Stichting Fuvium te Geldermalsen
JAARSTUKKEN 2013
Stichting Fluvium Postbus 173 4190 CD GeJdermalsen Telefoon 085-2734660 E-mail info@stichtingfluvium ni Website www.stichtingfluvium.nl Datum 20-06-2014
ñ
I
/
/
e Accountants B.V. 4 DeIo Voor identificatiedoelëjnden behorend bU controleverklahng dd. 20 juni 2014
INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING
2 3 50 51 52
Aanbieding Bestuursverslag Finariciële positie Resultaat Kengetallen JAARREKENENG Grondslagen Algemeen Grondsiagen voor de waardering van activa en passiva Grondslagen voor resultaatbepaling Balans per 31 december 2013 (na resultaatbestemming) Staat van Baten en Lasten over 2013 Kasstroomoverzicht 2013 Toelichtlng behorende tot de balans per 31 december 2013 Verantwoording subsidies OCW met/zonder bestedingsverplichting Met ult de balans blijkende verplichtingen Toelichting op de staat van baten en lasten over 2013 Overzicht verbonden partijen Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector
54 54 54 56 59 61 62 63 68 69 70 74 75
OVERIGE GEGEVENS
Controleverkiaring van de onafhankelijke accountant (Voorstel) bestemming van het resultaat Gebeurtenissen na balansdatum Gegevens over de Rechtspersoon
76 78 79 80
Delote Accountants By. Voor identificatiedoeleinden behorend bij controleverklari9 d.d. 2Ojuni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
A
Inteiding
Aanbieding Stichting Fluvium te Geldermalsen biedt u hierbij de jaarstukkeri 2013 aan. De jaarstukken bestaan uit een bestuursverslag en een jaarrekening.
-2Deloitte Accountants B.V. Voor identificatiedoeIinden behorend bij controIeverklariei.d. 20 juni 2014
fluvium openboar
•
onderwiji
Jaarverslag 2013 Stichting Fluvium
(7
wcwr stroi’nei-t srn’nei’thoi’nIi’ DeIoie Accountants By. Voor identificatiedoeinden behorend bij controleverkladng d.d. 20 juni 2014
Inhoudsopgave Voorwoord
.
3
Bestuursverslag 2013 Missie/doelen
5
Organisatie
7
Onderwijs
13
Personeel
26
Profiel en Imago
32
Huisvesting
34
Financiën
37
ContinuIteitsparagraaf
42
Vooruitblik
48
I Pagina 2 van 49 Deloitte Accountants B.V. Voor identificatiedoeIeindKbehorend bij controleverklaringd.d. 20 juni 2014
JAARVERSLAG 2013 Stichting Fluvium, openbaar onderwijs in de gemeenten Geldermalsen en NeerIjnen
Met veel genoegen presenteer 1k u het jaarverslag 2013 van de Stichting Fluvium. Stichting Fluvium, gevestigd te Geldermalsen, is op 1 januari 2006 ontstaan ult de bestuurlijke verzelfstandiging van de scholen voor openbaar onderwijs in de gemeenten Geldermalsen en Neerijnen. Inmiddels bestaat Stichting Fluvium uit 15 scholen, een bestuursbureau, 1995 leerlingen en circa 200 medewerkers. Sinds 2013 is Fluvium in een personele unie verenigd met onderwijsgroep Spoenk (Neder-Betuwe) en de peuterspeelzalen in Geldermalsen, Stichting Peuterspeelzalen gemeente Geldermalsen (SPGG). In dit jaarverslag geven we een weergave van onze doelstellingen, inspanningen, activiteiten en resultaten in het jaar 2013. Sinds 2011 gebruiken we daarvoor de hoofdstukken van ons strategisch beleidsplan als leidraad, zodat we steeds de link kunnen aangeven tussen onze korte- en langetermijndoelstellingen en de daarbij behorende resultaten op de domeinen: • • • • • •
organisatie; onderwijs; profiel en imago; huisvesting; personeel; financiën.
De ondertitel van het strategisch beleidsplan luidt opnieuw het belang van stromen. Ook 2013 heeft zowel van de totale stichting als van de scholen zelfveel stuurmanskunst gevergd om alle stroomversnellingen en hoog water te trotseren. Opnieuw waren erveel veranderingen, voorzien en onvoorzien. De huidige tijden vragen om een zeer wendbare en proactieve organisatie. Fluvium heeft zeker dit jaar getoond dat te zijn geworden. 1k noem een aantal projecten en thema’s van het afgelopen jaar met name: • de onderwijskundig verantwoorde verbouwing van het IKC (lntegraal Kind Centrum) De Minzerie; • het traject duurzame inzetbaarheid van personeel; • de volledige inzet van de prestatieboxmiddelen voor verdere professionalisering en betere resultaten; • educatieve Finlandreis van onze directeuren; • de vergroting in aanbod aan de plusgroepen voor hoog- en meerbegaafde leerlingen (met zelfs een digitale vorm) en onderzoek naar de opzet van een Leonardoschool (Meester Aafjes) • de verdere uitrol van ParnasSys over aIle 15 scholen; • deelname in Betuws Passend Onderwijs (BePO); formulering van onze ondersteuningsplannen; • de opstart van de personele unie met SPGG en onderwijsgroep Spoenk, stichting voor openbaar onderwijs in de Neder-Betuwe; • pilot: ‘toekomstbestendige duurzame basisscholen’; • zoektocht naar een nieuwe bedrijfsarts en instellen nieuw verzuimbeleid.
Pagina 3 van 49 Deloitte Abcountants B.V. Voor identiflcatiedoeIeirdn behorend bij controleverkiaring di& 2ojuni 2014
• • • • •
afsluiting van het Slim Fitprogramma Op ‘t Hof; de krimp van het Ieerlingenaantal, die steeds meer effecten heeft op het gebied van financiën en personeel; mogelijkheden van benchmarking van scholen: RTL enquête, vensters P0; een nieuw ICT beleidsplan en intrede van tablets in het onderwijs (Snappet); juridische en organisatorische ombouw naar het model van Raad van Toezicht.
Onze medewerkers blijven onze belangrijkste succesfactor. In 2013 hebben we weer fors geInvesteerd in verdere professionalisering en ook onze inspanningen op het gebied van verzuim zijn onverminderd gebleven. Daarnaast is er nieuw be!eid gekomen om zoveel mogelijk jonge leerkrachten te behouden en afscheid te nemen van medewerkers waarvoor Fluvium, om welke reden dan ook, niet meer de juiste plek is. We zijn er trots op dat opnieuw al onze scholen het basisarrangement van de inspectie hebben gekregen. Op een aantal scholen zien we een mindere Cito score dan in het vorige jaar, dat heeft uiteraard dit jaar onze extra aandacht. De Bloeiende Betuwe heeft zich aangemeld voor het traject excellente school’ en is de eerste rondes al doorgekomen. In januari 2014 weten we meer. Inmiddels heeft ook onze laatste school, Koning Willem Alexanderschool in Haaften, een onderwijsgebouw (multifurictioneel centrum) dat past bij onze kwa(iteitseisen. Tijdens het lezen van dit jaarverslag zult u merken dat Fluvium nog steeds een financieel gezonde organisatie is. De extra gelden uit het Herfstakkoord zijn daarbij wel een heel belangrijke factor geweest, zonder deze gelden had ons jaarverslag er echt anders uitgezien. Onze organisatie aanpassen op de lagere inkomsten vanwege de krimp is geen geringe tour de force, vooral ook vanwege het werkgelegenheidsbeleid dat bij de start van de stichting door gemeenten met vakbonden is afgesproken. Ons weerstandsvermogen is dus nog steeds op orde, zo ook de balans tussen investeringen in nieuw beleid en continuIteit van de organisatie. Volgens de inspectie zelfs nog steeds te goed (Commissie Don) en dienen we afte bouwen. In 2012 hebben we daarom een risicoanalyse laten opstellen, waarmee we kunnen aantonen dat we onze reserves de komende jaren hard nodig hebben (krimp, BAPO, kleine scholen, tekort materiele bekostiging). Afbouw van onze reserves willen we nog steeds op een voorzichtige en beleidsrijke manier doen. Dit jaar hadden we daarom in orize begroting voor het eerst bewust een tekort ingecalculeerd. Dat is door het Herfstakkoord toch een plus geworden. Beleidsmatig zal dan nu 2014 voor het eerst bewust rode cijfers laten zien. Voor deze zware tijd hadden we immers ons geld bewaard! In 2013 heeft Stichting Fluvium op diverse manieren verder gewerkt aan verbetering van haar organisatie en haar onderwijs, in het belang van onze kinderen. In dit jaarverslag gaan we daar per domein verder op in. Namens het bestuur van Stichting Fluvium Drs. A. Burlet Bestuurder/voorzitter centrale directie
Pagina4van49 DeIoilleAccountants By. Voor identificatiedoeIimden behorend bij controIeverkIaringd.d. 20 jun 2014
Bestuursverslag 2013 1. Missie en doelen Wat wil Stichting Fluvium? Algemene doelstelling
De stichting heeft ten doel het oprichten en in stand houden van openbare scholen in de (kernen van de) gemeenten Geldermalsen en Neerijnen en het geven van openbaar onderwijs aan de scholen die onder haar gezag vallen, overeenkomstig artikel 46 Wet op het Primair Onderwijs. Ze oefent aWe taken en bevoegdheden van het bevoegd gezag uit, met uitzondering van de besluitvorming over de opheffing van een open bare school. Deze ligt bij de beide gemeenten. Fluvium accepteert kinderen zoals ze zijn. Ze stelt zich ten doel een fundamentele bijdrage aan hun ontwikkeling te leveren zodat ze met vertrouwen hun weg in de toekomstige samenleving inslaan. In het strategisch beleidsplan 2011-2015 is een beeld geschetst hoe de organisatie er in 2015 uit zal zien en wat ze bereikt zal hebben ten aanzien van zo smart mogelijk geformuleerde doelstellingen. Samenvattend staat Stichting Fluvium voor het stimuieren en waarborgen van kwalitatief hoogwaardig, innovatief, opbrengstgericht en gevarieerd openbaar onderwijs, waarin veel aandacht is voor samen leren, samen werken en samen leven. Kernwaarden
De missie van Fluvium wordt gekenmerkt door vier kernwaarden: • • • •
een veilig en inspirerend klimaat; ambitieus ten aanzien van kinderen en onderwijs; opbrengst- en kwaliteitsgerichtheid; maatschappijgerichtheid.
Deze vier kernwaarden zijn leidraad voor ons beleid en de daaruit voortvloeiende acties. Voor een gedetailleerde uitwerking van deze kernwaarden verwijzen we naar eerder genoemd strategisch beleidsplan. Medewerkers op alle niveaus in de organisatie worden gestimuleerd om vanuit deze kernwaarden te handelen en elkaar daarop aan te spreken. Het eigen gedrag geldt steeds als voorbeeld voor kinderen en hun ouders. De kernwaarden bepalen voor een groot deel het imago en de uitstraling van onze organisatie als geheel en van iedere school afzonderlijk. Concreet betekent dat: Goed werkgeverschap door: • een veilig en inspirerend werkklimaat; • competentiegericht Integraal Personeels Beleid (IBP); • aandacht voor initiatief en inspraak. Kwaliteitsonderwijs realiseren door: • stu ring op hoofdlijnen; • opbrengstgerichte cultuur; Pagina 5 van 49 DeIoitteccountants By. Voor identiflcatiedoeIeinn behorend bij controleverk!aring .d. 20 juni 2014
• • • • • • •
eigen held van elke school hoog in het vaandel; integriteit, transparantie en openheid; kwaliteitsbeleid; aandacht voor cultuurontwikkeling; grote betrokken held van ouders; intensieve samenwerking met externe partners; grote gerichtheid op omgeving.
Vertaling In 2013 is een aantal van deze onderwerpen vertaald in specifieke speerpunten die zijn vastgelegd in het managementcontract tussen bestuur en algemeen directeur. Tijdens onze gemeenschappelijke studiedag is bijvoorbeeld aandacht besteed aan ouderbetrokkenheid, omdat we sterk geloven in dat we het samen moeten doen. We hebben opnieuw de focus gelegd op het vergroten van de opbrengstgerichte cultuur, zowel binnen de stichting als binnen de scholen, onder meer door middel van de start van een tweejarig opleidingstraject ‘onderwijskundig Ieiderschap’ voor directeuren en IB-ers. Verder is er ve& aandacht besteed aan het opstellen van onze ondersteuningsplannen op weg naar passend onderwijs, dat in augustus 2014 van start gaat. Er zijn diverse interventies geweest met betrekking tot kwaliteitszorg zoals het uitvoeren van interne audits, de aanstelling van een kwaliteitsmedewerker, externe benchmarking en een bovenschoolse kwaiiteitsmodule die een totaaloverzicht van de stichting mogelijk maakt. Wat onze continue aandacht blijft vragen is behoud van onze kwaliteit in tijden van krimp. Scholen oriënteren zich op andere organisatievormen voor het aanbieden van onderwijs en samenwerken met andere organisaties. Verdere uitwerking van doelen en resultaten vindt u in de betreffende hoofdstukken.
Pagina6van49 Deloittekccountants By. Voor identiticatiedoeleitjden behorend bij controteverkIarinJd. 20 juni 2014
2. Organisatie “sterke positie” Fluvium heeft een volgende stap gezet op weg naar een onafhankelijke organisatie met een elgen gezicht. Allereerst heeft met toestemming van de gemeenten en de GMR(-en) de personele unie met Onderwijsgroep Spoenk en SPGG vorm gekregen. Tegelijkertijd is de omvorming voorbereid naar het Raad van Toezichtmodel per 1 januari 2014 en is dit ook door genoemde organen goedgekeurd. De beoogde bestuurder/voorzitter centrae directie is Anita Burlet en beoogd hd van de centrale directie is Ferdinand ter Haar. De voormalige besturen zijn dit jaar al samen gaan werken als één en voeren gemeenschappelijke vergaderingen. De komende jaren is de strategie gericht op het optimaliseren van de organisatie met een hoge onderwijskwaliteit voor haar kinderen en daardoor steeds weer aantrekkelijk voor ouders. De scholen koesteren hun eigen identiteit, met nadrukkelijke aandacht voor de doelstellingen van de stichting. Sturing Het model van Policy Governance is het afgelopen jaar nog weerverder in de organisatie doorgevoerd via de systematiek van mandatering, resultaatmanagement en planning en control. Cm de centrale doelen te realiseren, worden in het strategisch beleidsplan en de daaronder hangende jaarplannen te behalen resultaten geformuleerd. Door de hele besturingskolom wordt daarvoor het instrument van het managementcontract gebruikt. De interne aansturing is in 2013 verder ongewijzigd gebleven. Het bestuursbureau opereert onder verantwoordelijkheid van de algemeen directeur. De schooldirecteur wordt gezien als integraal manager van de school. De diverse verantwoordelijkheden binnen de organisatie zijn geregeld in het ma nagementstatuut. Organlsatlestructuur Fluvium met Bestuurs- en managementkader
Gemeenteraad
—
—
Lm&5
(P Pagina7van49 DeIoitt Accountants By. Voor identificatiedoel çJn behorend bij controleverkIarig d.d. 2Ojuni 2014
In 2013 waren daarnaast weer vier werkgroepen actief op de beleidsterreinen: • • • •
1-zorgroute; personeel; PR en communicatie; ICT.
De beleidsgroepen bespreken de beleidsontwikkelingen binnen Fluvium en bereiden de belangrijkste onderwerpen voor ten behoeve van het directeurenberaad. De beleidsgroepen zijn voornamelijk samengesteld uit directeuren, IB-ers en beleidsmedewerkers. Om de input op het beleid vanafde werkvloer te vergroten, wordt sinds 2012 gewerkt met een aantal thematische kwaliteitskringen waarin alle medewerkers zitting kunnen nemen: • • • • • • • • • •
bewegingsonderwijs; VVTO (Vroeg Vreemde Talen Onderwijs); hoog- en meerbegaafdheid; excellente scholen; Fluvium op weg naar passend onderwijs; onderwijsvernieuwing en moderne media; testen en toetsen in de onderbouw; cultuureducatie; VVE (Vroeg Voorschoolse Educatie); duurzame inzetbaarheid.
De overlegstructuur tussen de algemeen directeur en directeuren van cle scholen bestaat uit vijf korte ovedeggen waarin vooral praktische zaken en besluiten aan de orde komen, afgewisseld met vier uitgebreide directieberaden waarin meer beleidsvoorbereidend en inhoudelijk gewerkt wordt. Deze Iaatste zijn dit jaar gevuld met het traject ‘onderwijskundig Ieiderschap’ en opbrengstgericht werken. Daarnaast startte het schooljaar met een educatieve reis naar Finland in plaats van het traditionele tweedaagse overleg voor de directeuren. De reflectie op de prioriteiten van het beleid voor het komende schooljaar heeft tijdens deze reis plaatsgevonden. Het bestuur Het bevoegd gezag wordt gevormd door het stichtingsbestuur, dat op hoofdlijnen bestuurt, toezicht houdt op de uitvoering van beeid en verantwoording aflegt aan de gemeenteraad en aan het ministerie. Ons bestuursmodel is in 2010 kritisch doorgelicht door Vos/ABB en voldoet aan alle eisen van de Code Goede Bestuur. Het bestuur heeft in 2013 via een Bestuur op Afstandmodel voorbereidingen getroffen voor het Raad van Toezichtmodel in 2014. Omdat de personele unie met SPGG en Onderwijsgroep Spoenk in 2013 haar beslag kreeg, is ervoor gekozen om voor de drie stichtingen tegelijkertijd de stap te maken naar het Raad van Toezichtmodel. Zowel de GMR als de betreffende gemeentes hebben op beide ontwikkelingen hun instemming gegeven. Het bestuur is actief in netwerken met andere besturen en Raden van Toezicht, zowel regionaal als nationaal, is actief lid van de VTOI, Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen, en bezoekt regelmatig conferenties over actuele thema’s.
Pagina8van49 Deloitte 8ccountants By. Voor identiflcatiedoeleiren behorend bij controleverktaringdd. 2ojuni 2014
Het bestuur beschikt over relevante expertise en treedt vooral kaderscheppend en controlerend op. In 2013 is het bestuur zeven keer bijeen geweest en heeft de volgende grote thema’s geagendeerd: • • • • • • • • • • • • • •
ontwikkeling Minzerie in IKC; stukken met betrekking tot personele unie met SPGG en Spoenk; stukken betreffende Raad van Toezichtmodel; nieuwe inrichting bestuursbureau en algemene directie; schoolontwikkeling en kwaliteitsmonitoring (Cito scores, inspectierapporten); bestuursversiag en jaarrekening 2012; inspectierapport betreffende financien; benoeming bestuurder/voorzitter centrale directie per 1 januari 2014; start procedure selectie lid centrale directie; ziekteverzuimbeieidsplan inclusief nieuwe bedrijfsartskeuze; ondersteuningsplan BePO passend onderwijs; inzet middelen prestatiebox; managementcontract met algemeen directeur; benoeming lid centrale directie.
Samenstelling van het bevoegd gezag Conform de statuten bestaat het bestuur uit vijfvrijwilligers, alien benoemd door de gemeenteraden. In 2013 was de samenstelling als volgt: C.L.M. Warmerdam
Functie: voorzitter
Jaar aantreden
2006
Jaar aftreden
2015
Hoofdfunctie:
Algemeen Directeur BOB Opleiding, Training en Advies by; Algemeen Directeur BOB Detachering by.
Nevenfuncties:
Bestuursiid NVP Sollicitatiecodecommissie; Eigenaar Organisatieadviesbureau Malsen Advies.
M. Berendse
Functie: vicevoorzitter
iaar aantreden
2006
iaar aftreden
2014
Hoofdfunctie:
Senior adviseur KPC Groep; Marktteamleider Onderwijs Anders.
Nevenfuncties:
Projectleider Slim Fit; Voorzitter Human Dynamics Academie (HDA); Secretaris Verenigde TOM Groep (VTG).
i. de Hooge
Functie: secretaris
iaar aantreden
2006
Jaar aftreden
2015
Pagina 9 van 49
[I DeIoittqAccountants By. Voor identiflcatiedoeIeen behorend bij controeverkIarinUd:d. 2ojuni 2014
Hoofdfunctie:
Hoofd beleid kwaliteit leraarschap, directie Leraren, Ministerie van OCW
Nevenfuncties:
Geen
F.H.M. Burgers
Functie: penningmeester
iaar aantreden
2006
Jaar aftreden
2015
Hoofdfunctie:
Gepensioneerd, oud kantoordirecteur ING Bank.
Nevenfuncties:
Penningmeester Rotaryclub Geldermalsen; Penningmeester Stichting Hans van Dorpfonds; Penningmeester Vereniging Psorinovo; Bestuurslid Vereniging Vrienden van Marienwaerdt; Pen ningmeester Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Psoriasis; Pen ningmeester Stichting Kunstvrienden van Lilo-Art.
