Noorderpoort

2011-2012

Noorderpoort

CMB @ctive

CMB @ctive project kerntaak3

Inleiding Dit is het projectboek Wereldbeeld. Gedurende 12 weken zijn jullie gezamenlijk bezig met een programma, dat bol staat van de activiteiten en afwisseling. Een deel van de activiteiten wordt je verplicht vanuit school aangeboden, en een ander deel van de projecten mogen jullie zelf bedenken en natuurlijk ook uitvoeren. Op deze manier werken jullie allemaal aan het ontwikkelen van competenties die onmisbaar zijn voor alle commerciële beroepen. Het project vindt voornamelijk in groepsverband plaats. Dit biedt de mogelijkheid om van elkaar te leren, elkaar aan te sturen en te motiveren. In bedrijven werk je zelden alleen naar een resultaat toe. Samenwerken en overleggen, creëren en innoveren en plannen en organiseren zijn regelmatig terugkerende vaardigheden binnen dit project. Daarnaast is het belangrijk om aan je eigen ontwikkeling te werken. Je kunt niet overal even goed in zijn, en natuurlijk is niet alles even leuk. Maar het is belangrijk dat je jezelf leert om met succes en tegenslagen om te gaan. Want,…….. wie wil zoekt mogelijkheden, wie niet wil zoekt een reden ! Groepen samenstellen Jullie mogen zelf je eigen groep samenstellen. De groep bestaat uit maximaal 4 personen. Houd met de groepsindeling rekening met het volgende:  Kun je goed met elkaar samenwerken?  Kom je uit dezelfde regio?  Vul je elkaar goed aan qua vaardigheden?  Is er een goede mix van interesses? Groepsnaam: 1 2 3 4 e

Uiterlijk de 3 week van het project moet je een groepsnaam hebben.

Verslaglegging Jullie beschikken allemaal over een eigen werkboek. Dit werkboek heb je alle projectlessen bij je. In dit werkboek houd je afspraken bij en maak je aantekeningen die nodig zijn voor het correct kunnen uitwerken van de opdrachten. Jullie werken weliswaar als groep, maar je bent altijd verantwoordelijk voor je persoonlijke ervaringen en aantekeningen. Van alle werkzaamheden maak je een groepsverslag. In het verslag beschrijf je wat de uitwerking van de opdracht of het project. Het verslag bevat ook de persoonlijke ervaringen en het individuele leerproces per teamlid. Voor het beschrijven van je leerproces gebruik je de competentiematrix. Let bij het inleveren van een correct verslag op het volgende:  Een aantrekkelijk voorblad met de groepsnaam én groepsleden en de naam van het project  Een inhoudsopgave  Een voorwoord, en Inleiding  Beschrijving projectinhoud  Per teamlid een beschrijving van het leerproces m.b.v. de competenties  Paginanummers  Een slotwoord  Samengevoegd in een snelhechter of ingebonden.

2

CMB @ctive project kerntaak3 Totaal uren/week

Lessen

8 uur Week 1 Week 2 Week 3 Week 4 Week 5

Projectblok 1 Verplichte onderdelen Binnenschools

2 uur WB1 WB1 WB2 WB2 WB3

Kaartbeeld Kaartbeeld Recht Recht : Rechtbank Wereldbeschouwing

2 uur Intro: Blok 1 Beste idee 1 Blok 1 Beste idee 2 Blok 1 Beste idee 3 Blok 2 Excursie Blok 3 BHV 1

Projectblok 2 Vrije keuze Binnenschoolse voorbereiding Buitenschools

4 uur Intro: uitleg + brainstorm Projectplan uitwerken Projectplan uitwerken/opleveren Activiteit 1 Activiteit 1

Herfstvakantie Week 6 Week 7 Week 8 Week 9 Week 10 Week 11 Week 12

WB Toets 1 (toetsweek) WB3 Wereldbeschouwing WB4 Politiek WB4 Politiek WB5 Verslaving WB5 Verslaving WB 12 Toets 2 (toetsweek)

Activiteit 2 (buitenschools) Blok 3 BHV 2 Activiteit 2 Blok 4 Krant 1 Activiteit 3 Blok 4 Krant 2 Activiteit 3 Blok 5 Vierluik 1 Activiteit 4 Blok 5 Vierluik 2 Activiteit 4 Woe 7/12 Afsluiting projectblokken productpresentaties

Verplichte onderdelen: Onder begeleiding op school Klassikale instructies Groepsgewijze uitwerking

1

Het beste idee van Groningen Presenteer een nieuwe vinding Materialen van leerlingen zelf Instructie……… Excursie (2 klassen) naar….

2 BHV/Reanimatie

3

4

5

Het nieuws van: maak een krantenpagina met jouw eigen nieuws Wie maakt de meest uidagende krantenpagina (A3 formaat)? Computer

Schilderen en samenwerken: Maak een vierluik dat 1 schilderij vormt. Per groep 4 doeken penselen en verf

Vrije keuze Bewijslast aantonen met: Verslaglegging Foto/film-reportage Referenties: contactpersonen Groepsgewijze uitwerking Sportactiviteit: Begeleid een groep bij een sport of Ontwikkel en geef een Clinic Kosten: groep zelf Eigen sportvereniging etc. Hulp bieden bij… Computerles voor bejaarden Bingo voor bejaarden (sponsoren voor prijzen) EHBBoodschappen Een ondernemer helpen met… Puzzeltocht voor een lagereschoolgroep Bedrijfsbezoek en een reclamefilm maken Bezoek voor max. 5 personen Programmaboekje met vragen Spetterende film van max. 2 minuten Camera Keuzepakket: a. Werelds koken: maak een ……. Maak met elkaar een product voor de hele klas (20 personen) Organiseer de proeverij Wie maakt het lekkerste hapje? b. Bezoek concert/museum ……. c. Geef een optreden ……. d. Iets anders creatiefs…….

3


SCOREMODEL Min. punten

Max. punten

Proces en aanwezigheid: 11 Theorie lessen volgen Wereldbeeld

9

11

11 verplichte projectblokken volgen

9

11

12 vrije keuze projectblokken volgen

10

12

Totaal score

28

34

opmerking Niet meer dan 2 lesblokken missen niet meer dan 2 x 2uur missen in zelfde blok niet meer dan 2 x 4uur missen in zelfde blok Max. 17 % verzuim. Gem. ziekteverzuim in Nederland = 4,5%

Beoordeling Producten/prestaties verplicht blok: WB Theorietoets 1 behaald (minimaal 5,5) WB Theorietoets 2 behaald (minimaal 5,5) Verplicht blok 1 behaald Verplicht blok 2 behaald Verplicht blok 3 behaald Verplicht blok 4 behaald Verplicht blok 5 behaald Productpresentatie Totaal score:

Minder dan 28 punten behaald: project moet over Min. punten Max. punten opmerking 3 3 Verplicht onderdeel* 3 3 Verplicht onderdeel* 2 2 2 2 2 2 2 Verplicht onderdeel*

Beoordeling:

Minder dan 14 punten behaald: project moet over Verplicht onderdeel gemist* project moet over Min. punten Max. punten 2 2 Verplicht onderdeel* 2 2 2 2 2 2 Verplicht onderdeel*

Producten/prestaties vrije keuzeblok: Projectplan ingeleverd en goedkeuring Vrije keuzeblok 1 behaald Vrije keuzeblok 2 behaald Vrije keuzeblok 3 behaald Vrije keuzeblok 4 behaald Productpresentatie Totaal score Beoordeling: Minimale/maximale score gehele project Eindkwalificatie gehele project:

14

10

18

12

Minder dan 10 punten behaald: project moet over Verplicht onderdeel gemist* project moet over

52

64 Eindtotaal 64 punten 63 – 60 punten 59 – 56 punten 55 – 52 punten < 52 punten

Kwalificatie Excellent Goed Ruim voldoende Voldoende Onvoldoende Project moet over Opleidingsduur wordt verlengd.

