Klimaatactieplan Zoutleeuw
Klimaatactieplan Zoutleeuw 1/32
COLOFON Redactie: Interleuven, Stad Zoutleeuw Eindredactie: Provincie Vlaams-Brabant Bron: Provincie Limburg, Model gemeentelijk klimaatactieplan (Sustainable Energy Action Plan - SEAP) Dit model is opgesteld in het kader van 'Vlaams-Brabant Klimaatneutraal' en de samenwerking met de gemeenten, en past in het Europese Burgemeestersconvenant. Dit model werd aangepast aan de stad Zoutleeuw. De provincie Vlaams-Brabant en Interleuven zijn door de EU erkend als coördinator voor Burgemeestersconvenant. Ze ondersteunen de Vlaams-Brabantse gemeentebesturen. volledige ondersteuningsaanbod kan je bekijken www.interleuven.be/omgeving/milieu/klimaatondersteuning de Alfresco-site www.vlaamsbrabant.be/klimaatneutraal.
het Het op en
Meer info: Provincie Vlaams-Brabant,
[email protected] Interleuven,
[email protected] Stad Zoutleeuw,
[email protected]
Klimaatactieplan Zoutleeuw 2/32
Inhoud 1. Kader: Burgemeestersconvenant .............................................................................. 4 2. Doel ..................................................................................................................... 5
2.1. Algemene uitgangspunten ........................................................................................................... 5 2.2. Ambitie en visie van de gemeente ............................................................................................... 6 3. Algemene strategie ................................................................................................. 7 4. Huidige situatie ...................................................................................................... 9
4.1. Algemeen...................................................................................................................................... 9 4.2. Gemeentelijke nulmeting ............................................................................................................. 9 4.3. Inventarisatie bestaande werking en projecten ........................................................................ 12 4.4. Maatregelentool en Business as Usual-scenario 2020 (BAU 2020) ........................................... 13 5. Gemeentelijk klimaatactieplan ................................................................................. 15
5.1. Organisatorisch........................................................................................................................... 15 5.1.1. Intern ................................................................................................................................... 15 5.1.2. Extern .................................................................................................................................. 16 5.2. Participatieve aanpak ................................................................................................................. 17 5.2.1. Ronde tafel .......................................................................................................................... 17 5.2.2. Communicatie ..................................................................................................................... 18 5.3. Financieel.................................................................................................................................... 18 5.4. Geplande acties en maatregelen................................................................................................ 20 5.4.1. Gebouwen, installaties en voorzieningen ........................................................................... 20 5.4.2. Mobiliteit ............................................................................................................................. 22 5.4.3. Hernieuwbare energie......................................................................................................... 24 5.4.4. Natuur en biodiversiteit ...................................................................................................... 25 5.4.5. Landbouw ............................................................................................................................ 27 5.4.6. Industrie .............................................................................................................................. 28 5.5. Klimaatadaptatie ........................................................................................................................ 29 6. Rapportering en monitoring..................................................................................... 30 7. Contacten .............................................................................................................31
Klimaatactieplan Zoutleeuw 3/32
1. KADER: BURGEMEESTERSCONVENANT Liefst 80% van het energiegebruik en de CO2-uitstoot is het gevolg van stedelijke activiteiten, en CO2 is met voorsprong het belangrijkste broeikasgas. Lokale overheden staan dicht bij de bevolking en spelen daarom een cruciale rol bij het afremmen van de klimaatverandering. Hét instrument hiervoor is het Covenant of Mayors of het Burgemeestersconvenant. Gemeenten en steden die dit convenant ondertekenen, engageren zich om concrete maatregelen te nemen om hun CO2-uitstoot tegen 2020 met minstens 20% terug te dringen. Ook de stad Zoutleeuw ging dit engagement aan. Europa werkte een stappenplan uit dat elke gemeente kan gebruiken tijdens dit traject. De provincie Vlaams-Brabant en Interleuven treden op als ‘Coördinator van het Convenant’ en staan de gemeenten bij. Stap 1: Nulmeting Om te weten hoeveel CO2 er bespaard moet worden, moet de gemeente eerst een nulmeting uitvoeren. Deze nulmeting gaat voor verschillende sectoren - huishoudens, transport, industrie, openbare verlichting, … - na hoeveel CO2 ze uitstoten. Het basisjaar voor de nulmeting is 2011. VITO, de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek, werkte in opdracht van de Vlaamse Overheid een handige Excel-tool uit die de gemeente met eigen gegevens kan aanvullen. Stap 2: Opstellen klimaatactieplan De gemeente moet na de ondertekening een klimaatactieplan opstellen en indienen bij de Europese Commissie. Dit klimaatactieplan bevat een opsomming van de maatregelen die de gemeente zal nemen om de CO2-reductie (20% of meer) te bereiken. Stap 3: Uitvoering De maatregelen worden zo goed als mogelijk omgezet in de praktijk. Stap 4: Rapportering en monitoring Elke twee jaar na het indienen van het klimaatactieplan dient de gemeente een implementatierapport in bij de Europese Commissie met daarin een stand van zaken en tussentijdse resultaten. Elke 4 jaar moet een nieuwe CO2-meting (monitoring) gebeuren. De gemeente kan hiervoor beroep doen op de cijfers die worden aangeleverd door VITO en de Vlaamse overheid.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 4/32
2. DOEL 2.1. Algemene uitgangspunten De gemeente zet zowel in op korte termijnwinsten als op Energetica is daarbij het uitgangspunt: de gemeente energievraag te verminderen (stap 1), om duurzame energie (stap 2) en om aan de resterende (fossiele) energievraag te technieken (stap 3).
lange termijnacties. De Trias onderneemt stappen om de op te wekken en te gebruiken voldoen met efficiënte, schone
Figuur 1: model Trias Energetica
Daarbij hanteert de gemeente drie belangrijke principes: 1) De gemeente geeft het goede voorbeeld De gemeente speelt op verschillende vlakken dienstverlener, planner, adviseur, initiator…
een
voorbeeldrol:
als
consument,
2) Samen aan de slag De gemeente betrekt bedrijven, organisaties, burgers en kennisinstellingen bij de opmaak en de uitvoering van het gemeentelijk klimaatbeleid. En ze neemt deel aan initiatieven die worden georganiseerd in het kader van ‘Vlaams-Brabant klimaatneutraal’. 3) Klimaatbeleid is dynamisch beleid Kennis over klimaat is in volle evolutie. Ook het gemeentelijk klimaatplan is geen vaststaand gegeven, maar kan steeds bijgestuurd worden. Een gemeentelijk klimaatbeleid gaat verder dan het verminderen van het energieverbruik en de CO2-uitstoot alleen. De economische en sociale aspecten, binnen het breder kader van duurzame ontwikkeling, mogen hierbij niet uit het oog verloren worden. Een sterk
Klimaatactieplan Zoutleeuw 5/32
klimaatbeleid zal bovendien plaats moeten krijgen in alle beleidsdomeinen (bouwen en wonen, integraal waterbeheer, ruimtelijke ordening, mobiliteit, biodiversiteit, kansarmoede,…). 2.2. Ambitie en visie van de gemeente Met dit klimaatplan engageert de gemeente zich om tegen 2020 de CO2-uitstoot te verminderen met minstens 20%. Het stadsbestuur wil deze doelstelling realiseren door samen te werken met alle actoren binnen de gemeente. Het stadbestuur zal ook het goede voorbeeld trachten te geven door moeilijk bereikbare doelgroepen te betrekken in o.m. acties omtrent besparen van energie, verhogen van energie-efficiëntie, inzetten van duurzame energiebronnen...
