. Het lijkt alleszins redelijk om de norm neerwaarts bij te stellen. Naast nieuwe aanvragen voor huishoudelijke hulp moeten in 2007 ook alle lopende gevallen geherindiceerd worden. Waar mogelijk worden deze zo veel mogelijk in het 2 e halfjaar gepland zodat dit nu geen druk geeft naast de normale aanloopproblemen van een nieuwe regeling en afwikkeling van aanvragen. Over de eerste 6 maanden zijn er 320 herindicaties uitgevoerd die niet later ingepland konden worden. Conform de landelijke tendens zien we dat er bij veel herindicaties goedkopere zorg ingezet kan worden. Hierop zijn de nodige problemen te verwachten doordat thuiszorg instanties, niet aan deze specifieke vraag kunnen voldoen. De verwachting is dat er wachtlijsten ontstaan, omdat de geïndiceerde zorg niet geleverd kan worden. Met thuiszorginstanties wordt voortdurend overleg gevoerd en is er gewezen op de mogelijkheid om uitkeringsgerechtigden met loonkostensubsidie in dienst te nemen. In het komend half jaar moeten ook alle verstrekkingen gedaan onder de oude Wvgregeling administratief omgezet worden naar de WMO.
2.3.4
Wet Inburgering
De nieuwe wet inburgering is formeel vanaf 1 januari 2007 van kracht. In de afgelopen maanden is de verordening Wet Inburgering vastgesteld. Ten aanzien van de aanbesteding is in de maand april, aan 8 van de 12 partijen die gereageerd hebben, gevraagd om een offerte uit te brengen naar aanleiding van het Programma van Eisen Inburgeringtrajecten. De Inburgeringstrajecten zonder taal-leertoets zijn ondertussen gegund aan twee partijen, te weten De Capabel Onderwijs groep uit
12
Rapportage 3e periode 2007
Amsterdam en aan Het ROC Kellebeek College uit Roosendaal. Op dit moment worden er werkafspraken en contracten opgesteld tussen de gemeente en beide partijen. De Taal-leertoets waarin het start niveau van Inburgeraar wordt vastgesteld, wordt separaat van de trajecten ingekocht, vanwege een onafhankelijke toetsing. Begin juli zal ook deze gunning bekend zijn. De beleidsregels omtrent de Wet Inburgering zullen na de zomervakantie door het college worden bekrachtigd.
2.3.5
Overige regelingen
Voor de regelingen IOAW, IOAZ en Bbz is te vermelden dat zich geen significante wijzigingen hebben voorgedaan in het aantal in behandeling genomen aanvragen dan wel het aantal uitkeringsgerechtigden. Bij de IOAW constateren we een structurele daling, vooral als gevolg van het bereiken van de 65-jarige leeftijd.
2.3.6
Verbeteracties
In verband met de onderuitputting van het budget voor de bijzondere bijstand is het bijzondere bijstandsbeleid herbeoordeeld. Na de zomervakantie zullen voorstellen worden voorgelegd ter verruiming van de mogelijkheden.
2.4
Rechtmatigheid
Sinds 2005 wordt aandacht besteed aan het principe van Hoogwaardig Handhaven, een nieuwe werkwijze voor de vaststelling van de rechtmatigheid van uitkeringen en het voorkomen van fraude met uitkeringen. Medewerkers hebben een training gevolgd op fraudealertheid en vanaf juli 2005 is een fraudepreventiemedewerker ingezet. Deze functionaris ondersteunt, adviseert en stimuleert de klantmanagers op het gebied van de rechtmatige verstrekking van uitkeringen. De preventiemedewerker verricht onderzoeken, rapporteert en is screent mogelijke fraude-signalen. De preventiemedewerker maakt veelvuldig gebruik van huisbezoeken teneinde de rechtmatigheid van de uitkering te bepalen. Deze werkwijze heeft vanaf de start in 2005 een positief resultaat opgeleverd. In verband met het vertrek van de betreffende medewerker heeft het proces tijdelijk een lagere prioriteit gehad. Vanaf mei 2007 is de openstaande vacature voor fraudepreventiemedewerker weer ingevuld. Aangezien Hoogwaardig Handhaven zijn vruchten afwerpt en een solofunctie zeer kwetsbaar is, is sinds 1 juli jl een tweede fraudepreventiemedewerker aangetrokken. Voor meer gedetailleerde informatie wordt verwezen naar bijlage 3.4.
2.5
Kwaliteit van de dienstverlening
De afdeling sociale zaken heeft voor een deel van haar producten te maken met wettelijke en intern gestelde afhandeltermijnen. Onderstaande paragraaf geeft inzicht in de mate waarin voldaan wordt aan deze termijnen. Daarnaast wordt uitleg gegeven over andere aspecten van dienstverlening. Voor nadere cijfermatige informatie op de verschillende onderwerpen wordt verwezen naar bijlage 3.5
2.5.1
Wet Werk en Bijstand
Naast de wettelijke afhandelingstermijn van 8 weken voor een aanvraag, zijn er interne, kortere afhandeltermijnen geformuleerd in het kader van dienstverlening naar de burger. Voor een aanvraag is een afhandelingstermijn van 21 kalenderdagen afgesproken. Nadat in de eerste periode de interne termijn nog ver werd overschreden, is een aantal verbeteracties ingezet. Deze hebben er toe geleid dat de gemiddelde doorlooptijd in mei en juni is teruggebracht naar 21 dagen. Het gemiddelde over het eerste halfjaar ligt als gevolg van de eerdere termijnoverschrijdingen nog op 24 dagen. In verband met diepgaander onderzoek, bijv opvragen van extra informatie of in het kader van mogelijke fraude is in ruim 5% van de aanvragen de interne termijn overschreden. Deze overschrijdingen zijn niet te voorkomen.