*Het missen van verplichte onderdelen kan alleen bij hoge uitzondering plaatsvinden in overleg met de begeleider én de SLBér. In geval van verlof, dient dit van te voren schriftelijk te zijn aangevraagd bij de SLBér. Bij ziekte dient de ouder/verzorger voorafgaand aan de prestatie dit te hebben gemeld bij je SLBér.

4


Kaartbeeld

Binnenschools

WB1

Verplichtingen: toets Een aantal vergelijkbare vragen vind je terug in de toets Wereldbeeld

2 lesuren/week Week 1 en 2 Kaartbeeld klikt als topografie, zoals je dat waarschijnlijk in groep 8 van de basisschool hebt gehad. Toch is kaartbeeld iets anders. Met Kaartbeeld krijg je op een actieve manier een helder beeld van de wereld. Door het lezen van kleine krantenartikelen, het uitvoeren van opdrachten train je jezelf in het kunnen plaatsen van het dagelijkse nieuws en zaken waarmee je als toekomstig commercieel medewerker mee te maken krijgt.

Intro: Quiz! Vorm tweetallen en let goed op tijdens de PowerPoint-quiz. Welk tweetal weet de meeste wereldvragen te beantwoorden?

Opdracht 1

Groothandel United China Import uit Zuidlaren heeft een container met merchandising voor FC groningen besteld in China. De container moet van de stad Shenzen (Hong Kong) naar Zuidlaren vervoerd worden. Geef op de onderstaande kaart welke route de container het beste kan volgen naar Zuidlaren.

5


Opdracht 2

Nieuwsbericht: Lima Joran van der Sloot heeft eigen handeltje in de gevangenis van Peru(1). Hij verdient extra geld met de verkoop van frisdrank en snoepgoed dat afkomstig is uit Chili(2). Joran’s advocaat, die gestudeerd heeft aan de universiteit van Buenos Aires(3), zegt dat dit gebruikelijk is in Peru. Van der Sloot staat terecht voor de moord op Flores en wordt in verbant gebracht met de verdwijning van Natalee Holloway op Aruba(4). Joran heeft tweemaal bezoek gehad van vrienden uit Suriname(5).

Plaats de nummers uit de bovenstaande tekst in de landkaart.

Opdracht 3

Bloemenhandel van der Bij uit Aalsmeer exporteert snijbloemen naar 40 landen. Voor de jaarlijkse Oscaruitreiking in Hollywood wordt voor $ 25.000,- aan snijbloemen besteld. Van der Bij laat deze rechtstreeks vanuit Kenia naar Los Angeles verschepen. Teken op de onderstaande kaart 3 routes naar Los Angeles.

6


Opdracht 4

Transport bedrijf Voortman uit Groningen verzorgt internationaal transport door heel Europa. (1) Zo vervoert men varkensvlees naar Parma, (2) Haalt men olijfolie uit Sicilië, (3) Vervoert men garnalen naar Marokko, (4) Haalt men yoghurt uit Bulgarije, (5) Vervoert men 2e hands auto’s naar Wit-Rusland. Geef met de juiste cijfers de genoemde plaatsen op de kaart aan.

Opdracht 5

Ministaatjes en EU-landen in Europa. Geef op de bovenstaande kaart de volgende ministaatjes aan: (A) Andorra (B) Vaticaanstad (C) Monaco (D) Liechtenstein Kleur 3 niet EU-landen in (blauw of rood).

7


Opdracht 6

Groot, groter, grootst…….. Ken je de grootste steden van de wereld, de langste rivieren, de grootste havens ….? Doorloop de onderstaande opdracht, om daar achter te komen. Steden: Vul de plaatsnamen van de grootste steden ter wereld in deze tabel

Rivieren: Vul onder de foto de naam van de rivier én het land waarin deze rivier stroomt. Nummer de rivieren qua grootte.

8


Havens: Vul onder de foto de naam van de haven én het land van deze haven. Nummer de havens qua grootte.

Teken de steden, rivieren en havens in de onderstaande wereldkaart.

9


Opdracht 7

Nederland: Als je je eigen land niet kent, waarom zou je de wereld dan willen ontdekken? Beredeneer waar dit ANWB-bord staat in Nederland.

Amsterdam 50 km

Groningen 170 km

Rotterdam 80 km

Opdracht 8

Maastricht 200 km

Geef de land/plaatsinformatie uit de onderstaande krantenartikelen op de landkaart aan. 1.

“Haase moet opgeven op Wimbledon”.

2.

“Wall Street sluit de week af met verlies”.

3.

“Justin Bieber krijgt klappen in zijn geboorteplaats”.

4.

“Real Madrid trekt 10 miljoen uit voor 18 jarige Fransman”.

5.

“Air Malta wil bedrijf drastisch inkrimpen”.

6.

“Apple breidt rechtszaak tegen Samsung uit”.

7.

“Lexus legt het af tegen Mercedes”

10


Opdracht 9

Bereken de afstanden in km’s op de onderstaande kaart (schaal 1: 20.000.000). Gebruik een liniaal of anders schatten. Amsterdam – Chersonisos Madrid – Vilnius München – Londen Tunis - Rome

Opdracht 10

Plaats de volgende automerken in het oorspronkelijke land van herkomst op de bovenstaande kaart. 1 2 3 4 5 6

Saab Seat Lancia Daimler Lotus Smart

11


Recht

Binnenschools


WB2 2 lesuren/week Week 3 en 4

12


Wat voor soorten rechtbanken hebben wij in Nederland?

Hoge raad Cassatie

Hoge beroep

Gerechtshof

Rechtbank

Rechtbank

(meervoudige kamer)

(enkelvoudige kamer)

13


Wie zitten er allemaal in de rechtszaal bij een rechtbank?

Rechters

Griffier

Officier van Justitie

Verdachte

Advocaat

14


In Nederland kennen we vier soorten recht

Strafrecht =

Burgerlijk recht =

Bestuursrecht =

Staatsrecht =

Een persoon die ervan wordt verdacht een overtreding of een misdrijf te hebben gepleegd

De cassatierechtspraak van de eerste of civiele kamer van de Hoge Raad beslaat een breed terrein.

Het bestuursrecht beschrijft de regels waaraan de overheid zich moet houden bij het nemen van besluiten.

Het heeft betrekking op de organen van de staat, op de instelling ervan, hun bevoegdheden, hun verhouding tot elkaar en die tot de burgers.

Criminaliteit = Soms wordt u, direct of indirect, geconfronteerd met criminaliteit. Daarbij kan het gaan om geweld, zedenmisdrijven of drugs, maar ook om discriminatie, agressie in het verkeer of inbraak.

Misdrijven = Zijn inbraken, beroving, stalking en seksueel of huiselijk geweld.

Overtredingen = Wie zich niet aan deze afspraken houdt, begaat ofwel een overtreding (een licht strafbaar feit) ofwel een misdrijf (een strafbaar feit waarbij een gevangenisstraf kan worden opgelegd).

15


Van een rechtszaak, rechtsgeding of proces is sprake als twee of meer partijen een geschil met elkaar hebben en dit geschil aan een rechtbank wordt voorgelegd (aanhangig gemaakt). Die partijen kunnen zowel natuurlijke personen (mensen van vlees en bloed) als rechtspersonen (juridische constructies die door mensen worden gedreven, zoals een vereniging, bedrijf of een staat) zijn. Een rechter moet uiteindelijk een uitspraak doen in dit geschil. In het burgerlijk recht en het strafrecht heet zo'n uitspraak vonnis. Het geheel aan weten regelgeving dat voorschrijft hoe rechtszaken moeten worden gevoerd en waaraan deze moeten voldoen wordt procesrecht genoemd. Na een schriftelijke voorbereiding waarin tussen partijen stukken kunnen worden gewisseld volgt in de meeste gevallen een rechtszitting. Uitspraken die het resultaat zijn van rechtszaken vallen onder de noemer jurisprudentie. Jurisprudentie is een rechtsbron en heeft een belangrijke functie, bijvoorbeeld bij de interpretatie van wettelijke termen die verschillend kunnen worden uitgelegd.

