Pensioen in eigen beheer Investeren in geluk?
Pensioen eigen beheer • Historie pensioen BV • Onder Besluit Wet IB 1941 al mogelijk om pensioen in eigen beheer op te bouwen • Om aanspraken van werknemers te beschermen werd per 15 mei 1952 de PSW van kracht. Pensioen verplicht onderbrengen bij onafhankelijke derde partij. Echter, voor DGA’s ontheffingsbevoegdheid…. • 25 jaar later onderzoek: 95% vd ontheffingen DGA • Tijdens overleg Brede Herwaardering opnieuw aan de orde • PW: DGA expliciet uitgezonderd vd definitie werknemer • Onderzoek Grant Thornton: 86% vd DGA’s ziet pensioen eigen beheer als inkomensvoorziening en niet als fiscale aftrekpost….. 3
Pensioen eigen beheer • Doel pensioen in eigen beheer • Adequate oudedagsvoorziening voor de ondernemer • Werkkapitaal binnen de eigen BV (ondernemer moet goede risicoafweging maken) • 2009: NL kent 200.000 DGA’s • 2009: 141.500 pensioen BV’s (2015: 152.000) • Fiscale waarde € 31 mrd • Commerciële waarde € 73 mrd (2015: € 83 mrd = 7% van de nationale verplichting) • 2012: 90% van de BV’s o.b.v. commercieel ‘onder water’ • 2015: 70% van de BV’s o.b.v. fiscale waarden ‘onder water’
4
Problemen pensioen in eigen beheer • Het verschil tussen de fiscale waardering en de commerciële waardering
leidt tot complexiteit • Voor DGA • Voor Belastingdienst
• Complexiteit leidt ook tot onduidelijkheden • Bij echtscheiding • Bij dividend uitkering • Lage rentestand
5
Verschil in waardering WEV
Fiscale waardering
Leeftijdcorrecties
Geen leeftijdcorrecties
Direct ingaand risico vooroverlijden
Overlijdensrisico na pensioendatum
Indexatieverplichting
Geen indexatieverplichting
Marktrente
Rente ten minste 4% (3.29 IB)
6
Verschil in waardering • Benaderde Marktwaarde (als er geen offerte voor handen is) • Rekenmodel van Belastingdienst • U-rendement + 0,5%-punt • Bij open indexatie 2% vast • leeftijdscorrecties
7
U-rendement • Jaar
Gem. 2,76% 1,71% 1,50% 1,33%
• 2011 • 2012
• 2013 • 2014
• 2015 augustus
september
0,55% 0,59% 8
Pensioen op leeftijd 67
Problematiek excedenten Pensioenprogramma en indexaties, 100% grens en overgang op partner
100% Grens
Witteveen 2015 excedent
100%
70%
VAP excedent ob%
100%
70%
nvt
0%
VPL excedent excedent
nvt
0%
VPL excedent
nvt
0%
nvt
0%
nvt
0%
VAP excedent uitstel VPL excedent excedent Witteveen excedent excedent excedent
Witteveen excedent
Witteveen excedent
Pre Witteveen
1-6-2004
Witteveen
1-1-2006
Witteveen excedent excedent excedent Witteveen excedent excedent
Witteveen excedent excedent
Witteveen excedent
100%
70%
VAP excedent ob%
Pre-witteveen
100%
70%
Witteveen
100%
70%
VPL
100%
70%
VAP
100%
70%
Witteveen 2015
100%
70%
VAP excedent uitstel
VPL excedent
VPL excedent
Witteveen excedent
Witteveen excedent
VPL
Overgang partner
VAP
1-1-2014
1-1-2015
67 jaar
pensioen eigen beheer • Doorgaan met opbouw • kostbaar en ingewikkeld • Stoppen met toekomstige opbouw • Toezegging Weekers: Brief van 6 december 2013 • premies moeten binnen BV blijven en afschaffen past niet in deze gedachte • nadenken over problematiek en echtscheiding • Reactie Tweede Kamer: (nr 33752) • 18 feb 2014 • 85 vragen • Reactie Wiebes: Brief 2 juni 2014 nr. DB2014/208M • Structureel eenvoudiger en begrijpelijker voor de DGA • Ingelegde middelen blijven beschikbaar voor de onderneming • Regeling voor potentiële nabestaanden 10
pensioen eigen beheer • Reactie Wiebes: Brief 2 juni 2014 nr. DB2014/208M • Uitwerking van 4 varianten • Voor 1 mei……. • 1 juli 2015 kenmerk DB2015/106/U ‘oplossingsrichtingen PEB’ • 24 september 2015 overleg geweest met belastingcommissie • Vragen zijn al gedeeltelijk bekend vanuit Verbond van Verzekeraars • Wetteksten zijn in concept al klaar.
