April 2012
NatuurFotoNieuws Onrust - Reisfotografie - Wilde Zwijnen - Portfolio - Noorwegen
NatuurfotoNieuws is een uitgave van Mirjam Langelaar & Geurt Besselink. © GeMi Tekst & Beeld
Ontmoeting 19 mei Jonge zwijntjes zoeken elkaars warmte op als moeder in de buurt is op zoek naar voedsel. Niemand wil aan de rand liggen want daar is het kouder. Zo is het groepje constant in beweging. Met een 1/60 van een seconde komt de groep in beweging terwijl het zwijntje met die eigenwijze neus scherp blijft.
Onrust Met het lengen van de dagen word ik altijd onrustig; voorjaar. Het begint eigenlijk altijd al in februari. De eerste stadsmerels en heggenmussen zingen dan alweer en de weidevogels zijn dan ook weer terug. In het voorjaar is er zoveel te fotograferen waardoor ik van alles moet missen. Je kunt niet alles beleven en fotograferen. En als je goede beelden wil maken, dan moet je je verdiepen in het onderwerp, en dat kost veel tijd. Je moet dus keuzes maken. Gelukkig kan ik in de avond ook weer op pad als het langer licht is.
Als het gras begint te groeien laten de reeën zich ook overdag zien. Een goede gelegenheid om de dieren te fotograferen. In de winter en vroeg in het voorjaar leven ze nog in groepen bijeen. Als ze een rustige plek hebben zijn ze nu ook overdag weer te fotograferen. Vorig jaar heb ik er menig avond aan besteed. Op een weiland tegen de bosrand kwamen ze vanaf de late middag bijna ieder uur even een ronde maken op het weiland. Een ree is een kieskeurige eter, na 15 minuten waren ze alweer in het bos verdwenen. Als er later in het voorjaar (eind april) in het bos meer voedsel beschikbaar is, zie je ze weer wat minder. Als ik nog even bij de beesten blijf is het voorjaar ook een goede tijd om kikkers en padden te fotograferen. Maart en april zijn de maanden dat ze zich voortplanten waardoor ze ook goed zichtbaar zijn. Ook hiervoor moet je een goede plek vinden. Zo laag mogelijk boven het water geeft de beste resultaten en fraaie reflecties. Ik gebruik de 400 mm en een set met tussenringen om de minimale instelafstand te verkleinen. De lens rust op een rijstzak en eventueel gebruik ik een hoekzoeker om geen stijve nek te krijgen. Door de 400 mm met eventu-
eel een 1.4 x converter kan ik op een afstand blijven waardoor ik de dieren niet stoor en toch kan ik ze beeldvullend fotograferen. Het is prachtig om het gedrag van de dieren te observeren en te fotograferen. In maart worden ook al jonge wilde zwijntjes geboren. In de buurt lopen er een stel die aan mensen zijn gewend waardoor ze goed te observeren zijn. Een voordeel, dan kun je gedrag fotograferen. De biggetjes zijn nog geen week oud en lopen dan al met de zeug mee, wroeten in de grond en ravotten met elkaar. Van tijd tot tijd wordt er gedronken bij moeders en hebben ze rust. Ook dit is telewerk waarbij ik soms de 80-200 mm met een 1.4 x converter gebruik. Voor het “dichtbij” werk kun je ook ruimschoots uit de voeten. Planten als speenkruid, bosanemoon en klein hoefblad bloeien al vroeg in het voorjaar. Deze onderwerpen fotograferen kan natuurlijk met een macrolens, maar vaak is dat niet eens nodig. Ik gebruik ook wel een voorzetlens voor de 70-200 mm waardoor ik ook 1:1 kan fotograferen. Deze voorzetlens schroef je, net als een filter, op het objectief. Hierdoor verkort je de instelafstand. Je kunt dus dichterbij fotograferen met 70- 200 mm waardoor er een soort macro-zoom ontstaat. Voor reizigers is dit een lichter alternatief dan een extra macrolens meenemen. Door gebruik van een voorzetlens heb je praktisch geen lichtverlies. Bij gebruik van tussenringen verlies je wel licht en werkt de zoomfunctie niet echt. Met het frisse groen aan de bomen is het natuurlijk ook de tijd voor het maken van landschappen. Bomen met het ontluikende lichtgroene blad zijn een mooi contrast tegen de donkere wolken. De populieren en wilgen komen al vroeg in de bladeren.
