Van Harte Mens De Aura en het Menselijk Lichaam
Opgedragen aan: Joop Gommers, Mijn steun en toeverlaat, mijn leerling en mijn leermeester.
Geschreven door:
Hedwig Poiesz Prof. Gerbrandystraat 28 5463 BL Veghel 0413 - 363.123
[email protected]
Copyright Mei 2007: H.A.M. Poiesz Deze uitgave mag niet worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronische opslag of op welke andere wijze dan ook, zonder handgeschreven schriftelijke toestemming van de auteur. Het is docenten toegestaan beperkte onderdelen te kopiëren om toe te voegen aan hun lesmateriaal.
Uitgegeven door:
Malva Registratie
Bronvermelding illustraties van het menselijk lichaam: “Het leven van de mens” door Dr. F. Kahn en H.L. Heijermans, arts De illustratie(s) op de kaft, gemaakt door C. Jetses. Geplaatst met goedkeuring van Antiquariaat De Kantlijn te Bredevoort. 1
Voorwoord Alvorens te beginnen met het bespreken van de diverse astrale voertuigen of lichamen waar de aura uit bestaat, wordt er in dit boek begonnen met het beschrijven van de anatomie en de werking van het menselijke lichaam. Het lichaam dat elk mens heeft is de basis van uw hele menszijn op Aarde. Zonder dat lichaam kan uw ziel niet leven op aarde en werken aan het invullen van haar voorgenomen karma. Dat lichaam is dus heel essentieel. Het is een onderdeel van uw aura, nauw verbonden met de kundalini, die rond en door de wervelkolom van dat lichaam loopt en de daarmee verbonden chakra’s. Het menselijke lichaam is de spil waar het hier op aarde allemaal om draait! Veel mensen weten vaag het één en ander over hun eigen lijf, maar daar houdt het bij de meesten ook wel mee op. Vanuit medische achtergrond is er aan de hand van de drie delen ‘Het leven van de mens’, een medisch boek van Dr. F. Kahn & H.L. Heyermans arts, getracht zo duidelijk mogelijk alle lichaamsfuncties uit te leggen. Vooral de onderlinge samenwerking en verbanden tussen de lichaamsfuncties waren hierbij het uitgangspunt. Juist die verbanden zijn belangrijk als basis voor alle behandelingen die therapeuten toepassen. Maar het is ook belangrijk om als mens te weten, want alleen dán kunt u het grote geheel van de diverse stoffelijke en geestelijke energiesystemen begrijpen. Alles heeft immers met elkaar te maken, niets is los van elkaar te zien. Het is dan wel van belang dat u op de hoogte bent van de werking van álle systemen, dus zeker van het functioneren van uw eigen lichaam! Dit boek is onlosmakelijk verbonden met de andere boeken van het gehele naslagwerk. Sterker, dit boek is door zijn inhoud een ‘naslagwerk’ op zich. Met name de beschrijving van het functioneren van het menselijke lichaam in dit boek, is een belangrijk hoofdstuk én ‘bron van kennis’ voor álle andere boeken. Zo kunt u telkens de verbanden leggen tussen het functioneren van uw lichaam en de ontwikkeling van uw ziel. Elk afzonderlijk deel van ‘Van Harte Mens’ vormt weer een ‘bron van kennis’ voor de andere delen. Maak er op díe wijze dan ook gebruik van! Dán haalt u uit dit naslagwerk alles wat ik er in heb willen leggen. Geniet van uw ontdekkingstocht! Hedwig Poiesz
2
Van Harte Mens - De Aura Inhoudsopgave Inhoudsopgave Blz.
Titel Blz.
Subtitel
06.
De Aura 07. Hoe zien de drie lagen van de Aura er uit? 08. Hoe werkt de Aura in relatie tot de buitenwereld?
09.
De basiskleur van uw aura, wat zegt dat over u als mens? 10. Uw aura en werken met kleuren.
12.
De vormen die kunnen voorkomen bij een aura
14.
Uw aura en uw geestelijke ontwikkeling 14. Uw ziel en uw aura
17.
De stoffelijke kracht in uw aura: elektrische spanning 17. Waarom is elektrische lading in uw aura zo belangrijk en hoe werkt het? De werking van elektrische apparatuur op uw aura 18. 19. Wat gebeurt er bij een te grote en bij een te lage elektrische lading in uw aura? 21. Wonen in een flat en de invloed daarvan op de elektrische lading in uw aura 22. Spirituele mensen en de elektrische lading in hun aura 23. Karma en de elektrische lading in uw aura 25. Uw reïncarnatieopdracht en de elektrische lading in uw aura
26.
