Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving voor Delta scholen.
Jan Angevaare Ron Does Sjaak Janssen Joost Adema
november 2011 – augustus 2012
Op weg naar een elektronische Leer Omgeving voor Delta scholen. 1. Aanleiding: ........................................................................................................................................... 2 Onderzoeksvraag: ................................................................................................................................ 3 2. Procesbeschrijving van het onderzoek ................................................................................................ 4 3. Wat is een ELO? ................................................................................................................................... 5 Wat is een ELO? ................................................................................................................................... 5 Wat kan een ELO? ............................................................................................................................... 6 Hoe kun je een ELO invoeren? voorbeeld van een implementatieplan.............................................. 7 De implementatie van een ELO ........................................................................................................... 8 Wat zijn voordelen en risico’s van een ELO?..................................................................................... 10 Voorbeelden: gebruiksmogelijkheden van een ELO ......................................................................... 11 Implementatiewijzer elektronische leeromgeving............................................................................ 12 PIONIERSFASE: Werken aan kritische factoren ................................................................................. 13 PILOTFASE ELO: 2e jaar ..................................................................................................................... 14 PILOTFASE: Werken aan kritische factoren ....................................................................................... 15 VERANDEREN: Hoe komen we van de pilotfase naar brede invoering? ........................................... 17 BREDE INVOERING ELO: 3e jaar ........................................................................................................ 17 BREDE INVOERING: Werken aan kritische factoren .......................................................................... 18 4. Wat moet je volgens ons met een ELO kunnen? .............................................................................. 19 5. Vergelijking van een aantal ELO’s en een aantal opslagmedia in de cloud....................................... 19 6. Welke omgeving adviseren wij? ........................................................................................................ 20 Literatuurlijst ......................................................................................................................................... 21 Bijlage Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving ........................................................................ 22
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 1
Op weg naar een elektronische Leer Omgeving voor Delta scholen. Onderzoek ELO ; Plan van aanpak. Waarom zijn wij begonnen met een onderzoek naar een bruikbare ELO voor de Delta basisscholen?
1. Aanleiding: In de notitie “Kader Delta ICT Beleid 2011-2015” wordt de elektronische leeromgeving (ELO) voor de leerlingen en leerkrachten genoemd als één van de kernsystemen van Delta. Waarom heeft het bestuur de ELO als kernsysteem opgevoerd? Scholen worden in de komende planperiode (2012-2016) uitgedaagd om het onderwijs anders te organiseren. Dat heeft deels te maken met het feit dat de huidige bekostiging de huidige structuur niet overeind kan houden en het heeft ook te maken met het gegeven dat er in het onderwijs steeds meer behoefte gaat ontstaan om bij leerlingen “uit te gaan van verschillen”. Deze behoefte wordt ingegeven doordat de diversiteit/problematiek van leerlingen de komende jaren zal toenemen (o.a. door de gevolgen van passend onderwijs). Daarnaast speelt ook mee dat het inzicht in het leren van kinderen van tegenwoordig met zich mee heeft gebracht dat leerlingen in toenemende mate ook hun eigen leerproces kunnen managen. Dat vraagt om een leerling-specifieke omgeving. Een ELO kan hierbij van dienst zijn en draagt wellicht bij tot een uitdagende leeromgeving. (bron Notitie Delta)
Wat verwacht het bestuur van een ELO in de scholen? Het bestuur verwacht dat een ELO kan bijdragen aan het anders inrichten en organiseren van leren. Daarnaast verwacht het bestuur dat een ELO kan bijdragen aan het “ontlasten” van de leerkracht en aan verbetering van kwaliteit van het onderwijs (Uitgaan van verschillen=maatwerk voor kinderen). Het bestuur realiseert zich dat er door de gebruikers eerst een inspanning moet worden geleverd om zich een ELO eigen te maken. Is er een budget gereserveerd voor het invoeren van de ELO? Er moet vanuit gegaan worden dat scholen de ELO zelf bekostigen. Op stichtingsniveau is een beperkt budget beschikbaar.
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 2
Onderzoeksvraag: De Kernvraag: We onderzoeken welke elektronische leeromgeving bruikbaar is voor de Delta basisscholen. We richten ons op maximaal 3 elo's van uitgevers en onderzoeken de bruikbaarheid van Google Docs / Drive en Live @Edu van microsoft. Met bruikbaar wordt bedoeld; recht doet aan bovenstaande verwachtingen en recht doet aan kennisconstructie, ondersteund door ict; het met behulp van ICT creëren van een stimulerende uitdagende en inspirerende leeromgeving waarbij er ruimte is voor leren door experimenteren, samenwerken en kennis delen. Tevens moet een ELO een eenvoudig beheergedeelte hebben; de content moet makkelijk te plaatsen zijn en voor het organiseren van de leeromgeving moet de leerkracht de beschikking hebben over kant-en-klare tools binnen de ELO. Deelvragen: • • • • •
• •
Welk tijdpad wordt gesteld, welke middelen zijn beschikbaar en is dit reëel? Welke verschillende ELO’s zijn er, wat zijn mogelijke implementatie gevolgen (organisatorisch /financieel) Hoe moet de ELO gebruikt en ingericht worden, geldt er uniformiteit voor alle deelnemers? Schoolspecifieke differentiatie? Welke aspecten uit de verschillende schoolvisies worden bediend met het ELO? Welke scholen zijn er op organisatieniveau (kwaliteit personeel / kwaliteit interne en externe communicatie) aan toe om te gaan werken met een ELO? Pilot scholen? Welke factoren hebben invloed op de wijze waarop en de mate waarin een ELO wordt ingevoerd. Welke mate van overlap is er met reeds aanwezige volgsystemen en administratiesystemen?