C. Maas-van Eekeren
Functie: lid
Jaar aantreden
2011
Jaar aftreden
2019
Hoofdfunctie:
Sales- en marketingfunctie in de gezondheidszorg.
Nevenfuncties:
Geen
Medezeggenschap Elke school heeft een medezeggenschapsraad (MR) waarin ouders en personeel vertegenwoordigd zijn. Bovenschools is er een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) waarbij alle scholen van de stichting zijn aangesloten. Fluvium hecht grote waarde aan een goed functionerende medezeggenschap. Daartoe wordt intensief overleg gevoerd met de GMR en de MR’en en worden de betreffende financiële midd&en vrijgemaakt. De GMR heeft in 2013 haar instemming verteend en advies gegeven over een groot aantal zaken, waaronder: • • • • • • • •
bestuurlijk formatieplan 2013-2014; ziekteverzuimbeleidsplan; keuze nieuwe bedrijfsarts; personele unie; Raad van Toezichtmodel; begroting 2014; zorgplan Samenwerkingsverband Tiel 2012-medio 2014; vakantierooster.
Daarnaast heeft de GMR over de belangrijkste beleidsontwikkelingen binnen de organisatie meegepraat en meegedacht, zoals het ondersteuriingsplan BePO.
Pagina 10 van 49 Deloitte countants B.V. Voor identiflcatiedoeleindp behorend bij controleverkIaringd.d. 20 juni 2014
Klachtenregeling Fluvium is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie. In 2013 zijn alle klachten intern opgelost. Er wordt sinds 2010 bovenschools een overzicht van klachten naar aard en hoeveelheid bijgehouden. Dit overzicht wordt geanalyseerd en als input gebruikt voor eventuele interventies en nieuw beleid. In het kader van de klachtenregeling beschikt iedere school over een interne vertrouwenspersoon, die vooral voor de doorgeleiding naar de externe commissie zorgdraagt. Bij het bestuur zijn in 2013 zes klachten gemeld over zaken die op scholen speelden. In 2011 waren dit er acht, in 2012 vijf. Geen van deze meldingen heeft uiteindelijk tot een formele klacht geleid. Daar waar nodig is door de algemeen directeur ondersteuning gegeven. De klachten hadden betrekking op diverse aspecten: 1. Onenigheid over de pedagogisch didactische begeleiding van een leerling. 2. Zorg over de ontwikkelingen binnen een school. 3. Huisvesting. 4. Overdrachtsdossier naar voortgezet onderwijs. 5. Pestgedrag (tweemaal). Bij het laatste thema is ook het bureau Ieerplichtzaken betrokken geweest. Opvallend is dat in beide gevallen het pestgedrag één element is binnen de klacht en er meer speelt tussen ouders en school. In één geval is het pestprotocol binnen de school aangepast op interne communicatie, in beide gevallen is een oplossing gevonden. Van of via de externe vertrouwenspersoon seksuele intimidatie zijn in 2013 geen klachten binnengekomen.
Ontwikkeling aantal leerlingen In het onderstaande overzicht is per school het aantal leerlingen op de jaarlijkse teldatum 1 oktober weergegeven, aangevuld met de prognoses voor de komende drie jaren. De prognoses zijn opgesteld op basis van het prognosemodel P0. Hoewel de geprognosticeerde aantallen kunnen afwijken, hanteren wij deze cijfers als uitgangspunt. In de prognose is de nieuw te bouwen school in De Plantage in Geldermalsen weer niet opgenomen omdat de start van de school door de vertraagde woningbouw en de lokale bezuinigingen opnieuw is uitgesteld door de gemeente. De leerlingprognoses dienen als basis voor de meerjarenbegroting, de meerjarenformatieplannen, maar ook voor de meerjarenonderhoudsplanning en huisvestingsaanvragen bij de gemeenten. De werkelijke leerlingaantallen geven een daling te zien en ook de prognose heeft een dalende tendens. Dit heeft gevolgen voor de formatie van de komende jaren.
If’I Pagina 11 van 49 DeIoitt Accountants B.V. Voor identficatiedoeIeInden behorend bij controIeverkIarind.d. 20 juni 2014
Werkelijk Teldatum 1 oktober
Prognose
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
97
103
91
84
79
73
65
121
109
103
106
103
98
97
79
92
88
88
88
86
86
CBS Burg. Westerbeek v. Eerten
140
127
133
123
119
103
91
CBS Prins Willem Alexander
162
161
148
138
133
119
112
84
88
82
82
85
84
81
Totaal in gemeente Neerijnen
683
680
645
621
607
563
532
CBS D’n Bogerd
143
146
140
137
132
127
126
CBSianHarmenshof
222
225
235
236
226
230
214
CBS Meester Aafjes
443
433
431
414
408
396
387
CBS R. Lokhorst
235
229
219
210
194
183
170
CBS De Minzerie
37
29
24
25
27
29
33
CBS De Springplank
97
88
79
72
61
57
54
CBS De Bloeiende Betuwe
91
91
91
78
70
71
70
178
171
156
135
124
116
114
80
80
72
68
61
55
55
Totaal in gemeente Geldermalsen
1.526
1.492
1.447
1.375
1.303
1.264
1.223
Totaal Stichting Fluvium
2.209
2.172
2.092
1.996
1.910
1.827
1.755
CBS Est CBS Willem Alexander CBS De Waerdenburght
CBS De Rietschoof
CBS Cp ‘t Hof CBS De Malsenburg
Pagina 12 van 49 Deiotte Accountants B.V. Voor identificatiedoqIinden behorend bij controIeverkIiitg d.d. 2Ojuni 2014
3. Onderwijs “Passende zorg en onderwijs voor ieder kind” In 2012 werden de aangescherpte doelstellingen uit het strategisch beleidsplan van Fluvium op schoolniveau uitgewerkt in de nieuwe schoolplannen. 2013 Is het eerste jaar van uitvoering hiervan geworden. Het traject 1-zorgroute is afgerond en geevalueerd en er zijn afspraken voor borging gemaa kt. Dit jaar heeft ons kwaliteitsbeleid extra aandacht gehad. Daartoe zijn de directeuren en de IB-ers op schoolniveau ondersteund door Cees Bos, de ontwikkelaar van de kwaliteitskaarten. Op stichtingsniveau is besloten ook de bovenschoolse module daarvan aan te schaffen (WMKBM Werken Met Kwaliteit Bovenschools Management). Tegelijkertijd is een traject over opbrengstgericht werken en leiderschap gestart voor directeuren en IB-ers. Dit traject wordt uitgevoerd door Driestar Educatief. —
Daarnaast heeft Fluvium ook actief deelgenomen aan de ontwikkeling van de gemeenschappelijke visie op passend onderwijs in het nieuwe samenwerkingsverband BePO en worden de ondersteuningsplannen hiervoor op schoolniveau conform de afspraken opgeleverd. Toegevoegde waarde van de stichting Door zowel op Fluviumniveau als binnen de personele unie meer samen te werken, hebben wij ook in 2013 weer meer expertise uit kunnen wisselen, verder kunnen ontwikkelen, onderhouden en borgen. Zo ontsluiten we kennis en vaardigheden die een kleine school alleen niet zou kunnen verzorgen. Met zowel het directiecollectief, het bestuursbureau, de diverse werkgroepen, de lB-groep als met aVe medewerkers is met succes verder gewerkt aan het samen leren en ontwikkelen. Een voorbeeld daarvan is onze gemeenschappelijke studiedag op 21 mel 2013 met als thema ‘Fluvium en Ouders, schouders aan schouders’. Hierin stonden ideeën over het vergroten van ouderbetrokkenheid en het belang van samen optrekken om opbrengsten te vergroten centraal. De studiedag was tevens de doorstart van onze kwaliteitskringen, die meer verticale verbindingen in onze organisatie brengen ten aanzien van professionalisering en inhoudelijke beleidsbeInvloeding. Dit jaar is ook verder weer vervoig gegeven aan het verder in lijn brengen van diverse innovaties, het aanboren van ondersteunende subsidies en samenwerking met lokale, regionale en nationale partners. Hierdoor is het mogelijk om relevante externe expertise voor onze scholen en organisatie aan te spreken. De middelen uit de prestatiebox hebben daaraan ook weer een enorme bijdrage geleverd. We wisten bovendien een subsidie van € 30.000 voor ons traject Duurzame Inzetbaarheid bij het Arbeidsmarktplatform P0 te verkrijgen. In het domein onderwijs zijn ook in 2013 weer belangrijke stappen gezet. We geven per onderdeel toelichting:
een korte
Wat wilden we bereiken? In het strategisch plan zijn voor het beleidsterrein Onderwijs de volgende doelstellingen beschreven: 1. 2. 3. 4.
Fluvium staat garant voor een hoge onderwijskwaliteit. Fluvium heeft een optimaal ontwikkelde zorgstructuur. Onze scholen hebben waar aan de orde nieuwe onderwijsconcepten ontwikkeld Het onderwijskansenbeleid is versterkt.
Pagina 13 van 49 Deloitte ccountants B.V. Voor identificatiedoelirden behorend bij controIeverkIarind.d. 20 juni 2014
5. 6. 7.
Intensieve samenwerking met aUe vormen van kinderopvang en peuterspeelzalen, liefst in brede scholen. Aandacht voor ontmoetingsonderwijs. Fluvium speelt een toonaangevende rol op ICT-gebied.
Wat hebben we bereikt in 2013? 1. Hoge onderwijskwaliteit 1.1 Cito scores De resultaten van de Cito Eindtoets 2013 van alle reguliere basisscholen van Fluvium zijn gebund&d in een bestuursrapportage. De gegevens worden, behalve binnen de school, ook besproken in het bestuur, het directieoverleg, het IB-overleg, in de managementrapportagegesprekken met de algemeen directeur, de GMR en in de MR’en. Dit is een vast onderdeel van onze kwaliteitscyclus. Naast de Cito Eindtoets worden ook de metingen van het Cito LOVS voor de tussenresultaten gemonitord via de inspectiekaarten. Deze resultaten worden tevens besproken met de inspectie van het onderwijs. Naast de Cito scores geeft ons het opbrengstenkatern van elke school veel inzicht over hoe zaken er voor staan. Daarin staan veel meer ankerpunten voor kwaliteit dan alleen de Cito scores. Deze blijven echter (zie RTL enquête en vensters PC) een belangrijke indicator. Cito scores Fluvium scholen 2010 School
Score
OBS Est
2011 Score
536,2
Gecorr. Score LG 535,2
Willem Alexander
538,1
De Waerdenburght Burg. W. v. Eerten
2012 Score
537,1
Gecorr. Score LG 535,5
537,5
537,7
540,7
536,9
53 1,4
Prins W. Alexander De Rietschoof
2013 Score
535,1
Gecorr. Score LG 534,7
530,9
Gecorr. Score LG 531,2
537,8
537,5
537,1
535,1
535,8
541,1
535,6
533,1
534,8
533,6
534,5
533,1
537,5
536,6
538,7
536,7
532,5
532,8
535,5
534,9
536,8
536,1
538,7
537,8
536,6
536,4
533,3
534,5
530,7
532,7
534,6
535
534,9
535
D’n Bogerd
531,8
533,7
534,8
535,7
533,8
534,8
529,8
531,7
Jan Harmenshof
537
536
538,3
537,6
537,9
537,9
537,7
536,8
MeesterAafjes
538,1
536,6
537,9
536,5
535,1
534
535
533,9
R. Lokhorst
540
536,9
538,7
536,3
539,8
537,3
532,8
532,2
-
-
537,1
535,7
530,8
534,2
535,6
535,3
De Springplank
537,6
535,5
538,0
536,1
538
536,7
537,3
535,5
De Bloeiende Betuwe Op ‘t Hof
532,5
533,5
541,5
539,0
543
538.8
536,2
535,9
539,2
537,9
535,4
535,2
534,3
535,1
528
530,8
De Malsenburg
541,9
537,4
539,6
537,0
538,4
536,4
536,6
534,9
De Minzerie
Pagina 14 van 49
1’
Difte Accountants By. Voor identicatiedoeIeinden behorend bj controIeverkIiing d.d. 20]uni 2014
Ten opzichte van vorig jaar is er bij te veel scholen een lagere score op de Cito Eindtoets te zien. Ondanks het felt dat Iichte schommelingen bij kleine scholen al gauw aan de orde zijn, is dit toch lets wat onze aandacht vraagt. Vooral omdat het onze ambitie was om juist de stijgende tendens voort te zetten, daarop waren alle inspanningen gericht. In 2012 was daartoe al een aantal interventies ingezet en in 2013 zijn die verder uitgebreid en aangevuld: • • • •
• • • • •
tweejarig traject opbrengstgericht onderwijskundig leiderschap voor directie en IB-ers; inzetten van interne audits, een viertal dit jaar; naast D’n Bogerd neemt nu ook de Meester Aafjesschool deel aan het ‘scholen aan zet’ traject; inzet van prestatieboxgelden voor: 1. interne audits 2. werkgroep risicovolle scholen (Taskforce Z) digitale pluskias; opzetten van een Leonardo poot 3. 4. extra geld voor kiassenconsultaties IB-ers individuele professionaliseringstraject lB-ers 5. aanscherping in dit kader van LEA-aanvragen voor Neerijnense schoten in 2014. Die zijn in 2013 filet toegekend; opleiding interne coaches samen met Lelystad en Apeldoorn met subsidie van Arbeidsmarktplatform P0; opgeleide interne opleider in school/coach (PABO Den Bosch); benoeming medewerker onderwijskwaliteit en passend onderwijs op stafniveau; studiereis naar Finland: Wat kunnen we van hen leren? Investeren in excellente Ieerkrachten.
1.2 Scores TaaI en Rekenen Taal- en rekenonderwijs hebben onze speciale aandacht. We hebben ook dit jaar weer actief deelgenomen aan verschillende verbetertrajecten op dit gebied. We nemen daarom de resultaten van de Cito toetsen voor deze vakgebieden hieronder nog een keer apart op, zodat we de ontwikkeling hierin kunnen volgen. Een deel van de prestatieboxgelden is ingezet voor de opleiding van reken- en taalspecialisten in de scholen. Er zijn flu twee rekencoärdinatoren opgeleid en een master SEN rekenen. Verder zijn er drie taalcoärdinatoren, één Ieescoördinator en vijf personen hebben een opleiding over lezen en media gevolgd via de bibliotheek.
Pagina 15 van 49 DeIoite Accountants By. Voor identificatiedoelëinden behorend bij controIeverkIari?d.d. 20 juni 2014
Tussenresultaten Periode
2012 /2013
Weergave
Schasiscore tov inspecbenorrn en n (aantal deelnemende leerhngen) CITO DMT 4-Il Bee. Nrm n=
12NU Basjsschoo) Est
Totaal
4-Il
ern. Nrrn 3 L
Bern Wrn
n=
n=
2t’14
12W Koning Willern AJe,canderschool 135U Dc Waerdenburght
21,
13H1 Burg Westerbeekvan Eertenschoul
Y13
13MM Puns WiIlem Alexanderschool
5 21
13RF Dc Rietschoof
13
18J0 On Bogerd
21.1S
iSLE Jan Harmenshof
21., 2B21
18MQ 085 MeeuterAafjes
21, 55
18NX P Lokhorst-School
21. 225
18PH Os Minzerie
21.
100J Os Spcingplank • laRk Os Bloerende Betuwe
21. 6 -F21. 11
2
10SL Opt Hof
’ 1 2t
18fF Os Malsenbwg
21
5 25 busen irapeofwerm boven nspecfenurrn op insctiensrm ender inspectienorm
I
Ieerling)en) adaptief Ontuetsi
Alle Fluviumscholen gebruiken het leerhngvolgsysteem LVS van Cito. Daarnaast wordt vanaf 2012 op de alle scholen ParnasSys gebruikt om ook de methodegebonclen toetsen systematisch bij te houden. Beide systemen hebben een landelijke normering en maken gebruik van trendanalyses. We kunnen daardoor sinds 2011 zowel per school als bovenschools snel zien in welke mate we erin slagen de doelen voor dat jaar te bereiken.
Bestuu rstoetskaart 9ichting Fluvium
Schod Periede
2012 2813
Weergave
Niveau
Normering
Landelijke vergelijking met kicuren up basis van niveauwaarde
3.
I
H
4.
HI
I
1
5. IS
I
11
6. 1
I
II
8.
7. Iii
II
11
I
II
IS
CITO DflIEMINUTEN-T1JETS
I
Totual LDVS
I
——-—
I
I
I
I
CITO BEGRIJPEND LEZEN
Tstaal LOVS
‘
I
I
I
CITO REKENEN-WISKLINDE Tutasi LOWS
•
.
I
1 L11
Uit de analyse van onderstaande tabel van 2012-2013 blijkt dat 10 van de 15 scholen boven het gemiddelde scoren op de gebieden TL, SP, BL en R&W. Hierbij geeft R&W de hoogste gemiddelde score van 3.46 weer. De laagste score wordt behaald op TL. Een totaal gemiddelde kornt net onder de 3 uit.
Pagina 16 van 49 Deloitté Accountants B.V. Voor identificatiedoeleinden behorend bij controleverklari4’d.d. 20 juni 2014
Alle scholen kunnen in 2014 gebruik maken van een aanbod vanuit de gemeenten op het gebied van LE(J)A. De gemeente Geldermalsen zal investeren in VVE en de gemeente Neerijnen investeert in het vergroten van de deskundigheid van de leerkrachten op het gebied van woordenschatontwikkeling en begrijpend lezen.
12NU Sjsisscioof Es 2VV Kon Willeri A,ndesooI 3SU De Waec.nburh: Burg Westerbeek v3r 3MM WI,m Aeanderscoo 3F De Ietsc?oof ¶JO On 3erd ‘EJn HanreMhc4 MQ OBS Meesler Aafes 3NX R Loo*-$c ‘9PH Dc M.rzen. ‘OJ Dc Sp,tngplank < 0. BIoeende Betwe ‘SSLOp Hof rTF 0. Malwrburg G.niiddeld AantI leerlinOen
Kleur.n Normering
1 onvoldoend.
