Hoe voer ik een onderzoek uit? Een stappenplan om te helpen een onderzoek uit te voeren.
Bij het doen van onderzoek onderscheid je vier fasen: 1 2 3 4
De fase van voorbereiding De fase van uitvoering De fase van afsluiting De fase van evaluatie
In elke fase worden weer verschillende stappen onderscheiden en bij elke stap worden de vragen die aan de orde zijn en de activiteiten die van je verwacht worden genoemd. Ten slotte wordt in dit stappenplan verwezen naar andere stappenplannen die betrekking hebben op een onderdeel van het doen van onderzoek. Houd een logboek bij.
Fase 1 De voorbereiding Stap 1
Het formuleren van de onderzoeksvraag a. Wat is het probleem of onderwerp? b. Op welke vragen wil je antwoord geven? c. Wat is de hoofdvraag? d. Bepaal of je te maken hebt met een beschrijvende vraag of een verklarende vraag. Voorbeeld van een beschrijvende vraag: Hoe ziet een cel van een ui er uit? Voorbeeld van een verklarende vraag: Hoe komt het dat een plant verwelkt als ik hem zout water geef? e. Welke deelvragen kun je bij de hoofdvraag stellen?
Stap 2
Het opstellen van een onderzoeksplan (plan van aanpak) a. Welke informatie heb je nodig? b. Hoe kom ik aan informatie? c. Hoe ga je het onderzoek aanpakken? (volgorde, planning, taakverdeling) d. Moet de oorspronkelijke onderzoeksvraag bijgesteld worden? • • • • • •
Stap 3
Selecteer bronnen Bereid experimenten voor Bereid interviews en enquêtes voor Stel taken vast Stel volgorde van taken vast Stel werkplan op
Het formuleren van de hypothese a. Indien je een verklarende hoofdvraag hebt, formuleer je een hypothese b. Stel vast wat je al over het onderwerp weet (voorkennis) c. Verzamel informatie over het onderwerp d. Gebaseerd op eigen voorkennis en/of opgezochte informatie over het onderwerp geef je antwoord (een verwachting) op de hoofdvraag 1
• • • • • Stap 4
Voorkom dat je de hoofdvraag herschrijft tot een vraag in een stellende vorm In de hypothese schrijf je niet hoe en waarom je tot jouw hypothese bent gekomen De hypothese moet getoetst worden; je moet er een voorspelling (zie deductie) uit kunnen afleiden Een hypothese is waardevoller naarmate hij een sterkere breuk inhoudt met wat we al weten Een hypothese is gericht op het experiment en is genuanceerd
Het formuleren van de deductie a. Je geeft het mogelijke experimentele resultaat weer dat voorkomt uit jouw opgestelde hypothese b. Dat doe je in een als……dan……. Redenering c. Als mijn hypothese juist is dan krijg ik in mijn experimenten de volgende resultaten d. Leg verband tussen onderzoeksvraag, hypothese en deductie e. Van onderzoeksvraag naar hypothese naar deductie ga je van 'algemeen' niveau naar 'experimenteel' niveau; de onderzoeksvraag kan best algemeen zijn als je deductie maar direct op je experimenten slaat. Voorbeeld • Hoe komt het dat een plant verwelkt als ik hem zout water geef? (onderzoeksvraag) • De plantencellen verliezen water wanneer ze in contact komen met zout. (hypothese) • Als de hypothese juist is dan zal ik bij een microscopisch preparaat van een verse plantencel zien dat de celinhoud kleiner wordt wanneer ik daaraan een zout oplossing toevoeg.
Fase 2 De uitvoering Stap 5
Het verzamelen van informatie a. Welke informatie heb je verzameld? b. Wat heb je uit de verzamelde informatie nodig om de onderzoeksvragen te beantwoorden? • • •
Stap 6
Raadpleeg de bronnen Doe waarnemingen Voer experimenten uit
Het verwerken van informatie a. Hoe moet je de informatie bewerken om de deelvragen te kunnen beantwoorden? b. Kun je een passend en voldoende antwoord geven op de hoofdvraag? • • • • •
Orden informatie Verwoord resultaten Tabelleer resultaten Reken met meetwaarden (statistische bewerkingen) Onderscheid feiten en meningen 2
• • • Stap 7
Stel bruikbaarheid van gegevens vast Stel betrouwbaarheid van gegevens vast Stel representativiteit van gegevens vast
Het beantwoorden van de onderzoeksvragen a. Welk antwoord kun je geven op de deelvragen? b. Kun je een passend en voldoende antwoord geven op de hoofdvraag? • • •
Beantwoord beschrijvende vragen Beantwoord verklarende vragen Trek conclusies
Fase 3 De afsluiting Stap 8
Het formuleren en beargumenteren van een eigen mening a. Hoe denk je zelf over de hoofdvraag? •
Stap 9
Formuleer en beargumenteer je eigen standpunt ten aanzien van de hoofdvraag
Het presenteren van het onderzoek a. Hoe kun je de resultaten van je onderzoek aan anderen laten zien? • •
Schrijf een verslag Houd een presentatie
Fase 4 De evaluatie Stap 10
Het terugblikken op het onderzoek a. Was het onderzoek goed gepland? b. Zijn de stappen zinvol? c. Zijn de verschillende fasen goed verlopen? d. Wat heb je van het onderzoek geleerd? e. Wat zou je de volgende keer anders aanpakken? Blik terug op het onderzoek en beantwoord de evaluatieve vragen: • Heb je voldoende antwoord op de onderzoeksvraag gekregen? • Is de werkwijze volgens plan verlopen? • Welke verbeteringen voor je werkwijze bij een volgend onderzoek kun je noteren in je logboek?
3
Checklist bij het doen van onderzoek Fase 1
Voorbereiding 1. a. Heb je het probleem/onderwerp nauwkeurig omschreven? b. Weet je op welke vragen je een antwoord moet vinden? 2. a. Weet je welke informatie je nodig hebt? b. Weet je hoe je aan die informatie moet komen? c. Heb je een planning/taakverdeling gemaakt? 3. Heb je genoeg informatie verzameld om de onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden? 4. Heb je de informatie in voldoende mate geordend en bewerkt om de onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden? 5. Kun je nu de onderzoeksvragen beantwoorden?
Fase 3
Afsluiting 6. Kun je een eigen standpunt formuleren en beargumenteren? 7. Kun je de resultaten van je onderzoek aan anderen presenteren?
Fase 4
Evaluatie 8. Kun je formuleren wat je van het onderzoek hebt geleerd met betrekking tot de manier waarop je het onderzoek hebt aangepakt? 9. Kun je formuleren wat je bij een volgend onderzoek anders zou aanpakken?
4