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 3
2. Procesbeschrijving van het onderzoek Na het formuleren van de onderzoeksvraag hebben we ons gebogen over de vraag hoe we e.e.a. aan zouden pakken. We hebben ervoor gekozen niet slechts een ELO aan te bevelen, maar twee. Dat deden we omdat scholen onderling sterk verschillen in concept, doel, missie, bevolking enz. Op die manier bieden we de scholen de mogelijkheid een ELO te kiezen die het beste past bij de eigen visie, identiteit en werkwijze. De keuze blijft beperkt tot een keuze uit twee, zodat ondersteuning bij invoering, implementatie, evaluatie en beheer daadwerkelijk gerealiseerd kan worden. Een en ander heeft geleid tot het proces zoals dat hierna wordt beschreven. Allereerst hebben we ons georiënteerd op de volgende onderwerpen: • • • • • • •
•
Wat is eigenlijk een ELO? Wat moet je ermee kunnen? Wat is de meerwaarde voor het onderwijs in onze scholen? Is er in onze scholen wel behoefte aan een ELO voor het basisonderwijs? Welke scholen zouden we het eerst kunnen benaderen voor een pilot e.d.? Welke ELO’s voor het basisonderwijs zijn er beschikbaar? Welke alternatieven zijn er? Is het mogelijk om opslagruimte in de cloud, zoals bijvoorbeeld Microsoft Live@Edu en Google+, in te zetten als leeren werkomgeving? Welke (webbased) programma’s kunnen daarmee werken? Het opzetten van een invoerings- en een implementatietraject.
In deze fase zijn wij te rade gegaan bij een externe deskundige (Aike van der Hoeff, senior adviseur onderwijs en ICT, verbonden aan de faculteit Educatie van de HAN). Deze heeft ons voorzien van ervaringen, onderzoeksgegevens en een aantal raadgevingen. Tijdens de voortgang van het proces heeft hij ons op meerdere momenten ondersteuning geboden. Vervolgens hebben we informatie verzameld en bestudeerd over bovenstaande onderwerpen. Daarna hebben we een aantal leveranciers uitgenodigd een demonstratie van hun ELO te geven. Daarbij was ook eerder genoemde expert aanwezig. In deze fase heeft Joost Adema met een basisschool in Groenlo ervaring opgedaan in het werken met kinderen in de cloud-dienst Skydrive. De uitkomsten en evaluatie van deze pilot hebben we meegenomen in ons onderzoek. Toen we eenmaal beschikten over een goed beeld van wat ELO’s te bieden hebben voor het basisonderwijs, hebben wij een lijst opgesteld met criteria waaraan naar onze mening een ELO voor het basisonderwijs moet voldoen. Aan de hand van deze criteria hebben we drie ELO’s van uitgevers en drie gratis online diensten (Edmodo, Google+ en Microsoft Live@Edu) met elkaar vergeleken. Op grond van deze vergelijking hebben we ons advies opgesteld. In het advies geven we de scholen de mogelijkheid om te kiezen uit de ELO’s die wij onderzocht hebben. Tevens beschrijven we in deze rapportage een mogelijk implementatietraject. Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 4
Tijdens de voorbereidingen van de presentatie van onze bevindingen en ons advies hebben wij samengewerkt aan één online document via Google Docs / Drive.
3. Wat is een ELO? (Past het werken met een ELO wel bij het concept, de visie en de missie van de school?) Visie op werken met een ELO Bij het ontwerpen en inrichten van je leeromgeving is het met een ELO hetzelfde als met alle andere didactische werkvormen, leermiddelen en materialen: je begint met nadenken over leren. Op welke manier wordt er geleerd, wat vinden leerlingen en leerkrachten belangrijk, wat raakt hen, op welk moment en welke plaats leren ze, etc. Leerkrachten sturen leren aan. Dat “aansturen” staat voor alle activiteiten die leerkrachten ondernemen die gericht zijn op het leren van leerlingen en alle communicatie die daarbij hoort. Ze sturen meestal aan in direct contact met de leerlingen, maar ze kunnen dat deels ook doen via een ELO. De mogelijkheden voor competentiegericht onderwijs, een praktijk gestuurd leerconcept en de mogelijkheden om nieuwe didactische werkvormen uit te proberen en toe te passen zullen met het gebruik van een ELO meer tot hun recht komen. Ook zal er gemakkelijker omgegaan kunnen worden met het uitzetten van individuele leerroutes en het organiseren van groepswerk. Alles kan van tevoren klaar gezet worden. Dat levert meer flexibiliteit op, voor de leerling, de leerkracht en de ouders. Je moet bij de keuze of je een ELO wil inzetten je direct afvragen wat de onderwijskundige, financiële, organisatorische of motivationele meerwaarde is. Als die er niet is moet je het niet doen. Leren is niet het inzetten van een systeem of content. Opmerking: Een ELO zal vooral aanslaan als er gedacht wordt vanuit constructief leren waarbij samenwerken, samen onderzoeken en samen leren belangrijke werkvormen zijn. Initiatief en inbreng vanuit de leerling / leerlingen is vanzelfsprekend. Als er geleerd wordt vanuit een “traditionele manier van leren” bijv. opdrachten krijgen en vervolgens uitvoeren waarbij de leerlingen vooral individueel bezig is, zal het gebruik van een ELO minder tot zijn recht komen. Wat is een ELO? Een ELO is een Elektronische Leer Omgeving en wordt binnen het onderwijs (van basisonderwijs tot en met hoger onderwijs) gebruikt als een wijze om onderwijs te organiseren en te structureren. Een ELO biedt leerlingen en leerkrachten mogelijkheden tot directe communicatie en interactie. Een ELO is een omgeving waarmee onderwijs in een digitale omgeving (vaak webbased) wordt aangeboden. De ELO zelf levert niet de inhoud – de content – van het onderwijs. De inhoud komt van uitgevers, onderwijsontwikkelaars, leerkrachten, andere bronnen en kan door de leerkracht of de school in de ELO Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 5
worden gezet. Vaak bieden ELO’s wel mogelijkheden om met bepaalde tools inhoud te ontwikkelen en die dan op eenvoudige wijze in de ELO te plaatsen. Een voorbeeld hiervan is de mogelijkheid om digitale toetsen – met een verzameling voor gestructureerde formats voor toetsvragen – te ontwerpen waarbij de antwoorden van de leerling via de ELO worden opgeslagen en nagekeken. ELO wordt ook wel als verzamelnaam gebruikt voor alle elektronische systemen die met leren te maken hebben. Termen die in deze context worden gebruikt zijn: teleleren, afstandsleren, digitale leeromgeving, e-learning, distance learning en distance education. Wat kan een ELO? Er bestaan veel ELO’s. ELO’s verschillen in uiterlijk, functionaliteit, gebruiksvriendelijkheid en de wijze waarop de ondersteuning vanuit de leverancier geregeld is. Ondanks de verschillen heeft elke ELO een aantal basisfunctionaliteiten: • • •
