Jaarverslag leerplicht -RMC Gemeente Pijnacker-Nootdorp Schooljaar 2009-2010
Voorwoord Voor u ligt het eerste jaarverslag, dat ik als wethouder onderwijs aan u mag presenteren, over de uitvoering van Leerplichtwet 1969 en de regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) over het schooljaar 20092010. In dit verslag zijn de omvang van het verzuim, het voortijdig schoolverlaten en de behaalde resultaten door de leerplichtambtenaren en de RMC-casemanager in beeld gebracht. Verder informeert het verslag u over de activiteiten die het team leerplicht/ RMC tijdens dit schooljaar heeft uitgevoerd en over de plannen voor het nieuwe schooljaar. In het jaarverslag kunt u lezen dat we op de goede weg zijn met het bestrijden van schoolverzuim en schooluitval. Het verzuim is in het schooljaar 2009-2010 licht gestegen- in verband met de groei van het aantal jongeren in onze gemeente is er eigenlijk sprake van stabilisatie van het schoolverzuim- en het aantal voortijdig schoolverlaters is substantieel verminderd. De omvang van het schoolverzuim en de schooluitval hebben we steeds beter in beeld. Dat is een goed uitgangspunt om ook voor de komende jaren de aanval op schooluitval voort te zetten. De uitvoering van de leerplicht- en RMC-taken doen we natuurlijk niet alleen. Als gemeente werken we graag samen met het onderwijs en de ketenpartners, we hebben de afgelopen jaren de handen in één geslagen rondom onze jeugd. Dankzij goede samenwerking zowel lokaal als regionaal en een actieve inzet van alle partijen gaan de meeste jongeren weer terug naar school. Graag maak ik van de gelegenheid gebruik om de scholen en onze ketenpartners op gebied van (school)maatschappelijk werk, jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg en veiligheid te bedanken voor hun inzet. Met elkaar gaan we ook de komende jaren ervoor zorgen dat we alle scholieren binnen boord houden en ze, waar nodig, begeleiden naar het behalen van de felbegeerde startkwalificatie voor de arbeidsmarkt. Doet u mee? José van Egmond Wethouder onderwijs
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
1
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
2
Samenvatting Uitvoering leerplicht Het jaarverslag betreft het schooljaar 2009-2010. Het beschrijft de uitvoering van de Leerplichtwet 1969 en van werkzaamheden van de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) ter bestrijding van voortijdig schoolverlaten in de gemeente Pijnacker-Nootdorp. De Leerplichtwet regelt de verplichting onderwijs te volgen tot aan de 18de verjaardag van de jongere of tot aan het moment van behalen van de zogenoemde startkwalificatie. De wet onderkent dat schoolverzuim, net als schooluitval, veelal een maatschappelijk probleem is dat verweven is met vraagstukken als gezinsproblematiek, (jeugd)werkeloosheid, criminaliteit en verslaving. Cijfers uitvoering leerplicht: 12.605 leerplichtige, kwalificatieplichtige en niet leerplichtige (RMC) jongeren woonachtig in Pijnacker-Nootdorp 465 meldingen van verzuim en zorg 229 meldingen relatief verzuim 9 leerlingen absoluut verzuim 58 luxe verzuim meldingen 73 vrijstellingen aangevraagd (69 toekenningen en 4 afwijzingen) 27 bemiddelingen 33 zorgmeldingen 26 schorsingen 20 processen verbaal (waarvan 11 voor relatief verzuim, 6 HALT en 3 voor luxe verzuim) 5 leerlingen ingevoerd in de verwijsindex (zie paragraaf 4.5) Er zijn een aantal nieuwe ontwikkelingen op het gebied van leerplicht, zoals de kinderombudsman, het korten van de kinderbijslag bij verzuim en extra maatregelen voor overbelaste jongeren. Voor het schooljaar 2010-2011 staan een aantal acties op het programma, zoals: invoering regionale meld -en verzuim protocol(basis en voortgezet onderwijs per januari 2011) invoeren landelijke handreiking voor een integrale aanpak van schoolziekteverzuim aansluiting van het primair onderwijs op het verzuimloket van DUO Het vorige schooljaar ( 2008-2009) zijn er geen leerlingen met beginnend verzuim aangemeld door het Stanislascollege en is dus ook geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om leerlingen een Halt-afdoening te geven. Bij de start van het schooljaar 2009-2010 heeft een gesprek plaatsgevonden met de directeur van het Stanislas College in Pijnacker. De samenwerking met het Stanislascollege is verbeterd. Dit heeft geresulteerd in meer meldingen bij beginnend verzuim. Van die leerlingen hebben er twee een proces verbaal gekregen, waarvan 1 voor Halt. Er is een nieuw leerplichtregistratiesysteem ingevoerd. Dit systeem is sinds januari 2010 operationeel. Er is gezocht naar een gebruiksvriendelijker pakket, waarmee het groeiende taakveld leerplicht/RMC makkelijker en overzichtelijker informatie kan delen. Een van de knelpunten is de hoge werkdruk. Door het groeiende aantal inwoners nemen de meldingen in aantallen toe. De gemeente Pijnacker-Nootdorp is een groeigemeente. Als gevolg hiervan ontstaat er stadse problematiek en zijn de meldingen complexer van aard en nemen meer tijd in beslag bij de afhandeling.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
3
Uitvoering RMC De landelijke overheid heeft bestrijding van voortijdig schoolverlaten (VSV) als prioriteit benoemd en investeert via de Regionaal Meld- en Coördinatiefunctie’s (RMC’s) in de “Aanval op de schooluitval”. Er is sprake van voortijdig schoolverlaten als een jongere het onderwijs verlaat zonder een Havo, VWO of MBO-niveau 2 diploma. In het kader van ‘Aanval op uitval’ worden landelijk en regionaal beleidsmaatregelen uitgevoerd en initiatieven genomen om deze problematiek verder aan te pakken. De maatregelen hebben zowel een preventief als curatief karakter. Jongeren zonder voldoende vooropleiding lopen een grotere kans in de toekomst geen duurzame plaats op de arbeidsmarkt te krijgen of te behouden. De uitvoering van de taken leerplicht en RMC is een wettelijke verantwoordelijkheid van de gemeente. Ook het college heeft dit punt, samen met de aanpak van schoolverzuim, benoemd als prioriteit. Beleid en actiepunten hierop zijn uitgewerkt in het Integraal jeugdbeleid, deelnota Educatie en Werk 20082012. Het doel van de RMC is het op lokaal en regionaal niveau terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters en het verhogen van het aantal jongeren dat een startkwalificatie behaalt. Voor jongeren die voortijdig de school verlaten, is het belangrijk dat zij weer naar school terug worden geleid. De RMC casemanagers spelen een belangrijke rol in de begeleiding van de jongeren. Over dit schooljaar heeft de RMC een positief uitstroomresultaat bereikt. Totaal heef de RMC 176 jongeren actief begeleid, hiervan zijn er 79 positief uitgestroomd, dat wil zeggen naar onderwijs of naar werk. De RMC casemanagers kunnen diverse trajecten als hulpmiddel inzetten om jongeren te begeleiden en te ondersteunen om te werken aan het behalen van een startkwalificatie. RMC kan net als leerplicht gebruik maken van het Regionale Platform Arbeid Haaglanden (RPA) aanbod en trajecten van de reintegratiebedrijven via de inkoop in het kader van participatiebeleid. Het RPA Haaglanden is een bestuurlijk platform van partijen op de arbeidmarkt om samenwerking rond arbeidsmarktbeleid te stimuleren. In de instrumentengids van het RPA kan een keuze gemaakt worden uit verschillende trajecten voor jongeren. Cijfers voortijdig schoolverlaten: Totaal aantal bruto VSV-ers Positieve uitstroom casemanagement (onderwijs, vavo, werk) Positieve uitstroom zonder tussenkomst casemanagement Uitstroom i.v.m. bereik leeftijd 23 jaar of verhuizing Netto aantal VSV-ers
Schooljaar 2009-2010 444 79 137 67 161
Naast bovengenoemde cijfers zijn 29 jongeren preventief begeleid om schooluitval te voorkomen. Begin februari 2010 is de RMC functie binnen de gemeente uitgebreid door het inzetten van een collega vanuit SMC-Delft (12 uur per week). Sinds 1 mei 2010 is er een werkcoach aangesteld binnen de gemeente. Deze werkcoach is contactpersoon voor jongeren van 18 tot 27 jaar, die in het kader van de Wet WIJ een inkomensvoorziening en/of een traject aanvragen.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
4
Inleiding Het jaarverslag leerplicht RMC 2009-2010 is opgesteld om inzicht te geven in de uitvoering van de taken leerplicht en Regionaal Meld- en Coördinatiefunctie (RMC). Het toezicht op de naleving van de leerplichtwet is opgedragen aan het college van burgemeester en wethouders. Zij wijzen daartoe één of meer leerplichtambtenaren aan. Met het jaarverslag geeft het college uitvoering aan artikel 25, eerste lid van de Leerplichtwet 1969. Het verslag gaat in op de activiteiten die het afgelopen jaar zijn verricht en de resultaten die zijn bereikt op gebied van schoolverzuim en schooluitval. Het college informeert de raad middels dit verslag over het gevoerde leerplichtbeleid. Het terugdringen van voortijdig schoolverlaten staat hoog op de onderwijsbeleidsagenda. Schooluitval raakt niet alleen de direct betrokkenen maar leidt tot maatschappelijke problemen en heeft ook economische gevolgen. De leerplichtfunctie wint aan belang en wordt steeds meer gezien als een belangrijke schakel in de jeugdketen. Leerplicht heeft als doel het borgen van het onderwijsrecht van jongeren door terugdringen van verzuim en voortijdig schoolverlaten. De uitvoering van de leerplicht heeft als uitgangspunten handhaven vanuit een maatschappelijke zorgtaak. Leeswijzer : In hoofdstuk 1 wordt ingegaan op de achtergrond van de Leerplichtwet en het wettelijk kader. Hoofdstuk 2 beschrijft de resultaten en bevindingen van het afgelopen schooljaar. In hoofdstuk 3 worden de ontwikkelingen in en rond het beleidsveld leerplicht behandeld. Hoofdstuk 4 kijkt terug op het afgelopen schooljaar. In hoofdstuk 5 wordt de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie RMC toegelicht. Hoofdstuk 6 behandelt de resultaten alsmede de bevindingen van de RMC. Hoofdstuk 7 gaat in op de ontwikkelingen voor het beleidsveld RMC. In hoofdstuk 8 vindt u een terugblik van de RMC van het afgelopen schooljaar. Gemeente Pijnacker-Nootdorp, 24 december 2010 Afdeling Backoffice Publiekszaken, taakveld leerplicht: Mw. M. Fengler, Mw. N. Rietveld en Mw. I. Sterkenburg RMC casemanager: Mw. N. Nieuwenhuizen en Mw. N. van der Velden Administratie: Mw. S van der Linden en Mw. N. Evora Goncalves Afdeling Beleid: Mw. K. van Dijk- El Allaoui
