Jaarverslag 2013
waarderend
Verantwoording
JAARVERSLAG 2013
2
Kenteq blikt terug op een bewogen jaar. Natuurlijk was er de economische crisis die de vraag vanuit de bedrijven drukte. Wat zwaarder op organisatie en medewerkers drukten, waren de bezuinigingsplannen uit het regeer akkoord. Ze werden in 2013 realiteit.
Achter de schermen is hard gewerkt. We wilden onze producten en diensten op orde hebben. Allereerst om onze klanten zo optimaal mogelijk te blijven onder steunen. Maar ook om de waarde van onze private dienstverlening te onder strepen.
De minister besloot de wettelijke taken van zeventien kenniscentra samen te voegen in één nieuwe uitvoerings organisatie. Dat betekent het einde van kennis- en adviescentrum Kenteq in zijn huidige vorm, uiterlijk per 1 januari 2016.
Tegelijkertijd lag er de opgave om de huidige hybride organisatie te transformeren. Te beginnen bij het ontvlechten van de publieke en private taken. In 2013 zijn de eerste voorbereidingen getroffen. Onzichtbaar voor de buitenwereld. Maar wij vinden het enorm belangrijk deze ontvlechting en inkrimping op een verantwoorde manier vorm te geven. Dat vraagt de nodige energie. Niet in de laatste plaats van onze mensen. Zij geven de activiteiten van Kenteq inhoud en kracht.
Daarom is iedereen erbij gebaat dat zoveel mogelijk medewerkers, als ook producten en diensten behouden kunnen blijven. Dat is ons uitgangspunt, daar maken we ons hard voor. Maar inkrimpen betekent straks ook afscheid nemen en mede werkers een zo goed mogelijke uitgangs positie bieden. Dit jaarverslag is dan ook meer dan een verantwoording van onze activiteiten in 2013. Vanwege de meerwaarde van onze dienstverlening en de noodzakelijke inkrimping zijn we het aan onze stand verplicht om meer te doen. Om dit jaarverslag meteen te gebruiken als een boedelbeschrijving. Zo’n beschrijving wordt ook wel waarde bepaling genoemd. En dat is precies wat we voor ogen hebben. Anderen de waarde van onze activiteiten laten zien. Vandaar de titel van deze verantwoording: Waarderend.
Leeswijzer Hoe groot de gevolgen van deze kabinetsbezuinigingen zijn, beschrijft algemeen directeur Henk Grotenhuis in zijn persoonlijk voorwoord. Dit jaarverslag begint met een terugblik op Kenteq vanaf zijn start als kenniscentrum tot en met het uiterlijk op 1 januari 2016 stopzetten van de kenniscentra. Vervolgens beschrijven we eerst de publieke taken en daarna de private activiteiten van Kenteq. De innovatieve kennis die Kenteq via Hiteq in huis heeft, komt in een afzonderlijk hoofdstuk aan de orde. Evenals de verkenningen, die in het teken staan van technologische en maatschappelijke ontwikkelingen die om een antwoord vragen. We sluiten af met een uitgebreid cijferoverzicht.
JAARVERSLAG 2013
3
Voorwoord
Ik zou nu een parallel kunnen trekken tussen bloesem en ontluikend vakman schap. Een mooi beeld om vast te houden overigens. Maar ik zoom graag in op de pontons. Op de verbindende en dragende kracht ervan. Omdat er een situatie ontstaat waarin wij alternatieven voor de pontons moeten zoeken. Niemand kan straks die eenvoudige brug nog gebruiken. Aan de overkant komen wordt minder vanzelfsprekend. Wie ondersteunt de route naar vakmanschap nog?
Jaarlijks wandelen tienduizenden mensen de bloesemtocht in de Betuwe. Dit deel van Nederland is op z’n mooist in april. U weet er ongetwijfeld van. Bloeiende fruitbomen zover je kijken kunt. En daar doorheen loopt de Linge. Tijdens de bloesemtocht liggen in deze rivier pontons om de wandelaars naar de overkant te brengen. Mooi zijn ze niet, maar wel praktisch. Het gaat erom dat mensen gemakkelijk en zonder omweg aan de andere kant komen.
Kenteq is zo’n ponton die gaat verdwijnen. Beter gezegd: de brugfunctie verdwijnt. Het gaat mij niet om het kbb-instituut Kenteq, maar om de verbinding. De verbinding die leerling en bedrijf bij elkaar brengt, die bedrijf en school elkaar laat versterken en die branche en onderwijs het beroeps onderwijs laat vormgeven. Oftewel, een onderwijssysteem dat praktijkleren zodanig draagt dat het zich decennia lang heeft bewezen en het buitenland er jaloers op is. Desondanks is er geen draag kracht meer. Wie doet straks wat Kenteq deed?
JAARVERSLAG 2013
4
Kwaliteit van opleiden Hoe komt een leerbedrijf straks aan een aankomend vakman die aansluit op de bedrijfssituatie? Wie begeleidt het bedrijf en spreekt de taal van de techniek? Wie zoekt de match tussen ambitie, opleidingsbeleid en leerwerkplek? Wie ondersteunt de praktijkopleider in de begeleiding van de leerling? Wie levert de middelen om van de leerling een vakman te maken? Deze vragen dringen zich op. Kenteq maakt zich ook zorgen vanwege klachten over de relatie tussen bedrijven en scholen. De algemene opleiding die leerlingen op het ROC krijgen, helpt leer bedrijven niet genoeg verder, is het veel gehoorde commentaar. Theorie en praktijk sluiten niet naadloos op elkaar aan. Bedrijven ervaren keer op keer dat scholen blijkbaar een andere taal spreken. De opleidingsadviseur van Kenteq kent beide talen en zoekt de beste oplossingen. Ondersteunt bij de opzet van een bedrijfs school, waarin een ROC een actieve rol speelt. Maar wie zorgt straks voor de verbinding?
Ook op het hoogste niveau - die van branche en onderwijs - brengt Kenteq de partijen samen. Aan de bestuurstafel praten ze gezamenlijk over de beste oplossingen voor het beroepsonderwijs. Herkenbaarheid van vakmanschap is een belangrijk onderwerp. En borging van de kwaliteit. Precies die zaken waarop kenniscentrum Kenteq vanuit zijn expertise een antwoord kan formuleren. Maar wie zorgt straks voor dezelfde kwaliteit van opleiden in de praktijk? Greep op beroepsonderwijs De antwoorden op al deze vragen, zijn verre van geruststellend. Ik maak me zorgen over de gekozen oplossing. Van 17 kenniscentra naar één nieuwe uitvoeringsorganisatie. En van 110 miljoen subsidie naar 50 miljoen. Van branche gericht naar clustering. Dat heeft consequenties voor de dienstverlening aan bedrijven, voor de kwaliteit van opleiden en voor de herkenbaarheid van beroepen. Dat lijkt me evident. Dit is extra zorgelijk, omdat het leren in de bedrijfspraktijk toeneemt. Van BBL’ers weten we dat ze 80 procent van hun opleiding op het bedrijf zijn. Maar inmiddels is ook voor de BOL de beroepspraktijkvorming toegenomen tot vaak 60 procent. In de praktijk leren werkt nu eenmaal veel beter. Dus het belang van de bedrijven neemt toe, maar de invloed van het bedrijfsleven op het beroeps onderwijs lijkt af te nemen. Dit valt niet te rijmen, laat staan te begrijpen. Mijn angst is dat we op een dag wakker worden en te laat zien dat zowel bedrijfs leven als het ministerie van OCW hun greep op het beroepsonderwijs kwijt zijn. Met als gevolg een verder afkeren door bedrijven van ROC’s en de oprichting van nog meer bedrijfsscholen, gefinancierd door bedrijven.
Volgens mij wil niet alleen Kenteq, maar ook het ministerie en bedrijven het tegen overgestelde. Dat is wat ik hoor als ik bedrijven spreek. Een route naar vakman schap zonder omwegen. De nieuwe werkelijkheid Intussen gaan de bezuinigingen door. De voorbereidingen voor de oprichting van de nieuwe uitvoeringsorganisatie onder SBB-vlag zijn gestart. Dat zijn de feiten. We moeten de nieuwe werkelijk heid accepteren. Daarom zorgen we voor een zo goed mogelijke overdracht. Publieke taken van Kenteq worden uiter lijk 1 januari 2016 bij de nieuwe organisatie ondergebracht. De niet-wettelijke taken die Kenteq in het verlengde hiervan uit voerde, blijven we aanbieden. Dat is de belofte die ik mezelf en Kenteq gesteld heb na de emotie over de bezuinigingen. We moeten ons niet laten afleiden door macht en invloed, door besluitvorming en processen. Laten we teruggaan naar de bloesem, naar het ontluikende vakman schap. Dat is de reden dat mensen op pad gaan. Bedrijven hebben technische vakmensen nodig die ze in staat stellen iets moois te creëren, concurrerend te zijn en bij te dragen aan de BV Nederland. Technisch vakmanschap is onmisbaar. En ook straks kunnen onze producten en diensten bijdragen aan de kwaliteit. Waarom? Omdat onze dienstverlening ertoe doet. Onze activiteiten voorzien duidelijk in een behoefte. Dat beamen technische bedrijven en het georganiseerde bedrijfsleven. Ook scholen bevestigen dit. Daarom laten we tot 2016 niets uit onze handen vallen, maar willen we zo goed en actueel mogelijke producten en diensten presen teren. En daarna blijven we met een kleine, slagvaardige organisatie het tech nisch vakmanschap ondersteunen.
Blijvende activiteiten Voor de gesubsidieerde taken neemt SBB het stokje over. Op cursussen, leer middelen en loopbaantrajecten kunnen onze klanten ook na 1 januari 2016 bij Kenteq blijven rekenen. Samengesteld in overleg met partijen die ons unieke aan bod als noodzakelijk zien om de kwaliteit van het opleiden in de praktijk te waar borgen. Zodat er geen kennis en expertise wordt weggegooid. Vanuit die insteek is dit jaarverslag geschreven. Deze verantwoording is een boedelbeschrijving geworden. Een overzicht van onze kernactiviteiten met illustraties uit het afgelopen jaar. Verbindende taken die de ontwikkeling van vakmanschap hebben gedragen. Die bedrijven en onderwijs met elkaar verbonden, zoals de pontons de oevers van de Linge. Hoewel het er voor het huidige Kenteq niet rooskleurig uitziet, hoop ik dat de bloesem bereikbaar blijft. Loop niet om onze activiteiten heen. Gebruik ze juist om de beste route naar technisch vakman schap te creëren. Alleen dan zul je na de bloesem ook de vruchten kunnen plukken. Henk Grotenhuis, Algemeen directeur
Wie zorgt straks voor de verbinding?
JAARVERSLAG 2013
5
Inleiding
Algemeen Kenteq is in de Wet Educatie en Beroeps onderwijs (WEB, 1996) aangewezen als Kenniscentrum voor Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven voor de sectoren metaal-, elektro- en installatietechniek, en mechatronica. Door kennisoverdracht, begeleiding, training, scholing en advisering levert Kenteq een toegespitste bijdrage aan hoogwaardig vakmanschap in de techniek. Altijd in samenwerking met zijn partners. Uitganspunten van de activiteiten van hét kennis- en adviescentrum voor technisch vakmanschap zijn strategische partner schappen sluiten en een faciliterende rol spelen. Kenteq combineert zijn kennis met die van zijn samenwerkingspartners om: y overheid, onderwijs, onderzoek, bedrijfsleven en werknemers/leerlingen met elkaar te verbinden y zijn klanten met begeleiding, scholing, advisering verder te helpen y nieuwe maatschappelijke en techno logische ontwikkelingen te vertalen naar praktische oplossingen Maatschappelijke meerwaarde Kenteq heeft in de loop van de tijd unieke kennis en kunde vergaard om in Nederland het technisch vakmanschap te bevorderen. De maatschappelijke meer waarde van Kenteq komt vooral van de opgebouwde infrastructuur en net werken. En ook van de onafhankelijke borging van kwaliteit en de jarenlange kennis van zowel bedrijfsleven als onderwijs. Andere organisaties kunnen de producten en diensten die Kenteq aan biedt niet leveren. Misschien wel afzonderlijk, maar nooit zoals Kenteq in samenhang met elkaar.
JAARVERSLAG 2013
6
Kwaliteitsverbetering mbo Kenniscentra, zoals Kenteq, spelen volgens de WEB een sleutelrol bij de verbetering van de kwaliteit van het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). De opdracht luidt beter op de arbeids markt gerichte opleidingsprogramma’s te ontwikkelen met twee gelijkwaardige leerwegen (BBL en BOL) en een systeem van accreditatie van leerbedrijven. Kenteq geeft, samen met bedrijven en scholen, verbeterde opleidingen gestalte voor de metaal en werktuigbouw, de elektro- en installatietechniek en de mechatronica. Kenteq is binnen de technische sectoren de verbindende factor tussen bedrijfs leven en onderwijs. Daarmee is Kenteq een relevante partner geworden in de keten van het technische beroepsonder wijs. De synergie tussen technische bedrijfstak en onderwijs zorgt voor een ijzersterke structuur onder het technische beroepsonderwijs. Meer dan de helft van de tijd die een leerling moet steken in het behalen van het mbo-diploma, besteedt hij in erkende leerbedrijven die Kenteq faciliteert en ondersteunt. Brugfunctie Met zijn producten en diensten onder steunt Kenteq de brug die tussen individu ele leerlingen en werkgevers moet worden geslagen. Op die manier draagt Kenteq eraan bij leerlingen in de bedrijven te brengen en een goede vakman te worden. De focus van Kenteq ligt ener zijds op het faciliteren van het aanleren van vakmanschap en anderzijds op het faciliteren van loopbaanontwikkeling. Kenteq is herkenbaar in het ‘binden’ van mbo-studenten en het ‘boeien’ van vak mensen door goede en praktijkgerichte producten en diensten aan te bieden die hen stimuleren en verder helpen.
