Jacobsladder
Voorjaar 2014
Met in dit nummer:
• Bescheidenlefovermissionairzijn • SingleindeJacobi • Van Tarsus tot Damascus • WasJezuslinksof rechts?
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Bescheiden lef 3 Over missionair zijn Pieter Versloot Michacursus 5 2013-2014 Geef kleur aan woorden van hoop Kring: Zoeken naar houvast Janneke Bregman
6
Recensie 9 Shusaku Endo - Stilte Anneke van der Linden Single in de Jacobikerk Niemand is graag alleen, of wel soms? Martha Osborn
10
Van Tarsus tot Damascus Paulus P.S.J. Kroeze
12
Webcam 14 Maarten van Ooijen
Colofon De Jacobsladder is het kwartaalblad van de Jacobikerk. Jacobikerk St. Jacobsstraat 171 3511 BP Utrecht T 030 2317862 www.jacobikerk.nl
2
De dood voorbij 16 Overdenking ds. A.J. Zoutendijk Hoe is het met... De cursus Bijbel Literair
17
Van de voorzitter Ewoud Jonker
18
Illegaal maar mens 19 Jacobidebat Anneke van der Linden Was Jezus links of rechts? Column Pieter Versloot
22
Hello 23 Dineke Frentz Tienermeiden Jacobikerk 27 Goodbye 25 Ferdinant en Jorien Kraal De mooiste dag... 27 Henriette NIeuwenhuis
Predikant Ds. A.J. Zoutendijk Oudwijk 47 3581 TH Utrecht T 030 2540405 E
[email protected] Redactie-adres
[email protected] of
[email protected]
Redactie Jacobsladder Hester van de Kaa Anneke van der Linden Martha Osborn Hester Palland Kristian Spek Annelies van Stuijvenberg Maurits van Stuijvenberg Pieter Versloot
Deadline volgend nummer: 9 juni 2014 Jacobsladder, voorjaar 2014
Bescheiden lef
Over missionair zijn
In Taal is zeg maar echt mijn ding beschrijft cabaretière Paulien Cornelisse op een grappige manier hoe “moeilijk het is om ‘degene met wie je bent’ aan te duiden zonder van jezelf te walgen. ‘Mijn vrouw’ klinkt oud en grijs, ‘mijn man’ klinkt niet zozeer oud, maar wel alsof die man dan meteen ook over het geld gaat. ‘Mijn vriendje’ klinkt alsof de spreekster twee vlechtjes heeft, hoewel ze in de dertig is, ‘mijn vriendinnetje’ is daarentegen van de oude kunstenaar die in zijn stokoude vrouw met gehennaad haar nog steeds het meisje van honderd jaar geleden ziet. ‘Mijn partner?’ Klinkt alsof je niet wilt toegeven dat die van hetzelfde geslacht is als jij. ‘Mijn geliefde?’ Pathetisch, alsof je niet allang elkaars sokken wast en platonisch tv-kijkt. ‘Manlief’ is populair, maar ook niet geheel zonder nadelen.” De ergste term die ze ooit hoorde vallen is ‘echtvriend’. Het is volgens haar kortgezegd een ‘onmogelijk onderwerp’.1 Ik herken me in haar woorden: ik voel me oud en grijs als ik tegen de caissière bij Albert Heijn zeg dat ‘mijn vrouw’ de bonuskaart heeft. Het valt niet mee de liefde van mijn leven te omschrijven zonder dat die omschrijving bij mezelf en anderen allerlei associaties oproept. Zieltjeswinnerij Hetzelfde ervaar ik in de kerk als ik met mensen in gesprek raak over missionair werk en zending. Missionair werk ‘is zeg maar echt mijn ding’: als student was ik betrokken bij allerlei vormen van evangelisatie, als pastoraal assistent in Amsterdam evangeliseerde ik onder randkerkelijken, daarna zat ik negen jaar ‘in de zending’ in Kazachstan. Terug in Nederland werkte ik drieënhalf jaar als projectleider protestantse pioniersplekken bij de afdeling Missionair werk van de PKN en mijn huidige werk is missionair gezien helemaal uitdagend. Ik weet dat de woorden die ik zojuist neerschreef (zending, evangelisatie, missionair werk) allerlei associaties oproepen bij mensen. Ze doen dat ook bij mijzelf. Er komen beelden bovendrijven van proselitisme, intolerantie,
Jacobsladder, voorjaar 2014
zieltjeswinnerij, kolonialisme, voeten tussen deuren, getypte folders, mensen die in zeven stappen de kerk kunnen laten groeien en daaromheen een heel (maakbaarheids)pakket ontwikkelen. Het verschil tussen een koffer en een kruis In dat verband laat ik mij altijd weer diep raken en leiden door een prachtig boek van de Japanse theoloog Kosuke Koyama: No handle on the cross. Hij beschrijft daarin de wijze waarop vele westerse zendelingen met het evangelie naar Azië kwamen: ze gedroegen zich als parmantige zakenmensen met glimmende zakenkoffertjes in hun hand. Ze openden die koffers, pakten daar hun tools uit, waarmee ze efficiënt even orde op zaken zouden stellen in Azië. Ze brachten een ‘straight application theology’, snel en efficiënt als de vele kaarsrechte lijnen die getrokken werden door koloniale heersers ter verdeling van landen in Afrika. Daarachter ging een beeld schuil van een God die getemd door mensen in alle situaties helder en begrijpelijk zou optreden. Een hanteerbare God met een hanteerbaar geloof. Koyama verzet zich tegen dat beeld. “Jezus droeg zijn kruis niet zoals een zakenman zijn koffertje draagt.” Zijn kruis had geen handvat. Niets is zo moeilijk te dragen als een groot houten kruis. Een koffertje met handvat is hanteerbaar, staat voor ‘control’ en drukt een kruisvaardersmentaliteit uit. Een kruis zonder handvat staat voor overgave, kwetsbaarheid, struikelende aanwezigheid en een kruisdragersmentaliteit. Zo koos God in Christus ervoor struikelend onder ons te wonen. De uitersten van arrogantie en muffe zelfgerichtheid Volgens Koyama kwamen de meeste zendelingen helaas als kruisvaarders naar Azië en niet als kruisdragers. Hij verwijt hen niet dat ze kwamen; hij was immers zelf jaren zendeling vanuit Japan in Thailand. Hij betreurt daarentegen de wijze waarop ze kwamen. Hun optreden was in tegenspraak met het evangelie zelf en de Heer van dat evangelie.2
3
De zendingsgeschiedenis laat maar al te vaak zien dat de kerk de kwetsbaarheid van het kruisdragen uit de weg ging door zich te hullen in machtsvertoon, met de kruisvaarten als absoluut dieptepunt. De kerkgeschiedenis geeft echter ook blijk van kerken die het kruisdragen uit de weg gingen door zich terug te trekken achter vier muren. De vader van de moderne zendingsbeweging, William Carey, had daarmee te maken in Engeland eind 18e eeuw, maar die houding is ook vele kerken in de 21e eeuw in Nederland niet vreemd. Zending en evangelisatie zijn ‘onmogelijke onderwerpen’ geworden. Schaamte over machtsmisbruik in het verleden, verlegenheid met het eigen geloof, allergie voor alles wat met zieltjeswinnerij te maken heeft, angst voor maakbaarheidsdenken, theologische visies die de rol van de kerk in Gods plan sterk relativeren en een postmodern relativeringsdenken hebben vele van onze kerken in hun schulp doen kruipen. Humble boldness als derde weg Zowel machtsvertoon als je terugtrekken in je schulp zijn mijns inziens in tegenspraak met het evangelie. Machtsvertoon stelt ons als leermeesters boven de mensen uit naam van Degene die kwam om te dienen (Mt 20:28). Als je veilig in je schulp kruipt zet je je lamp onder een korenmaat uit naam van Degene die zegt het Licht der wereld te zijn (Mt 5:15, 16; Joh 8:12). Zending en missionair werk vragen om evenwichtskunst: koorddansen als kruisdragers zonder naar de kant van machtsvertoon of ‘viermurenmentaliteit’ te vallen. De missioloog David Bosch beschrijft dit spannende evenwicht als ‘humble boldness’: bescheiden lef. “Natuurlijk”, zegt hij, “we know only in part, but we do know.”3 Laat je licht schijnen zonder overrompelend te verblinden.
Van thuiswedstrijd naar uitwedstrijd De kerken in Nederland waren als deel van een gekerstende samenleving jarenlang eraan gewend dat mensen naar hen toe kwamen. We hadden een ‘come-to-us mentality’ (Bishop Graham Cray). Ook een gastvrije laagdrempelige gemeente gaat daar nog steeds van uit. Mensen moeten bij jou binnenkomen, jouw koekjes eten en begrijpen wat er gedaan en gezegd wordt. Als kerk speel je dan nog steeds een thuiswedstrijd met de macht aan jouw kant. Mensen moeten jouw drempel over. Toen Jezus zijn leerlingen uitzond onder de volken was dat totaal anders. Jezus voedde bij hen een ‘go-to-them mentality’. Ze speelden altijd een uitwedstrijd. Zij moesten de drempels van anderen over. Dat maakte hen kwetsbaar. Door hen “werden mensen niet geroepen naar een plek buiten hun bestaan, maar opgezocht in hun eigen wereld: precies waar ze zorgen hebben en vragen, vreugden en geneugten (‘eten en drinken’), maar ook waar ze hopen te herstellen van ziekten en spanningen en van wat hen depressief, angstig of wanhopig maakt. De uitgezondenen worden gezonden om deel te nemen aan hun wereld.”4 Op bezoek als naaste of monteur Ik ben als leerling van Jezus over heel wat drempels gestapt in binnen- en buitenland. Mijn ervaring is dat als je je dan als gast weet te gedragen, bereid bent om deel te nemen aan de wereld van de ander, er weinig bescheiden lef nodig is om iets te delen van het evangelie. Zolang je maar struikelend naar woorden zoekt, je kwetsbaar opstelt… en niet binnenkomt met een glimmend koffertje, dat je parmantig uitpakt om de boel eens even te fixen. Pieter Versloot
Gebruikte literatuur: • Paulien Cornelisse, Taal is zeg maar echt mijn ding, Amsterdam 2010, pp. 15, 16 • Kosuke Koyama, No Handle on the Cross, New York, 1977, pp. 1, 76, 77 • David J. Bosch, Transforming mission, Paradigm Shifts in Theology of Mission, New York, 1991, p. 489.