Klimaatactieplan Zoutleeuw 6/32
3. ALGEMENE STRATEGIE Dit klimaatactieplan is een belangrijk document dat toont hoe de stad Zoutleeuw haar engagement tegen 2020 wil bereiken. Het maakt gebruik van de resultaten van de nulmeting om de meest geschikte acties te vinden voor de CO2-reductie. Dit plan stelt hiervoor concrete maatregelen voor, samen met de nodige budgetten, verantwoordelijke uitvoerders en timing. Beschouw het klimaatactieplan niet als een strak document: omstandigheden veranderen en het is aangewezen om het plan geregeld te herzien. De maatregelen in het klimaatactieplan moeten de CO2-uitstoot en het energieverbruik door eindgebruikers verminderen. De engagementen hebben betrekking op het geografische grondgebied van de gemeente of de stad. Daarom bevat het plan acties voor zowel de publieke als de private sector (bedrijven, burgers, middenveld, scholen …). De rol van de gemeente is dat zij het voorbeeld geeft, duidelijke maatregelen neemt en haar inwoners stimuleert om zelf actie te ondernemen. Het streefjaar is 2020. Daarom bevat het plan een duidelijke schets van de acties die de gemeente zal ondernemen om haar streefdoel in 2020 te bereiken. Maar een langetermijnstrategie en -visie is ook belangrijk. Gebouwen, installaties en voorzieningen De strategie voor de sector wonen draait rond het verminderen van energieverbruik door het uitvoeren van de nodige aanpassingen aan de gebouwschil. Ook eigen gemeentelijke gebouwen worden onderworpen aan deze strategie; er zullen mogelijkheden onderzocht worden i.k.v. ESCO. Samenwerking: voor planning, uitvoering en renovaties dient er gezocht te worden naar en samengewerkt te worden met verscheidene externe partners, o.m. IGO, Infrax, Dubo, … Mobiliteit De strategie voor de sector mobiliteit is streven naar het verminderen van het autogebruik, door o.m. autodelen, carpoolen, het ter beschikking stellen van de gemeentelijke vloot, en het stimuleren van het fietsgebruik voor korte afstanden. Eigen personeel wordt gestimuleerd om te carpoolen en ontvangt een fietsvergoeding. Samenwerking: dit doel kan enkel bereikt worden wanneer er wordt samengewerkt met het middenveld en de verschillende scholen op het grondgebied. Hernieuwbare energie De strategie bestaat er hier grotendeels in de burgers kennis te laten verwerven door sensibilisatie en het organiseren van info-avonden zowel omtrent particuliere mogelijkheden betreffende hernieuwbare energievormen zelf als van het participeren in innovatieve projecten, bv. EcoPower. Eigen gemeentelijke nieuwbouw wordt – waar mogelijk - uitgerust met hernieuwbare energiebronnen, bv. fotovoltaïsche cellen op het nieuwe AC. Samenwerking: de kern van de samenwerking ligt in draagvlakverbreding; zo veel mogelijk mensen er zo nauw mogelijk mee betrekken via win-win-principes of andere.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 7/32
Natuur en biodiversiteit De strategie is hier het behoudt van een eigen identiteit en het in de kijker zetten van ons waardevol landschap. Hiertoe dienen er activiteiten ontwikkeld te worden rond duurzame streekontwikkeling op basis van de actuele en potentiële kwaliteiten van de Zoutleeuwse natuur, de kleine landschapselementen en onze streekidentiteit. Op ons eigen grondgebied wordt dit duidelijk gemaakt via het “te griest”-verhaal, het wandelnetwerk en de trage wegen. Samenwerking: erkenning voor natuur en haar waarde voor onze samenleving vraagt een engagement, dit dienen we terug te vinden bij talloze vrijwilligers (natuurpunt, wandelnetwerk, Vinne…), lokale recreatieve initiatieven (Den Dolaard) en gestructureerde organisaties zoals het Provinciaal Domein Het Vinne en het Regionaal Landschap ZuidHageland. Landbouw De strategie is het in de kijker zetten van de lokale producent en zijn bekendheid en aanwezigheid tastbaar maken bij de consument. Streven, niet alleen naar streekproducten, maar ook naar korte keten om te voorzien in onze dagelijkse behoeften. Binnen de eigen gemeentelijke diensten en raden dient er duidelijke en voldoende communicatie mogelijk te zijn omtrent natuur en landbouw als één geheel, met respect voor elkaar. Samenwerking: een coalitie tussen alle producenten binnen de Getevallei en de branding door de Provincie en/of Regioaal Landschap Zuid-Hageland.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 8/32
4. HUIDIGE SITUATIE 4.1. Algemeen Om doelstellingen te formuleren en de effecten van het klimaatbeleid op te volgen, moet je de grootte en de bronnen van de huidige CO2-uitstoot kennen. Daarom heeft de gemeente een nulmeting uitgevoerd. Deze meting geeft van elke sector het aandeel in de totale CO2-uitstoot weer. Het referentiejaar is 2011 want vanaf dat jaar zijn volledige cijfers voor de nulmeting beschikbaar. De inventaris werd gemaakt met de generieke tool1 die VITO ontwikkelde in opdracht van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE) van de Vlaamse overheid en aangevuld met data die specifiek zijn voor de gemeente. De nulmeting richt zich op de emissies van sleutelsectoren als: gemeentelijke gebouwen, installaties en voorzieningen
tertiaire gebouwen, installaties en voorzieningen
residentiële gebouwen
transport: gemeentelijke vloot, openbaar transport (weg, spoor), privé en commercieel transport (weg)
Daarnaast brengt de nulmeting emissiebronnen in kaart die niet verplicht gerapporteerd moeten worden, maar die wel relevant kunnen zijn voor het klimaat- en energiebeleid: energieproductie: koude- of warmteproductie-eenheden
energieproductie: energiegerelateerde emissies van productie-eenheden voor elektriciteit < 20 MW landbouw: energiegerelateerde CO2-emissies en niet-energiegerelateerde emissies zoals CH4 door vertering en N2O door mestopslag industrie: energiegerelateerde CO2-emissies door niet-ETS bedrijven
4.2. Gemeentelijke nulmeting Uit de emissie-inventaris van de stad Zoutleeuw blijkt dat in het jaar 2011 35.144 ton aan CO2 werd uitgestoten. De stad Zoutleeuw heeft ervoor gekozen om zich te focussen op de grootste CO2-producenten.
