Praktijk
antwoorden op bedrijfsvraagstukken
RE-INTEGRATIE J. M. A. Weerts Geactualiseerde versie d.d. 31 mei 2011
Deze publicatie bevat de vragen & antwoorden zoals die zijn opgenomen in de databank van www.tql.nl © 2011 The Question Library BV. Vermenigvuldiging niet toegestaan.
Inhoud: BEGRIPPEN / AFKORTINGEN......................................................................................... 3 RE-INTEGRATIE VANUIT: VERZUIM/ARBEIDSONGESCHIKTHEID/WERKLOOSHEID/BIJSTAND........................ 5 ROLLEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN................................................................ 10 WERKGEVER: PROCEDURE EN FORMALITEITEN..................................................... 12 WERKGEVER EN DE PRAKTIJK VAN RE-INTEGRATIE.............................................. 15 WERKGEVER: EIGENRISICODRAGER EN RE-INTEGRATIE...................................... 17 WERKGEVER EN UWV.................................................................................................. 19 WERKGEVER: SUBSIDIES EN VOORZIENINGEN....................................................... 20 WERKGEVER: PREMIEKORTING EN –VRIJSTELLING BIJ RE-INTEGRATIE............ 21 WERKNEMER EN RE-INTEGRATIE.............................................................................. 27 WERKNEMER: UITKERING EN RE-INTEGRATIE......................................................... 31 WERKNEMER EN PERSOONSGEBONDEN RE-INTEGRATIEBUDGET (PRB).......... 33 AANBESTEDING VAN RE-INTEGRATIETRAJECTEN.................................................. 37 DE WERKWIJZE VAN RE-INTEGRATIEBEDRIJVEN.................................................... 42 DE RE-INTEGRATIEMARKT.......................................................................................... 45 ACTUELE BEDRAGEN EN PERCENTAGES................................................................. 48 NUTTIGE LINKS.............................................................................................................. 49 OVER DE AUTEUR......................................................................................................... 51
TQL Re-integratie
2
Begrippen / afkortingen 1. Wat is re-integratie? Re-integratie is het proces van terugkeren naar werk. Als u een werkloosheids-, of arbeidsongeschiktheidsuitkering hebt en weer aan het werk wilt, krijgt u te maken met reintegratie. Dat is ook het geval als u werkt en vanwege ziekte of een handicap uw werk niet goed kunt doen. 2. Waarom is re-integratie belangrijk? Preventie en een snelle, gerichte aanpak van het ziekteverzuim zijn nodig om te voorkomen dat mensen onnodig arbeidsongeschikt worden en in de WIA terechtkomen. Dit staat beschreven in een drietal wetten: de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet verbetering poortwachter en de Wet verlenging loondoorbetaling bij ziekte. Wanneer een werknemer - geheel of gedeeltelijk - werkloos wordt, kan het verlies aan inkomen voor een bepaalde periode worden opvangen met een WW-uitkering. Deze uitkering fungeert als een brug tussen twee banen. Het is dus een tijdelijke uitkering. Als de kans klein is dat de persoon werk vindt, dan kan een re-integratietraject worden gestart. 3. Wat houdt het begrip ‘arbeidsongeschikt’ in? Arbeidsongeschikt heeft twee betekenissen. Eén in de zin van de Ziektewet en één in de zin van de WAO/WIA. Arbeidsongeschikt volgens de Ziektewet is iemand, die door ziekte of gebrek (tijdelijk) niet in staat is zijn normale arbeid te verrichten. Arbeidsongeschikt in de zin van de WAO/WIA betekent dat iemand vanwege ziekte of gebrek niet in staat is datgene te verdienen waartoe hij vroeger wel in staat was of waartoe een ‘normale’ persoon met dezelfde opleiding en ervaring wel in staat is. 4. Wat is WIA Als de werknemer na twee jaar ziekte voor een deel of helemaal niet meer kan werken, kan hij of zij in aanmerking komen voor een uitkering volgens de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). In deze wet ligt het accent op wat mensen nog wél kunnen. Binnen de WIA zijn er twee verschillende uitkeringen: • is de werknemer volledig arbeidsongeschikt en is de kans dat hij of zij weer herstelt erg klein, dan krijgt hij een IVA-uitkering. IVA staat voor Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten. • iedereen die gedeeltelijk arbeidsgeschikt is, kan in aanmerking komen voor een uitkering op grond van de Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
5. Wat houdt het begrip ‘arbeidsgehandicapt’ in? Iemand is arbeidsgehandicapt als hij op grond van ziekte of gebrek belemmeringen heeft bij het verrichten of verkrijgen van arbeid. Om hieraan rechten te kunnen ontlenen, dient hij/zij de status van arbeidsgehandicapte te hebben. Sinds de invoering van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) wordt gesproken van ‘persoon met structureel functionele beperkingen’.
TQL Re-integratie
3
6. Wat houdt het begrip ‘structureel functioneel beperkt’ in? In de WIA is geregeld dat een werknemer / uitkeringsgerechtigde voor een voorziening in aanmerking kan komen. Een van de voorwaarden is dat je structurele functionele beperkingen hebt. Het begrip 'Structurele functionele beperking' is evenwel geen predicaat dat je 'recht' geeft op een voorziening. Het is een voorwaarde waaraan iemand moet voldoen om aanspraak te kunnen maken op een voorziening. 7. Wie is arbeidsgehandicapt of structureel functioneel beperkt? Onder een arbeidsgehandicapte werknemer of functioneel beperkte werknemer wordt verstaan: • een werknemer die direct voorafgaand aan zijn dienstbetrekking of tijdens de dienstbetrekking recht heeft gekregen op een WIA-uitkering. • een werknemer die eerder de wachttijd van de WIA heeft doorlopen maar geen recht had op een WIA-uitkering omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt was. De werknemer was bovendien op dat moment niet werkzaam. • een werknemer die een WAO- of WAZ-uitkering ontvangt of deze in de vijf jaar voorafgaande aan het dienstverband heeft ontvangen. • een werknemer die jonger is dan 18 jaar en onderwijs heeft afgerond, maar die bij het volgen van onderwijs belemmering door ziekte of gebrek heeft ondervonden. • een werknemer die 18 jaar of ouder is en onderwijs heeft afgerond, maar die bij het volgen van dat onderwijs belemmering door ziekte of gebrek heeft ondervonden. De werknemer ontvangt geen WAJONG-uitkering en heeft deze ook nooit ontvangen. • een werknemer die voorafgaand aan zijn dienstbetrekking recht op een Wajong-uitkering heeft of heeft gehad. • een werknemer die een Wajong-uitkering ontvangt of ooit heeft ontvangen. • een werknemer die naar het oordeel van UWV direct voorafgaand aan zijn dienstbetrekking een functionele beperking heeft en valt onder de verantwoordelijkheid van het college van B&W, of die eerder door gemeente of UWV arbeidsgehandicapt is verklaard. • een werknemer die direct voorafgaand aan zijn dienstbetrekking een WSW-indicatiestelling heeft of een arbeidsovereenkomst heeft met een werkgever, zoals bedoeld in art 7 Wet Sociale Werkvoorziening. • een werknemer die in aanmerking komt voor een voorziening voor behoud, herstel of bevordering van de arbeidsgeschiktheid.
8. Wat is passende arbeid? Onder passende arbeid wordt in het Burgerlijk Wetboek verstaan: "Alle arbeid die voor de krachten en bekwaamheden van de werknemer is berekend, tenzij aanvaarding om redenen van lichamelijke, geestelijke of sociale aard niet van hem kan worden gevergd". Naast (medische) beperkingen spelen ook opleiding, vaardigheden en arbeidservaring een rol. Nagegaan moet worden welke (tijdelijke of blijvende) mogelijkheden er zijn of gecreëerd kunnen worden in de eigen functie / op de eigen werkplek, elders in het bedrijf of eventueel bij een andere werkgever.
TQL Re-integratie
4
9. Wat betekenen al die afkortingen in de wereld van de sociale zekerheid? WIA
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
IVA
Inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten
WGA
Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsongeschikten
WAO
Wet arbeidsongeschiktheidsverzekeringen
WAZ
Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
Wajong
Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering jonggehandicapten (Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten -tot 1 januari 2010- / Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten -vanaf 1 januari 2010-)
ZW
Ziektewet
WW
Werkloosheidswet
BIA
Beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheidscriteria
IOAZ
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
WWIK
Wet werk en inkomen kunstenaars
Bbz
Besluit bijstandsverlening zelfstandigen
ANW
Algemene nabestaandenwet
WSW
Wet sociale werkvoorziening
UWV
Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
CWI
(Voormalig) Centrum voor Werk en Inkomen
Awb
Algemene wet bestuursrecht
WOB
Wet Openbaarheid van Bestuur
TQL Re-integratie
5
Re-integratie vanuit: verzuim/arbeidsongeschiktheid/werkloosheid/bijstand 10. Hoe werkt re-integratie vanuit verzuim? De werknemer wordt begeleid bij terugkeer naar het eigen, oorspronkelijke werk, al dan niet middels aanpassingen in werk of op de werkplek. Als terugkeer in het oorspronkelijke werk niet mogelijk blijkt, wegens fysieke en/of psychische beperkingen van de desbetreffende medewerker, dan zal naar passende alternatieven bij de werkgever gezocht moeten worden. Als passende alternatieven niet voorhanden zijn en/of gecreëerd kunnen worden dient gezocht te worden naar passend werk elders op de arbeidsmarkt. 11. Wanneer is re-integratie aan de orde? Er zijn meerdere mogelijkheden: • • • •
vanuit arbeidsverzuim bij de huidige werkgever vanuit langdurige arbeidsongeschiktheid vanuit werkloosheid vanuit bijstand
12. Hoe werkt re-integratie vanuit arbeidsongeschiktheid? Gedeeltelijk arbeidsongeschikte mensen zonder werkgever worden door UWV aangemeld bij een re-integratiebedrijf. Het re-integratiebedrijf maakt samen met de cliënt een trajectplan dat, na goedkeuring door UWV, uitgevoerd wordt. Een andere mogelijkheid betreft de Individuele Re-integratie Overeenkomst (IRO). De individuele cliënt kan zelf een re-integratiebedrijf benaderen, al dan niet met een uitgewerkt re-integratieplan. Als het re-integratiebedrijf en de cliënt het eens zijn over het trajectplan dan wordt het plan ter fiattering voorgelegd aan UWV. 13. Hoe werkt re-integratie vanuit werkloosheid? Werklozen met een WW- of IOAW- (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers ) uitkering kunnen door UWV WERKbedrijf aangemeld worden bij een re-integratiebedrijf. Na een intake-fase, waarin het re-integratiebedrijf en de cliënt overeenstemming bereiken over een plan voor re-integratie, begeleidt het reintegratiebedrijf de cliënt bij zijn terugkeer naar betaalde arbeid. 14. Hoe werkt re-integratie vanuit de bijstand? De bijstandsgerechtigde cliënt dient ingeschreven te staan bij het UWV WERKbedrijf. Als op korte termijn geen betaald werk gevonden kan worden maakt de gemeente een trajectplan. Een dergelijk trajectplan kan gericht zijn op het direct verwerven van een plek op de arbeidsmarkt. Ook kan er sprake zijn van een voortraject. Zo'n voortraject kan onder andere scholing, hulpverlening (schuldsanering b.v.) en het opdoen van werkervaring (vrijwilligerswerk, stages b.v.) omvatten. Gemeenten besteden de trajectbemiddeling veelal uit aan re-integratiebedrijven.
TQL Re-integratie
6
Rollen en verantwoordelijkheden 15. Wie voeren re-integratie uit? Allereerst is er de persoon die re-integreert. Daarnaast zijn er een aantal (mogelijke) partijen die gezamenlijk of volgordelijk een rol kunnen spelen: werkgever, arbodienstverlener, reintegratiebedrijf, UWV WERKbedrijf, verzekeraar, brancheorganisatie. 16. Wanneer begint re-integratie? Er vanuit gaande dat bij verzuim(melding) naast medische ook gedragscomponenten een rol spelen (denk b.v. aan de keuze om je ziek te melden) start re-integratie eigenlijk al op de eerste verzuimdag. Goede en regelmatige communicatie tussen werkgever en verzuimende medewerker bevorderen het terugkeerproces. Bij goede communicatie gaat het niet zozeer om het naleven van procedures als wel het afstemmen van wederzijdse verwachtingen en het maken van heldere afspraken. 17. Wie start re-integratie? Van werkgever én werknemer beiden mag een actieve houding verwacht worden, vanaf de start van de re-integratie. Voor de werknemer betekent het o.a. dat hij zich inspant tot herstel of bevordering van zijn arbeidsgeschiktheid, dus ook meewerkt aan zijn behandeling. Voor de werkgever betekent het dat hij zich inspant om de werknemer passende arbeid te bieden. Het kan dan gaan om het eigen (aangepaste) werk of ander passend werk. Als de ene partij het initiatief neemt moet de ander volgen, tenzij de ander kan aantonen dat dit redelijkerwijs niet van hem kan worden gevergd. 18. Wat is de rol van de individuele werknemer of cliënt? Van de individuele cliënt wordt altijd een actieve opstelling verwacht. Re-integratie is geen vrijblijvend proces; zowel vanuit psychosociaal gezichtspunt (geen werk vergroot de kans op sociaal isolement), als vanuit politiek / maatschappelijk standpunt ('werk boven inkomen'). Wanneer de individuele cliënt er niet in slaagt om op eigen houtje aan de slag te komen (in passende arbeid) dan zullen andere partijen een rol in het re-integratieproces spelen. Zelfwerkzaamheid en een actieve opstelling van de cliënt blijven ook na inschakeling van deze andere partijen essentieel. Van verzuimende werknemers wordt verwacht dat zij meewerken aan hun herstel en passend werk accepteren. 19. Wat is de rol van de werkgever? Samen met de zieke werknemer moet de werkgever proberen ervoor te zorgen dat de werknemer aan het werk kan blijven. Ook als hij niet volledig herstelt maar gedeeltelijk arbeidsgeschikt blijft. Lukt dat niet binnen het eigen bedrijf dan is de werkgever verplicht voldoende re-integratie-inspanningen te leveren om hem bij een andere werkgever te reintegreren.