Een administratief deel - de organisatie van het leren. Een informatie deel (waar de content wordt aangeboden) - het proces van het leren Een communicatie deel - de communicatie die nodig is voor het leren
Het administratieve deel zorgt er voor dat de leerling en de leerkracht toegang hebben tot dat deel dat voor hen relevant is. Een gebruiker logt in bij de ELO en kan dan bij zijn eigen werk komen en kan vaak ook de ELO zo aan (laten) passen dat alleen de leerstof en andere informatie die voor hem relevant zijn zichtbaar zijn. Een leerling hoort bij een bepaald leerjaar en volgt bepaalde vakken en een leerkracht kan inhoud veranderen en toevoegen en aan bepaalde klassen / groepen toewijzen. Het administratieve gedeelte zorgt er voor dat de gebruiker (leerling en leerkracht) zijn werk kan opslaan en ook weer terug kan vinden. Via de ELO kan het werk van leerlingen worden geregistreerd. Elke ELO biedt de mogelijkheid van een agenda waarin belangrijke data staan. Projecten en planningen kunnen in deze agenda worden opgenomen en leerlingen kunnen zelf ook eigen data invoeren. De agenda kan per vak, leerjaar, leergebied, leerkracht worden aangepast. Het informatie deel omvat de mogelijkheden om onderwijs (content) aan te bieden, te veranderen en te wijzigen. Dit deel van de ELO wordt ook wel genoemd het content-management systeem en is dus een onderdeel van de ELO. Zoals eerder genoemd is het belangrijk dat een ELO veel (alle?) soorten content kan bevatten; Word- en andere Office documenten, pdf-files, webpagina’s, links naar andere documenten, You Tube filmpjes, softwarepakketten, programmatuur zoals Java en flash toepassingen en nog heel veel meer. Het communicatie deel van de ELO biedt meestal mogelijkheden voor een forum waarop gediscussieerd kan worden, e-mail mogelijkheden om met de leerkracht en met elkaar te mailen (vaak gekoppeld aan bestaande e-mail adressen van de gebruiker), blog, nieuwsbrieven en manieren om gezamenlijk met een groep aan een opdracht te werken. Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 6
Een ELO kan door de gebruiker worden aangepast aan de eigen wensen van de school of leerkracht. Functionaliteiten kunnen worden in- of uitgeschakeld of worden aangepast (bijvoorbeeld wel of niet een agenda of een forum met veel of weinig details), de vormgeving kan aangepast worden (zodat de ELO bijvoorbeeld binnen de schoolhuisstijl past). Bij de ene ELO is dit eenvoudiger dan bij de andere en de ene ELO biedt meer ondersteuning en betere informatie over de mogelijkheden dan de andere. *Je kunt hier ook denken aan het opslaan van informatie “in de cloud” zoals bij Skydrive van Windows. Met behulp van een leerling account hebben leerlingen de beschikking over 7 GB aan gratis opslagruimte. (pilot gebruik Skydrive in 2012 op de Basisschool St-Willibrordus in Groenlo obv Joost Adema) *Hier ligt de mogelijkheid om sociale media in te passen in een ELO. Te denken valt aan een weblog, Facebook enz. *Een manier om samen te werken in documenten is het gebruik van Google Docs. Leerlingen kunnen samen (andere leerling zit op een andere locatie, plaats, land) aan een document of presentatie werken. Veranderingen kunnen direct gevolgd worden (real time), zodat een ieder direct ziet wat een ander toevoegt of verandert. ELO’s die momenteel op basisscholen in gebruik zijn en waar ervaring mee is zijn: • • •
ItsLearning, www.itslearning.nl BasisOnline, www.basisonline.nl LetsLearn, www.owg.nl Er zijn diverse websites met informatie over ELO’s waar ook richtlijnen worden gegeven die gebruikt kunnen worden bij het kiezen van een ELO zoals:
•
http://www.kennisnet.nl/thema/eloplein/
Hoe kun je een ELO invoeren? voorbeeld van een implementatieplan Bij de keuze van een ELO moeten een aantal afwegingen gemaakt worden. Deze hebben betrekking op: a. Wat is de gebruikssituatie en ervaring op dit moment? b. Welke eisen stellen leerling, leraren en systeembeheerder? c. Welke type ELO’s worden er bekeken? d. Hoe wordt de ELO op de Deltascholen geïmplementeerd? Opmerking bij a: Op de Deltascholen wordt op dit moment zeer divers met digitale opdrachten en verwerking omgegaan. Op dit moment (schooljaar 2011-2012) is er één school, de Arabesk, die daadwerkelijk gebruik maakt van een digitaal leerlingportfolio (CPS) Opmerking bij c: De ELO’s die wij bekeken hebben zijn ELO en E-portfolio van BasisOnline, Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 7
ItsLearning en Lets Learn voor het basisonderwijs. Met als aanvulling onderzoek naar het gebruik van de “cloud” mogelijkheden van Edmodo, Microsoft Live@Edu en Google+. De implementatie van een ELO Bij de implementatie van een ELO zijn er 3 fasen te onderscheiden. Het is van belang om te bepalen in welke fase een school zich bevindt en daar de aanpak op af te stemmen. Tussen het moment van aanschaffen van een ELO en het adequaat inzetten daarvan door de meeste leraren, zit meestal geruime tijd. Er zijn drie fasen 1 bij invoering van een ELO aan te wijzen. a) de pioniersfase b) de fase van de pilots c) de brede invoeringsfase Elke fase heeft eigen karakteristieken waarbij andere factoren bepalend zijn voor het welslagen. In de pioniersfase zijn dat bijvoorbeeld het enthousiasme van de voortrekkers, de beschikbare tijd en het functioneren van de technische voorzieningen kritische succesfactoren. Bij een brede invoering speelt de ELO een beduidende rol bij het sturen en ondersteunen van het leerproces. In zo’n fase zijn de visie op onderwijs en het benutten van de toegevoegde waarde van ict van belang evenals het maken van collegiale afspraken over didactische werkwijzen en de (her)inrichting van het onderwijsleerproces. Scholen zouden veelal eerst de pioniers- en pilotfase moeten doorlopen om tot brede invoering te komen. Een school kan niet te snel gaan en een fase zo maar overslaan De term ‘invoeringsfasen’ houdt niet in dat het om processen gaat die op een bepaald moment afgerond zijn. Het werken met een ELO is een doorgaand ontwikkelingsproces. Ook als het werken met een ELO is ingeburgerd, blijven het kritisch volgen van het proces en het zo nodig bijstellen noodzakelijk. De overgangen van pioniersfase naar de pilotfase en daarna naar brede invoering vragen duidelijke sturing van het proces, eventueel met externe hulp. Een coördinator of projectleider, iemand die de vaart er in houdt en leraren kan bewegen mee te werken, is daarbij onontbeerlijk. Een school die van de pioniersfase overgaat naar de pilotfase, moet projectmatiger gaan werken en vaststellen ‘wat willen we hoe bereiken?’ Daarbij wordt vaak een projectteam gevormd. De pioniers van het eerste uur kunnen hierin overigens een prima rol vervullen, naast nieuwe deelnemers.
