Praktijk. antwoorden. op bedrijfsvraagstukken. WERKLOOSHEIDSWET J.M.A. Weerts. Geactualiseerde versie d.d. 1 juli 2011

Praktijk

antwoorden op bedrijfsvraagstukken

WERKLOOSHEIDSWET J.M.A. Weerts Geactualiseerde versie d.d. 1 juli 2011

Deze publicatie bevat de vragen & antwoorden zoals die zijn opgenomen in de databank van www.tql.nl © 2011 The Question Library BV. Vermenigvuldiging niet toegestaan.

Inhoud: INTRO SOCIALE ZEKERHEID......................................................................................... 3 VOORWAARDEN WW-UITKERING................................................................................. 5 HOOGTE, DUUR EN SAMENLOOP WW-UITKERING.................................................... 7 AANVRAAGPROCEDURE WW-UITKERING................................................................... 8 WW-UITKERING EN SOLLICITATIEVERPLICHTINGEN, PASSENDE ARBEID, RE-INTEGRATIE............................................................................................................ 10 WW-UITKERING EN PASSENDE ARBEID.................................................................... 11 WW-UITKERING EN RE-INTEGRATIE.......................................................................... 14 WW-UITKERING EN ZIEK OF ZWANGER..................................................................... 15 WW-UITKERING EN VAKANTIE.................................................................................... 16 WW-UITKERING EN CONTROLE EN HANDHAVING................................................... 20 WW-UITKERING EN EIGEN BEDRIJF........................................................................... 21 WW-UITKERING BIJ OVERHEID EN ONDERWIJS....................................................... 25 INKOMENSVOORZIENING VOOR OUDERE WERKLOZEN (IOW).............................. 28 WERKTIJDVERKORTING (WTV)................................................................................... 30 DEELTIJD-WW................................................................................................................ 32 ONWERKBAAR WEER EN WW (VORST-WW)............................................................. 36 GEDETINEERDEN.......................................................................................................... 40 BEZWAAR EN BEROEP................................................................................................. 43 FINANCIERING EN PREMIEHEFFING.......................................................................... 45 ACTUELE PERCENTAGES EN BEDRAGEN................................................................. 49 STATISCHE GEGEVENS WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN...................................... 51 OVER DE AUTEUR......................................................................................................... 53

TQL Werkloosheidswet

2

Intro sociale zekerheid 1. Hoe is de sociale zekerheid in Nederland vormgegeven? Sociale zekerheid is in Nederland het publieke stelsel dat bedoeld is om inkomen en/of verzorging te garanderen voor natuurlijke personen ten tijde van pensioen, ziekte, arbeidsongeschiktheid, overlijden of werkloosheid. Sociale zekerheid in Nederland bestaat uit sociale verzekeringen (werknemersverzekeringen en volksverzekeringen) en sociale voorzieningen. 2. Wat zijn de werknemersverzekeringen? Werknemers zijn verplicht verzekerd voor tijdelijk inkomen bij ziekte, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid. Ook zijn zij verzekerd voor verlof bij zwangerschap of adoptie. In Nederland bestaan de volgende werknemersverzekeringen: • Ziektewet (ZW) - de ZW voorziet in een inkomensvoorziening ingeval van • arbeidsongeschiktheid door ziekte. Het bereik van de ZW is aanzienlijk verminderd door de loondoorbetalingsverplichting (dat is de arbeidsrechtelijke verplichting van de werkgever om het loon van de werknemer in geval van ziekte door te betalen) • Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) - de WIA voorziet in een inkomensvoorziening ingeval van langdurige arbeidsongeschiktheid • Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) - de WAO is de voorganger van de WIA en blijft van toepassing op werknemers die ten tijde van de invoering van de WIA (29 december 2005) een uitkering uit hoofde van de WAO ontvingen • Werkloosheidswet (WW) - de WW voorziet in een inkomensvoorziening ingeval van onvrijwillige werkloosheid Als een werknemer in het buitenland gaat werken, blijft hij niet altijd verplicht verzekerd voor de sociale verzekeringen. De verplichte werknemersverzekeringen eindigen als een werknemer 65 jaar wordt. Daarna zijn geen sociale verzekeringspremies meer verschuldigd bij voortzetting van een diensverband.


3

3. Wat zijn de Volksverzekeringen? Een volksverzekering is een verplichte, publiekrechtelijke verzekering voor iedere natuurlijke persoon die legaal ingezetene van Nederland is. Ook een niet-ingezetene van Nederland die ter zake van een in Nederland verrichte arbeidsovereenkomst aan de loonbelasting is onderworpen, is in beginsel verzekerd voor de volksverzekeringen (in Nederland wonen en/of werken). In Nederland kennen we de volgende volksverzekeringen: • Algemene Ouderdomswet (AOW) - basispensioen voor mensen die 65 jaar of ouder zijn en wordt opgebouwd vanaf 15 jaar. Daarnaast kent de AOW een toeslag voor partners jonger dan 65 jaar, die lage eigen inkomsten of helemaal geen inkomsten hebben. • Algemene Nabestaandenwet (ANW) - een financiële ondersteuning van de overheid na het overlijden van een partner of ouders. De Sociale Verzekeringsbank voert de Anw namens de overheid uit. • Algemene Kinderbijslagwet (AKW) - de overheid betaalt mee aan de kosten die horen bij de opvoeding van uw kind: de kinderbijslag. U krijgt kinderbijslag als u in Nederland woont of werkt. De kinderbijslag is voor kinderen tot 18 jaar. De Sociale Verzekeringsbank regelt voor u de kinderbijslag • Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) - dekt zware geneeskundige risico's die niet onder de zorgverzekeringen vallen. Het gaat om medische kosten die door vrijwel niemand op te brengen zijn.

4. Welke sociale voorzieningen zijn er? Onder de sociale voorzieningen vallen de volgende wetten: • Wet Werk en Bijstand (WWB) • Toeslagenwet (TW) • Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering voor Jonggehandicapten (Wajong)-toekenning tot 1 januari 2010 • Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong)-toekenning vanaf 1 januari 2010 • Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen Zelfstandigen (IOAZ) • Inkomensvoorziening voor Oudere Werklozen (IOW)


4

5. Hoe is de verzekering van ziektekosten geregeld? De Ziekenfondswet en de particuliere ziektekostenverzekeringen zijn per 1 januari 2006 vervangen door de, verplichte, Zorgverzekeringswet. 6. Wat hebben de Wet Arbeid en zorg en de andere wetten van de sociale zekerheid met elkaar te maken? In feite vult de Wet Arbeid en zorg (1 december 2001) de andere wetten aan. De wetten hebben alle te maken met "verzuim" van een medewerker. In de Wet Arbeid en Zorg worden een aantal verlofvormen gebundeld, zoals zwangerschapsverlof, ouderschapsverlof, calamiteitenverlof, zorgverlof, adoptieverlof etc. Het nieuwe levensloopverlof is vanaf 1 januari 2006 eveneens opgenomen in de Wet Arbeid en Zorg. 7. Wat doet UWV? UWV staat voor Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen. UWV is op 1 januari 2002 ontstaan uit een fusie van de uitvoeringsinstellingen Cadans, Gak, GUO, SFB, USZO en het Landelijk Instituut Sociale Verzekeringen (LISV). UWV voert in opdracht van het Ministerie van SZW de wettelijke werknemersverzekeringen uit. Wie in loondienst werkt, is automatisch verzekerd via de werkgever. De premie wordt ingehouden door de werkgever en afgedragen aan de Belastingdienst. Zelfstandigen kunnen zich vrijwillig bij UWV verzekeren. De uitkeringen worden betaald uit de premies die werknemers en werkgevers hebben betaald. UWV verzorgde de volgende uitkeringen: • • • • • • • •

ZW (Ziektewet) WAO (Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering) WIA (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen) WAJONG (Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten -tot 1januari 2010- /Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten -vanaf 1 januari 2010-) WAZ (Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen) WW (Werkloosheidswet) WAZO (Wet Arbeid en Zorg) TW (Toeslagenwet)

UWV valt als een Zelfstandig Bestuursorgaan onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Op 1 januari 2009 is de organisatie gefuseerd met het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) onder de concernnaam UWV. Gelijktijdig is binnen UWV een nieuwe divisie 'UWV WERKbedrijf' gevormd waarbinnen alle taken zijn samengevoegd op het terrein van arbeidsmarktondersteuning en de re-integratie en begeleiding van werkzoekenden.


5

8. Wat doet UWV WERKbedrijf? UWV WERKbedrijf is het trefpunt voor werkzoekenden en werkgevers. Zij bieden werkgevers informatie en voorzieningen bij het vinden van gekwalificeerd personeel. Werkzoekenden ondersteunen wij bij het vinden van werk. Totdat zij weer aan het werk zijn, kunnen werkzoekenden bij UWV WERKbedrijf terecht voor het aanvragen van een uitkering (WW, WWB). Voor werkgevers behandelt UWV WERKbedrijf ontslagvergunningen en tewerkstellingsvergunningen. Het UWV WERKbedrijf is actief op drie terreinen: • werk, inkomen en re-integratie • ontslag en arbeidstijdverkorting • tewerkstellingen en regelingen

9. Wat deed het voormalige CWI? Op 1 januari 2009 is het CWI gefuseerd met UWV onder de concernnaam UWV. Het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) was het eerste trefpunt voor werkzoekenden en werkgevers. Werkgevers konden bij CWI terecht voor personeelsbemiddeling en informatie over de arbeidsmarkt. Werkzoekenden konden bij CWI terecht voor het vinden van werk of het aanvragen van een WW- of bijstandsuitkering. Daarnaast verleende CWI ontslagvergunningen en tewerkstellingsvergunningen. Samen met Uitvoering Werknemersverzekering (UWV) en de Gemeentelijke Sociale Dienst vormde CWI de zogenaamde "keten voor werk en inkomen". CWI was de eerste schakel in de keten. Met de komst van UWV WERKbedrijf is de keten feitelijk in elkaar geschoven om vanuit de "éénloket- gedachte" efficienter te opereren. CWI was een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) met circa 130 vestigingen en werkte in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. 10. Wat dient iemand te ondernemen om voor het Nederlandse stelsel van sociale zekerheid verzekerd te zijn? Voor de werknemersverzekeringen (WIA , ZW en WW) geldt vanaf 2006 dat de werknemer bij de Belastingdienst wordt aangemeld via de aangifte loonheffingen. Om in aanmerking te kunnen komen voor de volksverzekeringen (AOW, ANW, AKW en AWBZ) en de sociale voorzieningen, dient iemand ingeschreven te zijn bij een Nederlandse gemeente. Iemand is verzekerd voor de Zorgverzekeringswet als hij/zij op grond van de AWBZ van rechtswege verzekerd is, of binnen Nederland werkzaam is en onderworpen aan loonbelasting. 11. Wie ziet toe op de rechtmatige en doelmatige verstrekking van de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen? UWV wordt aangestuurd vanuit het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het ministerie heeft een Raad voor Werk en Inkomen (RWI), die toezicht houdt en adviezen geeft aan het ministerie. Verder is de Inspectie voor Werk en Inkomen belast met de controle op de rechtmatigheid.


6

Voorwaarden WW-uitkering 12. Wanneer heb ik recht op een WW-uitkering? Als u als werknemer (gedeeltelijk) werkloos wordt, kunt u recht hebben op een Werkloosheidswetuitkering (WW-uitkering). Er zijn 5 belangrijke voorwaarden om een WWuitkering te kunnen krijgen: • U moet werkloos geraakt zijn.De eis is dat u bent ontslagen voor 5 uur per week of meer. Als u gemiddeld minder dan 10 uur per week werkte, dan geldt dat u minimaal de helft van dit aantal uren moet hebben verloren. Overuren of tijdelijk extra gewerkte uren tellen meestal niet mee. • U bent verzekerd voor werkloosheid. Dit is meestal zo als u een arbeidsovereenkomst bij een werkgever heeft of had. • U heeft er alles aan gedaan om te voorkomen dat u een WW-uitkering nodig heeft. U bent bijvoorbeeld direct op zoek gegaan naar ander werk. • U moet voldoen aan de wekeneis. Dat wil zeggen dat u in de periode vóór uw werkloosheid meestal 26 van de 36 weken gewerkt moet hebben. Voor musici en artiesten geldt een andere wekeneis. • U moet beschikbaar zijn voor werk.Dit betekent dat u direct aan een nieuwe baan moet kunnen beginnen. U mag dus geen afspraken maken voor onbetaalde activiteiten, als u daardoor betaald werk zou moeten weigeren. Van belang is verder dat u niet verwijtbaar werkloos bent en dat u zich tijdig hebt ingeschreven als werkzoekende bij UWV WERKbedrijf (voorheen CWI). 13. Wanneer ben ik verwijtbaar werkloos? Verwijtbaar werkloos bent u als u zelf ontslag hebt genomen of om een dringende reden bent ontslagen (bijvoorbeeld omdat u zich hebt misdragen). Dan krijgt u geen, of alleen een gedeeltelijke WW-uitkering. 14. Moet ik protesteren tegen ontslag om mijn uitkering veilig te stellen? U hoeft niet te protesteren tegen het ontslag als u dat alleen doet om een WW-uitkering veilig te stellen. Protest kan wel noodzakelijk zijn als u andere zaken (bijvoorbeeld pensioen) wilt regelen. 15. Wat is de wekeneis WW? De wekeneis houdt in dat u in de 36 weken voor u werkloos werd, minimaal 26 weken hebt gewerkt. Het gaat om weken waarin u minimaal één dag hebt gewerkt, weken waarin u vakantie hebt en weken waarin u betaald verlof hebt opgenomen. Weken die niet meetellen zijn weken die u als zelfstandige hebt gewerkt en weken die zijn meegeteld voor een eerdere uitkering. Voor musici, artiesten, filmmakers en ondersteunende technici geldt een afwijken wekeneis.