16


Rechtbank Bron: Wikipedia, de vrije encyclopedie Een rechtbank is een officiële instantie die beslist over kwesties waar burgers onenigheid hebben over waar ze recht op hebben. Dat wil zeggen dat personen die vinden dat hen onrecht is aangedaan, zich tot een rechtbank kunnen wenden met het verzoek hun zaak te behandelen. Daarnaast kunnen aanklagers namens het volk of namens de overheid zich tot de rechtbank wenden om wetsovertreders te laten bestraffen. In een rechtbank zijn het de rechters die de zaak beoordelen en er een beslissing over nemen. Als men het niet met die beslissing eens is, kan men in bepaalde gevallen in hoger beroep gaan. Dat wil zeggen, dat men de zaak aan een hogere rechtbank voorlegt, die de beslissing van de lagere rechter kan vernietigen of bevestigen. Rechtbanken zijn een onderdeel van de rechterlijke macht van een land. Volgens de principes van de trias politica is de rechterlijke macht onafhankelijk van de uitvoerende macht (in handen van de regering) en de wetgevende macht (het parlement).

17


De rechtbank in het strafrecht De rechtbank behandelt in principe alle misdrijven en de overtredingen. Eenvoudige zaken worden door één rechter behandeld, de politierechter genoemd. Moeilijker zaken worden door drie rechters bekeken (meervoudige kamer - zie onder). Eerst komt de officier van justitie aan het woord en daarna de verdachte of diens advocaat. De politierechter doet meestal meteen mondeling uitspraak. De meervoudige kamer doet in het algemeen veertien dagen na de zitting uitspraak. Tegen die uitspraken is in principe hoger beroep mogelijk bij een gerechtshof. De krijgsraad, de militaire rechter, bestaat niet meer als afzonderlijke instantie, maar is nu een onderdeel (militaire kamer) van de Arnhemse rechtbank. Bij de rechtbank werkt een aantal gespecialiseerde rechters. De economische politierechter houdt zich bezig met economische vergrijpen, bijvoorbeeld overtreding van de winkelsluitingswet of de warenwet. De kinderrechter behandelt zaken waarin kinderen worden verdacht van het plegen van strafbare feiten. Gerechtelijke indeling vanaf 2008 In het Europese deel van Nederland zijn sinds 2008 vijf gerechtshoven en negentien rechtbanken gevestigd. Nederland is onderverdeeld in vijf ressorten met elk een eigen gerechtshof. De ressorten zijn weer onderverdeeld in arrondissementen met een eigen rechtbank. Per 2008 kent Nederland 19 arrondissementen.

18


De civiele rechter wordt ook wel burgerlijk rechter genoemd. Hij behandelt zaken tussen twee partijen. Dat kunnen natuurlijke personen zijn, maar ook rechtspersonen zoals stichtingen en bedrijven. Een ingewikkelde zaak wordt altijd door drie rechters behandeld. Dit wordt de meervoudige kamer genoemd. Minder lastige zaken worden door één rechter behandeld, ook wel de enkelvoudige kamer.  

Hoe heten de partijen? De persoon of organisatie die naar de rechter stapt, heet eiser. Hij wil iets van de tegenpartij; Degene die zich in het proces moet verdedigen, heet gedaagde. NB. Meestal laten eiser en gedaagde zich bijstaan door een advocaat. Bij een civiele procedure bij de rechtbank is dat verplicht. Bij de sector kanton is dit niet het geval. Lees hier meer over wat de kantonrechter doet. Hoe begint de procedure?

1. De eiser stuurt via een deurwaarder een dagvaarding aan de gedaagde. Hij of zij kan ook rechtstreeks een verzoekschrift indienen. Zo’n verzoekschrift kan je het beste laten opstellen door een specialist. 2. De gedaagde kan vervolgens reageren met een conclusie van antwoord. Ook hierbij is juridische kennis noodzakelijk. Wat is een comparitie? 3. De partijen wordt vervolgens opgeroepen om in persoon te verschijnen bij de rechtbank. Dat heet comparitie. 4. zowel als eiser als gedaagde, mag je vervolgens mondeling aan de rechter uitleggen hoe de zaak in elkaar zit. NB. Als eiser of gedaagde ben je niet verplicht om voor de rechter te verschijnen. In beide gevallen mag je ook je standpunt op papier zetten en je laten vertegenwoordigen door je advocaat. Wat als de gedaagde niet reageert? Als je als gedaagde niet op de dagvaarding reageert of op de zitting verschijnt, kan de rechter verstek verlenen. Vaak moet de gedaagde dan de kosten van de procedure betalen. Tegen een verstekvonnis kan de gedaagde in verzet gaan bij de rechtbank. Hij of zij moet dan de eiser dagvaarden. De procedure begint dan als het ware opnieuw. Beslissing 5. De civiele rechter schrijft in een vonnis op hoe volgens hem het conflict moet worden opgelost. 6. Hij beslist ook wie de kosten van de procedure moet betalen, zoals het griffierecht en de kosten van de deurwaarder.

19


Hoger beroep als je het niet eens bent met de beslissing van de rechter, kan je meestal in hoger beroep gaan bij het gerechtshof. Je hoeft het vonnis dan niet uit te voeren, totdat het gerechtshof over de zaak heeft beslist. Let op, soms is een vonnis "uitvoerbaar bij voorraad". Dat betekent dat de partij die heeft verloren moet doen wat in het vonnis staat, ook al gaat hij in hoger beroep.

20


Natuurlijke personen en rechtspersonen

Rechtsobject en rechtssubject Het recht zorgt voor orde inde samenleving. Daarom brengt het recht in kaart wat de rechten en plichten van iedereen zijn. Maar niet alleen mensen hebben rechten en plichten, ook organisaties moeten zich aan de wet houden. Denk maar aan de milieuwetgeving tegen illegale afvalstorting of aan de belastingwetten. In de wet is het begrip rechtssubject geïntroduceerd: de drager van rechten en p[lichten. Ieder die rechten en plichten heeft, is dus een rechtssubject. Tegenover het begrip rechtsubject (drager van rechten en plichten) staat rechtsobject. Daarmee wordt bedoeld het voorwerp van rechten en plichten, zoals bijvoorbeeld een snookertafel, een boek, een fiets, een octrooi op een uitvinding of auteursrecht. Rechtsubjecten kunnen we onderverdelen in natuurlijke personen en rechtspersonen. Natuurlijke personen zijn mensen van vlees en bloed. Belangrijk is dat alle mensen rechtssubjecten zijn. Vanaf de geboorte heb je rechten en plichten. Natuurlijk verschillen die rechten en plichten per leeftijd. Een baby heeft recht op verzorging en een bejaarde heeft meestal recht op een pensioen. Een minderjarige mag nog geen geldige overeenkomsten sluiten zonder toestemming van de ouders. Soms kan iemand al voor zijn geboorte drager van rechten en plichten zijn. In de wet staat dat een ongeboren kind bijvoorbeeld al kan delen in de erfenis als dat voor hem voordelig is. Plichten van natuurlijke personen zijn bijvoorbeeld: je aan de wet houden en bijvoorbeeld belasting betalen. Een rechtspersoon is een organisatie die zelfstandig deelneemt aan het maatschappelijk verkeer. Zo’n organisatie heeft ook rechten en plichten. Vanzelfsprekend zijn deze rechten niet helemaal gelijk aan die van een natuurlijk persoon: een vereniging kan niet trouwen of een kind erkennen, maar wel een erfenis in ontvangst nemen, eigendom hebben en dat kopen en verkopen.

