Provincie Flevoland Statengriffie
Verslag
Registratienummer: 536976 Verslag van de vergadering van de Commissie Ruimte van woensdag 18 april 2007
Aanwezig zijn:
De heren J.N.J. Appelman (voorzitter), A.J. Steendijk (VVD), W.R. Bouma (CDA) en B.G. van het Erve (CDA), mevrouw M.M.J.E. Kuijken (CDA), heren A.A. Rijsdorp (PvdA), N. Demirbilek (SP), H. van Ravenzwaaij (SP), J.E. Geersing (ChristenUnie), C. Meijer (GroenLinks), F.N.E.M. van Schoot (GroenLinks) J.N. Simonse (SGP), A.W.H.J. van der Avoird (PvdD) en S. Jokhan (commissiegriffier) Ook aanwezig zijn:
Leden van gedeputeerde Staten: mevrouw A.E. Bliek-de Jong Ambtelijke organisatie: heer E. de Beer (afd. Milieu en Water) Afwezig is:
Heer R.Th. van der Avoort (VVD)
1. Opening De voorzitter opent de vergadering en heet iedereen welkom. 2. Vaststellen agenda PvdA wijst erop dat tijdens de vorige vergadering een agendapunt is uitgesteld, namelijk de presentatie aanpak Oostvaarderswold, en vraagt wanneer dit punt aan de orde zal zijn. Gedeputeerde Bliek kan nog niet zeggen wanneer. Er is wel een concept maar zij wil zich eerst ervan overtuigen dat alle partijen zich daarin kunnen vinden. De agenda wordt conform vastgesteld. 3. Mededelingen voorzitter/presidium/Statengriffie - Bericht van verhindering is ontvangen van de heren R.T. van der Avoort (VVD) en J.M. Bos (gedeputeerde). - Vooraankondiging veldbezoek Kaderrichtlijn Water op woensdag 6 juni 2007 (09.00-13.00 uur). De vooraankondiging en achterliggende informatie is per mail aan u verzonden ter reservering in uw agenda. Voor u in de bakjes gelegd of gemaild: - Persbericht d.d. 28 februari 2007 over Grondboringen Almere-Overgooi (mail) e - Agenda en stukken voor de 30 Algemene Vergadering van het Waterschap Zuiderzeeland op 6 maart 2007 (mail) - Memo 507388 d.d. 21 februari 2007 over Onderzoek VROM-taken provincie Flevoland e - Agenda en stukken voor de 31 Algemene Vergadering van het Waterschap Zuiderzeeland op 24 april 2007 (mail) De mededelingen worden voor kennisgeving aangenomen. 4. Verslag van de vergadering d.d. 14 februari 2007 Er zijn geen schriftelijke wijzigingen binnengekomen. Tijdens de vergadering zijn er geen op- of aanmerkingen. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. a. Lijst van toezeggingen De voorzitter weet dat in een vorige vergadering is gezegd dat ten aanzien van de data van afdoening er nu een definitief voorstel zou zijn. Daarvoor is echter gegeven de collegeonderhandelingen nog
Provincie Flevoland
Verslag Bladnummer
2 geen ruimte gevonden. Hij zegt toe zich ervoor te zullen inspannen dat er bij de volgende commissievergadering voor de lijst van toezeggingen en de lijst van moties een datumvoorstel is. De toezeggingenlijst wordt doorgenomen. - Punt 1, Modern Waterbeheer en wonen in het water, wordt mei/juni. - Punt 2. Ontwikkelingen andersoortige brandstof. Gedeputeerde Bliek verwacht dat er voldoende stof is, maar kan hieraan nog geen datum verbinden. - Punt 3. Fysieke leefomgeving. Gedeputeerde Bliek deelt mee dat de termijn voor het indienen van bezwaar is opgeschoven naar 1 mei. Als dat is ontvangen wordt het doorgeleid naar de commissie voor de bezwaarschriften. Dan zal zo snel mogelijk een besluit van het college van GS volgen en zal de commissie daarover worden geïnformeerd. - Punt 4. Milieuvergunning Knorpolder. Gedeputeerde Bliek heeft deze uitspraak gisteren gezien. Als het allemaal goed gaat en op tijd, ontvangt de commissie deze bij de weekendpost. De mutaties zullen worden doorgevoerd en de lijst zal conform worden aangepast. b. Lijst van moties Punt 1. Een loketbundeling handhavende instanties. Gedeputeerde Bliek zegt dat de planning moet zijn voorjaar 2007, in plaats van voorjaar 2006. De mutatie zal worden doorgevoerd en de lijst zal conform worden aangepast. 