Jaarverslag Leerplicht – RMC Schooljaar 2010 - 2011
Afdeling Samenleving
september 2011
Inhoudsopgave Inleiding
3
1. 1.1 1.2
4 4 5
Kerntaken en formatie Leerplichtwet, kwalificatieplicht en RMC Formatie
Inleiding Voor u ligt het jaarverslag Leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011 over de uitvoering van de Leerplichtwet in Diemen. Dit jaarverslag is wat compacter dan u in de afgelopen jaren gewend bent geweest. Enige algemene achtergrondinformatie is komen te vervallen en er is meer aandacht besteed aan cijfermatige informatie. In de Leerplichtwet uit 1969 zijn de leerplicht en de kwalificatieplicht geregeld. Leerplicht geldt voor kinderen van 5 tot en met 16 jaar, vanaf de eerste dag van de maand nadat een kind 5 jaar wordt tot het einde van het schooljaar waarin het 16 jaar is geworden, of aan het einde van het twaalfde schooljaar. De Leerplichtwet dient ervoor dat leerplichtige leerlingen niet verzuimen of voortijdig afhaken van school. Het doel daarvan is dat iedere leerling voldoende kansen krijgt om minimaal een startkwalificatie te behalen. Een startkwalificatie is een havo-, vwo- of mbo- diploma (niveau 2). Dit niveau wordt als een minimumvereiste gezien voor een goede participatie in de maatschappij. De kwalificatieplicht geldt voor jongeren die na het laatste schooljaar van hun leerplicht nog geen startkwalificatie hebben gehaald. Door de kwalificatieplicht moeten meer jongeren een startkwalificatie halen. Jongeren tussen de 18 en 23 jaar die niet meer onder de leerplicht of de kwalificatieplicht vallen, worden door de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (RMC) gestimuleerd een opleiding te volgen die tot een startkwalificatie leidt. Naast de landelijke wet- en regelgeving krijgt het leerplichtbeleid in Diemen verder vorm door de lokale beleidskaders, namelijk de notitie ‘De toekomst van leerplicht en RMC in Diemen: Alle leerlingen op school én alle jongeren in beeld’ uit 2008 en de kadernotitie ‘Samenwerken aan kansen voor de jeugd in Diemen: Preventief jeugdbeleid 2007-2010’. Het preventief jeugdbeleid, zoals beschreven in de laatstgenoemde notitie, wordt momenteel geëvalueerd waarna een nieuwe notitie met daarin het beleid voor de komende jaren zal worden voorgelegd.
3 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
1.
Achtergrondinformatie
1.1 Leerplichtwet, kwalificatieplicht en RMC Alle gemeenten in Nederland moeten toezien op naleving van de Leerplichtwet. Dat betekent dat ze ervoor moeten zorgen dat alle leerplichtige kinderen die in de gemeente wonen, ook daadwerkelijk naar school gaan. Naast de verplichting om naar school te gaan, heeft ieder kind in Nederland ook recht op onderwijs. In de Leerplichtwet worden de kaders geschetst voor de bewaking en bescherming van dat recht. De Leerplichtwet legt degenen die het gezag uitoefenen over een jongere (ouders, voogden of verzorgers) de verplichting op ervoor te zorgen dat deze jongere is ingeschreven als leerling bij een school en de verplichting ervoor te zorgen dat deze jongere de school volgens de schoolplanning bezoekt. De leerplicht begint op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin het kind 5 jaar is geworden. De leerplicht eindigt aan het einde van het schooljaar waarin de jongere zestien jaar is geworden. Om de schooluitval in de leeftijdsgroep van zestien tot achttien jaar terug te dringen is in 2007 in de Leerplichtwet de kwalificatieplicht tot de achttiende verjaardag ingevoerd. Dit is gedaan om voortijdig schooluitval bij jongeren te voorkomen en alle jongeren in Nederland een betere kans te geven op een baan. Jongeren onder de 18 jaar zijn verplicht om onderwijs te volgen totdat ze een startkwalificatie (havo-, vwo-, mbo-diploma niveau 2 of hoger) hebben. Voor leerlingen van 5 tot 16 jaar is dit vastgelegd in de leerplicht. De kwalificatieplicht geldt voor leerlingen van 16 tot 18 jaar. Een leerling met een kwalificatieplicht gaat elke dag naar school of kiest voor een combinatie van werken en leren. Bijvoorbeeld de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) van het mbo. De Regionale Meld – en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (RMC) ligt in het verlengde van leerplicht en kwalificatieplicht. In het kader van deze functie worden jongeren van 18 tot 23 jaar gevolgd zolang zij nog niet voldoen aan de opleidingseisen van een startkwalificatie. Hoewel het belang van de leerplicht maatschappelijk wordt erkend wil dit niet zeggen dat alle leerlingen ook daadwerkelijk de school bezoeken. Als het verzuim een structureel karakter aanneemt, moet de leerplichtambtenaar onderzoeken wat er aan de hand is. De leerplichtambtenaar heeft in deze geen hulpverlenende taak, maar een zorgtaak om de gesignaleerde problematiek in kaart te brengen en zo nodig de hulpverlening in te schakelen en/of te coördineren. Schoolverzuim is, net als schooluitval, naast een individueel probleem vaak ook een maatschappelijk probleem dat nauw verweven is met maatschappelijke vraagstukken als gezinsproblematiek, (jeugd)werkloosheid, criminaliteit en verslaving. Het is daarom belangrijk om bij de aanpak van dit probleem krachten te bundelen en samenwerking te zoeken. Een voorbeeld hiervan zijn de zorgbreedteoverleggen op de basisscholen waaraan de leerplichtambtenaren deelnemen. De steeds groter wordende rol die de leerplicht speelt in het gemeentelijk jeugdzorgbeleid is beschreven in de notitie preventief jeugdbeleid uit 2007. Hierin is onder andere opgenomen dat iedere jeugdige in beeld is. Ook in de gewenste versterking van de keten signalering – toeleiding - actie spelen de leerplichtambtenaren een belangrijke rol.
