Jaarverslag van het bestuur Algemeen Een professionele dansloopbaan is kort. Op relatief jonge leeftijd, zo rond het 35ste levensjaar, zien dansers zich genoodzaakt om hun loopbaan te beëindigen. Zij kunnen op dat moment niet langer voldoen aan de fysieke en danstechnische eisen die aan hen worden gesteld. Dan moeten zij een nieuw beroep kiezen. In de meeste gevallen is dat geen eenvoudige opgave. De danskunst in Nederland staat op een hoog niveau en dansers beoefenen hun vak met grote passie. Daar afstand van doen is een ingrijpende gebeurtenis. De danser die stopt, schoolt zich altijd om. Dat is het gevolg van het eenzijdige en intensieve karakter van een dansloopbaan. Zonder omscholing is het maken van een nieuwe maatschappelijke start, bijna letterlijk, onbegonnen werk. Het doel van de Stichting Omscholingsregeling Dansers (SOD) is om dansers te ondersteunen als zij dat punt in hun carrière hebben bereikt. De SOD ondersteunt de danser door middel van loopbaanbegeleiding bij het maken van de nieuwe beroepskeuze en verstrekt financiële steun om de hernieuwde beroepskeuze te kunnen realiseren. Daarbij levert het bestuur maatwerk. 2011 was in meerdere opzichten een bijzonder jaar. Dit jaar was het 25 jaar geleden dat de Omscholingsregeling van start ging. Dit jubileum werd op gepaste wijze luister bijgezet met een feestelijke voorstelling Switch in de Stadsschouwburg van Amsterdam op 31 oktober. Daarnaast nam het bestuur belangrijke beslissingen over de wijze waarop de uitvoering van de regeling in de toekomst gestalte moet krijgen. Het bestuur Het bestuur van de SOD bestaat uit vijf leden. Twee leden worden benoemd door de werkgeversorganisatie Nederlandse Associatie voor Podiumkunsten (NAPK), twee leden door de werknemersorganisatie FNV KIEM. De voorzitter wordt door de gezamenlijke bestuursleden benoemd. In 2011 was het bestuur als volgt samengesteld: De heer Ruud Nederveen (voorzitter) namens NAPK: De heer Rein Douze en mevrouw Joke Ubbink namens FNV KIEM: Mevrouw Barbara Suters en de heer Klaas Backx De samenstelling van het bestuur waarborgt een evenwichtige vertegenwoordiging van bestuurlijke ervaring, diepgaande kennis van de danssector en specifieke deskundigheden met betrekking tot de danspraktijk. De bestuursvergaderingen Tijdens de vergaderingen bespreekt het bestuur alle zaken die van belang zijn voor het goed laten reilen en zeilen van de regeling. Ook worden de aanvragen behandeld. In 2011 hebben er zes reguliere bestuursvergaderingen plaatsgevonden. Inmiddels is het traditie dat de eerste vergadering van het jaar een bijzondere is, waarin voor het grootste gedeelte beleidsmatige onderwerpen worden besproken. Dat zijn onderwerpen die te belangwekkend dan wel te omvangrijk zijn om binnen het tijdsbestek van een reguliere bestuursvergadering te worden besproken. Jubileum Op 31 oktober 2011 is uitvoerig stilgestaan bij het 25-jarig bestaan van de SOD. In de Stadsschouwburg van Amsterdam werd een feestelijke dansvoorstelling georganiseerd, waaraan door verschillende dansers en gezelschappen uit binnen en buitenland belangeloos is meegewerkt. De avond stond in het teken van Jaarverslag 2011
Stichting Omscholingsregeling Dansers, Amsterdam