TQL Re-integratie
7
20. Wat is de rol van de casemanager? Bij het opstellen van een plan van aanpak spreken werkgever en werknemer tevens af wie de gemaakte afspraken gaat bewaken; de casemanager. De rol van casemanager kan variëren van een administratieve - tot een meer procesmatige invulling. In het ene geval beperkt de casemanager zich tot het schriftelijk vastleggen van gemaakte afspraken. In het andere geval speelt de casemanager een actievere rol en is hij bijvoorbeeld verantwoordelijk voor het regelmatig evalueren en bijstellen van het plan en het 'volgen' van de verschillende partijen (werkgever, werknemer, arbodienst, behandelaars) wat betreft hun deel van de afgesproken acties. Casemanagement wordt op verschillende manieren georganiseerd, onder andere afhankelijk van: • omvang van het bedrijf; grote bedrijven vullen de functie vaker zelf in dan kleinere bedrijven • aard van het bedrijf: bedrijven met een grote variatie aan functies kiezen eerder voor het zelf organiseren van casemanagement dan bedrijven met een homogene functieopbouw • risicoprofiel van het bedrijf; bij hoge verzuimcijfers, in frequentie, maar zeker ook in duur is het aan te bevelen dat gekozen wordt voor intern casemanagement. In veel gevallen zal de casemanager de direct leidinggevende zijn of een P&O adviseur. Ook is het mogelijk om via een re-integratiebedrijf of arbodienst een casemanager in te huren. De verantwoordelijkheid voor het re-integratieproces blijft echter bij werkgever en werknemer liggen. 21. Wat is de rol van de arbodienstverlener? Per 1 juli 2005 geldt de gewijzigde Arbowet. De nieuwe wet kent minder regels en is goedkoper qua uitvoering. Een werkgever is niet langer verplicht om arbodienstverlening af te nemen van een gecertificeerde arbodienst. Onder een aantal voorwaarden mogen bedrijven zelf hun arbozorg organiseren: • in overeenstemming met de ondernemingsraad • arbeidsgezondheidsspreekuur en verzuimbegeleiding op basis van contract met een zelfstandig gevestigd bedrijfsarts • risico-inventarisatie en -evaluatie (RIE) door een (interne) arbodeskundige • aanstellen van een interne preventiemedewerker bij bedrijven van meer dan 25 medewerkers (bij minder dan 26 werknemers mag de werkgever zelf deze functie op zich nemen)
TQL Re-integratie
8
22. Wat is de rol van het re-integratiebedrijf Het re-integratiebedrijf begeleidt de werknemer bij het zoeken naar werk door gesprekken te voeren over de mogelijkheden. Ook zorgt het bedrijf, als het nodig is, voor een beroepskeuzetest, sollicitatietraining, scholing of een cursus. Sommige re-integratiebedrijven begeleiden de werknemer bij het gehele traject. Andere verzorgen delen van het traject, bijvoorbeeld scholing. Aanvankelijk, bij het privatiseren van de re-integratiemarkt, hielden reintegratiebedrijven zich vooral bezig met de re-integratie van arbeidsgehandicapte en werkloze cliënten. De cliënten worden voor begeleiding en bemiddeling aangemeld door UWV WERKbedrijf. Sinds een paar jaar melden ook gemeenten cliënten aan. Nu werkgevers sinds januari 2003 verplicht zijn om hun arbeidsgehandicapte medewerkers te re-integreren, worden re-integratiebedrijven ook door bedrijven en branches ingeschakeld. Niet alleen waar het gaat om re-integratie bij een andere werkgever (zgn. 2e spoor re-integratie), omdat er bij de eigen werkgever geen passende alternatieven zijn. Maar ook als het gaat om herplaatsing bij de eigen werkgever (1e spoor) en op het gebied van preventie worden reintegratiebedrijven steeds actiever. T.a.v. preventie en begeleiding bij (kortdurend) arbeidsverzuim is een 'grensvervaging' tussen arbodiensten en re-integratiebedrijven te constateren. 23. Wat is de rol van de ondernemingsraad? De ondernemingsraad heeft een belangrijke rol bij de totstandkoming van verzuim- en reintegratiebeleid. De ondernemingsraad heeft instemmingsrecht. Dat betekent bijvoorbeeld dat zij betrokken moet worden bij de keuze voor een arbodienstverlener (overeenstemming) of reintegratiebedrijf. 24. Wat is de rol van arboconvenanten en arbocatalogi? Arboconvenanten zijn afspraken tussen de overheid en bepaalde bedrijfstakken met als doel het bestrijden van arbeidsrisico's en het terugdringen van arbeidsverzuim in die bedrijfstakken. Naast de overheid zijn werkgevers en werknemers uit bepaalde bedrijfstakken betrokken bij de totstandkoming van verschillende convenanten. Arbocovenanten zijn ondertussen uitgefaseerd en vervangen door zogenaamde arbocatalogi. Een arbocatalogus bevat de afspraken die werkgevers en werknemers samen over veilige en gezonde arbeidsomstandigheden hebben gemaakt. Het zijn praktische handleidingen waarin staat met welke middelen een onderneming kan voldoen aan de wettelijke bepalingen voor veilig en gezond werken. De overheid is bij het opstellen niet direct betrokken. maar zie wel toe op toestsing. 25. Wat is de rol van UWV? UWV is verantwoordelijk voor de re-integratie van arbeidsgehandicapten zonder arbeidsovereenkomst en voor werklozen met WW rechten. Voor het daadwerkelijk reintegreren van (groepen) arbeidsgehandicapten en werklozen sluit UWV WERKbedrijf (divisie van UWV) contracten af met private re-integratiebedrijven. UWV beslist over het al dan niet toekennen van uitkeringen op grond van de wetten WIA, (WAO), WAJONG, WW en behandelt (subsidie)aanvragen. Bij verschillen van mening tussen werknemer en werkgever over bijvoorbeeld passend werk voor, of de functionele beperkingen van een verzuimende medewerker kan UWV ingeschakeld worden.
TQL Re-integratie
9
26. Voor wie regelt UWV WERKbedrijf de re-integratie? UWV WERKbedrijf begeleidt de uitkeringsgerechtigde bij het vinden van werk als deze een uitkering op basis van de Werkloosheidswet (WW-uitkering) heeft, of een uitkering heeft op basis van één van de volgende wetten en de werkgever niet verantwoordelijk is voor de reintegratie: • • • • •
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (WAO) Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) Beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheidscriteria (BIA) Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) toekenning tot 1 januari 2010- / Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong)-toekenning vanaf 1 januari 2010-, • Ziektewet
27. Wat is de rol van de gemeenten? Gemeenten zijn verantwoordelijk voor langdurig werklozen met een bijstandsuitkering (WWB) of een uitkering op grond van de wetten IOAW (Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers), IOAZ (Wet Inkomensvoorziening voor Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Zelfstandigen), en ANW (nabestaandenuitkering). Sinds januari 2004 wordt aan gemeenten een actieve rol toegedicht bij het re-integreren van mensen met een (zeer) grote afstand tot de arbeidsmarkt. Aan het proces van terugkeren op de arbeidsmarkt kan een proces van sociale activering voorafgaan. Belangrijkste doelen van sociale activering zijn het doorbreken van sociaal isolement en toename van maatschappelijke betrokkenheid. Vrijwilligerswerk, stages, maar ook trainingen en cursussen kunnen onderdeel uitmaken van sociale activering. Gemeenten kunnen dergelijke projecten aanbesteden bij private re-integratiebedrijven maar zijn vanaf 2006 overigens niet langer verplicht om daarvoor een deel van hun budget te besteden. Ook zijn gemeenten verantwoordelijk voor het uitvoeren van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW). Voor mensen die aangewezen zijn op 'beschutte arbeid' ten gevolge van lichamelijke, psychische en/of verstandelijke beperkingen kan de sociale werkvoorziening een oplossing zijn.
TQL Re-integratie
10
28. Voor wie regelt de gemeente de re-integratie? De gemeente begeleidt de cliënt bij het vinden van werk als deze geen uitkering heeft maar wel aan het werk wilt ('herintreder') óf een uitkering heeft op basis van één van de volgende wetten: • Wet werk en bijstand (WWB) • Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) • Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) • Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) • Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) • Algemene Nabestaandenwet (ANW)
29. Speelt CWI nog een rol bij re-integratie? Op 1 januari 2009 is het CWI gefuseerd met UWV onder de concernnaam UWV. De werkzaamheden gaan verder onder de naam UWV WERKbedrijf. Het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) was het eerste trefpunt voor werkzoekenden en werkgevers. Werkgevers konden bij CWI terecht voor personeelsbemiddeling en informatie over de arbeidsmarkt. Werkzoekenden konden bij CWI terecht voor het vinden van werk of het aanvragen van een WW- of bijstandsuitkering. Daarnaast verleende CWI ontslagvergunningen en tewerkstellingsvergunningen. Samen met Uitvoering Werknemersverzekering (UWV) en de Gemeentelijke Sociale Dienst vormde CWI de zogenaamde "keten voor werk en inkomen". CWI was de eerste schakel in de keten. Met de komst van UWV WERKbedrijf is de keten feitelijk in elkaar geschoven om vanuit de "éénloket- gedachte" efficienter te opereren. CWI was een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) met circa 130 vestigingen en werkte in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 30. Wat is de rol van verzekeraars? Omdat veel werkgevers zich hebben verzekerd tegen de kosten van verzuim hebben de verzekeraars, om hun schadelast te beperken, er belang bij dat verzuim niet langer duurt dan nodig. Verzekeraars gaan steeds vaker samenwerkingsverbanden aan met arbodiensten en reintegratiebedrijven. Ook stellen ze eisen aan bijvoorbeeld de volledigheid van de dienstenpakketten die werkgevers bij arbodiensten afnemen. Vaak zijn zij betrokken bij onderhandelingen over contracten waarin (minimale) diensten vastgelegd worden. 31. Wat is de rol van brancheorganisaties? Er zijn (kleine) werkgevers die onvoldoende kennis hebben van verzuimmanagement en verzuimbegeleiding. Brancheorganisaties kunnen dan een rol spelen bij het bundelen en verspreiden van benodigde kennis t.b.v. hun leden. Ook spelen brancheorganisaties vaak een belangrijke rol bij het contracteren van arbodiensten en re-integratiebedrijven.
TQL Re-integratie
11
32. Wat is de rol van de centrale overheid? De overheid hecht groot belang aan verhoging van arbeidsdeelname; wie kán meedoen, moet meedoen. Binnen dit uitgangspunt heeft de regering een aantal prioriteiten gesteld: • • • • •
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) in plaats van WAO meer uitkeringsgerechtigden aan het werk helpen verhogen van de arbeidsdeelname van ouderen betere mogelijkheden scheppen om werk en zorg te combineren verminderen van administratieve lasten voor het bedrijfsleven
Van de verschillende partijen, zoals werkgevers, werknemers, werklozen, gemeenten wordt een actieve houding verwacht. De verantwoordelijkheid voor re-integratie wordt nadrukkelijk bij deze partijen zelf gelegd.
