Leerlingbegeleiding en -ondersteuning Prinses Margrietschool Nieuwegein
Prinses Margrietschool Nieuwegein Schooljaar 2015-2016
Inhoud: 1. Inleiding a. Visie b. Onderwijs op maat en leerstofaanbod 2. Het volgen van de ontwikkeling van leerlingen op onze school. a. Leerlingvolgsysteem en toetskalender b. Rapporteren en verslaglegging 3. Wat we met de gegevens doen. 4. Ondersteuning van de leerlingen 5. Systematisch werken en bespreken 6. Taken en verantwoordelijkheden 7. Speciale procedures en afspraken
1. Inleiding “Hoe gaat het met mijn kind? Voelt hij zich fijn in de groep? Heeft zij vriendjes? En kan ze meekomen? En als het niet goed gaat, wie merkt dat?” Met andere woorden: Hoe volgt de school de ontwikkeling van kinderen en hoe gaat de ‘Prinses Margrietschool’ om met kinderen die problemen hebben met leren of problemen hebben op het sociaal emotionele vlak? Hoe worden deze leerlingen begeleid en ondersteund? A. Visie Onze leerlingen hebben recht op goed onderwijs, dat past bij hun ontwikkeling. Sommige kinderen hebben een (leer)achterstand, anderen een voorsprong en er zijn leerlingen met sociaal-emotionele en/of gedragsproblemen. Daarnaast hebben we ook te maken met specifieke ‘problemen’, waar we rekening mee moeten houden in ons aanbod. We volgen de ontwikkeling van kinderen door het afnemen van methodegebonden en methodeonafhankelijke toetsen (de zogenaamde CITO toetsen). Uit de analyse van deze gegevens blijkt welke extra ondersteuning geboden moet worden. Vervolgens maakt de leerkracht hiervoor een individueel- of groepshandelingsplan. De leerlingbegeleiding en -ondersteuning op onze school vraagt om duidelijke afspraken over het volgen, begeleiden en ondersteunen van leerlingen en wie welke taken/verantwoordelijkheden daarbij heeft. In deze notitie wordt uitgelegd op welke wijze we dit doen.
2
B. Onderwijs op maat en leerstofaanbod We bieden onderwijs op maat. Dat betekent maatwerk in de groep. Voor ieder vakgebied zijn de leerlijnen en (tussen)doelen van de methode uitgangspunt voor ons handelen. We gaan bij ons leerstofaanbod uit van: Basisaanbod: De leerlingen volgen de methode. De doelen/aanpak gelden voor de hele groep (enkele leerlingen uitgezonderd). Instructie is voor de hele groep. Voor zover deze leerlingen extra aandacht nodig hebben, worden de aanwijzingen uit de methode gevolgd. Extra aanpassingen zijn over het algemeen beperkt.
Intensief aanbod: Deze leerlingen volgen de methode en doen mee met de instructie. Ze hebben daarnaast extra (verlengde) instructie/ondersteuning nodig om doelen te halen. Dit wordt veelal gegeven aan de instructietafel. De extra/verlengde instructie wordt vaak gevolgd door begeleide inoefening. Voor de ‘zwakste’ kinderen van deze groep is extra extra instructie. * Soms is een intensief aanbod ontoereikend om de doelen te halen. We willen deze kinderen zo lang mogelijk bij de groep houden en een verantwoord aanbod bieden. Toch kan het voorkomen dat een leerling, ondanks de (extra) extra instructie en begeleiding, in ontwikkeling achter blijft of de achterstand groter wordt. De leerling zal dan waarschijnlijk de einddoelen van groep 8 niet halen en mogelijk uitstromen naar het VMBO met leerwegondersteuning of praktijkonderwijs. We maken dan een eigen leerlijn voor dit kind. Dit wordt altijd afgestemd met leerkracht, leerling, ouders en IB-er, die samen de leerlijn opstellen en gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het nakomen van de gemaakte afspraken en uitvoeren van het beschreven aanbod om de vastgestelde doelen te realiseren. Voor leerlingen die naast de ondersteuning vanuit school ook begeleiding krijgen vanuit het samenwerkingsverband en/of speciaal onderwijs krijgen, wordt een ontwikkelingsperspectief geschreven.
Top aanbod: Deze leerlingen hebben weinig instructie nodig. Zij krijgen leer- en oefenstof op een moeilijker niveau, zodat ze uitgedaagd blijven. Vaak is er sprake van ‘compacten en verrijken’ van de aangeboden lesstof en bijbehorende doelen. *Soms is het topaanbod ontoereikend om aan de onderwijsbehoefte te voldoen. De leerling heeft meer uitdaging nodig en leerstof op een hoger niveau. In overleg met de intern begeleider wordt een passend aanbod beschreven. Deze leerling komt ook in aanmerking voor de verrijkingsgroep.
*
* Intensief aanbod:
Top aanbod:
extra instructie/
Verrijking verdieping
begeleide inoefening
Basisaanbod: doelen en aanpak voor de hele groep
3
2. Het volgen van de ontwikkeling van leerlingen op onze school. A. Leerlingvolgsysteem en toetskalender We volgen de ontwikkeling van onze leerlingen op verschillende manieren. In onderstaande paragrafen wordt beschreven op welke manier de ontwikkeling wordt gevolgd. Groep 1 en 2 A. Observeren Bij onze observaties letten we op o.a. sociaal-emotionele ontwikkeling, taal-/rekenontwikkeling en motorische-/ zintuigelijke ontwikkeling. Bijzonderheden noteren we in de klassenmap en/of in het “KIJK-dagboek” en/of in ons leerlingvolgsysteem (LVS) Parnassys. B. KIJK Op onze school maken we gebruik van het (digitale) kleuterobservatie- en registratiesysteem “KIJK”. Hierin registreren we de ontwikkeling van de leerlingen op alle ontwikkelingsgebieden. We hanteren de volgende planning: e o November: 1 registratiemoment KIJK voor alle kleuters van 4 jaar en 6 maanden en ouder. e o April/mei: 2 registratiemoment KIJK voor alle kleuters waarvan al eerder een registratie is gemaakt en/of die voor de kerstvakantie op school zaten. Leerkrachten die samen een groep hebben, verdelen het aantal in te vullen registraties voor leerlingen n.a.v. hun 1 WTF . 2
C. CITO LOVS In de kleutergroepen nemen we max. 2x per jaar een CITO LOVS toets af, nl. rekenen voor kleuters (RVK) en taal voor kleuters (TVK). Januari: M2 (voor de groep 2 leerlingen) Eind mei/begin juni: E1 (voor kinderen in groep 1 waarvan de leerkracht voornemens is ze volgend jaar in groep 2 in te delen) en E2 (voor de andere kleuters). Groepen 3 t/m 8 A. Observeren Bij onze observaties letten we op o.a. sociaal-emotionele ontwikkeling, taal-/rekenontwikkeling en motorische-/ zintuigelijke ontwikkeling. Bijzonderheden noteren we in de klassenmap en/of in ons LVS Parnassys. B. Methodegebonden toetsen We nemen de methodegebonden toetsen af voor rekenen, taal, spelling, lezen, Engels en wereldoriëntatie. We registreren de scores in Parnassys. Voor sommige vakken maken we daarnaast ook gebruik van het bij de methode behorende registratiesysteem om de opbrengsten te analyseren. C. CITO LOVS We nemen de volgende CITO LOVS toetsen af op de volgende momenten: Rekenen – Wiskunde DMT en AVI Begrijpend lezen Spelling Studievaardigheden
Januari M3 – M8 M3 – M8 M4 – M8 M3 – M8
Juni E3 – E7 E3 – E7 E4 E3 – E7 E5 – E7
Voor technisch lezen hebben we een aparte toetskalender gemaakt, ook met de methodegebonden toetsmomenten. Daarnaast nemen we de entreetoets in groep 7 af (mei/juni) en de centrale eindtoets in groep 8 (april) In 2014-2015 zijn we gestart met afnemen van de nieuwe generatie CITO toetsen (3.0) in de groepen 3 en 4, dit doen we gefaseerd. In schooljaar 2015-2016 zullen de nieuwe generatie CITO toetsen (3.0) ook in de groepen 5 afgenomen worden.