Natuurlijke personen Natuurlijk persoon ben je vanaf je geboorte tot aan het moment dat je komt te overlijden. Het moment van overlijden kan meestal precies worden vastgesteld. Maar wat te doen als iemand vermist wordt? Op een gegeven moment zal toch een ‘vermoeden van overlijden’ moeten worden uitgesproken, bijvoorbeeld om de erfenis te verdelen of als de achtergebleven echtgenoot opnieuw wil trouwen. Daar heeft de wet verschillende termijnen voor gesteld: Bij vermissing is de termijn 5 jaar Bij een oorlog of natuurramp is de termijn tot 3 jaar gesteld In geval van een scheepsramp of vliegtuigongeluk is de termijn tot 1 jaar gesteld

21


Verwantschap Door geboorte of huwelijk staan mensen in relatie met elkaar. Deze relatie noemen we familiebanden en deze brengen rechten en plichten met zich mee. Denk aan de ouderlijke onderhoudsplicht en aan erfrecht. Deze banden zijn te verdelen in: Bloedverwantschap Aanverwantschap Bloedverwantschap is de afstammelingrelatie die je krijgt bij je geboorte. Je hebt met je bloedverwanten een gemeenschappelijke stamvader of –moeder. We drukken deze band uit in graden en lijnen. De gradenberekening is van belang om uit te rekenen of je in aanmerking komt voor een erfenis.

Graad van verwantschap

Eerste graad: Ouders schoonouders kinderen

Derde graad: - tante - oom - kinderen van zus en/of broer

Tweede graad: grootouders schoongrootouders zus broer schoonzus schoonbroer kleinkinderen

Vierde graad: - nicht - neef

Aanverwantschap is de band die hebt met de bloedverwanten van je echtgenoot.

22


Wanneer kun je trouwen Om te kunnen trouwen moet je aan de huwelijksvereisten voldoen. Niet iedereen kan trouwen. Iemand met een geestelijke stoornis die onder curatele is gesteld, moet van de kantonrechter toestemming krijgen. De belangrijkste eisen op een rij: je mag alleen trouwen als je nog niet getrouwd bent. In ons systeem geldt monogamie. In sommige landen geldt bigamie of polygamie (1 man kan met meerdere vrouwen trouwen) je moet uit vrije wil trouwen. Een gedwongen huwelijk (uithuwelijking) wordt als ongeldig gezien je mag niet trouwen met iemand met wie je een te nauwe familieband hebt. omschreven in de wet artikel 1:41 Burgerlijk Wetboek. Bijvoorbeeld met je broer of zus. Je mag niet trouwen voor je 18 jaar bent. Als een 16 jarig meisje zwanger is mag ze wel trouwen. Ze krijgt dan ontheffing van de meerderjarigheidseis. Als ze niet zwanger is en toch wil trouwen moet ze de minister van Justitie om ontheffing vragen. Bovendien heeft ze goedkeuring van de ouders nodig. Als twee mensen trouwen, zijn op het gebied van hun vermogen twee mogelijkheden: De vermogens van beide partners vloeien samen in 1 vermogen; er ontstaat een gemeenschap van goederen Ze houden ieder hun eigen vermogen door huwelijkse voorwaarden te laten opmaken De gemeenschap van goederen eindigt door: Het laten opmaken van huwelijkse voorwaarden Het einde van het huwelijk (overlijden of echtscheiding) Inschrijving van het vonnis van scheiding van tafel en bed Opheffing van de gemeenschap door een rechter

Erfrecht Erfrecht kan worden in 2 stukken worden verdeeld: Testamentair erfrecht

-

Wettelijk erfrecht

Een testament is iemands laatste wil waarin beschreven staat hoe iemands vermogen na overlijden verdeeld moet worden. Indien er niets geregeld is dan geldt het wettelijk erfrecht. In het Burgerlijk Wetboek staat een verdeling van groepen. Zie ook de gradenberekening van verwantschap. Kinderen kunnen niet onterft worden. Zij hebben altijd recht op een legitieme portie. Soms maken mensen een codicil op. Dit is een geschreven brief waarin de erflater bepaalde zaken kan nalaten (het mag niet om geld gaan). Je kunt denken aan een donorcodicil waarin de overledene organen afstaat.

23


Ouderlijke macht en voogdij Onder ouderlijk macht wordt verstaan: de opvoeding, verzorging en vermogensbeheer voor minderjarige kinderen. Aan de ouderlijk macht kan ook al eerder, dus voor je meerderjarigheid, een einde komen. Bijvoorbeeld door overlijden van een van de ouders of door een scheiding van de ouders. In sommige gevallen kan de rechtbank, na een onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming, een einde maken aan de ouderlijke macht. Je moet dan denken aan kindermishandeling of een verslavingsprobleem bij een van de ouders. Als er een einde is gekomen aan de ouderlijke macht wordt een voogd benoemd. Voogdij kan op twee manieren ontstaan: Van rechtswege (automatisch); bij overlijden een van de ouders Na een rechterlijke uitspraak; na een echtscheiding, als beide ouders overleden zijn en als een minderjarige ongehuwd moeder wordt Van co-ouderschap is sprake als beide ouders na een scheiding beide kinderen blijven opvoeden.

Voorbeeld:

Laura Dekker voorlopig onder toezicht De Utrechtse kinderrechter heeft vrijdag bepaald dat Laura Dekker voor twee maanden onder toezicht geplaatst wordt van Bureau Jeugdzorg. Laura wil in twee jaar solo om de wereld zeilen en daarmee een record vestigen. De rechter vindt dat de reis dusdanig afwijkt van de normale ontwikkeling van een dertienjarige. De ouders worden niet uit de ouderlijke macht gezet, wat wel het verzoek was van de Raad voor de Kinderbescherming. Er wordt een gezinsvoogd aangesteld die alle belangrijke beslissingen over Laura zal nemen. De Raad voor de Kinderbescherming doet ondertussen onderzoek. Een kinderen jeugdpsycholoog zal onderzoeken of Laura de psychische druk aankan en of ze in staat is aan boord onderwijs te volgen via de Wereldschool. Eind oktober bepaalt de rechter of Laura nog langer onder toezicht van jeugdzorg moet blijven.

24


Opdrachten Wereldbeeld Recht: In de teksten kun je de antwoorden van de onderstaande vragen vinden. Beantwoord de vragen in completen zinnen, dus nooit met een enkel woord antwoorden! 1.

Noem de deelnemers aan een rechtszaak.

2.

Verklaar het begrip “meervoudige kamer”

3.

Wat kun je doen, als je het niet eens bent met de uitspraak van een rechter?

4.

Wat betekent “in cassatie gaan”?

5.

Wat is het hoogste rechtsorgaan in Nederland?

6.

Welke soorten “recht “ kennen we? Geef een korte beschrijving.

7.

Wat is het verschil tussen een “misdrijf” en een “overtreding”?

8.

Wanneer maak je iets “aanhangig” bij een rechtbank?

9.

Wat is het verschil tussen “natuurlijke personen” en “rechtspersonen”?

10.

Verklaar het begrip “jurisprudentie”.

11.

Wat is “trias politica”?

12.

Wanneer moet je voor de politierechter verschijnen?

13.

Wat is de “Krijgsraad”?

14.

Wanneer moet je voor de economische rechter verschijnen?

15.

Wat gebeurt er met kinderen, die strafbare feiten plegen?

16.

Hoeveel Gerechtshoven, Rechtbanken en Arrondissementsrechtbanken telt Nederland?

17.

Hoe heet de persoon of organisatie, die naar de rechter stapt? Hoe heet de tegenpartij?

18.

Wat is een “dagvaarding”?

19.

Wat is een “comparitie”?

20.

Verklaar het begrip “verstekvonnis” of “bij verstek veroordeeld worden”.

21.

Maak van je eigen familie een ministamboom (tot aan de 3e graad)

22.