Ook vogels zijn deze tijd druk in de weer. Zoals de pimpelmees die druk bezig is met het zoeken van nestmateriaal. Dikwijls gebruiken ze haren van honden en katten voor het nest. De pimpelmees op de foto was ook vindingrijk: die trok vezels uit een mat van een plantenbak. Toen ik dit zag plaatste ik de plantenbak op de juiste hoogte voor het raam. Raam open en wachten maar totdat de pimpelmees weer terug kwam. Door het raam fotograferen geeft natuurlijk veel onscherpte. Het duurde niet lang, of hij was gewend aan de opstelling. Je moet het moment gebruiken om het beeld te maken want dit deed hij maar gedurende twee dagen. Je ziet het, onderwerpen te over en tijd te kort. Wil ik goede beelden maken en verdieping aan het beeld geven, dan moet ik toch wat rustiger worden en niet alles tegelijk willen doen. Maak je keuze. Geurt Besselink www.gemi.nu
Cursus Lightroom Herfst 2012 2 dagen: 16 & 30 november van 9:30-16:00
Dit keer geen avondcursus maar twee hele dagen. Breng zelf je laptop mee om het geleerde gelijk in de praktijk toe te passen. Niet alleen theorie maar ook doen. In deze twee dagen wordt het gehele proces doorlopen van: beelden laden - beheren - selecteren - bewerken - ontsluiten. De indeling van de dagen is ongeveer als volgt: Dag 1 Het Lightroomconcept. Inrichting van een mappenstructuur, waar sla ik de beelden op en hoe werkt de catalogus en natuurlijk het maken van de backup. Importeren van je beelden, beelden herbenoemen (notatie wijze), beheer van je beelden op je computer, IPTC gegevens beheren, beelden selecteren, werken met verzamelingen en slimme verzamelingen, zoeken naar beelden, keyword beheer, stapelen, virtuele kopieën. Dag 2 Basisbewerkingen van je beelden. Door goede en creatieve (lokale) bewerkingen haal je meer uit je RAW bestand. Verder een uitstapje naar Photoshop voor lokale bewerkingen, focusstacking en in sommige situaties gaat het verscherpen beter. Neem hiervoor zelf beelden mee. Exporteren van je beelden. Waarom en wanneer ? Hoe zit het nu met de Dots per Inch en de resolutie! Watermerken en kiezen van de kleurruimte. Het is geen uitgebreide knoppencursus maar een praktisch gebruik van de Nederlandse versie van Lightroom V4 zoals ik dat zelf toepas. Al mijn beelden zijn onder beheer van Lightroom, 90% bewerk ik met Lightroom en voor de overige 10% maak ik een uitstap naar Photoshop voor aanvullende bewerkingen. Data najaar: 16 en 30 november 2012 van 9:30 - 16:00 uur in Radio Kootwijk. Wil je starten met Lightroom of ben je net gestart en ben je dus je workflow aan het inrichten, dan helpt deze cursus je snel op weg. Maximaal 8 deelnemers. Kosten: 175 euro inclusief BTW, thee/koffie en lunch. Aanmelding graag via de website: www.gemi.nu
Het bos is een
zwijnenstal!
Links, ietsje van het pad af, daar bewoog iets tussen de bomen. Er kraken wat takjes… een zwijnensnuit komt tevoorschijn. Hij is wat klein, een jong van vorig jaar. Het dier heeft al echt die grappige bouw van het volwassen exemplaar; het hoofd neemt wel eenderde deel van zijn omvang in beslag. Hij dribbelt nietsvermoedend het pad over richting de sparretjes die daar staan. Hij voegt zich bij zijn familie, want daar aan de overkant staan nog een stuk of zes anderen lekker in de aarde te wroeten. De neuzen verplaatsen daar aardig wat zand, hele scheppen aarde worden in een aardig tempo de lucht in gezwiept. Ik sta even te kijken naar de ijverig gravende dieren. Vooral niet bewegen, want al zien de zwijnen niet bijster goed, daarentegen hebben ze een erg goed reukvermogen en gehoor! Plotseling tilt een van de volwassen dieren zijn kop op en geeft een verontwaardigde, waarschuwende knor. Een gewaarschuwd zwijn telt blijkbaar ook voor twee, want in een mum van tijd verdwijnt het groepje in een stevig drafje de sparrenvakken in…
Wilde zwijnen zijn echte bosdieren, op de Veluwe komen ze in bijna alle bossen voor. Vooral oude loofbossen zijn in trek, want die zorgen voor voldoende voedsel: eikels, beukennootjes en kastanjes. En ze vinden er meer van hun gading: wormen, larven, insecten, paddestoelen en bosvruchten. Ook een jonge muis of een hapje van een kadaver gaat er wel in! Lekker wroetend struint het zwijn door het bos, af en toe neemt hij een modderbad, tegen het ongedierte. Dit doet hij door te rollen in een natte leemkuil. Na het rollen droogt de modder op zijn vacht op waardoor luizen, teken en vlooien erin vastgekoekt blijven zitten. Die modderkoek met ongedierte schuurt het zwijn er later aan een boom weer vanaf. Het wilde zwijn is in zijn element in het bos, en andersom geldt dat net zo hard: ook het bos is blij met de aanwezigheid van het wilde zwijn. Ze doen namelijk heel nuttig werk: met de stevige wroetschijf op hun neus woelen ze bij het voedsel zoeken de grond om. En daarbij gaan ze niet voorzichtig te werk, ze maken er een ware zwijnenstal van! Tijdens een boswandeling kun je direct zien waar het wilde zwijn ’s nachts zijn naam eer heeft aan gedaan. Overal omgewoelde plekken en gaten tot soms wel een halve meter diep! In landbouwgebieden zijn de boeren er niet blij mee