13
Rapportage 3e periode 2007
2.5.2
Armoedebeleid
Bijzondere bijstand Ook voor de doorlooptijd van aanvragen bijzondere bijstand zijn interne doelen gesteld. Voor een aanvraag is een doorlooptijd afgesproken van 21 dagen. Deze wordt echter niet gehaald; in de verantwoordingsperiode bedraagt de gemiddelde doorlooptijd nog ruim 30 dagen. Ondanks interne maatregelen om deze overschrijding fors en structureel terug te brengen is het nog niet gelukt dit te realiseren. Een en ander is meestal het gevolg van complexiteit van bepaalde aanvragen en adviezen van derden. Er is een aantal verbeteracties geweest om de doorlooptijd in te korten, maar hiermee zijn de externe factoren nog niet beïnvloed. Een van de oorzaken is met name gelegen in het feit dat externe adviseurs, zoals de GGD meer tijd nodig hebben om hun adviezen zorgvuldig en zonodig onderbouwd met het oordeel van een specialist toe te sturen. Naast de interne procedures heeft de GGD ook te maken met adviezen van specialisten en behandelend artsen. De GGD heeft weinig tot geen grip op het tijdstip van aanlevering van het ondersteunend advies van de behandeld arts of specialist. Over het algemeen krijgen dergelijke verzoeken lage prioriteit van de curatieve sector. Schuldhulpverlening In de cursus “in en uit de bijstand” is het accent meer komen te liggen op intrinsieke motivatie van de klant. Hierdoor is het vaste onderdeel “omgaan met geld”, wat in 2 dagdelen door Traverse werd gegeven, komen te vervallen. Het aanbod van de cursus blijft echter wel bestaan voor WWB-klanten, mits ze door de klantmanager worden verwezen als daar een indicatie voor is (dreiging van het ontstaan van schulden). Daarnaast is het de bedoeling om de cursus als verplichting op te leggen voor mensen die een beroep doen op schuldhulpverlening. De cursus omgaan met geld is gelet op bovenstaande opgedeeld in twee vormen: - een intensieve cursus van 6 dagdelen voor mensen die een beroep doen op schuldhulpverlening of door hun klantmanager zijn verwezen omdat men in een problematische schuldensituatie dreigt te raken. - een cursus van 2 dagdelen voor cliënten van team zorg in de opzet zoals die ook werd gegeven als onderdeel van “in en uit de bijstand”. Omdat we hierbij ook denken aan de inzet van vrijwilligers zal contact worden gezocht met de te vormen “armoedeteams”. Wellicht zijn er mogelijkheden om schuldhulpverlening ook hier een plaats te geven. Het rendement van de “armoedeteams” zou hiermee kunnen worden geoptimaliseerd. De inzet van de cursus dient binnen 14 dagen, na het indienen van een aanvraag schuldregeling, aan te vangen. De wachttijden tussen intake en behandeling GKB c.q. Traverse, worden hiermee niet alleen overbrugd maar krijgen voor de cliënt en hulpverleners een toegevoegde waarde omdat de klant beter wordt voorbereid op een intensief schuldhulpverleningstraject.
2.5.3
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
In het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning zijn intern doorlooptijden afgesproken. Deze aanvragen zijn voor een belangrijk deel van de afhandeling afhankelijk van (medische) adviezen van derden. Gevolg hiervan is dat de totale doorlooptijd van een aanvraag aanzienlijk kan oplopen (met name bij woonaanpassingen). Om inzicht te krijgen in het geheel is bij de WMO-categorieën een indeling gemaakt naar totale afhandeltijd en tijd exclusief deze externe adviestijd. Bij de woonvoorzieningen zien we dat deze splitsing bijna een halvering van de afhandeltijd tot gevolg heeft. Desondanks is de interne afhandeltijd langer dan de intern gestelde norm (over eerste halfjaar gemiddeld 62 dagen i.p.v. 45). In vergelijking met de eerdere verantwoordingsrapportages zien we dat de gemiddelde afhandeltijd wel aan het teruglopen is en meer in de buurt van de interne norm komt. Bij de leefvoorzieningen is het inlopen van de doorlooptijden ondertussen gerealiseerd. In juni was de gemiddelde doorlooptijd, excl. adviestijd van derden gedaald naar gemiddeld 29,9 dag; het gemiddelde over het eerste halfjaar (38 dagen) ligt ook onder de interne norm. Bij de huishoudelijke verzorging zien wij de tendens dat waar adviezen van derden nodig zijn, deze lang op zich laten wachten en van inferieure kwaliteit zijn. Een en ander lijkt het gevolg te zijn van de invoering van de WMO wat de nodige consequenties heeft gehad voor personele bezetting bij het CIZ. Dit betekent dat de adviezen vaak herzien moeten worden, wat de doorlooptijden niet ten goede komt. In deze categorie is de laatste maand als gevolg van de problemen met het CIZ een oplopende doorlooptijd te zien.
14
Rapportage 3e periode 2007
Op basis van bovenstaande gegevens kunnen we duidelijk herleiden dat m.n. bij de voorzieningen waarvoor adviezen van derden nodig zijn de doorlooptijden flink oplopen. In de afgelopen periode heeft daarom overleg plaats gevonden met de leverancier Welzorg en het indicatieorgaan CIZ. Welzorg heeft daarbij aangegeven haar service en kwaliteit op zeer korte termijn weer op orde te zullen brengen. De resultaten van CIZ zijn n.a.v. overleg met verschillende niveau’s, minder gemakkelijk beïnvloedbaar gebleken. Ondanks concrete afspraken op het hoogste niveau blijkt dat in de praktijk er weinig reële verbetering heeft plaats gevonden. Naar aanleiding van de signalen en herhaaldelijk overleg heeft men wel de achterstand snel verwerkt maar daarbij heeft men duidelijk de kwaliteit een lagere prioriteit gegeven. Gezocht wordt naar juridische mogelijkheden om hier gevolgen aan te geven. Opgemerkt dient echter te worden dat CIZ in 2007 nog een verplicht gestelde indicatiepartner is t.b.v. de Wmo.