5. Lijst van ter kennisneming stukken van 18 april 2007 Er zijn geen vragen of opmerkingen. 6. Door fracties ingebrachte onderwerpen ChristenUnie kondigt aan in de volgende vergadering met een onderwerp te komen ten aanzien van duurzame energie. De fractie is momenteel bezig met het plan Lievense. In de volgende commissiebundeling zal hierover informatie verschijnen. Mochten er leden zijn die geïnteresseerd zijn, dan verwijst hij naar de website: www.energieuitwater.nl. 7. Portefeuillehouder A.E. Bliek-De Jong a. Mededelingen Geen. b. Ter bespreking. 1. Reglement Waterschap Zuiderzeeland, implementatie Wet modernisering waterschapsbestel Eerste termijn. De voorzitter verzoekt de commissie met name in te gaan op de beslispunten die in de bundel zijn benoemd. PvdA is blij dat er de laatste jaren een constructieve situatie ontstaat, dat de tijd van strijd voorbij is en dat wordt getracht tot een goede werkrelatie te komen. Hij vraagt zich af waar men als provincie, als algemeen bestuur voor is. Hij denkt dat waarmee het Bosschap komt niet zo’n vreemde gedachte is. De belangen van de mensen die rechtstreeks mogen stemmen worden voor een heel groot deel teruggebracht in de samenstelling van de AV. Die belangen spelen een grote rol in het dagelijks werk van het Waterschap. In het voorstel wordt gesteld dat het één is van de 25 en daar is iets voor te zeggen, maar dit is met name een belang dat relatief makkelijk opzij geschoven kan worden, omdat het weinig reactie oplevert. Als het gaat over de toedeling van de geborgde zetels vindt de PvdA het de gedachte waard om uit te gaan van een voorstel waarbij als het gaat om bos- en natuurterreinbeheerders niet wordt uitgegaan van één maar van twee en dat die ene in mindering wordt gebracht op een van de andere twee vaste categorieën. Hij is geïnteresseerd hoe de andere fracties daar tegenaan kijken. Wat betreft de overige punten is dat ook de opvatting van de PvdA. CDA vindt het opmerkelijk dat de wetgever de al eeuwen bestaande relatie tussen betaling en zeggenschap schrapt. De fractie is het eens met GS, die in de nota schrijft dat de verhouding tussen de toe te delen zeggenschap en de mate waarin de kosten worden gedragen reëel moet zijn, maar vindt de uitwerking vreemd. Bij de geborgde zetels zal de categorie ongebouwd ongeveer 30% van de kosten dragen, bij drie geborgde zetels betekent dat ongeveer 12% en bij vier geborgde zetels ongeveer 16% van de zeggenschap. Dat laatste is volgens hem een veel reëlere verhouding tussen kosten en zeggenschap dan het college voorstelt. Het CDA stelt het college voor om te kiezen voor vier geborgde zetels voor de categorie ongebouwd; het gaat tenslotte om een categorie inwoners die
Provincie Flevoland
Verslag Bladnummer
3 voor haar inkomen sterk afhankelijk is van het beleid en de activiteiten van het Waterschap en die getalsmatig als factor bij de algemene verkiezingen niet te veel voorstelt. Richting de PvdA antwoordt hij dat in de stukken duidelijk is aangetoond dat het Bosschap met één geborgde zetel ruim bemeten is ten aanzien van de kosten die deze categorie draagt in het nieuwe bestel. PvdA interrumpeert met de opmerking dat het CDA sterk reageert vanuit het financiële vertrekpunt. Datgene wat niet betaalt maar wel belangrijke waarde heeft volgens allen, zou er bekaaid van afkomen als dat de enige redering is. CDA antwoordt dat het in het oude bestel redelijk maatgevend was. Bij de vorige herziening is daarop al behoorlijk ingeboet en met deze herziening wordt het enorm teruggedrongen. Gezien de bevolkingssamenstelling vindt hij het redelijk aannemelijk dat de categorie natuur zich in een warme belangstelling van de rest van de gekozenen mag verheugen. PvdA meent dat bos- en natuurterreinen een onderdeel is dat het minst in te brengen heeft, maar qua oppervlak een groot deel van