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
5
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
6
Inhoudsopgave Voorwoord................................................................................................................................................... 1 Samenvatting .............................................................................................................................................. 3 Inleiding....................................................................................................................................................... 5 1. Leerplicht en het wettelijke kader.................................................................................................... 9 1.1 Leeftijd leerplichtigen....................................................................................................................................9 1.2 Kwalificatieplicht ...........................................................................................................................................9 1.3 Primaire taken van de leerplichtambtenaar................................................................................................9 1.4 Leerling-administratie................................................................................................................................ 10 1.5 Externe partners.......................................................................................................................................... 10
2. Resultaten en bevindingen .............................................................................................................. 11 2.1 Aantal leerplichtigen in Pijnacker-Nootdorp ......................................................................................... 11 2.2 Aantal meldingen bij leerplicht Pijnacker-Nootdorp ............................................................................ 11 2.3 Redenen voor melding ............................................................................................................................... 12 2.3.1 Absoluut verzuim .................................................................................................................................... 12 2.3.2 Relatief verzuim ....................................................................................................................................... 13 2.3.3 Luxe verzuim............................................................................................................................................ 13 2.4 Vrijstellingen ................................................................................................................................................ 13 2.5 Bemiddelingen en Overige meldingen..................................................................................................... 15 2.6 Zorgmeldingen ............................................................................................................................................ 15 2.7 Schorsen en Verwijderen ........................................................................................................................... 15 2.8 Proces-verbaal ............................................................................................................................................. 15
3. Ontwikkelingen beleidsveld leerplicht ......................................................................................... 17 3.1 Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)...................................................................................................... 17 3.2 De Kinderombudsman .............................................................................................................................. 17 3.3 Kinderbijslag en leerplicht......................................................................................................................... 17 3.4 Extra maatregelen voor overbelaste jongeren( plus-voorzieningen) .................................................. 17 3.5 Pestprotocol................................................................................................................................................. 17 3.6 Pilot Integraal Handelingsgericht Indiceren ........................................................................................... 18 3.7 Visie en doel jeugdbeleid ........................................................................................................................... 18 3.8 Knelpunten .................................................................................................................................................. 18 3.9 Acties voor het schooljaar 2010-2011 ..................................................................................................... 19
4. Terugblik op afgelopen schooljaar ................................................................................................ 21 4.1 Verzuimmeldingen door scholen in Pijnacker-Nootdorp.................................................................... 21 4.2 Halt-afdoening spijbelen............................................................................................................................ 21 4.3 Dag van de leerplicht.................................................................................................................................. 21 4.4 Verbetering samenwerking binnen de zorgnetwerken.......................................................................... 21 4.5 Invoering Verwijsindex............................................................................................................................. 22
5. Regionale meld en coördinatiefunctie.......................................................................................... 25 5.1 Wat is RMC?................................................................................................................................................ 25 5.2 Het doel van RMC...................................................................................................................................... 25 5.3 Case-management....................................................................................................................................... 25 5.4 Oorzaken uitval.......................................................................................................................................... 26 5.5 Trajecten RMC ............................................................................................................................................ 26 5.5.1 Project Regisseur op eigen leven........................................................................................................... 26
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
7
6. Resultaten en bevindingen .............................................................................................................. 29 6.1 Aantal jongeren in de leeftijd van 18-22 jaar .......................................................................................... 29 6.2 Totaal aantal voortijdig schoolverlaters................................................................................................... 29 6.3 Resultaat casemanagement ........................................................................................................................ 30
7. Ontwikkelingen beleidsveld RMC................................................................................................. 31 7.1 Wet Investeren in Jongeren (WIJ)............................................................................................................ 31 7.2 Veiligheidshuis............................................................................................................................................. 31 7.3 Knelpunten RMC........................................................................................................................................ 31 7.4 Acties ............................................................................................................................................................ 31
8. Terugblik afgelopen schooljaar RMC .......................................................................................... 33 8.1 Project VO/MBO ...................................................................................................................................... 33
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
8