1 2
WTF = Werktijdfactor LOVS = Leerling- en Onderwijs Volg Systeem 4
D. KanVas/sociogram Alle leerkrachten van groep 3 t/m 8 vullen minimaal 1x per jaar, namelijk in oktober/november, voor alle leerlingen de leerkrachtvragenlijst in van KanVas (ons volgsysteem voor de sociaal emotionele ontwikkeling van leerlingen, behorend bij de Kanjertraining). De leerlingen van de groepen 5-8 vullen de leerlingvragenlijst in. Daarnaast wordt ook in deze periode van deze groepen een sociogram gemaakt. De gegevens worden geanalyseerd en worden omgezet in onderwijsbehoeftes die in de bestaande groepsplannen worden verwerkt. Opvallende scores worden altijd besproken met ouders (vooraf met de intern begeleider). In overleg met de intern begeleider en ouders kunnen kinderen voor SOVA training worden opgegeven. Voor kinderen met opvallende/afwijkende scores, wordt in maart/april opnieuw een leerkracht- en leerlingvragenlijst ingevuld. De gegevens worden met elkaar vergeleken en de onderwijsbehoeftes worden indien nodig bijgesteld. B. Rapporteren en verslaglegging Intern: De ontwikkeling van de kinderen op onze school beschrijven we in notities in ons LVS Parnassys. Enkele notities zijn ook in te zien in het ouderportaal en ouders hebben de mogelijkheid hierop te reageren. De volgende notities worden intern gebruikt en worden niet gepubliceerd in het ouderportaal: AI
Administratie inschrijving Hierin staan administratieve gegevens m.b.t. inschrijving.
OB
Onderwijsbehoeften Hierin worden de onderwijsbehoeftes, belemmerende en stimulerende factoren van elke leerling weergegeven. Deze notitie wordt ook gebruikt als overdrachtsdocument. Deze notitie is zichtbaar op de groepskaart.
OBS-IV
Observatie/intern verslag Wordt gebruikt om bevindingen van observaties of intern onderzoek weer te geven. Ook kunnen hier e interne notities (bijv. 1 keer wennen) genoteerd worden. Deze notitie is zichtbaar op de groepskaart.
St2/3
Stappenplan doublure 2-3 en beslisboom Wordt gebruikt wanneer er in de kleutergroep sprake is van een (mogelijke) doublure of verlengde kleuterperiode.
St3/8
Stappenplan doublure 3-8 Wordt gebruikt wanneer er in groep 3 t/m 8 sprake is van een (mogelijke) doublure.
DM-INC
Disciplinaire maatregelen – incidentenregistratie Als er sprake is van grensoverschrijdend gedrag van een leerling of er wordt melding gemaakt van een incident m.b.t. sociale veiligheid (pesten/fysiek of verbaal geweld), dan wordt dit beschreven in een notitie. Hierin worden ook de afspraken/consequenties vastgelegd. In uitzonderlijke situaties kan een disciplinaire maatregel volgen. Ook dat wordt in deze notitie beschreven.
De volgende notities worden gebruikt voor de verslaglegging van gesprekken met ouders/leerlingen en zijn door ouders in te zien in het ouderportaal. Het is de bedoeling dat de gespreksleider van school ouders erop wijst dat het gespreksverslag gepubliceerd wordt op het ouderportaal. Ouders kunnen binnen 1 week reageren op de inhoud. Daarna gaan we ervan uit dat ouders akkoord zijn met inhoud. OC
Oudercontact Wordt gebruikt voor de verslaglegging van alle gesprekken/contacten met ouders, zoals kennismakingsgesprek, voortgangsgesprek en 10 minutengesprek.
BSG
Bijspijkergroep In deze notitie wordt beschreven aan welke doelen/onderwerpen er tijdens een bepaalde periode gewerkt wordt in het bijspijkergroepje. Ouders kunnen dit ook zien en op die manier weten waar hun kind extra mee wordt geholpen, zodat er ook thuis geoefend kan worden.
5
De volgende notities worden intern door de Intern begeleider gebruikt. GB
GBK
Groepsbespreking (groepsnotitie) De intern begeleider voert minimaal 2 keer in het schooljaar een groepsbespreking met de leerkracht. In deze notitie wordt beschreven wat aan de orde is gekomen tijdens deze bespreking. Deze notitie is zichtbaar op de groepskaart. Groepsbespreking kleutergroepen (groepsnotitie) De intern begeleider voert minimaal 2 keer in het schooljaar een groepsbespreking met de leerkracht. In deze notitie wordt beschreven wat aan de orde is gekomen tijdens deze bespreking. Deze notitie is zichtbaar op de groepskaart.
Extern: Gespreksverslagen van gesprekken met ouders en intern Begeleider of directeur (met/zonder leerkracht), zie hierboven. Cijfers en toetsgegevens zijn in ouderportaal in te zien door ouders. Rapporten, ook in ouderportaal zichtbaar. De school gaat met informatie over leerlingen om volgens de wet bescherming persoonsgegevens.
6
3. Wat we met de gegevens doen Op vaste momenten in het schooljaar bepalen we de ondersteuningsbehoefte op groeps- en individueel niveau. Deze momenten zijn: o September: op basis van de analyse n.a.v. de resultaten van de Cito LOVS E(ind) gegevens vorig schooljaar (in overleg met en n.a.v. overdracht leerkracht vorig schooljaar), de evaluatie van handelingsplannen en n.a.v. doelstellingengesprek brengen we de groep in kaart en beschrijven we in individuele en/of groepshandelingsplannen de ondersteuningsbehoefte op verschillende vakgebieden voor de periode sept. – feb. o November: op basis van ontwikkeling, observatie en resultaten methodegebonden toetsen worden handelingsplannen aangepast en bijgesteld. o Februari: de handelingsplannen worden geëvalueerd. Op basis van de analyse n.a.v. de resultaten van de Cito LOVS M(idden) gegevens, de evaluatie van handelingsplannen en n.a.v. doelstellingengesprek brengen we de groep opnieuw in kaart en beschrijven we in individuele en/of groepshandelingsplannen de ondersteuningsbehoefte op verschillende vakgebieden voor de periode maart – juni, o April: tussentijds evalueren o Juni: handelingsplannen evalueren en afsluiten. Waarnemen: Groep in kaart brengen (nav evaluaties, (nieuwe) leerlingen toetsgegevens en observaties)
Begrijpen: (Tussentijds) Evalueren en bijstellen
N.a.v. analyse de onderwijsbehoefte van deze kinderen clusteren
Realiseren: Aan de slag, uitvoeren plan, observeren, registreren
Plannen: Opstellen van (groeps)plan
Afspraken en werkwijze m.b.t. handelingsplannen: De leerkracht is verantwoordelijk voor en maakt de handelingsplannen. De intern begeleider controleert de inhoud en bespreekt evt. aanpassingen Clusteren van leerlingen We brengen de groep in kaart, waarbij we indelen in 3 niveaus met de volgende richtlijnen: Leerlingen die op de Cito toets een V scoren en/of op de methode gebonden toetsen gemiddeld <6 scoren, volgen het intensieve arrangement (extra instructie, meer inoefening) Leerlingen die op de Cito toets een I scoren en op de methode gebonden toetsen gemiddeld >8 scoren, volgen het top arrangement (compacten en verrijken) Leerlingen die op zowel de Cito als de methode gebonden toetsen gemiddeld scoren, volgen het basisarrangement. We doen dit voor de vakken: o Technisch lezen (groep 3 t/m 8) o Spelling (groep 4 t/m 8) o Begrijpend lezen (groep 4 t/m 8) o Rekenen (groep 3 t/m 8) Bij de kleuters doen we dit op vergelijkbare wijze en bepalen we de ondersteuningsbehoefte voor taal en rekenen.