1
Drie fasen implementatie van een ELO komen uit het document “Met een elektronische leeromgeving meer baas over eigen onderwijs” – ITS Nijmegen
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 8
In alle fasen is de schoolleiding een strategisch onmisbare partij. Daarbij gaat het niet alleen om het faciliteren van het proces (tijd, geld), maar ook om het uitdragen van de boodschap dat de inzet van een ELO belangwekkend is voor de school. Kritische succesfactoren Een kritische succesfactor is een noodzakelijk element om een bestaande onderneming tot het gewenste resultaat te brengen. Een beproefd model om kritische factoren in beeld te krijgen, heet Vier in Balans+. Daarin worden onderstaande vier kritische succesfactoren onderscheiden en in beeld gebracht. • • • •
visie van de school; kennis, attitude en vaardigheden; de programmatuur en content; de ict-infrastructuur.
Deze factoren vragen allemaal gerichte actie waarbij de samenhang in het oog gehouden moet worden. Hefbomen Hefbomen om het gebruik van een ELO te stimuleren kunnen zijn: 1. De olievlekaanpak Enkele leerkrachten gebruiken het, anderen zien er het nut van in en nemen het gebruik over. 2. Ondersteuning Deskundigen (niet noodzakelijkerwijs leerkrachten) ontwerpen bruikbare toepassingen en stellen die beschikbaar voor iedereen. 3. Verplichten De leiding geeft aan dat elke leerkracht een vast pakket van toepassingen verplicht gebruikt. 4. Inspireren vanuit onderwijsconcept De mogelijkheden van een ELO sluiten aan bij de onderwijskundige visie van de school. Uitwerkingen van die visie in concrete onderwijsvormen worden ontworpen, geënt op de ELO-gebruiksmogelijkheden. De onderstaande planning m.b.t. het invoeren van een ELO in de notitie “Kader Delta ICT Beleid 2011 – 2015” zal kritisch bekeken moeten worden. Planning 2011 - 2012: Er vindt onderzoek plaats naar elektronische leeromgevingen voor leerlingen. Er worden 2 scholen gezocht die deel willen nemen aan een pilot “Implementatie elektronische leeromgeving”. Planning 2012 – 2013: Implementatie elektronische leeromgeving voor leerlingen op de 2 pilotscholen
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 9
Planning 2013 - 2014: Implementatie van en scholing op elektronische leeromgeving voor leerlingen op alle scholen. Vraag bij bovenstaande planning is of deze voor elke Delta school realistisch is. Wat zijn voordelen en risico’s van een ELO? De inzet van een ELO kent een aantal voordelen, maar ook enkele risico’s waarmee men rekening zou moeten houden. In het onderstaande overzicht staan de voordelen en risico’s van de inzet van een ELO. Voordelen: • Een ELO spreekt leerlingen aan, past bij hun leefwereld • Altijd en overal toegankelijk, ook van thuis uit • Steeds groeiende bron van leermateriaal; behoud van materiaal dat anders kwijt zou raken • Alle leermateriaal geordend en overzichtelijk bij elkaar • Mogelijkheden voor het aanbieden van extra, verdiepende stof • Meer richting verkeer is mogelijk: lkr – lln, lln – lln, lln - lkr • Stimuleert leerkracht na te denken over planmatige aanpak van lessen • ELO organiseert en structureert de inzet van ict in het onderwijs / de school Risico’s: • Vervagen van de grenzen van de werktijd van leerkrachten • Mogelijk minder (directe) contacttijd leerkracht – leerling Het gebruik van een ELO leidt niet primair tot tijdwinst maar wel tot onderwijskundige kwaliteitswinst. Het draagt bij aan onderwijs dat aansluit bij de leefwereld van jongeren en dat flexibeler is doordat het leren beter op maat kan worden gemaakt afhankelijk van de behoeften en leerstijl van de leerling (extra stof, verlevendiging, aanschouwelijk maken). Verder kan een ELO helpen leerlingen een grotere, eigen verantwoordelijkheid te geven voor het eigen leren en het leertraject. Ook kan een ELO de communicatie en samenwerking tussen leerlingen en leraren vergroten. Door dit alles biedt een ELO vele mogelijkheden om het onderwijs en het didactisch handelen te diversifiëren en leerlingen meer keuze- en ontwikkelingsmogelijkheden te geven. Bovenstaande voordelen kunnen gebruikt worden om het Delta beleid t.a.v. passend onderwijs meer vorm te geven.
