maakt
Wie
Het verslag en de resultaten van de Van Gansewinkel Groep
jaarbeeld 08 Interviews:
hier
Raad van bestuur Raad van commissarissen Afvalstromen uitgelicht Duurzaamheidsverslag en Cradle to Cradle-partners Financiële resultaten en overzichten
iets
moois
van?
Over dit verslag
Inhoud
De Van Gansewinkel Groep wil met dit verslag een helder en transparant beeld geven van haar activiteiten op het gebied van duurzaamheid over het kalenderjaar 2008 (01/01/2008 – 31/12/2008). Ook geven we inzicht in onze ambities voor de middellange termijn. Van Gansewinkel Groep volgt bij het opstellen van het verslag de richtlijnen van het Global Reporting Initiative.
Interview voorzitter raad van bestuur Afval bestaat niet Zo doen we dat! Raad van commissarissen Afvalstromen uitgelicht Van scherf tot fles Interview COO Frans van de Noort Van afval naar warmte Interview COO Yves Luca Internationaal Interview COO Diederik Gijsbers Van puin naar A2
2-9 10-11 12-13 14-16 17-19 20-23 24-25 26-29 30-31 32-55 36-37 38-41
Duurzame ontwikkeling Onze visie, missie en kernwaarden Ambities voor 2010 Van splinter naar dressoir
43-117 44-47 48-35 54-57
Equity Veiligheid Stakeholders Van roest naar glans Van oud naar nieuws
58-81 58-64 64-81 68-71 82-85
Ecology Schonere vloot Van afval naar energie Inkoop en ICT Van accu naar batterij Cradle to Cradle Interview Michael Braungart (EPEA) Philips Sense and Simplicity Van Houtum Papier Tapijtfabrikant Desso Ahrend kantoormeubilair Tegelfabrikant Mosa GRI-index Assurance-rapport Van slippen naar scoren
86-113 86-89 90-92 93 94-97 98-111 99-101 102-103 104-105 106-107 108-109 110-111 112 113 114-117
Economy Inhoudsopgave Corporate Governance Risicobeheer Financiële resultaten en overzichten Personalia Colofon
118-135 118 118 119-122 122-133 134-135 135
Reikwijdte
Dit rapport omvat de data en informatie van alle deelnemingen van de Van Gansewinkel Groep. Een lijst van onze bedrijven, locaties en deelnemingen is te vinden op onze website: www.vangansewinkel.com. Eerdere rapportage over duurzaamheidsgegevens vond plaats in 2007. Richtlijnen Global Reporting Initiative
Het verslag van de Van Gansewinkel Groep op het gebied van duurzaamheid is samengesteld op basis van het Global Reporting Initiative (GRI) versie G3. De G3 onderscheidt verschillende toepassingsniveaus. Op basis van een self assessment voldoet het verslag aan de voorwaarden van het B-niveau. De Van Gansewinkel Groep rapporteert over een groot gedeelte van de kernindicatoren van de GRI en is transparant over haar duurzaamheidsactiviteiten. PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. heeft het verslag geverifieerd waardoor het verslag een B+-niveau krijgt. In de GRI-tabel (pagina 112) wordt expliciet aangegeven over welke indicatoren de Van Gansewinkel Groep rapporteert. Verificatie van dit verslag
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. heeft ons ondersteund bij de verificatie van de duurzaamheidsdata. Het assurancerapport voor duurzaamheidsinformatie is te vinden op pagina 113. Het proces is voor ons van belang geweest om een extra verificatie uit te oefenen op de informatie in dit verslag om zo ook de betrouwbaarheid en volledigheid hiervan richting onze stakeholders te verhogen.
Afval wordt door de meeste mensen als ongewenst beschouwd. Als iets zonder waarde.
jaarbeeld 08 Wij denken daar heel anders over. Want in het afval van vandaag groeit de kiem voor de producten en goederen van morgen. Wij maken er zelfs graag iets moois van. Wat? Dat laten we zien in het ‘jaarbeeld 2008’. In dit jaarverslag komen onze financiële resultaten, strategie en visie op de markt uitgebreid aan bod. Maar we gaan een stapje verder. Samen met onze Cradle tot Cradle-partners tonen we aan dat afval eigenlijk niet bestaat.
Financiële overzichten Geconsolideerde balans per 31 december 2008 – Activa Geconsolideerde balans per 31 december 2008 – Passiva Geconsolideerde winst- en verliesrekening 2008 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2008 Geconsolideerd overzicht van verwerkte opbrengsten en kosten
123
124-125
126 127
128
Toelichting op winst- en verliesrekening
129
Medewerkers
129
Bezoldiging bestuurders
129
NL GAAP / IFRS
130-133
1
Interview voorzitter raad van bestuur
Ruud Sondag, CEO Van Gansewinkel Groep
“Activiteit over de gehele keten maakt robuust en biedt kansen” Zoals voor de meeste bedrijven was 2008 voor de Van Gansewinkel Groep een jaar met twee gezichten. Vóór de zomer een stevige groei, na de zomer de lijn neerwaarts. De drie-eenheid van inzameling, recycling en verwerking maakt de Van Gansewinkel Groep beter bestand tegen de crisis, omdat zij een veel breder vangnet heeft om de klappen op te vangen. Een kwestie van spreiding van risico’s. Deze stabiliteit van de keten biedt tegelijkertijd voor de komende periode nieuwe kansen. CEO Ruud Sondag vat het samen: “In 2007 hebben we een speler van formaat neergezet op de Nederlandse en de Europese markt. Maar dat we na de vruchten van die fusie geplukt te hebben vervolgens volop in de crisis belandden, was niet verwacht. Niettemin zijn onze resultaten op het niveau van 2007 gebleven. En de crisis biedt ook kansen, wat zal leiden tot consolidatie in de sector. Op Europese schaal, maar ook in Nederland. Bij die consolidatieslag gaan wij een rol van betekenis spelen, daarvan ben ik overtuigd.”
2 / jaarbeeld 08
3
Interview voorzitter raad van bestuur
Financiële resultaten Jaar met twee gezichten
Het boekjaar 2008 kent voor de Van Gansewinkel Groep een grillig verloop. “Tot en met september was sprake van een gezonde groei van 5 tot 6%”, vertelt CEO Ruud Sondag. “Na de zomer kregen we opeens te maken met een ongekende rem op de economie, wat je zou kunnen omschrijven als een mental stop voor de hele wereld. De crisis slaat zo toe dat het volledige mechanisme op hol slaat. Voordat je het weet zit je dan in noodweer. Daarop moet je als bedrijf adequaat reageren en dat hebben we ook gedaan. We hebben onze verschillende bedrijfsonderdelen heel snel kunnen mobiliseren en dat heeft effect gesorteerd. Mede omdat we tijdig hebben ingegrepen, besluiten we het jaar met een 2% hogere omzet dan in 2007 en met een licht lagere EBITDAE (Earnings Before Interest, Taxes, Depreciation, Amortization and Exceptional Items) van € 274 miljoen in 2008 tegen € 283 miljoen in 2007. Tevens hebben we de operationele kasstroom sterk weten te verbeteren: van € 230 miljoen in 2007 naar € 299 miljoen in 2008. Gezien de economische situatie zijn deze resultaten een knappe prestatie, want 2007 was voor de Van Gansewinkel Groep echt een topjaar. Daarom ben ik tevreden over onze performance.” Financiële crisis: Be Prepared Act Now!
Na jaren van groei moest de Van Gansewinkel Groep een adequaat antwoord vinden op de veranderende marktomstandigheden, vertelt Sondag. “Van oudsher zijn we een onderneming die op alle fronten sterk gericht is op groei, ontwikkeling en innovatie. Nu moeten we even een pas op de plaats maken en focussen op onze kernactiviteiten. We zetten nu echt de tering naar de nering en proberen als bedrijf mee te ademen met de fluctuaties, die per definitie deels onvoorspelbaar zijn. Concreet doen we dat door in de totale operatie de kosten naar beneden te brengen via het programma Be Prepared Act now!. Daar zijn we in oktober mee begonnen en daar plukken we sinds december ook al de vruchten van. Dit kunnen we realiseren omdat de discussies hierover met de Centrale Ondernemingsraad (COR) professioneel en constructief zijn. Elkaar zo snel kunnen vinden is, zeker in deze instabiele tijd, van grote waarde.
consequenties uitvoeren, al wil ik daar onmiddellijk aan toevoegen dat het voor de mensen die het treft natuurlijk zeer pijnlijk is. Dat besef ik terdege.” Daling grondstofprijzen
Exemplarisch voor de snelheid waarmee de kredietcrisis om zich heen greep, noemt Sondag de snelle afname van de waarde van de grondstofprijzen. “Recycling staat of valt met de waarde van het materiaal dat je uiteindelijk recycleert. Als dat materiaal weinig meer waard is, remt dat enorm. De metaalprijzen bijvoorbeeld zijn in drie maanden door vier of vijf gedeeld, soms zelfs gedecimeerd. Daar hebben we de laatste vier maanden van 2008 qua omzet flink op ingeboet.” Door deze ontwikkeling zag de Van Gansewinkel Groep zich genoodzaakt in te grijpen. “Het was onvermijdelijk om het aantal vestigingen te reduceren”, zegt Sondag, doelend op Coolrec, dat zijn recyclingfabriek voor koelkasten en televisies in bijvoorbeeld Engeland heeft moeten sluiten. Creatief omgaan met de crisis
Op de lange termijn ziet Sondag in de veranderingsprocessen een ‘positieve ontwikkeling, die ons als onderneming weer verder gaat helpen’. Over de dynamische groeifase die aan deze fase van herbezinning voorafging, zegt hij: “Je verzint oplossingen, je creëert een productportfolio dat soms wel heel erg breed is, waarvan we nu kunnen zeggen: dat doen we niet meer. Daar hadden we eigenlijk al lang mee moeten stoppen. Dit is de gelegenheid om de door de jaren heen gegroeide complexiteit te reduceren.” Als voorbeeld van een creatieve draai noemt Sondag het wagenpark. “De voertuigen zetten we meer en meer ook ’s avonds in; voorheen was dat ‘slechts’ tien uur per etmaal. Dat is een manier om het bedrijf, lees de productiviteit, structureel op een hoger plan te tillen. Dat was niet mogelijk geweest in een tijd van grote groei. Nu willen we onze wagens zeker twaalf uur of nog meer per etmaal gaan gebruiken. Dat kan een enorme productiviteitswinst opleveren.”
Afscheid van flexibele krachten
De Van Ganswinkel Groep voelde de crisis met name in de inzamelkant van de keten. “Een aantal van onze klanten produceert minder of heeft zelfs de deuren tijdelijk gesloten”, legt Sondag uit. “Dat is opgevangen omdat de Van Gansewinkel Groep beschikt over een ‘redelijk grote flexibele schil’ van uitzendkrachten en tijdelijke contracten. Daardoor kun je het snijden in de kosten voor de onderneming zonder al te grote
4 / jaarbeeld 08
IFRS In EUR mln
2008
2007
%
Omzet
1.200
1.172
2,4%
60
57
5,7%
274
283
-3,5%
Nettoresultaat
-103
-76
-36,2%
Eigen vermogen
372
-39
Operationele kasstroom
299
230
EBIT EBITDAE
v.l.n.r. raad van bestuur Yves Luca, Ruud Sondag, Frans van de Noort en Diederik Gijsbers
Financiële positie De Van Gansewinkel Groep heeft ondanks de effecten van de kredietcrisis haar omzet en EBITDAE op een vergelijkbaar niveau gehouden. Dat leidde tot een positief bedrijfsresultaat. Door de interne focus op cash en de financiële huishouding wist de groep haar financiële positie verder te versterken. Sondag: “Over 2007 is voor het eerst gerapporteerd in de nieuwe eigendomsstructuur. De investeringsmaatschappijen KKR en CVC Capital zijn sinds 2007 onze grootste aandeelhouders. Hoewel de onderneming in 2008 een positief bedrijfsresultaat heeft van € 60 miljoen, 6% hoger dan in 2007, wekt het resulterende nettoverlies bij een deel van de buitenwacht de indruk dat de onderneming aan stabiliteit zou verliezen. Die indruk is dit jaar weggewerkt door de verbetering van onze eigenvermogenspositie. Ik moet daarbij wel opmerken dat we in deze constructie niet sturen op nettoresultaat. Dat is een bewuste keuze van onze aandeelhouders, die samenhangt met de financiering van de onderneming. We sturen wel op EBITDAE en operationele kasstroom, omdat die de graadmeter vormen voor de gezondheid van de onderneming. En die factoren zijn beide heel robuust.”
De kasstroompositie van de Van Gansewinkel Groep is het afgelopen jaar sterk verbeterd. “We hebben een verbetering van de operationele kasstroom met € 69 miljoen gerealiseerd”, geeft Sondag aan. Het werkkapitaal is beter op orde dan in 2007. Dat is met name gerealiseerd doordat er het afgelopen jaar speciale aandacht is geweest voor het verbeteren van het werkkapitaalbeheer. En dat heeft ruimschoots vruchten afgeworpen.” Volgens de CEO is cash niet enkel een kwestie van hoe je je geld in werkkapitaal beheert, maar ook in je capex (capital expenditures-investeringen). “Het investeringsniveau was in 2008 lager dan in 2007, maar nog steeds boven het niveau van de afzonderlijke organisaties vóór de fusie van Van Gansewinkel en AVR. De oorzaak lag in het feit dat de bouw van een biomassacentrale aan zijn eind raakte. Dus dat zijn schoksgewijze investeringen die we doen.” Eind 2008 heeft Van Gansewinkel in overleg met haar aandeelhouders het besluit genomen om de leningen die verschaft waren door de aandeelhouders om te zetten in eigen vermogen, waarmee de vermogenspositie
30,2%
5
Interview voorzitter raad van bestuur
met € 520 miljoen verbeterde. “Het afgelopen jaar hebben we veel gesprekken met klanten en leveranciers gevoerd over het negatieve eigen vermogen van de onderneming op 31 december 2007. Dat onze aandeelhouders een groot deel van het vermogen van de onderneming in de vorm van oprentende schulden hadden verschaft, werd niet door alle belanghebbenden begrepen. Samen met onze aandeelhouders willen we met deze vermogensversterking een duidelijk signaal afgeven aan onze stakeholders over de gezondheid van en ons vertrouwen in de onderneming.” De Van Gansewinkel Groep stuurde in 2008 scherp op de renteverplichtingen en het afbouwen van de schuldpositie. “De renteverplichtingen zullen in 2009 afnemen, doordat de rente onderuit schoot”, weet Sondag. “Tevens is er recent fors bespaard op de renteuitgaven door stukken bankleningen af te lossen en het omzetten van de aandeelhoudersleningen in eigen vermogen. Dit zal effect sorteren in de financieringslasten in 2009. Het is cruciaal om in cashtermen niet buiten de grenzen van je convenanten met de banken te komen. Dat lukt ons goed.” Sondag benadrukt dat hij met de private equityinvesteerders KKR en CVC Capital de ambities van de onderneming in kan vullen. “Veel publiek genoteerde bedrijven blijken nu juist minder stabiel dan lang werd verondersteld. Onze investeerders hebben doelstellingen van gemiddeld vijf tot zeven jaar, wat een mooie termijn is om een strategie op te bouwen en uit te voeren. Ze zijn bereid om te investeren en mee te denken en hebben daar ook het eigen kapitaal voor. Dat ze breder denken dan alleen het kortetermijnaandeelhoudersbelang blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat ze achter de uitbreiding van de raad van commissarissen staan. We willen balanceren tussen het Angelsaksische model en het ons vertrouwde Rijnlandse model, dat rekening probeert te houden met alle stakeholders. Dat blijven we doen, maar we waarderen ook de goede kanten van het Angelsaksische model. Met name de resultaatgerichtheid, de sturing op aandeelhouderswaarde en de op executie gerichte focus past goed bij een bedrijf als het onze. Maar het Rijnlandse model stelt terecht ook andere stakeholders centraal, en daar wil ik aan vasthouden. Dat past in onze visie op duurzaam ondernemen. Vooral als het gaat om onze eigen medewerkers. Die groep mensen is voor dit bedrijf uiteraard van het grootste belang. De afgelopen maanden hebben we wel gemerkt dat je alleen snel en daadkrachtig kunt reageren als je eigen mensen achter je staan. En dat kan alleen als je betrokken bent bij je medewerkers.”
6 / jaarbeeld 08
Visie op de markt Consolidatie: potentie voor groei
Sondag benadrukt dat de Van Gansewinkel Groep op grond van de ketenbenadering een ‘interne robuustheid tegenover de crisis’ in zich heeft. “Mede door overnames hebben we in 2007 een speler van formaat neergezet op de Europese markt. Maar dat we na de vruchten van die fusie geplukt te hebben vervolgens volop in de crisis belandden, was niet verwacht. Dat neemt niet weg dat ik denk dat de crisis op zich leidt tot consolidatie in de sector. Op Europese schaal, maar ook in Nederland. Bij die consolidatieslag gaan wij een rol van betekenis spelen, daarvan ben ik overtuigd. In die markt gaat ook op termijn de verkoop van de organisatie spelen. Op welke termijn is uiteraard niet duidelijk, maar zeker is dat er een moment komt dat onze aandeelhouders ons willen verkopen. Dat kan in vele vormen zijn beslag krijgen, waarbij een beursgang een van de opties is. Daar gaan we in elk geval meer en meer op acteren. Daarbij noem ik de omschakeling naar IFRS als voorbeeld. We maken onszelf ‘beursproof’ op verschillende vlakken: door een bredere samenstelling van de raad van commissarissen, met een meer extern karakter; door corporate governance, en door zaken als transparantie, duurzaamheid, en onze inspanning om van C+ naar B+ te komen volgens de GRI-richtlijnen.” Kennisorganisatie
In de optiek van Sondag slaat de Van Gansewinkel Groep steeds meer de weg in van een kennisorganisatie, een organisatie met hoogwaardige kennis in huis die daardoor kan fungeren als hét aanspreekpunt voor derden. Sondag: “Detailkennis van grondstoffen is werk van academici geworden. Materiaalkennis is een vak geworden. Maar ook een onderwerp in de directiekamers. Onze ambitie is om te blijven investeren in die specifieke kennis. Dat is een strategische keuze voor de lange termijn. Ons streven is erop gericht om maximaal grondstoffen te regenereren, het liefst naar een oorspronkelijk niveau. Binnen de context van de economische mogelijkheden en in het kader van samenwerking praten we met heel veel partijen die ons daar technologisch in kunnen ondersteunen. Dus zowel universiteiten als de industrie. Dat is ook een deel van de strategiekant. Want ook onze klanten zullen dat bij ons herkennen. Waarbij het onze ambitie is om desgevraagd de afvalen milieuproblematiek van onze klanten op te lossen. Die strategische ontwikkeling naar een kennisorganisatie leidt ertoe dat het profiel van je onderneming steeds meer kennisgedreven wordt. Dat impliceert tegelijk dat het type mensen dat in ons bedrijf zal werken, nog veel diverser gaat worden. We blijven daarom ook investeren in mensen.
En tegen de overheden zouden we willen zeggen: maak werk van het daadwerkelijk liberaliseren van de Europese markt. In Nederland en België is veel kennis en ervaring die je als exportproduct kunt inzetten naar andere landen.”
Strategie Ambitie: renewables op het gebied van grondstoffen en energie
De Van Gansewinkel Group zet in op renewables in de breedste zin van het woord. Renewables op het gebied van grondstoffen en op het gebied van energie. Daar is de groeistrategie op gericht. Ongeveer driekwart van de bijna 12 miljoen ton aan afvalstromen die de Van Gansewinkel Groep behandelt, krijgt een tweede leven. Het resterende kwart wordt in Waste To Energy (WTE)-centrales omgezet in warmte en energie. Toch ziet Sondag in WTE slechts één van de oplossingen. “Wij willen niet capaciteitsgedreven zijn, maar zoeken de beste oplossing voor onze klant, gezien ons streven naar de meest duurzame oplossing in onze afvalstromen. Verbranding van afval is natuurlijk niet optimaal als je naar de grondstofbehoefte kijkt. Maar door de verschillende mogelijkheden van energieterugwinning (electriciteit, stoom of warmte) is het de moeite waard. En daarom zullen de installaties die nadrukkelijk energie terugwinnen de komende jaren ook furore maken. Dat neemt niet weg dat we onze ogen open houden voor al die andere oplossingen. Ik vat het samen met recycling op Cradle to Cradle (C2C)-niveau. Als wij vandaag materiaal naar de energiecentrale brengen, maar er morgen een C2Coplossing voor kunnen verzinnen, dan geniet dat altijd onze voorkeur. In het kader van de C2C-filosofie werkt de Van Gansewinkel Groep continu aan de ontwikkeling van nieuwe methoden en technieken om afval nog beter om te vormen tot nuttige grondstof, bouwstof en brandstof. Met onze inzamelings- en logistieke activiteiten willen we autonoom blijven groeien. De positie in de WTE-tak willen we in Nederland vasthouden, en in België willen we groeien. Onze groei zit op de middellange termijn met name in de recyclingtak, omdat deze activiteit de meeste kansen biedt voor de invulling van onze C2C-aanpak.” Focus op Benelux en Centraal-Europa
In de Benelux is de Van Gansewinkel Groep marktleider op het gebied van waste management en in Europa behoort zij als speler tot de top 5. “Onze geografische portefeuille ligt zeer nadrukkelijk in de Benelux. Maar het is onze ambitie om op enig moment een tweede thuismarkt te kunnen creëren en vooralsnog is dat Centraal-Europa. In Tsjechië en Polen hebben we een topjaar beleefd. De cashflow was de hoogste ooit en bleef stabiel tot het einde van het jaar. Polen, Tsjechië en Slowakije zijn stabiele landen in Centraal-Europa. Kleinschalig, maar wel groeilanden. We hebben jarenlange ervaring in die landen,
en vroeg of laat beschikken we door een serieuze overname over ‘de poort naar de groei’.” Verwachtingen
Sondag vindt het moeilijk om voorspellingen te doen in de huidige woelige tijden. “Als het economisch blijft zoals het nu is, dan ben ik tevreden als we in 2009 het niveau van 2008 vasthouden. Verder wil ik blijven investeren in de Cradle to Cradle-gedachte en in de infrastructuur in de landen waar we actief zijn, zodat die op termijn kan vergroenen en verduurzamen. Wat dat betreft denk ik dat de crisis ook kansen oplevert. Ik verwacht dat de Nederlandse en Belgische overheden infrastructurele projecten zullen stimuleren die duurzaamheid en werkgelegenheid creëren. Daar zijn we in elk geval zeker bij. Die ambities kunnen we alleen waarmaken als we blijven investeren in onze mensen. Veiligheid heeft daarbij onze hoogste prioriteit.”
Onze mensen Veiligheid en gezondheid
De Van Gansewinkel Groep besteedt veel aandacht aan de veiligheid en de gezondheid van de medewerkers. Sondag: “Er is in 2008 ontzettend veel tijd, energie en geld in gestoken, om hier constant op te verbeteren. Veiligheid is voor dit bedrijf iets wat intrinsiek in je handelen zit, we willen het direct de eerste keer goed doen. We presteren op dit terrein beter dan onze peergroup. Toch mag je op dit vlak nooit tevreden zijn. Elk ongeval is er immers één te veel. We willen dat iedereen ’s avonds weer veilig thuiskomt.”
Duurzaamheid Duurzaam is de aard van onze activiteit
Het thema duurzaamheid en het streven daarnaar wordt bij de Van Gansewinkel Groep breed ervaren als een vanzelfsprekendheid, als iets wat niet als zodanig benoemd hoeft te worden ‘omdat we het al lang zo doen’. Sondag: “Duurzaam werken? We kunnen niet anders! Want duurzaamheid is wat we leveren. Het is de aard van onze activiteit. ‘Duurzaam’ is voor ons dan ook zoiets als een label plakken op een activiteit die we allang zo doen. Daarom vonden wij in de Cradle to Cradle-filosofie ook een her- en erkenning van onze eigen activiteiten. Het is in 2008 nadrukkelijk een strategische keuze geweest om daar ook in te investeren.” Een hele grote groep mensen is in de C2C-gedachte getraind, vanuit een samenwerkingsverband met het Duitse instituut EPEA van Michael Braungart, co-auteur van het wereldberoemde boek Afval is voedsel, over het Cradle to Cradle-concept. Sondag: “EPEA is daarbij een fantastische partner omdat zij beschikt over enorm veel technische materiaalkennis die perfect aansluit op onze specialismen.
7
Interview voorzitter raad van bestuur
2008
Van afvalbedrijf groeien we naar ‘voedselleverancier’ voor zeer uiteenlopende productieprocessen. Glas is bijvoorbeeld een product dat oneindig gebruikt kan worden, als het op de juiste manier ingezameld en bewerkt wordt.” Second life & secondary materials
Met de uitdagende bedrijfsvisie ‘Afval bestaat niet’ zit de Van Gansewinkel Groep volgens Sondag in de lange traditie en de lang gekoesterde wens van beide grondleggers van de onderneming en van de huidige strategie. “De Van Gansewinkel Groep doet er alles aan om te zorgen dat het afval dat binnenkomt en door de systemen heen gaat, een grote kans op een tweede leven krijgt, als grondstof of product. Maar liefst 11,6 miljoen ton halen we vandaag de dag door die hele machine heen, ruim 8 miljoen ton geven we een tweede leven, met ruim 3 miljoen ton doen we dat door het te verbranden en zodoende energie op te wekken, warmte te ontsluiten, en in sommige gevallen zelfs water te maken. Het is een milieueffect en een energie-effect ineen. Echt fenomenaal. Dat hebben we in vijftien jaar bereikt! De balans 8:3 lag andersom. Maar van mij mag die verhouding nog verder uit elkaar gaan. Een tweede leven geven is in termen van milieudoelstellingen altijd beter dan het vernietigen van een product.”
8 / jaarbeeld 08
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
zit daarin vaak de zingeving van hun werk. We merken dan ook dat onze aantrekkingskracht als werkgever de afgelopen decennia wezenlijk is veranderd.” Investeren in klimaat
Het bedrijf blijft investeren in heel groene projecten en in het verder ontwikkelen van de Cradle to Cradle (C2C)-gedachte. “Wij zetten in op projecten die onze onderneming een voorsprong op de concurrentie geven”, schetst Sondag de strategie voor de toekomst. “Zo hebben we ons commitment afgegeven voor de bouw van een nieuwe verbrandingsoven in Rotterdam. Dat is meer dan een verbrandingsoven, het is een klimaatinitiatief in het centrum van Rotterdam dat gaat zorgen voor CO2-reductie, en waardoor restwarmte de stad in gaat om zwembaden, ziekenhuizen en huishoudens te verwarmen. Revolutionair op zijn gebied. Het is een investering van zo’n € 250 miljoen. Zo maken we onze ambities ook in deze tijd waar.”
Van Gansewinkel neemt stortplaats in Tsjechië over (pagina 8)
Stortbordes afvalenergiecentrale Rozenburg
Ecologisch, maar ook economisch
“Het gaat steeds beter”, zegt Sondag over het geven van een tweede leven aan afvalstromen, “al is het vanwege de economische crisis nu wel moeilijker. Want recycling is niet alleen ecologisch, maar ook economisch. Dus in een wereldeconomie die even een periode minder grondstoffen behoeft, weet je het wel. Niettemin is en blijft schaarste aan grondstoffen op de lange termijn een hoofdthema voor onze wereld. En wij leveren onze bijdrage aan de oplossing daarvan. Klanten van ons, fabrikanten van allerlei producten, hebben vaak geen notie wat een product voor afvalfasen heeft, wat de karakteristieken ervan zijn. Wij hebben de kennis en kunde om de producent aan de voorkant uit te leggen om dit en dat te doen, en dan is het aan het eind veel makkelijker om één kunststofstroom aan ons af te leveren in plaats van bijvoorbeeld drie. De impact van deze zogenoemde closedloop-redenering is geweldig. Daar hebben we in 2008 veel tijd en veel aandacht aan besteed, met een doorloop naar 2009.” “Op dit vlak worden ook absoluut geen bezuinigingen doorgevoerd”, beklemtoont Sondag. “Het op grote schaal zuiveren van grondstoffen, het klaarmaken voor een volgend productieproces waarin mensen in plaats van het aanspreken van virgin materials net zulke goede kwaliteitsvereisten vinden in de secondary materials die de Van Gansewinkel Groep levert, waarvan niet alleen de kwaliteitseisen kloppen maar die ook in grote hoeveelheden geleverd kunnen worden, over een lange periode - dat is toch de vervulling van een lang gekoesterde droom, met bovendien een enorm grote relevantie voor de maatschappij. Voor de medewerkers
JAN
Van Gansewinkel neemt stortplaats in Tsjechië over Begin 2008 neemt Van Gansewinkel een stortplaats over in het Tsjechische Horní Benešov. In Tsjechië wordt het overgrote deel van het afval nog altijd gestort. De stortplaats wordt geëxploiteerd onder de naam Van Gansewinkel HBSS s.r.o. Op jaarbasis zal op de stortplaats in Horni Benešov zo’n 50.000 ton afval gestort worden. Op termijn worden op de betreffende locatie ook andere vormen van afvalverwerking geïntroduceerd. Door de overname verstevigt Van Gansewinkel Tsjechië haar positie in de regio Moravië-Silesië.
9
Afval bestaat niet
Afval bestaat niet Overal waar gewerkt en geleefd wordt ontstaat afval.
en scheiden van afval zo geruisloos mogelijk en zonder enige
En dat afval wordt meestal vroeg of laat verwijderd, opgeruimd
hinder voor de bedrijfsvoering ingezet.
of vernietigd.
Wij kunnen meehelpen om in een vroeg stadium te voorkomen
Want afval is in de ogen van de meeste mensen ongewenst.
dat er ongewenst afval ontstaat. We willen immers gewoonweg
Wij van de Van Gansewinkel Groep zien dat anders.
niets verloren laten gaan.
Wij zien het juist als onze taak om helemaal niets weg te gooien.
Het geminimaliseerde residu dat toch nog resteert, koesteren wij.
Want weggooien levert op de lange termijn geen enkele bijdrage.
Want in het afval van vandaag groeit de kiem voor de producten
Niet aan bedrijven en niet aan de maatschappij.
en goederen van morgen.
De Van Gansewinkel Groep levert die bijdrage wel. Blijvend.
Zoals Coolrec laat zien door afval in prachtige metalen en
Wij zien afval dan ook niet als restproduct, maar juist als waarde-
kunststoffen om te zetten.
vol begin van een nieuwe cyclus. Zo kan afval een tweede leven
Of Maltha dat schitterend glaswerk produceert.
krijgen en worden benut voor nieuwe grondstoffen en energie.
En het aller, allerlaatste afval dat dan nog overblijft? Dat wordt door AVR in zijn geheel gebruikt om stroom en
Dit tweede leven kan afval krijgen door onze typische Van
warmte aan vele honderdduizenden huishoudens en bedrijven
Gansewinkel aanpak, die begint met een gedegen kennis van
te leveren.
grondstoffen en materialen.
De reis van deze nieuwe grondstoffen wordt door onze trans-
Vervolgens vangen wij al het mogelijke afval zo vroeg mogelijk
parantie altijd inzichtelijk in kaart gebracht. Want we willen onze
af, door ons altijd uitvoerig in de productontwikkeling, bedrijfs-
duurzame bijdrage niet alleen blijvend leveren, we willen haar
voering en het productieproces van onze klanten te verdiepen.
ook inzichtelijk maken voor iedereen waar we mee werken.
Want alleen door elke schakel te kennen, kan de hele productie-
Zodat steeds meer mensen ons credo ontdekken.
Zogenoemd regranulaat. Van deze plastic korrels worden nieuwe plastic producten gemaakt.
en consumptiecirkel schoner, zuiniger en effectiever worden gemaakt. Op die manier leggen wij een tweede huid rondom het productieproces van onze klanten. En wordt het opvangen
Afval bestaat niet.
Van Gansewinkel, Coolrec, Maltha, AVR zijn onderdeel van de Van Gansewinkel Groep.
10 / jaarbeeld 08
11
Zo doen we dat!
Wij zijn betrokken bij iedere klant, oprecht geïnteresseerd, klantgericht. Of het nu gaat om een kleinere organisatie met een beperkte afvalstroom of een multinational met een omvangrijke, complexe opdracht: we werken samen aan een tweede leven voor afval.
Innovatieve ontwikkeling
Kernwaarden
Zo doen we dat! De Van Gansewinkel Groep werkt volgens fundamentele principes. Zo bewaken we onze waarden en normen, want deze uitgangspunten garanderen een manier van werken die voor ons van levensbelang is. Voor ons bedrijf, voor onze medewerkers, voor onze klanten én voor de wereld om ons heen.
Veiligheid voor alles Of het nu gaat om de inzameling van (gevaarlijk) afval of de bediening van complexe apparatuur in onze recyclingfabrieken of verbrandingsovens: de Van Gansewinkel Groep waakt over het welzijn van haar medewerkers en garandeert goede arbeidsomstandigheden en betrouwbaar materieel. Veiligheid heeft bij ons de hoogste prioriteit, want de Van Gansewinkel Groep-medewerker is ons het waardevolst: we willen dat iedereen ’s avonds weer gezond en wel thuiskomt. Daarom stelden we vijf basisregels (ALERT) op, die gelden als beschermende leidraad voor ons personeel. Maar we wijzen ook nadrukkelijk op de verantwoordelijkheden en participatie van de werknemer zelf. Veiligheid is normaal, is de boodschap. Een zaak van iedereen binnen de Van Gansewinkel Groep. Veiligheid geldt echter niet alleen binnen onze bedrijfsmuren: we zorgen ook voor veilige werk-
12 / jaarbeeld 08
situaties bij onze klanten en sturen onze chauffeurs met betrouwbaar materiaal op weg. En natuurlijk voldoen al onze producten aan de strengste eisen.
Klantgerichte samenwerking Samenwerking is onze drijfveer. De Van Gansewinkel Groep gelooft niet in uniforme, kant-en-klare oplossingen. Voor ons is iedere klant uniek, iedere opdracht een nieuwe uitdaging. Wij zoeken telkens samen met onze grote en kleinere opdrachtgevers naar maatwerkoplossingen die naadloos aansluiten bij de specifieke bedrijfsprocessen.
We geloven in de ontwikkeling van een bedrijf: stilstand is terugval. Door onze continu groeiende deskundigheid zorgen we dat we direct met klantgerichte oplossingen kunnen reageren op nieuwe vragen uit de markt, en behouden we onze leidende positie. We investeren doorlopend in onderzoek, in (technische) innovaties en vernieuwingen – daar ligt voor ons de uitdaging. Met als doel ons werk steeds beter, efficiënter en slimmer uit te voeren. Dat doen we natuurlijk omdat de markt het van ons verlangt. Door de groeiende complexiteit van afval- en energievraagstukken, strengere eisen en wensen bij onze afnemers en de overheid. Door schaalvergroting en professionalisering bij onze klanten. De Van Gansewinkel Groep heeft daarop adequaat gereageerd met de verbintenis van Van Gansewinkel en AVR: een grote stap voorwaarts in de ontwikkeling van een breed, integraal, modern afval- en milieubedrijf. En dit doen we omdat we geloven in de ontwikkeling van onze medewerkers: nieuwe uitdagingen en verkenningen vergroten hun betrokkenheid, voorkomen sleur en vanzelfsprekendheid. Zij zijn de vakmensen en wij zorgen ervoor dat zij de kennis en middelen hebben om hun werk goed, met trots en plezier te kunnen doen. Hun ervaringen en expertise zijn immers onmisbaar voor de ontwikkeling van nieuwe technologieën en inzichten voor de hele Van Gansewinkel Groep.
