CultuurHistorisch apeldoorn
15 Kleur in de stad Apeldoorn staat bekend als stad in het groen, verwijzend naar de zeer groene omgeving. Kijkend naar de kleuren van de vele monumentale gebouwen in de gemeente lijkt het alsof donkergroen en gebroken wit typisch Apeldoornse kleuren zijn of kleuren die passen bij dergelijke bebouwing. Veel panden zijn juist kleuriger geweest.
De laatste jaren is de waardering voor een oorspronkelijke kleurstelling toegenomen en durft men deze ook juist weer toe te passen. Dit heeft er toe geleid dat een groeiend aantal panden zijn (bijna) oorspronkelijke kleurstelling terugkrijgt bij een schilderbeurt. Een mooi voorbeeld is Deventerstraat 37, waar onder de tamelijk bleke wittinten een krachtige okergeel en donkergroen tevoorschijn kwam en bij de opvallende loggia een diepe bruinrood. Inmiddels zijn deze kleuren weer teruggebracht en staat het fraaie pand weer stevig aan de straat.
De afwijkende kleur van de loggia versterkt dit bijzondere element binnen de architectuur.
Deze brochure is bedoeld als ondersteuning voor eigenaren die hun pand een meer historische kleurstelling willen geven.
1
Stad in het groen
Architectuur en kleur
Kleur van de kleding, kleur als onderdeel van de openbare ruimte, kleur als accent op gebouwen... het lijkt allemaal vanzelfsprekend. Onze omgeving wordt niet alleen bepaald door architectuur of de inrichting van de openbare ruimte, maar zeker ook door de toepassing van kleur. Een kledingstuk van de verkeerde kleur kan de drager er slecht uit laten zien. Zo kan ook een verkeerde kleur op een gebouw of in de openbare ruimte een negatief effect op onze ervaring ervan hebben. Kleur kan maken of breken! Apeldoorn heeft als stad een relatief korte, maar toch rijke geschiedenis. Met name vanaf de 19de eeuw heeft Apeldoorn een explosieve groei doorgemaakt. In deze periode is veel fraaie architectuur tot stand gekomen. Karakteristiek voor de groene gemeente zijn de vele villa’s, die een representatief beeld geven van de meest voorkomende architectuurstijlen. Voorname architectuur met zijn rijkere detaillering geeft meer aanleiding tot het gebruik van kleur. Bij de eenvoudige woonhuizen en boerderijen zitten de kleuraccenten veelal alleen op de ramen, kozijnen en gootlijsten en de soms aanwezige luiken. Het aantal kleuren was vroeger beperkter dan nu. Immers, de verven werden gemaakt van natuurlijke grondstoffen: aan een lijnoliebasis werden pigmenten toegevoegd. Deze traditionele verven hebben het echter wel lang uitgehouden. Tegenwoordig kunnen verffabrikanten door de toevoeging van synthetische pigmenten een enorm scala aan kleuren maken, hetgeen de kleurkeuze niet altijd eenvoudiger maakt.
Profielen en andere detailleringen zijn niet goed zichtbaar in een donkere kleur.
Kleur aanbrengen is meer dan het verfraaien van de gevel. Binnen de architectuur zijn er logische verbanden tussen de verschillende architectonische elementen aan te geven en de daarop toegepaste kleuren. Uitzonderingen bevestigen echter de regel. Een verantwoorde toepassing van kleuren in Apeldoorn wordt bereikt door een kleurkeuze die gebaseerd is op kleurenonderzoek van het pand zelf èn is afgestemd op zijn omgeving.
Illustratie hoofdgestel
Het hoofdgestel is één architectonisch element en bestaat uit kroonlijst, fries en architraaf. Het hoofdgestel wordt in één kleur uitgevoerd, waarbij het fries soms iets kan afwijken. De kozijnen hebben dan vaak dezelfde kleur als het hoofdgestel. Op deze wijze worden eventuele materiaalverschillen (hout versus natuursteen) verborgen. Pilasters en zuilen ondersteunen dit hoofdgestel, dus ook in kleur. Het accentueren van allerlei verdiepte velden en profileringen lijkt soms aardig, maar kan ook de kracht van de architectuur ondermijnen door het gevelbeeld popperig te maken.
Voorbeeld hoofdgestel aan de Vosselmanstraat.