7
4. Ondersteuning van de leerlingen Leerlingen kunnen op verschillende wijze (extra) ondersteuning of begeleiding krijgen: A. Interne ondersteuning m.b.t. cognitieve ontwikkeling B. Interne ondersteuning m.b.t. sociaal emotionele ontwikkeling C. Onderwijsarrangementen D. Externe ondersteuning A. Interne ondersteuning m.b.t. cognitieve ontwikkeling In iedere groep kijken we wat kinderen nodig hebben en van ons vragen. We beschrijven de volgende behoeften: Kinderen die vragen om ontwikkelend onderwijs (basisbehoefte) Het grootste deel van de kinderen in de groep, vraagt om ontwikkelend onderwijs. Het zijn de kinderen die op, net onder of iets boven het gemiddelde niveau van de groep zitten en op de CITO toetsen over het algemeen een niveau IV, III of II scoren en op de methode gebonden toetsen gemiddeld tussen de 6 en 8 scoren. Deze kinderen beheersen (bijna) de aangeboden basisstof. Zij krijgen een basisaanbod van de leerkracht; zullen de opzet van de methode volgen, en kunnen daarnaast extra’s (niet van hetzelfde, maar een stapje moeilijker) doen (o.a. verrijkingsstof) of extra begeleiding/ondersteuning krijgen voor onderdelen die ze nog moeilijk vinden. Het aanbod vanuit tussendoelen voor deze leerlingen staat beschreven in de leerlijnen en methoden die we voor het betreffende leerjaar gebruiken. De leerkracht werkt dit uit in: - themaplanningen (voor de kleuters, zie registratie jaarplanning Kleuterplein) - dagplanningen (zie klassenmap leerkracht) We clusteren deze leerlingen in een basis groepsplan. We vermelden alleen welke aanpassingen we in ons aanbod doen voor deze groep kinderen. Ook als er n.a.v. methodegebonden toetsen en/of observaties aanpassingen komen in het aanbod voor de betreffende leerling, dan vermelden we dit bij ‘uitvoering’ in ons handelingsplan. Als tussentijds blijkt dat een kind toch beter af is met intensieve begeleiding of een top-aanbod, wordt dit aangepast. Kinderen die vragen om sturend onderwijs (intensieve begeleiding/ondersteuning) Kinderen die de basisstof moeilijk vinden (lln. met CITO niveau V en/of op de methode gebonden toetsen gemiddeld <6 scoren) hebben sturend onderwijs nodig. Dit betekent dat zij behoefte hebben aan intensieve begeleiding/ondersteuning van de leerkracht: een duidelijke stapsgewijze structurering van opdrachten, planmatigheid, visualiseringen en soms minimumprogramma’s. Voor deze leerlingen wordt een groepshandelingsplan gemaakt op basis van toetsgegevens, analyse en diagnose. Concrete uitwerkingen kunnen zijn: - extra instructie aan de instructietafel en extra oefenstof gedurende de week - werken met remediërend programma op computer - werken met speciale pakketten of een aangepast programma (aangepaste doelen) - werken met een minimumprogramma voor het vakgebied of een individuele leerlijn De extra hulp en begeleiding vindt in principe plaats in de klas onder begeleiding van de leerkracht. Daarnaast kunnen deze leerlingen evt. in aanmerking komen voor remedial teaching buiten de groep. Tijdens de groepsbespreking en/of leerling-bespreking met intern begeleider wordt besproken hoe de extra hulp en begeleiding het beste gestalte kan krijgen. Evt. wordt dit tijdens een leerling-bespreking of bouwoverleg aan de orde gesteld. Kinderen die vragen om ontdekkend onderwijs (top-aanbod voor kinderen met een voorsprong) Kinderen die de basisstof makkelijk beheersen, toetsen foutloos maken (veelal leerlingen met CITO I score, en op de methode gebonden toetsen gemiddeld >8 scoren), doen beperkt mee met het weekprogramma (volgens de methode; compacten) dat het grootste deel van de klas volgt. Deze kinderen willen we een zgn. ‘topaanbod’ aanbieden, waarin ze zelfontdekkend vaardigheden leren en opdrachten hierover uitwerken. Kinderen worden extra uitgedaagd, maar er worden wel duidelijke verwachtingen uitgesproken en eisen gesteld. Dit doen we met behulp van aanvullende en/of speciale materialen/lesstof. De leerkracht stelt het programma vast en evalueert met de kinderen. Vanaf de middenbouw kunnen kinderen ook in aanmerking komen voor de verrijkingsgroep (zie onderwijsarrangementen). Kinderen die vragen om kindgericht onderwijs (specifiek aanbod/ondersteuning) Alle leerlingen die korte of lange tijd specifieke aandacht nodig hebben, bieden we zogenaamd kindgericht onderwijs. Denk hierbij aan leerlingen in een problematisch thuissituatie, ADHD, dyslexie, een leerachterstand van 10 maanden of meer of leerlingen met een arrangement die hulp krijgen vanuit het s.o./s.b.o. (voorheen LGF: leerling gebonden financiering). Het onderwijsaanbod en pedagogisch handelen wordt kindgericht aangepast. Het is belangrijk te observeren hoe het kind zich gedraagt en op grond hiervan te bepalen hoe de leerkracht het best kan handelen, gericht op het kind. Bij kinderen die vragen om kindgericht onderwijs wordt overlegd met de Intern Begeleider en gezamenlijk een plan van aanpak vastgesteld. In de dagplanningen wordt aangegeven welke extra ondersteuning aan welke leerlingen wordt aangeboden.