Iemand wordt door een lawine vermist. Na hoeveel jaar wordt het vermoeden van overlijden’’ vastgesteld?

23.

Noem tenminste 3 landen waarin polygamie geldt

24.

Wat wordt er met ondertrouw bedoeld?

25.

Zoek uit of een kerkelijk huwelijk rechtsgeldig is

26.

Leg het verschil uit tussen de begrippen ouderlijke macht en voogdij.

27.

Wanneer zal men kiezen om te huwen onder huwelijkse voorwaarden’?

28.

Zoek uit wat het verschil is tussen een legaat en een legitieme portie.

25


Wereld beschouwing

Binnenschools


WB3 2 lesuren/week Week 5 en 7

bron: Wikipedia

26


Wereldbeeld, thema: “Godsdiensten en wereldbeschouwingen” In deze lesblokken willen we wat meer te weten komen over de verschillende wereldreligies en wereldbeschouwingen: Wat weten we over het ontstaan en de geschiedenis van deze religies en wereldbeschouwingen? Wat zijn de specifieke kenmerken? Wie zijn de toonaangevende figuren? Wat zijn de rituelen? Hoe plaatsen we deze religies in het heden?

Hoe gaan we te werk?

We beperken ons tot de belangrijkste religies c.q. wereldbeschouwingen, te weten: Het Christendom, de Islam, het Jodendom, het Boeddhisme en het Hindoeïsme. Verder willen we ons bij opdracht 1 heel kort bezighouden met het Humanisme, het Taoïsme, het Sikhisme.

Opdracht 1: Beantwoord de vragen 1,2,3,4,5,6 en 7, per geloof (Boeddhisme, Jodendom, Hindoeïsme, Islam, Christendom). De vragen 8,9 en 10 beantwoord je apart. Maak gebruik van alle je ter beschikking staande hulpmiddelen: internet, tijdschriften, literatuur, eigen bronnen enz. Vermeld echter altijd je bronnen!!! Let op!: Beantwoord de vragen altijd in complete zinnen, dus nooit met een enkel woord antwoorden, altijd omschrijven!

Opdracht 2: Als je de vragen hebt beantwoord maak je naar aanleiding hiervan een verslag (beschrijving 5 wereldreligies) volgens het protocol “indeling verslag” *zie bijlage,pagina 4+. Dit verslag (inclusief de uitgewerkte vragen als bijlage!) wordt beoordeeld en er volgt een schriftelijke toets over de vragen, waar de opgedane kennis moet worden aangetoond!

27


Vraag 1: Waarop is de religie gebaseerd? Vraag 2: In welke tijd is de religie ontstaan? Vraag 3: Welke zijn de verschillende “richtingen” / “stromingen” per religie? Kort benoemen is voldoende. Vraag 4: Vertel iets over rituelen, bijzonderheden (bijv. eet- en drinkvoorschriften), herdenkingsdagen, feestdagen. Vraag 5: Zijn er bepaalde historische, voor de religie belangrijke plaatsen? Vraag 6: Iedere religie heeft zijn eigen bronnenboeken uit de geschiedenis, “de heilige boeken” of “geschriften” genoemd, welke kun je per item noemen? Vraag 7: Noem de bepalende figuren voor de verschillende religies en vertel iets over hun betekenis, hun invloed. Vraag 8: a. b. c d. e. f. g.

Wat is “atheïsme” of “agnostisch”? Wat is “monotheïsme”? Waarop beroept zich het Humanisme? Is het Humanisme een religie? Geef een korte omschrijving van het “Humanisme”. Omschrijf kort de begrippen “Taoïsme” en “Sikhisme” (zie pagina 5) Wat zijn “Abrahamistiche religies”? (zie pagina 6)

Vraag 9: Kom jij in onze maatschappij in contact met sommige of meerdere religies, geef een paar voorbeelden. (op school, in je klas, in je stad, in je woonwijk, je sportvereniging?) Vraag 10: Welke religies zijn in onze maatschappij vertegenwoordigd? Hoe? Geef een paar voorbeelden!

28


Symbolen wereldreligies en aantallen aanhangers

29


Politiek

Binnenschools

WB4


2 lesuren/week Week 8 en 9

Wereldbeeld, thema: “Politieke vogelvlucht over Nederland en Europa

30


Wereldbeeld, thema: “Politieke vogelvlucht over Nederland en Europa”

In deze lesblokken willen we wat meer te weten komen over de verschillende politieke partijen in Nederland en Europa: Wat is “politiek”? Wat zijn de specifieke kenmerken van de verschillende partijen? Hoe wordt ons land bestuurd? Wat is onze positie in Europa?

Hoe gaan we te werk?

We gaan kort bekijken hoe ons land wordt bestuurd, welke politieke partijen hebben we eigenlijk en waar staan die voor? Zijn er ook andere staatsvormen dan een “parlementaire democratie”? En hoe zit dat nu met “Europa”?

Opdracht 1: Beantwoord de 10 vragen. Maak gebruik van alle je ter beschikking staande hulpmiddelen: internet, tijdschriften, literatuur, eigen bronnen enz. Vermeld echter altijd je bronnen!!! Let op!: Beantwoord de vragen altijd in complete zinnen, dus nooit met een enkel woord antwoorden, altijd omschrijven!

Opdracht 2: Als je de vragen hebt beantwoord maak je naar aanleiding hiervan een verslag (beschrijving staatsvorm in Nederland, beschrijving verschillende politieke partijen, politieke barometer van dit moment, politiek in Europa, “trias politica”) volgens het protocol “indeling verslag” [zie bijlage,pagina 4]. Dit verslag (inclusief de uitgewerkte vragen als bijlage!) wordt beoordeeld en er volgt een schriftelijke toets over de vragen, waar de opgedane kennis moet worden aangetoond!

31


Vraag 1: Nederland is een “parlementaire democratie”, omschrijf dit begrip. Vraag 2: Omschrijf het begrip “staatsvorm” en geef zoveel mogelijk voorbeelden met een korte omschrijving. Vraag 3: Noem de politieke partijen in Nederland. Welke partijen regeren op dit moment? Welke partijen vormen de oppositie? Omschrijf het begrip “regering” Vraag 4: Hoeveel zetels telt de “Tweede Kamer”? Hoeveel de “Eerste kamer”? Wat is de functie van de “Eerste Kamer”? Vraag 5: In de politiek hoor je vaak de begrippen “links”, “rechts”, “midden”. Verklaar deze begrippen en geef voorbeelden. Vraag 6: Hoe wordt een provincie bestuurd? En hoe zit dat met de gemeentes? Leg dit aan de hand van je eigen gemeente uit! Vraag 7: Vertel iets over het “Europees parlement”. Bijvoorbeeld: waar zetelt het parlement? Welke politieke partijen? Invloed? Vraag 8: Vertel over de “Europese Unie”. Noem in elk geval de nu deelnemende landen met de hoofdsteden. Met welke problemen kampt de Europese Unie momenteel? Vraag 9: Wat is de “Eurozone”? Sinds wanneer bestaat de “Euro”? Noem andere munteenheden in de wereld en hoe staan ze ten opzichte van de Euro? Vraag 10: Zoek het begrip “trias politica” op. Welke 3 “machten” kon je vinden? Hoe ziet dat er in Nederland uit?

32


Verslaving WB5

Binnenschools


2 lesuren/week Week 10 en 11

33


Wereldbeeld, thema: “Verslavingen” In deze lesblokken willen we wat meer te weten komen over het thema verslavingen en de verschillende hulporganisaties: Wat is een “verslaving”? Wat zijn de kenmerken van een verslaving? Soorten verslaving. Gevolgen verslaving. Hulporganisaties.

Hoe gaan we te werk? In de teksten kun je de antwoorden van de onderstaande vragen vinden. Beantwoord de vragen in completen zinnen, dus nooit met een enkel woord antwoorden!