1
Tool is terug te vinden op aps.vlaanderen.be/lokaal/burgemeestersconvenant/burgemeestersconvenant.htm.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 9/32
Figuur 2: Taartdiagram gemeentelijke nulmeting
Bovenstaande figuur geeft de procentuele verdeling van de grootste CO2-producenten in de stad Zoutleeuw. 66% van de CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door gebouwen, 26% door vervoer en 8% door overige sectoren. Wanneer we hier dieper op ingaan in de VITO-tool zien we de bijdrage van de huishoudens binnen de sector gebouwen bedraagt 79% voor woningen en binnen de sector vervoer 89% voor particulier en commercieel vervoer. Voor de gemeentelijke diensten is dat respectievelijk 1% aandeel voor de gemeentelijke gebouwen (incl. openbare verlichting) binnen de sector gebouwen en 11% voor openbaar vervoer – het gemeentelijk wagenpark wordt niet afzonderlijk besproken. De overige sector omvat met een aandeel van 8% landbouw, bosbouw en visserij.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 10/32
Figuur 3: Taartdiagram gemeentelijke nulmeting
Bovenstaande figuur geeft de procentuele verdeling van de CO2-uistoot in de stad Zoutleeuw.
Figuur 4: Grafiek vergelijking gemeente – gemiddelde Vlaams-Brabantse gemeente
Als je de gemeente vergelijkt met een gemiddelde Vlaams-Brabantse gemeente met een gelijkaardig aantal inwoners, dan blijken ook hier de grootste bronnen van CO2-uitstoot de sectoren “bebouwde omgeving” en “mobiliteit” te zijn. Industrie is in Zoutleeuw nagenoeg niet aanwezig, landbouw heeft wel een plekje.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 11/32
4.3. Inventarisatie bestaande werking en projecten De resultaten van de nulmeting zijn het uitgangspunt van het klimaatactieplan. Acties en maatregelen die uitgevoerd zijn sinds referentiejaar 2011, worden mee opgenomen en kunnen al een invloed hebben op de CO2-uitstoot. Daarom heeft de gemeente deze bestaande initiatieven geïnventariseerd. De
inventarisatie gebeurde op basis van: milieujaarprogramma’s omgevingsanalyse uit BBC beleidsplannen van andere gemeentelijke diensten strategische nota bestaande audits, studies, visieplannen: o energieaudits van gemeentelijke gebouwen o mobiliteitsstudie o trage wegen o fietsroutenetwerk o hernieuwbare energie o relighting o energieboekhouding o … initiatieven of lange termijnprojecten die al in uitvoering zijn: o inrichting autoluwe zones o feitsverbindingen en “te griest”-padjes o (ver)bouw(ing) gemeentelijke gebouwen o inrichting en plaatsing oplaadpunten elektrische voertuigen en fietsen o trage wegen o fietsroutenetwerken o … Initiatieven van en met externe partners: o ESCO (i.s.m. Infrax) o Gratis duurzaam bouwadvies (i.s.m. DUBO Vlaams-Brabant) o Ontwikkeling Getevallei (i.s.m. Regionaal Landschap Zuid-Hageland) o …
Klimaatactieplan Zoutleeuw 12/32
4.4. Maatregelentool en Business as Usual-scenario 2020 (BAU 2020) VITO heeft in opdracht van LNE een maatregelentool2 opgemaakt. Die geeft voor tien voorbeeldmaatregelen een indicatie van de impact op het energieverbruik en de CO2-uitstoot. Het gaat om acties die burgers, handelaars of bedrijven kunnen nemen. Zoals: huishoudens: muurisolatie, dakisolatie, betere beglazing, warmtepompen, zonneboilers tertiair: cluster van diverse maatregelen (zoals relighting, efficiëntere gasketels, natuurlijke ventilatie, installatie warmtepompen) om vraag en verbruik te laten dalen bij verwarming, ventilatie, koeling en verlichting transport: shift van auto naar fiets voor korte ritten, shift naar elektrische voertuigen lokale elektriciteitsproductie: PV De besparingen zijn berekend in vergelijking met het referentiejaar 2011 en het ‘BAU’scenario in het jaar 2020. BAU staat voor Business As Usual en geeft een inschatting van het energieverbruik en de CO2-emissies voor 2020 als de gemeente of stad geen specifieke maatregelen neemt. Het scenario houdt wel rekening met autonome evoluties zoals de verwachte bevolkingsgroei en de toename wegverkeer, en met het Europese beleid. In de twee onderstaande figuren is een vergelijking weergegeven van het finale energieverbruik (figuur 5a) en de CO2-uitstoot (figuur 5b) tussen de nulmeting (referentiejaar 2011) en het Business-as-Usual scenario (2020). Daaruit is af te leiden dat, zowel de CO2-uitstoot als het finaal energieverbruik dalen. Voor de totale CO2-uitstoot is er een daling met maar liefst 20%. Deze daling is volgens het BAUscenario vooral te wijten aan de enorme daling binnen de sector transport. Voor deze daling kan echter geen eenduidige verklaring gegeven worden, daarom willen we deze inschatting ook nuanceren. Een meer realistische schatting voor Zoutleeuw is wellicht een daling van circa 10% binnen de sector transport.
2
zie http://aps.vlaanderen.be/lokaal/burgemeestersconvenant/burgemeestersconvenant.htm
Klimaatactieplan Zoutleeuw 13/32
Figuur 5a: Grafiek finaal energieverbruik (in MWh) Business-as-Usual scenario 2020
Figuur 5b: Grafiek CO2-uitstoot (in ton) Business-as-Usual scenario 2020
Klimaatactieplan Zoutleeuw 14/32
5. GEMEENTELIJK KLIMAATACTIEPLAN 5.1. Organisatorisch Het is belangrijk om een groot draagvlak te creëren. De gemeente betrekt daarom zowel intern als extern zo veel mogelijk mensen en organisaties. 5.1.1. Intern Intern werd een stuurgroep opgericht met daarin mandatarissen en vertegenwoordigers van volgende diensten: burgemeester schepen voor financiën en milieu & duurzaamheid schepen voor afval en ruimtelijke ordening schepen voor welzijn milieudienst gemeenteraadsleden Tijdens de opmaakfase van het klimaatactieplan hebben de stuurgroepleden deze taken op zich genomen: bespreking van de resultaten van de nulmeting opmaak inventarisatie van bestaande initiatieven (acties, projecten, studies …) opmaak of heroriëntering van het budget en zoektocht naar mogelijke financieringsbronnen sectoren aanduiden waarvoor maatregelen en acties worden opgenomen ambitieniveau bepalen: 20% efficiënte en effectieve acties en maatregelen voorstellen op basis van de nulmeting, inventarisatie van de eigen werking, provinciale inventaris van mogelijke klimaatacties en, indien van toepassing, de maatregelentool (zie punt 5.3) opvolging participatieproces bespreking communicatiemateriaal … De acties en maatregelen van dit klimaatactieplan werden binnen de werkgroep besproken. In een latere fase zal deze werkgroep uitgebreid worden tot een KlimaatRaad, waarin deskundigen, vertegenwoordigers van raden en verenigingen, en zo meer kunnen zetelen. De bedoeling daarvan is om knelpunten en kansen aan te halen en acties te bedenken om deze knelpunten aan te pakken. De
stuurgroep komt op regelmatige basis samen en zal: alle acties en maatregelen opvolgen en monitoren verbeterpunten bespreken regelmatig met de verschillen actoren overleggen naar het schepencollege en de gemeenteraad terugkoppelen.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 15/32
De interne stuurgroep heeft dus zowel een beleidsondersteunende, coördinerende, adviserende als uitvoerende rol. Deze werkwijze garandeert een grote betrokkenheid. Het klimaatbeleid moet verankerd worden binnen het bestuur en wordt daarom mee opgenomen in de meerjarenbeleidsplanning. Om de klimaatproblematiek aan te pakken, zijn traditionele beleidsconcepten en instrumenten niet genoeg. Er is aanvullend beleid nodig dat gericht is op structurele veranderingen op lange termijn.