Kozijnen van voorname gebouwen kunnen van natuursteen zijn. Zijn ze echter van hout, dan worden ze in de kleur van natuursteen geschilderd, zoals geel of wit. Dorpels en waterslagen zijn soms van hardsteen, waardoor de houten versies grijs worden geschilderd. Dit in tegenstelling tot de draaiende delen in de gevel - altijd van hout tot de opkomst van stalen ramen - die in de kleuren groen, blauw 2
of zelfs rood worden geschilderd. In de 19de eeuw worden ramen ook vaak in de kleur van de kozijnen geschilderd. In Apeldoorn komt regelmatig de combinatie van okergele kozijnen met helder witte ramen voor. Geprofileerde onderdelen, zoals kroon- en puilijsten, hebben vaak een lichtere kleur, omdat voor een goede beleving de slagschaduw op de profielen belangrijk is. Het in een donkere kleur schilderen betekent dat de profielen dood slaan. Bovendien zou het donker schilderen van de kroonlijst betekenen dat de kozijnen donker worden, hetgeen een aantasting van de architectuurgedachte is. Baksteengevels in schoon metselwerk dienen in principe ongeschilderd of ongepleisterd te blijven, aangezien anders de specifieke kenmerken van metselwerk verdwijnen. Juist de afwisseling van baksteengevels en gepleisterde gevels is zo karakteristiek. Het schilderen van pleisterlagen gebeurt in zandsteenkleuren of grijstinten. De keuze voor een geveltint heeft wel consequenties voor de kleuren van kozijnen, ramen en deuren en vice versa. Het eindresultaat hoort immers een harmonieus geheel te zijn. Gevelankers zijn eigenlijk altijd zwart geschilderd. IJzer kan roesten en dit valt het minst op bij een donkere kleur. Hetzelfde geldt voor hekwerken en dergelijke, alhoewel naast zwart in Apeldoorn ook veel groen voorkomt.
Kleurtoepassing in de tijd Tussen de 16de en de eerste helft van de 20ste eeuw hebben de verschillende architectuurstromingen hun eigen visie op het kleurgebruik. Een aantal hoofdzaken is: n
n
Vanaf het begin van de 17de eeuw was het kleurgebruik vooral gericht op het contrast tussen baksteen (verschillende schakeringen van rood) en natuursteen (verschillende schakeringen van geel of grijs zand- of hardsteen imiterend). Het metselwerk was vaak voorzien van een heldere (witte) voeg. In de periode vanaf het einde van de 17de tot in de eerste helft van de 19de eeuw werd de gevel als één gevelvlak beschouwd en gelijkmatig behandeld. Dit gebeurde enerzijds door perfect uitgevoerd en ongeschilderd metselwerk, anderzijds door het metselwerk gelijkmatig te sauzen in rood, bruin of zwart om onvolkomenheden te maskeren. De houten of natuurstenen ornamenten waren dan licht gekleurd en leken vrij over de gevel aangebracht. De kleur van deze elementen sloot aan bij die van de lijsten bovenaan de gevel.
Blauw en rood zijn de oorspronkelijke kleuren voor de ramen, kozijnen en enkele betonnen elementen van dit gemeentelijk monument uit de naoorlogse periode aan de Henri Dunantlaan.
Pleisterwerk werd populair aan het eind van de 18de eeuw. Hiermee was het mogelijk het ideaal van een strakke, uniforme gevelwand nog beter te benaderen. Het pleisteren was ook een middel om herstellingen, aanpassingen en oneffenheden in de gevel te verbergen, uitgevoerd in een natuursteenkleur, zoals grijs, wit, rood of zandgeel.
n
De toepassing van verschillende kleuren baksteen, die verder ongeschilderd bleef, deed zijn opgang vanaf ca. 1880. Het ‘eerlijke materiaal’ werd in de architectuur na circa 1900 steeds belangrijker. Zo bleef houtwerk, van bijvoorbeeld deuren ongeschilderd (wel gelakt), maar werden tegelijkertijd ook stevige kleuren toegepast, bijvoorbeeld op de ramen.
n
Kenmerkend voor de Wederopbouw (1940-1965) was baksteenarchitectuur en eenvoudig kleurgebruik. De ramen en kozijnen waren veelal in wittinten geschilderd. De gevels lieten een versiering met een kleuraccent of kunstwerk zien. De deuren en soms ook ramen waren in een accentkleur geschilderd (onder andere blauw en rood). Daarnaast ontwikkelde de architectuur in beton zich verder.
n
Op dit gebouw aan de Vosselmanstraat is baksteen afgewisseld met pleisterwerk in twee kleuren. De kleur okergeel wordt bij kleuronderzoek in Apeldoorn regelmatig gevonden.