Menselijk kapitaal De producten en diensten van Kenteq kunnen niet los worden gezien van de kennis die de ontwikkelaars en adviseurs van Kenteq hebben. Die kennis maakt producten en diensten waardevol. Voor een succesvolle uitvoering dienen kennis en producten of diensten gekoppeld te blijven, want zonder kennis van de producten en diensten vallen ze ‘plat’ in de markt. En zonder investering in infrastructuur en netwerken hebben ze geen voedingsbodem. Bezuiniging kabinet-Rutte 2 Op het budget van die unieke infra structuur wordt nu rigoureus gekort. Het tweede kabinet-Rutte bepaalde in zijn regeerakkoord van 29 oktober 2012 bij wijze van bezuiniging dat ‘de Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven worden samengevoegd’. Twee jaar eerder waren de kenniscentra inzet van wijziging in zeggenschap over het beroepsonderwijs. In 2010 vonden onderwijs en bedrijfsleven hiervoor een oplossing met de oprichting van de stichting Samenwerking Beroeps onderwijs Bedrijfsleven (SBB). In de gesprekken die hierover met kennis centra plaatsvonden, beloofde de nieuwe organisatie zich tegen mogelijke bezuinigingen te keren.
De realiteit bleek anders In het regeerakkoord is opgenomen dat in 2015 de kenniscentra gezamenlijk 40 procent van hun subsidie inleveren. Vanaf 2016 is dat 80 procent. Van zo’n 110 miljoen euro voor zeventien kenniscentra op dit moment naar 30 miljoen euro voor diezelfde groep, zo blijkt uit de rijks begroting. Daarbovenop kondigde de minister van OCW een beleidsaanpassing aan: er komt één nieuwe uitvoerings organisatie. Dat luidde het einde in van de kennis centra in de huidige vorm, Kenteq incluis. Uiterlijk in 2016 start onder de vlag van SBB de nieuwe uitvoeringsorganisatie. In de tussentijd werkt Kenteq aan een transitie van zijn dienstverlening. Overigens herpositioneerde Kenteq zich al naar een samenwerkingspartner in een faciliterende rol voordat bovenstaande ontwikkelingen in gang werden gezet. Uitgangspunt was het gezamenlijke doel de kwaliteit van het technische vakman schap te bevorderen. De stakeholders waarderen deze nieuwe aanpak. De dienstverlening die bij de faciliterende rol hoort, is ook van toe gevoegde waarde gebleken. Dit geeft Kenteq het vertrouwen om een transitie in te gaan die wettelijke taken onderbrengt bij de nieuwe uitvoerings organisatie en de overige dienstverlening perspectief geeft in een klein, slagvaardig Kenteq. Daarmee komt een einde aan de koppeling tussen publieke en private activiteiten en daarmee aan het voort bestaan van de huidige hybride organisatie Kenteq.
JAARVERSLAG 2013
7
Gesubsidieerde taken
JAARVERSLAG 2013
8
JAARVERSLAG 2013
9
PRAKTIJKOPLEIDERSBIJEENKOMSTEN
Bij het praktijkleren zijn het bij uitstek de praktijkopleiders die het verschil maken. Kenteq en de opleidingsfondsen A&O en OOM en OTIB ondersteunen hen, zodat ze die rol kunnen blijven vervullen. ‘Verschil maken in vakmanschap’ heette het regionaal toegesneden programma dat Kenteq in 2013 op verzoek van de Technische Opleidingsfondsen (TOF) op bijeenkomsten voor praktijkopleiders in de Randstad en in Utrecht heeft aangeboden. Ongeveer tachtig praktijkopleiders namen in beide plaatsen deel aan het speciaal voor hen ingerichte programma. Onderdeel van het programma was steeds een praktijkvoorbeeld om praktijkopleiders te laten zien hoe belangrijk hun rol en verantwoordelijkheid zijn bij de opleiding van vakmensen. In de Randstad leverde het bedrijf Bakker Sliedrecht (maritieme en industriële elektrotechniek) het voorbeeld en in Utrecht Van Dorp installaties Amersfoort. Hiteq liet de deelnemers in workshops onder meer kennismaken met de nieuwste hulpmiddelen om leerlingen te begeleiden, zoals MentorTeq, en kwalificerend te beoordelen. Ook aandacht voor leerlingen en loopbaanontwikkeling kwamen aan bod. Verder zijn het Masterplan Competentiegericht Onderwijs en de ontwikkelingen in het vmbo besproken. De opleidingsfondsen klopten bij Kenteq aan om de bijeenkomsten te organiseren, omdat Kenteq de beste infrastructuur heeft als het om de beroepspraktijkvorming gaat. En Kenteq heeft door regelmatige bedrijfsbezoeken ook het meest frequent contact met praktijkopleiders.
Algemeen Bij de aanwijzing tot kenniscentrum in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs kreeg Kenteq de opdracht een aantal wettelijke taken uit te voeren: y de erkenning van leerbedrijven (bewaking en bevordering van de kwaliteit van de BBL en BOL in het leerbedrijf) y de uitvoering van de begeleiding en ondersteuning (zorgen voor gemoti veerde, deskundige en goed toegeruste praktijkopleiders) y voldoende leerbedrijven en praktijkleer plaatsen in aansluiting op de (regionale) behoefte y faciliteren en stimuleren van de match tussen leerling en leerbedrijf, met daar bij de afstemming tussen leerling, bedrijf en school. De wettelijke taken van Kenteq gaan vóór 1 januari 2016 over naar een nieuwe uitvoeringsorganisatie onder de stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Erkenning leerbedrijven Een leerling kan alleen een mbo-diploma behalen, nadat hij met succes de zoge noemde beroepspraktijkvorming (BPV) bij een erkend leerbedrijf heeft gevolgd. Het kan dan gaan om een stage (BOL) of een leerbaan (BBL). Kenteq zorgt voor voldoende leerbedrijven en praktijk leerplaatsen in aansluiting op de (regionale) behoefte door bedrijven te erkennen. Aan de hand van de erken ningsregeling beoordeelt een opleidings adviseur of het bedrijf beschikt over de mogelijkheden om een leerling kwalitatief goed op te leiden. Erkende leerbedrijven worden opgenomen in een openbaar register leerbedrijven. In dat register staan alle ruim 19.000 erkende leerbedrijven met hun gegevens vermeld en ook de
JAARVERSLAG 2013
10
beroepen waarvoor ze kunnen opleiden. In 2013 zijn 1.083 nieuwe bedrijven erkend als leerbedrijf. Verder is van 4.463 leer bedrijven hun erkenning verlengd na een herbeoordeling. Ook bedrijven die eigen personeel willen opleiden, moeten door Kenteq als leerbedrijf worden erkend. Uitgangspunt bij erkenning van leer bedrijven is dat de leerplaats voldoet aan kwaliteitseisen om leerlingen op een goede en verantwoorde manier de praktijk van een vak te kunnen laten leren. De werkzaamheden moeten passen bij de opleiding van de student. Er moet een deskundige praktijkopleider aanwezig zijn voor de begeleiding van de mbodeelnemer en de werkplek moet veilig zijn. Zo moeten machines goed zijn onderhouden. Adviseurs van Kenteq bezoeken de leerbedrijven twee keer per jaar om te beoordelen of de kwaliteit van de stage of de leerbaan voldoende is en of leerling en praktijkopleider de BPV voldoende vorm weten te geven. In 2013 kreeg Kenteq een aantal keer een signaal van tekorten aan praktijkleer plaatsen, vooral voor BOL-leerlingen. Dat was onder meer in de regio Rotterdam het geval. In overleg met de Rotterdamse ROC’s en het regionale bedrijfsleven zijn in de zomermaanden door opleidings adviseurs van Kenteq succesvol acties uitgevoerd om extra leerplaatsen te werven en leerlingen te plaatsen. Om een match tussen leerling en leer bedrijf te kunnen faciliteren en stimule ren, zet Kenteq dagelijks gegevens over de bedrijfs- en leerplaats-profielen van haar erkende leerbedrijven op de site Stagemarkt.nl. Bij ruim 80 procent van de jongeren die een stageplaats zoeken, is deze site bekend en 75 procent van hen gebruikt de site voor het vinden van een
‘REACTIVEREN’ LEERBEDRIJVEN
Werken aan uitstekend onderwijs in Den Haag
Kwaliteit als kompas
scholen Brede buurt eve lasten ministrati Minder ad e aan dalelinjnd in schooluitval Vasthouden ool 18 naar sch Iedereen tot baankansen tweetalig onderwijs Richten op Focus op or taalOffensiefvavoardigheid en reken imulerende School als estleefomgeving en veilig partners g Ouders als ontwikkelin Kenteq heeft in 2013 opnieuw als onderdeel Professionele
passende stageplaats. Daarnaast komt het regelmatig voor dat de opleidingsadviseur een verzoek krijgt te helpen bij het plaatsen van een leerling bij een passend leerbedrijf uit zijn netwerk. Dat heet dan een warme match. BPV Praktijkleren vormt een wezenlijk onder deel van het moderne beroepsonderwijs. Het geeft leerlingen de kans een deel van hun opleiding te volgen binnen reële werkomstandigheden in een bedrijf. Ze kunnen daar vaardigheden verwerven en ontwikkelen voor hun toekomstige
beroep. De BPV is een verplicht onderdeel van elke mbo-opleiding. Dit praktijkdeel van de opleiding kan alleen worden gevolgd bij bedrijven die aan bepaalde voorwaarden voldoen. Wanneer de kwaliteit van de BPV geborgd is, ontvangt een bedrijf het predicaat erkend leerbedrijf .
JAARVERSLAG 2013
11
HOGER ONDERWIJS
PRIMAIR ONDERWIJS
van de Haagse Educatieve Agenda een project uitgevoerd voor de gemeente Den Haag. Doel was bedrijven die al langere tijd geen leerlingen meer binnen hun muren hadden gehad, te ‘reactiveren’. Twintig bedrijven toonden zich bereid weer een stageplaats aan te bieden of een BBL-leerling op te nemen. Kenteq bood hierbij ondersteuning. Tien leerlingen zijn geplaatst op de geleverde stageadressen. Een Kenteq-adviseur heeft elk stageadres na verloop van tijd een keer extra bezocht. Om te horen of alles goed ging, hoe de leerling beviel, of de leerling het naar zijn zin had en of bij het leerbedrijf of de leerling nog wensen waren. Daar kwam bijvoorbeeld een specifieke wens uit voor extra scholing in de Nederlandse taal.
