Naam van de schoolexterne interventie:………Time-out 1. Inhoud vd school-externe interventie 1 2 Algemeen kader : Ontstaansgeschiedenis
Visie
Brussel: Lange Time-out………………
In Vlaanderen waren er al verschillende time-outprojecten ontstaan eind jaren negentig en begin jaren 2000. In Brussel was er nog geen initiatief hiervoor genomen, al was er wel de vraag van scholen en CLB’s. In 2006 kreeg het Projectencentrum Don Bosco middelen van de VGC om ook een timeoutproject op te starten. In januari 2007 ging dan Time-out Brussel van start als een kleinschalig project met twee begeleiders. Er werd voor gekozen om met de beperkte middelen enkel lange trajecten aan te bieden binnen een groepswerking. De doelgroep voor deze lange trajecten bestond uit jongeren die moeilijkheden ervoeren op school. De nadruk lag op jongeren met zwaardere gedragsmoeilijkheden of een meer aanslepende problematiek. Maatschappelijke kwetsbaarheid Jongeren ontwikkelen normaliter doorheen hun socialisatie bindingen met de samenleving. Positieve bindingen weerhouden hen vaak van het stellen van probleemgedrag, gezien zij voldoende zelfvertrouwen hebben dat hen stimuleert tot inzet: ze voeren gevraagde schooltaken uit, respecteren regels en afspraken, enz. In het bindingsproces speelt de school een zeer belangrijke rol. Bij de jongeren binnen onze doelgroep bestaat vaak een gebrek aan deze positieve bindingen, waardoor zij meer en vaker probleemgedrag stellen en in een neerwaartse spiraal terecht komen. Het is ons doel om dit proces een halt toe te roepen en aan de hand van onderstaande principes deze bindingen opnieuw te versterken. Competentiegericht Het competentiemodel staat voor een positieve benadering van jongeren. Het aanleren van vaardigheden en het aanspreken op mogelijkheden/kwaliteiten en niet op problemen staat centraal. Hiermee verbonden is de grotere kans op succesbeleving van de jongeren. Contextgericht Het project houdt er rekening mee dat de jongere een context met zich meedraagt en in een netwerk
1 Met je focus duidelijk gericht op de schoolexterne interventie die hier wordt beschreven . 2 Graag een korte schets van de ontstaansgeschiedenis van je schoolexterne interventie, met je focus op de redenen waarom je precies met deze schoolexterne interventie bent gestart + vergeet ook niet te vermelden wanneer precies deze schoolexterne interventie van start is gegaan.
Belangrijke uitgangspunten
Doelstelling(en)
Doelgroep(en)
Actieradius
5
– Het bieden van een rustperiode voor de jongere en de school waarbij de verschillende partijen letterlijk afstand kunnen nemen van de moeilijkheden die zich voordoen. - Het vermijden van schooluitval en het re-integreren van de jongere in het onderwijs, bij voorkeur binnen de bestaande school en richting. - Het – in samenwerking met de scholen en de CLB’s – uitbouwen van een preventiebeleid over de aanpak van en het voorkomen van de problematiek ‘leerlingen met gedragsmoeilijkheden’ op school. - Jongeren uit het Nederlandstalig secundair onderwijs (ASO, TSO, BSO, KSO, BuSO, deeltijds onderwijs) in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die grote schoolse problemen ervaren en/of waarvan de schoolloopbaan op korte of lange termijn in het gedrang kan komen.