4 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
De kerntaken van de leerplichtambtenaren zijn in de Leerplichtwet opgenomen. De leerplichtambtenaar heeft o.a. een maatschappelijke zorgfunctie en justitiële taken en controle. De leerplichtambtenaar tracht tevens preventief te werken. Deze verschillende rollen van de leerplichtambtenaren staan beschreven in de leerplicht notitie uit 2008. 1.2 Formatie De uitvoering van de Leerplichtwet in de gemeente Diemen valt onder de verantwoordelijkheid van de afdeling Samenleving, Team Beleid. De formatie leerplicht omvat per 1 januari 2009 1,41 fte. De opbouw daarvan is als volgt. 1,11 fte toezicht en handhaving 0,20 fte administratie 0,10 fte beleid. De uitvoering van de Leerplichtwet wordt in Diemen verricht door twee leerplichtambtenaren. Beide leerplichtambtenaren beschikken momenteel over de BOA bevoegdheid (BOA = buitengewoon opsporingsambtenaar), welke nodig is voor het opmaken van proces-verbaal. Afgelopen schooljaar was een moeilijk jaar wat betreft de bezetting van de formatie leerplicht. Aan het eind van schooljaar 2009 – 2010 heeft één van de twee leerplichtambtenaren afscheid genomen van de gemeente. Die ontstane vacature kon snel worden ingevuld waardoor aan het begin van het schooljaar 2010 – 2011 de formatie leerplicht weer op volle sterkte was. Helaas bleek de nieuwe leerplichtambtenaar niet naar behoren te functioneren waardoor na slechts enkele weken afscheid van haar genomen moest worden. Dit heeft een grote druk gelegd op de overgebleven leerplichtambtenaar. Deze druk is enigszins opgevangen door de tijdelijke inzet van een stagiair. Tevens heeft de coördinator probleemgezinnen van de gemeente een aantal zorgbreedteoverleggen waargenomen. Zij kon vanuit haar rol als ‘trekker’ van de pilot jeugdzorg tevens gelijk kennis maken met ‘het veld’. Op deze manier is van de nood een deugd gemaakt. Helaas kon een nieuwe leerplichtambtenaar pas aan het eind van het schooljaar 2010 - 2011 worden aangesteld aangezien er een juridische procedure speelde met betrekking tot de uitdiensttreding van de vorige leerplichtambtenaar. Per mei 2011 is de nieuwe, ervaren leerplichtambtenaar begonnen.
5 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
2.
Kerngegevens leerplicht
2.1 Basisgegevens De Gemeente Diemen had op 1 januari 2011 5765 inwoners in de leeftijd van 5 tot en met 22 jaar (cijfers CBS). Het aantal leerplichtigen (5 t/m 18 jaar) bedraagt per 1 januari 2011 3973 leerlingen. Het aantal inwoners in de RMC-leeftijdscategorie (18 tot 23 jaar) bedraagt 1792. In vergelijking met het vorige jaarverslag (waarin als peildatum 1 januari 2009 gold) is er een toename van zo’n 250 gemelde leerlingen in de RMC-leeftijdscategorie. Deze toename is waarschijnlijk grotendeels te verklaren door het feit dat de RMC-leeftijdscategorie beter in beeld is bij de gemeente. Daarmee wordt een knelpunt uit de notitie leerplicht uit 2008 afgehandeld. Het merendeel van de leerplichtige leerlingen in de basisschoolleeftijd (5 tot en met 12 jaar) bezoekt een van de in totaal acht scholen voor basisonderwijs binnen de gemeente. Op 1 oktober 2010 zaten 2174 leerlingen in het basisonderwijs in Diemen. Daarnaast bezochten in het schooljaar 2010 - 2011 63 leerlingen het speciaal basisonderwijs en 22 leerlingen het speciaal voortgezet onderwijs. De toename in de aantallen leerlingen in het speciaal basisonderwijs is in lijn met landelijke trends. Gezien het voorgenomen beleid van de regering met betrekking tot het passend onderwijs, verwachten wij een toekomstige afname van de aantallen kinderen in het speciaal onderwijs. Dit zal bijvoorbeeld consequenties hebben voor het leerlingenvervoer. Door het ontbreken van scholen voor het voortgezet onderwijs binnen onze grenzen nemen onze leerlingen deel aan het voortgezet onderwijs buiten de gemeentegrenzen. Het overgrote deel van de leerlingen volgt het onderwijs in Amsterdam en de Gooi en Vechtstreek. In de onderstaande tabel wordt inzichtelijk gemaakt op welke voortgezet onderwijsscholen Diemense kinderen onderwijs hebben genoten in het schooljaar 2010-2011. School: Vechtstede College Weesp Open Schoolgemeenschap Bijlmer (O.S.B.) Pieter Nieuwland Cygnus gymnasium Gooisch Lyceum St. Nicolaas Lyceum IJburg College Casparus College Weesp Montessori Lyceum Fons Vitae Lyceum Vossius gymnasium Montessori College Oost Wellant College Berlage Lyceum Amsterdams Lyceum Panta Rhei Amstelveen IVKO Hervormd Lyceum Zuid Gerrit van der Veen College Media College Christelijke scholengem Buitenveldert (C.S.B.)