Spanning en ontspanning in uw aura. 26. Het beginnen van de dag: positief of negatief, een héél verschil! 27. Het leren spannen en ontspannen van uw aura (+ oefening) 28. Uw gedachtekracht opladen door middel van de spanning in uw aura (+ oefening) 29. Emoties en ‘spanning en ontspanning’ in uw aura 30. De cadans van ontspanning en inspanning is heel belangrijk om iets te bereiken (+ oef.) Gebruik maken van de spanning in uw aura om te komen tot grote prestaties 31. Gebruik maken van de spanning in uw aura bij problemen (+ oefening) Sensitieve mensen en de spanning en ontspanning in hun aura 33. Sensitieve mensen en het evenwicht van spanning en ontspanning in hun aura 34. Sensitiviteit en het ontladen van spanning
36.
Het naar buiten brengen van uw ziel en het contact met uw geleidegeest (+ oefening)
38.
Omgaan met energieën 39. U met puur stoffelijke energieën opladen, waar u ook bent (+ oefening) U met energieën opladen: op uw buik stoffelijk, op uw rug geestelijk (+ oefening)
41.
De zes astrale voertuigen 42. De astrale voertuigen of etherlichamen door al uw levens heen
3
45.
Het menselijke lichaam, opgebouwd uit cellen 46. Hoe ziet een cel er uit? 49. Het bindweefsel 51. Het skelet 53. De spieren 54. De huid 57. De spijsvertering De longen 59. Het bloed 60. Het hart en de bloedsomloop 62. Het lymfesysteem 63. - de milt 64. De lever 65. - het uitscheidingssysteem: de lever in combinatie met de nieren. De alvleesklier 66. De stofwisseling 68. - suikerziekte De urinewegen 70. De geslachtsorganen 72. De hormoonhuishouding 73. - de hypofyse - de schildklier - de bijschildklier 74. - de bijnier - de eilandjes van Langerhans De zintuigen - de ogen 75. - de oren 76. - het evenwichtsorgaan - de neus - de mond 77. - de stem - de huid Het zenuwstelsel: het onwillekeurige en het willekeurige zenuwstelsel. 79. - de prikkeloverdracht van een zenuw naar een spier. 80. Het onwillekeurige- of autonome zenuwstelsel Het willekeurige zenuwstelsel, bestaande uit het centrale en het perifere zenuwstelsel 83. - het verlengde merg - de kleine hersenen - de hersenvloeistof 84. - de grote hersenen
86.
De invloed van de opvoeding op uw denkpatronen
87.
Uw lichaam als ‘spiegel’ bij ziekten en blokkades 89.
4
91.
Uw astraal voertuig, of -lichaam 93. Verantwoord omgaan met uw astraal lichaam 95. Wat is de werking van de meridianen in uw astraal lichaam 96. Narcose en wonden en het effect daarvan op uw astraal lichaam (+ oefening) Sint Janskruid en Malvakruid (Groot Kaasjeskruid) en de werking daarvan op uw 97. astraal lichaam 99. Valeriaan en Arnica en de werking daarvan op uw astraal lichaam
100.
Het mentaal voertuig of -lichaam
104.
Het accrovoertuig of -lichaam
106.
Het reïncarnatievoertuig of -lichaam
107.
Het acceptatievoertuig of -lichaam
109.
Het coördinatievoertuig of -lichaam
110.
De werking van zout en zink op uw aura
111.
Uw aura en harpmuziek 109. Uw aura en de muziek van klankschalen en trommels
113.
Uw aura en de Roze Toermalijn 114. Wanneer kan een Roze Toermalijn u helpen? 114 De Roze Toermalijn en zijn specifieke werking op bepaalde plaatsen binnen uw Aura?
115.
Het fluïdum en de aura en wat is nu het verschil? 115. Het fluïdum 116. Wie en wat heeft een fluïdum en hoe werkt het? U kunt iets doen met dat fluïdum (+ oefening)
119.
Overige uitgaven in deze reeks
121.