7

16. Hoeveel weken moet ik gewerkt hebben als musicus of artiest om een WW-uitkering te krijgen? Bent u musicus, artiest, filmmaker of ondersteunend technicus? En wilt u een WW-uitkering aanvragen? Dan moet u 16 weken gewerkt hebben in de 39 weken vóór uw werkloosheid. Deze 'wekeneis' voor een WW-uitkering is korter dan voor andere beroepen. De kortere wekeneis geldt echter alleen als: • u onregelmatig werk had; en • uw werk voor meer dan 90% bestond uit losse optredens of korte contracten

17. Wat is onregelmatig werk (musicus, artiest, filmmaker of ondersteunend technicus)? Werk is onregelmatig als een musicus, artiest, filmmaker of ondersteunend technicus in de 39 weken voor zijn werkloosheid meerdere contracten had bij verschillende werkgevers of opdrachtgevers, en als de contracten elk korter duurden dan een half jaar. 18. Is de afwijkende wekeneis ook van toepassing als ik als musicus, artiest in loondienst werk? Werkt u in vaste loondienst? Dan geldt de normale wekeneis. Dat betekent dat u in de laatste 36 weken voor uw werkloosheid, 26 weken gewerkt moet hebben. 19. Wat is de jareneis? De jareneis houdt in dat u in de vijf jaar voordat u werkloos werd minstens vier jaar voldoende hebt gewerkt. U hebt voldoende gewerkt als u in een jaar over 52 of meer dagen loon hebt ontvangen. Het jaar waarin u werkloos bent geworden, telt bij de berekening hiervan niet mee. 20. Wat telt als werk bij de jareneis van de WW? Een jaar telt mee voor de jareneis van de WW als u in dat jaar over 52 dagen of meer loon hebt ontvangen. Ook jaren waarin u voor uw kinderen hebt gezorgd, kunnen meetellen voor de jareneis. Vanaf 2007 geldt dit ook als u mantelzorg verleent. 21. Telt zorg voor kinderen ook mee bij het vaststellen van de jareneis? Als u op of na 1 januari 2005 werkloos bent geworden, tellen de jaren dat u voor uw kind of kinderen tot 5 jaar hebt gezorgd, geheel of gedeeltelijk mee voor de jareneis van de WW. Hierbij geldt het volgende: • verzorgingsjaren vóór 2005 tellen volledig mee; • verzorgingsjaren in 2005 en 2006 tellen voor 75 procent mee; • verzorgingsjaren vanaf 2007 tellen voor de helft mee.

22. Telt mantelzorg ook mee bij het vaststellen van de jareneis? Vanaf 2007 tellen de jaren waarin u mantelzorg verleent voor de helft mee. U bent mantelzorger als u zorgt voor een ziek familielid of kennis. Er is meestal een sociale relatie tussen u en degene voor wie u zorgt. U verleent de zorg niet beroepsmatig.


8

23. Hoe wordt mijn arbeidsverleden in het kader van de WW vastgesteld? Om uw totale arbeidsverleden te bepalen telt u uw fictieve en feitelijke arbeidsverleden bij elkaar op. Voor elk jaar dat u hebt gewerkt, hebt u recht op een WW-uitkering van een maand. 24. Wat is het fictieve arbeidsverleden? Dit zijn alle jaren vanaf het kalenderjaar waarin u achttien jaar werd tot en met 1997. 25. Wat is het feitelijke arbeidsverleden? Vanaf 1998 worden de daadwerkelijk gewerkte jaren geteld. Een jaar telt mee als u in dat jaar over 52 dagen of meer loon hebt ontvangen. U moet zelf kunnen aantonen wat uw feitelijke arbeidsverleden is, bijvoorbeeld via een jaaropgave voor de belastingdienst of loonstrookjes.


9

Hoogte, duur en samenloop WW-uitkering 26. Hoe hoog is de WW-uitkering? De hoogte van de WW-uitkering hangt in het algemeen af van het loon dat u ontving in het jaar voordat u werkloos werd. De eerste twee maanden dat u een WW-uitkering ontvangt, krijgt u 75 procent van dat loon. De volgende maanden ontvangt u 70 procent. 27. Is er een maximum aan de WW-uitkering? De hoogte van de WW-uitkering is gebonden aan een maximum: het maximumdagloon. (zie overzicht percentages en bedragen). De maximumuitkering is de eerste twee maanden 75% en daarna 70% van het dagloon. 28. Wordt de WW-uitkering op een vaste dag betaald? Uw WW-uitkering wordt niet per maand uitbetaald, maar 1 keer per 4 weken. Daarom krijgt u uw uitkering niet steeds op of rond dezelfde dag van de maand. 29. Wordt er bij een WW-uitkering een loonstrookje verstrekt? U krijgt een schriftelijk overzicht waarop staat welk bedrag u ontvangt. Ook kunt u daarop terugvinden hoeveel er op uw uitkering is ingehouden. Daarbij moet u denken aan belastingen, premies en ziektekostenpremie. 30. Is het inkomen van mijn partner van invloed op mijn WW-uitkering? De hoogte van uw WW-uitkering is niet gekoppeld aan het inkomen van uw partner of van andere gezinsleden. 31. Is mijn eigen vermogen van invloed op mijn WW-uitkering? Uw eigen vermogen heeft geen invloed op de hoogte van uw WW-uitkering. 32. Welke andere aanspraken heb ik als mijn WW-uitkering beneden het sociaal minimum is? Als uw WW-uitkering lager is dan het voor u geldend sociaal minimum, hebt u mogelijk recht op een toeslag op grond van de Toeslagenwet. Dit is ook afhankelijk van uw overige inkomen en dat van uw partner. De Toeslagenwet wordt uitgevoerd door UWV. Deze toeslag kunt u tegelijk met uw uitkering aanvragen. Vraag de toeslag aan binnen 6 weken na de toekenning van de uitkering. 33. Hoe lang heb ik recht op een WW-uitkering? U hebt minimaal 3 maanden en maximaal 38 maanden recht op een WW-uitkering. 34. Hoe lang is de WW-uitkering als ik uitsluitend voldoe aan de wekeneis? Als u aan de wekeneis (26 uit 36) voldoet hebt u recht op een uitkering van 3 maanden. 35. Wanneer krijg ik een langere WW-uitkering dan 3 maanden? U hebt recht op een langere uitkering als u ook aan de jareneis voldoet. Een verlengde uitkering duurt maximaal 35 maanden. Hoe lang de uitkering precies duurt, is afhankelijk van uw totale arbeidsverleden. De jaren waarin u kinderen hebt verzorgd kunnen ook gedeeltelijk meetellen. Vanaf 2007 kan ook een jaar waarin u mantelzorg hebt verricht meetellen.


10

36. Kan ik ook een WW-uitkering krijgen als ik een arbeidsongeschiktheidsuitkering heb? WAO-uitkering en WW Als u volledig arbeidsongeschikt bent en een uitkering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO-uitkering) hebt, hebt u geen recht op een WWuitkering. U kunt echter weer recht hebben op een WW-uitkering als u na een herbeoordeling gedeeltelijk arbeidsgeschikt wordt verklaard, maar nog geen passend werk hebt gevonden. U hoeft dan niet te voldoen aan de jareneis van de WW. IVA-uitkering en WW Als u een uitkering hebt op grond van de Regeling inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten (IVA-uitkering) hebt u meestal geen recht op een WW-uitkering. WGA-uitkering Als u gedeeltelijk arbeidsgeschikt bent geworden in of na 2006 krijgt u een WGA-uitkering die uw loon in principe aanvult; er is dan geen aanspraak mogelijk op een WW-uitkering. Wanneer het loon echter wegvalt, is het mogelijk voor dit deel een WW-uitkering aan te vragen. Hiervoor gelden dan uiteraard wel de gebruikelijke voorwaarden. 37. Wat gebeurt er met mijn uitkering als ik gedeeltelijk ga werken? Als u werk heeft, geeft u dat aan UWV door met het Wijzigingsformulier WW. U vermeldt hoeveel uur u per week gaat werken. Als u naast uw WW-uitkering ook een toeslag krijgt, moet u ook de inkomsten over de gewerkte uren opgeven. U krijgt geen uitkering over het aantal uren dat u werkt. 38. Ik heb wekelijks wisselende inkomsten. Wat betekent dat voor de WW-uitkering? Als u iedere week wisselende uren werkt of als u een toeslag krijgt van UWV en u of uw partner hebben wisselende inkomsten, dan ontvangt u van UWV een Inkomstenformulier WW. Dit ontvangt u na het invullen van het Wijzigingsformulier WW. Nadat u het Inkomstenformulier heeft ingevuld, ondertekend en opgestuurd, worden de inkomsten verrekend met uw uitkering 39. Ik heb een pensioen of regeling voor vervroegde uittreding. Wat betekent dat voor de WW-uitkering? Heeft u inkomsten uit een ouderdomspensioen uit de zelfde baan -bijvoorbeeld een prepensioen of flexpensioen- of uit een regeling voor vervroegde uittreding? Dan worden deze afgetrokken van uw uitkering.


11

40. Welke inkomsten hebben geen invloed op de WW-uitkering? Niet alle inkomsten worden in mindering gebracht op uw uitkering. Bent u werkloos geworden en heeft u een ouderdomspensioen vanuit een andere baan? Dan heeft dit ook geen invloed op uw uitkering. Dit geldt ook voor inkomsten die te maken hebben met het beëindigen van een baan, bijvoorbeeld een gouden handdruk, afkoopsom of schadevergoeding. Wel kan het gebeuren dat uw WW-uitkering hierdoor later ingaat. Andere inkomsten die geen invloed hebben op uw WW-uitkering zijn: • • • • • • • •

het inkomen van uw partner; uw vermogen of spaargeld; een lijfrente; een erfenis; alimentatie; kinderbijslag; de huur-, zorg- of kinderopvangtoeslag die u van de Belastingdienst ontvangt; een onkostenvergoeding voor vrijwilligerswerk. Het totaalbedrag mag dan niet hoger zijn dan de 'maximale vergoeding vrijwilligerswerk'.

41. Wat gebeurt er met mijn WW-uitkering als ik overlijd? Als u komt te overlijden, stopt uw WW-uitkering. Uw nabestaanden kunnen bij UWV een overlijdensuitkering aanvragen. De overlijdensuitkering is gelijk aan één bruto WWmaanduitkering. UWV berekent bij overlijden ook meteen het opgebouwde vakantiegeld en keert het uit. Het kan zijn dat de netto-uitkering na het overlijden nog een tijdje is doorbetaald. In dat geval wordt de teveel betaalde uitkering van de overlijdensuitkering afgetrokken. 42. Hoe verloopt de pensioenopbouw bij een WW-uitkering? Werkloos worden heeft ingrijpende gevolgen. U verliest niet alleen uw werk, maar ook een deel van uw inkomen. Misschien stopt ook de opbouw van uw pensioen. Hierdoor kan het pensioen dat u later naast uw AOW ontvangt lager uitvallen dan u had verwacht. De Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP) levert onder voorwaarden kosteloos een bijdrage aan de beperking van de pensioenbreuk bij werkloosheid. Als u werkloos wordt en u bent 40 jaar of ouder, dan kunt u mogelijk gebruik maken van deze regeling. Vanaf 1 januari 2011 is de instroom in de FVP-regeling definitief beëindigd. Dit betekent concreet dat werknemers van 40 jaar of ouder die op of na 1 januari 2011 WW gerechtigd worden, niet meer in aanmerking komen voor een FVP bijdrage. 43. Ik ben opnieuw werkloos geworden, heb ik nu opnieuw recht op een uitkering? Bent u weer aan het werk gegaan en is uw WW-uitkering daarom stopgezet? En bent u daarna binnen 26 weken opnieuw werkloos geworden? Dan loopt uw oude WW-uitkering weer verder. Het oude uitkeringsbedrag blijft dan gelden. Ook als u in de tussentijd tegen een lager salaris heeft gewerkt. Hoe lang u dan nog WW krijgt, hangt af van de voorgaande periode dat u WW kreeg. De einddatum voor uw WW-uitkering schuift op met de periode die zit tussen het stopzetten van uw WW-uitkering en het moment dat u opnieuw werkloos werd.


12

44. Wanneer stopt de WW-uitkering? In de volgende gevallen stopt uw WW-uitkering: • U gaat weer aan het werk. Hebt u een baan gevonden voor minder uren dan waarvoor u een uitkering ontving, dan blijft u een uitkering ontvangen voor het verschil in uren. Als het verschil minder bedraagt dan vijf uren (of minder dan de helft als u voorheen minder dan tien uur werkte), bent u niet langer werkloos. Uw uitkering wordt dan gestopt. • U voldoet niet meer aan alle voorwaarden om voor een WW-uitkering in aanmerking te komen. Bijvoorbeeld omdat u een uitkering ontvangt wegens volledige arbeidsongeschiktheid, of in het buitenland verblijft. • De maximale uitkeringsduur is verstreken. Bent u op het moment dat de maximale uitkeringsduur voor u is verstreken nog werkloos, dan kunt u misschien nog wel een uitkering aanvragen op grond van de wet Werk en bijstand (WWB) of de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW). Beide uitkeringen worden echter wél getoetst aan het inkomen van uw eventuele partner. Bij de IOAW heeft uw eigen vermogen geen invloed op de hoogte van uw uitkering. De WWB-uitkering wordt getoetst aan het inkomen van andere gezinsleden én aan uw vermogen. • U wordt 65 jaar. Vanaf de maand dat u 65 wordt, ontvangt u AOW.


13

Aanvraagprocedure WW-uitkering 45. Hoe vraag ik een WW-uitkering aan? U kunt al voordat u werkloos bent, een WW-uitkering aanvragen via werk.nl. Hiervoor moet u de datum van uw eerste werkloosheidsdag weten. UWV behandelt uw aanvraag. U kunt uw WW-uitkering snel en gemakkelijk aanvragen via internet. U heeft wel DigiD nodig. Aanvragen via internet heeft voor u een paar belangrijke voordelen: • • • • •

U kunt 24 uur per dag, 7 dagen in de week WW aanvragen. U kunt het formulier thuis invullen. U hoeft minder gegevens in te vullen. U stuurt uw aanvraag rechtstreeks naar UWV. U kunt zich meteen inschrijven als werkzoekende bij UWV WERKbedrijf.