8
B. Interne ondersteuning m.b.t. sociaal-emotionele ontwikkeling Als Kanjerschool geven we minimaal 1x per week Kanjertraining. In allerlei situaties bespreken we de uitgangspunten van de Kanjertraining. We leren kinderen sociale vaardigheden en hoe ze elkaar kunnen vertrouwen en helpen. Als ons bijzonderheden opvallen m.b.t. de sociaal-emotionele ontwikkeling, bespreken we dit met ouders en binnen het team. Ter ondersteuning van onze observaties gebruiken we ook de volgende instrumenten: - KIJK (leerlingvolg- en observatiesysteem voor kleuters) - KanVas (Kanjervolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling) - Sociogram Uitgangspunt is: Welke ondersteuning heeft de groep / leerling van de leerkracht nodig als het gaat om de sociaalemotionele ontwikkeling? We hebben de volgende stappen hiervoor afgesproken: Analyseren van de gegevens In oktober vullen we van alle kinderen in de groep (groep 3-8) de docentenvragenlijst van KanVas in en de leerlingen van groep 5-8 vullen de leerlingen vragenlijst in. Ook nemen we een sociogram af. We analyseren de gegevens van het sociogram. We analyseren het groepsoverzicht n.a.v. de ingevulde observatielijsten. We vergelijken deze met de analyse van het sociogram. De uitkomsten worden in onderwijsbehoeften omgezet en verwerkt in de (bestaande) groepsplannen Bepalen van de ondersteuningsbehoefte - Ondersteuning aan de groep. Indien er een zorgwekkende score uit de lijst komt (rood gekleurd in het schema), dan bekijken we of in de voorwaardelijke sfeer dingen aangepast kunnen worden. We bepalen dan 1 of meerdere doelen waar we ons met de groep op willen richten. Deze zetten we om in onderwijsbehoefte en verwerken we in de (bestaande) basisgroepsplannen. -
Ondersteuning aan individuele kinderen. Uit het overzicht (en/of het sociogram) kan blijken dat sommige kinderen individueel ondersteuning nodig hebben. De onderwijsbehoefte worden specifiek per kind in de bestaande plannen verwerkt. Deze kinderen kunnen opgegeven worden voor SOVA training of krijgen begeleiding van de gedragsspecialist/intern begeleider.
Bij sommige kinderen is nadere diagnostiek gewenst. De intern begeleider bespreekt met leerkracht, leerling en/of ouders wie deze nadere diagnose uitvoert. Vervolgens wordt bepaald welke ondersteuningsbehoefte in de klas geboden kan worden en welke hulp (evt. extern) verder nodig is. Uitvoeren van de ondersteuning We voeren de ondersteuning volgens plan uit in de periode oktober – maart. Evaluatie en bijstelling In januari gaan we tussentijds evalueren wat de ondersteuning op groeps- en individueel niveau opgeleverd heeft. In april/mei vullen we opnieuw de docenten en leerlingen vragenlijsten in voor kinderen die de vorige keer een zorgwekkende score hadden. We analyseren deze gegevens, evalueren en stellen de onderwijsbehoefte bij/aan indien nodig.
9
C. Onderwijsarrangementen Op onze school bieden we speciale onderwijsarrangementen aan. Deze zijn: Extra ondersteuning buiten de groep: “bijspijkeren en/of RT”. Leerlingen die op zowel de methodegebonden toetsen als de CITO toetsen onvoldoende scoren, kunnen in aanmerking komen voor RT buiten de groep. De leerlingen krijgen extra instructie en meer oefentijd. De periode van RT is 10 weken, daarna wordt er geëvalueerd en wordt het evt. voortgezet. De bijspijkergroepjes zijn voor leerlingen die op een bepaald onderdeel uitvallen, zij krijgen 1 keer in de week extra instructie, inoefentijd en huiswerk mee. De periode van het bijspijkeren is 6 weken, daarna wordt er geëvalueerd en een nieuw onderdeel aan de orde gesteld. Verrijkingsgroep Doelgroep bestaat uit leerlingen uit groep 6, 7 en 8* met een ontwikkelingsvoorsprong en die op Vwo-niveau (kunnen) functioneren. Het gaat hierbij om leerlingen die duidelijk baat zouden hebben bij een extra aanbod buiten de groep. Het doel is om deze kinderen ‘evenwichtig’ te laten ontwikkelen richting het Voorgezet Onderwijs. Daarmee wordt bedoeld dat deze kinderen lekker in hun vel zitten en in staat zijn om op hun eigen niveau te leren en presteren. Over het algemeen worden ze geselecteerd op basis van hun CITO-scores en hun scores op methodegebonden toetsen. Richtinggevende criteria: - De leerling haalt op (bijna) alle CITO LOVS toetsen een score I, waarbij rekenen en begrijpend lezen zwaarder tellen dan spelling en lezen. - De leerling haalt op (bijna) alle methodegebonden goede tot zeer goede resultaten. - Goede leer-/werkhouding - Observaties van de groepsleerkracht Een leerkracht bespreekt met de Intern Begeleider de leerlingen die aan deze kenmerken voldoen. Vervolgens wordt bepaald of ze wel/niet in de verrijkingsgroep komen. Bij leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong kan sprake zijn van onderpresteren, waardoor ze geen I-scores halen, terwijl de leerkracht wel uit uitspraken en gedrag in de klas de indruk krijgt, dat het om een slimme leerling gaat. Ook zullen in sommige gevallen ouders aangeven dat hun kind mogelijk hoogbegaafd is, terwijl dat op school niet is opgevallen. De keuze voor plaatsing in de verrijkingsgroep moet uiteindelijk op basis van gezond verstand door leerkracht en Intern Begeleider in overleg met de ouders en eventueel de leerling gemaakt worden. Als een kind in aanmerking komt voor de verrijkingsgroep, worden ouders hiervan op de hoogte gesteld en wordt er om toestemming gevraagd. Zonder toestemming van de ouders kan een leerling niet in de verrijkingsgroep geplaatst worden. Ieder schooljaar bekijken we de mogelijkheden om een verrijkingsgroep samen te stellen met kinderen uit de bovenbouw (groep 6 t/m 8). Kinderen van beide locaties komen gedurende 1 – 1½ uur op een dagdeel bij elkaar op één van de locaties. Er is een speciale leerkracht of intern begeleider die les geeft aan de verrijkingsgroep. Activiteiten die centraal staan zijn: - Debatteren/filosoferen (de leerlingen worden uitgedaagd om op een hoger niveau na te denken en het gesprek met elkaar aan te gaan) - Leren leren (veel slimme leerlingen hoeven op de basisschool niet hard te werken voor hoge cijfers, door ‘leren leren’ worden ze uitgedaagd om dit proces wel te doorlopen) - Plannen/verantwoordelijkheden nemen (door hoge eisen te stellen aan (gezamenlijke) opdrachten/projecten en de leerling zelf verantwoordelijk te maken voor zijn eigen leerproces) De opdrachten die tijdens de verrijkingsgroep worden aangeboden zijn van een hoger niveau dan de leerstof van de eigen groep. Naast bovengenoemde activiteiten is er ook ruimte voor spelletjes, die vooral gericht zijn op sociaalemotioneel vaardigheden en/of uitdaging bieden op het gebied van logisch en strategisch denken In de verrijkingsgroep krijgen de kinderen dus andere leerstof aangeboden dan in de eigen groep. Het aanbod wordt beschreven in een individueel handelingsplan (extra werk). De kinderen krijgen een waardering voor de uitgevoerde opdrachten. Twee keer per jaar worden de ouders met een aparte bijlage bij het rapport geïnformeerd over de bevindingen in de verrijkingsgroep. *Voor leerlingen uit groep 4-6, met een ontwikkelingsvoorsprong, wordt gewerkt met het compacten en verrijken van de lesstof. In overleg met de Intern Begeleider kan dit aanbod worden uitgebreid.