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 10
Voorbeelden: gebruiksmogelijkheden van een ELO In de onderstaande voorbeelden is onderscheid gemaakt in activiteiten die direct gericht zijn op onderwijs en leren, op activiteiten die het onderwijsleerproces ondersteunen en op activiteiten gericht op informatie en communicatie. a. Informatie verstrekken over het onderwijsprogramma (programma, rooster) • Verslagen van een excursie. Plaatsing van foto’s (met leerlingen) verhoogt de attentiewaarde. • Wanneer moet je werkstuk af zijn? • Wie is er aan de beurt voor de nieuwskring? b. Aanbieden van leermateriaal / lesstof • Na de les de behandelde stof (les digitaal schoolbord, PowerPoint, e.d.) plaatsen. • Links (www……) klaar zetten waarmee leerlingen verder kunnen zoeken. Links zijn daarmee geautoriseerd. • Aanbieden van inhoudelijke verdiepingsstof (voor snelle leerlingen, geïnteresseerden, combinatie met b.v. Acadin). • Tonen van video’s (o.a. instructiefilmpjes, handige toepassingen.) c. Aanbieden / gebruik van materialen / opdrachten voor zelfstudie • Zelfcorrigerende programma’s en oefeningen laten maken. • Digilessen aanbieden. d. Communicatie met en tussen leerlingen • Maakt contact met leerlingen over hun werk mogelijk, ook buiten lestijd. • Tijdens de beperkte lestijd aandacht voor de groep, individuele aandacht via mail / ELO. • Via een forum een vraag / vraagstuk aan alle leerlingen tegelijk voorleggen die daarop kunnen reageren. Hoe urgenter de vraag in de beleving van leerlingen, hoe meer respons. e. Stimuleren samenwerking: gezamenlijk opdrachten (laten) maken • Opdrachten plaatsen die stimuleren dat leerlingen elkaar helpen, leren van elkaar. • (Schrijf)opdrachten geven waarna leerlingen elkaars werk becommentariëren. f. Volgen en begeleiden van het leerproces • Het wordingsproces van een werkstuk volgen; de leerkracht kan dan zo nodig eerder aan de bel kan trekken. • De gedachtewisseling tussen leerkracht en leerling (fora) over werkstukken, opdrachten is terug te halen omdat dit wordt opgeslagen. • Leerlingen kunnen hun digitaal portfolio toegankelijk maken. Ook voor ouders. g. Informatie verstrekken over vorderingen • Ouders mee laten kijken naar voortgang van leerling.
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 11
Implementatiewijzer elektronische leeromgeving De diverse onderdelen die tot nu toe beschreven zijn worden met elkaar in verband gebracht. Opbouw De drie mogelijk te bewandelen invoeringswegen om een ELO vaste voet in de school te laten krijgen, worden hier nader uitgelijnd. Daarbij wordt het volgende vaste patroon aangehouden: 1. Kenmerken: Per fase volgt eerst een beschrijving van de belangrijkste kenmerken zoals de sterke en zwakke punten. Aan de hand hiervan kan snel ingeschat worden waar de school zich ongeveer bevindt in het proces 2. Goed invoeren: Voor elk van de drie invoeringsfasen komen vervolgens de kritische factoren voorbij, waarbij in de vraagvorm de aspecten aan de orde worden gesteld die in die fase aandacht vereisen. Deze vragen zijn bedoeld als hulpmiddel waarmee u kunt nagaan of de juiste dingen al zijn opgepakt. 3. Veranderen: Aangegeven is hoe van de ene naar de volgende fase te komen. Er worden hefbomen geschetst om het proces te kantelen en een stap verder te brengen
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 12
Invoeringsfasen van een ELO, werken aan kritische factoren en aanpak van verandering. PIONIERSFASE ELO: 1e jaar Verkennen: 1. Enkele leerkrachten raken enthousiast en gaan met een ELO werken die hen aanspreekt. Daartoe moet de schoolleiding soms worden overgehaald. Ze zijn geïnteresseerd in ict-aspecten, besteden er veel (eigen) tijd aan en proberen dingen uit in de eigen klas. 2. Vertellen bij gelegenheid hun successen aan collega’s en proberen hen soms over te halen om mee te doen. 3. Sommige enthousiaste voorlopers maken ook zelf digitaal leermateriaal, vaak in hun vrije tijd. 4. Olievlekwerking 5. Enkele functionaliteiten van ELO zoals leerlingen informeren, leerstof aanbieden, beginnend gebruik van communicatie met leerlingen. PIONIERSFASE: Werken aan kritische factoren Programmatuur (ELO als gereedschap) 1. Is / wordt de ELO op min of meer toevallige gronden aangeschaft of gaat daar een gericht keuzeproces aan vooraf? 2. Zoeken we eerst contact met scholen die al werken met de ELO die we op het oog hebben? 3. Past de ELO bij de didactische toepassingen die we willen? 4. Welke ELO-functionaliteiten kiezen we als eerste? Leidt dit tot succes? Content. 1. Waar halen we de inhoudelijke vulling van de ELO vandaan 2. Wat is er allemaal al? 3. Gaan we als pioniers zelf lesmateriaal ontwikkelen? Doe we dat in onze vrije tijd? Infrastructuur. 1. Is de ict-infrastructuur voldoende stabiel om met een ELO te gaan experimenteren? 2. Zijn er voldoende werkplekken in school voor de leerlingen? Zijn er ook mogelijkheden thuis? Stimuleren we dat direct? Leerkrachten Welke voordelen en argumenten noemen we als collega’s vragen naar het nut van een ELO? (zie blz. 9 en 10 voordelen en gebruiksmogelijkheden ELO) Leerlingen In hoeverre past de ELO bij onze leerlingen? Scholing en ondersteuning 1. Is er voldoende ruimte voor de pioniers om al doende te leren? 2. Willen we (al) gerichte scholing? Onderwijskundig In hoeverre is de ELO middel of doel? Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 13