TQL Re-integratie
12
Werkgever: procedure en formaliteiten 33. Wat is het tijdpad bij re-integratie? • • • • • • •
tot 6 weken: melding bij uw arbodienstverlener na 6 weken: Probleemanalyse na 8 weken: Plan van Aanpak na 42 weken: melding bij UWV (eigenrisicodragers: 10e maand) vanaf week 6: evalueren voortgang re-integratie (doorgaans iedere 6 weken) tussen week 46 en week 52: Eerstejaarsevaluatie na 20 maanden: aanvraag WIA-keuring / -uitkering
34. Wat moet ik melden bij de arbodienstverlener? U meldt uw zieke werknemer binnen een week na zijn ziekmelding aan bij uw arbodienst of bedrijfsarts volgens de afspraken die u daarover met hen heeft gemaakt. Houd hierbij ook rekening met de voorschriften van uw verzekeraar (als u die hebt); dat scheelt vaak een hoop extra (papier)werk. 35. Wanneer moet er een probleemanalyse worden gemaakt? Denkt de arbodienst of bedrijfsarts na 6 weken dat de werknemer niet snel weer beter zal zijn? Dan maken zij voor u en uw werknemer een probleemanalyse. 36. Wat is een probleemanalyse? In het verzuimproces zijn een aantal stappen voorgeschreven (in het kader van de Wet verbetering Poortwachter). Een belangrijke stap is het maken van een probleemanalyse. Bij (dreigend) langdurig verzuim brengt de bedrijfsarts het verzuimprobleem in kaart. Veelal spelen naast medische, ook sociale, psychische en arbeids- factoren een rol. Medisch informatie, die onder beroepsgeheim van de arts valt, wordt in de probleemanalyse niet beschreven maar wordt wel vertaald in functionele mogelijkheden. Als het aan de orde is geeft de bedrijfsarts adviezen over mogelijke interventies, bijvoorbeeld verwijzing naar bedrijfsmaatschappelijk werk. Sinds 2004 kan de bedrijfsarts werknemers direct verwijzen naar behandelaars in de curatieve sector. Hoewel dit nog niet op grote schaal gebeurt, geeft het wel aan dat de overgang tussen zorg en sociale zekerheid niet meer strikt gescheiden is. Ook als het probleem nog niet uitgekristalliseerd is, bijvoorbeeld omdat er nog medische onderzoeken lopen, kan in veel gevallen al nagedacht worden over het benutten van de op dat moment bestaande arbeidsmogelijkheden. In de praktijk wordt er wisselend omgegaan met het invullen van de probleemanalyse. Bij onvoldoende invulling, bestaat de kans dat onnodig lang ziekteverzuim ontstaat. 37. Wanneer moet er een Plan van Aanpak worden gemaakt en wat staat hier in? Is werken aan herstel en re-integratie mogelijk en zinvol? Dan maakt u samen met uw werknemer uiterlijk in de 8e week een Plan van Aanpak. U kiest samen iemand die de uitvoering van het plan begeleidt: een zogenoemde casemanager. De casemanager houdt contact met werkgever, werknemer en arbodienstverlener.
TQL Re-integratie
13
38. Wat is een Plan van Aanpak? In een plan van aanpak worden de afspraken tussen werkgever en werknemer over werkhervatting vastgelegd. In het plan worden de adviezen van de bedrijfsarts, zoals verwoord in de probleemanalyse meegenomen. Werkgever en werknemer zijn echter gezamenlijk verantwoordelijk voor het opstellen van het plan. Het plan wordt uiterlijk in de 8e week opgesteld. 39. Wat moet ik doen als de werknemer ziek blijft? Zowel werkgever als arbodienst, of bedrijfsarts, houdt minimaal eens in de zes weken contact met de zieke werknemer. Onderzoek samen de mogelijkheden om de werknemer weer aan de slag te helpen. Mogelijk moet de Probleemanalyse en/of het Plan van Aanpak worden bijgesteld. 40. Wanneer moet ik ziekmelden bij UWV? Na 42 weken geeft u de ziekte van uw werknemer ook door aan UWV. Voor eigenrisicodragers is dit na 10 maanden. 41. Wat is de Eerstejaarsevaluatie? Tussen week 46 en week 52 is er een verplicht evaluatiemoment. U en uw werknemer gaan na hoe het afgelopen jaar is verlopen en stellen samen vast welk re-integratieresultaat de werknemer in het tweede ziektejaar wil behalen en hoe hij dat gaat doen. U vult daarbij de Eerstejaarsevaluatie in. Mogelijk kan dit leiden tot een bijstelling van de Probleemanalyse en het Plan van Aanpak. 42. Wat gebeurt er als de werknemer bijna 2 jaar ziek is? Na ongeveer twintig maanden ziekte ontvangt uw werknemer van UWV over het aanvragen van een arbeidsongeschiktheidsuitkering. U geeft de voor het re-integratieverslag relevante documenten aan uw werknemer, zodat hij of zij die kan meesturen met de WIA-aanvraag. U vult dan ook de Eindevaluatie in. 43. Moet ik ook alle formulieren invullen als de werknemer niet meer werken kan? Kan de werknemer niet werken en ziet het ernaar uit dat hij of zij niet herstelt? Dan hoeft u geen plan van aanpak te maken. Overleg met uw arbodienst of bedrijfsarts of uw werknemer eerder een WIA-uitkering kan aanvragen. 44. Moet ik een re-integratiedossier aanleggen, en wat bewaar ik hierin? Het is verstandig om een re-integratiedossier aan te leggen en regelmatig bij te houden. In het re-integratiedossier bewaart u alles wat met de re-integratie van uw werknemer te maken heeft. Zoals correspondentie met de arbodienstverlener, formulieren enzovoort. Uit het reintegratiedossier haalt u de documenten die uw werknemer moet meesturen met de WIAaanvraag: het re-integratieverslag. Dit heeft uw werknemer nodig voor de WIA-aanvraag.
TQL Re-integratie
14
45. Welke formulieren zijn belangrijk rondom re-integratie? • • • • • • • •
Actueel oordeel bij de probleemanalyse WIA Plan van Aanpak WIA Bijstelling van het Plan van aanpak WIA. Eerstejaarsevaluatie van het plan van aanpak WIA Eindevaluatie van het Plan van aanpak WIA. Probleemanalyse WIA. Bijstelling probleemanalyse WIA. Ziekteaangifte voor 42e week of 10e maand.
46. Welke documenten zitten in het re-integratieverslag? • • • • • • •
Oordeel van de werknemer Plan van Aanpak, inclusief eventuele bijstellingen Eerstejaarsevaluatie plan van aanpak Eindevaluatie van het plan van aanpak Medische informatie Probleemanalyse, inclusief eventuele bijstellingen Actueel oordeel bij de probleemanalyse
TQL Re-integratie
15
Werkgever en de praktijk van re-integratie 47. Waar is de re-integratieverplichting geregeld? In de Wet Verbetering Poortwachter is geregeld wat werkgever en werknemer moeten doen om ervoor te zorgen dat de zieke werknemer snel weer aan het werk kan. Binnen het eigen bedrijf of, als dat niet lukt, bij een andere werkgever. 48. Wat houdt de loondoorbetalingverplichting in? Sinds 1 januari 2004 moet de werkgever bij verzuim van zijn medewerker minimaal 70% van het loon doorbetalen. In het eerste jaar tenminste het voor die werknemer geldende minimumloon. Vaak is contractueel vastgelegd dat in het eerste jaar 100% wordt doorbetaald. Hoewel het de bedoeling was dat de sociale partners (werkgevers en werknemers) gedurende de eerste twee jaren geen aanvullingen boven de 170% zouden afspreken (1e jaar 100%, 2e jaar 70%) worden er nu toch CAO's afgesloten waarin meer dan 170% van het loon wordt doorbetaald. 49. Wat zijn de verplichtingen rondom re-integratie? Samen met uw zieke werknemer moet u proberen ervoor te zorgen dat hij aan het werk kan blijven. Ook als hij niet volledig herstelt, maar gedeeltelijk arbeidsgeschikt blijft. Uw werknemer kan bijvoorbeeld (tijdelijk) in deeltijd gaan werken of met een aangepast takenpakket. Als het echt niet anders kan, kunt u hem wellicht een andere functie binnen uw organisatie aanbieden. Lukt dat niet binnen uw eigen bedrijf, dan bent u verplicht voldoende re-integratie-inspanningen te leveren om hem bij een andere werkgever te re-integreren. U maakt samen met hem afspraken zodat hij zo snel mogelijk weer kan hervatten. U en uw werknemer zijn de eerste twee ziektejaren samen verantwoordelijk voor re-integratie. 50. Moet ik de re-integratie zelf uitvoeren? U mag alle activiteiten rondom re-integratie zelf uitvoeren U kunt ook bijvoorbeeld een reintegratiebedrijf inschakelen. De kosten hiervan zijn voor uw rekening. 51. Wie betaalt de kosten van de re-integratie? De kosten van de re-integratie zijn voor de werkgever. 52. Kan ik de kosten van re-integratie verhalen op derden? Bij werknemers die door schuld van een derde ziek of arbeidsongeschikt worden, kunt u sinds 13 juni 2008, naast de netto loonkosten, makkelijker de kosten van re-integratie terugvorderen bij de veroorzaker. Het moet wel gaan om redelijke kosten. De regeling geldt ook voor eigenrisicodragers. 53. Welke kosten van re-integratie mag de ondernemer verhalen op derden? Zolang de werknemer arbeidsongeschikt is, kunt u de gemaakte loon- en de reintegratiekosten verhalen. Wat als redelijk geldt voor re-integratiekosten, zal de toekomst uitwijzen. In principe zal bijvoorbeeld de nota van een erkend re-integratiebedrijf aan de toets van redelijkheid voldoen. Komen de werkgever en de verzekeraar van de veroorzaker er in onderling overleg niet uit, dan moet een rechter er in geschil een uitspraak over doen.
TQL Re-integratie
16
54. Kan ik alleen maar bij toekomstige ‘ongevallen’ verhalen op derden? Nee, u kunt ook voor ‘oude’ situaties het netto loon en de redelijke kosten van re-integratie verhalen. U moet deze wel binnen 5 jaar na de datum van het ongeval vorderen bij de veroorzaker 55. Waarom kunnen werkgevers nu wel kosten van re-integratie verhalen? Over de verhaalsmogelijkheden van re-integratiekosten bestond tot voor kort echter onduidelijkheid. Veel verzekeraars weigerden uit te keren met als argument dat re-integratie een wettelijke verplichting is van werkgevers. De nieuwe wetgeving stimuleert werkgevers naar verwachting om zich meer in te spannen voor re-integratie van een werknemer, omdat ze weten dat ze niet zelf voor de kosten opdraaien. Ook de werknemer heeft er baat bij. Het herstel gaat mogelijk sneller waardoor het inkomensverlies beperkt blijft. De veroorzaker heeft dan als voordeel dat hij minder lang loonkosten hoeft te vergoeden. 56. Wat mag van de werkgever verwacht worden t.a.v. passende arbeid? Van de werkgever wordt 'redelijkheid' gevraagd, aan de hand van de volgende factoren: • inhoud van het werk; bijvoorbeeld hoe geringer de beperkingen en hoe minder aanpassingen, hoe meer verwacht mag worden • organisatie van het bedrijf; hoe groter het bedrijf, hoe meer vacatures en hoe diverser de functies, hoe meer verwacht mag worden • naarmate de mogelijkheid tot herplaatsing minder financiële belasting voor de bedrijfsvoering met zich brengt, mag herplaatsing eerder verwacht worden • oorzaak arbeidsongeschiktheid; als die binnen de werksfeer is ontstaan wordt van de werkgever meer verwacht • kenmerken van de werknemer; duur van het dienstverband en de mate van bereidheid van de werknemer tot het meewerken aan een oplossing • sectorale aspecten; welke mogelijkheden zijn er voor werknemers met bepaalde beperkingen in zijn branche of sector. Eventuele branche- of sectorgewijze afspraken kunnen mede richtinggevend zijn. Denk ook aan arboconvenanten over re-integratie. De grens van wat in redelijkheid van de werkgever mag worden verwacht, is in ieder geval bereikt als de re-integratie-inspanningen het productieproces in gevaar brengen of de bedrijfsvoering in financieel opzicht onevenredig belasten.
TQL Re-integratie
17
57. Aan welke initiatieven men denken bij re-integratie? Er wordt wel een onderscheid gemaakt tussen drie soorten re-integratie activiteiten: aanpassingen op het (eigen) werk • arbeidsinhoud; b.v. bij te veel werk, te moeilijk werk, monotoon werk, gevaarlijk werk, tegenstrijdige of onduidelijke taakeisen • arbeidsomstandigheden; b.v. werken met chemische stoffen, lawaai, trillingen, slechte verlichting, temperatuur, ontbreken van hulpmiddelen, ontbreken van persoonlijke bescherming • arbeidsverhoudingen; b.v. wijze van leiding geven, onderlinge relaties op het werk, weinig zeggenschap, ongewenste intimiteiten, discriminatie • arbeidsvoorwaarden; b.v. werk- en rusttijden, loopbaanmogelijkheden, werk(on)zekerheid sociaal medische interventies • bij psychische klachten; b.v. traumabehandeling, stress- en burn out trainingen • bij fysieke klachten; b.v. fysiotherapie, rugtraining • terugvalpreventie, om te voorkomen dat iemand weer terugvalt; b.v. assertiviteitstraining, time management naar ander werk • omscholing, beroepskeuzeadvies • loopbaanbegeleiding • bemiddeling naar ander werk (bij een andere werkgever)
58. Wat gebeurt er als werkgever en werknemer het niet eens zijn over de re-integratie? Als u met uw werknemer van mening verschilt over de re-integratie-inspanningen dan kunnen u of uw werknemer in veel gevallen gebruikmaken van een geschillenregeling. U kunt uw meningsverschil dan voorleggen aan een onafhankelijke deskundige. In uw cao staat of er voor uw bedrijf of bedrijfstak zo’n geschillenregeling is. U kunt ook een deskundigenoordeel (second opinion) aanvragen bij UWV.
TQL Re-integratie
18
59. Wat is een deskundigenoordeel (second opinion)? Soms stagneert de re-integratie door een verschil van mening tussen werknemer en werkgever. Of u heeft behoefte aan een deskundig oordeel over de uitvoering van het Plan van aanpak. U kunt in zo’n situatie een deskundigenoordeel van UWV vragen. Een arts en/of arbeidsdeskundige van UWV kijken dan met een onafhankelijke blik nog eens naar de situatie. Ze stellen een onderzoek in en maken daarbij zo mogelijk gebruik van de informatie uit de probleemanalyse en het Plan van aanpak. UWV geeft een oordeel over: • de arbeids(on)geschiktheid • uw re-integratie-inspanningen of die van uw werknemer • passend werk binnen het bedrijf.