omdat de zwijnen soms schade veroorzaken aan de gewassen. Hiervoor kunnen zij overigens wel een vergoeding vragen. De omwoeling is voor de bosgrond echter wel goed, want zo wordt de bovenlaag omgekeerd. Hierdoor komt er een mooie, losse laag verse aarde vrij waarin nieuwe zaden goed kunnen ontkiemen. Het hele proces is ook weer erg nuttig voor de humusvorming. Om de dieren in hun eigen gebied te houden worden de landbouwgebieden uitgerasterd. Want hebben ze te weinig voedsel, dan willen ze wel naar de landbouwgebieden trekken om een kijkje te nemen of daar wat te eten valt. Slapen doen ze bij voorkeur overdag in een kuil, de zogenaamde ‘ketels’, die ze graag maken in de dichte kerstboomvakken. Toch komen we ze overdag ook tegen, zo’n ‘rotte’ zwijnen, als we lekker door het bos aan het struinen zijn. Al gaan ze dan wel snel op de loop, want rennen kunnen ze! Ze zijn bijna net zo snel als een hert. Het is een imposant gezicht om die ruige dieren zo door het bos te zien denderen. Zo’n rotte zwijnen (rotte is de benaming voor een groep zwijnen) bestaat uit de vrouwtjes, hun jongen en de jongere mannetjes. Volwassen mannetjes, keilers genaamd, leven liever solitair. Alleen in de ranstijd (de paartijd in november/december) zoekt hij de rotte op. De mannetjes gaan hun rivalen dan met hun vlijmscherpe slagtanden te lijf. Hun onderhoektanden kunnen wel 25 cm lang zijn (2/3 zit in de onderkaak). Na een draagtijd van ongeveer 4 maanden komen de (2 tot 10!) jonge zwijntjes ter wereld. In februari kunnen we dus al jonge zwijntjes in de sneeuw zien! Ze worden geboren in een leger: een ondiepe kuil, bekleed met zachte delen van planten. Daarboven zit vaak nog een dak van takken. Met hun camouflage jasjes vallen ze niet zo op tussen de begroeiing. Jammer dat die leuke streepjes na verloop van tijd verdwijnen. Ik liep eens door een dicht dennenbos op een nevelige dag in november, waar ik zo’n jong exemplaartje ontmoette. Voorzichtig volgde ik de wissels van de zwijnen. Het was vier uur en het begon al wat donkerder te worden. Na een paar kilometer zag ik op een kale heuvel een reegeit lopen. Terwijl ik naar de reegeit stond te kijken zag ik tot mijn verbazing een
klein wild zwijntje op zo’n 20 meter afstand. Het jonge zwijntje zag er niet goed uit. Het had een onverzorgde wintervacht, met losse plukken haar. Terwijl het mijn richting op liep kon ik hem goed bekijken. Hij had zijn kop omlaag hangen en gaf een terneergeslagen indruk. De rest van zijn familie was in geen velden of wegen te zien. Was het zwijntje achterop geraakt of was hij ziek, of had hij als enige een jacht doorstaan en verkeerde hij in een shocktoestand? Nog altijd liep het dier recht op mij af. Hij wroette niet in de grond, keek niet op of om, maar slenterde langzaam en nogal doelloos verder. De wind was niet erg gunstig en het jonge zwijntje rook iets. Hij bleef staan en stak zijn neus in de wind, snoof hoorbaar de lucht op en liet z’n kop weer zakken. Met de kop omlaag stond hij even stil, alsof hij nadacht wat nou precies die lucht ook al weer was. Blijkbaar schoot het hem niet te binnen want nogmaals ging zijn kop in de wind om de lucht op te snuiven. Hij besloot maar weer verder te sjokken totdat er een kleine boom over de wissel lag. Met zijn buikje schurend over de voor hem nogal hoge boomstam kwam hij aan de andere kant. Een paar tellen later stond hij naast mij op zo’n 10 centimeter afstand van mijn schoen. Als ik bukte kon ik hem aaien, maar dat deed ik maar niet want dan zou het zwijntje zeker schrikken. Hij slenterde verder, zonder op of om te kijken. Tot op de dag van vandaag vraag ik mij nog altijd af wat er met dat zwijntje was
gebeurd. Zou hij die winter nog wel overleefd hebben? Jonge zwijnen hebben over het algemeen erg zorgzame moeders. Een zwijnenmoeder is enorm waakzaam en verdedigt haar jongen door dik en dun. Ik heb echter nog nooit meegemaakt dat een zwijn agressief op mij reageerde, en ik ben ze in de afgelopen twintig jaren al heel vaak tegengekomen! Tijdens de lezingen die ik geef over de Veluwe vragen mensen mij wel eens of ze gevaarlijk zijn. Ik ben van mening dat ze dat niet zijn als je ze met respect behandelt, niet in het nauw drijft of angstig maakt. Zwijnen gaan je veel liever uit de weg. Vroeg in de ochtend kom ik ze het meest tegen. En al zie je ze niet, het bos verraadt overduidelijk dat er die nacht zwijnen zijn geweest. De omgewoelde plekken heb ik al genoemd, een tweede teken van de aanwezigheid van zwijnen zijn de pootafdrukjes in de grond. Die van het zwijn en het hert lijken veel op elkaar. Het zwijn heeft echter kleine achterhoefjes, het hert heeft die niet. Zelf zwijnen op de Veluwe zien? Het Kroondomein is een gebied waar ze veel komen. Natuurlijk vroeg op pad gaan, niet te felle kleding dragen en geen lawaai maken! Zwijnen zullen je eerder horen en ruiken dan zien, loop daarom tegen de wind in. En kijk dan maar eens goed in het zand, zie je achter de pootafdruk nog twee kleinere afdrukjes? Dan is het wilde zwijn hier geweest!