4
Jacobsladder, voorjaar 2014
Michacursus
2013/2014 Vanaf half oktober 2013 tot en met januari 2014 hebben wij, negen mensen uit de Jacobikerk, de Michacursus gevolgd. De profeet Micha vraagt aan ons allen om met een bewogen hart om te zien naar onze naasten. Maar wie zijn onze naasten, wat is goed en recht om te doen en hoe ver ga je? De cursus helpt met deze vragen, in zes discussieavonden en één doe-dag. De cursus startte met een confronterend filmpje over overconsumptie in het Westen en honger in ontwikkelingslanden. We vonden het schrijnend om te zien. De discussie barstte snel los. Verschillende handelswijzen kwamen ter sprake: bewustwording en het ter discussie stellen van onrecht, bewust consumeren (koop duurzame en eerlijke producten), actievoeren tegen bedrijven of politiek en sociaal ondernemerschap. Natuurlijk kun je niet alles doen en moet je kiezen. Ieder heeft zijn eigen stijl en heeft affiniteit met een bepaalde doelgroep en aanpak. God helpt je met het vinden van jouw rol en benadering. Vaak is het een kwestie van openstaan voor wat God op je pad brengt in je directe omgeving. Welke hulpbehoefte ben jij gisteren toevallig tegen het lijf gelopen?
twee van ons daklozen getrakteerd op iets lekkers. Daarna hebben we spelletjes gespeeld en gewandeld met dementerende ouderen. We hebben allen geleerd van de cursus, sowieso op het vlak van bewustwording. Sommigen zijn ook geïnspireerd om met sociaal ondernemerschap aan de slag te gaan. Anderen gaan vrijwilligerswerk doen. De belangrijkste uitkomst van de Michacursus is wellicht dat liefdevol en rechtvaardig handelen niet blijft bij woorden: omzien naar je naaste en bewust leven moet je doen. Heb je interesse om mee te doen met de volgende Michacursus en te ontdekken waar voor jou kansen liggen? Geef je op voor de nieuwe cursus in het najaar van 2014! We houden je op de hoogte als je een mail stuurt naar
[email protected]. De deelnemers van de Michacursus (aangeboden door de ZWO-commissie)
We hebben ook een case besproken van een verslaafde zwerver die telkens weer de fout in ging. Moeten we hem eindeloos blijven helpen? Lastig. Dit was overigens een veelgebruikt woord tijdens de Michacursus: lastig. Een soort stopwoord, om daarna weer enthousiast verder te gaan. Wat betreft de zwerver hadden we het over een samenspel van harde en softe maatregelen: recht en liefde, en over geduld, een schone zaak. Tijdens de doe-dag hebben we een paar uur in tweetallen door de stad gelopen, bewuster en meer open voor hulpbehoeftigen. Zo hebben bijvoorbeeld
Jacobsladder, voorjaar 2014
5
Geef kleur aan woorden van hoop Kring: Zoeken naar houvast
In 2013 heb ik een kring opgezet voor mensen uit de gemeente die worstelen met psychische problemen. Tijdens pastorale gesprekken merkte ik regelmatig dat er behoefte was aan het vinden van herkenning bij anderen, aan een plek in de gemeente waar deze kwetsbaarheid de ruimte mag krijgen, zonder dat je je gestigmatiseerd voelt. Natuurlijk is integratie in de gemeente zelf heel belangrijk, maar een gesprekgroep kan voor mensen een stap daarnaartoe zijn. Door middel van een artikel in de Jacobsladder, een oproep in de nieuwsbrief en individuele gesprekken is de groep ontstaan. In mei 2013 zijn we voor het eerst bij elkaar geweest. De groep bestaat uit mensen in de leeftijd van ongeveer 30-60 jaar. Een keer in de zes weken komen we anderhalf uur bij elkaar in de Jacobikerk en behandelen we verschillende onderwerpen die raken aan het zoeken en vinden van houvast als het leven wankelt. Gesprek en creatieve werkvormen worden afgewisseld. Aan het eind van de avond stel ik vaak de vraag: wat neem je mee van deze avond? Een van de deelnemers zei: ‘Ik weet niet zozeer wat ik concreet meeneem
3 waarin de wanhoop en de hoop elkaar afwisselen. We
van deze avond, maar het doet me enorm goed om te
herkennen allemaal wel iets van die wanhoop en donkerheid,
merken dat ik hier ben. Het er gewoon mogen zijn’. Dat
zoals we hier bij elkaar zitten vanavond. Soms lijkt het alsof het
raakte me en bevestigde me dat het ertoe doet dat deze
niet meer licht wordt. Waar moet je dan op hopen?
gespreksgroep er is. Dat mensen in alle complexiteit van het leven een plek vinden in de kerk, waar ze gewoon
In de wanhoop van het niet verder kunnen zien dan de nacht,
mogen zijn, onvoorwaardelijk.
roept Jeremia het uit: Toch geef ik de moed niet op, want hieraan houd ik mij vast. Genadig is de Heer, Zijn ontferming
Vanavond is het onderwerp ‘hoop’. Op tafel staat het
kent geen grenzen. Ik kijk naar de verschillende kleuren verf
dienblad met koffie, thee en koekjes. Daarnaast de
om mij heen en de witte schilderdoeken. ‘Aan welke kleuren
verfkwasten, verf en schilderdoeken. Het is de bedoeling
denk je bij hoop’, vraag ik. ‘Welke beelden komen er bij jullie
dat we op een creatieve manier vormgeven aan de
op? Pak een doek en ga daarmee aan de slag. Probeer vooral
woorden van hoop. We drinken eerst iets met elkaar en
te doen, te durven en niet te veel te denken’. De een begint
hebben een rondje wel en wee, waarin iedereen kort
aarzelend, de ander vol ideeën.
vertelt hoe het gaat. Daarna brainstormen we over hoop.
Vastberaden pakt een van de deelnemers de tube zwarte verf.
Waar denk je aan bij hoop? Waar hoop je op in je leven?
‘Het moet donker worden’, zegt ze. ‘Helemaal zwart en heel
Wat kenmerkt een hoopvol leven? Iedereen deelt iets
misschien ergens een klein puntje geel, als teken van hoop.
over zijn leven, wat hoop geeft en ook hoe de hoop soms
Maar niet te groot, het donker is veel meer aanwezig in mijn
de bodem in is geslagen. Ik trek een lijn met de Bijbel, het
leven’. Een ander pakt wat lichtere kleuren en maakt cirkels,
boek van de hoop en lees een stukje voor uit Klaagliederen
een doorgaande beweging.
6
Jacobsladder, voorjaar 2014
Terwijl ik zelf ook een kwast in de verf doop, kijk ik om
Blijkbaar is de hoop toch groter dan ik dacht. De levenskracht
me heen. Wat mooi om iedereen zo bezig te zien. En wat
wint het van de gebrokenheid. Dat heeft mezelf ook verrast’.
mooi om al schilderend dingen met elkaar te delen die naar boven komen, die ons raken. Het werken met verf, even uit
Zelf vertel ik ook iets over wat ik op het doek heb weergegeven.
je hoofd, doet iets met mensen.
Een afbeelding van een groen (kleur van de hoop) takje dat
Je laten verrassen door wat de kwast en de kleuren met je
zich omhoog heft, daaromheen donkere kleuren. Van boven
doen. Bijzonder dat hier de veiligheid en het vertrouwen is
straalt er licht op, het lijkt een soort vlam. Het leven is lang
om je te uiten. Dat is kwetsbaar en ik bewonder de moed
niet altijd makkelijk en soms is het hopen tegen de klippen
van deze mooie mensen om iets te delen van hun leven.
op. Maar er is licht en hoop en in die ruimte mag je gaan
Aan het eind van de avond als de witte doeken omgevormd
staan, met vallen en opstaan. Je bent omgeven door de
zijn tot beelden die spreken, delen we met elkaar iets van
God, die zegt: ‘Ik ben erbij’.‘Wat een mooie avond’, verzucht
het schilderproces. En wat we met de schilderijen willen
iemand. ‘Ik ga dit schilderij een plekje in mijn huis geven.
weergeven over hoop.
Boven mijn bed en als ik dan ’s morgens wakker word en het donker van de dag komt beklemmend op me af, dan kijk ik
Het inktzwarte schilderij met een klein puntje geel, ziet er in
naar mijn schilderij en weet ik dat er hoop is’.
werkelijkheid heel anders uit. Marieke vertelt: ‘Ik was van plan het helemaal zwart te maken, met kleine tekenen van
We danken God voor Zijn aanwezigheid deze avond en
hoop, maar het werd heel anders. Tijdens het schilderen
bidden voor hoop voor ons leven; dat we staande blijven
vroeg ik om hulp aan God. En het leek net of het licht toen
te midden van worsteling en vragen. We danken voor de
meer doorbrak.’ Ze wijst naar de roze kleuren, een soort
opstandingskracht die ons telkens weer uittilt boven alles
pad dat door het donker heen loopt en daaromheen wit,
wat terneerdrukt. Ik geef iedereen altijd iets mee naar huis,
als teken van licht. Het is niet statisch, maar er zit beweging
om terug te denken aan deze avond. Een kleine houvast die
in de streken die ze met haar kwast gemaakt heeft. ‘Ja’, zegt
te maken heeft met het onderwerp van de avond. Vanavond
Marieke, ‘het leven, hoe donker ook, loopt door momenten
is het een gedicht van Henri Nouwen over hoop. Ook geef
van hoop heen. Dat is soms zoeken en ik ben het spoort
ik een mooi servet waarop staat: Hoop is dat ding dat veren
weleens kwijt, maar ik weet dat God er is en me zal leiden’.
heeft en neerstrijkt op de ziel en z’n liedjes zonder woorden zingt en nooit stopt, helemaal nooit.
Een van de andere deelnemers heeft een ladder gemaakt die als het ware uit het licht komt en de aarde raakt. ‘Dat
Namen in dit artikel zijn gefingeerd.
is God, Hij komt naar mij toe, vanuit het Licht. Vorig jaar
Janneke Bregman
was ik erg wanhopig en depressief. Toch was er altijd die ladder uit de hemel. De ladder ziet er stevig en robuust uit, want God verandert niet. Hij blijft trouw, aan Hem kan ik me vastklampen.’ Wat een getuigenis van hoop, denk ik. Juist tegen de donkerheid krijgt hoop zo’n intense kleur en diepte. Het schilderij met de kleurrijke cirkels van Anne geeft iets weer van geborgenheid. De buitenste cirkels zijn diep donkerblauw. In het midden is een warme oranje kern gemaakt. ‘Ik heb mezelf steeds meer gevonden en kan thuis zijn bij mezelf. God is daar in het midden en daarom kan ik me veilig voelen, ook als alles wankelt. Van tevoren dacht ik dat ik die kern van warme hoopgevende kleuren veel kleiner zou maken. Maar al schilderend werd het anders.