60. Moet er altijd sprake zijn van een conflict als ik een deskundigenoordeel wil aanvragen? Nee. U kunt ook een deskundigen oordeel vragen als u twijfelt of u op de juiste wijze bezig bent. 61. Is een deskundigenoordeel (second opinion) door UWV bindend? Nee, het oordeel van UWV is niet bindend. Het is een oordeel, geen advies. Het is de bedoeling dat werknemer en werkgever er met het oordeel samen uit kunnen komen. Het is geen formele beslissing en u kunt er ook geen bezwaar tegen maken. Komt het tot een rechtszaak omdat u het na het deskundigenoordeel nog niet eens bent? Dan kan een rechter het deskundigenoordeel wel laten meewegen bij zijn oordeel. Ook kan het deskundigenoordeel de uitkomst van een ontslagprocedure beïnvloeden. Mocht de werknemer uiteindelijk een WIAaanvraag indienen, dan zal UWV willen weten waarom het advies niet is opgevolgd. 62. Zijn er kosten verbonden aan een deskundigenoordeel UWV? Degene die het deskundigenoordeel aanvraagt, u of uw werknemer, betaalt hiervoor een bijdrage van € 50,- Er zijn plannen om de bijdrage voor het deskundigenoordfeel te wijzigen. Op 1 maart 2011 was echter nog geen nieuwe informatie bekend. 63. Kan ik alleen bij UWV terecht voor een deskundigenoordeel? Nee. Bij CAO kan er een eigen geschillenregeling worden opgezet. 64. Wat kan ik doen als ik het niet eens ben met de deskundige? Bent u het niet eens met het oordeel van de deskundige (geschillenregeling / deskundigenoordeel UWV), dan kunt u naar de rechter stappen.
TQL Re-integratie
19
Werkgever: eigenrisicodrager en re-integratie 65. Ik ben eigenrisicodrager voor de WIA. Wie is verantwoordelijk voor de re-integratie? U kunt als werkgever ervoor kiezen om het risico op gedeeltelijk arbeidsgeschiktheid (WGAuitkering) van uw werknemers zelf te dragen. U betaalt dan, 10 jaar lang, de eventuele kosten zelf en ook bent u zelf verantwoordelijk voor de re-integratie. In overleg met uw werknemer bepaalt u hoe u de re-integratie invult. 66. Ik ben eigenrisicodrager; ben ik verantwoordelijk voor de re-integratie na beëindiging van het dienstverband? Werkgevers die zelf de financiële risico’s dragen voor de WGA, blijven na het einde van de wachttijd nog 10 jaar verantwoordelijk voor de re-integratie en WGA-uitkering van hun werknemers. Dat geldt ook als zij in de tussentijd bij een andere werkgever in dienst zijn gekomen of tijdelijk volledig hersteld waren. Als een werknemer een WGA-uitkering krijgt, ook al wordt het dienstverband vervolgens beëindigd, dan moet de werkgever zich nog maximaal 10 jaar inspannen voor de re-integratie en de uitkering betalen. Dat geldt voor werkgevers die eigenrisicodrager zijn voor de WGA. De termijn van 10 jaar is van toepassing op voor werknemers die in of na 2007 voor het eerst een WGA-uitkering ontvangen. Is de uitkering daarvóór begonnen, dan blijft de werkgever nog 4 jaar verantwoordelijk na het einde van de wachttijd. 67. Ik ben eigenrisicodrager; als de ex-werknemer bij een nieuwe werkgever uitvalt, ben ik dan nog steeds financieel verantwoordelijk? Gaat de werknemer bij een ander bedrijf aan de slag en valt hij binnen 10 jaar weer uit door dezelfde klachten, dan draagt nog steeds de oorspronkelijke werkgever het financiële risico. Haalt de werknemer bij het andere bedrijf niet zijn volledige restverdiencapaciteit, dan ook blijft de oorspronkelijke werkgever verantwoordelijk voor de gedeeltelijke re-integratie en aanvullende WGA-uitkering. Voor werknemers die na 2 jaar wachttijd een IVA-uitkering krijgen omdat ze volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn, hoeft de werkgever niet te betalen. 68. Hoe is het re-integratietraject geregeld? Omdat u zelf verantwoordelijk bent voor de re-integratie hoeft u een re-integratietraject niet af te stemmen met UWV. U mag, in overleg met uw werknemer een traject naar eigen inzicht invullen. U kunt bijvoorbeeld een beroepskeuzetest, sollicitatietraining of scholing aanbieden. U kunt een re-integratietraject met een vaste inhoud aanbieden. Maar u kunt er ook voor kiezen om uw zieke werknemer zelf een re-integratieplan op te laten stellen dat het beste aansluit bij zijn of haar persoonlijke situatie. Op deze wijze kunt u aan uw werknemer meer ruimte voor maatwerk en eigen initiatief bieden. Bij UWV heet een dergelijk individueel reintegratietraject een individuele re-integratieovereenkomst (IRO).
TQL Re-integratie
20
69. Hoe ziet een individueel re-integratietraject er uit? Een individueel re-integratietraject is geen concreet, vastomlijnd product. De inhoud, duur en prijs van een individueel re-integratietraject bepaalt u zelf, in samenspraak met uw werknemer. In dit traject legt u samen met uw werknemer zo concreet mogelijk afspraken en doelen vast, en ook de specifieke rechten en plichten van alle betrokkenen. Het voordeel van een individueel re-integratietraject is dat de zieke werknemer betrokken wordt bij zijn of haar eigen re-integratie. Daarmee kan aan de persoonlijke wensen en behoeften over re-integratie van de werknemer tegemoet worden gekomen. Inspraak lijkt een positieve uitwerking te hebben op de motivatie van de zieke werknemer om van zijn re-integratie een succes te maken. Hij zal daardoor makkelijker re-integreren. 70. Moet ik het re-integratietraject zelf uitvoeren? Voor de uitvoering van dit door de werknemer opgestelde re-integratieplan kunt u een contract sluiten met een door u, samen met uw werknemer, gekozen re-integratiebureau. In dit contract kunt u bijvoorbeeld uitgaan van resultaatsfinanciering. U betaalt dan 50% voorafgaand aan het individuele re-integratietraject en 50% bij een geslaagde afronding van het traject. 71. Wie betaalt de kosten van de re-integratie? U betaalt zelf de kosten voor een opleiding of cursus of voor het inschakelen van een reintegratiebedrijf in. 72. Vergoedt UWV ook nog re-integratiekosten? Van UWV kunt u ook het nodige verwachten. Zo kunt u bijvoorbeeld vergoedingen krijgen voor het aanpassen van de werkplek (niet meeneembare voorziening). Uw (ex-)werknemer kan bij UWV vergoedingen aanvragen voor meeneembare aanpassingen op de werkplek (bijvoorbeeld een aangepaste bureaustoel), een jobcoach voor begeleiding op het werk of een doventolk. Zie verder het hoofdstuk ‘Subsidies en voorzieningen’. 73. Wat mag ik van mijn (ex-)werknemer verwachten? U mag van uw (ex-)werknemer verwachten dat hij er alles aan doet om passend werk te vinden. 74. Wat mag uw (ex-)werknemer van u verwachten? Uw (ex-)werknemer mag van u verwachten dat u er alles aan doet om hem weer aan het werk te krijgen. 75. Wat kan ik doen als mijn (ex-)werknemer niet meewerkt aan re-integratie? Uw (ex-)werknemer moet er alles aan doen om passend werk te vinden. Doet de (ex)werknemer dat niet, dan mag u de uitkering geheel of gedeeltelijk tijdelijk stopzetten. Dit wordt het opleggen van een ‘maatregel’ genoemd. Geef aan UWV door als u de uitkering tijdelijk stopzet of kort.
TQL Re-integratie
21
76. Kan de werknemer bezwaar aantekenen? Een werknemer die het niet eens is met uw besluit om een ‘maatregel’ op te leggen kan op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bezwaar aantekenen en vervolgens in beroep gaan bij de rechter. 77. Aan welke verplichtingen van de Algemene wet bestuursrecht moet ik voldoen? Voor u gelden dan een aantal bepalingen die gelden voor bestuursorganen in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Deze zijn: • het besluit tot het opleggen van een maatregel moet worden genomen door een functionaris die voldoende objectief kan oordelen over de kwestie • het besluit moet met inbegrip van de motivering schriftelijk worden meegedeeld aan de werknemer; deze mededeling is een beschikking. • tegen de beschikking kan de werknemer bezwaar maken. Om dat mogelijk te maken moet u een bezwaarprocedure inrichten • de werknemer kan ook een klacht hebben over de gevolgde procedure bij het opleggen van de maatregel. Met het oog daarop moet u ook een klachtenprocedure inrichten • de werknemer kan inzage vragen in stukken op grond van de Wet Openbaar Bestuur (WOB) met betrekking tot het opleggen van de maatregel. Als uw werknemer beroep instelt bij de rechter tegen de beslissing op bezwaar, moet u een verweerschrift opstellen en u zonodig op de rechtszitting laten vertegenwoordigen. 78. Wat moet er geregeld worden in de bezwaarprocedure? De bezwaarprocedure moet voorzien in: • het in behandeling nemen van het bezwaarschrift • het horen van de werknemer • het nemen van een beslissing op het bezwaar Het is van belang, dat de bezwaarprocedure organisatorisch los staat van de persoon of afdeling die de maatregel heeft opgelegd. Ook moeten de medewerkers die de bezwaarprocedure voeren en beslissen op het bezwaar een voldoende onafhankelijke positie hebben. 79. Moet ik zelf de bezwaarprocedure uitvoeren? U mag als eigenrisicodrager de taken uitbesteden aan bijvoorbeeld de verzekeraar waar u de WGA-uitkering verzekerd hebt.
TQL Re-integratie
22
80. Ben ik, als eigenrisicodrager, verantwoordelijk voor het doorgeven van wijzigingen? Uw (ex-)werknemer moet zelf veranderingen in zijn situatie aan UWV doorgeven: • • • • •
veranderingen in de gezondheid veranderingen in zijn inkomen de (ex-)werknemer gaat meer of minder werken veranderingen in het re-integratietraject verhuizing.
U mag ervan uit gaan dat uw (ex-)werknemer deze veranderingen ook met u bespreekt. Maar het is niet uw verantwoordelijkheid om UWV erover te informeren.
TQL Re-integratie
23
Werkgever en UWV 81. Wat gebeurd er als UWV niet tevreden is over de re-integratie-inspanningen? Vindt UWV dat u niet genoeg heeft gedaan aan re-integratie, dan moet u mogelijk verplicht 1 jaar extra loon doorbetalen. 82. Wat betekent verlenging van de loondoorbetalingsverplichting? Als UWV vindt dat u niet genoeg aan re-integratie van uw werknemer heeft gedaan kan men een sanctie opleggen: u moet 1 jaar extra loon doorbetalen. UWV geeft aan waarom zij vindt dat u niet genoeg heeft gedaan en wat u kunt doen om de re-integratie te verbeteren. Zodra u deze verbeteringen heeft uitgevoerd, kunt u dat aangeven. Als UWV beslist dat u nu wel genoeg heeft gedaan stopt de loondoorbetaling 6 weken na deze beslissing. 83. Kan de werkgever ook besluiten tot een vrijwillige verlenging van de loondoorbetaling? Na 2 jaar ziekte vervalt uw loondoorbetalingsplicht. U kunt er echter samen met uw werknemer voor kiezen het loon van de werknemer na deze periode vrijwillig door te betalen. 84. Waarom kiezen voor vrijwillige verlenging van loondoorbetaling? Werkgever en werknemer kunnen samen kiezen voor vrijwillige verlenging van de loondoorbetaling omdat bijvoorbeeld: • de werknemer al gedeeltelijk aan het werk is en er vooruitzichten zijn op uitbreiding van de werkzaamheden • de werknemer binnenkort gebruik kan maken van een VUT- of (pre)pensioenregeling • u en uw werknemer bezig zijn met een re-integratietraject en dat bijna afgerond is. Hierdoor kan een WIA-uitkering mogelijk worden voorkomen. Voordeel voor de werknemer is: • dat er geen keuring komt • er een VUT-, OBU- of andere prepensioenregeling kan worden toegekend (als een WIA-uitkering is toegekend kan men geen gebruik meer maken van deze regelingen). Voordeel voor de werkgever is, naast een positief imago, dat er geen uitkering is toegekend en deze dus ook geen invloed heeft op de publieke of private WIA-verzekering. 85. Ben ik ook verantwoordelijk voor de re-integratie bij een aflopend dienstverband? Eindigt het dienstverband van uw werknemer binnen 6 weken na de eerste ziektedag? Dan hoeft u geen plan van aanpak op te stellen en geen re-integratieverslag in te dienen. Eindigt het dienstverband van uw werknemer binnen 10 weken na de eerste ziektedag en verwacht de arbodienst dat de werknemer binnen 3 maanden volledig zijn eigen werk kan oppakken? Dan hoeft u geen uitgebreid plan van aanpak te maken. U maakt dan alleen een verkort reintegratieverslag.