2.5.4
Wet Inburgering
De feitelijk uitvoerende activiteiten zijn recent gestart; in de volgende periodieke rapportage kan hierover de stand van zaken worden gemeld.
2.5.5
Overige regelingen
Voor de kleinere regelingen IOAW, IOAZ en Bbz geldt dat het aantal nieuwe aanvragen zeer beperkt is. Dit betekent dat de gemiddelde doorlooptijd voor een aanvraag, met enige relevantie slechts berekend kan worden indien ook daadwerkelijk meerdere aanvragen zijn opgestart cq. afgehandeld.
2.5.6
Bezwaar & Beroep
In de verantwoordingsperiode zijn in totaal 97 bezwaarschriften ingediend die betrekking hebben op de WWB waarvan 15 op bijzondere bijstand. Deze aantallen liggen 30% lager dan geraamd. Voor periodieke uitkering WWB was de norm 114 en voor bijzondere bijstand 24. Bij de WMO zien we een tegengestelde beweging: verwacht waren 32 bezwaarschriften maar daar staat de teller reeds op 64. Het merendeel van deze bezwaarschriften is gericht tegen besluiten betreffende hulp in de huishouding. In de verantwoordingsperiode zijn 73 bezwaarschriften WWB behandeld waarbij in 8 gevallen het advies is gegeven geheel of gedeeltelijk gegrond. Dit is 9% van het aantal behandelde bezwaarschriften. De gegrond verklaarde bezwaarschriften worden steeds geanalyseerd en teruggekoppeld aan de medewerkers. Indien daartoe aanleiding bestaat wordt het beleid of de uitvoering ervan gewijzigd. Vorig jaar is op basis hiervan de afstemmingsverordening gewijzigd.
2.5.7
Klachten
In de verantwoordingsperiode zijn totaal 10 klachtenbrieven ontvangen. Negen hiervan hadden betrekking op de uitvoering van de Wet werk en bijstand en één op de WMO. Qua afwerking zijn twee brieven doorgezonden naar andere organisaties omdat die betrekking hadden op de werkwijze, houding en gedrag van derden. Van de 8 resterende klachten zijn 4 klachten geheel of gedeeltelijk gegrond verklaard. De aard van de klachten is heel divers. Zo is geklaagd over: trage afwerking, niet beantwoorden van gestelde vragen, discriminatie, slechte/onvolledige voorlichting, niet verstrekken van aanvraagformulier en onderzoek naar woonsituatie. Geconcludeerd kan wel worden dat het feitelijk aantal ingekomen klachten zeer laag is als dat wordt afgezet tegen het totaal aantal genomen besluiten (WWB – Ioaw/Ioaz (=incl. reintegratie en debiteuren): 3815 en WMO: 1491, totaal: 5306 besluiten) en het zeer grote aantal klantcontacten.
2.5.8
Verbeteracties
De doorlooptijden ten aanzien van de WWB blijven de komende tijd extra aandacht krijgen zodat ze structureel onder de interne norm worden gehouden. In het kader van de bijzondere bijstand zal na de vakantieperiode bezien worden of we met de GGD verdere afspraken kunnen maken om de levertijd van de adviezen korter te maken dan wel mogelijk de onderbouwing van de advisering door derden op andere wijze tot stand kunnen laten komen.
15
Rapportage 3e periode 2007
Balanced scorecard Volgens de theorie van de Balanced Scorecard worden een 4-tal perspectieven gebruikt. Echter in de praktijk kan blijken dat meerdere perspectieven wenselijk zijn. De perspectieven voor afdeling sociale zaken zijn: Perspectief
Omschrijving
Financieel
Uitgaven & Inkomsten
Klant
Doorlooptijden & overschrijdingen
Intern
Proceskwaliteit & Procescyclus
Leren & groei
Vaardigheden scheppen
De resultaten van de afdeling Sociale Zaken over de maanden mei t/m juni van 2007 zijn: Onderdeel Financiële perspectief Klant perspectief Interne perspectief Leren & Groei perspectief
Resultaat
-
In onderstaande overzichten wordt per perspectief verder ingezoomd om op deze wijze meer inzicht te geven in het presteren van de organisatie. Financieel Onderwerp Wet Werk en Bijstand Armoedebeleid Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet Inburgering Overige Regelingen Klant Onderwerp Wet Werk en Bijstand Armoedebeleid Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Resultaat
-
Resultaat
/ -
Wet Inburgering Intern Onderwerp Wet Werk en Bijstand Armoedebeleid Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet Inburgering Reintegratie
Resultaat
-
Leren & Groei Dit aspect van de balanced scorecard is momenteel niet van toepassing binnen de afdeling Sociale Zaken. Legenda:
= zeer goed = goed = voldoende -
= onvoldoende = niet gemeten
16
Rapportage 3e periode 2007
17
Rapportage 3e periode 2007
3
Bijlagen trends
3.1
Financiën
Hieronder treft u diverse detailgegevens aan die betrekking hebben op de eerder genoemde aandachtsgebieden WWB, Armoedebeleid, WMO, Reïntegratie, Wet Inburgering en Overige Regelingen.