de provincie beslaat. CDA begreep uit het betoog van de PvdA dat men bang was, dat deze categorie alleen komt te staan in het toekomstig waterschapsbestuur en dat bestrijdt hij. Met de rest van het voorstel kan het CDA akkoord gaan. GroenLinks begrijpt dat de opzet is om de verkiezingen van het waterschap democratischer te laten verlopen dan tot nu toe. Als hij dan kijkt naar de situatie rond de geborgde zetels, vraagt hij zich af waarom dat zo is en of niet alle categorieën op een andere manier deel moeten kunnen uitmaken van de nieuwe besturen, namelijk door lijsten. Aan de andere kant wordt nu gevraagd akkoord te gaan, terwijl de Eerste Kamer nog de discussie moet voeren. CDA vraagt bij interruptie of als GroenLinks pleit voor lijsten, die fractie dan van te voren bepaalt hoeveel zetels bij elke lijst horen. Volgens GroenLinks is dat een technische uitwerking. Het gaat hem om de discussie of het geborgde zetels moeten zijn naast andere die verkiesbaar zijn, of moet de hele zaak worden opengelegd en dan via lijsten namens belangenorganisaties. Als het gaat om democratische verkiezingen dan horen daar in de optiek van GroenLinks geen geborgde zetels bij. SGP kan zich prima vinden in hetgeen GS voorstelt. Het voorstel van het Waterschap om vier zetels voor de categorie ongebouwd te reserveren, acht de fractie mede gezien het verleden niet geheel reëel. VVD kan zich in grote lijnen vinden in het voorstel. Wel wil hij opmerken dat als gevolg van deze wijzigingen ook een wijziging in de taakopvatting van het Waterschap zal optreden, de gemeenten krijgen een andere functie, er worden wat taken overgedragen van de ene instantie naar de andere. Hij denkt dat het goed zal zijn als daaraan extra aandacht wordt besteed in het kader van de controlerende functie van de provincie. Voor PvdD is het de vraag wat er moet gaan gebeuren als de wet veranderd wordt. Hij vraag zich af of hetgeen in punt c is vermeld wel in overeenstemming is met de nieuwe wet. In de wet staat namelijk niet dat de economische waarde bepalend is voor de verdeling; de verdeling moet gebaseerd worden op het belang. De fractie voelt voor de argumentatie van het Bosschap, die aangeeft dat natuurbeheer door natuurterreineigenaren in hoge mate afhankelijk is van de activiteiten van het Waterschap. Voor een groot deel van de categorie bedrijven is de afhankelijkheid van het Waterschap veel minder. Daarom zou de fractie ervoor pleiten om één zetel te verschuiven van de categorie bedrijven naar de categorie natuurterreinen. Over de overige punten heeft hij geen opmerkingen. ChristenUnie kan zich vinden in het voorstel. SP sluit zich aan bij de opmerkingen van GroenLinks en PvdD. Hij wil de PvdA en PvdD steunen en in overweging geven de geborgde zetels, met name de categorie bos- en natuurterreinbeheerders, nog eens kritisch te bekijken. Gedeputeerde Bliek hoort met betrekking tot het aantal geborgde zetels enkele partijen zeggen dat er wat zou moeten worden geschoven. Zij geeft aan dat dan eerst een uitspraak moet worden gedaan over het aantal geborgde zetels en de verdeling daarbinnen, of dat het de 7 genoemde zetels zijn waar binnen de verschillende categorieën geschoven wordt. Het kan zijn dat de wet niet op tijd wordt aangenomen, maar het is niet zo dat het nu niet nuttig is om te spreken over het aantal geborgde zetels en de verdeling daarin, want dat vraagstuk komt altijd naar de staten toe, afhankelijk van wanneer de nieuwe wet in werking treedt. Daarnaast is bij veel waterschappen de rek eruit wat betreft de verlenging van de termijn om verkiezingen te organiseren. Mocht deze nieuwe wet niet op tijd worden aangenomen, dan zal er waarschijnlijk een noodwet in procedure komen en moet voor veel waterschappen duidelijk zijn op welke wijze ze de verkiezingen ingaan. Tweede termijn.