de honderden danser, die in een kwart eeuw door de Omscholingsregeling zijn geholpen. Met als motto: ex-dansers zijn overal werd geïllustreerd dat er in vrijwel iedere sector ex-dansers werkzaam zijn. Van verloskundige tot autorijinstructeur en van verkeersvlieger tot accountant. Aan de totstandkoming van de avond is door een groot aantal ex-dansers meegewerkt. Op de website van de Omscholingsregeling is zowel een trailer van de avond te zien als een korte documentaire over de rol die de regeling speelt in het leven van dansers. Met deze geslaagde avond is het jubileum van de Omscholingsregeling op een gedenkwaardige manier gemarkeerd. Toekomst SOD In 2011 is de toekomst van de regeling een voortdurend punt van aandacht geweest. Al in 2009 waren de eerste aanzetten tot deze discussie gezet, die in 2011 tot een aantal concrete besluiten hebben geleid. In het kader van de toepassing van de Code Cultural Governance, het toenemende beroep dat er op de regeling wordt gedaan, de zorg over de alsmaar oplopende kosten van de uitvoering van de regeling en anticiperend op het aangekondigde bezuinigingsbeleid van de Rijksoverheid heeft het bestuur in 2011 knopen doorgehakt. Het belangrijkste besluit was om de administratieovereenkomst met Sociale Regelingen Kunst en Cultuur per januari 2012 op te zeggen. Sinds de oprichting van de SOD was de uitvoering van de regeling aan deze organisatie toevertrouwd en door deze beslissing zou aan die 25 jaar durende samen werking een einde komen. Vanzelfsprekend is het bestuur hierbij niet over één nacht ijs gegaan. Na een verkennend onderzoek in 2010 kreeg de loopbaanadviseur, als beoogd directeur van de SOD, de opdracht van het bestuur om een bedrijfsplan voor een eigen organisatie uit te werken. In de loop van 2011 is dit plan bij verschillende gelegenheden uitvoerig besproken en bijgesteld. In de vergadering van 22 augustus 2011 werd definitief het besluit genomen om de Omscholingsregeling volgens dit plan vorm te gaan geven. Het bestuur is de overtuiging toegedaan dat hierdoor de Omscholingsregeling efficiënter, goedkoper, onafhankelijker, klantvriendelijker en slagvaardiger kan opereren. Activiteiten loopbaanadviseur In 2011 voerde de loopbaanadviseur 221 gesprekken met 130 dansers. Als altijd spitsen de meeste vragen zich toe op de persoonlijke situatie van de betrokkenen, de studiemogelijkheden tijdens en na de danscarrière en de manier waarop de Omscholingsregeling daarbij kan worden benut. Vanwege de soms grote individuele verschillen is maatwerk geboden, wat de begeleiding doorgaans intensief maakt. Ook in 2011 verzorgde de loopbaanadviseur weer verschillende gastcolleges in het dansvakonderwijs, waaronder Codarts Rotterdam en de Lucia Marthas academie. De loopbaanadviseur hield in 2011 deels kantoor in het Theater Instituut Nederland (TIN) en in Den Haag bij Kunst en Cultuur pensioenen. De betekenis van de Omscholingsregeling Dat de Omscholingsregeling van grote betekenis voor de individuele dansers blijkt uit de talrijke positieve reacties van de gebruikers van de regeling. Ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum heeft een aantal van hen in twee zinnen uitdrukking gegeven aan de rol die de Omscholingsregeling in hun leven speelt. Een drietal voorbeelden: Dankzij de omscholingsregeling krijg ik de kans om zonder zorgen opnieuw te beginnen, ik kan studeren en mij ontwikkelen binnen een nieuw ambacht waarin beeld en beweging nog steeds een centrale plaats innemen. Leo van Emden – cameraman, filmmaker
Jaarverslag 2011
Stichting Omscholingsregeling Dansers, Amsterdam
The Omscholingsregeling equals support! The transition from dance would be infinitely more difficult without this collaboration. With patience, clarity and vision the SOD helps navigate the sometimes overwhelming task of defining and creating a future career. Brandon O’Dell – MBA in opleiding The Omscholingsregeling has been a fantastic way for me to do my transition smoothly. I am so grateful for that organization that allowed me to study several subjects in depth. What an amazing support and such a constructive way to take a new direction. I felt helped, understood and supported. I wouldn't have been able to start my new life without it. Sabine Chaland