3
Duur van het traject
van relaties is verweven. Essentieel is dan ook de samenwerking met alle betrokken partijen binnen deze context. Met deze contextgerichte benadering trachten we de kans op slagen te verhogen. Maatwerk Elke jongere dient behandeld te worden als een individu met zijn eigenheid, interesses, noden en behoeftes binnen zijn eigen specifieke situatie. Dit vraagt dan ook een efficiënte, doelgerichte aanpak. Met de diversiteit aan werkvormen en omgangsvormen binnen ons aanbod trachten wij hieraan tegemoet te komen en zo op een veilige en respectvolle manier met de jongere aan de slag te gaan. - Groepsproces met de nodige aandacht voor individuele gesprekken - Duidelijke structuur met ruimte voor individuele werkdoelen (leerling per leerling) en voldoende tijd voor studie. - De band met de school blijft behouden al is het maar via de taken die meegegeven worden. - Nazorg met mogelijkheid tot kampen in de vakantieperiodes We onderscheiden drie grote doelstellingen die we trachten te bereiken in onze werking:
4
Time-out is een netoverschrijdend initiatief; alle jongeren van de verschillende netten komen in aanmerking om deel te nemen aan het project. Aanmeldingsprocedure: max. 2 weken Begeleiding: 3 weken Nazorg: individueel te bepalen Brussels Hoofdstedelijk Gewest (enkel leerlingen die ingeschreven zijn in een Nederlandstalige school)
3 Omschrijf je doelgroep zo concreet mogelijk, ook bijv. brede toegang of (eerder) beperkt tot bepaalde sector(en), …? Expliciete insluitings- en/of uitsluitingscriteria? 4 Van aanmelding tot afsluiting van het dossier
Gemiddeld aantal trajecten (expliciteer per kalenderjaar of per schooljaar en maak eventueel onderscheid tussen minimaal te behalen en effectief gerealiseerd)
Concrete invulling:
+/- 35 per schooljaar
Hoe wordt het traject met de jongere 6 concreet ingevuld?
Tijdens de lange time-out wordt er gewerkt met een vaste weekstructuur en verschillende weekthema’s. De vaste structuur ligt deels in het verlengde van de school. Er is daarnaast echter een brede waaier aan groepsactiviteiten die worden aangeboden waarbij het leren samenwerken, het aanwakkeren van motivatie en het opdoen van positieve ervaringen centraal staan. Vb. sport, koken, groepsgesprekken, atelierwerking, teambuilding, studie,… 7
Welke methodiek(en) gebruik je hierbij? Welke ingezette methodiek(en) zouden kunnen inspirerend zijn voor het onderwijs? Waarom?
Wordt er tijdens het traject samengewerkt met de context? Zo ja, met wie? Hoe? 8 Wanneer?
Wordt er tijdens het traject samengewerkt
Rondetafelgesprekken, ervaringsleren, rollenspelen, sova-training,… Het houden van klasgesprekken zonder dat een probleem de aanleiding is. Zo leren de jongeren naar elkaar luisteren, mensen laten uitspreken, eigen mening geven, … Dit kan gaan over de sfeer in de klas, lichte ergernissen of gewoon rond een thema dat de leerlingen interesseert. Hiermee starten in de eerste graad en er een gewoonte van maken zodat dit eigen wordt aan de hele school. Ouders: op gesprekken, telefonisch Leerlingbegeleiding: op gesprekken, telefonisch, mail Alle relevante partners die belangrijk zijn (need to know/ nice to know) om te betrekken bij de time-out worden aangesproken in overleg met de jongere. Onze vaste partners zijn het CLB, de school en de ouders. Andere samenwerkingsverbanden
5 Hiermee wordt het werkterrein bedoeld. Werk je bijvoorbeeld voor een ganse provincie of een deel ervan? Welk deel dan exact? Etc? 6 Bijvoorbeeld: Welke activiteit(en) bied je tijdens het traject aan? Atelierwerking?, werkplekleren?, coaching? … 7 Bijvoorbeeld methodiek van ronde tafel, van ‘actieve vorming’, van ervaringsleren, …? 8 Wordt er tijdens het traject van de jongere samengewerkt met de context? Zo ja, wie uit de context? Bijv. de ouders? Het gezin van de jongere? Ruimere context, …?. Zo ja, wanneer en hoe?
met andere organisaties/partners? Zo ja, met 9 wie? Hoe? Wanneer? Meet je op een bepaalde manier het resultaat 10 van je traject? Zo ja, wat precies? En hoe doe je dit concreet? 2. Proces vd schoolexterne interventie Proces van aanmelding Wie kan er aanmelden bij jouw schoolexterne tot afsluiting interventie? Wat gaat vooraf aan de aanmelding bij jouw 11 schoolexterne interventie? Hoe kan een aanmelding plaatsvinden?
12
Hoe verloopt de besluitvorming tot opstart 13 van het traject? Hoe wordt de effectieve start genomen?