10
Motorische Remedial Teaching In samenwerking met combinatiefunctionarissen van de gemeente Nieuwegein bieden we motorische remedial teaching aan, aan kleuters die na screening uitvallen op 1 of meerdere ontwikkelingsgebieden m.b.t. de motoriek. Dit gebeurt alleen na toestemming van de ouders, die hierover door school geïnformeerd worden. De Motorische Remedial Teaching wordt door een combinatiefunctionaris aangeboden. Begeleiding van leerlingen met gedrags- en/of sociaal emotionele problemen Als er sprake is van bijzondere problemen m.b.t. gedrag en/of sociaal emotionele problemen, kan de gedragsspecialist op onze school ingezet worden. Zij kan observeren, adviseren en ondersteuning bieden. Dit gebeurt altijd in overleg met ouders. De aangeboden zorg wordt beschreven in een kindplan. Begeleiding van kinderen met dyslexie Leerlingen met dyslexie kunnen we niet behandelen, maar wel begeleiden en ondersteunen. Vaak gebeurt dit in overleg met de ouders, intern begeleider en behandelaar. De begeleiding die wij bieden wordt beschreven in een individueel handelingsplan die door de behandelaar is geschreven. Op school volgen wij het protocol Leesproblemen en Dyslexie. Dit protocol is omgezet in een stappenplan om tijdig dyslexie te signaleren. Na het eerste jaar leesonderwijs stelt de school vast of een kind leesproblemen heeft of dat er een vermoeden van dyslexie bestaat. Als blijkt dat een kind alleen een leesachterstand heeft, biedt de school het kind in eerste instantie extra leesinstructie aan. De school zal de ouders adviseren tot verder onderzoek als: 1. De leesinstructie te weinig resultaat oplevert. 2. Als er voldoende onderbouwing van het vermoeden van ernstige dyslexie is. Dit specifieke onderzoek naar dyslexie moet door externe deskundigen (instanties) worden verricht. De school fungeert als “poortwachter”. Vanaf 1 januari 2015 loopt de aanvraag en vergoeding voor de dyslexieaanvragen via Geynwijs, het sociale wijkteam in de gemeente. De schoolmaatschappelijk werker zorgt voor de aanmelding. Eis voor aanmelding is, dat naast vaststelling van dyslexie er geen sprake is van één of meer andere (leer)stoornissen. De school vergoedt geen kosten voor onderzoek en behandeling. Bij aanvraag dient er wel aan bepaalde criteria te worden voldaan. D. Externe ondersteuning Soms is er sprake van complexe ondersteuningsbehoeften, waar we intern niet voldoende kennis en ervaring in huis hebben om betreffende leerling te ondersteunen. De intern begeleider is in deze situaties de contactpersoon namens school met en verantwoordelijk voor het inschakelen van o.a. de volgende externe instanties/organisaties: Ambulante begeleiding Adviseert en ondersteunt de school vanuit het speciaal (basis) onderwijs, zowel preventief als voor leerlingen die een indicatie hebben (voorheen LGF/rugzakbegeleiding). Dyslexiebehandeling Als dyslexie gediagnosticeerd is volgens de voorwaarden van Geynwijs, vindt behandeling plaats in de school door een externe dyslexiebehandelaar. De dyslexiebehandelaar geeft huiswerk mee voor thuis en school. Expertisecentrum samenwerkingsverband Het expertisecentrum van het SWV (collegiale consultatie (CC) vanuit de scholen voor SBO) is het eerste aanspreekpunt voor vragen omtrent leerlingen. Als er sprake is van complexe problematiek stellen de intern begeleider en collegiaal consulent van het expertisecentrum samen vast welke externe partners moeten worden ingeschakeld. MDO (Multi Disciplinair Overleg) Als er grote, complexe zorgen zijn over een leerling en/of de gezinssituatie, kan de intern begeleider een Multi Disciplinair Overleg voeren. Bij dit overleg is in elk geval de intern begeleider, leerkracht, CC expertisecentrum, SMW (school maatschappelijk werk) en ouders. Zij bespreken de (externe) ondersteuningsbehoefte voor de leerling / het gezin en zetten deze ondersteuning in gang. Overige deelnemers zijn op afroep beschikbaar als hun deskundigheid nodig is. Ouders worden vanaf het begin bij de leerlingbespreking in het MDO uitgenodigd. Schoolbegeleidingsdienst of andere instanties/praktijken voor onderzoek Hoewel wij veel deskundigheid hebben, vragen sommige problemen om nader onderzoek door externe instanties. Afhankelijk van de onderzoeksvraag, kunnen we een beroep doen op: CED De schoolbegeleidingsdienst, "CED" in Maartensdijk, helpt ons (op verzoek van de school en na goedkeuring van de ouders) wanneer wij te maken hebben met leerlingen met leer- of opvoedingsmoeilijkheden. Onderzoeken worden (uiteraard pas na toestemming van de ouders) verricht door een deskundige n.a.v. de hulp- of onderzoeksvraag. De uitkomsten van het onderzoek worden op school met ouders, leerkracht en IB-er besproken. Vervolgens worden verdere afspraken gemaakt over de begeleiding en ondersteuning van de leerling.
11
Externe instanties/ praktijken voor onderzoek Een school kan ook een beroep doen op andere externe instanties (bijv. orthopedagoog met eigen praktijk) voor nader onderzoek. Ook hier geldt dat we dit altijd in goed overleg en met goedkeuring van ouders doen. Soms willen ouders op eigen kosten hun kind laten onderzoeken, om meer duidelijkheid te krijgen over bepaalde problemen. Wij willen graag meedenken en adviseren en stellen het op prijs als deze ouders ons van de voortgang van een dergelijk onderzoek op de hoogte houden. Als wij iets kunnen betekenen n.a.v. de onderzoeksresultaten, dan doen wij dit graag. Voor ons kan dit alléén, als de onderzoeker ook de school geraadpleegd heeft en informatie heeft ingewonnen over de situatie op school en in de klas. We stellen het bijzonder op prijs om (deels) inzage te krijgen in onderzoeksresultaten die uitgevoerd zijn door een externe instantie. Jeugdzorg en Geynwijs Binnen Nieuwegein zijn afspraken gemaakt over de samenwerking met ketenpartners in de jeugdzorg Geynwijs is dé nieuwe vraagbaak voor alle Nieuwegeiners met vragen over participatie, welzijn, wonen en zorg. Op de website (www.geynwijs.nl) is meer info te vinden. Schoolmaatschappelijk werk Iedere school heeft een eigen schoolmaatschappelijk werkster toegewezen gekregen, zij is op vaste momenten op de locatie aanwezig. Ouders en school kunnen bij haar terecht voor informatie, advies en hulp betreft de ontwikkeling van het kind. Ook is zij de schakel tussen de leerling/het gezin en Geynwijs als er meer hulp nodig mocht zijn. De hulpverlening is kosteloos. Afspraken lopen via de Intern Begeleider.
12
5. Systematisch werken en bespreken Wij willen dat ieder kind zich optimaal ontwikkelt. Dit betekent dat we de mogelijkheden van de kinderen goed in kaart brengen en dat we ons maximaal inspannen om die te ontwikkelen. Samenwerking is daarbij essentieel. We hebben de volgende gesprekken: Tweede en derde week schooljaar:
Kennismakingsgesprek met ouders
Ouders bespreken met de leerkracht bijzonderheden van thuis en verwachtingen voor het nieuwe schooljaar. De leerkracht maakt hiervan een korte notitie. In groep 8 wordt het voorlopige VO advies besproken n.a.v. de CITO Entreetoets, de leerlingen zijn bij deze gesprekken aanwezig.