nodoenc*
Scholengroepvergelijking periode 2012-2013 Weergave niveauwaarde, omgezet naar waarde tussen 0 en 5 (A=4-5, B=3-4, C=2-3, D1-2, E=0-1) Normering: landelijke vergelijking TL = technisch lezen SP = spelling BL = begrijpend lezen RW = rekenen en wiskunde
De scholen hebben over het algemeen matig tot voldoende gescoord. Een verbetering ten opzichte van vorig jaar is dat geen enkele school onvoldoende heeft gescoord op een van de onderdelen. De scholen die matig scoren zitten aan de bovengrens van dit gebied (grenswaarde 3). Het gemiddelde van alle scholen voor technisch lezen (TL) is 2,96. Dit is een matige score. Het gemiddelde van alle scholen voor spelling (SP), begrijpend lezen (BL) en rekenen en wiskunde (3,46) laat een voldoende gem iddelde score zien. Drie scholen haalden dit jaar op de genoemde toetsen een ruim gemiddelde score die tussen 3,25 en 3,50 ligt. Zeven scholen scoorden voldoende tussen de 3,00 en 3,25. Vier scholen scoorden net onder de norm, tussen 2,75 en 3,00. Eén school scoorde tussen de 2,50 2,75. Bij deze laatste score dient opgemerkt te worden dat het hier om een school gaat met een gering Ieerlingaantal. Dit-kan de cijfers sterk (nadelig) beInvloeden. De gemiddelde score van alle scholen is met 3, 12 voldoende. —
Paginal7van49 Deloitie Accouiitarits By. Voor identificatiedoinden behorend bij controIeverkIariig’d.d. 20 juni 2014
1.3 Uitstroom naar VO Door het leerlingenadministratie- en Ieerlingvolgsysteem ParnasSys is het mogelijk de uitstroomgegevens te genereren naar het voortgezet onderwijs en de ontwikkelingen hierin te volgen. Onderstaande tabel geeft per school de uitstroom naar het voortgezet onderwijs per 31-07I2NU I2VV 13BU 13H1
I3RF 18J0 I8LE
I8NX I8PH 180J IBRK 18SL I8TF
12,5%
Praktijkonderwjs VMBO BL
12,5% 6,3% 6,3%
VMBO BL, met LWOO VMBO BL tim VMBO KL
18,8%
VMBO BL I/rn VMBO KL, met LWOO VMBO KL
11
18,8%
6,3% 25,0%
6.3%
6.3%
VMBO KL t/m VMBO TI,
25,0% 31,3%
6,3%
12,5%
4
18,8%
40
6,3%
12
6,3%
37,5%
VMBO GL tim HAVO
18,8%
25,0% 6,3% 12,5%
VM8OTLIIm HAVO
12,5% 6,3% 18,8% 37.5% 6,3% 18,8% 31,3%
32
6,3% 6,3% 6,3% 18.8% 6.3%
28 34
25.0% 6,3% 18,8% 12,5% 6,3% 12,5%
33
12,5% 12,5% 12,5% 12,5% 37,5% 87,5% 56.3% 6,3% 18,8% 25,0% 25,0% 12,5%
53
HAVO tim VWO
6.3% 6,3% 12,5% 25,0% 25,0% 6.3%
12,5%
12,5%
6,3% 12,5% 12,5% 12,5%
18,8% 12,5%
12,5% 12,5%
Vwo
3
18,8% 12,5% 81,3%
HAVO
12,5% 25.0% 68,8% 12,5% 43,8%
25,0%
6,3% 6.3% 37,5% 12,5% 6,3% 43,8% 12,5% 12.5% 63% 12.5% 31,3% 18,8%
Onbellend
11
18.8%
VMBO TL
16
15
14
16
12,5% 6.3% 37,5% 6,3% 81,3% 12,5% 6,3% 25,0%
VMBO KL, met LWOO
11
6,3% 6,3% 31,3% 31,3%
18,8%
50.0% 12,5%
VMBO GLI!m VMBO TI,
2
6,3% 6,3% 18,8% 12,5% 6.3%
TotaaI
20
23
11
22
33
55
31
9
21
25.0% 6.3% 15
30
14
38 329
2013 in procenten. 12NU 12VV 13BU 13 HI 13MM 13 RF 18i0 18LE 18MQ 18NX 18PH 18QJ 18RK 18SL 18TF
OBS Est Koning Willem Alexander De Waerdenburght Burg. Westerbeek v. Eerten Prins Willem Alexander De Rietschoof D’n Bogerd Jan Harmenshof Meester Aafjes R. Lokhorst De Minzerie De Springplank De Bloeiende Betuwe Op t Hof De Malsenburg
1.4 Kwaliteitszorg De kwaliteitskaarten van Cees Bos zijn een onlosmakelijk onderdeel van onze kwaliteitscyclus. Daaraan zijn via het opbrengstenkatern per school de horizontale en verticale verantwóordingslijnen gekoppeld naar algemene directie en bestuur, stakeholders en ouders. Via de in het schooljaar 2012
-
Pagina 18 van 49 Delodte Accountants By. Voor identiflcatiedoIeinden behorend bij controIeverkIafrigd.d. 20 jun 2014
2013 aangeschafte bovenschoolse module (BMK-PO) kunnen de opbrengstenkaternen gebundeld worden tot een bestuursrapportage. De katernen opbrengsten per school zijn onderdeel geworden van de managementrapportagegesprekken. We kunnen door middel van ParnasSys ken- en stuurgetallen op alle niveaus genereren. De kwaliteitskaarten van WMK-PO zijn in 2013 ook ingezet voor de evaluatie van het traject 1zorgroute. De nieuwe stafmedewerker onderwijs heeft als belangrijke taken vroegsignalering en advies voor interventies. Zij is ook degene die de auditcommissies voorzit. Twee keer per jaar bespreekt zij relevante kengetallen met de algemeen directeur. Via vensters P0 is nu ook benchmarking met vergelijkbare scholen mogelijk. Een van onze scholen (Bloeiende Betuwe) doet ook mee in het proeftraject voor de volgende stap hierin. Dat is tevens de school die zich aangemeld heeft voor het excellentietraject. De leeropbrengsten van dit traject zullen ook ingezet worden voor de andere scholen. 1.5 De 1-zorgroute, prestatiebox, SlimFit school, School aan Zet, professionaliseringsgeld directeuren Het traject 1-zorgroute, voor het optimaliseren van de competenties van de medewerkers in het omgaan met verschillen tussen kinderen, is begin 2013 geevalueerd door de werkgroep en de begeleiding door medewerkers van Marant is gestopt. Er is besloten deze manier van handelingsgericht werken voor alle scholen van Efuvium unaniem als onderlegger te behouden. Dit systeem maakt ook onze stap naar passend onderwijs beter mogelijk. Voor de inzet van de prestatieboxgelden is een bestuursprofessionaliseringplan gemaakt. Bedragen: Schoolleiders Opbrengstgericht werken Professionalisering leraren Cultuureducatie
€ € € €
29.130 100.499 52.434 23.390
Uitgangspunten De P0-raad heeft afspraken gemaakt met het ministerie in het kader van het bestuursakkoord. Voorafgaand aan het schooljaar kiezen we een aantal thema’s die te maken hebben met ons eigen strategisch beleidsplan en het traject ‘school aan zet’, waarin ook extra aandacht voor excellentie, ouderbetrokkenheid en wetenschap en techniek wordt gevraagd. Het is de afspraak dat de uitgevoerde activiteiten worden verantwoord in ons jaarverslag en dat de daaraan gekoppelde uitgaven te controleren zijn voor de accountant. Uitgangspunt is ook om scholing altijd op het niveau aan te bieden waar dat het meest zinvol is, in de navolgende stappen: • • • • • •
schoolniveau; stichtingsniveau; samenwerking Spoenk; samenwerking openbaar onderwijs in Rivierenland; samenwerkingsverband; externe aanbieders zoals opleidingsinstituten (meestal individueel of specifieke groepen).
De scholingsactiviteiten moeten evidence-based zijn. Er moeten doelen geformuleerd worden, die vervolgens worden geevalueerd.
Pagina 19 van 49
/ DeIoie Accountants B.V. Voor identficatiedoeipinden behorend bij controIeverk!arig d.d. 2ojuni 2014
Fluvium Thema’s
Doelgroep
Vorm
niveau
1. Kwaliteitszorg/opbrengstgericht werken/passend onderwijs
Directeuren
Stichting
2. Wetenschap en tech niek
1. Diverse teams gebaseerd op aa nvragen
a. 1 dag Cees Bos b. Studiedagen in september c. Stud iereis Finland d. Individuele aanvragen Opleidingstraject op maat
School
5.000
2. Verhoging professionalisering d.m.v. e- learning Alle medewerkers
E-learning traject voor directeuren
Groep van directeuren
5.000
Kwaliteitskringen
Stichting
7.000
Betrokkenen
School
Stichting
9.000
Stichting
3.500 (voor totale lB-groep)
3. Professionaliseren in een lerende organisatie 4. Cultuureducatie
5. Studiedag Fluvium ouderbetrokkenheid 6. Professionalisering IB-ers a. Analyseren kengetallen, taal en rekenen, 1-zorgroute en passend onderwijs b. Omgaan met hoogen meerbegaafdheid 7. Coaching van leerkrachten t.a.v. opbrengstgericht werken en 1-zorgroute 8. Reken- en taalSpecialisten (LB-ers) 9. lCTtrajecten
Alle medewerkers
a. Heift eigen inzet bij subsidie provincie b. Eigen bestemming naar_beleid_school Workshops
IB-ers
Studiebijeenkomsten
10. Op maat traject per school (leerlingenaantal) 11. Excellente scholen
Allen
12. Ondersteuning risicovolle scholen 13. Experiment met interne audits
Teams
School
Leerkrachten
Opleidingen liefst met leerkrachtenbeu rs erbij Studiedagen gebaseerd op beleidsplan ICT werkgroep Op aanvraag in relatie met bovengenoemde thema’s Op aanvraag: traject voor deze ambitie Op aanvraag
Extern
Betreffende medewerkers
Projectvoorstel
11.790 11.790
Klassenconsultaties door IB-ers
Divers
3.500 5.000 10.000 3.000
Leerkrachten
Leerkrachten
Bedrag €
3.500 lndividueel aan te vragen 30.023 (N.B. niet structureel verwerkt in formatie) 5.000
Stichting
4.540
School! extern
23.000
School
10.000
School
10.000
Stichting
15.000
H
Pagina 20 van 49 Deloi Accountants B.V. Voor identficatiedoe)nden behorend bij controIeverkIairj d.d. 20 juni 2014
We kunnen met trots melden dat op alle terreinen de activiteiten uitgevoerd zijn met de beoogde resuftaten. SlimFit Op ‘t Hof neemt deel aan het landelijke SlimFit programma en is daar zo succesvol in dat ervele bezoekers naar hun oplossingen komen kijken. Zowel de directeur als een aantal leerkrachten zijn ambassadeur (brigadier) voor dit programma, om andere scholen te informeren of te ondersteunen bij een dergelijke ontwikkeling. Binnen SlimFit wordt het onderwijs slimmer georganiseerd door het doorbreken van traditionele groepsindelingen. Daarmee wordt ook beter tegemoet gekomen aan de diversiteit in leerroutes en tempo’s van kinderen. Uit de kengetallen van de school blijkt dat dit zeker niet ten koste van haar opbrengsten is gegaan. Integendee).
—
School aan zet (SAZ) D’n Bogerd zit in haartweedejaarvan hettraject ‘school aan zet’, waarbij de borging van kwaliteitsimpulsen en het onderhouden van een professionele cultuur centraal staan. De Meester Aafjesschool is dit jaar ook gaan deelnemen. Ook daar zijn de borging van innovaties en bewaren van kwaliteit in alle gebouwen aan de orde. Meerdere scholen maken gebruik van de kwaliteitskaarten die via de website van ‘school aan zet’ te verkrijgen zijn en een aantal directeuren en IB-ers bezocht de Iandelijke SAZ conferentie in Lunteren. 1.6 Project ‘Versterking opbrengstgericht werken/leiderschap’ Het project ‘versterking opbrengstgericht leiderschap’ (Leerplein 52 in Apeldoorn en Stichting SchOOL in Lelystad.) liep vorig jaar af. Een drietal directeuren van Fluvium is vervolgens samen met een aantal collega’s uit Apeldoorn en Lelystad opgeleid tot coach. De coaching is gericht op startende directeuren. Om het thema op de agenda te houden zijn we in 2013 gestart met een tweejarig traject ‘onderwijskundig opbrengstgericht leiderschap’ voor directeuren en IB-ers. We worden daarin begeleid door Driestar. Een efficient gebruik van ParnasSys krijgt hierbij vooral ook aandacht. Vragen zijn: • •
Hoe verkrijgje in de hele organisatie een opbrengstgerichte cu(tuur. Hoe vergroot je de competenties ten aanzien van leiderschap in combinatie met analyse en interventies met betrekking tot relevante kengetallen.
1.7 Professionaliseringsgelden directeuren In 2013 is besloten dat al onze directeuren zich inschrijven in het nationale schoolleidersregister. Daarmee committeren zij zich tegelijkertijd om te werken aan hun verdere professionalisering. De gelden hiervoor vanuit de overheid (€ 2.000 per school) zijn dit jaar volledig ingezet. Afspraken hierover worden met de algemeen directeur gemaakt binnen de gesprekkencyclus. 1.8 Brede school/IKC/VVE (Vroeg Voorschoolse Educatie) In 2013 heeft Fluvium wederom actiefgeparticipeerd binnen het Geldermalsens beleid brede scholen. In de brede scholen worden onder meer extra (buitenschoolse) activiteiten aangeboden op terreinen als sport en spel, cultuur, zorg en kunstzinnige vorming. Hiervoor worden ook de combinatiefuncties ingezet. We werken hierin nauw samen met de peuterspeelzalen en de kinderopvang. In 2013 is dit op gemeentelijk niveau geevatueerd en zijn bepaalde voorzeningen ook ingezet voor de andere scholen.
Pagina2lvan49 Accountants B.V. 1 Deloittê Voor identificatiedoelefren behorend bij controIeverkIarin’d.d. 20 juni 2014
Van onze ambitie om in de nieuwe wijk het IKC De Plantage op te starten, is door de trage won ingbouw en de economische crisis nog steeds niets terecht gekomen. Het IKC de Minzerie is in 2013 met inzet van onder andere OKV-middelen (OnderwijsKundige Vernieuwingen) van de gemeente Geldermalsen verbouwd om haar nieuwe onderwijskundig concept mogelijk te maken. Door het bestuur is voor deze school ook dit jaar tijdelijk geld vrijgemaakt om diverse interventies en acties mogelijk te maken. Dit vindt u terug in ons financieel verslag. Er zijn interventies op het personele terrein geweest en er is een management taskforce met een interim manager geInstalleerd. Medlo 2013 is er een nieuwe directie en een nieuwe lB-er benoemd. Deze school heeft een nieuwe methode geIntroduceerd waardoor unitonderwijs op een kleine school mogelijk is. Daarnaast zijn er grote veranderingen tot stand gebracht ten aanzien van de digitale leeromgeving van kinderen. 1.9 Afstemming PO-VO In 2013 zijn verschillende activiteiten ondernomen om verdere inhoudelijke afstemming te verzorgen tussen de openbare scholen voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs. Er is een regelmatig managementoverleg tussen Stichting Fluvium en scholengemeenschap De Lingeborgh te Geldermalsen. Op drie scholen is sprake van intensieve samenwerking binnen plusklassen. Daarnaast participeren onze directeuren in de geeigende overlegstructuren. Binnen BePO is een werkgroep actief geweest om te komen tot een betere overdracht, vooral ook voor leerlingen met leerproblemen. Dit heeft tot afspraken geleid voor alle scholen in BePO gebied. Er is gekozen voor een digitaal overdrachtsdossier, conform het voorstel van de PO-raad. Dit jaar is een overgangsjaar, volgend schooljaar zal ook Fluvium hierbinnen moeten acteren, ondanks een verdeelde mening hierover binnen ons directieteam. 1.10 ParnasSys. De implementatie van ParnasSys is gekoppeld aan het traject ‘opbrengstgericht werken’ en heeft bij inspectiebezoeken opnieuw poitieve feedback opgeleverd. De vordering van de implementatie verschilt per school. Ook voor dit jaar zijn per school nadrukkelijkere doelstellingen afgesproken en behaald. De focus lag nog steeds op het invoeren van groepsplannen en methodetoetsen. Alle 15 scholen werken nu met dit systeem. Vijf scholen werken met het ouderportaal, waarin ouders de prestaties van hun kinderen kunnen volgen. Twee scholen zijn nog bezig dit in te richten. 1.11 Lokale educatieve agenda (LEA) en lokale educatieve en jeugd agenda (LEJA) F!uvium levert in Neerijnen een positieve bijdrage ten aanzien van het nieuwe convenant LEA. De doelstelling ten aanzien van het wegwerken van taalachterstanden is aangescherpt. lederjaar vragen we daartoe beschikbare gelden bij de gemeente aan en zetten deze succesvol in. Sinds 2011 worden de ParnasSys gegevens van alle Neerijnense scholen naast elkaar gelegd om de voortgang te kunnen registreren. In 2012 heeft de gemeente dit traject geevalueerd en gezien haar bevindingen besloten het de komende jaren voort te zetten. Al onze Neerijnense scholen hebben geprofiteerd van financiële en inhoudelijke ondersteuning vanuit dit traject. Onze cofinanciering gebeurt vanuit de prestatiebox. In Geldermalsen loopt het LEJA-overleg nu voor het derdejaar. Fluvium heeft het op zich genomen om daarin passend onderwijs op de agenda te houden. Dat hierin de relatie met jeugdzorg tot stand gebracht wordt is een bijkomend positief effect. Het blijkt nog steeds moeilijk om transitie jeugdzorg en passend onderwijs goed met elkaar te verbinden.