14
Zijn er bepaalde noodzakelijke 15 administratieve formaliteiten? Is er regelmatige opvolging tijdens het traject. Zo ja, hoe verloopt dit? Met wie? Hoe gebeurt de afsluiting van het traject? Met wie? 16 Is er een evaluatie ? Zo ja, hoe verloopt dit?
worden ingevuld op maat (vb. huiswerkbegeleiding, vrije tijd, de jongerencoach van onze organisatie,…). Tevredenheidsmetingen bij CLB en scholen Evaluaties met de jongeren adhv een spel
Aanmeldingen kunnen enkel gebeuren door het CLB. Als andere organisaties/ personen een time-out zinvol achten, worden zij door ons aangeraden dit met het CLB te bespreken. We gaan ervan uit dat de school en het CLB al de nodige stappen gezet hebben (vb. gesprek met leerling en ouders, volgkaart, …) We vragen hiernaar op het aanmeldingsformulier. Een aanmelding gebeurt steeds schriftelijk via het standaard-aanmeldingsformulier. Scholen kunnen zich informeren, maar een concrete aanmelding gebeurt steeds via het CLB. Op de teamvergadering van Time-out wordt er beslist al dan niet een intake te organiseren op basis van de informatie in de aanmelding. Hierbij wordt er ook een minimale motivatie van de jongeren verwacht. De lange time-out heeft vaste startdata, gekend door scholen en CLB. Op de intake wordt dit gecommuniceerd naar de ouders en de jongere. Enkel een aanmeldingsformulier kan leiden tot een time-out. Ja, individuele gesprekken met de jongeren Telefonische contacten met de ouders en met de school Op de laatste dag van de time-out wordt er een leuke gezamenlijke activiteit gedaan met de hele groep. Het traject wordt afgesloten en geëvalueerd door middel van een eindgesprek op de school
9 Wordt er tijdens het traject samengewerkt met andere organisaties/partners? Dit kan zowel intern zijn, bijv. een aanbod dat binnen je organisatie aanwezig is, of extern, dit is dan buiten je eigen organisatie. Met leerplekken bijvoorbeeld? Met vrijwilligers? Etc. En/of werk je ook samen met interventies binnen onderwijs? Welke eventueel? 10 Maak je bijvoorbeeld gebruik van bepaalde vormen van kwalificering tijdens het traject met de jongere zoals EVC (Elders Verworven Competenties)? 11 Wat gebeurt er meestal concreet voor dat er een aanmelding wordt gedaan. Wie heeft bijv. welke stappen gezet? Of heb je er geen zicht op….? 12 Via meldpunt, schriftelijk (hoe dan concreet), telefonisch, … ? 13 Welke stappen worden allemaal genomen? Hoe loopt het besluitvormingsproces van aanmelding tot effectieve opstart? 14 Met effectieve start bedoelen we: de eerste dag dat de jongere effectief deelneemt aan de schoolexterne interventie. 15 Of nog, moeten bepaalde administratieve formaliteiten zijn vervuld opdat de jongere effectief kan starten? Zo ja, welke dan precies?
Met wie?
Wanneer exact?
In welke fase van de ‘probleemontwikkeling’ tav het schooltraject wordt je schoolexterne 17 interventie ingezet?
Na afsluiting?
Vinden er nog acties plaats na afsluiting van 18 het traject van de jongere? Bijv. Nazorg?
Andere?
Zijn er nog andere activiteiten die je tijdens of 19 na het traject doet? Zo ja, wat?
3. Structurele inbedding vd schoolexterne interventie 20 Wat is je organisatievorm? Hoe ziet de personeelsequipe eruit qua -statuut (professioneel/vrijwilligers)? -diploma(‘s)? -tewerkstellingsvolume?
Welke middelen worden ingezet?
21
waar alle relevante betrokkenen aanwezig zijn. Hier wordt teruggeblikt op het traject van de jongere en afspraken gemaakt voor de toekomst. Dit moment wordt reeds op de intake vastgelegd. Onze LTO is geschikt voor jongeren die keer op keer conflictsituaties tegenkomen op school en zich hierdoor in een aanhoudende neerwaartse spiraal bevinden. De jongeren dienen wel ingeschreven te zijn in een school. De school is bereid de jongere terug op te nemen en mee te zoeken naar de manier waarop dit het best kan gebeuren. Nazorg wordt aangeboden. De jongeren en de school worden sowieso na drie weken gecontacteerd. Dit kan leiden tot een afspraak op time-out of elders. Verder kunnen jongeren steeds langskomen als ze dit wensen. Tevens organiseren we elk jaar een zomerkamp voor de jongeren die dit willen. Afhankelijk van wat er naar boven komt, worden jongeren soms toegeleid naar een CAW, huiswerkbegeleiding, invulling van de vrije tijd, therapie,… Dit uiteraard in samenspraak met de ouders en/ of het CLB. Time-out wordt soms ook gebruikt als observatieperiode om bepaalde vermoedens te bevestigen of net niet.