46. Hoe vraag ik een WW-uitkering aan als ik geen internet heb? Heeft u zelf geen internet of heeft u hulp nodig bij het invullen van het formulier? Ga dan naar een vestiging van UWV WERKbedrijf bij u in de buurt. U kunt daar uw aanvraag via internet doen. Op het WERKbedrijf zijn medewerkers aanwezig om u hierbij te helpen. 47. Hoe weet ik of mijn aanvraag door UWV is ontvangen? Als UWV uw aanvraag heeft ontvangen wordt u binnen maximaal 2 weken door UWV gebeld. Tijdens dit telefoongesprek neemt UWV met u de aanvraag door. U weet dan meteen of uw aanvraag compleet is en wat u van UWV kunt verwachten. 48. Hoe kan ik mijn inschrijving als werkzoekende? Wilt u zich als werkzoekende inschrijven? Dat kan via internet op www.werk.nl. U heeft dan wel DigiD nodig. Bel binnen 2 werkdagen uw vestiging van het UWV WERKbedrijf om een afspraak te maken met een werkcoach. Tijdens dit persoonlijk gesprek wordt u definitief ingeschreven. 49. Hoe kan ik mij inschrijven als werkzoekende als ik geen internet heb? Als inschrijven via internet niet lukt, ga dan naar een vestiging van UWV WERKbedrijf bij u in de buurt. Een medewerker van UWV WERKbedrijf helpt u dan bij de inschrijving. Maak wel eerst (telefonisch) een afspraak. 50. Wat moet ik meenemen als ik voor de 1e keer naar het UWV WERKbedrijf ga? Neem bij uw 1e bezoek aan het WERKbedrijf een geldig paspoort of geldige identiteitskaart (geen rijbewijs) mee. Neem ook een officieel document met uw burgerservicenummer (BSN) mee, bijvoorbeeld een belastingaanslag. Als UWV uw aanvraag heeft ontvangen, wordt u binnen enkele dagen gebeld. Tijdens dit gesprek hoort u of UWV nog gegevens van u nodig heeft. Stuur de gevraagde gegevens dan zo snel mogelijk op. Zo voorkomt u onnodige vertraging in de afhandeling van uw aanvraag. 51. Wanneer krijg ik een definitieve beslissing op mijn WW-aanvraag? UWV behandelt uw aanvraag en betaalt uw uitkering binnen vier weken na ontvangst van uw aanvraag. Zodra UWV een beslissing heeft genomen, krijgt u hierover een brief.


14

52. Kan ik een voorschot op de WW-uitkeringkrijgen? Als het niet mogelijk is om binnen vier weken een beslissing te nemen, kunt u een voorschot op uw WW-uitkering krijgen. In dat geval neemt UWV binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag contact met u op om te bespreken of u een voorschot wilt. Als u een voorschot krijgt, staat de hoogte van uw uitkering nog niet vast. UWV maakt dan een inschatting van het bedrag dat u waarschijnlijk zult krijgen. Het voorschot wordt daarop gebaseerd. Als achteraf blijkt dat u te weinig geld heeft gekregen, krijgt u van UWV een nabetaling. Blijkt dat u te veel heeft gekregen, dan verrekent UWV dat met uw toekomstige uitkering. Als dat niet mogelijk is, moet u dat terug betalen. 53. Wat kan ik doen als ik van mening ben dat UWV een onjuiste beslissing heeft genomen over mijn WW-uitkering? Bent u van mening dat UWV een onjuiste beslissing heeft genomen over het recht op of de hoogte van uw WW-uitkering? Dan kunt een bezwaar indienen en later eventueel in beroep gaan. Ook kunt u vragen om bespreking van uw bezwaar in een persoonlijk gesprek. Dat heet mediation (bemiddeling). 54. Wat kan ik doen als ik het niet eens ben met de manier waarop UWV mij heeft behandeld? Bent u het niet eens met de manier waarop UWV u heeft behandeld? Bijvoorbeeld omdat er niet of niet op tijd is gereageerd op een vraag of verzoek? Dan kunt u een klacht indienen bij UWV. 55. Welke wijzigingen moet de WW-uitkeringsgerechtigde aan UWV doorgeven? Als u een WW-uitkering heeft, kunnen er tussentijds zaken veranderen die invloed hebben op de uitkering. Een verhuizing bijvoorbeeld, of een nieuwe baan. U moet veranderingen daarom meteen aan UWV (Wijzigingsformulier WW) doorgeven. Meldt u de wijzigingen niet? Dan krijgt u tijdelijk minder uitkering. Of u krijgt een boete. De volgende wijzigingen moet u melden: • wijzigingen in persoonlijke gegevens (wijziging van adres, telefoonnummer of rekeningnummer); • wijzigingen in leefvorm of gezinssituatie (huwelijk/samenwoning, scheiding, geboorte kind); • inkomsten niet uit arbeid (bijvoorbeeld de aanvulling op een uitkering - niet via UWV -, ziekengeld, wijziging pensioen); • vakantie; • u gaat werken of het aantal uren dat u werkt is veranderd; • u heeft een toeslag van UWV en de inkomsten van u of uw partner zijn veranderd; • uw inkomsten die niet uit werk komen zijn veranderd.


15

56. Kan ik UWV verplichten op tijd te reageren? Heeft u op 1 oktober 2009 of daarna een aanvraag of een bezwaar bij UWV ingediend? En heeft UWV geen beslissing genomen binnen de periode die staat aangegeven in de ontvangstbevestiging? En heeft u ook geen brief van UWV gekregen waarin staat dat zij meer tijd nodig hebben? Dan kunt u UWV op basis van de Wet Dwangsom vragen om binnen 2 weken alsnog te beslissen. 57. Wat kan ik doen als UWV na verzoek alsnog niet op tijd is? UWV probeert binnen 2 weken na ontvangst van de melding te beslissen. Lukt dat niet? Dan kunt u een vergoeding krijgen. 58. Hoe hoog is de vergoeding door UWV bij niet tijdig beslissen? De hoogte van de vergoeding berekent UWV als volgt: • de eerste 14 dagen € 20 per dag; • de volgende 14 dagen € 30 per dag; • de volgende dagen, tot en met de 42e dag € 40 per dag. De vergoeding loopt maximaal 42 dagen en is nooit hoger dan € 1260. De dag waarop UWV de beslissing op de aanvraag verstuurt, is de laatste dag van de vergoeding.


16

WW-uitkering en sollicitatieverplichtingen, passende arbeid, re-integratie 59. Wat zijn mijn verplichtingen bij een WW-uitkering? Als u een WW-uitkering hebt, bent u verplicht zo snel mogelijk weer aan het werk te gaan. U maakt met UWV WERKbedrijf afspraken over het zoeken naar werk. 60. Wanneer en hoe vaak moet ik solliciteren? Zodra u weet dat u werkloos wordt moet u zo vaak als mogelijk solliciteren. Ga dan meteen op zoek naar geschikte vacatures en begin met solliciteren. Zo kunt u misschien voorkomen dat u werkloos wordt. U moet bijhouden wanneer en bij wie u gesolliciteerd heeft. Met een werkcoach spreekt u af hoe vaak u gaat solliciteren en wat u verder gaat doen om een baan te vinden. Als u zonder goede reden deze afspraak niet nakomt, heeft dat gevolgen voor de hoogte van uw uitkering. 61. Wat geldt als sollicitatie in het kader van de WW? Voorbeelden van sollicitaties zijn: • • • • •

een sollicitatiebrief (op papier of via e-mail) versturen; telefonisch contact opnemen met een bedrijf over een vacature; een sollicitatiegesprek waarvoor u bent uitgenodigd voeren; het doen van een test waarvoor u bent uitgenodigd; via een uitzendbureau of website solliciteren.

Let op: een website met vacatures doorzoeken telt niet als sollicitatie.


17

62. Hoe bewijs ik dat ik solliciteer? Bewaar de schriftelijke bewijsstukken van uw sollicitaties, zoals brieven en advertenties. Bewaar ze minimaal twee jaar. Ook als u al werk heeft gevonden. Solliciteert u op een bestaande of een ‘open’ vacature? Bewaar dan een kopie van uw brief of e-mail. Bewaar ook de ontvangstbevestiging of de reactie van de werkgever. Belt u een werkgever naar wie u bent verwezen? Of belt u spontaan om te informeren of hij werk heeft? Maak dan aantekeningen van het telefoongesprek en bewaar ze. Schrijf altijd op: • • • •

Wanneer heeft u gebeld? Wat is de naam van het bedrijf? Met wie heeft u gesproken? Over welke functie ging het?

Gaat u langs bij een werkgever, spontaan of na een verwijzing van het WERKbedrijf? Maak dan aantekeningen van het gesprek en bewaar deze. Schrijf altijd op: • • • •

Wanneer bent u langsgegaan? Wat is de naam van het bedrijf? Met wie heeft u gesproken? Over welke functie ging het?

Bewaar een kopie van uw inschrijvingsbewijs -uitzendbureau, arbeids- of (onderwijs)invalpool. Heeft een werkgever u uitgenodigd voor een gesprek? Bewaar dan de uitnodigingsbrief en de reactie van de werkgever op het gesprek. Wil een werkgever u testen om te kijken of u geschikt bent voor de vacature? Bewaar dan de uitnodiging voor de test. 63. Moet ik kopieën van sollicitatiebrieven bewaren? Met uw werkcoach (UWV WERKbedrijf) maakt u afspraken over solliciteren. Hij zal u regelmatig vragen om bewijzen van uw sollicitatieactiviteiten te laten zien. Bewaart u daarom kopieën van uw sollicitatiebrieven en uitnodigingen voor sollicitatiegesprekken of tests. 64. Moet ik aangeboden werk accepteren als ik een WW-uitkering ontvang? Als u passend werk krijgt aangeboden, moet u dat aannemen. 65. Moet ik ook solliciteren als ik gedeeltelijk werk? Ook als u al weer gedeeltelijk werkt, blijft u gewoon solliciteren zoals u gewend bent. Het is namelijk belangrijk dat u weer volledig aan het werk gaat. Als u naast uw huidige werk nog ander werk vindt, mag u dit natuurlijk gaan doen.


18

66. Is het mogelijk om ontheffing van de sollicitatieplicht te krijgen? In bijzondere gevallen hoeft u tijdelijk niet te voldoen aan de sollicitatieplicht. UWV WERKbedrijf kan u in de volgende gevallen ontheffen van de sollicitatieplicht: • u hebt geprobeerd om weer aan het werk te komen maar dit lukt niet. U moet in het kader van een re-integratietraject minimaal twintig uur vrijwilligerswerk doen. • u verricht intensieve mantelzorg. • er is een calamiteit in uw gezinssituatie, bijvoorbeeld een sterfgeval of een ernstige ziekte. • u begint een eigen bedrijf.

67. Ik heb een WW-uitkering. Is vrijwilligerswerk een sollicitatieactiviteit? Vrijwilligerswerk is geen sollicitatieactiviteit. U vergroot met vrijwilligerswerk wel uw kansen op betaald werk. U krijgt als vrijwilliger bijvoorbeeld meer kennis en ervaring en u doet sociale contacten op. Als u vrijwilligerswerk doet, moet u daarnaast dus wel blijven solliciteren. U moet ook een betaalde baan accepteren als u die krijgt aangeboden. 68. Hoe zit het met vrijwilligerswerk en sollicitatieplicht? Als u vrijwilligerswerk doet hoeft u zes maanden lang niet te solliciteren. Dit kan als: • het doen van vrijwilligerswerk uw kansen op een betaalde baan vergroot; • u minimaal 20 uur per week als vrijwilliger werkt; • u al lange tijd bezig bent met het zoeken naar regulier werk. UWV WERKbedrijf kan u een verlenging geven van zes maanden. Na een jaar bekijkt UWV WERKbedrijf uw situatie per maand opnieuw. 69. Wat is vrijwilligerswerk volgens UWV? Vrijwilligerswerk is werk: • waarvoor u niet betaald krijgt (op een mogelijke onkostenvergoeding na); • dat u doet voor een kerk/moskee of een maatschappelijke organisatie (zoals een sportvereniging of een bejaardentehuis); • dat een ander niet eerder voor loon deed; • dat u maximaal 20 uur per week doet. Klopt een van de punten niet? Dan gaat het niet om vrijwilligerswerk. Wij zien u dan niet meer als vrijwilliger, maar als werknemer. Dit kan gevolgen hebben voor uw uitkering. Vraag dus voor de zekerheid aan uw arbeidsdeskundige of re-integratiecoach of u inderdaad vrijwilligerswerk doet.


19

70. Hoe zit het met de onkostenvergoeding voor vrijwilligers in het kader van de WW? U kunt voor uw vrijwilligerswerk als vrijwilliger een onkostenvergoeding krijgen. De maximale vergoeding is €150 per maand, maar dit bedrag mag per kalenderjaar niet hoger zijn dan €1.500. Een werkgever is niet verplicht om u dit bedrag te betalen. Overleg dus eerst met degene die u aanneemt. Als u onder deze bedragen blijft, heeft het geen invloed op uw uitkering. Maakt u meer onkosten dan €150 per maand? Bewaar dan de bonnen. Als u het bedrag boven de €150 niet met bonnen kunt aantonen, kan dat gevolgen hebben voor uw uitkering. 71. Moet ik mijn vrijwilligerswerk aan UWV doorgeven? In de volgende situaties is het verplicht is om vrijwilligerswerk aan UWV te melden: • als u een WW-uitkering heeft (dan geeft u uw vrijwilligerswerk op via uw werkcoach of via UWV Telefoon Werknemers 0900 - 92 94); • of als u meer betaald krijgt dan de onkostenvergoeding van €150 per maand; • of als uw vrijwilligerswerk lijkt op het werk waar u oorspronkelijk voor afgekeurd bent.