Jacobsladder, voorjaar 2014
7
H o p e n is to c h b l ijv e n l e v e n i n d e v e r twij f e l i n g , e n to c h b l ijv e n zi n g e n i n h e t d u ist e r . H o p e n is w e t e n d at e r Li e f d e is , is v e r t r o u w e n i n mo r g e n , is i n s l a a p v a l l e n e n w a kk e r wo r d e n a l s d e zo n w e e r o p g a at . I s bij d e sto r m o p z e e l a n d o n td e kk e n . is i n d e og e n v a n d e a n d e r l e z e n d at hij j e h e e f t v e r sta a n . Z o l a n g e r n og hoo p is zo l a n g is e r ook bidd e n e n zo l a n g z a l G od j e i n zij n h a n d e n ho u d e n H e n r i No u w e n
8
Jacobsladder, voorjaar 2014
Recensie Shusaku Endo -- Stilte ‘Een verslag bereikte de kerk van Rome. Priester Christovão Ferreira, die door de orde der jezuïeten naar Japan was uitgezonden, zou het geloof hebben afgezworen na de foltering van de ‘put’ in Nagasaki’. Dit bericht is de aanleiding van de zoektocht en missie van twee Portugese priesters, leerlingen van Ferreira, in het Japan van de 17e eeuw. Ze worden geconfronteerd met hevige christenvervolging, met generaal I-No-Ue en met hun eigen twijfels. Endo (Tokio, 1923-1996) was een katholieke, Japanse schrijver die gerekend wordt tot de grootste schrijvers na de Tweede Wereldoorlog. In Sotome is een museum dat gewijd is aan zijn leven en werk. Endo heeft een indrukwekkend oeuvre op zijn naam staan; sommige van zijn werken zijn in meer dan 20 talen vertaald. In 1966 kwam Stilte uit, Endo’s bekendste werk. In Nederland wordt het boek uitgegeven in de serie ‘christelijke klassieken’, de serie waartoe ook boeken van Maria Rosseels, Graham Greene en B. Nijenhuis worden gerekend. Stilte is het verhaal van Sebastian Rodrigo en Garpe, zijn vriend en collega-priester, die op missie gaan naar Japan. Daar worden ze al snel van elkaar gescheiden en Rodrigo moet alleen zijn weg vinden in het Japan waar heer I-No-Ue christenen met een waar terreurbeleid vervolgt. De priester wordt geconfronteerd met het lijden van het Japanse volk maar ook met zijn eigen diepste angsten en twijfels. ‘En God zwijgt, net als de zee. Hij blijft maar zwijgen. Ik schudde mijn hoofd, dat was onmogelijk. Als er geen God was, zou de mens de monotonie van de zee of haar onheilspellend gebrek aan emotie toch niet kunnen verdragen? ‘Maar als nou toevallig… natuurlijk is het een kans van één op duizend, maar stel je voor…’, fluisterde toen een ander stemmetje heel diep in mijn hart, ‘als er nu geen God bestaat…’ Dit was een vreselijke gedachte. Wat een grap zou dat zijn als Hij niet bestond. (…) Wat voor een idiote illusie hadden de missionarissen dan nagejaagd, die er drie jaar voor nodig hadden om dit land te bereiken, over vele zeeën? En ik? Met wat voor absurde activiteiten hield ik me dan bezig, nu ik door gebergte zwierf waar geen mens te vinden was?...’. Na weken van rondzwerven door de Japanse wildernis, wordt Rodrigo gearresteerd. Hij denkt dat hij eindelijk het glorieuze martelaarschap zal kunnen ondergaan, iets waar hij zich grote voorstellingen van heeft gemaakt. Maar het lijden waarmee hij geconfronteerd wordt, is van een geheel ander kaliber. Het boek begint met de reis van de priesters naar Japan en de daaropvolgende tijd van onderduiken en vluchten in Japan. Het grootste deel van het boek wordt echter in beslag genomen door de gevangenschap van Rodrigo en zijn worsteling met het zwijgen van God. In de lijdensweg die hij moet gaan zijn sterke parallellen te vinden met de kruisweg van Jezus. Parallellen die de priester zelf ook
Jacobsladder, voorjaar 2014
trekt; hij is gefascineerd door het gelaat van Jezus dat hij als lieflijk en stralend heeft leren kennen op het seminarie. Gedurende zijn tocht door Japan vervreemdt hij echter van dit gelaat en leert hij Jezus op een andere manier kennen. De wereld waarin Rodrigo leeft, staat ver af van de wereld van de hedendaagse, Westerse mens, maar de existentiële vragen van de priester zijn van alle tijden en alle plaatsen. Ondanks de soms humoristische observaties van de priester, heeft het boek een beklemmende sfeer. De stille, grauwe, oneindige zee, die symbool staat voor Gods zwijgen, speelt hierin een grote rol. Het verhaal is geloofwaardig doordat Endo de zaken niet mooier maakt dan ze zijn en ook geen makkelijke antwoorden geeft; het verhaal laat tot het eind toe de weerbarstige werkelijkheid zien. Als de lezer het boek dichtslaat, kan hij het dubbele gevoel hebben dat soms ook blijft hangen na een begrafenis: het gevoel getuige te zijn geweest van iets ongelooflijk droevigs, maar ook getuige geweest te zijn van alles wat echt, hoopvol en goed is en bovendien van een verbondenheid met God die boven alles uitstijgt.
Anneke van der Linden
ISBN: 9789043520621 Uitgeverij Kok
9
Single in de jacobikerk
Niemand is graag alleen, of wel soms? Een jaar of drie geleden ontstond dit artikel, toen nog als idee ‘zou er iets moeten zijn voor singles in de Jacobikerk?’ Als single loop je tegen andere dingen aan dan stellen of gezinnen. Er zijn activiteiten voor verschillende groepen, waarom niet ook deze?Ik vroeg eens wat rond bij mensen die ik kende. Allerlei leeftijden en redenen voor het alleen zijn, met als enige overeenkomst precies dat: alleen zijn. Single. Vrijgezel. Solo. Weduwe. Gescheiden. Celibatair. Allerlei mensen, verschillend in hoe tevreden ze waren met hun leefsituatie. De één kiest bewust voor een leven alleen, de ander verlangt naar een partner, waar een derde juist een geliefde verloor aan het leven of de dood. De verschillen vertaalden zich in verschillende behoeften. Nu zijn we een poos verder en het grappige is dat een flink aantal van de mensen die ik toen kende als ‘single’ – waaronder ikzelf – dat nu niet meer zijn. (Overigens zijn sommige stellen die ik toen kende, nu geen stel meer.) Wat zegt dat me? Dat veel mensen liever samen zijn dan alleen? Dat je als christen beter een relatie kunt hebben? Of anders gezegd, dat je óm goed christen te zijn, getrouwd moet zijn? Zelf gedoopt als kind, belijdenis doen, trouwen in de kerk, je kinderen laten dopen. Zo, da’s goed gelukt. Nee, dat hoop ik niet. Wat het in elk geval zegt, is dat een mensenleven steeds verandert. Ik vind dat de christelijke gemeente de beste plek is om het leven met elkaar te delen. De mooie momenten, maar misschien nog wel meer de moeilijke. In een stadsgemeente als de Jacobikerk is het ondoenlijk om met iedereen je leven te delen. Toch is juist een gemeente als de onze een oefenplek voor leven als christen. Daarom is het mooi dat er in de kerkenraad een mix zit van mensen die korter of langer getrouwd zijn, met of zonder kinderen, én singles. Dat lijkt me dus een goede plek om het onderwerp alleenzijn te bespreken, net zoals de rest van je leven een gespreksonderwerp is.
10
Happy single, bestaat dat? Sommige mensen omschrijven zichzelf zo, al vind ik dat een tikkeltje lijken op overcompensatie. Als je gelukkig bent hoef je dat niet zo nadrukkelijk te noemen, dan is dat gewoon duidelijk. Denk aan een vrouw van in de veertig, met een interessante baan, goede vrienden, misschien een studie erbij of een taak in de kerk. Die heeft een rijkgevuld leven, maar gilt ze dan van de daken ‘ik ben happy single’? Lijkt me niet. Een tijd geleden trouwde een vriendin van me, die tijdens haar jaren als single doodongelukkig en eenzaam bleek te zijn geweest. Dit had ze nooit uitgesproken. Dat is toch jammer? Nu had niemand die ze kende in de gemeente met haar kunnen bidden. Wat zou je dan kunnen bidden? Daar denken christenen verschillend over: je kunt bidden dat ze een man ontmoet, als oplossing voor haar eenzaamheid. Of je kunt bidden dat God haar nabij is in haar eenzaamheid, dat ze de kracht heeft om dat te dragen. (Dat laatste zou ik doen.) In dezelfde periode trouwde ook een andere vriendin. Zij had een heel andere invalshoek: ze had verschillende ongetrouwde ooms en tantes. Dit had haar gevormd, ze wist dat je zeker ook een volwaardig leven kon hebben zonder relatie of huwelijk. Ze erkende dat het aangaan van een relatie best een grote verandering was. Dat kan ik uit ervaring beamen. Overigens wil ik niet zeggen dat single zijn een probleem is, dat je dan zielig bent of dat je niet gelukkig kunt zijn. Ik denk dat veel mensen het fijn vinden om hun leven te delen met een partner, dat zonder meer. Aan de andere kant hoef je als je alleen bent geen rekening te houden met iemand, je kunt je leven inrichten zoals je wilt. Die vrijheid kan heerlijk zijn. Misschien zijn getrouwde vrienden stiekem best jaloers op wat jij allemaal kunt doen. Vaak heb je meer tijd voor vriendschappen, die zeker niet minder waard zijn dan een liefdesrelatie – gewoon ánders. En wat dacht je van de tijd die je
Jacobsladder, voorjaar 2014
hebt om ongestoord je persoonlijke relatie met God te onderhouden? Geen afleiding van veeleisende partner of kinderen! Hoe ziet God ons leven? Vaak ligt in de kerkelijke gemeente de nadruk op het huwelijk en het gezin, alsof dat het summum is waar je als gelovige naar moet streven. Het huwelijk is inderdaad een gave van God, net zoals kinderen dat zijn. Toch kan het – lijkt mij – niet zo zijn dat je pas gearriveerd bent als christen, als je voorzien bent van echtgenoot en kind(eren). Dat doet geen recht aan de verscheidenheid van een mensenleven. Op enig moment zul je nl. alleen zijn, vroeger of later. Ons leven is nu eenmaal niet maakbaar, al wil de postmoderne mens zo graag van wel. God kijkt niet naar ons leven in termen van slagen of falen. Hij kent ons door en door, is ons nabij in onze
vreugde en onze nood. Zo is de ene mens geroepen tot een verantwoordelijke baan of zware opleiding, waar de ander beter op zijn plaats is in een simpeler leven. Het is allebei goed, niemand is daardoor beter dan een ander. Dat geldt voor je leefsituatie nog het meest: die vrijgezelle vriendin van je is niet zielig of te betreuren. En ben je single, dan is dat huwelijk van je zus misschien lang niet zo mooi als jij denkt. In een open gesprek met elkaar kun je delen wat de mooie en moeilijke kanten zijn van je leven samen of alleen. Dan geef je elkaar de ruimte dingen te zeggen als: ‘ik voel me eenzaam’, ‘mijn man luistert niet naar me’ of ‘ik kan mijn verhaal bij niemand kwijt’. Bedenk hoe dan ook dit: als gelovige ben je nooit helemaal alleen, omdat God altijd bij je is.
Martha Osborn
Lezen: Single in de kerk, Aukelien van Abbema De auteur, zelf single toen ze het boek schreef, is therapeut en coach. Ze gebruikt voorbeelden uit haar beroepspraktijk en haar eigen leven. Het boek valt in drie delen uiteen, het eerste over singles en de problemen waar ze tegenaan kunnen lopen. Het tweede deel gaat over relatievorming/daten in de Bijbel. Ze helpt hier veel misverstanden uit de wereld. In het laatste deel doet ze praktische voorstellen voor kerken om toegankelijke dingen voor singles op te zetten. Ze besluit haar boek met tien praktische tips voor gemeenten. Haar aansporing: ‘ik hoop dat singles hun plek innemen in de gemeente. Zodat we samen, of we nu getrouwd zijn of niet, e liefde van God kunnen laten zien, juist ook buiten de kerkmuren.’
Singles in de Bijbel, David M. Hoffeditz Dit boek wil alleenstaande christenen helpen na te denken over hun leven op grond van wat de Bijbel zegt. De auteur – zelf ongehuwd – doet dit aan de hand van portretten van acht Bijbelse personen. De flaptekst noemt het een eerlijk boek, omdat het ingaat op alle kanten van het leven als single. De lezer krijgt zo een beeld geschetst van hoe God wil dat mannen en vrouwen – single of getrouwd – in deze wereld staan. Deze wereld, die Zijn wereld is, maar tegelijkertijd voor christenen een tijdelijke verblijfplaats is.