CAO afspraken over het doorstorten van OCW subsidie door dansgezelschappen Tot 2009 ontving de Omscholingsregeling rechtstreeks subsidie van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. De Algemene Rekenkamer oordeelde echter dat dit niet in overeenstemming was met de Wet op de Cultuursubsidiëring. Sinds die tijd is het subsidie dat tot dan toe direct aan de SOD was verstrekt, toegevoegd aan de algemene Rijkssubsidie voor de dans en verdeeld over de gezelschappen die op dat moment door het Ministerie van OCW en het Fonds Podiumkunsten werden gesubsidieerd. OCW noch het Fonds Podiumkunsten konden deze additionele middelen oormerken, omdat deze geldstroom niet zichtbaar mocht zijn. In hun beschikkingen aan de gezelschappen is niettemin duidelijk de oorsprong van de subsidie aangegeven en dat de Omscholingsregeling voor haar functioneren van deze middelen afhankelijk is. Om het voortbestaan van de Omscholingsregeling te borgen heeft de SOD daarom al in 2008 met sociale partners overlegd over de manier waarop de middelen voor de toekomst zouden kunnen worden gezekerd. Dat heeft geresulteerd in de cao afspraak dat dit deel van de subsidie tot 2013 door de gezelschappen naar de Omscholingsregeling wordt doorgestort. Daarbij is tevens afgesproken dat voor de periode daarna sociale partners tijdig in 2012 onderling en met de SOD in overleg zullen treden over de wijze waarop de omscholingsregeling vanaf januari 2013, zowel inhoudelijk als financieel, zal worden vormgegeven. Samenwerking UWV De samenwerking tussen UWV en de Omscholingsregeling die in 2009 opnieuw werd vormgegeven, is in 2011 geconsolideerd tot tevredenheid van beide instellingen. Beleggingsbeleid Het vermogen van de Omscholingsregeling wordt beheerd door Aberdeen. In 2011 is besloten de beleggingsportefeuille ongewijzigd te houden. De verhouding tussen vastrentend en aandelen was gunstig en gaf geen aanleiding voor wijzigingen. Het bestuur besloot om na de verzelfstandiging van de SOD in 2012 het beleggingsbeleid tegen het licht te houden en te beoordelen of dit beleid nog passend is. Communicatiebeleid Heldere en doelgerichte communicatie is een voortdurend punt van aandacht. Een zichtbare omscholingsregeling is van groot belang om de verankering van de regeling in de sector te waarborgen. Ook is heldere en doelgerichte communicatie naar de dansers, de klanten van de regeling, van enorm belang. Het schept duidelijkheid en creëert draagvlak. In 2011 is de nieuwe website van de van de SOD in gebruik genomen: www.omscholingdansers.nl De tweetalige site verschaft een goed inzicht in de achtergrond, mogelijkheden en voorwaarden van de Omscholingsregeling. Het biedt de mogelijkheid om aanvragen online in te dienen. De toegankelijkheid van de regeling is daarmee nog verder vergroot. Internationaal De International Organization for the Transition of Professional Dancers (IOTPD) is de wereldwijde (netwerk)organisatie van organisaties die zich bezig houden met de problematiek van de stoppende danser. Sinds een aantal jaren bekleedt de loopbaanadviseur van de Omscholingsregeling de rol van Jaarverslag 2011
Stichting Omscholingsregeling Dansers, Amsterdam
voorzitter. De jaarlijkse vergadering van de IOTPD heeft dit jaar in juni plaatsgevonden in Berlijn in het kantoor van de onlangs opgerichte Duitse zusterinstelling Stiftung TANZ, Transition Zentrum Deutschland. In 2011 is de samenwerking die in 2010 werd aangegaan met de International Federation of Actors (FIA) in Brussel afgerond. De Europese afdeling van deze organisatie en specifiek de commissie dans heeft het initiatief genomen tot een onderzoek naar bestaande omscholingsregelingen voor dansers in Europa. De aanleiding voor dat onderzoek is het verdwijnen van specifieke pensioenregelingen voor dansers met name in voormalige Oost-Europese landen, zonder dat daar iets voor in de plaats