Vertrouwde verantwoordelijkheid Afval is een kwestie van vertrouwen. Daarvan zijn we ons dagelijks bewust bij De Van Gansewinkel Groep. Onze opdrachtgevers verwachten dat we integer omgaan met hun materialen. En dat doen we dan ook. Door transparant te opereren, continu te streven naar de hoogste kwaliteit, innovatie en continuïteit. Door open en eerlijk te communiceren en rekening te houden met de omgeving waarin we actief zijn. Door ons strikt te houden aan de wettelijke eisen en regelgeving,
te beschikken over de juiste en toereikende vergunningen. Die eisen stellen we ook aan onze partners en leveranciers. Maar onze verantwoordelijkheid gaat verder: we streven naar een duurzame samenleving en leveren met onze dienstverlening voortdurend wezenlijke bijdragen daaraan. Mens en milieu staan voorop bij de Van Gansewinkel Groep, wij ondernemen maatschappelijk verantwoord. Niet omdat het ons wordt opgedragen, maar omdat wij zelf overtuigd zijn van de noodzaak nuttig om te gaan met afval. Omdat wij dat als een belangrijke, sociale taak zien voor een bedrijf dat zo prominent opereert in een sector waarin cruciale stappen richting een ‘schonere’ wereld worden gezet. We leggen verantwoording af aan al onze stakeholders die ons hùn vertrouwen hebben gegeven. We informeren ze, integer en open, zien ze als partners met kennis en belang. En natuurlijk blijven we streven naar groei en winst, naar behoud en uitbreiding van onze gezonde, renderende onderneming, naar een leidende rol in de markt.
Vakmanschap met passie Onze kennis en kunde zit in mensen: onze medewerkers. Zij zijn de vakmensen, bevlogen deskundigen op een specifiek terrein. De Van Gansewinkel Groep bevordert dat individuele vakmanschap door te investeren in goede opleidingen, gerichte trainingen en het stimuleren van persoonlijke groei. We voeden zo gestaag de competentie en stimuleren interesse en betrokkenheid van ons personeel en zorgen ervoor dat vaardigheden en kennis op een actueel en uitdagend niveau blijven. Permanent, zodat onze medewerkers aangemoedigd worden om in alle fasen van de afvalzorg samen te werken met onze klanten. Van het dagelijks ophalen van afval tot het meedenken over nieuwe functies ervan. Ieder mens is uniek, dat beseffen we dagelijks bij de Van Gansewinkel Groep. Iedere medewerker heeft zo zijn specifieke karakter, wensen en mogelijkheden. We bieden onze medewerkers graag de ruimte voor persoonlijke ontwikkeling, in ons denken en handelen staat ‘de mens’ centraal. Dat vraagt om mensgericht leiderschap. Alle leidinggevenden volgen dan ook op meerdere momenten trainingen waarin ze handvatten aangereikt krijgen om mensgericht leiding te geven en vlotte samenwerking te stimuleren.
13
Raad van commissarissen
Resultaten 2008 Reinhard Gorenflos, voorzitter van de raad van commissarissen, spreekt van een bijzondere periode. “Als we puur naar de resultaten kijken was het een licht teleurstellend jaar: de EBITDAE bleef met € 274 miljoen nagenoeg op hetzelfde niveau als in 2007. In 2007 spraken we van een topjaar, maar we rekenden toch op verdere groei in 2008. Dat is helaas niet gelukt. Aan de andere kant is het gezien de economische achtergrond toch een prestatie van formaat. De Van Gansewinkel Groep staat er goed voor en is op allerlei manieren bezig om zich verder te verbeteren.” “Het bedrijf heeft duidelijk de impact gemerkt van de zwakke economische omstandigheden, vooral in het laatste kwartaal van 2008”, verklaart Hugo van Berckel. “Hier is goed op gereageerd met een omvangrijk kostenreductieprogramma, maar er is nog ruimte voor verbetering. Zo moeten we nog sterker kunnen profiteren van de fusie tussen AVR en Van Gansewinkel. Daar wordt nu hard aan gewerkt.”
Raad van commissarissen
“Door snel te reageren staat het bedrijf er goed voor”
Reinhard Gorenflos
Gorenflos: “De Van Gansewinkel Groep kent een geschiedenis van jaarlijkse groei, maar in de tweede helft van 2008 werd duidelijk dat de onderneming werd geraakt door gevolgen van de crisis. Er moest naar de kostenkant worden gekeken. Het bedrijf heeft afscheid genomen van ongeveer 300 voornamelijk flexibele krachten. Een vervelende maatregel, maar noodzakelijk om de gezondheid van de groep te waarborgen.” De omslag naar kostenbesparing is volgens Van Berckel snel gemaakt. “De focus ligt weer nadrukkelijk op de kernactiviteiten. Om de doelstellingen voor 2009 te halen is het zaak om nog efficiënter te werken. De kosten moeten op een effectieve manier worden verlaagd om een goede kasstroom te houden.”
Hugo van Berckel
De Van Gansewinkel Groep is in handen van een groep aandeelhouders, waarvan KKR en CVC Capital het grootste belang hebben. Namens deze private equity-partijen zitten Reinhard Gorenflos (KKR) en Hugo van Berckel (CVC) in de raad van commissarissen. Een gesprek met de toezichthouders en aandeelhouders van de Van Gansewinkel Groep.
De CVC-bestuurder spreekt van zwaar weer, windkracht 8 of 9. “Maar het zou weleens windkracht 12 kunnen worden en daar moet de groep klaar voor zijn. We monitoren de markt nauwkeurig en het is de uitdaging om op tijd in te grijpen als daar noodzaak toe is. Ondertussen is het goed te constateren dat het management snel schakelt en alle neuzen dezelfde kant op weet krijgen, waardoor de productiviteit van de onderneming toeneemt.”
Schuldpositie
Carel van den Driest Benoemd per 22 april 2009
Als private equity-partijen hebben KKR en CVC Capital de opdracht om rendement te realiseren op het door de achterban (voornamelijk pensioenfondsen) ingelegde geld. “Als het bedrijf te veel schuld heeft en daardoor niet meer goed kan functioneren, komen onze eigen doelstellingen in gevaar. Dat willen we natuurlijk niet. Het feit dat de Van Gansewinkel Groep gefinancierd is met schulden, is een bewust gekozen structuur. Technisch gezien is schuld goedkoper dan eigen vermogen. We hebben een langetermijn plan en een langetermijn schuld om dit plan te kunnen uitvoeren. Dat gaat tot dusver prima”, stelt Van Berckel. “Ondertussen kan de groep profiteren van de macro-economische kennis die we als private equitypartijen hebben”, zegt voorzitter Gorenflos. “We vangen de economische signalen snel op, waardoor we snel kunnen reageren.” Ondank de economische tegenwind zien de aandeelhouders nog voldoende kansen voor de groep. Gorenflos: “Het is onze ambitie om verder te groeien, ook internationaal. Dat is een realistische droom. Op een aantal posities is het bedrijf enorm sterk, beter dan de concurrentie. Daar willen we gebruik van maken, we willen de kansen die er liggen pakken. Ik ben ervan overtuigd dat we sterk uit deze crisis komen. En als de markt aantrekt, kunnen we ons weer focussen op groei.”
Peter Berdowski Benoemd per 22 april 2009
14 / jaarbeeld 08
“Daarnaast gebruiken we de crisis ook om op een frisse manier tegen zaken aan te kijken”, benadrukt commissaris Van Berckel. “Juist in deze tijd bewijst het bedrijf dat het een stabiele, sterke marktleider is op het gebied van afvalverwerking.”
15
Afvalstromen uitgelicht
Duurzaamheid KKR en CVC Capital hebben duurzaamheid hoog in het vaandel staan. Uit maatschappelijk oogpunt, maar ook om economische redenen. Van Berckel: “Als aandeelhouder is het onze taak om rendement te realiseren, waarbij we planet en people niet uit het oog verliezen. Dat doen we door het verbeterpotentieel bij bedrijven zo goed mogelijk te benutten en we zien nog altijd veel potentieel bij de Van Gansewinkel Groep. Energie en grondstoffen worden steeds belangrijker in de wereld en de Van Gansewinkel Groep levert die producten. Het bedrijf vervult een belangrijke maatschappelijke rol. Kijk, primair kijken we als private equity-partijen naar rendement. Maar duurzaamheid verhoogt de waarde van een bedrijf, dus is duurzaamheid ook voor ons een erg belangrijk element. We zijn erg trots op de duurzame manier van werken van de Van Gansewinkel Groep.” “Daarnaast heeft de groep het afgelopen jaar enorme stappen voorwaarts gezet op het gebied van veiligheid en gezondheid”, weet Gorenflos. “Daarin onderscheiden we ons echt positief ten opzichte van de concurrentie. Ook deze onderwerpen horen bij duurzaam ondernemen.” Op 1 april 2009 zijn Peter Berdowski en Carel van den Driest als onafhankelijke leden toegetreden tot de raad van commissarissen. Peter Berdowski is sinds 2006 bestuursvoorzitter van het internationale beursgenoteerde dredging- en maritieme concern Boskalis Westminster en Carel van den Driest was tot 2006 bestuursvoorzitter van het beursgenoteerde tankopslagbedrijf Vopak. Van Berckel: “Het bedrijf krijgt op termijn een andere eigenaar. Dan helpt het, zeker als het bedrijf een beursnotering zou krijgen, als er niet enkel aandeelhouders in de raad van commissarissen zitten. Dan is het goed als er onafhankelijke mensen met andere kennis en ervaring in de raad komen. De Van Gansewinkel Groep is door de fusie een groot, veel breder bedrijf geworden dat een grote maatschappelijk rol heeft te vervullen. Dan heb je ook een brede, goed gebalanceerde raad van commissarissen nodig.” Gorenflos is enthousiast over de komst van de twee nieuwe commissarissen: “We hebben met Peter Berdowski en Carel van den Driest twee zeer competente en ervaren bestuurders in huis gehaald. De onderneming gaat vast en zeker profiteren van deze nieuwe toezichthouders.”
Corporate Governance “Als het gaat om corporate governance proberen we onze rol zo zorgvuldig mogelijk te vervullen”, vertelt Gorenflos. “Het gaat over de wijze waarop wij als toezichthouders werken. In zijn algemeenheid denk ik dat private equity die rol wat beter kan vervullen, omdat we er dichter op zitten. We zijn nadrukkelijker aanwezig en hebben meer informatie dan toezichthouders zonder aandeel in het bedrijf. De lijnen tussen de raad van bestuur en raad van commissarissen zijn kort.” Volgens Van Berckel gaat corporate governance ook over transparantie. “In de verhouding tussen de raad van bestuur en ons als toezichthouders en aandeelhouders is er totale transparantie. En onze transparantie is weer optimaal naar onze achterliggende investeerders. Die houden we per kwartaal optimaal op de hoogte. Die hebben juist gekozen voor onze vorm van aandeelhouderschap, omdat ze weten dat wij erg dicht op de organisatie zitten. Overigens kijken we als private equity-partijen niet alleen naar het belang van onze aandeelhouders. We kijken naar het belang van alle stakeholders. De waarde van het bedrijf zit namelijk ook in de werknemers, in het klantenbestand, in de relaties met leveranciers.”
De afvalstromen Afval bestaat niet. Dat is het credo van de Van Gansewinkel Groep. We zien afval niet als restproduct, maar als een waardevol begin van een nieuwe cyclus. Zo kan afval een volgend leven krijgen en worden benut voor nieuwe grondstoffen en zelfs energie. We hebben niet alleen verstand van het logistieke proces rond de verschillende afvalstromen, maar we hebben ook een brede materiaalkennis. We kennen elke schakel in het productieproces van onze klanten, waardoor we de gehele productieketen schoner, zuiniger en efficiënter kunnen maken. We koesteren het afval dat uiteindelijk overblijft. Want in het afval van vandaag groeit de kiem voor de producten van morgen. In dit jaarverslag beschrijven we de verschillende afvalstromen. We laten zien hoe we de verschillende soorten afval bewerken tot grondstoffen en energie, zodat natuurlijke grondstoffen in het milieu kunnen blijven. Want afval bestaat niet.
Verdeling extern aangeleverd volume naar type afval
Brandbaar
30%
Bouw & Sloop
15%
Gevaarlijk
9%
Glas
13%
W&B
1%
Hout
6%
Papier
5%
Overig
21%
Extern aangeleverd volume per land NL
71%
BE
16%
FR
5%
CEE
6%
Overig
2%
De twee aandeelhouders complimenteren alle medewerkers van de groep: “De switch van groei naar focus op kosten is snel gemaakt en goed uitgevoerd. We moeten op de kosten letten en 99% van de daarbij gestelde doelen wordt gehaald. Daardoor doet de Van Gansewinkel Groep het gewoon erg goed. We bewonderen de inzet en de flexibiliteit van alle medewerkers. Als aandeelhouders zijn we ervan overtuigd dat we de crisis op een goede manier doorstaan en dat de Van Gansewinkel Groep een succesvolle toekomst tegemoet gaat.”
16 / jaarbeeld 08
17
Afvalstromen uitgelicht
Onderstaand figuur laat de afvalketen zien en toont de tonnages die de Van Gansewinkel Groep in 2008 inzamelde, bewerkte, recyclede en verwerkte. In totaal ging het om bijna 12 miljoen ton (Mt) afval, waarvan 5Mt werd ingezameld met eigen middelen. Van het ingezamelde tonnage werd bijna 75% in de eigen organisatie bewerkt en gerecycled en 25% verbrand. Een belangrijke activiteit binnen bewerking is het uitsorteren/scheiden van afvalstromen in verschillende monostromen, die weer ingezet worden als grondstoffen of daardoor beter verder verwerkt kunnen worden. Onder recycling horen Coolrec en Maltha, beide be-
drijven verwerkten in 2008 1,1Mt glas en elektronisch afval tot grondstoffen. De laatste stap in de keten is verwerking. Bij verwerking halen we energie uit afval door middel van verbranding. Met onze drie afvalverbrandinginstallaties werd in 2008 1,9Mt afval omgezet in warmte en energie voor zo’n 300.000 huishoudens. Daarnaast verwerkten we 0,2Mt afvalwater in onze waterfabriek in Rozenburg.
Het gescheiden papier wordt in grote balen geperst
Massabalans Van Gansewinkel Groep
Inzameling
5.1Mt
5.1Mt
2.1Mt
2.8Mt
Bewerking
0.5Mt
3.3Mt
2.9Mt
0.1Mt 0.1Mt
Recycling
1.0Mt
1.2Mt
1.1Mt
0.1Mt
1.7Mt
0.3Mt
Verwerking 2.1Mt
18 / jaarbeeld 08
19
Van scherf tot fles
van
scherf tot fles Per seconde krijgen we ongeveer 10 kilogram glasafval binnen. Ons onderdeel Maltha maakt hier verschillende grondstoffen van voor de glas- en glaswolindustrie. Simpel gezegd maken we van vuile glasscherven schone glasscherven, waarmee weer nieuwe flessen, potten en ruiten worden gemaakt. Zo blijven ruwe grondstoffen als zand, soda en dolomiet in het milieu. Glas is de perfecte grondstof voor nieuw glas: het is eeuwig voor 100% recyclebaar, zonder kwaliteitsverlies.
20 / jaarbeeld 08
21
Van scherf tot fles
In totaal verwerkte Maltha in 2008 ruim 1 miljoen ton glas. Dit is ruim twee maal de aarde rond als je wijnflessen hals aan bodem tegen elkaar legt. Of ruim 4.100 voetbalvelden vol als je diezelfde flessen rechtop tegen elkaar zet. Maltha behoort al jaren tot de grootste glasrecyclingbedrijven van Europa. Glas is glas, zo wordt vaak gedacht. Maar bij de verwerking van glasafval is het onderscheid tussen vlakglas en holglas wel degelijk van belang. Dat heeft alles te maken met het type verontreiniging. Holglas komt van flessen en potten waarin alle mogelijke eetbare en niet eetbare, vast en vloeibare materie heeft gezeten en dat resten achterlaat. Bij het recyclen van dit glas worden de resten middels diverse technieken verwijderd. Vlakglas is afkomstig van ruiten uit auto’s en huizen. De vervuiling van dit glas is daardoor heel anders. Vaak zit er metaal of folie in het glas verwerkt en tussen de scherven uit het bouw- en sloopafval zit vaak nog puin of hout. Om van dit glas weer een bruikbare grondstof te maken, moeten deze materialen van het glas gescheiden worden.
Holglas Holglas is het glas dat in de glasbakken wordt gedeponeerd. Het legen van de glasbak gebeurt vaak met een vrachtwagen van Van Gansewinkel. De inzamelcontainer van de vrachtwagen is in drie vakken verdeeld, waardoor de kleuren wit, bruin en groen gescheiden blijven. Van al dit glas worden namelijk nieuwe flessen en potten gemaakt en voor deze productie is de kleur van de scherven van belang. Na de inzameling gaat het glas naar een van de vestigingen van Maltha. Handmatig worden de grootste verontreinigingen eruit gehaald. Dan begint de geautomatiseerde verwijdering van vuil: bandmagneten halen het magnetisch vuil eruit, lichtere delen worden weggezogen en keramiek, steen en porselein wordt opgespoord met laserstralen en camera’s. Een allerlaatste bewerking geschiedt geheel vanzelf: het glas wordt op een terrein opgeslagen, zodat organische vervuilingen verteren via composteren.
Het eindproduct bestaat dus uit schone glasscherven die als grondstof dienen voor de glasverwerkende industrie. Gemiddeld zetten glasfabrieken 50 tot 80% scherven in als grondstof. Ten opzichte van het gebruik van ruwe grondstoffen bespaart dat 2,5% energie per 10% inzet van scherven. Niet alleen wordt zo minder CO2-uitstoot gerealiseerd, ook het omsmelten van scherven zelf spaart CO2-uitstoot. Om 1 ton nieuwe glas te maken is namelijk 1,4 ton aan ruwe grondstoffen nodig, maar slechts 1 ton bij gebruik van scherven.
Vlakglas De vestiging van Maltha in het Belgische Lommel is gespecialiseerd in de verwerking van vlakglas. De aanvoer van vlakglasafval is in Nederland geregeld via een speciale organisatie. De stichting Vlakglas Recycling Nederland (VRN) bundelt de inzameling en verwerking. Ongeveer een derde van het vlakglas dat bij Maltha wordt aangeleverd, komt via deze weg binnen. Andere belangrijke stromen komen van glasproducenten, uit de auto-industrie en uit de glastuinbouw van NoordNederland tot het noorden van Frankrijk. In totaal verwerkt Maltha in Lommel jaarlijks 150.000 ton vlakglas. Ook hier worden handmatig de grootste verontreinigingen verwijderd. Met magneten, camera’s, lasers en zelfs röntgenstralen wordt de rest van het vuil eruit gehaald. Hierna komt het eindproduct in verschillende samenstellingen uit de fabriek. Het onderscheid zit hem in de grootte van de scherven en de kleur. Al naar gelang de wensen van de klant maakt Maltha de juiste grondstof voor de klant. Er komen 10 soorten vlakglas binnen in Lommel en er gaan 18 verschillende eindproducten uit.
• Per seconde krijgen we ongeveer 10 kilogram glasafval binnen. • In totaal verwerkte Maltha in 2008 ruim 1 miljoen ton glas. Dit is ruim twee maal de aarde rond als je wijnflessen hals aan bodem tegen elkaar legt. • Vuile glasscherven werden schone glasscherven. Het glas dat we in 2008 verwerkten staat in 2009 weer in de schappen, onder andere in de vorm van bierflessen.
22 / jaarbeeld 08
23
Interview COO Frans van de Noort
COO Frans van de Noort, afvalverwerking en energie
“Operational excellence loont!”
Hoe waren de resultaten in 2008?
Wat was jullie antwoord op de economische crisis?
“AVR heeft in 2008 naar tevredenheid gepresteerd”, vat Frans van de Noort het jaar kort samen. “We hebben een mooie prestatie laten zien ten opzichte van het jaar daarvoor, ook al lagen onze groeiambities iets hoger. De uitbreiding naar het 100% eigendom van A&G bedrijven (grondsanering) en de succesvolle eerste productie van de Biomassa Energie Centrale waren goede prestaties in 2008 en zijn ook investeringen die de toekomstige groei mede mogelijk maken.” Als een van de redenen voor de stevige resultaten noemt Van de Noort de inzet voor operational excellence vanuit de fabrieken.
“De werkwijze van operational excellence van 2008 wordt onverminderd doorgetrokken naar 2009. Het wordt zelfs een van de belangrijkste speerpunten van het bedrijf: we willen nog efficiënter, beter en productiever gaan werken. Door de economische crisis zagen we in het vierde kwartaal de afzet van volumes en prijzen voor reststoffen van metalen en energie afnemen. Door de terugloop in de chemische industrieën loopt ook in de waterfabrieken de verwerking terug. Daarom wordt gezocht naar het aantrekken van extra stromen. Niettemin zien we dat de AVR-tak binnen Van Gansewinkel Groep een relatief stabiele factor is. Ook de integratie met Van Gansewinkel Groep zorgt ervoor dat de aanvoer constanter en stabieler is. Met als groot voordeel dat je in de bunker het afval beter kunt mengen, wat een beter verbrandingsproces geeft met minder uitstoot van koolstofmonoxide. Bovendien betekent een stabielere verbranding een stabielere productie van elektriciteit. Tenslotte is er door de mogelijkheid van dag- en nachtaanvoer door onze 24 uurs-opening minder filevorming bij de ontvangsten, en kunnen we het wagenpark efficiënter inzetten.”
Welke invulling kreeg operational excellence?
“Met operational excellence zijn we goed begonnen en we hebben het gedurende het hele jaar doorgezet. Operational excellence is voor ons een vorm van stabiel opereren, dat wil zeggen: zorgen dat je elke dag hetzelfde ‘doorzet’ als de dag daarvoor en ook de dag daarop. Met een hoge mate van voorspelbaarheid. Als je daarop kunt vertrouwen, kun je er je hele organisatie, inclusief je logistiek, op inrichten. Via een geformaliseerde loop, een feedbackcirkel, melden onze operators dagelijks de afwijkingen van de norm, wat het voor engineers mogelijk maakt te leren van de problemen van alledag.”
24 / jaarbeeld 08
Is er vooruitgang geboekt met de reductie van emissies?
“Op het punt van emissies zijn goede resultaten behaald door de CO-overschrijdingen in 2008 sterk terug te dringen. Die trend willen we doorzetten. We willen ervoor zorgen dat we een keurige huisvader zijn voor onze installaties, en voor de omgeving waar we actief zijn.” Welke acties zijn ondernomen op het gebied van veiligheid?
“Hoewel de Van Gansewinkel Groep veel energie heeft gestoken in de veiligheid in het bedrijf, vielen er in 2008 toch drie doden te betreuren. Het eerste slachtoffer viel van acht meter hoogte van het dak bij Electrabel. Het tweede slachtoffer werd door zijn eigen tractor overreden toen hij bij het starten tussen de wielen stond; de tractor stond nog in de versnelling. Het derde slachtoffer viel bij een verkeersongeval in België, waarbij de bijrijder omkwam toen de wagen kantelde en tegen een huis viel. In dat opzicht valt 2008 te typeren als een bedroevend jaar.”
En wat betreft de kleinere incidenten?
“Op het gebied van verzuimincidenten geeft 2008 een verbetering te zien. We focussen er ook continu op. We hebben in 2007 een heel grote stap gemaakt en die in 2008 doorgezet, zodat de veiligheid op een constant hoog niveau is gekomen. Het overgrote deel van de ongelukken is klein, in de categorie verzwikte enkel en beknelde duim.” Alle meldingen van ongevallen worden sinds eind 2008 gekanaliseerd via het systeem Trackwise, waarbij is begonnen met een pilot op twee locaties. De uitrol vond eind 2008 plaats, inclusief opleiding en training van 19 organisaties en 1700 mensen. Van de Noort: “Het systeem wordt goed gebruikt, wat de mogelijkheid opent van tracking and tracing waardoor we het preventieve aspect van veiligheid beter en sneller kunnen oppakken. Het is een sterk punt van onze organisatie dat de meldingen van de 140 vestigingen structureel en geformaliseerd binnenkomen. Ook hier bewijst de snelheid en de flexibiliteit waarmee het systeem is doorgevoerd, dat de organisatie openstaat voor wijzigingen. Op deze manier hebben we grote vorderingen gemaakt op het punt van veiligheid en gezondheid.”
25
Van afval naar warmte
van
afval naar warmte Jaarlijks zetten de inwoners van Nederland zo’n acht miljoen ton huishoudelijk afval op straat. Samen met het brandbaar bedrijfsafval wordt dit afval verbrand in afvalenergiecentrales. De Van Gansewinkel Groep verwerkte in 2008 1,9 miljoen ton afval in haar drie energiecentrales van AVR in Rotterdam, Rozenburg en Duiven. Daarmee is het afval ‘weg’, maar we krijgen er wel iets voor terug: energie en grondstoffen. Eén vuilniszak levert genoeg energie voor zeven douchebeurten.
26 / jaarbeeld 08
27
Van afval naar warmte
Voor de inzameling van het huishoudelijk afval is de lokale overheid verantwoordelijk. Vaak haalt de gemeente zelf het afval op, soms wordt de Van Gansewinkel Groep ingeschakeld. De bestemming is hetzelfde: de verbrandingsoven. Er wordt niet meer gekeken of er nog aparte fracties uit dit huisvuil te halen zijn. Het gaat immers om restafval dat overblijft als de burger papier, GFT, glas en grof huisvuil al heeft uitgesorteerd.
uitgestoten. De rook die uiteindelijk uit de schoorstenen komt, is schoner dan de lucht die we doorgaans inademen. Met onze drie afvalenergiecentrales leverde de Van Gansewinkel Groep in 2008 ongeveer 683 GWh elektriciteit aan het net en ongeveer 2199 TJ aan warmte. De netto energieproductie van de afvalenergiecentrales komt overeen met het jaarlijkse energieverbruik van ca. 300.000 huishoudens.
In 2008 hebben we bij ruim 1 miljoen huishoudens het vuilnis opgehaald. Deels door de inzamelingstak van Van Gansewinkel en deels via Overheidsdiensten, onderdeel van de Van Gansewinkel Groep. De dienstverlening van Overheidsdiensten varieert van advisering, bijvoorbeeld over optimalisering van de gemeentelijke reinigingsdienst, tot volledige uitbesteding van inzameling tot en met verwerking, waarbij de gemeente het beleid bepaalt en Overheidsdiensten het management voert.
Bedrijfsafval Via efficiënte routes halen we het afval bij bedrijven op. Dit afval heeft dezelfde eindbestemming als het huisvuil, maar het is wel van een andere calorische waarde; het is droger dan huishoudelijk afval. Voor een optimale verbranding wordt in de bunker voor de oven een juiste mix gemaakt tussen huishoudelijk afval en bedrijfsafval. Als de kraakperswagen van Van Gansewinkel (capaciteit ca. 8 ton) vol is met huishoudelijk of bedrijfsafval, rijdt hij ofwel direct naar een afvalenergiecentrale, ofwel naar een overslaglocatie. Van Gansewinkel heeft meerdere overslaglocaties. De belangrijkste functie van deze locaties is het terugdringen van logistieke kosten. Vanuit deze locaties wordt het afval in containers van 12 ton geperst, die vervolgens op transport naar de verbrandingsoven worden gebracht. Dit geschiedt via de weg, per spoor of over het water. Door de toenemende drukte op de wegen voeren we steeds meer nachttransporten uit. Een bijkomend voordeel van het ’s nachts aanleveren van afval bij de afvalenergiecentrales, is dat er meer tijd is om homogenere afvalstromen te creëren. Dit resulteert in een beter verbrandingsproces. Containers die per trein reizen, worden bij de afvalenergiecentrales op een vrachtwagen geladen. Alle wagens worden volautomatisch
28 / jaarbeeld 08
gewogen, waarna ze het afval in de bunker van de gesloten loshal storten. Via een bunkerkraan wordt de nieuwe aanvoer vermengd met het aanwezige afval: dit zorgt voor een gelijkmatige verbranding. Met diezelfde bunkerkraan wordt het afval vervolgens opgepakt en boven de hooggelegen vultrechters van de bunker losgelaten. Het afval glijdt daardoor op een door water gekoeld verbrandingsrooster. Dit rooster bestaat uit over elkaar schuivende blokken, die het vuilnis opschudden en door de oven transporteren. Na verbranding van het afval blijven (non-)ferro metalen, bodemas en vliegas over. De metalen gaan naar de metaalindustrie. De bodemas wordt afgekoeld en gezeefd en vervolgens in de wegenbouw gebruikt. De vliegas wordt gevormd door de hele fijne deeltjes die bij de verbranding meevliegen in de rookgassen. Via rookgasreiniging wordt de vliegas eruit gehaald. Het wordt gebruikt als grondstof in de asfalt- en cementindustrie. De rookgassen worden met behulp van een wastoren- en filtersysteem gezuiverd en vervolgens
• 1 vuilniszak is 7 keer douchegemak • Door de toenemende drukte op de wegen voeren we steeds meer nachttransporten uit. • Met onze drie afvalenergiecentrales leverde de Van Gansewinkel Groep in 2008 ongeveer 683 GWh elektriciteit aan het net en ongeveer 2199 TJ aan warmte. • We verwerkten in 2008 1,9 miljoen ton afval in onze drie afvalenergiecentrales, oftewel zo’n 220 miljoen vuilniszakken.
29
Interview COO Yves Luca
COO Yves Luca, inzameling internationaal
“Creatief met de crisis”
Ondanks de crisis bleef de Van Gansewinkel Groep in 2008 op gelijk niveau als in het topjaar 2007. Geeft de Belgische markt een vergelijkbaar beeld te zien?
“In België zijn we vooral bij de inzameling actief. We hebben nog geen totaal ketenbeheer zoals in Nederland. Onze concurrenten in België beschikken juist wel over verbrandingsovens en stortplaatsen. Door de crisis zien we wel een terugloop in onze resultaten. Maar dankzij onze robuuste en goed gespreide klantenportefeuille – met een groot aantal klanten in het midden- en kleinbedrijf – valt de uitval relatief mee. De automatische indexatie van de lonen in België is in crisistijd wel problematisch. Tot juli, augustus zag je een enorme boost van loon- en prijsinflaties. Daardoor liep de cashflow tegen het eind van het jaar terug en dat geeft een enorme spanning.” Hoe is er ingespeeld op de economische ontwikkelingen?
“Net als de rest van de organisatie hebben we heel snel ingezet op het programma Be prepared Act now!. Daarbij zijn over de hele linie allerlei kleine kostenbesparende maatregelen getroffen. En doordat we als bedrijf vlug hebben geschakeld, zie je dat effect ook snel terug. Ook pijnlijker maatregelen als een vacaturestop en gedwongen ontslagen waren niet te vermijden. Omdat we 30 / jaarbeeld 08
in België geen flexibele contracten kennen, moesten we ook het instrument tijdelijke werkloosheid gebruiken. Het zijn en blijven zware beslissingen, maar in tijden van crisis merk je ook dat de rijen zich sluiten en het familiegevoel weer bovenkomt. Dankzij onze bedrijfscultuur blijken we een positieve draai aan de situatie te kunnen geven en kansen te kunnen creëren in crisistijd. Want één ding is zeker: aan de crisistijd komt weer een einde. Daarom richten we ons nu ook op kostenbesparingen voor de lange termijn.” Kunt u per land aangeven of er fusies, overnames, sluitingen en dergelijke waren? België
“Begin 2008 hebben we het afvalbedrijf Milieu en Leven overgenomen. Dat is inmiddels in onze Belgische organisatie geintegreerd. Verder hebben we oude plannen om locaties bij elkaar te voegen weer uit de kast gehaald. We willen een nieuw hoofdkantoor bouwen in Evergem, de grond in Eeklo verkopen en in Wevelgem het hoofdkantoor Sales regio west sluiten.”
teiten van Hydrotruck zijn het inzamelen en overslaan van afvalstoffen. Door de overname groeit het aantal medewerkers in Polen naar ongeveer 240. Door de invoering in Polen van de stortheffing ontstaan ook in deze markt meer mogelijkheden om hoogwaardiger technieken zoals recycling toe te passen. Door de Europese wetgeving gaan de alternatieven voor storten echt toenemen.” Tsjechië
“In Tsjechië heeft de Van Gansewinkel Groep begin februari 2008 een stortplaats overgenomen in Horní Benešov. In Tsjechië wordt het overgrote deel van het afval nog altijd gestort, maar op termijn zullen op de betreffende locatie ook andere vormen van afvalverwerking worden geïntroduceerd. Onze PET recycling hebben we vanwege het ineenzakken van de vraag in Tsjechië tijdelijk stil moeten leggen. Inmiddels trekt de markt weer enigszins aan. Maar we denken met een sterk verbeterd product juist in deze markt een stevigere positie in te gaan nemen.” Engeland
Polen
“In november heeft de Van Gansewinkel Groep het Poolse afvalbedrijf Hydrotruck overgenomen. Dit familiebedrijf is gevestigd in Polkowice. De hoofdactivi-
als ijzer, aluminium, koper en diverse kunststoffen aan productiebedrijven. Het zijn vooral de grondstofprijzen die in elkaar klappen. Je moet je voorraadpositie afwaarderen. Je werkt met prijzen die niet meer kloppen. We moesten daar bovendien wachten op milieuvriendelijke wetgeving en tegelijk concurreren met niet-milieuvriendelijke oplossingen. We hebben er drie, vier jaar investeringen gepleegd. Het faillissement was een zware klap.”
“Door de sterke prijsconcurrentie in de Engelse recyclingbranche waren de vooruitzichten voor de Engelse locatie van Coolrec zodanig verslechterd dat sluiting onvermijdelijk was. Het bedrijf leverde grondstoffen
De toekomst van duurzaamheid in het buitenland. Hoe ziet die eruit?
“Nederland is op milieuvlak toonaangevend in de wereld. België zit ook in die kopgroep. Maar je ziet ook een cultuurverandering in de andere landen waar we actief zijn. Die omslag naar duurzaamheidsdenken is nu gaande. Voor de lange termijn wordt dat allesbepalend, en de Van Gansewinkel Groep is in strategisch opzicht klaar voor die toekomst. Op het gebied van duurzaamheid en Cradle to Cradle (C2C) ontwikkelen landen in Centraal-Europa zich ook erg snel, zij moeten zich ook schikken naar de Europese regels. Hun voordeel, hun voorsprong bij C2C is dat ze niet geremd worden door de wet van de vertragende voorsprong, maar juist een slag – de verbrandings- en recyclingsfase – kunnen overslaan.”