72. Hoe zit het met mantelzorg en sollicitatieplicht? Als u mantelzorger bent, kunt u zes maanden worden vrijgesteld van het zoeken naar werk. UWV WERKbedrijf kan u vervolgens een verlenging geven van zes maanden. Na een jaar bekijkt UWV WERKbedrijf uw situatie per maand opnieuw. 73. Wat is de poortwachterstoets in de WW? Na 3 maanden werkloosheid bekijkt UWV WERKbedrijf of u zich voldoende hebt ingespannen om aan het werk te komen. Dit is de poortwachterstoets. Als u de gemaakte afspraken niet bent nagekomen, kan UWV u korten op uw uitkering. U kunt overigens ook UWV aanspreken als UWV WERKbedrijf u onvoldoende ondersteunt. 74. Moet ik nog steeds een werkbriefje bij UWV inleveren? Sinds 1 januari 2009 wordt uw WW-uitkering automatisch op uw rekening gestort. Het werkbriefje WW en het mutatieformulier zijn vervallen. U geeft voortaan alleen nog maar veranderingen door in uw situatie. Uw sollicitatie-activiteiten worden bijgehouden en gecontroleerd door uw werkcoach. Voor ex-overheidwerknemers worden de sollicitatieactiviteiten door de ex-werkgever bijgehouden en gecontroleerd.


20

WW-uitkering en passende arbeid 75. Wat is passend werk in het kader van de WW? Als u nog maar kort werkloos bent, mag u naar werk zoeken dat aansluit op uw opleiding en werkervaring. Vanaf 1 juli 2008 geldt dat voor iedere werkloze na 12 maanden werkloosheid alle arbeid op elk opleidings- en loonniveau passend is. Als u langer werkloos bent, moet u dus ook zoeken naar werk dat niet direct aansluit op uw opleiding en werkervaring. Iemand met een hbo-opleiding moet bijvoorbeeld na een half jaar ook zoeken naar een baan op mboniveau en uiteindelijk zijn alle banen passend. Vindt u binnen een half jaar geen nieuwe baan? Dan is vanaf dat moment ook werk van een lager opleidingsniveau passend voor u. Ook als u daarmee minder verdient of daarvoor langer moet reizen. Heeft u na een jaar geen volledige baan gevonden? Dan zijn alle banen passend. Zelfs als het loon lager is dan uw WW-uitkering. In sommige gevallen kan UWV dit verschil dan aanvullen. Uw werkcoach kan u hier meer over vertellen. Biedt uw werkcoach u een baan aan? Dan geldt deze baan altijd als passend werk. 76. Is tijdelijk werk ook passend werk? U kunt ook op tijdelijk werk solliciteren. Krijgt u een tijdelijke baan aangeboden via het WERKbedrijf of een uitzendbureau? Dan moet u deze baan accepteren als het voor u passend werk is. Ook als het gaat om werk voor een korte tijd, bijvoorbeeld post bezorgen tijdens de kerstdrukte. Als u aan het werk gaat, gaat uw WW-uitkering omlaag of wordt beëindigd. 77. Welke reistijd is passend in het kader van de WW? In het eerste halfjaar dat u een WW-uitkering ontvangt, hoeft u alleen maar op banen te solliciteren met een reistijd van maximaal twee uur per dag. Als u na een halfjaar nog geen nieuwe baan heeft gevonden, gaat de reistijd omhoog naar maximaal drie uur per dag. 78. Is een reistijd van meer dan 3 uur passend? Was u in uw oude baan al gewend om langer dan twee of drie uur te reizen? Dan verwacht UWV van u dat u die langere reistijd ook in een nieuwe baan geen bezwaar vindt. 79. Moet ik eventueel verhuizen voor een baan? Bent u al lange tijd werkloos en kunt u wel een baan in een andere regio krijgen? Dan moet u die baan meestal accepteren, zelfs als u daarvoor zou moeten verhuizen. 80. Wat gebeurt er met mijn WW-uitkering als ik ga werken? Als u weer (gedeeltelijk) aan het werk gaat, bekijkt UWV wat dit voor u betekent en of u nog WW krijgt. Afhankelijk van hoelang u al WW krijgt (korter/langer dan 1 jaar), kan er sprake zijn van urenaftrek of inkomstenaftrek.


21

81. Wat is uren aftrek? Heeft u korter dan 1 jaar WW gekregen? En gaat u minder uren werken dan het aantal uren waarvoor u een WW-uitkering ontvangt? Dan krijgt u in de meeste gevallen nog WW over de uren die u nog werkloos bent. • Krijgt u voor 10 uur of meer per week een WW-uitkering? En vindt u werk waardoor u minder dan 5 uur werkloos blijft? Dan stopt uw WW-uitkering. • Krijgt u voor minder dan 10 uur per week een WW-uitkering? Dan krijgt u geen WW-uitkering meer als u weer deels gaat werken en minder dan de helft van het aantal uren werkloos blijft.

82. Wat is inkomstenaftrek? Heeft u langer dan 1 jaar zonder onderbreking WW gehad? En bent u volledig werkloos in de week voordat u weer aan het werk gaat? Dan stopt uw uitkering pas als uw inkomen hoger is dan 125% van uw WW-uitkering per week. Er is sprake van inkomstenaftrek als: • u minstens 52 weken onafgebroken WW heeft gehad. Had u in deze 52 weken tussendoor 4 weken of korter geen uitkering? Dan beschouwt UWV dit toch als ‘onafgebroken’. • u in de week voordat u aan het werk gaat, volledig werkloos bent; • u als werknemer aan het werk gaat.


22

83. Hoe berekent UWV de inkomstenaftrek? Bij inkomstenaftrek kijkt UWV naar het brutoloon dat u verdient als u weer aan het werk gaat. Is uw brutoloon lager dan 125% van uw bruto WW-uitkering? Dan trekt UWV 70% van uw inkomsten van uw uitkering af. Voorbeeld U heeft een baan gevonden. U heeft al langer dan 1 jaar WW. In de laatste week voordat u aan het werk gaat, bent u volledig werkloos. Er is dan sprake van inkomstenaftrek. Uw WW-uitkering is € 500 per week. 125% van uw weekuitkering is € 625. U verdient met uw nieuwe baan € 600 per week. Uw loon van € 600 is dus lager dan € 625 per week. 70% van uw loon gaat van uw WW af. In dit voorbeeld is dat €420 (70% van € 600 loon). Uw WW-uitkering per week is dan € 80 (€500 WW - € 420 loon). Uw totale inkomen (loon en WW) komt dan op € 680 per week. Geldt inkomstenaftrek voor u? Dan krijgt u vanaf het moment dat u weer gaat werken uw uitkering als voorschot. Voor de juiste uitbetaling van uw uitkering heeft UWV namelijk niet uw brutoloon maar uw SV-loon (of premieloon) nodig. Uw SV-loon is het bedrag dat wordt gebruikt voor het berekenen van de premies werknemersverzekeringen. Het is meestal nog niet bekend op het moment dat u aan het werk gaat. Als uw SV-loon bekend is, wordt uw uitkering opnieuw berekend. Dit is uiterlijk 14 maanden nadat u aan het werk bent gegaan. Op dat moment kan uw uitkering pas ‘definitief’ worden vastgesteld. In de tussentijd gaat UWV voor de betaling van uw WW uit van uw brutoloon. De hoogte van het SV-loon kan afwijken van uw brutoloon. Als dit zo is, zal er een correctie plaatsvinden. Hierdoor krijgt u misschien een nabetaling van uw uitkering. Of u moet een deel terugbetalen. UWV probeert te voorkomen dat u een bedrag moet terugbetalen.


23

WW-uitkering en re-integratie 84. Hoe helpt UWV WERKbedrijf mij bij het vinden van werk? UWV WERKbedrijf kan u helpen bij het vinden van werk. Al voordat u werkloos bent, kunt u hulp krijgen. U moet dan wel kunnen aantonen dat u binnen vier maanden wordt ontslagen. Met uw werkcoach van UWV WERKbedrijf maakt u afspraken over hoe u werk gaat zoeken en hoe vaak u gaat solliciteren. Uw adviseur kan u ondersteunen bij het solliciteren. 85. Wat is proefplaatsing in het kader van re-integratie? Als de kans klein is dat uw werk zult vinden, kunt u op proef gaan werken in een bedrijf. U kunt hier maximaal drie maanden werken met behoud van uw uitkering. 86. Onder welke voorwaarden kan ik in aanmerking komen voor een re-integratietraject? Als de kans klein is dat u werk zult vinden, kunt u een re-integratietraject volgen. U wordt dan begeleid door een re-integratiebedrijf. Hebt u echter zelf een ander re-integratieplan voor ogen waarmee u denkt eerder weer aan de slag te kunnen, dan kunt u kiezen voor de individuele reintegratieovereenkomst (IRO). 87. Wat is de individuele Re-integratie Overeenkomst (IRO)? Met een Individuele Re-integratie Overeenkomst (IRO) kunt u zelf uw re-integratie regelen. U kunt geen Individuele Re-integratie Overeenkomst (IRO) op kosten van UWV krijgen. Wel kunt u aan uw voormalige werkgever vragen of een IRO via hem mogelijk is. 88. Kan ik tijdens een WW-uitkering een cursus of een opleiding volgen? Om uw kansen op werk te vergroten kan scholing noodzakelijk zijn. Met behoud van uw uitkering kunt u een cursus of opleiding volgen. UWV moet hier toestemming voor geven. U mag maximaal één jaar een opleiding volgen. U moet weer beginnen met solliciteren twee maanden voordat uw opleiding is afgelopen. 89. Wat gebeurt er als mijn WW-uitkering stopt tijdens mijn opleiding? Als u tijdens de opleiding uw maximale uitkeringsduur hebt bereikt, loopt uw WW-uitkering af. Ook als u uw opleiding nog niet hebt afgerond. Dit geldt niet als u na een eenmalige herbeoordeling vanuit de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) geheel of gedeeltelijk in de WW terechtkomt. Als uw WW-uitkering dan afloopt tijdens uw opleiding, wordt de duur van uw uitkering verlengd. U ontvangt deze tot het einde van uw opleiding. 90. Ik heb een gedeeltelijke baan, wat betekent dat voor mijn WW-uitkering? Zolang u beschikbaar blijft voor het aantal uren waar de uitkering op is gebaseerd, krijgt u WW. U krijgt alleen WW over de uren die u nog werkloos blijft. • Bent u werkloos voor 10 uur of meer per week? Dan krijgt u geen WW meer als u voor minder dan 5 uur werkloos bent; • Bent u werkloos voor minder dan 10 uur per week? Dan krijgt u geen WW meer als u voor meer dan de helft van dat aantal uren gaat werken


24

91. Zijn er subsidiemogelijkheden voor een werkgever die een werkloze in dienst neemt? Als u al langer dan 1 jaar een WW-uitkering heeft en u bent nog geen 50 jaar oud, dan kan een werkgever voor u misschien loonkostensubsidie krijgen. Dit houdt in dat hij een deel van het loon terugkrijgt van UWV. Dat is voor hem dus voordelig. En voor u maakt het de kans op werk groter. Heeft u een WW-uitkering omdat u werkloos bent geworden uit een baan in het onderwijs of bij de overheid? Dan kan een werkgever geen loonkostensubsidie krijgen. Uw (ex)werkgever is dan namelijk verantwoordelijk voor uw re-integratie. 92. Hoe werkt de premiekortingsregeling? Heeft u een uitkering en bent u 50 jaar of ouder? Dan kan een werkgever als hij u in dienst neemt een korting krijgen op de premies die hij aan de Belastingdienst moet betalen. Deze korting kan oplopen tot 6500 per jaar. Hij krijgt deze korting zolang u daar werkt, maar maximaal 3 jaar. Voor meer informatie kan hij contact opnemen met de Belastingdienst via 0800 - 05 43. Om premiekorting te krijgen, heeft uw werkgever een doelgroepverklaring van u nodig. In deze verklaring staat dat u inderdaad een uitkering had op de dag vóór u in dienst kwam. Dat kan naast een WW-uitkering ook een WAO-, WAZ-, WIA- of Wajong-uitkering zijn. 93. Hoe krijg ik zo'n doelgroepverklaring voor de premiekortingsregeling? U kunt een doelgroepverklaring aanvragen door te bellen naar UWV Telefoon: 0900 - 92 94. Geef dan aan op welke datum u aan het werk gaat. Binnen enkele dagen ontvangt u de doelgroepverklaring. 94. Kan ik werk zoeken in het buitenland met behoud van mijn WW-uitkering? U kunt maximaal drie maanden met behoud van uw uitkering naar werk zoeken in het buitenland. Deze mogelijkheid is beperkt tot de landen van de Europese Unie (EU), de Europese Economische Ruimte (EER) of Zwitserland. Er is wel een aantal voorwaarden. Hierover kunt u meer informatie bij UWV krijgen. Het is niet mogelijk om met behoud van uitkering in andere landen (bijvoorbeeld Canada of Australië) naar werk te zoeken. In dat geval eindigt uw uitkering meteen bij vertrek uit Nederland. 95. Wat gebeurt er als ik geen werk kan vinden in het buitenland? Lukt het niet om werk te vinden? Als u binnen drie maanden weer terug in Nederland bent, wordt uw WW-uitkering in Nederland voortgezet. Zo niet, dan vervalt de uitkering. 96. Wat gebeurt er als ik mij als WW-uitkeringsgerechtigde niet aan de regels houd? UWV gaat ervan uit dat u zich aan de regels zult houden. Maar als UWV constateert dat u dit niet doet of gedaan heeft, dan kan dat gevolgen hebben voor uw uitkering. Natuurlijk krijgt u de gelegenheid om uit te leggen hoe het komt dat u zich niet aan de regels heeft gehouden. Misschien had u een goede reden. Constateert UWV dat u geen goede reden heeft? Dan kunt u gekort worden op uw uitkering of een boete krijgen. Houdt u bewust informatie achter? Dan is er sprake van fraude. UWV kan dan besluiten aangifte te doen en u te laten vervolgen. Het kan ook voorkomen dat u een brief met een waarschuwing van UWV ontvangt. Dat kan gebeuren als u bijvoorbeeld een formulier te laat terugstuurt. Uw uitkering wordt dan niet meteen gekort, maar dat gebeurt wél als u daarna nog een keer dezelfde regel overtreedt.