1. Leerplicht en het wettelijke kader 1.1 Leeftijd leerplichtigen Een kind is leerplichtig vanaf de maand, volgend op de vijfde verjaardag. De Leerplichtwet regelt de verplichting om onderwijs te volgen tot aan de 18e verjaardag van de jongere of tot aan het moment van behalen van de zogenoemde startkwalificatie. Vanaf 5 jaar tot en met het schooljaar waarin een jongere 16 jaar wordt, geldt de volledige leerplicht. Hierna volgt de kwalificatieplicht. Een startkwalificatie wordt behaald met een Havo- VWO diploma of een diploma op tenminste MBO- niveau 2. Dit is het minimale onderwijsniveau dat nodig is om een kans te maken op duurzaam werk. De ouders of verzorgers zijn verantwoordelijk voor het aanmelden van een kind bij een school en voor het schoolbezoek. Jongeren vanaf twaalf jaar zijn ook zelf verantwoordelijk voor hun schoolbezoek. Dit betekent dat deze jongeren zelf een proces-verbaal kunnen krijgen indien ze ongeoorloofd verzuimen (spijbelen). Naast de verplichting om naar school te gaan, heeft ieder kind in Nederland ook recht op onderwijs. De wet onderkent dat schoolverzuim, net als schooluitval, veelal een maatschappelijk probleem is dat nauw verweven is met vraagstukken als gezinsproblematiek, (jeugd)werkeloosheid, criminaliteit en verslaving. 1.2 Kwalificatieplicht Met ingang van 1 augustus 2007 is de kwalificatieplicht van kracht geworden. De kwalificatieplicht is een verlenging van de leerplicht. Een leerling is tot de dag waarop hij 18 jaar wordt kwalificatieplichtig. Dit betekent dat deze jongeren een onderwijsprogramma moeten volgen dat is gericht op het behalen van een startkwalificatie, dit kan via volledig dagonderwijs of via leren en werken. Uitzonderingen: De jongeren die geïndiceerd zijn als zeer moeilijk lerende kinderen, meervoudig gehandicapte kinderen, of jongeren die zijn aangewezen op het praktijkonderwijs, zijn vrijgesteld van de kwalificatieplicht. Daarnaast is in artikel 5 van de Leerplichtwet een vrijstellingsregeling opgenomen voor individuele gevallen. Deze bepaling geldt ook voor de kwalificatieplicht. 1.3 Primaire taken van de leerplichtambtenaar Op grond van artikel 16 van de Leerplichtwet 1969 zijn leerplichtambtenaren belast met de opsporing van de bij de Leerplichtwet strafbaar gestelde feiten. Het verlenen van opsporingsbevoegdheid van rechtswege betekent nog niet dat alle leerplichtambtenaren ook werkelijk van deze opsporingsbevoegdheid gebruik kunnen maken. Op grond van artikel 2 van het Besluit Buitengewoon Opsporingsambtenaar is namelijk vereist dat de betrokkene beschikt over een bewijs van bekwaamheid en betrouwbaarheid alsmede een akte van beëdiging. De bekwaamheid moet blijken uit een met goed gevolg afgelegd examen dat de goedkeuring heeft van de minister van Justitie. Of een persoon betrouwbaar is voor de uitoefening van opsporingsbevoegdheden is ter beslissing aan diezelfde minister op grond van een verklaring omtrent gedrag. Ook de beëdiging als opsporingsambtenaar behoort tot de bevoegdheid van de minister van Justitie. Door het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Pijnacker-Nootdorp is de handhaving van de Leerplichtwet opgedragen aan drie leerplichtambtenaren. De leerplichtambtenaren in onze gemeente zijn bevoegd voor het opmaken van een proces verbaal, zij zijn beëdigd buitengewoon opsporingsambtenaar.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
9
De taken van de leerplichtambtenaar betreffende de uitvoering van de Leerplichtwet kunnen in een vijftal functies worden weergegeven: controlerende functie (toezien op naleving van de Leerplichtwet); registrerende functie (administratie); preventieve functie (advisering en voorlichting); curatieve functie (verwijzing en bemiddeling); justitiële functie (het opmaken van een proces-verbaal). Naast bovengenoemde taken nemen de leerplichtambtenaren deel aan verschillende overleggen zoals; de gemeentelijke zorgnetwerken, periodiek overleg met het Openbaar Ministerie (JCO) en de Raad voor de Kinderbescherming, Zorg-Advies-Teams op het voortgezet onderwijs(ZAT’s), referentie groep HALT, klankbordgroep OM en de Lokaal Educatieve Agenda. 1.4 Leerling-administratie Een goede registratie met betrekking tot de leerplicht is noodzakelijk om de leerplichttaken goed uit te voeren. De administratie biedt ondersteuning aan de leerplichtambtenaren en houdt zich bezig met alle voorkomende administratieve werkzaamheden met betrekking tot leerlingen zoals: het in- en uitschrijven van leerlingen benaderen van scholen i.v.m. voortijdig schoolverlaters en nieuwe leerlingen verwerken gegevens schoolverlaters registreren en verwerken meldingen periodieke controles (absoluut verzuim) postregistratie en versturen van correspondentie 1.5 Externe partners De samenwerking met externe partners is voor het team leerplicht van groot belang. Het onderhouden en het opbouwen van contacten horen daarbij. Leerplicht werkt veel samen met Bureau Jeugdzorg, politie en de jeugdreclassering. De samenwerking is gericht op taakgerichte afstemming en optimale begeleiding vanuit de verschillende disciplines. Het komt voor dat een leerplichtambtenaar zich zorgen maakt om een kind maar geen opening voor hulp of begeleiding vindt bij ouders/opvoeders. Een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg is dan mogelijk. Als de leerplichtambtenaar een proces-verbaal opmaakt, bijvoorbeeld in verband met relatief schoolverzuim, stuurt de leerplichtambtenaar een kopie door naar de Raad voor de Kinderbescherming. De leerplichtambtenaar kan, net als iedere burger rechtstreeks melden bij het Adviesen Meldpunt Kindermishandeling( AMK) met de vraag een onderzoek in te stellen. Dit jaar heeft leerplicht 4 keer een AMK-melding gedaan. De schoolarts kan door school zelf of op verzoek van de leerplichtambtenaar worden ingeschakeld bij veelvuldig ziekteverzuim. Deze kan een onafhankelijk advies geven en een traject voor hulpverlening in gang zetten.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
10
2. Resultaten en bevindingen 2.1 Aantal leerplichtigen in Pijnacker-Nootdorp In het verslagjaar zijn onderstaande leerplichtige, kwalificatieplichtige en niet leerplichtige (RMC) leerlingen/jongeren woonachtig in Pijnacker-Nootdorp. In totaal staan 12.605 jongeren geregistreerd, dat zijn 1711 meer jongeren dan het jaar daarvoor. Deze stijging wordt veroorzaakt door de stijging van het aantal inwoners. Onderstaande cijfers zijn gegenereerd uit het nieuwe registratiesysteem. Naast het nieuwe registratiesysteem Proweb is gebruik gemaakt van het systeem Cognos. Cognos is een systeem dat is ontwikkeld om management informatie te genereren en te controleren. De stijging van het aantal jongeren per leeftijdscategorieen in het schooljaar 2009-2010 is veroorzaakt door toename van het aantal inwoners en een mogelijke filterfout in het oude leerlingvolgsysteem. Het systeem Cognos maakt een nauwkeurigere berekening qua leeftijd. Aantal leerlingen
2006/2007 2007/2008 2008/2009 2009/2010
1. Voll. leerplichtig b.o. (5-12jr.)
5.472
5.665
6.037
6.954
2. Voll. leerplichtig v.o. (13-16 jr.)
2.561
2.646
2.744
2.053
3. Kwalificatieplichtig (16-17jr.)
559
617
634
1.295
4. Niet leerplichtigen (18-22jr.)
1.669
1.535
*1.479
*2.303
Totaal 10.261 10.463 10.894 12.605 Figuur 1: Aantal leerlingen *Voorgaande jaren is de berekening exclusief jongeren met startkwalificatie. Dit jaar is de totale leeftijdsgroep berekend. Daardoor ligt het totaal aantal jongeren hoger.
2.2 Aantal meldingen bij leerplicht Pijnacker-Nootdorp Dit jaar hebben wij 465 meldingen geregistreerd. Het vorige schooljaar hebben wij 390 meldingen geregistreerd. De meldingen nemen in aantal toe, mede door het groeiend aantal inwoners. Totaal aantal meldingen per schooljaar
500 450
Aantal meldingen
400 350 300 250 200 150 100 50 0 2006/2007
2007/2008
2008/2009
2009/2010
Schooljaar Figuur 2: Aantal meldingen per schooljaar in vergelijking met voorgaande jaren
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
11
Aantal meldingen
Schorsing; 26 Verwijdering; 8
Relatief verzuim; 229
Voortijdig schoolverlater; 2 Zorgmelding; 33
Aanvragen vrijstelling; 73 Absoluut verzuim; 9 Luxe verzuim; 58
bemiddeling; 27
Figuur 3: Aantal meldingen naar reden
2.3 Redenen voor melding In figuur 3 is te zien dat het overgrote deel van de meldingen (229) gaat over relatief verzuim (spijbelen). Het aantal verzuimmeldingen is met 49 toegenomen ten opzichte van het vorige schooljaar. De rest van de meldingen gaat over luxeverzuim (58), over zorgmeldingen van psycho- sociale aard (33) en over overige zorg zoals schorsing, verwijdering, ziekmeldingen etc. 2.3.1 Relatief verzuim Er is sprake van relatief schoolverzuim wanneer een leerplichtige of kwalificatieplichtige jongere is ingeschreven bij een onderwijsinstelling maar geen onderwijs volgt, zonder dat daarvoor op grond van de Leerplichtwet 1969 vrijstelling is gegeven. Een leerling staat bijvoorbeeld wel op een school ingeschreven, maar bezoekt deze school niet of niet regelmatig. Het steeds missen van losse lesuren en veelvuldig te laat komen valt onder relatief verzuim. Scholen zijn wettelijk verplicht relatief verzuim te melden wanneer dat langer duurt dan 3 aaneengesloten dagen of bij 16 uren. Zowel de ouders/verzorgers als de leerling die verzuimt (mits 12 jaar of ouder) zijn op dit verzuim aan te spreken. Bij beginnend verzuim of te laat komen wordt preventief opgetreden door snelle melding en inzet van bureau HALT. In totaal zijn dit schooljaar 465 meldingen ontvangen, waarvan 229 meldingen van relatief verzuim. Daarvan komen 29 leerlingen uit het basisonderwijs en 200 meldingen uit het voortgezet onderwijs. Over één leerling kunnen meerdere meldingen binnenkomen. De 200 verzuimmeldingen uit het VO gaan over 115 leerlingen. Schooljaar: 2009/2010 LPA reden
Aantal redenen
Gedragsproblematiek Ongemotiveerd
8 3
Ongeoorloofd verzuim
30
Schorsing en verzuim
2
Veelvuldig te laat komen Administratieve oorzaak Gezinssituatie Veelvuldig ziek Spijbelen
27 1 11 5 21
Psychische problemen
3
Onbekend
4 115
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
12
Figuur 4: Relatief verzuim VO naar oorzaak Relatief verzuim VO naar oorzaak
30 Gedragsproblematiek 25
Ongemotiveerd
Aantal redenen
Ongeoorloofd verzuim 20
Schorsing Veelvuldig te laat komen
15
Administratieve oorzaak Gezinssituatie
10
Veelvuldig ziek Spijbelen
5
Psychische problemen Onbekend
0
Figuur 5: Tabel relatief verzuim VO naar oorzaak