1. Omschrijf het begrip “verslaving”. 2. Er zijn verschillende fases, die optreden bij een verslaving: geef een korte omschrijving. 3. Wat is het verschil tussen lichamelijke en psychische verslaving? 4. Vertel iets over de volgende soorten verslaving: -

Alcohol

-

Drugs

-

Gameverslaving

-

Gokverslaving

-

Roken

-

Eetstoornissen (wat is anorexia, wat is boulimie?)

5. Vertel iets over de verslavingszorg, wat zijn de mogelijkheden? 6. Wat is het verschil tussen “gewoonteverslaving” en “middelenverslaving”? 7. Wat is de “Stivoro”, het “Trimbosinstituut”, de “Jellinekkliniek”? 8. Er zijn legale en illegale verslavende middelen. Geef voorbeelden! 9. Noem zoveel mogelijk hulporganisaties, welke hulp kunnen ze bieden? 10. Geef je eigen mening omtrent de verslavingsproblematiek.

34


Projectblok 1

Beste idee van….. Lesweek

1 2 3

Datum 12/9 – 16/9

Verplichte onderdelen Binnenschools

Kalenderweek 2 uur 37 Intro: Blok 1 Beste idee 1

19/9 – 23/9

38

Blok 1: Beste idee 2

29/9 - 30/9

39

Blok 1: beste idee 3 afronding

Bedenken jullie dé oplossing waar heel Nederland al jaren op wacht? En, komt dit idee toevallig uit Groningen? Steek dan snel de koppen bij elkaar en denk na waar wij ons al jaren aan ergeren, of wat we nog steeds niet in de keukenla hebben liggen! Werk jullie idee uit op papier of op de computer en werk het vervolgens uit in karton, hout, metaal of een ander materiaal. Maak het idee presenteerbaar in de vorm van een prototype, zodat iedereen kan zien wat jullie met je idee bedoelen. Natuurlijk is het niet de bedoeling dat je een bestaand product aanlevert. Dus, wees creatief en innovatief. Het beste idee van Groningen verdient natuurlijk een echte prijs! Wat dat is, is nog een verrassing…….

35


Tijdpad en aandachtspunten Houd rekening met de volgende eisen en afspraken voor dit project. Vul alle gevraagde gegevens steeds in je persoonlijke werkboek in. Blok 1 Beschikbare tijd

Het beste idee van Groningen 3 blokken van 2 lesuren

Producten

Idee uitgewerkt op papier + prototype van hout, metaal, of….

Inleveren

Week 3 of kalenderweek 39

Punten

2

Groeps verslag

3 pagina’s met opzet, uitwerking van het idee. Wie heeft wat gedaan? Taakverdeling. 1 pagina met Persoonlijke competentie-ontwikkeling

Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

1

12/9 – 16/9

37

2

19/9 – 23/9

38

3

29/9 - 30/9

39

Blok 1

Het beste idee van Groningen

Brainstorm ideeën producten Oplossingen Mogelijkheden

Blok 1

Het beste idee van Groningen Leden van het projectteam

Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3 4

36


Lesweek

Datum

Kalenderweek

Tijdsplanning

1

Absentie

Actie 12/9 – 16/9

37

19/9 – 23/9

38

29/9 - 30/9

39

Intro /brainstorm Idee Afspraken

2 Idee uitwerken prototype

3 Idee afronden Prototype inleveren Deadline: einde projectblokuren Blok 1

Project afgerond? Hoe is het project verlopen?

Het beste idee van Groningen

 Ja

 Nee

Leerpunten voor volgende project:

Reden, indien project niet is afgerond:

37


Competentiematrix Geef in de competentiematrix aan welke competenties jij tijdens dit project hebt ingezet. Het gaat dus om je eigen leerproces. Vul niet zomaar iets in. Elke competentie die jij hebt ingezet moet je uitwerken in een korte omschrijving van jouw leerproces.

Competentie

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y

Ingezet

Beslissen en activiteiten initiëren



Aansturen



Begeleiden



Aandacht en begrip tonen



Samenwerken en overleggen



Ethisch en integer handelen



Relaties bouwen en netwerken



Overtuigen en beïnvloeden



Presenteren



Formuleren en rapporteren



Vakdeskundigheid toepassen



Materialen en middelen inzetten



Analyseren



Onderzoeken



Creëren en innoveren



Leren



Plannen en organiseren



Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten



Kwaliteit leveren



Instructies en procedures opvolgen



Omgaan met veranderingen en aanpassen



Met druk en tegenslag omgaan



Gedrevenheid en ambitie tonen



Ondernemend en commercieel handelen



Bedrijfsmatig handelen



Beschrijving eigen leerproces

38


Projectblok 1

Op reis met…. Lesweek

4

Datum 3/10 – 7/10

Verplichte onderdelen Binnenschools

Kalenderweek Dagdeel en hele dag 40 Blok 2: excursies

39


Excursie opzet Vanuit school zijn verschillende uitstapjes georganiseerd deze week. Het is de bedoeling om met klas A als klas B een bedrijf te bezoeken. Op de dag dat je dit projectblok hebt, zijn we dus de gehele dag op stap. Zorg dus dat je de zaakjes met je werk, sport etc. geregeld hebt. In het kader van het vak Wereldbeeld, het onderdeel Recht, brengen we een bezoek aan de rechtbank in Groningen. Hier volgen we een aantal zaken, op de publieke tribune. Gezien de groepsgrootte zullen we dit per klas gaan uitvoeren.

Tijdens de lessen Wereldbeeld zal een opdrachtenblad uitgereikt worden die tijdens het bezoek aan de rechtbank uitgewerkt moeten worden. Wat wordt er tijdens een excursie van jullie verwacht? Als je een bedrijf bezoekt, ben je te gast in dat bedrijf. Je moet je voorstellen dat men speciaal voor ons de deuren open zet, zodat wij een kijkje in de keuken van het bedrijf mogen nemen. Zorg dus dat je je netjes gedraagt. Je vertegenwoordigt niet alleen jezelf, maar ook de goede naam van onze school en opleiding. Opdracht tijdens het bedrijfsbezoek Elke groep zorgt dat er foto’s gemaakt worden van de hele trip. De foto’s moeten van dusdanige kwaliteit zijn, dat deze gebruikt kunnen worden in een fotoverhaal over het uitstapje. Het fotoverhaal bevat 2 pagina’s A4 met foto’s met een ballontekst waarin je het een en ander vertelt.

Zorg dat je je van een professionele kant laat zien. Dus, geen kwetsende of confronterende opnames. Het fotoverhaal moet bijvoorbeeld gebruikt kunnen worden als presentatiemiddel.

Amsterdam Centraal Station. Wachten op de rondvaartboot

Leuk zo’n rondvaart….. Alleen die Big Mac ligt wat in m’n maag te draaien….

40


Blok 2

Excursies

Beschikbare tijd

Dagdeel: Rechtbank Dag: bedrijfsbezoek per bus Fotoverhaal, 2 pagina’s A2 met ballonteksten. Uitwerking van de vragen/opdrachten Rechtbank Persoonlijke competentie-ontwikkeling Week 5 /kalenderweek 41 Voorafgaand aan de toets Wereldbeeld 2

Producten

Inleveren Punten Inhoud verslag

2 pagina’s fotoverhaal (minimaal 12 foto’s totaal) 1 Pagina uitwerking van de opdrachten rechtbank 1 pagina Persoonlijke competentie-ontwikkeling

Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

4

Blok 2

3/10 – 7/10

40

Excursies Leden van het projectteam

Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3 4

Blok 2

Excursies

Actieve bijdrage gehad aan de excursie?

 Ja

 Nee

Leerpunten voor een volgende excursie:

Reden, waarom je geen actieve bijdrage hebt kunnen leveren:

Hoe is het project verlopen?