Figuur 6: interne projectstructuur
5.1.2. Extern Extern wordt de gemeente ondersteund door een breed partnerschap, waaronder de Vlaamse overheid, VITO, de distributienetbeheerders, externe experten, lokale verenigingen... De provincie Vlaams-Brabant en Interleuven bieden in hun rol als coördinator inhoudelijke, technische en administratieve ondersteuning aan.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 16/32
Figuur 7: externe ondersteuning aan de gemeente
5.2. Participatieve aanpak De gemeente heeft zowel een stuurgroep, werkgroep als een actief participatietraject opgezet met verschillende gemeentelijke stakeholders. Doel van dit participatieproces is om de gemeentelijke doelgroepen mee te laten nadenken over het gemeentelijk klimaatbeleid, input te krijgen voor het klimaatactieplan en de voorgestelde maatregelen te toetsen op hun haalbaarheid. Zo wil de gemeente komen tot een gedragen klimaatplan en –beleid en een actieve medewerking bij de uitvoering ervan. 5.2.1. Ronde tafel De stad Zoutleeuw vindt de mening van haar inwoners in het klimaat(neutraal)verhaal heel belangrijk en heeft daarom reeds twee ronde tafels georganiseerd. 1. Ronde tafel op 12/06/2014 rond voedselverspilling, energie, mobiliteit en landbouw 11.11.11 kwam duiding geven over het thema voedselverspilling en hoe alles wat wij hier doen, een effect heeft in het zuiden Bruno Moens, van Kyoto in het Pajottenland,kwam duurzame energie toelichten, educatie omtrent natuur, milieu, landbouw, energie… Hoe we stap voor stap een verschil kunnen betekenen via het besparen van energie, het opwekken van energie en het sensibiliseren. Mobiel 21 vzw gaf toelichting over ons autogebruik en de mobiliteitsproblematiek Luc Vankrunkelsven van Wervel vzw lichtte het thema landbouw toe, met de nodige aandacht voor Europa, Azië, Brazilië en agroforestry bij ons.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 17/32
2. Ronde tafel op 27/01/2015 rond de nulmeting en hoe de inwoners van Zoutleeuw zich “2020” dromen Er werd gebruikgemaakt van de klimaatneutrale metrokaart van de provincie, het begrip klimaatneutraal, de inhoud van het brugemeesterconvenant, brainstormsessie over wat de burgers kunnen doen om 20% CO2 te besparen. Alle inwoners werden via de volgende kanalen aangespoord om deel te nemen: - mailing naar alle socio-culturele verenigingen - postkaart voor alle inwoners van Zoutleeuw en alle leerlingen van de acht scholen - sociale media - aankondigingsborden langs de invalswegen - gemeentelijke communicatiekanalen: website, gemeentelijk infoblad “Zoutpot” De belangrijkste conclusies uit het participatieproject zijn: - zwakke doelgroepen zijn belangrijk - overtuigingskracht ligt onder meer in financiële argumenten en praktijkvoorbeelden - advies op maat is wenselijk, cfr. samen energiek - aandacht voor samenaankopen, wijkrenovaties… - … Alle bevindingen, suggesties en opmerkingen werden opgenomen in de verslagen. 5.2.2. Communicatie De stad Zoutleeuw hecht veel belang aan communicatie omtrent het Burgemeesterconvenant en het Klimaatneutraalverhaal. Naast onze eigen communicatiekanalen (website, infoblad, sociale media), maken we gebruik van het materiaal dat door de provincie Vlaams-Brabant wordt aangeleverd: - Metrokaartjes, die samen met de uitnodiging voor het wereldcafé aan alle socio-culturele verenigingen zijn bezorgd; - Mindmap, die samen met de metrokaartjes op een aparte stand in het gemeentehuis, tentoongesteld is; - Verkeersbordstickers die op 12 strategische plaatsen in de gemeente bevestigd zijn. Het is essentieel om de burgers steeds op de hoogte te houden van de stand van zaken omtrent het Burgemeesterconvenant en de verder ontwikkelingen en acties die de stad onderneemt. 5.3. Financieel De komende jaren zijn er extra financiële inspanningen nodig om de ambities en doelstellingen te verwezenlijken. Het budget om dit klimaatactieplan te realiseren bestaat uit: Gemeentepersoneel voor de coördinatie van gemeentelijke acties. Personeel van de ondersteunende partners. Actieve ondersteuning van Interleuven bij het gemeentelijk klimaatbeleid.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 18/32
Gemeentelijke investeringen in het eigen patrimonium en het wagenpark om de voorbeeldfunctie uit te oefenen. Daarnaast investeert de gemeente ook in andere acties. Tabel 1 geeft een overzicht van de budgetten die de gemeente op dit moment in haar meerjarenbegroting hiervoor voorziet. Quickwins die de gemeente realiseert, worden opnieuw ingezet voor energie- en klimaatbeleid. Bestaand budget dat al wordt ingezet voor klimaatbeleid. Externe subsidiemogelijkheden of financiële structuren, bijvoorbeeld: o Europese subsidieprogramma o Federale subsidies o Vlaamse subsidieprogramma’s (o.a. Plattelandsfonds …) o Energy Performance Contracting (EPC) o Crowdfunding o … Actie
Algemene rekening omschrijving
2015
ACT-181 Terreinen - gemeenschapsgoederen (gassite) € ACT-197 ACT-179 ACT-170 ACT-181 ACT-193 ACT-196 ACT-211 ACT-211 ACT-166 ACT-194 ACT-166
Andere kosten voor prestaties van derden (bermen) Installaties, machines en uitrusting gemeenschapsgoederen (camera) Andere kosten voor prestaties van derden (oplaadpunten) Andere kosten voor prestaties van derden (gassite) Andere technische kosten (kleine initiatieven) Andere technische kosten (hagendorser) Andere subsidies (lidgeld RLZH) Erelonen en vergoedingen voor andere prestaties (trage wegen Leader) Andere kosten voor prestaties van derden (infoavonden, workshops - fact. aan stad) Andere subsidies (RLZH) Erelonen en vergoedingen voor optredens, lesgevers, gidsen, tolken, e.d. (infoavonden)
ACT-183 Overige diensten en diverse leveringen (IL) ACT-167 Subsidies aan gezinnen (Dubo) ACT-211
Erelonen en vergoedingen voor optredens, lesgevers, gidsen, tolken, e.d. (RLZH - leader)
ACT-305 Elektriciteit (LED in bib) ACT-306 Elektriciteit (LED in BKO)
2016 -
2017
€ 30.000,00 €
2018 -
€
2019 -
€
-
€
12.500,00 € 12.500,00 € 12.500,00 € 12.500,00 € 12.500,00
€
15.000,00 €
-
€
-
€
-
€
-
€
-
€
2.500,00 €
-
€
-
€
-
€
-
€ 30.000,00 €
-
€
-
€
-
-
€
1.000,00 €
-