3.1.1
Detailgegevens m.b.t. financiën Wet Werk en Bijstand
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied. I-deel
3.1.1.1 Trend voor indicator FIN - WWB uitgave-uitkeringskosten.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Norm
1.379.943,00
1.414.074,00
1.376.990,00
1.437.584,00
1.448.675,00
1.417.229,00
1.529.205,00
1.104.787,00
1.209.336,00
1.205.393,00
1.199.665,00
1.938.757,00
1.149.007,00
Werkelijk
1.345.353,67
1.303.712,98
1.278.670,51
1.329.316,45
1.249.277,32
1.267.213,10
1.016.498,79
1.094.329,42
1.161.675,62
1.190.794,89
1.045.883,51
1.683.866,34
1.007.439,37
Resultaat
W-deel
3.1.1.2 Trend voor indicator FIN - reïntegratie uitgave - kosten.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Norm
391.667,00
391.667,00
391.667,00
391.667,00
391.667,00
391.667,00
391.667,00
500.000,00
383.334,00
391.667,00
791.667,00
391.667,00
391.667,00
Werkelijk
470.830,86
414.957,46
122.722,59
285.251,26
326.257,88
123.807,56
192.310,84
888.690,86
123.463,28
363.645,51
664.898,33
145.963,92
1.190.914,91
Resultaat
18
Rapportage 3e periode 2007
3.1.2
Detailgegevens m.b.t. financiën Armoedebeleid
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied. Bijzondere bijstand
3.1.2.1 Trend voor indicator FIN - BB uitgave - uitkering - kosten.
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jun 2006
Jul 2006
Norm
93.016,00
72.675,00
72.984,00
62.431,00
78.215,00
87.304,00
Werkelijk
33.456,28
25.440,43
26.805,65
57.898,30
57.939,41
51.893,01
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
57.257,00
69.801,00
67.466,00
64.951,00
80.105,00
73.596,00
93.968,00
75.800,92
45.768,26
42.247,20
11.646,29
38.994,32
40.416,38
17.658,61
Resultaat
Schuldhulpverlening
3.1.2.2 Trend voor indicator FIN - Kosten kredietbank.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
7.935,00
4.571,00
13.940,00
7.103,00
19.795,00
10.893,00
8.813,00
3.717,00
11.485,00
11.336,00
21.297,00
7.067,00
8.054,00
Werkelijk
24.445,00
5.770,00
24.780,97
9.213,25
19.458,25
11.927,00
13.373,50
0,00
22.868,60
9.416,00
11.508,25
12.687,00
20.587,00
19
Rapportage 3e periode 2007
3.1.3
Detailgegevens m.b.t. financiën Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied.
3.1.3.1 Trend voor indicator FIN - WMO advies kosten.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
32.487,00
9.136,00
17.129,00
17.786,00
18.402,00
15.059,00
19.256,00
21.436,00
13.877,00
13.878,00
9.076,00
7.479,00
43.569,00
Werkelijk
9.518,42
8.821,46
11.368,83
6.523,25
7.973,03
15.680,28
5.266,32
0,00
360,00
0,00
0,00
0,00
0,00
3.1.3.2 Trend voor indicator FIN - WMO kosten rolstoelen.
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Jun 2006
Jul 2006
Norm
63.092,00
34.402,00
33.156,00
34.299,00
39.145,00
40.270,00
Werkelijk
37.780,95
44.429,26
39.376,62
38.250,63
39.530,30
-4.126,93
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
37.479,00
58.015,00
37.152,00
40.311,00
35.152,00
17.472,00
62.639,00
39.169,32
59.007,31
42.174,61
78.271,31
42.149,17
43.371,35
350,00
Resultaat
20
Rapportage 3e periode 2007
3.1.3.3 Trend voor indicator FIN - WMO kosten vervoersvoorzieningen.
Aug 2006
Sep 2006
Nov 2006
Jun 2006
Jul 2006
Okt 2006
Norm
69.676,00
542.469,00
43.345,00
49.577,00
159.061,00
Werkelijk
75.552,53
501.429,50
63.680,92
51.336,84
296.666,26
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
52.479,00
205.136,00
522.395,00
42.239,00
51.846,00
252.893,00
13.618,00
67.112,00
62.991,43
18.360,58
507.390,08
60.631,28
12.844,10
291.238,41
88.600,12
727,96
Resultaat
3.1.3.4 Trend voor indicator FIN - WMO kosten woonvoorziening.
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Jun 2006
Jul 2006
Norm
27.840,00
26.677,00
64.774,00
25.597,00
44.865,00
44.236,00
Werkelijk
55.483,33
28.838,06
19.997,70
22.125,97
25.384,88
44.789,25
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
35.541,00
25.836,00
55.386,00
57.475,00
66.560,00
40.372,00
34.910,00
16.476,21
54.427,66
33.479,26
34.124,55
18.935,90
31.908,73
9.962,36
Resultaat
21
Rapportage 3e periode 2007
3.1.4
Detailgegevens m.b.t. financiën overige regelingen
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied.