41


Competentiematrix Geef in de competentiematrix aan welke competenties jij tijdens dit project hebt ingezet. Het gaat dus om je eigen leerproces. Vul niet zomaar iets in. Elke competentie die jij hebt ingezet moet je uitwerken in een korte omschrijving over jouw leerproces.

Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















42



Als elke seconde telt.. Lesweek

5

Datum 10/10 – 14/10

Kalenderweek 2 uur 41 Blok 3: BHV 1

17/10 – 23/10

HERFSTVAKANTIE

Week 42

6 24/10 – 28/10

Week 43

Opmerking

7

Toetsweek



1 uur

4 uur

Toets Wereldbeeld  Verslag Rechtbank inleveren  Fotoverhaal excursie inleveren  Persoonlijke competentieontwikkeling inleveren Geen producten ingeleverd? Geen toetsdeelname Geldt voor de hele projectgroep

31/10 – 4/11

44

Geen

Activiteit 1 (buitenschools)

 Blok 3: BHV 2

43


Als toekomstige medewerkers willen we jullie alvast voorbereiden op allerlei calamiteiten en noodsituaties die zich kunnen voordoen binnen bedrijven. Want als elke seconde telt, speel jij dan de held? Wel, als je weet hoe je moet handelen bij: 

Ongevallen



Beperken en bestrijden van noodsituaties



levensbedreigende situaties

Professionele hulpverleners geven jullie een cursus en begeleiden jullie bij het doorlopen van dit programma.

Blok 3

BHV

Beschikbare tijd

2 blokken van 2 lesuren

Producten

Verslag met ervaringen

Inleveren

Week 8 /kalenderweek 45 Voorafgaand aan het volgende projectblok 2

Punten Inhoud verslag

Lesweek

2 pagina’s met ervaringen BHV/Reanimeren 1 pagina met persoonlijke competentie-ontwikkeling

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

5

10/10 – 14/10

41

HERFSTVAKANTIE

6 7

TOETSWEEK 31/10 – 4/11

44

44


Blok 3 Wie doet wat?

BHV/Reanimeren Leden van het projectteam

Wat?

1 2 3 4

Blok 3

BHV/Reanimeren

Actieve bijdrage gehad aan de cursus BHV/Reanimeren?

 Ja

 Nee

Leerpunten voor een volgende cursus:

Reden, waarom je geen actieve bijdrage hebt kunnen leveren:

Hoe is de cursus verlopen?

45



Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















46



Het nieuws van…. Lesweek

8 9

Datum 7/11 – 11/11 14/11 – 18/11

Kalenderweek 2 uur 45 Blok 4: Krant 1 46

Blok 4: Krant 2

Bedenk je eigen nieuws Ben jij het ook zat om altijd weer van die depressieve berichten in de krant te lezen?

Kredietcrisis… Granquist verkocht….Griekenland failliet…. Agenten beledigd….. Neem plaats in jullie eigen redactie en breng sprankelend en verfrissend nieuws. Nieuws waar iedereen op zit te wachten. Schrijf Nederland uit de crisis en maak samen een krant die iedereen wel op de deurmat zou willen vinden. Bedenk vier thema’s en maak van elk thema een krantenpagina!

47


Blok 4

Het nieuws van

Brainstorm Thema’s Humor Advertenties Onderwerpen Economie Regio Sport Cultuur/uitgaan Film Buurtroddels VIP’s

Blok 4

Het nieuws van

Beschikbare tijd


Producten

Krant A3 formaat 4 pagina’s afgedrukt in kleur

Inleveren

Week 9 /kalenderweek 46 Aan het einde van het projectblok 2


Lesweek

1 pagina’s met ervaringen krant maken 1 pagina met persoonlijke competentie-ontwikkeling

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

8

7/11 – 11/11

45

9

14/11 – 18/11

46

48


Blok 4

Het nieuws van Leden van het projectteam

Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3 4

Blok 4

Project afgerond?

Hoe is het project verlopen?

Het nieuws van

 Ja

 Nee

Leerpunten voor een volgend Reden, waarom het project project: niets is afgerond:

49



Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















50



Creatief met…. Lesweek

10 11

Datum 21/11 – 25/11 28/11 – 2/12

Kalenderweek 2 uur 47 Blok 5: Vierluik 1 48

Blok 5: Vierluik 2

Zeg het met verf Tijdens dit laatste projectblok gaan jullie alle creatieve registers opentrekken. En, in dit project moet je echt als éénheid opereren, anders loopt alles in de soep. Jullie gaan vanuit een eigen idee een vierluik schilderen. Wat is een vierluik? Een vierluik is een schilderij dat uit vier doeken bestaat en dat samen een éénheid vormt. Ieder teamlid schildert zijn/haar eigen doek. Je moet dus goed de materialen, ideeën en handelingen op elkaar afstemmen. Puur creatief teamwork. Alle vierluiken worden natuurlijk in de lokalen gepresenteerd zodat een panel jullie creaties kunnen beoordelen.

51


Blok 5

Creatief met

Beschikbare tijd


Producten

Schilderdoeken die samen een vierluik vormen

Inleveren

Week 11 /kalenderweek 48 Aan het einde van het projectblok 2


1 pagina’s met ervaringen vierluik maken 1 pagina met persoonlijke competentie-ontwikkeling

Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

10

21/11 – 25/11

47

11

28/11 – 2/12

48

Blok 5

Creatief met Leden van het projectteam

Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3 4

Blok 5

Project afgerond? Hoe is het project verlopen?

Creatief met

 Ja

 Nee

Leerpunten voor een volgend project:

Reden, waarom het project niets is afgerond:

52



Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















53


Projectblok 2

Brainstorm projectplan Lesweek

1 2 3

Datum 12/9 – 16/9 19/9 – 23/9 29/9 - 30/9

Vrije keuze Binnenschoolse voorbereiding Buitenschools

Kalenderweek 4 uur 37 Intro: Brainstorm 38 Projectplan uitwerken 39 Projectplan inleveren

Wat is de bedoeling van dit projectblok? Binnen projectblok 2 staat jullie rol als actieve wereldburger centraal. Jezelf ontwikkelen gaat verder dan enkel het leren binnen de schoolmuren, op je BPVbedrijf of thuis. Jezelf actief ontwikkelen gaat veel verder. Het is belangrijk dat je je kennis en vaardigheden ook in andere situaties dan op school of in je werk kunt toepassen. Vandaar dat in dit projectblok het actief groepswerk buiten de schoolmuren centraal staat. Jullie bedenken vanuit een plan een aantal activiteiten die jullie uitwerken én uitvoeren. Projectblok 2 bestaat uit 4 théma’s. Binnen elk théma moeten jullie een activiteit opzetten, uitwerken en uitvoeren. De mogelijkheden zijn zeer ruim, dus bijna alles is mogelijk, als het maar uitgevoerd wordt vanuit een planmatige aanpak. In het projectplan verwerk je alle vier théma’s. Wat je per théma gaat doen bepalen jullie zelf. Jullie kunnen 3 weken werken aan het projectplan.

In week 39 moet het projectplan kant-en-klaar opgeleverd worden en goedgekeurd zijn. Pas als je een goedgekeurd plan hebt, kunnen jullie de activiteiten uitvoeren.