3
Verfonderzoek
Kleurvoorstel
Vaak zijn oude kleurstellingen op het gebouw nog te achterhalen als niet alle oude verflagen zijn afgebrand. Onderzoek kan simpel plaats vinden door middel van krabben. Er zijn twee hoofdmethoden: de verfladder of de toverbal. In het eerste geval worden de verflagen één voor één naast elkaar weg gekrabd, hetgeen een kleurladder oplevert. Op deze wijze zijn de opeenvolgende verflagen te herkennen. Fraaie voorbeelden zijn voor de opmerkzame bezoeker op verschillende plaatsen in Paleis Het Loo te vinden, waar men een zeer diepgaand kleurenonderzoek heeft gedaan voor de ingrijpende restauratie. In het tweede geval worden de lagen cirkelvormig steeds wijder weggeschuurd, zodat een kleurige bal onstaat: de toverbal. Krabben op de moeilijkst toegankelijke plekken levert vaak goede resultaten op. Hoe consistenter de resultaten, hoe waarschijnlijker de kleurstelling(en) te achterhalen is/zijn. Hooggelegen plekken zoals de onderkant van dakgoten en kozijnen op de verdieping zijn dankbare krabplekken. De eigenaar van deze villa aan het Oranjepark heeft na kleurenonderzoek de oorspronkelijke kleuren toegepast.
Aan de hand van de onderzoeksresultaten volgt een kleurvoorstel. De kleurstelling van met name 19de eeuwse panden kan soms veel zwaarder zijn dan gedacht. Reconstructie kan een fraai resultaat opleveren, maar is misschien niet altijd gewenst. Men kan het niet mooi vinden, te zwaar voor deze tijd of niet meer passend in het straatbeeld. Als de kleurstelling in de gehele straat tamelijk
harmonisch en gelijkluidend is, kan een opvallend gekleurd pand er in negatieve zin uitspringen. Echter, in sommige gevallen kan het ook een verrijking zijn. Men hoeft ook niet te voorzichtig te zijn om iets opvallends in kleur te doen. Wel is hierbij belangrijk hoe het gebeurt en in welke mate: rekening houdend met de omgeving, de ontwikkelingen van het pand zelf en de aangrenzende panden.
Verfladder
Oude zwart-wit foto’s geven soms een indicatie, maar laten uiteraard alleen zwart, grijs en wit zien. Het is dan wel mogelijk om de verhoudingen donker en licht te interpreteren. Oude schilderijen en gekleurde prenten geven soms ook interessante informatie, alhoewel het van de betrouwbaarheid van de illustrator afhangt in hoeverre ze te gebruiken zijn. De huidige visie in monumentenland is het handhaven van de oude verflagen. Zij mogen alleen worden verwijderd indien dit technisch absoluut noodzakelijk is. Het verwijderen van oude verflagen is te vergelijken met het uit een boek scheuren van een bladzijde. Soms valt er niet aan te ontkomen, aangezien bijvoorbeeld de oude lijnolieverflaag zo dik is geworden dat het niet meer overschilderbaar is of is gecraquelleerd.
Kleurenonderzoek bracht bij dit pand in het rijksbeschermde stadsgezicht De Parken een lichtgroene kleur aan het licht, die vaker voorkwam in Apeldoorn.
4
Bij dit kantoor zijn de oorspronkelijke kleuren benaderd, passend bij de architectuur.
Wanneer reconstructie niet gewenst of mogelijk is, kan op basis van de onderzoeksresultaten een aangepast voorstel worden gemaakt. Zo’n voorstel is dan gebaseerd op de sfeer van de oorspronkelijke kleurstelling; op deze wijze wordt recht gedaan aan de architectuurgedachte. Een goed voorbeeld hiervan is Paslaan 16 (hoek Kerklaan) waar op basis van de gevonden okertint op de dakgoot een aangepaste kleurstelling is toegepast, rekening houdend met het latere pleisterwerk.
Automatisme in kleurgebruik is ongewenst, het verstand mag niet worden uitgezet. Onderzoek is dus belangrijk en vaak zeer
eenvoudig uit te voeren en – consequent in de stad uitgevoerd – levert een schat aan informatie op.