263 207 157 98 51 58 38 35 27 26 24 23 22 22 21 20 20 19 19 18 17
6 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
Spinoza Lyceum De Berkhoff Stelle College Amstel Lyceum Barlaeus gymnasium Ignatius gymnasium Overig
13 12 10 9 8 8 521
Scholen waar minder dan 8 leerlingen uit Diemen opzitten, vallen onder overig. Het valt dus op dat Diemense kinderen op een bijzonder groot aantal verschillende scholen voor voortgezet onderwijs zitten. 2.2 Verzuim Spijbelen, te laat komen ofwel ongeoorloofd schoolverzuim is vaak een van de eerste signalen van problemen en (dreigend) voortijdig schoolverlaten. Vanuit het gegeven dat aan verzuimen van school dieperliggende oorzaken ten grondslag liggen, onderzoekt en behandelt de leerplichtambtenaar in nauwe samenwerking met de school het verzuim. Deelname aan het zorgbreedteoverleg van de scholen is daarom belangrijk. Binnen het voortgezet onderwijs vinden deze overleggen plaats binnen zogenaamde ZAT’s (Zorg Advies Teams). Onze leerplichtambtenaren nemen wegens de grote spreiding van kinderen over het voortgezet onderwijs in de regio niet structureel deel aan die overleggen, wel wordt informatie ontvangen over Diemense leerlingen als deze verzuimen. Dit wordt komende jaar als speerpunt opgepakt. Op de basisscholen ontbrak een structureel overleg met de leerplichtambtenaren en andere disciplines die betrokken zijn bij de zorg rondom het kind. Gelet op de stijging van het aantal zorgleerlingen is in 2008 gestart met het formaliseren van de zorgbreedteoverleggen. Deze ambitie was vastgelegd in de notitie preventief jeugdbeleid uit 2007, namelijk “versterking leerplichtfunctie en leerplicht in de school brengen middels een breed zorgoverleg van 1 keer per 4-6 weken”. Het zorgbreedteoverleg vindt per school maximaal 6 keer per schooljaar plaats. De organisatie is in handen van de school. Vaste deelnemers zijn de intern begeleider, de leerplichtambtenaar, de directeur, de schoolmaatschappelijk werker en de schoolarts of schoolverpleegkundige. Andere partners zoals de buurtregisseur, kunnen naar behoefte regulier en/of op afroep deelnemen aan het overleg. De zorgbreedteoverleggen worden over het algemeen als bijzonder positief ervaren. Op dit moment loopt in Diemen een pilot jeugdzorg. In deze pilot wordt onder andere in de zorgbreedteoverleggen gekeken naar de toeleiding van jeugd richting de jeugdzorg. Dit gebeurt in het kader van de op stapel staande decentralisatie van de jeugdzorg. In totaal hebben de leerplichtambtenaren het afgelopen schooljaar deelgenomen aan 28 zorgbreedteoverleggen op de 8 verschillende basisscholen. Deze tijdsinvestering betaalt zich ruimschoots terug. Er hoeft veel minder te worden rond gebeld en dossiers kunnen sneller worden afgesloten omdat de overdracht soepeler verloopt en er ook vertrouwen is ontstaan in een goede afhandeling. Wanneer de leerplichtambtenaar een verzuimmelding van de school ontvangt, worden de ouder(s)/verzorger(s) en/of de leerling door de leerplichtambtenaar uitgenodigd voor een gesprek om
7 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
achter de reden van het verzuim te komen. De leerplichtambtenaar analyseert en stelt een plan van aanpak op. Eventueel verwijst de leerplichtambtenaar door naar een hulpverlenende instantie. Wanneer blijkt dat de leerling doorgaat met spijbelen, wordt deze opnieuw opgeroepen voor een gesprek en wordt een officiële waarschuwing gegeven. Deze wordt schriftelijk bevestigd en de school krijgt van de correspondentie een afschrift. Als de leerling niet reageert op de oproep kan de leerplichtambtenaar op huisbezoek gaan. In het uiterste geval wordt er proces-verbaal opgemaakt. Hieronder een voorbeeld van de aanpak van verzuim door onze leerplichtambtenaar in schooljaar 2010 - 2011. “Peter is 14 jaar. Hij is dit schooljaar op het Voortgezet onderwijs begonnen. Al meteen na twee weken begint hij te verzuimen. Hij wordt ziek gemeld. Nadat de school al meerdere acties heeft ondernomen om hem weer naar school te krijgen, wordt een melding bij de leerplichtambtenaar gedaan. Deze roept de ouders en leerling op voor een verzuimgesprek. Alleen de vader reageert op de uitnodiging. Ook hij krijgt zijn zoon niet mee en samen wordt afgesproken dat deze jongeman in eerste instantie wordt doorverwezen naar de schoolarts. De schoolarts verwijst vervolgens door naar PuntP, een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Deze leerling heeft namelijk geen lichamelijke klachten, maar wil gewoon niet naar school. Na onderzoek wordt met de behandelaar van Puntp afgesproken dat de leerling met een speciaal programma in overleg met de school weer langzaam kan wennen. Ook hieraan werkt Peter niet mee. De leerplichtambtenaar roept wederom ouders en jongere op. Hierop verschijnen alleen de ouders, zij krijgen Peter niet mee. Na diverse overleggen met ouders, school, leerplicht en de overige instanties zien alle betrokken partijen in dat er maar één mogelijkheid is Peter terug naar school te krijgen en dat is met dwang. Er wordt een proces verbaal wegens verzuim opgemaakt en er wordt een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg gedaan. De kinderrechter stelt Peter ondertoezicht van Bureau Jeugdzorg en de kantonrechter legt een Maatregel Hulp en Steun op. Dat wil zeggen dat Peter ondertoezicht staat van Bureau Jeugdzorg en dat de hulpverlener van Bureau Jeugdzorg Peter kan dwingen alle hulpverlening te aanvaarden. Doet hij dit niet dan kan dit verstrekkende gevolgen hebben zoals bijvoorbeeld een uithuisplaatsing en/of gesloten plaatsing. Peter gaat nu weer naar school en krijgt wekelijks binnen en buiten de school begeleiding. Relatief verzuim Als een leerling wel bij een school of instelling staat ingeschreven, maar deze zonder geldige reden niet bezoekt, is er sprake van relatief verzuim. Vaak gaat het om spijbelen, maar het komt, met name bij jonge leerlingen, nogal eens voor dat ouders hun kind thuishouden of met regelmaat te laat naar school laten gaan. Absoluut verzuim Wanneer een leerling niet bij een school of instelling is ingeschreven spreken we van absoluut verzuim. De leerlingenadministratie registreert de inschrijvingen van leerplichtige leerlingen en niet leerplichtige leerlingen (4-jarigen en jongeren tot 23 jaar zonder startkwalificatie). Onder andere als gevolg van schoolwisselingen is niet van alle leerlingen bekend naar welke school ze gaan. Maandelijks wordt het absolute verzuim gecontroleerd door de leerplichtadministratie. Luxe verzuim Vakantie opnemen buiten de schoolvakantie is niet toegestaan, tenzij er door de specifieke aard van het werk van (één van de) ouders geen enkele mogelijkheid in een schooljaar bestaat om met het gezin een op vakantie te gaan. De directeur mag in dat geval ten hoogste één keer per jaar maximaal 10 dagen verlof toekennen. In twijfelsituaties overleggen schooldirecteuren of ouders met enige regelmaat met de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaren worden niet te allen tijde geïnformeerd door de directeuren wanneer zij aan leerlingen extra verlof toekennen (zie artikel 13a van de Leerplichtwet 1969).