Tweede of derde week schooljaar
Doelstellingengesprek start schooljaar
Directie en IB-er bespreken met de leerkracht van iedere groep: - Bijzonderheden n.a.v. overdracht en kennismaking - Evaluatie doelen vorig schooljaar (voor de groep en van de leerkracht) - Opbrengsten van de groep (eindresultaten CITO E toetsen vorig schooljaar) - Doelen voor de komende periode Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt met daarin de streefdoelen voor de komende periode.
September
Analyseren onderwijsbehoeften (groep in kaart) en plannen maken.
Zie hoofdstuk 3.
Oktober
Sociogram en KanVas vragenlijsten.
Vervolgens analyseren en onderwijsbehoeften aanpassen.
Oktober
Groepsbespreking IB groep 3 - 8
De IB-er bespreekt met een leerkracht van iedere groep bijzonderheden m.b.t de groep, de resultaten van methodegebonden toetsen en de stand van zaken m.b.t. gemaakte afspraken. Hiervan wordt een groepsnotitie gemaakt.
November
KIJK registratie
De leerkrachten van de kleutergroepen vullen de KIJK registratie in voor de kleuters die tenminste 6 maanden op school zijn.
November
Beslisboom 2-3
De leerkrachten van de kleutergroepen maken een start met het invullen van de beslisboom voor de leerlingen die mogelijk in aanmerking komen voor een verlengde kleuterperiode (ook voor de najaarsleerlingen)
November
Voortgangsgesprekken met ouders en kinderen (bovenbouw)
Tijdens 10 minutengesprekken bespreken we met ouders (en de kinderen in de bovenbouw) de voortgang en ontwikkeling in de groep.
November
Adviezen VO intern bespreken
December
Groepsbespreking IB groep 1-2
Leerkrachten groep 7 en 8 bespreken (intern) met IB-er en directie de voorlopige adviezen voor VO voor de leerlingen van groep 8. De IB-er bespreekt met een leerkracht van elke kleutergroep bijzonderheden n.a.v. de KIJK registratie en de stand van zaken m.b.t. gemaakte afspraken. Hiervan wordt een groepsnotitie gemaakt.
Februari
Adviesgesprekken VO voor ouders en lln gr. 8
De leerkracht van groep 8 bespreekt met ouders en leerling het advies voor het VO.
13
Februari
Doelstellingengesprek Tussentijdse opbrengsten
Februari
Rapportbespreking
Maart
Groepsbespreking IB groep 3 – 8
April
Groepsbespreking IB groep 1-2
April
KanVas vragenlijsten
April/mei
KIJK registratie
April/mei
Voortgangsgesprekken met ouders en kinderen (bovenbouw) Bespreken resultaten CITO entreetoets
Juni
Juni/juli
Doelstellingengesprek Eindopbrengsten
Juni/juli
Rapportbespreking
Juni/juli
Overdracht groepen
Directie en IB-er bespreken met de leerkracht van iedere groep: - Evaluatie doelen vorige gesprek - Opbrengsten toetsen CITO M toetsen - Bijzonderheden in de groep - Doelen voor de komende periode Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt met daarin de streefdoelen voor de komende periode. Tijdens 10 minutengesprekken bespreken we met ouders de voortgang en ontwikkeling van hun kind(eren) in de groep n.a.v. het 1e rapport. De IB-er bespreekt met een leerkracht van iedere groep bijzonderheden m.b.t de groep, de resultaten van methodegebonden toetsen en de stand van zaken m.b.t. gemaakte afspraken. Hiervan wordt een groepsnotitie gemaakt. De IB-er bespreekt met een leerkracht van elke kleutergroep de voortgang binnen de groep en de stand van zaken m.b.t. gemaakte afspraken. Hiervan wordt een groepsnotitie gemaakt. De leerkracht van groep 3 t/m 8 vult de KanVas vragenlijst nog een keer in voor kinderen met een opvallende/afwijkende score. Bevindingen worden met IB-er besproken. De leerkrachten van de kleutergroepen vullen de KIJK registratie in voor de kleuters die tenminste 6 maanden op school zijn. Tijdens 10 minutengesprekken bespreken we met ouders (en de kinderen in de bovenbouw) de voortgang en ontwikkeling in de groep. De leerkracht van groep 7 bespreekt met directie en intern begeleider de resultaten van de CITO entreetoets. Vervolgens wordt deze meegegeven naar huis en worden ouders (met leerling) uitgenodigd om dit te bespreken. Directie en IB-er bespreken met de leerkracht van iedere groep: - Evaluatie doelen vorige gesprek - Opbrengsten toetsen CITO E toetsen - Bijzonderheden in de groep - Doelen voor de komende jaar Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt met daarin de streefdoelen voor de komende periode. Tijdens een spreekuurmiddag bespreken we met ouders de vragen/opmerkingen n.a.v. het 2e rapport. De leerkracht draagt de groep over aan de collega die de kinderen volgend jaar les zal geven. Hiervoor zijn vaste afspraken gemaakt, waaronder het invullen van het onderwijsbehoeften/overdrachtsformulier.
Als er bijzonderheden zijn m.b.t. de ontwikkeling van een leerling, kunnen ouders altijd terecht bij leerkracht, IB-er en/of directie om dit te bespreken. De leerkracht zal zelf ook ouders uitnodigen voor een gesprek als er bijzonderheden zijn om te bespreken. Van deze gesprekken wordt altijd een verslag (door de leerkracht) gemaakt. Als de IB-er bij deze gesprekken aanwezig is, maakt de leerkracht het verslag en bekijkt de IB-er of er nog aanpassingen moeten komen. De verslagen van gesprekken met ouders, leerkracht en IB-er worden gepubliceerd in het ouderportaal. Ouders zijn zo in de gelegenheid om het verslag te lezen en hier evt. op te reageren. Alle toetsmomenten zijn vastgelegd in de toetskalender (zie hfdst. 2 en jaarplanning). Op iedere locatievergadering staat het onderdeel zorg en begeleiding op de agenda. We bespreken dan met het team welke ondersteuning plaats vindt in de groepen of individueel en welke bijzonderheden er zijn.