Jacobsladder, voorjaar 2014
11
Paulus
Van Tarsus tot Damascus Nog vóór het begin van onze jaartelling, namelijk 6 jaar voor Christus − historische bronnen zijn hierover niet eenduidig − werd in het stadje Tarsus een joods jongetje geboren, genaamd Saul of Saulus, later Paulus genoemd. (Hand. 13:9) Ik ben een Jood, in Tarsus in Cilicië geboren. Handelingen 22:3. Tarsus is gelegen in de zuidoosthoek van Turkije, zo’n 15 kilometer van de Middellandse Zee. Saul kwam uit een gegoede Joodse familie van de stam Benjamin. Door geboorte was hij tevens Romeins staatsburger. Hij werd thuis opgevoed in de Farizese geest.
de Weg genoemd − in die stad op te sporen en hen als gevangen af te voeren naar Jeruzalem. Daarna vertrok Saulus, met de mannen die hem vergezelden om gelovigen te arresteren, uit Jeruzalem en via Jericho door de Jordaanvallei naar het Meer van Galilea. Vandaar de Jordaan over en dan de grote weg naar… Damascus! Nu is het moment aangebroken om Handelingen 9:3-9 (vertaling NBG 1951) te lezen:
En terwijl Saulus daarheen op weg was, geschiedde het, toen hij Damascus naderde, dat hem plotseling licht uit de hemel omstraalde; en ter aarde gevallen, hoorde hij een stem tot zich zeggen: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij mij?” En hij zeide: “Wie zijt gij, In zijn jonge jaren − omstreeks het jaar 15 − ging Here?” En Hij zeide: “Ik ben Jezus, die gij vervolgt. Saulus naar Jeruzalem om zijn opleiding tot rabbi Maar sta op en ga de stad binnen en daar zal u en wetsgeleerde af te ronden. Hij hield zich uiterst gezegd worden, wat gij doen moet. En de mannen, nauwkeurig aan de voorschriften van de Farizeeën. die met hem reisden, stonden sprakeloos, daar zij Deze onderscheiden zich door vroomheid en wel de stem hoorden, maar niemand zagen. En schriftgeleerdheid. Saulus vervolgde persoonlijk Saulus stond op van de grond en hoewel hij zijn de Joodse christenen, omdat hij als Farizeeër zeer ogen open had, kon hij niets zien. En zij leidden hem verbolgen was over het feit dat zij de wet van bij de hand en brachten hem naar Damascus. En hij Mozes schonden. kon drie dagen lang niet zien, en hij at of dronk niet. Dan vertelt Handelingen 8:1 en 3 ons het volgende: De mannen brachten de blinde Saulus bij ene En er ontstond te dien dage een zware vervolging Ananias in Damascus, in het huis van ene Judas. tegen de gemeente te Jeruzalem en allen werden Ananias had door middel van ‘een gezicht’ opdracht verstrooid over de streken van Judea en Samaria, gekregen zich over Saulus te ontfermen. Ananias met uitzondering van de apostelen. (Deze werden legde Saulus de handen op en hij kon weer zien! ongemoeid gelaten.) En Saulus verwoestte de Saulus stond op en werd gedoopt. Paulus had zich gemeente, en hij ging het ene huis na het andere onvoorwaardelijk bekeerd tot het christelijk geloof. binnen en sleurde mannen en vrouwen mede, en hij (Mede vanwege deze ommekeer, met de daaraan leverde hen over in de gevangenis. verbonden symboliek, noemen wij Saulus vanaf Saulus ging tekeer als een briesende leeuw. Hij dat moment Paulus.) wendde zich nu tot de Hogepriester en kreeg van hem aanbevelingsbrieven voor de bestuurders van de synagogen in Damascus om hem te helpen bij Paulus begon direct aan zijn missie om in Damascus zijn pogingen christenen −ook wel aanhangers van het Evangelie te verkondigen. Dit kwam ter ore
12
Jacobsladder, voorjaar 2014
van de streng gelovige Joden en zij trachtten hem te doden. De rollen waren nu omgedraaid. Op zijn beurt werd nu Paulus vervolgd! Door een list wist Paulus te ontkomen. ’s Nachts werd hij door zijn geloofsgenoten in een mand over de stadsmuur gelaten. Zo wist Paulus uit Damascus te ontsnappen. Epiloog Na zijn overweldigende en spectaculaire bekering preekte Paulus ongeveer 16 jaar lang in het dal van de Jordaan, in Syrië en in Cilicië. Omdat hij daar geen nieuwe kerk of gemeente stichtte, bleef dit zonder aanwijsbare invloed. Hierna is Paulus begonnen met de zendingsreizen, onder andere met het doel het Evangelie ook aan niet-Joden te verkondigen. Tijdens zijn reizen, vier in totaal, schreef hij vele brieven aan diverse gemeenten, onder meer aan Galaten, aan de Efeziërs, aan de Filippenzen en aan de Kolossenzen.
Jacobsladder, voorjaar 2014
Op de tweede zendingsreis stak Paulus over naar Europa. Dit − ook hier − op aanwijzing van ‘een gezicht’: Steek over naar Macedonië en help ons (Hand. 16:9). Als eerste Europese verblijfplaats deed hij Filippi aan.In een wijd perspectief bezien breidde het Evangelie zich toen verder uit over geheel Europa, ook in Nederlandse steden en dorpen.
En zo kan het gebeuren dat men, anno 2014, de Grote Kerk in Vollenhove na de eredienst verlaat, na eerst − dankzij Damascus − kennis te hebben genomen van de overgeleverde tekst uit de brief aan de Kolossenzen 3:11b, boven de uitgang van de kerk: Alles en allen is Christus!
P.S.J. Kroeze
13
Webcam
Maarten van Ooijen WEBCAM Maarten van Ooijen Jacobilid Maarten van Ooijen voerde afgelopen maanden als lijsttrekker van de ChristenUnie campagne in de stad. In deze webcam neemt hij ons mee in de week van de gemeenteraadsverkiezingen.
Maandag 17 maart De laatste paar dagen voor de verkiezingen gaan in en met de tijd neemt de spanning alleen maar toe. Wat zal er gaan gebeuren in de Utrechtse politiek? Lukt het de ChristenUnie om de vurig begeerde tweede zetel binnen te halen of niet? En wat gaat er met de andere partijen gebeuren? Ondertussen verschijnt op EO-BEAM een berichtje van een aantal jonge christenen die in de gemeenteraad willen. Zelf sta ik erop, maar bijvoorbeeld ook Matthijs Buijs als kandidaat van het CDA. Een vriendelijke vent, die ik in de campagne vaker ben tegengekomen. Hoewel onze standpunten zo nu en dan uit elkaar liggen, vinden we elkaar ook op allerlei punten. En gelukkig zijn de onderlinge verhoudingen erg goed. Matthijs kom ik ’s avonds ook weer tegen als ik debatteer bij het studentendebat, georganiseerd door de belangenorganisaties voor studenten. ’s Middags was er nog een huiskamergesprek in Hoog Catharijne. Het is duidelijk campagnetijd!
14
Dinsdag 18 maart Vandaag de aller-allerlaatste campagnedag. Morgen op de verkiezingsdag mag de kiezer immers zelf bepalen wie ‘m het meest overtuigd heeft, wat mij betreft. Nog één dag knallen dus. Ik begin ’s morgens bij BINGO FM, de Utrechtse radiozender, met een interview van een uur. Samen met Jolande Zoomer gaan we door mijn Nederlandse top 5 heen. Poe, daar moest ik nog even flink over peinzen, maar Marco Borsato, Sharon Kips en René Froger belanden bij mij op de lijst. ’s Middags ga ik nog even in Overvecht langs, om te flyeren in een aantal wijken waarvan we weten dat er nogal wat studentenflats staan. ’s Avonds gaat de campagne helemaal in een sneltreinvaart. Eerst breng ik een medaille als waardering bij de studenten van Happietaria, vervolgens ga ik naar het slotdebat van Radio M-Utrecht met alle andere lijsttrekkers en daarna bezoek ik m’n oude studentenvereniging C.S.F.R. om nog wat laatste stemmen te winnen. En helemaal aan het eind kijk ik tóch nog even het laatste televisiedebat terug, want de effecten daarvan zijn altijd heel groot, vooral op een avond vlak voor de verkiezingen.
Jacobsladder, voorjaar 2014
Woensdag 19 maart
Vandaag is het zover, 19 maart. Gemeenteraadsverkiezingen. Ik ben verschrikkelijk ongedurig, de hele dag door. Ik heb een lege agenda (wat de laatste weken sowieso een unicum was!), en daarom zit ik thuis maar wat achter m’n pc. Ja, wat doe je op een verkiezingsdag? Ik verzand in wat huishoudelijk gerommel en wat dingen opzoeken. De stemfie is helemaal hot vandaag, een foto van jezelf terwijl je stemt. Met deze rage doe ik ook mee, hoewel de foto mislukt. De middag rolt naar z’n einde en rond 18.00 uur vertrek ik richting de binnenstad, om met alle betrokken te eten en de campagne te bespreken. De spanning stijgt nu écht met elke minuut. Iets na 21.00 uur komt het eerste nieuws binnen en meteen is het bingo! De exitpolls geven aan dat de ChristenUnie-SGP stijgen met 3 zetels (omgerekend in TK-verkiezingen). Het nieuws wordt gedurende de avond beter en beter, en de stemming bij ons ook. Rond 22.30 uur krijgen we een prognose voor twee zetels en staan we al op een enorm aantal stemmen. En zo rond 1.00 uur is het voor 99 procent zeker: twee zetels voor de ChristenUnie! We ontploffen van geluk, iedereen is in extase! Deze uitslag overtrof alle verwachtingen! Om 3.00 uur ben ik pas thuis, na een hectische avond op het stadhuis en veel, heel veel felicitaties. Toch nog even op Facebook zetten dat ons doel behaald is…
Vrijdag 21 maart Vandaag staat het ‘duidingsdebat’ van de nieuwe gekozen raadsleden op de planning. Daarmee geven de fractievoorzitters van de nieuwe raadsleden een korte duiding over de verkiezingsuitslag. Het debat wordt natuurlijk een feestje van de winnaars en rouwverwerking voor de verliezers. PvdA en VVD geven duidelijk aan niet aan de kant te willen blijven staan, SP dat ze heel graag mee wil doen, en de nieuwe partijen (zoals Partij voor de Dieren) dat ze zeker niet op hun handen gaan zitten. Niet zo veel nieuws dus, hoewel het als fractievoorzitter altijd leuk is om de feiten nog maar eens te benoemen voor de ChristenUnie: vijftig procent meer stemmen dan de vorige verkiezingen en een verdubbeling van het aantal zetels. Wauw.
Donderdag 20 maart
De volgende dag komen we bij van alle hectiek. En veel overleggen. Een prachtige winst, maar wat nu? Eerst bespreek ik dat met onze voorzitter van de afdeling, vervolgens met een aantal nauw betrokkenen, met de nieuwe fractie en ook nog met ons (nu!) voormalige raadslid en fractievoorzitter. Iedereen heeft weer andere inzichten, maar de glimlach is niet van ons gezicht te krijgen. Tussen de middag ben ik nog te horen op Radio 1, tussen 12.00 uur en 13.00 uur was de bedoeling. Met een dikke smile op mijn gezicht stap ik echter de verkeerde trein in en kom ik plompverloren een halfuur te laat in de studio. De presentatoren en redactie vergeven me, gelukkig maar. Maar ondertussen wordt op Radio 1 duidelijk aangegeven dat de ChristenUnie wat later aanschoof, omdat de fractievoorzitter in de verkeerde trein zat. Had ik ook maar beter moeten opletten!