Pagina 22 van 49 DeIoit* Accountants B.V. Voor identificatiedoeIinden behorend bij controIeverkarib’g d.d. 2ojuni 2014
1.12 Analyse van de bevindingen van de onderwijsinspectie In 2013 zijn drie van onze scholen door de inspectie bezocht. De bezochte scholen hebben een basisarrangement gekregen waaruit blijkt dat ze hun zaken op orde hebben. Fluvium heeft daardoor in 2013 opnieuw geen enkele school die door de inspectie als zwak wordt beoordeeld. De inspectie heeft ook flu weer aangegeven blij te zijn met de effecten van zowel de 1-zorgroute, als de deelname aan het traject opbrengstgericht werken. Bovendien is ze verheugd met de continulteit in de monitoring vanuit de algemene directie/bestuur. De inspectierapporten dienen altijd als een van de bronnen voor het opzetten van gerichte ondersteuning bij de onderwijskundige ontwikkeling van onze scholen. De uitkomsten worden ook meegenomen in de managemefitcontracten met de schooldirecteuren. De scholen blijven in 20132014 in een regulier vervolgonderzoek geplaatst. Een viertal scholen heeft vanuit de inspectie een attendering gekregen omdat hun Cito cijfers van de Eindtoets te Iaag waren. De reeds eerder genoemde taskforce Z werkt met deze scholen aan de verbetering van het Ieiderschap in relatie tot het verbeteren van de eind- en tussenopbrengsten. 2. Optimaal ontwikkelde zorgstructuur De individuele leerlingenzorg is vastgelegd in de richtlijnen en afspraken vanuit het samenwerkingsverband. Alle middelen die van daaruit teruggesluisd zijn naar de scholen zijn daarvoor direct ingezet in extra uren interne begeleiding. Deze verantwoorden we iederjaar. In 2013 heeft het schrijven van ons ondersteuningsplan per school aandacht gevraagd. 2.1 Leerlingenzorg ledere school van Fluvium heeft een eigen zorgstructuur ontwikkeld waarbij nadrukkelijk aandacht en begeleiding aanwezig is voor leerlingen met extra zorgvragen. ledere school beschikt daartoe over een Interne Begeleider (lB-er) die de spil is van de Ieerlingenzorg. Vanuit het samenwerkingsverband of REC (Regionaal Expertise Centrum) worden scholen en leerlingen in de nodige gevallen ambulant begeleid. Op weg naar de nieuwe structuur binnen BePO is er een regionaal plusteam van begeleiders ingericht dat voor alIe scholen in Geidermalsen en Neerrijnen gaat werken. Medewerkers worden continu geschoold in het maken van groepshandelingsplannen en de 1zorgroute. Op deze wijze leren teams te anticiperen op verschillen binnen de groep. Het netwerk IB ers werkt samen aan voortdurende kwaliteitsverbetering. 2.2 Passend onderwijs Fluvium maakt onderdeel uit van het samenwerkingsverband Rivierenland en het nieuw te vormen samenwerkingsverband 25-8, waartoe de gemeenten Tiel, Culemborg, Neerijnen, Geldermalsen, Buren en Neder-Betuwe behoren. De samenstelling van dit samenwerkingsverband is door het ministerie verzorgd. Dit samenwerkingsverband heet Betuws Passend Onderwijs ( BePO). Binnen BePO werken we al alsof het augustus 2014 is, het officiële wettelijke moment van de stelseiwijziging. We proberen op alle manieren leerkrachten, directie, bestuur, MR, ouders en gemeenten te informeren over deze belangwekkende verandering. Een ouder en een Ieerkracht van de GMR van Fluvium zitten in de medezeggenschapsraad van BePO. 2.3 Aanbod voor hoogbegaafde leerlingen Fluvium heeft via de 1-zorgroute ook specifiek aandacht besteed aan meer- en hoogbegaafde leerlingen. We moeten daarin nog steeds onze ambitie vergroten. Een aantal scholen eeft inmiddels voor de vorm van pluskiassen gekozen, soms in samenwerking met het voortgezet ondèrwijs. Andere scholen kiezen voor plusprogramma’s. Dit heeft onze voortdurende speciale aandacht. Een Pagina 23 van 49
/ Deloitte Accountants By. Voor identiflcatiedoetëinden behorend bij controIeverkIarg d.d. 20 juni 2014
experiment voor een digitale pluskias is opgestart, omdat klelne scholen te kleine groepen kinderen hebben om plusklassen te organiseren. De Meester Aafjesschool onderzoekt dit jaar of zij op haar school een Leonardo-afdeling voor hoogbegaafde leerlingen kan inrichten. Op dit moment vindt opleiding van Ieerkrachten plaats. 2.4 Aandacht voor sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen Alle scholen hebben voor programma’s gekozen waarin ook de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen gevolgd kan worden. Er zijn verschillende methodes binnen de stichting aanwezig. Vijf scholen werken met ZIEN!, vijf scholen werken met het Kanjervolgsysteem dat bij de Kanjertraining
hoort, drie werken met SCOL, één school werkt met Memelink en één school met Viseon, dat bij het Cito leerlingvolgsysteem hoort. 3. Onderwijskansenbeleid 3.1 Vroeg en voorschoolse educatie (VVE) In 2013 werkten onze scholen wederom mee aan het gemeentelijke VVE-programma dat zich vooral richt op peuterspeelzalen en kinderopvang. In 2012 is er een inspectie geweest van het VVE programma in Geldermalsen en Neerijnen. Aan de hand van deze inspectie zijn diverse verbeteradviezen gegeven. We nemen deel aan een gemeentelijke werkgroep die dit heeft opgepakt. We hebben sinds 2012 een interne VVE-kwaliteitskring die het management voorziet van beleidsvoorstellen. Deze kring heeft tevens als doel in de personele unie met SPGG de doorgaande lijnen tussen peuterspeelzalen en scholen te verbeteren. Fluvium heeft bijgedragen aan de voorbereidingen voor een VVE-convenant binnen Geldermaisen. 3.2 LEA Neerijnen Deze gemeente wordt aangeduid als taalachterstandsgebied. Daarom hebben alle deelnemers aan het LEA-overleg in 2013 gesprekken gevoerd om in 2014 opnieuw een ambitieus convenant met elkaar te sluiten, waarin we streven naar hogere opbrengsten. Dit convenant wordt jaarlijks geevalueerd. 4. Kinderopvang /peuterspeelzalen Alle scholen hebben buitenschoolse opvang (BSO) in eigen huis, of kinderopvang in de directe nabijheid van de school. Dat geldt voor opvang ná school (BSO) en voor tussenschoolse opvang (TSO). Op een aantal scholen is in de directe omgeving ook voorschoolse opvang (VSO) aanwezig. De scholen streven samen met de aanbieders naar een optimale afstemming tussen onderwijs en kinderopvang. Die samenwerking wordt binnen de brede scholen steeds hechter, conform Fluviums ambitie. In 2011 ontstond in beide gemeenten een financieel hachelijke situatie waardoor de toekomst van de peuterspeelzalen direct bedreigd werd. Fluvium heeft zich voortdurend tot het uiterste ingespannen om de gemeenten te ondersteunen bij het zoeken naar oplossingen. Voor Geldermalsen hebben we met de SPGG in 2013 daartoe een personele unie opgericht. In Neerijnen hebben in vier peuterspeelzalen de betreffende schooldirecteuren bestuurlijke verantwoordelijkheid op zich genomen op weg naar nauwere samenwerking. 5. ‘Ontmoetings’onderwijs 5.1 Levensbeschouwelijk onderwijs (LeVo) Aandacht voor Ievensbeschouwelijk onderwijs was ook in 2013 een belangrijke taak van de openbare school. Kinderen vertrouwd maken met verschillende Ievensbeschouwelijke stromingen, maar ook
Pagina24van49 Deloitte Accountants By. Voor identificatiedIeinden behorend bij controIeverkIting d.d. 2Ojuni 2014
met normen en waarden zoals respect voor verschillen, tolerantie en non-discriminatie. Hiertoe zijn doelen opgenomen in het strategisch beleidsplan. 5.2 Humanistisch Vormingsonderwijs (HVO) en Godsdienstig Vormingsonderwijs (GVO) In 2009 is een rijkssubsidieregeling van start gegaan waardoor het voor het eerst mogelijk werd om bevoegde en betaalde Ieerkrachten aan te stellen voor Godsdienstig Vormingsonderwijs (GVO) en Humanistisch Vormingsonderwijs (HVO). Na een behoefte inventarisatie onder de ouders maken onze scholen hier desgewenst gebruik van. Hiertoe dient de school jaarlijks een aanvraag in bij GVO/HVO en onderbouwt de aanvraag met een begeleidend schrijven naar de betreffende ouders. In dit schrijven worden meerdere keuzemogelijkheden aangeboden. GVO/HVO probeert om aanvragen die door meer dan zeven ouders worden ondersteund te honoreren, zodat er een Iesaanbod GVO/HVO op maat aangeboden kan worden aan de betreffende school. 6. ICT 6.1 Nieuw beleidsplan ICT In het afgelopen jaar is gewerkt aan een nieuw bovenschools beleidsplan voor de komende vierjaar voor ICT. Het beleidsplan is geschreven op basis van de nieuwe ICT-ontwikkelingen in het onderwijs en dient als kaderplan voor de ICT-beleidsplannen op schoolniveau. Het beleidsplan biedt ruimte aan de scholen om ICT in de komende jaren echt ten dienste te gaan laten staan van het onderwijs. ICT moet geen doel op zich zijn, maar een middel om het onderwijs te verrijken en Ieerkrachten te ondersteunen. Scholen krijgen op basis van hun eigen nieuwe beleidsplan de ruimte om het soort ICT in de school aan te passen aan het onderwijskundig concept. De aanbestedingen van nieuwe hardware en de afkoop van stichtingbrede licenties blijven gezamenlijk om zo het massavoordeel te behouden. 6.2 Snappet In het afgelopen jaar is op acht van de vijftien Fluviumscholen Snappet ingevoerd. Snappet geeft de mogelijkheid tot het digitaal maken, verwerken en monitoren van het leerlingenwerk, behorende bij de diverse vakgebieden. Snappet biedt door zijn aanbod een oplossing voor combinatiegroepen en de krimpsituatie op scholen. De kinderen kunnen meer zelfstandig verwerken, de leerkracht kan makkelijker monitoren hoever de leerlingen zijn en de werkdruk met betrekking tot nakijken wordt verlaagd. Ten aanzien van de investering in borg is erop Fluviumniveau besloten dat alle scholen de gelegenheid krijgen om in te stappen in het Snappetconcept mits dit gebaseerd is op de ontwikkelingen en het beleid van de school. Deze kosten worden bovenschools gedekt. De kosten van het gebruik van Snappet komen ten laste van de leermiddelen en zullen gecompenseerd moeten worden in andere leermiddelen. 6.3 ParnasSys Inmiddels zijn alle Fluviumscholen actief aan het werk met ParnasSys. De leerlingenadministratie en de toetsgegevens van het leerlingvolgsysteem worden ingevoerd en gemonitord door middel van de gebruiksfuncties van ParnasSys. Doordat nu aIIe scholen deze functies gebruiken is de mogelijkheid ontstaan om het ParnasSys systeem ook op bestuursniveau uit te lezen en de voortgang van de scholen te monitoren. In de komende tijd zullen de scholen in hun eigen tempo ook de andere gebruiksfuncties van ParnasSys gaan benutten. 6.4 Serverloze scholen In het jaar 2013 zijn aIIe scholen naar een nieuwe serveromgeving gemigreerd. Praktisch betekent dit dat er geen servers meer op de verschillende locaties staan en dat alle data via een server op afstand wordt beheerd (een variant op werken in de cloud). Deze hostingsituatie biedt diverse $ioordelen Pagina 25 van 49 DeIoitt Accountants B.V. Voor identificatiedoeIéiriden behorend bij controIeverkIarhWLd. 20 juni 2014
waaronder een betere en veiligere serveromgeving en een kostenbesparing op energie door het verdwijnen van de lokale servers. Voorwaarde voor deze migratie was een goede internetverbinding op alle locaties. Alle scholen hebben flu een UPC internetverbinding van 120 MB downstream en 10 MB upstream. Uitzondering hierop zijn de locaties Stafkantoor, De Bloeiende Betuwe en de Meester Aafjesschool, deze locaties zijn aangesloten op glasvezel. 6.5 Digiborden in Koning Willem Alexanderschool Bij de inrichting van de nieuwbouw van de Koning Willem Alexanderschool in Haaften is gekozen om direct toekomstbestendige CT te plaatsen met een voor dit moment onderscheidend karakter. De lokalen zijn uitgerust met het zogenoemde HIPPO screen. Dit digibord is een touchscreen bord met optische- en infraroodtechnologie. Er is gekozen voor 70 inch schermen, omdat deze het best passen in de nieuwe lokalen en voldoen aan de gebruiksvoorwaarden. Naast de digiborden is de school uitgerust met een professioneel wifi netwerkgenaamd Aerohives. Dit netwerk biedt mogelijkheid tot het reguleren van datastromen en reguleren van gebruiksfuncties op zelf meegebrachte mobiele apparaten en kan in de toekomst uitgebreid worden tot een Fluvium breed netwerk.
Pagina26van49 DeIoitt Accountants By. Voor identificatiedoeIinden behorend bij controeverkIari4gd.d. 20 juni 2014
4. Personeel “ruimte voor ambitie, talent en cornpetenties” Personeel is het belangrijkste kapitaal van de stichting. Tussen de 80 en 90% van de begroting bestaat ult personele kosten. Aandacht voor de personele component, zowel in kwalitatieve als in kwantitatieve zin, is daarom van het grootste belang. In kwalitatieve zin denken we daarbij bijvoorbeeld aan opleiding en ontwikkeling van personee) en functies. In kwantitatieve zin betreft het de aandacht voor de formatietoedeling en -bewaking Functiemix Sinds 2010 wordt gewerkt met een functiemix. Dit houdt in dat er LB-functies zijn beschreven en personeel in deze functies is benoemd. Deze functiemix heeft een tweeledig doel, enerzijds zijn er voor het personeel meer mogelijkheden voor prestatiebeloning, anderzijds heeft de functiemix een kwaliteitsverhogend effect. Om voor de LB-schaal in aanmerking te komen dient aan drie voorwaarden te worden voldaan: • • •
passende functiebeschrijving; goede beoordeling; HBO+ opleiding.
In het schoo(jaar 2014-2015 dient 40% van de functies op LB-niveau te zijn. De groei van het aantal LB-functies blijft op dit moment achter bij de planning. In 2010 is 8% gerealiseerd, in 2011 was de eindstand 16% LB-functies. In 2012 is de uitbreiding van het aantal LB-functies gestagneerd. In 2013 is het aantal LB-functies weer toegenomen, maar er zal nog een inhaalslag moeten plaatsvinden om aan de norm van 40% te voldoen. Door middel van de Lerarenbeurs worden Ieerkrachten door het ministerie in de gelegenheid gesteld om een HBO vervolgopleiding te doen, waarbij de kosten van de opleiding worden vergoed en er tevens studieverlof kan worden toegekend. In het schooljaar 2012/2013 hebben 9 Ieerkrachten gebruik gemaakt van de Lerarenbeurs, in het schooljaar 2013/2014 zijn dit 6 leerkrachten. In de werkgroep Personeel en in het directeurenoverleg is de gesprekkencyclus aan de orde gekomen. Op drie scholen is geexperimenteerd met een compactere procedure. Deze wordt in 2014 geevalueerd.
Formatieplan/Allocatiemodel De Ieerlingenaantallen laten zowel in werkelijke aantallen als ten opzichte van de prognose nog steeds een dalende tendens zien. Omdat de dating vooral in de onderbouwgroepen plaatsvindt, zijn de gevolgen voor het formatiebudget behoorlijk. Als gevolg van de Iandelijke tendens van Iagere geboortecijfers zal de daling van het Ieerlingenaantal de komende jaren verder doorzetten. Het natuur!ijk verloop zal bovendien lager zijn als gevolg van de verhoging van de AOW-Ieeftijd. Door de toename van de gemiddelde leeftijd is de omvang van BAPO-gebruik (Bevordering ArbeidsParticipatie Ouderen) toegenomen. Ook is in 2013 veel gebruik gemaakt van de BOV-regeling (Betaald OuderschapsVerlof). Voor de formatietoekenning aan de scholen wordt gebruik gemaakt van het allocatiemodel. De budgetten zijn gealloceerd aan de hand van de gemiddelde gewogen Ieeftijd op bestuursniveau en vervolgens vertaald in formatieplaatseenheden (fpe’s). De kosten van de regelingen BAPO en BOV zijn opgenomen in de Gemiddelde Personele Last (GPL). Hiermee voorkomen we dat eenrelatief duur personeelsbestand op individuele scholen drukt. Pagina27van49 Deloitte 4ccountants B.V. Voor identificatiedoeIein1en behorend bi] controIeverkIarinthd 2Ojuni 2014
Hogere GPL Door de hogere BAPO- en BOV-lasten is de GPL enorm gestegen. Bij de oorspronkelijke berekening van de GPL in november 2012 werd nog uitgegaan van een bedrag van € 57.500 voor een LA-functie. Hierbij was onvoldoende rekening gehouden met de toename van BAPO en BOy. In augustus 2013 is de GPL herberekend. Dit resulteerde in een bedrag van ruim € 60.000. Op een totaal van 140 fpe’s betekent dit € 350.000 aan meerkosten. Omdat het in de loop van het schooljaar moeilijk realiseerbaar is om de formatie (groepen) te verminderen, levert dit bij het opstellen van de formatieplannen voor het schooljaar 2014/2015 een aanzienlijke taakstelling. Gelukkig werden de schoolbesturen in 2013 aangenaam verrast door de extra middelen die beschikbaar kwamen ten gevolge van het Herfstakkoord. Zonder deze middelen zou de jaarrekening 2013 fors overschreden zijn. In hoeverre de middelen uit het Herfstakkoord structureel door zullen werken in de toekomst is nog niet bekend. Daarom zal bij de opsteIling van de formatieplannen voor 2014/2015 en verder nog uitgegaan worden van de middelen exciusief het Herfstakkoord. Daling formatie De daling van de formatiebudgetten kan onder andere worden opgevangen door natuurlijk verloop. Voorwaarde daarbij is een goed mobiliteitsbeleid, waarbij scholen met een positiefformatiesaldo voor de invulling van vacatures in eerste instantie gebruik maken van het personeel dat boventallig is of wordt bij scholen met een negatiefformatiesaldo. Sinds 2011 is in het allocatiemodel een frictiefonds opgenomen. ledere school levert aan dit fonds een bijdrage van 2,0% van het Iumpsumbudget. Dit frictiefonds zorgt voor het dragen van de kosten van de scholen die aantoonbaar een overschrijding van het formatiebudget hebben of personeelsieden die tijdelijk niet of verminderd inzetbaar zijn. Met ingang van schooljaar 2012-2013 verzorgt de Onderwijs Service Groep OSG per kwartaal budgetverbruiksoverzichten, waardoor er beter en sneller inzicht is in het werkelijke verbruik. Het betreft hier een vergelijking van budgetten en uitgaven in formatieplaatseenheden (fpe’s). In de managementrapportages worden de inkomsten en uitgaven voor personeel gemonitord in euro’s. Door deze dubbele bewaking wordt het verloop van inkomsten en uitgaven scherper bewaakt. Daarbij is een aantal zaken waargenomen: •
• •
•
De kosten van de BAPO en BOV zijn aanzienlijk toegenomen. De vergoeding voor de BAPO lasten die in de lumpsumfinanciering is opgenomen, dekt bij lange na niet meer de werkelijke kosten. Dit heeft een ongunstige invloed op de GPL en betekent daardoor een verlaging van de beschikbare formatieruimte. Uit de door OSG opgestelde managementrapportage medio 2013 bleek ook dat de door OSG oorspronkelijk berekende GPL te Iaag was. De Iumpsumvergoeding blijft achter bij de stijging van de kosten. Dit is met name van toepassing op de stijging van de pensioenpremie. Deze stijging wordt maar gedeeltelijk gecompenseerd in de verhoging van de lumpsum. Door de verhoging van de pensioenleeftijd van 65 naar 67 jaar, is het natuurlijk verloop lager dan was aangenomen.
Beleid Het Fluviumbeleid inzake de beheersing van uitkeringen na ontslag heeft tot doel te voorkomen dat haar personeel in een wachtgeldsituatie belandt. Indien binnen de stichting iemand boventallig is en er geen mogelijkheden tot herplaatsing zijn, wordt een outplacementtraject opgestart teneinde werkeloosheid te voorkomen. De gevolgen van de krimp kunnen wij tot 2019 niet volledig opvangen
Pagina28van49
1 Deoit Accountants By. Voor identificatiedoejinden behorend bij controIeverkIaç dd. 20 juni 2014
met natuurlijk verloop. De grootste teruggang in arbeidsplaatsen is te verwachten in het schooljaar 2013/2014 en 2014/2015, terwijl het natuurlijk verloop door pensionering pas later in de periode doorzet. Het beleid van Fluvium is erop gericht om zoveel mogelijk personeelsleden in dienst te houden door bijvoorbeeld het vormen van een flexibele schil. Een bijkomende effect van een dalende formatie is de vergrijzing van het personeelsbestand. Er komen geen vacatures waardoor er geen jonge leerkrachten instromen. Tijdelijke functies worden niet omgezet in vaste functies. Omdat de tijdelijke functies in verreweg de meeste gevallen worden bezet door jonge leerkrachten, zijn zij ook de eerste die vertrekken. Om dit effect enigszins tegen te gaan, is in 2013 de ‘vertrekregeling’ in het leven geroepen. Door het aanbieden van een vertrekregeling aan oudere leerkrachten, kon een beperkt aantal jonge, tijdelijke, leerkrachten voor de organisatie behouden blijven. Deze vertrekregelingen kunnen gefinancierd worden uit de extra rijksmiddelen die we door het Herfstakkoord in 2013 hebben ontvangen voor het behoud van jonge leerkrachten. Ziekteverzuimbeleid Van 2007 tot en met 2009 vertoonde het ziekteverzuim een stijgende tendens. Vanaf 2010 is daarom ruimschoots aandacht besteed aan de terugdringing van het ziekteverzuim. Dat beleid heeft zijn vruchten afgeworpen, zoals is te zien aan het onderstaande overzicht van verzuimcijfers. Nadat in 2012 het verzuimpercentage door langdurig ziekteverzuim weer was gestegen, is het verzuimpercentage in 2013 uitgekomen op het laagste niveau van de afgelopen 7jaar. De ziekteverzuimcijfers worden ook opgenomen in de managementrapportages, waardoor steeds een actueel beeld is van het verloop van het ziekteverzuim. Kalenderjaar 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
Ziekteverzuim % 7,72 8,83 10,36 7,03 6,73 7,57 6,34
Over 2008 en 2009 moest Fluvium een malus betalen aan het Vervangingsfonds, omdat de declaratie van de vervangingskosten de betaalde premies ruimschoots overschreed. Over 2010, 2011 en 2012 was door het lagere ziekteverzuim en de lagere vervangingskosten geen malus verschuldigd. Over 2013 heeft Fluvium een bonus van € 11.000 ontvangen van het Vervangingsfonds vanwege de lage vervangingskosten in verhouding tot de betaalde premies. Duurzame inzetbaarheid In juni 2013 is door Stichting Fluvium en Stichting Onderwijsgroep Spoenk een bedrag van € 30.000 subsidie aangevraagd en toegekend door het Arbeidsmarkt Platform P0 voor ondersteuning bij Duurzame Inzetbaarheid. Fluvium en Spoenk willen dat medewerkers goed en gemotiveerd hun werk kunnen (blijven) doen, fluitend naar hun werk (blijven) gaan, zorgen dat er minder ziekteverzuim is en dat medewerkers een kwalitatiefgoede bijdrage (blijven) leveren aan het onderwijs aan onze kinderen. Hiervoor is het volgende in gang gezet:
Pagina29van49
H DeIlle Accountants B.V. Voor identificatedoë1pinden behorend bij controIeverkIrihg d.d. 20 juni 2014
Instellen van een Taskforce Duurzame Inzetbaarheid Om de employability en de vitaliteit en gezondheid van de medewerkers te bevorderen is een Taskforce ingesteld, bestaande uit een directeur/interne coach, een lB-er, een leerkracht en de personeelsfunctionaris. Deze Taskforce denkt na over wat er nodig is om mensen vitaal de eindstreep te laten behalen en komt uiteindelijk met verbetervoorstellen/plan van aanpak voor het strategisch beleidsplan. Buddy-/Coach-/Trainer-training
Na een informatiemiddag wordt er gestart met een training tot buddy die gegeven zal worden door Anita Builet en Remko Boel. Deze training is erop gericht competenties ten aanzien van employability te vergroten en de regievoering van werknemers zeif te faciliteren. Door de training moeten mensen elkaar gaan coachen en wijzen op problemen die zij signaleren. Zogenaamde ‘bij een kopje koffie’ gesprekken. In de training zal gefocust worden op persoonlijke effectiviteit (gedachtegoed van Covey), omgaan met stress en mindfulness. De vervolgtraining richt zich op coaching en een aantal mensen kan opgeleid worden tot trainer. Zij zullen uiteindelijk het gedachtegoed van Covey verder door de organisaties verspreiden door 1 a 2 keer per jaar detraining persoonlijke effectiviteit te geven en zij zullen ook tijdens de studiedag in 2014 een aantal workshops verzorgen. Loopbaan-adviesgesprekken Jaarlijks worden loopbaanadviesgesprekken gevoerd. Door de trainingen zullen mensen proactief worden en zelfaangeven waar hun opleidings- en ontwikkelingsbehoeftes liggen. Ook directeuren zullen hier actiever in zijn.
Professionalisering van de medewerkers van het bestuursbureau In 2013 is besloten de rechten voor deze medewerkers op bij- en nascholing gelijk te trekken met vergelijkbare functies in onze scholen. De vele veranderingen in onderwijsland vragen ook van hen scherp te blijven en zich verder te ontwikkelen. Nieuwe bedrijfsarts
De arbodienstverlening wordt al verschillende jaren verzorgd door de Arbo Unie, dit is geruime tijd naar tevredenheid verlopen. Door verscherping van de werkwijze van het UWV is goede en adequate verslaglegging en advisering steeds belangrijker geworden om een goed re-integratietraject op te zetten en Ioonsanctie te voorkomen. Gedurende dit proces is gebleken dat de huidige bedrijfsarts daarin niet voldoende presteerde, ook niet na uitgebreid overleg hierover. In mei 2013 zijn gesprekken geweest met Arbo Unie, MK Basics, Ardente, bedrijfsarts de heer Heinen (ZZP-er) en bedrijfsarts mevrouw Smits (ZZP-er). Tijdens deze gesprekken bleek dat een model van ‘Eigen Regie’ een passend model zou kunnen zijn voor onze organisatie. De regie over de re integratie ligt dan bij de casemanager, de directeur van de school. Samen met de verzuimende medewerker ze deze een plan van aanpak op en besluit bij Iangduriger verzuim de bedrijfsarts in te schakelen. Op 9 oktober is een vervolggesprek geweest, waarna is gekozen om verder te gaan met de heer Heinen. De argumenten om voor deze arts te kiezen zijn: -
-
-
-
Toegankelijkheid: de heer Heinen komt rustig en toegankelijk over. Luistert goed en informeert in begrijpelijke bewoordingen. Kan zich goed inleven in de ander. Legt de verantwoording van re-integratie en het terugkeerplan in eerste instantie bij de verzuimende medewerker. Dit geeft een gevoel van vertrouwen. Heeft een duidelijke tijdlijn in zijn advies. Hij wilt een duidelijke vraagstel!ing van de casemanager. Dit zorgt voor een duhélijk advies.