Ook voor winkelpanden, die vaak een dwingende huisstijl hebben, kan in overleg en met respect voor de architectuur een passende kleurstelling worden gevonden. Eventueel aanwezige monumentale winkelpuien kunnen vragen om een andere behandeling en in een afwijkende kleurstelling worden geschilderd. Een voorbeeld hiervan is een winkelpand aan de Hoofdstraat. Veel verffabrikanten spelen in op de huidige praktijk en brengen ‘historische’ kleurencombinaties uit. Dit zijn echter selecties van de verffabrikanten. In werkelijkheid zijn er veel meer kleurnuances toegepast.
Ondanks de rode kleur van het merk zijn de etalagestijlen gelakt.
5
Praktische informatie voor de eigenaar
Is er sprake van ontsiering of aantasting van het karakter van het stadsgezicht, dan heeft de gemeente de mogelijkheid om achteraf handhavend op te treden en de kleurstelling te laten veranderen. Overleg vooraf kan problemen bij de uitvoering voorkomen en het geeft de eigenaar de mogelijkheid gebruik te maken van de bij de gemeente en haar adviseurs aanwezige kennis over de toepassing van kleuren op gebouwen.
De woningen in de Metaalbuurt zijn geschilderd in hun oorspronkelijke kleuren wit en blauwgroen. Deze kleuren zijn ook toegepast op de nieuwe aanbouwen.
In beschermde stads- en dorpsgezichten, zoals in de Indische Buurt, is het van belang het karakter van het gebied in stand te houden, mede door het juiste kleurgebruik. De monumenten in de Metaalbuurt hebben bij de restauratie hun oorspronkelijke kleurstelling teruggekregen en deze is ook toegepast op de uitbreidingen aan de woningen. Het schilderen van niet beschermde gebouwen is weliswaar tot op zekere hoogte vergunningsvrij, maar het zorgvuldig kiezen van kleuren binnen de beschermde gezichten is belangrijk. Ook nieuwbouw in een historische omgeving kan gebruik maken van historische kleurprincipes. Bij het beoordelen van bouwplannen in een monumentale omgeving wordt door de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit immers ook gekeken naar de inpassing.
Er is reden genoeg om zorgvuldig om te gaan met kleur. Kleur is een wezenlijk onderdeel van de kwaliteit van onze gebouwde omgeving en draagt bij aan onze beleving hiervan. Een goede toepassing van kleur versterkt niet alleen de architectuur maar verrijkt ook het stadsbeeld van Apeldoorn. Kortom, Apeldoorn als stad in het groen is meer dan gebroken wit en donkergroen.
Uitgave
Bronnen
Vormgeving
Gemeente Apeldoorn Afdeling Stedebouw en Cultuurhistorie Voor informatie en ondersteuning kan men terecht bij het Team Cultuurhistorie, Postbus 9033, 7300 ES Apeldoorn, tel. (055) 580 24 82, e-mail:
[email protected]
Kleur op gebouwen – Restauratie Vademecum Folder gemeente Gouda Brochure Kleurhistorisch Onderzoek Nationaal Restauratie Centrum (www.restauratiecentrum.nl)
Vormvisie BNO, Apeldoorn
Foto’s en illustraties
Oplage
Gelders Genootschap Gemeente Apeldoorn Architectenweb.nl H. Noback, architectuurfotografie, Apeldoorn Monumenten Advies Bureau Nijmegen Simon Kraayeveld
1.250 exemplaren
In het algemeen is het wijzigen van de kleurstelling bij monumenten vergunningsplichtig in het kader van de Monumentenwet, de gemeentelijke Monumentenverordening en welstand. Het is dus raadzaam het kleurenvoorstel van tevoren met de gemeente te overleggen om teleurstellingen in het vergunningentraject te voorkomen. Het werkt het snelst wanneer het kleurvoorstel is voorzien van kleurstalen en verfnummers. De gemeente kan voor een goede beoordeling van een wijzigingsvoorstel voor de kleurstelling een kleurenonderzoek vragen. Indien geen oude verflagen meer aanwezig zijn of de aangetroffen lagen geen samenhangend resultaat opleveren, is het karakter van het pand en de straat richtinggevend.
Colofon
Tekst Ir. M.A. van Bleek, Gelders Genootschap Gemeente Apeldoorn
6
Druk Felua-groep, Apeldoorn
Januari 2009