- € 6.000,00 €
- € 6.000,00 €
€
1.000,00 €
1.000,00 €
€ €
- € 6.000,00 €
5.000,00 € 6.000,00 €
€
3.000,00 €
€
2.000,00 €
€
9.000,00 € 19.000,00 € 19.000,00 € 19.000,00 € 19.000,00
€ € €
500,00 €
-
€
5.000,00 €
500,00 €
-
€
5.000,00 €
750,00 €
-
6.000,00
€
5.000,00 €
750,00 €
5.000,00
750,00
15.000,00 € 15.000,00 € 15.000,00 € 15.000,00 € 15.000,00 500,00 € 500,00 € 500,00 € 500,00 € 500,00
€
750,00 €
€ €
-
€ €
-
€
4.250,00 € 2.000,00 €
-
€
4.500,00 € 2.500,00 €
-
€
4.500,00 € 2.500,00 €
4.500,00 2.500,00
Tabel 1: overzicht van het (voorlopig) voorziene budget in de meerjarenbegroting
Klimaatactieplan Zoutleeuw 19/32
5.4. Geplande acties en maatregelen Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de geplande acties en maatregelen tot 2020. De nulmeting geeft een kijk op de situatie in 2011, hoeveel van de CO2-uitstoot er kan verminderd worden en welke de prioritaire sectoren zijn. Op basis daarvan heeft de gemeente een pakket van maatregelen samengesteld die hierop inspelen. Ruimtelijke ordening, duurzame aankopen en burgerparticipatie beschouwen we niet als afzonderlijke sectoren, maar werden geïntegreerd in andere sectoren. Voor de selectie van maatregelen heeft de gemeente inspiratie gevonden in de 'Inventaris Mogelijke Klimaatacties', aangeboden door de provincie Vlaams-Brabant en Interleuven. Deze maatregelen en acties werden met de stakeholders getoetst op haalbaarheid en wenselijkheid (zie ook 5.1 en 5.4). Daarnaast werden er ook mogelijke maatregelen aangebracht tijdens de participatiemomenten. De opsomming is niet limitatief en kan steeds aangepast worden. 5.4.1. Gebouwen, installaties en voorzieningen Gebouwen, installaties en voorzieningen zijn goed voor 66% van de CO2-uitstoot in onze gemeente. Deze sector is één van de belangrijkste sectoren om de broeikasgasuitstoot te doen dalen. De gemeente kiest voor duurzaam en energiezuinig bouwen. Niet alleen voor haar eigen patrimonium, maar ook voor het gebouwenpark op het grondgebied van de gemeente. Via sensibilisatie en het promoten van duurzaam (ver)bouwen, wil de gemeente ook de residentiële en tertiaire gebouwen duurzamer maken. Duurzaam bouwen? Dat is een manier van bouwen waarbij de milieu- en gezondheidseffecten over de volledige levensduur van het bouwproject tot een minimum worden beperkt. Hierbij verliezen we het economische optimum niet uit het oog en gaan we uit van de volgende principes: Bouwen over generaties heen. Niet alleen door duurzame materialen te gebruiken, maar ook door comfortabele leefomgevingen te creëren waar mensen graag vertoeven. Efficiënt ruimtegebruik. Hoe dichter mensen bij elkaar wonen, hoe minder oppervlakte er bebouwd wordt en hoe meer natuur behouden blijft. Een dichte bebouwing beperkt de verplaatsingsafstand. Het vergemakkelijkt een efficiënte infrastructuur en openbaar vervoer. Rationeel energiegebruik, zowel tijdens het bouwproces als tijdens de levensduur van de woning. Voorwaarden hiervoor zijn compact en zuid georiënteerd bouwen, een luchtdichte afwerking, grondig isoleren, efficiënte verwarmingsinstallatie op hernieuwbare energie … Het gebruik van duurzame materialen met een zo laag mogelijke milieu-impact, waarbij de volledige levenscyclus in acht wordt genomen. Een goede waterhuishouding. Deze principes passen we toe voor gemeentelijke gebouwen en openbare verlichting, maar even goed voor residentiële woningbouw, industrie- en kantoorgebouwen, zorgsector, schoolgebouwen en zo meer.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 20/32
Doelstellingen van de stad: Dé grote doelstelling is om het energieverbruik van zowel de gemeentelijke overheid als van de particuliere woningen en bestaande tertiaire gebouwen te reduceren. Idealiter komen we zo tot het volgende scenario: reductie CO2-uitstoot door stimuleren van energiebesparende maatregelen bij bestaande particuliere woningen aanmoedigen om nieuwbouwwoningen passief of bijna energieneutraal te realiseren energiebesparing bij gemeentelijke gebouwen … Wat doet de stad nu al in deze sector en zal worden voortgezet? Voor de ondertekening van het Burgemeesterconvenant deed de stad al inspanningen om het energieverbruik te reduceren. Deze acties worden voortgezet en sommige ook uitgebreid. Zeker het vermelden waard zijn de volgende acties:
Kernversterking als basis voor het ruimtelijk ordeningsbeleid Organiseren van infoavonden over diverse thema’s van duurzaam bouwen (i.s.m. het Provinciaal Steunpunt Duurzaam Bouwen); Stimuleren van energiebesparende maatregelen (bv. spouw- en buitenmuurisolatie) via de organisatie van samenaankoopacties; Stimuleren van energiebesparende ingrepen via subsidies (Infrax); Het promoten van energiescans; Voortzetten van een doelgroepenwerking via OCMW; Voortzetten van de samenwerking met distributienetbeheerder (Infrax); De kennis van het gemeentelijk gebouwenpark verbeteren via energieboekhouding van de belangrijkste gemeentelijke gebouwen; Aanbieden van gratis duurzaam bouwadvies van het Steunpunt DuBo aan haar inwoners; Sensibiliseren en informeren van inwoners; Participatie Nacht van de Duisternis; Goedkope leningen voor energiebesparende investeringen; …
Op welke nieuwe maatregelen zal de gemeente inzetten nu en in de toekomst? Nr.
Actie (omschrijving)
Concreet
Partner en/of verantwoordelijke
Timing
1.
Verbeter de kennis van het gemeentelijk gebouwenpark – energieboekhouding
Energieboekhouding
Infrax
2011-2020
2.
Centraal energieteam met lokale verantwoordelijken voor elk gemeentelijk gebouw
Lokale verantwoordelijke
2011-2020
3.
Stimuleer energie-efficiëntie en rationeel energieverbruik in gemeentelijke gebouwen
Campagnemateriaal
2013-2020
4.
Voor gebouwen die niet in aanmerking komen voor grondige renovatie of een EPCcontract, voert de gemeente op zich staande ingrepen uit
Isolatie, beglazing, relighting, …
2014-2020
5.
Maak in de jaarlijkse begroting een
Isoleren,
2012-2020
Klimaatactieplan Zoutleeuw 21/32
budgettaire ruimte voor het uitvoeren van quickwins in elk gebouw.
tochtstrips, afkitten, …
6.
Beheer van gebouwen afstemmen op gebruik
Correct instellen installaties
7.