Visie Welke onderwijsideeën kunnen we met de ELO verwezenlijken? Directie 1. Geeft de schoolleiding ons voldoende ruimte? Vrijheid, tijd? 2. Snapt de schoolleiding wat we met de ELO aan het doen zijn? Samenwerking Kunnen en willen we gebruik maken van een externe gebruikersgroep / netwerk? Tips Toon geïnteresseerde leerkrachten aansprekende (didactische) voorbeelden. “Het is leuk om te doen “kijk maar.” Zien is geloven. VERANDEREN: hoe komen we van pionieren naar de pilotfase? ‘Kunnen we andere dingen gaan doen?’ Hefboom voor verandering Olievlekwerking. Vragen 1. Zijn de kinderziekten (technisch, praktisch) overwonnen? 2. Krijgen we voldoende faciliteiten en ondersteuning van de directie? 3. Welke functionaliteiten van de ELO hebben tot aantoonbaar succes geleid? 4. Stellen collega’s vragen over de onderwijskundige inpassing van de ELO? 5. Is er een positieve beeldvorming rond de ELO in school? 6. Begint er draagvlak bij leerkrachten te ontstaan? 7. Toont een voldoende aantal collega’s daadwerkelijk belangstelling? 8. Kunnen we een stap verder gaan? Tips 1. Geef regelmatig updates aan de collega’s en de directie. Voorkom verkooppraatjes. 2. Laat op een digitaal schoolbord sheets / korte demo van gebruik van de ELO zien. PILOTFASE ELO: 2e jaar Kenmerken 1. De groep van pioniers wordt uitgebreid met andere gemotiveerde collega’s. 2. Er gaat planmatiger gewerkt worden. Er worden één of meer kleinschalige projecten opgezet. Ervaringen worden opgedaan, bijstellen van plannen zo nodig. 3. Tussentijdse resultaten worden getoond aan andere collega’s. 4. Brede belangstelling wekken door nuttige dingen binnen ELO aan te bieden. Gebruik Meer functionaliteiten van de ELO komen in beeld. ELO Informatie en communicatie via de ELO.
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 14
Mogelijkheden 1. Een toenemend aantal en variëteit aan leerstof wordt aangeboden via de ELO. 2. Gebruik van functionaliteiten die het onderwijsleerproces ondersteunen.. PILOTFASE: Werken aan kritische factoren “De dingen goed doen” “Zorgen dat het werkt” Programma 1. Hebben we eerder de juiste ELO gekozen die past bij wat we willen 2. Welke softwarematige aanvullingen of aanpassingen zijn (nog) nodig? 3. Zijn die aanvullingen te koop? Kunnen we of gaan we dat zelf doen? Content 1. Is er voldoende content in de ELO? 2. Plaatsen we voldoende content (leermateriaal) dat door leraren zelf is gemaakt? 3. Maken we gebruik van leerstof die elke docent “in de map” heeft? 4. Gaan we ook zelf content voor de ELO maken? 5. Welke taken onderscheiden we bij het maken van eigen content? Hoe organiseren we dat dan? Infrastructuur 1. Zijn er voldoende technische voorzieningen beschikbaar? Ict-werkplekken op school / thuis? 2. Is het systeem stabiel, ook als er in één keer grotere groepen leerlingen gaan deelnemen? 3. Is de ELO voldoende geharmoniseerd met andere ict-systemen in school? 4. Moeten we meer standaardiseren? 5. Is een aparte coördinator voor technisch en didactisch gebruik van de ELO wenselijk? Leerkrachten 1. Haken we aan bij vernieuwing en ontwikkeling die binnen ons onderwijs spelen? En zetten we de ELO daarbij op een handige manier in waarbij de ELO als ondersteunend gereedschap uit de verf komt? 2. Hebben we (leuke) projectactiviteiten die bij de deelnemende leraren tot resultaat en succes leiden? 3. Is er voldoende gelegenheid om elke leraar die dat wenst, te helpen bij de persoonlijke afweging welke mogelijke voordelen een ELO heeft voor het eigen gebruik? Leerlingen 1. Zijn leerlingen voldoende vaardig om met ELO te werken? 2. Wordt de actieve deelname van leerlingen door leerkrachten voldoende gestimuleerd of afgedwongen? 3. Weten we wat leerlingen vinden van de ELO? En hoe ze er mee omgaan? Scholing 1. Worden de leerkrachten voldoende en adequaat geschoold? 2. Hanteren we een goede mix van leren op de werkplek en gerichte scholing over de ELO? Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 15
3. Is er een goede mix van intensieve onderdompeling (bijvoorbeeld via een workshop) van voldoende aantal uren en korte leermomenten op het geëigende moment? 4. Spelen we voldoende in op de leerstof die elke leerkracht al “in de map” heeft? 5. Wordt ingespeeld op het niveau van de naaste ontwikkeling van leerkrachten? Ondersteuning 1. Kunnen we tijdig en adequaat hulp bieden als deelnemende leraren tegen een inhoudelijke vraag of technisch probleem oplopen? 2. In welke mate moet de school ondersteund worden in projectmatig werken? Zijn de doelen helder en realistisch (‘SMART’)? Onderwijskundig 1. In hoeverre sporen de toepassing van de ELO visie met de onderwijsvisie van de sectie en van de school? 2. Worden verbanden gelegd tussen werken met de ELO en het geven van goed onderwijs? Directie 1. Laat de schoolleiding in alles zien dat ze een ELO belangrijk vinden en er in geloven? 2. Welke actieve steun zou de leiding nog meer kunnen bieden? 3. Krijgen leerkrachten voldoende tijd om zich het werken met de ELO eigen te maken? 3. Beloont de leiding successen die voortkomen uit het werken met een ELO? Samenwerking 1. Delen we ELO-toepassingen die tonen dat het werk van de leerkracht v vergemakkelijkt wordt? 2. In welke mate kunnen we gebruik maken van ervaringen van andere scholen? Tips 1. Creëer een positieve uitstraling van het gebruik van de ELO. 2. Maak gebruik van de ervaringen van andere scholen. 3. Geef complimenten, zorg voor beloning en breng geslaagde dingen onder de aandacht van collega’s. 4. Vermijd presentaties waarbij alle ELO-mogelijkheden worden getoond: dit schrikt af en biedt geen handvatten om aan de slag te gaan.