VOLWASSENENEDUCATIE
VOORTGEZET ONDERWIJS
baankansen Richten op partners e Ouders als stimulerengdeving School als ig efom le e il ve en ool 18 naar sch n Iederee tot scholen g Brede buurt ontwikkelin Professionele e aan dalend Vasthoudenin schooluitval voor taaljn li Offensiefard igheid va n en reke eve lasten ministrati erwijs Minder ad eetalig ond Focus op tw
MIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS
OPVANG- EN SPEELVOORZIENINGEN
ijs alig onderw cus op tweet ng Ouders als partners d eli ankansen Fo chten op ba Professionele ontwikk en rekenvaardighei e buurtscholen Ri ool sch Bred ers 18 naar voor taalve lasten Iedereen tot inder administratie schooluitval Offensief en veilige leefomgevinglasten Ouders als partnveilige leefomg M de in ve en de en en tie dalende lijn als stimuler e buurtschol administra School als stimulerenlende lijn in schoolui eling Bred ing Vasthouden aan op baankansen School naar school Minder da kk n en wi aa ont en le tot 18 fomgev Richten Vasthoud en Offensief voor taalProfessione ijs Iedereen en veilige leeen tot 18 naar school e buurtschol cus op tweetalig onderw alig onderw mulerende erwijs Bred school Fo School als sti e buurtscholen Iedere rtners Focus op tweet rekenvaardigheid ond ar ar g ing na na ali gev 18 18 eet fom tw tot Bred op en tot als pa en al- en en veilige lee ardigheid Iedereen eling Focus n Ouders sief voor ta e buurtschol ankansen holen Iedere g onderwijs va mulerende ede buurtsc lasten Richten op baing Focus op tweetali Richten op baankansein schooluitval Offen le ontwikkeling Bred Professionele ontwikk School als sti sief voor taal- en reken ministratieve lasten ankansen ne partners Br Ouders als inder administratievede en veilige leefomgev en tot 18 naar schoolouden aan dalende lijnvaardigheid Professio administratieve lasten Minder adpartners Richten op ba school Offen ar en ere er en M na sth ler Ied rek ind 18 Va d mu M en ng hei erwijs ereen tot r taalrtners Ouders als n School als sti le ontwikkeli rekenvaardig eetalig ond digheid Ied Offensief voo erwijs Ouders als pa Richten op baankanse e r taal- en op tweetalig onderwijs ve lasten Professione Focus op tw en rekenvaar ooluitval nele ontwikk alig ond Offensief voo tscholen Focus sch n Professio f voor taalrtners ministratie cus op tweet ing Brede buur Minder ad holen Ouders als pa itval op baankanse ool Offensie en aan dalende lijn inalig onderwijs kansen Fo sch e leefomgev ten an lig ar ch ba Ri vei na op oolu tsc 18 en al eet ve ooluitv Vasthoud ten Focus op tw lerende tie sch ereen tot Brede buur n dalende lijn in sch leefomgeving Richten n mu ing Ied tra in sti nse gev nis ka lijn als mi ing fom an las ba aa e School inder ad aan dalende en veilige lee lige leefomgev Richten op er administratieve Vasthouden stimulerende en veilig ers tscholen M Vasthouden mulerende ende en vei Mind Brede buur ders als partn School als School als sti als stimuler ar school buurtscholen baankansen digheid Ou heid School en tot 18 na ten Brede Richten op en rekenvaar op baankansen ers alng tratieve las erwijs Iedere taal- en rekenvaardig school ta eli rtn nis r ond kk pa mi g voo wi ten als f ad ali eet nele ont g onderwijs inder naar Ouders en ool Rich Offensie f voor M ali ssio 18 hol ijs sch sie ofe eet tsc tot ar erw ers Pr fen tw ur Focus op tw en na Of d op bu rtn ond al s itv Iedere Focu Brede eetalig rs als pa tscholen vaardighei ereen tot 18 lige fomgeving lijn in schoolu Ouders als partners Focus op tw eling Oude Brede buur al- en reken lasten Ied ende en vei en veilige lee ouden aan dalende n nele ontwikk sief voor ta nistratieve als stimuler holen sth mulerende op baankanse ing Offen de lijn in inder admi ten Professio heid School ede buurtsc School als stitot 18 naar school Va lige leefomgev en aan dalen ten Richten er administratieve las ooluitval Br tweetalig onderwijs M leefomgeving rekenvaardig las vei oud sch en ve en sth in en tie alde Va ere voo lijn ta en tra e f r Ied muler minis cus op veilig fensie r dalende ve lasten sief voo heid Mind kkeling Minder ad lerende en School als sti digheid Fo tscholen Of ouden aan ministratie holen Offen rekenvaardig ijs Professionele ontwi 18 n Brede buur urtscholen ers Vasth en rekenvaar holen School als stimu Minder ad ede buurtsc r taal- en Iedereen tot d Brede bu g onderwijs f voor taaltsc kansen Br ders als partn hei ali ur sie ng an Ou bu eli eet Offensief voo cus op tweetalig onderw dig ba fen e kk tw ar op Of ed wi va op Br par le ont Focus Fo d Richten al- en reken tieve lasten Ouders als Eals partners Professione sief voor ta envaardighei rtners administra V a rek fen er IE ba Of en T ind op rs ng M alA de eli ten ta C pa Ou U Rich f voor ontwikk rs als D heid school sie de le E dig ar al ne Ou fen ar E ool na itv ssio Of S ho va sch 18 ofe ng oolu en tsc G al Pr AA en rek vei 18 naar ontwikkeli lijn in sch schooluitv fom8geving Iedereen tot e leefomgeving Brede buur ing DfenEsieH f voor taal- 0 – lig2e0lee1 Iedereen tot 4 Professionele gev aan dalende ssionele ontwikkeling lende lijn in en lig 1 da Of ers fom de ing vei n en lee rtn gev en 2 e aa ler ten pa lig de fom en las mu A Vasthouden als al en lee vei ler Profe sthoud ooluitv tratieve Ouders ende en en veilige SchEoolNalsDsti ool als stimu ijs G partners Va er adminis erwA de lijn in schg onderwijs als stimuler mulerende rekenvaardig itval Sch Ouders als itval Mind tweetalig ond ali en aan dalen eling School School als sti r taal- en lijn in schoolu en rekenvaardigheid lijn in schoolu baankansen Focus op vaardigheid Vasthoud rtners Focus op tweet Professionele ontwikk cus op tw Offensief voo aan dalende en op aan dalende r taalonderwijs partners Fo wikk school als pa g rek voo en ten rs als f ar ali en ch de oud rs sie na eet Vasthouden Ri Ou de alsth fen tw 18 ta Ou Va Of ont r n tot Focus op ve lasten ar school kansen Professionele Offensief voo Richten op baankanse onderwijs Iedereen ministratie ten op baan en tot 18 na ad g ch ere ali er en Ri Ied hol eet ind tw tsc M en ten ur hol Richte ve las n Brede bu ve lasten Focus op schooluitval buurtscholen ede buurtsc erwijs ministratie op baankanse ing Brede tratie lende lijn in digheid Br ouden a eetalig ond ten gev nis da ar Minder ad sth ch tw n va mi fom Ri Va op en aa ad lee s e rek ool en cu er ing kkeling ool Fo fomgev en veilig taal- en Vasthoud d Mind fomgeving 18 naar sch a mulerende 18 naar sch ssionele ontwi en veilige lee fensief voor envaardighei ijs Ouders buurtscholen lerende en veilige lee Iedereen tot School als sti Iedereen tot tratieve lasten Profe ders als partners onderwijs Of stimulerende taal- en rek mu alig onderw heid Brede Ou fensief voor op tweetalig n School als School als sti cus op tweet minis rekenvaardig ers Focus Minder ad chten op baankansen in schooluitval Of ar school Fo op baankanse r taal- en rtn na voo pa ten f 18 ch als sie n Ri rs tot lijn Ri nse fen ereen ool Oude ing Of op baanka tieve lasten aan dalende tscholen Ied 18 naar sch lige leefomgev en administra ool Richten Vasthouden Brede buur Iedereen tot ende en vei 18 naar sch hol d Minder ontwikkeling als stimuler tieve lasten vaardighei ede buurtsc Iedereen tot Professionele d School eetalig onderwijs Br administra al- en reken ing er hei ta r gev ind dig voo ar M fom f va lee sie op tw reken kkeling en veilige ool Offen r taal- en ing Focus ssionele ontwi mulerende 18 naar sch Offensief voode en veilige leefomgev itval Profe School als sti Iedereen tot lijn in schoolu muleren baankansen buurtscholen School als sti Richten op aan dalende ers Brede rtn ten pa las als ve Vasthouden tratie Ouders er adminis ontwikkeling heid Mind Professionele rekenvaardig r taal- en Offensief voo
APP ‘TECHNIEK IN CIJFERS’
Cijfers. Kenteq lanceerde in 2013 de applicatie ‘Techniek in cijfers’ die in 2012 samen met webbureau Yellowmind is ontwikkeld. De app geeft antwoorden op vragen, zoals hoe presteert een ROC in vergelijking met zijn collega? Kenteq zorgt met de app ervoor dat beleidsmakers en andere betrokkenen die elkaar vinden in werkgroepen of elkaar tegenkomen aan vergadertafels in een handomdraai cijfers paraat hebben. Met de app kunnen gebruikers zelf grafieken en tabellen samenstellen die actuele gegevens bevatten over de ontwikkeling van het aantal mbo-studenten, mbo-gediplomeerden, erkende leerbedrijven en vmbo-leerlingen. De app telt eind 2013 ongeveer driehonderd actieve gebruikers.
Aan de hand van het BPV-protocol stimuleert Kenteq het overleg tussen de praktijkopleider van het leerbedrijf en de BPV-docent van het ROC. In het protocol staan afspraken die de kwaliteit van de BPV garanderen. Er staat duidelijk beschreven wat deelnemers, ROC’s, leer bedrijven en kenniscentra van elkaar mogen verwachten. Praktijkopleiders moeten volgens het BPV-protocol een prominente rol spelen bij de beoordeling van leerlingen in de praktijk. Kenteq biedt praktijkopleiders de mogelijkheid van bijscholing tot praktijkbeoordelaar. Een belangrijk onderdeel van de activitei ten van Kenteq bestaat uit de verdere professionalisering van praktijkopleiders via cursussen en workshops. Kenteq werkt daarvoor samen met de technische branches, opleidingsfondsen en onderwijsinstellingen. Op deze manier ondersteunt Kenteq bedrijven bij de verbetering van de kwaliteit van de BPV. Deze activiteiten worden verderop beschreven. Kwalificatiestructuur De kwalificatiestructuur voor het secun dair beroepsonderwijs beschrijft de eisen waaraan een beginnend beroeps beoefenaar moet voldoen. Het gaat om mensen die net hun diploma hebben behaald. De eisen die samen met het onderwijs en het bedrijfsleven worden opgesteld, staan beschreven in kwalifi catiedossiers. Het belang van kwalificatie dossiers is dat praktijkopleider en docent zo direct en praktisch mogelijk weten wat van hen wordt verwacht. Kenteq is in het domein Metaal-ElektroInstallatietechniek (MEI) penvoerder van 25 kwalificatiedossiers.
JAARVERSLAG 2013
12
MEI-dossiers In 2013 moesten we in alle MEI-dossiers forse aanpassingen doorvoeren. De reden lag in de aanscherping, begin 2012, van de landelijke kaders voor de nieuwe kwalifi catiestructuur door onderwijs en bedrijfs leven verenigd in de stichting Samen werking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Landelijk werd bepaald dat alle dossiers juist breder en algemener moesten worden. De veranderde eisen betekenen in de praktijk dat van meer herkenbare dossiers, geclusterd op hetzelfde niveau, nu een gecombineerde structuur is ontstaan met bredere en abstractere kwalificatiedossiers. De nadruk komt steeds meer op doel matigheid te liggen, in plaats van op herkenbaarheid. Kenteq heeft in de afgelopen jaren bedrijven en scholen uitgenodigd om mee te praten over de inhoud van de kwalifi catiedossiers en op die manier invloed uit te oefenen. In januari 2013 vroeg Kenteq alle stakeholders (onderwijs, branches, vakbonden) experts te leveren voor de ontwikkeling van de kwalificatiedossiers. In totaal werkten aan de dossiers bijna tweehonderd experts met elkaar samen in expertgroepen. Zij kregen ondersteuning van medewerkers van Kenteq. Het proces om te komen tot die nieuwe structuur was zo ingericht dat maximale afstemming plaatsvindt en draagvlak ontstaat bij de betrokken achterban. Deze procedure is erg gewaardeerd. Samenwerking T8 Daarnaast bestaat een intensieve samen werking tussen de acht technische kennis centra T8 (Kenteq, Innovam, Fundeon, Savantis, SH&M, PMLF, VOC en SVGB). De samenwerking heeft in 2013 belangrijke resultaten opgeleverd bij de vernieuwing van de kwalificatiestructuur.
OPLEIDINGSCENTRUM VAN DORP INSTALLATIES
Een van de Kenteq-opleidingsadviseurs is in 2013 gedetacheerd geweest als opleidingsmanager bij Van Dorp installaties. Hij heeft op verzoek van het bedrijf geholpen bij de ontwikkeling van een bedrijfsschool. Kenteq is ook intermediair geweest bij het werven van een instructeur voor de bedrijfsschool. De samenwerking is beide partijen goed bevallen. Van Dorp heeft Kenteq gevraagd een offerte uit te brengen voor het verder scholen van 75 werkvoorbereiders. Het Van Dorp opleidingscentrum staat ook internationaal in de belangstelling. Een delegatie van het ministerie van Onderwijs in Jemen, inclusief minister van Onderwijs dr. Abdul Hafed Noaman, bezocht de bedrijfsschool begin december 2013. De Jemenieten willen leren van het Nederlandse onderwijsstelsel.
Ze zorgt voor meer eenheid in de diversi teit aan kwalificatiedossiers en kleinere verschillen in de onderlinge uitwerking van de kwalificatiestructuur. Veel technische beroepen bevatten immers werkzaamheden die met elkaar overeen komen of elkaar voor een groot deel overlappen. Zoals in de dossiers Mobiele werktuigen, Werkvoorbereiden, Onderhoud- en verbouwbedrijf, Leiding geven in de techniek en het Entreedossier. De afstemming en samenwerking geven scholen en bedrijven meer duidelijkheid over wat de beroepen gemeen hebben en ook over welke kennis en vaardigheden
gemeenschappelijk kunnen worden aan geleerd. Een mooi voorbeeld is de set vakkennis en vaardigheden die de ontwikkelaars van de T8 opleverden. De set bevat een verzameling onderdelen die alle technische - en wellicht ook niettechnische - kenniscentra kunnen gebruiken bij de ontwikkeling van de kwalificatiedossiers.
JAARVERSLAG 2013
13
WEEK VAN DE TECHNIEK
Kenteq stond in 2013 aan de wieg van de Week van de Techniek in het techniekHuys in het Brabantse Veldhoven. Het idee voor een hele week activiteiten om jongeren enthousiast te maken voor een loopbaan in de techniek, ontstond na de evaluatie van de Onderwijsbeurs 2012. Daaruit kwam naar voren dat door de grote aantallen leerlingen die deze beurs bezoeken, niet iedereen de juiste aandacht kreeg. In de Week van de Techniek worden de leerlingen die nog meer willen weten over techniek uitgenodigd. Zij kunnen in die week in het techniekHuys twee dagen kennismaken met doe-opdrachten in de techniek. Eén ochtend was als ‘Girlsday’ gereserveerd voor meisjes. Ook voor werkgevers, werknemers, praktijkopleiders, scholen en decanen was tijdens de Week van de Techniek genoeg te ontdekken. Zo hield opleidingsfonds OOM een kennisavond voor werkgevers en werknemers in de metaalbewerking. Er was een multimediatraining voor werkgevers. Eén dag stond in het teken van de praktijkopleiders en er was een relatiedag voor onder meer scholen in het voortgezet onderwijs en decanen. Ook vond het Vacaturecafé van MKB Eindhoven voor werkzoekenden plaats. Kenteq voerde de regie in het web van opleidingsfondsen, scholen, bedrijven en organisaties. Door deze rol kwam MKB Eindhoven bij Kenteq terecht met het verzoek om ook mee te doen.