Marjan Schoenmakers
Paardenbloem Afgelopen jaar zijn we met de praktijkgroep een dag in het Gerendal in Limburg geweest. Tijdens de zonsondergang en ondanks het windje bovenop de heuvel kon ik deze uitgebloeide paardenbloem mooi vastleggen.
Water Bij de overtocht van Flatey naar Stykkishólmur (IJsland, Westfjorden) en met windstil weer ontstonden prachtige lijnen naast de boot.
Landschap Tijdens de laatste winterse fotoreis naar IJsland waren er prachtige lijnen in het landschap. De geringe hoeveelheid sneeuw zorgde voor “pentekeningen”.
e
Sneeuwkelk Dicht bij huis is ook veel te beleven. Zeker als er een pak sneeuw ligt is het fijn dat er, struinend door de omgeving, mooie dingen op je pad komen. Tijdens de winter van 2010/2011 is er veel sneeuw gevallen. De wind zorgde voor sneeuwduinen en soms prachtige vormen.
Heidetakje Gelukkig wordt dit tere takje nog door een draadje vastgehouden.
Jan-van-genten Met een aantal fotovrienden ben ik afgelopen voorjaar naar Helgoland geweest. De Jan-van-genten waren hevig verliefd, er werd druk genesteld en sommige vogels zaten inmiddels te broeden.
Papegaaiduiker Sinds ik er voor het eerst in 2008 ben geweest, staat de Papegaaiduiker voor mij, symbool voor IJsland. Dat prachtige kleurige melancholieke koppie doet ieders hart smelten. De camera verandert in een ratelapparaat als dit koddige beestje voor de lens verschijnt. En gelukkig laat het zich graag portretteren.
Marjan Schoenmakers Ik ben in de vorige eeuw in Laren (Gld) geboren, getrouwd met Jasper en al 29 jaar werkzaam in de sociale zekerheid. Ik kan me niet anders herinneren dan dat er een fotocameraatje in ons huis was. Op m’n 12e kreeg ik een 2e hands camera van m’n zwager en daarna was de je-weet-wel-kater dan ook vaak de klos om ‘geschoten’ te worden. Vele (vakantie)foto’s en jaren later en voorzien van een digitale camera, besloot ik na het zien van een klankbeeldpresentatie van Geurt, dat ik me verder wilde ontwikkelen in het fotograferen. Inmiddels ben ik een aantal cursussen en diverse fotoreizen verder. Geduld is een schone zaak, ben ik wel achter….. Maar de lat gaat hoger want er is nog genoeg uitdaging en met de camera de natuur in, geeft me heel veel energie. Net als de momenten waarop je wordt geraakt door bijzondere gebeurtenissen, zoals de huilende wolven in het Bayerischer Wald vorige winter of recent nog door het Noorderlicht op IJsland. .