8 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
Wanneer ouders zonder toestemming van de directeur hun kind(eren) toch meenemen op vakantie is er sprake van vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim. De directeur is dan verplicht melding te doen aan de leerplichtambtenaar. Signaal verzuim Signaalverzuim is verzuim dat samenhangt met achterliggende problemen van de leerling. Een leerling wordt bijvoorbeeld gepest en wil niet meer naar school. Beginnend verzuim Beginnend verzuim: een leerplichtige jongere die minder dan de wettelijke termijn 16 uur in 4 weken verzuimt, maar wel lesuren of dagdelen overslaat, pleegt beginnend verzuim (dit verzuim is anders dan het luxe of signaalverzuim). RMC-verzuim RMC-verzuim 18+: hiervan is sprake wanneer een leerling op wie de leerplichtwet niet meer van toepassing is; en die nog geen 23 jaar is; en niet in het bezit van een diploma op minimaal startkwalificatieniveau, gedurende een aaneengesloten periode van ten minste een maand of een door het bevoegd gezag te bepalen kortere periode zonder geldige reden geen onderwijs meer volgt. Korten kinderbijslag De Algemene Kinderbijslagwet (AKW) is per 1 oktober 2009 aangepast aan de kwalificatieplicht. Dat betekent dat ook ouders van jongeren van 16 en 17 jaar die geen school bezoeken, gekort kunnen worden op de kinderbijslag. Ouders krijgen in principe voor hun 16- of 17-jarige kind alleen nog kinderbijslag, wanneer dat kind bezig is een startkwalificatie te behalen en daarbij voldoet aan de eisen uit de Leerplichtwet. De maatregel wordt verondersteld een bijdrage te kunnen leveren aan de bestrijding van voortijdige schooluitval. De verwachting is dat dit instrument hoogstens een aantal maal per jaar ingezet zal worden, als pressie- en/of sanctiemiddel. De leerplichtambtenaren van de gemeente Diemen kunnen bij collegebesluit van 23 november 2009 gebruik maken van deze regeling. Er is nog geen gebruik gemaakt van deze regeling. 2.3 Aantal meldingen In het schooljaar 2010 - 2011 zijn 351 leerlingendossiers in behandeling genomen, een verdere stijging ten opzichte van het schooljaar 2009 - 2010. Deze stijging wordt vrijwel geheel verklaard door het feit dat de dossiers van de leerlingen in de RMC leeftijdscategorie sinds dit schooljaar via de IB groep worden gemeld en worden meegeteld. Onder leerlingendossiers worden alle zaken verstaan die zijn aangemeld bij de leerplichtambtenaar: van advies of verzuimgesprek tot een complex dossier. Onderstaande tabellen geven inzicht in het aantal meldingen en type van de melding per schooljaar. Primair onderwijs Vrijstellingen Schooljaar 2009 – 2010 Schooljaar 2010 – 2011
Luxe verzuim
23
Relatief verzuim 37
30
Absoluut verzuim 2
Proces verbaal 5
16
42
13
2
4
Het totaal aantal meldingen van relatief verzuim was 42. Daarvan waren 13 meldingen vanwege artikel 13a van de Leerplichtwet (luxe verzuim). Er is in 4 gevallen een proces verbaal opgelegd, alle 4 9 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
vanwege luxe verzuim. In het algemeen kan worden gesteld dat het totaal aantal meldingen en processen verbaal voor leerlingen uit het primair onderwijs vrijwel gelijk is gebleven met het vorig schooljaar. Het aantal meldingen van luxe verzuim is wel meer dan gehalveerd. Er is extra aandacht besteed door de leerplichtambtenaren aan luxe verzuim, onder andere door middel van een folder. De stijging in de het relatief verzuim is te verklaren doordat er beter gemeld wordt waardoor meer meldingen binnenkomen. Voortgezet onderwijs Beginnend verzuim Schooljaar 27 2009 – 2010 Schooljaar 30 2010 – 2011
Luxe verzuim 1
RMC verzuim 18+ 50
Signaal verzuim 21
Proces Verbaal 10
7
109
41
11
De stijging in het aantal meldingen van verzuim in het voortgezet onderwijs heeft een aantal oorzaken. De voornaamste is dat er tegenwoordig beter gemeld wordt. Meldingen komen vanuit de IB groep rechtstreeks binnen bij de woongemeente van de leerlingen. Dat was vroeger de schoolgemeente. Ook is er beter samenwerking tussen de leerplichtambtenaren en de scholen. Scholen zien steeds beter de noodzaak van het melden van verzuim en hebben ook vertrouwen dat meldingen in behandeling worden genomen door leerplicht. In de gemeente Ouder-Amstel, waar één van onze leerplichtambtenaren ook werkzaam is als leerplichtambtenaar, heeft dezelfde stijging plaatsgevonden door dezelfde redenen. 2.4 Bemiddeling en overige meldingen Gedurende het schooljaar zijn de leerplichtambtenaren ook zelf benaderd door ouders, leerlingen of scholen. Het gaat in deze gevallen niet om verzuim, maar om bemiddeling of advies bij problemen of een conflict. Door bemiddeling en consultatie van de leerplichtambtenaren wordt geprobeerd te voorkomen dat leerlingen gaan verzuimen of uitvallen. Wij vinden het positief dat op deze adviserende en bemiddelende rol van de leerplichtambtenaar een beroep wordt gedaan. Een voorbeeld van een bemiddelingstraject uit het afgelopen schooljaar. In dit specifieke geval is de leerling niet gesignaleerd tijdens een zorgbreedteoverleg. Dat had wellicht wel moeten gebeuren. Sandra is 13 jaar. Zij zit in groep 8 van een basisschool. Zij komt meerdere malen per week te laat op school. De juf en haar moeder doen er alles aan om haar op tijd op school te krijgen. Het lukt maar niet. De directeur wordt erbij betrokken en Sandra moet zich dagelijks melden bij hem. Dit gaat een tijd goed, maar dan vervalt Sandra weer in haar oude gedrag. De leerplichtambtenaar wordt ingeschakeld, omdat veelvuldig te laat komen beginnend verzuim is volgens de richtlijnen van het Openbaar Ministerie. Sandra en haar ouders worden uitgenodigd voor een verzuimgesprek. Na dit gesprek gaat het ook weer een tijd goed, maar dan vervalt Sandra toch weer in haar oude gedrag. Moeder is radeloos en wil toch ook geen straf in de vorm van een Halt Proces verbaal, zoals dat bij oudere kinderen wel gebeurt. Zij heeft ook al een cursus over opvoeden gevolgd via de GGD. Moeder en de leerplichtambtenaar spreken af dat er een hulpverlener van Spirit (jeugd en opvoedhulp) wordt ingeschakeld om het gezin en met name Sandra te ondersteunen. Het blijkt dat er meer aan de hand is in dit gezin en met name bij Sandra. Zij heeft de scheiding van haar ouders nog geen plek kunnen geven. Het veelvuldig te laat komen was een signaal dat het met Sandra niet goed ging. De problemen worden door de hulpverlener van Spirit opgepakt. Het gaat nu beter met Sandra, zij heeft na de Cito een goed passende VO school uitgezocht en komt bijna niet meer te laat op school.