Jacobsladder, voorjaar 2014
Zaterdag 22 maart
Deze zaterdag neem ik rustig de tijd voor andere dingen en laat ik de politiek een beetje los. Leuk om te doen is een rondje langs alle leden van het campagneteam. Ik breng ze een doos vol chocolade met een kaartje waarin ik hen bedank voor hun inzet. En zo ga ik - al feestend - de zondag in!
15
Overdenking
De dood voorbij Het woord Pasen komt uit het Oude Testament en daar heet het Pesach. Pesach betekent ‘voorbijgaan’ en daarin klinkt de herinnering door aan een oud ritueel. Israël zat opgesloten in Egypte maar het uur van de bevrijding naderde. Mozes riep de Farao op om het volk te laten gaan maar die weigerde. Na vele rampen (plagen) die Egypte troffen kwam ten slotte de donkerste nacht: de doodsengel zou het land doorgaan en in ieder huis zou de oudste zoon sterven. Maar voor de Israëlieten gold een uitzonderingsregel. Zij moesten in elk gezin een lam slachten en het bloed smeren aan de deurposten van hun huizen. ‘De HEER zal door Egypte heen gaan om het te straffen. Maar ziet hij bij een deur bloed aan de bovendorpel en aan de posten, dan zal hij die deur voorbijgaan, hij zal de doodsengel geen toestemming geven om uw huizen binnen te gaan en u te treffen’ (Exodus 12:23). Pasen betekent dat de dood voorbijgaat, hij is ons gepasseerd. Dat is precies het tegenovergestelde van wat wij gewoonlijk denken. Wij denken: straks, vroeger of later, passeren wij de grens en dan heeft de dood ons te pakken. Dat is waar maar het is niet de enige en zeker niet de laatste waarheid. Het oude ritueel uit Exodus vertelt je hoe het zit. Er is bloed, er is een offer en dat beveiligt je. Jezus zegt later: wie op mij vertrouwt zal leven, ook wanneer hij sterft (Johannes 11:25). Zo’n werkelijkheid laat zich moeilijk denken, dat geef ik toe. Ik sta geregeld bij open graven, grotere en kleinere. Dan staat het verstand stil en het geloof gaat verder. Ik houd van de gedichten van J.C. Bloem. Ze hebben een herfstig, weemoedig karakter. Het gedicht Herinnering eindigt met deze regel: voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij. Op Pasen zou je deze woorden vrolijk kunnen nazeggen. Omdat de dood voorbijgaat. A.J. Zoutendijk
16
Jacobsladder, voorjaar 2014
Hoe is het met ...
De cursus Bijbel Literair Hugo Teuns volgde afgelopen periode de cursus Bijbel Literair. Aan hem de vraag of hij hier wat meer over kan vertellen.Hoe ziet een avond eruit? De cursus bestaat uit 6 bijeenkomsten van 2 uur. Bettelies Westerbeek leidde de cursus. Zij gaat helaas weg bij de Jacobi, iets wat de deelnemers aan Bijbel Literair erg jammer vinden. Bettelies starte de 1e bijeenkomst met algemene uitleg over de bijbel. Ze gaf onder meer uitleg over hoe de Bijbelverhalen tot stand zijn gekomen en de rol van de mondelinge overlevering en ze vertelt ook over de verschillende tijdvakken waarin de Bijbelverhalen zich afspelen. Ik heb hierdoor veel geleerd over de geschiedenis van het christendom. Op de andere avonden komen verhalen uit het Oude en Nieuwe Testament aan bod. Wat voor gedeelten uit de Bijbel worden zoal gelezen? Afgelopen bijeenkomst hebben we onder meer gelezen uit Genesis en brieven van Paulus. Bettlies haakt ook aan op actuele feestdagen, zoals Valentijnsdag. In het kader hiervan hebben we stukken uit het Hooglied en Prediker gelezen. Bettelies staat ook open voor input en suggesties van deelnemers. Het leuke vond ik zelf het contrast wat Bettelies ons liet zien tijdens de laatste bijeenkomst. Hier liet ze ons eerst kennis maken met de Openbaring van Johannes. Vervolgens voerden we gesprekken/ discussies over het evenwicht tussen Goed en Kwaad en over de vraag of het Kwaad uit te roeien is. Naderhand lazen we in 1 Corinthiërs 13 een aantal regels over de liefde. Een interessant contrast, waaruit blijkt hoe veel veelzijdig de verhalen en teksten uit de bijbel zijn. Waarom besloot jij mee te doen aan de cursus? Ik wilde graag meer kennis opdoen over de verhalen in de bijbel. Mijn partner is gelovig en ik zelf ben dat niet. Dat is voor mij eveneens een motivatie om te leren over en van de bijbel.Bijbel Literair is een vrijblijvende kennismakingscursus voor mensen die niet gelovig zijn, maar wel hun literaire kennis over de Bijbel willen uitbreiden. Wat voor mensen komen op de avonden af? De mensen zijn heel verschillen. Ze hebben verschillende leeftijden, zijn zowel gelovig (protestant, ook van andere gemeenten dan de Jacobi, en katholiek) als niet-gelovig. Er zijn studenten bij, maar ook mensen die al gepensioneerd zijn. De afgelopen serie bevatte onder meer een hoogleraar economie, een studente gebarentaal, een gepensioneerde politieman.
Jacobsladder, voorjaar 2014
Zelf ben ik werkzaam in de ICT. Tijdens de werkweek zit ik voornamelijk in een technisch-rationele omgeving en ik vind het leuk om door de week 's avonds kennis over de bijbel, het christendom en oude geschiedenis op te doen. Bettelies verbindt thema's uit de bijbel ook met actuele maatschappelijke vraagstukken, zoals bijvoorbeeld de opvang van vluchtelingen. Hier wordt ook over gepraat en gediscussieerd. De serie bijeenkomsten is laagdrempelig van opzet: iedereen kan deelnemen en naar voren brengen wat hij of zij wil. Voor wie is de cursus interessant om aan deel te nemen? Iedereen is welkom, zowel gelovig als niet-gelovig. Ook voor Jacobileden kan het een interessante optie zijn om te komen. Je kunt extra kennis over de bijbel opdoen vanuit literair perspectief en het is heel verrijkend om een link te leggen tussen thema's uit de bijbel met de actualiteit. Het biedt een vrijblijvende setting om met zowel gelovigen als niet-gelovigen open en op een laagdrempelige wijze over de verhalen uit de bijbel te praten en te discussiëren. Deelnemers delen met elkaar hun interpretaties over hoe zij woorden of teksten uit de bijbel opvatten. Persoonlijk vond ik het ook interessant om van oudere mensen te horen over hoe zij met het christendom zijn grootgebracht, zoals bijvoorbeeld verhalen over hoe men als puber op school verplicht was om eens in de week te gaan biechten bij de pastoor. Uiteraard staat het christendom centraal, maar parallellen met het jodendom en, in mindere mate, de islam, komen ook aan bod. Vervolg cursus Wanneer de volgende cursus start is nog niet helemaal duidelijk. Bettelies Westerbeek, die de cursus gaf, vertrekt per mei naar den Haag om daar als Missionair Pionier te gaan werken. Ze vertrekt dus bij de Jacobikerk. Als er in september weer nieuwe mensen aan het werk gaan dan zullen zij bekijken wanneer en of er een nieuwe cursus bijbel literair van start gaat. Bettelies kijkt met veel plezier terug op de cursusavonden. ,,Bijbel literair is voor mij altijd een van de leukste onderdelen van mijn werk in de Jacobi geweest. De groep bestaat uit mensen met heel verschillende achtergronden, de een weet nog helemaal niets van de bijbel, de ander is er mee opgegroeid maar wil wel graag opnieuw kennis maken. Dit levert een mooie combinatie van vragen en gesprekken op. Mooi om te zien dat de oude verhalen in de bijbel ook tot de verbeelding van mensen nu spreken, of ze nou gelovig zijn of niet.”
17
Van de voorzitter Het kerkelijke seizoen draait op volle toeren, daarvan is deze 2e editie van de Jacobsladder een mooi en lezenswaardig voorbeeld. Eind maart hebben we als kerkenraad in het pittoreske Oudewater een zinvolle bezinningsdag beleefd. We hebben onder andere nagedacht over de vraag welke identiteit we als gemeente willen hebben, in het licht van Gods plan. Daar zijn in 2010 al goede keuzes over gemaakt in het huidige beleidsplan ‘Discipelschap in het hele leven’ Dit plan loopt echter in 2015 af, het was daarom waardevol om met elkaar van gedachten te wisselen over belangrijke thema’s als missionair-zijn, pastoraat, diaconaat en organisatie. Als kerkenraad vinden we het belangrijk en zien we ernaar uit om met u in gesprek te gaan. Graag nodig ik u van harte uit voor een gemeenteavond op donderdag 8 mei 2014, om 20.00 in de kerkzaal. Het thema is: De Jacobikerkgemeente in 2015 en verder. Ter voorbereiding kunt u het huidige beleidsplan (dat in 2010 is vastgesteld) doornemen. U kunt het downloaden via http://www.jacobikerk.nl/info/ Welkom-in-de-Jacobikerk/Welkom-Downloads/ Beleidsplan-2010-2015.pdf Als u alvast aandachtspunten of vragen heeft voor de gemeenteavond, kunt u mij mailen op onderstaand adres. Goede Paasdagen! Met hartelijke groet, Ewoud Jonker,
Voorzitter Kerkenraad
[email protected]
18
Jacobsladder, voorjaar 2014
Jacobidebat
Illegaal maar mens Het publiek op woensdagavond 26 februari bij het Jacobidebat vertegenwoordigt verschillende bevolkingsgroepen in Utrecht. Een mengelmoes van talen bereikt het oor tijdens de koffiepauze. Hoofdspreker is Eduard Nazarski, directeur van Amnesty International Nederland. Panelleden zijn Jan Braat (ambtenaar vreemdelingenzaken), Patricia Wijntuin (raadslid GroenLinks), Bouchra Dibi (fractielid PvdA) en Maarten van Ooijen (lijsttrekker ChristenUnie). De VVD heeft de uitnodiging voor deze avond geweigerd. Debatleider is Gor Khatchikyan, die zelf een zogeheten ongedocumenteerde is geweest: ‘Vertellen alleen zal jullie niet helpen het te begrijpen’.
lijkt te komen in het overheidsbeleid nadat Aleksandr Dolmatov, een Russische asielzoeker, zichzelf vorig jaar van het leven beroofde. Het valt hem echter op dat de strenge maatregelen in detentiecentra, die eerst als noodzakelijk werden omschreven en waarvoor geen alternatief kon worden gevonden, nu vrij gemakkelijk aangepast kunnen worden. Ondanks de positieve geluiden zijn we er nog lang niet, volgens Nazarski. Dat blijkt weer uit het feit dat vanaf zaterdag 1 maart 2014 de politie zonder huiszoekingsbevel woningen mag doorzoeken waarvan ze vermoeden dat zich daar ongedocumenteerden ophouden. Ook deelt hij de zorgen van Arie Slob, dat als illegaliteit strafbaar wordt, vluchtelingen ondergronds gaan.