Keuzedeel Nieuw in de kwalificatiestructuur van het mbo is het zogenoemde Keuzedeel. Doel hiervan is tweeledig: versterking van de arbeidsmarktpositie door verbreding of verdieping, en verbetering van de kansen op succesvolle doorstroming naar een hoger niveau binnen mbo of hbo. Het Keuzedeel dat circa 15 procent van de studiebelastingsuren van een kwalificatie omvat, kan een regionale inkleuring krijgen. Kenteq ontwikkelt ongeveer vijftien keuzedelen. In samenwerking met mbo-college Scalda uit Zeeland ontwikkelde Kenteq voor elk mbo-niveau het Keuzedeel ‘Duurzaam heid in het beroep’ waarin milieuaspecten aan bod komen. De Paritaire commissie van Kenteq besloot in 2013 dit keuzedeel aan alle kwalificatiedossiers voor de Kenteq-beroepen te koppelen. Door de koppeling aan alle Kenteqdossiers kunnen alle scholen in Nederland duurzaamheid in hun technische opleidin gen vormgeven. Entreedossier De kenniscentra leverden in 2013 een aantal varianten op van zogenoemde Entreedossier(s). Vlak voor de zomer van 2013 is, na intensief overleg met betrok ken partijen, ervoor gekozen één Entree dossier te maken met negen profielen. Dit nieuwe dossier vervangt alle kwali ficaties op mbo-niveau 1 en de Arbeids marktgekwalificeerd Assistent (AKA). Kenteq was penvoerder van dit dossier dat door vijftien participerende kenniscentra is gemaakt. De ontwikkeling van het Entreedossier was een complex proces met bijzonder veel spelers. Gezocht is naar een optimale balans tussen de wensen van alle betrok ken partijen, onderwijs en bedrijfsleven. Het dossier moest uitvoerbaar zijn voor zowel leerlingen die nog niet voor een
JAARVERSLAG 2013
14
specifieke sector hebben gekozen, als voor leerlingen die al wel voor een sector hebben gekozen. Het dossier gaat uit van een overzichtelijk en eenduidig basisdeel waarin de nadruk ligt op algemene werk nemersvaardigheden. In profielen beschrijven we de specifieke kennis en vaardigheden die bij een bepaald beroep horen. Het Entreedossier is in december 2013 en januari 2014 beoordeeld door de Paritaire commissies en in meerdere gebruikers tests. Het dossier is goed ontvangen en veel scholen geven aan al in 2014 aan de slag te willen gaan met het Entreedossier. Ook het beleidsplan van de minister van OCW, Focus op vakmanschap, is daarop geënt. Het Entreedossier is opgeleverd in het geldende format en is begin januari 2014 door de minister vastgesteld. De opleveringsdatum van de nieuwe kwalificatiedossiers is verschoven van 1 december 2013 naar 1 maart 2014. De minister van OCW stelt deze dossiers vervolgens naar verwachting op 1 juni 2014 vast. De invoering is officieel per 1 augustus 2016, maar scholen mogen al op 1 augustus 2015 met de nieuwe dossiers aan de slag gaan. Arbeidsmarktonderzoek Kenteq voert zelf onderzoek uit op het gebied van de arbeidsmarkt, de beroeps praktijkvorming en het beroepsonderwijs. Het verzamelt op deze gebieden ook onderzoeksrapporten en databestanden van andere organisaties. De arbeidsmarktinformatie laat de regio’s heel specifiek en op maat zien wat de stand van zaken is, bijvoorbeeld bij jeugd werkloosheid, instroom, vacatures et cetera. De kracht van Kenteq is dat zijn arbeidsmarktonderzoek direct is gerelateerd aan de kwalificatiestructuur.
Kwalificaties zijn van belang voor meerdere bedrijfssectoren, ook buiten de Metaal-, Elektro-en Installatietechniek (MEI). Want ook in bijvoorbeeld de procesindustrie en in ziekenhuizen werken mensen in ‘MEI’-beroepen, zoals onderhoudsmonteurs en instrument makers. Door zijn expertise kan Kenteq de arbeidsmarktinformatie snel publiceren. In 2013 produceerde Kenteq veel informa tie over de metaal-, elektro- en installatie techniek, sectoren die de opleidings fondsen A+O Metalektro, OOM en OTIB betreffen.
Dat ging via twee sporen: feiten en cijfers voor de opleidingsfondsen en het opstellen van vier sectorprofielen Installatietechniek (TIB), Metalektro, Metaalbewerking en Energie. Deze analyses geven onder andere meer duidelijkheid over wat het belang van de verschillende kwalificaties voor de opleidingsfondsen is, in termen van hoeveel vakmanschap in de toekomst nodig is gelet op de ontwikkelingen. De samenwerking tussen kenniscentra in de techniek, de T8, strekt zich ook uit tot het verstrekken van arbeidsmarkt informatie.
Naast de afzonderlijke arbeidsmarktadviezen hebben de technische kennis centra in 2013 voor het eerst ook een gezamenlijke brochure uitgebracht, onder het motto ‘Techniek verbindt’. Deze brochure vraagt aandacht voor de noodzaak om juist nu technisch personeel op te leiden.
JAARVERSLAG 2013
15
Trends op de arbeidsmarkt in 2013 De jeugdwerkloosheid nam ook in 2013 toe, maar minder dan in 2012. Het aantal jongeren dat een baan op middelbaar niveau zocht in de metaal-, elektro- en installatietechniek lag in december 2013 14 procent hoger dan een jaar eerder. De verwachting die bedrijven in de metaal- en elektrotechnische industrie hebben van de ontwikkeling van hun personeelsbestand is in 2013 niet veel veranderd. Het aantal bedrijven dat voor het eerste kwartaal van 2014 een vermin dering van het personeelsbestand
verwacht is met circa 20 procent groter, dan de circa 10 procent dat een toename van personeel voorziet. Dit wijst op een dalende werkgelegenheid. Sinds september 2013 is weer een lichte toename te zien in het aantal vacatures voor de beroepen die horen bij de kwalifi catiestructuur van Kenteq. Het aantal vacatures was sinds voorjaar 2011 lange tijd alleen maar gedaald. Een daling die zich overal in Nederland voordeed.
JAARVERSLAG 2013
16
Ontwikkeling onderwijsdeelname Het aantal mbo-studenten in Kenteqkwalificaties is sinds de start van de meting in 2005 met 11 procent terug gelopen. Het mbo als geheel is in deze periode juist met 4 procent gegroeid. In de jaren 2005 tot en met 2007 groeide het aantal mbo’ers in de Kenteq-kwalifica ties ook nog. De afname in de Kenteqkwalificaties doet zich voor sinds 2008, voornamelijk in de BBL. In 2013 is de deelname aan Kenteqkwalificaties in vergelijking met 2012 heel beperkt gestegen, met 0,7 procent. Tegenover de afname van het aantal
BESTE LEERBEDRIJVEN 2013
BBL’ers met 7,6 procent, stond een flinke toename van 11 procent van het aantal BOL-studenten. Het aantal mbostudenten in de installatietechniek verminderde met 5,3 procent. In de elektrotechniek was de daling met 2,8 procent iets minder. Het aantal studenten metaaltechniek steeg licht met 3,3 procent. Het aantal vmbo-leerlingen in de metaal, elektro en installatie is sinds 2004 sterk gedaald, van ruim 20.000 naar nog geen 9.000 leerlingen. Deze afname deed zich overal in Nederland voor. De afname was het sterkst in de elektrotechniek. In 2013 is voor het eerst een zeer kleine toename te zien. Dat geldt alleen voor de metaal en de intra-sectorale programma’s metalektro en instalektro. In de opleidingen elektro en installatie blijft het aantal leerlingen dalen. Om die reden is het aantal plaatsen waar vmbo-opleidingen metaal, elektro en installatie kan worden gevolgd de afgelopen jaren sterk afgenomen, van 220 in 2004 naar 147 in 2013. Hoewel vmboleerlingen het belangrijk vinden om in de buurt naar school te gaan, zullen ze nu vaak verder moeten reizen. Nieuwe situatie met SBB De wettelijke taken van Kenteq worden in augustus 2015 overgenomen door de stich ting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). De ondersteuning in de beroepspraktijkvorming wordt op een andere manier ingevuld: y Actieve leerbedrijven worden vraag gericht ondersteund. y Digitale ondersteuning, fysieke onder steuning wanneer nodig. y Kwaliteitsborging voor leerbedrijven op basis van een negatief signaal. y Kwaliteitsborging voor nieuwe praktijk opleiders bij bestaande leerbedrijven via groepsbijeenkomsten, samenwerking met ROC’s en digitale hulpmiddelen.
Links: Royal Duyvis Wiener Rechts: Havateq
Links: BLW Kunststoffen Rechts: Numac Nederland
AWL Techniek
Met de jaarlijkse verkiezing van Beste Leerbedrijf biedt Kenteq een platform aan bedrijven die een actief opleidingsbeleid voeren. Bedrijven die het belang van opleiden kennen. Dagelijks bezig met opleiden omdat zij weten dat zij vakbekwame mensen nodig hebben voor de continuïteit van hun bedrijf. De jury is benieuwd naar hoe zij jonge vakmensen binden en hoe zij waardevolle medewerkers vasthouden. Ze gaat op zoek naar het geheim van succesvol opleiden in een bedrijf. Bij de verkiezing in 2013 vielen onderstaande bedrijven in de prijzen: Regio Zuid Numac Nederland B.V. uit Venray won in de categorie bedrijven > 25 medewerkers. BLW Kunststoffen b.v. uit Nuenen verdiende de titel Beste Leerbedrijf in de categorie bedrijven ≤ 25 medewerkers. Regio Noord AWL Techniek uit Harderwijk won in de categorie bedrijven > 25 medewerkers. Regio Randstad Royal Duyvis Wiener B.V. uit Koog aan de Zaan won in de categorie bedrijven > 25 medewerkers. Havatec B.V. uit Noordwijkerhout verdiende de titel Beste Leerbedrijf in de categorie bedrijven ≤ 25 medewerkers.
JAARVERSLAG 2013
17
Private activiteiten
JAARVERSLAG 2013
18
JAARVERSLAG 2013
19
SAMENWERKING BEDRIJFSTAKSCHOLEN
In 2013 is de eerste stap gezet voor een vergaande samenwerking tussen Kenteq en de bedrijfstakscholen in Nijmegen, Cuijk, Eindhoven, Deventer, Rijssen, Harderwijk, Ter Borg, Zaandam, Beverwijk, Den Helder, Heerhugowaard en Hengelo. Doel is bij het opleiden nog beter aan te sluiten op de wensen van de bedrijven en de leerlingen. Partijen willen samen werk maken van een doelmatig aanbod aan beroepsopleidingen op regionaal niveau en daarbij de bestaande infrastructuur in de regio in acht nemen en aansluiten op de economische topsectoren in Nederland. De samenwerking houdt in dat Kenteq gespecificeerde producten en diensten gaat leveren voor het opleiden en begeleiden van zowel de leerling als de praktijkopleider. Het moet leiden tot tijdwinst voor de praktijk opleider door de juiste raad en feedback. Voor de leerling moet het de kans op het behalen het diploma vergroten. Voor het bedrijf zorgt dit voor een meerwaarde vooral in een professionele uitstraling als leerbedrijf. Op deze manier ontstaat een regionaal netwerk ontstaan van bedrijven die zijn aangesloten bij de bedrijfsscholen waar ze samen met Kenteq het technisch vakmanschap bevorderen en elkaar herkennen en erkennen in deze rol.
Algemeen Met kennis en ervaring die in eerste instantie is opgedaan bij het uitvoeren van zijn wettelijke taken, ontwikkelt Kenteq bij voortduring nieuwe producten en diensten. Als maatschappelijke partner voor het bevorderen van vakmanschap in de techniek biedt Kenteq onder meer leer lingbegeleiding, leermiddelen, examens, cursussen en loopbaanadvies aan. Kenteq maakt voor het samenstellen van nieuwe producten en diensten gebruik van de toekomstscenario’s van onder meer Hiteq.
JAARVERSLAG 2013
20
Door de toekomst dichtbij te halen, kan Kenteq de technologische branche ondersteunen met bijvoorbeeld moderne leermiddelen. De uitdagingen van de technische sector voor de lange termijn (2020 - 2025) verbinden aan kansen voor het technisch vakmanschap in de komende drie tot vijf jaar. Het streven van Kenteq is gericht op continuïteit in de dienstverlening voor de klanten en voor Kenteq, en niet op winst maximalisatie.
JONGERENBANEN IN DE TECHNIEK
Fotobijschrift Aanleveren in volgende correctiefase
Fotobijschrift Aanleveren in volgende correctiefase
Vanuit die filosofie kan Kenteq zijn dienst verlening aan bedrijven en ROC’s tegen een zo laag mogelijke prijs aanbieden en uitvoeren. Leerlingbegeleiding Praktijkopleiders bepalen voor een groot deel het succes van de opleiding van leerlingen in leerbedrijven. Ze staan aan de wieg van ontluikend technisch vakman schap. Ze vormen de spil voor opleiden binnen een bedrijf en zijn het aanspreek punt voor de leerling. Praktijkopleiders stimuleren de ontwikkeling en kwaliteit van vakmensen die relevant zijn voor de technische sector. Met hun vakinhoude lijke en didactische kennis zijn ze, zoals we eerder beschreven, een belangrijke voor waarde voor de wettelijke erkenning van leerbedrijven. Kenteq heeft een aantal diensten en producten om de deskundigheid van de praktijkopleiders te bevorderen en om hen te ondersteunen bij het opleiden, begeleiden en beoordelen van leerlingen. Voor Kenteq is deskundigheidsbevorde ring van praktijkopleiders al jaren een speerpunt. Op verzoek van de werk geversorganisaties Koninklijke Metaal unie, FME-CWM en UNETO-VNI, de werknemersorganisaties FNV Bond genoten en CNV Vakmensen en de opleidingsfondsen OOM, OTIB en A+O Metalektro verzorgt Kenteq cursussen en trainingen om de deskundigheid van praktijkopleiders te bevorderen. Deze activiteiten worden aangestuurd door de Stuurgroep Praktijkopleiders, waarin alle genoemde organisaties zijn vertegenwoordigd.