10 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
Schorsingen Wanneer een leerling zich niet voegt in de regels van de school kan het schoolbestuur in bepaalde gevallen overgaan tot een schorsing. De wettelijke verantwoordelijkheid ligt hiervoor bij de school. De leerplichtambtenaar heeft dus geen expliciete rol bij een schorsing. Het schoolbestuur is niet verplicht schorsingen te melden bij de leerplichtambtenaren. Er wordt door de basisscholen in het zorgbreedteoverleg wel melding gemaakt van leerlingen die worden geschorst. Verwijderingen De (basis)scholen zijn verplicht verwijdering schriftelijk bij zowel de onderwijsinspectie als bij de leerplichtambtenaar te melden. Tevens ligt er een inspanningsverplichting om de verwijderde leerling op een andere school te herplaatsen. Verwijdering wordt alleen als uiterste middel gehanteerd. De scholen voor basisonderwijs hebben een inspanningsverplichting van 8 weken, waarbij aantoonbaar moet worden gemaakt dat de school zich daadwerkelijk heeft ingespannen om de verwijderde leerling op een andere school te herplaatsen. Verwijdering wordt altijd als uiterste middel gehanteerd. In het voortgezet onderwijs kan een leerling pas worden verwijderd als er een nieuwe school is gevonden waar de leerlingen naar toe kan. In het schooljaar 2010 – 2011 zijn slechts 3 leerlingen verwijderd uit het voortgezet onderwijs. 2.5 Proces verbaal en samenwerking met Justitie De Leerplichtwet kent de mogelijkheid om bij overtreding via een proces-verbaal de Officier van Justitie in te schakelen. Overleg tussen de leerplichtambtenaar en het Openbaar Ministerie is noodzakelijk om het beoordelen van zaken te kunnen toetsen aan het oordeel van het Openbaar Ministerie, teneinde een betere kwaliteit van de processen-verbaal te bewerkstelligen. Gaat het spijbelen na alle inspanningen van de school, de hulpverlenende instanties en de leerplichtambtenaar onverminderd door en blijft er geen andere optie over, dan gaat de leerplichtambtenaar over tot het opmaken van een proces-verbaal. Dit proces-verbaal wordt ook naar de Raad voor de Kinderbescherming gestuurd die daarop een onderzoek start. Een proces-verbaal tegen een leerling kan leiden tot het opleggen van een taakstraf in de vorm van de leerstraf (via Tools 4U), een Maatregel Hulp en Steun, of een ondertoezichtstelling (OTS) met eventueel een machtiging tot uithuis plaatsing. Een proces-verbaal gericht tegen de ouders kan resulteren in een geldboete of hechtenis en/ of een cursus ‘ouders present’. Voor de 12+ leerlingen kan een proces verbaal resulteren in een taakstraf. Luxe verzuim wordt bestraft met een geldboete. In 2010 – 2011 is in totaal 15 keer proces verbaal opgemaakt (4 tegen de ouders van basisschoolleerlingen en 11 tegen leerlingen in het voortgezet onderwijs), net zoveel als in het voorgaande schooljaar. Tevens hebben de leerplichtambtenaren 6 maal casuïstiek overleg gevoerd met de keten Unit Oost (leerplicht Ouder-Amstel, Diemen, Amsterdam Oost, Amsterdam Zuidoost, OM en eventueel Raad voor de Kinderbescherming en Bureau Jeugdzorg). 2.6 Vrijstelling De Leerplichtwet noemt diverse situaties waarin ouders zijn vrijgesteld van de verplichting om hun kind(eren) op een school in te schrijven. Het gaat daarbij om lichamelijke en/of psychische ongeschiktheid om onderwijs te volgen, bezwaar tegen de richting van het onderwijs, het reeds
11 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
bezoeken van een school buiten Nederland, verblijf in een gezin dat een trekkend bestaan leidt en een aantal andere gevallen waarin ouders in overleg met de schooldirectie een beroep kunnen doen op vrijstelling van de verplichting hun kind naar school te laten gaan. Voorbeelden van zulke omstandigheden zijn (familie)omstandigheden als ziekte, bepaalde sociaal-medische indicaties, huwelijk, overlijden, jubilea en vervulling van plichten voortvloeiend uit godsdienst of levensovertuiging. Afhankelijk van de aard en/of de duur van de vrijstelling is toestemming nodig van de directie van de school of van de leerplichtambtenaar. Het afgelopen schooljaar is 31 keer vrijstelling verleend van de Leerplichtwet, een kleine vermindering in vergelijking met vorig jaar. 23 vrijstellingen zijn verleend aan leerlingen die in het buitenland onderwijs volgen, maar officieel in Diemen geregistreerd zijn. 8 vrijstellingen waren vanwege andere redenen (bijvoorbeeld medische redenen). Landelijk en ook in Amsterdam bestaat aandacht voor het feit dat steeds meer kinderen door hun ouders naar het buitenland gestuurd worden voor onderwijs. De overheid kan niets aan de tijdelijke kinderemigratie doen. Het is namelijk niet verboden om je kind naar een ander land te sturen om daar bij familie te gaan wonen en naar school te gaan. Eén van de nadelige gevolgen kan zijn dat kinderen bij terugkomst aansluitingsproblemen hebben, een ander nadelig gevolg kunnen taalproblemen zijn. In het komend schooljaar gaat deze groep kinderen beter in beeld gebracht worden. 