25

WW-uitkering en ziek of zwanger 97. Wat moet ik doen als ik als WW-uitkeringsgerechtigde ziek ben? Als u ziek bent, moet u dat doorgeven aan UWV. Op uw eerste ziektedag belt u tussen 8.00 en 10.00 uur met UWV Telefoon Werknemers op telefoonnummer 0900 - 9294. Als u weer hersteld bent, geeft u dat ook door aan UWV. 98. Wat is de bedoeling van het wetsvoorstel ‘Wet anticumulatie Ziektewet en Werkloosheidswet’? Een periode van ziekte is voor werklozen met een WW-uitkering en mensen van wie de arbeidsovereenkomst eindigt tijdens ziekte, straks niet meer van invloed op de einddatum van de WW-uitkering. Nu kan het in beide situaties voor mensen financieel aantrekkelijk zijn om zich ziek te melden. De einddatum van het recht op een WW-uitkering verschuift namelijk met de periode dat de (aanstaande) werkloze ziek is. Met dit wetsvoorstel wordt dit voorkomen. Het wetsvoorstel is in 2010 aangemeld voor plenaire behandeling voor Tweede Kamer. Op 1 maart 2011 was het wetsvoorstel nog in behandeling. 99. Moet ik als WW-uitkeringsgerechtigde ook solliciteren als ik ziek ben? Ook als u ziek bent verwacht UWV dat u er alles aan doet om zo snel mogelijk aan het werk te komen. Bijvoorbeeld dat u solliciteert voor zover uw ziekte dat toelaat en dat u eventuele afspraken over opleiding of cursus nakomt. Uiteraard houdt UWV bij de beoordeling of u voldoet aan uw verplichtingen rekening met uw beperkingen. 100. Wat gebeurt er als ik als WW-uitkeringsgerechtigde langere tijd ziek ben? Als u langer dan dertien weken ziek blijft, stopt uw WW-uitkering. U krijgt dan mogelijk een Ziektewetuitkering. 101. Wat gebeurt er als ik zwanger wordt tijdens mijn WW-uitkering? Ontvangt u een WW-uitkering en bent u zwanger? Vertel het UWV uiterlijk 8 weken voor de dag dat u bent uitgerekend. U kunt hiervoor bellen naar UWV Telefoon Werknemers. U krijgt dan rond uw bevalling 16 weken zwangerschapsuitkering, de zogeheten WAZO-uitkering (Wet Arbeid en Zorg). Deze uitkering is hoger dan uw WW-uitkering, namelijk 100% van het dagloon. In de periode dat u de zwangerschapsuitkering krijgt, hoeft u niet te solliciteren. U hoeft dan ook geen werk aan te nemen of ingeschreven te staan bij UWV WERKbedrijf (voorheen CWI). De uitkering begint tussen 6 en 4 weken vóór de vermoedelijke bevallingsdatum. U mag zelf kiezen op welke dag binnen deze periode het verlof begint. 102. Wat gebeurt er met de uitkering als ik eerder beval dan de uitgerekende datum? Bevalt u eerder dan 4 tot 6 weken voor de uitgerekende datum? Dan begint de WAZOuitkering op de dag van de bevalling. 103. Wat gebeurt er met de uitkering als ik later beval dan de dag waarop ik ben uitgerekend? Bevalt u later dan de dag waarop u bent uitgerekend? Dan duurt de WAZO-uitkering na de bevalling altijd nog minimaal 10 weken.


26

104. Wat gebeurt er met mijn WW-uitkering na de zwangerschapsuitkering? Na uw zwangerschapsuitkering krijgt u automatisch weer een WW-uitkering. Zorg er wel voor dat u op de eerste dag na uw WAZO-uitkering, weer bent ingeschreven bij het WERKbedrijf als werkzoekende. 105. Wat gebeurt er als ik ziek wordt voor of na zwangerschapsuitkering? Als u direct voor of na een zwangerschapsuitkering (WAZO) ziek wordt, ontvangt u niet direct een Ziektewet-uitkering maar wordt uw WW-uitkering de eerste 13 weken doorbetaald.


27

WW-uitkering en vakantie 106. Kan ik op vakantie als ik een WW-uitkering heb? U kunt per kalenderjaar maximaal vier weken met behoud van uitkering op vakantie in Nederland of het buitenland. Wanneer u in de loop van het kalenderjaar werkloos wordt, kunt u een evenredig aantal dagen met behoud van uw uitkering op vakantie. Weekenden, nationale feestdagen en algemeen erkende christelijke feestdagen die op een werkdag vallen, worden niet van uw vakantiedagen afgetrokken. 107. Krijg ik vakantiegeld als WW-uitkeringsgerechtigde? Als u een uitkering heeft, krijgt u ook vakantiegeld. Het vakantiegeld is 8% van uw uitkering. Het nettobedrag (na aftrek van loonbelasting en premies) dat overblijft, krijgt u in mei uitbetaald. 108. Wanneer wordt mijn vakantiegeld betaald als mijn WW-uitkering eerder stopt dan in mei? Houdt uw uitkering eerder dan mei op? Dan krijgt u uw vakantiegeld uitbetaald in de laatste maand dat u nog WW krijgt. 109. Hoe is de vakantieregeling voor ouderen in het kader van de WW? Als u 57,5 jaar of ouder bent en u bent vrijgesteld van de sollicitatieplicht, hebt u recht op 13 weken vakantie. U houdt dan uw uitkering. 110. Kan ik vakantiedagen meenemen aan het einde van het kalenderjaar in het kader van de WW? Als u niet al uw vakantiedagen gebruikt, kunt u die niet meenemen naar het volgende jaar. Dagen die u niet opneemt, krijgt u ook niet uitbetaald. 111. Wat gebeurt er met de WW-uitkering als ik meer dagen met vakantie ga dan dat ik vakantiedagen heb? Dan krijgt u over die resterende dagen geen uitkering, maar moet u wel solliciteren of werk accepteren. Doet u dit niet, dan kan UWV uw uitkering verlagen. Gaat u langer dan zes maanden op vakantie? Dan stopt uw uitkering meestal definitief. U kunt dan geen WW meer krijgen als u terug bent. 112. Hoe geef ik door dat ik op vakantie ga? Als u op vakantie wilt, moet u dat tijdig bij UWV melden. U geeft uw vakantie door met het Wijzigingsformulier WW. Doe dat in ieder geval voordat u op vakantie gaat. U krijgt uw uitkering doorbetaald. 113. Ik ga naar het buitenland, maar niet voor vakantie. Wat gebeurt er dan met de WW-uitkering? Gaat u niet op vakantie maar om een andere reden naar het buitenland? Bijvoorbeeld om een ziek familielid te bezoeken? Dan stopt uw uitkering meteen. U krijgt meestal weer een uitkering als u terug bent uit het buitenland. Uw uitkering stopt definitief als u langer dan zes maanden in het buitenland blijft.


28

114. Ik ben ziek geworden tijdens mijn vakantie in Nederland, wat moet ik doen in het kader van de WW? Als u tijdens uw vakantie ziek bent, worden de ziektedagen niet geteld als vakantiedagen. Geef het dus via UWV Telefoon Werknemers door aan UWV als u ziek wordt tijdens uw vakantie. 115. Ik ben ziek geworden tijdens mijn vakantie in het buitenland, wat moet ik doen in het kader van de WW? Bent u ziek geworden tijdens een vakantie in het buitenland? Meld dit UWV dan via UWV Telefoon Werknemers. Wel vraagt UWV van u dan ook een ziekteverklaring van een plaatselijke arts. Stuur deze verklaring zo snel mogelijk naar UWV. reis gaat en neem deze mee.


29

WW-uitkering en controle en handhaving 116. Wat gebeurt er met de WW-uitkering als ik me niet aan de regels houd? U krijgt van UWV een tijdelijk inkomen. Dan heeft u te maken met rechten en plichten. U heeft bijvoorbeeld het recht om uw gegevens in te zien. En het recht iemand mee te nemen naar een afspraak. Naast rechten heeft u ook plichten. Zo moet u bijvoorbeeld wijzigingen in uw situatie meteen aan UWV doorgeven. Ook bent u verplicht mee te werken aan uw reintegratie. Als u zich niet aan deze regels houdt, kan dat gevolgen hebben voor uw uitkering. Die kan tijdelijk of blijvend worden verlaagd of -in zeer ernstige gevallen- worden stopgezet 117. Welke soort overtredingen onderscheidt UWV in het kader van de WW? Te laat melden dat u ziek bent is natuurlijk iets anders dan frauderen met uw uitkering. Daarom verdeelt UWV de verschillende soorten overtredingen in 4 groepen. In de 1e groep zitten lichte overtredingen, in de 4e groep de zwaarste. De verlagingen in de tabel kunnen afwijken van het werkelijke percentage van de verlaging. Als u bijvoorbeeld de regels overtreedt terwijl u dat had kunnen voorkomen, dan kan uw uitkering extra omlaag gaan. UWV kan ook besluiten uw uitkering niet (of minder) te verlagen. Dit doen ze als de overtreding niet -of maar gedeeltelijk- uw eigen schuld is. Bijvoorbeeld wanneer u een goede reden had om een afspraak te missen. 118. Wat zijn de overtredingen in groep 1? Bijvoorbeeld: u kunt geen geldig legitimatiebewijs laten zien; u meldt zich te laat ziek. U krijgt dan minimaal 1 maand 5% minder uitkering. 119. Wat zijn de overtredingen in groep 2? Bijvoorbeeld: u komt niet naar een afspraak en heeft ook niet afgebeld, of u heeft wel afgebeld, maar zonder geldige reden; u werkt niet mee aan een afspraak of onderzoek; u verlengt uw inschrijving bij UWV WERKbedrijf niet. U krijgt dan minimaal 2 maanden 10% minder uitkering. 120. Wat zijn de overtredingen in groep 3? Bijvoorbeeld: u weigert een opleiding te gaan volgen; u werkt niet mee aan uw re-integratie; u volgt medische adviezen niet op; u accepteert passend werk niet. U krijgt dan minimaal 4 maanden 25% minder uitkering. 121. Wat zijn de overtredingen in groep 4? Bijvoorbeeld: u heeft een uitkering ontvangen terwijl u er geen recht op had; u bent opzettelijk arbeidsongeschikt geraakt.U krijgt dan geen uitkering meer. 122. Het is mijn eerste overtreding, krijg ik dan toch een sanctie? Houdt u zich voor het eerst niet aan de regels? Dan kunt u ook alleen een waarschuwing krijgen. Dat doet UWV alleen bij overtredingen uit de eerste 2 groepen. Uw uitkering wordt dan niet verlaagd.


30

123. Ik had voor de overtreding een goede reden, krijg ik dan toch een sanctie? Meestal verlaagt UWV de uitkering niet meteen. U krijgt altijd eerst de gelegenheid om uit te leggen waarom u zich niet aan de regels heeft gehouden. Had u een goede reden? Dan verlaagt UWV de uitkering niet of minder. 124. Wat gebeurt er als ik vaker dezelfde overtreding maak in het kader van de WW-uitkering? Dan gaat uw uitkering extra omlaag. Ook kan uw uitkering dan voor een langere periode verlaagd worden. Komt u meer dan één verplichting niet na? Dan kijkt UWV naar de zwaarste overtreding. 125. Kan UWV mij een boete geven? Als u zich niet aan de regels houdt, kan UWV voor korte of langere tijd uw uitkering verlagen. Maar daarnaast kunt u ook een boete krijgen. Bijvoorbeeld als u fraudeert met uw uitkering. Een voorbeeld van fraude is het (bewust) achter houden van informatie. Als u een boete krijgt, moet u UWV een geldbedrag betalen. Ook bestaat de kans dat UWV aangifte tegen u doen. U riskeert dan vervolging door justitie. 126. UWV controleert; wat betekent dat? Als u een uitkering van UWV krijgt, moet u zich aan bepaalde regels houden. Heeft u bijvoorbeeld naast uw uitkering ook nog andere inkomsten? Geeft u dat dan direct aan UWV door. Ook als uw persoonlijke situatie verandert, wil UWV dat graag weten. Uw uitkering kan hierdoor namelijk omhoog of omlaag gaan. Voor het doorgeven van wijzigingen kunt u het Wijzigingsformulier WW gebruiken. 127. Op welke manieren controleert UWV? Controleren doet UWV op verschillende manieren, zowel binnen als buiten Nederland. Ze vergelijken bijvoorbeeld de gegevens die ze van u hebben met die van de Belastingdienst of de gemeente. Daarnaast controleren ze ook telefonisch. Het kan ook zijn dat er een inspecteur uw werkplek bezoekt of bij u thuis komt. Overigens is het niet zo dat UWV controleert omdat zij denken dat u zich niet aan de regels houdt. Iedereen die een uitkering van UWV krijgt, kan gecontroleerd worden. 128. Wordt iedere WW-uitkeringsgerechtigde gecontroleerd? Iedereen die een uitkering van UWV krijgt, kan gecontroleerd worden. Ook gebruikt UWV risicoprofielen om te bepalen wie controle krijgt. Hiermee stelt UWV vast welke klanten een grotere kans hebben om de regels te overtreden. Dat gebeurt op basis van statistiek en kansberekening.


