Inspectierapport De Torteltuin (PSZ) Groote Veen 89 9761DG EELDE
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Drenthe Tynaarlo 10-02-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 10-03-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 6 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 7 Inspectie-items ................................................................................................................... 8 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 10 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 10 Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal ............................................................................ 11
2 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 2.20 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Op basis van voorgaande inspecties zijn de items uit deze inspectie geselecteerd. Beschouwing Peuterspeelzaal de Torteltuin in Eelde heeft een groepsruimte in de R.K. Mariaschool. Er kunnen maximaal 9 kinderen worden opgevangen. De buitenspeelruimte, het plein, wordt gedeeld met de kinderen van de basisschool. De PSZ is geopend op maandag, dinsdag , donderdag en vrijdag ochtend van 8.15 - 12.00 uur. Tijdens de inspectie is de toezichthouder vriendelijk te woord gestaan, er is gesproken met de beroepskracht. Er zijn een aantal voorwaarden negatief beoordeeld zie toelichting onder: -Pedagogisch klimaat en -Personeel en groepen -> Beroepskracht-kind ratio. In het kader van overleg en overreding heeft de houder de tijd gekregen om de juiste verklaring omtrent gedrag aan te leveren van de peuterspeelzaalleidster, hierdoor is de beoordeling positief.
Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Inleiding: Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: emotionele veiligheid; persoonlijke competentie; sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Pedagogische praktijk De beroepskracht is niet op de hoogte gebracht van de inhoud van het pedagogisch beleid van de peuterspeelzaal. Het pedagogisch beleid is bij in dienst treden niet besproken met beroepskracht. De houder van de peuterspeelzaal wordt geacht het personeel op de hoogte te brengen van de inhoud en uitvoering van het pedagogisch beleid. Uit observatie en gesprek met de beroepskracht is echter wel gebleken dat de beroepskracht kennis van zaken heeft en werkt op een pedagogisch verantwoorde wijze met de peuterspeelzaal kinderen. Hieronder volgt een samenvatting van de observatie: Er zijn 7 kinderen aanwezig deze ochtend. In de ruimte zijn een aantal speelhoeken, er hangen knutselwerkjes, passend bij het thema. Rond 9.00 uur hebben de kinderen "vrij"spel, ze spelen "ziekenhuisje", dit is het thema waarmee gewerkt wordt momenteel. De beroepskracht verteld te werken met de thema's/onderwerpen uit het programma; "peuterplein". De kinderen vragen de beroepskracht om hulp, bij b.v. het aantrekken van de ziekenhuis handschoenen of het plakken van een pleister. De beroepskracht helpt de kinderen en begeleidt het spel, daar waar nodig. Er zijn ook kinderen die in andere speelhoeken hun spel spelen, daarin zijn ze vrij. Als er een kindje huilt, omdat het zich pijn doet, gaat de beroepskracht op ooghoogte bij het kindje zitten en troost het kind. De beroepskracht kent alle kinderen bij naam en de kinderen zijn ook bekend met de beroepskracht. De beroepskracht is empathisch en geeft de kinderen gepaste aandacht en een aai over de bol. Als het tijd is om te gaan eten en drinken, vraagt de beroepskracht de kinderen om op te ruimen, daarna gaan ze aan tafel en wordt er eerst een liedje gezongen, er heerst een rustige sfeer aan tafel. De beroepskracht vraagt naar het weer en verzet de weerkaart en de dag van de week. De beroepskracht houdt de kinderen goed in de gaten en stimuleert waar nodig de kinderen om door te gaan met eten en drinken. Ook geeft zij de kinderen regelmatig een complimentje. Als de kinderen klaar zijn zetten zij hun beker en bakje weg. Na het eten is de 'wc-ronde", de kinderen die zelfstandig kunnen, gaan in de hal naar de toilet groep van de school. De beroepskracht blijft in de deur opening staan, zodat zij de kinderen op de groep ook in de gaten kan houden. Daarna gaan de kinderen hun jasjes pakken, de beroepskracht stimuleert de zelfstandigheid door de kinderen te leren hun eigen jas aan te doen. Er wordt buiten gespeeld op het gezamenlijke plein van de basisschool. 4 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
De toezichthouder concludeert uit bovenstaande bevindingen dat er voldoende aandacht wordt besteed aan de praktische uitvoering van de vier pedagogische basisdoelen.
Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Observaties (10-02-2015) Pedagogisch beleidsplan
5 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Personeel en groepen Inleiding: Binnen dit domein zijn zowel de beroepskrachten als het kantoorpersoneel steekproefsgewijs gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag (VOG). De beroepskracht-kindratio (BKR) en de stamgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters, plaatsingslijsten en presentielijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag Verklaring omtrent gedrag (VOG) van de peuterspeelzaal leidster was niet juist tijdens de inspectie. Er is tijdig een nieuwe en geldige VOG aangeleverd, in het kader van overleg en overreding.
Passende beroepskwalificatie Beroepskracht beschikt over het juiste diploma voor peuterspeelzaal leidster; onderwijsassistent, niveau 4 Opvang in groepen Er is 1 groep, met maximaal 9 kindplaatsen. Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Op vrijdag worden er 9 kinderen opgevangen door 1 beroepskracht. Er mogen door 1 beroepskracht 8 kinderen worden opgevangen. Er moet daarnaast een vrijwilligster worden ingezet. De houder is hiervan op de hoogte gebracht en heeft aangegeven voor de vrijdagen een vrijwilligster te gaan regelen. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt: - in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Interview anderen (beroepskracht) Observaties (10-02-2015) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten
6 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Veiligheid en gezondheid Inleiding: Binnen dit domein is gekeken naar: - de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid (RIE) Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie is in het kader van overleg en overreding herzien, tijdens de conceptfase van het rapport. Deze voldoet aan de voorwaarden waarop is getoetst tijdens deze inspectie.
Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Interview anderen (beroepskracht) Observaties (10-02-2015) Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid
7 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013, dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 2.6 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij de peuterspeelzaal overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt: - in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
De Torteltuin http://www.mariaschool-paterswolde.nl 9 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
Stichting Kinderopvang Fidarda-SKOD Scholtenswijk 10 9665KN OUDE PEKELA www.tamariki.nl 60317078
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Drenthe Postbus 144 9400AC ASSEN 0592-306300 S. van Nimwegen G. Plantenga
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Tynaarlo : Postbus 5 : 9480AA VRIES
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
10-02-2015 26-02-2015 06-03-2015 10-03-2015 10-03-2015
: 10-03-2015 : 10-03-2015
10 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE
Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Zienswijze naar aanleiding van het inspectierapport (concept) van 10-02-2015. Deze zienswijze is opgesteld door de peuterspeelzaalleidster Tamara Elderhuis en Dorien Tarmastin (schoolleider Mariaschool). We hebben gebruik gemaakt van de hoor en wederhoor. Dit telefonische contact heeft plaats gevonden op dinsdag 3 maart tussen 12.20 en 12.30 uur, tussen Tamara, Dorien en Gonnie Plantenga van de GGD Drenthe. Pedagogisch klimaat Op blz 4 van het verslag staat `De beroepskracht is niet op de hoogte gebracht van de inhoud van het pedagogisch beleid van de peuterspeelzaal. Het pedagogisch beleid is bij in dienst treden niet besproken met de beroepskracht`. Zienswijze peuterspeelzaal Tijdens het telefonische hoor en wederhoor hebben Tamara en Dorien aangegeven dat ze graag een toevoeging willen geven adv deze beschrijving . Tamara en Dorien hebben voor de indiensttreding de doorgaande lijn besproken, de werkwijze en de samenwerking met groep 1 en 2 en wat er van Tamara verwacht werd-wordt als peuterspeelzaaljuf. Tamara heeft zich van tevoren ingelezen en was en is op de hoogte van de werkwijze op de peuterspeelzaal. Tijdens het onverwachte bezoek was Tamara erg zenuwachtig en toen de vraag gesteld werd of ze het ´pedagogisch beleidsplan` wel gelezen had, heeft ze nee gezegd. We hebben een goed gesprek gehad en zijn verder erg tevreden over de gang van zaken. Het is goed om als GGD een onverwacht bezoek te brengen, op deze manier ervaar je de praktijksituatie. Een up to date VOG is meegestuurd.
11 van 11 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal jaarlijks onderzoek 10-02-2015
De Torteltuin te EELDE