Aandacht bij aankoop en keuze elektrische toestellen en IT-apparatuur
Energiezuinig, multifunctioneel, centraal…
Vera, Schaubroeck
2011-2020
8.
Groene stroom
Samenaankoop groene stroom
Lubbeek
2012-2020
9.
Thermische luchtfotografie van het gemeentelijk grondgebied
IL, beweging.net
2015-2020
10.
Stimuleer energie-efficiëntie en rationeel energieverbruik in tertiaire gebouwen
11.
Stimuleer energie-efficiëntie en rationeel energieverbruik in particuliere gebouwen
Wooninfopunt, Samen Energiek, energiesnoeiers, DuBo, Infrax, energiesparen.be…
Stad Tienen
2011-2020
12.
Openbare verlichting
Nacht van de duisternis, energieboekhouding OV, LED…
Infrax
2011-2020
13.
Stimuleer energie-efficiëntie en rationeel energieverbruik in lokale bedrijven
Award?
2016-2020
14.
Duurzaamheid in RUP’s, woonbeleid en grote projecten
Ravelijn, Aen den Hoorn…
2011-2020
2015-2020
2015-2020
Verwachte CO2-reductie Met deze maatregelen verwacht de gemeente voor de sector gebouwen een CO2-reductie van 20% te bereiken tegen 2020. 5.4.2. Mobiliteit Duurzame mobiliteit zoekt het evenwicht tussen bereikbaarheid, economie, leefmilieu en klimaat. Het draagt ook bij aan een betere luchtkwaliteit (fijn stof, NO2 …), hogere verkeersveiligheid, minder geluidsoverlast, meer beschikbare open ruimte en economische winst. Als strategie past de gemeente het STOP-principe toe: voetgangers (Stappen), fietsers (Trappen) en Openbaar vervoer krijgen voorrang. Het autoverkeer (Privé-vervoer) wordt verminderd. Zowel woon-werkverkeer, vrijetijdsverkeer als logistiek verkeer zijn aandachtspunten. Ruimtelijke planning is van cruciaal belang om een kentering in het mobiliteitsbeleid te realiseren. Verkeersgenererende functies koppelen we aan het openbaar vervoersnetwerk en fietsnetwerk. Een verbetering van het aanbod van het openbaar vervoer en de fietsinfrastructuur zijn daarbij belangrijk. Ook nieuwe voertuigen die minder of niet meer afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen, zijn een mogelijkheid. Het is nog onduidelijk welke aandrijftechnologieën in de toekomst de klassieke verbrandingsmotor op benzine of diesel zullen opvolgen. De doorbraak van
Klimaatactieplan Zoutleeuw 22/32
waterstof is hierbij nog onzeker. Daardoor ligt de focus nu op elektrische auto’s, maar dit kan snel veranderen. Verplaatsingen te voet, per fiets of via collectief vervoer krijgen voorrang op de wagen. Voor verplaatsingen die toch nog met de wagen gebeuren, kan er gekeken worden naar een wagenpark met een lagere uitstoot. De elektrische auto als volwaardig alternatief voor de auto op fossiele brandstoffen komt waarschijnlijk pas over een aantal jaar op de markt. Een substantieel aandeel elektrische wagens in het totale wagenpark is mogelijk niet te verwachten voor 2020. Provincies, intercommunales en gemeenten kunnen deze overgang versnellen. Voor de overschakeling naar elektrische auto’s of auto’s op CNG moet er een slim laadnet beschikbaar zijn. Doelstellingen van de gemeente: realiseren van minder autokilometers via goede planning de nood aan de auto verminderen energiezuinig rijden promoten als je toch de wagen neemt laadpalen voor plug-in hybride en elektrische voertuigen; elektrisch rijden moet aantrekkelijker worden minder uitstoot door gemeentebestuur verbetering van de wandel- en fietsinfrastructuur … Wat doet de gemeente nu al in deze sector en zal worden voortgezet? Voor de ondertekening van het Burgemeesterconvenant deed de stad al inspanningen om het energieverbruik te reduceren. Deze acties worden voortgezet en sommige ook uitgebreid. Zeker het vermelden waard zijn de volgende acties:
uitvoeren en bijsturen van het gemeentelijk mobiliteitsplan onderhoud en aanleg van nieuwe fietspaden organiseren van acties i.s.m. de scholen inventarisatie, onderhoud en beheer van bestaande trage wegen …
Op welke nieuwe maatregelen zal de gemeente inzetten nu en in de toekomst? Nr.
Actie (omschrijving)
Concreet
Partner en/of verantwoordelijke
1.
Energieboekhouding wagenpark
2.
Timing
Alternatieve vervoersmiddelen aanbieden
Dienstfietsen, fietsvergoeding, carpooling, groepsaankoop elektrische fietsen…
Interleuven
2011-2020
3.
Nieuwe technologieën
Plug in voor hybride en elektrische wagens, laandpalen, Ecodriving..
EV-point, EcoLife
2016
4.
Innoverende transportwijzen
Minder Mobielen Centrale
2011-2020
5.
Bereikbaarheid
Schoolvervoerplan,
2011-2020
2016-2020
Klimaatactieplan Zoutleeuw 23/32
dienstencampus, sociale campus, digitalisatie dienstverlening, fietspooling, wandelende schoolbussen… 6.
Sensibiliseren
“Weer een auto minder”, Belgerinkel…
2015-2020
7.
Gemeentelijk mobiliteitsplan
8.
Structurele aanpassingen voor de voetgangers
Aanpassingswerken ten gunste van voetgangers, zone 30, herwaardering trage wegen, te griestwegjes, tragewegenplan…
2011-2020
9.
Structurele aanpassingen voor de fietsers
Fietssnelwegen en – parkings, fietsroutenetwerk, aantrekkelijke fietspaden…
2011-2020
10.
Parkeerbeleid
Blauwe zone, parkeerroute, parking voor elektrische voertuigen…
2016-2020
11.
Zachte mobiliteit
Fietsherstelplaatsen, fietsschool, acties i.s.m. scholen, autoloze zon- of werkdag, “weer een auto minder”
2011-2020
2011-2020
Verwachte CO2-reductie Met deze maatregelen verwacht de gemeente voor de sector mobiliteit een CO2-reductie van 5% te bereiken tegen 2020. 5.4.3. Hernieuwbare energie Een doordacht klimaatbeleid vraagt om een duurzame energieproductie, met nadruk op hernieuwbare energiebronnen. Hernieuwbare energie is energie die gewonnen wordt uit onuitputtelijke bronnen. Vormen van hernieuwbare energie zijn: bio-energie geothermische energie zonne-energie energie uit water windenergie Er bestaan verschillende technieken om de beschikbare hernieuwbare energie te winnen. Bijvoorbeeld een thermische zonnecollector, fotovoltaïsche zonnecellen, vergisting van biomassa tot biogas, persing van pure plantaardige olie. Deze technieken leveren ook verschillende energiedragers op: warmte of elektriciteit. Elke hernieuwbare energiebron en omzettingstechniek heeft haar eigen kenmerken, zodat een effectief beleid per bron en zelfs per techniek moet worden bepaald. De gemeente zet initiatieven op voor zowel haar eigen infrastructuur als voor andere doelgroepen.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 24/32
Doelstellingen van de gemeente: het gemeentelijk elektriciteitsverbruik bestaat voor 100% uit groene stroom PV-panelen en/of zonneboiler promoten bij particuliere huishoudens … Wat doet de gemeente nu al in deze sector en zal worden voortgezet? Voor de ondertekening van het Burgemeesterconvenant deed de stad al inspanningen om het energieverbruik te reduceren. Deze acties worden voortgezet en sommige ook uitgebreid. Zeker het vermelden waard zijn de volgende acties:
als gemeentebestuur enkel groene stroom aankopen plaatsing van hernieuwbare energietoepassingen op eigen gemeentelijke gebouwen energieleningen voor bepaalde doelgroepen hernieuwbare energie promoten en informatie verstrekken …
Op welke nieuwe maatregelen zal de gemeente inzetten nu en in de toekomst? Nr.