Pagina 30 van 49 Dqitte Accountants B.V. Voor dentificatiedIeinden behorend bij controIeverkWng d.d. 2ojuni 2014
-
-
-
-
-
Zijn rapportages geven een duidelijk advies over de re-integratie. Zijn voorstel is om 1 dagdeel in de 14 dagen op het bestuurskantoor van Stichting Fluvium aanwezig te zijn voor consult, overleg, versiaglegging en advies. Bij ziekte heeft de heer Heinen een goede achtervang. Heeft goede kennis van het werken in het basisonderwijs, omdat hij ook als bedrijfsarts wordt ingeschake!d bij OPO-R en BasisBuren. Is er behoefte aan een spoedafspraak die geen 14 dagen kan wachten, dan is er de mogelijkheid om afspraken te maken met BasisBuren en OPO-R over een bezoek op hun dagdeel.
Aandachtspunt is om het Eigen Regiemodel volledig vorm te geven. Het is belangrijk dat de casemanagers aandacht besteden aan de nieuwe werkwijze. Zij kunnen het nieuw op te zetten verzuimbeleidsplan als tool gebruiken om ervoorte zorgen dat re-integratie goed wordt opgezet volgens de Wet Verbetering Poortwachter.
Verzuimbeleidsplan Voor de begeleiding bij verzuim is gekozen voor het Eigen Regiemodel. Kenmerken van het Eigen Regiemodel zijn: • • •
De organisatie heeft de volledige regie over het verzuimproces. Leidinggevenden zijn verantwoordelijk voor de verzuimbegeleiding en de organisatie heeft zelf regie over de randvoorwaardelijke zaken die in het verzuimproces aan bod komen. De bedrijfsarts heeft de rol van adviseur van de leidinggevende en de medewerker, hij of zij is dus geen beslisser in het verzuimproces. Hij of zij wordt pas ingeschakeld bij behoefte van leidinggevende of bij behoefte van de medewerker.
Voordeel van het Eigen Regiemodel is dat de organisatie maximale invloed kan uitoefenen op het verzuim, doordat zij zelf alle onderdelen van het verzuimproces regelt en bewaakt. Per 1 januari 2014 wordt via dit model gewerkt. Dit vraagt ook om een andere werkwijze door medewerkers, directeuren (casemanagers), (nieuwe) bedrijfsarts en P&O. Om betrokkenen daarin goed te kunnen faciliteren, is een verzuimbeleidsplan een voorwaarde om het nieuwe model goed uit te kunnen voeren. Duidelijkheid over o.a. verantwoordelijkheden en wettelijke regelgeving is van groot belang.
Pagina3lvan49
(‘) /
Deloittè Accountants B.V. Voor identiflcatiedoe1inden behorend bij controeverkIarjrig d.d. 2Ojuni 2014
5. Profiel en Imago “trots op wie we zijn” Fluvium profileert zich als een marktgerichte organisatie die hoge onderwijskwaliteit biedt aan haar teerlingen en daardoor aantrekkelijk is voor ouders. Ons imago wordt bepaald door een aantal kwaliteitskenmerken zoals modern, veilig en toegankelijk. Het streven is dat een toenemend aantal ouders en kinderen in otis verzorgingsgebied kiest voor een openbare basisschool en dat leerkrachten Fluvium als een aantrekkelijke werkgever zien. Onze deelambities en daarbij horende acties lagen in 2013 op de volgende vlakken: • • • • • • • •
vergroten betrokkenheid van ouders; grotere externe oriëntatie; imagoversterking; PR- en communicatiebeleid op iedere school en Fluviumtotaal; verbinding met externe organisaties; groter gebruik van professionele communicatiemiddelen; actief persbeleid; grotere zichtbaarheid Iokaal, regionaal en nationaal.
Wat hebben we bereikt in 2013? Marktpositie We hebben in 2013 concreet en planmatig gewerkt aan verbetering van onze marktpositie. Desondanks moeten we een teruggang in leerlingenaantallen accepteren, ook at steken we gunstig af tegen de algemene krimpcijfers in de regio. We maken otis nog steeds ernstige zorgen over het behouden van onze kleine scholen in de dorpskernen. We zullen at onze creativiteit moeten aanspreken om die, met behoud van kwaliteit, ook voor de toekomst veilig te stellen. Schooleigen elementen eenheid in verscheidenheid, verscheidenheid binnen de eenheid Fluvium is een professionele organisatie en profileert zich als zodanig. De scholen presenteren zich -
gedurende het schooljaar als onderdeel van Fluvium maar laten ook hun eigen identiteit zien. Alte scholen voeren in hun uitingen het Fluvium beeldmerk en streven ernaar in hun eigen communicatie uitingen de link met Fluvium helder te maken. Alles onder het motto ‘eenheid in verscheidenheid, verscheidenheid binnen de eenheid’. De werkgroep PR en communicatie heeft in 2013 vooral gewerkt aan: • • • • • •
verdere uniformering huisstijl; uiterlijke herkenbaarheid van Fluvium; website van Fluvium; nieuwsbrief voor de ouders; persberichten; concept communicatieplan.
Bekendheid van Fluvium In 2013 is het otis door gerichte inspanningen opnieuw gelukt de regionate en lokale pers te halen, zowel op school- als bovenschools niveau (situatie kleine scholen, RTL over ranking, LEA-convenant, provinciaal traject huisvesting en energie). I
Pagina 32 van 49 Delpitte Accountants By. Voor identificatied4eleinden behorend bij controleverkIng d.d. 2Ojuni 2014
Van de gelegenheid ‘Op de thee bij de AD’, oftewel het bovenschoolse spreekuur, wordt het tweede deel van 2013 nauwelijks gebruik gemaakt Ouders en leerkrachten vinden hun weg rechtstreeks naar bestuurskantoor. Diverse van onze initiatieven en acties hebben ook de landelijke onderwijsbladen gehaald: • • • • •
SlimFit programma op ‘t Hof; situatie k(eine scholen; goede resultaten in RTL enquête; cultuureducatie binnen de brede school; predicaat topschool Boeiende Betuwe.
Onze directeuren hebben vanaf het najaar 2013 actief hun informatie in vensters P0 toegevoegd. Dit wordt immers het benchmarksysteem voor ouders.
Pagina 33 van 49 Deloitie Accountants By. Voor identificatiedoe1hden behorend bij controleverklarii,g d.d. 2Ojuni 2014
6. Huisvesting “passende onderwijsgebouwen” Visie De schoolgebouwen van Fluvium vormen ons visitekaartje. De inrichting ervan en de uitstraling van de gebouwen en speelterreinen dragen bij aan onze ambitie van kwaliteit. De schoolgebouwen zijn aangepast aan de eisen van modern passend onderwijs en aan het specifieke (onderwijs)profiel van de school. We bereiden ons voor op steeds groter wordende deregulering op dit terrein. Gemeenten stoten steeds meer verantwoordelijkheden hierin af. We worden gedwongen steeds creatiever met krimpende budgetten om te gaan. ledere school ziet er aantrekkelijk uit. Fluvium investeert sinds haar oprichting funk in de uitstraling van haar schoolgebouwen. Wat hebben we bereikt in 2013? Burgemeester Westerbeek van Eertenschool Het schoolplein werd in 2013 conform de planning geheel vernieuwd en de haag langs het schoolplein werd vervangen door een duurzaam hekwerk. Verder werd de school aan de buitenzijde voorzien van een nieuwe verflaag. De Minzerie Dankzij de middelen voor onderwijskundige vernieuwing kon de school worden aangepast aan de nieuwe vorm van onderwijs. De school werd intern geheel verbouwd waardoor de school verder kan in het ontwikkelen tot een klein integraal kindcentrum. Naast de verbouwing werd ook het meubilair vernieuwd en beschikt de school over een prachtig kookeiland. De Bloelende Betuwe Als pilot werd deze school geheel voorzien van ledverlichting. Na een jaar zullen wij evalueren hoe groot de werkelijke besparing voor de school is en hoe snel de investering kan worden terugverdiend. Hierna wordt besloten of meer scholen worden voorzien van ledverlichting. Huisvestingsaanvragen 2014 Voorde meerjarenonderhoudsplanning van degemeente Neerijnen dient Fluvium iederjaartijdig huisvestingsaanvragen in. De gemeente beoordeelt dan of het groot onderhoud noodzakelijk is of niet. Na het goedkeuren van de huisvestingsaanvraag wordt deze op het huisvestingsplan van de gemeente voor het volgende jaar gezet. De gemeente Geldermalsen plant zelf het onderhoud in. Hier hoeven geen huisvestingsaanvragen voor te worden ingediend. Voor 1 februari 2013 heeft Fluvium huisvestingsaanvragen bij de gemeente Neerijnen ingediend voor het kalenderjaar 2014. De huisvestingsaanvragen die zijn toegekend: De Waerdenburght • vervangen dakbedekking en dakra men; • vervangen goten en hemelwaterafvoeren. R
Burgemeester Westerbeek van Eertenschool • vervangen buitenriolering en drainage; Pagina34van49 Deitte Accountants B.V. Voor identificatie$eleinden behorend bj controeverkacing d.d. 20 juni 2014
• •
herbestrating schoolplein; vervangen fietsenstalling.
De Rietschoof • vervangen stalen puien. Duurzaamheid en frisse scholen Energieproject 2013 was het eerste voile jaar van de samenwerking met Grontmij. In dit jaar is veei bereikt. Alle scholen werden voorzien van een CV-regeling op afstand met een goed werkende vakantieplanner. Daarnaast werkten de installateur en Grontmij perfect samen om ideale stooklijnen in te richten. Voor het stookseizoen van 2013-2014 werden de puntjes op de I gezet. Rekening houdend met graaddagen werd er op het gasverbruik een besparing van 24,3% behaaid. -
Calamiteiten Met de firma Positif is een meidpunt voor calamiteiten opgezet dat ook tijdens schoolvakanties op werkdagen bereikbaar is. Het meldpunt voor caiamiteiten zet plaatselijke onderhoudspartners in voor het oplossen van problemen. Na de evaiuatie in oktober 2013 kunnen wij van een uitermate succesvol project spreken. Sleutelbeheer Het sleutelbeheer is ondergebracht bij een plaatselijke ondernemer die onderhoudspartners kan voorzien van een sleutel en een alarmcode. Onderhoudslogboeken Op iedere school is een logboek aanwezig waarin kleine onderhoudspunten kunnen worden genoteerd die de concierges zelf niet kunnen afwerken. Periodiek werkt de onderhoudspartner deze onderhoudspunten in overleg met de controller af. Meerjarenonderhoudsplan Fiuvium heeft eind 2012 aIle scholen laten inventariseren om tot een nieuw flexibel meerjarig onderhoudsplan te komen, waarbij budgetgestuurd jaarpiannen kunnen worden opgesteld. Voor 2013 heeft Fluvium in samenwerking met Positif een jaarplan opgesteld en uitgevoerd. lnzet concierges In overleg met Positif zijn werkzaamheden uit het onderhoudsplan aangewezen die door concierges kunnen worden uitgevoerd. Deze werkzaamheden zijn samengevat in conciergelijsten die per school periodiek kunnen worden afgewerkt. Voor een aantal van deze werkzaamheden zullen instructiemomenten worden gepland. Het is de bedoeling dat er vier keer per jaar een overleg wordt gepland voor de concierges. Contractenmanagement In 2012 zijn alle contracten op onderhoudsgebied gedigitatiseerd. In 2013 zijn de contracten opgenomen in het webbased programma Mochadocs, zodat het voor scholen mogelijk wordt om alle contracten en abonnementen digitaal te raadplegen. Tevens wordt er in dit systeem een digitaai basis gebouwendossier ingericht. Dit project Ioopt nog en vermoedelijk wordt het systeem in april 2014 in gebruik genomen. Europese aanbesteding schoonmaak Dit jaar hebben wij in samenwerking met de firma Positif de schoonmaakwerkzaamheden voor heel Fiuvium Europees aanbesteed. De aanbesteding was zo succesvol dat Fluvium voortaa minder betaalt voor een beter bestek. Het bedrijf CTS heeft de aanbesteding gewonnen en vrzorgt de schoonmaak van onze scholen met ingang van 1 september 2013. Pagina35van49
H DeIoite Accountants B.V. Voor identiflcatiedoeeinden behorend bij controIeverkIang d.d. 20 juni 2014
Energie voor scholen Fluvium heeft in 2013 meegedaan aan de Europese aanbesteding ‘Energie voor Scholen’ voor de periode 2015-2020. Opnieuw zijn De Vrije Energie Producent (DVEP) voor elektra en Eneco voor gas als winnaar uit de bus gekomen. Toekomstbestendige duurzame basisscholen Fluvium neemt deel in het provinciaal project ‘Pilot Toekomstbestendige duurzame basisscholen’ met als doel de doordecentralisatie van het buitenonderhoud per 1 januari 2015. Met het oog op deze doordecentralisatie wordt binnen dit project gewerkt aan een goed overdrachtsdocument voor de schoolgebouwen van de gemeenten naar onze stichting. Gemeente GedermaIsen, Gemeente Neerijnen, CPOB, Eben Haezer Waardenburg en Fluvium werken samen aan een businessplan voor het totale onderhoud van de scholen. Hiervoor wordt in het voorjaar van 2014 een marktconsultatie gedaan om samen met een consortium te gaan werken aan een totaal businessplan voor het onderhoud van onze scholen. In decemberwerd de aftrap door de gedeputeerde van de Provincie Gelderland samen met de wethouders van Geldermalsen en Neerijnen gedaan. Het businessp!an zal in juli 2014 worden gepresenteerd en vanafjanuari 2015 worden aanbesteed. Het is de bedoeling dat het businessplan bruikbaar is voor andere gemeenten in Nederland. Er zullen drie werkgroepen worden samengest&d te weten: Werkgroep documentatie, Werkgroep communicatie, en de Werkgroep filmpjes. De Iaatste werkgroep maakt een script voor alle scholen om op locatie filmpjes te maken over de visie van de scholen naar de toekomst voor wat betreft het schoolgebouw. De aanbieders moeten de oplossing ook in een filmpje uiUeggen. Degene met het beste idee gaat de businesscase samen met de gemeenten en de schoolbesturen uitwerken.
Pagina36van49 Delothe Accountants By. Voor identificatiedoeinden behorend bij controIeverkIarig d.d. 20 juni 2014
7. Financiën “eerst kiezen dan delen” Visie Stichting Fluvium voert een financieel beleid waarbij de beschikbare middelen zoveel mogelijk worden ingezet om het onderwijsproces optimaal te ondersteunen. Hierbij valt te denken aan inzet van formatie, leermiddelen en huisvesting. De stichting voert een beleid om duurzaam financieel gezond te blijven door te sturen op kengetallen als de kapitalisatiefactor, rentabiliteit, solvabiliteit en liquiditeit. De gekozen richting daarin is efficient omgaan met middelen, een zo klein mogelijke overhead en de budgetverantwoordelijkheid zo laag mogelijk in de organisatie leggen. Om dit alles te faciliteren is een goed systeem nodig van planning en control. De resultaten hiervan geven kengetallen met waarden die passen binnen de doelstellingen van het strategisch beleid. 1. Duurzaam financieel gezond 1.1 Planning en control cyclus Fluvium behandelt de begroting voor het komende boekjaar in het bestuur en GMR in de maand november. De begroting wordt voor 1 december in concept aangeboden aan de gemeenten Geldermalsen en Neerijnen. Na behandeling in de GMR-vergadering van januari wordt de begroting definitief. De gemeenteraden behandelen de begroting in de raad van februari van iederjaar. Voor eind april van iederjaar wordt de jaarrekening en het bestuursverslag van de stichting opgesteld. Begin mel vind de accountantscontrole plaats. De controlebevindingen worden opgesteld in een managementrapportage voor het bestuur. Voor 1 juli wordt de jaarrekening aangeboden aan het ministerie van onderwijs en de overige stakeholders. De controller van de stichting houdt voortdurend zicht op het verloop van de besteding van de budgetten en communiceert hierover met de budgetverantwoordelijke personen en de algemeen directeur. Eén keer per kwartaal stelt de stichting een financiële managementrapportage op als verantwoording naar het bestuur voor de financiële gang van zaken. • • •
Rapportage voor het le kwartaal: financiële afsluiting 15 april, rapportage eind april Rapportage voor het 2e kwartaal: financiële afsluiting 15 juli, rapportage eind juli Rapportage voor het 3e kwartaal: financi&e afsluiting 15 oktober, rapportage eind oktober
1.2 Kengetallen Ter beoordeling van de vermogens- en liquiditeitspositie van een instelling wordt doorgaans gebruik gemaakt van kengetallen. In het bestuursverslag zijn kengetallen opgenomen met betrekking tot de financiën op balansdatum. Zie daarvoor verder het financieel jaarverslag. 1.3 Solvabiliteit De solvabiliteit geeft de verhouding aan tussen eigen en vreemd vermogen, verschaft inzicht in de financieringsopbouw en geeft aan in hoeverre aan de verplichtingen op langere termijn kan worden voldaan. De solvabiliteit wordt bepaald met het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Als vuistregel geldt dat de solvabiliteit minimaal tussen de 0,20 en 0,35 moet zijn om een goede verhouding tussen eigen en vreemd vermogen te hebben en om aan de langetermijnveplichtingen te kunnen voldoen.
/
Pagina 37 van 49 Deloitté Accountants By. Voor identiflcatiedoinden behorend bij controIeverkI4rng d.d. 20 juni 2014
1.4 Liquiditeit
De liquiditeit (current ratio) geeft aan in hoeverre op korte termijn aan de betalingsverplichtingen kan worden vodaan. Liquiditeit is de verhouding tussen de viottende activa (som van de liquide middelen en de vorderingen) en de kortlopende schulden. Bij een ratio van 1 of hoger is de liquiditeit voldoende. 1.5 Rentabiliteit De rentabiliteit heeft betrekking op het rendement en geeft aan of er sprake is van een positief dan wel een negatief bedrijfsresultaat. Voor de onderwijssector is een rentabiliteit tot 0% verdedigbaar omdat het onderwijs geen winstoogmerk heeft. Rentabiliteit is het resultaat uit gewone bedrijfsvoering gedeeld door totae baten uit gewone bedrijfsvoering. 1.6 Weerstandsvermogen Dit kengetal geeft inzicht in de capaciteit om onvoorziene tegenvallers in de expoitatie op te vangen. Het weerstandsvermogen wordt bepaald door het eigen vermogen minus (materiële) vaste activa, als percentage van de rijksbijdrage OCW. Resultaten Fluvium: Solvabiliteit Liquiditeit (current ratio) Reritabllltelt Weerstandsvermogen
2008
2006
2007
0,31 1,17 4,20% 22,19%
0.74 1,80 2,68% 19,42% 16,05% 0,36 1,55 2,41%
Gem P05 2010
200
2010
2011.
2012
2013
0,69 2,36 0,01% 13,23%
0,76 2,79 1,60% 22,34%
0,75 2,00 -0,33% 18,87%
0,75 1,45 -3,45% 12,31%
0,77 2,27 0,85% 11,92%
o,sg 2,00 -1,90%
13,90%
*
Deze kengetallen laten een meer dan gezonde financiële positie zien. De stelselwljzlglng voor groot onderhoud is gedeeltelijk van invloed op de kengetallen van 2011
1.7 De commissie Don en de kapitalisatiefactor In het najaar van 2009 is het rapport verschenen van de commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen (commissie Don). In januari 2010 heeft de Tweede Kamer groen Iicht gegeven voor de aanbevelingen uit dit rapport, waarbij 3 hoofdlijnen verder worden uitgewerkt, te weten: 1. Versterking financiële deskundigheid bij onderwijsinstellingen. Daarbij is aangegeven dat een goede meerjarige begroting en een gedegen risicoanalyse cruciaal zijn voor een gezond financieel beleid. De financiële deskundigheid moet op decentraal niveau worden versterkt en tevens verdient de financiële deskundigheid in de horizontale en verticale toezichtorganen inhoudelijke versterking. 2.
Versterken van het toezicht. De taak van de inspectie dient te worden verbreed naar de doelmatigheid van het financiële beleid. Daarbij worden met betrekking tot de financiële kengetallen signaleringsgrenzen gehanteerd. De kapitalisatiefactor wordt hiervoor als nieuw kengetal geIntroduceerd. Het begrip weerstandsvermogen zal niet meer worden gebruikt en in plaats daarvan wordt een ondergrens aan het eigen vermogen en een bovengrens aan de kapitalisatiefactor gehanteerd.
