Informatieboekje groep 5. Obs de Toermalijn.
Overzicht van de leerstof in groep 5 BAVI-LEZEN Deze leesmethode draait geheel om de leesbeleving van het kind. Een kind hoeft geen boek meer te kiezen op zijn/haar AVI-niveau, maar mag een boek kiezen wat hij/zij leuk vindt. Op een tweetal momenten in de week lezen alle kinderen zelfstandig een boek dat zij leuk vinden. Dit mag een informatie-, lees-, sprookjesboek etc. zijn, zolang het kind maar met plezier aan het lezen is. Ook mogen de kinderen een boek van thuis meebrengen. Ook werken we met een methode voor voortgezet technisch lezen lezen: Estafette. Kinderen die nog niet op niveau zitten, krijgen extra leesinstructie d.m.v. deze methode. Dit gebeurt op een drietal momenten in de week. De andere kinderen die wel op niveau zitten, werken zelfstandig met leesboeken en verwerkingsboekjes uit de Estafetteserie. (twee keer per week) De kinderen die op nivo lezen, lezen steeds in hun Bavi-boekje. Op 2 momenten in het jaar wordt het technisch leesniveau van de kinderen getoetst middels de avi en dmt. BEGRIJPEND LEZEN We werken op school met de methode “Nieuwsbegrip”. Nieuwsbegrip is een aanpak waarbij de leerlingen een tekst lezen over een actueel onderwerp. In de derde week van september ging de tekst bijvoorbeeld over Prinsjesdag. Aan de actuele tekst zijn woordenschat- en leesbegrip-oefeningen gekoppeld, die betrekking hebben op strategieën. De achterliggende gedachte voor het ontwikkelen van Nieuwsbegrip is dat de actualiteit de leerlingen meer zal motiveren om een tekst te lezen. Regelmatig thuis lezen is erg belangrijk: stimuleer dit zoveel mogelijk! Ook voorlezen hoort hierbij. In de groep wordt dagelijks voorgelezen.
Spreekbeurten en boekbesprekingen. De kinderen worden dit schooljaar gevraagd om een boekbespreking te houden. Natuurlijk wordt zo,n boekbespreking in de klas voorbereid en thuis verder uitgewerkt. De kinderen krijgen daarvoor een boekbesprekingsformulier mee naar huis. Dit formulier moet ook ingeleverd worden. Ook mogen de kinderen een spreekbeurt houden. Die zijn echter niet verplicht. Taal op Maat. Taal op maat is een methode met een aparte spelling- en taallijn. De domeinen spreken, luisteren, woordenschat en taalbeschouwing komen in alle groepen aan bod. Stellen en spellen vanaf groep 4. De didactiek is gebaseerd op de afwisseling van instructie en zelfstandig werken.
2
Taal Groep 4 t/m 8
Voor elke jaargroep zestien thema's Elk thema beslaat twee weken Na 2 thema’s volgt er een toets Na de thema's 4, 8, 12 en 16 is er een projectweek Maatwerk Kinderen die onvoldoende scoren op taal gaan aan de slag met Maatwerk: hulpbladen waarop de kernstof van taalbeschouwing en woordenschat nog eens eenvoudig wordt uitgelegd. Meerwerk De grootste groep kinderen zal ongetwijfeld uitkomen bij Meerwerk: uit Meesterwerk geselecteerde en aangepaste opdrachten op werkbladen met extra uitleg. Taalkaarten Meesterwerk De betere leerlingen kunnen voor extra stof terecht bij de taalkaarten in de kaartenbak: Meesterwerk. De eerste opdracht is altijd makkelijk, zodat ook de zwakkere leerlingen eens met de kaarten kunnen werken. Spelling. Structuur en didactiek
De lessen spellen beginnen in groep 4 Acht blokken van vier weken (totaal 32 weken) Instructie en zelfstandig werken wisselen elkaar af Eind van elke week een woorddictee van 12 woordjes Aan het eind van elk blok is er een zinsdictee. Er wordt uitgegaan van spellingcategorieën. Elke categorie heeft een sticker als symbool
REKENEN
Methode “De Wereld in Getallen”. Dit is voor ons een nieuwe methode. Belangrijke voordelen ten opzichte van de vorige methode zijn: goede mogelijkheden om te differentiëren, elke les kort één nieuw rekenonderwerp, een gedifferentieerde weektaak, computertijd wordt ingepland. Het lesboek is een omkeerboek. In de blauwe kant staan de nieuwe rekenonderwerpen en oefeningen, en in de rode kant start de weektaak. Er wordt gedifferentieerd in één, twee of drie sterren. Afhankelijk van het rekenniveau van het kind.