2.3.2 Absoluut verzuim De Leerplichtwet legt aan scholen de verplichting op om aan de gemeente kennis te geven van de in- en uitschrijvingen van leerlingen. Als bij leerplicht niet bekend is of een leerling staat ingeschreven op een school of onderwijsinstelling, spreken we van (vermoedelijk) absoluut verzuim. Als ouders niet op rappelbrieven reageren, worden ze opgeroepen voor een gesprek bij de leerplichtambtenaar. Dit schooljaar zijn 9 leerlingen voor absoluut verzuim benaderd door de gemeente met de vraag waar zij op school zitten. In alle gevallen zijn de leerlingen ingeschreven bij een school. 2.3.3 Luxe verzuim Onder luxe verzuim wordt verstaan: ouders die hun kinderen mee op vakantie nemen -tijdens schooltijden- zonder toestemming van de schoolleiding of de leerplichtambtenaar. Dit verslagjaar is 58 maal luxe verzuim gemeld waarvan 54 keer in het basisonderwijs en 4 keer in het voortgezet onderwijs. De reden van stijging van het aantal meldingen uit het basisonderwijs is de extra actie vóór de voorjaarsvakantie, waarbij het team leerplicht, aan alle basisscholen het verzoek heeft gedaan luxe verzuim te melden. Januari 2010 is aan de directeuren van alle basisscholen in Pijnacker-Nootdorp schriftelijk gevraagd om gegevens te verstrekken van alle absenties in de week voorafgaand aan de voorjaarsvakantie. Naar aanleiding van deze luxe verzuimactie zijn waarschuwingsbrieven gestuurd, hebben er gesprekken plaatsgevonden en zijn huisbezoeken afgelegd. Er waren ook leerlingen waarbij de school aangaf onterecht te hebben gemeld of waarbij bewijs van luxeverzuim ontbrak. Het resultaat is dat er 5 processen verbaal zijn opgemaakt voor verwijtbaar luxe verzuim. In het schooljaar 2009-2010 is 4 keer een luxe verzuim gemeld door het voortgezet onderwijs. De leerplichtambtenaren constateren dat door het uitvoeren van acties en het intensiveren van het contact met de scholen de samenwerking wordt bevorderd. De basisscholen reageren positief wanneer de leerplichtambtenaar de school bezoekt en gezamenlijk met de scholen optreedt. Op het VO (voortgezet onderwijs) en ROC’s zal het belang van het melden van luxe verzuim meer de aandacht krijgen. Voor het volgend schooljaar staat wederom een luxe verzuimactie gepland voor het basis - en voortgezet onderwijs. De scholen worden hiervan op de hoogte gesteld. 2.4 Vrijstellingen De Leerplichtwet 1969 definieert een aantal gronden waarop vrijstelling van de leerplicht mag worden verleend, te weten:
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
13
Art. 5 onder a van de Leerplichtwet kan worden aangevraagd door ouders van kinderen vanwege ernstige psychische en/of lichamelijke problemen. Wanneer ouders zich beroepen op deze vrijstelling moet een verklaring van een onafhankelijk arts/psycholoog worden overgelegd. 26 keer is een beroep gedaan op deze vrijstelling. Artikel 5 onder b van de Leerplichtwet stelt dat ouders een beroep kunnen doen op vrijstelling van inschrijving, wanneer zij bedenkingen hebben tegen de richting van het onderwijs op alle binnen redelijke afstand gelegen scholen. Zij moeten wel een verklaring van deze strekking afleggen. Ouders moeten ieder schooljaar opnieuw de vrijstelling aanvragen. 9 vrijstellingen op grond van artikel 5 onder b aangevraagd. 7 vrijstellingen zijn verleend en 2 aanvragen voor vrijstelling zijn afgewezen. Het betreft gezinnen met meerdere kinderen. Artikel 5 onder c van de Leerplichtwet geeft aan dat ouders vrijstelling aan kunnen vragen wanneer hun kind onderwijs in het buitenland volgt. In alle gevallen moet een schoolverklaring (een bewijs van inschrijving ) van de school in het buitenland worden overlegd voordat de vrijstelling wordt verleend. 1 keer is vrijstelling voor schoolbezoek in het buitenland verleend. Artikel 5a stelt dat ouders een beroep kunnen doen op vrijstelling als zij een trekkend bestaan leiden waarbij de jongere hen vergezelt. 1 keer is vrijstelling voor artikel 5a verleend. Artikel 15 van de Leerplichtwet biedt de mogelijkheid tot vrijstelling wegens het volgen van ander onderwijs (bijvoorbeeld een interne bedrijfsopleiding). Deze vrijstelling kan alleen gegeven worden aan het einde van de volledige leerplicht en aan jongeren die kwalificatieplichtig zijn. 17 keer is vrijstelling verleend. Artikel 11 van de Leerplichtwet kent 7 vrijstellingsgronden. Het kan hier bijvoorbeeld gaan om ziekteverlof of verlof wegens de aard van het beroep van de ouders. Ouders kunnen een verzoek tot extra verlof indienen bij de directeur van de school. Voor de vrijstelling van 10 schooldagen of minder beslist de directeur van de school over het al dan niet toekennen van het verlof. Bij meer dan 10 dagen beslist de leerplichtambtenaar nadat hij of zij het hoofd heeft gehoord. 19 verzoeken om extra verlof ontvangen voor meer dan 10 schooldagen. 17 vrijstellingen zijn verleend en 2 verzoeken zijn afgewezen. In dit schooljaar zijn in totaal 73 vrijstellingen aangevraagd. Hiervan zijn 69 vrijstellingen verleend en is 4 keer een verzoek tot vrijstelling afgewezen. (zie figuren 6 en 7).
Verleende vrijstellingen Schooljaar: 2009/2010 Soort vrijstelling
Aantal vrijstellingen
Art.11, sub d, Ziekte van leerling
3
Art.11, sub f, Vakantie
1
Art.11, sub g, Andere gewicht omstandigh
13
Art.15, Vrijst. w. volg. ander onderwijs
17
Art.5, sub a, Licham./Psychische gronden
26
Art.5, sub b, Bezwaar Richting Onderwijs
7
Art.5, sub c, Onderwijs in buitenland
1
Art.5a, Trekkend bestaan
1 69
Figuur 6: Tabel verleende vrijstellingen
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
14
30 Art.11, sub d, Ziekte van leerling Art.11, sub f, Vakantie
Aantal vrijstellingen
25
20
Art.11, sub g, Andere gewicht omstandigh Art.15, Vrijst. w. volg. ander onderwijs Art.5, sub a, Licham./Psychische gronden Art.5, sub b, Bezwaar Richting Onderwijs Art.5, sub c, Onderwijs in buitenland Art.5a, Trekkend bestaan
15
10
5
0
2009/2010 Schooljaar
Figuur 7: Verleende vrijstellingen
2.5 Bemiddelingen en overige meldingen Leerplicht bemiddelt steeds vaker bij zaken waarbij sprake is van een probleem of een conflict. Soms is het nodig om tussen ouders en scholen te bemiddelen vanuit preventief oogpunt. Dit behoort ook tot de taken van de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaren hebben 27 keer bemiddeld bij o.a. conflicten/meningsverschillen tussen school en ouders. Een aantal voorbeelden van bemiddeling waarbij leerplicht wordt ingezet zijn: adviezen aan directeuren en ouders i.v.m. extra vakantieverlof ouders helpen zoeken naar een school RMC doorverwijzingen motiveren jongeren bemiddelen bij een overstap naar een andere school. 2.6 Zorgmeldingen Bij zorgen rond absentie van een leerling waarbij bijvoorbeeld sprake is van veelvuldig, zorgwekkend en langdurig ziekteverzuim komt het voor dat scholen of andere instanties een zorgmelding doen bij leerplicht. Andre redenen voor een zorgmelding zijn zeer divers en hebben vaak te maken met gedrag of psycho- sociale problematiek. In totaal zijn dit schooljaar 33 zorgmeldingen geregistreerd bij leerplicht. 2.7 Schorsen en verwijderen In het primair- en speciaal onderwijs is er geen wettelijke regeling om een leerling te schorsen. In het voortgezet onderwijs is dit wel wettelijk geregeld. De directeur kan een leerling schorsen voor maximaal 5 dagen achtereen. Als de schorsing langer dan 1 dag duurt, is de directeur verplicht dit te melden aan de onderwijsinspectie en aan de leerplichtambtenaar. Als de leerling opnieuw wordt geschorst of als de schorsing wordt verlengd, moet de schooldirecteur hiervoor een nieuw besluit nemen. In het schooljaar 2009-2010 zijn 26 schorsingen bij leerplicht gemeld. De voornaamste reden van schorsen is het wangedrag van de leerlingen. 2.8 Proces-verbaal Toezicht op de naleving van de leerplichtwet heeft in de eerste plaats het karakter van maatschappelijke zorg. Dit neemt niet weg dat leerplichtambtenaren waar nodig gebruik maken van hun opsporing en Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
15
verbaliseringsbevoegdheid. Wanneer ouders en/of jongeren in de naleving van de Leerplichtwet in gebreke blijven, kan strafrechtelijke vervolging worden ingesteld. De leerplichtambtenaar maakt vervolgens een proces verbaal op dat op een rechtszitting wordt behandeld. De officier van justitie kan tegen de leerling en/of zijn ouders/verzorgers een taakstraf, een boete of een werkstraf eisen. Een procesverbaal voor luxe verzuim wordt altijd opgemaakt tegen de ouders en wordt afgedaan met een boete. De boete voor de ouders/verzorgers bedraagt 50 euro per kind per dag. De maximale boete die opgelegd kan worden is € 2250. Vervolging bij relatief verzuim kan worden ingesteld tegen de ouders als er sprake is van verwijtbaarheid. Daarnaast kan proces-verbaal worden opgemaakt tegen de jongere die heeft verzuimd. In totaal is er 22 keer een proces verbaal opgemaakt, waarvan 11 voor relatief verzuim, 6 voor Halt en 5 voor luxe verzuim. Van de 6 afdoeningen zijn 5 positief afgerond en is 1 negatief afgerond. Na het negatief afronden van een Halt afdoening (verkort proces verbaal) wordt proces verbaal opgemaakt en ingestuurd naar het OM.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
16