3.1.4.1 Trend voor indicator FIN - BBZ uitgave uitkering-kosten+afdracht rijk.
Jun 2006
Jul 2006
25.500,00
25.500,00
0,00
0,00
Aug 2006
Nov 2006
Dec 2006
Sep 2006
Okt 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
25.500,00
25.500,00
25.500,00
25.500,00
25.500,00
24.145,00
6.943,00
31.899,00
84.767,31
157.320,61
58.227,27
10.512,38
21.278,73
4.557,56
13.657,21
174.726,63
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
14.942,00
8.924,00
22.114,00
175.870,07
10.184,74
14.303,13
Resultaat Norm Werkelijk
3.1.4.2 Trend voor indicator FIN - IOAW uitgave- uitkering-kosten+afdracht rijk.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
130.587,54
139.855,26
139.277,94
142.111,50
143.801,64
144.905,28
149.199,48
98.494,00
105.170,00
105.187,00
103.979,00
183.255,00
97.605,00
44.896,89
46.717,18
43.278,19
46.955,54
41.175,35
46.850,44
44.985,94
44.161,86
41.310,96
43.301,06
38.609,86
68.919,10
40.286,34
Resultaat Norm Werkelijk
22
Rapportage 3e periode 2007
3.1.4.3 Trend voor indicator FIN - IOAZ uitgave-uitkering-kosten+afdracht rijk.
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Jun 2006
Jul 2006
Norm
12.736,00
13.636,00
13.579,00
13.865,00
14.020,00
14.128,00
Werkelijk
11.958,54
12.106,04
11.032,03
11.421,86
11.429,74
11.095,65
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
14.544,00
10.455,00
11.164,00
1.165,00
11.037,00
19.452,00
10.361,00
11.032,03
11.244,56
13.439,46
12.264,61
11.217,94
22.673,96
11.329,22
Resultaat
3.2
Reïntegratie
3.2.1
Detailgegevens m.b.t. reïntegratie Wet Werk en Bijstand
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied. Met activiteiten worden hier bedoeld de activiteiten voortvloeiend uit trajectplannen.
3.2.1.1 Trend voor indicator WRK - Aantal afgeronde activiteiten.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm Werkelijk
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
71,00
100,00
71,00
108,00
69,00
121,00
104,00
116,00
68,00
68,00
86,00
76,00
49,00
52,00
23
Rapportage 3e periode 2007
3.2.1.2 Trend voor indicator WRK - Aantal lopende activiteiten.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
1.967,00
1.967,00
1.967,00
1.967,00
1.967,00
1.967,00
1.967,00
2.000,00
2.000,00
2.000,00
2.000,00
2.000,00
2.000,00
Werkelijk
1.851,00
1.848,00
1.920,00
1.971,00
1.940,00
1.969,00
1.890,00
1.949,00
1.963,00
1.989,00
2.012,00
2.026,00
2.053,00
3.2.1.3 Trend voor indicator WRK - Aantal opgestarte activiteiten.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
112,00
112,00
112,00
112,00
112,00
112,00
112,00
44,00
44,00
44,00
44,00
44,00
44,00
Werkelijk
127,00
83,00
204,00
136,00
114,00
152,00
87,00
137,00
94,00
137,00
114,00
85,00
104,00
24
Rapportage 3e periode 2007
3.2.1.4 Trend voor indicator WRK - Percentage clienten met lopende activiteit.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
55,40
55,40
55,40
55,40
55,40
55,40
55,40
57,00
57,00
57,00
57,00
57,00
57,00
Werkelijk
51,19
51,54
54,09
55,40
54,82
55,21
53,73
49,33
49,19
49,88
50,87
51,70
52,32
3.2.1.5 Trend voor indicator WRK - Percentage succesvol afgeronde activiteiten.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
61,56
61,56
61,56
61,56
61,56
61,56
61,56
65,00
65,00
65,00
65,00
65,00
65,00
Werkelijk
73,00
56,34
64,81
42,03
61,98
56,73
37,93
52,94
60,29
69,77
65,79
63,27
69,23
25
Rapportage 3e periode 2007
3.3
Aanvragen en bestandsontwikkeling
3.3.1
Detailgegevens m.b.t. aanvragen Wet Werk en Bijstand
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied.
3.3.1.1 Trend voor indicator WWB - aantal uitkeringsgerechtigden.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
1.550,00
1.550,00
1.550,00
1.550,00
1.550,00
1.550,00
1.550,00
1.185,00
1.169,00
1.153,00
1.137,00
1.121,00
1.105,00
Werkelijk
1.340,00
1.318,00
1.316,00
1.315,00
1.299,00
1.296,00
1.202,00
1.176,00
1.175,00
1.153,00
1.115,00
1.090,00
1.078,00
3.3.1.2 Trend voor indicator WWB - aantal in behandeling genomen aanvragen.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
65,00
65,00
65,00
65,00
65,00
65,00
65,00
62,00
62,00
62,00
62,00
62,00
62,00
Werkelijk
62,00
58,00
78,00
66,00
84,00
56,00
42,00
64,00
73,00
87,00
64,00
49,00
37,00
26
Rapportage 3e periode 2007
3.3.1.3 Trend voor indicator WWB - aantal toegekende aanvragen.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
48,00
47,00
48,00
47,00
48,00
47,00
48,00
44,00
44,00
44,00
44,00
44,00
44,00
Werkelijk
43,00
32,00
31,00
29,00
43,00
39,00
20,00
37,00
55,00
63,00
35,00
24,00
34,00
3.3.2
Detailgegevens m.b.t. aanvragen Armoedebeleid
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied. Bijzondere bijstand
3.3.2.1 Trend voor indicator BB - aantal in behandeling genomen aanvragen.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm Werkelijk
192,00
162,00
162,00
192,00
192,00
192,00
192,00
156,00
156,00