31

129. Wat houdt een telefonische controle van UWV in? Bij een telefonische controle bespreekt UWV of de gegevens die zij van u hebben juist zijn. Ook vraagt UWV u naar uw situatie en of daar veranderingen in zijn. Dat is niet omdat UWV denkt dat u zich niet aan de regels houdt, maar om na te gaan of alles gaat zoals bedoeld. Als u door UWV gebeld wordt, kunt u verschillende vragen verwachten. Bijvoorbeeld of u naast uw uitkering werkt of vrijwilligerswerk doet, en of u dat heeft doorgegeven. Waar UWV niet naar vraagt zijn de gegevens van uw uitkering, zoals de hoogte ervan of hoe lang u de uitkering heeft. Ook over arbeidsongeschiktheid stellen zij geen vragen. Twijfelt u of u wel iemand van UWV aan de lijn heeft? Stel dan gerust een vraag over uw uitkering waar alleen UWV het antwoord op kan weten. Bijvoorbeeld over de soort of de begindatum van uw uitkering. Die informatie kent alleen UWV, omdat zij het dossier met al uw gegevens hebben. 130. Moet ik meewerken aan een controle? Voor iedereen die een uitkering krijgt van UWV, geldt een informatieplicht. Dat betekent dat u UWV alle gegevens die van belang zijn door moet geven. Sommige mensen willen liever geen telefonische controle. Dan kan de inspecteur thuis op bezoek komen. Ook kunt u worden uitgenodigd om langs te komen op een UWV-kantoor. 131. Wat is een werkplekcontrole? UWV komt regelmatig langs bij bedrijven om te onderzoeken of mensen met een uitkering hun werkzaamheden hebben doorgegeven. De inspecteur zal zich legitimeren en u vragen naar uw identiteitsbewijs. Verder zal hij u vragen voor wie u werkt en voor hoeveel uur. Als u uw werkzaamheden niet aan UWV heeft doorgegeven, kan dat gevolgen hebben voor uw uitkering. 132. Wat gebeurt er bij een huisbezoek door UWV? Bij een huisbezoek komt er een inspecteur van UWV bij u thuis. De inspecteur legitimeert zich, vertelt u waarom hij u bezoekt en kan u vragen om uw identiteitsbewijs te laten zien. Het kan zijn dat de inspecteur uw opgegeven sollicitaties wil zien, of bijvoorbeeld uw loonstroken. 133. Ben ik verplicht om mee te werken aan een huisbezoek door UWV? U bent niet verplicht om mee te werken aan een huisbezoek. U kunt dit tegen de inspecteur zeggen. U krijgt dan een uitnodiging om voor een controle naar het UWV-kantoor te komen. U bent wel verplicht om aan dat onderzoek mee te werken. Het kan natuurlijk gebeuren dat u niet thuis bent of dat de inspecteur ongelegen komt. De inspecteur komt dan later weer langs.


32

134. Controleert UWV ook in het buitenland? UWV controleert ook in het buitenland. Iedereen die in het buitenland woont en een uitkering van UWV heeft, kan een huisbezoek krijgen. Net als in Nederland controleert de inspecteur of u de juiste gegevens aan ons heeft doorgegeven. U bent niet verplicht om mee te werken aan het huisbezoek. In overleg met de inspecteur mag u het gesprek ook ergens anders voeren. Daarnaast vergelijkt UWV ook regelmatig de informatie in haar bestanden met informatie van instanties in verschillende andere landen, zowel binnen als buiten Europa. Zo kunnen ze nagaan of mensen met een uitkering van UWV ook in het land waar ze wonen een uitkering ontvangen. Omdat de arbeidsmarkt steeds internationaler wordt, wisselt UWV gegevens uit met inspectiediensten in onze buurlanden. Met deze gegevens kan UWV het werk in grensgebieden controleren. 135. Wat gebeurt er na de controle door UWV? Als alles in orde is, krijgt u een brief van UWV. Als uw gegevens niet juist zijn of als u regels heeft overtreden, doet UWV verder onderzoek. U krijgt natuurlijk de kans uit te leggen hoe het komt dat u zich niet aan de regels heeft gehouden. Als u geen goede reden heeft, kan het gevolgen hebben voor uw uitkering. U kunt dan een waarschuwing krijgen, u krijgt minder uitkering of u krijgt een boete. Als u te veel uitkering heeft ontvangen, moet u dat terugbetalen. 136. Waar kan ik uitkeringsfraude melden? Denkt u dat iemand in uw omgeving fraudeert met een uitkering? Meld dit dan online bij het Centraal Meldpunt Fraude. Dit kan anoniem. Geeft u uw melding liever schriftelijk door? Dan kunt u (anoniem) een brief schrijven. Stuur uw brief aan: Centraal Meldpunt Fraude UWV Postbus 16140 2500 BC Den Haag Geef daarbij de naam, het adres en andere gegevens van de betrokkene zo volledig mogelijk door. Beschrijf verder in het kort waarom u denkt dat deze persoon fraudeert. U kunt hiervoor ook gebruik maken van het formulier Fraude melden. Wilt u met een UWV-medewerker spreken? Bel dan met UWV Telefoon via 0900 - 92 94 (lokaal tarief). Uw informatie wordt altijd vertrouwelijk behandeld. 137. Word ik op de hoogte gehouden van de afhandeling van een melding uitkeringsfraude? Op grond van de Wet Bescherming Persoonsgegevens mag UWV u geen informatie geven over de afhandeling van uw melding.


33

WW-uitkering en eigen bedrijf 138. Kan ik als ik een WW-uitkering heb een eigen bedrijf beginnen? Als u een WW-uitkering hebt, kunt u zes maanden (startperiode) proberen een eigen bedrijf te starten. Bespreek met uw re-integratiecoach van UWV WERKbedrijf dat u voor uzelf wilt beginnen. Hij kan u namelijk meer vertellen over starten met een uitkering en hierover afspraken met u maken. Met de re-integratiecoach spreekt u ook af hoe lang de onderzoeksperiode mag duren. 139. Zijn de regels voor het starten van een eigen bedrijf voor (ex-)overheids- of onderwijswerknemers hetzelfde? Bent u een (ex-)overheids- of onderwijswerknemer? Dan gelden er voor u andere regels als u een eigen bedrijf wilt starten. Kijk daarvoor bij de vragen verderop in deze rubriek. 140. Hoe lang duurt de onderzoeksperiode? Een onderzoeksperiode duurt een aantal weken. Tijdens deze periode onderzoekt u de mogelijkheden voor uw eigen bedrijf. U kunt bijvoorbeeld: • • • • • •

een ondernemingsplan schrijven; geld regelen, bijvoorbeeld een lening; onderzoek doen of uw bedrijf een succes kan worden; advies vragen bij Kamer van Koophandel (KvK); uitzoeken welke verzekeringen u nodig heeft; uitzoeken wat u moet regelen bij de Belastingdienst.

141. Moet ik solliciteren tijdens de onderzoeksperiode voor het starten van een eigen bedrijf? Tijdens de onderzoeksperiode hoeft u niet te solliciteren en houdt u uw WW. Zorg er wel voor dat u bij het UWV WERKbedrijf ingeschreven staat. 142. Moet ik een aangeboden baan tijdens de onderzoeksperiode accepteren? Ja, deze moet u accepteren. Ook als u daardoor minder tijd aan uw eigen bedrijf kunt besteden. 143. Wat kan de Kamer van Koophandel voor starters doen? Om te onderzoeken of u met een bedrijf voldoende kunt verdienen, is het belangrijk een ondernemingsplan te maken. Daarin onderzoekt u bijvoorbeeld wie uw klanten en uw concurrenten zijn. Een organisatie die u daarbij kan helpen is de Kamer van Koophandel (KvK). De Kamer van Koophandel houdt ook Startersdagen en cursussen voor startende ondernemers.


34

144. Wat kan de Belastingdienst voor starters doen? Als u ondernemer wordt, moet u dat doorgeven aan de Belastingdienst. De Belastingdienst wil weten wat u verdient met uw eigen bedrijf omdat u daarover belasting gaat betalen. In de Starterskrant voor ondernemers van de Belastingdienst kunt u meer lezen over allerlei zaken die belangrijk zijn voor u als toekomstig ondernemer. Uw vragen aan de Belastingdienst kunt u stellen bij de Belastingtelefoon. Via dit telefoonnummer kunt u ook een exemplaar van het uitgebreide Handboek Ondernemen aanvragen. In dat boek staan alle fiscale wetten en regelingen voor ondernemers duidelijk beschreven. 145. Ik start een eigen bedrijf als ZZP'er, zijn er dan nog bijzonderheden? Sommige opdrachten lijken erg op werk in loondienst. Het kan zijn dat de Belastingdienst u daardoor niet als zelfstandig ondernemer ziet. In dat geval moet u of uw opdrachtgever meer belasting betalen en premies afdragen omdat als werknemer gezien wordt. Wilt u dit voorkomen? U kunt bij de Belastingdienst een Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) aanvragen. Die geeft vooraf zekerheid hoe de Belastingdienst uw inkomen ziet. 146. Ik heb besloten mijn bedrijf te starten, wat nu? Als uw ondernemingsplan klaar is, neemt u contact op met uw re-integratiecoach van UWV WERKbedrijf. Van hem kunt u toestemming krijgen om 26 kalenderweken aan uw eigen onderneming te werken terwijl u uw uitkering houdt. U krijgt hiervoor toestemming als u met uw bedrijf genoeg kunt verdienen. Om te beoordelen of dat zo is, kan uw re-integratiecoach een extern bedrijf inschakelen. Dat bedrijf kan u voor een gesprek uitnodigen, zodat u uw ondernemingsplan kunt toelichten. In deze startperiode mag u alles doen dat nodig is voor uw eigen bedrijf: opdrachten binnenhalen en uitvoeren, een bedrijfspand inrichten of uw winkel openen. 147. Wat gebeurt er met mijn WW-uitkering als ik daadwerkelijk start met een eigen bedrijf? Tijdens de startperiode houdt u uw WW-uitkering maximaal 26 kalenderweken. U krijgt de uitkering als voorschot. Later verrekent UWV uw inkomsten als zelfstandige geheel of gedeeltelijk met uw uitkering. Dit gebeurt ongeveer 2 jaar later. Verdient u in de startperiode meteen veel geld? Dan kunt u ervoor kiezen uw WW te verlagen of zelfs helemaal stop te zetten. Dan hoeft u later minder terug te betalen. 148. Wanneer moet ik als starter het voorschot WW terug betalen? Heeft u uw uitkering als voorschot ontvangen en maakt u winst? Dan zult u WW moeten terugbetalen. Meestal gebeurt dit ongeveer twee jaar na de start van uw bedrijf. 149. Kan ik ook starten zonder voorschot? Als u uw WW-uitkering niet als voorschot wilt ontvangen, kunt u ook voor minder of geen WW kiezen. Voor het aantal uren dat u in uw eigen zaak werkt, krijgt u dan geen WW meer. U heeft dan geen toestemming nodig van uw re-integratiecoach om uw bedrijf op te zetten.


35

150. Moet ik solliciteren tijdens de startperiode? In de startperiode hoeft u niet te solliciteren. Het is de bedoeling dat u na verloop van tijd helemaal zonder uitkering rond kunt komen. Daarom moet u deze periode gebruiken om de voorbereidingen af te ronden en als zelfstandige te gaan werken. 151. Zijn er kredietmogelijkheden voor startende ondernemers? Voor startende ondernemers met een uitkering is op 1 juli 2007 de proef Borgstelling microkredieten gestart. Deze proef wordt gehouden in de regio's Flevoland, Friesland en Rotterdam. Met deze proef kunnen beginnende zelfstandig ondernemers met een uitkering van UWV of de gemeente makkelijker een lening krijgen van een bank. De overheid stelt zich dan aansprakelijk voor een lening die u afsluit bij een bank of een gemeentelijke kredietbank. In zomer 2008 is de proef uitgebreid met de regio's Tilburg en Hengelo. Als de proef een succes is, gaat de borgstellingsregeling misschien landelijk gelden. 152. Wat gebeurt er met de WW-uitkering na de startperiode? • Na de startperiode van (maximaal) 26 kalenderweken zijn er 3 situaties mogelijk: • U blijft werken als zelfstandig ondernemer; uw WW-uitkering wordt beëindigd. • U gaat gedeeltelijk verder als zelfstandig ondernemer. Uw WW-uitkering stopt dan voor het aantal uren dat u werkt in uw bedrijf. Alle uren tellen mee. Dus ook de reisuren en de uren die u besteedt aan acquisitie. Voor de uren dat u nog WW krijgt, moet u blijven solliciteren. • U stopt met uw werk als zelfstandige. U houdt uw WW-uitkering. Vanaf dat moment moet u ook weer solliciteren.

153. Hoe worden mijn inkomsten met de WW-uitkering verrekend? UWV wil u graag helpen een succes van uw bedrijf te maken. Daarom hoeft u de winst uit de startperiode niet meteen terug te betalen. U kunt dat geld gebruiken voor de groei van uw bedrijf. Tijdens de startperiode krijgt u de WW-uitkering als voorschot. Twee jaar nadat u bent begonnen, bekijken we of u uw WW moet terugbetalen. Hoeveel u moet terugbetalen, ligt aan de winst die u heeft gemaakt. Ook uw inkomsten van na de startperiode tellen mee. Het kan dus zijn dat u in de startperiode weinig verdient, maar dat u toch geld moet terugbetalen over deze periode. Maakt u geen winst en heeft u ook geen andere inkomsten, dan hoeft u niets terug te betalen. Uw re-integratiecoach kan u meer vertellen over het terugbetalen van de uitkering. Verdient u meteen veel geld? Dan kunt u ervoor kiezen uw WW te verlagen of zelfs helemaal stop te zetten. Dan hoeft u later minder terug te betalen.