3. Ontwikkelingen beleidsveld leerplicht 3.1 Visie en doel jeugdbeleid De kansen voor jongeren op werk, inkomen en maatschappelijke participatie worden grotendeels bepaald door het onderwijs. Kansen geven aan de jongeren van nu betekent kansen creëren voor PijnackerNootdorp in de toekomst. Integraal jeugdbeleid heeft als doel het stimuleren van de eigen kracht en zelfstandigheid van jeugdigen, het bieden van kansen aan jeugdigen en opvoeders en het bevorderen van sociale binding en maatschappelijke participatie van jeugdigen. Zoveel als mogelijk moeten ontwikkelingsachterstanden en uitval van jeugdigen worden voorkomen. Doelstelling van het onderwijsbeleid is om lokaal beleid te ontwikkelen dat inspeelt op de behoefte van de jeugd en jongeren, met als doel het bevorderen van persoonlijke en sociale ontwikkeling en het behalen van een startkwalificatie. Een van de speerpunten binnen het beleid is aandacht voor de individuele scholier. Het onderwijsbeleid moet erop gericht zijn dat ieder kind kan deelnemen aan onderwijs gericht op zijn of haar mogelijkheden. 3.2 Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) De overheid heeft bepaald dat iedere gemeente uiterlijk in 2011 een CJG dient te hebben. Het CJG in onze gemeente bestaat sinds medio 2010. Professionals werken binnen het CJG actief samen en proberen altijd snel de juiste hulp te bieden. Uitgangspunt is dat het kind en het gezin steeds centraal staan. De professionalisering van het CJG is een gedeelde verantwoordelijkheid van de zes kernpartners. De zes kernpartners zijn: stichting Jeugd en Jongerenwerk Midden Holland, Kwadraad, Jeugdgezondheidszorg Pijnacker-Nootdorp, Mee Zuid-Holland Noord, Bureau Jeugdzorg en GGZ Delfland. Er zijn fysieke inlooppunten in Nootdorp, Pijnacker en Delfgauw. Deze inlooppunten zijn gevestigd op dezelfde locaties als de bestaande consultatiebureaus. Voor jeugdigen is er een virtueel CJG via een site. Zij kunnen daar informatie vinden en vragen stellen (via e-mail) over opgroeien en gezondheid. 3.3 De Kinderombudsman Er komt een Kinderombudsman die ervoor moet zorgen dat de rechten van kinderen worden gerespecteerd door overheidsinstanties. Waarschijnlijk begint de Kinderombudsman in 2011 met zijn of haar werk. De Kinderombudsman zal gevraagd en ongevraagd advies geven over problemen, een jaarverslag presenteren en daarover in gesprek gaan met het parlement. De ombudsman gaat klachten van kinderen behandelen over bijvoorbeeld jeugdzorg, onderwijs en omgangsregelingen bij gescheiden ouders. Ook kan hij of zij het jeugdbeleid van de overheid in de gaten houden en advies uitbrengen. De kinderombudsman wordt ondergebracht bij het instituut van de nationale ombudsman. De Verenigde Naties drongen meermalen aan op het instellen van een Nederlandse kinderombudsman. 33 Europese landen hebben al een klachteninstituut voor kinderen. 3.4 Kinderbijslag en leerplicht Vanaf 1 oktober 2009 is de Algemene Kinderbijslagwet (AKW) aangepast aan de kwalificatieplicht. Ouders van jongeren van 16 en 17 jaar die geen school bezoeken kunnen gekort worden op de kinderbijslag. Dit betreft jongeren die nog geen startkwalificatie hebben. De maatregel kan dus alleen worden toegepast bij 16- en 17-jarigen en als het spijbelen door ouders en jongere te voorkomen was geweest. De sociale verzekeringsbank (SVB) heeft met Ingrado (Vereniging voor leerplichtambtenaren en RMC functie) en de VNG afspraken gemaakt over melding van verzuim aan de SVB. Wanneer sprake is van absoluut of relatief verzuim kan de leerplichtambtenaar de SVB hierover informeren. 3.5 Extra maatregelen voor overbelaste jongeren( plus-voorzieningen) Ongeveer 16.000 jongeren in Nederland zijn overbelast. Deze jongeren zitten op het voortgezet onderwijs (VO) of op het MBO. Zij kampen met een groot aantal problemen en lopen risico geen diploma te halen en maatschappelijk uit te vallen. Hun problemen reiken verder dan het onderwijs. De meeste van deze jongeren wonen in een van de 4 grote steden in de Randstad en in 27 middelgrote steden in de rest van Nederland. De komende jaren wordt er 60 miljoen extra beschikbaar gesteld voor gemeenten en scholen die een plusvoorziening willen starten. In een plusvoorziening wordt de structuur en begeleiding geboden Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
17
die overbelaste jongeren zo hard nodig hebben. Dit vertaalt zich bijvoorbeeld in kleinere klassen, een vaste mentor, fysieke nabijheid van zorg- en hulpverlenende instanties. Om overbelaste jongeren snel en adequaat de juiste hulp te kunnen verlenen, is naast de zorg op school ook intensieve samenwerking met externe instanties nodig zoals leerplicht/RMC, schuldhulpverlening, verslavingszorg, woonbegeleiding of reclassering. Vanaf 2011 moet daarom de zorg in en om de school op orde zijn. Onderdeel hiervan is dat op alle scholen goed functionerende Zorg Advies Team’s (ZAT’s) operationeel zijn. De plusvoorzieningen worden regionaal verstrekt. Voor de regio Haaglanden is de aanvraag voor de plusvoorzieningen ingediend door ROC Mondriaan in samenwerking met de RMC-Haaglanden, de VO-scholen en ROC-Id college. 3.6 Pestprotocol Om het pesten in het onderwijs tegen te gaan, is het pestprotocol geïntroduceerd. Alle scholen moeten in hun schoolplan aangeven hoe zij omgaan met pestproblematiek. Ruime aandacht voor pesten is belangrijk omdat het gedragsproblemen en schooluitval tot gevolg kan hebben. Binnen de gemeente PijnackerNootdorp werken de scholen ook met dit protocol. Het team leerplicht constateert dat de scholen het pestprotocol niet altijd op dezelfde wijze toepassen. Het protocol ontbreekt op sommige school-sites en in een aantal gevallen wordt minimale informatie over pesten verstrekt. Pestproblematiek heeft bij het team leerplicht het komend schooljaar de aandacht om te bespreken met de scholen, via de werkgroepen van de Lokale Educatieve Agenda (LEA). Dit punt past in het thema veiligheid in en rond de school (sociale en fysieke veiligheid). In 2011 wordt hiervoor een convenant ontwikkeld waarin de afspraken over het verbeteren van de veiligheid worden vastgelegd. Bij overeenstemming wordt het convenant ondertekend door de schoolbesturen, politie en gemeente. 3.7 Pilot Integraal Handelingsgericht Indiceren (Passend onderwijs) Om zo goed mogelijk te kunnen samenwerken en de handen ineen te slaan is er, vanuit een aantal samenwerkingsverband voor primair onderwijs, de startbijeenkomst “ Integraal Handelingsgericht Indiceren” gehouden. Centraal stonden de zorg voor het kind en hoe te handelen bij geconstateerde problematiek. Alle aan het onderwijs gerelateerde partijen waren vertegenwoordigd. Daarnaast waren ook ouders als ervaringsdeskundigen van de partij. Tijdens de bijeenkomst werden casussen behandeld (gespeeld) en kon iedereen vanuit zijn/haar eigen expertise adviezen geven. Dit leverde een breed spectrum aan zienswijzen op waarmee de werkgroep verder aan de slag gaat. Komend jaar volgen meerdere bijeenkomsten. De verwachting is dat deze pilot als blauwdruk zal gaan dienen voor andere scholen. 3.8 Knelpunten 1. Het aantal meldingen bij leerplicht groeit gestaag, dit zorgt voor een hogere werkdruk. De gemeente Pijnacker-Nootdorp is een groeigemeente, het team constateert als gevolg hiervan meer stadse problematiek. De meldingen zijn complexer van aard en vragen vaker een multidisplinaire aanpak. Om een goede samenwerking te hebben, is intensief contact met de scholen en de ketenpartners noodzakelijk met de scholen. Er is echter beperkt tijd om daarin te investeren. Volgend schooljaar zal het team door het uitvoeren van verschillende acties het contact intensiveren. 2. In januari 2010 is het leerplichtadministratie systeem Proweb van Procura geïmplementeerd. De conversie van de gegevens is niet naar wens verlopen. Het taakveld heeft 8 uur per week applicatiebeheer tot zijn beschikking. Dit is onvoldoende om een nieuw systeem goed te laten functioneren. Hierdoor is het team leerplicht zwaarder belast. Dit knelpunt is besproken binnen de afdeling, er worden mogelijkheden onderzocht om applicatiebeheer uit te breiden. 3. De doorlooptijden bij Bureau Jeugdzorg (BJZ) zijn verbeterd ten opzichte van voorgaande jaren. Op dit moment vindt na aanmelding binnen vier weken een screeningsgesprek plaats. Er is geen sprake meer van een wachtlijst. Wachtlijsten zijn er echter wel bij de geïndiceerde zorgvoorzieningen, zoals bijvoorbeeld begeleid kamerwonen of uit huis plaatsingen.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
18
3.9 Acties schooljaar 2010-2011
Invoeren van het regionaal meld- en verzuim protocol. Door de RMC-regio Haaglanden is het regionale verzuimprotocol ontwikkeld en verspreid onder de VO en MBO scholen (begin januari 2011). De gemeente zal het protocol begin 2011 onder het basisonderwijs verspreiden en onder de aandacht brengen. Het tijdig melden van (beginnend) verzuim door de scholen blijft een belangrijk verbeterpunt. De leerplichtambtenaren zullen de directeuren van de scholen blijven motiveren en stimuleren om het regionale verzuimprotocol goed toe te passen.
Scholen willen leerlingen en personeel een veilige omgeving bieden om in te werken en te leren. De schoolleiding heeft als taak om de veiligheid in en om de school vorm te geven. Hieronder vallen de sociale- en fysieke veiligheid (onder andere het pesten), wat te doen in noodsituaties maar bijvoorbeeld ook de verkeersveiligheid. Een school kan samenwerken met de gemeente, politie en andere relevante partijen om al deze vormen van veiligheid te vergroten en te waarborgen. In de praktijk blijkt dat dit onderwerp nog te weinig belicht wordt. Zoals eerder vermeld zal binnen de LEA aandacht besteed worden aan dit thema.
Het afgelopen schooljaar is in onze gemeente gebleken dat een aantal leerlingen in het basisonderwijs een leerachterstand heeft opgelopen. Dit kan er toe leiden dat kinderen onder het aanvaardbare niveau gaan presteren. Snellere signalering, opstellen van handelingsplannen en bijvoorbeeld doorverwijzing naar speciaal basisonderwijs zijn noodzakelijk om gedragsproblematiek en schooluitval in de toekomst te voorkomen. Hoewel de gemeente onderwijsinhoudelijk geen bemoeienis heeft met de scholen, zal dit onderwerp ook binnen de LEA-thema Ontwikkelingkansen door Kwaliteit en Educatie, aandacht krijgen.
De landelijke handreiking voor een integrale aanpak van schoolziekteverzuim bij kinderen en jongeren is opgesteld (snel terug naar school is veel beter). Deze handreiking wordt mogelijk binnen de RMC-regio vertaald in een protocol voor aanpak ziekteverzuim. Vooruitlopend daarop vraagt het team leerplicht, aandacht voor deze aanpak bij de scholen. Schoolverzuim wegens ziekte komt steeds vaker voor. Scholen weten niet altijd goed om te gaan met langdurig zieke kinderen en kinderen met een schoolfobie. In eerste instantie is de school verantwoordelijk om te reageren op een zieke leerling en te handelen volgens de handleiding.