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 16
VERANDEREN: Hoe komen we van de pilotfase naar brede invoering? ”Kunnen we andere dingen gaan doen?” 1. Is er een aantal succeservaringen opgedaan met projectmatige aanpak? Welke? 2. Is het bij grootschalig gebruik voor ons ook technisch beheersbaar? 3. Is er adequate technische en inhoudelijke ondersteuning? 4. In welke mate wordt de ELO actief ingezet voor didactische doeleinden? 5. Welke deel van de collega’s kan nu uit de voeten met de ELO? Wat is de mate van gebruik op school. 6. Maak inventarisatie en gebruik deze om ondersteuning op maat te geven. 7. Is er aandacht (o.a. bij de schoolleiding) voor de onderwijskundige aspecten van de ELO en de visie op onderwijs? 8. Hebben we de actieve steun van de schoolleiding? 9. Wat is het draagvlak bij nog niet-deelnemende leraren? 10. Kunnen we een stap verder gaan? Tips Vier successen. Toon ze aan de hele school!
BREDE INVOERING ELO: 3e jaar Kenmerken 1. Een aanzienlijk deel van de leerkrachten maakt min of meer routineus gebruik van de ELO. Zij die nog niet eerder deelnamen, haken aan en kunnen door ervaren collega’s een handje geholpen worden. 2. Het gebruik van de ELO maakt deel uit van de standaardwerkwijzen in de school. 3. Het gebruik van de ELO past (steeds meer) binnen het beleidskader en de onderwijsvisie van de school. 4. Van tijd tot tijd wordt gepeild of verbeteringen gewenst zijn. Hefboom voor verandering Werken vanuit onderwijsvisie. Gebruik van ELO 1. De meeste functionaliteiten van de ELO worden in principe benut. Mogelijkheden 1. De functionaliteiten die het onderwijsleerproces ondersteunen worden ook gebruikt. 2. Gebruik van ELO raakt geïntegreerd in onderwijs en school. 3. De mogelijkheden van de ELO worden volop benut: onderwijs krijgt een kwaliteitsimpuls.
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 17
BREDE INVOERING: Werken aan kritische factoren “De dingen goed doen” “Zorgen dat het werkt” Programmatuur 1. Welke softwarematige aanvullingen of aanpassingen zijn eventueel nodig 2. Past de gekozen ELO nog bij wat we er nu mee willen? 3. Zijn er nieuwe ontwikkelingen op de (technische) markt? Content 1. Is er voldoende content voor alle vakgebieden? 2. Worden de mogelijkheden voor hergebruik van content voldoende benut? 3. Welk materiaal maken we (nog)? Infrastructuur 1. Zijn de technische voorzieningen en werkplekken nog steeds toereikend? 2. Is het systeem berekend op schoolbreed gebruik? 3. Zijn er koppelingen mogelijk met leerlingvolgsysteem en schooladministratie? Leerkrachten Wordt bij de benoeming van nieuw personeel gelet op ict-competenties en de bereidheid te werken met ELO? Leerlingen Maken alle leerlingen gebruik van de ELO? Stimuleren leerkrachten dit voldoende? Scholing 1. Is de informele en formele scholing nog aan de maat? 2. Is er de gelegenheid om (samen) te reflecteren op de ervaringen met het (didactisch) gebruik van de ELO? Worden leerervaringen gedeeld? Ondersteuning Wordt aan de school adequaat hulp geboden en is die er voor alle deelnemers? Onderwijskundig 1. Zijn de didactische en andere activiteiten met de ELO afgestemd op de visie van de school op wat goed onderwijs is? 2. Schept de ELO kansen om ons onderwijs te vernieuwen? Leiding Houdt de leiding het geheel in het oog? Is de leiding alert op nieuwe ontwikkelingen rond de ELO en leren met ict? Samenwerking 1. Wat doen we aan uitwisseling van content en ervaringen met didactisch gebruik (regionaal, landelijk) met andere scholen? 2. Willen we andere scholen helpen die nog weinig ervaring hebben met een ELO?
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 18
4. Wat moet je volgens ons met een ELO kunnen? Zie bijlage: “Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving 5. Vergelijking van een aantal ELO’s en een aantal opslagmedia in de cloud Microsoft Skydrive Joost Adema heeft van januari t/m juni 2012 een pilot gedaan met Microsoft Live@edu op de St. Willibrordus in Groenlo. Samen met Unilogic gezorgd voor een groep. Deze groep is daarna geregistreerd bij Microsoft Live@edu. Eveneens het domein van de school. Daarna zijn er policies op de groep ingesteld. Op schoolniveau is er een ouderavond gehouden met de vraag of alle ouders een brief wilden ondertekenen dat hun kind in de “Cloud” zou mogen werken en daarvoor een e-mailadres (voorletter.achternaam@domein van de school) nodig heeft. Aan het eind van de schoolloopbaan wordt het e-mailadres opgeheven. Dit is inmiddels voor de leerlingen geregeld. Onze bevindingen zijn: Je kunt opslaan in de Skydrive van Microsoft. Er is plaats voor documenten, PowerPoints, foto’s etc. Bewerken in de browser van PowerPoints gaat niet want dan kun je geen plaatjes toevoegen. In Word lukt dat wel. Ook bestaat er de mogelijkheid om met Messenger te werken, dan kan men online met elkaar overleggen. Leerlingen kunnen foto’s of avatars plaatsen bij hun profiel. Eindconclusie van de leerkracht (Roy Wielens) en Joost is dat werken in Skydrive toch wel problemen geeft. Met name de wachttijd voordat je een document kunt inzien dat je hebt gedeeld met een medeleerling, is veel te lang. Er zou een instant bijwerking moeten plaatsvinden om functioneel te zijn. Een groot voordeel is dat je de Skydrive als extra opslagruimte of als backup kunt gebruiken. Met de studenten van de HAN hebben we ook een stukje gedeeld en dat ging wel goed. Toch hebben na verloop van tijd gekozen om in de scholar omgeving van de HAN te werken, omdat de studenten hiermee bekend zijn. Wij hebben dit document gemaakt in Google+ en het grote voordeel is dat we samen real time konden werken aan één document .