‘Is dit het Nederland waar ik jaren geleden binnenkwam? Ik herken het niet meer terug.’ (Patricia Wijntuin)
Tijdens het eerste deel van de avond leidt Eduard Nazarski zijn gehoor in sneltreinvaart langs de ontwikkelingen van het vreemdelingenbeleid in Nederland. Van het toestromen van de vluchtelingen in de jaren 90, via het steeds moeizamere terugkeerbeleid naar het toenemende aantal ongedocumenteerden in detentie. Volgens Nazarski hebben de mensenrechten van vreemdelingen categorisch een lagere standaard dan de mensenrechten van Nederlandse burgers. Toch ziet Nazarski ook een positieve ontwikkeling; in de afgelopen 15 à 20 jaar is de vreemdeling veranderd van een speelbal van het lot naar een meer zelfbewust individu die ook eisen stelt aan het beleid. Ook is Nazarski positief over het feit dat er echt beweging
‘I am here because my husband tried to kill me. He already killed my sister. They want me to prove that he wants to kill me. How am I suppose to do that? If they send me back, I will kill myself. Really, I will.’ (een van de ongedocumenteerde gasten)
Jacobsladder, voorjaar 2014
Als Nazarski aankomt bij de oplossingen speelt het tijdschema van de avond hem parten. Er is nog net op de sheets te zien dat volgens hem een schematische benadering niet werkt en dat een streng toelatingsbeleid leidt tot een moeizaam terugkeerbeleid. Nazarski pleit dan ook voor oplossingsgericht denken: bespreek de terugkeer naar het land van herkomst en biedt toekomstperspectief, garandeer elke vluchteling een adequate levensstandaard en voorkom vreemdelingendetentie.
19
Bij de vragenronde springt één vraag eruit: volgens de vraagsteller wordt er bij de uitzetting van vluchtelingen regelmatig gerommeld met de papieren, waardoor gezinnen en zelfs kleine kinderen worden uitgezet zonder officiële uitzetpapieren. Wat gaat Amnesty daaraan doen? Nazarski geeft aan dat dit nog niet uitgebreid onderzocht is maar hij nodigt de vraagsteller uit informatie aan hem door te spelen zodat hij ernaar kan kijken.
pot met geld wordt gecreëerd om de medische zorg voor illegalen te betalen. Khatchikyan oppert dat hier mogelijk misbruik van zal worden gemaakt, maar Dibi vindt dit een argument van de VVD. Van Ooijen valt haar er vervolgens op aan dat zij dit zo’n belangrijk punt schijnt te vinden, maar er volgens hem niets mee doet richting de Tweede Kamer. Dibi richt zich echter op de gemeente Utrecht, die volgens haar nu eenmaal anders werkt dan de landelijke politiek.
‘I am here tonight to see what’s going on. (…) What? Is this a church? Every Sunday? Twice?’ (Amin).
Na de pauze krijgt elk panellid een thema voorgelegd waarover hij of zij in discussie kan treden met het publiek. Patricia Wijntuin bijt het spits af met het thema ‘veilig aangifte doen’. Vluchtelingen moeten aangifte kunnen doen van een misdrijf waarvan zij slachtoffer zijn, zonder dat zij zelf gearresteerd worden wegens illegaal verblijf in Nederland. Volgens Wijntuin is er nu sprake van willekeur; afhankelijk van de agent die de vluchteling treft, wordt hij/zij wel of niet gearresteerd. GroenLinks heeft een initiatief ingediend voor vrije aangifte. Maarten van Ooijen vult aan dat er al een pilot in Amsterdam loopt die hij ook graag in Utrecht zou zien. De stelling die hierop volgt, veilig aangifte doen moet mogelijk zijn, wordt vanuit het publiek beantwoord met een zee van groene kaartjes.
Van Ooijen spreekt zich uit over de betrokkenheid van de kerk en het recht op onderdak voor iedereen. Hij benoemt het gevaar dat de kerk zorgt, terwijl de overheid achterover leunt. De Toevlucht, een initiatief van de kerken in Utrecht, is er echter slechts tijdelijk en uit protest tegen het beleid. De kerk kan niet werkeloos toekijken en onder andere hierdoor is Van Ooijen er trots op christen te zijn. Volgens hem kunnen dit soort initiatieven ook dienen als een voorbeeld voor de overheid. De PvdA en GroenLinks juichen beide dit
Dibi van de PvdA krijgt het thema ‘medische zorg’ voor haar kiezen. Zij is hoogst verontwaardigd over het feit dat illegalen geen recht hebben op enige vorm van medische zorg. Als zij medicatie nodig hebben, moeten zij 5 euro bijdragen. Dit is schandalig, aangezien de meeste illegalen geen geld hebben. Volgens Dibi is de oplossing dat er een
20
Jacobsladder, voorjaar 2014
initiatief toe, evenals Braat, die veel contact heeft met kerken. De coördinator van De Toevlucht plaatst vanuit het publiek de kanttekening dat dit slechts tijdelijk is en zeer sober. Het financiële plaatje is voor Braat, ambtenaar vreemdelingenzaken. Als er sprake is van een verblijfsvergunning, dan zijn de kosten voor de gemeente. Zo niet, dan moet de nationale overheid voor de kosten opdraaien. Die hebben echter vaak geen sluitende aanpak, waardoor de kosten alsnog bij de gemeente terechtkomen. In Utrecht komt dit neer op 2 miljoen euro voor opvang en begeleiding per jaar. Van Ooijen vraagt zich af wat het de gemeente op zou brengen als er minder ongedocumenteerden zouden zijn. Minder maatschappelijke opvang, minder criminaliteit; dat scheelt in de kosten. Aan het einde van de avond is er ruimte voor reacties uit de zaal. Een van de aanwezigen zonder documenten biedt Braat een brief aan, omdat hij niet naar school kan en hiervoor een oplossing verwacht. Wijntuin spreekt zich uit. Ze komt zelf niet uit Nederland en heeft met stijgende verbazing de veranderingen gadegeslagen. ‘Is dit het Nederland waar ik jaren geleden binnenkwam? Ik herken het niet meer terug’. Nazarski sluit de avond af met een aantal nuancerende opmerkingen. Volgens hem wordt er ook veel gelogen
en is de terugkeer voor een heel aantal mensen zeker wel mogelijk. Hij vindt echter dat de overheid mensen niet jaren moet laten wachten, terwijl ze hen alle vormen van zelfstandigheid ontneemt en dan verwacht dat die mensen meewerken aan hun terugkeer. Ook moeten de dossiers een gezicht krijgen voor de beoordelaars. ‘We komen er niet met schema’s en zwart-witte discussies’.
Anneke van der Linden
Lezen: - - -
Boek: Pristina door Toine Heijmans. Documentaire: ’36 uur leven als een illegaal’, Dit is de dag, EO, 25 februari. Wetenschappelijk rapport: ‘48 vreemdelingen’ door Mieke Kox.
Jacobsladder, voorjaar 2014
21
Column
Was Jezus links of rechts? “Neem nu maar van mij aan: links staat voor lullen, rechts voor zakkenvullen.” Met deze poëtische analyse besloot een oer-Hollandse beller op de radio een vurig betoog over de ongerijmdheid van de Nederlandse politiek. Met zijn enigszins onparlementaire uitdrukking maakte hij wel een punt. Links staat in de geschiedenis nogal eens voor idealisme zonder realiteitszin. Rechts vertegenwoordigt regelmatig plat pragmatisme zonder idealen. Zelfs op macroniveau zou je kunnen zeggen dat het communistisch ideaal vastliep in de realiteit en dat het kapitalisme failliet ging door graaigedrag. De werkelijkheid is natuurlijk veel complexer en veelkleuriger dan de zwart-witlogica van een nuchtere Hollandse kaaskop. Zo had Amsterdam een aantal jaar geleden een rechtse wethouder die bijzonder opkwam voor de zwakkeren en was er een linkse fractieleider, die zei dat hij ook in het – achtergestelde – AmsterdamNoord woonde (weliswaar in het grootste huis, maar dat zei hij er niet bij). Misschien ging het Sovjetrijk juist wel ten onder aan het kapitalisme van haar leiders en is het Westen veel idealistischer gebleven dan de berichten over graaicultuur willen doen geloven. Jezus is door de geschiedenis heen voor vele linkse en rechtse karretjes gespannen. Zo prijkte hij op linkse posters met Fidel Castro en Che Guevara. Rechts zette
Hem in bij campagnes tegen abortus of een losse seksuele moraal. De Amerikaanse schrijver Philip Yancey wijst er terecht op dat Jezus zowel door politiek rechts als links een projectiescherm werd voor eigen idealen. Het scherm onthulde meer over henzelf dan over Jezus. Men schiep Hem naar hun eigen beeld. Dat is gemakkelijker dan jezelf te laten herscheppen naar Zijn beeld. Ons land kent twee kleinere christelijke partijen. De een belicht meer de linkse kant van Jezus, de ander de rechtse. Waar zou hij liever bij gehoord hebben? Of bij geen van beide? Opvallend is dat Jezus in zijn eigen tijd geen partij koos. Hij oversteeg ons links-en-rechtsprobleem, onze moeite om ideaal en werkelijkheid te verenigen, de daad bij het woord te voegen en het woord bij de daad. Je kunt Jezus moeilijk beschuldigen van gebabbel en loos idealisme. Hij gaf zijn leven voor zijn ideaal: de verzoening tussen God en de mens. Hij kwam niet om zijn zakken, maar de onze te vullen. Kruis en opstanding staan voor daadkracht en laten tevens zien dat Hij zich niet als een pragmaticus bij onze zondige werkelijkheid wilde neerleggen. Jezus is voor mij de ideale politicus: idealistisch realistisch. Maar waarschijnlijk gleed ik zojuist uit over de bekende bananenschil: schetste ik Hem te veel op basis van mijn eigen wensen…
Pieter Versloot
22
Jacobsladder, voorjaar 2014
Hello
Dineke Frentz WIE?! Dineke Frentz Leeftijd: 28 Beroep: Epidemioloog Kerkelijke achtergrond: PKN Sinds wanneer woon je in Utrecht: juni 2013 Sinds wanneer in de Jacobikerk: juni 2013 Waar kom je vandaan: Ik ben opgegroeid op de Veluwe, tijdens m’n studententijd heb ik in Zeist gewoond, en vanwege werk ben ik daarna naar Rotterdam verhuisd
Je komt uit Rotterdam; wat heeft je in Utrecht gebracht? Er kwam een einde aan mijn baan in Rotterdam. Na een paar maanden werkloos te zijn geweest, werd ik aangenomen bij het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) in Bilthoven. Omdat ik graag op de fiets naar mijn werk ga, ben ik op zoek gegaan naar een huis in Utrecht. Hoe ben je in de Jacobikerk terechtgekomen? Ik zocht een kerk die op mijn vorige gemeente leek (de Samaritaan, Rotterdam). Dat was een gemeente met veel jonge mensen die actief waren in de kerk. Mede-gemeenteleden van de Samaritaan vertelden mij dat de Jacobikerk hierin wel op de Samaritaan leek. Ik ben naar de diensten in de Jacobi gegaan en voelde me er direct thuis. Wat waren je verwachtingen van de Jacobikerk en zijn die tot nu toe uitgekomen? Mijn verwachtingen zijn behoorlijk goed uitgekomen. De Jacobikerk is inderdaad een kerk met veel jonge mensen en
Jacobsladder, voorjaar 2014
met veel activiteiten die je kunt bijwonen. Wel was ik vanuit mijn vorige gemeente gewend om heel diaconaal gericht te zijn. De Jacobikerk is juist meer missionair gericht. Dat is even wennen. Hoe ervaar je het gemeente-zijn in de Jacobikerk? De Jacobigemeente is een fijne gemeente. Het is mooi om te zien dat er op zondag zo’n grote kerk gevuld wordt met christenen. Door de diversiteit en grootte ontmoet je allerlei soorten mensen en zijn er veel verschillende activiteiten. Erg leuk! Ben je zelf actief in de kerk? Zo ja, wat doe je zoal? Ik help bij de Jacobimaaltijd. De
23
Jacobimaaltijd is een diaconale maaltijd, die openstaat voor iedereen die daar behoefte aan heeft. De meeste gasten zijn eenzaam, weduwe of hebben een zwak sociaal netwerk. Eén keer per maand help ik daar met koken en bedienen en praat ik met de mensen. Erg mooi en leuk om te doen! Je zit nu ruim een jaar in de Jacobikerk. Zijn er dingen die je mist of die je graag (anders) in de kerk zou zien? In de Jacobikerk mis ik weleens de onderlinge gemeenschap. Ik ken nog heel veel gemeenteleden niet en waarschijnlijk zal het me jammer genoeg ook nooit lukken om iedereen te leren kennen. Ik vind het juist mooi om als gemeente elkaar te kennen en met elkaar mee te kunnen leven. Daar is de Jacobikerk te groot voor. Ook mis ik de gastvrijheid in de kerk. Als nieuwkomer werd ik niet aangesproken en moest ik zelf de stap zetten om mensen te leren kennen. Gelukkig is de Bijbelkring wel een goede manier om gemeenteleden te leren kennen en met elkaar te kunnen meeleven. De Yup-activiteiten helpen ook goed en zijn ook nog eens ontzettend leuk! Wat is tot nu toe je leukste/mooiste/bijzonderste ervaring in de Jacobikerk? De gemeentelunches vind ik erg leuk. Ik heb er nu twee meegemaakt en ze waren beide erg gezellig en een goede manier om mensen beter te leren kennen. Vertel eens iets over de klusfoto? Tja... Na verschillende vrienden geholpen te hebben, bleek ik verven en behangen toch wel erg leuk te vinden. Daarom ben ik in Rotterdam mee gaan doen met een Present-flexteam. Daar kon ik als individu met een groep meedoen om één zaterdag per maand een huis op te knappen. In Utrecht had Stichting Present geen flexgroep, dus ben ik nu vrijwilliger bij Stichting HiP (Hulp in de Praktijk). Erg leuk en dankbaar werk. Bijkomend voordeel: ik kom op allerlei plekken in Utrecht, dus leer de weg snel kennen.