Reisfotografie Otavalo
Otavalo, kleurrijke indianenmarkt Otavalo is een stad in het noorden van Ecuador. Ze dankt haar naam aan de Otavalieno indianenstam. Deze stam is er in geslaagd de eigen cultuur en identiteit te behouden in een moderne wereld. Veelal werken families in de textielnijverheid. Doordat ze die wisten te moderniseren is het een relatief rijke gemeenschap die over de hele wereld reist om de waren te verkopen. Maar ook in Otavalo zelf, dagelijks, op de markt. En dat geeft een vrolijk en kleurrijk straatbeeld, waar genoeg te halen valt voor de fotograaf ! Voor we bij de markt aankomen hebben we een busstop bij een winkeltje. Een oud gerimpeld vrouwtje loopt wat heen en weer op een terrein waar ook twee lama’s aan een halster aan de muur staan. Verderop waggelt er nog een eend rond en een puppy. Als er wat toeristen uit het winkeltje komen, gaat het vrouwtje aan het werk: voor wat geld kun je een foto maken terwijl ze de lama kust! En ik dacht vanaf een afstandje een leuk plaatje gemaakt te hebben…. Een beetje nerveus zijn we wel als we wat later de bus uitstappen en richting de dierenmarkt lopen. Die gaan we namelijk eerst bezoeken voordat we naar de gewone markt gaan. Wat zullen we
hier gaan aantreffen? We hebben ons er al op voorbereid dat we hier geen dieren kussende vrouwtjes zullen tegenkomen. Dat blijken we goed te hebben ingeschat. Varkens en biggetjes worden aan touwen onder luid protest voortgesleept richting het marktterrein. Dat marktterrein is een kaal stuk grond waar de mensen met hun dieren aan touwen in de brandende zon staan te wachten tot er een eventuele koper komt. Het is nogal een kabaal, wat geiten, een enkel schaap, maar voornamelijk varkens, biggen en koeien met kalveren. De biggen zorgen voor het meeste lawaai. De varkens zien er tenminste goed volgegeten uit, al zal dat in dit geval vast in hun nadeel zijn. Dat kunnen we helaas niet zeggen van de koeien, er zijn echt brandmagere exemplaren bij waarvan je de ribben kunt tellen. Gelaten staan ze met hun kalfjes naast zich aan het touw. Een van hen heeft de pech dat het halstertouw in zijn oog is getrokken waardoor het oog bloedt, de eigenaar heeft het niet door of wellicht wel gezien, maar bekommert zich er niet om. Een van de varkens wordt door een eigenaar een ‘voetje’ geholpen bij het naar binnen lopen van de laadbak. Kippen worden in een plastic zak verkocht, eentje heeft wat meer geluk en mag tijdens het vervoer in de draagdoek zitten op de rug van de eigenaar. We slaan de manier van verkopen even gade, want die is best bijzonder. De mensen staan op het terrein met de dieren aan een touw tot er iemand komt die interesse heeft, zoniet, dan gaan ze gewoon weer mee naar huis. Soms
komt er een bieder die wat zegt, er volgt wat ‘nee’ geknik van de verkoper, gevolgd door veel tumult van de bieder die het er blijkbaar niet mee eens is. De ander volhardt echter in het ‘nee’ knikken en de bieder loopt uiteindelijk weg. Er is geen woordenwisseling geweest. Langs de rand van het terrein zit de inheemse bevolking te eten onder een zeil. Een geroosterd varken vult de kraam, geserveerd met rijst vormt die de maaltijd voor in de ochtend. Een vrouw draagt voor deze gelegenheid een wollen Reebok muts. Een leuk portret van een inheemse in een gemoderniseerde wereld! In het gras zit een man driftig zijn verdiende geld te tellen. Na een ochtend dierentumult gaan we naar de markt in Otavalo centrum. En dat betekent voor de fotograaf: leef je uit met groente en fruit! En nog een hele hoop andere dingen: geweven tasjes en hoeden, kleden, sjaals, sieraden, beeldjes van lava en jade, houtsnijwerk, leder, schelpen, replica’s van archeologische vondsten en de mooiste kleding, handgemaakt
door de inheemse bevolking. Met prachtige motieven en kleuren! De handwerkartikelen zijn dankbare onderwerpen, waarmee je je volop kunt uitleven in kleuren, lijnen en structuren. Dat geldt natuurlijk ook voor de verschillende soorten groenten en fruit. Kratten vol limoenen, paprika’s, tomaten, gepelde rode uien, pepers, kleine banaantjes (1 dollar per tros), en onbekende fruitsoorten. En wat ook handig is bij deze onderwerpen: ze duiken of draaien niet weg! Dat is anders bij de mensen, vooral de ouderen hebben er moeite mee om constant het mikpunt te zijn van de fotograaf. Ik kan me er iets bij voorstellen, sommige oudjes hebben zo’n prachtig karakteristiek hoofd, het kan niet anders dan dat zij voortdurend door de lenzen worden belaagd. Ook moeders met schattige kindjes op hun rug draaien de kleintjes van de camera weg als ze in de gaten hebben dat ze worden gefotografeerd. Het is een beetje aftasten of vriendelijk knikkend vragen of het is toegestaan.
Of gewoon snel en ongemerkt je foto maken en doorlopen (de tip van de gids).
dat tenslotte ‘fotomodel’, voor hen is het een bestaan.
Bij een kraam met truien pas ik een handgemaakt exemplaar van lamawol. Geen S meer helaas, een M proberen. Hij valt wat groot. De mouwen zijn te lang, mijn handen zijn niet meer zichtbaar en de schouders hangen tot halverwege mijn bovenarmen. Een schattig kindje van een jaar of vier staat ook in de kraam. De vrouw bekijkt mij in de trui en roept verrukt “good, good!” “No no”, probeer ik in gebrekkig spaans, “grande, más bajo?” We kunnen er allebei wel om lachen, ze zou me nog een XXL aanpraten als ze niets anders had. “Photo! Photo!” Roept het kleine meisje in de kraam en wijst naar mijn camera. Wat leuk, denk ik, ze wil vast op de display het plaatje zien. Ik maak een portretje van haar en wil het laten zien. “One dollar!” roept ze en ze houdt haar handje al op. De foto interesseert haar in het geheel niet. Dat gaat me toch iets te ver. Wat teleurgesteld loop ik door.