156,00
156,00
156,00
156,00
91,00
118,00
87,00
108,00
136,00
130,00
144,00
253,00
143,00
165,00
142,00
147,00
155,00
27
Rapportage 3e periode 2007
3.3.2.2 Trend voor indicator BB - aantal toegekende aanvragen.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm Werkelijk
111,00
111,00
111,00
111,00
111,00
111,00
111,00
117,00
117,00
117,00
117,00
117,00
117,00
70,00
57,00
68,00
81,00
88,00
118,00
113,00
163,00
147,00
133,00
118,00
120,00
100,00
Schuldhulpverlening 3.3.2.3 Detailgegevens m.b.t. schuldhulpverlening Aanmeldingen bij het Meldpunt Schuldhulpverlening Roosendaal (MSR) Aantal meldingen ( incl. PL) Niet verschenen op intakegesprek PL afgewezen PL ingenomen (geen schuldhulpverl) Eerst voortraject nodig (niet ingenomen) Probl. schuld, verwezen naar Traverse (geen GKB) Ingetrokken bij intake Doorgestuurd naar GKB voor schuldregeling
1e KW 135 40 2 8 7 1 8 69
28
2e KW 132 48 4 6 6 3 19 49
3e KW 4e KW
totaal 267 88 6 14 13 4 27 118
Rapportage 3e periode 2007
Kwartaalgegevens Gemeentelijke KredietBank e
aantal ontvangen adviezen GKB gemiddelde schuld per klant aantal door GKB gerealiseerde saneringen/ bemiddelingen Aantallen naar afwijs- intrekkingsredenen Lopend faillissement/Wsnp Schuldpositie onvoldoende duidelijk Nog niet afgeronde boedelscheiding Eerdere aanvraag afgewezen Aanvrager heeft zelf schulden opgelost Aanvrager heeft geen reden opgegeven Aanvr. werkt onvold mee of reageert niet Aanvr. veroorzaakt nwe schulden Schuld niet afkoopbaar door aard (fraude) Verklaring Wsnp afgegeven Structureel lager inkomen dan VTLB Geen noodzakelijke zekerheden mogelijk Geen noodz. budbeh en/of begel. mogelijk Geen sprake van probl. schuldsituatie Aanvr. met advies zelf schldreg. treffen Met begel. verwezen andere instelling Aanvrager heeft voldoende fin. middelen Aanvrager heeft vermogen/eigen huis Aanvraag ingetrokken bank Aanvr. Ingetr. Klant Verblijfsvergunning ingetrokken
e
1 KW 54 € 27.029,0/4
2 KW 64 € 20.399,4/3
50 0 2 2 1 1 1 2 3 2 13 9 3 0 0 3 1 1 1 3 1 1
57 1 3 1 1 1 1 9 1 1 8 10 1 1 1 9 2 2 1 1 4 0
e
3 kw
e
4 KW
totaal 118 € 23.714,4/7 117 1 5 3 2 2 2 11 4 3 21 19 4 1 1 12 3 3 2 4 5 1
3.3.2.4 Detailgegevens m.b.t. Kengetallen kwijtschelding Product
Prestatie-indicator
t/m juni 2007
kwijtschelding
Aantal ingekomen verzoekschriften
2257
Aantal ingekomen beroepschriften
36
Aantal afgehandelde verzoekschriften
1892
Aantal afgehandelde beroepschriften
27
29
Rapportage 3e periode 2007
3.3.3
Detailgegevens m.b.t. aanvragen Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied.
3.3.3.1 Trend voor indicator WMO aantal in behandeling genomen aanvragen hulp in de huishouding
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm Werkelijk
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
200,00
200,00
200,00
200,00
200,00
200,00
27,00
45,00
43,00
82,00
83,00
61,00
0,00
3.3.3.2 Trend voor indicator WMO aantal in behandeling genomen aanvragen woonvoorzieningen
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
50,00
50,00
50,00
50,00
50,00
50,00
50,00
33,00
33,00
33,00
33,00
33,00
33,00
Werkelijk
30,00
28,00
20,00
27,00
37,00
54,00
40,00
20,00
27,00
31,00
35,00
38,00
20,00
30
Rapportage 3e periode 2007
3.3.3.3 Trend voor indicator WMO - aantal in behandeling genomen aanvragen rolstoelen.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
30,00
29,00
29,00
29,00
29,00
29,00
29,00
27,00
28,00
27,00
28,00
27,00
28,00
Werkelijk
31,00
37,00
30,00
26,00
41,00
43,00
35,00
13,00
14,00
33,00
31,00
31,00
23,00
3.3.3.4 Trend voor indicator WMO - aantal in behandeling genomen aanvragen vervoersvoorzieningen
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
64,00
64,00
63,00
63,00
63,00
63,00
63,00
52,00
52,00
52,00
52,00
52,00
52,00
Werkelijk
68,00
51,00
64,00
50,00
60,00
70,00
49,00
30,00
51,00
55,00
61,00
63,00
53,00
3.4
Rechtmatigheid
Hoogwaardig handhaven directe resultaten fraudepreventiemedewerker mei t/m juni 2007 aantal huisbezoeken bij aanvragen waarvan afgewezen ingetrokken toegekend
23 aantal huisbezoeken bij lopende uitkeringen 3 waarvan uitkering beeindigd 1 uitkering aangepast 19 uitkering voortgezet
31
9 2 1 6
Rapportage 3e periode 2007
3.5
Kwaliteit van de dienstverlening
3.5.1
Detailgegevens m.b.t. kwaliteit Wet Werk en Bijstand
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied.
3.5.1.1 Trend voor indicator WWB gemiddelde doorlooptijd exclusief Hersteltermijn in dagen.
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
per aanvraag
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
20,00
20,00
20,00
20,00
20,00
20,00
20,00
21,00
21,00
21,00
21,00
21,00
21,00
Werkelijk
30,90
32,90
27,21
22,06
26,98
40,60
35,71
29,38
31,73
20,66
23,38
19,90
21,44
3.5.2
Detailgegevens m.b.t. kwaliteit Armoedebeleid
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied.