31
Internationaal 2008
JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Proef gescheiden inzameling plastic verpakkingsafval Ridderkerk (pagina 34) Internationaal
“We willen ons integrale concept breder toepassen in Europa”
Van Gansewinkel neemt afvalbedrijf Milieu en Leven over (pagina 34)
De nieuwe glasfabriek van Maltha in de buurt van het Franse Béziers.
De Benelux is onze thuismarkt, maar we zijn ook actief in Tsjechië, Polen, Frankrijk, Portugal en Hongarije. In de Benelux zijn we als afvaldienstverlener en grondstoffen- en energieleverancier actief in de gehele afvalketen. De kennis die we de afgelopen jaren hebben opgebouwd in Nederland en België op het gebied van afval- en milieuoplossingen, implementeren we in de verschillende Europese landen waar we actief zijn. We merken dat onze klanten in die landen baat hebben bij onze duurzame oplossingen. De Van Gansewinkel Groep wil een tweede thuismarkt creëren in Centraal-Europa. Ook daar willen we de verschillende afvalketens sluitend maken.
Frankrijk In Frankrijk is de Van Gansewinkel Groep actief met Maltha Glasrecycling, Coolrec en Gibert. Maltha is met vier vestigingen vooral in het zuiden van Frankrijk een belangrijke speler. Onze mensen verwerken daar jaarlijks zo’n 340.000 ton glas. Halverwege 2008 werd in Zuidoost-Frankrijk een fabriek voor de verwerking van holglas geopend. Er is onder meer een poederinstallatie in gebruik genomen die in staat is om ook de kleinste vervuilingsfracties te vermalen tot een grootte van minder dan 1 millimeter. Daardoor kunnen de fracties meesmelten in de ovens van de glasverwerkende industrie. Hiermee heeft Maltha een belangrijke kwaliteitsstap gezet in Frankrijk, omdat het percentage vervuiling per ton glas verder verminderd wordt. Coolrec heeft in Frankrijk verschillende verwerkingslijnen voor de recycling van elektrische en elektronische apparatuur. Met deze geavanceerde verwerkingslijnen is in 2008 ongeveer 6.500 ton wit- en bruingoed gerecycled.
32 / jaar beeld 08
Met de nieuwe Europese richtlijn van 2005 is er in Frankrijk een verwerkingsketen opgezet voor wit- en bruingoed. Coolrec speelt hierin een toonaangevende rol. We investeren continu in recyclingtechnieken, om onze ecologische prestaties verder te verbeteren. Verder werken we in Frankrijk sinds enkele jaren samen met Envie2E. Samen met deze maatschappelijke organisatie proberen we de werkgelegenheid voor jongeren in Noord-Frankrijk te stimuleren. De Van Gansewinkel Groep heeft via Coolrec, vooruitlopend op het in werking treden van de Europese richtlijn voor de zogenoemde ‘end of life’-oplossing voor wit- en bruingoed, in Noord-Frankrijk geïnvesteerd. De ontwikkeling van de volumes laat zien dat destijds een goede keuze is gemaakt, mede dankzij het feit dat de Franse overheid toeziet op naleving van de richtlijn. Dit in tegenstelling tot het Verenigd Koninkrijk, waar Coolrec zich gedwongen zag haar installatie te sluiten, onder andere door het uitblijven van handhaving van de richtlijn.
33
Internationaal
Onder de naam Gibert zijn we in Frankrijk actief op het gebied van inzameling. De belangrijkste activiteit van Gibert is de inzameling van recyclagestromen als papier, karton, kunststoffen en hout. In 2008 hebben de ongeveer 55 medewerkers van Gibert circa 100.000 ton restmaterialen opgehaald. Gibert heeft twee vestigingen in de regio Lille en heeft de ambitie om verder uit te breiden naar het centrum van Frankrijk.
Hongarije Sinds het najaar van 2008 is de Van Gansewinkel Groep ook actief in Hongarije. In november werd het Hongaarse glasrecyclingbedrijf Humán Szerviz overgenomen. De onderneming zet glas om in glasscherven, die weer geleverd worden aan glasproducerende bedrijven. De overname past binnen de strategie van de Van Gansewinkel Groep om de positie van recycledochter Maltha Glas in Europa verder uit te breiden.
Portugal Maltha Glasrecycling is al ruim veertien jaar gevestigd in Portugal. De locatie in het midden van het land levert jaarlijks ongeveer 192.000 ton schone glasscherven als grondstof aan de glasindustrie. De installatie is in de afgelopen jaren sterk gemoderniseerd en de capaciteit is fors uitgebreid. Maltha Portugal voorziet in een nadrukkelijke behoefte op het Iberisch schiereiland.
Polen Van Gansewinkel zamelt in Polen huishoudelijk afval en bedrijfsafval in. Het afgelopen jaar werd met ongeveer 240 medewerkers in totaal ruim 150.000 ton afval opgehaald. Van Gansewinkel biedt in Polen aan een groeiend aantal klanten een samenhangende oplossing voor hun afvalvraagstukken aan en ziet het als een uitdaging om het opgehaalde afval op een goede manier te scheiden en te recyclen. Eind 2008 werd het Poolse afvalbedrijf Hydrotruck overgenomen. De hoofdactiviteiten van Hydrotruck zijn het inzamelen en overslaan van afvalstoffen. Alle 20 medewerkers zijn in dienst getreden bij Van Gansewinkel. We zijn sinds 1998 actief op de Poolse markt, met name in het zuiden. Naast het hoofdkantoor in Kraków beschikt Van Gansewinkel in Polen over vestigingen in Olawa, Ruda Slaska, Legnica en Tarnów. De afgelopen tien jaar is Van Gansewinkel in Polen gemiddeld met zo’n 20% gegroeid.
34 / jaarbeeld 08
Tsjechië In Tsjechië is Van Gansewinkel sinds het midden van de jaren ‘90 actief als afvaldienstverlener en grondstoffenleverancier. Inmiddels werken er ongeveer 260 mensen vanuit zes locaties. We zamelen huishoudelijk afval en bedrijfsafval in en scheiden papier, glas, kunststof en drankverpakkingen. Deze stromen worden verwerkt tot nieuwe grondstoffen. Daarnaast zetten we met het bedrijf Sugal afval om in duurzame energie. Van Gansewinkel heeft in Tsjechië een meerderheidsbelang in Petka CZ. Dit bedrijf verwerkt jaarlijks meer dan 4.000 ton PET-flessen (verpakking voor frisdranken en andere vloeistoffen) tot zogenaamde PET-flakes. Deze grondstof wordt voornamelijk geleverd aan de garenindustrie. In 2008 is Petka gestart met een Cradle tot Cradle-project. In samenwerking met het Duitse instituut EPEA onderzoeken we hoe we PET zodanig kunnen recyclen dat de kwaliteit niet achteruitgaat, zodat van een oude PET-fles weer een nieuwe kan worden gemaakt. Verder hebben we in Tsjechië een logistiek centrum voor wit- en bruingoed en verzorgen we de logistieke dienstverlening voor het Tsjechische lampenretoursysteem. Begin 2008 nam Van Gansewinkel een stortplaats over in het Tsjechische Horní Benešov, vlakbij Ostrava. Op jaarbasis wordt op deze stortplaats zo’n 50.000 ton afval gestort. De stortplaats is geschikt voor alle soorten afval en een deel van de locatie kan in potentie gebruikt gaan worden voor het composteren van organisch afval. In Tsjechië wordt slechts 10% van het afval verbrand. Door de zeer lage capaciteit van verbranden is het vooralsnog noodzakelijk om grote hoeveelheden afval naar stortplaatsen te brengen. De overname van de stortplaats dient als opstap in onze ambitie om op termijn te investeren in verbrandingsovens in Tsjechië.
Proef gescheiden inzameling plastic verpakkingsafval Ridderkerk Van Gansewinkel Groep en de gemeente Ridderkerk starten met een proef voor het gescheiden inzamelen van plastic verpakkingsmateriaal. Doel van de proef is de hoeveelheid plastic afval in het restafval drastisch verminderen en het plastic afval een nieuw leven geven. Dit gebeurt door het ingezamelde plastic niet meer te verbranden maar te verwerken, zodat het gebruikt kan worden als grondstof voor nieuwe producten. De proef is succesvol afgerond en inmiddels staan er in meerdere gemeenten Van Gansewinkel-containers voor de gescheiden inzameling van plastic verpakkingen.
Van Gansewinkel neemt afvalbedrijf Milieu en Leven over Van Gansewinkel neemt inzamelbedrijf Milieu en Leven in het Belgische Olen over. De kernactiviteit van Milieu en Leven bestaat uit het inzamelen van gevaarlijk afval en bedrijfsafval. Daarnaast verleent de onderneming twee meer gespecialiseerde diensten: het inzamelen van roetafval en het recyclen van industriële lijmen. De activiteiten van Milieu en Leven zijn geïntegreerd in de Van Gansewinkel regio België Centrum/Oost-België.
PET-flessen die het Tsjechische Petka verwerkt tot PET-flakes.
35
Interview COO Diederik Gijsbers
COO Diederik Gijsbers, inzameling in Nederland
“Onze kracht ligt in de totaaldienstverlening op het gebied van afvalstromen.”
Ondanks de crisis bleef de Van Gansewinkel Groep in 2008 op gelijk niveau als in het topjaar 2007. Hoe verliep het jaar binnen de inzameling in Nederland?
“2008 was heel erg een jaar met twee gezichten. Het eerste deel stond voor ons nog in het teken van het afwerken van de integratie van de logistieke activiteiten, met name in Zuid-Holland en in Randstad-Noord. De sorteeractiviteiten in Utrecht hebben we geïntegreerd in het inzamelbedrijf, en vanaf 1 januari hebben we de gehele Zuid-Hollandse activiteit van AVR geïntegreerd. De integratie betreft honderden mensen en vele systemen. De Zuid-Hollandse organisatie (Van Gansewinkel) is op zich niet erg groot. Daar hebben we de marktleider AVR-inzameling aan toegevoegd. Met het creëren van een gezamenlijke bedrijfscultuur is het vanaf dag één uitzonderlijk goed gegaan. Daar is door de oud-AVR-mensen en door de oud-Van Gansewinkel-mensen de nodige creativiteit in gestopt. Daar ben ik erg blij om. De problematiek zat meer aan de systeemkant, in de omschakeling naar een nieuwe automatiserings- en procesomgeving. Dat vergt van de medewerkers een heel andere manier van werken. Dat moeten mensen uiteraard wel leren en dat kost tijd. Maar ook daar hebben we het afgelopen jaar forse
36 / jaarbeeld 08
stappen gezet.” In de tweede helft van het jaar is het een ander verhaal. “Bij de inzameling in Nederland zitten we voor 80% in de zakelijke markt. De huishoudelijke inzamelmarkt is relatief stabiel, maar maakt niet de hoofdmoot uit van onze activiteiten. Daardoor zijn we in de crisis ook harder geraakt, want vooral in de zakelijke markt zie je dat klanten voor een deel hun productie hebben moeten afbouwen of zelfs stil moeten leggen. Dat merken we dan ook direct bij het inzamelen van onze afvalstromen en onze afvaldienstverlening. Dat gaf een omzetdaling te zien van zo’n 5%.” Wat is er aan operational excellence gedaan?
“Onze inzet voor operational excellence hebben we vanaf half augustus geconcretiseerd met het programma Target Ten. Het doel is een voortgaande digitalisering, uniformering en stroomlijning van de bedrijfsprocessen, het verminderen van het aantal applicaties en het opzetten van shared-servicecenters. Kostenbesparingen over een breed front dus. We benutten deze periode van slow-down tevens om achterstallig onderhoud te plegen. Onder druk van de economische verslechtering hebben we een aantal quick wins naar voren gehaald: procesuniformering,
routeoptimalisatie en ritplanning. Daarnaast gaan we starten met boordcomputers. Zo’n investering is met het oog op de lange termijn zeer verantwoord. Ook de aanschaf van 140 groene DAF-vrachtwagens zit in deze lijn. Het betreft structurele investeringen, innovaties om er ‘straks’ in één keer mee op voorsprong te staan.” Hoe ziet in deze mindere tijden het ambitieniveau er uit?
“Als we het in 2009 net zo doen als in 2008, dan doen we het geweldig. In het kader van Be prepared hebben we de uitbestedingen van transporten met 27% teruggeschroefd. Onze omzet is met zo’n 5% gedaald door teruglopende materiaalstromen. De directe kosten zitten op niveau. Verder zetten we mensen en materiaal optimaal in door meer ‘s nachts te rijden. In de mogelijkheid om dit soort nachttransporten draaiende te houden bewijst zich de kracht van de keten!” Hoe zitten jullie in de markt?
“De inzameling is een verdringingsmarkt. Aangezien je het afvalaanbod niet gigantisch ziet groeien, ligt onze kracht in de totaaldienstverlening op het gebied van afvalstromen. Deze tak van sport is snel gegroeid. Bij petrochemische bedrijven nemen we bijvoorbeeld
een groot stuk van de dienstverlening voor onze rekening. Dat biedt perspectief voor andere takken van sport – met name aan de productiekant – qua groeipotentie. Kortom, onze ervaring leidt tot een aanbod van outsourcingsactiviteiten aan diverse bedrijven. Een belangrijk deel van de omzet van de Van Gansewinkel Groep komt bij de grote industriële en zakelijke klanten vandaan. Nu de economische crisis juist daar woedt, is dat wel zorgelijk. Het is een lastige markt in de bouw, de auto-industrie en de chemie. We blijven onze kracht zoeken in de kwaliteit van onze afvaldienstverlening en klantgerichtheid. Die kracht maakt het mogelijk om ook internationaal contractmanagement uit te gaan voeren. Zo hebben we vanuit de Nederlandse ervaring met ons, van een aantal grote klanten opdracht gekregen om ook het afvalmanagement voor hun buitenlandse vestigingen in bijvoorbeeld Duitsland en Frankrijk te gaan doen. Tegelijk gaan we ons steeds meer onderscheiden op het gebied van duurzaamheid en Cradle to Cradle. Vanuit onze voorsprong kunnen we bedrijven daarin vooruit helpen, want die zullen daar meer en meer mee aan de bak moeten. Bovendien kunnen wij ook groencertificaten aan bedrijven verlenen.”
37
Van puin naar A2
van
puin naar A2 De bouwsector is verantwoordelijk voor ongeveer een kwart van de Nederlandse afvalberg. De Van Gansewinkel Groep zamelt jaarlijks ruim 1,2 miljoen ton bouw- en sloopafval in. We maken er grondstoffen van voor verschillende eindverwerkers. Van puin bijvoorbeeld, maken we funderingsmateriaal voor de wegen- en utiliteitsbouw.
38 / jaarbeeld 08
39
Van puin naar A2
De grootste aanbieders van bouw- en sloopafval zijn bouwondernemers, slopers die panden renoveren en afbreken, gemeentelijke milieustraten en bouwmarkten. Ook particulieren kunnen dit afval rechtstreeks aanbieden. De beschikbare inzamelmiddelen zijn divers. Bij grote klanten wordt gewerkt met (portaal) containers, die met afzet- en haakwagens van Van Gansewinkel worden opgehaald. Bouwmarkten werken vooral met flexboxen voor kleinere hoeveelheden.
• We verwerkten in 2008 1,2 miljoen kiloton bouw- en sloopafval. Hiervan werd 82,2% hergebruikt. Zo kon bijvoorbeeld een belangrijk deel van de fundering van de A2 op basis van afval worden gemaakt, waardoor natuurlijke grondstoffen in het milieu konden blijven.
Een groot aantal locaties van de Van Gansewinkel Groep beschikt over een scheidingsinstallatie, waar het bouw- en sloopafval wordt gescheiden in aparte stromen. Dat gebeurt via verschillende technieken. Er wordt onder meer gebruik gemaakt van luchtstromen, zeefmechanismen, brekers, triltechnieken en waterbakken. De grootste stroom is puin. Een deel hiervan gaat naar externe puinbrekers, de rest breken we zelf tot granulaat. Uiteindelijk komt het weer in de bouwsector terecht als funderingsmateriaal, net als het zand dat we uit het ingezamelde bouw- en sloopafval halen. Het metaal gaat rechtstreeks terug de metaalhandel in, waar het vrijwel geheel hergebruikt wordt. Het hout wordt in drie stromen afgevoerd. Het schone, onbewerkte A-hout wordt hergebruikt in de hout- en spaanplaatindustrie. Het bewerkte B-hout (geverfd/ spaanplaat e.a.) en C-hout (o.a. bielzen) wordt grotendeels gebruikt als brandstof in energiecentrales. Hier wordt dus energie mee opgewekt. Papier en plastic zijn de kleinere stromen die we uit het bouw- en sloopafval halen. Het papier gaat naar de papierindustrie, de kunststoffen worden gescheiden in vier fracties. Drie ervan zijn PVC (o.a. elektriciteitsbuizen en dakgoten), harde kunststoffen (o.a. tuinmeubels) en folies (zachte kunststof). Deze materialen worden gerecycled om weer als zodanig te kunnen worden hergebruikt. Dan blijft er nog een brandbare fluff over. Deze wordt als brandstof gebruikt voor ovens waarmee vervolgens weer energie wordt opgewekt. En zelfs na verbranding blijft er een nuttige grondstof over: bodemas. Ook die kan weer worden gebruikt als funderingsmateriaal.
40 / jaarbeeld 08
41
Duurzame ontwikkeling
Equity, Ecology en Economy
Duurzame ontwikkeling Afval bestaat niet. Dat is onze boodschap. Wij zien afval als basis voor grondstoffen en energie. We zien het als onze opdracht om cycli sluitend te maken. Het constant ontwikkelen van afval naar grondstoffen en energie, daarmee leveren we onze toegevoegde waarde. Zo hebben we ons als bedrijf de afgelopen jaren ontwikkeld van traditionele afvalophaler tot duurzame grondstoffen- en energieleverancier. Door de aard van onze dienstverlening kunnen wij samen met onze klanten een belangrijke rol spelen in het verduurzamen van de samenleving. Onze cyclus begint immers bij het opruimen van het afval van anderen. Maar duurzame ontwikkeling gaat niet over het milieu alleen. Het gaat ook over veiligheid, het ontwikkelen van mensen en sociaal beleid. Duurzame ontwikkeling betekent ook verantwoordelijkheid nemen voor de continuïteit van onze onderneming. Ook hier wordt in dit hoofdstuk op ingegaan. Op alle aspecten beschrijven we wat we in 2008 hebben gepresteerd en wat onze ambities op middellange termijn zijn.
42 / jaarbeeld 08
43
Onze visie, missie en kernwaarden 2008
Onze visie
JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
CM
CERTIFIED
Van Gansewinkel Groep verbindt zich aan Cradle to Cradle (pagina 47)
cradletocradle
Wij zijn ons ervan bewust dat we leven in een wereld waarin grondstoffen schaars zijn en waar we verstandig met grondstoffen om moeten gaan. Samen met onze klanten streven wij ernaar om zoveel mogelijk afvalstoffen geschikt te maken voor nuttig hergebruik. Dat doen we al meer dan 40 jaar. En hoewel het misschien tegenstrijdig klinkt, zien wij afval niet als een restproduct. Als afvaldienstverlener zien we in afval juist het waardevolle begin van een nieuwe cyclus. Afval als grondstof voor nieuwe producten en energie, dus. Onze visie op grondstoffen, energie en afvalmanagement sluit goed aan op de Cradle to Cradle (C2C)filosofie. Dit concept gaat ervan uit dat producten zo samengesteld worden, dat ze na hun levenscyclus herbruikbaar zijn of afbreekbaar tot grondstoffen voor nieuwe, gelijkwaardige of hoogwaardige producten. Dit leidt tot oneindige kringlopen van producten zonder dat daarbij afval ontstaat in de betekenis van ‘nutteloos overblijfsel’. Een mijlpaal in 2008 was het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst met Prof. Dr. Michael Braungart, de grondlegger van het C2C-concept en zijn organisatie Environmental Protection Encouragement Agency (EPEA). Cradle to Cradle is leidend voor onze aanpak. Die filosofie gaat uit van de mogelijkheden en niet van ‘schuld management’. Het is ook onze drijfveer om dagelijks invulling te geven aan duurzaamheid. Onze kennis van afval is van waarde voor onze partners. Juist bij en met hen kunnen we al in de ontwerpfase van hun producten een rol spelen, waarbij een winstgevende oplossing mogelijk is. Cradle to Cradle gaat uit van de driehoek Ecology, Economy, Equity. Veel organisaties en bedrijven hebben de drie P’s (People, Planet, Profit) geadopteerd als richtlijn voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Omdat de Van Gansewinkel Groep de Cradle to Cradle-filosofie aanhangt, hebben wij nadrukkelijk voor de drie E-benadering gekozen omdat deze aanpak het dichtst bij Cradle to Cradle staat. De drie E’s moeten nadrukkelijk in balans zijn; in een holistische benadering waarbij de drie E’s constant ten opzichte van elkaar moeten worden afgewogen. Er is dus sprake van communicerende vaten waardoor de afweging en beslissing meer integraal wordt. Wij zijn ervan overtuigd dat duurzaamheid alleen succesvol kan zijn als er een duidelijke balans is tussen de drie E’s: Ecology, Economy, Equity. Het verminderen van primair, zelfs fossiele grondstoffen gebruik, zien wij als onze grootste bijdrage aan een meer duurzame samenleving. Daarvan afgeleid zien
44 / jaarbeeld 08
wij door het slimmer omgaan met grondstoffen onze bijdrage aan de reductie van CO2-emissies. Dat doen we bijvoorbeeld door energiereductie in onze afvalenergiecentrale, door efficiënte logistiek bij de inzameling. Maar dat is zelfs mogelijk bij onze recycleprocessen, zoals bij bijvoorbeeld glas.
Certificering EcoSmart Waste Care Systems (ISO 9001 en 14001) (pagina 47)
Missie De Van Gansewinkel Groep ruimt altijd het afval van anderen op. Zo werken we aan een ‘schonere’ wereld: • Door het aanhoudend besef dat de aard van onze activiteiten mogelijkheden biedt om een bijdrage aan een duurzamere samenleving te leveren en deze concreet te vertalen naar het terugdringen van afvalstromen en de proactieve ontwikkeling van efficiëntere en duurzamere inzamel-, bewerkings-, recycle- en verwerkingsprocessen. Afval bestaat niet, maar is de basis voor nieuwe grondstoffen en energie in materialencycli. • Door onze klanten als partners te zien, en ze met al onze kennis en mogelijkheden klantgerichte en gepaste innovatieve en duurzame oplossingen te bieden voor specifieke afval-, grondstof- en energievraagstukken. • Door als mensgerichte organisatie het unieke vakmanschap en de betrokkenheid van onze medewerkers te stimuleren. We willen ruimte bieden aan persoonlijke ontplooiing en aan de bijdrage die iedereen wil leveren aan de ontwikkeling van de onderneming. We zorgen voor een veilige, gezonde, respectvolle werkomgeving. Maltha krijgt per seconde ongeveer 10 kilogram glasafval binnen
Kernwaarden Duurzaam ondernemen wordt binnen de Van Gansewinkel Groep vertaald naar een vijftal principes: • veiligheid voor alles • klantgerichte samenwerking • innovatieve ontwikkeling • integriteit en verantwoordelijkheid • vakmanschap met passie
Zo bewaken we onze waarden en normen. Deze uitgangspunten garanderen helderheid over onze manier van werken. Voor onze medewerkers, voor onze klanten en leveranciers en voor de wereld om ons heen.
45
Onze visie, missie en kernwaarden
Doelstellingen en ambities De afgelopen twee jaar hebben we er bewust voor gekozen veel ‘bloemen te laten groeien’ op het gebied van duurzame ontwikkeling. De thema’s Cradle to Cradle en duurzaamheid zijn met veel enthousiasme en daadkracht door onze mensen opgepakt. Die kracht, daar geloven we in. Dat past bij de onderneming die we zijn. Vanuit deze ontwikkeling kunnen we duurzaamheid verder verankeren in onze organisatie. We kunnen de buitenwereld nog actiever vertellen wat we doen en willen hier transparant verantwoording over afleggen. Het realiseren van de stap van C+ naar B+ volgens GRI is hiervan een bewijs. Onze focus daarbij is een aantal kernprestatieindicatoren (KPI’s) waarover we rapporteren. Maar dat is niet alles. Buiten die KPI’s dagen we onze medewerkers continu uit om met dit thema bezig te zijn, ambitieus te zijn en constant te verbeteren. Afval bestaat niet – dat moet steeds voor ons het startpunt zijn.
GRI is de internationale standaard voor transparante duurzaamheidsverslaggeving. De Van Gansewinkel Groep laat de verificatie extern uitvoeren door PricewaterhouseCoopers. In 2008 is de ambitie uitgesproken om met dit jaarverslag een B+ status op de ‘G3 Richtlijnen’ van het Global Reporting Initiative na te streven. Die ambitie hebben we ook waargemaakt. Deze ambitie stelt eisen aan ons interne rapportage & auditingproces. We hebben hier het afgelopen jaar een verbeterslag in gemaakt, maar constateren tegelijkertijd dat we het niet willen institutionaliseren. We willen met nuttige KPI’s werken die we kunnen gebruiken in onze dagelijkse bedrijfsvoering.
Equity • Veiligheid • Medewerkertevredenheid • Klanttevredenheid • Stakeholderdialoog •Compliance
De aansturing van de informatieverzameling voor duurzaamheid vindt op corporate niveau plaats via Corporate Communicatie, Corporate Finance en de secretaris van de raad van bestuur. Op het gebied van personeelsbeleid, kwaliteit, veiligheid en logistiek hanteert de Van Gansewinkel Groep systemen die centraal, dan wel decentraal in de verschillende regio’s kunnen worden geraadpleegd. Deze hebben eenmalig voor dit verslag data aangeleverd. Op het gebied van afvalinzameling en verwerking bestaan systemen die ook op basis van regelgeving zijn gereguleerd. De informatie die in dit rapport is gegroepeerd, is daarom een reflectie en consolidatie van aan regelgeving gebonden informatie. Toch is het van belang geweest de data op betrouwbaarheid te controleren.
Ecology • C2C-concepten • Reductie CO2-emissies
Door het meten en analyseren van onze gegevens kunnen we nu de volgende stap zetten en doelstellingen en ambities definiëren voor de middellange termijn.
Economy • Financiële resultaten / EBITDAE • Corporate Governance
Juist in de huidige economische situatie achten wij het van belang om doelstellingen op het gebied van duurzaamheid duidelijk te formuleren. De huidige economische situatie heeft ons wel doen besluiten om de doelstellingen te formuleren voor een langere termijn (2010) omdat de snelheid waarmee we kunnen veranderen en verbeteren soms af zal hangen van macro-economische ontwikkelingen. Maar ook dat is duurzaam: mee-ademen met de markt, met een lange termijn horizon.
Onze ambities zijn erop gericht de prestaties op onderstaande gebieden te verbeteren.
Resultaten 2008 Vorig jaar hebben we extern geen doelstellingen gecommuniceerd. Desalniettemin hebben we daar intern wel aandacht aan besteed. De belangrijkste prestaties zijn: • Verbetering melding en analyse ongevallen • Daling ongevallen met verzuim • Audit bij elke vestiging op veiligheid • van C+ naar B+ volgens GRI-systematiek • Investeringen in schonere vloot • Medewerkers Motivatie Onderzoek uitgevoerd • Actievere rol naar stakeholders • Ontwikkeling van C2C-concepten • Klant Tevredenheid Onderzoek uitgevoerd • Verbetering klachtenafhandeling • SHEQ gedragscode geactualiseerd • Vergroening leasewagenpark • Kantoorartikelen duurzaam ingekocht • Invoering energiezuinige pc’s
46 / jaarbeeld 08
Informatie- en managementsystemen duurzaamheid
Van Gansewinkel Groep verbindt zich aan Cradle to Cradle Van Gansewinkel Groep sluit een samenwerkingsovereenkomst met het Duitse EPEA van Michael Braungart. De Duitse wetenschapper Braungart is mede-auteur van het boek ‘Afval is voedsel’ en werd daarmee wereldwijd bekend. Het doel van de overeenkomst is het Cradle to Cradle-principe in de Benelux verder uitdragen, gebruikmaken van elkaars specifieke kennis en deze delen met derden.
Certificering EcoSmart Waste Care Systems (ISO 9001 en 14001) EcoSmartWaste Care Systems ontvangt de certificering ISO 9001 en 14001. Daarmee is objectief vastgesteld dat ze voldoet aan internationale eisen van kwaliteit en veiligheid (9001) en milieuzorg (14001).
Ullam zzril euisit irit, con erilla acipit ut nosto diam quat. Na autpat vulputpate dolomod secte do corem alisit niat luptat.
47
Ambities voor 2010
Ambities voor 2010 KPI
Prestatie 2008
Ambitie 2010
Prestatie 2008
Ambitie 2010
Routeoptimalisatie
Verminderen wegkilometers door
Geautomatiseerde routeplanning invoeren
en -efficiency
optimaliseren inzamelroutes
(inzet boordcomputer).
Logistiek
SHEQ Ongelukken met verzuim
KPI
Aantal ongelukken met verzuim teruggebracht met 20%
IF (Injury Frequency) naar best-in-class TrackWise volledig implementeren in totale
TrackWise
Implementatie TrackWise
Inzet op nachttransport
organisatie en voor alle leidinggevenden beschikbaar stellen
ISO 9001 voor Ecosmart en Marpobel
Elk bedrijf/regio gecertificeerd voor ISO 9001,
ISO 14001 voor Regio’s Oost en Wallonië
ISO 14001 en OHSAS 18001
OHSAS 18001 voor Tsjechië
SHEQ gedragscode geactualiseerd
Inzamelconcept voor de binnensteden en Reductie CO2-emissies
Inzet elektrische inzamelvoertuigen
Auditing
verbeteringen op
SHEQ met duidelijke kaders waarbinnen de
Verjonging wagenpark Polen. Aankoop 140 nieuwe, schonere wagens
voor toetsing centrale eisen en dat interne
Blijvend onderzoek naar en het testen van
benchmarking mogelijk maakt
In 2007 gestart met mentormodel, in 2008
voorzien voor initiële en voortgezette vorming
verder uitgerold binnen organisatie
rond veiligheid en rijgedrag van chauffeurs en
Onderzoek naar inzet alternatieve brandstoffen
Waste processing - Inventarisatie optimum in energieproductie - Afronden en implementeren van energie-
HRM Medewerkers Motivatie
Gemiddelde score van 7,3 (Nederlands
Herhalen MMO met betere score dan boven
Onderzoek (MMO)
gemiddelde 7,2)
Nederlands gemiddelde
Ziekteverzuimpercentage van 5,0%
Ziektemeldingsfrequentie
Beloning en bonus
verbruik (en daardoor reductie CO2-emissies)
besparingsplannen Start inventarisatie energieverbruik afvalenergiecentrales + opzet energiebesparingplannen
bunkermanagement Verduurzaming energieverbruik locaties
opleidingen Mogelijkheden van flexibel werken verbreden
Beloningssysteem gerelateerd aan financiële
Invoeren beloningssysteem met relatie tussen
prestaties
beloning en duurzaamheidsdoelstellingen
Van Gansewinkel Groep door inzet Garanties
Modernisering Brielselaan
(BEC)
Voorbereidingen getroffen om tot een besluit te komen inzake de modernisering Brielselaan In gebruikneming BEC
Met beperkte groep regelmatig in contact
Periodieke dialoog meer structureren en voortzetten
Duurzame energieopwekking
Start onderzoek naar (decentrale) mogelijkheden voor duurzame energieopwekking
begeleiding studenten bij afstudeerprojecten
Verder intensiveren structurele invulling
en stages; presentaties onderwijsinstellingen;
(regionale) onderwijsprogramma’s
Klanttevredenheidsonderzoek (KTO) NL en BE: gemiddeld 8.1
Ontwikkeling klachtenmanagementsysteem Afvalplatform voor Industrie opgericht
Overheden
Leveranciers NGO’s
48 / jaarbeeld 08
Optimalisering inzet en gebruik
Continue dialoog over ontwikkelingen op gebied van wet- en regelgeving
Continueren onderzoek en actieve kennisuitwisseling met overheden om maatschappelijke doelstellingen te helpen realiseren. - Stoomafzet in Botlek gebied naar omliggende industrie verdubbelen
Warmtelevering
- Levering van stadswarmte met 10% verho-
begeleiden studentenbedrijven
Klanten
Modernisering Brielselaan
hoefte en gezamenlijke issues stakeholders zijn
Deelname aan diverse educatie-initiatieven; Onderwijs
Voortzetten
van Oorsprong
Biomassa Energie Centrale Structureel in kaart brengen wat informatiebe-
Stakeholderanalyse
teit verbrandingsproces processen. Dmv inzet nachttransporten en
Conform landelijke benchmark investeren in
Inventarisatie mogelijkheden flexibel werken
- Verminderen van eigen verbruik van elektrici- Verdere optimalisatie van verbrandings-
Terugbrengen naar 4,5%
Stakeholderdialoog
Periodieke dialoog
Terugbrengen eigen energie-
Terugbrengen naar 1,5%
Opleidingen Arbeidsvoorwaarden
alternatieve brandstoffen (tweede generatie biofuel – LNG wagen van start in 2009)
beladers
Ziekteverzuimpercentage
Aanschaf nieuwe voertuigen altijd volgens EEV-norm
Opzetten van één extern auditprogramma
In elke inzamelregio minstens 1 mentor Mentorprogramma
duurzame bedrijventerreinen doorontwikkelen met behulp van elektrische voertuigen.
lokale organisaties zich kunnen ontwikkelen
Externe audits leverden beperkt aantal
mogelijkheden na aanpassingen infrastructuur inzameling.
Opzetten van een centraal normdocument Gedragscode
netwerk van nachttransporten Vertalen onderzoek naar modal shift-
Inzet treinen en schepen
Behalen 5 nieuwe certificaten: Certificeringen
Inzet wagenpark vergroten door opzetten
gen in Duiven Hoge score (best in peergroup) op klant-
Uitbreiding verbrandings-
Voorbereiden Afval Energie Centrale
tevredenheid vasthouden en op deelaspecten
capaciteit
Saefthinge
verder verbeteren
Inkoop
Door actief klachtenmanagement score KTO verbeteren naar best in class
Duurzaam inkoopbeleid
Mogelijkheden onderzocht
Afvalplatform voor Industrie uitbouwen Continueren actieve rol in politieke discussies vraagstukken
Deelname aan discussies georganiseerd door
Actieve dialoog met belangrijkste leveranciers
leveranciers
voeren t.a.v. duurzaamheidsaspecten inkoop
Regelmatig overleg met NGO’s
Continueren dialoog met NGO’s
Kantoorartikelen
organisatie Ambitie om alle nieuw aan te schaffen lease-
Leasewagens
rondom afval- en energie- en duurzaamheids-
Duurzaam inkoopbeleid doorgevoerd in
wagens alleen A en B-labels te laten zijn in NL 63% van kantoorartikelen is meest duurzaam
Kantoorartikelen van 63% naar 75% meest
in categorie
duurzaam in categorie
Duurzaamheidscriteria
Onderzoek naar mogelijkheden koppeling van
invoeren bij leveranciers
inkoopvoorwaarden aan duurzaamheidscriteria
Consequent doorvoeren bij selectie van leveranciers en duurzaamheidsaudit uitvoeren bij strategische leveranciers
49
Ambities voor 2010 2008
Ambities voor 2010 KPI
Prestatie 2008
Reductie CO2-emissie door
Onderzoeken mogelijkheden CO2-reductie op
inkoop extern transport
inkoop extern transport
JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Ambitie 2010 Het verder intensiveren van CO2-reductie op extern transport met ambitie om 5% te
Minister opent nieuwe kade Van Gansewinkel in Evergem (pagina 59)
besparen in 2010
ICT Thin Clients
Optimalisatie ritplanning en routeoptimalisatie
Ingevoerd bij 40% werkplekken
Invoeren bij 60% werkplekken hele groep.