Provincie Flevoland
Verslag Bladnummer
4 CDA is in zijn voorstel naar 8 geborgde zetels gegaan. SP pleit ervoor om het maximumaantal geborgde zetels op 7 te houden, maar kritisch te kijken naar de zetelverdeling, waarbij het voor de categorie bos een onsje meer mag zijn. VVD gaat akkoord met het voorgestelde aantal geborgde zetels van 7. Gezien de importantie van dit onderwerp verzoekt hij het niet als hamerstuk maar als bespreekstuk in de Staten te behandelen. GroenLinks vraagt op grond waarvan de gedeputeerde denkt dat de discussie in de Eerste Kamer bijna een gelopen race is. Gedeputeerde Bliek antwoordt dat het juist niet een gelopen race is; er is van uitstel sprake. Aan de staatssecretaris is gevraagd om met goede argumentatie te komen waarom er geborgde zetels nodig zijn. PvdA hecht eveneens aan het aantal van 7 geborgde zetels. Hij kan zich voorstellen dat je het agrarisch belang belangrijker moet achten dan het bedrijvendeel. In die zin zou het voorstel van de PvdA zijn: 2 voor natuur en landschap, 2 voor bedrijven en 3 voor agrariërs en overige ongebouwd. PvdD sluit zich aan bij de PvdA. CDA gaat ervan uit dat het een bespreekstuk wordt. Namens gedeputeerde Bliek wijst een ambtenaar de commissie op de verdere procedure. GS zal opnieuw in overleg treden met het DB van het Waterschap over het concept-reglement. Vervolgens wordt het ontwerp-reglement door GS vastgesteld. Het is te doen gebruikelijk om een ontwerpreglementswijziging ter kennisname in de commissie te brengen met de vraag of het inspraakrijp is. Nadat het zes weken ter inzage heeft gelegen zal GS de definitieve reglementswijziging vaststellen. Dan komt het naar de staten alsook naar de Staten van Friesland en Overijssel om de reglementswijziging in definitieve vorm vast te stellen. Als laatste zal de minister van VWS zijn goedkeuring eraan moeten hechten. PvdA neemt aan dat hetgeen hier wordt gewisseld van belang zal zijn in het vervolggesprek met het Waterschap. Gedeputeerde Bliek antwoordt dat de kanttekeningen die hier worden gemaakt, zullen worden overwogen door het college en naar zij aanneemt ingebracht in het volgende overleg met het Waterschap. Het komt niet onmiddellijk terug in de Staten. Het college heeft vooral willen horen om te zien of er draagvlak is voor het voorstel van GS om verder te gaan in de procedure. De voorzitter stelt vast dat het stuk voldoende is besproken en wenst het college succes bij de verdere uitwerking ervan. 2. Ontwerp-wijziging van Reglement voor Waterschap Zuiderzeeland, onderdeel kostentoedeling PvdA zegt dat de fractie in de vorige commissievergadering over dit onderwerp een zeer kritische houding heeft aangenomen maar nog wel ruimte heeft geboden, waar de VVD geen ruimte heeft geboden en het CDA daar geheel anders in stond. Destijds is gesproken over de verdeling van werkzaamheden en de besteding van gelden. Dit wilde men graag onderbouwd zien en weten hoe het zit met de zeggenschap. Van het college is hierover veel informatie verkregen. Hij moet zeggen dat het tot een andere opstelling heeft geleid van het Waterschap dan bij de voorbereiding van de eerste commissie. Dit wetende, de vorige commissie in ogenschouw nemende en de informatie van nu meegekregen hebbende, stemt de PvdA in met de inhoud en met het ter inzage leggen van het voorstel. CDA merkt op dat in de aanvullende informatie van het Waterschap de zeer grote kostenverschuiving blijkt van het landelijk gebied naar het stedelijk gebied. De fractie meent dat deze situatie iets is waarvoor een zichzelf respecterende provincie geen verantwoordelijkheid wil dragen. Flevoland is de laatste provincie waar deze scheefgroei nog aanwezig is. Het Waterschap heeft duidelijk gemaakt dat veel voor het stedelijk gebied noodzakelijke investeringen pas na wijziging van de kostentoedeling kunnen worden uitgevoerd in de komende jaren. Echter, de huidige stagnatie van de nieuwe Waterschapswetgeving maakt het onzeker of de nieuwe wet wel in 2008/2009 van kracht zal zijn. Een provincie die dynamisch en in balans wil zijn, zal zo snel mogelijk art. 25 van het Waterschapsreglement aanpassen op de door GS voorgestelde wijze. De CDA-fractie ondersteunt dit van harte. VVD dankt de PvdA voor een stukje historie dat hij als nieuw statenlid niet heeft meegekregen. De onderbouwing van het CDA onderschrijft de VVD grotendeels. Bij punt 3 wordt toegelicht hoe de waarde van onroerende zaken wordt vastgesteld, op basis van de wet WOZ. In de fractie is hem ingefluisterd dat de term WOZ-waarde een populaire uitdrukking is maar dat in officiële stukken de titel moet worden gebruikt: de waarde in het economisch verkeer conform de wet WOZ, en niet WOZwaarde. Voor het overige heeft de fractie geen commentaar. De VVD is akkoord met de reglementswijziging zoals deze voorligt.