komt. Vanwege de voortrekkersrol, die Nederland vervult met zijn goede Omscholingsfaciliteiten, is de SOD bij dit initiatief betrokken. Op 26 juni 2011 zijn de resultaten van het onderzoek in Berlijn gepresenteerd. Daarbij is een presentatie gegeven van het Nederlandse model. Het doel van het onderzoek en de conferentie was om landen, waar geen voorzieningen bestaan, handvatten aan te reiken om initiatieven als de Omscholingsregeling te kunnen ontwikkelen. Op de site: http://www.fia-actors.com/en/projects.html is nadere informatie over het project te vinden en de resultaten van het onderzoek zijn te downloaden op: http://www.fia-actors.com/en/research.html Naar aanleiding van de bijeenkomst werd de SOD later dat jaar uitgenodigd om een inleiding te verzorgen in Boedapest, Hongarije. Samenvatting resultaat 2011 Nieuwe rechthebbenden In 2011 heeft het bestuur van de Stichting Omscholingsregeling Dansers in zes reguliere vergaderingen 70 aanvragen behandeld. Dat zijn twee aanvragen minder dan in 2010. Van de behandelde aanvragen waren er 29 nieuw (29 in 2010, 28 in 2009 en 34 in 2008). Tien waren een aanvraag voor een Toelage voor studie en inkomen (16 in 2010, 9 in 2009 en 12 in 2008) en dertien voor een Tegemoetkoming in studiekosten (9 in 2010, 14 in 2009 en 17 in 2008). Vier van de nieuwe aanvragen betroffen een zogenoemde Bijzondere Uitkering. Dansers, die in het buitenland hun loopbaan beëindigen zijn verplicht een beroep op deze vorm van ondersteuning te doen. In de jaren 2008, 2009 en 2010 deden resp. 2, 2 en 1 danser een beroep op een Bijzondere Uitkering. Tot slot hadden vier nieuwe aanvragen betrekking op studiekostenvergoeding, die worden gefinancierd uit het zgn. Bijzondere potje (2 in 2010, 3 in 2009, 5 in 2008,). Dit soort aanvragen wordt in de jaarrekening verantwoord onder ’Bijzondere uitkeringen’ als onderdeel van de kosten. De 41 overige aanvragen die in 2011 zijn behandeld, waren vervolgaanvragen op eerder toegekende aanvragen. Voorzieningen In 2011 zijn de ‘voorzieningen ’ ten opzichte van 2010 afgenomen met € 518.360. Dit is het verschil tussen de ‘vrijval voorziening toegekende rechten’ (totaal € 1.273.660 en de ‘dotatie voorziening toegekende rechten’ (totaal € 755.300). In vergelijking tot 2010, is de ‘dotatie voorziening toegekende rechten’ in 2011 aanmerkelijk lager (€ 755.300 tegen € 1.497.014 in 2010). Dit wordt verklaard door het kleinere aantal aanvragen voor een Toelage Studie en Inkomen. Jaarverslag 2011
Stichting Omscholingsregeling Dansers, Amsterdam
Het bedrag van de ‘vrijval voorziening toegekende rechten’ in 2011 is iets hoger dan het bedrag in 2010, namelijk € 1.273.660 tegen € 1.258.564 en betreft de som van de uitgekeerde bedragen aan inkomensondersteuning (exclusief sociale lasten), vakantietoeslag en studiekostenvergoedingen. Premiebaten Vanaf 2009 worden de door de dansgezelschappen doorgestorte subsidiebedragen verantwoord onder ‘overige bijdragen’ als onderdeel van de ‘premiebaten’. In 2011 is er een bedrag van € 809.981 in het kader van deze afspraak ontvangen. Het bedrag aan reguliere premiebaten, dat in 2011 is ontvangen is minder dan in 2010 (2011 € 370.461 en in 2010: € 443.964). De premie is in 2011 afgenomen van € 1.238.539 (2010) naar € 1.180.442 als gevolg van de afnemende loonsom/premiegrondslag. Uitkeringen De uitkeringen stijgen van € 1.295.721 (2010) naar € 1.308.252 (2011) door hogere declaraties van deelnemers inzake studiekostenvergoedingen in 2011. Kosten De kosten van het fonds zijn in 2011 ten opzichte van het voorgaande jaar vrijwel gelijk gebleven. De administratiekosten zijn over 2011 iets lager uitgevallen dan die over 2010 (€ 267.750 resp. € 297.500). Dat de totale kosten desalniettemin op gelijk niveau als in 2010 zijn gebleven wordt