3.5.2.1 Trend voor indicator BB - gemiddelde doorlooptijd per aanvraag in dagen
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
20,00
20,00
20,00
20,00
20,00
20,00
20,00
21,00
21,00
21,00
21,00
21,00
21,00
Werkelijk
33,11
44,11
29,90
34,39
33,65
46,93
32,34
31,17
33,84
26,03
23,66
35,27
35,40
32
Rapportage 3e periode 2007
3.5.3
Detailgegevens m.b.t. kwaliteit Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Onderstaand treft u de detailgegevens aan van het individuele aandachtsgebied.
3.5.3.1 Trend voor indicator (leefvoorz.) [dgn.].
Jun 2006
Jul 2006
WMO
Aug 2006
gemiddelde
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
doorlooptijd
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
excl.
Apr 2007
extern
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
40,00
Werkelijk
38,53
38,69
44,00
41,22
37,77
35,92
32,08
43,21
38,45
45,89
27,45
44,86
29,94
3.5.3.2 Trend voor indicator WMO - gem. doorlooptijd excl. extern (woon) [dgn.].
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
45,00
Werkelijk
61,85
71,29
70,10
109,91
42,43
59,05
57,40
44,08
122,50
65,34
48,50
38,59
57,31
33
Rapportage 3e periode 2007
3.5.3.3 Trend voor indicator WMO - gem. doorlooptijd per aanvraag huish. hulp [dgn.].
Jun 2006
Jul 2006
Aug 2006
Sep 2006
Okt 2006
Nov 2006
Dec 2006
Jan 2007
Feb 2007
Mrt 2007
Apr 2007
Mei 2007
Jun 2007
Resultaat Norm Werkelijk
3.5.4
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
21,00
21,00
21,00
21,00
21,00
21,00
11,33
21,27
23,74
38,81
36,13
45,00
Detailgegevens m.b.t. bezwaarprocedures
Onderstaand treft u de gegevens aan van de bezwaarschriften die in de commissie voor de bezwaarschriften zijn behandeld in de periode januari tot en met juni. overzicht in commissie behandelde bezwaarschriften Wwb - Ioaw/z jan-juni 2007 totaal behandeld 73 waarvan advies (deels) gegrond 8 ongegrond 48 niet-ontvankelijk 8 aangehouden 3 ingetrokken of herzien 6
3.5.5
Detailgegevens m.b.t. klachten
In een klachtenprocedure wordt de klager benaderd door een medewerker van het bedrijfsbureau van de afdeling die de klacht onderzoekt en doorspreekt. Vervolgens vindt er een gesprek plaats met de directeur waarin het voorval met klager wordt besproken. Afhankelijk of de klager het daarna eens is met het resultaat van dit gesprek kan hij besluiten of de klacht wordt voorgelegd aan de Nationale Ombudsman. Gezien de reden van de klachten, houding of gedraging van de ambtenaar, volstaat bij gegrondheid meestal een formeel excuus; in slechts enkele gevallen wordt er voor gekozen een andere klantmanager toe te wijzen. In de periode januari tot en met juni 2007 zijn in totaal 10 klachten ontvangen waarvan er 2 zijn doorgezonden naar een externe organisatie. overzicht afgehandelde klachten Wwb – WMO - debiteuren jan-juni 2007 totaal afgehandeld door de gemeente waarvan geheel/ ten dele gegrond ongegrond ingetrokken in behandeling
8 4 1 3 0
34
Rapportage 3e periode 2007
4 4.1
Bijlagen resultaten Inleiding
In dit hoofdstuk worden de scores van de afzonderlijke indicatoren getoond over de periode van 6 maanden. 4.1.1
Resultaatgebied vanuit de doelstelling(en)
Hieronder wordt het resultaatgebied van de afdeling sociale zaken weergegeven:
Norm juni
Werkelijk juni
Norm t/m juni
Werkelijk t/m juni
7.806.945,00
7.183.989,15
Wet Werk en Bijstand FIN - WWB uitgave-uitkering-kosten WWB - gem. doorlooptijd per aanvraag in dagen WWB - gem. doorlooptijd per aanvraag excl. HT WWB - aanvragen percent. afh.termijn overschreden WWB - aantal in behandeling genomen aanvragen
1.149.007,00 1.007.439,37 21,00
24,41
21,00
28,27
21,00
21,44
21,00
24,41
1,00
5,13
1,00
8,96
62,00
37,00
372,00
374,00
WWB - aantal uitkeringsgerechtigden
1.105,00
1.078,00
1.105,00
1.078,00
WWB - aantal toegekende aanvragen
44,00
34,00
264,00
248,00
44,00
19,00
264,00
218,00
6,00
9,00
38,00
62,00
35,00
4,00
210,00
22,00
59,00
31,00
354,00
344,00
114
82
WWB - instroom van uitkeringsgerechtigden WWB - op te leggen maatregelen (schending abv) WWB - opleggen maatregelen schenden inlicht plicht WWB - uitstroom van uitkeringsgerechtigden Aantal bezwaarschriften
Armoedebeleid Bijzondere bijstand FIN - BB uitgave - uitkering - kosten
93.968,00
17.658,61
449.887,00
196.731,06
BB - aantal in behandeling genomen aanvragen
156,00
155,00
936,00
1.005,00
BB - aantal toegekende aanvragen
117,00
100,00
702,00
781,00
21,00
35,40
21,00
30,90