Fotobijschrift Aanleveren in volgende correctiefase
Speciaal om de jeugdwerkloosheid aan te pakken, loopt in de regio Twente sinds 2010 het project ‘Ga voor techniek’. Schoolverlaters die geen werk hebben, worden geworven voor de techniek. Zowel voor de metaal, als voor de elektroen installatietechniek. Het streven is ruim tweehonderd leerwerkplekken op te vullen met jongeren tot 27 jaar in het gebied TwenteApeldoorn-Zwolle. Een goede combinatie van loonkostensubsidies, uitkeringsgelden en opleidingsarrangementen maakt het aantrekkelijk voor werkgevers om enthousiaste en gemotiveerde jongeren kans op werk te bieden. Kenteq speelt vooral een bemiddelende rol tussen bedrijven die op zoek zijn naar medewerkers en jonge werkzoekende. Als een bedrijf een vacature heeft, stelt Kenteq een kandidaat-profiel op, adviseert over subsidies en middelen om jongeren in dienst te nemen of op te leiden. Kenteq helpt bij het werven en selecteren van leerlingen en medewerkers, maar zoekt ook naar passende trainingen of opleidingen (bbl).
Kenteq biedt ook de jongeren een helpende hand om een geschikte leer- of werkplek te vinden. Ze krijgen ook begeleiding bij het solliciteren en ondersteuning als zij een plaats hebben gevonden. Daarnaast biedt Kenteq de mogelijkheid om praktijkopleiders te trainen, zodat bedrijven hun leerlingen goed kunnen opleiden. Eén van de belangrijkste conclusies van een evaluatiebijeenkomst is dat het binden en boeien door de werkgever van essentieel belang voor de kandidaten in het traject van scholing en doorontwikkeling binnen de organisaties. In overleg met Partners in techniek moet de deskundigheid van praktijkopleider en werkplekbegeleiders op dit gebied worden verhoogd. In het project werken de opleidingsfondsen A+O, OOM, OOMT en Otib samen met de kenniscentra Kenteq en Innovam (mobiliteitsbranche). De provincie Overijssel steunt het project.
JAARVERSLAG 2013
21
BESTE PRAKTIJKOPLEIDER 2013
MentorPLUS Voor bedrijven die extra ondersteuning van een Kenteq-opleidingsadviseur willen bij het opleiden en begeleiden van hun leerling-werknemer, heeft Kenteq de dienst MentorPLUS. Deze dienstverlening wordt ook ingezet om de praktijkopleider te coachen en te begeleiden bij het uitvoeren van zijn taken. Bij MentorPLUS neemt een opleidings adviseur van Kenteq één of meer taken van de praktijkopleider over. Bijvoorbeeld het voeren van begeleidingsgesprekken of het onderhouden van de contacten met de school. Ook kan de praktijkopleider worden ondersteund in het beter uitvoeren van zijn taken.
Samen met het Maas Geesteranus Fonds looft Kenteq elk jaar drie prijzen uit aan praktijkopleiders. Mannen en vrouwen die leerlingen coachen, stimuleren, beoordelen, belonen en corrigeren tijdens de beroepspraktijkvorming. We loven deze prijzen niet alleen uit om hen te erkennen voor hun rol in de vergroting van het technisch vakmanschap, maar ook om een podium te bieden voor het opleiden in de techniek. De eretitel Beste Praktijkopleider 2013 is voor W.P. Wering werkzaam bij Veenstra Machine Fabriek B.V. in Coevorden. ‘De jury maakte kennis met een man die het belangrijk vindt om zijn kennis door te geven aan een nieuwe generatie vakmensen zodat het vakmanschap behouden blijft. Met de grote mate van ondersteuning vanuit zijn directie slaagt hij daarin voor meer dan honderd procent. Hij is de spil in het opleidingstraject en zorgt ervoor dat zijn werkgever geen wervingsproblemen kent. Voor deze praktijkopleider staan potentiële vakmensen namelijk in de rij’, aldus het juryrapport.
De tweede plaats wordt ingenomen door W. Meijst, werkzaam bij Wärtsilä The Netherlands BV in Schiedam. In het juryrapport staat: Een van de vaardigheden die je als praktijkopleider niet mag ontberen is het kunnen overbrengen van kennis, ervaring én plezier in je werk. Volgens de leerlingen slaagt de heer Meijst voor deze vaardigheden met een dikke 10. Op de derde plaats staat J. Bouman, werkzaam bij Strukton Rail West in Breukelen. ‘De jury ontmoette een praktijkopleider die liefde heeft voor zijn vak. Die met zijn kennis en ervaring uit de praktijk laat zien hoe je invulling kunt geven aan de functie van praktijkopleider’, aldus juryvoorzitter J. Daams.
JAARVERSLAG 2013
22
In 2013 maakten 600 organisaties bij het opleiden van 2.650 leerlingen gebruik van de dienstverlening MentorPLUS Praktijk leren. Hiervoor zijn ruim 800 contracten afgesloten. MentorPLUS is een gewaardeerde onder steuning. Deze waardering kan worden afgeleid uit een eerder door Kenteq uitge voerd onderzoek onder leerbedrijven. Ze kiezen voor MentorPLUS vooral vanwege de betere resultaten van de leer ling, maar ook vanwege meer kwaliteit in de begeleiding. De dienstverlening biedt een professionele uitstraling als leer bedrijf. En voor praktijkopleiders is de opleidingsadviseur van Kenteq vooral coach en vraagbaak, zo blijkt.
MentorPLUS AKA en MentorPLUS ADHD/ASS Kenteq biedt leerbedrijven en praktijk opleiders specifieke MentorPLUS-pakketten aan voor techniekleerlingen met bijzondere kenmerken: MentorPLUS AKA en MentorPLUS ADHD/ASS. In deze dienst worden praktijkopleiders die een mboleerling Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (AKA) op niveau 1 of een mboleerling met ADHD of een autisme stoornis willen opleiden, extra geholpen en gecoacht. Evenals in 2012 maakten in 2013 bijna 200 praktijkopleiders en leer bedrijven gebruik van deze mogelijkheid.
MentorPLUS Totaal In de tweede helft van 2013 is de bestaan de opzet en inhoud van de dienstverlening doorontwikkeld naar MentorPLUS Totaal. Deze nieuwe dienstverlening richt zich op: y Professionalisering van de visie op opleiden. y Professionalisering van de praktijk opleider. y Hoog opleidingsrendement (80% van de leerlingen heeft de opleiding afgerond binnen de nominale oplei dingsduur en het diploma behaald).
In december 2013 is met opleidingsfonds OOM overleg gevoerd over het starten van een pilot MentorPLUS Totaal in januari 2014. Daarnaast ondersteunt Kenteq de praktijk opleiders met specifieke instrumenten of producten. De instrumenten die Kenteq heeft ontwikkeld voor de praktijk opleiders liggen vooral in het verlengde van de beroepspraktijkvorming (BPV). Ze zijn bedoeld om de praktijkopleiders te ontzorgen.
JAARVERSLAG 2013
23
MENTORTEQ
Installatiewerk Noord Holland werkt sinds het cursusjaar 2012/2013 met MentorTeq als registratie- en begeleidingsinstrument voor zijn ruim 550 leerlingen. Tijdens het eerste jaar dat met het systeem is gewerkt, is veel aangepast om het systeem optimaal te laten functioneren voor de begeleiding van grote aantallen leerlingen. In 2014 zullen nog kleine aanpassingen nodig zijn om MentorTeq volledig geschikt te maken voor grootverbruikers. MentorTeq is ook geschikt gemaakt om de rapportage, met één druk op de knop, te genereren voor de verantwoording die moet worden aangeleverd voor de Subsidieregeling praktijkleren die in de plaats is gekomen van de WVA-regeling.
MentorTeq Een van de begeleidingsinstrumenten is MentorTeq. Dit digitale instrument stelt praktijkopleiders en docenten in staat hun leerlingen gemakkelijk te volgen en te begeleiden. Op een zodanige manier dat het aantoonbaar de kwaliteit van de beroepspraktijkvorming bevordert. MentorTeq is een uniek instrument om voor iedere leerling een gedetailleerde planning te maken én de voortgang bij te houden. Alle gegevens worden centraal opgeslagen waardoor de leerling zelf, de praktijkopleider en de BPV-docent van het ROC permanent toegang hebben tot
JAARVERSLAG 2013
24
dezelfde actuele informatie. De praktijk opleider kan hiermee sturing geven aan het opleidingsproces. School en leerling kunnen makkelijker feedback geven. Het bijhouden van de voortgang is verder vereenvoudigd door de lancering van de MentorTeq-app voor de smartphone. In 2013 maakten 870 praktijkopleiders gebruik van MentorTeq om 1.400 leerlingen te begeleiden. Hiervoor zijn ruim 800 contracten afgesloten. Verder heeft Kenteq in 2013 haar praktijk opleiders opnieuw voorzien van het functionele naslagwerk Zakboek praktijk opleider en een nieuwe serie praktijk
DIGITAAL PLATFORM VOOR BLENDED LEARNING GALAXY
werkboeken. In deze praktijkwerkboeken zijn concrete opdrachten opgenomen waaruit een praktijkopleider kan kiezen om zodoende de leerling voor te bereiden op uit te voeren werkzaamheden in het kader van zijn opleiding. Leermiddelen Om ontwikkeling van technisch vakman schap te faciliteren biedt Kenteq een breed pakket aan gedrukte en digitale leermiddelen en beoordelingsinstrumen ten aan voor opleidingen in de elektro-, installatie- en de metaaltechnische bran che. Uitgangspunt bij de ontwikkeling van deze materialen zijn de beroepspraktijk en de vraag uit het beroepsonderwijs (mbo en vmbo). De leermiddelen en beoordelings instrumenten van Kenteq zijn flexibel in te zetten. Ze zijn toepasbaar binnen de verschillende lesprogramma’s en zijn didactiek-onafhankelijk. Kenteq spant zich in om ook de kleinere technische opleidingen van geschikte leermiddelen en beoordelingsproducten te voorzien. Ondanks het ruime aanbod van digitale leermiddelen is er nog steeds veel vraag naar boeken. In 2014 wordt de geactuali seerde inhoud van de top-100 van gedrukte leermiddelen om deze reden uitgebracht. Het aanbod van digitale leer objecten via Techniekstad varieert van theoriemodules en online voortgangs toetsing tot animaties en films. Bovendien zijn eigentijdse praktijk opdrachten beschikbaar. Voordeel van het digitale leermiddelenpakket is dat bedrijven en scholen op maat hun eigen opleidingsprogramma kunnen samen stellen.
Verder neemt Kenteq met onder meer opleidingsfonds A+O Metalektro deel aan de pilot Galaxy, op het gebied van digitaal lesmateriaal. Galaxy is een digitaal platform voor bedrijven, op basis van blended learning, een mix van online leren en leren in de praktijk. Bovendien heeft Kenteq het initiatief genomen voor CRAFT, een serious game dat bestaat uit een virtuele werkplaats, waarin leerlingen machines kunnen bedienen om opdrachten uit te voeren. Ondanks de huidige vraag naar gedrukte leermiddelen heeft het digitale aanbod volgens Kenteq toekomst. Daarbij gaat het om het overdragen van kennis en vaardig heden in digitale vorm, bijvoorbeeld via e-learning ofwel online opleiden en serious gaming. Wanneer leren verandert, zal de ondersteuning ook veranderen. Overigens zet Kenteq nu al sociale media in om de (bij)scholing van de vakman te promoten en vragen te beantwoorden. Examens Om als beginnend beroepsbeoefenaar te starten, moet een deelnemer zijn opleiding hebben afgerond met een examen. Voor het beroepsgericht onder wijs ontwikkelde Kenteq een nieuw examenaanbod onder de noemer: Kwalificeren. Dit bestaat uit Protocol; Plan; Beroepsvaardigheden; Beroeps houding; Beroepskennis (inclusief ant woordmodel) en Deelnemersinstructie. Het nieuwe examenaanbod dat vanaf het schooljaar 2012-2013 wordt gebruikt, is speciaal gericht op de kwalificaties met een bij het werkgebied passende praktijk opdracht met beoordelingspunten. Een bedrijf kan daarmee beoordelen of een leerling beroepsvaardigheden (kunnen), beroepshouding (zijn, willen) en beroepskennis (weten) voldoende beheerst.
Opleidingsfonds A+O Metalektro werkt met Kenteq aan de ontwikkeling van een digitaal platform voor blended learning, een mix van online leren en leren in de praktijk: Galaxy. De digitale kennisbank met lesmateriaal voor de circa honderdveertig technische beroepen, die nog in de experimenteer fase zit, brengt drie typen leermethoden bij elkaar en zal in de toekomst het aanbod overzichtelijk maken. Het eerste type biedt snelle informatie, zoals op Wikipedia. Het tweede bevat ‘blended’ leermodules inclusief toetsing. En het derde type is het krachtigste leerobject: ervarings modules met bijvoorbeeld onderdelen van CRAFT, de serious game van Kenteq. Op dit moment is Galaxy een project met beperkte looptijd dat zichzelf moet gaan bewijzen. De toegevoegde waarde van Kenteq is drieledig: kennis beschikbaar maken; e-learningcomponenten ontwikkelen en leertrajecten op maat aanbieden.
JAARVERSLAG 2013
25
In de branche voor Mobiele Werktuigen levert Kenteq een totaalpakket aan dienst verlening. Van de leerlingbegeleiding met MentorPLUS en lesmateriaal tot en met examinering. Zodra de leerling klaar is voor het examen, wordt dit ingepland bij PTC+ in Ede. Kenteq neemt de gehele organisatie en uitvoering van het examen traject bij dit expertisecentrum voor zijn rekening. Daarbij worden ook examen producten van Kenteq ingezet, zodat spra ke is van een compleet pakket examen diensten waarmee Kenteq bedrijven ontzorgt.
In 2014 wil Kenteq de samenwerking met de Examenservice MEI succesvol vormge ven, waardoor onderwijs en bedrijfsleven over een zo volledig mogelijk examenaan bod kunnen beschikken. Een dekkend palet aan examenproducten, waarbij de examens voor de kleinere opleidingen tegen eenzelfde tarief aangeboden kun nen worden als de examens voor de grote opleidingen door een gemiddelde prijs te rekenen.