Van Gansewinkel
Verminderen CO2-uitstoot Invoeren boordcomputer.
Onderzoek naar mogelijkheden
Landelijke compostdag: gratis compost als beloning voor scheiden GFT-afval (pagina 60)
Optimaliseren van inzamelroutes. Verminderen CO2-uitstoot Mogelijkheden verder invoeren in met name
Teleconferencing
Ingevoerd op aantal locaties met name in NL
buitenlandse vestigingen. Naast CO2-reductie
en BE
door bijvoorbeeld reistijdreductie, is betere balans werk – privé ook doelstelling
‘Het nieuwe werken’
Onderzoek gestart naar mogelijkheden
Onderzoek afronden en pilot uitvoeren
Waste Management Hergebruik gevaarlijk afval
45% van het gevaarlijk afval hergebruikt
Door nog intensievere scheiding en bewerking percentage hergebruik verhogen naar 50%
Nuttige toepassing afvalhout
Ambitie is om tot 100% nuttige toepassing te
en houtfractie
komen
Toepassing C2C-aanpak
Onderzoek naar realiseren ‘closed loop’ bij
Via C2C-aanpak meer ’closed loops’ creëren
bepaalde afvalstromen
zoals bij keramiek en tapijt Ketenmodel inzameling, recycling, verwerking,
Ketenmodel
Onderzoek naar uitbreiding met CO2-emissie-
als onderdeel van de ontwerp-productie-
component
consumptiecyclus, uitbreiden met een CO2emissiecomponent
Transparantie Rapportage via GRI-richtlijnen
GRI: Van C+ naar B+
Handhaven GRI B+ status
Onze nieuwe Biomassa Energie Centrale (BEC) wordt gevoed met afvalhout en levert 100% groene energie op.
Corporate Governance Verder invullen van onze verslaggeving over onze strategie, resultaten, risico’s en kansen Verder vormgeven van onze in control statements Toezicht op onderneming meer in geest commissie Frijns (Peters/België) inrichten Productinnovatie Minimaal vier nieuwe duurzame concepten op de markt brengen Onderzoek naar toepassing C2C
Vier C2C-projecten van concept naar geconcretiseerde toepassingen
Economy EBITDAE
Resp 15, 22 en 53% per onderdeel in de keten
LT; 2010 in functie hiervan
Efficiency: Be Prepared /
€10 miljoen structurele verbetering van het
Target 10
bedrijfsresultaat in het logistieke deel (run rate)
Organieke groei in logistiek
Vasthouden van positie in W2E
50 / jaarbeeld 08
€272 miljoen
5% autonoom onder normale economische omstandigheden 2% autonoom; acquisitoire resp greenfield ambities reiken verder
Groei organisch en acquisities
25% groei/jaar in recycling in normale
in Recycling als invulling van
economische omstandigheden (zowel
Cradle to Cradle strategie.
autonoom, acquisitoir en greenfield)
51
Ambities voor 2010
Management disclosures
Structuur en verantwoordelijkheden De ervaring van het afgelopen jaar leert dat duurzaamheid ook expliciet gestructureerd en georganiseerd moet worden. Juist nu we extern doelstellingen formuleren. Deze structuur is zo ingericht, dat we het enthousiasme en de energie van onze mensen blijven stimuleren. • Duurzaam ondernemen is een stuk van ons DNA en essentieel voor de identiteit van ons bedrijf – het is dan ook niet vreemd dat onze bestuursvoorzitter Ruud Sondag eindverantwoordelijk voor duurzame ontwikkeling is. Daarnaast zijn de COO’s nauw betrokken bij het beleid en de uitvoering van duurzame ontwikkeling binnen de organisatie. Nevenstaand overzicht met management disclosures geeft weer wie verantwoordelijk is voor genoemde categoriën. • Een Cradle to Cradle-board is in ontwikkeling, waarin naast bestuursvoorzitter Ruud Sondag, ook grondlegger van het C2C-principe Michael Braungart en een vertegenwoordiger van de raad van commissarissen plaatsneemt. De bedoeling is dat op termijn de board wordt uitgebreid met een aantal vertegenwoordigers van onze stakeholders. • Intern keurmerk van duurzame concepten: in 2008 zijn de lijnen uitgezet voor een interne commissie die de kwaliteit van projecten op het gebied van duurzaamheid waarborgt. Deze commissie toetst concepten die wij ontwikkelen op duurzaamheidsaspecten. Wij willen niet aan ‘green washing’ of ‘window dressing’ doen. • Regionale aanpak: wij zijn heel actief in verschillende regio’s, vestigingen en plants. Daar zijn we dagelijks in de praktijk bezig met duurzaam ondernemen en daadwerkelijk de footprint van de klant te verminderen. Dit bewijst nadrukkelijk dat duurzaamheid zeker niet alleen een hoofdkantooraanpak is, ook al omdat het een erkenning van onze activiteiten is die in de regio’s tot praktische oplossingen leidt. • Dit jaar hebben we diverse KPI’s vastgesteld die door de verschillende verantwoordelijken in de organisatie zullen worden opgepakt. We zullen deze duurzaamheidsdoelstellingen integraal in de jaarplannencyclus opnemen. Steeds meer zullen ze een leidraad vormen, die onze duurzame ontwikkeling ondersteunt. Via onze bestaande managementlijnen wordt gerapporteerd over de specifieke KPI’s naar de COO’s in de raad van bestuur. Het behalen van de duurzaamheidsdoelstellingen wordt in 2010 voor een belangrijk deel gekoppeld aan ons beloning- en bonusbeleid.
52 / jaarbeeld 08
Economie
Relevante onderwerpen
Verantwoordelijkheid
Economische prestaties en markten
raad van bestuur
Doelstellingen
Ambities en prestaties op de drie E’s; Equity, Ecology en Economy
Monitoring
Via diverse managementrapportages
raad van bestuur, Milieu
Recycling, emissies,
lijnmanagement en
Verminderen van CO2-emissies,
Maandelijkse rapportage via
energie en
directeuren Waste Processing,
Verbeteren vervoer
mid-office, waste processing en jaarlijkse
vervoer
Waste Management,
Verhogen recyclingspercentage
controle en verificatie
Maltha, Coolrec, Logistiek
Werknemers, Arbeid
werk/management relaties, training en veiligheid
Arbeidsrecht, Mensenrechten
diversiteit en inkoop
Maatschappij
Samenleving
raad van bestuur, lijnmanagement en Directeur HRM
raad van bestuur, lijnmanagement en Directeuen HRM en inkoop
werknemers Vermindering ongevallen
Gelijke rechten werknemers Flexibele werktijden
Steun aan goede doelen Ondersteuning scholieren
Directeur Communicatie
Bijdragen aan omgeving
lijnmanagement en directeuren Waste ma-
marketing communicatie,
nagement,
Cradle to Cradle-partnerships
Maltha, Coolrec,
en klantrelaties
Sales en Corporate Communicatie
Jaarlijkse controle en verificatie
Verantwoord inkopen
lijnmanagement en
Productinformatie,
Jaarlijkse controle en verificatie
Opleidingen en leiderschap
Secretaris raad van bestuur,
raad van bestuur,
Product Verantwoordelijkheid
Behoud en aantrekken van
Jaarlijkse controle en verificatie
Kwalitatief hoogwaardig gerecycled afval
Maandelijkse rapportage via mid-office,
Optimaliseren restproducten en energieren-
waste processing en jaarlijkse controle
dement
en verificatie
Optimaliseren van closed-loop recycling
53
Van splinter naar dressoir
van
Splinter naar
dressoir Via verschillende kanalen zamelen we verschillende soorten hout in. We maken er onder meer grondstoffen van voor de hout- en spaanplaatindustrie. Zo geven we het hout een tweede leven, zodat de industrie geen gebruik hoeft te maken van nieuw hout dat wordt vervaardigd door het kappen van bomen.
54 / jaarbeeld 08
55
Van splinter naar dressoir
Met rol- en afzetcontainers bij de houtbewerkende industrie, de bouw- en sloopsector en gemeentelijke stortplaatsen zamelen we het afvalhout in. Er wordt bij de bron een onderscheid gemaakt tussen A-, B- en C-hout, omwille van de ver uiteenlopende recuperatiemogelijkheden. Op verschillende locaties verwerken we het hout met breek-, scheidings-, en zeeftechnieken tot verschillende grondstoffen. Van het schone, onbewerkte A-hout maken we grondstoffen voor de hout- spaanplaatindustrie. Het bewerkte B-hout (geverfd, spaanplaat e.a.) en C-hout (o.a. bielzen) wordt omgezet in (groene) energie: het B-hout is na verwijdering van de ergste verontreinigingen geschikt voor onze nieuwe Biomassa Energie Centrale (BEC) in Rozenburg en andere (biomassa) energiecentrales. Het C-hout gaat naar speciale verbrandinginstallaties in Duitsland en Zweden.
continue hoeveelheid brandstof nodig hebben, slaat Biomassa Stroomlijn grote hoeveelheden houtchips op verschillende locaties op. Om zoveel mogelijk wegkilometers te besparen, worden de houtchips vanuit de verschillende locaties naar de dichtstbijzijnde energiecentrale gebracht. Bij het verbranden van de chips komt as vrij. De vliegas wordt opgevangen en ingezet als grondstof voor asfalt- en cementindustrie. Er blijft ook bodemas over. Die gaat onder meer als bouwstof naar de wegenbouw.
Het afgelopen jaar is hard gewerkt aan onze nieuwe BEC. De installatie is sinds 23 november 2008 operationeel en wordt gevoed met ingezameld afvalhout. Hierdoor telt de opgewekte elektriciteit voor 100% als groene energie. Zo vermijden we jaarlijks de uitstoot van 65.000 ton CO2 uit fossiele brandstoffen en 40 miljoen m3 aardgas. We blijven echter investeren in technieken om het ingezamelde afvalhout verder op te schonen, zodat we het materiaal na een tweede leven ook een derde leven kunnen geven, voordat het uiteindelijk gebruikt wordt om groene energie mee op te wekken.
Snoeihout Snoeihout is hout van planten, struiken en boomkruinen. Het is hout dat niet geschikt is voor hergebruik, omdat het vervuild is met bladeren en schors. Snoeihout is echter heel geschikt als brandstof voor energiecentrales. Daartoe wordt het verkleind en dan heet het ‘biomassa’. Onze dochter Biomassa Stroomlijn zamelt het snoeihout op verschillende locaties in. De grootste hoeveelheid wordt opgehaald in het bos. Daar wordt het snoeihout vaak direct vanaf de hakselaar in een container geblazen. Kleinere hoeveelheden worden verzameld op milieustraten en composteringslocaties, om daar verhakseld te worden tot houtchips. Omdat snoeihout seizoensmatig vrijkomt en verbrandingscentrales elke dag een
56 / jaarbeeld 08
• We geven het hout een tweede leven, zodat de industrie geen gebruik hoeft te maken van nieuw hout dat wordt vervaardigd door het kappen van bomen. • De nieuwe BEC installatie is sinds 23 november 2008 operationeel en wordt gevoed met ingezameld afvalhout. Hierdoor telt de opgewekte elektriciteit voor 100% als groene energie. Zo vermijden we jaarlijks de uitstoot van 65.000 ton CO2 uit fossiele brandstoffen en 40 miljoen m3 aardgas. • We verwerkten in 2008 462 kiloton hout. Een deel werd omgezet in grondstoffen voor de hout- en spaanplaatindustrie. Een oude splinter werd een nieuw dressoir.
57
Equity 2008
JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Van Gansewinkel Groep ondersteunt GRI-conferentie (pagina 60)
Nieuwe lijn voor Coolrec Frankrijk (pagina 64)
Equity
Minister opent nieuwe kade Van Gansewinkel in Evergem Op vrijdag 4 april 2008 opent de Vlaamse minister van Openbare Werken, Hilde Crevits, een nieuwe kade op de Van Gansewinkelvestiging in het Belgische Evergem. Door deze ingebruikname kan een aantal afvalstromen voortaan ook per schip worden afgevoerd naar eindverwerkers. Vervoer over water is efficiënt, economisch en ecologisch en sluit daarom goed aan bij de bedrijfsfilosofie. Van Gansewinkel Groep zoekt continu naar mogelijkheden om het vervoer over de weg te verminderen en gebruik te maken van alternatieve vervoersmogelijkheden.
Binnen de Van Gansewinkel Groep heeft veiligheid absolute prioriteit. Er is nooit een excuus om niet veilig te werken. We willen dat iedereen die voor ons werkzaam is ’s avonds weer gezond en wel thuiskomt. Werkgever en werknemers zijn er samen verantwoordelijk voor dat veiligheid naar een hoger plan wordt getild en vanzelfsprekend onderdeel is van de bedrijfscultuur.
Het afgelopen jaar verwerkten wij circa 718.000 ton gevaarlijk afval. Het afval werd omgezet in nieuwe grondstoffen en energie.
Medio 2007 is gestart met een brede campagne rond veiligheid om de bewustwording binnen de Groep te verhogen. Er werden meetsystemen opgesteld om relevante KPI’s te kunnen opvolgen, en er werd begin 2008 gestart met self assessment tools om de compliance met wet- en regelgeving na te gaan en de meest kritische elementen op veiligheidsgebied te toetsen. Alle entiteiten en locaties gingen hiermee aan de slag, de resultaten werden centraal opgevolgd. Eind 2008 waren er nog weinig “blinde vlekken” op de kaart. Met de introductie van de 5 basisregels voor veiligheid en verschillende interne media is het belang dat wij hechten aan het werken in een veilige en gezonde omgeving nadrukkelijk onderschreven.
58 / jaarbeeld 08
59
Veiligheid
Leiderschap is cruciaal voor het welslagen van een cultuurverandering. Van goede leiders wordt verwacht dat ze voorbeeldgedrag vertonen. Daarom gaan de leden van raad van bestuur zelf naar verschillende bedrijfslocaties om veiligheidsrondes mee te lopen, is er een volledige dag besteed met het topmanagement van de Van Gansewinkel Groep rond het thema veiligheid, en hebben de lokale management teams dit verder opgepakt middels toolboxmeetings en mentorprogramma’s. Ook is er een interne veiligheidsaward ingesteld die in 2008 door de Regio Limburg is gewonnen. In 2008 was onze zeer ambitieuze doelstelling om in 2008 de ongevallenfrequentie met 50% te verminderen. Door de aanhoudende en verscherpte aandacht hebben we het aantal ongelukken teruggebracht met ongeveer 20%. Helaas hebben er een aantal zeer ernstige ongevallen plaatsgevonden waarbij drie zelfs met dodelijke afloop. Ons veiligheidsbeleid kent een eeuwig dilemma. We zullen ongevallen en ongelukken nooit accepteren, tegelijkertijd is de werkelijkheid dat we er nog steeds regelmatig mee worden geconfronteerd. Wij willen dan ook van een re-actieve organisatie naar een proactieve evolueren. Om dit te realiseren is TrackWise groepsbreed geïmplementeerd. Niet alleen incidenten en ongevallen worden gemeld en opgevolgd, maar ook de ‘near misses’. Dit wil zeggen dat we bijna ongevallen, gevaarlijke situaties en handelingen nu ook ten volle behandelen, zodat we vermijden dat deze later aanleiding kunnen geven tot reële incidenten. TrackWise heeft het voordeel dat er nu op een meer uniforme manier wordt geregistreerd, zodat de analyses van de gegevens op lokaal en centraal niveau beter kunnen en inhoudelijk correcter zijn. Het laat toe online te beschikken over managementinformatie en de organisatie direct bij te sturen.
Vijf basisregels voor veiligheid A A ltijd de vereiste Persoonlijke Beschermingsmiddelen gebruiken L L eefomgeving; zorg voor een schone en veilige werk- en leefomgeving E E rken en meld onveilige situaties en werkmethodes voordat je verder werkt R R especteer dat je wordt aangesproken op onveilig gedrag en spreek anderen ook aan op onveilig gedrag T T raining; je bent goed getraind om je taken te kunnen uitvoeren
Zeer ernstige ongevallen in 2008 • Coolrec UK –locatie – Medewerker zwaar gewond door ongeval met scheidingsinstallatie • Electrabel-locatie in Nijmegen – dodelijk ongeval na val van dak bij schoonmaakactiviteiten • Van Gansewinkel Zuid-Holland – dodelijk ongeval door beknelling • Van Gansewinkel België – dodelijk ongeval na verkeersongeval met vrachtwagen • Van Gansewinkel Noord-Nederland – Chauffeur zwaar gewond door containerdeur • Van Gansewinkel Noord – Nederland – Chauffeur zwaar gewond door ongeluk veroorzaakt door wesp in cabine
TrackWise is een elektronisch managementsysteem dat ondersteuning biedt aan de organisatie voor het registreren en opvolgen van SHEQ (Veiligheid, Gezondheid, Milieu en Kwaliteit) gerelateerde items, zoals incidenten en near misses, inspecties, audits, sancties en onderzoeken. In plaats dat gegevens op papieren formulieren worden ingevuld en ter behandeling en aanvulling worden doorgestuurd, gebeurt dat elektronisch. De vastgestelde route voor het doorsturen heet de workflow. Het doel van TrackWise is: • Het voorkomen van incidenten • Het verminderen of wegnemen van ongewenste effecten van voorgevallen incidenten • Het verhogen van de compliance.
Landelijke compostdag: gratis compost als beloning voor scheiden GFT-afval Op 12 april 2008 biedt AVR – Compostering consumenten de mogelijkheid om gratis compost op te komen halen bij haar vestigingen. Met deze actie worden de inwoners van de gemeenten bedankt voor hun inspanning om groente-, fruiten tuinafval (GFT) gescheiden aan te leveren. Dit GFT wordt door AVR in Rozenburg en Duiven verwerkt tot compost. Het ingezamelde GFT wordt dus teruggegeven in de vorm van compost.
60 / jaarbeeld 08
Van Gansewinkel Groep ondersteunt GRI-conferentie GRI (Global Reporting Initiative, onderdeel van de Verenigde Naties) host van 7 tot en met 9 mei in Amsterdam ‘The Amsterdam Global Conference on Sustainability and Transparency’. Meer dan 1000 experts uit zo’n 65 landen komen bijeen om over duurzaamheid en transparantie van gedachten te wisselen. Van Gansewinkel Groep verzorgt in samenwerking met PricewaterhouseCoopers de workshop ‘The Value of Sustainability Reporting for Investors’
In 2008 is TrackWise succesvol uitgerold in 19 regio’s en bedrijven binnen AVR, Van Gansewinkel NL en BE en Coolrec. Ambitie is om dit tegen medio 2009 uit te breiden naar de resterende locaties en vestigingen van de Van Gansewinkel Groep.
61
Certificeringen en audits
Certificeringen en audits
Inzameling Nederland 1
Internationaal 2
Afvalverwerking 3
Groep
2007
2008
2007
2008
2007
2008
2007
2008
108
172
230
241
13
9
351
422
Werknemers en uitzendkrachten Totaal gerapporteerde ongelukken (excl. eerste hulp ongelukken) Ongelukken met verzuim (incl. dodelijke ongelukken) Aantal ongelukken per 1 mln uur
73
86
171
149
3
3
247
238
12,6
11,4
46,7
36,6
2,2
2,4
22,8
18,4
1
3
2
0
11
17
14
20
Onafhankelijke contractanten Totaal gerapporteerde ongevallen
Inzameling NL: Nederlandse inzamelregio’s, Industrial Services, Overheidsdiensten
2
Internationaal: België, Tsjechië, Polen, Coolrec, Maltha, Indaver Relight
3
Afvalverwerking: Waste Processing, inclusief A&G
Frequentie per 1 miljoen uur in vergelijking met sectorgemiddelden*
Impact van arbeidsongevallen Hoofd
8%
Gezicht / oog
3%
Nek / schouder
4%
Borst
6%
Rug
3%
Arm / pols
11%
Handen / vingers
23%
Lies / been / knie
13%
Voet / enkel
26%
Anders Totaal
3%
60
55,5
50 44,2
46,1
• vaststellen van meetbare doelen • verbeteren en vasthouden van de kwaliteit van onze dienstverlening • voldoen aan (inter)nationale kwaliteitsdoelstellingen Het borgen van de voorschriften i.v.m. SHEQ (Veiligheid, Gezondheid, Milieu en Kwaliteit) in een organisatie gebeurt het beste door het implementeren van een managementsysteem of zorgsysteem. Dit zorgsysteem dient er voor te zorgen dat de vastgelegde doelstellingen worden behaald. Het startpunt hierbij is het analyseren van de risico’s, dan het nemen van gepaste beheersmaatregelen en uiteindelijk willen we een algemene klantentevredenheid bereiken.
Groep Totaal
ISO 9001
10
8
3
3
24
ISO 14001
9
6
3
0
18
10
3
3
1
17
0
1
0
0
1
VCA OHSAS 18001 1
Inzameling NL: Nederlandse inzamelregio’s, Industrial Services, Overheidsdiensten
2
Internationaal: België, Tsjechië, Polen, Coolrec, Maltha, Indaver Relight
3
Afvalverwerking: Waste Processing, inclusief A&G
Geheel in de geest van de onderneming is de verantwoordelijkheid hiervoor decentraal neergelegd. Dit wil zeggen dat elke entiteit (inzamelregio, recyclagebedrijf of verwerkingsentiteit) een zorgsysteem zal opzetten dat beantwoordt aan de complexiteit en belangrijkheid van zijn activiteiten. Wij houden ons hierbij vast aan de gekende internationale normen:
30 20 14,4
12,6
10 3,9
2,4
0 Inzameling Nederland
België
Recyling
Afvalverwerking Nederland
• OHSAS 18001 voor Veiligheid en gezondheid op de werkvloer • ISO 14001 voor Milieu • ISO 9001 voor Kwaliteit • VCA voor Veiligheid Aannemers, daar waar van toepassing
100%
Uit benchmarkgegevens (meest recente cijfers 2007) blijkt dat de Van Gansewinkel Groep ten opzichte van de sectorgemiddelden goed scoort qua ongevallenfrequentie. Onze ambitie is steeds onder het sectorgemiddelde te blijven en te evolueren naar “best in class”.
Inzameling NL1 Internationaal 2 Afvalverwerking 3
44,9
40
Sector
62 / jaarbeeld 08
(n)
We zijn trots op ons vakmanschap, gedreven door onze passie. Het kwaliteitsmanagementbeleid is gebaseerd op:
Frequentie van ongevallen
1
Certificeringen binnen Van Gansewinkel Groep
Van Gansewinkel Groep
*Gegevens afkomstig van VA voor NL, van Febem voor BE.
Controlekamer op afvalenergiecentrale.
Deze eisen zijn herkenbaar voor al onze stakeholders, en laten we extern certificeren. Dit vergroot onze transparantie en geloofwaardigheid.
Recycling = Maltha en Coolrec. Sectorgemiddelde afkomstig van MEZ België.
In 2008 hebben we 5 nieuwe certificaten behaald: • ISO 9001 voor Ecosmart en Marpobel • ISO 14001 voor Regio’s Oost en Wallonië • OHSAS 18001 voor Tsjechië
63
Stakeholders 2008
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
ILvA draagt inzameling bedrijfsafval over aan Van Gansewinkel (pagina 64)
Gedragscode Strikt genomen kent de Van Gansewinkel Groep geen gedragscode. Dit is echter een theoretische benadering. We hebben wel degelijk in onze principes de waarden integriteit en verantwoordelijkheid opgenomen. Dit zijn geen vrijblijvende kernwaarden. Integriteit is van ongelooflijk belang, ook in onze sector. Al sinds het ontstaan van onze organisatie werken wij er aan om ons juist ook op dit vlak te blijven onderscheiden. Dat is gelukt en dat bewijst dat het in ons handelen zit. Om dat te blijven benadrukken hebben we in 2008 gewerkt aan een beleidsverklaring als raad van bestuur waarin we onze verantwoordelijkheid daarin willen benadrukken.
JAN
te stemmen. Ons werk omvat meer dan het inzamelen en verwerken van het afval van onze klanten. Vanaf de ontwerpfase van een product adviseren wij hen over de samenstelling van hun producten met als uitgangspunt hoe deze als nieuwe grondstof voor andere producten kunnen dienen in een later stadium. Onze kenniskant is daarbij van grote toegevoegde waarde voor de stakeholder. Samen kunnen we immers concreet invulling geven aan duurzaamheid door afval een tweede leven te geven tot grondstof en energie.
Van Gansewinkel Groep en Steelcase bundelen krachten in Cradle to Cradle (pagina 64)
Ambities 2010 • IF (Injury Frequency) naar best-in-class • Opzetten van een centraal normdocument SHEQ met duidelijke kaders waarbinnen de lokale organisaties zich kunnen ontwikkelen • Opzetten van een extern auditprogramma dat de organisatie toetst tegenover de centrale eisen en interne benchmarking mogelijk maakt • In elke inzamelregio minstens 1 mentor voorzien voor initiële en voortgezette vorming rond veiligheid en rijgedrag van chauffeurs en beladers • Elk bedrijf/regio gecertificeerd voor ISO 9001, ISO 14001 en OHSAS 18001 (2) • TrackWise volledig geïmplementeerd en online dashboards van SHEQ data voor alle leidinggevenden beschikbaar
Nieuwe lijn voor Coolrec Frankrijk Coolrec Frankrijk en Envie 2e Nord in Lesquin nemen een nieuwe verwerkingslijn in gebruik voor de verwerking van koelkasten. Terwijl de levensduur van producten steeds korter wordt, produceren de Fransen jaarlijks meer dan 1,3 miljoen ton aan elektrisch en elektronisch afval. Met de nieuwe Europese richtlijn van 1998 is er een verwerkingsketen voor dit soort afval opgezet waarin Coolrec Frankrijk en Envie 2e Nord een toonaangevende rol spelen. Laatstgenoemd bedrijf is een dochteronderneming van “Vitamine T”, gespecialiseerd in het reïntegreren van mensen in het arbeidsproces.
ILvA draagt inzameling bedrijfsafval over aan Van Gansewinkel IlvA, het Intergemeentelijk samenwerkingsverband voor milieu Land van Aalst, besluit zijn activiteiten voor het inzamelen en verwerken van bedrijfsafval stop te zetten. De activiteiten worden overgenomen door de nationale afvaldienstverlener Van Gansewinkel.
Beeldbuizen die Coolrec bewerkt tot nieuwe grondstoffen.
Stakeholders De Van Gansewinkel Groep onderhoudt relaties met allerlei belanghebbenden: onze stakeholders. Dit zijn onder andere onze medewerkers, klanten, aandeelhouders, overheden, leveranciers en maatschappelijke organisaties. Met al onze stakeholders streven wij naar samenwerking en partnerschap. We willen transparant zijn, de dialoog aangaan en gezamenlijk doelstellingen formuleren. Wij hebben ons daarom ook in 2008 actief ingezet voor het opbouwen, uitwerken en versterken van stakeholderrelaties. Het stelt ons in staat onze organisatie te verbeteren, onze dienstverlening nog beter op de wensen en behoeften van onze klanten af
64 / jaarbeeld 08
Van Gansewinkel Groep en Steelcase bundelen krachten in Cradle to Cradle Cradle to Cradle (C2C) gaat over co-creatie, denken in ketens en het kiezen van de juiste partners om er samen een succes van te maken. Dat is de boodschap die Steelcase en de Van Gansewinkel Groep op hun klanten en prospects overbrengen tijdens een zeer geslaagd C2C-customer event in Amsterdam in juni 2008. Steelcase & de Van Gansewinkel Groep kondigen tijdens het congres hun samenwerking op het gebied van C2C aan.
65
Stakeholders 2008
Van Gansewinkel Groep in interactie met haar stakeholders 2008 Overheden / NGO’s en maatschappij
• Overlegvergadering Centrale Onderneming Raad 7 x per jaar, exclusief themasessies (ca. 4 x per jaar) en bijzondere bijeenkomsten, zoals medezeggenschapsdagen en gezamenlijk bezoek Tsjechië • Medewerker Motivatie Onderzoek (MMO) 1 x per jaar • Regionaal en nationaal overleg met OR, COR en OR België: 7, 7 en 11 x per jaar
• regelmatig bestuurlijk en ambtelijk overleg met OVAM (Vlaanderen), ministerie van Milieu, Natuurlijke Hulpbronnen en Landbouw (Wallonië) en VROM (Nederland), alsmede regionale en lokale overheden • maandelijks via brancheverenigingen (VA, FEBEM, FEAD, CEWEB, NVRD) • in 2008 4 x met NGO’s (zie pagina 78) • themadiscussie energie en milieu met politieke partijen (in NL met D’66) • presentaties tijdens congressen en conferenties (IFEST, GRI-conferentie, Nutec, brancheconferenties en commerciële fora zoals bedrijvencontactdagen)
• Bijeenkomsten Groepsmanagement (Top 40): in 2008 5 x • Bijeenkomsten Top 200: in 2008 2 x • Bedrijfsbezoeken CEO alle bedrijven 1 x per jaar
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Van Gansewinkel neemt de Blauwe Bak over (pagina 73)
Medewerkers
Management
JAN
Actievoerders FNV op hoofdkantoor Van Gansewinkel Groep (pagina 73)
Plaatsing van de turbine in de BEC
Lokale omgeving Klanten • Klanttevredenheidsonderzoek (2 x per jaar) • ’rode – groene kaart programma’ (6 x per jaar) • Platform voor Industrie (2 x per jaar) • Themadag gemeentelijke klanten: minstens 1 x per jaar • Themadag Cradle to Cradle met klanten in regio Rijnmond
• Wereldhavendagen 1 x per jaar • Compostdag 1 x per jaar • Open dagen / dag van de open deur
Leveranciers • Overleg met diverse leveranciers inzake duurzaamheid
Aandeelhouders / commissarissen • Aandeelhoudersoverleg (12 x per jaar); exclusief commissies en aparte sessies • Commissarissen (4 x per jaar) exclusief commissies
Onderwijs • Diverse lezingen en workshops (20 x per jaar) • Deelname aan exposities en projecten (10 x per jaar)
Maatschappelijke activiteiten en sponsoring • Stichting Lezen en Schrijven • Sophia Kinderziekenhuis • Incofin • Voedselbanken • SIFE
66 / jaarbeeld 08
Biomassa Energie Centrale in bedrijf genomen Op zondag 23 november is de Biomassa Energie Centrale (BEC) op de locatie Rozenburg ‘live’ gegaan, dat wil zeggen op het elektrische net. De fabriek kan een output leveren van circa 22 MW en zal op jaarbasis circa 150 miljoen kWh duurzaam opgewekte elektrische energie op het Nederlandse hoogspanningsnet zetten. De nieuwe centrale wordt, als één van de eerste centrales in Nederland, gestookt met afvalhout. De elektriciteit die uit biomassa wordt opgewekt, telt voor 100% als groene energie. Doordat de installatie uitsluitend zal worden gevoed met afvalhout, wordt jaarlijks de uitstoot van 65.000 ton CO2 uit fossiele brandstoffen en 43 miljoen m³ aardgas vermeden.
67
Van roest naar glans
van
roest naar glans Elk jaar gooien we in Nederland ruim 114 miljoen kilo huishoudelijke apparaten weg, zoals koelkasten, tv’s, computers, koffiezetapparaten en wasmachines. Storten op de vuilnisbelt of verbranden is schadelijk voor het milieu, daarom moeten deze apparaten apart ingezameld en verwerkt worden. Coolrec, een 100% dochteronderneming van de Van Gansewinkel Groep, is hierin gespecialiseerd. Coolrec verwerkt oud wit- en bruingoed tot grondstoffen voor nieuwe apparaten. Zo leverden we in 2008 genoeg staal voor circa 50.000 nieuwe personenauto’s.
68 / jaarbeeld 08
69
Van roest naar glans
Coolrec verwerkte het afgelopen jaar bijna 1 miljoen koelkasten, 1,1 miljoen televisies en 24.000 ton kleine huishoudelijke apparaten en elektrisch gereedschap. De oude, afgedankte apparaten leverden nieuwe grondstoffen op, zoals ijzer, kunststof, aluminium en koper. Wit- en bruingoed bestaat namelijk uit hoogwaardige materialen die uitermate geschikt zijn om opnieuw als grondstof te worden gebruikt. Natuurlijke materialen kunnen zo in het milieu blijven. De eerste meters van een afgedankt apparaat kunnen verschillen. De leverancier van een nieuw apparaat neemt het oude mee, de gemeente komt het ophalen of de consument brengt het apparaat zelf naar een milieupark. In de meeste gevallen komt de oude koelkast of de afgedankte tv in een gemeentelijke container terecht. Bedrijven kunnen ook rechtstreeks aan Coolrec leveren. De uitvoeringsorganisatie Stichting Nederlandse Verwijdering Metalelektro (NVMP) zorgt in opdracht van producenten en importeurs voor een efficiënt en effectief inzamel- en verwerkingssysteem voor afgedankte elektr(on)ische apparatuur. In België draagt Recupel hier zorg voor.
Ook de schadelijke onderdelen- en stoffen worden handmatig verwijderd. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om CFK’s, olie, kwikschakelaars, batterijen en beeldbuizen. Deze onderdelen komen in de stroom ‘gevaarlijk afval’ van de Van Gansewinkel Groep terecht. We willen te allen tijde voorkomen dat schadelijke stoffen in het milieu terechtkomen. De rest van het apparaat gaat dan via de lopende band zijn einde tegemoet: de shredder. Daar wordt het in een paar seconden vermalen tot snippers staal, kunststof, koper, aluminium of isolatiemateriaal. Via onder meer een magneet en een luchtzuiginstallatie wordt het vermengde afval vervolgens uitgezuiverd in aparte stromen. De grondstoffen verkoopt Coolrec aan bedrijven in heel Europa. Via tussenleveranciers komen grondstoffen als kunststof, koper, aluminium en ijzer terecht bij staalfabrieken, koper- en aluminiumsmelters of autofabrikanten. En zo wordt het metaal in een koelkast weer gebruikt als metaal voor een auto.
De NVMP en Recupel regelen het transport van de containers naar een regionaal sorteercentrum. Zij schakelen hierbij onder meer Van Gansewinkel in. Op de sorteerlocaties wordt de inhoud van de containers gesorteerd op soorten apparaten. Met de hand worden vervolgens alle losse onderdelen verwijderd. Al deze onderdelen vormen losse afvalstromen, die apart door Coolrec worden verwerkt tot nieuwe grondstoffen. Zo worden de kabels na verwijdering vermalen, waarna koper van kunststof wordt gescheiden.