14
6. Taken en verantwoordelijkheden Groepsleerkracht Van de groepsleerkracht wordt t.b.v. de ondersteuning van leerlingen het volgende verwacht: signalering door de leerkracht m.b.v. methode gebonden- en methodeonafhankelijke (CITO-) toetsen; extra hulp door de groepsleerkracht n.a.v. de signalering (eventueel m.b.v. de in de methoden aangegeven Remedial Teachings (RT) mogelijkheden). Extra hulp wordt beschreven op zorgformulier en/of in handelingsplan. evalueren van de gegeven hulp door de groepsleerkracht. evalueren en reflecteren op geboden zorg, i.s.m. directie en/of Intern Begeleider Ouders informeren over extra zorg en waar nodig in overleg treden met de ouders leerling bespreken in groepsbespreking of zorgoverleg het (laten) afnemen van diagnostische toetsen; het opstellen van een handelingsplan; uitvoeren en evalueren van het handelingsplan; leerlingenvorderingen bijhouden; overleg met en/of raadplegen van de Interne Begeleider (IB-er) en/of de RT- leerkracht; overleg met en/of raadplegen andere (externe) instanties/begeleiders bijwonen van plenaire besprekingen. Remedial Teacher De RT-er geeft individuele hulp aan kinderen, maar werkt ook met groepjes kinderen die hetzelfde probleem hebben. Er wordt gewerkt met handelingsplannen, die regelmatig geëvalueerd worden. Bovendien geeft de RTleerkracht ondersteuning aan de groepsleerkracht bij het uitwerken van handelingsplannen in de groep. De handelingsplannen worden zoveel mogelijk in overleg met de Intern Begeleider opgesteld. Intern Begeleider Een Intern Begeleider (coördinator leerlingenzorg) is: een leerkracht die tot taak heeft zijn collega-leerkrachten te ondersteunen en te begeleiden bij: het signaleren en analyseren van onderwijsleer- en sociaal emotionele problemen het samen zoeken naar oplossen voor onderwijsleerproblemen De taak van Intern Begeleider (coördinator leerlingenzorg) is een inhoudelijke coördinerende en ondersteunende taak, welke gedelegeerd is vanuit de schoolleiding We onderscheiden taken op de volgende niveaus: a. Het niveau van het “primaire proces” Het ondersteunen van de leerkracht bij: - het uitvoeren van diagnostisch onderzoek bij leerlingen - het observeren van leerlingen in de groep (klassenconsultaties) b. Het schoolniveau m.b.t. de begeleiding van de leerlingen Het organiseren en coördineren van de speciale zorg voor leerlingen. (w.o. het afstemmen van de extra hulp door b.v. R.T / de afname van signalerings- en diagnostisch onderzoeken /de verdeling van de leerstof in kleine eenheden) Het evalueren van de handelingsplannen met de leerkrachten. Het organiseren, voorbereiden, begeleiden (en eventueel voorzitten) van de groepsbespreking en de zorgvergadering. Het zorg dragen voor een goede wijze van beoordeling van en rapporteren over de leerling. (o.a. rapporten/vraagstelling formuleren/leerlingvolgsysteem) De zorg voor dossiervorming w.o. het toezicht houden op en het bijhouden van de leerlingdossiers en de leerling-rapportages. Het zijn van een aanspreekpunt voor ouders en leerkrachten met betrekking tot de ontwikkeling van een kind. Het geven van begeleiding aan ouders van leerlingen door middel van het coördineren en/of voeren van gesprekken.
15
m.b.t. de begeleiding van de leerkrachten Het bieden van collegiale ondersteuning bij (het verbeteren van) het signaleren/observeren van leerlingen met een ondersteuningsbehoefte en het maken van groepsplannen. Het bieden van collegiale ondersteuning bij het geven van hulp aan leerlingen met een ondersteuningsbehoefte. (uitvoering van handelingsplannen) Het begeleiden van de leerkracht en het bieden van hulp bij de uitvoering van diens onderwijstaak en bij de uitvoering van de gemaakte werkafspraken o.a. door middel van observatie en het voeren van (probleemverkennende) gesprekken. Het vaardig maken van leerkrachten om signaleringsonderzoeken af te nemen. Het zorgdragen voor passende observatie- en toetsinstrumenten voor de leerkracht. Het inwerken van (inval)leerkrachten c.q. nieuwe leerkrachten (v.w.b. de begeleiding van de leerling) Klassenconsultatie. (o.a. gericht op pedagogisch en didactisch leerkrachtgedrag) m.b.t. het bewaken van de inhoudelijke lijn t.a.v. de begeleiding van de leerling Het zorgdragen voor een integraal systeem van leerlingenzorg op schoolniveau w.o. het organiseren en coördineren van deze zorg. Het bewaken van de voortgang van gezamenlijk ingezette veranderingen op het gebied van de leerlingenzorg. Het dragen van verantwoordelijkheid voor de doorgaande lijn. Het organiseren en coördineren van de invoering van een LOVS en het verder ontwikkelen daarvan. Het voeren van overleg met de directie over de ontwikkelingen. Het verzamelen van onderzoeksmiddelen en het volgen van ontwikkelingen daarin. Het maken van afspraken over de wijze waarop leerkrachten in de groep d.m.v. observatie en toetsing nagaan of het onderwijs tot de gewenste resultaten leidt. m.b.t. activiteiten t.b.v. (eventuele) verwijzing
Het dragen van zorg voor het overdragen van de gegevens/het leerlingdossier bij een (eventuele) verwijzing.
c. Bovenschools niveau Het onderhouden van de externe contacten met betrekking tot de leerlingenzorg. Het, in overleg met directie, melden van een zorgelijke situatie bij externe instanties als AMK. Directie Onderhoudt de contacten met Intern Begeleider en team, ziet na op naleving van de in deze notitie genoemde werkwijze, afspraken, activiteiten en verantwoordelijkheden. De directie is eindverantwoordelijk voor de leerlingenzorg in haar totaliteit.
16
7. Speciale procedures en afspraken Aanmelding nieuwe leerlingen De school heeft een aannamebeleid van nieuwe leerlingen. Als er een nieuwe leerling van een andere school aangemeld wordt, wordt altijd een intake gehouden. De beginsituatie van de nieuwe leerling wordt in kaart gebracht door een gesprek met de ouder(s) en raadpleging van de school waar de leerling op dat moment is ingeschreven. Als de leerling ingeschreven wordt, ontvangen we een onderwijskundig rapport en andere noodzakelijke gegevens. Extra onderwijsbehoeften worden vastgesteld en indien nodig wordt een handelingsplan gemaakt. Aanpassingen voor dyslectici Voor kinderen met een dyslexieverklaring of voor kinderen waarvan vaststaat dat zij in de nabije toekomst een dyslexieverklaring verkrijgen, worden de volgende aanpassingen geregeld: Bij methodeonafhankelijke toetsen (CITO LOVS) met teksten (o.a. begrijpend lezen en vraagstukken bij rekenen) krijgen kinderen de tekst op A3 formaat (vergroting 141%) van de leerkracht. Indien het kind aangeeft, dit niet te willen, bespreekt de leerkracht dit met de leerling en besluiten ze gezamenlijk of er wel of niet gebruik gemaakt wordt van een aanpassing. Ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. Bij de registratie van de toetsuitslag wordt vermeld dat er gebruik gemaakt is van een vergrote versie. Bij methodegebonden toetsen van begrijpend lezen en wereldoriëntatie kunnen deze kinderen ook gebruik maken van de aanpassingen zoals vergrotingen en het laten voorlezen van de tekst. Bij CITO entreetoets en eindtoets kunnen deze kinderen gebruik maken van hulpmiddelen (gesproken tekst en vergroting van de tekst). Advisering voortgezet onderwijs groep 8 leerlingen Oktober: Ouders krijgen (indien beschikbaar) informatie over de procedures m.b.t. advies en aanmelding VO November: Begin november organiseren we een informatieavond over het voortgezet onderwijs voor de ouders van groep 8. Leerkracht groep 8, leerkracht groep 7 vorig schooljaar, IB-er en directie bespreken: o Welke leerlingen aangemeld moeten worden voor toetsing LWO o Mogelijk advies m.b.t. schoolkeuze / voorlichting VO, gebaseerd op: Voorlopig advies n.a.v. CITO entree CITO LOVS begrijpend lezen en rekenen en wiskunde groep 6 en 7 Overige CITO LOVS toetsen groep 6 en 7 ervaringen van de leerkrachten m.b.t. werkhouding, inzet, motivatie, concentratie etc., en de verwachte eindscore. e In de laatste 2 weken van november (met een uitloop naar de 1 week van december vinden de voortgangsgesprekken plaats met ouders (en leerlingen). Deze zijn verplicht voor ouders én leerlingen. De leerlingen bereiden dit gesprek voor m.b.v. een formulier. Dit kunnen ze thuis met hun ouder(s) doen. Tijdens de voortgangsgesprekken met ouders (en leerlingen) bespreken we e o De voortgang in groep 8 n.a.v. de 1 weken o Het mogelijk advies, zodat ouders en leerlingen scholen kunnen bezoeken voor VO. Hier kunnen geen rechten aan ontleend worden en dient slechts als indicatie! De definitieve adviezen komen na de CITO LOVS M8 toetsen en worden in februari besproken. o Ouders krijgen het toestemmingsformulier met de vraag deze in te vullen en weer in te leveren op school (toestemmingsverklaring digitale aanmelding). o Ouders krijgen (aanvullende) informatie als deze beschikbaar is, zoals VO gids. We adviseren ouders scholen voor voortgezet onderwijs te bezoeken tijdens open dagen. December: Leerkracht vult OKR in (in afstemming met IB-er). Leerkracht en IB-er zijn verantwoordelijk voor uitvoering stappen conform procedure samenwerkingsverband VO Zuid Utrecht. Januari: Afname CITO M8 toetsen Leerkracht groep 8, IB-er en directie bespreken de resultaten CITO toets (en vergelijken deze met vorige toetsen) en stellen op basis hiervan een goed onderbouwd schooladvies op, rekening houdend met de vaardigheden van de leerling en overige relevante kindkenmerken. Leerkracht maakt rapport voor eind januari klaar. Op de laatste vrijdag van de laatste week in januari gaat het rapport mee met de groep 8 leerlingen (dat is eerder dan de andere leerlingen).