Korte vragen, die om korte antwoorden vragen - -
-
24
Inspirerende Bijbelfiguur: David. Favoriete plaats in de kerk: De keuken (omdat daar de actie is als je voor 50 mensen moet koken). Op zondag: Ik heb alle soorten banken/stoelen in de kerk geprobeerd. De banken die het minst vervelend zitten zijn die in het middenschip, daar zit ik meestal. Mooiste plekje van Utrecht: Blauwkapel.
Jacobsladder, voorjaar 2014
Jacobsladder, voorjaar 2014
25
Goodbye
Ferdinand en Jorien Kraal Paspoorten WIE?! Ferdinand en Jorien Kraal Leeftijden: 29 en 27 jaar Werk: Sales engineer en leerkracht basisonderwijs (Kerkelijke) achtergrond: PKN Hervormd en Baptist. We noemen onszelf het liefst: refangelisch Utrecht:Ferdinand heeft hier gestudeerd en woont sinds 2006 in Utrecht. Jorien sinds mei 2012. Verhuizen naar: Gouda
Ferdinand en Jorien verhuizen binnenkort naar Gouda. Ferdinand studeerde hier en trad in de voetsporen van zijn vader, die ook jaren in Utrecht woonde en in de Jacobikerk kerkte. Na hun huwelijk heeft Jorien zich ook aangesloten.
hebben als team een heel goede band gekregen en zullen Wim & Janet en Johan & Linda zeker gaan missen.’
Ferdinand is de man die je soms het trapje op ziet klimmen van de preekstoel om een microfoontje te stellen. Hij houdt zich bezig met de optimalisering van de geluidssystemen in de Jacobikerk. Hij vindt het leuk om hierin mee te denken. Jorien is door ‘een keer mee te denken met het muziekteam’ coördinator muziekgroep geworden. ‘In de muziekgroep zijn we bezig geweest met kwaliteitsverbetering. Door te zingen voor in de kerk ben ik ook meer van de gemeente gaan houden. Zingen is absoluut mijn passie, ik geniet ervan als mensen mee kunnen zingen voor God’, aldus een gedreven Jorien.
Waarom verlaten jullie ons? We gaan verhuizen, dichter bij onze familie en dichter bij ons werk. We hadden de keuze: kiezen we voor de stad Utrecht of kiezen we voor onze familie en vrienden in Gouda, we kozen het laatste. We moeten nu het afscheid dichterbij komt zeggen dat we onze vrienden in Utrecht best zullen missen. Daarnaast hebben we in september een extra kamertje nodig voor ons kleine Kraaltje.
Daarnaast zijn ze samen actief betrokken geweest bij het opzetten van de Marriage Course en hebben ze inmiddels deze cursus twee keer gefaciliteerd in de Jacobikerk. Gezamenlijk: ‘Een geweldige activiteit! Het is leuk om hier samen mee bezig te zijn, om zelf elke keer te groeien in je relatie en te genieten van de mensen die je mag dienen tijdens de avonden. We
26
Wat zochten jullie in de kerk en waarom kozen jullie voor de Jacobikerk? Ferdinand: Als student was ik op zoek
Jacobsladder, voorjaar 2014
naar een kerk met prediking die aan het denken zet, dat is gelukt in de Jacobikerk. Ook de liturgie, vrijblijvend inen uitlopen en klassieke muziek spraken me als student aan. Na mijn studie werd het ‘gemeenschapsaspect’ van de kerk belangrijker door het wegvallen van de studentenvereniging. Jorien: Ik kerkte al een aantal jaar in een baptistengemeente voordat ik naar de Jacobi kwam. Het was voor mij wel even wennen om weer in het PKN-gareel te moeten. De prediking sprak en spreekt mij enorm aan in de Jacobi. Ik miste vooral in het begin wel het knusse van een kleine gemeente en het zingen met een band. Aan de Avondmaalsdiensten aan tafel heb ik helaas nooit echt kunnen wennen.
Hoe hebben jullie het gemeente-zijn in de Jacobikerk ervaren? Het gemeente-zijn in de Jacobikerk is iets wat je zelf doet en bent. Dat hebben wij sterk ervaren. Toen we nog niet getrouwd waren, consumeerden we vooral. We kwamen en gingen en kenden weinig mensen. Na ons huwelijk besloten we vol voor deze gemeente te gaan. En dan merk je dat het echt een gemeente is: broeders en zusters, familie! Het missionaire aspect zien we wel, maar is niet iets waar bij ons de nadruk op lag. Wat misten jullie in de Jacobikerk? We misten weleens de afstemming van de muziek/het orgelspel op de preek. Wat we ook wel misten was een goede doorsnee van de samenleving. In de Jacobikerk zie je op zondag vooral hoger opgeleiden en gezinnen met jonge kinderen. De tieners, bijstandsmoeders en medelanders zijn op één hand te tellen. Gaan jullie nu naar een andere kerk en hoe hebben jullie je daarop georiënteerd? Of weten jullie nog niet waar je gaat kerken? We hebben absoluut nog geen idee waar we gaan kerken in Gouda. Er zijn daar heel veel kerken en we gaan eerst eens kerkshoppen. Van de Pinkstergemeente, internationale kerk tot de PKN. We zijn benieuwd waar Gods plek voor ons is.
Jacobsladder, voorjaar 2014
Korte vragen, korte antwoorden Jas aan of uit in de kerk? Uit (anders voelt het alsof je zo weer naar buiten kunt rennen) Inspirerend Bijbelfiguur: David (vooral door zijn liederen) Favoriete plek in de kerk: Middenschip, middenin. Op vakantie naar... Een camping met een tentje of een verre reis naar andere continenten. Mooie herinnering aan de Jacobikerk: Hetfaciliteren van de Marriage Course samen met onze surrogaatouders Wim & Janet en Johan & Linda. Het was een rijke ervaring voor onszelf en een verrijking voor de stellen.
27
Henriëtte Nieuwenhuis
De mooiste dag... De mooiste dag van je leven’ wordt de dag waarop je trouwt vaak genoemd. En ik geloof dat ze gelijk hebben. Op 27 februari jl. heb ik ‘ja’ gezegd tegen de man van mijn leven. Hij die mij kent als geen ander terwijl hij uit een andere wereld komt. Daar kan ik me over blijven verbazen. God heeft soms mooie verrassingen voor ons in petto. Ik had in ieder geval niet kunnen bedenken dat ik een Indonesische echtgenoot zou ontvangen.
De mooiste dag van mijn leven, ja daar stem ik mee in. Maar de voorbereiding voor die grote dag was ook de meest ingewikkelde in mijn leven. Mijn man komt uit een andere wereld dan de mijne. Een huwelijksfeest in Indonesië is wel even wat anders dan in Nederland. Dat was geen nieuws voor mij. Ik woon al een tijdje in Indonesië (bijna 2,5 jaar alweer), heb al verschillende bruiloften meegemaakt en ken ondertussen de gewoonten een beetje. En natuurlijk weet ik: Nederland is meer individualistisch terwijl Indonesië meer collectivistisch is. Maar dit keer ging het over ‘mijn/onze grote dag’ en dat voelde toch net even wat anders.
Het begint met zoiets simpels als een uitnodiging. In Nederland is het heel gewoon dat deze door het bruidspaar
wordt gemaakt. Ook de tekst op de kaart wordt door het bruidspaar uitgekozen. En het bruidspaar nodigt iedereen uit. Hier is dat anders. Eigenlijk wordt de kaart vaak door de ouders gemaakt en geschreven en zij zijn degenen die de gasten uitnodigen. In ons geval mochten we gelukkig zelf de kaart maken en ook de woorden zelf uitkiezen, maar er kwamen uiteindelijk wel twee versies. De gasten die door mijn schoonouders werden uitgekozen kregen een versie met een toevoeging ‘Met hoogachting, dhr. Tubertim Barus en mevr. Maria Tarigan, dhr. Cees Nieuwenhuis en mevr. Willie Nieuwenhuis-de Velde’. Een mooi compromis.