TQL Re-integratie
24
86. Moet ik bij een aflopend dienstverband alles zelf betalen? Heeft uw zieke werknemer een aflopend dienstverband? Dan betaalt UWV in sommige gevallen mee aan de re-integratie. Deze participatie door UWV vraagt u aan met het formulier Verzoek om participatie in re-integratietraject. 87. Wat zijn de voorwaarden waaronder UWV participeert? • de re-integratie is noodzakelijk • de re-integratie kost meer dan 70 % van de nog resterende brutoloonkosten • de re-integratie duurt langer dan het dienstverband
88. Wat betaalt UWV aan re-integratiekosten? Als de re-integratie meer kost dan 70% van de brutoloonkosten betaalt UWV deel van de reintegratiekosten dat boven de 70% van de brutoloonkosten (die u kwijt zult zijn tijdens de rest van het dienstverband) komt. Als de re-integratie langer duurt dan het dienstverband kunt u hiervoor een bijdrage aan UWV vragen. Als u een bijdrage krijgt, gaat UWV na het einde van het dienstverband door met de re-integratieactiviteiten in de volgende gevallen: • de re-integratie vergroot de kans op werk; • de werknemer is structureel functioneel beperkt en de re-integratie is gericht op plaatsing bij een andere werkgever. Voor de bijdragen geldt een maximum. 89. Hoe hoog is de maximale bijdrage van UWV aan re-integratiekosten? Maximaal € 2.750,- (bruto) bijdrage, als: • de re-integratie meer kost dan 70% van de brutoloonkosten • de re-integratie langer duurt dan het dienstverband én de re-integratie is gericht op vergroting van de sollicitatiekansen Maximaal € 5.000,- (bruto) bijdrage bij een werknemer met een structureel functionele beperking, als de re-integratie langer duurt dan het dienstverband én de re-integratie is gericht op plaatsing bij een andere werkgever 90. Wie is verantwoordelijk voor de re-integratie als UWV meebetaalt? Als UWV meebetaalt, blijft de werkgever verantwoordelijk voor de re-integratie van de werknemer. Pas na het einde van het dienstverband neemt UWV de verantwoordelijkheid voor de re-integratie over.
TQL Re-integratie
25
Werkgever: subsidies en voorzieningen 91. Welke subsidies en voorzieningen zijn er? • • • • •
Premiekorting (zie: Premiekorting en –vrijstelling bij re-integratie) No-riskpolis (low-riskpolis) Proefplaatsing Subsidieregeling werkplekaanpassing en andere voorzieningen Loonkostensubsidie (brugbaan)
92. Wat houdt de no-riskpolis in? Als u een gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer in dienst houdt of neemt, kan de noriskpolis van toepassing zijn. Zoals gebruikelijk moet u ook deze werknemer bij ziekte minimaal zeventig procent van het loon doorbetalen. U krijgt met de no-riskpolis een tegemoetkoming in de loonkosten via het ziekengeld. Het ziekengeld bedraagt ten minste zeventig procent van het (maximum-)dagloon. De uitkering dekt een groot deel van de loonkosten van de zieke werknemer. Niet alle loononderdelen worden met de no-riskpolis gecompenseerd, bijvoorbeeld vakantietoeslag, een 13e maand, pensioenpremie, kinderopvang, O&O-fondsen en vergoeding spaarloon vallen buiten de vergoeding (en wordt daarom ook wel low-riskpolis genoemd). 93. Hoe lang is de no-riskpolis van toepassing? De no-riskpolis geldt maximaal 5 jaar. Dit betekent dat de no-riskpolis 5 jaar lang na het begin van de dienstbetrekking geldig is als u iemand in dienst neemt. Als u uw werknemer in dienst houdt, is de no-riskpolis 5 jaar na de vaststelling van zijn recht op een WIA-uitkering van toepassing. Als de arbeidshandicap ernstig is kunt u een verlenging van deze periode aanvragen. Voor een werknemer met een Wajong-uitkering geldt de no-riskpolis voor zijn of haar hele werkzame leven. Ook als een werknemer langer dan 5 jaar nadat hij of zij een Wajong-uitkering heeft gehad in dienst treedt, geldt in de eerste 5 jaar nadat hij of zijn in dienst treedt de no-riskpolis. 94. Bij wie vraag ik de no-riskpolis aan? Het aanvragen van de no-riskpolis kan bij UWV. 95. Wat is proefplaatsing (UWV Proeftijd)? Met een proefplaatsing kunt u maximaal 3 maanden lang kijken hoe het gaat zonder dat u loon hoeft te betalen. UWV betaalt dan namelijk de uitkering door. 96. Wie komt in aanmerking voor een proefplaatsing? In de volgende situaties kunt u iemand maximaal 3 maanden laten 'proefdraaien': • ontvangt WW en is minimaal 6 maanden werkloos • ontvangt WW en had kortgeleden een arbeidsongeschiktheidsuitkering; • ontvangt een arbeidsongeschiktheidsuitkering of een Ziektewet-uitkering.
TQL Re-integratie
26
97. Wat zijn de voorwaarden voor een proefplaatsing ? Voorwaarde voor een proefplaatsing is dat u de intentie heeft om de werknemer na afloop een arbeidsovereenkomst aan te bieden voor minimaal 6 maanden met hetzelfde aantal als of meer uren dan de proefplaatsing. Ook moet u een ongevallen- en aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. 98. Kan ik een subsidie krijgen voor aanpassingen aan de werkplek? Als u voor een werknemer met een ziekte of handicap extra kosten maakt om zijn werk mogelijk te maken, dan kunt u subsidie krijgen. Zo kunt u subsidie krijgen om de werkplek of de inrichting van uw bedrijf aan te passen, of om niet-meeneembare hulpmiddelen voor de werknemer aan te schaffen. De werknemer zelf komt in aanmerking voor aanpassingen op de werkplek als die nodig zijn. Het gaat om aanpassingen die de werknemer kan meenemen naar een andere werkgever. Denk bijvoorbeeld aan aangepaste computerapparatuur. 99. Kan ik voor iedere werknemer een werkplekvoorziening aanvragen? Dit kan als de werknemer minimaal zes maanden bij u in dienst is en als de kosten hoger zijn dan een bepaald drempelbedrag. 100. Hoe hoog is het drempelbedrag? Als u een voorziening aanvraagt, geldt er een drempelbedrag. Kost een voorziening minder dan het drempelbedrag, dan betaalt UWV de voorziening niet. Het drempelbedrag is € 120 (bedrag 2010). 101. Moet ik ook 100% loon betalen als mijn werknemer door ziekte of handicap minder presteert? Presteert uw werknemer door zijn ziekte of handicap aantoonbaar minder in tempo dan uw andere werknemers en is hij jonger dan 18 jaar of heeft hij een Wajong-uitkering? Dan kunt u UWV vragen om een lager loon te betalen dan het minimumloon. U maakt dan gebruik van loondispensatie. De loondispensatie kan een halfjaar tot vijf jaar duren. Verlenging is mogelijk. Voordat u loondispensatie krijgt bepaalt een arbeidsdeskundige van UWV of uw werknemer inderdaad duidelijk minder presteert. Is dit het geval dan ontvangt u bericht hoeveel procent van het minimumloon u in ieder geval wél moet betalen. 102. Wat gebeurt er als de werknemer toch een WIA-uitkering krijgt? Krijgt uw werknemer na een ziekteperiode uiteindelijk een WIA-uitkering en had u voor deze werknemer recht op een Ziektewetuitkering? Dan telt deze instroom niet mee voor uw gedifferentieerde WIA-premie. 103. Wat is een brugbaan? Voor werkgevers kan het aantrekkelijk zijn om iemand aan te nemen die is herbeoordeeld voor WAO, WAZ of Wajong. Als deze werknemer heel moeilijk werk kan vinden, kan de werkgever mogelijk loonkostensubsidie krijgen. Een baan waarvoor de werkgever deze subsidie krijgt, wordt brugbaan genoemd. Een brugbaan is dus geen kant-en-klare baan, maar een financieel voordeel voor de werkgever.
TQL Re-integratie
27
104. Aan welke voorwaarden moet de werknemer voldoen om in aanmerking te komen voor een brugbaan? De werknemer: • • • •
is herbeoordeeld voor WAO, WAZ of Wajong; is geboren na 1 juli 1954; kan heel moeilijk aan werk komen; heeft niet eerder op proef bij deze werkgever gewerkt.
105. Aan welke voorwaarden moet de werkgever voldoen om in aanmerking te komen voor een brugbaan? De werkgever: • • • •
biedt een contract aan voor een jaar; is van plan dat contract met nog een half jaar te verlengen; stuurt een kopie van de arbeidsovereenkomst voor minimaal een jaar mee; vraagt de subsidie aan binnen 3 maanden nadat de werknemer bij hem is begonnen.
106. Hoe hoog is de loonkostensubsidie voor een brugbaan? De subsidie houdt in dat de werkgever een jaar lang maximaal 50% van het wettelijk minimumloon krijgt. De maximale subsidie voor loonkosten bedraagt ruim € 8.000 per jaar bij een voltijds dienstverband. Bij aanvraag ontvangt het bedrijf de helft van het bedrag. Het resterende deel volgt na afloop van het jaar. UWV toetst dan eerst of de werknemer volgens het aantal afgesproken uren in het contract heeft gewerkt. Zo kan een subsidie voor een part time contract achteraf hoger uitkomen als de werknemer meer uren heeft gewerkt. Ook het omgekeerde is mogelijk. 107. Wat gebeurt er als de werknemer met een brugbaan ziek wordt? Is een werknemer met een brugbaan ziek, dan hoeft de werkgever geen loon door te betalen. UWV keert in dat geval ziekengeld uit. Dit bedrag wordt aan het eind van het jaar in mindering gebracht op het resterende deel van de subsidie. 108. Hoe vraag ik als werkgever loonkostensubsidie voor een brugbaan aan? Wilt u loonkostensubsidie aanvragen voor een brugbaan? Vul dan het formulier “Aanvraag loonkostensubsidie brugbanen” (downloaden op website UWV) in. 109. Kan een re-integratiebedrijf helpen bij het regelen van een brugbaan? Het kan zijn dat een re-integratiebedrijf of arbeidsdeskundige heeft bemiddeld bij het in dienst nemen van de ‘brugbaner’. Zij vragen dan in de regel namens de werkgever loonkostensubsidie aan, of helpen daarbij.
TQL Re-integratie
28
Werkgever: premiekorting en –vrijstelling bij reintegratie 110. Welke premieregelingen zijn er bij re-integratie? U hoeft als werkgever minder premies werknemersverzekeringen te betalen als u gebruik kunt maken van de: • premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer • premievrijstelling oudere werknemer • premievrijstelling marginale arbeid.
111. Hoe werkt de Premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer? In dienst nemen: als u een gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer in dienst neemt krijgt u maximaal drie jaar korting op de arbeidsongeschiktheids- en werkloosheidpremies. In dienst houden: de premiekorting is ook van toepassing bij het in dienst houden van een werknemer met een WGA-uitkering. In dat geval kunt u de premiekortingsregeling maximaal een jaar toepassen of zolang de werknemer in dienst is. 112. Voor welke gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers krijg ik premievrijstelling? U kunt u de premiekorting toepassen als u iemand in dienst neemt die: • een WIA- of Wajong-uitkering heeft (gehad); of • geen recht op een WIA-uitkering heeft omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is; of • een aanbeveling heeft om te werken bij een bedrijf in de sociale werkvoorziening; of • volgens UWV door zijn ziekte of handicap moeilijker een baan kan vinden of zijn werk minder makkelijk kan doen • recht heeft op een WIA-uitkering (een WGA-uitkering of een IVA-uitkering), een WAO-, Waz- of op een Wajong-uitkering. U kunt in deze situaties de premiekortingsregeling maximaal 3 jaren toepassen vanaf het moment dat u de werknemer in dienst neemt of zolang de werknemer in dienst is.
TQL Re-integratie
29
113. Is er ook een premiekorting voor een werknemer die minder dan 35% arbeidsongeschikt is verklaard door UWV? Bij de werknemer is in een arbeidskundig onderzoek vastgesteld dat hij op de eerste dag na afloop van de wachttijd van de Wet WIA (of van het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting): • voor minder dan 35% arbeidsongeschikt is; en • op de eerste dag van de 13 weken voorafgaand aan het einde van de wachttijd (of van het tijdvak van de verlengdeloondoorbetalingsverplichting) maar bij 1 werkgever in dienst is. Dit moet dezelfde werkgever zijn als de werkgever bij wie de werknemer op de eerste dag van zijn ongeschiktheid wegens ziekte in dienst was; en • niet in staat is tot het verrichten van eigen of passende arbeid bij deze werkgever, en • binnen 5 jaar na de dag na einde wachttijd (of het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) in dienstbetrekking werkzaamheden bij de nieuwe werkgever gaat verrichten. U kunt in deze situatie de premiekortingsregeling maximaal 3 jaren toepassen vanaf het moment dat u de werknemer in dienst neemt of zolang de werknemer in dienst is. 114. Hoe weet ik dat ik een werknemer in dienst heb waarvoor ik premiekorting krijg? Het kan zijn dat uw werknemer u niet heeft verteld dat hij gedeeltelijk arbeidsgeschikt is. Als de werknemer 2 maanden bij u in dienst is, mag u hem hiernaar vragen. Uw werknemer is dan verplicht om openheid van zaken te geven. Over de aard en oorzaak van de (gedeeltelijke) ongeschiktheid hoeft hij u niet te informeren. 115. Hoe hoog is de premiekorting? De premiekorting is € 2.042 op jaarbasis op de totale premie WAO/WIA en op de premie WW-Awf. Als de werknemer minder verdient dan 50% van het naar een jaarbedrag herleid wettelijk minimum(jeugd)loon zoals dat voor de werknemer geldt (ongeveer € 7000,- bruto per maand, exclusief vakantietoeslag) komt u in aanmerking voor een korting van € 454 (2x € 227) op jaarbasis. Is de werknemer niet het hele jaar in dienst, dan wordt het jaarbedrag voor het minimumloon evenredig verminderd. De kortingsbedragen van € 1.021 en € 227 worden verhoogd met € 680 als de werknemer jonggehandicapte (Wajong) is. 116. Hoe vraag ik de premiekorting aan? Sinds 1 januari 2006 is het niet langer nodig een verzoek in te dienen voor de premiekorting. U kunt de premiekorting voor de werknemersverzekeringen zelf toepassen in de aangifte loonheffingen op de WAO/WIA-premie en op het werkgeversdeel van de premie WW-Awf. Controleer of e.e.a op de juiste wijze in het salarispakket is opgenomen. In de meeste gevallen is het handig om contact op te nemen met de helpdesk van uw pakketleverancier.