BB - gem. doorlooptijd per aanvraag in dagen Aantal bezwaarschriften
24
15
Schuldhulpverlening FIN - Kosten kredietbank
8.054,00
20.587,00
62.956,00
77.066,85
34.910,00
9.962,36
280.539,00
182.838,46
33,00
20,00
198,00
171,00
Wet Maatschappelijke Ondersteuning Woonvoorzieningen FIN - WMO uitgave - kosten woonvoorziening WMO - aantal in behand. genomen
35
Rapportage 3e periode 2007
Norm juni
Werkelijk juni
Norm t/m juni
Werkelijk t/m juni
18,00
24,00
108,00
70,00
45,00
100,86
45,00
112,39
45,00
57,31
45,00
62,72
67.112,00
727,96
950.103,00
961.431,95
FIN - WMO kosten rolstoelen
62.639,00
350,00
250.741,00
265.323,75
FIN - WMO advies kosten
43.569,00
0,00
109.315,00
360,00
28,00
23,00
165,00
145,00
52,00
53,00
312,00
313,00
25,00
19,00
150,00
69,00
42,00
36,00
252,00
179,00
40,00
60,16
40,00
66,51
40,00
29,94
40,00
38,30
581.056,00
1.100.337,00
3.486.337,00
3.631.489,00
200,00
61,00
1.200,00
341,00
190,00
56,00
1.140,00
219,00
21,00
45,00
21,00
29,38
aanvragen (woon) WMO - aantal toegekende aanvragen (woon) WMO - gem. doorlooptijd per aanvraag (woon) WMO - gem. doorlooptijd excl. extern (woon) Leefvooorzieningen FIN - WMO kosten vervoersvoorzieningen
WMO - aantal in behandeling genomen (rolstoelen) WMO - aantal in behandeling genomen (vervoerv.) WMO - aantal toegekende aanvragen (rolstoelen) WMO - aantal toegekende aanvragen (vervoerv.) WMO - gem. doorlooptijd per aanvraag (leefvoorz.) WMO - gem. doorlooptijd excl. extern (leefvoorz.) Huishoudelijke hulp WMO uitgave –kosten huish hulp WMO - aantal in behand. genomen aanvragen (huish) WMO - aantal toegekende aanvragen huish. hulp WMO - gem. doorlooptijd per aanvraag huish. hulp Uitgevoerde herindicaties
71
WMO totaal ingediende bezwaarschriften
320
32
64
IOAW FIN - IOAW uitgave- uitkeringkosten+afdracht rijk IOAW - aantal uitkeringsgerechtigden IOAW - aantal in behandeling genomen aanvragen
97.605,00
40.286,34
693.690,00
276.589,18
39,00
34,00
39,00
36,67
2,80
1,00
16,80
12,00
10.361,00
11.329,22
63.634,00
82.169,75
IOAZ - aantal uitkeringsgerechtigden
12,00
11,00
12,00
11,00
IOAZ - aantal in behandeling genomen aanvragen
0,00
0,00
0,00
0,00
22.114,00
14.303,13
108.967,00
393.299,34
8,00
7,00
8,00
9,00
IOAZ FIN - IOAZ uitgave-uitkeringkosten+afdracht rijk
Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen FIN - BBZ uitgave uitkeringkosten+afdracht rijk BBZ - aantal uitkeringsgerechtigden
36
Rapportage 3e periode 2007
Norm juni BBZ - aantal in behandeling genomen aanvragen
Werkelijk juni
1,00
Norm t/m juni
Werkelijk t/m juni
6,00
7,00
3.377.576,81
Reïntegratie FIN - reïntegratie uitgave - kosten
391.667,00
1.190.914,91
2.850.002,00
44,00
104,00
264,00
671,00
2.000,00
2.053,00
2.000,00
1.998,67
71,00
52,00
426,00
399,00
65,00
69,23
65,00
63,55
57,00
52,32
57,00
50,55
WWB - aantal debiteuren
850,00
856,00
850,00
856,00
IOAZ - aantal debiteuren
0,00
0,00
0,00
1,00
WRK - Aantal opgestarte activiteiten WRK - Aantal lopende activiteiten WRK - Aantal afgeronde activiteiten WRK - Percentage succesvol afgeronde activiteiten WRK - Percentage clienten met lopende activiteit
Terugvordering en Verhaal
IOAW - aantal debiteuren BBZ - aantal debiteuren WWB - totaal bedrag debiteuren
2,00
3,00
2,00
3,00
65,00
44,00
65,00
44,00
2.500.000,00
2.454.202,93
WWB - terug gevorderd bedrag
50.000,00
24.476,33
300.000,00
179.882,40
IOAZ - totaal bedrag debiteuren
0,00
0,00
0,00
2.359,66
IOAZ - terug gevorderd bedrag
2.500.000,00 2.417.816,44
0,00
0,00
0,00
1.324,29
IOAW - totaal bedrag debiteuren
5.000,00
2.679,51
5.000,00
3.678,68
IOAW - terug gevorderd bedrag
0,00
60,00
1.000,00
4.965,24
1.200.000,00
1.735.086,55
BBZ - bedrag debiteuren
1.200.000,00 1.903.237,04
BBZ - terug gevorderd bedrag
5.000,00
6.515,34
30.000,00
88.474,17
BB - totaal bedrag leenbijstand
350.000,00
451.143,52
350.000,00
425.456,30
10.000,00
7.863,10
70.000,00
48.062,74
18.580,00
0,00
64.061,00
BB - terug ontvangen leenbijstand
Overige Kosten Wet kinderopvang
0,00
Aantal ingediende aanvragen kinderopvang Aantal toegekende aanvragen kinderopvang Deelnemers collectieve ziektekostenverzekering Kosten Leerlingenvervoer
42.676
Aanvragen leerlingenvervoer: -
5
30
3
47
2314
2314
45.662
426.759
446.825 389
bij aanvang schooljaar gedurende schooljaar
336 53
Categorieen leerlingenvervoer: -
busvervoer vergoedingen eigen vervoer vergoeding openb vervoer Aantal invorderingen eigen bijdrage leerlingenvervoer
378 10 1 68
37