3. Wegnemen van belemmeringen. De commissie Don geeft aan dat beter gebruik moet worden gemaakt van vreemd vermogen, uiteraard binnen de draagkracht van de elgen exploitatie. Hiervoor moet de deskundigheid bij de besturen te worden vergroot en dienen de voorwaarden inzake het schatkistbankieren te worden versoepeld. Als centrale begrippen staan vermogensbeheer en budgetbeheer in het rapport. Bij / vermogensbeheer gaat het om de vraag hoe schoolbesturen hun kapitaalbehoefte fihancieren voor
Pagina38van49
7
DeIote Accountants B.V. Voor identificatiedo4inden behorend bij controleverkIrn d.d. 20 juni 2014
investeringen in het primaire proces. Vanuit dit gezichtspunt worden twee kengetallen onderscheiden: de kapitalisatiefactor en de solvabiliteit. De kapitalisatiefactor wordt gehanteerd als kengetal om te signaleren of een onderwijsinstelling zijn kapitaal a dan niet efficient benut. Dit kengetal wordt berekend door het totaalkapitaal (=balanstotaal) te delen op de totale baten. Als signaleringsgrens wordt hierbij een bovengrens van 35% voor de grote schoolbesturen aangehouden en 60% voor kleine schoolbesturen. Als de signaleringsgrens van deze kapitalisatiefactor wordt toegepast, zien we dat de meeste schoolbesturen boven deze grens uitkomen. Dit zou volgens de commissie Don kunnen duiden op een inefficiënte benutting van kaptaaI. De commissie geeft dan ook aan dat schoolbesturen beter gebruik zouden moeten maken van vreemd vermogen. Resultaten Fluvium: Kapitalisatiefactor Solvabiliteit Liquiditeit (current ratio) Rentabiliteit
2010
2011
48,31% 0,76 2,79
47,44% 41,87% 0,75 0,75 2,00 1,45 -0,33% -3,45%
1,60%
201.2
2013
signaeringsgrens
39,75% bovengrens 35% 0,77 ondergrens: 0,20 2,27 tussen 0,5 en 1,5 0,85% tussen 0 en 5%
In onderstaand overzicht zijn de kengetallen weergegeven, zoals deze op basis van het rapport commissie Don worden gehanteerd. Fluvium heeft in 2012 een risicoanalyse uitgevoerd en de uitkomsten verwerkt in een beleidsrijke meerjarenbegroting voor de periode 2013-2017. De uitkomst van dit onderzoek geeft aan dat Fluvium een veel grotere buffer nodig heeft in het eigen vermogen dan volgens de berekeningen van de commissie Don, om risico’s in de toekomst de baas te kunnen. Het rapport is medio 2013 verstuurd naar de inspectie voor het onderwijs. Het rapport komt ook digitaal beschikbaar op de website van Fluvium zodra de gemeenten het hebben ontvangen. 2. Solide financieel beleid 2.1 Treasury Voor het beheren van overtollige liquiditeiten voert de stichting een treasurybeleid binnen de kaders van de regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010. Deze regeling geeft de voorschriften voor het beleggen en belenen van publieke middelen. Fluvium streeft naar een zo hoog mogelijk rendement op uitstaande middelen. Obligaties worden aangeschaft met middelen die langere tijd belegd kunnen worden, met de bedoeling de gehele Iooptijd in een dakpanconstructie uit te dienen. Het doel van aanschaf van obligaties is het spreiden van risico en het behalen van een hogere effectieve rente op Iiquiditeiten. Ultimo 2013 zijn op advies van ING alle obligaties verkocht in verband met de vermoedelijke renteontwikkeling op de kapitaalmarkt. Hierdoor is een koerswinst veilig gesteld in 2013. Wij wachten flu samen met ING op het moment waarop aankopen weer aantrekkelijk is. Voor direct beschikbare liquiditeiten heeft Fluvium een spaarrekening bij de ING bank. 2.2 Bilk op de toekomst Fluvium wenst inzicht te houden in effecten van risico’s die gevolgen hebben voor haa,r bedrijfsvoering. Hierbij valt te denken aan bezuinigingsmaatregelen, ontwikkelingen ir
Pagina39van49 Deloitte Accountants By. Voor identificatiedoeleinden behorend bij controleverklaind.d. 20 juni 2014
Ieerlingenaantallen etc. Jaarlijks worden de voigende documenten opgesteld voor het komende boekjaar en de daarop vier volgende boekjaren: • • • •
Meerjaren Meerjaren Meerjaren Meerjaren
investeringsbegroting personele begroting integrale begroting onderhoudsplan
3. Financieel resultaat Fluvium sluit het boekjaar af met uiteindelijk een positief resultaat van € 91.521. Begroot was €46,491 negatief, het resuftaat over 2013 is daarom € 138.012 hoger dan begroot. n december 2013 ontving Fluvium vanuit het Herfstakkoord eenmalig een Bijzondere Aanvullende Bekostiging van € 384.700 en een subsidie Bekostiging Jonge Leerkrachten van € 46.068. Zonder deze extra bekostigingen was ons resuftaat over 2013 € 339.247 negatief geweest. Dat is € 292.756 meer dan begroot. Bedragen x € 1.000 Baten: Meer OCW bekostiging exciusief herfstakkoord Herfstakkoord niet begroot Subsidie jonge Ieerkrachten uit herfstakkoord Minder overige overheidsbijdragen Meer overige baten Meer financiele baten Lasten: Meer personeelslasten Meer afschrijvingen Meer huisvestingskosten Meer administratie en beheerslasten Meer inventaris, apparatuur en leermiddelen Meer overige lasten
Hoger resultaat met herfstakkoord Lager resultaat zonder herfstakkoord
99 385 46 -14 112 28 656 290 7 87 16 111 7 518 138 -293
De overbestedingen zijn vooral ontstaan door een snellere stijging van de GPL (Gemiddelde Personele Last) dan begroot waardoor een sluitend formatieplan tot een tekort leidde. Oorzaken van de stijgende GPL waren de hoge instroom in de BAPO (Bevordering ArbeidsParticipatie Ouderen) het hogere gebruik van BOV (Betaald OuderschapsVerlof) en niet gecompenseerde premiestijgingen van pensloenen, het participatiefonds en het vervangingsfonds. Een tweede probleem bevindt zich in de energielasten. Ondanks flinke besparingen in rn 3 gas en KwH elektriciteit kwamen wij als gevoig van stijgingen van de energiekosten en energiebelasting niet voordeliger uit. Daarnaast kregen wij de kosten van Grontmij in rekening waardoor ergeen enkel Pagina 40 van 49 Deloitte Accountants B.V. Voor identificatiedoIeinden behorend bij controIeverkaHr d.d. 20 juni 2014
effect van het energieproject is terug te vinden in de financiële cijfers. De enige troost is dat wij door onze inspanningen nog grotere overschrijdingen in de energielasten hebben voorkomen. Een derde reden voor de grote overschrijdingen zijn de meeruitgaven aan leermiddelen. Voor scholen bhjkt dit een moeilijk beheersbare last als gevoig van het felt dat er steeds meer geld wordt uitgegeven aan digitale ondersteuning van lesmethoden. Veel scholen blijven hierdoor structureel over besteden. In het najaar van 2013 zijn er gesprekken geweest met de schooldirecties om deze overbestedingen in de toekomst het hoofd te bieden. De extra overige inkomsten hebben vaak een relatie met hogere u[tgaven. Dit zijn compenserende posten. Voor een uitgebreide cijfermatige toelichting op de balans en exploitatierekening verwijzen wij u naar de jaarrekening 2013. Begroting 2014 Ultimo 2013 is de begroting 2014 vastgesteld door het bestuur van Fluvium. Hieronder treft u een vereenvoudigde opstelling: BEGROTING 2014 x€.L 000
Werkelijk
Begroting
Begroting
2013
QU
2214
Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen en subsidies Overige baten
10.353 132 180 10.665
9.822 146 69 10.037
9.633 153 56 9.842
Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten
8.742 383 663 870 10.658
8.452 376 576 737 10.141
8.219 386 613 780 9.998
7
-104
-156
Financiele baten en lasten
85
58
17
SALDO RESULTAAT
92
-46
-139
SALDO BATEN EN LRSTEN
Pagina4lvan49 Deloitte:Accountants By. Voor identficatiedoeIei1en behorend bij controIeverkIariri d.d. 20 juni 2014
8. ContinuIteitsparagraaf Al Meerjarenbegroting Stichting Fluvium stelt iederjaar gelijk met haar begroting ook een meerjarenbegroting op met een reikwijdte van vijfjaar. In januari 2014 hebben we de concept meerjarenbegroting opgesteld op basis van de ons bekende toekomstige ontwikkelingen in leerlingenaantallen en bekostiging. Herfstakkoord In deze meerjarenbegroting is geen rekening gehouden met de middelen uit het herfstakkoord, behoudens de middelen die in december 2013 zijn uitgekeerd aan onze stichting. Doordecentralicatie groot onderhoud De inkomsten vanuit de doordecentralicatie groot onderhoud per 1 januari 2015 zijn niet in de inkomsten verwerkt en niet in de uitgaven verwerkt in afwachting van de regelgeving die op ons afkomt in 2014. In de meerjarenbegroting van 2015 tot en met 2019 zullen we zoveel mogelijk de nieuwe regelgeving verwerken. In de periode november en december staat een volledige bijstelling van onze meerjarenbegroting in de planning. KENGETAL (stand 01-10) Personele bezetting in FTE -Management/directie -Onderwijzend personeel -overige medewerkers Leerlingenaantallen
2013-2014 2013 14,33 106,53 15,49 1.996
2014-2015 2014 14,33 101,53 15,49 1.910
2015-2016 2015 14,33 97,94 15,49 1.827
2016-2017 2016 14,33 9447 15,49 L760
Krimp De daling in het aantal leerlingen zal naar verwachting nog een aantaljaren doorzetten met gevolgen voor de personele bezetting. De cijfers hierboven zijn gebaseerd op het scenariomodel van het arbeidsplatform. De verwachte demografische leerlingendaling zal rond de 4% zijn met het gevolg dat er bij Fluvium tot en met schooljaar 2016-2017 banen zullen gaan verdwijnen. Stijgende personeelskosten De gemiddelde personele last van Fluvium heeft ook invloed op de werkgelegenheid bij Fluvium. De lopende BAPO-last stijgt hard als gevolg van het feit dat ouderen langer door moeten werken en de BAPO-regeling gebruiken om gezond de eindstreep te halen. Ook de regeling voor betaald ouderschapsverlof is erg populair en zorgt ervoor dat de gemiddelde personele last funk gestegen is. De premies van ABP, het Participatiefonds en het Vervangingsfonds stijgen de laatste jaren in hoog tempo zonder voldoende compensatie vanuit het ministerie, waardoor de personele lasten harder stijgen dan de inkomsten. Hierdoorgaan er meer banen verloren binnen Fluvium dan de demografische krimp veroorzaakt.
Pagina42van49 DeIoitteAccountants B.V. Voor dentficatiedoeLeien behorend bij controIeverkar1n d.d. 20 juni 2014
A2 Balans
(€ X 1.000)
ACTIVA VASTE ACTIVA Immateriële VA
2013
2014
2015
2016
Materiële VA Financiële VA TOTAAL VASTE ACTIVA
0 2.865 0 2.865
0 2.424 0 2.424
0 2.203 0 2.203
0 1,956 0 1.956
VLOTTENDE ACTIVA
2.515
2.834
2.867
2.842
TOTAAL ACTIVA
5.380
5.258
5.070
4.798
PASSIVA EIGEN VERMOGEN Algemene reserve Bestemmingsreserve publiek Bestemmingsreserve privaat Bestemmingsfonds pubtiek Bestemmingsfonds privaat VOORZIENINGEN LANGLOPENDESCHULDEN KORTLOPENDE SCHULDEN
4.147 4.147 0 0 0 0 123 0 1.110
3.870 3.870 0 0 0 0 114
3.682 3.682 0 0 0 0 114
0 1.274
0 1.274
3.410 3.410 0 0 0 0 114 0 1.274
TOTAAL PASSIVA
5.380
5.258
5.070
4.798
De financieringsstructuur Vanwege het felt dat Fluvium de komende jaren in ieerlingenaantallen krimpt, verwachten we ook een terugloop van het baianstotaal van de totale stichting. Het elgen vermogen loopt terug vanwege de begrote negatieve resultaten. De materiële vaste activa in het bovenstaande overzicht lopen vooral hard terug vanwege het felt dat de ICT-apparatuur binnen onze stichting bijna is afgeschreven en er in de meerjaren investerings begroting nog geen vervangingsinvesteringen zijn opgenomen. Mutaties van de voorzieningen De voorzieningen bestaan vooral uit de personele voorzieningen voorjubileumuitkeringen en een voorziening voor spaarverlof die de komende jaren afloopt. In deze voorzieningen verwachten we de komende jaren weinig mutaties. De kortlopende schulden staan in de meerjarenbegroting gefixeerd op het pelt van de jaarrekening 2012. Het huisvestingsbeleid Met de gemeenten zal Fluvium in gesprek gaan over de Ieegstand die ontstaat door de krimp. Indien Fluvium de huisvestingskosten beheersbaar wit houden, zal er Ieegstand aan de onderwjsfunctie Pagina43van49 Detoitte Accountants B.V. Voor identiflcaUedoeieirdn behorend btj controIeverkIaringd.’d. 20 juni 2014
moeten worden onttrokken. In eerste instantie proberen we de Ieegstand te vullen met andere kind functies zoals kinderdagopvang, buitenschoolse opvang of peuterspeelzalen. Staat /Raming van Baten en Lasten BATEN Rijksbijdrage Herfstakkoord Overige overheidsbljdr. & subs. Overige baten TOTAAL BATEN
2013 9.922 431 132 180 10.665
2014 9.568 65 153 56 9.842
2015 9.299 0 141 51 9.491
2016 8.999 0 137 48 9.184
LASTEN Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten
2013 8.742 383 663 870 10.658 7 85 92
2014 8.207 386 613 792 9.998 -156 17 -139
201S 7.912 400 613 768 9.693 -202 17 -185
2016 7.738 377 613 746 9.474 -290 17 -273
TOTAAL LASTEN Saldo baten en lasten Saldo financiele bedrijfsvoering TOTAALRESULTAAT
Commissie Don De kengetallen van Fluvium staan nog steeds boven de signaleringswaarden van de commissie Don. Vanuit dit signaal heeft de stichting ultimo 2012 een risicoinventarisatie opgesteld met hierin opgenomen een meerjarenbegroting. De begrote resultaten in het bovenstaande overzicht hopen we vanuit de herfstakkoordmiddelen en op basis van bijgesteld beleid in de nieuwe meerjarenbegroting wat naar boven bij te stellen. Afschaffen BAPO Mogelijk heeft het afschaffen van de BAPO ook gevolgen voor de bufferfunctie van ons eigen vermogen. Dit is afhankelijk van de gevolgen van een mogelijke overgangsregeling en de financiering van een nieuwe senioren regeling. Ontwikkeling huisvestingslasten en overige lasten De huisvestingslasten zijn vooral gefinancierd met groepsafhankelijke middelen die minder hard dalen dan de middelen die leerlingafhankelijk zijn. Fluvium moet op basis van de daling van de middelen voor materiele instandhouding een goed plan van aanpak maken om de uitgaven te verminderen. Hiervoor zijn al diverse acties uitgezet. Ontwikkeling strategisthe kengetallen Kengetal Kapitalisatiefactor Solvabiliteit Liguiditeit (current ratio) Rentabiliteit
Pagina44van49
2013 39,75% 0,77 2,27 0,85%
2014 42,04% 0,74 2,22 -1,41%
201S 41,46% 0,73 2,25 -1,97%
2016 39,72% 0,71 2,23 -2,97%
Slgnalerlngsgrens bovengrens 35% ondergrens 0,20 tussen 0,5 en 1,5 tussen 0 en 5%
i
H
Dóitte Accountants B.V. Voor identifIcatie4eeinden behorend bj controIever1Iaring dci. 20 juni 2014
Zonder bijgesteld financieet beleid blijven de strategische kengetallen ruim boven de door de commissie Don gestelde grenzen, ondanks de begrote negatieve exploitatieresultaten. Dit komt vooral doordat de stichting in zijn geheel krimpt. 81 Het risicobeheersingssysteem Om de toekomstige risico’s voor onze stichting in beeld te brengen hebben wij in onze risicoanalyse een opstelling gemaakt van de grootste risico’s voor onze stichting en er een maatregel bij benoemd. B2 Fluvium heeft een risico inventarisatie uitgevoerd met het doel de risico’s die op de organisatie afkomen in kaart te brengen en hieraan een actie te verbinden. In de onderstaande tabel worden de risico’s benoemd en in geld uitgedrukt. Daarnaast is het erg belangrijk om te weten hoe groot kans is dat het risico zich voor doet en wat de impact is voor onze organisatie. Dit is uitgedrukt in een vijfpuntschaal: Kans of Impact: 1 2 3 4 5
Zeek klein Klein Gemiddeld groot Zeergroot
Als laatste staat er in een kolom een maatregel die Fluvium heeft benoemd om de risico’s de baas te blijven. Accepteren: Fluvium kan weinig invloed uitoefenen en accepteert het risico. Beheersen: Fluvium stelt een beheersplan op voor de genoemde risico’s zodat zij voorbereid is op het moment dat risico’s werkelijkheid worden. Om risico’s te kunnen beheersen moet er voldoende buffer zijn in het eigen vermogen om kiappen op te kunnen vangen. Dit betekent een deel van het eigen vermogen dat door negatieve resultaten kan worden ingeteerd, zonder dat de strategische kengetallen een alarmerende stand aan gaan nemen. De buffer die Fluvium op basis van de onderstaande risico’s moet aanhouden Iigt veel hoger dan de 5% van het eigen vermogen die de commissie Don noemde in haar rapport van 2009.
Pagina 45 van 49 Deloitt Accountants By. Voor identiflcatiedoeInden behorend bij controeverkIariid.d. 2ojuni 2014
Tabel: Benoemde risico’s voor Stichting Fluvium nder
Impact
Risico
Daling baten Daling GPL:(6,61 fte x € 57.626 = €380908). Daling bekostiging personselsformalie
5
5
5
5
€ 310.166
Beheersen
Opheffingsnormen scholen 2012
5
3
€
Beheersen
Uitkeringen voor eigen rekening
3
3
€
46.185
Beheersen
Huisvesting bezettlngsgraad Koaten per lokaal 10.000 Aantal lokalen leegstand MJIB Onderhoudsplan 2013 2017 MJIB Vervanging Inventaris 2013-2017
3
3
€ 180.000
Beheersen
5
5
€ 500.000
Beheersen
5
5
€ 800.456
Beheersen
-
2017
-
-
W
C2.1.85.86i
Verklaring hoogte bufferfunctie
Rlslco€ Werkgelegenheidsga rantie Scenario 1 Scenario 2 Hogere BAPO kosten Malus vervangingsfonds Ivm hoog ziekte verzu im Kosten re-integratie 2013 € 100.000 2014 € 50.000 2015 € 50.000 2016 € 50.000 2017 € 50.000 Nieuwbouw de Plantage ala nevenvestiging
5
3
Beheersen € €
3
3 3
3
5
515.753 773.341
€1.035. 562 €
Beheersen Beheersen
€ 300. 000
Beheersen
€ 246.824
Nieuwbouw de Plantage als nevenvestiging
-
5
Totale kosten risico’s Scenario 1 Scenario 2 --a De bufferfunctie wordt gebruikt voor de financiering bovenstaande risico’s.
van
uitvoering
van maatregelen
voor
B3
Rapportage toezichthoudend orgaan Voor een uitgebreide beschrijving van hoe het bestuur toezicht heeft gehouden verwijzen we naar de betreffende paragraaf in ons jaarverslag. Er zijn diverse documenten/procedures in dit proces van toezichthouden, waardoor het bestuur haar taak kan uitvoeren: Financiële cyclus • • • • • • • •
Begroting Jaarrekening Maraps Risico analyse Meerjarenbegroting Externe toezicht: begroting en jaarrekening naar gemeenten Kwaliteitscyclus Managementcontract met algemeen directeur, managementverslag.