TQL Re-integratie
30
117. Hoe verreken ik de premiekorting? U kunt in de aangifte loonheffingen een evenredig deel van de jaarbedragen van de premiekorting verrekenen. Doet u per maand aangifte, dan verrekent u bijvoorbeeld 1/12 x € 1.021 = € 85,09 per werknemer met de premie WAO/WIA en € 85,09 met de premie WWAwf. Is de werknemer niet de hele maand in dienst, dan vermindert u dit bedrag evenredig. De premiekorting verrekent u met de WAO/WIA-premie en met de werkgeversdelen van de premie WW-Awf die u voor al uw werknemers tezamen verschuldigd bent. De premiekorting kan de te betalen premie WAO/WIA en de premie WW-Awf niet verder verminderen dan tot nihil. Een restant mag u verrekenen met een vorige of volgende aangifte. 118. Kan ik de premiekorting ook toepassen als ik een werknemer opnieuw in dienst neem? Bij een onderbreking van de dienstbetrekking stopt het recht op de premiekorting. Een onderbreking van minder dan 3 maanden mag u echter inhalen vanaf het moment dat u de werknemer weer in dienst neemt. Bij een onderbreking van 3 maanden of meer kunt u hoogstens de oorspronkelijke termijn van 3 jaar afmaken. Heeft u voor de werknemer de premiekorting al een keer volledig toegepast, dan heeft u geen recht meer op premiekortingen; ook niet als u hem opnieuw in dienst neemt binnen 1 respectievelijk 3 jaar na het einde van de premiekortingperiode. 119. Welke regeling is er voor oudere werknemers die uit een uitkeringssituaties komen? Neemt u een werknemer in dienst die 50 jaar of ouder is en die direct voor indiensttreding een uitkering kreeg? Dan hebt u bij een dienstverband van ten minste 36 uur per week recht op een premiekorting van € 6.500 per jaar. Bij een dienstverband van minder dan 36 uur per week wordt de korting evenredig minder. U kunt deze korting toepassen zolang de dienstbetrekking bestaat, maar maximaal 3 jaar. 120. Voor welke uitkeringen geldt de regeling voor oudere werknemers? De regeling is van toepassing voor: werkloosheidsuitkering (WW, IOW, wachtgeld), arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO, WIA, Wet Wajong, Waz, Wamil), nabestaandenuitkering (Anw), inkomensondersteuning Wet Wajong of bijstandsuitkering (Wwb, Wwik, IOAW, IOAZ) 121. Is het belangrijk hoeveel uitkering de werknemer kreeg? De omvang van de uitkering die de werknemer had voordat hij bij u in dienst kwam, is niet van belang: het mag ook een gedeeltelijke uitkering zijn. Voor de Anw-gerechtigde gelden als extra eisen dat hij voor indiensttreding ten minste 2 jaar recht had op de nabestaandenuitkering en dat hij in die periode geen arbeidsinkomen had. Dat laatste staat ook in de verklaring die u (in dit geval) aanvraagt bij de SVB.
TQL Re-integratie
31
122. Wat is de Premievrijstelling marginale arbeid? Als u een uitkeringsgerechtigde in dienst neemt, kan de Belastingdienst u op uw verzoek voor die werknemer vrijstelling verlenen voor de premies werknemersverzekeringen. U moet daarvoor onder andere aan de volgende voorwaarden voldoen: • u neemt de uitkeringsgerechtigde in dienst voor niet meer dan 6 aaneengesloten weken • u bent in het kalenderjaar niet eerder een dienstbetrekking met de uitkeringsgerechtigde aangegaan. • voor de uitkeringsgerechtigde is niet eerder in het kalenderjaar de premievrijstelling verleend (ook niet bij een andere werkgever).
123. Kan ik een uitkeringsgerechtigde vaker inzetten? Als u de uitkeringsgerechtigde na afloop van de premievrijstelling opnieuw wilt inzetten, dan moet u dit niet aansluitend aan de periode van 6 weken te doen. Als de uitkeringsgerechtigde binnen 31 kalenderdagen na de vrijgestelde periode wordt ingezet, is er sprake van een nietonderbroken dienstverband en vindt samentelling plaats met de eerdere vrijgestelde periode. De eerder verleende vrijstelling wordt hierdoor ingetrokken. U moet dan alsnog premies betalen over de eerste 6 weken. 124. Voor welke uitkeringsgerechtigde geldt de vrijstelling? De uitkeringsgerechtigde dient een uitkering te ontvangen op grond van de: • • • • • • • • •
Werkloosheidswet (WW) Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) Wet werk en bijstand (WWB) Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (IAOW) Wet Inkomensvoorziening voor oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IAOZ) Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) Toeslagenwet (TW)
TQL Re-integratie
32
125. Hoe vraag ik de premievrijstelling marginale arbeid aan? Komt u in aanmerking voor de premievrijstelling en wilt u een verzoek indienen bij de Belastingdienst? Dan is het volgende van belang: • dien het verzoek voor de vrijstelling vóór het einde van de dienstbetrekking in bij de Belastingdienst • vermeld bij de aanvraag het burgerservicenummer (BSN) of sofinummer van de uitkeringsgerechtigde • stuur een kopie mee van de inschrijving als werkzoekende bij het Centrum voor Werk en Inkomen • laat de aanvraag mede ondertekenen door de uitkeringsgerechtigde
126. Wat is de Wajong adviesvoucher? In de tijdelijke pilot Wajong adviesvouchers kan een ondernemer tegen inleveren van de Wajong adviesvoucher door een re-integratiebedrijf een onderzoek laten doen naar de mogelijkheden binnen zijn bedrijf om Wajongers te plaatsen. Het re-integratiebedrijf dient na totstandkoming van het onderzoek en onder inlevering van de Wajong adviesvoucher bij Agentschap NL een subsidieaanvraag in. Namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vergoedt Agentschap NL vervolgens € 2.500,– als vast bedrag aan het reintegratiebedrijf. 127. Tot wanneer kan ik een Wajong adviesvoucher aanvragen? De tijdelijke pilot Wajong adviesvouchers is verlengd tot en met 29 april 2011. De vraag naar en uitgifte van de Wajong adviesvouchers is erg laat op gang gekomen, waardoor alle 1.000 beschikbare vouchers niet voor het eind van de pilotperiode op 14 februari 2011 zijn uitgegeven. Door middel van een verlenging van de pilot met tweeënhalve maand wordt ondernemers meer ruimte geboden om een voucher aan te vragen.
TQL Re-integratie
33
Werknemer en re-integratie 128. Wat zijn de taken van een werknemer bij verzuim / re-integratie? De belangrijkste taken voor de werknemer zijn: • inspanningen gericht op herstel en re-integratie • accepteren van passende arbeid • meewerken aan behandeling tot (behoud,) herstel of bevordering van de arbeidsgeschiktheid.
129. Is de werknemer verantwoordelijk voor de re-integratie? Verantwoordelijk voor re-integratie vanuit verzuim zijn werkgever en werknemer samen. Deze gedeelde verantwoordelijkheid is formeel vastgelegd in de Wet verbetering Poortwachter. 130. Wat als werknemer en werkgever van mening verschillen? Bij verschil van mening kan de werkgever de loondoorbetaling stoppen. Bijvoorbeeld als de werkgever de medewerker niet ziek vindt, als de verzuimende medewerker bepaalde voorschriften niet naleeft, als de werknemer het aangeboden werk niet passend vindt. Werknemer en/of werkgever kunnen om een deskundigenoordeel vragen bij UWV WERKbedrijf en/of hun verschil van mening voorleggen aan de (kanton)rechter. 131. Wat mag van de werknemer verwacht worden t.a.v. passende arbeid? Van de werknemer wordt in ieder geval verwacht dat hij: • meewerkt aan overeengekomen re-integratiestappen • aangeboden passende arbeid aanvaardt • zich actief opstelt en waar mogelijk ook zelf met voorstellen komt over zijn re-integratie. Als de werkgever geen re-integratieactiviteiten ontplooit of niet reageert op voorstellen van de werknemer, mag de werknemer hier niet zomaar in berusten. Van de werknemer wordt verwacht dat hij de werkgever aanspreekt en zo nodig een deskundigen oordeel aanvraagt bij UWV WERKbedrijf. • naarmate de arbeidsongeschiktheid langer duurt en/of terugkeer in eigen werk minder waarschijnlijk is, mogen van de werknemer meer concessies worden verlangd t.a.v. passende arbeid. Er is geen sprake van passende arbeid als de arbeid niet volgens de geldende CAO wordt beloond of als er gewetensbezwaren bestaan tegen het desbetreffende werk.
TQL Re-integratie
34
Werknemer: uitkering en re-integratie 132. Ik heb een uitkering. Waar kan ik terecht voor re-integratie? Dit hangt af van wie u uw uitkering ontvangt en welke uitkering u heeft: UWV of de gemeente. 133. Wanneer kan ik voor re-integratie terecht bij UWV? UWV WERKbedrijf begeleidt u bij het vinden van werk als u: • een uitkering op basis van de Werkloosheidswet (WW-uitkering) hebt • een uitkering hebt op basis van één van de volgende wetten en uw werkgever niet verantwoordelijk is voor uw re-integratie: • Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) • Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (WAO) • Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) • Beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheidscriteria (BIA) • Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong)-toekenning tot 1 januari 2010-, Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong)-toekenning vanaf 1 januari 2010 • Ziektewet
134. Wanneer kan ik voor re-integratie terecht bij de gemeente? De gemeente begeleidt u bij het vinden van werk als u: • • • • • • • •
geen uitkering hebt maar wel aan het werk wilt. U bent dan een herintreder; een uitkering hebt op basis van één van de volgende wetten: Wet werk en bijstand (WWB) Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) Algemene Nabestaandenwet (ANW)
135. Wie bepaalt bij welk re-integratiebedrijf ik terecht kan? De gemeente of UWV WERKbedrijf maakt bij uw re-integratietraject vaak gebruik van een re-integratiebedrijf. Als u een uitkering van UWV ontvangt en zelf ideeën hebt over hoe u het beste kunt re-integreren of behoefte hebt aan een gespecialiseerd re-integratiebedrijf kunt u kiezen voor een individuele re-integratieovereenkomst (IRO) of een persoongebonden reintegratiebudget (PRB).
TQL Re-integratie
35
136. Wat is een individuele re-integratie overeenkomst (IRO)? Als u een uitkering ontvangt op basis van de Werkloosheidswet (WW), de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) of de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) kunt u een IRO aanvragen. In een IRO staat uw eigen plan voor uw re-integratie. Het UWV WERKbedrijf moet uw aanvraag voor een IRO goedkeuren. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met UWV WERKbedrijf. 137. Hoeveel mag een individuele re-integratieovereenkomst (IRO) kosten? Het maximale budget voor een individuele re-integratieovereenkomst (IRO) is € 5.000. Als u meer geld nodig heeft om een baan te vinden, kunt u misschien een hoger budget van UWV krijgen. U moet dan in het re-integratieplan aangeven waarom u extra geld nodig heeft. Ook moet u aantonen waarom er geen goedkopere alternatieven zijn. 138. Wat is een persoonsgebonden re-integratiebudget (PRB)? Als u uw huidige werk niet meer kunt doen door ziekte of een handicap, kunt u een persoonsgebonden re-integratiebudget (PRB) aanvragen. Het PRB is een subsidie waarmee u zelf, of via UWV, een re-integratiebedrijf kunt inhuren. Zo regelt u zelf uw re-integratie.