• Coolrec verwerkte het afgelopen jaar bijna 1 miljoen koelkasten, 1,1 miljoen televisies en 24.000 ton kleine huishoudelijke apparaten en elektrisch gereedschap. • Oude, afgedankte apparaten leveren nieuwe grondstoffen op, zoals ijzer, kunststof, aluminium en koper. • Zo leverden we in 2008 genoeg staal voor circa 50.000 nieuwe personenauto’s. • Jaarlijks recycleert Coolrec zo’n 1 miljoen koelkasten. Hiermee voorkomen we elk jaar dat er 400.000 kg aan schadelijke CFK’s in het milieu terechtkomen. 400.000 kg aan CFK’s staat gelijk aan de uitstoot van circa 3 miljoen ton CO2.
70 / jaarbeeld 08
71
Stakeholders
Medewerkers Onze mensen vormen de essentiële schakel in de klantgerichte dienstverlening van de Van Gansewinkel Groep. Daarom zorgen we voor een veilige en gezonde werkomgeving. Open en eerlijke communicatie, aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden en goed materieel dragen daar ook aan bij. Daar hebben we veel aandacht voor en blijven we in investeren. We zijn een mensgerichte organisatie en willen een plezierige en dynamische werkomgeving aanbieden. Van Gansewinkel Groep wil haar medewerkers mogelijkheden bieden om zich verder te ontwikkelen en op deze manier mee te groeien met de succesvolle onderneming die we zijn. Met gerichte opleidingen en trainingen willen we onze mensen de mogelijkheid geven om zich te blijven ontplooien. De Van Gansewinkel Groep had begin 2008 nog te maken met krapte op de arbeidsmarkt. Door de veranderde economische omstandigheden is deze situatie in de loop van het jaar veranderd. Sinds het laatste kwartaal van 2008 en het eerste kwartaal van 2009 is er sprake van een vacaturestop. Door de kredietcrisis zijn in deze periode totaal zo’n 300 banen verdwenen, met name uitzendkrachten en tijdelijke functies. Dit als middel om noodzakelijke kostenbesparingen te realiseren, de continuïteit van onze organisatie te garanderen en de ambitie om vaste medewerkers in dienst te houden.
Ons beleid is erop gericht onafhankelijk van geslacht en afkomst de geschikte man of vrouw op de juiste plaats te laten werken. Gezien de ontwikkeling naar een grondstoffen- en energieleverancier zal de kenniscomponent in ons werk toenemen, waardoor de behoefte aan gekwalificeerd personeel blijft. Maar ook het gebruik van de automatisering in de logistiek vergroot de complexiteit. Op deze ontwikkelingen willen we inspelen, met bijvoorbeeld opleidingen. Maar ook arbeidsvoorwaarden als flexibel werken kunnen een antwoord zijn. Wij denken daardoor andere groepen op de arbeidsmarkt aan te kunnen spreken. Het instrument flexibel werken speelt ook een rol bij het in balans houden van werk en privéleven. Het verzuimpercentage in 2008 was 5,0%, tegen 5,2% in 2007. Dit is hoger dan onze doelstelling van 4,5%. Er is sprake van een grote bandbreedte en verschillen in de diverse onderdelen van de groep. We analyseren de oorzaak van deze stijging en willen dit percentage verminderen.
Totaal aantal medewerkers Van Gansewinkel Groep uitgesplitst naar land en jaar1 Van Gansewinkel neemt de Blauwe Bak over Van Gansewinkel neemt het inzamelbedrijf de Blauwe Bak uit Bergen (Noord-Holland) over. De kernactiviteit van de Blauwe Bak bestaat uit het inzamelen en sorteren van diverse soorten afval, waaronder bouw- en sloopafval, A-hout, B-hout en GFT. De overgenomen activiteiten van de Blauwe Bak zijn geïntegreerd in de regio Van Gansewinkel Randstad-Noord.
2008
%
2007
%
Nederland
4.324
71%
4.133
72%
België/ Luxemburg
1.070
18%
1.001
17%
CEE2
509
9%
462
8%
Overig
124
2%
183
3%
6.027
100%
5.779
100%
Werknemers exclusief uitzendkrachten
1
Actievoerders FNV op hoofdkantoor Van Gansewinkel Groep Op donderdagmorgen 17 juli zijn 15 actievoerders van de FNV aanwezig voor de deuren van het hoofdkantoor van de Van Gansewinkel Groep in Eindhoven. Zij delen pamfletten uit tegen de werkwijze van de private equity-fondsen waaronder KKR, medeaandeelhouder van de Van Gansewinkel Groep. Van Gansewinkel Groep herkent zich niet in de punten die door de FNV worden aangedragen.
CEE = Polen / Tsjechië / Hongarije
2
België
Polen
1067 medewerkers
241 medewerkers
Nederland 4324 medewerkers
Aantal medewerkers verdeeld naar lengte dienstverband 50% 40% 30%
Zeker gezien de onzekere economische omstandigheden ligt de prioriteit bij de continuïteit van de onderneming. Op die manier hopen wij de werkgelegenheid van onze vaste medewerkers ook de komende periode stabiel te houden. Maar onze ambities zijn ook gericht op de verwachte toekomstige groei en de investeringen die daarvoor noodzakelijk zijn in ons belangrijkste kapitaal, namelijk onze medewerkers.
20% 10% 0% <5
5-10
10-15
15-20
20-25
>25
41%
34%
8%
9%
4%
5%
45%
29%
9%
8%
4%
5%
2007
Verdeling man/vrouw naar jaar
Man
2008
Vrouw
Werknemers geven Van Gansewinkel Groep een 7,3 Werknemers van de Van Gansewinkel Groep zijn over het algemeen tevreden over hun baan bij het bedrijf. Gemiddeld geven zij hun werk een 7,3. Dat blijkt uit het Medewerkers Motivatie Onderzoek (MMO) dat in 2008 is uitgevoerd door Effectory. Daarmee scoort de Van Gansewinkel Groep net iets beter dan soortgelijke bedrijven, waar het gemiddelde op 7,2 ligt. Het MMO meet op een groot aantal aspecten – waaronder arbeidsvoorwaarden, opleidingsmogelijkheden, cultuur van de organisatie en leiderschap – de motivatie van medewerkers om bij ons te werken. Het geeft een beeld op business unit-niveau waardoor gerichte acties mogelijk zijn. We willen de MMO in 2010 herhalen en dan weer beter scoren dan het landelijk gemiddelde.
72 / jaarbeeld 08
2008
%
2007
%
5.031
83%
4.891
85%
996
17%
888
15%
6.027
100%
5.779
100%
Aantal medewerkers verdeeld over leeftijdsgroepen 2.500 2.000
Hongarije
3 medewerkers
9 medewerkers
Verdeling fulltime/parttime naar jaar
1.500 1.000
Fulltime 500 0
Luxemburg
Parttime <25
25-35
257 271 2007
35-45
45-55
>55
1.342
2.019
1.499
662
1.311
2.060
1.633
752
2008
%
2007
%
5.339
89%
5.OO9
87%
688
11%
770
13%
6.027
100%
5.779
100%
Portugal
Frankrijk
Tsjechië
23 medewerkers
101 medewerkers
259 medewerkers
2008
73
Stakeholders 2008
JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Beloning en bonus Op dit moment spelen indicatoren als veiligheid en klanttevredenheid voor een beperkte managementgroep een rol in ons beloning- en bonusbeleid. De relatie tussen beloning en duurzaamheidsdoelstellingen willen we versterken. Dat pakken we in 2009 op. Als eerste zal dit in de beloning van de raad van bestuur worden ingevuld. Voor deze groep zijn tot nu toe alleen de financiële prestaties van de onderneming maatgevend. Dat willen we verbreden
Ambities 2010 • Herhalen Medewerkers Motivatie Onderzoek met betere score dan Nederlands gemiddelde. • Ziekteverzuimpercentage terugbrengen naar 4.5%. • Ziektemeldingsfrequentie: terugbrengen naar 1.5% • Opleidingen conform landelijke benchmark gaan investeren in opleidingen. • Arbeidsvoorwaarden: mogelijkheden van flexibel werken verbreden. • Beloning en bonus: invoeren beloningssysteem met relatie duurzaamheidscriteria (3 E’s) voor raad van bestuur en overige medewerkers met een bonussysteem.
Medezeggenschap De inrichting van de medezeggenschap weerspiegelt het decentrale bedrijfsmodel dat onze groep koestert: medezeggenschap dáár waar de feitelijke activiteiten plaatsvinden: in de bedrijven. Vrijwel alle bedrijfsonderdelen kennen hun eigen ondernemingsraad, die hun afvaardiging terugzien op nationaal respectievelijk groepsniveau (COR). Samenwerking met de medezeggenschap achten wij van groot belang om onze gezamenlijke doelen te verwezenlijken. Deze samenwerking is in 2008 op diverse fronten tot uitdrukking gekomen. Voor een belangrijk deel vormde de afronding van de integratie van beide voormalige bedrijven, die in 2007 plaatsvond, de rode draad van de activiteiten van de medezeggenschap. Waar in 2007 de basis was gelegd en de integratie van bedrijfsonderdelen en activiteiten heeft plaatsgevonden, is in 2008 veel aandacht besteed aan het op één lijn brengen van regelingen en afspraken. Daarnaast hebben alle ondernemingsraden een actieve bijdrage geleverd aan de nadrukkelijke en permanente aandacht die aan het onderwerp veiligheid wordt gegeven. Veilig werken wordt als bindende factor
74 / jaarbeeld 08
gezien, naar intensiteit vergelijkbaar met de trots die voor ons bedrijf wordt gevoeld. In het voorjaar van 2008 hebben voor een groot aantal bedrijfsonderdelen in Nederland ondernemingsraadverkiezingen plaatsgevonden. Vervolgens, tijdens de jaarlijkse medezeggenschapsdagen, zijn de strategie en de daarvan afgeleide ontwikkelingen uitvoerig onderwerp van gesprek geweest in discussies met zowel de raad van bestuur als bedrijfsdirecteuren. Tijdens het jaarlijkse informele internationale overleg met de medezeggenschap alsmede het overleg tussen de COR en een aandeelhoudersvertegenwoordiging kwamen veiligheid, strategie, maar ook de actuele ontwikkeling van de onderneming aan de orde. Belangrijke strategische onderwerpen die in het overleg tussen de COR en de bestuurders op de agenda stonden waren de langetermijnstrategie van de onderneming, met als centraal thema de hernieuwbaarheid van grondstoffen en energie, de investeringen in operationele efficiency bij de logistieke activiteiten, de ambitie om nadrukkelijker verder te groeien in de recyclingactiviteiten en de vernieuwingsinvesteringen binnen waste-to-energy. Om samen de strategie te kunnen dragen, is fors geïnvesteerd in de samenwerking tussen de ondernemingsraden en de bestuurders. In dit kader zijn de bestuursvoorzitter en de COR naar Tsjechië geweest om gezamenlijk ter plekke een beeld te vormen van de wens en de mogelijkheden om de onderneming in dit gebied verder te laten groeien, autonoom en door middel van acquisities.
Open dag AVR Rotterdam tijdens Wereldhavendagen
Van Gansewinkel Groep neemt glasrecyclingbedrijf in Hongarije over
Open dag AVR Rotterdam tijdens Wereldhavendagen AVR opent de deuren van haar afvalverbrandingsinstallatie aan de Brielselaan in Rotterdam voor omwonenden en belangstellenden. Vragen als: “Wat gebeurt er met mijn afval?” en “Wat gebeurt er op deze locatie?” worden tijdens gratis rondleidingen beantwoord. De open dag van AVR valt samen met de Wereldhavendagen in Rotterdam.
Van Gansewinkel Groep neemt glasrecyclingbedrijf in Hongarije over De Van Gansewinkel Groep neemt het Hongaarse glasrecyclingbedrijf Humán Szerviz over. Het Hongaarse bedrijf zet jaarlijks 10.000 ton glas om in glasscherven, die weer geleverd worden aan glasproducerende bedrijven. De overname past in de strategie van de Van Gansewinkel Groep om de positie van recycledochter Maltha Glas in Europa verder uit te breiden. Dit bedrijf verwerkt jaarlijks ruim 1 miljoen ton glas.
Keukenafval dat ons bedrijf Semler via vergisting omzet in methaangas
Deze investering bleek van waarde toen in het laatste trimester van 2008 snel en gericht een antwoord diende te worden geformuleerd op de snel verslechterende economische omstandigheden. Met respect voor eenieders positie is vervolgens het programma Be prepared Act now! gelanceerd, waarbij vanuit alle bedrijfsonderdelen een bijdrage wordt geleverd om de reductie in omzet en resultaat het hoofd te kunnen bieden. Het elkaar “snel kunnen vinden” van bestuurders en medezeggenschap heeft hier ontegenzeggelijk een bijdrage aan geleverd.
Van Gansewinkel Groep inspireert kinderen met C2C Van 9 december 2008 tot 21 februari 2009 werd in het Centre Céramique in Maastricht de tentoonstelling ‘Cradle to Cradle: hype of toekomst?’gehouden. In samenwerking met het Centrum voor Natuur en Milieu Educatie Maastricht (CNME) leverde Van Gansewinkel een bijdrage aan het onderwijsprogramma voor basisscholen, dat parallel aan de tentoonstelling liep. In totaal namen zo’n 500 leerlingen van verschillende basisscholen uit ZuidLimburg aan het onderwijsprogramma deel. Naast de kinderen hebben ruim 10.000 bezoekers, van jong tot oud, de tentoonstelling bezocht.
75
Stakeholders
Klanten Klanten dragen actief bij aan de optimalisatie van onze dienstverlening. Elke twee maanden worden 10.000 Van Gansewinkel-relaties in Nederland en België uitgenodigd om via de ‘rode of groene kaarten-actie’ aan te geven hoe ze over onze dienstverlening denken. Op een speciaal daarvoor ingerichte website kunnen zij een groene kaart (tevreden) of rode kaart (ontevreden) uitdelen. De actiewebsite biedt klanten een laagdrempelig en gebruiksvriendelijk middel om op- en aanmerkingen aan ons door te spelen. De ‘rode en groene kaarten-actie’ is een continu terugkerende meting boven op een (in principe) jaarlijks terugkerend klanttevredenheidsonderzoek. De afgelopen 2 jaar is dit in Nederland en België twee keer uitgevoerd. Klanten geven gemiddeld een cijfer van 8,1. Toch willen we ook hier verder verbeteren. Daarom hebben we in 2008 een klachtenmanagementsysteem ontwikkeld. Hiermee borgen we een uniforme registratie en opvolging van klachten, dit zorgt ervoor dat we meer kunnen leren van klachten. Voor klanten met een uitgebreide en complexe bedrijfsvoering verzorgt de Van Gansewinkel Groep het complete reststoffenmanagement. Volgens een vaste communicatiestructuur spreken we met de klant over: KPI’s, afvalstromen, verbeterpunten en veiligheid. Daarnaast hebben we vanuit die groep een afvalplatform voor de industrie opgericht. Van Gansewinkel zoekt samen met Shell, DSM, Sabic, AkzoNobel, DuPont, NAM en Corus naar verbeteringen op het gebied van kosten en milieu.
Ambities klanten 2010
creatieve, innovatieve en duurzame oplossingen. Wij willen de meest gewaardeerde onderneming binnen de branche zijn. We willen dit realiseren met meetbare doelstellingen. Onze score op klanttevredenheid willen we in 2010 ten minste vasthouden en op deelaspecten verbeteren, zoals ons klachtenmanagement. Daarnaast willen we samen met onze klanten vier nieuwe duurzame concepten op de markt brengen en de huidige C2C-projecten van concept naar concrete oplossingen brengen.
Aandeelhouders en RvC Onze aandeelhouders hebben mede mogelijk gemaakt dat door het samengaan van afvaldienstverlener Van Gansewinkel en afvalverwerker AVR tot de Van Gansewinkel Groep een platform voor groei is gecreëerd. Deze groei is gestoeld op onze visie op duurzaamheid en de daarvan afgeleide strategie. Deze visie en strategie worden onderschreven en gesteund door onze aandeelhouders en commissarissen. In 2008, met de vorming van de nieuwe Van Gansewinkel Groep BV, zijn de commissarissen van beide voormalige holdingorganisaties teruggetreden en zijn kandidaten gezocht om de nieuwe raad van commissarissen (rvc) te versterken. Deze zoektocht is succesvol afgerond: de heren Peter Berdowski en Carel van den Driest zijn op 1 april 2009 tot de raad van commissarissen toegetreden. De benoeming van Carel van den Driest heeft mede op aanbeveling van de Centrale Ondernemingsraad plaatsgevonden. Samen met Hugo van Berckel (CVC) en Reinhard Gorenflos (KKR) houden zij toezicht op het strategische en organisatorische beleid van de Van Gansewinkel Groep.
Wij opereren in een wereld waarin de markt en onze bestaande klanten van ons verwachten dat wij hun behoeften kennen en waarin wij hen verrassen met
SIFE De Van Gansewinkel Groep is in 2008 een samenwerking aangegaan met Students in Free Enterprise (SIFE). SIFE zorgt ervoor dat studententeams duurzame projecten opzetten en brengt studenten en het bedrijfsleven bij elkaar om anderen te leren hoe zij voor zichzelf een betere wereld kunnen creëren. De Van Gansewinkel Groep ondersteunt SIFE met expertise en door projecten aan te dragen waar studenten mee aan de slag kunnen. Daarnaast leggen we door SIFE contact met een nieuwe en ambitieuze groep studenten.
76 / jaarbeeld 08
Van Gansewinkel Groep participeert in exploitatie verbrandingsoven België In België participeert de Van Gansewinkel Groep sinds 2008 voor 15% in de PPS Uvelia. De intercommunale Intradel (omgeving Luik) gaat, samen met de Van Gansewinkel Groep en Sita, een nieuwe verbrandingsoven exploiteren met een jaarlijkse capaciteit van 320.000 ton huishoudelijk en industrieel afval. Daarnaast participeert de Van Gansewinkel Groep ook in de intercommunale Ipalle in Wallonië. Hier wordt geïnvesteerd in de vervanging en uitbreiding van de afvalverwerkingsinstallatie in de gemeente Thumaide.
77
Stakeholders 2008
Onderwijs
Leveranciers
In onze visie begint duurzaamheid bij de bron. De Van Gansewinkel Groep helpt daarom graag een handje mee om kinderen en jongvolwassenen al op jonge leeftijd bewust te maken van het milieu en de schaarste aan grondstoffen. In 2008 hebben diverse milieueducatie-initiatieven plaatsgevonden, waaronder Amsterdam Duurzaam en de tentoonstelling ‘C2C: hype of toekomst?’. In alle regio’s hebben presentaties op scholen plaatsgevonden en diverse scholen hebben onze faciliteiten bezocht.
In 2008 hebben we ons georiënteerd op de stakeholdersdialoog met leveranciers. Met name ook door deel te nemen aan discussies georganiseerd door onze leveranciers. Dit hebben we gedaan om onze eigen visie aan te scherpen. In 2009 willen we de vertaling van onze duurzaamheidscriteria in onze inkoopvoorwaarden definitief afronden. Dat moment willen we gebruiken om een structurele dialoog met onze leveranciers te organiseren.
Managers van de Van Gansewinkel Groep begeleiden jaarlijks een groot aantal studenten bij hun afstudeeropdrachten en stages. Daarnaast geven diverse medewerkers van ons bedrijf presentaties en workshops bij onderwijsinstellingen en begeleiden we in Nederland een aantal zogenoemde studentenbedrijven.
78 / jaarbeeld 08
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Werkbezoek Prinses Laurentien in Zeeland in kader van laaggeletterdheid
NGO’s Dutch Design Week, Cradle to Cradle workshop (pagina 80)
Door onze dienstverlening leveren wij van nature een belangrijke bijdrage aan een duurzame samenleving. Maar ook buiten ons primaire werkterrein pakken wij die verantwoordelijkheid op door ondersteuning van organisaties die zich manifesteren op maatschappelijk vlak. Het ondersteunen van maatschappelijke initiatieven betekent vaak meer dan het doneren van geld. Juist ook door middel van overdragen van onze vakkennis ondersteunen we projecten.
Omdat, zoals eerder gesteld, de activiteiten van de groep een nadrukkelijke maatschappelijke functie vervullen, is een regelmatige afstemming en ideeënuitwisseling met spelers in het maatschappelijke veld van groot belang. Ook in 2008 heeft weer regelmatig overleg met zogenoemde non-gouvernementele organisaties (NGO’s) plaatsgevonden. Zo werd in Nederland onder andere met de stichting Natuur & Milieu en MOB gesproken over de wijze waarop de IPPC richtlijnen en de daarmee samenhangende best references (BREF’s) voor de inrichting van waste-to-energy installaties kunnen worden toegepast bij de modernisering van de betrokken installaties van de Groep. Tevens kwam de capaciteitsontwikkeling voor waste-to-energy, tegen de achtergrond van de noodzaak en effectiviteit van afvalvermijdingsprogramma’s en de nadrukkelijkere positie van recycling in de keten, aan de orde.
Overheden
Awards
Onze relatie met de overheid in de landen waar we werken, is gebaseerd op partnerschap. We zijn continu in dialoog over ontwikkelingen op het gebied van weten regelgeving. Dit om met onze visie en praktische kennis een bijdrage te leveren aan een effectieve weten regelgeving. In Nederland en België, maar ook in Tsjechië en Polen wordt jaarlijks actief deelgenomen aan discussies en wordt onze input geleverd aan ministeries en gemeentes om het duurzaam afvalbeleid te verbeteren. Dossiers in 2008 waren: verpakkingsafval, Lab 2, inzameling gevaarlijk afval, duurzaam inkopen, het stortbeleid, kader richtlijn afvalstoffen, grensoverschrijdend verkeer van afvalstoffen, emissie richtlijn IPCC en REACH. We kiezen voor een actieve discussie met overheden, vaak via de brancheverenigingen, en dat betekent dat we ook veel medewerkers in commissies hebben zitten en op bestuursfuncties. Daarnaast kiezen we ook dikwijls voor een rechtstreekse dialoog met ministers en andere bestuurders, onder andere over het thema duurzaamheid en Cradle to Cradle.
In 2008 hebben we een beperkt aantal prijzen weten te verzamelen. We constateren dat we daar geen overzicht van hebben. Dit past bij onze organisatie, we lopen daar niet mee te koop en willen dit misschien wel te weinig vieren. Eigenlijk zien we dit als een charme, omdat het veel van onze mensen kenmerkt.
Maatschappelijke activiteiten en sponsoring
JAN
We zien de prestatie om van C+ naar B+ op GRI te gaan als een vorm van waardering van onze inspanningen. Daarnaast kiezen we er ook voor om in Nederland ons jaarverslag actief aan te bieden aan het Ministerie van Economische Zaken voor de Transparantie Benchmark. Tevens willen we in kaart brengen welke onafhankelijke instituten gerenommeerde awards uitgeven, bijvoorbeeld op het gebied van HRM, veiligheid en de verschillende vakgebieden en disciplines binnen onze organisatie. Zo laten we ons jaarverslag ook extern auditen en benchmarken om onze prestaties te kunnen verbeteren.
Nu nog een schroothoop, straks nieuwe grondstoffen.
Werkbezoek Prinses Laurentien in Zeeland in kader van laaggeletterdheid Op maandag 6 oktober brengen Prinses Laurentien, minister Plasterk en staatssecretaris van Bijsterveld een werkbezoek aan Zeeland in het kader van laaggeletterdheid. Van Gansewinkel is aanwezig met een kraakperswagen, die is voorzien van reclame voor de Stichting Lezen & Schrijven.
79
Stakeholders
Ambitie stakeholderrelaties en –dialoog 2010 De Van Gansewinkel Groep heeft zich in 2008 actief ingezet voor het opbouwen, uitwerken en versterken van stakeholderrelaties. Naast een geregisseerde dialoog leveren ook de contacten in het kader van onze activiteiten in de regio’s veel informatie op. Het is onze ambitie om hier een verdere verdiepingsslag in te maken en dit nog meer in de organisatie te verankeren. Hiertoe willen we op de middenlange termijn: • Structureel in kaart brengen wat de informatiebehoeften en gezamenlijke issues van onze stakeholders zijn. Op deze wijze ontstaat een nog beter inzicht in de onderwerpen die voor de stakeholders van de Van Gansewinkel Groep van belang zijn. Wij streven er daarbij naar de balans te zoeken tussen onze eigen visie en de mening van de vele belangengroeperingen waar we mee te maken hebben; • Met een beperkte groep stakeholders een periodieke dialoog meer structureren en voortzetten. Juist hier willen we ook NGO’s uitnodigen om samen met hen te kijken hoe we een bijdrage aan de duurzaamheidsdiscussie kunnen leveren en tot aanbevelingen kunnen komen, bijvoorbeeld naar overheden toe. • Onderwijs: we zijn van mening, dat waar het om duurzaamheid gaat, we niet vroeg genoeg kunnen beginnen met bewustwording. Vandaar dat we ons onderzoek naar op welke wijze we een onderwijsprogramma op kunnen zetten om hier op structurele wijze invulling aan te geven, verder zullen intensiveren en de conclusies vertalen naar de bestaande, vaak regionale programma’s. In 2008 is daarom besloten een bijdrage te leveren aan het International Centre for Sustainable Excellence, dat in 2009 in Eindhoven geopend wordt, waar onder de bezoekers ook het onderwijs en kinderen verwacht worden. Intentie is een inhoudelijke bijdrage te gaan leveren aan een Cradle to Cradle- leerstoel, die mogelijk aan een van de universiteiten in Nederland zal worden gevestigd. • Medewerkers: in een dienstverlenende organisatie als de Van Gansewinkel Groep bepalen medewerkers voor een groot deel het succes. Gemotiveerde mensen hebben plezier in hun werk en presteren beter. Daarom willen we op de hoogte blijven van de bevindingen van onze mensen, hun wensen en verlangens en actiegericht als we zijn, zullen we vooral de verbeterpunten uit het onderzoek uit 2008 oppakken en vinden we het van groot belang ook in 2010 een Medewerkers Motivatie Onderzoek (MMO) uit te voeren.
80 / jaarbeeld 08
•K lanten: herhalen en intensiveren van klantenonderzoek. Verbeteren van het klachtenmanagement. •O verheden: continueren actieve rol in politieke discussies rondom afval-, energie- en duurzaamheidsvraagstukken. •L everanciers: in het kader van duurzaamheidsaspecten en Cradle to Cradle willen we actieve discussie voeren met onze belangrijkste leveranciers. •N GO’s: continueren dialoog rondom afval-, energie- en duurzaamheidsvraagstukken. •M aatschappelijke initiatieven en sponsoring: onze kennis en soms financiele ondersteuning van maatschappelijke initiatieven voortzetten. •M edezeggenschap: bestaande constructieve relatie met georganiseerd overleg voortzetten.
Amsterdam Duurzaam 2008 De Gemeente Amsterdam organiseerde samen met partners uit bedrijfsleven en onderwijs ‘Amsterdam Duurzaam’. Van Gansewinkel (regio Randstad-Noord) was een van de hoofdsponsors van dit evenement. Op 5 juni organiseerden deze partners workshops en bijeenkomsten in de RAI en op zaterdag 7 juni vormden de Beurs van Berlage en het Beursplein het decor van ‘Amsterdam Duurzaam 2008’. Op beide dagen was Van Gansewinkel prominent aanwezig door middel van diverse presentaties en workshops. Daarnaast organiseerde Van Gansewinkel afvalworkshops voor kinderen. Deze workshops hadden als doel kinderen en hun ouders bewust te maken van het ontstaan van afval en ze te laten zien dat je van afval weer bruikbare spullen kunt maken.
Televisies bestaan uit vele grondstoffen, waaronder koper.
Dutch Design Week, Cradle to Cradle workshop Als onderdeel van de Dutch Design Week in Eindhoven levert Van Gansewinkel Groep in samenwerking met de provincie Noord-Brabant een bijdrage aan de workshop Schoon Design. Daarbij benadrukt de Van Gansewinkel Groep de waarde die afval heeft door het tot grondstof te verwerken.
81
Van oud naar nieuws
van
oud naar nieuws In Nederland gebruiken we jaarlijks zo’n 225 kilo papier per persoon. Ongeveer 70% van het papier dat we gebruiken wordt weer ingezameld en gerecycled. Daardoor is niet hout, maar oud papier de belangrijkste grondstof voor nieuw papier en karton. De Van Gansewinkel Groep speelt hierin een belangrijke rol.
82 / jaarbeeld 08
83
Van oud naar nieuws
Vertrouwelijk papier In alle bedrijfstakken komen elke dag grote hoeveelheden oud papier en karton vrij. Met verschillende soorten voertuigen zamelen we dit in. Het grootste deel wordt naar een van onze veertien papierverwerkingslocaties gebracht. Hier komt ook het door ons ingezamelde huishoudelijk papier terecht. Op de papierverwerkingslocaties wordt het ingezamelde materiaal gescheiden. Dit sorteren is noodzakelijk, want voor de verschillende soorten nieuw papier en karton (zoals krantenpapier, toiletpapier, golfkarton en vouwkarton) zijn verschillende soorten oud papier nodig. Het sorteren gebeurt voor een deel handmatig en voor een deel met zeefen luchtstroomtechnieken. Er wordt een scheiding gemaakt tussen de diverse kwaliteiten papier. Van het gesorteerde papier en karton maken we met een speciale pers grote balen, die we leveren aan papierfabrieken in heel Europa en Azië. Zij maken er weer ‘nieuw’ papier en karton van.
Onder de naam Destra Data zamelen we vertrouwelijk papier via een gesloten systeem in. Voor het inzamelen van vertrouwelijke documenten maken onze klanten gebruik van een speciale, afsluitbare box van 140, 240 of 500 liter. Bij het ledigen worden de boxen gewogen en in een speciale vrachtwagen leeggeschud. Hierbij kan niets wegwaaien en zelfs de chauffeur kan nergens bij. Ook alle deuren van de vrachtwagen zijn speciaal beveiligd. Na zijn route rijdt de vrachtwagen naar een van onze vernietigingslocaties. Elk transport is gepland en geregistreerd, ook uit het oogpunt van veiligheid. De locaties, die extra zijn beveiligd, kennen een ontvangst- en een productiegedeelte. Eerst wordt de wagen gewogen, daarna wordt het papier gelost en met shovels op aanvoerbanden gelegd die naar een sorteerbordes leiden. Daar wordt de grove vervuiling er handmatig uitgehaald en wordt het papier gesorteerd op kwaliteit.
• In Nederland gebruiken we jaarlijks zo’n 225 kilo papier per persoon. • Oud papier is de belangrijkste grondstof voor nieuw papier en karton. • We verwerkten in 2008 395 kiloton papier. De krant van gisteren is het papieren nieuws van vandaag.
Hierna start de mechanische versnippering van de verschillende papierstromen. We beschikken over de modernste archiefvernietigingsinstallaties, waarmee het kleinst mogelijke snipperformaat op industriële schaal kan worden bereikt. De snippers, die in dit stadium niet meer reproduceerbaar zijn tot leesbare teksten, gaan vervolgens naar de balenpers waar ze in elkaar worden geperst tot balen van ongeveer 500 kilo. Circa 90% van het eindproduct van Destra Data wordt ingezet voor de fabricage van tissueproducten. De rest wordt gebruikt voor de productie van karton.
84 / jaarbeeld 08
85
Ecology, schonere vloot 2008
JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Deelname Van Gansewinkel aan NUTEC beurs
Van Gansewinkel groeit verder in Polen
Ecology
Van Gansewinkel groeit verder in Polen De Van Gansewinkel Groep neemt het Poolse afvalbedrijf Hydrotruck over. Dit familiebedrijf is gevestigd in Polkowice, zo’n 40 kilometer ten noorden van de Van Gansewinkelvestiging in Legnica. De hoofdactiviteiten van Hydrotruck zijn het inzamelen en overslaan van afvalstoffen. Het bedrijf realiseert met zo’n 20 medewerkers een jaaromzet van bijna 1 miljoen euro. Alle medewerkers treden in dienst bij Van Gansewinkel.
Dagelijks zijn honderden voertuigen onderweg om afval op te halen en naar verschillende be- en verwerkingslocaties te brengen. Bij onze verwerkingsprocessen worden enerzijds grond- en brandstoffen geproduceerd, maar anderzijds ook grond- en brandstoffen verbruikt. Wij zijn continu op zoek naar de juiste balans.
Door de toenemende drukte op de wegen voeren we steeds meer nachttransporten uit. Zo vermijden we files en wachttijden.
CO2-reductie staat bij ons dan ook hoog op de agenda. We hebben het afgelopen jaar verschillende maatregelen genomen om de emissies te reduceren, waaronder de onderstaande initiatieven. Ook daarin zoeken we naar een juiste balans tussen Ecologie en Economie.
Schonere vloot • De aankoop van nieuwe, schonere vrachtwagens. • Minder CO2-uitstoot door: – het verminderen van wegkilometers door het optimaliseren van inzamelroutes – het vermijden van lege retourvrachten – inzet op avond- en nachttransport (vermijden van files en wachttijden) – het inzetten van treinen voor het vervoer van huishoudelijk afval – het inzetten van schepen om onder andere hout, glas en brandbaar afval mee te vervoeren – onderzoek naar de effectiviteit van de toepassing van modal shift, waarbij is gekeken naar bedrijfseconomische, milieu-, en maatschappelijke aspecten – ontwikkelen elektrische vuilniswagen
86 / jaarbeeld 08
Van Gansewinkel zet elektrische vuilniswagen in In 2008 is samen met Spijkstaal en Ros Rocca een speciale elektrische vuilniswagen ontwikkeld. Deze wordt in het tweede kwartaal van 2009 ingezet bij de inzameling van afval binnen de milieuzone van de binnenstad van Rotterdam. Van Gansewinkel werkt hier nauw samen met Roteb. Het afval wordt naar de afvalenergiecentrale van AVR aan de Brielselaan gebracht, waar het verbrand wordt en omgezet in elektriciteit. Die elektriciteit dient als energiebron voor het voertuig.
Deelname Van Gansewinkel aan NUTEC beurs In samenwerking met EPEA (Cradle to Cradle) en professor Michael Braungart organiseert Messe Frankfurt van 12 tot en met 14 november 2008 de NUTEC, een congres waar de grootste verzameling Cradle to Cradle-producten te zien is. Van Gansewinkel speelt met een eigen stand in op het thema ‘Hoe afval voedsel wordt’. Daarnaast is Van Gansewinkel zelf ook actief betrokken in het workshop/congresgedeelte van de NUTEC. In een workshop zijn onze huidige ervaringen met C2C (zoals Steelcase, Ahrend, Philips, Mosa, Desso en PET) met de toehoorders gedeeld.
87
Ecology, schonere vloot
Ambities 2010 met betrekking tot inzamelactiviteiten:
Het afgelopen jaar werden ongeveer 7 miljoen wegkilometers bespaard door transport over water en rails.