Aansluiting van het primair onderwijs op het verzuimloket van Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). DUO (voorheen Informatie Beheer Groep) beheert het digitale verzuimloket waarmee onderwijsinstellingen op uniforme wijze hun verzuimmeldingen kunnen doorgeven aan de gemeenten. Het verzuimloket wordt gebruikt om contact tussen melder en behandelaar tot stand te brengen. VO en MBO scholen leveren vanaf september 2009 de leerlingengegevens en verzuimmeldingen elektronisch aan bij DUO. DUO zorgt er vervolgens voor dat deze gegevens bij de desbetreffende gemeente digitaal worden aangeleverd. In 2011 zullen ook de basisscholen op DUO worden aangesloten. Dit maakt het voor basisscholen makkelijker om het verzuim aan leerplicht te melden. Nu gebeurt dit door het meldingsformulier per post op te sturen naar de betrokken gemeente.
Uitvoeren van de luxe verzuimactie op het primair - en voortgezet onderwijs. (zie 2.3.3)
Ouders en scholen weten de leerplichtambtenaar steeds beter te vinden. Het is van belang goed zichtbaar en bereikbaar te zijn voor scholen en ouders. Volgend schooljaar wil het taakveld op verschillende manieren leerplicht onder de aandacht brengen:
1. Frequenter bezoek aan Basisscholen, voortgezet onderwijs en ROC’s 2. Voorlichting over het regionale meld en verzuim protocol 3. Schriftelijk informatie over leerplicht voor in de nieuwsbrieven
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
19
4. Voorlichting binnen onze gemeente aan het Klant Contact Centrum (KCC) zodat burgers met vragen beter worden voorgelicht. 5. Voorlichting door middel van folders, informatiebord in de hal van onze gemeente en informatie in de Telstar.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
20
4. Terugblik op afgelopen schooljaar 4.1 Verzuimmeldingen door scholen in Pijnacker-Nootdorp Het vorige jaarverslag vermeldt dat scholen in Pijnacker-Nootdorp nog steeds te lang wachten met het melden van verzuim. Met name in het basisonderwijs zijn er zorgleerlingen die lang buiten beeld van de leerplichtambtenaar en van het Zorgnetwerk blijven. Scholen worden door leerplicht en het CJG geadviseerd en ondersteund om zorg tijdig te melden. Ook is in het verslag vermeld dat het Stanislas College weinig verzuim- en zorgmeldingen doet. Bij de start van het schooljaar 2009-2010 heeft een gesprek plaatsgevonden met de directeur van het Stanislas College ( Pijnacker), waarin dit is aangekaart en afspraken zijn gemaakt over verbetering van de samenwerking. De leerplichtambtenaar heeft een presentatie gegeven over onder andere het verzuimprotocol. Dit heeft geresulteerd in meer meldingen en een verbeterde samenwerking. De meldingen komen tijdig binnen en de aanpak wordt goed afgestemd. 4.2 Halt-afdoening spijbelen De Halt afdoening is een prejustitiële sanctie die zich richt op leerplichtige jongeren van 12 tot en met 17 jaar. Per 1 januari 2010 is de inhoud van de Halt-afdoening vernieuwd. De nadruk ligt meer op contactmomenten met de jongere en ouders, het maken van leeropdrachten en op het aanbieden van excuses. Tevens is de Halt-afdoening Schoolverzuim (spijbelen en te laat komen) vanaf 1 januari een officieel, landelijk Halt-delict. Voor schoolverzuim kan een jongere 1x naar Halt. Sinds dit jaar wordt gewerkt met een vernieuwd verkort proces verbaal. Doel hiervan is om het verwijzen naar bureau Halt eenvoudiger te maken. In totaal is 6 keer een Halt proces verbaal opgemaakt. 4.3 Dag van de leerplicht Op 18 maart 2010 heeft de Dag van de Leerplicht plaatsgevonden. Het thema van deze dag was: School? Bekijk 't…eens anders! Tijdens deze dag stonden leerlingen, ouders en leerkrachten stil bij het feit dat kinderen in Nederland het recht hebben om zich te ontwikkelen en een diploma te halen. Naar school gaan is niet alleen een plicht maar vooral ook een recht. In Pijnacker-Nootdorp hebben wij voor de basisscholen de actie gekozen “sjezen om op tijd te zijn”. De basisscholen kregen de informatie, posters en folders toegestuurd met de vraag aandacht aan de Dag van de Leerplicht te besteden. Op het Stanislas College in Pijnacker is gekozen voor de actie “De Klassenbattle”. De hele klas stipt om 8.30 uur compleet? Het lijkt soms een utopie, maar door een wedstrijd te maken van het op tijd komen, kan het werkelijkheid worden. Op 18 maart ging de klassenbattle in en werd door de leerplichtambtenaar, wethouder onderwijs en de directeur van het Stanislascollege het startsein gegeven. Zij stonden die ochtend bij de ingang en spraken de te laatkomers aan op hun gedrag. Een maand lang hielden alle leerkrachten de telaatkomers bij. De klas die aan het einde van deze maand de minste laatkomers had, zou de Klassenbattle winnen. De prijs is na een maand uitgereikt door de leerplichtambtenaar mw. I. Sterkenburg en de wethouder onderwijs mw. J. Van Egmond. Het werden uiteindelijk drie winnaars: klas1BH, klas V3A en klas V5B. Zij wonnen een dagdeel bodyboarden in Zoetermeer. 4.4 Verbetering samenwerking binnen de zorgnetwerken De gemeente kent het Zorgnetwerk van 0 tot 12 jaar en het zorgnetwerk van 12 tot 23 jaar. De GGD/JGZ is de organisatie in Pijnacker-Nootdorp die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de zorgnetwerken 0-12 jaar en 12-23 jaar . Het doel van het zorgnetwerk is het zo vroeg mogelijk, zo eenvoudig mogelijk en zo dicht mogelijk bij huis bieden van adequate hulp aan jeugdigen en/of gezinnen met complexe of onduidelijke problematiek. Dit netwerk bespreekt de problematiek van de jongeren en hun ouder(s)/verzorger(s). In juni 2009 hebben de deelnemers van de zorgnetwerken een samenwerkingsovereenkomst ondertekend om de samenwerking binnen de Zorgnetwerken voor jongeren van 0 tot 23 jaar te versterken en te voorkomen dat professionals langs elkaar heen werken. Niet alleen een convenant zorgnetwerken is getekend daarnaast is ook een aanzet gegeven voor de implementatie van de Verwijsindex Haaglanden. In de zorgnetwerken zijn de belangrijkste deelnemers:
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
21
GGD Zuid Holland West, Bureau, Algemeen maatschappelijk werk (Kwadraad), Schoolmaatschappelijk werk (MEE Zuid Holland Noord), Bureau Jeugdzorg (Delft), Politie Pijnacker-Nootdorp (Politie Haaglanden),Jongerenwerk en Leerplicht (Gemeente Pijnacker-Nootdorp). Daarnaast nemen andere hulpverleningsinstanties deel op afroep. In het jaar 2009 zijn in totaal 25 casussen besproken. Hiervan zijn 12 anonieme casussen en 12 met toestemming besproken. Over het jaar 2010 zijn de gegevens nog niet bekend. Het verslagjaar gaat over het kalenderjaar. 4.5 Invoering Verwijsindex De gemeenten binnen de regio Haaglanden hebben gezamenlijk besloten gebruik te maken van het signaleringssysteem van Multisignaal. Hiermee ontstaat een Regionale Verwijsindex Haaglanden die aangesloten wordt op de landelijke verwijsindex. De verwijsindex zal op lokaal niveau het functioneren van de zorgnetwerken ondersteunen en versterken. Zowel de zorgnetwerken als de verwijsindex zijn onderdeel van het Centrum voor Jeugd en Gezin in ontwikkeling (CJG). Kenmerkend voor “risicojongeren” is dat hun problemen zich vaak voordoen op meerdere leefgebieden zoals zorg, wonen, werken, onderwijs en welzijn. Dit betekent dat verschillende organisaties met dezelfde risicojongere in aanraking kunnen komen en actie ondernemen zonder dit met de overige organisaties af te stemmen. Om dit te voorkomen heeft de landelijke overheid gemeenten aangewezen als regievoerder voor de opzet van een sluitende aanpak van risicojongeren in de leeftijd van nul tot drieëntwintig jaar. Als twee instanties een naam invoeren in de verwijsindex komt er een match uit het systeem. Uit deze match volgt een actie door een van beide invoerende instanties. De verwijsindex heeft als doel de samenwerking tussen de verschillende professionals op het gebied van zorg rond de kinderen/jongeren te ondersteunen. Dit systeem voorkomt dat mensen van elkaar niet weten welke hulp een kind krijgt. De verwijsindex zorgt dus voor vroegtijdige signaleren van problemen bij jeugd en voor tijdig afstemmen van hulp. De verwijsindex zorgt ook voor overzicht, samenwerking en goede afspraken tussen de verschillende instellingen. In de regio Haaglanden werken alle negen gemeenten met de vewijsindex. Vanuit leerplicht/RMC zijn 6 leerlingen ingevoerd in de verwijsindex. Onderstaande tabel geeft het aantal jongeren aan die door verschillende instanties op de verwijsindex zijn gezet. In totaal zijn er 32 jongeren uit de gemeente gemeld in de verwijsindex. Bij 3 jongeren heeft een match plaatsgevonden.