Actie (omschrijving)
Concreet
1.
Infoavond omtrent hernieuwbare energie
2.
Faciliteren van alternatieve financieringsvormen
3.
PV-panelen op eigen nieuwbouw
4.
De gemeente koopt zelf 100% groene stroom aan
Luminus, Lubbeek
2011-2020
5.
Voordelige energieleningen voor bepaalde doelgroepen
Overheid
2015-2020
PPS, ESCO
Partner en/of verantwoordelijke
Timing
DuBo
2011
Infrax, Overheid
2011-2020 2016-2017
Verwachte CO2-reductie Met deze maatregelen verwacht de gemeente voor de sector hernieuwbare energieproductie een CO2-reductie van 5% te bereiken tegen 2020. 5.4.4. Natuur en biodiversiteit Twee soorten maatregelen zijn mogelijk: 1. Klimaatmitigatie: maatregelen die de uitstoot van broeikasgassen beperken zodat de temperatuurstijging onder een gevaarlijke kritische grens wordt gehouden. Het Europese Burgemeestersconvenant richt zich in eerste instantie op deze maatregelen. 2. Klimaatadaptatie: zie 5.5 Biodiversiteit en natuurlijke ecosystemen spelen een belangrijke rol in de hele klimaatproblematiek. Ze maken mensen, soorten en populaties veerkrachtiger zodat ze zich beter kunnen aanpassen aan de klimaatverandering. Hoe groter de verscheidenheid van dieren en planten, hoe meer ecosystemen de schokken van de klimaatsveranderingen zullen overleven.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 25/32
De klimaatsverandering heeft duidelijk invloed op de natuurlijke systemen: ze is schadelijk voor biodiversiteit en één van de oorzaken van biodiversiteitsverlies. Wanneer biodiversiteit en ecosystemen niet efficiënt beschermd worden, zal het klimaat nog sneller veranderen en zullen de gevolgen groter zijn. Hoezo? Biodiversiteit en ecosystemen zijn belangrijk voor klimaatregulering: veengebieden, moerassen, bodems, bossen en oceanen zorgen voor de opname en opslag van koolstof. De uitstoot van broeikasgassen kan teruggedrongen worden door deze ecosystemen gezond te houden en beschadigde milieus te herstellen. Zoals het opnieuw aanplanten van bossen. Bossen zuiveren de lucht, slaan koolstof op en nemen water op als een spons waardoor overstromingen worden beperkt en water wordt opgeslagen voor drogere periodes. Ook half natuurlijke en door de mens beheerde ecosystemen - waaronder landbouwgebieden - leggen koolstof vast en halen CO2 uit de lucht. Onze klimaatstrategieën afstemmen op de natuur heeft dus veel voordelen: - We zorgen dat de mens en zijn bestaansmiddelen minder kwetsbaar worden voor deze klimaatverandering. - Het is een kostenefficiënte aanpak: ecosystemen zorgen voor koolstofopslag tegen een lage kost. Enkele concrete voorbeelden hiervan: Klimaatimpact
Ecosysteemgebaseerde aanpassing
Meer droogte
Pas de juiste landbouw- en bosbouwpraktijken toe om de wateropslagcapaciteit te verhogen en droogte tegen te gaan
Warmte-extremen
Verhoog het aantal groene (natuur) en blauwe (water) zones in steden om het microklimaat en de luchtkwaliteit te verbeteren
Rivieroverstromingen
Onderhoud en herstel broekgebieden en rivierbeddingen die kunnen dienen als natuurlijke buffers tegen overstromingen
Verhoogd brandrisico
Plant gemengde bossen, want zij zijn immuun tegen ziekten en plagen en hebben een lager brandrisico
Conclusie: het behoud of herstel van ecosystemen helpt om klimaatverandering tegen te gaan én om ons beter te wapenen tegen de klimaatsverandering. Doelstellingen van de gemeente: Zoutleeuw herbergt het provinciaal Domein het Vinne, als natuurlijk ecosysteem is een heel belangrijke bron van biodiversiteit. Deze groene long van onze stad verzamelt diverse biotopen naast elkaar.
samenwerking met Wateringen, Regionaal Landschap Zuid-Hageland, Natuurpunt, Wildbeheereenheden, provinciaal domein Het Vinne… realiseren van meer natuur en groen …
Klimaatactieplan Zoutleeuw 26/32
Wat doet de gemeente nu al in deze sector en zal worden voort gezet? sensibilisatie mogelijkheden VLM, RLZH… opmaak erosiebestrijdingsplan aandacht voor overstromingsproblematiek nulgebruik voor pesticiden evaluatie van het bermbeheersplan i.s.m. RLZH … Op welke nieuwe maatregelen zal de gemeente inzetten nu en in de toekomst? Nr.
Actie (omschrijving)
Concreet
Partner en/of verantwoordelijke
Timing
1.
Versterken van robuuste, grotere natuurkernen
Getevallei
RLZH, NP, WBE…
2014-2020
2.
Versterken van groen-blauwe infrastructuur op openbaar domein
Herstel, herinrichting, aanleg,aanplant van groene verbindingen (ook bosaanplant) + Herstel en herinrichting van blauwe stapstenen (poelen)
RLZH, NP, landbouw…
2014-2020
3.
Aanleg van volkstuintjes
4.
Inrichting van openbaar domein
Groenaanleg integreren in projecten
5.
Sensibilisatie
Zonder is gezonder, Zaai een bloemenakker, speelbosjes, Natuur op school …
Provincie, NME, Provinciaal domein…
2013-2020
6.