2.7 Voortijdig Schoolverlaten Een van de belangrijkste doelstellingen van het voorkomen van schoolverzuim is het terugdringen van het voortijdig schoolverlaten (VSV). Schoolverzuim is vaak een voorbode voor later schooluitval. Scholen en gemeenten zetten zich samen met het ministerie van OC & W en DUO in om voortijdige schooluitval te voorkomen. In zowel het oude als het nieuwe regeerakkoord zijn maatregelen opgenomen die schooluitval moeten voorkomen. De bedoeling is dat zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie behalen. Uit de cijfers die beschikbaar zijn blijkt dat het beleid effectief is. In 2002 telden we landelijk 71.000 nieuwe vsv’ers. In het schooljaar 2009-2010 waren dat er nog 39.600. De doelstelling voor 2009 – 2010 is 35.000. Uit de onderstaande tabel blijkt dat in de omliggende gemeenten en Diemen het aantal vsv’ers terugloopt waarbij tevens opvalt dat het percentage voortijdig schoolverlaters in Diemen in vergelijking met omliggende gemeenten relatief hoog ligt. (bron: Aanval op schooluitval). Verloop VSV 2005 – 2006 t/m 2009 – 2010 2005 – 2006 Gebied: % VSV Aggl. Amsterdam 6,3 Aalsmeer 4,3 Amstelveen 4,0 Amsterdam 7,8 Diemen 4,9 Haarlemmermeer 4,8 Uithoorn 5,2 Ouder-Amstel 3,7
2008 – 2009 % VSV 4,3 3,0 2,9 5,3 4,2 3,5 2,9 3,3
2009 – 2010 % VSV 4,5 2,9 2,5 5,7 3,5 3,1 2,6 2,3
12 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
3.
Regionale Meld- en Coördinatiefunctie Voortijdig Schoolverlaten
3.1 RMC - functie In Nederland verlaten elk jaar bijna 40.000 jongeren het onderwijs zonder een startkwalificatie. Om er voor te zorgen dat deze jongeren alsnog een diploma halen en zo betere kansen hebben op de arbeidsmarkt, is op 1 januari 2002 de RMC-wet (Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten) van kracht geworden. Deze wet verplicht gemeenten om de “niet meer leerplichtige jongeren tot 23 jaar” te volgen op hun weg naar een startkwalificatie. Als deze jongeren dreigen uit te vallen op school, dienen gemeenten bovendien een passend aanbod richting startkwalificatie aan te bieden. De RMC-wet is de basis voor het gemeentelijk beleid “voorkomen voortijdig schoolverlaten”, waarin onder meer de meldplicht van niet leerplichtige voortijdige schoolverlaters aan de RMC-functie is geregeld. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor contacten met scholen, instellingen en organisaties betreffende de verwijzing van voortijdig schoolverlaters naar onderwijs en/of arbeidsmarkt. De RMCwet verplicht gemeenten tot het opzetten van een regionaal netwerk van ketenpartners en stelt gemeenten verantwoordelijk voor een goed registratiesysteem voor meldingen van voortijdig schoolverlaters. Het doel van de RMC-functie is om alle voortijdige schoolverlaters zonder startkwalificatie te registreren en in kaart te brengen, om vervolgens de voortijdig schoolverlaters terug te begeleiden richting onderwijs (of naar een combinatie van onderwijs en werk) om alsnog een startkwalificatie te halen. De RMC-functie volgt de jongeren totdat ze dit diploma daadwerkelijk op zak hebben. Het is de bedoeling dat op deze manier het aantal voortijdig schoolverlaters dat zonder startkwalificatie instroomt op de arbeidsmarkt wordt teruggedrongen. Het bestrijden van voortijdig schoolverlaten vraagt een gezamenlijke inzet van de verschillende organisaties en deskundigen. De RMC-functie bereikt haar doelen door samen te werken met verschillende partners, zoals: onderwijsinstellingen leerplichtambtenaren instellingen voor arbeidstoeleiding uitkeringsinstanties jongerenloket politie/justitie (jeugd)hulpverleningsinstellingen welzijnsorganisaties. Het RMC-beleid richt zich op een sluitende aanpak ter voorkoming van voortijdig schoolverlaten op regionaal niveau. 3.2 RMC-functie in Diemen De uitvoering van de RMC-taken in de gemeente Diemen is gesplitst. Er zijn afspraken gemaakt over de taakverdeling tussen Bureau Leerplicht Plus, cluster Zuidoost (BLP) en de leerplichtambtenaren van de gemeente. Sinds 1 januari 2010 valt BLP onder de Dienst Maatschappelijk Ontwikkeling (DMO) van de gemeente Amsterdam. In dat kader is de gemeente haar samenwerkingsovereenkomst met BLP op het gebied van de uitvoering van de RMC-taken aan het bespreken, zowel op ambtelijk als bestuurlijk niveau. Helaas duurt dat langer dan gehoopt, mede veroorzaakt door personele druk en wisselingen bij BLP.