11
Uitgangspunt Wiebes “een aanpassing van de regeling voor pensioen in eigen beheer is alleen zinvol als de regelgeving structureel eenvoudiger en begrijpelijker wordt voor zowel de directeur-grootaandeelhouder als de Belastingdienst. We moeten – als het even kan – af van de ingewikkelde verschillen tussen de fiscale en civiele waarderingsregels bij het eigen beheer” [Brief 2 juni 2014 Stas] 12
Randvoorwaarden 1. Ingelegde middelen moeten beschikbaar blijven voor (de
financiering van) de eigen onderneming 2. Mogelijk blijven iets te regelen voor de (potentiële) nabestaanden 3. Budgettair haalbaar
13
Brief 6 december 2013/ overleg fracties Vier oplossingsrichtingen • Fiscale waardering van de pensioenverplichting op commerciële
grondslagen • Fiscale pensioenverplichting vormt uitgangspunt voor de herrekening van de pensioenafspraken (afstempeling) • Geheel nieuw systeem: fiscale reserve in eigen beheer voor de oude dag • Beschikbarepremieregeling met een vast oprentingspercentage
14
Brief 6 december 2013/ overleg fracties Vier oplossingsrichtingen • Fiscale waardering van de pensioenverplichting op commerciële
grondslagen Budgettair niet haalbaar
15
Brief 6 december 2013/ overleg fracties Vier oplossingsrichtingen • Fiscale waardering van de pensioenverplichting op commerciële
grondslagen • Fiscale pensioenverplichting vormt uitgangspunt voor de herrekening van de pensioenafspraken (afstempeling) Incidentele aanpassing met grote juridische bezwaren, en op langere
termijn niet eenvoudiger
16
Brief 6 december 2013/ overleg fracties Vier oplossingsrichtingen • Fiscale waardering van de pensioenverplichting op commerciële
grondslagen • Fiscale pensioenverplichting vormt uitgangspunt voor de herrekening van de pensioenafspraken (afstempeling) • Geheel nieuw systeem: fiscale reserve in eigen beheer voor de oude dag Biedt objectief de meeste aanknopingspunten voor een echte
vereenvoudiging en voldoet aan alle randvoorwaarden; waard om uit te werken 17
Brief 6 december 2013/ overleg fracties Vier oplossingsrichtingen • Fiscale waardering van de pensioenverplichting op commerciële
grondslagen • Fiscale pensioenverplichting vormt uitgangspunt voor de herrekening van de pensioenafspraken (afstempeling) • Geheel nieuw systeem: fiscale reserve in eigen beheer voor de oude dag • Beschikbarepremieregeling met een vast oprentingspercentage In eerste instantie twijfels: BPR dient onzeker rendement te hebben Vast rendement = gegarandeerde toezegging (DCR en geen DBR)
Dan toch op commerciële grondslag te waarderen
18
pensioen eigen beheer
19
pensioen eigen beheer • Uitgangspunten • Wet en regelgeving en de uitvoering moeten structureel eenvoudiger en begrijpelijker worden • Ingelegde middelen moeten beschikbaar blijven voor de onderneming • Oplossing voor de (potentiële) nabestaanden • Budgettair neutraal • Overgangsrecht moet interessant zijn
• Afstemming heeft plaatsgevonden met: • VNO/NCW, NOB, SRA, RB, Werkgroep ondernemerspensioen Tilburg University en RJ
20
Twee oplossingsrichtingen uitgewerkt (brief van 2 juni 2015) • Oudedagsbestemmingsreserve (OBR) • Oudedagssparen in eigen beheer (OSEB)
Maatschappelijke vraag “einde van de levenscyclus van PEB = uitfaseren?” 21
Oudedagsbestemmingsreserve • Faciliteit in de Vpb
• waarbij belastingvrij vermogen wordt gereserveerd • voor de toekomstige aanwending voor een oudedagsvoorziening van de
DGA • zonder in de opbouwfase reeds juridische afdwingbare rechten • Uiteindelijk bedingen van een lijfrente • Bij de BV • Bij een bank • Bij een verzekeraar
• Tijdens uitkeringsfase oprenting o.b.v. U-rendement 22
Oudedagsbestemmingsreserve • Geen juridische rechten • Veel flexibiliteit voor de BV • Bij emigratie in opbouwfase geen conserverende aanslag (exitheffing + uitstel Vpb)
• Positie DGA en partner zwakker dan PEB • Overgang van PEB is niet afdwingbaar
• Meer inzicht in dividenduitkeringsmogelijkheden • Geen langlevenrisico o.a. • Regels simpeler
• Fiscale en commerciële waardering blijft uit elkaar lopen • Meer heffings- en invorderingsrisico’s voor Belastingdienst meer
aansprakelijksheidswetgeving nodig
23
OBR (opbouwfase) • Grondslag 100 -/- franchise (art.3.127 IB 2001) • Denk aan samenloop bij ander dienstverband • Dotatie • Vast percentage • Facultatief • Geen inhaal • Per DGA geoormerkte OBR • Geen oprenting
24
OBR (opbouwfase) • Geen juridische afdwingbare verplichting • Geen toepassing WVPS • Deel OBR/ dotatie aan te wenden als externe afdekking vooroverlijdensrisico • Deel OBR/ dotatie aan te wenden voor extern bedingen kwalificerende lijfrente voor partner/ kinderen • Evt. regelen in huwelijkse voorwaarden compensatie • Waardering • Fiscaal behoort OBR tot het fiscale vermogen (bestemmingsreserve) • Niet op de commerciële balans als reserve • Maar wel rekening houden met latente kasuitstroom van • de reserve of • te betalen Vpb + revisierente?