Provincie Flevoland
Verslag Bladnummer
5 SGP is eveneens volledig akkoord. ChristenUnie is ook akkoord. GroenLinks gaat akkoord met het voorstel. SP is eveneens akkoord. PvdD is in grote lijnen akkoord. De fractie heeft vragen bij de grote stap die de huiseigenaren nu moeten maken, terwijl de lasten voor ongebouwd in dit voorstel halveren. De PvdD vraagt zich af of het niet beter is om een andere correctiefactor te zoeken zodanig, dat de categorie ongebouwd op ongeveer de nullijn zit en dan te kijken waar je uitkomt voor de categorie huiseigenaren. Gedeputeerde Bliek dankt de commissie voor de uitgebreide steun. Zij kan zich evenals de PvdA de vergadering in december herinneren, maar het was enigszins anders: er werd in de VVD nog verdeeld gedacht. Richting PvdD geeft zij aan dat de uitkomst die er nu ligt, de instemming heeft van alle partijen. Ambtelijk wordt richting PvdD aangegeven dat na overleg tussen het ministerie enerzijds en het waterschap en de provincie anderzijds is gebleken, dat het invoeren van een methode zonder een correctiefactor leidt tot een fictieve verschuiving in de zeggenschap van meer dan 2 zetels. Zonder het houden van verkiezingen zou dat leiden tot een naar de mening van het ministerie te grote discrepantie tussen de betaling en de zeggenschap. Door het invoeren van 0,75 worden de betaling en de zeggenschap meer in overeenstemming met elkaar gebracht. Volgens PvdD gaat het met een nog lagere factor niet naar een andere zeggenschap, maar wordt de verhouding alleen maar gunstiger. Zijn vraag was of de grote stap van de huiseigenaren niet voorkomen kan worden door nog even naar de correctiefactor te kijken. PvdA brengt naar voren dat in de voorgaande commissie hierover uitgebreid is gesproken. In een toelichting hebben AV-leden van het Waterschap aangegeven dat het een compromis is tussen twee verschillende belangen. De voorzitter concludeert dat het punt voldoende is besproken en dat de commissie vindt dat het college op de ingeslagen weg kan voortgaan. 3. Beleidsregels Omgevingsplan Eerste termijn. De voorzitter wijst er met nadruk op dat het vaststellen van beleidsregels op basis van het Omgevingsplan een bevoegdheid is van GS. De voorliggende notitie gaat in op een aantal vragen en opmerkingen zoals ze in deze commissie gesteld zijn. Hij vraagt de leden in hun bijdrage terughoudendheid te betrachten ten aanzien van vragen richting het college als het gaat over majeure bijstellingen of veranderingen van beleidsregels, omdat dat uiteindelijk kan leiden tot het opnieuw ter inspraak moeten leggen of zelfs wijzigen van het Omgevingsplan. Hij denkt dat het verstandig is om met elkaar over de beleidsregels te spreken in opiniërende zin: is de commissie tevreden over de wijze waarop het college is omgegaan met de destijds gegeven reacties. PvdA begrijpt de inleiding van de voorzitter. Hij heeft een opmerking over de manier waarop een aantal zaken hier zijn aangegeven. Er staat een aantal keren bij het eerste gedeelte: in de commissie is opgemerkt dat er meer ruimte voor woningen op boerenerven moet komen en dat soort formuleringen. Het is correct dat dit in de commissie is opgemerkt, maar het suggereert hier alsof dat ook de opvatting van de commissie was. Het was niet zo dat men met elkaar het politieke debat heeft gevoerd alsof dat belangrijk zou zijn of dat men met zijn allen vindt dat er meer ruimte moet zijn los van de inhoud van het voorstel. Dan wil hij met name ingaan op de zorg van de PvdA, namelijk het testveld. Dit werd genoemd de verleiding van Greiner. De heer Greiner merkte na gezamenlijke initiatieven van de VVD en PvdA, dat het draagvlak voor windenergie tanende was vanwege de landschappelijke inpassing en heeft een ander beleid ingericht. Een moeilijk beleid. Opschalen en saneren gaat