Wil je wat kopen, dan komt het erop aan af te dingen. Het wordt ons door de gids ook zeer op het hart gedrukt, 30% is heel normaal. Doen we dat niet, verklaart hij, dan is dat niet goed voor de economie en de prijzen van andere producten. En daar zijn de arme mensen niet mee geholpen. En hijzelf uiteraard ook niet bedenk ik me, vooral als hij later een in onze ogen wel zeer riante fooi van de groep in ontvangst neemt. Daarvan gaat vast geen 30% naar de armen. De bedelende man zonder benen die ik heb gezien zou het harder nodig hebben gehad.
Toch zie je dit wel gebeuren, fotografen die geld geven aan kinderen of ouderen om ze te kunnen positioneren zoals ze willen voor de ideale plaat. Tja, in de moderne wereld heet
Mooi licht is hier helaas niet vaak gegeven. Het licht is hard overdag. Veel mensen dragen een hoofddeksel tegen de warmte, wat het fotograferen ook lastig maakt: een donkere schaduw valt over het gezicht. Hoge contrasten met de door de zon verlichte delen zijn het gevolg. Een zwaar statief kun je wel thuislaten. Je hebt nu eenmaal geen tijd om rustig compositie te maken in deze chaos, het is klikken en doorlopen! Eigenlijk is deze vorm van reisfotografie meer ‘kiekjes maken’ dan fotograferen, snel reageren en al lopende de leuke momenten op de plaat zetten. Gelukkig hoeven we niet zo ver te reizen om een markt te bezoeken. In elk vakantieland zijn er wel kleurrijke markten met hun eigen producten. En blijven we dit jaar in Nederland, geen nood, ook ons eigen land is van alle markten thuis!
Herfst in Noorwegen
W
isselend licht in Noorwegen
Hoe vaak ik in Noorwegen ben geweest? Er is een klik met het land ontstaan waardoor ik er iedere keer weer terugkom. In het voorjaar, de zomer en de herfst waarbij de herfst wel iets heel bijzonders heeft. In het voorjaar zoek ik graag de fjorden en de kust op voor o.a. de zeevogels die aan het broeden zijn. De smeltende sneeuw en de gletsjers zorgen in deze periode voor krachtige watervallen. In de herfst kom ik graag in de drie nationale parken Rondane, Jotunheimen en Dovrefjell. Rondane werd het eerste Nationale Park in Noorwegen vanwege haar schoonheid. Het ligt 250 km. ten noorden van Oslo. De hoogste bergen reiken tot zo’n 2000 meter. Op de lagere delen zijn wel naaldbossen en berkenbossen te vinden, hogerop komen we boven de boomgrens en groeien er alleen nog maar mossen en struiken als bosbessen en dwergberk. Maar die lenen zich uitstekend als macro-onderwerp. Met zo’n macro-opname kan ik zomaar een uur bezig zijn, het kost echt tijd om een goede compositie te maken waarbij alles klopt. Vaak zie ik macro-opnamen waarbij er een gevoel ontstaat van ‘mooi, maar jammer dat….’, dan is het onderwerp net niet scherp genoeg, of de achtergrond speelt net teveel mee. Dat is zonde, de tijd nemen om goed te kijken is vaak de oplossing. Ik gebruik hier een statief voor zonder middenzuil zodat ik laag bij de grond kan voor het kleine spul, en een 100 mm macrolens. Het nationaal park Jotunheimen is het meest bergachtige deel van Noorwegen, met wel tweehonderd bergtoppen tot ruim 2400 meter en veel gletsjers. Vandaar de naam, want Jotunheimen betekent letterlijk ‘Huis der Reuzen’. Er zijn
ook veel watervallen, en zo’n waterval is natuurlijk een dankbaar onderwerp om te fotograferen. Voor dit doel heb ik een grijsfilter meegenomen dat 6 stops licht tegenhoudt. Daar kun je creatieve dingen mee doen omdat je hiermee lange sluitertijden kunt creëren. Met een sluitertijd van een halve minuut wordt het water een bijna melkachtige massa. Een goed stevig statief is belangrijk en
uiteindelijk om hem met de 180 mm macro te fotograferen.
je zult merken dat het scherpstellen met zo’n filter lastig is omdat je bijna niets meer ziet. Dat doe je dan voordat je het filter erop schroeft.