VSV-RMC Pijnacker-Nootdorp
1
Stichting Jeugd en Jongerenwerk Midden Holland
1
t Kraaiennest - PijnackerNootdorp
1
5
Leerplicht Pijnacker-Nootdorp
MEE Zuid-Holland Noord
1
Politie Regio Haaglanden Pijnacker-Nootdorp Jeugdgezondheidszorg ZuidHolland West Kwadraad Pijnacker-Nootdorp AMW
13
4
6
Figuur 8: Aantal leerlingen ingevoerd op de verwijsindex
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
22
Jaarverslag
Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) 2009-2010
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
23
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
24
5. Regionale meld- en coördinatiefunctie 5.1 Wat is RMC? In 1994 is de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) via een landelijke regeling in het leven geroepen. In 2001 is de RMC-functie in wetgeving verankerd. De RMC draagt zorg voor regionale samenwerking tussen gemeenten, scholen en instellingen werkzaam op het gebied van voorkomen en bestrijden van schooluitval. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de RMCtaken en voor regie op het voortijdig schoolverlatenbeleid. In totaal zijn er 39 RMC-regio’s.Voor de regio Haaglanden is contactgemeente Den Haag de coördinerende gemeente en ontvangt de middelen. De regio is opgedeeld in drie subregio’s (SMC’s) te weten: SMC- Den Haag en randgemeenten, SMC- Zoetermeer en SMC-Delft. De Gemeente PijnackerNootdorp valt onder het SMC Delft. De landelijke overheid heeft bestrijding van voortijdig schoolverlaten (VSV) steeds hoger op de agenda gezet en als prioriteit benoemd. Via de Regionaal Meld- en Coördinatiefunctie’s (RMC’s) investeert het rijk in de “Aanval op de schooluitval”. Er is sprake van voortijdig schoolverlaten als een jongere het onderwijs verlaat zonder een Havo, VWO of MBO-niveau 2 diploma. In het kader van ‘Aanval op uitval’ worden landelijk en regionaal beleidsmaatregelen uitgevoerd en initiatieven genomen om deze problematiek verder aan te pakken. De maatregelen hebben zowel een preventief als curatief karakter. Jongeren zonder voldoende vooropleiding lopen een grotere kans in de toekomst geen duurzame plaats op de arbeidsmarkt te krijgen of te behouden. De uitvoering van de taken leerplicht en RMC is een wettelijke verantwoordelijkheid van de gemeente. Ook het college heeft dit punt, samen met de aanpak van schoolverzuim, benoemd als prioriteit. Beleid en actiepunten hierop zijn uitgewerkt in het Integraal jeugdbeleid, deelnota Educatie en Werk 20082012. 5.2 Het doel van de RMC Het doel van de RMC is op regionaal niveau terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters en verhogen van het aantal jongeren dat een startkwalificatie behaalt. Dit wordt gerealiseerd door het registreren van voortijdig schoolverlaters, aanbieden van individuele trajectbegeleiding, het tot stand brengen van een goede samenwerking tussen gemeenten, scholen en instellingen voor (jeugd)hulpverlening. Meldingen van VSV komen via verschillende instanties bij de gemeente binnen, dit kan via scholen, DUO, maar ook via het UWV-werkbedrijf of hulpverleningsinstellingen. Tot slot nemen jongeren, ouders of derden die zich zorgen maken ook contact op met het RMC voor begeleiding of advies. 5.3 Case-management Voor jongeren die voortijdig de school verlaten, is het belangrijk dat zij op de juiste manier weer naar school, werk of een voorbereidend traject worden geleid. De RMC casemanager speelt daarbij een grote rol. Wanneer een jongere uitvalt, maar nog wel ingeschreven is bij een onderwijsinstelling, neemt de RMC casemanager contact op met de school om gezamenlijk een vervolgtraject uit te stippelen. De school draagt de eerste verantwoordelijkheid voor de begeleiding. De begeleiding varieert van korte trajecten waarbij de jongere bijvoorbeeld advies krijgt over de opleidingsmogelijkheden in de regio, tot zeer intensieve begeleidingstrajecten. In een intensief traject kan samenwerking worden gezocht met hulpverleningsinstanties. Een deel van de jongeren keert niet terug naar het onderwijs. Voor deze jongeren kan de casemanager een reintegratietraject, leerwerktraject of een stage inzetten. Jongeren die niet meer leerplichtig zijn worden op vrijwillige basis begeleid door de casemanager. Voor jongeren vanaf 18 jaar wordt samengewerkt met de jongerenwerkcoach die vanaf mei 2010, in het kader van bestrijding jeugdwerkloosheid en de wet Investeren in jongeren (WIJ), wordt ingezet.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
25
5.4 Oorzaken uitval Er kunnen verschillende redenen zijn waardoor jongeren voortijdig de school verlaten. De oorzaken kunnen zijn: Voorlichting en begeleiding (VMBO) Verkeerde beroepskeuze Geen leerwerkplek kunnen vinden of behouden Persoonlijke omstandigheden Gebrek aan motivatie Gedragsproblemen Hebben geen zicht op andere opleiding of hulp. Slechte schoolcarrière/geen verwijzing naar speciaal onderwijs Veel jongeren hebben hulpverlening nodig, maar onderkennen dit niet. Vaak is er sprake van psychische problematiek/ verslaving / multiproblemen, schulden, politiecontacten, zelfstandig wonen, weinig motivatie, apathische houding, autisme. Een meerderheid van voortijdig schoolverlaters komt uit het mbo. Het grootste deel van de voortijdig schoolverlaters is tussen de 18 en 20 jaar oud. 5.5 Trajecten RMC Als hulpmiddel om jongeren te stimuleren om bijvoorbeeld weer aan een opleiding te beginnen, zijn er diverse trajecten door de casemanager in te zetten. Net als leerplicht kan RMC gebruik maken van het Regionaal Platform Arbeid (RPA) aanbod. Het aanbod bestaat uit een verzameling van trajecten van de gemeenten binnen Haaglanden, die zij inkopen in het kader van participatiebeleid. In RPA verband zijn er afspraken gemaakt over gebruik van elkaars instrumenten. In de instrumentengids van het RPA kan een keuze gemaakt worden uit verschillende trajecten voor jongeren. Bij gebruik van een traject draagt de gemeente zelf de kosten. In schooljaar 2009-2010 is er door een RMC casemanager 1 keer gebruik gemaakt van een RPA traject. Het is gebleken dat andere trajecten via bedrijven goedkoper worden aangeboden. In een aantal gevallen moeten eerst barrières worden weggenomen voordat een jongere zich op een opleiding kan richten. Zoals eerder vermeld is de gemeente Pijnacker-Nootdorp een groeigemeente, waarbij in toenemende mate stadse problematiek speelt. Jongeren kunnen te maken krijgen met justitie, loverboys, verslavingen, schulden, huiselijk geweld, uithuiszetting, ongewenste zwangerschappen en tienermoedeschap. De RMC pakt deze problemen zo veel mogelijk aan of zoekt professionele hulp om e.e.a op te lossen. Pas als de problemen zijn aangepakt, is een jongere in staat om zich op een opleiding te richten. Een ander probleem is de beperkte instroommomenten binnen het MBO. Regelmatig is een overbruggingstraject nodig waarin jongeren door ons geactiveerd worden en blijven totdat de opleidingen in september starten. 5.5.1 Project Regie op eigen leven De wens van de raad is om jongeren die geen gebruik willen maken van de begeleiding van het RMCcasemanagment een traject aan te bieden. In samenwerking met Stichting Jeugd en Jongerenwerk Midden Holland is er in 2009 het pilotproject ”Regie op eigen leven” opgestart. Het project wordt uitgevoerd onder regie van het RMC-casemanagement en heeft tot doel de risicojongeren te motiveren en te activeren om te werken aan hun toekomst. Dit project kan jongeren intensief 1 op 1 begeleiden, vaak in samenwerking met de ouders/omgeving van de jongere.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
26
De methodiek die hiervoor wordt gebruikt is in te delen in drie fases: 1. Contactlegging & Analysefase (intensief) 2. Toeleiding & Begeleidingsfase (intensief) 3. Coaching & Nazorgfase (steeds meer verantwoordelijkheid aan de jongere overdragen) Een geslaagd traject leidt er toe dat een jongere uiteindelijk door RMC-casemanagement geplaats kan worden op traject voor scholing, werk en/of zorg. Dit schooljaar zijn er 14 jongeren in behandeling genomen.
Niet gemotiveerd (afgesloten)
Verhuisd
5
1
Gemotiveerd (zaken lopen nog)
Uitgestroomd naar opleiding
6
2
Figuur 9: Aantal jongeren aangemeld bij project regisseur op eigen leven
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
27
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
28
6. Resultaten en bevindingen 6.1 Totaal aantal voortijdig schoolverlaters Dit jaar zijn er 444 jongeren aangemerkt als voortijdig schoolverlater. De vsv-registratie is van toepassing op jongeren vanaf 12 jaar tot 23 jaar. Het overgrote deel van de meldingen betreft jongeren in de leeftijd van 16 tot 23 jaar. Indien er sprake is van leerplicht wordt de melding in eerste instantie door de leerplichtambtenaar behandeld, vaak wordt met RMC-casemanagement samengewerkt. Van de 444 vsv-ers zijn 321 jongeren eerder (vóór het verslagjaar) uitgevallen, dit zijn de zogenoemde oude vsv -ers. 123 jongeren zijn uitgevallen in het verslagjaar (nieuwe vsv- ers). Zie figuur 11.