niet vanzelf. PvdA is kritisch geweest over het nut maar staat vol achter het beleid van opschalen en saneren en wil dat ruimte geven. Het is van belang dat met dit soort voorbeelden als het testveld uitermate zorgvuldig wordt omgegaan en dat niet de verleiding van Greiner op de manier wordt doorgetrokken dat als je maar een goed verhaal hebt, voor jou de regels niet tellen. Bij het testveld is in feite sprake van twee zaken. Ten eerste worden er testopstellingen gedaan die zich zoals hij begrijpt, niet hoeven te houden aan de rest van de beleidsregels. Ten tweede, en daar gaat de zorg van de PvdA helemaal naar uit, om het ook rendabel te laten zijn mogen er meer windmolens worden neergezet en wel eenderde van de omvang van het testveld. Het mag niet zo zijn dat men het hier heeft over één commerciële onderneming, de WUR, en dat voor een particulier belang een uitzondering wordt gemaakt op de regel. Daarover is de vorige keer gesproken en dan is het
Provincie Flevoland
Verslag Bladnummer
6 verbazend het antwoord te lezen en te zien hoe het college hiermee verdergaat. Hij beseft dat het niet een punt is dat direct geagendeerd is, maar hij hecht wel aan een goede aanpak van het college op dit punt. Een goed, effectief en succesvol windenergiebeleid staat bij het feit dat het de provincie lukt om het geloofwaardig te laten zijn naar alle partners en iedereen die initiatieven neemt. CDA wil reageren op de inbreng van de PvdA. Bij de zorg die is uitgesproken ten aanzien van het windmolenbeleid kan hij zich iets voorstellen. Het is echter wel gecompliceerd. Enerzijds juicht de fractie de testopstellingen en het onderzoek toe. Anderzijds onderschrijft de fractie dat GS daarin enige zorgvuldigheid moet betrachten die erop gericht is om de belangen van de andere windmolenexploitanten in de nabije omgeving niet te schaden door het beleid dat straks uitgevoerd wordt ten aanzien van het WUR-veld. Volgens GroenLinks komt het betoog van de PvdA enigszins overeen met wat hij al eerder heeft gezegd over de verleidingstactieken van GS. Daarover wordt hier iets gezegd maar de fractie heeft grote twijfels of dat allemaal wel zal lukken, hoewel GroenLinks erg voor windenergie is. Hij vraagt of de commissie al de antwoordnota die naar aanleiding van de inspraak is gepubliceerd, heeft ontvangen. Die antwoordnota en de antwoorden van GS op de reactie vanuit de commissie zou hij erg graag naast elkaar gelegd zien. Dan de kleinschalige ontwikkeling in het landelijk gebied. Hij heeft begrepen dat als bijdrage bij de nieuwe windmolens er een bepaald percentage wordt gevraagd voor lokale ontwikkelingen, om daarmee fietspaden en dergelijke te kunnen financieren. Hij heeft gevraagd waarom dat wel is bij windmolens en niet als het gaat om een nieuwe vestiging in het gebied, bijvoorbeeld van bedrijven op boerenerven. Het antwoord op die vraag heeft hij niet kunnen terugvinden. Hierop wil hij graag een reactie. SP is het geheel eens met de PvdA. De fractie meent dat over een aantal zaken gediscussieerd kan worden. Dit is een nieuwe PS met nieuwe ideeën, nieuwe commissieleden. De voorzitter interrumpeert met de opmerking dat deze beleidsregels worden geformuleerd op basis van het vastgestelde Omgevingsplan. SP meent dat daarover toch kan worden gediscussieerd. De voorzitter zegt dat als de SP vastgestelde beleidsregels wil wijzigen, de fractie dat dan ook vrij zwaar politiek moet motiveren. SP blijft van mening dat hij evenals andere partijen wijzigingen kan aanbrengen. Gedeputeerde Bliek schetst het moment in het proces, waarbij zij onder meer aangeeft dat de beleidsregels goed zijn besproken met alle gebiedspartners. De antwoordnota komt binnenkort naar haar toe. Ten aanzien van het testveld heeft zij begrepen dat dit werkelijk bedoeld is voor R&D