54


Voor het uitvoeren van elk théma zijn 2 x 4 lesuren beschikbaar. De uitvoering vindt buitenschools plaats. Jullie kunnen tijdens de brainstorm/uitwerkweken de volgende théma’s uitwerken en invullen:

1

2

3

4

Sportactiviteit: Begeleid een groep bij een sport of ontwikkel en geef een Clinic. Lijkt het je leuk om een sport of activiteit te leren? Lijkt het je leuk om een sport te demonstreren aan een groep, team van een sportclub? Werk de oefeningen en trainingen op papier uit en maak afspraken met een sportclub over de uitvoering van de clinic Alle kosten zijn voor de groepsleden zelf, zoals reiskosten en materiaalkosten Kijk eens wat mogelijk is bij je eigen sportclub. Hulp bieden bij… Laat je eens van een andere kant zien. De wereld draait alleen nog maar om jou. Anderen zouden graag eens wat hulp kunnen gebruiken. Bedenk een opzet waarbij je iemand hulp aanbiedt. Computerles voor bejaarden Bingo voor bejaarden (sponsoren voor prijzen) EHBBoodschappen Een ondernemer helpen met… Puzzeltocht voor een lagereschool groep Bedrijfsbezoek en een reclamefilm maken Plan een bedrijfsbezoek voor de projectgroep (max. 5 personen) Ontwikkel van te voren een programmaboekje met 10 vragen over het bedrijf De antwoorden op deze vragen moeten tijdens het bedrijfsbezoek uitgewerkt worden Maak van het bezoek aan het bedrijf een spetterende promotiefilm van max. 5 minuten Zorg dat het bedrijf dat jullie bezoeken goed gepromoot wordt. Camera Keuzepakket: Het keuzepakket staat bol van culinaire en culturele onderwerpen. Gezellig met elkaar koken en dit aan de klas laten proeven? Misschien ben je goed in muziek, toneel, dans…. Laat het ons meemaken met een optreden. Of, willen jullie als groep een museum, een optreden of iets anders cultureels bezoeken? Werk het uit in je plan en maak er werk van. a. Werelds koken: maak een ……. Maak met elkaar een product voor de hele klas (20 personen) Organiseer de proeverij Wie maakt het lekkerste hapje? b. Bezoek concert/museum ……. c. Geef een optreden ……. d. Iets anders creatiefs/cultureels

55


Tijdpad en aandachtspunten Houd rekening met de volgende eisen en afspraken voor dit project. Vul alle gevraagde gegevens steeds in je persoonlijke werkboek in. Blok 2 Beschikbare tijd

Brainstorm projectplan 3 blokuren van 4 lesuren

Waar?

In school

Producten

Compleet uitgewerkt projectplan met 4 activiteiten

Inleveren

Week 3 of kalenderweek 39

Punten

2 (verplicht!)

Inhoud projectplan

Voorblad Voorwoord, inleiding, inhoudsopgave 4 uitgewerkte théma’s Planschema: waar, wie, contactpersoon, kosten etc. Per théma is er een vaste manager Deze is initiatiefnemer en aanspreekpunt voor de activiteit

Speciale eisen

Het projectplan is voorwaardelijk om de activiteiten te kunnen uitvoeren. Geen goedgekeurd projectplan? Geen activiteiten Let op! De activiteiten moeten uiteraard wel uitgevoerd worden. Dit gebeurt dan in eigen tijd.

Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

1

12/9 – 16/9

37

2

19/9 – 23/9

38

3

29/9 - 30/9

39

Blok 2

Projectplan: 4 thema’s uitgewerkt

Brainstorm ideeën producten Oplossingen Mogelijkheden

56


Blok 2

Projectplan Brainstorm Leden van het projectteam

Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3

4

Lesweek

Datum

Kalenderweek

Tijdplanning

1

Actie 12/9 – 16/9

37

19/9 – 23/9

38

29/9 - 30/9

39

Intro /brainstorm Ideeën Afspraken

2 Théma’s uitwerken

3 Théma’s uitwerken Projectplan laten goedkeuren en inleveren Deadline: einde projectblokuren

57


Planschema voor de uitwerking van alle théma’s: Compleet invullen en digitaal uitwerken.

Thema

Manager

Wat

Waar

Wanneer 2 x 4 lesuren Uitvoeren tijdens projecturen

Contactpersoon

Kosten/ Middelen

1 2 3 4

58


Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren























Blok 2

Projectplan

Projectplan goedgekeurd en ingeleverd?

 Ja

 Nee

Leerpunten voor volgende project:

Reden, indien projectplan niet is afgerond:

Hoe is de brainstorm verlopen?

60


Projectblok 2

Thema 1


…………………………...……………. Lesweek

4

Datum 3/10 – 7/10

5

10/10 – 14/10

Blok 2 Beschikbare tijd

Kalenderweek 40

4 uur Activiteiten invullen

41

Thema 1 2 blokuren van 4 lesuren

Manager Wat

Waar

Wanneer Data invullen Contactpersoon

Kosten/Middelen

Punten

2

Producten

Persoonlijk verslag van 4 x A4, met:  Opzet en planning van de activiteit  Uitgebreide beschrijving van de activiteiten  Jouw persoonlijke competentie-ontwikkeling  Het functioneren van de manager  Bewijslast toevoegen met foto’s in het verslag opnemen Leg de activiteiten vast op film en maak van de activiteiten veel foto’s De film en fotoserie is een groepsproduct. Alle vastgelegde activiteiten worden aan het einde van alle projecten op cdrom/dvd ingeleverd.

Speciale eisen



Let op: indien de bewijslast niet overtuigend is, wordt de activiteit achteraf afgekeurd. Het project is dan niet behaald.

61


Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

4

3/10 – 7/10

40

5

10/10 – 14/10

41

Thema 1 Leden van het projectteam

Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3

4

62



Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















63


Projectblok 2

Thema 2


…………………………...……………. Lesweek

6

Datum 24/10-28/10

Kalenderweek 43


Toetsweek 7


31/10-4/11

44


Manager Wat

Waar


Kosten/Middelen

Punten

2

Producten


Speciale eisen




64


Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

6

24/10-28/10

43

Toetsweek 7

31/10-4/11

44


Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3

4

65



Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















66


Projectblok 2

Thema 3


…………………………...……………. Lesweek

8

Datum 7/11-11/11

Kalenderweek 45

9

14/11-18/11

46




Manager Wat

Waar


Kosten/Middelen

Punten

2

Producten


Speciale eisen




67


Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

8

7/11-11/11

45

9

14/11-18/11

46


Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3

4

68



Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















69


Projectblok 2

Thema 4


…………………………...……………. Lesweek

10

Datum 21/11-25/11

Kalenderweek 47

11

28/11-2/12

48




Manager Wat

Waar


Kosten/Middelen

Punten

2

Producten


Speciale eisen




70


Lesweek

Datum

Kalenderweek

Absentie Namen:

10

21/11-25/11

47

11

28/11-2/12

48


Taakverdeling

1

Wie doet wat?

2

Wat?

3

4

71



Competentie


Ingezet




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren









Kwaliteit leveren






















72


Lessen

Week 12


5/12 – 9/12


2 uur

Week 49 Toetsweek

Geen

Woe 7/12 presentatie producten 19.00 uur – 21.00 uur

Op woensdag 7 december worden alle producten per projectgroep gepresenteerd. Jullie ouders, broers en zussen en opa’s en oma’s zijn van harte welkom op onze school om jullie resultaten te bewonderen. Per projectgroep is er 10 minuten de tijd om alles wat jullie willen laten zien aan het publiek getoond wordt. Er is een echte jury die alles beoordeelt. Wij zorgen voor een hapje en een drankje zodat we het project feestelijk kunnen afsluiten. Afsluiting Beschikbare tijd

Presentatie-avond 2 klokuren 19.00 – 21.00 uur

Presentatie tijd

Max. 10 minuten per groep

Wat

Waar

Het beste idee van Groningen Het nieuws van…. Vierluik De 4 théma’s + promotiefilm Kantine school

Wie

Alle projectgroepleden

Punten

2

Speciale eisen

Lever alle groepsproducten in verslagvorm in. Samen met de cd-rom dvd met al het foto en filmmateriaal.



De presentatie-avond is voor iedereen verplicht.

73



Competentie

Ingezet

A B C D E F G H I J K L M N O P Q




Aansturen



Begeleiden


















Presenteren












Analyseren



Onderzoeken






Leren






R




S T

Kwaliteit leveren






U




V W







X




Y





74

Noorderpoort

Recommend Documents