Biodiversiteit
Koesterburen, Natura2000, kamsalamander, bijenpopulatie, hagenproject RLZH
Overheid, Provincie, RLZH, Provinciaal domein…
2011-2020
2012-2020 2015-2020
5.4.5. Landbouw Door hun energieverbruik hebben landbouwactiviteiten een CO2-uitstoot. Daarnaast veroorzaakt landbouw uitstoot van andere broeikasgassen zoals CH4 (methaan) en N2O (lachgas). Deze gassen worden uitgestoten door de vertering van de veestapel en de mestopslag in de bodem. Binnen het kader van het Burgemeestersconvenant is het niet verplicht deze niet-energiegebonden uitstoot van broeikasgassen op te nemen. De gemeente kan maatregelen stimuleren die leiden tot een meer duurzame landbouw. Duurzame landbouw is economisch verantwoord, sociaal rechtvaardig en ecologisch leefbaar. Ze houdt rekening met de biodiversiteit en beperkt de uitstoot van schadelijke gassen. En door voldoende diversificatie van teelten wordt de bodemkwaliteit behouden. De gemeente kan duurzame energieproductie - wind, zon, WKK, warmtepompen, pocketvergisting - stimuleren om de energiekost bij landbouwbedrijven te verminderen. En zo ook meteen de CO2-uitstoot.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 27/32
Doelstellingen van de gemeente: klimaatvriendelijkere landbouwtechnieken energiebesparende technieken in landbouwbedrijven bekendmaking en promotie korte keten consumptie … Wat doet de gemeente nu al in deze sector en zal worden voortgezet? korte keten: inwoners aanzetten tot het kiezen voor duurzame voeding (lokaal, seizoensgebonden, minder vlees, minder verpakking …) informeren over en stimuleren van … Op welke nieuwe maatregelen zal de gemeente inzetten nu en in de toekomst? Nr.
Actie (omschrijving)
Concreet
Partner en/of verantwoordelijke
Timing
1.
Educatie & bewustmaking
Bekendmaking en promotie korte keten, Straffe streek
Lokale boeren
2015-2020
2.
Duurzame landbouw
Landschapsintegratie
RLZH, VLM, provincie
2011-2020
3.
Lokale voedselproductie
Landelijke gemeente blijven, lokale vermarkting,
Landbouw
2011-2020
Verwachte CO2-reductie Met deze maatregelen verwacht de gemeente voor de sector landbouw een zeer beperkte CO2-reductie te bereiken tegen 2020. 5.4.6. Industrie Sectoren die niet binnen het werkingsveld en beleid van een gemeente vallen, moeten niet in rekening worden gebracht voor het Burgemeestersconvenant. Een voorbeeld zijn de EU ETS bedrijven. Deze bedrijven krijgen via een Europees emissiehandelssysteem emissierechten toegewezen. In de provincie Vlaams-Brabant zijn er 16 ETS-bedrijven. In de stad Zoutleeuw zijn er geen ETS-bedrijven. Sinds 1 januari 2015 kunnen bedrijven intekenen op de energiebeleidsovereenkomsten. Dat zijn de belangrijkste beleidsinstrumenten om de energie-efficiëntie van de energie-intensieve industrie te verbeteren in Vlaanderen, zonder de groeikansen te ondermijnen. Deze energiebeleidsovereenkomsten zijn bedoeld voor bedrijven met een primair verbruik groter dan 0,1 PJ (zowel voor ETS- als niet-ETS-bedrijven) en lopen van 2015 tot 2020. Door de overeenkomst te ondertekenen engageert het bedrijf zich onder meer om een energieaudit te laten uitvoeren, een energieplan uit te werken en om jaarlijks verslag uit te brengen. Voor bedrijven (industrie, kmo’s, handelaars,…) met een primair verbruik lager dan 0,1 PJ wordt geen overeenkomst in Vlaanderen opgezet en kan de gemeente acties opzetten.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 28/32
Zoutleeuw heeft echt geen industrie. In de totale CO2-uitstootbedraagt het aandeel vanwege industrie minder dan 1%. Doelstellingen van de gemeente: afvalbeheer bij bedrijven optimaliseren toename energie-efficiëntie en rationeel energiegebruik bij lokale bedrijven … Wat doet de gemeente nu al in deze sector en zal worden voortgezet? informeren en sensibiliseren rond afvalbeheer … Verwachte CO2-reductie Met deze maatregelen verwacht de gemeente voor de sector industrie de extra CO2-uitstoot zoveel mogelijk te beperken tegen 2020.
5.5. Klimaatadaptatie Het geheel van maatregelen die de effecten van de klimaatverandering milderen of voorkomen zodat de schade ervan binnen de perken blijft, of maatregelen die inspelen op kansen die zich voordoen door de klimaatverandering. Veel sectoren passen zich autonoom aan aan klimaatverandering. De landbouwsector is bijvoorbeeld gewend om te gaan met klimaatvariabiliteit. Daardoor kan deze sector ook goed reageren op onder meer een langer groeiseizoen of een gemiddelde toename van neerslag in de winter. De toename van de kans op wateroverlast, overstroming en hitte vergt echter een gericht adaptatiebeleid. Concreet: 1. de stad Zoutleeuw is gestart met de opmaak van een erosiebestrijdingsplan 2. de Vlaamse Milieumaatschappij heeft een oplossing uitgewerkt tegen wateroverlast in het stadscentrum. Het doel hiervan is om tot een duurzame oplossing te komen om wateroverlast van woningen in Zoutleeuw te voorkomen op basis van de principes van het integraal waterbeheer. Een eerste scenario voorziet in de inrichting van een gecontroleerd overstromingsgebied opwaarts van Zoutleeuw en een tweede scenario voorziet in beschermingsdijken rond de te beschermen woningen en infrastructuur. Alle pro’s en con’s worden verder uitgewerkt.
Klimaatactieplan Zoutleeuw 29/32
6. RAPPORTERING EN MONITORING De gemeente zal op regelmatige basis rapporteren over de voortgang van het gemeentelijk klimaatbeleid. Om de twee jaar moet de gemeente bij de Europese Commissie rapporteren over de uitgevoerde acties (voortgangsrapport). Hierna kan het actieplan en de uitvoering worden bijgesteld om de doelstelling te halen. Om de vier jaar bezorgt de gemeente bovendien een geüpdatete inventarisatie van de CO2uitstoot (monitoringrapport). Die evaluatie kan leiden tot het bijstellen van het klimaatactieplan.
Jaar
Soort rapport
2017
Voortgangsrapport
2019
Monitoringrapport
2021
Voortgangsrapport
2023
Monitoringrapport
Klimaatactieplan Zoutleeuw 30/32
7. CONTACTEN Burgemeester: Dr. J. Ceyssens, burgemeester Verantwoordelijke schepenen: Dr. J. Ceyssens, bevoegd voor leefmilieu en duurzaamheid Viki Tweepenninckx, schepen voor mobiliteit Roger Mertens, schepen voor ruimtelijke ordening en gemeentelijk patrimonium Paul Mathues, schepen voor landbouw Hilda Joris-Vandevelde, schepen voor welzijn Etienne Wouters, voorzitter OCMW Contactpersoon: Griet Smeesters, milieuambtenaar
Klimaatactieplan Zoutleeuw 31/32
Overzicht figuren en tabellen: Figuur Figuur Figuur Figuur Figuur Figuur Figuur Figuur
1: model Trias Energetica 2: Taartdiagram gemeentelijke nulmeting 3: Taartdiagram gemeentelijke nulmeting 4: Grafiek vergelijking gemeente – gemiddelde Vlaams-Brabantse gemeente 5a: Grafiek finaal energieverbruik (in MWh) Business-as-Usual scenario 2020 5b: Grafiek CO2-uitstoot (in ton) Business-as-Usual scenario 2020 6: interne projectstructuur 7: externe ondersteuning aan de gemeente
Tabel 1: overzicht van het (voorlopig) voorziene budget in de meerjarenbegroting
Klimaatactieplan Zoutleeuw 32/32