JAARVERSLAG 2013
26
ExaminatorPLUS Om goed in te kunnen spelen op beroeps gericht onderwijs is een integraal aanbod van beoordelingsinstrumenten een basis behoefte. Met de invoering van beroeps gericht onderwijs veranderde de manier van beoordelen van leerlingen. Een bedrijf heeft een belangrijke rol bij het beoordelingsproces als een kwalifice rende opdracht in een bedrijf wordt afgenomen. Het bedrijf moet werk opdrachten selecteren, instructies aande leerling geven, tijdens de werkopdracht observeren en een beoordeling geven. Kenteq ontwikkelde ExaminatorPLUS om
SERIOUS GAME CRAFT
bedrijven in deze nieuwe rol te onder steunen. Sommige taken kan Kenteq van het bedrijf overnemen. De verschillende beoordelings instrumenten zijn zo gemaakt dat een bedrijf ze eenvoudig kan toepassen op de lesprogramma’s van zijn opleidingen. Daarnaast kan Kenteq beoordelings instrumenten op maat maken. Kenteq voorziet ook in ondersteuning bij de begeleiding van examendeelnemers. Cursussen Kenteq biedt bijna honderd cursussen aan waarmee technici hun technische kennis en vaardigheden kunnen vergroten. Door het volgen van cursussen blijven technici op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en kunnen ze in hun vak gebied doorgroeien. Kenteq biedt cursussen en trainingen voor de categorieën Algemeen - met onder andere de cursussen Werkvoorbereider en VCA - Beveiliging, Elektrotechniek, Installatietechniek en Werktuigbouw kunde. Naast de cursussen voor open inschrijving kunnen bedrijven ook kiezen voor maatwerktrajecten en in-company trainingen. In 2013 is een aantal nieuwe cursussen aan het aanbod toegevoegd. Vakbekwaamheid Kenteq verzorgt vier opleidingen Vak bekwaamheid op mbo-niveau 4. Aan Vakbekwaamheid gastechniek, Waterleidingtechniek en CV-techniek is in 2013 Vakbekwaamheid elektrotechniek toegevoegd. De Kenteq opleidingen Vakbekwaamheid bieden kennis van ont werpen, aanleggen en opleveren van installaties en daarbovenop kennis van de laatste wet- en regelgeving.
CRAFT is een serious game die op een unieke manier simulatie, gaming en praktijk combineert. Bij CRAFT wordt game technologie ingezet om via virtuele praktijk situaties gecombineerd met opdrachten in de praktijk, een aantrekkelijke leeromgeving te creëren en theoretische achtergrondkennis op te nemen en toe te passen in de praktijk. Kenteq is niet alleen initiatiefnemer van CRAFT, maar levert ook de vakinhoudelijke kennis. De serious game bestaat nu uit een virtuele werkplaats, waarin leerlingen machines kunnen bedienen om opdrachten uit te voeren voor een deel van een mboopleiding Mechatronica. Deze oefeningen keren terug in de praktijk, zodat ze ook ‘op de werkvloer’ werkstukken kunnen maken. Met CRAFT krijgen opleiders straks een didactische onderlegger die hen helpt om een vak aan te leren, voortgang te bewaken én de inhoud te toetsen. In 2013 heeft Kenteq in samenwerking met het bedrijf Croon Elektrotechniek een module elektrotechniek aan CRAFT toegevoegd. Zo is er een module om virtueel een schakelkast op te bouwen.
Op het moment dat de leerling een belangrijke beslissing moet nemen, wordt de theorie op dat gebied aangeboden. ‘Just in time’informatie zorgt ervoor dat de leerling in staat is de theorie en praktijk aan elkaar te koppelen; daarmee wordt het leren betekenisvoller. Croon gebruikt de serious game in het bedrijf om leerlingen vertrouwd te maken met toegepaste elektrotechniek en om de kennis van zijn medewerkers op te frissen. Voordeel voor het bedrijf is dat niet het hele curriculum afgewerkt hoeft te worden, maar dat onderdelen kunnen worden aangeboden. Een vakjury nomineerde CRAFT in 2013 in twee categorieën voor de Dutch Game Award 2013: Best Applied Game Design en Best Co-Production. De ontwikkelaars zijn blij met deze waardering van het gamemodel voor CRAFT én de resultaten van samenwerking tussen gamebouwer Little Chicken, elektrotechnisch bedrijf Croon en Kenteq.
JAARVERSLAG 2013
27
INDUSTRIEEL PIJPENBEWERKEN
Na het behalen van het diploma kunnen installateurs hun erkenning krijgen via de Stichting Erkenning Installatiebedrijven (SEI). In 2013 inventariseerde Kenteq de moge lijkheden om de opleidingen Vak bekwaamheid aan te passen aan de wensen van de markt c.q. de doelgroepen. Kenteq gaat de opleidingen in 2014 ook modulair aanbieden. Op die manier kunnen gaten in al aanwezige kennis worden aangevuld. Iemand is dan niet meer verplicht alle vier de opleidingen volledig te volgen om aan de vereiste diploma(’s) voor de erkenning(en) te komen. Voor de deelnemende cursisten betekent het een kortere opleidingsduur, daarmee minder verlet en minder kosten.
Een groep bedrijven in het regiogebied IJmond gaf aan grote behoefte te hebben aan goed geschoolde medewerkers op het gebied van industrieel pijpenbewerken. Regionale opleidingsinstituten konden niet in die behoefte voorzien. Tijdens een bedrijfsbezoek is een van de Kenteq-opleidingsadviseurs benaderd met het verzoek de trainingen industrieel pijpen bewerken te geven. Kenteq onderzocht de mogelijkheden en bracht de exacte opleidingsvraag in kaart. De opleidingsvraag is vertaald in een trainingsaanbod. Kenteq heeft in 2013 in samenwerking met bedrijven, zoals Tata Steel en Goflex, de trainingen verzorgd. Opleidingsfonds OOM en het project IJmond Veelzijdig van de provincie Noord-Holland hebben deelnemende bedrijven subsidie gegeven.
Beveiliging Kenteq lanceerde in 2013 een nieuwe cursus waarin installateurs leren hoe zij beter systemen met beveiligingscamera’s (CCTV) kunnen ontwerpen en projec teren. Daarmee speelde Kenteq in op een behoefte in de markt. Deze beveiligings cursus kreeg meteen een groter aantal inschrijvingen dan verwacht. De conclusie is dat Kenteq ook op het gebied van beveiligen een rol kan vervullen bij het vergroten van het technisch vakmanschap. Een ander nieuw product in 2013 was de verzorging van examens voor het Politie Keurmerk Veilig Wonen (PKVW). Verder zijn in 2013 drie nieuwe beveiligingscursussen op het gebied van IP-technologie in ontwikkeling genomen. De cursussen hebben een innoverend karakter en kunnen voorzien in een behoefte op de beveiligingsmarkt. Want alle beveiligingstechnologie gaat over op IP en deze cursussen leiden op om die slag te kunnen maken. Steeds meer bedrijven kiezen immers voor hoogwaardige tech nologische oplossingen waarbij inbraak
JAARVERSLAG 2013
28
beveiliging wordt gerealiseerd via internet (IP-technologie). De drie nieuwe beveili gingscursussen komen in het voorjaar van 2014 beschikbaar. De cursussen van Kenteq kunnen in sommige gevallen ook buiten de traditio nele technische branche nuttig zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor de cursus ‘Veiligheidsinspectie woningen NTA 8025’. Deze cursus is onder meer bestemd voor medewerkers die in hun dagelijkse praktijk de montage-, serviceen/of onderhoudswerkzaamheden aan woningen verrichten. Kenteq heeft die cursus in 2013 ook onder de aandacht gebracht van de woningcorporaties, want op het moment dat er een huurders wisseling plaatsvindt, moeten de gas-, water en elektrische installaties in wonin gen worden geïnspecteerd op veiligheid. De cursus leert deelnemers om de beoor deling van de veiligheidssituatie correct te vertalen naar een rapportage conform de NTA-8025 standaardprocedure. Loopbaanadvies Kenteq ontwikkelde in de afgelopen jaren een infrastructuur om loopbaanontwikke ling zichtbaar te maken en te kunnen sturen. Onder meer door gebruik te maken van het instrument EVC, Erkenning van Verworven Competenties. Bij EVC worden verworven competenties uit jarenlange beroepservaring in beeld gebracht, erkend en gewaardeerd ten opzichte van een vastgesteld kader. Dit kader kan een beroepskwalificatie zijn maar ook een in onderling overleg vast gesteld functieprofiel. Kenteq bood twee trajecten, speciaal ontwikkeld om bedrijven in de metaal, elektro- en installatietechniek te helpen met waardering en erkenning van vakmanschap: EVP-techniek en EVCtechniek.
EVC Het resultaat van EVC is een overzicht van alle ervaring gespiegeld aan niet alleen de beroepskwalificatie, maar ook aan de branchekwalificatie en de functie. In een persoonlijk ePortfolio kunnen steeds de ontwikkelingen worden bijge houden. Maar het landschap van EVC is in beweging. De overheid presenteerde de contouren van een nieuw EVC-stelsel dat in 2016 moet ingaan. Bovendien vraagt de markt nu om andere oplossingen dan de bekende complexe EVC-trajecten en lange dure opleidingstrajecten. Bedrijven willen maatwerkscholing, aansluitend op het ervaringsniveau en ook niet in alle gevallen per se gericht op het behalen van een diploma. Aanmeldingen voor individuele EVCtrajecten speelt Kenteq vanaf 1 januari 2014 direct door naar het EVC Diensten centrum. Deze organisatie is verantwoor delijk voor de uitvoering, erkenning en facturering van een EVC. Geïnteresseerden kunnen zich via de web site van Kenteq rechtstreeks aanmelden voor de individuele procedure. EVP Vanaf 1 januari 2014 bieden Kenteq en geselecteerde ROC’s daarom op basis van de wensen van bedrijven op maat samen gestelde pakketten voor loopbaan ontwikkeling. Een ervaringsportfolio (EVP) bepaalt welke ervaring iemand bezit en wat een deelnemer nog nodig heeft om zijn doel te bereiken. Het erkennen van vakmanschap in relatie tot het persoonlijk ontwikkeltraject staat voorop. Aan het EVP wordt een advies toegevoegd dat aangeeft voor welke ervaring geen scholing meer nodig is. Op basis hiervan kan de deelnemer naar het ROC voor een verkort scholingsprogramma en een
proeve van bekwaamheid. Scholings programma, toetsing en eventuele diplomering binnen een loopbaantraject vallen onder verantwoordelijkheid van een ROC. De school gaat dus vanuit eigen examenprocedures over eventuele diplomering. Kenteq heeft in 2013 bij een aantal klanten EVP-trajecten in gang gezet. Sommige zijn bijna afgerond. De trajecten voerde Kenteq uit met ROC Friese Poort en ROC van Amsterdam voor de bedrijven Voestalpine (staalproducent), Douwe Egberts Joure, Vestas
(windenergietechnologie) en Fabricom (onderhoud & service). Kenteq heeft in 2013 ook een aantal bedrijven voorzien van een bedrijfs opleidingsadvies. Daarbij wordt de ervaring en kennis van iedere mede werker in kaart gebracht. En ook hoe snel medewerkers inzetbaar zijn op verande rende taken. Een ePortfolio is voor een bedrijf hét digitale instrument om inzicht te krijgen en de ontwikkeling van zijn medewerkers te sturen. Het doel is de ambities van de medewerkers in lijn te brengen met de bedrijfsdoelstelling.
JAARVERSLAG 2013
29
Hiteq, innovatieve kennis bundelen
JAARVERSLAG 2013
30
JAARVERSLAG 2013
31
Algemeen Een innovatieve dienstverlener als Kenteq houdt zich ook bezig met de toekomst. Het is belangrijk om vroegtijdig ontwik kelingen te signaleren die de technische sector beïnvloeden. En om de gevolgen te onderzoeken die de gesignaleerde ontwikkelingen hebben op technische beroepen, kenmerken van arbeid, ontwikkeling van competenties en maat schappelijke verhoudingen. Welke maatschappelijke en technologi sche ontwikkelingen zijn te verwachten? Wat is nodig om technische vakmensen zodanig op te leiden dat ze op de toekomst zijn voorbereid? Onder meer om de vragen over het vakmanschap in de toekomst te beantwoorden, heeft Kenteq in 2005 zijn expertisecentrum voor technisch vakman schap in de toekomst opgezet onder de naam Hiteq. Binnen het werkterrein van Kenteq vormen ook de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt een aspect van toekomst gericht denken. Een belangrijk onderwerp daarbij is de aansluiting van het onderwijs op de toekomstige arbeidsmarkt. Door het onderzoek van Hiteq kan Kenteq de uit dagingen van de technische sector voor de lange termijn (2020 - 2025) en de kansen voor het technisch vakmanschap in de komende drie tot vijf jaar met elkaar ver binden. Hiteq draagt op die manier bij aan een betere afstemming van vraag en aan bod op de technische arbeidsmarkt. Dit geldt zowel voor de aantallen als voor het type vakmensen waar in het bedrijfs leven vraag naar is of komt. Kenteq gebruikt de strategische arbeids marktkennis bij de ontwikkeling van zijn (digitale) producten en diensten. Op deze manier kan Kenteq de technolo gische branche ondersteunen met moderne leermiddelen.