Totaal aantal VSV-ers
Oude vsv-ers 321
Nieuwe vsv-ers 123
Totaal 2009-2010 444
Figuur 10: Aantal voortijdig schoolverlaters schooljaar 2009- 2010
6.2 Overzicht totaal aantal VSV-ers Het aantal voortijdig schoolverlaters in 2008-2009 was bruto 535 en netto 265. Vergeleken met het schooljaar 2009-2010 is het aantal vsv-ers zowel bruto (444) als netto (161) verminderd. Dit is te verklaren door de extra inzet op RMC-casemanagment, betere registratie, meer uitwisselingsmogelijkheden van gegevens met DUO en het landelijke plan “Aanval op uitval”. De scholen voor voortgezet onderwijs en de ROC’s besteden extra aandacht aan het voorkomen en bestrijden van voortijdig schooluitval. Schooljaar 2009-2010 Totaal aantal bruto VSV-ers Hiervan zijn er in het schooljaar 252 jongeren gemeld bij RMC Positieve uitstroom casemanagement (onderwijs, vavo, werk) Positieve uitstroom zonder tussenkomst casemanagement Uitstroom i.v.m. bereik leeftijd 23 jaar of verhuizing Netto aantal VSV-ers
444 79 137 67 161
Figuur 11: Overzicht bruto netto aantallen
Bestemming totaal aantal vsv-ers (444) Van het totaal aantal vsv-ers zijn er 108 jongeren aan het werk (zonder een startkwalificatie)zonder tussenkomst van RMC, en zijn er 29 jongeren terug gegaan naar school. zonder tussenkomst van RMC. Verder combineren 5 jongeren het leren en werken, hebben 79 een positieve uitstroom na begeleiding door het RMC- casemanagement.
Figuur 12: Bestemming totaal aantal vsv-ers (444)
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
29
6.3 RMC-Casemanagement Toeleiding naar het het RMC-casemanagement (totaal 252 jongeren) Het overgrote deel van de meldingen bij het casemanagement wordt gedaan door de scholen (via DUO). De rest van de meldingen komt uit het eigen registratiesysteem of van de samenwerkende partners. Van de 252 jongeren zijn er 205 actief begeleid door het casemanagement, dit is inclusief de preventieve begeleiding. De overige jongeren hebben geen gebruik gemaakt van het aanbod.
12
47
16
Eigen administratie UWV DUO/School Overige
177
Figuur 13: Toeleiding naar de RMC
Resultaat RMC-casemanagement (totaal 205) In totaal zijn er 205 jongeren door het casemanagement begeleid. Hiervan zijn 29 jongeren preventief opgepakt, deze tellen niet meer in bovengenoemde cijfers. Van de 29 jongeren zijn er 22 in verband met verzuim onder de 30 dagen gemeld, 7 jongeren zijn opgepakt vanuit het project doorstroom VO/MBO (risico-overstappers) en zijn er 2 jongeren begeleid bij het vinden van een leerwerkbedrijf om de opleiding voor te zetten. Van de VSV-ers hebben er 176 begeleiding aangeboden gekregen. Hiervan zijn er 50 jongeren positief uitgestroomd naar onderwijs, 29 uitgestroomd naar werk, 16 jongeren zijn opgepakt door het UWV (Wajong). 76 jongeren zijn nog in begeleiding omdat deze later in het schooljaar zijn gemeld of omdat er een langere tijd nodig is om een positief resultaat te boeken. Vorig schooljaar zijn er 93 jongeren begeleid waarvan 63 positief zijn uitgestroomd (onderwijs/werk). 76
Nog in begeleiding
40
Terug naar onderw ijs
10
VAVO
Verw ijzing naar hulpverlening
Wajong
5
16
Werken/Leren
29
Preventief begeleiden
29 Aantal personen
Figuur 14: Resultaat casemanagement verdeeld naar soort (totaal 205)
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
30
7. Ontwikkelingen rondom beleidsveld RMC 7.1 Wet Investeren in Jongeren (WIJ) Op 1 oktober 2009 is de Wet investeren in jongeren (WIJ) in werking getreden. De wet WIJ verplicht gemeenten jongeren van 18 tot 27 jaar, die zich melden voor een inkomensvoorziening of een traject een aanbod te doen. Dit kan een baan zijn, een vorm van scholing of een combinatie van beide, afgestemd op de situatie van de jongeren. Als zij werk accepteren krijgen ze salaris van de werkgever. Bij acceptatie van het leeraanbod krijgen ze waar nodig een inkomen dat even hoog is als de bijstandsuitkering. Als zij het aanbod niet accepteren dan krijgen zij ook geen uitkering van de gemeente. Ook jongeren van 16 tot en met 17 jaar die geen scholing of opleiding volgen (vsv-ers), minder dan 16 uur per week werken en die voldoen aan de kwalificatieplicht, of aan wie een vrijstelling van die kwalificatieplicht is verleend, hebben recht op een werk-leeraanbod. De WIJ is bedoeld om jongeren onder de 27 jaar die bij de gemeente aankloppen voor een uitkering, te stimuleren hun school af te maken. De maatregelen in de wet WIJ zijn bedoeld om te bevorderen dat jongeren duurzaam aan de slag komen en te voorkomen dat ze afhankelijk worden van de bijstand. De regeling geldt niet voor jongeren die niet kunnen werken of leren. Het kan hierbij bijvoorbeeld gaan om jongeren met een handicap. Deze groep jongeren komt wel in aanmerking voor een inkomensvoorziening. 7.2 Veiligheidshuis Het veiligheidshuis is opgezet om hardnekkige problemen op het gebied van overlast, probleemjeugd, geweld en criminaliteit beter aan te kunnen pakken. In het veiligheidshuis werken gemeente, politie, Openbaar Ministerie, reclassering en de zorg- en welzijnsorganisaties samen. Deze samenwerking moet de informatie-uitwisseling tussen de verschillende disciplines verbeteren. Daarnaast vergroot het veiligheidshuis de slagvaardigheid van de samenwerkende partijen. Vanuit het veiligheidshuis worden gerichte, gezamenlijke projecten gestart die de veiligheid in de stad vergroten. Leerplicht en RMC medewerkers van de gemeente Pijnacker-Nootdorp nemen sinds dit jaar op afroep deel aan de overleggen van het Veiligheidshuis Den Haag. Meerdere gemeenten in de regio zijn bezig met het opzetten van een Veiligheidshuis. Op dit moment wordt binnen de Gemeente Pijnacker-Nootdorp bekeken bij welk samenwerkingsverband het beste kan worden aangesloten.
7.3 Knelpunten RMC Het kabinet heeft aangekondigd de inzet op schooluitval voor te zetten en de budgetten te handhaven. Het is echter nog niet duidelijk op welke wijze de huidige convenantmiddelen (aanval op school uitval) zullen worden ingezet. Het ministerie van onderwijs heeft aangekondigd de samenwerkingsdriehoek van ministerie, gemeenten en scholen te willen handhaven, waarbij de gemeenten de regie houden op het voortijdig schoolverlatenbeleid (preventief en curatief). Voor de wijze van financiering wordt ook bekostiging via het onderwijs overwogen. Voor wat betreft de RMC-taak is de financiering op dit moment volledig afhankelijk van RMC-middelen. In het kader van de sub-regionale samenwerking met de gemeente Delft, heeft de gemeente Delft de casemanagers aangesteld en gedetacheerd bij de regiogemeenten Westland, Midden-Delftland en Pijnacker-Nootdorp. Voor de periode 2012 en veder is nog geen zekerheid van voorzetting van de convenantmiddelen. De gemeente Delft heeft aangegeven niet meer bereid te zijn om als werkgever te fungeren voor de casemanagers van de regiogemeenten. Dit houdt in dat vanaf 2012 ongeacht de financieringsmogelijkheden, de Gemeente Pijnacker-Nootdorp zelf verantwoording dient te dragen voor het casemanagement en de uitvoering van het VSV-beleid. 7.4 Acties Up to date houden van registratie Elke zes weken schrijft de gemeente jongeren aan die nieuw zijn komen wonen binnen de gemeente. Ook jongeren onder 23 jaar die geen schoolbinding en/of startkwalificatie hebben, krijgen een brief met het verzoek om actuele informatie te verstrekken over hun situatie. De jongere die niet op school zitten en niet werken krijgen het aanbod voor begeleiding. Deze
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
31
manier van werken zorgt er voor dat de alle vsv-ers in beeld worden gebracht en gehouden en dat ze voor zover mogelijk binnen de formatiecapaciteit worden benaderd voor begeleiding.
Aanpak verzuim in het MBO Onder de aandacht brengen van het regionale meld- en verzuimprotocol binnen het MBO. De ROC’s melden onvoldoende. De taak is om het melden van verzuim onder de aandacht te blijven brengen van de scholen.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
32
8. Terugblik afgelopen schooljaar 8.1 Project VO/MBO Het VMBO en de vervolgopleiding (meestal het MBO) en de gemeente (leerplicht/RMC) kunnen samen veel doen om een succesvolle overgang van jongeren te realiseren, zodat zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie behalen. Het VMBO en het MBO kunnen samen een aantal preventieve activiteiten inzetten om de kans op een succesvolle overgang te vergroten. De gemeente draagt bij door middel van het VO/MBO project Het gaat om de volgende activiteiten: Aanschrijven van de doelgroep; Voorlichten en begeleiden (VMBO); beroepskeuze testen voor degene die nog geen keuze hebben gemaakt; Begeleiden aanmelding en (voorlopige) inschrijving; Vaststellen van risicoleerlingen voor wie het risico op uitval het grootst is; Nagaan of de jongeren ook daadwerkelijk starten met de opleiding ( via DUO). In totaal hebben dit schooljaar 247 mensen een brief ontvangen van de gemeente. Op de eerste brief hebben 156 mensen gereageerd. Op de tweede brief hebben 71 mensen gereageerd. De overige 20 mensen zijn telefonisch benaderd door een RMC-casemanagers. Er hebben in totaal 7 jongeren naar aanleiding van het project VO/MBO ondersteuning van het RMC gehad omdat zij zijn gesignaleerd als risico-overstappers.
Jaarverslag Leerplicht - RMC schooljaar 2009 – 2010
33