men van zo’n twaalf dieren, dus weet waar ze zich momenteel ophouden. Het is een prachtig beest met een enorme kop en prachtige hoorns. Lars vertelt me dat het raadzaam is altijd op zo’n 150 meter afstand te blijven van deze dieren en te-
Op de met mos begroeide hellingen naast de waterval zie ik ineens iets bruinzwarts wegschieten en tussen de spleten van een paar rotsblokken verdwijnen. Even later komt het diertje weer tevoorschijn. Het blijkt een lemming te zijn. Hij is druk bezig met voedsel zoeken. En hij blijkt niet de enige te zijn. Inmiddels zie ik er al drie op de helling rond lopen. Lemmingen zijn erg klein, iets groter dan een hamster, om het dier in beeld te brengen moet je dus zelfs met een telelens aardig dichtbij zien te komen. Schuifelend op mijn buik, om het diertje op ooghoogte te kunnen fotograferen, kom ik beetje bij beetje wat dichterbij. Gelukkig hebben ze meer interesse in de mossen dan in mij en lukt
In Dovrefjell, één van de kleinste nationale parken van Noorwegen, ga ik op zoek naar de muskusossen. Lars, een behulpzame Noor die dit gebied als geen ander kent, heeft aangeboden met me mee te gaan. Hij is gisteren namelijk een kudde tegengeko-
gen de wind in te lopen. Ze zien niet zo heel goed, maar hebben daarentegen een zeer goed reukvermogen. Het is niet een zeer agressief dier, maar het is raadzaam om op je hoede te blijven, vertelt Lars, want er zijn in het verleden (zelfs dodelijke) ongelukken gebeurd met mensen die daar geen weet van hadden of het overdreven vonden. Bij gevaar zijn dit geen dieren die vluchten, bij gevaar vallen ze aan, waarbij ze een topsnelheid van 60 km. per uur kunnen halen en een kopstoot uitdelen aan hun rivaal. De volwassen muskusossen vormen bij gevaar een ondoordringbare kring om de kalveren heen, met de hoorns naar de buitenzijde. Dus als je dit gedrag ziet, dan ben je gewaarschuwd… Al snel hebben we de kudde gevonden en tegen de wind in stel ik me op gepaste afstand met de fotospullen op. De dieren liggen te slapen, af en toe tilt er één de kop op maar meer actie is er niet. Het is flink koud op deze hoogvlakte, het waait en het regent af en toe. Na twee uur wachten is er nog steeds weinig beweging in de dieren gekomen. Dat levert nu niet echt de beelden op waar ik op zit te wachten. Vanaf deze afstand kan ik ze in het landschap fotograferen, met de bergen op de achtergrond. Voor een beeldvullende plaat zouden ze dichterbij moeten komen. Na tweeëneenhalf uur wachten komen de die-
ren in beweging en kan ik ze in het landschap fotograferen. Een andere keer zie ik een mannetje muskusos alleen verderop langs de weg lopen. Ik besluit er met de auto heen te rijden om er zodoende wat dichter bij te kunnen komen voor een wat meer beeldvullende foto, of wellicht een portret. Met de auto in de buurt heb je wat bescherming. Het blijkt een flinke stier te zijn en hij is niet zo onder de indruk van mij of de auto. Het dier stapt rustig verder langs de weg. In zijn vacht, die uit haren bestaat van zo’n 70 cm. lang, hangen nog de kleine gekleurde blaadjes van de dwergberk. Lars vertelt later dat de dieren vaak langs de weg lopen omdat ze mineralen van het wegdek oplikken. Een mooie gelegenheid voor de fotograaf om er veilig vanuit de auto iets mee te doen! Dovrefjell heeft voor de fotograaf trouwens meer dan alleen de muskusossen als fotografisch onderwerp. De hoogste berg is de Snöhetta (2286 m) die zich bij helder weer uitstekend leent voor dit doel. Zeker met de muskusossen in het landschap op de voorgrond. Verder ligt er nog een kleine gletsjer op de berg die je met een dagwandeling kunt bereiken.
Naar Noorwegen reizen kan op vele manieren. Ik ga het liefst met eigen vervoer en de bootovertocht Kiel-Oslo. Kiel is vanuit Nederland goed te bereizen, in de middag vertrekt de boot om 14:00 uur. De volgende dag kom je uitgerust aan in Oslo rond 10:00 uur. Met mooi weer is het prachtig om het Oslo-fjord binnen te varen. Een voordeel is dat je al wat noordelijker Noorwegen binnen komt in vergelijking met Kristiansand dat wat meer zuidelijk ligt. Wil je verder naar het Noorden dan kun je gelijk de E6 nemen. Wat mij in Noorwegen met name trekt is het vrij kamperen. Heb je een mooie plek bij een meer gevonden, dan blijf je daar overnachten. In de schemer word je dan zomaar verrast door een voorbij zwemmende bever. Hoe noordelijker je komt hoe meer ruimte er voor vrij kamperen is. In de zomermaanden kan het op de mooie plekjes ook druk zijn. Veel campers zijn dan op zoek naar een leuke stek. Daarom kom ik er graag in september als op de hoogvlakten de herfst al is begonnen, lekker rustig en een prachtig gekleurde natuur! Wil je niet vrij kamperen dan zijn er campings genoeg of je huurt een typisch Noorse hytte. Ook voor wie op doorreis is, is dit reuze handig. Het zijn eenvoudige hutten, soms zonder stromend water (dat is dan nabij) maar wel met elektriciteit, verwarming en kookgelegenheid. Je vindt ze overal in Noorwegen. In de herfst 2013 gaan we weer een fotoreis maken naar Noorwegen, verderop lees je informatie over deze reis. Veel reis- en fotoplezier in de nationale parken van Noorwegen!