activiteiten. Het is de bedoeling dat het sinds kort geopende Kenniscentrum aan bedrijven die breed bezig zijn met duurzame energie de gelegenheid geeft om testmolens op te zetten. De afspraak met de commissie is dat elke uitbreiding in een dergelijk testveld ook weer voorgelegd wordt ter advisering aan deze commissie. Elke keer als er een sanering en opschalingsplan in een bredere opzet aan het college wordt voorgelegd en klaar is als project, komt dit ter advisering bij de commissie langs. Zij denkt dat het een heel goede ontwikkeling is, want een dergelijk testveld is absoluut geen productieveld. Ten aanzien van de kleinschalige ontwikkelingen is al een pilot uitgevoerd. Hoe deze exact is gegaan, weet ze nog niet. De afspraak was dat een klein deel van het budget gebruikt zou worden voor kleinschalige ontwikkelingen in het gebied zelf. Het is afhankelijk van de plaatselijke omstandigheid en kan ingezet worden bij bezwaren die daarvoor in een dergelijke omgeving leven, om daarin een soort evenwicht te vinden. Tweede termijn. Volgens PvdA is afgesproken dat men wil opschalen en saneren. Een dergelijk testveld heeft consequenties voor een heel groot gebied waar je dan beperkingen hebt in de zin van opschalen. De gedeputeerde zegt dat het terugkomt naar de commissie, maar het zou heel vreemd zijn als partijen heel ver in het traject zijn, dat ze op het laatste moment worden afgeschoten. Dat zou men niet moeten willen. Vandaar het belang om aan de voorkant met elkaar daarover van gedachten te wisselen. De PvdA heeft principiële bezwaren als het gaat om de overwegingen na de zinsnede: bij nader inzien blijkt deze opzet niet uitvoerbaar. De fractie hecht er enorm aan dat het college heel kritisch zal zijn in de nadere ontwikkeling daarvan. Het moet niet zo zijn dat Wageningen Universiteit op deze manier, onder de kapstok van een Kenniscentrum, een stuk ontwikkeling kan doen als puur private ondernemer waar een ander die kansen niet krijgt. Als het die kant opgaat zal de PvdA daar nadrukkelijk bezwaar tegen aantekenen. De fractie wil graag een goede onderbouwing zien en volgen of hier werkelijk sprake is van een situatie waarbij het gaat om een Kenniscentrum.
Provincie Flevoland
Verslag Bladnummer
7 ChristenUnie wil ingaan op hetgeen de PvdA aankaartte. De PvdA vraag om zorgvuldigheid en dat onderschrijft de ChristenUnie maar hij zou toch de ruimte willen houden om daar daadwerkelijk iets te gaan doen. PvdA vraagt of ChristenUnie onderschrijft dat het heel erg met elkaar te maken heeft en dat het niet alleen een kwestie is van wel of niet het testveld. ChristenUnie bekruipt het gevoel dat het testveld op de achtergrond wordt geschoven, terwijl sinds kort het Toepassingscentrum Duurzame Energie is geopend. Hij gaat ervan uit dat daar iets van gemaakt gaat worden en dat het niet op voorhand aan de kant wordt gezet. PvdA vraagt de ChristenUnie wat zijn opvatting is over het onderdeel dat iets dergelijks economisch niet uit kan maar om de exploitatie rendabel te maken mogen er molens bij. ChristenUnie antwoordt dat het wat hem betreft duidelijk een testveld is en dat daarmee zorgvuldigheid wordt betracht. Het is volgens hem niet de bedoeling zo’n testveld commercieel uit te buiten. De voorzitter is van mening dat het college met de gemaakte opmerkingen bij de uitvoering van het windenergiebeleid zijn voordeel kan doen. Vanuit de commissie is met nadruk gesteld uiterste zorgvuldigheid ten aanzien van de geformuleerde uitgangspunten opschalen en saneren te betrachten. Hij wenst het college daarbij veel succes. c. Vragenronde Geen. 8. Rondvraag Geen. 9. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 20.55 uur en dankt de aanwezigen voor hun komst.
Vastgesteld in de vergadering van 13 juni 2007, de commissiegriffier, de voorzitter,