17
We nodigen de ouders van groep 8 met hun kind uit voor het bespreken van het rapport en definitieve advies in februari. Directie/IB meldt de school aan voor afname Eindtoets. In afstemming met de leerkracht wordt bepaald of de leerling de Basistoets of Niveautoets maakt. Ouders krijgen hierover een brief.
Februari: e e In de 1 week (met uitloop naar 2 week) van februari vinden de adviesgesprekken plaats. We bespreken met ouders en leerling: • Vragen/opmerkingen n.a.v. rapport • Definitief advies • Vervolg procedure aanmelding VO • Ouders krijgen het OKR ter controle e 3 week februari: Leerkracht en IB-er controleren of alle stappen m.b.t. digitale aanmelding zijn afgerond. Het aanmeldformulier wordt uitgeprint en meegegeven. Alles wordt in OT op definitief gezet. Maart: Ouders sturen aanmeldformulier, na invulling van verder ontbrekende gegevens, ondertekend en met bijlagen e op naar de school van aanmelding. Dit moet uiterlijk op de 1 vrijdag van maart gerealiseerd zijn. Directie/IB vult van iedere leerling het definitieve advies in in Parnassys en wisselt dit uit met Bron. Dit moet voor 15 maart gerealiseerd zijn! April:
Uiterlijk 10 april ontvangen ouders bericht van plaatsing of niet-plaatsing. Zie verder procedures samenwerkingsverband VO Zuid Utrecht Afname Centrale Eindtoets
CITO entreetoets groep 7 De leerlingen van groep 7 maken in april/mei de CITO entreetoets, conform de voorschriften van CITO. Als de uitslag van deze toets binnen is: Bespreken de leerkracht, IB-er en directie de uitslagen en scores. We geven ouders het leerlingprofiel met uitleg en begeleidend schrijven mee in een gesloten enveloppe. We bespreken de uitslag niet (vooraf) met de kinderen. Als ouders vragen/opmerkingen hebben over de uitslag, kunnen ze een afspraak maken met de leerkracht. We nodigen ouders en leerling uit om aan het begin van groep 8 tijdens een kennismakingsgesprek de resultaten en bevindingen te bespreken, zodat leerkracht, leerling en ouders samen doelen kunnen vaststellen voor de komende periode en verwachtingen naar elkaar kunnen uitspreken. Doublure: Als extra ondersteuning, hulp en begeleiding niet het gewenste effect heeft, of als de ontwikkeling van een leerling (cognitief en/of sociaal emotioneel) niet (voldoende) aansluit bij het aanvangsniveau van de volgende groep, kan de leerkracht een doublure adviseren. Hiervoor wordt het protocol extra leertijd, zittenblijven en vroegtijdig schoolverlaten gehanteerd. Als een leerling doubleert, zal: Gemotiveerd worden waarom de leerling doubleert. (zie ‘checklist doubleren’) Aangegeven worden welke extra zorg/aandacht de leerling zal krijgen. Dit kan in een handelingsplan worden weergegeven, of in een individueel leertraject. Een groep overslaan, vooruitwerken Als IB-er en leerkracht de indruk hebben dat een leerling de klas ver vooruit is, kunnen ze besluiten met een leerling door te toetsen met behulp van CITO-LOVS toetsen. Op basis van de behaalde resultaten hiervan, kan besloten worden een leerling een groep te laten overslaan. In dat geval is vooruitwerken een hulpmiddel om de overgang naar de nieuwe groep te vergemakkelijken. Verlenging kleuterperiode: Als extra zorg in kleutergroepen niet het gewenste effect heeft, of als de ontwikkeling van een leerling (cognitief en/of sociaal emotioneel) niet (voldoende) aansluit bij het aanvangsniveau van groep 3, kan de leerkracht een verlenging van de kleuterperiode (extra leertijd) adviseren. Hiervoor wordt het stappenplan overgang 2 naar 3 gehanteerd. Als een leerling een verlengde kleuterperiode krijgt, zal de aanleiding/reden worden beschreven, evenals verslaglegging van gesprekken met ouders en besluitvorming. Ook wordt aangegeven welke extra zorg/aandacht de leerling zal krijgen.
18
Volgen van leerlingen na de overstap naar VO We volgen de ontwikkeling van leerlingen t/m de overgang naar leerjaar 3. We ontvangen rapportages van het VO, die de intern begeleider bewaart in een speciale map, geordend op leerjaar waarop betreffende leerlingen de school hebben verlaten. De rapportages worden verwerkt in Parnassys (ons leerlingadministratie en –volgsysteem). Aan het eind van ieder schooljaar maakt de IB-er een overzicht van de rapportages, waaruit de kwaliteit van het schooladvies moet blijken. We willen dat 90% van onze adviezen overeenkomen met de daadwerkelijke vorm van e voortgezet onderwijs in het 3 leerjaar van onze uitgestroomde leerlingen.
Vorige versie vastgesteld op 26 november 2013 In 2014-2015 hebben we deze notitie bijgesteld en geactualiseerd. Conceptversie 7 juli 2015 Aangeboden aan team: augustus 2015 Besproken in team: augustus 2015 Bijgesteld: 7-9-2015 Beschrijvingen notities aangepast. Besproken in MR: .. Bijgesteld: …. Definitieve versie vastgesteld op: ..
Susan Vos en Hendri Ham 7-9-2015
19