TQL Re-integratie
36
Werknemer en Persoonsgebonden Reintegratiebudget (PRB) 139. Wat is een Persoonsgebonden Re-integratiebudget (PRB)? Als u uw huidige werk niet meer kunt doen door ziekte of een handicap, kunt u een persoonsgebonden re-integratiebudget (PRB) aanvragen. Het PRB is een subsidie waarmee u zelf, of via UWV WERKbedrijf, een re-integratiebedrijf kunt inhuren. Zo regelt u zelf uw reintegratie. 140. Hoe werkt het Persoonsgebonden Re-integratiebudget? De subsidie geldt voor een traject van maximaal 1 jaar. Met dit geld huurt u een reintegratiebedrijf in om samen te werken aan het vinden van een baan. Als u uw re-integratie niet zelf wilt regelen, moet uw werkgever dit doen. U heeft dan minder invloed op bijvoorbeeld de keuze van het re-integratiebedrijf. 141. Waarvoor kan ik het Persoonsgebonden Re-integratiebudget gebruiken? Van het Persoonsgebonden Re-integratiebudget (PRB) kunt u een re- integratiebedrijf inhuren om samen te werken aan het vinden van een baan. Met het re-integratiebedrijf stelt u een plan op waarin staat wat u gaat doen om weer aan het werk te komen. Bijvoorbeeld het volgen van een opleiding of een sollicitatietraining. 142. Wie kan een Persoonsgebonden Re-integratiebudget krijgen? Een Persoonsgebonden Re-integratiebudget (PRB) kunt u krijgen als u zelf uw re-integratie wilt regelen. Voorwaarde is dat u ziek of gehandicapt bent én nog wel loon van uw werkgever ontvangt. 143. Wat zijn de voorwaarden voor een Persoonsgebonden Re-integratiebudget? U kunt een persoonsgebonden re-integratiebudget krijgen als: • U in dienst bent bij een werkgever, maar ziek thuiszit. U ontvangt dus nog loon van uw werkgever. • U door uw ziekte of handicap problemen heeft met uw werk of het vinden van nieuw werk. • Er bij uw eigen werkgever of een ander bedrijf geen werk is dat bij u past.
144. Hoe hoog is het Persoonsgebonden Re-integratiebudget? Het persoonsgebonden re-integratiebudget bestaat uit een bedrag van maximaal € 3.630. U kunt met dit bedrag zelf een re- integratiebedrijf kiezen en samen kijken hoe u uw kansen op een baan kunt vergroten. Bijvoorbeeld door arbeidsbemiddeling, een sollicitatietraining, een beroepskeuzetest of een cursus of opleiding te volgen.
TQL Re-integratie
37
145. Hoe regelt UWV het Persoonsgebonden Re-integratiebudget? U kunt het bedrag van UWV krijgen in de vorm van een subsidie. UWV betaalt dan de rekeningen van de re-integratieactiviteiten die in uw re-integratieplan staan. Maar u kunt UWV ook de overeenkomst met het re-integratiebedrijf van uw keuze laten betalen. Als u kiest voor een subsidie Dan sluit u zelf de overeenkomst met een re-integratiebedrijf. U kunt van uwv.nl een voorbeeldovereenkomst downloaden. Zo kunt u zien aan welke voorwaarden een overeenkomst moet voldoen. Als u kiest voor een overeenkomst Dan zal UWV een overeenkomst sluiten met een re-integratiebedrijf. U hoeft dat dus niet zelf te doen. Hiervoor gelden aparte voorwaarden. Uw UWV-arbeidsdeskundige kan u daar meer over vertellen. 146. Is het mogelijk om, eventueel, een hoger Persoongebonden Re-integratiebedrag te krijgen? Komt u niet uit met uw budget? Of duurt de overeenkomst met een re integratiebedrijf langer dan een jaar? Dan kunt u bij de UWV- arbeidsdeskundige verhoging van de vergoeding of verlenging van de periode aanvragen. 147. Hoe vraag ik een Persoonsgebonden Re-integratiebudget aan? Bel dan UWV Telefoon Werknemers via 0900 - 92 94. U ontvangt dan een instructiemap. Voor de aanvraag moet u zelf een trajectplan met het re-integratiebedrijf opstellen. Het is verstandig eerst even met de arbeidsdeskundige van UWV te overleggen. 148. Kan ik alleen maar een persoonsgebonden re-integratiebudget aanvragen als ik werk? Woont u in de regio Haaglanden, Utrecht of Maastricht en heeft u een gedeeltelijke WAO-, WIA-, WAZ- of Wajong-uitkering? Dan kunt u ook een PRB krijgen. Voor meer informatie hierover kunt u terecht bij de arbeidsdeskundige van UWV.
TQL Re-integratie
38
Aanbesteding van re-integratietrajecten 149. Welke partijen besteden re-integratietrajecten aan? Re-integratietrajecten worden aanbesteed door UWV en door gemeentes. Het komt steeds meer voor dat ook werkgevers hun trajecten aanbesteden. Dit gebeurt dan meestal op brancheniveau, vaak in overleg met verzuimverzekeraars. 150. Waarom worden re-integratietrajecten aanbesteed? Het openbaar aanbesteden van re-integratietrajecten bevordert de marktwerking en de transparantie van de re-integratiemarkt. De opdrachtgevers kunnen aanbiedingen van diverse partijen met elkaar vergelijken en in principe de beste keus maken tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden. 151. Hoe besteedt UWV re-integratietrajecten aan? UWV biedt re-integratietrajecten aan in een openbare procedure zonder voorafgaande selectie. De trajecten zijn onderverdeeld in doelgroepen die door het jaar heen gefaseerd worden aanbesteed. Een ieder die mee wil dingen, moet binnen 30 dagen na publicatie een offerte uitbrengen. Per aanbesteding en dus per doelgroep formuleert UWV een programma van eisen. Dit programma van eisen wordt ook wel Bestek genoemd. 152. Hoe besteden gemeentes re-integratietrajecten aan? De gemeentelijke markt is momenteel sterk in beweging. Er is nog geen eenduidige werkwijze waar te nemen. Sommige gemeentes besteden hun trajecten openbaar aan, andere weer min of meer onderhands. 153. Waarom heeft UWV doelgroepen gedefinieerd? Een van de uitgangspunten van UWV bij aanbesteding is maatwerk voor hun trajecten. Om maatwerk goed te kunnen realiseren is het nodig van tevoren te definiëren welk programma van eisen nodig is voor welke groep kandidaten. Het geeft re-integratiebedrijven de mogelijkheden gericht te offreren op die groep kandidaten voor wie zij denken goede resultaten te kunnen boeken. 154. Hoe worden aanbestede re-integratietrajecten gefinancierd? Re-integratietrajecten worden gefinancierd uit publieke gelden. Er wordt gebruik gemaakt van drie mogelijkheden: • financiering op basis van resultaat (No Cure No Pay) • financiering op basis van resultaat en inspanning (No Cure Less Pay) • financiering op basis van inspanning (Full Pay, ingezette producten/diensten)
155. Wat houdt No Cure No Pay in? Wanneer een No Cure No Pay constructie is afgesproken, krijgt een re-integratiebedrijf zijn inspanningen pas vergoed wanneer er sprake is van duurzame plaatsing.
TQL Re-integratie
39
156. Wat houdt No Cure Less Pay in? Wanneer een No Cure Less Pay constructie is afgesproken, krijgt een re-integratiebedrijf in ieder geval een gedeelte van de gemaakte kosten vergoed. Bij duurzame plaatsing wordt de gehele trajectprijs vergoed. 157. Wanneer wordt voor de ene en wanneer voor de andere constructie gekozen? In de regel kan gesteld worden dat No Cure No Pay-constructies voornamelijk voorkomen bij die groep trajecten waarvoor geldt dat er een goede kans op het toeleiden naar een baan is. Is de afstand tussen de kandidaten en betaald werk groter, dan wordt meestal gekozen voor een No Cure Less Pay of Full Pay-constructie.
TQL Re-integratie
40
De werkwijze van re-integratiebedrijven 158. Wat mag van een re-integratiebedrijf worden verwacht? Van een re-integratiebedrijf mag een professionele en cliëntvriendelijke houding worden verwacht, gericht op ondersteuning bij terugkeer naar betaalde arbeid. De professionaliteit van hun dienstverlening moet blijken uit hun adviezen. Het re-integratiebedrijf mag gezien worden als een coach in het proces van zoeken naar een baan. Als coach zal het bedrijf de kandidaat faciliteren (bijv. met vacatures), aansturen, adviseren, maar ook, waar nodig, confronteren met zijn eigen houding of gedrag. 159. Wat mag een re-integratiebedrijf aan een opdrachtgever melden? Een re-integratiebedrijf meldt aan de opdrachtgever alle bevindingen, nodig voor het beoordelen van de voortgang van het re-integratieproces, maar overtreedt hierbij nooit de Wet op de Bescherming van Persoonsgegevens. Ieder re-integratiebedrijf dient ook verplicht een privacyreglement op te stellen. Op aanvraag dient deze aan de kandidaat ter inzage te worden voorgelegd. 160. Hoe en waar kunnen klachten over re-integratiebedrijven worden ingediend? Als een kandidaat klachten heeft over een re-integratiebedrijf moet hij zich in eerste instantie wenden tot het desbetreffende re-integratiebedrijf. Ieder re-integratiebedrijf heeft een klachtenreglement waarin exact staat hoe men met klachten omgaat. Indien de klacht niet tot tevredenheid wordt afgehandeld kan de kandidaat de klachtenprocedure volgen van de opdrachtgever (UWV, gemeente). In derde instantie kan hij contact opnemen met de Nationale Ombudsman (inzake klachten over UWV) of met de Ombudsman in zijn gemeente (veel gemeenten hebben een eigen Ombudsman.). Daarnaast zijn er instanties die de belangen van cliënten behartigen zoals Arcon (Landelijke Vereniging Arbeidsongeschikten), Breed Platform Verzekerden en Werk, Helpdesk Gezondheid Werk en Verzekeringen of de CG-raad (Raad voor Chronisch Zieken en Gehandicapten). 161. Hoelang duurt een re-integratieproces? De lengte van een re-integratieproces is afhankelijk van diverse factoren. Allereerst is de werkelijke afstand van de kandidaat tot de arbeidsmarkt van belang. Maar ook de afstand zoals de kandidaat die ervaart, speelt een belangrijke rol. De beschikbaarheid van passend werk is in tijden van economische neergang zeker een belangrijke factor. Verder is bijvoorbeeld de houding van werkgevers ten aanzien van arbeidsgehandicapte medewerkers van invloed. 162. Wie garandeert dat een re-integratiebedrijf moeilijk plaatsbare kandidaten toch in behandeling neemt? In de contracten die een re-integratiebedrijf afsluit met UWV is ook een bepaling opgenomen dat slechts een bepaald percentage van de trajecten voortijdig mag worden geëindigd. Bovendien garandeert de huidige aanbestedingsprocedure dat re-integratiebedrijven kunnen kiezen welke doelgroep zij in behandeling willen nemen. Ze weten dus op welke doelgroep zij offreren.
TQL Re-integratie
41
163. Hoe weet ik welk re-integratiebedrijf voor mij het juiste is? De Raad voor Werk en Inkomen, landelijk adviesorgaan op het gebied van sociale zekerheid, voert in opdracht van het Ministerie van SZW de zogenaamde "Re-integratiemonitor" uit. Dat is een instrument, te vinden op internet: www.rwi.nl, waarmee selecties gemaakt kunnen worden van re-integratiebedrijven op grond van een aantal criteria (zoals bijvoorbeeld regio en activiteiten). Dit bestand is vrijwel compleet. Op de site www.boaborea.nl zijn onder de knop "leden" alle leden met adresgegevens en websites (indien aanwezig). Zij voldoen aan het Keurmerk Re-integratie. Om uit te maken welk re-integratiebedrijf het best voldoet, is het aan te bevelen hun websites te bezoeken om een eerste indruk te krijgen. Informatie kan natuurlijk ook worden opgevraagd. Maar ook UWV kan hierbij adviseren. 164. Wat regelt een re-integratiebedrijf voor een kandidaat? Een re-integratiebedrijf bereidt, door inzet van bijv. trainingen en andere interventies, de kandidaat voor op het weer aanvaarden van werk. In meer of mindere mate bieden reintegratiebedrijven daarnaast ook dienstverlening als “jobsearching”. Daarnaast staat zij de kandidaat bij in geval van problemen met bijvoorbeeld de uitkerende instantie en geeft praktische en op de kandidaat afgestemde adviezen. 165. Wat wordt van een kandidaat zelf verwacht? Van de kandidaat wordt het aannemen van een actieve, oplossingsgerichte houding verwacht en het zelf actief zoeken naar werk. Dit betekent ook dat een kandidaat zich op het gebied van randvoorwaarden, anders dan noodzakelijk voor het kunnen functioneren, niet te hard kan opstellen. Het gangbare motto luidt: “werk boven inkomen”. Verder wordt van een kandidaat verwacht dat hij zich niet teveel richt op wat er onmogelijk is, maar zich juist gaat richten op waar hij wel toe in staat is. 166. Met wie krijgt u te maken bij een re-integratiebedrijf? Een re-integratiebedrijf heeft diverse professionals in dienst. Een kandidaat krijgt vrijwel altijd te maken met een re-integratieconsulent, een trainer en eventueel een arbeidsdeskundige, een psycholoog, jobhunter of intercedent. 167. Welke rol spelen de re-integratieconsulent en de trainer? Een re-integratieconsulent zal meestal in een persoonlijke relatie met de kandidaat de rol van coach aannemen en de kandidaat begeleiden naar werk. De trainer begeleidt een groep werkzoekenden in het kader van een bepaald onderwerp. Re-integratiebedrijven kiezen vaak voor een combinatie van individuele en groepsbegeleiding gezien de versterkende werking. 168. Wat is de functie van een arbeidsdeskundige, de psycholoog, de jobhunter/intercedent? Een arbeidsdeskundige zal, met inachtneming van de informatie die hij van zijn opdrachtgever heeft gekregen, met de kandidaat bepalen wat de functiebelastbaarheid van de kandidaat is en welke functiebelasting door de kandidaat gedragen kan worden. De psycholoog wordt ingeschakeld voor bijv. het afnemen van een capaciteiten en persoonlijkheidstest. De jobhunter/intercedent is iemand die, op basis van de mogelijkheden van de kandidaat, op zoek gaat naar arbeidsplaatsen.