25
OBR (Opbouwfase) • Dividenduitkeringsmogelijkheden • Geen rekening houden met OBR • Pas op moment aanwending toetsing dividenduitkeringen
26
OBR (aanwendingsmoment) • Kiezen voor • Afstorten bij bank, verzekeraar of ander toegelaten instelling • Omzetten in verplichting van de BV aan de DGA • Onttrekking OBR is per saldo onbelast voor de Vpb • Belaste afname • Aftrekbare betaling voor lijfrente • Vrijgesteld voor loonbelasting heffing bij uitkering • Geen aanwending, dan • Vpb + Revisierente (40% + tegenbewijsregeling) 27
OBR (uitkeringsfase) • Belast in box 1 • Vanuit eigenbeheerlichaam • 20 jaar + jaren vóór AOW leeftijd • Geen sterftekans, dus waardering fiscaal = commercieel • Oprenting met U-rendement • Uitkering 1/20e deel beginsaldo • Daarna 1/19e deel saldo etc. • Bij overlijden gaat uitkering over op partner (en kinderen) of erfgenamen • Later eventueel alsnog extern afstorten 28
OBR (Overgangsrecht) • Omzetting in OBR • Zonder heffing Vpb/ LH • Ter grootte van fiscale waarde • Dus instemmen/ meetekenen DGA en partner, want Is afzien van pensioenrechten Wijziging naar recht op basis van blote verwachting
• Geen omzetting in OBR • Bestaande voorziening bevroren • Huidige regels blijven van toepassing • Geen verdere opbouw PEB mogelijk • Altijd afstorten mogelijk, met alle huidige gevolgen van dien • Nog tientallen jaren?
29
Oudedagssparen in Eigen Beheer • Nieuw wettelijk kader nodig • Jaarlijks maximaal vast/ staffel percentage loon • Facultatief • Geen inhaal mogelijk
• Juridisch afdwingbaar recht op het “potje” • Daardoor is het ‘potje’ vreemd vermogen • Oprenting marktrente o.b.v. U-rendement
• Uiteindelijk te gebruiken voor • Externe lijfrente • Periodieke uitkeringen uit de BV • Eigenlijk een soort beschikbarepremieregeling, maar mag niet zo heten 30
Oudedagssparen in Eigen Beheer • Positie van de DGA en partner sterker • Ook aantrekkelijker voor minderheidsaandeelhouders • Bij emigratie in opbouwfase conserverende aanslag • Gereserveerde deel is niet beschikbaar voor dividenduitkeringen
minder flexibiliteit • Mindere heffings- en invorderingsrisico’s voor de Belastingdienst • Door de oprenting én het feit dat ieder jaar kan worden afgestort, zal de fiscale waarde gelijk zijn aan de commerciële • Ook geen langlevenrisico etc. 31
OSEB (opbouwfase) • Grondslag 100 -/- franchise (art.3.127 IB 2001) • Denk aan samenloop bij ander dienstverband • Dotatie • Speciaal voor de DGA geldende maximumstaffel (budgettair bepaald) • Evt. vast percentage • Facultatief • Geen inhaal • Oprenting marktrente o.b.v. U-rendement
32
OSEB (opbouwfase) • Partner • Deel OSEB aan te wenden als externe afdekking vooroverlijdensrisico • Deel OSEB aan te wenden voor extern bedingen kwalificerende lijfrente voor partner/ kinderen • Samenloopbepaling voor opbouw in de derde pijler • Waardering • Aanspraak van de DGA wordt gezien als vreemd vermogen • Door de oprenting én het feit dat ieder jaar kan worden afgestort, zal de fiscale waarde gelijk zijn aan de commerciële 33
OSEB (Opbouwfase) • Dividenduitkeringsmogelijkheden • Tot de waarde van de oudedagsspaarverplichting geen dividenduitkering • Geen doelvermogen, dus uitgaan van de balans op dat moment • Te hoge dividenduitkering afkoop: heffing + 20% revisierente (tegenbewijsmogelijkheid)
34