Bronvermelding
5
DE AURA Ieder mens heeft een aura, een uitstraling, een soort krachtsveld om zich heen. Niet alleen mensen hebben een aura; ook dieren, planten en zelfs mineralen hebben een eigen specifieke aura of uitstraling. De aura van een mens wordt bepaald door verschillende aspecten: • Uw persoonlijkheid als mens in dit leven. • Uw emoties en stemmingen (boosheid, verdriet, vreugde, geluk, enz.) • De levensomstandigheden en invloeden van buitenaf. • De evolutie van uw ziel; een jonge ziel heeft een andere uitstraling dan een wat oudere ziel en zeker dan een heel oude ziel. Die uitstraling, of aura, is van een hele subtiele materievorm gemaakt: ectoplasma. Dat ectoplasma heeft de soepele en bewegelijke eigenschappen van een gasvorm of een vloeistof. Dit ectoplasma is ook de materievorm waarmee een intelligentie zichzelf ‘zichtbaar’ kan maken voor een helderziende. In de aura, die bij de gemiddelde mens zo’n 15 tot 18 cm. breed is, bevinden zich minuscuul kleine gekleurde bolletjes. Die bolletjes kunnen elke kleur uit het kleurenspectrum aannemen, waardoor uw aura voortdurend van kleur kan wisselen. En die aura wisselt van kleur wanneer uw stemmingen en emoties veranderen. Daarnaast wordt de grondkleur, de basiskleur van uw aura bepaald door de evolutie van uw ziel, in combinatie met uw persoonlijkheid als mens, in dit leven. Lees verder in boek 2.
DE BASISKLEUR VAN UW AURA, WAT ZEGT DAT OVER U ALS MENS? De puur stoffelijke aura bij grofstoffelijk ingestelde mensen heeft als basiskleur grijs en of bruin. En bij mensen die net met geestelijke energieën omgaan, maar die nog uitsluitend hun stoffelijke aura ontwikkeld hebben, is de basiskleur: rozerood. Voor mensen die bezig zijn te leren om aura’s waar te nemen is het belangrijk te weten dat u in het begin élke aura in de kleuren grijsbruin waarneemt. Dat komt omdat u al wel in staat bent aura’s waar te nemen, maar nog niet de kleuren daarin kunt onderscheiden, dat komt pas in een later stadium van uw ontwikkeling. Binnen de kleuren van het kleurenspectrum, heeft elk van de 7 hoofdkleuren als basiskleur van uw aura, een heel eigen betekenis. Rood: Mensen die rood als basiskleur in hun aura hebben, beschikken vaak over veel materie. Dat kan zijn in de vorm van: veel geld, veel bezittingen, grote luxe etc. Het zijn heel stoffelijk ingestelde mensen, die alles wat maar stoffelijk is ook heel belangrijk vinden en dus niets anders doen dan op dat gebied steeds meer naar zich toe te halen. Oranje: Dit is de kleur van kennis. Mensen met oranje als basiskleur in hun aura hechten veel waarde aan kennis, aan het intellect en de ontwikkeling daarvan. Want dat verzekert hen van een goede baan en een vrijwel onbezorgd leven. Het zijn ook echte levensgenieters. Maar in geestelijk opzicht leiden zij een onbewust leven en beseffen dan ook niet ‘de waarde’ van hun onbezorgde bestaan. Dat vinden ze gewoon vanzelfsprekend. Toch is oranje wat dit betreft een moeilijke kleur, omdat het een kleur is van uitersten. Iemand die een donkeroranje tot bijna bruine basiskleur in zijn of haar aura heeft, kan heel agressief of depressief zijn en is eigenlijk niet in staat om zijn of haar aura vast te houden! Geel:
Dit is een echt spirituele kleur. Maar daarnaast ook een kleur die als basiskleur van de aura bij sommige mensen dwangmatig kan overkomen. Bij mensen die onder invloed van de planeet Venus staan, zal het op een lieve zachte manier versterkend naar hun omgeving werken. Maar bij mensen, die onder invloed van de planeet Pluto staan, kan deze basiskleur naar hun omgeving heel provocerend werken. Het zijn mensen die zelfs bij het deelnemen aan een vredesdemonstratie geweld kunnen gebruiken om zich te laten horen! Geel als basiskleur in uw aura kan dus twee dingen betekenen: of u bent een heel zachtaardig vriendelijk en warm mens 6
met een sterk spiritueel bewustzijn, of u bent iemand die niet goed met die kracht om kan gaan en hem verkeerd gebruikt. Groen: Het is de kleur van het verstilde, het meditatieve. Mensen met een lichte frisse kleur groen als basiskleur in hun aura zijn zeer meditatieve, bewuste mensen, die anderen vaak behulpzaam zijn. Maar wanneer u een zeer donkere groene kleur, dichtbij zwart als basiskleur van uw aura hebt, dan zal die behulpzaamheid overgaan in een zich eisend opdringen aan de ander. Deze mensen gaan in hun behoefte aan behulpzaamheid te ver en worden daarmee een ramp voor degene die hun slachtoffer is! Emotionele mensen echter hebben juist een tekort aan groen in hun aura. Blauw: De kleur blauw is als basiskleur in uw aura een ontkrampende, losmakende, maar vooral zeer hoge geestelijke kleur. Mensen met deze basiskleur in hun aura zijn vernieuwers, die er aan zullen meewerken om de mensheid te transformeren naar een meer geestelijk niveau in hun denken, doen en laten. Blauw in grote mate in uw aura maakt dat u niet negatief kunt handelen naar anderen toe, daar zijn zelfs uw menselijke karaktereigenschappen te geestelijk voor. Indigo, Violet: Wanneer één van beide kleuren de basiskleur van uw aura is, dan bent u een zeer oude ziel, met een heel hoog geestelijk bewustzijn. En bovendien bent u daarbij ook nog een heel etherisch en gevoelig mens. Dat kan echter ook leiden tot de angst om een ander ongewild pijn te doen, waardoor u niet echt tot daden kunt komen.