Bedrijven en scholen kunnen anticiperen op wat komen gaat. Het is een voorbeeld van hoe Kenteq en Hiteq elkaar versterken. Techniek onderwijs Hiteq vervult een belangrijke signaal functie voor het toekomstig technisch vakmanschap. Omdat het steeds op zoek is naar nieuwe ontwikkelingen, deze ana lyseert en de gevolgen voor het technisch vakmanschap duidt. Daarom wordt Hiteq veel gevraagd om als expert informatie te delen met bedrijfsleven en onderwijs. Zo nam Hiteq in 2013 onder meer deel aan bijeenkomsten met deskundigen over onderwerpen die het techniek onderwijs raken. Daarbij kwamen vragen aan de
JAARVERSLAG 2013
32
orde als: Hoe ziet het mbo onderwijs eruit in 2020?, Welke gevolgen heeft het Techniekpact 2020? Wat betekent het onderwijsakkoord van september 2013 voor het mbo? En verder: het Top sectorenbeleid, het sociaal akkoord en de samenwerking in de regio tussen bedrijven en onderwijsinstellingen. Medewerkers van Hiteq publiceren ook regelmatig essays in nieuwsmedia en vak bladen over bijvoorbeeld de schaarste aan technische vakmensen. Breinwetenschap Hiteq bundelt onder meer de kennis die breinwetenschappers opdoen over het functioneren van onze hersenen. Inzichten in de werking van het brein gekoppeld aan
TECHNIEKSTAD IN DE PRAKTIJK
duurzame inzetbaarheid is in 2013 gebruikt als onderwerp van workshops van Hiteq. Vaak in de vorm van rollenspellen krijgen managers en medewerkers in bedrijven ook inzicht in manieren waarop de ont wikkeling van het brein kan worden bevorderd. Bedrijven kunnen die kennis inzetten om medewerkers verder te ont wikkelen en om medewerkers te coachen en te motiveren. De duurzame inzetbaar heid van medewerkers tijdens hun hele loopbaan is daarmee geholpen. Er bestaat in onderwijsland een grote behoefte inzicht te krijgen in de ken merken van jongeren. In de Kenmerkendonderzoeken zijn ze samengebracht voor vmbo, mbo en havo/vwo. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om keuzes die jongeren maken. Op grond waarvan kiezen ze een beroep? Welke rol vervullen ouders, decanen en rolmodellen? Wat beïnvloedt jongeren? Wat moet een bedrijf doen om hen effectief te bereiken? Informatie op websites, open dagen, bedrijfsbezoeken? Verder zijn antwoorden relevant op vragen wat de leerlingen zelf belangrijk vinden als het gaat over hoe ze willen leren, wat een goede docent of praktijk leider is, waar ze het liefst informatie vandaan halen en de mate van maatschap pelijke betrokkenheid. In 2013 is Hiteq regelmatig gevraagd presentaties en workshops te verzorgen over de (gecombineerde) resultaten uit deze Kenmerkend-onderzoeken.
gebruik, en de ontwikkeling van de Top sectoren en de gevolgen hiervan voor de industrie. Hiteq krijgt opdrachten van Kenteq en zijn partners onder meer de opleidingsfondsen en de collega techni sche kenniscentra en ook uit de markt.
Naast arbeidsmarkt en onderwijs buigt Hiteq zich ook over andere maatschappe lijke vraagstukken en technologische ont wikkelingen. Voorbeelden daarvan zijn: energievoorziening van de toekomst, duurzame mobiliteit, de ontwikkelingen in de gebouwde omgeving en de instal latietechniek, oplossingen voor de circu laire economie zoals de ontwikkeling van andere materialen (composieten) en her
y Batterij(d)en 2 over trends en ontwikkelingen
Scenario ontwikkeling en backcasting Hiteq ontwikkelde in de afgelopen jaren verschillende methodes voor het vormen van toekomstbeelden en de ontwikkeling van een roadmap naar deze toekomst. Onder meer de ontwikkeling van toe komstscenario’s en zogeheten backcasting zijn instrumenten om transitie management te ondersteunen. Hiteq hield in 2013 onder meer een scenariosessie bij kennis- en adviescentrum Fundeon (bouw en infra) voor loopbaanontwikkeling van de medewerkers. Voor het onderwerp ‘De energievoor ziening in 2040’ belegde Hiteq een backcasting sessie inclusief met een scenarioanalyse. Backcasting is het tegen overgestelde van forecasting, voorspellen. Bij backcasting wordt vanuit een gewenst toekomstbeeld terug geredeneerd, zodat mijlpalen kunnen worden benoemd die tot het gewenste resultaat zullen leiden. Deze methode is gebruikelijk bij het op stellen van een transitieplan. Publicaties Een greep uit recente Hiteq-publicaties:
y Een beroep op energie 2 over de energie voorziening in de toekomst. in de automotive industrie in Nederland en over de mogelijkheden die dit werkterrein onze toekomstige beroepsbevolking te bieden heeft.
y Dynamiek in mbo en vakmanschap waarin verschillende mensen uit de wetenschap,
Het Oranje Nassau College in Zoetermeer biedt een breed scala aan opleidingen, waar onder twee technische leerwegen. De school wilde geen grote hoeveelheden boeken meer aanschaffen voor de technische opleidingen. Daarom besloten zij over te gaan op digitaal lesmateriaal van Techniekstad. Dit is een online database met leermiddelen van Kenteq, samengesteld uit praktijkopdrachten, toetsen, foto’s en filmpjes. Het digitale systeem wordt al erg intensief gebruikt door leerlingen en leraren. Leraren kunnen nu veel makkelijker nakijken en controleren of opdrachten gemaakt worden. De leerlingen krijgen een weekplanner waar de opdrachten in staan die ze moeten maken. Docenten kunnen goed bijhouden of leerlingen de opdrachten ook daadwerkelijk hebben gemaakt. Daarnaast kunnen ze per leerling een uitdraai maken van wat ze hebben gedaan, bijvoorbeeld voor een rapportbespreking of een mentoruur. Bij het Oranje Nassau College werken ze in een carrousel. Leerlingen kunnen eerst overal aan snuffelen. Ze krijgen vier weken installatie techniek, vier weken elektrotechniek en vier weken metaaltechniek. Daarna kiezen ze pas hun opleiding. Met Techniekstad maken docenten voor de komende acht weken een rooster waarin alle opdrachten staan die de leerlingen moeten maken.
bedrijven en onderwijsinstellingen en onderzoekers hun licht laten schijnen over veranderend vakmanschap en de bijdrage van het middelbaar beroepsonderwijs.
JAARVERSLAG 2013
33
Verkenningen
JAARVERSLAG 2013
34
JAARVERSLAG 2013
35
DESKUNDIGHEIDSBEVORDERING VAN PRAKTIJKOPLEIDERS
In 2012 besloten OOM en OTIB tot een zo genoemd offensief om extra aandacht te besteden aan de ontwikkeling van de praktijkopleiders. Dit offensief is in 2013 voortgezet. Het offensief van OOM heeft tot doel om praktijkopleiders meer te professionaliseren. In overleg met OOM biedt Kenteq vijf cursussen en trainingen aan. Twee basis cursussen voor beginnende praktijkopleiders. Een training kwalificerend beoordelen voor aankomende praktijkbeoordelaars. En twee thematische bijscholingscursussen voor meer ervaren praktijkopleiders. De eerste van deze verdiepende cursussen heet ‘Ze Zappen, chatten, gamen én leren’. Deze biedt praktijkopleiders een kijkje in de leefwereld van jongeren die ze dagelijks onder hun hoede hebben. ‘Wegwijs in het nieuwe beroepsonderwijs’ is de tweede thematische cursus. Deze geeft een overzicht van recente ontwikkelingen in het middelbaar beroeps onderwijs waar de praktijk steeds belangrijker wordt en dus andere eisen stelt aan de leer mogelijkheden, de begeleiding en de beoor deling in het leerbedrijf. Het offensief van OTIB is vooral gericht op deskundigheidsbevordering van praktijkopleiders en werkplekbegeleiders op het terrein van beoordelen. Kenteq gaf in 2013 ruim 60 trainingen op dit vlak. Het ging zowel om ontwikkelingsgericht, als kwalificerend beoordelen. In vrijwel alle gevallen zijn de trainingen samen met een ROC uitgevoerd. De examen instrumenten van het ROC staan in een training centraal. In totaal werd de deskundigheid van bijna 1.800 praktijkopleiders verhoogd tijdens de meer dan 150 trainingen en cursussen die Kenteq gaf.
Technologie In een smartphone zitten chips met miljarden onderdelen die we met het blote oog niet kunnen zien. Als alle onzichtbare onderdelen worden vervangen door onderdelen die we wél kunnen zien, ontstaat een apparaat zo groot als de Eiffeltoren, vijftien meter dik. Naast de Eiffeltoren zou een kerncentrale gebouwd moeten worden om die smart phone van stroom te voorzien. Opmerkelijk genoeg zou die enorme telefoon een miljoen keer langzamer zijn dan de huidige meest geavanceerde mo bieltjes. Professor Bram Nauta, hoogleraar Elektrotechniek aan de Universiteit Twente, schetste dit beeld eind november 2013 in een rede op de 52ste verjaardag van de UT. De ontwikkeling van chips gaat de komende jaren nog door. De onderdeeltjes zullen nog kleiner worden. De functies van een smartphone kunnen straks in een riem, in kleding of in een klein apparaatje dat je als oorbel draagt. Een ander voorbeeld: de onbemande vliegtuigjes. Die drones kunnen in de toekomst wellicht naar de supermarkt worden gestuurd om kleine boodschap pen te halen. En wat te denken van de mogelijkheden van 3D-printing. Wetenschappers experimenteren met het printen van organen. Anderen printen kunstmatige riffen of zelfs voedsel. Naast industriële toepassingen zijn ook medische toepassingen bekend. In het verlengde van ICT-toepassingen biedt nanotechnologie een schat aan mogelijkheden. Zoals de verbetering van producten. Nanotechnologie maakt producten ultrasterk, extreem zuinig of vuil- en waterafstotend. Denk aan water afstotende kleding of zelf reparerende lak.
JAARVERSLAG 2013
36
In de komende jaren worden veel nieuwe toepassingen van nanotechnologie verwacht. Het kan een belangrijke bijdrage leveren aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken, zoals kwaliteit van voedsel, duurzame energie bronnen en waterzuivering. Nieuwe technologieën dragen ook bij aan oplossingen voor vraagstukken als de vergrijzing en de gezondheidszorg. Domotica biedt slimme mogelijkheden in huis, zodat ouderen ook als ze gezond heidsproblemen krijgen langer in huis kunnen blijven wonen. In de wereld van de techniek zitten onge kende mogelijkheden. De technologische ontwikkeling is de motor van de economie en dus van onze welvaart. Om de ontwik keling mogelijk te maken zijn goed opge leide technici nodig, op alle niveaus. Want naast mensen die nieuwe technolo gische toepassingen bedenken, zijn vak mensen nodig die machines maken en onderhouden en ook die producten maken en op de markt brengen. De grenzen tussen sectoren vervagen. Over enkele jaren zal waarschijnlijk sprake zijn van één technisch domein en niet meer van metaal-, elektro- en installatie techniek. In die situatie zal iemand met een opleiding mbo Techniek inzetbaar zijn in verschillende technische sectoren, om dat overal computergestuurde machines staan. Op een belangrijk thema als duurzaamheid zullen vakmensen uit verschillende domeinen werkzaam zijn. Bijvoorbeeld techniek, milieu en groen. Sterker nog, elektronica maakt bepaalde arbeid plaats- en tijdonafhankelijk. Een onderhoudsmonteur in Groningen kan via een computer een mankement in een machine in Tokyo opsporen en eventueel zelfs op afstand verhelpen.
TRAINING BEOORDELEN & BEGELEIDEN
De taak voor de toekomst is vakmensen op te leiden die passen in de flexibiliteit die de maatschappij vraagt, en die steeds complexere systemen kunnen bouwen en onderhouden. Het is zaak dit technisch vakmanschap voor de toekomst te waar borgen. Kennis De aandacht voor het échte vakmanschap lijkt af te nemen. Er is veel meer aandacht voor de meer theoretische BOL dan voor de BBL. Nergens doen mbo’ers meer praktijkervaring op dan in de BBL. Ze zijn tenslotte als werknemer aan de slag in een
technisch bedrijf. En hoewel die praktijk component steeds belangrijker wordt, verschoolst het beroepsonderwijs. Bedrijven nemen het heft in handen om zelf de regie te krijgen op de opleiding van hun toekomstige vakmensen. Bedrijven en branches bundelen hun opleidingsbehoef ten om gezamenlijk scholing vorm te ge ven. Dat gebeurt op een manier waarbij scholen een facilitaire rol spelen door bijvoorbeeld de theoriedocent te leveren. Ook is de school uiteindelijk het instituut dat het landelijk erkend diploma afgeeft, vaak gecombineerd met een certificaat van de opleidende bedrijfsschool.
In Zuid-Holland heeft Kenteq in 2013 in een aantal grotere bedrijven trainingen verzorgd op het gebied van ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden. De trainingen zijn vooral bedoeld om de werkplekbegeleiders handvatten te geven de leerlingen die zij begeleiden te kunnen beoordelen in hun ontwikkeling. In Zuid-Holland gebeurt dit met de ontwikkelingsgerichte beoordelingsinstrumenten die zijn ontwikkeld binnen het CGO Masterplan project. Omdat de trainingen binnen de bedrijven zelf plaatsvonden, konden per training bedrijfs specifieke aspecten worden toegevoegd. Dit zorgde voor een meerwaarde binnen de organisaties. Uit de groep werkplekbegeleiders die de trainingen hebben gevolgd, zijn deel nemers geselecteerd die worden getraind om ook als kwalificerend beoordelaar te kunnen functioneren. Ook deze trainingen vinden plaats in de bedrijven zelf. Voor kleinere bedrijven organiseert Kenteq de trainingen samen met het ROC in de regio. De trainingen worden voor 2/3 bekostigd door OTIB en 1/3 door Kenteq vanuit de Stageboxregeling.