13 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
Bureau Leerplicht Plus, cluster Zuidoost Zoals aangegeven in de notitie leerplicht van 2007 dient de gemeente zicht te krijgen op de groep van 17 tot en met 22 jaar die niet in beeld is. In opdracht van de gemeente Diemen draagt BLP zorg voor de uitvoering van de RMC-regelgeving voor bovenleerplichtige leerlingen uit de gemeente Diemen. Het gaat hierbij alleen om voortijdig schoolverlaten. Diemen blijft verantwoordelijk voor de aanpak van het verzuim van de 18+ jongeren. In 2010 heeft BLP 81 jongeren uit Diemen benaderd waarvan niet bekend was of zij een startkwalificatie in hun bezit hadden. Dit is minder dan in 2007 (85 meldingen) maar meer dan in 2008 (37 meldingen) en 2009 (65 meldingen). BLP heeft in 2010 59 jongeren overgedragen aan veldwerk voor een huisbezoek. Na de eerste ronde huisbezoeken hebben 16 jongeren gereageerd. Na de tweede ronde (36 huisbezoeken) hebben 9 jongeren gereageerd en bij laatste ronde (23 huisbezoeken) zijn er 21 terugkoppelingen verwerkt. Van 9 jongeren is het eindresultaat nog niet bekend. Het merendeel van de werkende jongeren koppelt na een derde huisbezoek hun dagbesteding terug. Ook jongeren die verhuisd zijn behoren vaker tot de late reacties. De drie grootste categorieën van de jongeren die niet in beeld waren, zijn: schoolgaand (24), verhuisd (16) of in bezit van een startkwalificatie (14). 13 Jongeren hebben middels hulp van BLP-Zuidoost hun weg terug naar school gevonden (‘bemiddeling’). Van 9 jongeren is nog geen (eind)resultaat bekend. In 2010 heeft 63% van de jongeren niet op de oproepbrief gereageerd en is doorverwezen naar veldwerk. Dit is een verbetering in vergelijk met 2009 (80%). De trend van studie herpakken na werken blijft van toepassing op jeugd van Diemen. Na een foute schoolkeuze wordt tijdelijk gewerkt totdat ze zich weer kunnen inschrijven bij een school. Opvallend is dat de assertiviteit en gevoel van verantwoordelijkheid m.b.t. een positieve invulling van hun dagbesteding in vergelijk met Amsterdamse jongeren onder de jeugd van Diemen hoger ligt (bron: Jaarverslag RMC Diemen 2010). 3.3 Knelpunt RMC-Taken In september 2007 zijn afspraken gemaakt met het stadsdeel Zuidoost over de taakverdeling tussen Zuidoost en de gemeente Diemen in het kader van de RMC-taken. Het afgelopen schooljaar is wederom tijd geïnvesteerd in het verder uitwerken en optimaliseren van de samenwerking tussen leerplicht Diemen en BLP. Deze samenwerking verloopt merkbaar beter door betere communicatie, beter en frequenter melden en tijdiger rapportages. Zoals hierboven reeds gemeld valt BLP sinds 1 januari 2010 onder de Dienst Maatschappelijk Ontwikkeling (DMO) van de gemeente Amsterdam. In dat kader is de gemeente haar samenwerkingsovereenkomst met BLP op het gebied van de uitvoering van de RMC-taken aan het bespreken. De afspraken zijn inmiddels aangescherpt en er zal regelmatig voortgangsoverleg plaatsvinden. De formele vastlegging volgt hopelijk later in 2011. BLP heeft verder aangeven dat de bijdrage die zij voor het uitvoeren van de taken ontvangen niet kostendekkend is. In het schooljaar 2009- 2010 is BLP met een voorstel gekomen. De gemeente heeft in principe ingestemd met het financiële voorstel van BLP en heeft haar bijdrage aan BLP verhoogt van zo’n €6.000,- tot zo’n €22.000,-. Dit bedrag wordt bekostigd uit de subsidie RMC + kwalificatieplicht die de gemeente Diemen jaarlijks ontvangt van het Ministerie van OC & W, via DMO (€24.409,47 over 2010) 14 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
4.
Conclusie en een blik vooruit
Het aantal leerlingendossiers lijkt, na een gestage groei over de afgelopen jaren, afgelopen schooljaar enigszins gestabiliseerd. Door de instabiliteit in de bezetting van de formatie leerplicht was de werkdruk echter (te) hoog waardoor de behandeling van sommige dossiers noodgedwongen vertraging opliep. Onder leerlingendossiers worden alle zaken verstaan die zijn aangemeld bij de leerplichtambtenaren: van een adviesgesprek tot een complex dossier. De grote hoeveelheid leerlingendossiers was voor een deel te verklaren door wetswijziging (uitbreiding van RMC-taken en kwalificatieplicht), toenemende zorgdossiers en een betere meldingssystematiek. Een ander belangrijk element hierbij is de professionaliseringslag die is ingezet bij de leerplichtambtenaren. Een grotere bekendheid van en meer contacten met de leerplichtambtenaren met de scholen hebben er voor gezorgd dat de drempel om leerplichtambtenaren te benaderen is verlaagd. Hierdoor is onder andere het melden door scholen verbeterd. Er zijn ook steeds meer ouders en verzorgers die de weg naar de leerplichtambtenaren weten te vinden. Nu de formatie leerplicht weer op volle sterkte is, waarbij de gemeente Diemen voor het eerst twee ervaren leerplichtambtenaren kan inzetten, kan het komende schooljaar vol vertrouwen tegemoet worden gezien, zowel op het gebied van schoolverzuim en schooluitval. Verderop zal worden toegelicht wat de speerpunten zijn voor het komende jaar op het gebied van de leerplicht. 4.1 Gemeentelijke ontwikkelingen op de raakvlakken van leerplicht en RMC Op de terreinen die de leerplicht en RMC taken raken vinden er zowel op landelijk, regionaal als gemeentelijk niveau beleidsontwikkelingen plaats. Op dit moment is de aanzet gegeven tot een drietal grote decentralisatie operaties. Dat zijn de decentralisatie van de AWBZ en de Wet werken waar vermogen (WWNV). Leerplicht speelt vooral een rol bij de decentralisatie van de jeugdzorg, onder andere door actieve deelname in de werkgroep decentralisatie jeugdzorg. Tevens spelen de volgende ander ontwikkelingen op dit moment. Ontwikkeling Ouder- Kind – Centra Het samenwerkingsverband binnen het OKC is volop in ontwikkeling. Door het OKC is er sprake van een geïntegreerde jeugdgezondheidszorg, zodat voorkomen wordt dat kinderen tussen de wal en het schip vallen. In het OKC krijgt de keten van prenatale zorg, kraamzorg, verloskunde, peuterspeelzalen, jeugdgezondheidszorg, basisonderwijs, leerplicht, schoolmaatschappelijk werk, enz. concreet vorm. Tussen de ketenpartners vindt een goed geregelde afstemming en samenwerking plaats, gericht op signalering, coördinatie en aanpak. In het OKC is ontmoeting, coördinatie en uitwisseling tussen partners vastgelegd. Zo wordt geborgd dat alle ‘zorgkinderen’ worden gezien. Alle jeugdigen zijn in beeld en de ketensignalering wordt verder versterkt. Gelet op de rol van het OKC zijn zij eveneens betrokken bij de evaluatie van de zorgbreedteoverleggen. Dit om de verschillende zorgstructuren zo optimaal mogelijk op elkaar te laten aansluiten en de invoering van het elektronisch kind dossier goed te laten verlopen en de ketensignalering te versterken. Leerplicht maakt integraal deel uit van deze ketenunit.