3
Voor de kinderen die niet genoeg hebben aan het driesterrenniveau is er ook nog een plusboek. Voor de rekenzwakke kinderen, die op het één ster niveau werken is er een bijwerkboek, dat bij de verlengde instructie wordt gebruikt. Er wordt steeds gewerkt in blokken van 4 of 5 weken. Aan het begin van de laatste blokweek worden de kinderen getoetst, om daarna te herhalen of te verrijken. Er is ook nog oefenstof op de computer beschikbaar. We proberen elk kind twee keer per week 15 minuten met deze oefenstof te laten werken. Voor de leerkrachten is er een digibordprogramma, dat gebruikt wordt tijdens de instructieen oefenmomenten. Wat moeten de kinderen aan het einde van groep 5 kunnen: Inzicht hebben in de structuur van de telrij boven de 1000 Kunnen optellen en aftrekken onder de 1000 volgens de rijgmethode (en/of splitsmethode) Kunnen optellen en aftrekken tot en met 100 zonder hulpmiddelen Uit het hoofd kunnen uitrekenen van type sommen als: 245+500 645-300 421+ 60 782- 40 349+ 6 534- 7 399+ 4 501- 5 70 + 90 320- 50 240+ 80 De tafels van 1 t/m 10 beheersen (dit kan thuis ook geoefend worden) De deeltafels (voorbereiding op delen) van 1 t/m 10 kunnen uitrekenen Delen zonder en met rest, Vermenigvuldigen met 10, bv. 28x10 Vermenigvuldigen met tientallen, bv. 5x40 Kunnen meten en schatten in meters, centimeters en millimeters, kilometers. Kunnen omzetten van meters in centimeters en omgekeerd Kunnen omzetten van centimeters in millimeters en omgekeerd oppervlakte en omtrek Geldbedragen met briefjes en munten kunnen samenstellen en handig bij elkaar kunnen tellen Tijd: Klokkijken: analoog en digitaal tot op de minuut, en tijdsduur bepalen. Werken met een kalender. Introductie van seconde Van blokkenbouwsels het aantal blokjes kunnen bepalen en de bijbehorende plattegrond met hoogtegetallen kunnen tekenen Plaatsen en routes op een kaart kunnen beschrijven en tekenen met behulp van coördinaten, positiebepaling Begrippen liter, milliliter, kilogram en gram, temperatuur Staafgrafieken kunnen construeren en aflezen.
4
SCHRIJVEN Methode Pennenstreken Door de kinderen van groep 5 worden er twee bladzijden in het werkschrift geschreven waarbij er vooral gelet wordt op het technische schrijven zelf. Het schrijven is verweven in de meeste vakken omdat daar ook heel regelmatig schriftelijke opdrachten zijn. De kinderen schrijven met een vulpen of Stabilo pen
GYMNASTIEK De kinderen hebben 2 keer in de week gym. Groep 5a op maandagochtend en woensdagochtend. Groep 5b heeft op maandagochtend en vrijdagochtend gym. In de grote zaal zijn de spellessen en in de kleine zaal de oefenlessen.We starten dit schooljaar met een nieuwe gymmethode. Er wordt van de kinderen verwacht dat ze gymkleding en gymschoenen meebrengen. Probeert u er mee op toe te zien dat de kinderen hun gymspullen bij zich hebben en ook weer mee terugnemen !
WERELDORIËNTATIE Vanaf groep 5 krijgen de kinderen geschiedenis en biologie. De methodes die we hiervoor gebruiken zijn: Wijzer door de tijd en Wijzer door de natuur. De kinderen werken bij deze vakken in werkboekjes, die aan het einde van het schooljaar mee naar huis gaan. Voor het vak Aardrijkskunde gebruiken we de methode Argus Clou. Ook kijken we elke week naar een aflevering van “Nieuws uit de natuur”. TEKENEN/HANDVAARDIGHEID We maken voor deze vakken gebruik van de methode “Moet je doen”. Maar ook van andere knutselboeken en internet. In deze methode zitten ook de onderdelen drama en dans. MUZIEK Ook dit jaar krijgen de kinderen weer muziekles van Paul Overman, de vakleerkracht muziek. Dit jaar zal e.e.a. plaatsvinden in blokken van 6 weken. Het is de bedoeling dat na de 6 weken er een vervolg komt door de leerkracht zelf waarbij de doorgaande lijn zal worden gevolgd die wordt uitgezet door Paul.
VERKEER Er wordt met de methode “Klaar over” gewerkt. Het gaat in groep 5 vooral over de eigen plaats in het verkeer. De fietser en de voetganger en de regels waar zij mee te maken krijgen. We doen ook een aantal praktische verkeersactiviteiten en worden de fietsen van alle kinderen een maal gecontroleerd.
5
OVERBLIJVEN De kinderen kunnen, net als andere jaren, overblijven op school. De lunch wordt onder toezicht van de leerkracht genuttigd. Daarna houden de overblijfouders toezicht binnen, of op het plein.
CREAMIDDAGEN Er worden dit jaar 4 ochtenden en/of middagen gepland. De leerlingen zijn dan klasdoorbroken bezig met een aantal creatieve onderwerpen. De hulp van ouders is hierbij zéér welkom én onontbeerlijk. De data moeten nog worden vastgesteld. Wij zullen deze tijdig doorgeven. De groepen 5 en 6 organiseren samen deze creamiddagen. KLASSENOUDER De klassenouder is voor de leerkracht een prettige ondersteuning bij het organiseren van verschillende activiteiten. Via deze ouder lopen zaken als vervoer, ouderhulp bij creamiddagen, etc. ADV-DAGEN Dit jaar is er een aantal dagen waarop collectief ADV wordt opgenomen. De kinderen zijn dan ook vrij. Deze dagen staan vermeld op de kalender. VERJAARDAGEN Verjaardagen worden in overleg met de leerkracht in de klas gevierd. Ouders zijn niet meer bij de verjaardagskring aanwezig. De jarige mag trakteren en ook bij de leerkrachten van de groepen 5 langs.
6