Watertransport
• Productiviteit van het wagenpark nóg verder verhogen door routeoptimalisaties (geautomatiseerde routeplanning) • Betere benutting van het wagenpark realiseren door opzetten van een netwerk van nachttransporten • Betere benutting van het wagenpark realiseren door gebruik te maken van boordcomputers. Hierdoor is een efficiëntere inzet van mensen en middelen mogelijk en zo is milieuwinst te behalen • Verjonging wagenpark Polen realiseren • Blijvend onderzoek naar en het testen van alternatieve brandstoffen (tweede generatie biofuel – LNG wagen van start in 2009) • Inzamelconcept voor de binnensteden/milieuzones, doorontwikkelen met behulp van elektrische voertuigen • Vertalen van onderzoek naar modal shift mogelijkheden naar aanpassing infrastructuur inzameling
2008 Tonnage (mt)
Aankoop 140 EEV-wagens
1.0
Vermeden ritten (n)
Wij hebben in 2008 140 nieuwe vrachtwagens besteld die voldoen aan de strengste uitlaatgasemissienorm EEV. In deze norm worden extreem lage fijnstofemissies voorgeschreven. De investering past binnen het pakket aan maatregelen dat de Van Gansewinkel Groep neemt om de schadelijke uitstoot van haar voertuigen tot een minimum te beperken. Van Gansewinkel heeft in totaal ongeveer 1.600 gemotoriseerde inzamelvoertuigen. De 140 nieuwe vrachtwagens vervangen de oudere Euro 0 /1 voertuigen en stoten 75% minder stikstof (NOx) en 94% minder roetdeeltjes uit. Door deze investering voldoet in 2009 ruim 20% van de vloot aan de meest milieuvriendelijke Euro 5- en EEV-norm. De Nederlandse vrachtwagens die voldoen aan de Euronorm 3 zijn voor het merendeel voorzien van een roetfilter en voertuigen die voldoen aan de Euronorm 0, 1 en 2 worden de komende jaren gefaseerd afgestoten.
46.561
Vermeden wegtransport (miljoen km)
6.8
Toename inzamelvoertuigen 2007 - 2008 Voertuigen 2008
1.680
Voertuigen 2007
1.486
Toename
194
- w.v. verandering consolidatie
208
- w.v. autonoom
(67)
- w.v. acquisities
53
Verdeling aantal inzamelvoertuigen naar Euro-type en regio NL
BE/LX
INT1
2008
2007
19
3
35
57
101
Euro 0 Euro 1
76
32
25
133
174
Euro 2
384
138
48
570
579 528
Euro 3
469
170
38
677
Euro 4
3
10
0
13
0
Euro 5
160
40
7
207
103
23
0
0
23
0
1.134
393
153
1.680
1.486
EEV Totaal
INT = Frankrijk, Polen en Tsjechië
1
Verdeling inzamelvoertuigen naar Euro-type en jaar 100% 80%
7% 25%
31%
Nederland 36%
39%
20% 0%
88 / jaarbeeld 08
43%
2004
41%
68%
België, Luxemburg 23% Internationaal
9%
40% 39%
36%
14%
32%
60% 40%
Verdeling aantal voertuigen naar land
26%
28%
2005
2006
34%
18%
11%
2007
2008
Euro 5 + EEV
Euro 2
Euro 3 + 4
Euro 0 +1
Verdeling aantal voertuigen naar type Afzet
36%
Rolcontainer
22%
Huisvuil
14%
Inzamel
18%
Reiniging
10%
Verbetering milieuprestaties door optimalisatie inzamelroutes Met het huidige wagenpark kan Van Gansewinkel haar klanten in de milieuzones van grote steden optimaal bedienen en draagt de onderneming bij aan een schoner stedelijk klimaat. Maar de Van Gansewinkel Groep realiseert de vermindering in uitstoot niet enkel door de aanschaf van nieuwe en schonere voertuigen. Er wordt ook een bewust beleid gevoerd in het optimaliseren van inzamelroutes en het verminderen van wegkilometers. Zo werden er afgelopen jaar ongeveer 7 miljoen wegkilometers bespaard door transport over water en rails. Dat leidt onder andere tot vermindering van fijnstofemissies.
Pilot inzameling afval met elektrisch voertuig Amsterdam Afvaldienstverlener Van Gansewinkel en de Amsterdamse Ondernemersvereniging Utrechtsestraat zijn in september 2008, in samenwerking met de gemeente, een proefproject gestart. Gedurende vier weken werd afval van de ondernemers in de Utrechtsestraat door een elektrisch voertuig opgehaald. Dit voertuig rijdt op elektriciteit, is geruisloos en stoot geen gassen uit. Met de start van de pilot is de eerste stap gezet op weg naar een klimaatstraat. De klimaatstraat is een initiatief van zeven grote ondernemingen om de eerste klimaatneutrale straat van Europa te realiseren. Door het inzetten van een elektrisch voertuig in combinatie met speciale dozen kan het afval gescheiden worden ingezameld. Het doel van de pilot is de ondernemers afvaldienstverlening te bieden die een schonere straat oplevert en tegelijkertijd leidt tot een lagere belasting van het milieu.
89
Van afval naar energie 2008
JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG
SEP
OKT
NOV
DEC
Electriciteit
Van afval naar energie
2006
2007
2008
549
571
587
Rotterdam
181
180
181
Duiven
156
174
175
Electriciteit (GWh)
886
925
942
Levering net
626
663
683
Rozenburg
Met de drie afvalenergiecentrales in Duiven, Rotterdam en Rozenburg leverde de Van Gansewinkel Groep in 2008 ongeveer 683 GWh elektriciteit aan het net en ongeveer 2.199 TJ aan warmte. De warmte is geleverd als stadsverwarming op het NUON-net in de gemeentes Duiven en Westervoort en in de vorm van processtoom in het Botlek-gebied. Dat komt bovenop de hoeveelheden energie die AVR zelf in de installaties gebruikt. Daarnaast werd op de Botlek-locatie 7,7 miljoen m3 gedestilleerd water geproduceerd. De netto energieproductie van de afvalenergiecentrales komt overeen met het jaarlijkse energieverbruik van ca. 300.000 huishoudens.
Productieschema afvalenergiecentrales
geleverd/totaal
71%
72%
73%
groen/geleverd
49%
49%
49%
2006
2007
2008
Rozenburg
1.710
1.747
1.637
Rotterdam
0
0
0
531
510
562
2.241
2.257
2.199
Bijdrage tekenwedstrijd Goirlese basisscholen over het thema ‘afval’ (pagina 92)
Van Gansewinkel Groep verbindt zich aan ICSE Eindhoven (pagina 92)
Onze afvalenergiecentrale aan de Rotterdamse Brielselaan
Warmte
Duiven Warmte (TJ)
Water treatment Doorzet (kt) Desti water (000m3)
2006
2007
2008
310,4
272,8
236,3
7,990,9
7.880,0
7.709,0
Rozenburg 1.174 kt
Warmte (TJ) 2.199 Bodemassen (kt) 454
1.912 kt
Rotterdam 384 kt
Metalen (kt) 25 Electriciteit (GWh) 683
Duiven 353 kt
De aanvoer en de kwaliteit van afval zijn factoren die de prestaties van de ovens beïnvloeden. Het verspreid aanleveren van afval, onder meer gestimuleerd door nachttransporten, leidt tot een evenwichtige aanvoer van homogeen afval dat zorgt voor optimale prestaties van de ovens. Het leveren van stoom aan de procesindustrie en (stads-)verwarming aan bedrijven en burgers heeft onze hoogste prioriteit. De verbrandingsprocesparameters van een afvalenergiecentrale zijn qua elektrisch rendement beperkt ten opzichte van conventionele energiecentrales maar qua warmtelevering zijn behoorlijke sprongen te maken en daarmee een hoger milieurendement. In samenwerking met de gemeente Rotterdam kijken we naar de mogelijkheden van levering van stadswarmte door onze installatie op de Brielselaan in Rotterdam.
90 / jaarbeeld 08
Milieubewust werken heeft een hoge prioriteit. In 2008: • is opdracht gegeven om het energieverbruik op de verschillende (verbrandings)locaties te inventariseren en zodoende te komen tot een centrale energieadministratie. Tevens wordt er per vestiging een energiebesparingsplan gemaakt. Dit geldt niet alleen voor de afvalenergiecentrales, maar voor alle locaties in beheer van de Van Gansewinkel Groep • van alle Van Gansewinkel Groep locaties wordt het elektriciteitsverbruik verduurzaamd d.m.v. de inzet van Garanties van Oorsprong. Deze zogenaamde groencertificaten zijn afkomstig uit onze afvalenergiecentrales en biomassacentrales • zijn voorbereidingen getroffen om tot een besluit te komen inzake de modernisering van de afvalenergiecentrale aan de Brielselaan • is de Biomassa Energie Centrale (BEC) in bedrijf genomen
91
Inkoop, leasewagens en ICT
Meetmethode CO2-uitstoot afvalenergiecentrales
Inkoop
CO2-uitstoot afvalenergiecentrales (kt)
Rozenburg
Rotterdam
Duiven
2008
2007
Kort cyclisch
584
Lang cyclisch
343
210
211
1.005
1.021
123
124
590
Uitstoot CO2
599
927
333
335
1.595
1.620
Vermeden CO2-uitstoot
472
129
104
705
-
De Vereniging van Afvalbedrijven (VA), afdeling Energie uit Afval, heeft besloten in externe communicatie over de CO2-prestaties van afvalenergiecentrales te rapporteren op basis van een methodiek die is gebaseerd op de methodologische afspraken die zijn gemaakt door IPCC in het kader van climate change
conventie. De methodiek is aangepast aan de Nederlandse situatie. De gebruikte kengetallen worden jaarlijks door de VA vastgesteld en in een monitoringsdocument bijgehouden. Hierdoor ontstaat een benchmark en universele aanpak binnen de branche gebaseerd op internationale standaarden.
Ambities van afval naar energie 2010: • Verminderen CO2-uitstoot door: – opstellen en uitvoeren van energiebesparingsplannen voor alle Van Gansewinkel Groep locaties – verminderen van eigen verbruik van energie benodigd voor het verbrandingsproces door inventarisatie optimale energieproductie – verdere optimalisatie van verbrandingsprocessen door: – inzet nachttransporten – optimalisatie bunkermanagement • Onderzoeken van decentrale mogelijkheden voor duurzame energieopwekking zoals wind- en zonne-energie en biomassa • Groei in stoomlevering in Botlek (processtoom) door de stoomafzet naar omliggende industrie minimaal te verdubbelen. Dit betekent dat het energetisch rendement omhoog gaat • Levering van stadswarmte met 10% verhogen in Duiven • Afval Energie Centrale realiseren in Antwerpen
Door onze dienstverlening leveren we een wezenlijke bijdrage aan een duurzame samenleving. We kijken echter ook kritisch naar onze eigen bedrijfsprocessen en hoe we deze zo milieuvriendelijk in kunnen richten.
In België wordt de indeling naar A, B, en C-wagens niet gehanteerd. De Van Gansewinkel Groep stimuleert ook daar de keuze van medewerkers voor ‘groene leasewagens’.
In 2008 hebben we hard ons best gedaan om ook bij onze inkoopprocessen duurzaamheidscriteria mee te nemen. Dit heeft tot concreet resultaat geleid. Bijvoorbeeld bij de inkoop van duurzame kantoorartikelen, leasewagens, de inkoopvoorwaarden en bij de inkoop van extern transport.
ICT
In 2008 is een nieuw contract voor de inkoop van kantoorartikelen afgesloten. Hierdoor valt 63% van onze kantoorartikelen in de meest duurzame categorie. We werken aan de koppeling van inkoopvoorwaarden aan duurzaamheidcriteria. Voor de selectie van onze leveranciers houden we de criteria van SenterNovem aan. Op deze manier werken we aan onze ketenverantwoordelijkheid. In totaal waren 717 personen binnen de Van Gansewinkel Groep eind 2008 in het bezit van een leasewagen. In 2008 is gestart met de vergroening van het leasewagenpark. De Van Gansewinkel Groep kent in Nederland een leaseregeling met een sturingsbeleid: mensen worden financieel geprikkeld om wagens aan te schaffen met een A-, B- of Milieulabel (minder verbruik, minder CO2-uitstoot) doordat ze een hoger leasebedrag kunnen besteden. Van het totale Nederlandse wagenpark had 27,5% een A of B Milieulabel in 2008. Leasewagens 2008 717
CO2-uitstoot (kt)
3.506
Centrale Brielselaan wordt gemoderniseerd
Gemiddelde uitstoot (g/km)
De afvalenergiecentrale aan de Brielselaan in Rotterdam willen we moderniseren. In mei 2008 zijn de mogelijkheden onderzocht voor modernisering en de vergunningen zijn inmiddels aangevraagd. Deze operatie neemt enkele jaren in beslag. In deze periode worden nieuwe ovens, stoomketels en een energiecentrale geplaatst. De vernieuwing leidt tot een hoger energierendement en lagere emissiewaarden. De centrale kan straks voorzien in de elektriciteitsbehoefte van 80.000 huishoudens. Met de gemeente Rotterdam wordt overlegd over levering van warmte. Gaan die plannen door, dan kunnen circa 45.000 huishoudens verwarming en warm water betrekken van de centrale.
A/B label in NL
Bijdrage tekenwedstrijd Goirlese basisscholen over het thema ‘afval’ Een kraakperswagen in het Brabantse Goirle rijdt vanaf december een aantal maanden met een reusachtige tekening rond. Dit is het resultaat van de bijdrage van Van Gansewinkel aan een tekenwedstrijd op de Goirlese basisscholen over het thema ‘afval’. De wedstrijd is onderdeel van een door de gemeente geïnitieerd programma, waarin basisscholen aandacht besteden aan maatschappelijke thema’s – in dit geval afval.
92 / jaarbeeld 08
Aantal voertuigen
Van Gansewinkel Groep verbindt zich aan ICSE Eindhoven Het International Center for Sustainable Excellence (ICSE) is het centrale punt in Nederland en buurlanden waarin initiatieven op het gebied van duurzaamheid vanuit bedrijfsleven, overheid en (kennis)instellingen samenkomen. Het duurzaamheidscentrum is gevestigd in de Philips Lichttoren in Eindhoven en wordt in 2009 officieel geopend. Van Gansewinkel Groep verbindt zich in 2008 aan het ICSE en treedt op als exposant.
In 2008 is vanuit de ICT-discipline allereerst gewerkt aan de verdere netwerkintegratie van de verschillende bedrijfsonderdelen binnen de Van Gansewinkel Groep. Dit om de continuïteit te waarborgen en tegelijkertijd informatie-uitwisseling en samenwerking te verbeteren. In dat hele proces is nadrukkelijk geïnvesteerd in de invoering van de Thin Client. Thin Client is een werkplek met een pc die heel weinig stroom en onderhoud vergt. Ruim 90% minder dan een traditionele pc. De Thin Client kan niet zonder meer overal worden gebruikt, gezien de applicatiebeperkingen die deze pc kent. We schatten in dat het voor 70% van onze werkplekken haalbaar is. Inmiddels is bij 40% van de werkplekken bij Van Gansewinkel de Thin Client geïntroduceerd. Deze pc zal de komende jaren verder binnen de Groep gebruikt gaan worden. Op die manier realiseren we een verdere vermindering van CO2-uitstoot. In 2008 is gestart met een onderzoek naar de mogelijkheden van ‘het nieuwe werken’ binnen de Groep. Dit kan verdere vermindering van CO2-uitstoot realiseren. Onder andere door het verminderen van woon- en werkverkeer. ‘Het nieuwe werken’ biedt mogelijkheden om de effectiviteit en efficiency van onze medewerkers te verbeteren. We kiezen er echter voor om bij de uiteindelijke keuze die we maken, de balans tussen privé en werk en dus ook de belasting van onze medewerkers een nadrukkelijke rol te laten spelen.
150 27,5%
Ambities inkoop 2010
Ambities ICT 2010
• Leasewagens: alleen A of B Milieulabel voor alle nieuw aan te schaffen leasewagens in Nederland. • Kantoorartikelen: percentage meest duurzame product in categorie verhogen van 63% naar 75%. • Duurzaamheidscriteria: consequent meenemen bij selectie van leveranciers. • Reductie CO2-emissies bij inkoop extern transport: verder intensiveren om CO2-emissies met 5% te verminderen.
• Thin Clients: invoeren bij 60% van de werkplekken binnen de Groep. • Teleconferencing: mogelijkheden verder invoeren, met name bij buitenlandse vestigingen. • ‘Het nieuwe werken’: onderzoek afronden en pilot uitvoeren.
93
Van accu naar batterij
van
accu naar
batterij Oplosmiddelen, verf, accu’s, spuiten, kitkokers, afvalwater. Gevaarlijk afval dat niet in het milieu terecht mag komen. Het afgelopen jaar verwerkten wij circa 718.000 ton gevaarlijk afval. Elke kilo is op een juiste, duurzame manier behandeld. We zetten gevaarlijk afval om in nieuwe grondstoffen en energie.
94 / jaarbeeld 08
95
Van accu naar batterij
De inzameling van klein gevaarlijk afval loopt via gemeenten en vindt op twee manieren plaats. In sommige gemeenten zijn onze inzamelwagens op vaste plekken aanwezig, zodat burgers hun chemobox daar kunnen legen. In andere gemeenten kan iedereen zijn klein gevaarlijk afval naar milieustraten brengen. Daar halen wij het op. Het klein gevaarlijk afval wordt naar een van onze vier Centraal Chemisch Depots (CCD) gebracht. Hier wordt het afval handmatig gesorteerd en opgeslagen in containers en tanks, totdat de stroom groot genoeg is om te worden vervoerd naar de eindverwerkers. Ook een deel van de bulkstroom (groot) gevaarlijk afval dat we ophalen bij grote industriële klanten komt bij een van de CCD’s terecht. Van daaruit wordt het na bewerking en/of keuring naar verschillende eindverwerkers gebracht. Het andere deel van de bulkstroom vindt zijn weg direct naar de eindverwerker. De stroom gevaarlijk afval is divers, dus er zijn veel verschillende soorten eindverwerkers. Sommige oplosmiddelen bijvoorbeeld, worden in een tankwagen van 20.000 liter naar de cementindustrie gebracht. Deze industrie gebruikt de
96 / jaarbeeld 08
brandbare oplosmiddelen als brandstof in het productieproces van cement. Zo kunnen primaire brandstoffen als olie, kolen en aardgas in het milieu blijven. Andere oplosmiddelen zijn geschikt voor destillatie. We brengen deze gevaarlijke vloeistoffen naar destillatiebedrijven die de verontreiniging uit het product kunnen halen, waarna zuivere grondstoffen als ethanol overblijven.
• We verwerkten in 2008 circa 718 kiloton gevaarlijk afval. Ruim 60% werd als nuttige toepassing hergebruikt. Zo konden nieuwe batterijen worden gemaakt met het lood dat we uit oude accu’s haalden.
Ook voor vast gevaarlijk afval zijn verschillende nuttige toepassingen. Ingezamelde accu’s gaan bijvoorbeeld naar loodsmelters en metaalverwerkers. Zo wordt het lood uit een accu weer gebruikt voor de productie van een nieuwe batterij. Ongeveer 15% van het gevaarlijk afval wordt verbrand en omgezet in energie. Door de hoge temperatuur in de oven en de rookgasreiniging blijft er niets van de giftige stoffen over. Afvalwater wordt door ons of door derden gezuiverd, waarna het weer geloosd mag worden in de rivier. Gevaarlijk afval dat niet brandbaar is en waarvoor geen nuttige toepassing bestaat, gaat naar ons dochterbedrijf A&G. Hier wordt het afval op een juiste manier gestort, zodat het niet in het milieu terecht kan komen.
97
Cradle to Cradle
Cradle to Cradle (C2C) raakt de kern van onze activiteiten: voorkomen dat iets afval wordt. Dat start niet aan de achterkant met het ambachtelijk inzamelen van afval, maar al bij het ontwerp van een product of dienst. De kennis die wij op het gebied van reststromenmanagement en recycling hebben opgedaan en de specifieke ‘knowhow’ over slimme terugnamesystemen zijn een wezenlijk onderdeel in het succesvol implementeren van C2C in de Benelux. De samenwerking met onze klanten en EPEA stelt ons in staat om technische productkennis te koppelen aan kennis van materialen en van scheiding, recycling- en verwerkingstechnieken. We bieden onze klanten in alle gevallen maatgerichte oplossingen voor afvalstoffen die ontstaan tijdens het bedrijfsproces. We adviseren hoe die voorkomen kunnen worden en kunnen zelfs meedenken in de ontwikkeling van nieuwe producten die beter recyclebaar zijn. Wij halen er vandaag de dag al alles uit wat er inzit, dat levert ook economisch het meest op voor ons en onze klanten. Als we verder willen komen, moeten we terug in de keten naar onze klanten en hun toeleveranciers.
cradle to
cradle
In het ontwerp ligt de basis van je intenties. Juist in de ontwerpfase is nog veel winst te behalen door daar echt rekening te houden met de end-of (first) life-fase. Het gaat er om dat producten op een economisch verantwoorde manier weer uit elkaar te halen zijn. De kennis van recycling en inzameling bundelen met het productontwerp van klanten is een essentiële schakel in het behouden van grondstoffen. Cradle to Cradle biedt een positieve agenda en combineert het ontwerp van producten zodat deze veilig, gezond en winstgevend zijn en daarnaast ook economische, ecologische en maatschappelijke waarde hebben. De Van Gansewinkel Groep heeft verschillende Cradle to Cradle-partners, waarmee we de kringloop van producten sluitend maken.
CM
Prof. dr. Michael Braungart
CERTIFIED
cradletocradle 98 / jaarbeeld 08
99
Cradle to Cradle
interview
Braungart: Van Gansewinkel Groep spin in het Cradle to Cradle-web
Kennis afvaldienstverlener maakt kringlopen eindeloos Afval bestaat niet, afval is voedsel. Dat zegt de Van Gansewinkel Groep, dat zegt Michael Braungart, vader van de Cradle to Cradle-gedachte. Het wereldwijde industriële systeem moet binnen vijftien jaar veranderen, anders vernietigt het systeem zichzelf. En dan leven er over zestig jaar nog maar één miljard mensen op aarde. Nederland speelt een sleutelrol in dit veranderingsproces, meent Braungart. En daarmee ook de Van Gansewinkel Groep. De Duitse professor Braungart werd in 2002 beroemd toen hij het Cradle to Cradle-concept lanceerde. Vooral Nederland vond vervolgens de weg naar Braungart en EPEA. De professor zelf heeft daar wel een verklaring voor. “Jullie hebben de juiste kennis, de beste ingenieursbureaus, een positieve houding en de juiste cultuur.”
Veel Nederlandse bedrijven en milieuminister Jacqueline Cramer omarmden het concept. Braungart ging vervolgens op zoek naar een partner die de materiaalstromen van de verschillende bedrijven met elkaar in verbinding kon brengen en kwam uit bij de Van Gansewinkel Groep.
Braungart benadrukt dat Cradle to Cradle meer is dan alleen een duurzaamheidsconcept. “Duurzaamheid is niet genoeg. Traditionele duurzaamheid komt neer op het minimaliseren van slechte producten. Maar minder slecht is nog steeds niet goed.”
“De oprechtheid en eerlijkheid van de Van Gansewinkel Groep spreekt me aan”, zegt Braungart. “Ze zijn bereid om voor verandering te zorgen en zijn zelf ook veranderd. Het is geen afvalbedrijf meer, maar een grondstoffenleverancier die de verschillende afvalstromen perfect kan managen. Vooral de logistieke kennis van de Van Gansewinkel Groep is enorm belangrijk.”
Braungart begrijpt niet dat veel bedrijven streven naar CO2-neutraliteit, maar nog niet bezig zijn met Cradle to Cradle. “Je bent alleen CO2-neutraal als je niet bestaat. Bovendien bestaat de lucht voor 2,1% uit koolstof, terwijl 95% van de producten in de wereld worden gemaakt met behulp van koolstof. We moeten dus CO2positief worden, alleen moeten we de koolstof niet in de atmosfeer dumpen.”
Volgens de wetenschapper maakt de Van Gansewinkel Groep Cradle to Cradle mogelijk in de Benelux. “Naast het verzorgen van retourlogistiek, koppelen ze technische productkennis aan kennis van materialen, scheiding-, recycling- en verwerkingstechnieken. Daarmee fungeert de Van Gansewinkel als een spin in het Cradle to Cradle-web.”
Eindeloze kringlopen Volgens de Cradle to Cradle-filosofie bestaat er geen afval meer als producten zo worden ontworpen dat eindeloze kringlopen mogelijk zijn. “De natuur geeft het voorbeeld”, stelt Braungart. “Organische stoffen zijn voedingsstoffen voor de biosfeer. De overige stoffen komen in de technosfeer terecht en kunnen oneindig worden hergebruikt, zonder een afname van kwaliteit.” Volgens Braungart moeten producten dus zodanig worden ontworpen, dat ze in de afvalfase in een van de kringlopen terechtkomen. “Dat gaat niet van vandaag op morgen, maar het is belangrijk dat bedrijven er nu mee beginnen. We verliezen namelijk steeds meer onze waardigheid en onze mensenrechten. Ik bedoel, we laten per jaar meer dan 5 miljoen kinderen sterven omdat ze geen gezond drinkwater hebben. Dat is echt helemaal niet nodig.”
100 / jaarbeeld 08
Volgens de professor is Cradle to Cradle goed voor de economie, goed voor het milieu en goed voor de mensheid. “Het is vooral een andere manier van naar dingen kijken. Bij een pasgeboren kind denk je niet: Oh jee, weer een bijdrage aan de overbevolking. Maar: Wat fijn dat dat kind er is, wat een mogelijkheden. Weet je, met Cradle to Cradle kan de wereldbevolking onbeperkt groeien. En de economie ook, zodat iedereen kan werken en eten. Er zijn geen grenzen aan de groei als je nutriënten in kringlopen kunt beheren.” De financiële crisis zorgt voor vertraging van een aantal Cradle to Cradle-projecten, maar volgens Braungart biedt de economische neergang ook mogelijkheden. “Mensen focussen zich weer op de juiste zaken. Ze komen erachter dat het leven om waarden en waardigheid draait.” Hij eindigt met een voorbeeld. “Neem een fles wijn. Glas is eeuwig recyclebaar, dus van een lege, oude fles moet weer een nieuwe fles worden gemaakt. En het label en de inkt op het label moeten zo worden gemaakt dat ze weer in de organische of technologische kringloop terechtkomen. De Van Gansewinkel Groep maakt die kringlopen vervolgens sluitend. Prachtig toch? Onze samenwerking is noodzakelijk, maar ook gewoon mooi en leuk!”
101
Philips Sense and Simplicity
Philips Sense and Simplicity Bij Philips hebben acht projectteams zich laten inspireren door het Cradle to Cradle-concept. Het proces van in cirkels denken is een jaar geleden ingezet bij het elektronicaconcern en de eerste resultaten zijn al geboekt. “Het anders denken heeft onder andere geresulteerd in nieuwe, herbruikbare verpakkingsmaterialen. Dat gaat aanzienlijke besparingen opleveren”, vertelt Ingrid Zeegers, director Sustainable Business Development bij Philips Consumer Lifestyle. Philips en de Van Gansewinkel Groep raakten vorig jaar tijdens een Cradle to Cradle-bijeenkomst met elkaar in gesprek. “Sindsdien werken we samen”, zegt Zeegers. “Het is een warm samenwerkingsverband, dat we steeds verder willen uitbreiden. We delen onze kennis en durven na te denken over compleet nieuwe businessmodellen. Dat is nodig om uiteindelijk de transitie naar een circulaire economie te kunnen maken.” Het ontwikkelen van Cradle to Cradle-producten is volgens Zeegers een complex proces. “Je moet precies weten wat er allemaal in je producten zit en ze moeten zo worden ontworpen dat ze aan het einde van hun levensduur gemakkelijk uit elkaar te halen zijn. Vooral de materiaalkeuze is belangrijk. Het inzamel- en verwerkingsproces moet rendabel en milieuvriendelijk zijn en de geproduceerde componenten en materialen moeten opnieuw als grondstof kunnen worden ingezet, bij voorkeur voor eenzelfde toepassing. De kennis van de Van Gansewinkel Groep op het gebied van materialen, afvalstromen en recycling is hierbij essentieel.” Coolrec De Van Gansewinkel Groep en in bijzonder haar dochter Coolrec hebben de afgelopen decennia veel kennis opgedaan met betrekking tot recycling en terugwinning van grondstoffen van huishoudelijke apparaten. “Onze rol in de keten is Cradle to Cradle mogelijk maken voor onze klanten”, zegt Florens Slob, manager Sustainable Solutions bij de Van Gansewinkel Groep. Slob refereert aan een bekende uitspraak van William McDonough: ‘Design is the first signal of intention’. “Om echt te veranderen moeten we niet pas in de ‘end of life-fase’ kijken wat we nog met een product kunnen, maar moeten we terug de keten in en beginnen bij de bron: de designfase. Samen met Philips hebben we een aantal standaard designregels opgesteld, waardoor producten nog beter recyclebaar kunnen worden. Daarnaast zijn we bezig met de ontwikkeling van intelligente inzamelsystemen, om de grondstoffen ook weer terug te krijgen. Op die manier maken wij het mogelijk om de cirkel echt rond te krijgen.” Philips heeft sinds kort een product op de markt dat is gebaseerd op de Cradle to Cradle-principes: de EnergyCare stofzuiger. “Op de lange termijn is Cradle to Cradle dé manier om innovatie op het gebied van materiaalgebruik te bewerkstelligen”, meent Zeegers. “Doing good, dat is de gedachte erachter.”
Philips Electronics, Amsterdam/Eindhoven Producten: wereldwijd leider op het gebied van gezondheidszorg, verlichting en lifestyle Omzet: ¤ 26 miljard in 2008 Medewerkers: ca. 116.000
102 / jaarbeeld 08
Ingrid Zeegers,
Florens Slob,
Director Sustainable Business Development
Manager Sustainable Solutions
bij Philips Consumer Lifestyle
bij de Van Gansewinkel Groep
103
Van Houtum Papier
Van Houtum Papier Henk van Houtum, managing director: “Klanten vroegen ons of we hun oud papier niet terug konden nemen. Zelf beheersen we dat logistieke proces niet, dus zijn we op zoek gegaan naar een partner. We kwamen eigenlijk automatisch bij de Van Gansewinkel Groep uit. Zij zijn ook partner van EPEA en lopen voor op het gebied van sociale innovatie en milieu. Bovendien hebben we al een lange relatie met Van Gansewinkel. Twintig jaar geleden zamelden zij al ons afval in. Onze samenwerking klopt gewoon, het is oprecht en logisch. Samen maken we de kringloop van papier sluitend.” Diane van Dijk-Loois, National Sales Manager bij Van Gansewinkel: “Wij leveren oud papier aan Van Houtum Papier en zij maken daar weer toiletrollen en tissuepapier van. Wist je dat één kilo papier goed is voor zeven toiletrollen?” Enthousiast komt Van Dijk-Loois met een concreet voorbeeld. “Wij halen het vertrouwelijk papier op bij een bank en versnipperen het. Vervolgens brengen we het vernietigde papier in balen naar Van Houtum Papier. Zij maken er dan weer toiletrollen en tissuepapier van, dat weer naar die bank gaat. Zo is de cirkel rond.” Van Houtum Papier streeft naar een 100% Cradle to Cradle-productieproces. “We hebben alle materialen die we gebruiken laten analyseren door EPEA. We zijn structureel bezig om alles om te zetten naar biologisch afbreekbare materialen”, vertelt Henk van Houtum. “Soms is dat heel gemakkelijk, maar soms gaat het om materialen die een belangrijke invloed hebben op de kostprijs van het eindproduct. Dan is verdere doorontwikkeling nodig.” Het familiebedrijf uit Swalmen lanceert in mei 2009 de eerste producten met een Cradle to Cradle-certificering. “We rekenen op een positieve marktrespons”, zegt Van Houtum. “Onze bestaande klanten tonen nu al veel interesse in het Cradle to Cradle-product. Natuurlijk zijn er critici die spreken van een hype; nieuwe wijn in oude zakken. Dat kan, maar als wij onze producten veel schoner en biologisch afbreekbaar maken en uiteindelijk kunnen leveren tegen misschien wel lagere kostprijzen, wie kan daar nu wat op tegen hebben?” Cradle to Cradle is ook een profilering, meent Diane van Dijk-Loois van de Van Gansewinkel Groep. “Je kunt je heel erg focussen op tarieven, maar we gaan verder dan dat. We gaan mee in de keten van de klant. Dat geeft een stukje meerwaarde. We zijn niet alleen maar het bedrijf dat de bakken leeg maakt.”
Van Houtum Papier, Swalmen Producten: toiletrollen, hygiënepapier Omzet: ca. ¤ 60 miljoen Medewerkers: 190
104 / jaarbeeld 08
Henk van Houtum,
Diane van Dijk-Loois,
Managing Director
National Sales Manager
Van Houtum Papier
bij Van Gansewinkel
105
Tapijtfabrikant Desso
Tapijtfabrikant Desso Tapijtfabrikant Desso is ambitieus als het gaat om Cradle to Cradle. “Een paar jaar geleden maakte ik via het programma Tegenlicht kennis met het Cradle to Cradle-concept”, vertelt bestuursvoorzitter Stef Kranendijk. “Ik was onder de indruk en heb Michael Braungart, de grondlegger van EPEA, rechtstreeks benaderd. Ik zei tegen hem dat ik mijn hele bedrijf Cradle to Cradle wilde maken. Dat vond hij fantastisch. Sindsdien werken we nauw samen.” EPEA analyseert alle ruwe materialen van Desso en geeft advies over alternatieven. “We hebben al gecertificeerde Cradle to Cradle-producten op de markt, maar in 2020 moeten al onze producten Cradle to Cradle zijn. De Van Gansewinkel Groep helpt ons daarbij.” Desso werkt volgens Kranendijk actief aan een productieproces waarbij haar producten ofwel volledig biologisch afbreekbaar zijn, ofwel gemakkelijk gerecycled kunnen worden tot grondstof voor nieuwe producten. “Wij brengen onze kennis in op het gebied van inzameling, recycling en materiaalspecificaties”, vertelt verkoopmanager Jeroen Vincent van Van Gansewinkel. Een groot team met specialisten van Desso en de Van Gansewinkel Groep bestudeert de mogelijkheden op het gebied van alternatieve grondstoffen voor nieuwe tapijten. “En we investeren samen in nieuwe technieken om garen terug te winnen uit oude tapijten”, zo laat Vincent weten. “We zijn al begonnen met de inzameling van oude tapijten bij klanten van Desso en onze eigen klanten. We hebben een terugnamesysteem ontwikkeld, waarmee oud tapijt aan de bron kan worden gescheiden.” Momenteel wordt oud tapijt nog verwerkt tot brandbare korrels voor elektriciteitscentrales en de cementindustrie. “Daarmee gaan waardevolle grondstoffen van tapijt, zoals nylon en bitumen, verloren”, weet Stef Kranendijk. “Door de samenwerking met de Van Gansewinkel Groep wordt oud tapijt straks verwerkt tot grondstof voor nieuwe tapijten.” De bestuursvoorzitter is van mening dat bedrijven moeten blijven innoveren, juist in moeilijke tijden. “Innovatie is het belangrijkste levensbloed voor een bedrijf. Daarvoor is wel een langetermijnvisie nodig. Die heeft Desso, die heeft de Van Gansewinkel Groep.” Natuurlijk vergt het Cradle to Cradle-concept de nodige investeringen, maar volgens Kranendijk zorgt het concept indirect wel snel voor inkomsten. “Je merkt dat klanten eerder voor ons kiezen omdat we zo duurzaam bezig zijn. Dat zal bij de Van Gansewinkel Groep niet anders zijn.”