36

154. Wat gebeurt er met de WW-uitkering als ik stop met mijn bedrijf? Als uw bedrijf niet levensvatbaar is en u stopt ermee, dan kunt u mogelijk het resterende deel van uw WW-uitkering krijgen. Dat kan alleen als u uw bedrijf volledig stopzet. Of u uw uitkering terugkrijgt, hangt af van het moment dat u met uw bedrijf stopt. Vanaf het moment dat uw uitkering is gestopt, geldt een bepaalde termijn. Binnen deze termijn van minimaal 18 maanden en maximaal 38 maanden kunt u uw WW terugkrijgen. Had u een WW-uitkering voor bijvoorbeeld 30 maanden, dan is de termijn waarbinnen u uw uitkering kunt terugkrijgen ook 30 maanden. Stopt u na die periode met uw bedrijf? Dan kunt u geen WW-uitkering meer krijgen. Mogelijk heeft u dan recht op een bijstandsuitkering. Informeer hiervoor bij uw gemeente. 155. Ben ik als ondernemer verzekerd voor de sociale verzekeringswetten? Als ondernemer moet u zelf uw verzekering regelen voor ziekte en arbeidsongeschiktheid. Het is mogelijk hiervoor vrijwillige verzekeringen bij UWV af te sluiten.


37

WW-uitkering bij Overheid en Onderwijs 156. Ik ben (ex-) overheidsmedewerker /onderwijsmedewerker. Wat nu? Bent u een (ex-)medewerker uit de overheid of het onderwijs? Dan is een aantal zaken voor u anders. Zo is uw (voormalige) werkgever degene die u ondersteunt bij het vinden van ander werk. UWV doet dat niet. Meld tijdens de uitkeringsintake bij het WERKbedrijf dat u bij de overheid of in het onderwijs heeft gewerkt. Het WERKbedrijf kan daarmee rekening houden bij de begeleiding naar werk. 157. Hoe vaak moet ik solliciteren? U moet gemiddeld 4 keer per 4 weken solliciteren. UWV onderzoekt regelmatig of u voldoende solliciteert. Bewaar daarom kopieën van uw sollicitatiebrieven en uitnodigingen voor sollicitatiegesprekken of tests. Solliciteert u te weinig of kunt u niet laten zien dat u heeft gesolliciteerd? Dan krijgt u mogelijk minder uitkering of geen uitkering meer. De werkcoach van UWV WERKbedrijf maakt geen afspraken over uw sollicitatieactiviteiten. Dit komt omdat uw werkgever de taak heeft u te ondersteunen bij het vinden van ander werk. 158. Hoe is de re-integratie bij WW en arbeidsongeschiktheid geregeld? Ontvangt u naast uw WW-uitkering een arbeidsongeschiktheidsuitkering? Dan ondersteunt UWV u bij uw re-integratie. Dus niet uw voormalige werkgever. 159. Moet ik meewerken aan re-integratie? U moet meewerken aan de re-integratieondersteuning die uw voormalige werkgever u aanbiedt. Als u onvoldoende meewerkt, kan uw werkgever dat aan ons doorgeven. Wij kunnen dan beslissen dat u minder of geen uitkering meer krijgt. 160. Welke mogelijkheden zijn er rondom re-integratie? Uw werkgever moet u ondersteunen bij uw re-integratie. Toch heeft UWV wel een rol in een aantal situaties. In de hieronder genoemde situaties is het verstandig om eerst contact op te nemen met uw voormalige werkgever. 161. Ik wil een scholing volgen tijdens mijn WW-uitkering. Hoe moet ik dat regelen? Als u een opleiding wilt volgen terwijl u een WW-uitkering ontvangt, overleg dan met uw voormalige werkgever of uw re-integratiebedrijf voordat u aan de opleiding begint. Zij beoordelen of de opleiding of scholing noodzakelijk is om werk te kunnen vinden. Mogelijk betaalt uw voormalige werkgever de opleiding. UWV vergoedt de kosten van een opleiding niet. 162. Moet ik tijdens het volgen van scholing blijven solliciteren? Tijdens de opleiding moet u blijven solliciteren, tenzij u hiervoor een vrijstelling krijgt. U kunt ons met een brief om een vrijstelling vragen. Deze brief stuurt u naar het postadres onderaan deze pagina. Uw voormalige werkgever of uw re-integratiebedrijf moet dan wel schriftelijk verklaren dat de scholing noodzakelijk is.


38

163. Kan ik gebruik maken van proefplaatsing? U kunt toestemming krijgen om maximaal 3 maanden onbetaald werk te doen terwijl u uw uitkering houdt. Dit heet een proefplaatsing. Als uw voormalige werkgever of uw reintegratiebedrijf UWV WERKbedrijf schriftelijk laat weten akkoord te zijn met de proefplaatsing, hoeft u in deze periode niet te solliciteren. 164. Krijgt een nieuwe werkgever subsidie als hij mij in dienst neemt? Heeft u een WW-uitkering omdat u werkloos bent geworden uit een baan in het onderwijs of bij de overheid? Dan kan een werkgever geen subsidie krijgen. Uw (ex)werkgever is dan namelijk verantwoordelijk voor uw re-integratie. Bent u ouder bent dan 50 jaar? Dan kan een werkgever geen loonkostensubsidie krijgen maar wel premiekorting.


39

Inkomensvoorziening voor oudere werklozen (IOW) 165. Waarom is er een aparte inkomensvoorziening voor oudere werklozen? Het kabinet is zich ervan bewust dat de arbeidsmarktpositie van ouderen op dit moment slechter is dan die van jongere werknemers. Vandaar deze aparte inkomensvoorziening voor oudere werklozen. Na afloop van hun WW-uitkering hoeven zij zo niet eerst hun opgespaarde geld of eigen huis op te eten om in aanmerking te komen voor een uitkering. Het is een tijdelijke regeling, ingegaan op 1 december 2009. 166. Wie krijgt er met de IOW te maken? Werknemers van zestig jaar of ouder die tussen 1 oktober 2006 en 1 juli 2011 werkloos worden en die langer dan drie maanden recht hebben op een WW-uitkering. De IOWuitkering wordt verstrekt na afloop van de WW-periode. Als het recht op een IOW-uitkering bestaat, houden oudere werklozen dat recht totdat zij 65 jaar worden. De IOW vervalt per 1 juli 2016. 167. Wie voert de IOW uit? Het UWV voert de IOW uit. 168. Wordt het vermogen van de oudere werkloze en zijn partner meegerekend bij de IOW? Het vermogen van de oudere werkloze en zijn partner wordt niet meegerekend bij de toekenning van de IOW. 169. Wordt het inkomen van de partner meegerekend bij de IOW? Het inkomen van de partner wordt buiten beschouwing gelaten. 170. Heeft de oudere werkloze een sollicitatieplicht / acceptatieplicht? De oudere werkloze moet solliciteren en algemeen geaccepteerd werk dat wordt aangeboden aannemen. UWV mag in individuele gevallen ontheffing geven van de sollicitatieplicht. 171. Wat is het verschil tussen de IOW en de IOAW? Het verschil met de bestaande Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) is dat bij de IOAW wel naar het inkomen van de partner wordt gekeken.


40

Werktijdverkorting (wtv) 172. Wat is werktijdverkorting? Als er minder werk is, kunt u de werktijd van uw werknemers verkorten. U moet hiervoor een vergunning aanvragen bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Werktijdverkorting kan alleen in buitengewone omstandigheden, bijvoorbeeld bij een brand, epidemie of overstroming. 173. Wanneer kan ik werktijdverkorting aanvragen? Als er minder werk is, kunt u in bepaalde gevallen de werktijd van uw werknemers verkorten. U kunt werktijdverkorting (wtv) aanvragen als u: • verwacht voor minimaal 2 maar maximaal 24 weken minstens 20 procent minder werk te hebben; • de oorzaak hiervan het gevolg is van buitengewone omstandigheden die niet kunnen worden gerekend tot het normale ondernemerschapsrisico. U kunt denken aan een brand, epidemie of overstroming.

174. Wanneer kan ik geen werktijdverkorting aanvragen? Gewijzigde concurrentieverhoudingen, ander gedrag van de overheid en export- of importverboden behoren allemaal tot het risico dat u als ondernemer loopt. U kunt voor de gevolgen hiervan geen wtv aanvragen. 175. Kan ik bij een staking ook werktijdverkorting aanvragen? Bij een staking kunt u geen werktijdverkorting aanvragen. 176. Voor wie kan ik werktijdverkorting aanvragen? U kunt werktijdverkorting (wtv) aanvragen voor individuele werknemers en voor een groep werknemers. Ook kunt u wtv aanvragen voor oproepkrachten waarmee u in een contract een minimaal aantal te werken uren hebt afgesproken. Voor oproepkrachten met een nulurencontract kunt u dus geen wtv aanvragen. 177. Waar kan ik werktijdverkorting aanvragen? U vraagt werktijdverkorting (wtv) aan bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De aanvraagformulieren treft u aan onder 'Belangrijke documenten'. Wtv kan pas ingaan als het ministerie de aanvraag heeft ontvangen. U stuurt het formulier naar het volgende adres: Het Ministerie van SZW Directie UAW Postbus 90801, 2509 LV, Den Haag Fax: 070-3334090 178. Voor hoe lang kan ik werktijdverkorting aanvragen? Werktijdverkorting (wtv) duurt maximaal dertig weken. U vraagt in 1e instantie een vergunning aan voor maximaal zes weken.


41

179. Kan werktijdverkorting worden verlengd? Aanvragen om wtv te verlengen moet u indienen voor het einde van de wtv-periode waarvoor u al vergunning hebt. U kunt niet met terugwerkende kracht de periode van werktijdverkorting verlengen. 180. Hoe wordt een verlengingsverzoek wtv beoordeeld? Als u een verzoek voor een verlenging indient, zal worden gekeken of herstel binnen 24 weken is te verwachten. Als dit niet zo is, zal de verlenging niet worden goedgekeurd. 181. Hoe vaak kan wtv worden verlengd? Als na 24 weken (de 1e verlenging) blijkt dat het bedrijf nog niet voldoende is hersteld, kunt u nog een keer een verlenging krijgen. Het herstel moet in deze periode zijn gegarandeerd. 182. Wat zijn de gevolgen van werktijdverkorting voor de werknemer? Als u een vergunning hebt voor werktijdverkorting (wtv), kunt u voor uw werknemers een WW-uitkering voor de niet-gewerkte uren aanvragen. U doet dit bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV). Als uw werknemers aan de voorwaarden voor een WWuitkering voldoen, zal de WW-uitkering aan u worden overgemaakt. Uw werknemers blijven bij u in dienst. Meestal merken zij financieel dus weinig van wtv: zij ontvangen gewoon hun loon. Over de betaling kunnen wel nadere afspraken staan in de cao of de arbeidsovereenkomst. 183. Moet de werknemer zich inschrijven bij UWV WERKbedrijf (voorheen CWI)? In de eerste periode van wtv is een werknemer niet verplicht zich voor ander werk bij UWV WERKbedrijf in te schrijven. Hij kan hier wel toe verplicht zijn op het moment dat u een verlenging aanvraagt.


42

Deeltijd-WW 184. Wat hield deeltijd-WW in? Deeltijd-WW had als doel om bij een verwachte niet-kortstondige en substantiële vermindering van bedrijfsactiviteiten ontslag te voorkomen van werknemers die weer nodig zijn op het moment dat het door de onderneming verwachte aantrekken van bedrijvigheid een aanvang neemt en inzet van die medewerkers nodig is om snel op te schakelen. Kortstondige verminderingen en fluctuaties in bedrijfsactiviteit zijn onderdeel van het normale ondernemersrisico en deeltijd WW beoogde niet deze te accommoderen. De tijdelijke regeling was in 2008 in het leven geroepen om de verwachte grote ontslaggolf naar aanleiding van de kredietcrisis af te zwakken en is op 1 juli 2011 beëindigd. Onder de regeling konden werkgevers het aantal arbeidsuren van werknemers tot een maximum van 50% terugbrengen. De desbetreffende werknemers kregen over de nietgewerkte uren een WW-uitkering.


43

Onwerkbaar weer en WW (vorst-WW) 185. Wat is onwerkbaar weer en WW? Bij extreme weersomstandigheden kan uw bedrijf stil komen te liggen. Bijvoorbeeld bij strenge vorst, hoog water of harde wind. Is er een direct verband tussen het werk en de extreme weersomstandigheden? Dan krijgen uw werknemers mogelijk een WW-uitkering wegens onwerkbaar weer. Meld aan UWV dat de werkzaamheden stilliggen door onwerkbaar weer. 186. Wanneer moet het onwerkbare weer worden gemeld? Is er onwerkbaar weer? Dan meldt u dat op de eerste werkdag waarop uw werknemers niet kunnen werken. Dit geldt ook als u de eerste dagen het loon van uw werknemers nog moet doorbetalen. U hoeft pas weer een melding te doen als uw werknemers tussen de periodes van verzuim ten minste een volledige week hebben gewerkt. 187. Wanneer krijgen werknemers WW wegens onwerkbaar weer? U moet er als werkgever alles aan gedaan hebben om te voorkomen dat het werk gestopt moet worden. Verder gelden de volgende voorwaarden: • Uw werknemer kan alleen door onwerkbaar weer niet werken. Er zijn dus geen andere redenen waarom hij niet kan werken. • Uw werknemer kan per week minimaal 5 uur niet werken. Werkt hij normaal minder dan 10 uur per week? Dan moet hij per week minimaal de helft van zijn uren niet kunnen werken. • Het onwerkbare weer valt niet meer onder uw normale bedrijfsrisico. • U bent niet meer verplicht om loon door te betalen tijdens de periode van onwerkbaar weer.