JAARVERSLAG 2013
37
RESATO KENNISCENTRUM NAAR HOGER PLAN
Op het gebied van hogedruktechniek is Resato één van de toonaangevende fabrikanten. De ervaring met de ontwikkeling, productie en toepassing van hogedrukcomponenten en systemen maakt van het bedrijf in het Drentse Roden een kenniscentrum pur sang. Veel klanten van Resato maken gebruik van deze bron van informatie. Voor het door ontwikkelen en ontsluiten van de gespecia liseerde kennis én om zich verder te kunnen profileren als expertisecentrum zocht Resato naar een duurzame invulling van kennis- en competentiemanagement. Om de kennis intern zichtbaar, beschikbaar en deelbaar te maken, schakelde het bedrijf Kenteq in. Om zich als fabrikant te kunnen ontwikkelen naar een hoger niveau is allereerst nodig de kennis die in hoofden van medewerkers zit zichtbaar te maken. Kenteq onderzocht de competenties van de 65 medewerkers van Resato en verzamelde hun gegevens in een digitaal portfolio. Door dit zogenoemde ePortfolio kreeg Resato de beschikking over een ontwikkelplatform. Niet alleen is nu zichtbaar welke competenties de fabrikant in huis heeft. Ook is nu duidelijk waar competentieprofielen van individuele medewerkers geen aansluiting vinden met de bedrijfsdoelstelling. Dit stelt Resato in staat om ontwikkeltrajecten voor individuele medewerkers te starten. Op basis van het opgestelde Bedrijfsopleidings plan (BOP) en de ontwikkelde Persoonlijke ontwikkelingsplannen (POP’s) kan Resato heel gericht werken aan zijn ambitie om het kenniscentrum naar een hoger niveau te tillen. In zo’n traject wordt kennis van competenties en techniek gecombineerd met aandacht voor de cultuur binnen het bedrijf.
Daarnaast zijn bedrijfsacademies sterk in opkomst. Deze richten zich niet zozeer op de aankomende vakman, maar meer op de professionalisering van het eigen personeel. Deze vorm komt voor in de technische bedrijven en organisaties, maar zien we ook bij uitzend- en detacherings organisaties. Niet alleen bij bedrijfsscho len, maar ook bij academies is behoefte aan ondersteuning om een leerinfra structuur op te zetten. Externe kennis en middelen zijn onmisbaar. Het e-Portfolio waardoor werknemers in de loop van hun carrière hun ontwikkeling op persoonlijk en professioneel vlak kunnen bijhouden, hoort hier nadrukkelijk bij.
JAARVERSLAG 2013
38
De toenemende behoefte aan kennis die plaats- en tijdonafhankelijk beschikbaar is, wordt ook steeds meer gehoord. Branches en bedrijven zijn op zoek naar onder andere e-learning en digitale kennisplat forms. Voordeel van een kennisplatform is niet alleen dat het permanent te benade ren is, maar ook dat een gedifferentieerd aanbod voor individuele leervragen beschikbaar is. Het is belangrijk deze plat forms te ontwikkelen om in de toekomst het nieuwe leren te kunnen faciliteren.
EENVOUDIG BEOORDELEN MET NIEUWE APP
de technologische ontwikkelingen. Maar ook doordat bedrijven vanuit een maatschappelijke verantwoordelijkheid handelen. Naast de maatschappij profiteren zowel werknemer als bedrijf van voortdurend leren. Perspectief Dat de technologische ontwikkelingen steeds sneller gaan, weet iedereen. De uitdaging zit in het aangesloten houden van (aankomende) vakmensen op die ontwikkelingen. In die dynamiek blijft één ding overeind staan: aandacht voor het technisch vakmanschap. De waardering ervan geeft jongeren ruimte om te kiezen voor een technisch beroep. De kwaliteit ervan geeft technische bedrijven de zekerheid dat elke (aankomende) vakman waarde toevoegt. De borging ervan stelt Nederland en zijn (maak)industrie in staat om internationaal de concurrentie het hoofd te bieden.
In alle genoemde fenomenen is een aantal gemeenschappelijke kenmerken te herkennen. Op de eerste plaats is ontwik keling steeds meer gericht op kleinere groepen en de individuele werknemer. Verder nemen bedrijven niet alleen de verantwoordelijkheid voor ontwikkeling van het personeel dat al in dienst is, maar ook voor leerlingen die eigenlijk in het initieel onderwijs thuishoren. En, ook al wordt het niet meer zo genoemd, het leven lang leren krijgt steeds meer vorm. Dat komt voor een belangrijk deel door de toenemende complexiteit van de maatschappij en van
Vanuit zijn maatschappelijke verantwoor delijkheid biedt Kenteq dit perspectief. We signaleren ontwikkelingen en delen de verkenningen. Ze vormen de context van de private en publieke activiteiten die Kenteq ontplooit. Zo lang mogelijk blijven we branches, bedrijven en scholen onder steunen. Maar de armslag is beperkt. Anderen moeten aanhaken om de voort gang van de ondersteuning te waar borgen. En vanuit dat perspectief zijn de ontwikkelingen beschreven.
Zo eenvoudig is beoordelen op de werkplek
Gebruikers van het beoordelingssysteem MentorTeq kunnen hun mbo-deelnemers nu eenvoudig en snel beoordelen op locatie. Met de app Beoordelen laten praktijkopleiders, werkplekbegeleiders en studenten de papieren rompslomp achter zich. Digitaal beoordelen werkt sneller, is eenvoudig en minder foutgevoelig dan beoordelen op papier. De gratis app is een aanvulling op het beoor delingssysteem in MentorTeq. De app is geen vervanging van de web applicatie MentorTeq, maar vergemakkelijkt het beoordelen. De praktijkopleider nodigt de werkplekbegeleider (en eventueel de student) via de mail uit om met de app te beoordelen. De gratis app MT Beoordelen is beschikbaar voor iPhone, iPad, Android Phone en Android tablet.
JAARVERSLAG 2013
39
Kenteq in (financiële) cijfers
JAARVERSLAG 2013
40
JAARVERSLAG 2013
41
Kenteq in (financiële) cijfers
Kenteq 1 hoofdkantoor 3 districtskantoren 66 adviseurs 205 medewerkers Uitvoering (inclusief ingezet netwerk) 108 docenten 45 assessoren 4 onderwijsdeskundigen 109 auteurs 163 examinatoren Leerlingen 37.000 leerlingen
BBL 4.300 installatie 6.100 elektro 6.600 metaal 1.600 algemeen (niet toe te kennen aan een domein) BOL 900 installatie 2.800 elektro 4.000 metaal 10.600 algemeen (niet toe te kennen aan een domein) Erkende leerbedrijven 18.425 erkende leerbedrijven (meer dan 12.000 aangesloten bij oplei dingsfondsen OTIB, OOM of A+O) 4.100 installatie 7.200 elektro 8.700 metaal 13.700 algemeen (niet toe te kennen aan een domein)
JAARVERSLAG 2013
42
Top-10 erkenningen op dossier (1.000 of meer leerbedrijven) 1. Middenkader engineering 2. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent 3. Installeren 4. Service apparatuur en installaties 5. Werkvoorbereiden 6. Metaalbewerken 7. Machinebouw mechatronica 8. Elektrotechnische industriële produc ten en diensten 9. Fijnmechanische techniek 10. Assistent metaal-, elektro- en instal latietechniek Praktijkopleiders 25.000 praktijkopleiders (meer dan 15.500 bij bedrijven aangeslo ten bij opleidingsfondsen OTIB, OOM of A+O) BPV-overeenkomsten 17.500 voor BBL (meer dan 11.800 bij bedrijven aangeslo ten bij opleidingsfondsen OTIB, OOM of A+O) 19.500 voor BOL (meer dan 9.750 bij bedrijven aangesloten bij opleidingsfondsen OTIB, OOM of A+O)
Top-10 bpv-overeenkomsten op dossier 1. Installeren 2. Metaalbewerken 3. Infratechniek 4. Service apparatuur en installaties 5. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent 6. Machinebouw mechatronica 7. Werkvoorbereiden 8. Fijnmechanische techniek 9. Elektrotechnische industriële produc ten en systemen 10. Mobiele werktuigen Bedrijfsbezoeken 50.500 bezoeken door opleidingsadvi seurs (meer dan 13.200 bij bedrijven aangeslo ten bij opleidingsfondsen OTIB, OOM of A+O) Kwalificaties 25 kwalificatiedossiers 85 kwalificaties
Top-5 afgenomen producten/diensten 1. Cursussen praktijkopleider 2. Praktijkbegeleiding 3. Cursusexamens (theorie) 4. Dienstverlening landbouwmechanisatie 5. Praktijktoetsen
Examens 37 kwalificerende examens 56 eindtermgerichte examens
Leermiddelen 5.000 leerobjecten in Techniekstad 500 titels gedrukt lesmateriaal (boeken) Voor meer dan 40 verschillende opleidin gen (v)mbo
2.200 afgenomen examencontracten (meer dan 1.100 bij bedrijven aangesloten bij opleidingsfondsen OTIB, OOM en A+O)
Afgenomen 40.175 titels gedrukt lesmateriaal (boeken) 5.900 abonnees Techniekstad
Afgenomen 100 exameninstrumenten WEB 70 examendiensten WEB
Praktijkbegeleiding op maat 900 leerbedrijven 1.250 leerlingen
Cursussen 7 soorten praktijkopleiderscursussen 75 algemene en technische cursussen Praktijkopleiderscursussen 800 cursisten in company 1.125 cursisten open inschrijving Algemene en technische cursussen 1.050 cursisten
JAARVERSLAG 2013
43
Gesubsidieerde taken
Overheidsbekostigde dienstverlening (x € 1.000,-)
2013
Rijksbijdrage OCW
2012
2011
14.862
14.726
14.559
494
1.268
1.935
1.327
1.285
1.419
Totale baten
16.683
17.279
17.913
Personele lasten
12.550
13.207
13.342
Afschrijvingen
487
537
524
Huisvestingslasten
626
834
960
20.900
0
0
3.397
3.846
4.224
37.960
18.424
19.050
-21.277
-1.145
-1.137
-631
2.769
2.219
-21.908
1.624
1.082
Projectsubsidies Overige baten
Mutatie voorziening beëindiging Stichting Kenteq KBB Overige bedrijfskosten Totaal lasten Bedrijfsresultaat Financiële baten en lasten Netto resultaat
Resultaat 2013 Het resultaat over het boekjaar 2013 bedraagt € 21.908.000 negatief (2012: positief resultaat van € 1.624.000). In dit resultaat zijn de kosten voor Revitalisering en herpositionering Kenteq (inclusief kosten Hiteq) van € 904.000 opgenomen (2012: € 1.531.000). Verder ook nog € 125.000 afname van de bestemmingsreserve BAPO-rechten.
De rijksbijdrage van OCW is in 2013 toegenomen met € 136.000. Tevens is voor € 774.000 minder dan in 2012, aan projecten uitgevoerd waarvoor projectsubsidies beschikbaar waren. Voor 2013 is een resultaat begroot van € 1.176.000 negatief. Het resultaat is fors lager uitgekomen dan begroot. Dit komt onder andere doordat er een voorziening voor beëindiging Stichting Kenteq KBB is opgenomen van € 20.900.000 en het rendement op de obligatieportefeuille 2,29 % negatief bedroeg en daarmee fors lager is dan begroot.
JAARVERSLAG 2013
44
De beleggingsportefeuille bestaat louter uit triple A obligaties. De keuze van het bestuur om de obligatieportefeuille van AA+-rating naar AAA-rating op te voeren, is het gevolg van de voorkeur van bestuur en directie voor risicomijding boven speculatief hoger rendement voor het laten renderen van voorhanden financiële middelen.
Private activiteiten
Private dienstverlening (x € 1.000,-)
2013
2012
2011
Netto omzet
8.637
9.646
13.155
Omzetkosten
2.702
3.228
5.216
Brutomarge
5.935
6.418
7.939
Personele lasten
5.523
5.516
5.344
261
235
227
Huisvestingslasten
1.104
1.293
1.516
Overige bedrijfskosten
1.185
1.542
2.559
Totaal operationele kosten
8.073
8.586
9.646
Bedrijfsresultaat
-2.138
-2.168
-1.707
-119
571
505
-2.257
-1.597
-1.202
0
0
817
-2.257
-1.597
-2.019
Afschrijvingen
Financiële baten en lasten Resultaat voor belastingen Bijzondere lasten Netto resultaat
Resultaat 2013 Over 2013 is een verlies geleden van € 2.257.000 (2012: verlies van € 1.597.000), waaronder in 2013 de reorganisatie, een afname van 29,9 FTE, € 1.022.000 heeft gekost. Verder was de incidentele post in verband met revitalisering van de Kenteq producten in 2012 uitgeput (2012: € 662.000).
De netto omzet is in 2013 afgenomen met ca. € 1.009.000 en de brutomarge met ca. € 483.000 ten opzichte van 2012. De operationele kosten zijn afgenomen met ca. € 513.000. Het bedrijfsresultaat bedraagt € 2.138.000 negatief, wat een verbetering inhoudt ten opzichte van 2012 van ca. € 30.000. Voor 2013 was een resultaat begroot van € 2.200.000 negatief. Het resultaat is hierdoor nagenoeg gelijk met de begroting.
JAARVERSLAG 2013
45
Colofon
Uitgave Kenteq Olympia 6-8 1213 NP Hilversum www.kenteq.nl Tekst Kenteq, Hilversum VanderHeijden Communications, Loon op Zand Fotografie Henk Merjenburgh, Harderwijk Ontwerp Paul Ditters, Baarn
Kenteq Serviceteam T 088 - 444 99 00 E
[email protected]
© 2014 Kenteq Alle rechten voorbehouden.
JAARVERSLAG 2013
46
JAARVERSLAG 2013
47
G70.0594