Pagina 46 van 49
I
Deloitte;Accountants B.V. Voor identificatiedoeIeiiden behorend bij controIeverkIarinft.d. 2ojuni 2014
Jaarverslag I nspectierapporten Interne audits Benchmarking (vensters P0) WMKPO kwaliteitskaarten Alle relevante kengetallen en versiagen zijn besproken en soms ook aan externe experts voorge Iegd.
n Pagina47van49 Deloitte Accountants B.V. Voor identifIcatied9einden behorend bij controleveriaftng d.d. 20 juni 2014
9. Vooruitblik Uit onderstaand overzicht zult u opmerken dat diverse in dit jaarverslag vermelde processen en ontwikkelingen ook in 2014 doorlopen en onze aandacht vragen. Ook staan in dit overzicht nieuwe punten waar we ons met name op gaan richten. 2014 is het jaar waarin stichting Fluvium volledig functioneert onder de paraplu van de personele unie. 2014 is ook het eerste jaar dat Fluvium de harde werkelijkheid van de gevolgen van de krimp gaat ervaren. Het is bovendien het voorbereidingsjaar van de overdracht van groot onderhoud van de gemeenten naar de scholen. We hopen dat het provinciale traject waarin wij deelnemen ons daar goed op zal voorbereiden. Daarnaast is augustus 2014 het wettelijk moment voor de invoering van passend onderwijs. De eerste effecten daarvan ervaren wij al. Onderwijs: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
opbrengstenkatern van de kwaliteitskaarten WMKPO zijn in september vast onderdeel van het managemeentcontractgesprek met de centrale directie; verdere uitbreiding van de brede schoolontwikkeling en het integraal kindcentrum; proactieve bijdrage aan LEA en LEJA; intensivering samenwerking met Zorg en Adviesteams (ZAT), Centra voorjeugd en gezin, jeugd Preventienetwerk 12- (JPN 12-), meldcode kindermishandeling; nieuw meerjarenbeleidsplan ICT (waaronder experimenten met tablets); verdere kwaliteitsontwikkeling van de scholen. Focus op Cito eindscores; behoud van thuisnabij onderwijs in een krimpregio; knokken voor behoud van kwaliteit in kleine scholen; werken met andere vormen van onderwijsaanbod; uitventen uitkomsten SlimFit programma naar andere scholen; verder vergroten aanbod voor meer- en hoogbegaafde kinderen, waaronder een digitale plus kias voor meerdere kleine scholen; vergroten samenwerking met peuterspeelzalen en kinderopvang; voortzetten van interne audits; gemeenschappelijk opleidingstraject directeuren en IB-ers (Driestar): onderwijskundig leiderschap en opbrengsten; format kwaliteitsverslag voor de Raad van Toezicht; evaluatie eerste ronde ondersteuningsplan school/BePO; evaluatie plusondersteuning BePO; excellentietraject Bloeiende Betuwe en disseminatie naar anderen; plan voor beter positioneren IB-ers door ontwikkelingen binnen BePO; verbeteren opbrengsten begrijpend lezen; vergroten onderwijskundig en opbrengstgericht leiderschap bij directies en IB-ers.
Organisatie: • • • • •
het bestuursbureau werkt als eenheid samen voor de drie stichtingen; het bestuur heeft zich omgevormd tot een Raad van Toezicht; Anita Burlet is bestuurder en voorzitter van de centrale directie; Ferdinand ter Haar is lid centrale directie; betreffende notariële aktes zijn opgemaakt;
Pagina48van49 Delotte Accountants B.V. Voor identiflcatiedoLçinden behorend bij controIeverkIng d.d. 20juni 2014
• • • • • • • • • • •
de domeinverdeling tussen beiden zal vaste vorm krijgen na inwerkperiode van Ferdinand Ter Haar (door o.a. interim algemeen directeur Spoenk).; vergroten rolvastheid in nieuwe situatie, die o.a. uit zal vloeien in een nieuw toezichtskader en managementstatuut; start van de voorbereidingen van een nieuw strategisch be(eidsplan, na evaluatie van het oude; professiorialisering van medewerkers van het bestuursbureau; professionalisering Raad van Toezichtleden, bestuurder/centrale directie; verdere implementatie onderdelen ParnasSys: ouderportaal; verdere profilering op lokaal, regionaal en Iandelijk niveau; vergroten samenwerking met Betuwse besturen openbaar onderwijs (BasisBuren, Spoenk, OPO-Rivierenland), shared service center opnieuw ter tafel; binnen onze organisatie zal efflciënter samenwerken op alle niveaus waarbij ‘met minder geld meer te doen’ het credo zijn; nieuw toezichtskader; nieuw managementstatuut voor de centrale directie.
Personeel:
• •
• • • • •
studiedag van het Fluvium personeel, nu samen met Spoenk en SPGG 10 juni 2014, met als thema begrijpend lezen en duurzame inzetbaarheid; verder actualiseren integraal personeelsbeleid (IPB): thema’s, duurzame inzetbaarheid, flexibele schil als antwoord op krimp, verzuim, nog meer aandacht voor competentie management, mobiliteit; uitbouwen samenwerking hierin met andere besturen; vervolgen invoering fu nctiemix; professionaliseringsplan met maximale inzet van de prestatiebox; verder u itwerken functiebouwwerk (concierges, onderwijsassistentes); verder terugdringen verzuimcijfer.
Middelen en voorzieningen:
• • • • • • •
behoud gezonde financiële situatie tijdens bezuinigingsoperatie overheden; beleidsontwikkeling op basis van uitkomsten risicoanalyse; aanpassingen meerjaren financleel beleidsplan naar veranderende omstandigheden; behoud centralisering inkoopbeleid; met gemeenten samenwerken op weg naar doordecentralisering buitenonderhoud; verdere uitbouw energieproject; afronding traject provincie over duurzaamheid.
Pagina 49 van 49 DeIotte Accountants By. Voor identificatiedoeleinden behorend bij controleverklaØig d.d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
FINANCXELE POSITIE Ter verkrijging van een inzicht in de financiële positie van het schoolbestuur dieneri de navolgende overzichten. Deze zijn gebaseerd op de gegevens uit de jaarrekening. Ter analyse van de financiële positie dient de volgende opstelling, welke is gebaseerd op de gegevens uit de balans: Vergelijkend balansoverzicht
31-12-2013 XC 1.000
31-12-2012 x€1.000
%
%
ACTIVA Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vorderingen Liquicie middelen
2.865
53,3
-
-
16,3 30,4
2.749 845 898 951
50,5 15,5 16,5 17,5
878 1.637 5.380
100,0
5.443
100,0
4.147 123 1.110
77,1 2,3 20,6
4.055 114 1.274
74,5 2,1 23,4
5.380
100,0
5.443
100,0
PASSIVA Eigen vermogen Voorzieningen Kortlopende schulden
-50DeIoite Accountants By. Voor dentificatiedoeIinden behorend bij controeverkIarLg d.d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
RESULTAAT Het nettoresultaat over 2013 bedraagt € 92.000 tegenover negatief€ 366.000 over 2012. De nettoresultaten over beide jaren kunnen als volgt worden samengevat: Realisatie 2013
Begroting 2013
Realisatie 2012
x€1.000
x€1.000
x€1.000
Baten Rijksbijdragen Ministerie van OCW Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige baten
10.353 132 180
9.823 146 68
10.085 265 187
Totaal baten
10.665
10.037
10.537
8.741 383 1.534
8.452 377 1.312
8.973 369 1.623
10.658
10.141
10.965
7
-104
-428
Saldo flnanciële baten en lasteri
85
58
62
Resultaat
92
-46
-366
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Overige materiële lasten Totaal Iasten
Saldo baten en lasten
-51Debie Accountants B.V. Voor dentificatiedoëIinden behorend bij controLeverkI4riVg d.d. 20 juni 2014
I
Stichting Fluvium te Geldermalsen
KENGETALLEN 2013
2012
Liquiditeit 2,27 1,45 (Viottende act!va/kortkipende schulden) De liquiditeit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen. De liquiditeitspositie geeft de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname. Solvabiliteit 1 77,08 74,50 (elgen vermogen (exci. voorzieningen) / totaa! passiva * 100%) De solvabiliteit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op langere termijn aan haar verplichtingen (rente en aflossing) te voldoen. De solvabiliteitspositie geeft de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname.
Solvabihteit 2 (elgen vermogen
(!ncL
voorz!en!ngen) / totaal passiva
Rentabiliteit (netto-resultaat/ totale baten
*
*
100%)
79,36
76,59
0,85
-3,45
100%)
De rentabiliteit geeft aan hoe effectief met de opbrengsten wordt omgegaan. Bij dit kengetal wordt gekeken naar de verhouding tussen het netto-resultaat en de totale opbrengsten.
Weerstandsvermogen (Elgen vermogen Mater!ële vaste activa) / Tota!e baten -
*
100%)
11,92
12,31
Het weerstandsvermogen geeft aan hoe de beschikbare reserves zich verhouden tot de exploitatie. Naarmate de reserves groter zijn, zal het weerstandsvermogen groter zijn.
Personeelslasten / totale lasten
8 1,98
8 1,77
Materië!e lasten / tota!e Iasten
18,02
18,23
Kapitalisatlefactor De kapitalisatiefactor wordt gehanteerd om te signaleren of een onderwijsinstelling zijn kapitaal al dan niet efficient benut. (Totaa! vermogen
-
gebouwen en terreinen) / Totale baten
*
100%)
39,75
I
-
52
-
Deloi e Accountants B.V. Voor identificatiedoel len behorend bij controleverkIar g d.d. 2ojuni 2014
41,87
AANVANG GECONTROLEERDE JAARREKENING Stchting Fluvium Geldermalsen
/
Deoitte Accountants By. Voor identificatiedoeleipden behorend bij controIeverkiaring,d.d. 20 juni 2014
StichUng Fluvium te Geldermalsen
GRONDSLAGEN ALGEMEEN De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de bepalingen opgenomen in de Ministeriele Richtlijn jaarverslaggeving onderwijs. Hierbij wordt aansluting gezocht bij de bepalingen van Boek2 titel 9 van het Burgerlijk Wetboek en de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving waaronder Richtlijn 660 Onderwijsinstellingen. De waardering van activa en passiva en de bepallng van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondsiag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelljke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. De in de jaarrekening opgenomen bedragen luiden in hele euro’s.
VERSONDEN PARTI3EN Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs regio Tiel is aan te merken als verbonden partij. Bij Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs regio Tiel is geen sprake van beleidsbepalende invloed door Stichting Fluvium. Consolidatie heeft om deze reden niet plaatsgevonden. FINANCIELE INSTRUMENTEN Onder flnanciële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten, zoals vorderingen en schulden, als financiële derivaten verstaan. In de toelichting op de onderscheiden posten van de balans wordt de reële waarde van het betreffende instrument toegelicht als die afwijkt van de boekwaarde. Indien het financiële instrument niet in de balans is opgenomen wordt de informatie over de reële waarde gegeven in de toelichting op de ‘Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’.
VERGELI3KENDE CIJFERS Voor zover van toepassing zijn ter vergelijking de realisatiecijfers opgenomen van het voorgaande jaar, aismede de cijfers van cte meest recente, vastgestelde versie van de begroting van het verantwoordlngsjaar.
GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERXNG VAN ACTIVA EN PASSIVA
0 ..54.. Deloitte 4 ccountants B.V. Voor identificatiedoeIeinn behorend bij controleverkiaring (id. 2Ojuni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
Materiële vaste activa De materiele vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs, rekening houdend met een eventuele residuwaarde. Perioctiek groot onderhoud wordt volgens de componentenbenadering geactiveerd. Hierbij worden de totale uitgaven toegewezen aan de samenstellende delen. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikname. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Investeringen onder de € 500 worden rechtstreeks ten taste van het resultaat gebracht. Het economische eigendom van de gebouwen is in handen van de gemeente en het juridisch eigendom berust bij het schoolbestuur.
Financiële vaste activa De onder de financiële vaste activa opgenomen obligaties (beursgenoteerd en niet-beursgenoteerd), die niet behoren tot een handelsportefeuille (en die worden aangehouden tot het einde van de looptijd) worden gewaardeerd op de geamortiseerde kostprijs. Vorderingen & overlopende activa De vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reele waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. De reele waarde en de geamortiseerde kostprijs zijn gelljk aan de nominate waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid worden in mindering gebracht. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen. Liquide middelen De liquide middelen staan, voor zover niet anders vermeld in de toelichting op de balans, ter vrije beschikking van het bestuur en worden gewaardeerd tegen nominate waarde. Algemene reserve De algemene reserve betreft een buffer ter waarborglng van de continuTteit van het bevoegd gezag en wordt opgebouwd uit resultaatbestemming van overschotten welke ontstaan uit het verschil tussen de toegerekende baten en werkelijk gemaakte lasten. In geval van een tekort wordt dit resultaat ten taste van de algemene reserve gebracht.
Bestemmingsreserves Deze bestemmingsreserve is gevormd door de activering van een deel van de reeds op 31 december 2005 aanwezige inventaris Jaarhjks valt middels resultaatbestemming een deel, dat overeenkomt met afschrijvingslast van de op 31 december geactiveerde inventaris, van deze bestemmingsreserve vrij.
/7 -55Deloitt4Accountants By. Voor identiflcatiedoeleil,den behorend bij controIeverkIarini.d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
Voomeningen pensioenen Stichting Fluvium heeft voor haar werknemers een toegezegd-pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekerid over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij de Stichting. De verplichtingen, welke voortvloeien uit cleze rechten van haar personeel, zljn ondergebracht bij bet bedrijfstakpensioenfonds ABP. Stichting Fluvium betaalt hiervoor premies. De pensioenrechten worden jaarlijks geindexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het ver-mogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Naar de stand van ultimo februari 2014 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 106,4% (bron: website wwwabp.nI). In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van ten mirrste 105% te hebben. Het pensioenfonds voldoet hieraan en voorziet geen noodzaak voor de aangesloten onderwijsinstellingen om extra stortingen te verrichten of om bijzondere premieverhogingen door te voeren. Stichting Fluvium heeft geen verplichting tot bet voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. De Stichting heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van bet boekjaar in de jaarrekening verantwoord.
Voorziening spaarverlof De voorziening spaarverlof is gevormd voor personeelsleden die gedurende 4 of meer schooljaren 60 kiokureri hebben gespaard en dit in een aaneengesloten periode gaan opnemen. Voorziening jubileum De voorziening jubilea is gevormd ter dekking van de kosten van jubileumgratificaties die op grond van de CAO dienen te worden betaald. Daarbij wordt rekening gehouden met de datum van indiensttreding, blijfkanspercentage en een uitkerlng bij 25 en 40-jarig jubileum conform de CAO. De voorziening is gewaardeerd tegen contante waarde, de discontovoet bedraagt 4,0%.
-56Deioitté Accountants B.V. Voor identificatiedoeIden behorend bij controleverkIarii d.d. 2ojuni 2014
Stichting fluvium te Geldermalsen
Kortlopende schulden & overlopende passiva Dit betreffen schulden met een op balansdatum resterende Iooptijd van ten hoogste één jaar. Kortlopende schulden worden gewaardeerd tegen de reele waarde. De overlopende passiva betreffen vooruit ontvangen bedragen die aan opvolgende peroiden worden toegerekend en nog te betalen bedragen, voor zover ze niet onder de andere kortlopende schulden zijn te plaatsen.
Investeringssubsidies (brutomethode) Subsidies in verband met de aanschaf van (materiele) vaste activa worden gepassiveerd onder de overlopende passiva. Deze subsidie warden tijdsevenredg over de geschatte economische Ievensduur van deze activa ten guriste van staat van baten en lasten gebracht. GRONDSLAGEN VOOR RESULTAATBEPALING
Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschH tussen de baten (subsidies en overige baten) en alle hiermee verbonden, aan het verslagjaar toe te rekenen, Iasten. De lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend aan de verslagperiode waarop deze betrekking hebben. Rijksbijdragen
OCW/EZ
Onder de Rijksbijdragen OCW worden de vergoedingen voor de exploitatie opgenomen. De Rijksbijdragen warden toegerekend aan het verslagjaar. Afschrljvingen De afschrijvingen zijn gerelateerd aan de aanschafwaarde van de desbetreffende materiële vaste activa. In het jaar van investeren, wordt naar tijdsgelang afgeschreven.
Financieel resultaat De rentebaten en -lasten hebben betrekking op uitgegeven en ontvangen leningen. Daarnaast worden hier gerealiseerde koerswinsten en couponrentes verantwoord. Alschrljvingen aantaljaar
\
MVA groat onderhoud Verbouwingen Stoffering Machines en installaties
5 tot 20 15 10 10
1/ -
57
-
Delo :e Accountants B.V. Voor dentiflcatiedo ifien behorend bij controIeverkIaIfg d.d. 2Ojuni 2014
jaar jaar jaar jaar
St,chting Fluvium te Geldermalsen
Meubilair Leermiddelen Duurzame apparatuur ICT-apparatuur bestuurskantoor ICT-apparatuur scholen
20 jaar 7 jaar 4 jaar 4 jaar 4 jâar
GRONDSLAGEN VOOR HET KASSTROOMOVERZICHT Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld vogens de indirecte methode. Ontvangen en betaalde interest en ontvangeri dividenden worden opgenomen onder de kasstroom ult bedrijfsoperaties. Transacties waarbij geen ruil van geidmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, worden niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het flnanciële leasecontract wordt voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten.
/7 58 De.Ate Accountants By. Voor dentficatied4Ieinden behorend bij controIeverkI?ing d.d. 2Ojuni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (NA RESULTAATBESTEMMING)
31 december 2013 €
€
31 december 2012 €
€
ACTIVA
Vaste activa Materiële vaste activa
(1)
Gebouwen Inventaris en apparatuur Leermiddelen Andere vaste bedrijfsmiddelen
1.002.271 1.334.532 404.750 7.812
1.105.556 1.341.168 411.543 6.666 2.864.933
Financiële vaste activa
2.749.365
(2)
Effecten
844.592
2.864.933
3.593.957
Viottende activa Vorderingen
(3)
Ministerie van OCW I EZ Gemeentelijke voorziening huisvesting Overlopende activa
Liquide middelen
500.741 139.183 258.325
424.913 153.035 299.677
(4)
877.625
898.249
1.637.335
951.260
2.514.960
1.849.509
5.379.893
5.443.466
-59DeIoitt Accountants B.V. Voor identiflcatiedoeIenden behorend bij controIeverkIarin’àd. 20 juni 2014
31 december 2013 €
€
31 december 2012 €
€
PASSEVA Eigen vermogen
(5)
Eigen Vermogen (publiek) Voorzieningen
Crediteuren Ministerie van OCW / EZ Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva
4.055.215
122.908
114.009
(6)
Overige voorzieningen Kortlopende schulden
4.146.736
(7)
105.235 43.590
164.195 148.919
307.441 170.947 149.316 333.720
319.481 164.712 168.545 308.390 1.110.249
1.274.242
5.379.893
5.443.466
11 -60Deloitté Accountants B.V. Voor identmcatiedoenden behorend bij controleverkIar d.d. 20 juni 2014
Stkhting Fluvium te Geldermalsen
STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2013
Realisatie 2013
Begroting 2013
Realisatie 2012
€
€
€
Baten Rijksbijdragen Ministerie van OCW I EZ Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige baten
10.352.740 131.675 180.479
9.822.507 145.903 68.670
10.085.086 265.313 186.399
Totaal baten
10.664.894
10.037.080
10.536.798
8.741.489 383.348 663.173 870.393
8.451.592 576.109 737.152
8.972.517 369.073 657.719 965.724
10.658.403
10.141.410
10.965.033
6.491
-104.330
-428.235
FnanciëIe baten en lasten
85.030
57.839
62.275
Resultaat
91.521
-46.491
-365.960
Nettoresultaat
91.521
-46.491
-365.960
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten
376.557
/1k)
-61Deloitté Accountants B.V. Voor identificatiedoeIinden behorend bij controIeverkIarirêd.d. 20 juni 2014
Stichting Fiuvium te Geldermalsen
KASSTROOMOVERZICHT 2013 2013 x€ 1.000
2012 x€ 1.000
x€ 1.000
x€ 1.000
Kasstroom uit bedrijfsoperabes Resultaat Aanpassingen voor: Afschrijvingen Mutaties voorzieningen Veranderingen in viottende middelen Vorderingen Schulden -
-
-
-
Ontvangen interest Betaalde interest
6
-428
383 9
369 -13
21 -164
-7 -31
255
-110
89 -4
70 -8 85
62
Kasstroom ult investeringsactiviteiten Investeringeri In materléle vaste activa Overige investeringen in financiële vaste activa Financiële vaste activa
-499
-730
845
-4 8
Mutatie liquide middelen Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen
346
-726
686
—774
951 686
Eindstand liquide middelen
1.725 -774 1.637
-62DeIotte Accountants B.V. Voor identiflcatiedQinden behorend bij controleverklaflng d.d. 20 juni 2014
951
Stichting Fluvium te Geldermalsen
TOELICHTING BEHORENDE TOT DE BALANS PER 31 DECEMBER 2013
ACTEVA
VASTE ACTIVA 31-12-2013
31-12-2012
€
€
I Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Leermiddelen Overige materiële vaste activa
1.105.556 1.341.168 411.543 6.666
1.002.271 1.334.532 404.750 7.812
Totaal materiële vaste activa
2.864.933
2.749.365
kanschafprij tIm 2012
Cum. afschrijvingen t/ m 2012
Boekwaarde 31-122012
Investeringen 2013
Desinvesteringen 2013
€
€
€
€
€
Gebouwen 1.182.480 Inventaris 2.349.889 Leermiddelen 1.122.165 Overige 11.465
180.209
1.002.271
186.045
1.015.357
1.334.532
200.725
717.415 3.653
404.750 7.812
112.146
4.665.999 1.916.634 2.749.365
498.916
-
-
-
-
-
Afschrijvingen 2013
Aanschafprijs 31-122013
Cum. afschrijvingen 31-122013
Bock waarde 31-122013
€
€
€
€
82.760
1.368.525
262.969
1.105.556
194.089
2.550.614
1.209.446
1.341.168
105.353 1.146
1.234.311 11.465
822.768
411.543 6.666
4.799
Totaal -
383.348 5.164.915 2.299.982 2.864.933
31-12-2013
31-12-2012
€
€
2. Flnanciële vaste activa Obligaties
-
844.592
Effecten Effecten Onderstaande fondsen bij de ING Bank zijn in 2013 verkocht:
-63DeIoitteIccountants By. Voor identificatiedoeleden behorend bij controIeverkIaringd. 2ojuni 2014
Stlchting Fluvium te Geldermalsen
Overzicht obligaties Nominaal Goldman Sachs 03/13 Barclays Bank 10/15 Alianz 06/16 Ned Waterschap 10/17 Rabobanko8/18 Bank Ned Gemeente 09/19 Rabobank 10/20
5,125 3,125 4,000 3,375 4,750 3,875 4,125
235.000 100.000 100.000 100.000 100.000 100.000 100.000
Aankoop 242.622 100.236 103.753 100.714 104.964 102.972 100.837
835.000 856.098
Boekwaarde Marktwaarde 31-12-2012 31-12-2013 235.000 0 100.122 0 100.491 0 103.679 0 102.303 0 102.322 0 100.675 0
Boekwaarde 31-12-2013
0
0 0 0 0 0 0 0 0 0
31-12-2013
31-12-2012
€
€
424.913
500.741
844.592
3. Vorderlngen Ministerie van OCW / EZ, personele vergoeding Lumpsum* *
De vordering op het ministerie van OCW / EZ wordt veroorzaakt door een verschil in realiseren van de baten en het betalingsritme.