188. Wanneer hoef ik bij onwerkbaar weer geen loon door te betalen? Hoofdregel is dat de werkgever ook bij onwerkbaar weer het loon moet doorbetalen (BW 7:628). Bij schriftelijke overeenkomst kan voor de eerste zes maanden van de arbeidsovereenkomst worden afgeweken ten nadele van de werknemer. Na het verstrijken van deze 6 maanden, kan slechts bij collectieve arbeidsovereenkomst of bij regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan worden afgeweken ten nadele van de werknemer. 189. Hoe lang moet het loon worden doorbetaald? In sommige sectoren kan er gemiddeld enkele dagen per jaar niet worden gewerkt door onwerkbaar weer. De financiële gevolgen van onwerkbaar weer horen gedeeltelijk bij uw normale bedrijfsrisico. U moet het loon daarom meestal eerst zelf doorbetalen. Duurt het onwerkbare weer langer dan wat voor u onder het normale bedrijfsrisico valt? Dan hoeft u het loon niet meer door te betalen. U kunt dan voor uw werknemers een uitkering aanvragen. Raadpleeg uw CAO om vast te stellen hoe lang u het loon moet door betalen tijdens onwerkbaar weer.


44

191. Wanneer krijgen werknemers géén WW wegens onwerkbaar weer? In periodes met onwerkbaar weer tellen de volgende dagen niet mee: • • • • • • •

feestdagen; bijzonder verlof; rustdagen; atv-uren en roostervrije dagen; vakantiedagen, verlofdagen en verplichte snipperdagen; al vastgestelde ‘extra verlofdagen’ voor oudere werknemers; dagen waarop uw werknemer in detentie is.

192. Wat was de Tijdelijk WW-regeling bij onwerkbaar weer in de Bouwsector? Bouwbedrijven konden vanaf dinsdag 16 februari 2010 gebruikmaken van de regeling WW bij onwerkbaar weer. Het ging om een tijdelijke regeling om bedrijven te helpen die door de aanhoudende vorstperiode mogelijk in de problemen zouden kunnen komen en is per 1 april beëindigd. 194. Vallen zzp 'ers in de bouw ook onder vorst-WW? De zzp'ers in de bouw worden niet gesteund. 195. Hoeven de bouwbedrijven niets zelf te betalen bij vorst-WW? Jawel. Zij vullen de WW-uitkering van 70% van het salaris aan tot 100%.


45

Gedetineerden 196. Hebben gedetineerden en ter beschikking van de regering gestelden recht op een WW uitkering? Nee. 197. Heeft de gedetineerde die deelneemt aan een penitentiair programma recht op een WW uitkering? Nee. 198. Heeft de gedetineerde na afloop van zijn detentie recht op WW uitkering? Ja, mits hij aan alle overige voorwaarden voldoet. 199. Heeft de gedetineerde na afloop van zijn detentie recht op WW uitkering? Ja, als degene die vrijkomt nog steeds aan de uitkeringsvoorwaarden voldoet, kan hij opnieuw voor een uitkering in aanmerking komen. Het recht op WW-uitkering schuift niet op. Een recht op WW-uitkering kan slechts herleven als de periode van vrijheidsbeneming niet langer is dan zes maanden (zie artikel 21 lid 3, WW). 200. Raakt betrokkene zijn recht op een WW-uitkering onmiddellijk kwijt als hij gedetineerd raakt? Ja. Artikel 19, lid 1, onder h, WW stelt: geen recht op uitkering heeft de werknemer die rechtens zijn vrijheid is ontnomen. Er wordt over die dagen (vanaf de eerste dag dat 'rechtens de vrijheid is ontnomen') dus geen WW-uitkering verstrekt. Er is sprake van een herlevingstermijn indien men binnen 6 maanden weer vrijkomt.


46

Bezwaar en beroep 201. Kunnen de werkgever en de werknemer bezwaar aantekenen tegen beslissingen van UWV? Ja, op basis van de Algemene wet bestuursrecht (AWB). Voor de werkgever gelden vanaf 0101-2006 de bepalingen van Algemene wet rijksbelastingen (AWR). 202. Moet UWV beslissingen/beschikkingen binnen een bepaalde termijn afgeven? Ja, deze termijnen zijn benoemd per beslissing in het desbetreffende artikel van de wet. 203. Kunnen werkgever en/of werknemer bezwaar maken tegen het uitblijven van een beslissing van UWV? Ja, dat kan. 204. Wie behandelt bezwaarschriften? De bezwaarschriften dienen te worden ingediend bij UWV. De werkgever dient vanaf 01-012006 bij de Belastingdienst bezwaar te maken. Indien u het niet eens bent met de afhandeling van het bezwaar kan eventueel beroep aangetekend worden bij de Centrale Raad van Beroep. Voor de werkgever gelden vanaf 01-01-2006 de bezwaar- en beroepsprocedures van de Belastingdienst hetgeen betekent dat na de bezwaarfase bij de Belastingdienst beroep kan worden aangetekend bij de arrondissementsrechtbank.


47

Financiering en premieheffing 205. Hoe worden de uitkeringen en de kosten van het uitvoeren van de WW betaald? De uitkeringen en kosten worden betaald door het heffen van een premie. 206. Waaruit bestaat de premieheffing? De premie bestaat uit een deel dat ten gunste komt van het wachtgeldfonds (Wgf) en een deel ten gunste van het Algemeen Werkloosheidsfonds (Awf). Het premiedeel voor het wachtgeldfonds is sectorspecifiek en het algemeen deel dat ten gunste komt van het Algemeen Werkloosheidsfonds is algemeen 207. Wie betaalt de ww-premie? De werkgever betaalt de ww-premie (2010: 4,20%). De werknemersbijdrage is per januari 2009 op 0 gesteld.De werkgever betaalt de premie. 208. Hoe hoog is het premiedeel voor het wachtgeldfonds? Het premiedeel voor het wachtgeldfonds wordt vastgesteld als een percentage van het loon en is afhankelijk van de sector waarin een werkgever wordt ingedeeld. Met ingang van 01-012007 is het premiepercentage voor het wachtgeldfonds inclusief een uniforme opslag voor de werkgeversbijdrage kinderopvang (2009: 0,34%) 209. Hoe wordt bepaald tot welke sector een werkgever behoort? De werkgever werd tot en met 2005 ingedeeld door UWV in een van de vastgestelde sectoren. Vanaf 01-01-2006 wordt de indeling door de Belastingdienst gedaan. Als de werkgever werkzaamheden verricht in meerdere sectoren, wordt hij ingedeeld in de sector waarvoor hij het grootste bedrag aan loon betaalt. 210. Hoe hoog is het premiedeel voor het Algemeen Werkloosheidsfonds? De minister van Sociale zaken en Werkgelegenheid stelt het premiedeel voor het Algemeen Werkloosheidsfonds jaarlijks vast. Welk deel wordt betaald door de werkgever en welk deel door de werknemer wordt eveneens bij deze ministeriële regeling bepaald. (2010: werkgever 4,20%, werknemer 0,00%.) 211. Wie stelt het ww-premiepercentage vast? De minister van Sociale zaken en Werkgelegenheid stelt jaarlijks het percentage voor het Algemeen Werkloosheidsfonds vast, UWV stelt de percentages vast voor de wachtgeldfondsen, de vervangende premie en de vrijwillige verzekering. De premies zijn te vinden via de websites van UWV en Belastingdienst. 212. Moet er ook WW-premie betaald worden over een werkloosheid-, ziekengeldofWAO-uitkering van een werknemer? Ja. Ook over deze uitkeringen dienen premies te worden afgedragen. Overigens wordt voor het wachtgelddeel van de premie een uniforme vervangende premie vastgesteld in plaats van de sectorale wachtgeldpremies (2008: 1,02%)


48

213. Welke uitkeringen worden uit het wachtgeldfonds betaald? Ten laste van een wachtgeldfonds komen: • de eerste zes maanden van de werkloosheidsuitkering • werkloosheidsuitkeringen als gevolg van buitengewone natuurlijke omstandigheden, zoals vorst • een deel van de uitkeringen van de verplichte Ziektewet Het totale bedrag dat ten laste komt van het wachtgeldfonds is aan een maximum gebonden. Bij overschrijding van dit maximum komt het meerdere ten laste van het werkloosheidsfonds. 214. Welke uitkeringen worden uit het Algemeen Werkloosheidsfonds betaald? Alle uitkeringen die niet uit het wachtgeldfonds worden betaald, komen ten laste van het Algemeen Werkloosheidsfonds. Dit geldt ook voor uitkeringen van de vrijwillige ziektewet 215. Hoe worden de WW-uitkeringen voor overheidswerknemers gefinancierd? De uitkeringen komen ten laste van het Uitvoeringsfonds voor de overheid (UFO). 216. Hoe wordt het Uitvoeringsfonds voor de overheid gevuld? UWV brengt uitgaven bij de overheidswerkgevers in rekening en heft premie. 217. Hoe wordt de hoogte van de verschuldigde premie Uitvoeringsfonds voor de overheid bepaald? De minister bepaalt jaarlijks het percentage van het loon dat als UFO-premie moet worden betaald. Dit percentage is voor alle overheidswerkgevers hetzelfde.


49

Actuele percentages en bedragen 218. Wat zijn de premiepercentages 2011? De premiepercentages 2011 zijn: 2010

2011

AOW (werknemerspremie)

17,90

17,90

ANW (werknemerspremie)

1,10

1,10

AWBZ

12,15

12,15

WAO/WIA-basispremie

5,70

5,10

Uniforme WAO-premie

0,07

vervallen

WGA-rekenpremie

0,59

0,62

WW werkgeverspremie

4,20

4,20

WW werknemerspremie

0,00

0,00

ZVW-

7,05

7,75

0,34

0,34

€48.715,65

€49.297,00

€33.189,00

€33.427,00

premiepercentages

(werknemerspremie)

inkomensafhankelijke bijdrage werkgevers

Verplichte werkgeversbijdrage kinderopvang

Max. premieloon werknemersverzekeringen

Max. bijdrageloon ZVW per jaar


50

Franchise Awf-premie per jaar

€16704,00

€16.965

219. Hoe hoog is het maximumdagloon in 2011? De hoogte van de WW, WIA en WAO-uitkering hangt mede af van de hoogte van het laatst verdiende loon en het zogenoemde maximumdagloon. Per 1 juli 2011 bedraagt het maximum dagloon € 190,32. 220. Hoe hoog is het uitkeringsdagloon? Het maximum uitkeringsdagloon per 1 juli 2011 is € 190,32. 221. Hoe hoog is het minimumloon in 2011? Wettelijk bruto minimumloon, per 1-7-2011, voor werknemers bij een volledig dienstverband (36,38 of 40 uur per week).

Leeftijd

Per maand

Per week

Per dag

Vanaf 23 jaar

€ 1.435,20

€ 331,20

€ 66,24

22 jaar

€ 1.219,90

€ 281,50

€ 56,30

21 jaar

€ 1.040,50

€ 240,10

€ 48,02

20 jaar

€ 882,65

€ 203.70

€ 40,74

19 jaar

€ 753,50

€ 173,90

€ 34,78

18 jaar

€ 653,00

€ 150,70

€ 30,14

17 jaar

€ 556,90

€ 130,80

€ 26,16

16 jaar

€ 495,15

€ 114,25

€ 22,85

15 jaar

€ 430,55

€ 99,35

€ 19,87

222. Hoe hoog is het maximum premieloon in 2011? Als werkgever betaalt u naast het loon van uw werknemers premies voor werknemersverzekeringen zoals de werkloosheids- en arbeidsongeschiktheidspremies. Voor de werknemersverzekeringen geldt een maximum premieloon van €49.297 euro per jaar. Indien een werknemer meer verdient dan dit maximum loon hoeft u over het meerdere geen premie werknemersverzekeringen af te dragen.


51

Statische gegevens werkloosheidsuitkeringen 223. Hoeveel werkloosheidsuitkeringen werden er verstrekt ultimo 2010? WW-uitkeringen, 31 december (x 1000) 2000

2005

2009

2010

Totaal

189

305

270

264

Mannen

108

168

157

151

Vrouwen

82

138

113

113

15 tot 25 jaar

9

13

13

9

25 tot 35 jaar

35

50

50

41

35 tot 45 jaar

37

83

73

68

45 tot 55 jaar

39

80

37

80

55 tot 65 jaar

70

80

62

65

Bron: CBS


52

Over de auteur J. M. A. Weerts

Jo Weerts is presentator, docent en trainer bij JWinfotainment Jo Weerts verzorgt cursussen en presentaties over sociale zekerheid (verzuimbeleid, Poortwachter, WIA, Werkloosheidswet, etc.), arbeidsrecht (afspiegelingsbeginsel, Flexwet, Wet arbeid en zorg, Wet aanpassing arbeidsduur, etc.), pensioen en arbodienstverlening in Nederland (variërend van 2 tot 1500 deelnemers). Ook geeft hij trainingen presentatietechnieken, (warme en koude) acquisitie, stand- en beurspresentatie en dagvoorzitterschap, en is hij regelmatig zelf (inhoudelijk) dagvoorzitter. Bij de Hogeschool Arnhem en Nijmegen doceert hij aan de Post Bachelor Registeropleiding Case- en Caremanagement: Wetgeving, verzuimregie en schadelastbeheersing.

Weerts startte zijn loopbaan als voorlichter en docent bij het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP). Vervolgens werkte hij als hoofdmedewerker in- en externe betrekkingen bij de voormalige Bedrijfsvereniging voor de Gezondheidzorg (BVG), als voorlichter bij Cadans Uitvoeringsinstelling en als coördinator communicatie van Relan NV in Zoetermeer. Tot 1 april 2006 was hij parttime aan het UWV verbonden als stafvoorlichter. Tevens doceerde hij Sociale Zekerheid, Arbeidsmarktcommunicatie, Arbeidsmarktbeleid, Creatief denken & doen, en Presentatietechnieken aan de INHOLLAND Hogeschool in Rotterdam.


53

Praktijk. antwoorden. op bedrijfsvraagstukken. WERKLOOSHEIDSWET J.M.A. Weerts. Geactualiseerde versie d.d. 1 juli 2011

Recommend Documents