Time-out Brussel is een onderdeel van het Projectencentrum Don Bosco vzw. (alle onderstaande informatie betreft KTO en LTO samen) Maarten Van Camp – coördinator (FTE ): A1 maatschappelijk werk Evi Cornelis – begeleider (FTE): Master in de klinische psychologie Johan Demyttenaere – begeleider (FTE): A1 sociaal-cultureel werk Kelly Sablon – begeleider (FTE): Master in de klinische psychologie Anne-Marie Colaes – ondersteuning (FTE): Licentiaat in de klinische psychologie - VGC: staat in voor het grootste deel van de middelen
16 Met evaluatie bedoelen we: wordt er op een gegeven moment teruggeblikt op het traject van de jongere? Stilgestaan bij de vraag hoe één en ander is gelopen? Edm. 17 Dit kan gaan van jongeren die niet meer op school zitten tot zij die er nog dagdagelijks zijn. Of nog: binnen welke radius tussen ‘het loopt prima op school’ en ‘de jongere heeft geen school/is uitgesloten van de school’ situeert jouw schoolexterne interventie zich? 18 Hoe wordt dit dan ingevuld? Intern? Extern? …? Hoe verloopt dit? 19 Bijvoorbeeld informatie/advies? Toeleiden naar hulpverlening tijdens het traject van schoolexterne interventie? Nog andere? 20 Staat bijv. je interventie op zich of maakt het deel uit van een groter geheel (organogram toevoegen)? of nog anders…? 21 Denk hierbij zowel aan personele, werkings- als eventuele andere middelen. Is dit eigen financiering vanuit de organisatie? Externe financiering? Vrijwilligers? Combinatie? … Vergeet zeker ook niet eventuele ‘indirecte financiering’ te vermelden.
- Project Preventie Schoolverzuim (PPS) van de gemeente - Vlaamse Overheid: departement Onderwijs: subsidie voor 4 LTO’s en 15 KTO’s - Fonds Amélie Davignon Welke financieringslogica wordt gehanteerd, bijv. per dossier, voor de algemene werking,…? Wat is/zijn je financieringsbron(nen)? Over welke periode(n) loopt de financiering? Reguliere financiering: sinds wanneer? Projectfinanciering: duur vd financiering?
VGC: enveloppensubsidie Vlaamse Overheid: per dossier Zie hierboven - VGC: reguliere financiering sinds januari 2012 - PPS: projectfinanciering, telkens voor 1 schooljaar - Vlaamse Overheid: projectfinanciering voor 3 jaar - Fonds Amélie Davignon: projectfinanciering voor 3 jaar
Welk(e) bedrag(en)? Wie stuurt de ontwikkeling van je aanbod 22 concreet inhoudelijk aan?
4. Knelpunten?
5. Administratieve gegevens vd schoolexterne interventie
Aan welke overlegorganen in het kader van je schoolexterne interventie participeer je? Ervaar je bepaalde belangrijke knelpunten in verband met je schoolexterne interventie? Zo ja, beschrijf ze kort.
Contactperso(o)n(en)? Contactgegevens?
De staf van onze eigen organisatie realiseert mee de ontwikkelingen van Time-out, mede door input van de coördinator van Time-out. Verder is er ook een stuurgroep met vertegenwoordigers van de verschillende scholen en CLB’s die mee sturen. Daarnaast heeft ook het team van time-out inspraak. TOOP (Time-Out Overleg Platform), Stuurgroep Leerrecht, rondetafel Brusselkenners (Integrale Jeugdhulp) - Geco in Brussel: we kunnen enkele mensen aanwerven in een geco-statuut, wat financieel voordelig is voor de organisatie, maar deze profielen zijn zeer moeilijk te vinden. Zeker in Brussel is dit extra moeilijk omwille van de taal. - De financiering evolueert niet mee. Alles wordt duurder maar onze werkingsmiddelen blijven hetzelfde. Maarten Van Camp Time-out Brussel Leopold II Laan 197 – 1080 Sint-Jans-Molenbeek 02/411.72.150
[email protected]
22 Of nog anders gezegd: wie beslist hoe je schoolexterne interventie concreet wordt ingevuld? Zich verder ontwikkelt? Is dit je eigen organisatie? Een samenwerking tussen organisaties? Een stuurgroep? Nog andere? Combinatie? ….