veroorzaakt door de investeringen die er zijn gedaan in de viering van het 25-jarig jubileum en in de totstandkoming van de nieuwe organisatie. Daarbij dient aangetekend te worden dat de toegezegde sponsorbijdragen aan het jubileum van de Nederlandse Associatie Podiumkunsten, FNV KIEM en PGGM pas in 2012 zijn ontvangen en daarom nog niet in deze jaarrekening zichtbaar zijn. Het gaat daarbij om een totaal bedrag van € 13.000,Beleggingsresultaat In 2011 is een bedrag van € 299.548 onttrokken aan het vermogen om de liquiditeitspositie van de Omscholingsregeling te versterken. Er is een positief beleggingsresultaat gerealiseerd, zij het dat het bedrag aanzienlijk lager is dan het 2010 boekjaar (€ 76.921 tegen € 280.697). Het rendement op zakelijke waarde is in 2011 3,31% (2010: 20,23%) en op vastrentende waarde 2,26% (2010: 3,32%). De teruggang in rendement in 2011 is voornamelijk het gevolg van het herstel van de beurzen in voorgaande boekjaren 2009 en 2010. Financieel resultaat SOD heeft over 2011 een resultaat behaald van € 39.766 negatief (2010: € 475.140 negatief), waar een verlies was begroot van € 579.743. Dit is met name veroorzaakt door een hogere vrijval voorziening toegekende rechten van € 1.273.660, waar € 750.360 is begroot. Financiële vooruitzichten De doelvermogen is in 2011 als gevolg van een negatief resultaat afgenomen van € 2.784.007 naar € 2.744.241. De solvabiliteit als verhouding tussen het doelvermogen en het gehele balanstotaal is daarmee goed. Voor 2012 verwacht SOD lagere uitvoeringskosten omdat de administratie in eigen beheer zal wordfen gedaan. Vanwege een aantal moeilijk te voorspellen factoren, die sterk van invloed kunnen zijn op het aantal deelnemers dat een aanspraak zal doen op een uitkering, de grilligheid van de financiële markten voor wat betreft beleggingsontwikkelingen, alsmede de tendens tot lagere premieheffing, is er momenteel geen uitspraak mogelijk over het financieel resultaat voor komend jaar. Vooruitzichten De voorgenomen ingrijpende bezuinigingen van het Kabinet Rutte hebben grote gevolgen voor de kunst Jaarverslag 2011
Stichting Omscholingsregeling Dansers, Amsterdam
en cultuur sector. De danssector is daarbij niet gespaard. De verwachting is dat er een aantal dansgezelschappen zal verdwijnen en/of zullen inkrimpen. Op korte termijn zal naar verwachting het beroep dat er op de Omscholingsregeling zal worden gedaan groter zijn dan in een normale situatie het geval zou zijn. Een aantal dansers zal vanwege de omstandigheden besluiten, eerder dan verwacht of voorgenomen, hun loopbaan te beëindigen en zich om willen scholen. Ook betekenen de bezuinigingen in de danssector een verlaging van de inkomsten van de regeling. Minder dansers betekent immers minder premie-inkomsten. Op de schouders van het bestuur rust in 2012 de zware taak om zich in samenspraak met de sociale partners te buigen over de manier waarop de regeling na 2013 optimaal kan worden gecontinueerd. Het overleg met de sociale partners NAPK en FNV KIEM is ten tijde van het schrijven van dit verslag al begonnen. Ondanks de sombere tijden ziet het bestuur de toekomst met vertrouwen tegemoet. De Omscholingsregeling bewijst al vijfentwintig jaar dat het een belangwekkende rol vervult, niet alleen voor de dansers, maar evenzeer voor de werkgevers, de sector als geheel en de maatschappij. Uiteindelijk profiteert iedereen ervan als de talenten van dansers niet verloren gaan op het moment dat zij hun loopbaan beëindigen. De honderden dansers die een geslaagde loopbaanswitch hebben gemaakt bewijzen dat en als het aan de Omscholingsregeling ligt, zullen er nog velen hun voorbeeld volgen. Namens het bestuur,
Ruud Nederveen Voorzitter April 2012
Jaarverslag 2011
Stichting Omscholingsregeling Dansers, Amsterdam