DE STOFFELIJKE KRACHT IN UW AURA: ELECTRICITEIT De werking van elektrische apparatuur op uw aura Allerlei moderne apparatuur zoals computers, telefoons, magnetrons, wasmachines, televisies, radio’s etc. werken allemaal door middel van elektriciteit. Dit heeft weer tot gevolg dat elk apparaat een bepaalde kleine hoeveelheid straling afgeeft, een kleine hoeveelheid elektriciteit (inductiestroom). Die hoeveelheid straling is zeer gering en wordt streng gecontroleerd voor het apparaat verkocht mag worden. De straling die van elektrische apparaten in uw huishouding of op uw werk afkomstig is, is dan ook niet schadelijk voor uw lichamelijke gezondheid, zolang u er maar op een verantwoorde wijze mee omgaat. Ook voor uw aura is het niet schadelijk, tenminste zeker niet bij mensen die spiritueel of geestelijk bezig zijn, want die komen eerder elektriciteit in hun aura tekort dan dat ze teveel hebben. Het zijn eerder de stoffelijk ingestelde mensen die hierdoor in de problemen kunnen raken! En juist zij zijn vaak verzot op allerlei elektronische handigheidjes en nieuwe snufjes en volgen elke nieuwe trend op dat gebied. Toch betekent dat niet dat u uzelf voor de televisie moet gaan zitten opladen, want zo werkt dat niet! Ten eerste is de uitstraling van uw televisie maar heel gering, maar wanneer u verveelt voor dat ding gaat zitten kijken trekt u de straling die er van uitgaat niet aan! Want alleen wat u zelf uitstraalt, trekt u ook aan! Dat betekent dat wanneer u bewust en geïnteresseerd kijkt, u wel degelijk de lading opneemt, maar niet wanneer u er passief en verveeld voor in slaap valt. Dus wanneer u de elektrische lading van allerlei elektronische apparatuur om u heen wilt opnemen, zult u er actief mee om moeten gaan. Bijvoorbeeld: werken met een computer, luisteren naar de radio of cd speler, eten bereiden of opwarmen in de magnetron, verzorgen van de was, het dragen van een mobiele telefoon, enz. Heel veel spiritueel denkende mensen echter moeten niets van die moderne elektronische apparatuur hebben. Ze beschouwen de geringe straling die er van uitgaat als gevaarlijk en ziekteverwekkend. Dat is beslist niet waar, zeker niet voor juist díe groep mensen. Het is wél waar, dat het juist voor grofstoffelijk ingestelde mensen problemen geeft, omdat die vaak al over ruim voldoende, tot teveel, aan elektriciteit in hun aura beschikken. Die mensen kicken echter op al die elektronische, met alle gevolgen van dien. ‘Zinloos geweld’ kan zo’n gevolg zijn. Maar zelfs al zou u om wat voor reden dan ook, alle elektronische apparatuur uit uw huis bannen, dan nog bent u in deze moderne maatschappij omgeven door elektriciteitskabels, stopcontacten, lampen en een waterleiding, daar ontkomt u niet aan! Met name uw waterleiding werkt als een enorm elektromagnetisch systeem in uw huis. 7
Heel belangrijk, veel belangrijker dan welke mogelijke schadelijke invloeden door elektronische apparatuur, is uw eigen levensinstelling!!! De manier waarop u denkt, de manier waarop u omgaat met… dát bepaalt uw leven, dat bepaalt uw ziek worden of uw gezond zijn en blijven. Want alleen dat wat u uitstraalt, trekt u aan! Bepalen angsten en negatieve denkbeelden uw leven, of heeft u een positieve relativerende levensinstelling? Angst verstart en trekt alles aan waar u nu júist bang voor bent! Wanneer u het leven neemt zoals het is en probeert om alles dat er op uw weg komt positief en met een gezonde dosis nuchterheid te benaderen, dan bent u niet zo gemakkelijk te beïnvloeden, ook niet door ‘schadelijke’ straling. Dat betekent echter niet, dat u alles maar fatalistisch en kritiekloos over u heen moet laten komen, want dat is het andere uiterste! Lees verder in boek 2.