Herfstreis Noorwegen 2013 Noorwegen, eindeloze ruimte en indrukwekkende natuur... Noorwegen heeft op alle fronten wat te bieden: prachtige landschappen, de meest intense herfstkleuren, fantastische natuurdetails, adembenemende vergezichten… kortom: Een fantastische uitvalsbasis voor het organiseren van een fotoreis! We zijn er diverse malen geweest inmiddels, vooral in de herfstperiode omdat het daar dan gewoonweg fantastisch is, zeker voor de fotograaf! Door de grotere temperatuurverschillen zijn de herfstkleuren daar veel intenser dan wij ze hier in Nederland kennen. Een kleurenpracht die zijn weerga niet kent… Inmiddels weten we waar we in de verschillende Nationale Parken moeten zijn, elk park heeft zo zijn beste plekken! Veelal bezoeken we twee gebieden per dag om zo het ochtend- en het avondlicht mee te pakken. De mogelijkheden zijn divers; landschappen met eindeloze ruimte, zonsopkomsten en –ondergangen, macrofotografie, abstracte beelden en met wat geluk dieren, zoals de Muskusos. Voor een vos, rendier, eland of lemming hebben we wat meer geluk nodig. Download voor meer informatie de brochure op de website. Gegevens 15 t/m 23 september 2013 Prijs indicatie ongeveer € 1050,00 (nog niet alle prijzen zijn bekend (o.a. van de bootovertocht in 2013)) Groepsgrootte: max. aantal deelnemers: 12
Origineel Met het maken van een mooi en boeiend beeld ben je er nog niet. De nabewerking is een belangrijke schakel naar de juiste uitstraling. Er is veel mogelijk met Lightroom. In deze rubriek wordt een foto onder de loep genomen en bespreken we de bewerking.
20 februari 2012: Namaskard in IJsland. Het is bewolkt en het licht wordt nu snel minder. Het einde van de dag komt nabij. Het koelt verder af waardoor de stoom uit de mudpots beter zichtbaar wordt. In het landschap staan storende elementen zoals paaltjes met touwtjes. In de achtergrond staan nog wat fotografen van de groep waarmee we op reis zijn. In het dia-tijdperk hield je die krampachtig uit beeld. Door de stevige wind komt er een richting in het beeld dat op de grond wordt versterkt door een klein stroompje. Als ik het beeld maak bedenk ik me dat ik nog wat nabewerking moet doen om het beeld beter te maken. De paaltjes met touwtjes gaan eruit alsook sommige figuren op de achtergrond. De mensen in de achtergrond geven wel diepte in het beeld. Het beeld is gemaakt met de 5D mk 2, op 320 ISO en F18, met de 17-40 mm /F4 op 19 mm. Ik heb dan nog een belichtingstijd van 1/4 seconde. Uiteraard op statief.
en bewerkt Bij het laden van de beelden in Lightroom worden een aantal handelingen automatisch uitgevoerd. Zie een eerdere NFN. Duidelijk is dat er in het beeld teveel blauw zit. Met de pipet selecteer ik de witte sneeuw. Daarmee is de kleurentemperatuur voor mij bijna goed. Ik kijk of de camera profiel landscape (onder camera calibratie) verbetering geeft, en dat doet het. De kleuren worden nog iets intenser. Voor de belichting kies ik de automaat en stel deze naar eigen inzicht bij. Op de bovenkant van het beeld leg ik een verloopfilter want die mag wat donkerder worden. De belichting gaat daar iets naar beneden. Op de onderkant leg ik ook een verloopfilter. Bij deze schroef ik de belichting wat op als ook het contrast en de helderheid. Hierdoor ontstaat er een contrastrijke voorgrond met kleur (zie de instellingen in de figuur rechtsonder). Verder verzadig ik het beeld nog met oranje en geel en poets ik de stofdeeltjes van de sensor weg. De paaltjes met touwtjes verwijder ik in Photoshop CS5, alsook wat figuren in de achtergrond, op 1 na voor de diepte. Ik gebruik daarvoor het retoucheerpenseel waarbij de inhoud behouden moet blijven. Lightroom is daar niet goed in. Met het bewerkte TIF bestand uit Photoshop ga ik automatisch terug naar Lightroom waar het TIF bestand aan het RAW bestand wordt gekoppeld.
met Lightroom
Agenda Cursusplanning 2012: In het najaar start er een cursus Natuurfotografie als ook een cursus Lightroom. Meer Informatie op www.gemi.nu
Winterreis IJsland Zuidkust In voorbereiding
Juni 2013 Zuidelijk Namibië In voorbereiding.
Fotoreis Noorwegen herfst 15 t/m 23 september 2013
In de planning, Spitsbergen 2014
Kijk voor informatie op www.GeMi.nu