OSEB (aanwendingsmoment) • Kiezen voor • Afstorten bij bank, verzekeraar of ander toegelaten instelling • Omzetten in verplichting van de BV aan de DGA • Geen reguliere afwikkeling, dan • Vpb + Revisierente (20% + tegenbewijsregeling)
35
OSEB (uitkeringsfase) • Belast in box 1 • Vanuit eigenbeheerlichaam • 20 jaar + jaren vóór AOW leeftijd • Geen sterftekans, dus waardering fiscaal = commercieel • Oprenting met marktrente o.b.v. U-rendement • Uitkering 1/20e deel beginsaldo • Daarna 1/19e deel saldo etc. • Bij overlijden gaat uitkering over op partner (en kinderen) of erfgenamen • Later eventueel alsnog extern afstorten 36
OSEB (Overgangsrecht) • Omzetting in OSEB • Zonder heffing Vpb/ LH • Ter grootte van fiscale waarde • Dus instemmen/ meetekenen DGA en partner, want Is afzien van pensioenrechten Wijziging naar recht op basis van blote verwachting
• Geen omzetting in OSEB • Bestaande voorziening bevroren • Huidige regels blijven van toepassing • Geen verdere opbouw PEB mogelijk • Altijd afstorten mogelijk, met alle huidige gevolgen van dien • Nog tientallen jaren?
37
OBR
OSEB
Wet- en regelgeving structureel eenvoudiger?
Neen
Neen
Uitvoerbaar en begrijpelijk voor DGA én Belastingdienst?
Niet in opbouwfase, wel in uitkeringsfase
Ja
Beëindiging complexe verschillen fiscale/ commerciële waardering?
Niet in opbouwfase, wel in uitkeringsfase
Ja
Ingelegde middelen beschikbaar voor onderneming?
Ja
Ja
Kan iets geregeld worden voor (potentiële) nabestaanden?
Ja, maar BV bepaalt
Ja
Aanpassing budgettair haalbaar
Ja
Ja 38
Reactie Wiebes 24-9-2015 Wat is het basisprobleem • Dividenklem: evident, want niet tegelijkertijd pensioen-euro én dividend-euro • Beschikbaar voor onderneming: gehele PEB is beschikbaar Probleem is groot en groeiend verschil fiscale en commerciële waarde - Fiscale waarde is wat je echt hebt gespaard oprenten met 4% - Commerciële waarde is wat je nodig zou hebben af te storten, dus marktrente. 39
Reactie Wiebes 24-9-2015 Is PEB überhaupt nog wel interessant? • Uitsteleffect is verwaterd door andere percentages niet meer fiscaal interessant • Onbelaste sterftewinst bestaat niet meer • Ruime afkoopmogelijkheden na emigratie ook niet meer • Lage rekenrente, dus concurrentie van netto sparen • Omkeerregeling is afgetopt • Administratieve lasten zijn toegenomen (DGA/ BV én de bank)
40
Reactie Wiebes 24-9-2015 Dan zo maar afschaffen? • Neen, maar wel stoppen met verdere opbouw en een fiscaal aantrekkelijke uitweg bieden. • Maar dan geen nieuwe regeling!
41
Reactie Wiebes 24-9-2015 • Mogelijk fiscaal arrangement “grofstoffelijk”: • Commerciële waarde • Niet gespaard, wel verplicht • Bij uitkering loonbelasting over verschuldigd afstempelen • Fiscale Waarde • Daarover al wel fiscaal voordeel gehad Revisierente kwijtschelden (20%) Voorziening vloeit via loonheffing uit de BV, met 20% grondslag-korting
Wie wordt waar gelukkig van?
42
Reactie Wiebes 24-9-2015 Let wel: • Óf OSEB • Óf uitfasering Streven: brief met uitwerking vóór kerst, zodat ingangsdatum 1-1-2017
43
Conclusie Het lijkt een strijd te worden tussen de OSEB en uitfasering Gaat wel om ca. € 34 mrd! Zeer interessant voor adviseurs, mede gezien de ontwikkelingen rondom de structuur van box 3 - Veel vermogen komt vrij bij uitfasering PEB - Veel vermogen zal moeten worden geheralloceerd
Investeren in geluk! 44