15 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
Wet Participatiebudget Binnen de Wet participatiebudget bestaat de mogelijkheid jongeren van 16 en 17 jaar deel te laten nemen aan een re-integratietraject. Deze ondersteuning wordt ingezet om maatschappelijk uitval en toekomstige bijstandafhankelijkheid te voorkomen. De uitvoering hiervan wordt verzorgd door het team sociale zaken van de afdeling publiekscontacten. Er zijn toetsingscriteria om te bepalen of de jongeren in aanmerking komen voor begeleiding bij het leerwerk traject. Er wordt per geval bekeken of een re-integratie-, RMC- of bijvoorbeeld spirittraject de grootste kans op een goed resultaat biedt. Wet investeren in Jongeren Op 30 juni 2009 is de Wet Investeren in Jongeren (WIJ) aangenomen. Doelstelling van deze wet is om jongeren te laten werken of leren, of een combinatie van beide. Aan werkloze jongeren van 18 tot en met 26 jaar wordt in plaats van bijstand een inkomensvoorziening ter hoogte van de bijstandsnorm aangeboden als zij een werk-leeraanbod aanvaarden. Hiermee wordt een duurzame en substantiële arbeidsparticipatie van jongeren bevorderd en verhoogd. De wet staat ook open voor een bepaalde groep jongeren van 16 en 17 jaar (de voortijdig schoolverlaters). Zij kunnen echter nog geen inkomensvoorziening krijgen. In Diemen worden ook deze jongeren die aan de zijlijn van de samenleving staan (geen werk en geen school) benaderd om ze te activeren en (toekomstige) bijstandafhankelijkheid tegen te gaan. Actieplan jeugdwerkeloosheid Door de economische crisis neemt vooral onder jongeren de werkloosheid toe. Wanneer de economie aantrekt zijn jongeren weer hard nodig. Voorkomen moet worden dat zij in de tussentijd thuis zitten en de aansluiting met de arbeidsmarkt verliezen. Het is van groot belang dat jongeren die nu nog geen werk vinden, blijven werken aan hun kwaliteiten en ervaring opdoen waarmee zij straks op de arbeidsmarkt kunnen invoegen. Diemen heeft zich bij de Amsterdamse aanpak aangesloten. Het actieplan jeugdwerkloosheid kent twee sporen van ondersteuning: jongeren stimuleren om verder te leren (langer leren) en investeren in het Curriculum Vitae. Hiervoor wordt ingezet op Traineeplaatsen bij werkgevers en/of terugkeer naar school van jongeren van 16 tot 27 jaar binnen regio Groot-Amsterdam. Matchpoint Matchpoint jeugd en zorg is het programma waarin samenwerkings- en regieafspraken tussen instellingen die met jeugdigen te maken hebben, worden gemaakt en geëffectueerd. Om het regieproces te faciliteren wordt een wettelijk verplichte, regionale verwijsindex (Matchpoint-applicatie en integratievoorziening) ingezet, doorontwikkeld en beheerd. Matchpoint zorgt ervoor dat zorgen over jeugdigen vroegtijdig kunnen worden gesignaleerd. Professionals die met dezelfde jeugdigen bezig zijn, kunnen elkaar in Matchpoint sneller vinden en het is helder wie verantwoordelijk is voor regie en acties. Leerplicht van de gemeente Diemen en Diemense scholen zijn aangesloten bij Matchpoint. Diemen is aangehaakt bij Matchpoint van de Stadsregio Amsterdam. 4.2 Speerpunten schooljaar 2011 – 2012 Het bovenstaande in acht nemende gaan de leerplichtambtenaren het komende schooljaar naast hun reguliere werkzaamheden de volgende speerpunten oppakken: 1. Er komt extra aandacht voor niet-leerplichtige 18+ jongeren die verzuimen. Tot op heden werden deze jongeren alleen schriftelijk benaderd. Ter verdere voorkoming van schooluitval (zie ook § 2.7) zullen ook 18+ jongeren opgeroepen gaan worden bij verzuim.
16 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011
2. Er zal scherper worden gelet op de uitvoering en afhandeling van de verlofaanvragen van kinderen op de basisscholen. Er zal hiervoor extra aandacht gevraagd worden van de schooldirecteuren. 3. Doordat de leerplichtformatie voor het eerst bestaat uit twee ervaren leerplichtambtenaren is er ruimte om (nog) meer aandacht te schenken aan preventie. Dit gebeurt in samenhang met andere activiteiten. Een voorbeeld hiervan is deelname aan een nog op te zetten netwerk 12+. 4. Tevens geeft de formatie voor het eerst de ruimte om aan te haken bij leerplichtspreekuren van voortgezet onderwijs scholen, in samenwerking met de buitengemeenten. Dit zal dan voornamelijk gaan om de scholen waar de meeste Diemense kinderen onderwijs volgen (zie § 2.1).
17 Jaarverslag leerplicht – RMC schooljaar 2010 - 2011