Desso, Waalwijk Producten: tapijt(tegels) Omzet: ca. ¤ 200 miljoen Medewerkers: 935
106 / jaarbeeld 08
Stef Kranendijk,
Jeroen Vincent,
Bestuursvoorzitter
Verkoopmanager
Desso
bij Van Gansewinkel
107
Ahrend kantoormeubilair
Ahrend kantoormeubilair
EcoSmart De activiteiten van EcoSmart, een 100% dochter van de Van Gansewinkel Groep, passen perfect binnen het Cradle to Cradle-concept. EcoSmart brengt integraal afvalmanagement bij bedrijven tot stand, door ervaren afvalspecialisten te detacheren. Zij zamelen al het afval vanaf de werkplek in. Hierdoor daalt het percentage restafval bij bedrijven doorgaans van ongeveer 60% tot ongeveer 25%. “Restafval wordt door verbranding omgezet in energie, maar dat betekent ook het einde van een cyclus”, vertelt Frank Dobbelsteijn, directeur van EcoSmart. “Door onze werkwijze is het percentage recyclebaar afval veel groter. Er zijn voorbeelden van bedrijven die dankzij ons nog maar 10% restafval hebben en 90% recyclebaar afval.” EcoSmart zamelt inmiddels van ruim 60.000 werkplekken in Nederland het afval in. Het bedrijf toont, ondanks de economische crisis, nog altijd een stevige groei.
Ahrend wil een leidende rol spelen als het gaat om maatschappelijk verantwoord ondernemen. De ambitie? Een volledig gesloten keten en volledig klimaatneutraal productieproces in 2020. “Om de keten te kunnen sluiten werken we samen met de Van Gansewinkel Groep”, laat Business Development-manager Roel van der Palen van de producent van kantoormeubilair weten. “Het is een logische combinatie. Onze relatie is gebaseerd op vertrouwen en gemeenschappelijke ambities. De relatie was er al, nu geven we die een diepere inhoud.” Het maken van een Cradle to Cradle-product is een meerjarige exercitie in de meubelbranche. “Het ontwerpen en uitontwikkelen van een nieuwe stoel kost al snel twee tot vier jaar”, weet Van der Palen. “Klanten vragen ons nu al om een volledige Cradle to Cradle-inrichting, maar ze moeten nog even geduld hebben.” EcoSmart, een 100% dochteronderneming van de Van Gansewinkel Groep, speelt een belangrijke rol in de samenwerking met Ahrend. “We halen de meubels van Ahrend op en ontmantelen of recyclen die partijen. Ahrend produceert haar producten volgens het ‘eco designprincipe’, waardoor ze binnen een paar minuten gedemonteerd kunnen worden”, zegt Frank Dobbelsteijn, directeur van EcoSmart. De retourlogistiek speelt volgens de Business Development-manager van Ahrend een belangrijke rol. “Oud kantoormeubilair wordt nu nog vaak meegegeven aan de werknemers of ze worden verkocht voor een lage prijs. Maar er zijn ook grote locaties met enorm veel werkplekken die ontruimd moeten worden, omdat er nieuw meubilair is aangeschaft. Samen met de Van Gansewinkel Groep zijn we nu aan het kijken hoe we die ontruiming het beste kunnen organiseren.” Frank Dobbelsteijn: “We maken op de locatie zelf al een eerste scheiding tussen metaal, kunststof en trespa. Vervolgens bekijken we of we het nieuwe meubilair ook zelf bij de klanten van Ahrend op de juiste plek kunnen neerzetten en de verpakkingsmaterialen weer mee terug kunnen nemen.” De Van Gansewinkel Groep denkt ook mee in het productieproces van Ahrend. “Wat betekent onze ontlakstraat voor de afvalstromen? Welke afvalstromen komen er binnen de Van Gansewinkel Groep vrij die we zouden kunnen inzetten bij ons productieproces? We gebruiken de expertise van de Van Gansewinkel Groep op het gebied van afvalstromen en het herinzetten van afval als grondstof”, zegt Van der Palen. “Ja”, zo vult Dobbelsteijn aan, “de kwalificatie, de acceptatiemogelijkheden, de vervuiling, de vergunningen. Dat is echt de kennis die wij in huis hebben.”
Ahrend, Amsterdam Producten: kantoormeubilair Omzet: ¤ 270 miljoen Medewerkers: 1.500
108 / jaarbeeld 08
Roel van der Palen,
Frank Dobbelsteijn,
Business Development Manager
Directeur
Ahrend
van EcoSmart
109
Tegelfabrikant Mosa
Tegelfabrikant Mosa Samen met tegelfabrikant Koninklijke Mosa onderzoeken we de mogelijkheden om de kringloop van tegels te sluiten. “De Van Gansewinkel Groep kijkt met name hoe dit logistiek kan worden ingevuld. Uiteindelijk is het de bedoeling dat zij onze grondstofleverancier worden”, stelt directeur Arthur Thomaes van Mosa. “Bij verschillende inzamelpunten, waaronder tegelzetters, bouwmarkten en aannemers, zamelen we oude tegels en sanitairproducten in”, legt verkoopmanager Frank Geelen van de Van Gansewinkel Groep uit. “We verwijderen de verontreiniging in het ingezamelde materiaal en malen het vervolgens fijn. Zo verwerken we het tegel- en sanitairafval tot geschikte grondstoffen voor Mosa.” Arthur Thomaes: “We willen in 2010 de eerste tegel op de markt brengen die gemaakt is van de grondstoffen die de Van Gansewinkel Groep heeft aangeleverd. Of dat gaat lukken is nog wel afhankelijk van een aantal technologische aspecten. We kunnen al een tegel maken van gerecycled materiaal, maar het moet ook een tegel zijn die voldoet aan onze kwaliteitseisen.” De Van Gansewinkel Groep raakte eind 2007 met Mosa in gesprek bij een Cradle to Cradle-congres. “We hangen dezelfde filosofie aan”, zegt Thomaes. “We zien afval niet als afval, maar als grondstof. We willen dat toekomstige generaties ook in hun behoeftes kunnen voorzien. Daarnaast zijn er ook commerciële motieven, daar zijn we heel eerlijk in. Het zou mooi zijn als de grondstoffen die we van de Van Gansewinkel Groep aangeleverd krijgen goedkoper zijn dan natuurlijke grondstoffen, maar dat zal de eerste jaren nog niet het geval zijn. De meerwaarde zit hem in het feit dat wij een duurzame onderneming zijn en dat potentiële klanten daarom voor ons kiezen. En dat bestaande klanten met ons blijven werken. Het is goed voor de continuïteit van de onderneming.” Frank Geelen sluit zich daarbij aan: “Als ketenpartners versterken we elkaar in onze eigen markten. De samenwerking met Mosa heeft nu al gesprekken met potentiële nieuwe klanten opgeleverd. Onze duurzame manier van werken spreekt veel bedrijven aan.” Mosa en de Van Gansewinkel Groep willen het concept bij succes niet exclusief voor zichzelf houden. “Uiteindelijk gaat het ook om het besef dat grondstoffen eindig zijn in de wereld. En als we het concept geheimhouden lossen we dit probleem voor de wereld niet op”, besluit Thomaes.
Mosa, Maastricht Producten: tegels Omzet: ¤ 115 miljoen Medewerkers: 550
110 / jaarbeeld 08
Arthur Thomaes,
Frank Geelen,
Directeur
Verkoopmanager
Mosa
bij Van Gansewinkel
111
GRI Index en Assurance-rapport
Assurance-rapport
GRI-tabel Indicator
Omschrijving
Pagina
1.1
Visie en strategie van Van Gansewinkel Groep m.b.t. duurzame ontwikkeling
6-8 en 43-44
1.2
Beschrijving van meest relevante impacts, risico's en mogelijkheden
119-122
Visie en strategie
Aan de raad van bestuur van Van Gansewinkel Groep B.V.
Profiel van de organisatie 2.1
Naam van de verslaggevende organisatie
binnenzijde front cover
2.2
Belangrijkste producten en merken
10
2.3
Operationele structuur van de organisatie
32-35
2.4
Locatie hoofdkantoor
back cover
2.5
Landen waar de activiteiten van de organisatie plaatsvinden
32 - 35
2.6
Rechtsvorm
5
2.7
Markten
7
2.8
Omvang van de verslaggevende organisatie
7
2.9
Organisatie veranderingen
4
2.10
Onderscheidingen
78
Reikwijdte van het verslag 3.1
Verslag periode
binnenzijde front cover
3.2
Datum van het meest recente verslag
binnenzijde front cover
3.3
Verslaggevingscyclus
binnenzijde front cover
3.4
Contactgegevens voor vedere informatie
135
3.5
Proces inhoud verslag
46
3.6
Afbakening / Begrenzing van het verslag
46 46
3.7
Afbakening beperkingen
3.8
Basis voor verslaggeving over samenwerkingsverbanden
46
3.9
Meetmethoden en de basis voor berekeningen
46
3.11
Beinvloedende factoren voor de vergelijkbaarheid tussen verslagperioden
132
3.12
Management disclosures
52 - 53
3.13
Beleid externe assurance
46
Bestuur, verplichtingen en betrokkenheid 4.1
Bestuursstructuur
52
4.2
Voorzitter van het hoogste bestuurslichaam
52
4.3
Onafhankelijkheid van Raad van Commissarissen
14 - 16 en 76
4.4
Mechanismen voor aandeelhouders en medewerkers
72 - 76
4.5
Beloning topkader
74 en 129
4.6
Processen die waarborgen dat strijdige belangen worden vermeden
118
4.7
Expertise van de leden van het hoogste bestuurslichaam
134-135
4.8
Intern ontwikkelde missie- of beginselverklaringen
12 - 13 en 43 - 44
4.9
Procedures van het hoogste bestuurslichaam
76
4.10
Prestaties hoogste bestuurslichaam
74
4.11
Voorzorgsprincipe
119-122
4.12
Overige externe initiatieven
76 - 80
4.13
Lidmaatschap van verenigingen
76 - 80
4.14
Lijst van groepen belanghebbenden
66
4.15
Inventarisatie en selectie van belanghebbenden
66
4.16
Benadering van het betrekken van belanghebbenden
64 - 66 en 72 - 80
4.17
Onderwerpen door de betrokkenheid van belanghebbenden
66
EC 1
Directe economische waarde, omzet, kosten en maatschappelijke investeringen
122 - 133
EN 1
Gewicht van materialen
17 -18, 20 - 23, 26 - 29, 38 - 41, 54 - 57, 68 - 71, 82 -85, 90, 95-97, en 114 - 117 7, 8 , 18
Economische indicatoren Milieu indicatoren
EN 2
Percentage recycled materiaal
EN 3
Direct primair energieverbruik
90 - 91
EN 4
Indirect energieverbruik
90 - 91
EN 5 (add.)
Energie besparing en efficiëntieverbeteringen
90 - 91
EN 6 (add.)
Initiatieven energie-efficiënte en duurzame energie
90 - 91
EN 7 (add.)
Initiatieven verlaging indirecte energieverbruik
90 - 91
EN 16
Emissie van broeikasgassen
86 - 93
EN 17
Andere indirecte emissie van broeikasgassen
86 - 93
EN 18 (add.)
Initiatieven verlagen emissies
86 - 93
EN 19
Emissie van ozonafbrekende stoffen
70 - 71
EN 21
Totale waterafvoer naar kwaliteit
90-91
EN 22
Totaalgewicht afval
7, 8, 18
EN 27
Terugvorderbaar percentage verhandelbare goederen
17 - 18, 20 -23, 26 - 29, 38 - 41, 54 - 57, 68 -71, 82 - 85, 95 - 97 en 114 - 117 72 - 73
Sociale indicatoren
112 / jaarbeeld 08
LA 1
Profiel personeelsbestand
LA 2
Netto werkgelegenheid
72 - 73
LA 7
Veiligheid, ongevallen en verzuim
62 - 63
LA 10
Opleidingen en trainingen
72
LA 11 (add.)
Programma’s voor competentiemanagement en levenslang leren
72
HR 2
Toetsing belangrijke leveranciers op naleving van de mensenrechten
93
SO 1
Maatschappelijke activiteiten
66 en tijdslijn
PR 1
Beoordeling gevolgen gezondheid en veiligheid
58 - 61
PR 5 (add.)
Klanttevredenheid
76
PR 6
Marketingcommunicatie
76
Opdracht en verantwoordelijkheden Wij hebben opdracht gekregen van de raad van bestuur van Van Gansewinkel Groep B.V. te Rotterdam om de inhoud van de duurzaamheidthema’s in het jaarverslag 2008 (betreft de pagina’s 1 tot en met 112 en 114 tot en met 117, hierna te noemen ‘het Verslag’) te beoordelen. In het verslag legt Van Gansewinkel Groep B.V. verantwoording af over de maatschappelijke prestaties in 2008. Een beoordeling is gericht op het verkrijgen van een beperkte mate van zekerheid op basis van werkzaamheden die minder diepgaand zijn dan bij een controle. De mate van zekerheid bij beoordelingswerkzaamheden is daarom ook lager dan bij controlewerkzaamheden. Wij geven geen zekerheid bij de vooronderstellingen en de haalbaarheid van toekomstgerichte informatie in het Verslag (zoals doelstellingen, verwachtingen en ambities). Het Verslag is opgesteld onder verantwoordelijk van de raad van bestuur van Van Gansewinkel Groep B.V. Het is onze verantwoordelijkheid een assurance-rapport inzake het Verslag te verstrekken.
van een mediasearch en een branche-review. Het houden van interviews met verantwoordelijke functionarissen, vooral gericht op: •H et onderkennen van risico’s in de externe omgeving en de organisatie zelf, en onderzoeken in hoeverre deze risico’s in opzet worden afgedekt door interne beheersmaatregelen. •H et beoordelen van de plausibiliteit van de kwalitatieve en kwantitatieve informatie in het Verslag. • Het beoordelen van de kwantitatieve gegevens, met name door het uitvoeren van cijferbeoordelingen. • Het beoordelen van de opzet van de beleidsuitgangspunten en de beheersingsmaatregelen rondom de processen van informatieverzameling en verwerking, waaronder de aggregatie van gegevens tot informatie zoals opgenomen in het Verslag. • Het beoordelen van het toepassingsniveau volgens de G3 Richtlijnen van het Global Reporting Initiative. • Het aansluiten van de in het in het interview met de CEO opgenomen financiële informatie met de statutaire jaarrekening 2008 van Van Gansewinkel Groep B.V. • Het beoordelen van de opgeleverde informatie door de verschillende bedrijfsonderdelen van Van Gansewinkel Groep B.V. en het analyseren van achterliggende systemen en/of brondocumenten op basis van deelwaarnemingen. •
Verslaggevingcriteria Van Gansewinkel Groep B.V. heeft verslaggevingscriteria ontwikkeld die zijn gebaseerd op de in oktober 2006 gepubliceerde ‘G3 Richtlijnen’ van het Global Reporting Initiative, als vermeld op de binnenzijde van de front cover. Wij achten deze verslaggevingcriteria relevant en toereikend om de inhoud van het Verslag te kunnen beoordelen.
Werkzaamheden Wij hebben onze beoordeling verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder Standaard 3410N ‘Assurance-opdrachten inzake maatschappelijke verslagen’. De in dit kader uitgevoerde werkzaamheden bestonden in hoofdzaak uit: • Het uitvoeren van een omgevingsanalyse en het verkrijgen van inzicht in de branche, relevante maatschappelijke issues, relevante wetten en regels en de kenmerken van Van Gansewinkel Groep B.V. • Het beoordelen van de aanvaardbaarheid van het verslaggevingsbeleid, mede gelet op de informatiebehoeften van de beoogde groepen van belanghebbenden, waaronder het beoordelen van de uitkomsten van de stakeholderdialoog, inclusief het uitvoeren
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen assurance-informatie voldoende en geschikt is als basis voor onze conclusie.
Conclusie Op grond van onze beoordeling hebben wij geen reden te concluderen dat het Verslag (pagina 1 tot en met 112 en 114 tot en met 117), in alle van materieel belang zijnde aspecten, geen betrouwbare en toereikende weergave bevat van het beleid van Van Gansewinkel Groep B.V. ten aanzien van duurzaam ondernemen en van de bedrijfsvoering, de gebeurtenissen en de prestaties op dat gebied in het verslagjaar 2008, in overeenstemming met de verslaggevingscriteria van Van Gansewinkel Groep B.V.
Rotterdam, 23 april 2009 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door drs. M.R.G. Adriaansens RA
113
Van slippen naar scoren
van
We verwerken ook nog een aantal kleinere afvalstromen, zoals autobanden, luiers en kleding.
slippen naar
114 / jaarbeeld 08
Van een versleten autoband maken we bijvoorbeeld grondstoffen voor de aanleg kunstgrasvelden. En een volle luier levert biogas en energie op.
scoren
115
Van slippen naar scoren
Van Gansewinkel zamelt de oude banden in bij gemeenten en de automotive-industrie. Een autoband is voor 90% recyclebaar. De belangrijkste grondstof is natuurlijk rubber. Dit rubber vindt onder meer een volgend leven op sportparken; het wordt gebruikt voor de aanleg van kunstgrasvelden. Per jaar zamelen we ongeveer 10.000 ton banden in, wat genoeg rubber oplevert voor de aanleg van ongeveer 166 hockeyvelden. Daarnaast leveren we het rubber aan bedrijven in de wegenbouwindustrie. Zij gebruiken deze grondstof voor de aanleg van geluidsarm asfalt. Maar er zit meer dan alleen rubber in een autoband. We haler er ook metaal uit, dat we verkopen aan de staalindustrie. De overige 10% wordt verbrand en daarmee gebruikt voor energiewinning.
Luiers Van Gansewinkel is in Nederland en België een belangrijke inzamelaar van wegwerpluiers en incontinentiemateriaal. Gemeenten, kinderdagverblijven en zorgcentra zijn de belangrijkste klanten. We laten een deel van de luiers vergisten en composteren en de rest wordt verbrand in onze energiecentrales. Bij het vergisten van de luier komt biogas vrij, dat een nuttige toepassing krijgt. Na het vergistingsproces wordt de luier gecomposteerd. Met het plastic wordt energie opgewekt in de verbrandingscentrale, het overige materiaal vindt zijn weg in de compost.
• Elk jaar halen we duizenden tonnen kleding op. Goede kleding vindt zijn weg in de wereldwijde tweedehands kledingmarkt. Van de rest van de kleding worden bijvoorbeeld poetslappen gemaakt of we winnen er energie mee terug via verbranding. • Versleten banden zorgen voor slipgevaar op de weg. Dus kunnen ze maar beter worden vervangen. Van Gansewinkel zamelt oude banden in en maakt er nieuwe grondstoffen van. Zo kan op het rubber van een oude band worden gescoord op het hockeyveld.
Textiel Elk jaar halen we duizenden tonnen kleding op met het ledigen van hiervoor bestemde containers bij gemeenten. We brengen de inhoud van deze containers naar sorteerbedrijven. De goede kleding vindt zijn weg in de wereldwijde tweedehands kledingmarkt, voor de rest van de kleding zijn verschillende toepassingen. Er worden bijvoorbeeld poetslappen van gemaakt of we winnen er energie mee terug via verbranding.
116 / jaarbeeld 08
117
Corporate Governance / Risicobeheer
Corporate Governance
De risico’s van het ondernemen
Afgelopen jaar is gewerkt aan de voorbereiding van de nieuwe governancestructuur van de in 2007 gefuseerde organisatie. De groepsstructuur wordt geconcentreerd in één operationele holding. De raad van commissarissen, de raad van bestuur alsmede de centrale ondernemingsraad hebben hun definitieve plaats gekregen.
De strategie van de Van Gansewinkel Groep is om als geïntegreerd afvalbedrijf een compleet dienstenpakket aan haar klanten aan te kunnen bieden en zich daarmee naast inzamelaar en verwerker naar een grondstoffen– en energieleverancier te ontwikkelen. De realisatie van deze strategie brengt met zich mee dat de Van Gansewinkel Groep risico’s neemt die bij het ondernemen horen. Hierbij wordt een balans gezocht tussen rendement en risico en wordt voortdurend beoordeeld waar deze risico’s ook kunnen leiden tot kansen. De voornaamste risico’s die de onderneming kent zijn: 1) marktrisico’s, 2) business interruption in Afvalverwerking, 3) renteen financieringsrisico, 4) milieu- en reputatierisico, 5) energieprijsrisico en het afgelopen jaar is tevens gebleken dat 6) het ‘counterparty risk’ niet uitgevlakt mag worden. Uit concurrentieoverwegingen wordt niet ingegaan op de marktrisico’s. De onderneming is van mening dat zij als geïntegreerd milieubedrijf met een gebalanceerde portfolio ten opzichte van haar concurrenten een relatief goede positie heeft om de marktrisico’s het hoofd te bieden.
Al heeft de Van Gansewinkel Groep niet de verplichting de principes en de best-practicebepalingen van de (geactualiseerde) Nederlandse Corporate Governance Code na te leven, zij is er wel van overtuigd dat de Code een mate van transparantie en verantwoording weergeeft die geheel past binnen de filosofie en bedrijfsvoering van de Van Gansewinkel Groep. Met name risicobeheersing heeft de volledige aandacht van de raad van bestuur. Het in kaart brengen van alle voorkomende risico’s, en een zo transparant mogelijke communicatie daarover, is daarbij het uitgangspunt. Ook daar zal de raad van bestuur de relevante principes van de Corporate Governance Code bij betrekken. Wij zijn ons er terdege van bewust dat de met de Van Gansewinkel Groep verbonden onderneming op termijn andere eigenaars zal krijgen. Dat is immers een strategische doelstelling van onze huidige aandeelhouders. Denkbaar is dat de onderneming in private handen blijft, maar een optie is ook dat de onderneming via een beursgang in de public equity-wereld gaat opereren. Dit zal nadere eisen stellen aan de transparantie en verantwoording van onze bedrijfsvoering. Daarop willen we nu reeds anticiperen.
Economy Financiële overzichten Geconsolideerde balans per 31 december 2008 – Activa Geconsolideerde balans per 31 december 2008 – Passiva Geconsolideerde winst- en verliesrekening 2008 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2008 Geconsolideerd overzicht van verwerkte opbrengsten en kosten
123
124-125
126
De Van Gansewinkel Groep is uitgegroeid tot de onderneming die zij nu is door lokaal ondernemerschap te combineren met een centrale toetsing op beleid en resultaat. In deze besturingsfilosofie is het regionale en operationeel management van de diverse bedrijven verantwoordelijk voor de winst- en verliesrekening en de balans van de eigen onderneming. De rol van de raad van bestuur en van centrale stafafdelingen is hierin sturend, toetsend en vooral faciliterend. Door middel van een maandelijkse rapportage van financiële en operationele parameters aan de raad van bestuur wordt voortdurend de realisatie van de doelstellingen van de organisatie beoordeeld. Hierbij wordt aandacht besteed aan de financiële resultaten en in het bijzonder aan veiligheid en milieu en aan de beschikbaarheid en productiviteit van de installaties.
127
128
Toelichting op winst- en verliesrekening
129
Medewerkers
129
Bezoldiging bestuurders
129
NL GAAP / IFRS
130-133
118 / jaarbeeld 08
In 2008 heeft de onderneming alle noodzakelijke voorbereidingen getroffen voor een nieuwe juridische structuur, die past bij de in 2007 gevormde nieuwe onderneming. Onze ambitie is kortweg om – met inachtneming van de huidige eigendomsstructuur - de komende periode steeds meer te gaan acteren als beursgenoteerde onderneming. We willen de ingezette lijn om actief te communiceren met onze stakeholders over onze strategie, resultaten, risico’s en kansen (SWOT) steeds concreter invullen. De GRI B+-status, de rapportage volgens IFRS en de informatie in dit jaarverslag tonen aan dat we die ambitie ook daadwerkelijk vormgeven.
Risicobeheersing
Ambities 2010 • Het verder invullen van de verslaggeving over onze strategie, resultaten, risico’s en kansen (SWOT). • Het verder vormgeven van ons risicobeheersingssysteem. • Het toezicht op de onderneming inrichten conform de huidige inzichten omtrent adequate corporate governance, mede door middel van de sinds april 2009 nieuwe en bredere samenstelling van de raad van commissarissen.
119
Risicobeheer
In het vierde kwartaal van elk jaar stellen het lijnmanagement en de raad van bestuur in onderling overleg het budget vast voor het daaropvolgende jaar. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de informatie van specifieke specialistische disciplines binnen de organisatie. Maandelijks worden rapportages opgesteld over het resultaat. Daarnaast geeft het lijnmanagement twee keer per jaar een verwachting ten opzichte van het budget, die wordt besproken met de raad van bestuur. Op basis van deze evaluaties wordt waar nodig bijgestuurd. In aanvulling op de maatregelen om risico’s te beheersen zijn die aspecten die een onevenredig groot effect op vermogen of resultaat kunnen hebben aanvullend afgedekt door verzekeringen, derivaten, of een zogenoemde back-to-back afspraak met klanten.
Business interruption Afvalverwerking Omwille van de kapitaalintensiteit zijn activa geconcentreerd op de drie locaties van de business unit Afvalverwerking. Deze activa vertegenwoordigen een grote kasstroomgenererende eenheid. Waar in het inzamelbedrijf de activa over de landen verspreid worden ingezet om klanten optimaal te kunnen bedienen en zo het risico op gelijktijdige uitval van capaciteit fors te reduceren, is er bij Afvalverwerking sprake van een concentratierisico. Een deel van dit concentratierisico is ondervangen doordat er verscheidene verbrandingsovens op één locatie staan. Eventuele uitval van verbrandingscapaciteit kan onder meer de volgende consequenties hebben: 1) afval moet naar elders afgevoerd worden, doorgaans tegen hogere kosten dan de tarieven die de business unit voor haar klanten hanteert; 2) er moeten ongeplande onderhoudswerkzaamheden plaatsvinden, wat tot hogere kosten leidt; 3) er vindt geen energieproductie plaats, waardoor de onderneming inkomsten mist; 4) in combinatie met het voorgaande punt kan de ingedekte positie op de energiemarkt leiden tot een leververplichting waarbij tegen de dan geldende marktprijs ingekocht moet worden (zie ook jaarrekening paragraaf 8.6.1). Het management geeft de hoogste prioriteit aan het beheersen van de afvalverbrandingsprocessen. Dit blijkt onder meer uit de gerichte managementaandacht die is uitgegaan naar een constante doorzet van de installaties en continuïteit in de kwaliteit van de geleverde brandstoffen (afval). Daarnaast wordt intensief samengewerkt met de verzekeraar om
120 / jaarbeeld 08
de belangrijkste risico’s op uitval van capaciteit te identificeren. Dit heeft onder andere geleid tot een investeringsprogramma ter verbetering van de procesbeheersing en de risicobeheersing. De resultaten op dit gebied komen onder andere tot uiting in het investeringsprogramma voor waste processing en in de daling van de verzekeringspremie voor de business unit over de afgelopen jaren. Voor de langere termijn wordt ingezet op een groeiende levering van warmte die voor langere tijd gecontracteerd is met klanten. Een deel van de volatiliteit, verbonden aan de electriciteitsmarkt, kan zo worden gedempt. In aanvulling op deze beheersingsmaatregelen is de onderneming, met inachtneming van een aanvaardbaar eigen risico, verzekerd tegen de risico’s van brand- en machinebreukschade, het materiële schadeherstel en de bedrijfsschade (business interruption).
Rente- en financieringsrisico Door de verhouding eigen vermogen ten opzichte van het vreemd vermogen staat de onderneming bloot aan financieringsrisico’s en risico’s van wijzigingen in de marktrente. Met betrekking tot het financieringsrisico volgt de onderneming nauwgezet in hoeverre voldaan wordt aan de afspraken met de banken. Op kwartaalbasis wordt hiervan een evaluatie en een voorspelling gemaakt, aan de hand waarvan bijgestuurd kan worden om voldoende cash flow te genereren om aan deze vereisten te blijven voldoen. Hierbij is de onderneming mede afhankelijk van de stabiliteit van de gegenereerde cash flow en de fluctuaties in de marktrente, voor het beperkte deel dat niet voor langere tijd is afgedekt. De onderneming heeft een beleid geformuleerd om het renterisico in te dekken. Dit beleid, en de ingedekte posities, worden beschreven in paragraaf 8 van de jaarrekening. Hoewel het in de huidige economische omstandigheden lastig is voorspellingen over de toekomst te doen, is het management er van overtuigd dat de onderneming aan haar bankverplichtingen kan blijven voldoen. Deze verwachting is gebaseerd op een analyse van de verwachte resultaten en kasstroom van de onderneming in combinatie met geplande investeringen en verplichte aflossingen en wordt mede ondersteund door de versterking van het eigen vermogen in 2008 en de termijn waarop de bankleningen afgelost moeten worden (zie paragraaf 8.5 van de jaarrekening). Om deze reden is de jaarrekening op een going concern basis opgesteld.
Milieu- en reputatierisico De Van Gansewinkel Groep is als afvalinzamelaar en verwerker actief in de milieusector. In deze sector bestaan risico’s op incidenten met een negatief effect op het milieu, waarbij kosten gemaakt moeten worden om de situatie te herstellen. Behalve dat een dergelijk incident kosten met zich meebrengt, kan het een negatieve uitwerking hebben op de reputatie en goede naam van de Van Gansewinkel Groep. Naast het verwerken van recycleerbare materialen, behandelt de onderneming ook restafval en gevaarlijk afval. Er is een acceptatiebeleid ten aanzien van de soorten afval die klanten aan mogen leveren. Niettemin kan het gebeuren dat partijen (gevaarlijk) afval bij acceptatie een andere identificatie kennen dan oorspronkelijk door de ontdoener (klant) aangegeven. Het kan zijn dat het afval dan toch in een niet bedoelde verwerkingsstroom terecht komt. Hierdoor zou onze onderneming geassocieerd kunnen worden met negatieve milieuaspecten. Een toenemende aanscherping van de wet- en regelgeving op het gebied van afvalbeheer betekent dat de onderneming moet blijven investeren in verbetering van haar processen om aan scherpere eisen te blijven voldoen. De raad van bestuur heeft een beleid geformuleerd ten aanzien van Kwaliteit, Arbo en Milieu (SHEQ). De verantwoordelijkheid voor invoering en naleving ligt primair bij de lijnorganisatie. Een centrale afdeling ziet toe op naleving van dit beleid en voert regelmatig audits uit in de operatie. Tevens volgt deze afdeling de wijzigingen in wet- en regelgeving en adviseert ten aanzien van het wijzigen van het beleid.
Energieprijsrisico Een groot deel van de warmte die door de afvalenergiecentrales wordt geproduceerd, wordt omgezet in elektrische energie. De onderneming verkoopt de elektriciteit aan het elektriciteitsnet, via de APX-markt. Het tarief dat per uur gerealiseerd wordt op deze markt is onderhevig aan het krachtenspel van vraag en aanbod en is derhalve volatiel. De Van Gansewinkel Groep kiest er voor een groot deel van haar electriciteitsproductie af te dekken, hetgeen resulteert in een beter te voorspellen en stabieler verloop van de omzet. Dit wordt beschreven in paragraaf 8.6.1 van de jaarrekening.
De onderneming voert een actief beleid met betrekking tot de verkoop van elektriciteit en het beheersen van de hieraan verbonden risico’s. Dit beleid is vastgelegd in procedures die goedgekeurd zijn door de Raad van Bestuur en de aandeelhouders.
Cyclische groei De crisis heeft ook aangetoond dat ook de Van Gansewinkel Groep niet ongevoelig is voor de economische cyclus. In reactie daarop heeft de onderneming de focus verlegd van het faciliteren van groei naar het verhogen van de productiviteit. De bedrijfscultuur van het bedrijf maakt dat goed mogelijk. De onderneming is gegroeid door lokaal ondernemerschap te combineren met regie op beleid en resultaat. Door die nadruk op het lokale ondernemerschap kunnen de medewerkers snel worden gemobiliseerd. De overtuiging dat er gehandeld moet worden leeft in het hele bedrijf. De betrokkenheid van de medewerkers maakt dat we snel kunnen schakelen.
Counterparty risk De revolving credit facility (de financieringsfaciliteit voor onder meer het werkkapitaal) wordt verstrekt door een breed syndicaat van banken en fondsen. Het financieringsrisico wordt daardoor voldoende gespreid. Zo heeft het faillissement van Lehman Brothers in september 2008 slechts gevolgen had voor 1 van de in totaal € 200 miljoen aan beschikbare liquiditeit onder de revolving credit facility. Die € 1 miljoen heeft geen effect op de liquiditeit van de onderneming. Niet alleen bij financiering maar ook bij verzekeringen is het counterparty risico het afgelopen jaar evident geworden. Van Gansewinkel Groep kiest ervoor om haar verzekeringspolissen en derivaten transacties te spreiden over diverse kredietwaardige financiële dienstverleners om daarmee continuïteit van de dekking te realiseren.
121
Financiële resultatenen overzichten
GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2008 (x € 1.000) 31 december 2008
31 december 2007
31 december 2006
ACTIVA Vaste activa
Casus Minder vraag naar grondstoffen Als gevolg van de kredietcrisis is de productiviteit van de maakindustrie verminderd. Dat is bijvoorbeeld te zien bij de waterfabrieken, waar afvalwater uit de procesindustrie wordt ontdaan van organische verbindingen en metalen. Het resterende metaal kan vervolgens als grondstof worden verkocht. De aanvoer van afvalwater is aanzienlijk afgenomen. Het verlies aan volume betekent uiteraard ook een verlies aan opbrengsten. Tegelijk heeft de kredietcrisis geleid tot een prijsdaling van de grondstoffen die onder andere uit het afvalwater worden teruggewonnen, zodat ook op dat gebied de omzet afneemt.
Goodwill
850.796
943.161
511.268
Overige immateriële vaste activa
280.477
316.100
158.694
Materiële vaste activa
997.165
992.391
639.434
Deelnemingen Actieve belastinglatentie Derivaten Overige financiële vaste activa
Totaal vaste activa
6.838
12.438
5.391
70.613
42.054
24.554
5.814
4.658
12.918
108.818
5.050
5.624
2.320.521
2.315.852
1.357.883
20.881
14.008
5.512 83.277
Vlottende activa
Ondanks die prijsdalingen blijft de Van Gansewinkel Groep vasthouden aan de strategie om het bedrijf verder om te vormen tot grondstoffenleverancier. Dat gebeurt vooral met het oog op de toekomst na de crisis, als de vraag naar grondstoffen weer zal aantrekken. Er blijft immers een toenemende schaarste aan primaire grondstoffen. Het gemis van capaciteit die nu wegvalt, zal dan moeten worden opgevuld door leveranciers die zich op dat moment hebben voorbereid. Naar verwachting zal de grondstoffenprijs dan ook weer stijgen, omdat de vraag zal toenemen bij een blijvend beperkt aanbod.