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 19
6. Welke ELO adviseren wij? Op basis van de presentaties en de lijst gebruikscriteria gaat ons advies uit naar de volgende Leeromgevingen: Betaalde omgevingen: ItsLearning, Lets Learn en Basis Online. Deze drie omgevingen staan volgens ons het dichtst bij het Basisonderwijs. Voor de gratis leeromgevingen adviseren wij Edmodo, Google+ en Microsoft Live@edu. Waarbij de laatste twee geen ELO’s zijn, maar wel door de gebruiker zijn in te richten als een ELO.
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 20
Literatuurlijst “Met een elektronische leeromgeving meer baas over eigen onderwijs” Hans van Gennip, Frans Eerkens (ITS Nijmegen) “Handreiking Elektronische Leeromgeving” – Schoolnet Brabant, TNO “Inzet van de elektronische leeromgeving in het voortgezet onderwijs” Wim de Boer (SLO) “Kader Delta ICT Beleid 2011-2015” Notitie van CvB Delta. Websites: http://dossiers.kennisnet.nl/dossiers/elektronische-leeromgeving-elo/ www.ictenonderwijs.nl/dossier_kennis_&_media_elo
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 21
Bijlage: Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
Basisonline
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
Onderwijskundige gebruikssituaties • Ondersteuning van het primaire leerproces • Aanbieden en beheren van leermateriaal/ lesstof • De mogelijkheid om opdrachten aan te bieden, in te laten leveren en na te kijken • Aanbieden/gebruik van materialen/opdrachten voor zelfstudie • Aanbieden/gebruik van toetsvragen/ proefwerken • Communicatie met en tussen leerlingen
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 22
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
Basisonline
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
• Informatie verstrekken over het onderwijsprogramma (programma, rooster, planning, studiewijzer, projecten) • Stimuleren samenwerking (gezamenlijk opdrachten maken) • Volgen en begeleiden van het leerproces • De mogelijkheden om zelf leermateriaal te ontwikkelen en uit te wisselen • Gebruik maken van leermateriaal v. externe software / partijen • Gebruik maken van bestaande content, kant en klaar, zoals webpaden
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 23
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
Basisonline
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
• Werken met portfolio • Verschillende instructies (herhaalde, verlengde etc.) • Overzicht voor de leerling van waar hij/zij is gebleven en wat nog moet gebeuren • Stimuleren en begeleiden door discussiemogelijkheden (blog, forum) • Informatieverstrekken over leervorderingen • Feedback geven m.b.t. ingeleverd materiaal aan leerling • Mogelijkheden voor leerlingen om zelf de leerplanning te maken • Gebruiksvriendelijkheid
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 24
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
Basisonline
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
Generieke functionaliteiten en tools • Persoonlijke omgeving • Delen van documenten • Overzichten (vakken, mededelingen, afspraken en resultaten) • Aanpassen look en feel (gebruikersschil) • Waarborgen privacy • Instellen rechten per gebruiker en/of rol • De wijze waarop toegang voor leraren, leerlingen en ouders is geregeld • Aanwezigheid van een portalfunctie • Helpfunctie/Online documentatie • Zoeken binnen content
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 25
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
Basisonline
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
• Mogelijkheid om links te plaatsen • Contentbeheer • Tool voor roosteren, afsluiten van opdracht • Eigen webruimte voor groepen of projecten • Deadline signalering • Opslag in centrale databank die leraren kunnen raadplegen • Vastlegging online gedrag (inlog en handelingen van gebruikers) • Favorieten • Plagiaatcontrole
extra kosten
• Nederlandstalig • Eén keer inloggen • Automatische agendafunctie • Persoonlijke afspraken te plaatsen in het rooster • Video/film
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 26
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
Basisonline
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
• Signaleringsfunctie (automatische waarschuwing als er nieuwe informatie en/of berichten zijn) • Forum • Uitwisseling van bestanden • Interne e-mail • Zoekfunctie • Begrippenlijst • Faq’s • Archiveerfunctie Criteria t.a.v. het beheren van gegevens • Inlogrechten • Uitwisseling van edex gegevens • De eenvoud van het beheer van de elektronische leeromgeving
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 27
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
• Mogelijkheden tot registratie of aanmelding
optioneel
Basisonline
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
• Toegangsbeheer op klas/lesniveau • De flexibiliteit van de elektronische leeromgeving voor aanpassingen Criteria m.b.t. de hardware en infrastructuur • De ELO is met elke browser te benaderen • Ondersteuning van open standaarden (HTML5, ODF)
bijna
• Ondersteuning van gangbare bestandsformaten • De ELO ondersteunt SSL beveiligingscertificaten • Externe hosting
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Pagina 28
Gebruikscriteria Elektronische Leer Omgeving
It's Learning
• Opslagcapaciteit per ELO
1 GB
LetsLearn
Skydrive
Google+
Edmodo
• Vaste kosten
€ 4,- per gebruiker per jaar € 425,- excl. + € 0,25 supportkosten
maandelijks € 79
Geen
Geen
Geen
• Variabele kosten
Bij overuse gaat men meer betalen € 2,65 per ll. per in bundels van 50 jaar excl. gebruikers
Geen
Geen
Geen
Geen
• Schaalbaarheid meer / minder leerlingen
Minimaal 100 licenties
Geen
Geen
Geen
Geen
• Opslagcapaciteit per gebruiker • Regelmatige backups • Toevoegen metadata
Basisonline
1 GB
• Gebruikte technologie van bewezen kwaliteit • Aanbieden streaming media Kostencriteria
Groen: Beschikbaar
Geen
Oranje: in ontwikkeling of nog niet geconstateerd
Op weg naar een Elektronische Leer Omgeving
Rood: niet beschikbaar
Pagina 29