TQL Re-integratie
42
De re-integratiemarkt 169. Waarom is de re-integratiemarkt geprivatiseerd? De regering heeft met de privatisering van de re-integratiemarkt beoogd dat reintegratieprocessen effectief en efficiënt zouden worden ingezet. Immers, voor private partijen zit daar een commercieel belang aan vast. De volledig private re-integratiemarkt bestaat sinds 2002, toen het stelsel van sociale zekerheid werd herzien. Het aantal aanbieders is van enkele tientallen gegroeid tot ruim 700 min of meer professionele re-integratiebedrijven. 170. Is het feit dat re-integratiebedrijven een commercieel belang hebben voldoende waarborg voor goede dienstverlening? Een honderd procent waarborg is het niet, maar het feit dat er een commercieel belang aan reintegratie zit, geeft wel aan dat het logisch is te verwachten dat er efficiënt en effectief gewerkt wordt. Omdat financiering in veel gevallen afhangt van duurzame plaatsing, kan er ook van worden uitgegaan dat gezocht wordt naar passend werk en niet bijvoorbeeld naar zomaar een baan, die toevallig voorhanden was. 171. Hoe kijkt de politiek tegen de re-integratiemarkt aan? De politiek volgt de re-integratiemarkt kritisch. Kunnen de private re-integratiebedrijven hun taken goed vervullen? Wordt er verantwoord omgegaan met re-integratiebudgetten? Hoe gaat het met "onbemiddelbare gevallen"? Hoe succesvol is de rol van UWV en gemeenten; moeten rollen en taken worden herschikt? Aanpassingen in beleid zijn niet denkbeeldig. Verwacht mag worden dat de politiek naar oplossingen zal zoeken voor het gesignaleerde probleem dat veel arbeidsongeschikten na herkeuring (deels) goedgekeurd worden maar vervolgens geen werk kunnen vinden. 172. Worden de prestaties van re-integratiebedrijven gepubliceerd? Voor wat betreft de re-integratietrajecten, afkomstig van UWV WERKbedrijf, wordt door de aantallen verkregen trajecten met slagingspercentage per bedrijf gepubliceerd door UWV. Deze informatie is te vinden op de website van UWV. 173. Wat is BORBOREA? BORBOREA is de naam van de brancheorganisatie van re-integratiebedrijven, voortgekomen uit een samengaan van de organisaties BOREA en BOA in juli 2006. 174. Hoeveel re-integratiebedrijven zijn er eigenlijk? Er zijn naar schatting 700 bedrijven die re-integratiediensten aanbieden. Een deel daarvan verzorgt complete trajecten van inkoop tot bemiddeling naar werk (en nazorg). Een ander deel verzorgt juist weer specifieke activiteiten die deel uit maken van een re-integratietraject. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om medische diensten, scholing, zorgactiviteiten etc. Het is belangrijk dat opdrachtgevers en cliënten weten wat het aanbod is. Via de re-integratiemonitor van de Raad voor Werk en Inkomen (www.rwi.nl) kunt u inzage krijgen in het aanbod van reintegratiediensten en kunt u gericht zoeken naar bijvoorbeeld het aanbod in een bepaalde regio of voor een bepaalde doelgroep. De brancheorganisatie Boaborea (voorheen Borea) heeft een keurmerk ontwikkeld voor re-integratiebedrijven. Informatie hierover kunt u vinden www.boaborea.nl
TQL Re-integratie
43
175. Wat houdt het Blik op Werk keurmerk in? De voormalige organisaties BOA en BOREA hebben een eigen kwaliteitskeurmerk ontwikkeld: ‘Blik op Werk’. Het is een kwaliteitskeurmerk dat door een onafhankelijke stichting wordt beheerd en onderhouden. Het Blik op Werk Keurmerk is toegankelijk voor àlle dienstverleners die werken op het gebied van preventie, ziekteverzuimbegeleiding en reintegratie en is verplicht voor Boaborea-leden. Zie ook www.blikopwerk.nl
TQL Re-integratie
44
Actuele bedragen en percentages 176. Wat zijn de premiepercentages 2011? De premiepercentages 2011 zijn: 2010
2011
AOW (werknemerspremie)
17,90
17,90
ANW (werknemerspremie)
1,10
1,10
AWBZ
12,15
12,15
WAO/WIA-basispremie
5,70
5,10
Uniforme WAO-premie
0,07
vervallen
WGA-rekenpremie
0,59
0,62
WW werkgeverspremie
4,20
4,20
WW werknemerspremie
0,00
0,00
ZVW-
7,05
7,75
0,34
0,34
€48.715,65
€49.297,00
€33.189,00
€33.427,00
premiepercentages
(werknemerspremie)
inkomensafhankelijke bijdrage werkgevers
Verplichte werkgeversbijdrage kinderopvang
Max. premieloon werknemersverzekeringen
Max. bijdrageloon ZVW per jaar
TQL Re-integratie
45
Franchise Awf-premie per jaar
€16704,00
€16.965
177. Hoe hoog is het maximum premieloon in 2011? Als werkgever betaalt u naast het loon van uw werknemers premies voor werknemersverzekeringen zoals de werkloosheids- en arbeidsongeschiktheidspremies. Voor de werknemersverzekeringen geldt een maximum premieloon van €49.297 euro per jaar. Indien een werknemer meer verdient dan dit maximum loon hoeft u over het meerdere geen premie werknemersverzekeringen af te dragen. 178. Hoe hoog is het maximmumdagloon? De hoogte van de WW, WIA en WAO-uitkering hangt mede af van de hoogte van het laatst verdiende loon en het zogenoemde maximumdagloon. Per 1 juli 2011 bedraagt het maximum dagloon € 190,32. 179. Hoe hoog is het uitkeringsdagloon? Het maximum uitkeringsdagloon per 1 juli 2011 is € 190,32.
180. Hoe hoog is de gedifferentieerde premie WGA in 2011? De gefifferentieerde premie WGA wordt per werkgever vastgesteld. In onderstaande tabel staan de bedragen en percentages die gebruikt worden bij de berekening van de premie. 2010
2011
€ 29.200
€ 29.900
€730.000
€747.500
Gemiddeld percentage
0,53%
0,55%
Minimumpremie kleine
0,59%
0,56%
1,59%
1,65%
0,06%
0,07%
2,12%
2,20%
0,36%
0,28%
Rekenpercentage
0,59%
0,62%
Correctiefactor
1,47%
1,96
0,12%
0,09%
Gemiddeld premieplichtig loon
Grens grote/kleine werkgever (25x gemiddeld premieplichtig loon)
werkgever
Maximumpremie kleine werkgever
Minimumpremie grote werkgever Maximumpremie grote werkgever Gemiddeld werkgeversrisicopercentage
werkgeversrisico
Rentehobbel
Correctiefactoren bij onvolledige periode werkgever. Bij een beschikbate periode van:
TQL Re-integratie
46
2010
2011
1 jaar
5,00
5,00
2 jaar
2,50
2,50
3 jaar
1,66
1,66
4 jaar
1,25
1,25
181. Hoe hoog is het minimumloon in 2011? Wettelijk bruto minimumloon, per 1-7-2011, voor werknemers bij een volledig dienstverband (36,38 of 40 uur per week).
Leeftijd
Per maand
Per week
Per dag
Vanaf 23 jaar
€ 1.435,20
€ 331,20
€ 66,24
22 jaar
€ 1.219,90
€ 281,50
€ 56,30
21 jaar
€ 1.040,50
€ 240,10
€ 48,02
20 jaar
€ 882,65
€ 203.70
€ 40,74
19 jaar
€ 753,50
€ 173,90
€ 34,78
18 jaar
€ 653,00
€ 150,70
€ 30,14
17 jaar
€ 556,90
€ 130,80
€ 26,16
16 jaar
€ 495,15
€ 114,25
€ 22,85
15 jaar
€ 430,55
€ 99,35
€ 19,87
TQL Re-integratie
47
182. Hoe hoog is de Wajong-uitkering? De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) biedt jonge gehandicapten en studenten die arbeidsongeschikt zijn een uitkering op minimumniveau. De grondslag op basis waarvan de uitkering wordt berekend is per 1 januari 2011 verhoogd. Ook de grondslagen voor Wajong-gerechtigden beneden de 23 jaar, die worden afgeleid van de minimumjeugdlonen, zijn op die datum verhoogd. Per 1 januari 2011 zijn deze bruto grondslagen (exclusief vakantietoeslag) per dag: vanaf 23 jaar ten hoogste € 65,49 vanaf 22 jaar ten hoogste € 55,67 vanaf 21 jaar ten hoogste € 47,48 vanaf 20 jaar ten hoogste € 40,28 vanaf 19 jaar ten hoogste € 34,38 vanaf 18 jaar ten hoogste € 29,80 Naast de Wajong-uitkering heeft elke Wajong-gerechtigde onder de 23 jaar recht op een tegemoetkoming. Deze compenseert (deels) de inkomensachteruitgang die de invoering van de Zorgverzekeringswet heeft veroorzaakt.
22 jaar
€ 1,74 bruto per maand
21 jaar
€ 4,22
20 jaar
€ 8,57
19 jaar
€ 14,30
18 jaar
€ 14,92
183. Hoeveel kost een deskundigenoordeel bij het UWV? Het deskundigenoordeel kost de aanvrager (werkgever of werknemer) € 50,184. Hoe hoog is het Persoonsgebonden Re-integratiebudget (PRB)? Het Persoonsgebonden Re-integratiebudget (PRB), subsidie voor een traject van maximaal één jaar, is € 3.000,185. Hoe hoog is het budget voor de Individuele Re-integratieovereenkomst (IRO)? Het budget voor de Individuele Re-integratieovereenkomst (IRO) is € 5.000,186. Hoe hoog is de vervoerskostenvergoeding van UWV? U krijgt alleen een vervoerskostenvergoeding als uw bruto gezinsinkomen lager is dan: € 32.300,Het gaat hier om het inkomen van uzelf, uw partner en alle personen met wie u de kosten van huisvesting en huishouden deelt, familie of geen familie.
TQL Re-integratie
48
187. Welke maximale vergoedingsbedragen gelden voor vrijwilligerswerk? Maximale vergoeding per maand vrij te ontvangen: € 150,Maximale vergoeding per jaar vrij te ontvangen: € 1.500,188. Welke percentages gelden er voor een vrijwillige verzekering bij UWV? Premies vrijwillige verzekeringen 2011 Verzekering
Premie %
WIA
5,72%
WAO
5,10%
WW
2,55%
ZW algemeen
9,70% *
ZW voor alfahulpen
8,32%
*Als u naast deze vrijwillige verzekering ook een vrijwillige WW-verzekering afsluit, krijgt u een korting van 0,55%.
TQL Re-integratie
49
Nuttige links 189. Wat zijn nuttige weblinks op het gebied van re-integratie? • • • • • • • • • • • • • •
www.szw.nl www.arboconvenanten.nl www.szw.nl www.boaborea.nl www.rwi.nl www.uwv.nl www.bpv.nl www.arbo.nl www.ehbw.nl www.kroonophetwerk.nl www.werk.nl www.waodossier.nl www.cbs.nl www.postbus51.nl.
TQL Re-integratie
50
Over de auteur J. M. A. Weerts
Jo Weerts is presentator, docent en trainer bij JWinfotainment Jo Weerts verzorgt cursussen en presentaties over sociale zekerheid (verzuimbeleid, Poortwachter, WIA, Werkloosheidswet, etc.), arbeidsrecht (afspiegelingsbeginsel, Flexwet, Wet arbeid en zorg, Wet aanpassing arbeidsduur, etc.), pensioen en arbodienstverlening in Nederland (variërend van 2 tot 1500 deelnemers). Ook geeft hij trainingen presentatietechnieken, (warme en koude) acquisitie, stand- en beurspresentatie en dagvoorzitterschap, en is hij regelmatig zelf (inhoudelijk) dagvoorzitter. Bij de Hogeschool Arnhem en Nijmegen doceert hij aan de Post Bachelor Registeropleiding Case- en Caremanagement: Wetgeving, verzuimregie en schadelastbeheersing.
Weerts startte zijn loopbaan als voorlichter en docent bij het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP). Vervolgens werkte hij als hoofdmedewerker in- en externe betrekkingen bij de voormalige Bedrijfsvereniging voor de Gezondheidzorg (BVG), als voorlichter bij Cadans Uitvoeringsinstelling en als coördinator communicatie van Relan NV in Zoetermeer. Tot 1 april 2006 was hij parttime aan het UWV verbonden als stafvoorlichter. Tevens doceerde hij Sociale Zekerheid, Arbeidsmarktcommunicatie, Arbeidsmarktbeleid, Creatief denken & doen, en Presentatietechnieken aan de INHOLLAND Hogeschool in Rotterdam.
TQL Re-integratie
51