Voorraden
188.500
210.641
Derivaten
Debiteuren en overige vorderingen
1.358
1.824
-
Overlopende activa
7.858
7.778
2.770
Kortlopend deel overige financiële vaste activa
28.592
-
-
Liquide middelen
83.318
67.356
205.776
330.507
301.607
297.335
7.418
15.120
-
337.925
316.727
297.335
2.658.446
2.632.579
1.655.218
Vaste activa beschikbaar voor verkoop
Totaal vlottende activa
Verkorte jaarrekening De verkorte jaarrekening is ontleend aan de statutaire jaarrekening van Van Gansewinkel Groep B.V. voor 2008. Deze is goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 23 april 2009. De volledige jaarrekening is beschikbaar via de website van de onderneming (www.vangansewinkel.com). De externe accountant heeft een goedkeurende verklaring verstrekt bij de goedgekeurde statutaire jaarrekening voor 2008. Voor een verantwoorde oordeelsvorming omtrent de financiële positie en de resultaten van de onderneming dient deze verkorte jaarrekening gelezen te worden in samenhang met de volledige statutaire jaarrekening, waaraan deze verkorte versie is ontleend.
Totaal activa
De vaste activa zijn per saldo toegenomen, voornamelijk als gevolg van de overeenkomst met de gemeente Rotterdam inzake de vergunning van de Brielselaan. Deze heeft geleid tot een langetermijnvordering op een escrow rekening (€ 99,7 miljoen) en een kortetermijnvordering van € 28,6 miljoen. Tegelijkertijd met opname van deze vordering als financieel vast actief heeft een afschrijving van goodwill m.b.t. de acquisitie van AVR plaatsgevonden (€ 68,3 miljoen), een afwaardering van immateriële vaste activa (klantencontract € 13,5 miljoen) en een afwaardering van de materiële vaste activa van de energiecentrale aan de Brielselaan (€ 25,2 miljoen). (par.10.1;10.2;10.3;10.7;11.2) Mede als gevolg van de scherpe daling van de prijzen van grondstoffen zijn de resultaten in de Recycling-tak onder druk komen te staan. Om deze reden heeft een afwaardering van de goodwill van deze ‘cash generating unit’ met € 23,5 miljoen plaatsgevonden. (par.10.1) In 2007 en 2008 is een omvangrijk investeringsprogramma uitgevoerd, waaronder de investering in een Bio Massa Energie Centrale. Tevens is geïnvesteerd in verduurzaming
122 / jaarbeeld 08
van het wagenpark van de onderneming en zijn diverse veiligheids en compliance programma’s uitgevoerd. Naast de continue aandacht voor verbetering van de de productiviteit van de installaties heeft het totale pakket aan investeringen geleid tot een aanzienlijke toename van de materiële vaste activa. (par.10.3) De waarde van de deelnemingen is afgenomen als gevolg van verkoop van het belang in Safeway Ltd. Ierland. (par. 10.4) De actieve latentie is toegenomen door het nettoverlies in het boekjaar. (par. 10.5) Eind 2007 is een programma gestart ter verbetering van de werkkapitaalpositie van de onderneming. Voornamelijk verlaging van de ‘nog te factureren diensten’ heeft geleid tot de verbetering van de debiteurenpositie. (par 10.9) De mutaties tussen 2006 en 2007 worden voornamelijk verklaard door de acquisitie van Van Gansewinkel Holding B.V.
123
Financiële resultatenen overzichten
GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2008 (x € 1.000) 31 december 2008
31 december 2007
31 december 2006
PASSIVA Totaal groepsvermogen Geplaatst aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke reserves Overige reserves
40
40
40
520.636
10.611
8.675
6.732
-
-
5.389
5.621
-
71.003-
7.861
-
Onverdeeld resultaat
105.043-
79.236-
13.457
Eigen vermogen
356.751
55.103-
22.172
Aandeel van derden in groepsmaatschappijen
Totaal groepsvermogen
15.544
372.295
16.314
5.953
38.789-
28.125
Langlopende verplichtingen Leningen
1.735.067
2.206.226
Derivaten
34.541
5.346
298
Voorziening voor latente belastingen
95.177
98.243
27.754
3.240
1.728
243
Pensioenvoorziening Jubileumvoorziening Overige voorzieningen
Totaal langlopende verplichtingen
1.401.541
3.362
3.236
1.998
52.130
41.862
38.1 7 1
1.923.517
2.356.641
1.470.005
Kortlopende verplichtingen Handelscrediteuren en overige schulden
188.147
139.885
63.964
Leningen
64.589
70.326
-
Derivaten
7.112
515
-
Kortlopend deel voorziening voor latente belastingen
-
34
184
Kortlopend deel overige voorzieningen
10.242
16.560
13.547
Overige schulden en overlopende passiva
92.544
87.407
79.393
362.634
314.727
157.088
Totaal verplichtingen
2.286.151
2.671.368
1.627.093
Totaal passiva
2.658.446
2.632.579
1.655.218
Totaal kortlopende verplichtingen
124 / jaarbeeld 08
De toename van het eigen vermogen is vooral veroorzaakt door het omzetten van de aandeelhoudersleningen (€ 520 miljoen verminderd met de afboeking van de bijbehorende geactiveerde financieringslasten ad. € 10 miljoen) in een agio storting per einde van het boekjaar. Naast het feit dat hiermee het eigen vermogen positief is geworden, zullen hierdoor de rentelasten in 2009 aanzienlijk dalen voor Van Gansewinkel Groep bv. (par. 10.14) De langlopende leningen zijn afgenomen met € 471 miljoen. Dit is voornamelijk veroorzaakt door de omzetting van de aandeelhoudersleningen in een agio storting, en tevens door reguliere aflossing van de bankleningen. Doordat de aandeelhoudersleningen per eind 2008 omgezet zijn, is de rente over 2008 bij de schuld bijgeschreven. (par. 10.20) De kort- en langlopende verplichtingen uit derivaten zijn toegenomen door de forse daling in de marktrente in Q4 van 2008. Van Gansewinkel Groep heeft in de afgelopen jaren bescherming gekocht tegen fluctuaties in de marktrente door het afsluiten van Interest Rate Swaps. Deze hebben momenteel een negatieve marktwaarde doordat de te betalen vaste rente hoger is dan de huidige marktrente. (par. 8) De overige voorzieningen zijn voornamelijk toegenomen als gevolg van de acquisitie van de resterende 50% in A&G. Deze voorziening heeft betrekking op pre-nazorg en nazorg van stortplaatsen. (par 7 en 10.22) Eind 2007 is een programma gestart ter verbetering van de werkkapitaalpositie van de onderneming. Meer aandacht voor betaaltermijnen bij leveranciers heeft geleid tot een forse verbetering van de crediteurenpositie. Daarnaast heeft een aanzienlijk deel (ca. € 28 miljoen) van de crediteurenpositie betrekking op investeringen. Naar verwachting zal de crediteurenpositie in kwartaal 1 van 2009 met dit bedrag teruglopen. (par 10.23) De mutaties tussen 2006 en 2007 worden voornamelijk verklaard door de acquisitie van Van Gansewinkel Holding B.V.
125
Financiële resultatenen overzichten
GECONSOLIDEERDE WINST- EN VERLIESREKENING 2008 (x € 1.000)
Omzet
GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT 2008 (x € 1.000) 2008
2007
2006
1.200.423
1.172.197
522.669
Overige bedrijfsopbrengsten
50.930
2008 Resultaat voor belastingen
-
-
71.818-
71.311-
28.17 1-
Verwerkingskosten derden
226.400-
233.275-
63.064-
- Afschrijvingskosten van immateriële en materiële vaste activa
Onderhoudskosten derden
28.633-
27.895-
30.499-
- Aandelenbeloning
297.658-
295.082-
118.009-
Grond- hulpstoffen en energie
Personeelskosten Afschrijvingskosten immateriële vaste activa en materiële vaste activa
243.706-
186.438-
121.086-
Overige bedrijfskosten
323.150-
301.450-
102.570-
59.988
56.746
59.270
200.445-
Aandeel in resultaat niet-geconsolideerde deelnemingen
2.949
167.869-
91.261-
3.931
2.221
1.512 103
- Mutatie overige voorzieningen - Financiële lasten
- Toegezegde compensatie
Bruto kasstroom uit operationele activiteiten Wijzigingen in werkkapitaal
137.508-
107.192-
29.770-
34.136
31.299
46.133
Belastingen naar de winst
Vennootschapsbelasting betaald/ ontvangen
103.372-
75.893-
16.363
De aandeelhouders van Van Gansewinkel Groep B.V.
105.477-
Derden
2.105
50.930-
De overige bedrijfsopbrengsten (€ 50,9 miljoen) hebben betrekking op een gedeelte van de overeenkomst met de gemeente Rotterdam inzake de vergunning van de energiecentrale aan de Brielselaan. (par. 10.1; 10.2; 10.3; 10.7; 11.2) De verwerkingskosten derden zijn gedaald door een verdere verbetering van de ketenintegratie binnen ons bedrijf. Daarmee zijn de (externe) kosten van de verwerking van afval per saldo gedaald met € 7 miljoen. De afschrijvingskosten op materiële en immateriële vaste activa zijn gestegen met € 57 miljoen, voornamelijk door diverse duurzame waardeverminderingen (€ 72 miljoen). (par 10.4) (x € 1.000.000)
Omzet Bedrijfsresultaat (EBIT) EBITDAE Resultaat na belastingen
126 / jaarbeeld 08
IFRS
-
7.918 382.519
54.598
12.139361. 258
23.144-
179.357 38.260
510
1.265
338
1.243-
2.687-
23824.566-
298.876
38.360
229.5 0 0
187.947
21.297-
891.055-
575-
- overige deelnemingen
De daling van het resultaat na belastingen wordt vooral beïnvloed door i) de overige bedrijfsopbrengsten à + € 51miljoen, ii) de duurzame waardeverminderingen à € 72 miljoen, iii) de stijging in de non-cash financiële lasten à € 24 miljoen. Ter vergelijking met de cijfers gepubliceerd in voorgaande jaren op basis van NL GAAP zijn hieronder de kerncijfers uit de winst- en verliesrekening naast elkaar gezet:
-
4.397
87.385-
- groepsmaatschappijen
Bij een gelijkblijvende marktrente zullen de financiële lasten in 2009 naar verwachting aanzienlijk dalen vanwege het omzetten van de aandeelhoudersleningen in een agio storting en een beperkte mutatie in de marktwaarde van de interest rate swaps.
2.221-
121-
2.906
De financiële lasten zijn onder meer gestegen doordat de additionele bankleningen t.b.v. de Van Gansewinkel acquisitie in 2008 over het gehele jaar lopen (toename € 10 miljoen). De resterende stijging van de financiële lasten wordt voornamelijk verklaard door het ongerealiseerde verlies op interest rate swaps (toename € 23 miljoen) (par 11.6)
91.261
3.931-
191.382-
13.457
De stijging in overige bedrijfskosten wordt met name veroorzaakt door een stijging van de transport en materiaalkosten als gevolg van gestegen prijzen enerzijds en ongerealiseerde resultaten op dieselhedges (gezamenlijk effect € 17 miljoen). Daarnaast zijn vooral de kosten voor uitbesteed werk en externe personeelskosten in 2008 gestegen door diverse projecten. (par 11.5)
167.869
2.949-
316-
60-
-
50-
600-
2.079-
1.622-
Desinvestering in: - immateriële vaste activa
Onderliggend is de omzet in 2008 gegroeid met € 51,6 miljoen (4,5%). Voor € 24,5 miljoen komt de groei voor rekening van Afvalverwerking (waarvan € 7 miljoen door acquisities). € 21 miljoen komt van de Inzamelbedrijven (waarvan € 17,7 miljoen door acquisities) en € 1,5 miljoen van Recycling (waarvan € 0,4 miljoen door acquisities). De business unit Overig laat een daling zien van € 18,7 miljoen voornamelijk als gevolg van het discontinueren van activiteiten (totaal € 23,4 miljoen: verkoop van Safeway (€ 9,7 miljoen), verkoop van (€ 9,4 miljoen) en stopzetten van Cartridge Ecoplan (€ 4,3 miljoen). De stijging van 2006 naar 2007 wordt voornamelijk veroorzaakt door de acquisitie van Van Gansewinkel Holding B.V. (par 7 en 11.1)
18.318-
127.925-
3.388
16.363
-
240-
- materiële vaste activa 79.281-
75.893-
126-
Investering in:
- overige financiële vaste activa 103.372-
-
-
200.445
-
120.900
1.526-
53.865
- immateriële vaste activa Komt toe aan:
29.770-
1.936
15.335-
Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat na belastingen
189.232
-
- Mutatie jubileumvoorziening
Ontvangen dividend Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belasting
245.276
- Mutatie pensioenvoorziening
- Afschrijvingskosten van operationele hedges Financiële baten en lasten
2006
107.192-
Aanpassing voor:
- Aandeel in resultaat van deelnemingen Bedrijfsresultaat
2007
137.508-
- materiële vaste activa
-
183
-
8.776
11.080
5.502
- groepsmaatschappijen
7.950
-
-
- overige deelnemingen
5.922
8
650
- overige financiële vaste activa
-
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Langlopende schulden (per saldo ontvangen resp. afgelost) Betaalde interest Terugbetaling kapitaal Betaald dividend Kasstroom uit financieringsactiviteiten
2.283 126.950-
1.983 1.071.133-
82.047-
39.1 57-
809.682
49.005
113.202-
102.963-
52.378-
-
40
2.974-
-
3.6 1 1-
2.416-
155.333-
703.148
Toe-/afname geldmiddelen
16.593
138.485-
100. 1 1 1
Geldmiddelen per 1 januari
67.356
205.776
105.665
Koers- en omrekeningsverschillen op geldmiddelen Geldmiddelen per 31 december
63183.318
5.789-
65 67.356
205.776
Vanwege het grote aandeel non-cash lasten in het nettoresultaat voor belastingen laat de Van Gansewinkel Groep een sterke operationele kasstroom van € 299 miljoen zien bij een netto verlies. De operationele kasstroom is in 2008 verbeterd met € 69 miljoen, waarvan € 77 miljoen uit werkkapitaal en € 21 miljoen uit de operatie.
NL GAAP
2008
2007
%
2008
2007
%
1.200
1.172
2,4%
1.209
1.197
1,0% 426,8%
60
57
5,7%
52
10
274
283
-3,5%
272
274
-0,7%
-103
-76
36,2%
-91
-119
-23,7%
127
Financiële resultatenen overzichten
Geconsolideerd overzicht van verwerkte opbrengsten en kosten voor het jaar eindigend op 31 december 2008 (x € 1.000) 2008 Winst/ (verlies) op herwaardering gerelateerd aan overnames Koersverschillen ontstaan door omrekening van buitenlandse activiteiten Netto winst/(verlies) direct verwerkt in het eigen vermogen
Resultaat van het boekjaar Totaal verwerkte inkomsten en kosten over het jaar
2007
Toelichting op de winst- en verliesrekening (x € 1.000) 2006
6.732
-
-
169
189
-
6.901
189
-
De netto-omzet is grotendeels gerealiseerd in Nederland en is behaald uit diverse activiteiten die verband houden met het inzamelen, bewerken, recyclen en verwerken van afval alsmede activiteiten die hiermee samenhangen. 2008
2007
2006
Nederland
942.774
922.363
505.083
190.964
193.073
10.470
66.685
56.761
7.116
1.200.423
1.172.197
522.669
103.372-
75.893-
16.363
België en Luxemburg
96.471-
75.704-
16.363
Overige landen
Komt toe aan: de aandeelhouders van Van Gansewinkel Groep B.V. derden
98.576-
79.092-
13.457
2.105
3.388
2.906
96.471-
75.704-
16.363
De netto-omzet is voorts naar de belangrijkste categorieën te onderscheiden (x € 1.000)
Effecten van wijzigingen in de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toekomend aan de aandeelhouders van Van Gansewinkel Groep B.V. - toename/(afname) in overige reserves aan het begin van het jaar
405
Toekomend aan derden 405
-
-
-
-
-
-
2008
2007
2006
Verwerking
325.254
300.735
332.791
Inzameling
774.993
753.983
188.977
83.000
81.579
636
Recycling Overig
17.176
35.897
265
1.200.423
1.172.194
522.669
De winst op herwaardering gerelateerd aan overnames heeft betrekking op de herwaardering van het reeds bestaande 50% belang in A&G bij de overname van de overige 50% van Grontmij. Medewerkers Ultimo 2008 waren 6.027 (vorig jaar 5.816 ) medewerkers in dienst van de vennootschap en haar geconsolideerde deelnemingen. Opgesplitst naar geografische spreiding kan de samenstelling van het personeelsbestand per land als volgt worden weergegeven: 31 december 2008
31 december 2007
31 december 2006
Nederland
4.3 24
4.153
1.896
België en Luxemburg
1.070
1.001
43
633
662
14
6.027
5.816
1.953
Overige landen
Bezoldiging bestuurders (x € 1.000) Onder de personeelskosten is in het verslagjaar een bezoldiging aan betrokken bestuurders inbegrepen. De bestuurdersbezoldiging omvat brutoloon, sociale lasten, pensioenlasten, en een resultaatafhankelijke bonus. Gezien de huidige economische omstandigheden heeft de raad van bestuur besloten af te zien van de bonus over 2008 en zal daarnaast voor 2009 geen salarisstijging plaatsvinden.
Raad van Bestuur
Salaris en sociale lasten
Pensioen lasten
Bonus 2008
Total 779
Mr. L.M. Sondag
CEO
621
158
-
Mr. Drs. G. Boon RA
CFO
248
67
-
315
Mr. D.T.G. Gijsbers
COO
239
58
-
297
Y.W.A. Luca
COO
264
51
-
315
ing. F. v.d. Noort
COO
265
54
-
319
1.637
388
-
2.025
De totale bezoldiging aan voormalig bestuurders was ¤ 25 in 2008. De totale aandelenbeloning aan voormalig bestuurders was nul in 2008. (2007: ¤ 1.936) De heren Sondag en Luca ontvingen in 2008 een hogere bonus over 2007 dan opgenomen was in de jaarrekening 2007. De hogere bedragen waren respectievelijk ¤ 100 en ¤ 44.
128 / jaarbeeld 08
129
Financiële resultatenen overzichten
1 januari 2006
Consequenties van de transitie van NL GAAP naar IFRS
NL GAAP
Verschillen
31 december 2006 IFRS
NL GAAP
Verschillen
31 december 2007 IFRS
NL GAAP
Verschillen
IFRS
PASSIVA
Deze jaarrekening is, voor de eerste keer, opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS). Deze standaarden zijn als uitgangspunt gebruikt voor de financiële informatie voor 2008, 2007 en 2006. De gepubliceerde geconsolideerde jaarrekeningen over 2007 en 2006 zijn opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving (NL GAAP). De belangrijkste consequenties van de transitie naar IFRS voor de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht voor 2007, 2006 alsmede de openingsbalans 2006 en de balansen ultimo 2006 en 2007 zijn hieronder toegelicht. De belangrijkste verschillen tussen het netto-resultaat onder NL GAAP en IFRS worden veroorzaakt door het ongedaan maken van de afschrijving op goodwill en verwerking van het resultaat van financiële instru-
menten. Tevens is de omzet van energie voor eigen gebruik gesaldeerd, leidend tot lagere omzet en lagere kosten. Daarnaast is onder IFRS de waarderingsmethode voor voorraden met een positieve waarde herzien naar de retailmethode. Grote onderhoudsreparaties worden geactiveerd en afschrijvingslasten zijn aangepast in overeenstemming met het toerekenen van de aanpassing naar reële waarde naar de geconsolideerde deelnemingen waar deze aanpassingen betrekking op hebben.Voorzieningen voor sloop- en (bodem)herstelverplichtingen worden niet meer via jaarlijkse dotatie opgebouwd, maar tegen netto contante waarde opgenomen in de balans. Onder IFRS is de voorziening latente belastingen op de balans gewaardeerd tegen het nominale belastingtarief (onder NL GAAP was deze gewaardeerd tegen contante waarde). Onder IFRS zijn de cumulatief preferente aandelen verantwoord als een financiële verplichting in plaats van een onderdeel van het eigen vermogen.
Groepsvermogen Geplaatst aandelenkapitaal Agioreserve
NL GAAP
3.083-
Overige immateriële vaste activa
178.527
9.967
188.494
151.363
7.331
Materiële vaste activa
641.011
1.937-
639.074
642.046
2.612-
3.557
5.391
-
5.391
12.438
3.557
-
23.205
Verschillen
IFRS
Overige reserves
-
-
-
Onverdeeld resultaat
-
-
-
-
-
8.715
4.420
17.752
6.038
5.953
14.753
10.373
1.313.862
1.332.676
Aandeel van derden in groepsmaatschappijen
6.038
Totaal eigen vermogen
29.378
511.268
862.650
80.511
158.694
306.052
10.048
639.434
996.966
4.575-
Leningen
1.299.237
Derivaten
-
Totaal activa
130 / jaarbeeld 08
24.615
3.139
27.754
84.831
51
192
243
1.869
-
1.998
3.236
4.787-
38.171
46.158
67.707
1.470.005
2.352.801
2.466
458-
2.008
1.998
59.197
8.157-
51.040
42.958
7.351
1.416.382
1.409.031
1.402.298
13.412
98.243
1414.296-
1.728 3.236 41.862
3.840
2.385.641
Kortlopende verplichtingen
22.431
-
22.431
5.863
5.679-
184
-
34
34
1.246
1.246-
-
-
-
-
-
12.438
1.357.883
2.225.891
89.961
2.315.852
5.512
20.806
6.798-
14.008
83.277
205.180
5.461
210.641
-
-
-
-
-
1.824
1.824
2.983
2.770
-
2.770
7.778
-
7.778
105.665
-
105.665
153.364
52.412
205.776
33.599
33.757
67.356
-
-
-
15.120
15.120
217.982
245.429
51.906
297.335
267.363
49.364
316.727
1.566.513
1.562.470
92.748
1.655.218
2.493.254
139.325
2.632.579
4.467
99-
515
-
1.562.046
49.571
5.346
515
-
480-
45
5.346
-
2.983
218.462
1.296
-
-
Vlottende activa
Totaal vlottende activa
298
-
2.206.226
-
5.050
-
298
-
10.481-
-
1.911-
-
144-
-
2.216.707
-
6.961
-
48.275
14.625
-
5.624
Vaste activa beschikbaar voor verkoop
1.401.541
38.789-
-
-
Liquide middelen
68.865
63.124
Derivaten
5.624
-
101.913-
Kortlopend deel voorziening voor latente belastingen
5.985
Derivaten
28.125
16.314
316.100
-
Overlopende activa
17.752
260
992.391
4.658
981
16.054
70.326
943.161
42.054
82.296
5.953
-
139.885
1.230
103.182
55.103-
19.785
4.658
-
62.864
62.791
-
103.182
117.967-
7.535
40.824
Debiteuren en overige vorderingen
22.172
120.100
12.918
1.487-
79.236-
-
24.554
6.999
43.380
63.964
-
6.152
7.861
122.616-
-
-
12.918
480-
26.592
10.897
-
6.632
18.731-
-
24.554
Voorraden
14.625-
13.457
53.067
-
40.842
-
5.621
32.377
18.920-
-
-
1.317.041
14.625-
10.611
5.621
34.331
-
1.348.531
23.340
12.689-
-
-
-
4.947
23.300
-
-
-
1.343.584
8.675
-
-
-
Totaal vaste activa
14.585-
34.331
Actieve belastinglatentie
5.985
14.585-
Leningen
Derivaten Overige financiële vaste activa
23.260
31 december 2007 IFRS
514.504
Deelnemingen
488.063
40
-
Handelscrediteuren en overige schulden 511.421
40-
23.260
Voorziening voor latente belastingen
Vaste activa Goodwill
80
-
Totaal langlopende verplichtingen
Verschillen
40
8.675
Overige voorzieningen
31 december 2006 NL GAAP
40-
Langlopende verplichtingen
De verschillen in de geconsolideerde balans als gevolg van de overgang naar IFRS zijn als volgt:
IFRS
80
-
Eigen vermogen
Geconsolideerde balans per 1 januari 2006, 31 december 2006 en 31 december 2007 (x € 1.000)
Verschillen
40
-
Jubileumvoorziening
1 januari 2006
40-
Wettelijke reserves
Pensioenvoorziening
NL GAAP
80
-
Kortlopend deel pensioenvoorziening
-
-
-
Kortlopend deel jubileumvoorziening
-
458
458
-
-
-
-
-
-
Kortlopend deel overige voorzieningen
-
16.798
16.798
-
13.547
13.547
-
16.560
16.560
61.360
89.623
10.230-
79.393
114.731
27.324-
87.407
135.378
149.799
7.289
157.088
242.366
72.361
314.727
-
-
-
-
Overige schulden en overlopende passiva
66.875
5.515-
123.637
11.741
-
-
123.637
11.741
135.378
149.799
7.289
157.088
242.366
72.361
314.727
Totaal verplichtingen
1.532.668
19.092
1.551.760
1.552.097
74.996
1.627.093
2.595.167
76.201
2.671.368
Totaal passiva
1.562.046
4.467
1.566.513
1.562.470
92.748
1.655.218
2.493.254
139.325
2.632.579
Verplichtingen met betrekking tot activa beschikbaar voor verkoop
Totaal kortlopende verplichtingen
-
-
131
Financiële resultatenen overzichten
Eigen vermogen
Geconsolideerde winst- en verliesrekening 2006 en 2007 (x € 1.000) De mutaties als gevolg van de toepassing van IFRS kunnen als volgt gespecificeerd worden:
De impact op het eigen vermogen als gevolg van de transitie van NL GAAP naar IFRS per 1 januari 2006, 31 december 2006 en 31 december 2007 is als volgt:
2006 NL GAAP
2007
Verschillen
IFRS
NL GAAP
Verschillen
Voortgezette activiteiten
Omzet
520.417
Overige bedrijfsopbrengsten Grond- hulpstoffen en energie
38.033-
2.252
522.669
1.196.783
-
-
-
9.862
28.171-
85.104-
24.58613.793
1.172.197 71.311-
Verwerkingskosten derden
36.441-
26.623-
63.064-
205.249-
Onderhoudskosten derden
38.287-
7.788
30.499-
36.451-
Personeelskosten
117.862-
118.009-
290.056-
Afschrijvingskosten immateriële vaste activa en materiële vaste activa
135.851-
14.765
121.086-
234.920-
48.482
186.438-
Overige bedrijfskosten
129.841-
27.271
102.570-
335.191-
33.741
301.450-
Bedrijfsresultaat
24.102
35.168
59.270
9.812
46.934
56.746
Financiële baten en lasten
90.313-
91.261-
163.067-
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen
66.211-
31.991-
153.255-
42.132
111.123-
Belastingen naar het resultaat
47.976
46.133
28.094
3.205
31.299
-
2.221
5.792
1.861-
3.931
32.377
16.363
-
-
32.377
16.363
Aandeel in resultaat niet-geconsolideerde deelnemingen
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening na belastingen uit voortgezette activiteiten
2.221
16.014-
147-
948-
34.220 1.843-
119.369-
28.0268.556 5.026-
4.802-
43.476
1 januari 2006
IFRS
233.275-
31 december 2006
31 december 2007
NL GAAP eigen vermogen
23.340
4.420
117.967-
Reclassificatie van preferente aandelen naar verplichtingen
14.625-
14.625-
14.665-
Verschil in netto-resultaat
-
32.377
75.712
(moedermaatschappij IFRIC 11)
-
-
1.936
Verschil in aandeel van derden in groepsmaatschappijen IFRS eigen vermogen
-
-
119-
8.715
22.172
55.103-
27.895295.082-
167.869-
75.893-
Beëindigde activiteiten
Resultaat boekjaar uit beëindigde
-
activiteiten
Netto-resultaat boekjaar
16.014-
-
119.369-
-
43.476
-
75.893-
Het effect van de transitie van NL GAAP naar IFRS op het netto-resultaat voor 2006 en 2007 is als volgt: 2006 NL GAAP netto-resultaat Verschillen in waardering van voorraad Verwerking van resultaat op financiële instrumenten Vervanging van vaste activa componenten Verschil in afschrijvingskosten materiële vaste activa Kosten participatieregeling
16.014-
2007 119.369-
14
233-
10.792
16.007-
7.788
8.556
10.577-
31 1.936-
Activering van financieringskosten investering in BEC
520
Verwerking van huurvrije periode
189-
Pensioenlasten (IAS 19)
147-
333
1.843-
3.205
Verandering in latente belastingen als gevolg van IFRS transitie Verschillen in afschrijvingskosten Goodwill Veranderingen in voorzieningen (van jaarlijkse dotatie naar contante waarde) IFRS netto-winst/ (verlies)
132 / jaarbeeld 08
26.288 26916.363
2.652 133-
49.183 2.17575.893-
133
Personalia raad van bestuur, personalia raad van commissarissen en colofon
Colofon
Personalia raad van bestuur
Mr. L.M. Sondag (1962) CEO Ruud Sondag studeerde rechten aan de Rijks Universiteit Utrecht. In de periode 1987-1997 vervulde hij diverse managementfuncties bij Nedlloyd lijnen, laatstelijk als Marketing en Salesdirecteur Europa. In 1997 werd Sondag Marketing- en Salesdirecteur bij de Van Gansewinkel Groep en lid van de Hoofddirectie. Van 2001 tot april 2007 was hij voorzitter van de raad van bestuur, CEO (Chief Executive Officer) van deze onderneming. In april 2007 volgde de benoeming in zijn huidige functie. Commissariaten / nevenfuncties: Lid van de adviesraad de Meeuw Holding B.V. Lid van het bestuur van Omroep Brabant Lid van de adviesraad van de Faculteit rechten, economie en bestuurskunde aan de universiteit van Utrecht
Concept, design en realisatie credo.creatie, Eindhoven. Drukwerk en afwerking Thieme Media Services, Delft. Fotografie
Y. Luca (1965) COO
Erik van der Burgt, Verbeeld,
Yves Luca studeerde toegepaste economische wetenschappen aan de Rijks Universiteit Gent. Na het vervullen van zijn dienstplicht vervulde Luca functies bij Air Products te Emmaus (USA) en Bauwens-Cotrabel. Bij laatstgenoemde was Luca verantwoordelijk voor Cotrabel. Op 1 juni 1995 trad hij als logistiek manager in dienst van Van Gansewinkel België. In de daaropvolgende jaren vervulde hij diverse regionale en nationale directiefuncties. Vanaf 2001 maakt hij deel uit van de Groepsdirectie en sinds de zomer van 2005 van de raad van bestuur van de Van Gansewinkel Groep. Sinds april 2007 is Luca in de nieuwe onderneming verantwoordelijk voor de separate recyclingbedrijven, alle inzamelactiviteiten buiten Nederland en corporate inkoop en vastgoed.
Lettertypes
Beeldbank Van Gansewinkel Groep. BentonSans, Corporate. Papier Oxford. Concept, coördinatie en eindredactie Jacqueline de Wit, Dennis van Druten, Tim Kezer, Arjan Gras, Niels van Bladeren en Frank Janssen. Voor meer informatie Internet www.vangansewinkel.com e-mail
[email protected]
F.C.W. van de Noort (1965) COO Frans van de Noort studeerde Werktuigbouwkunde aan de HTS in Breda en Bedrijfseconomie aan de HTS in Rotterdam. Na zijn militaire dienst vervulde hij bij GE Plastics in Bergen op Zoom diverse managementfuncties. Zijn laatste functie daar was die van General Manager Asia/Pacific voor de divisie Film & Sheet. In het najaar van 2006 werd Van de Noort bij AVR benoemd tot Directeur Afvalverwerking, waarna in april 2007 in de geïntegreerde onderneming zijn benoeming tot COO, verantwoordelijk voor waste to energy, volgde.
Personalia raad van commissarissen
Afdeling Corporate Communicatie, Eindhoven +31 40 751 40 00
Reinhard Gorenflos (1961) Huidige functie: Partner Kohlberg Kravis Roberts LLP, London, UK. Duitse nationaliteit Benoemd per 1 maart 2006
Commissariaten / nevenfuncties: Vicevoorzitter van WENb Lid van de Raad van Commissarissen bij Zavin
Mr. D.T.G. Gijsbers (1965)
H. van Berckel (1960)
COO
Huidige functie: Senior Managing Director CVC Capital Partners Nederland Nederlandse nationaliteit Benoemd per 1 maart 2006
Diederik Gijsbers studeerde rechten aan de Katholieke Universiteit Brabant in Tilburg. Na zijn studie is hij als juridisch adviseur in dienst getreden bij BDO CampsObers registeraccountants. In 1992 maakte Gijsbers de overstap naar Van Gansewinkel. Daar vervulde hij diverse functies. Hij was van 1996 tot 2001 verantwoordelijk voor alle inzamelactiviteiten in Nederland. Vanaf 2001 maakt hij deel uit van de Groepsdirectie en sinds de zomer van 2005 van de raad van bestuur van de Van Gansewinkel Groep. Sinds april 2007 is Gijsbers binnen de raad van bestuur van de geïntegreerde onderneming verantwoordelijk voor de inzamelactiviteiten in Nederland, de vermarkting van alle afval- en reststromen en de corporate logistieke activiteiten. Commissariaten / nevenfuncties: Vicevoorzitter Vereniging van Afvalbedrijven
134 / jaarbeeld 08
R.C. de Fluiter Balledux (1963) lid raad van bestuur per 1 juni 2009
CFO
P.A.M. (Peter) Berdowski (1958) Rob de Fluiter Balledux studeerde Fiscale Economie en Rechten aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Na zijn studie begon hij als belastingadviseur bij Deloitte & Touche, waarna hij in 1995 de overstap maakte naar Nedlloyd. Binnen Nedlloyd begon De Fluiter Balledux als Hoofd Fiscale Zaken en eindigde zijn loopbaan aldaar als directeur Financiën. In 2002 vervolgde hij zijn carrière als Chief Financial Officer (CFO) bij Martinair. Per 1 juni 2009 is Rob de Fluiter Balledux CFO bij de Van Gansewinkel Groep.
Huidige functie: CEO van Koninklijke Boskalis Westminster N.V. Nederlandse nationaliteit Benoemd per 22 april 2009
Nevenfuncties: Lid van de Raad van Toezicht van Wings of Support; Voorzitter van het Martiniar Pensioenfonds voor het cockpitpersoneel Voorzitter van het Martinair Pensioenfonds voor het grond- en cabinepersoneel
Huidige functie: Voorzitter van de Raad van Commissarissen bij Dura Vermeer Groep NV, de Anthony Veder Group N.V. en Van Oord N.V. Nederlandse nationaliteit Benoemd per 22 april 2009
C.J. (Carel) van den Driest (1947)
135
Afval bestaat niet
maken
Wij
hier
“Wie maakt hier iets moois van?”
iets
maken
Wij
hier
iets
moois
van
Van Gansewinkel Groep Eindhoven Flight Forum 240 NL-5657 DH Eindhoven Postbus 8785 NL-5605 LT Eindhoven Tel +31 40 751 40 00 Email
[email protected] www.vangansewinkel.com
De vennootschap is ingeschreven bij het Handelsregister in Rotterdam onder dossiernummer 24390763