Over gasten gesproken. We lieten maar liefst 1000 uitnodigingen afdrukken. Alsof we de koning en koningin zelf waren. Voor mij kostte het wel even om daar aan te wennen dat er zoveel mensen op
28
Jacobsladder, voorjaar 2014
de receptie zouden komen waarvan ik het grootste gedeelte waarschijnlijk niet eens zou kennen. We zijn allebei publieke figuren dus logisch dat er heel veel kerkenraden, gemeenteleden en dominees werden uitgenodigd. Maar daarnaast moesten er ook veel familieleden uitgenodigd worden. Hier in dit deel van Indonesië (ik weet niet hoe dat op andere plekken is) ben je als bruidspaar inderdaad koning en koningin voor een dag. Tijdens de receptie zit je op een aparte verhoging met je ouders. Er is geen menging met de gasten. Als de gasten het eten op hebben komen ze langs voor een hand, deponeren ze hun envelopje en wordt er een foto samen gemaakt en dat was het dan. Tijdens de receptie krijg je trouwens niet alleen een bakje koffie met taart en een hapje maar een complete maaltijd. Verder worden de meeste bruiloften hier aan huis gehouden op het erf. Er worden tenten, stoelen en tafels gehuurd, soms een keyboardspeler met zangeres en het feest kan beginnen. De stoelen worden zo neergezet dat het net lijkt dat je in de kerkbank zit: achter elkaar en in rijen met de aandacht op het podium met het bruidspaar en het podium voor de muziek. Het is hier op bruiloften heel populair om te karaoken. De gasten die dat willen mogen hun favoriete lied op het podium zingen. Meestal duurt de receptie van 12.00 uur tot 21.00 uur ’s avonds.
In Nederland vragen we vaak de hulp van 1 of 2 ceremoniemeesters in de voorbereiding van een huwelijk. Hier in Lampung wordt er een 25-koppige commissie in het leven geroepen. Dat is ook even omschakelen. Zoveel mensen, zoveel meningen. De een regelt de bloemen, de ander de spullen die gehuurd moeten worden, de ander de catering, weer een ander de transportatie, enz. In totaal zijn we drie keer bij elkaar gekomen: de instelling van de commissie, de voortgang van de voorbereiding en als laatste de ontheffing van de commissie met bedankjes. Iets wat in Nederland ondenkbaar is dat zoveel mensen meehelpen in de voorbereiding. Iets moois, maar ook ingewikkeld. Vooral omdat wij niet
Jacobsladder, voorjaar 2014
van plan waren om alles volgens de gebruiken hier te doen. Maar onze commissie was erg meedenkend en flexibel en probeerde ons concept van een receptie te begrijpen en ik kan niet anders zeggen dan dat het een succes is geworden.
We hielden een ‘standing party’ in een mooie tuin. Ik stond met mijn mond wijd open toen ik het resultaat van de decoratie en alles zag op de 27ste. Geweldig! Allemaal dankzij de commissieleden. Het werd een mooie mix tussen Indonesië en Nederland. Een gedeelte rijen stoelen achter elkaar, een gedeelte ronde tafels met stoelen, een gedeelte staan. Er was een podium maar alleen om te zingen voor wie wilde. Karel en ik mengden ons onder de gasten. Natuurlijk werden er heel veel foto’s gemaakt. Van ‘staatsportretten’ tot maffe foto’s. We hebben de polonaise gedaan en gedanst op dangdut muziek. De receptie duurde van 11.30 tot 15.00 uur. Vooraf vond ’s ochtends om 9.00 uur de huwelijksbevestiging en –zegening in de kerk plaats.
Voordat echter de kerkdienst kon plaatsvinden vond er een grondige voorbereiding plaats. Maar liefst een stuk of 13 sessies catechisatie met verschillende mensen: dominees, kerkenraadsleden of gemeenteleden. Elke keer over een ander thema: over het gezin in de samenleving met een leraar sociologie, over seksualiteit met een dokter, over economie met weer iemand anders, over man en vrouw zijn, over het christelijke gezin, enz. Een stevige voorbereiding waar we in Nederland nog wel wat van kunnen leren. Trouwen is een grote stap, maar niet elke kerkenraad begeleidt een stel daar in. Okay, 13 sessies is misschien wat overdreven, maar 1 gesprek is misschien weer wat weinig. In ons geval, wij zijn allebei predikant, waren de catecheten regelmatig zenuwachtig trouwens, want ‘jullie weten alles al’. De Bijbel werd daardoor helaas wel wat weinig geopend.
29
De kerkdienst werd voor ons het hoogtepunt. De liederen hadden we zelf uitgekozen. Er werd in het Indonesisch, het Nederlands en Karo gezongen. Karel en ik zongen ons favoriete Taizé lied samen: “Gott, lass meine Gedanken sich sammeln zu dir.Bei dir ist das Licht, du vergisst mich nicht. Bei dir ist die Hilfe, bei dir ist die Geduld. Ich verstehe deine Wege nicht, aber du weißt den Weg für mich”. Karel sprak de belofte uit in het Nederlands, ik in het Indonesisch. We feliciteerden elkaar in de kerk op z’n Indonesisch en Nederlands: eerst gaf Karel een zoen op mijn voorhoofd, daarna gaven we elkaar een zoen op de mond. Ook vond het ‘sungkem’ plaats: om de beurt gingen wij geknield bij onze ouders langs. Drie aspecten zijn belangrijk in dit ritueel: je vraagt om vergeving, je bedankt hen en je vraagt om hun zegen. Een emotioneel moment.
De dag voor ons huwelijk vond ‘het gesprek met de kerkenraad’ plaats. Onze beide ouders waren daar bij aanwezig, de twee predikanten van Metro en een stuk of 6 kerkenraadsleden. Veel vragen die tijdens de catechisatie ook voorbij waren gekomen werden weer gesteld: ‘hoe gaan jullie om met conflicten, hoe staan jullie tegenover echtscheiding en natuurlijk de grote vraag of wij al gemeenschap met elkaar hadden gehad. (In de GKSBS moet in sommige gemeenten schuldbelijdenis worden afgelegd in het geval van seks voor het huwelijk.) Vooral die laatste vraag is in Nederland ondenkbaar. Ik vond het pastoraal niet helemaal verantwoord dat deze vraag WEER gesteld moest worden en dit keer met 10 aanwezigen erbij. Ik vind dit een privézaak waar niet iedereen mee te maken heeft (net als ook een aantal andere collegapredikanten gelukkig), maar dat vinden ze in Metro blijkbaar niet. Na het gesprek met de kerkenraad vond de ‘rehearsal’ plaats: de generale repetie. Wie staat, zit, waar, wanneer en zegt wat. De avond voor onze dag ging ik uitgeput naar bed. Het wekkertje zou om 4.30 uur al weer afgaan.
30
Tussen 16.00-19.00 kon iedereen even douchen en uitrusten en heeft Karel me over de drempel getild in mijn huis. ’s Avonds hadden we nog een klein feestje met iets van 40 gasten. Er werden stukjes gedaan, op z’n Karonees gedanst, taart gegeten met de handen en wijn gedronken. Het was geweldig dat er ongeveer 20 Nederlandse/Duitse familieleden en vrienden waren overgekomen om dit feest met ons mee te vieren.
Het ‘sungkem’: drie aspecten zijn belangrijk in dit ritueel: je vraagt je ouders om vergeving, bedankt hen en je vraagt om hun zegen.
Jacobsladder, voorjaar 2014
De mooiste dag van ons leven, dat was het zeker. Maar de weg er naar toe was een moeilijke: een weg van vallen en opstaan, van begrip en onbegrip, van oost en west. Een weg waarin Karel en ik weer veel hebben geleerd over de gebruiken en gewoonten van elkaar(s cultuur). En onderweg worden we er elke keer opgewezen dat het niet altijd gemakkelijk is, maar ook dat we ons bij elkaar thuis voelen. Het prachtige lied van Stef Bos en Fernando Lameirinhas beschrijft precies hoe Karel een huis voor mij wordt. De tekst vind je hieronder of luister de youtube-versie: https://www.youtube.com/ watch?v=fHCx5xOFp90
Karel en ik maken ons ondertussen op voor een derde feestje (in maart hadden we ook nog een dankdienst en maaltijd met de gemeente van Karel) op zaterdag 10 mei: een dankdienst en receptie in Nederland. Van harte welkom! Henriëtte Nieuwenhuis werkt vanaf oktober 2011 als predikantdiaconaal toerustingswerker bij een partnerkerk van Kerk in Actie in Zuid-Sumatra.
Ik woon niet waar ik ben geboren Leef altijd tussen wal en schip Tussen het zuiden en het noorden
Ik woon niet waar ik ben geboren
Zoek altijd naar een evenwicht
Mijn leven is een reisverhaal
Ik woon niet waar ik ben geboren
Hier en daar mijn hart verloren
Hier is mijn huis
Gestruikeld in een vreemde taal
Hier in jouw armen
Er schuilt een vreemdeling in mij
Hier is mijn haven
Die ergens thuis zou willen horen
Ik kijk van buitenaf naar binnen
Tot het einde
En soms zichzelf buitensluit
Zie hoe het warme licht daar schijnt
Tot het einde van mijn dagen
Maar hier is mijn huis Hier in jouw armen
Ik woon niet waar ik ben geboren Ik zal altijd een vreemde zijn
Hier is mijn huis Hier in jouw armen
Hier vind ik wat ik heb verloren
Hier vind ik wat ik heb verloren
Want ik woon niet
Want ik woon niet
Waar ik ben geboren
Waar ik ben geboren
Jacobsladder, voorjaar 2014
31
Kalender Jacobikerk zondag 27 april 2014 10.00 uur prof. C. van der Kooi 17.00 uur ds. A.J. Zoutendijk
maandag 9 juni 2014 10.00 uur ds.P.L.de Jong Tweede Pinksterdag
zondag 4 mei 2014 10.00 uur ds. A.J. Zoutendijk 17.00 uur ds.Z.de Graaf
zondag 15 juni 2014 10.00 uur dr.H.de Leede 17.00 uur ds. A.J. Zoutendijk 19.30 uur Bettelies Westerbeek
zondag 11 mei 2014 10.00 uur ds.P.J.Visser 17.00 uur Ds. G. Van Meijeren 19.30 uur C. Baan
zondag 22 juni 2014 10.00 uur ds. K. Hage 17.00 uur Ds. A. Van Campen
zondag 18 mei 2014 10.00 uur ds. A.J. Zoutendijk Voorbereiding Avondmaal 17.00 uur dr. W.M. Dekker
zondag 29 juni 2014 10.00 uur Ds. G. Van Meijeren Doopdienst 17.00 uur Ds. P. Versloot
zondag 25 mei 2014 10.00 uur ds. A.J. Zoutendijk Heilig Avondmaal 17.00 uur ds. C.M.A. van Ekris 19.30 uur ds. A.J.Zoutendijk
zondag 6 juli 2014 10.00 uur ds.C.M.A.van Ekris 17.00 uur Ds. C. Fieren
donderdag 29 mei 10.00 uur ds. A.J.Zoutendijk Hemelvaart zondag 1 juni 2014 10.00 uur dr.W.Dekker 17.00 uur Dr. P. van den Heuvel zondag 8 juni 2014 10.00 uur ds. A.J. Zoutendijk Pinksteren, Belijdenisdienst 17.00 uur dr.H.Vreemkamp
32
zondag 13 juli 2014 10.00 uur ds.A.Markus 17.00 uur ds.G.Vreugdenhil zondag 20 juli 2014 10.00 uur ds. A.J. Zoutendijk 17.00 uur ds. G. Roest zondag 27 juli 2014 10.00 uur ds.G.van Meijeren 17.00 uur ds. A.J. Zoutendijk
Jacobsladder, voorjaar 2014