Overige vorderingen Gemeentehjke voorziening huisvesting**
153.035
139.183
Overipe overlovende activa Nog te ontvangen bedragen Vooruit betaalde bedragen Salarissen
200.079 86.449 13.149
165.246 93.079
Totaal overlopende activa
299.677
258.325
Totaal vorderingen
877.625
898.249
-
**
Voor de scholen van Stichting Fluvium worden regelmatig onderhoudswerkzaamheden verricht die Stichting Fluvium betaalt. Echter de werkzaamheden komen voor rekerung van de gemeente Geldermalsen of Neerijnen. Hiervoor dient Stichting Fluvium een declaratie in.
4. Liquide middelen Schoolrekeningen ING, spaarrekening ING, betaalrekening ING, beleggen- en vermogensadvies Kas
247.476 1.314.029 854
69.480 750.000 130.525 558 697
Totaal liquide middelen
1.637.335
951.260
74.976 -
De liquide middelen zijn per direct opeisbaar.
-
64
-
De!oitte Accountants By. Voor Identificatledoeleiijden behorend bJ controleverkiaring? ,d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
-65-
Il
Deloitte ccountants B.V. Voor ident[ficatiedoeleiIdfin behorend bij controleverkIarin d.d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
PASS!VA 31-12-2013
31-12-2012
€
€
5. Eigen vermogen (publiek) Algemene reserve Bestemmingsreserves eerste waardering
4.146.736
Totaal elgen vermogen
4.146.736
-
4.048.358 6.857 4.055.215
De stichting heeft geen private reserve.
Deze bestemmingsreserve is gevormd door de activering van een deel van de reeds op 31 december 2005 aanwezige inventaris. Jaarlijks valt middels resultaatbestemming een deel, dat overeenkomt met de afschrijvingslast van de op 31 december geactiveerde inventaris, van deze bestemmingsreserve vrij. Saldo 31-12-2012 Algemene reserve
Bestemmlng resultaat
4.048.358
98.378
6.857
-6.857
Totaal eigen vermogen
4.055.215
91.521
Totaal Eigen vermogen
4.055.215
91.521
Bestemmingsreserves publiek Bestemmingsreserve eerste waardering
Overige mutaties
Saldo 31-12-2013
-
4. 146.736
-
-
-
-
4.146.736 4. 146.736
31-12-2013
31-12-2012
€
€
122.908
114.009
6. Voorzieningen Personele voorzieningen
Personele voorzieningen Voorziening Jubileum Voorziening Spaarverlof
Saldo 31-12-2012
Dotaties 2013
Onttrekkingen 2013
Vrijval 2013
Saldo 31-12-2013
€
€
€
€
€
93.298 20.711
19.750 728
8.0q7 3.572
114.009
20.478
11.579
-66-
-
-
-
0
105.041 17.867 122.908
Deloitte Acbountants B.V. Voor identificatiedoeIeindeji\behorend bij controleverkiaring iid. 2Ojuni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
31-12-2013
31-12-2012
€
€
105.235
164.195
43.590
148.919
Belastingen
307.441
319.481
Schulden terzake van pensioenen
170.947
164.712
Overipe kortiooende schuiden Nog te betalen lonen Investeringssubsidies Nog te besteden subsidie derden
141.882 7.434
4.974 150.154 13.417
149.316
168.545
277.864 2.555 720 52.581
295.317 3.060
333.720
308.390
1.110.249
1.274.242
7. Kortlopende schulden Crediteuren Ministerie van OCW
I EZ
*
Overlonende Dassiva Vakantiegeld Nog te besteden geoormerkte subsidies OC&W / EZ Vooruitontvangen bedragen Nog te betalen bedragen
Totaal kortlopende schulden
-
10.013
*
In verband met de regeling achterwege laten vermindering van de bekostiging bij niet-herbenoeming van wachtgelders is er met ingarig van 2012 een schuld aan het ministerie OCW I EZ opgenomen. De oorspronkelijke schuld aan het Ministerie OCW / EZ bedroeg € 153.000. Per 1-1-2013 bedroeg het saldo: € 133.402. De mutatie in het boekjaar 2013 bedroeg € 98.879. Per balansdatum is er nog een bedrag van € 34.523 te verrekenen met het Ministerie OCW / EZ. De rest van de schuld (€ 9.067) aan het Ministerie van OCW heeft betrekking op geoormerkt subsidies die verlopen zijn.
Deloit Accountants B.V. Voor identificatiedoelinden behorend bij controIeverkIarifd.d. 20 juni 2014
-
—
Q03
coD)
0 CD
8
Kenmerk
totaal
Datum
Toewijzing C
C
-
verslagjaar
de toewijzing
-
ontvangen tim
bedrag van
Q
nag nietgeheel afgerond
aankrulsen watvan toepassing is
geheel uitgevoerd en afgerond
de Drestatie is ultimo verslaaiaar conform de subsidiebeschikkina
totaal
Toewijzing
Innovatie
Omschrijving
totaal
BeK-10/98937M69123
Toewijzing
G2.B. Doorlopend tot in eenvolgend verslagjaar
NVT
Omschrijving
G2,A. Aflopend per ultimo verslagjaar
€
C
-
60.320
-68-
3.060
17.494
17.494
C 3.060
C
01-01-2013
de toewijzing C 60.320
verslagjaar
saldo
ontvangen in
C
totale kosten
bedrag van
-
verslagjaar
de toewijzing
-
ontvangen t/m
bedrag van
17.999
17.999
57.765
2.555
2.555
C
C 57.765
ultimo versIagja
31-12-2013 C
verslagjaar
aldo nog te heste
totale kosten
-
lasten in
C
ultimo verslagjaar
te verrekenen
G2. Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule (Regellng ROS art. 13, lId 2 sub b en EZ regelingen betrekking hebbend op de EZ subsidies)
NVT
Omschrijving
Gi. Vera ntwoo rd ing van subsidies zonder verrekeningsclausule (Regeling ROS art 13 lid 2 sub a en EL&I regellngen betrekking hebbend op de EZ subsidies)
Stichting Fluvium te Geldermalsen
Stichtirig Fluvium te Geldermalsen
NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE VERPLICHTINGEN Voorwaardelijke verplichtingeri
Huur bedrijfsruimte bovenschools management Per 1 juli 2012 is stafbureau van stichting Fluvium gehuisvestigd op de Panoven 29 te Geldermalsen. Het pand wordt gehuurd van VOC te Amsterdam. Er is een huurovereenkomst gesloten voor een duur van 6 jaar en eindigt op 30 juni 2018. Het opzegtermijn bedraagt 12 maanden. Indien er niet of niet tijdig is opgezegd wordt de huurtermijn automatisch verlengd met 5 )aar en eindigt op 30 juni 2023. De huurprijs bedraagt € 30.910 (exclusief btw) per jaar. Daarnaast bedragen de service kosten € 7.025 (exciusief btw) per jaar. Er is een huurborg gestort van € 10.300.
Huur en onderhoudsovereenkomst Sharp apparatuur Voor in totaal 7 scholen en flet boverischools management is een huurovereenkomst aangegaan voor print apparatuur met Sharp tot aan 30 september 2019. De huurprijs bedraagt € 37.325 excl. BTW per jaar. De totale verplichting bedraagt € 214.619. Contract OSG De stichting is een contract aarigegaan met Onderwijs Service Groep voor de volledige personeels- en salarisadministratie en de financiële administratie. Het contract wordt stilzwijgend verlengd met 12 maanden. De verplichting bedraagt € 136.500 (excluslef btw) per jaar. Werkzaamheden die niet binnen het contract vaNen worden op basis van uur declaratie gefactureerd aan de stichting.
Samenwerkingsverband In 2009 is stichting Fluvium uit het samenwerkingsverband De Opmaat te Zaitbommel gestapt. De kosten die hieruit voortvloeien komen ten laste van de stichting. In 2013 bedroegen deze kosten € 11.657, voor 2014 zijn de kosten op € 4.295 berekend. Sinds 2009 neemt stichting Fluvium deel aan het samenwerkingsverband Tiel.
\
69 Deloitt Accountants B.V. Voor identificatiedoeIden behorend bij controeverkIaring d.d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2013 Baten
Rijksbijdragen Ministerie van OCW
Realisatie 2013
Begroting 2013
Realisatie 2012
€
€
€
I EZ
Rijksbijdrage Ministerie van OCW* Geoormerkte subsidies Ministerie van OCW Niet-geoormerkte subsidies Ministerie van OCW
10.010.261 17.494 324.985
9.373.521 448.986
9.609.674 37.349 438.063
Totaal Rijksbijdrageri Ministerie van OCW
10.352.740
9.822.507
10.085.086
-
De stijging van de rijksmiddelen is voornamelijk te verklaren doordat in 2013 extra subsidies zijn ontvangen van ongeveer € 431.000 (Bijzondere en aanvullende bekostiging: € 384.700 en Bijzondere bekostiging jonge leerkrachten € 46.068). *
Overige overheldsbijdragen en
-
subsidies
Gemeentelijke bijdragen en subsidies Overige overheidsbijdragen*
20.219 111.456
30.467 115.436
53.489 211.824
Totaal overige overheldsbijdragen
131.675
145.903
265.313
*
De Overige overheidsbijdragen betreffen in 2013 uitsluitend de bijdragen Samenwerkingsverband (zorgbudget). Overige baten Detachering personeel Ouderbijdragen
5.226 6.439
30.733 3.000
48.931 4.866
11.665
33.733
53.797
Verhuuropbrerigsten Overige
15.453 153.361
6.357 28.580
10.153 122.449
Totaal overige baten
168.814
34.937
132.602
Totaal overige baten
180.479
68.670
186.399
\
-70Deloitté Accountants B.V. Voor identificatiedoeIen behorend bij controIeverkarin cid. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
Lasten
Brutolonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten
Realisatie 2013
Begroting 2013
Realisatie 2012
€
€
€
6.485.706 1.384.993 956.674
6.453.224 1.363.114 810.967
6.757.659 1.411.960 911.468
8.827.373
8.627.305
9.081.087
Dotatie personele voorzieningen Uitzendkrachten, declaranten, e.d.* Verplichting wachtgelders Reiskosten / km declaraties Cursuskosten Overige
20.478 47.860
5.650
20.431 153.412 105.892
21.100 222.230 127.388
54.806 153.000 20.806 168.5 10 120.411
Totaal overige personele lasten
348.073
376.368
517.533
-433.957
-552.081
-626.103
8.741.489
8.451.592
8.972.517
Af: Uitkeringen
(-I-)
Totale personeelsiasten
De realisatie van de post uitzendkrachten, declaranten, e.d. zijri hoger dan er vooraf is begroot. Dit is te verkiaren doordat in het afgefopen boekjaar een interim directeur werkzaam is geweest terwiji dit vooraf niet voorzien was. De kosten bedroegen in het afgelopen jaar € 39.476. 2013
2012
Aantal personeelsieden uitgedrukt in FTE Directie Onderwijzend personeel ooP
14 107 15
15 117 15
136
147
Realisatie 2013
Begroting 2013
Realisatie 2012
€
€
€
MVA groot onderhoud Inventaris Overige materiële vaste activa Leermiddelen
82.760 194.089 1.146 105.353
76.054 191.051 1.146 108.306
63.845 215.416 1.146 88.666
Totaal afschrijvlngen
383.348
376.557
369.073
Afschrijvingen
-
71
-
DeIoitt Accountants B.V. Voor identificatiedoeIien behorend bij controIeverkIari d.d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
Realisatie 2013
Begroting 2013
Realisatie 2012
€
€
€
30.554 67.900 216.474 272.623 29.775
25.392 65.800 168.965 263.150 20.150
31.668 64.657 201.674 281.947 30.813
617.326
543.457
610.759
Tuinonderhoud Bewaking / beveiliging Overige huisvestingslasten
14.331 14.083 17.433
8.100 9.912 14.640
11.928 16.689 18.343
Totaal overige huisvestingslasten
45.847
32.652
46.960
663.173
576.109
657.719
Huisvestingslasten Huur* Onderhoud Eriergie en water Schoonmaakkosten Heffingen
Totaal hulsvestingslasten *
Doordat de servicekosten (energie/schoonmaak) in de huur zijn meegeteld is een verschil ontstaan met de begroting. Overige lasten Kantoorbenodigheden Accountants- en administratiekosten Telefoon- en portokosten e.d. Overige administratie en beheer
4.152 180.984 24.168 7 1.254
3.550 180.000 16.771 64.487
2.929 213.043 26.275 97.669
Totaal administratie- en beheersiasten
280.558
264.808
339.9 16
Inventaris ICT kosten Bibliotheek I mediatheek Reproductiekosten Overige leermiddelen Overige inventaris, apparatuur en leermiddelen
6.689 156.414 5.342 82.171 152.075 24.388
6.350 109.117 3.600 53.833 134.200 9.350
10.118 143.193 4.754 55.628 171.579 32.705
Totaal inventaris, apparatuur en leermiddelen
427.079
316.450
417.977
10.601 -331 8.963 5.167 27.130 6.07 11.68 1 9 3.498
10.650
12.922
6.400 2.400 57.557 6.446 11.000 61.441
11.088 6.593 52.852 9.254 10.412 104.710
Totaal overige lasten
162.756
155.894
207.83 1
Totaal overige lasten
870.393
737.152
965.724
Representatiekosten Kanti nekosten Excursies / werkweek Buitenschoolse activiteiten Contributies Medezeggenschapsraad Verzekeringen Overige lasten
-
72
-
Deloitte Accountants B.V. Voor identiflcatiedoeleirn behorend bij controleverkiaring d.d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
Onder de administratie en beheersiasten zijn de kosten voor de accountantscontrole verantwoorcl bedragen uitgesplitst naar aard van werkzaamheden: *
Uitspllts!ng Honorarium onderzoekjaarrekerting Honorarium andere controleopdrachten Honorariumfiscaleadviezen Honorarium andere niet-controledienst
23.023 0 0 0
22.091 0 0 0
23.023
22.091
Accountantslasten Financiële baten en lasten
Financiële baten Rentebaten* Opbrengst flnanciële activa
Financiële lasten Rentelasten Koersdaling en kosten flnanciële activa
Saldo financiële baten en lasten
Realisatie 2013
Begroting 2013
Realisatie 2012
€
€
€
15.004 74.431
26.750 35.294
34.975 35.294
89.435
62.044
70.269
3.7 12 693
2.005 2.200
4.361 3.633
4.405
4.205
7.994
85.030
57.839
62.275
De rentebaten zijn afgenomen door daling van de rente op de spaartegoeden naar 1,2%, de rente op de betaalrekening bedroeg ultimo 2013 0,5% flat free. *
-73-
/
Deloitte.Accountants By. Voor identiflcatiedoee,den behorend bij controIeverkIai1n,d.d. 20 juni 2014
0 CD
o
D
0. CD
7c
—
C
i1
o
0 0
Stichting
Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs reglo Tie I.
/
Juridische vorm
Naam
VERBONDEN PARTIJEN
Tiel
-74-
4 €
217.794
Statutaire Elgen Vermogen Code zetel activiteiten 31-12-2012
Beslissende zeggenschap (stichting of vereniging)
OVERZXCHT VERBONDEN PARTI3EN
Stichting Fluvium te Geldermalsen
€
137
nee
0
0
Resultaatjaar Art. 2:403 BW 2012 Deelname % Consolidatie % ia/flee
0-CD
-.CDr
Cs) OCDD —
0.0.> • (C
cg w )C
o
C) CD 0
0 0
N 1
Mevrouw Burlet
N N N N N
C.L.M. Warmerdam M. Berendse J. de Hooge F.H.M. Burgers ).P. Maas-van Ekeren
-
-
-
-
-
-
Ingangsdatum Einddatum dlenstverband dienstverband
1-92009
1
I—
I
I
-
75
I
-
I
4.2 Vermelding gegevens van eenieder van wie de bezoldiging de WNT-norm te boven gaat Omvang Functie of functies Ingangsdatum Elnddatum dienstverband dlenstverband dienst verband in FTh
Voorzitter Vice-voorzltter Secretaris Pennlngmeester Algemeen lid
Vermelding alle toezichthouders Functie of functies Voorzitter of lid Naam (J/N)
n.v.t.
Vermelding alle interim-bestuurders
Directie
4.1 Vermelding bezoldiging topfunctionasrissen en gewezen topfunctionarissen Vermelding alle bestuurders met dienstbetrekkjng Functie of functles Voorzlttersclau Naam Omvang Ingangsdatum Einddatum sule van dlenstverband dlenstverband die nst toe passing verband In (J/N) FTE
3. WNT: Wet normering bezoIdging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector
Stichting Fluvium te Geldermalsen
I
‘1
Beloning
1.500 1.500 1.500 1.500 1.500
Beloning
75.1241
Beloning
Belastbare vaste en variabele onkosten
Belasthare vaste en variabele onkosten vergoeding
Belastbare vaste en variabele onkosten vergoeding
I
Voorzieningen beloning betaalbaar op termijn
Voorzieningen beloning betaalbaar op termljn
13.517
Voorzienlngen beloning betaalbaar op termljn
I
Uitkeringen wegens beeindiging dienstverband
Ultkerlngen wegens beeindiging dienstverband
Uitkeringen wegens beêindiging dlenstverband
Stichting Fluvium te Geldermalsen
CONTROLEVERKLARXNG VAN DE ONAFHANKELI3KE ACCOUNTANT De accountantsverklaring zal worden opgenomen in de definitieve versie van de jaarrekening.
\
‘1 DeIoitt Accountants B.V.
Voor dentiflcatiedoeleLnden behorend bij controIeverkIarind.d. 2ojuni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
(VOORSTEL) BESTEMMING VAN HET RESULTAAT Het resultaat volgens de rekening over 2013 bedraagt € 91.521. Het verlies wordt verrekend met de algemene reserve. Hiervan is te bestemmen voor: Aigemene reserve Bestemmingsreserve eerste waardering
-98.378 6.857
I -78DeIotte ccountants B.V. Voor dentificatiedoeIeir1en behorend bij controleverkiaring d. 20 juni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM Na afloop van het boekjaar hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan die belangrijk zijn voor de interpretatie van de cijfers in de jaarrekening.
-79.. DeIte Accountants B.V. Voor identiflcatiedceinden behorend bij controIeverkIa?fl d.d. 2Ojuni 2014
Stichting Fluvium te Geldermalsen
GEGEVENS OVER DE RECHTSPERSOON
Bestuursnummer Naam instelling
41561a Stichting Fluvium
Postadres Postcode / Plaats Telefoon Fax E-mail Internet-site
Postbus 173 4190 CD Geldermalsen 085-2734660 0345-572600 irifo@stichtingfluvium ni www.stichtingfluvium.nl
Contactpersoon Telefoon Fax E-mail
De heer R. Smit 085-2734670 0345-572600 r.smit@stichtingfluvium nI
-80-
i2 DeIoitt Accountants B.V. Voor dentiflcatiedoeIjnden behorend bj controIeverkIari-d.d. 20 juni 2014
............
Deloitte Accountants B.V. Voor identificatiedoeleinden behorend bij controleverkiaring d.d. 20 juni 2014