SPANNING EN ONTSPANNING IN UW AURA Gebruik maken van de spanning in uw aura om te komen tot grote prestaties Wanneer mensen die in de publieke belangstelling staan – of zij nu artiest, topsporter, staatshoofd of minister zijn – ergens binnen komen zonder een woord te zeggen, gebeurt er onmiddellijk wat. Dat is de ‘uitstraling’ die deze mensen hebben. Dat komt omdat het publiek zich een mening gevormd heeft over die mens, een verwachtingspatroon, een denkpatroon. En gedachten zijn krachten! En door de grote hoeveelheid mensen die allemaal hun aandacht op die ene persoon richten, is er hier sprake van een grote kracht. Van buitenaf wordt door die kracht de aura van die bekende persoon gevuld en gevoed met wat anderen over die persoon denken. Hoe bekender de persoon is, hoe meer mensen dat zullen doen, dus hoe groter die kracht is. Neem een topsporter in een stadion vol mensen, of een bekende popster vlak voor zijn of haar optreden. Zij worden door duizenden mensen vanaf de tribune toegejuicht, daardoor wordt hun aura telepathisch gevoed. Zo kunnen ze tot een veel hogere prestatie komen dan zonder dat publiek. Niet voor niets zijn sporters, artiesten en staatshoofden vaak onderhevig aan een enorme spanning, een enorme druk vlak voor dat ze hun ‘prestatie’ moeten leveren. Want leveren ze een ‘wanprestatie’ in de ogen van hun aanhangers, dan slaat de stemming acuut om, met alle gevolgen van dien. Dat is het grootste schrikbeeld voor deze mensen en terecht. Die spanning is eigenlijk niets anders dan totaal ‘opgeladen’ en helemaal strak gespannen zijn. Klaar voor ….! Daarbij sluit de aura van die persoon zich totaal, om op het ‘moment suprème’ als het ware open te klappen en alle spanning gedoseerd in die ene prestatie te ontladen. Vlak voor het ‘optreden’ van die persoon, komt er die ijzige rust, die kalmte, die zekerheid, die ontspanning die nodig is om even later gedoseerd tot ontlading te kunnen komen. Op dat moment is de ‘bezieling’ van die persoon, het zich helemaal geven, of er helemaal voor gaan, of de totale geconcentreerdheid, duidelijk waarneembaar.
HET MENSELIJK LICHAAM Hoe ziet een cel er uit? Een cel bestaat uit een celkern met daaromheen protoplasma (afbeelding 1). Dat protoplasma vormt een structuur rond de kern. Dus geen mengsel of een verbinding van vloeistof met daarin opgeloste stoffen. Maar een raatvormige structuur (afbeelding 2), een raatvormig weefsel, te vergelijken met zeepschuim. De raat is gevuld met vloeistoffen: eiwit- suiker- en zout- oplossingen van verschillende samenstellingen. De wanden van de raat 8
bestaan uit een vastere substantie (membraam) die bepaalde stoffen kan doorlaten (osmose) en andere juist tegenhoudt. Medicijnen moeten daarom aan een bepaalde samenstelling voldoen om door het lichaam te kunnen worden opgenomen. Die celwand laat alleen dié stoffen door, die voor die specifieke celsoort van belang zijn. Bijvoorbeeld: een beencel zal wel kalkzouten en fosforverbindingen doorlaten, maar niet de specifieke eiwitten die spier- of zenuwcellen nodig hebben. Die stoffen horen in een beencel niet thuis! Dat protoplasma bevat bepaalde specifieke eiwitten: enzymen. Die enzymen zorgen voor bijvoorbeeld de verbranding in de cel van suikers, zonder dat er zulke hoge temperaturen ontstaan dat de cel erdoor kapot gaat. Die enzymen zorgen ook voor de specifieke functie van juist dié cel. Enzymen werken alleen maar goed onder de juiste omstandigheden. Dat wil zeggen: bij de juiste temperatuur, in een niet te zure, of te weinig zure en in een niet te zoute of te weinig zoute omgeving. Het is dus voor uw lichaam van levensbelang dat die enzymen binnen uw cellen goed kunnen functioneren. Het leven van een cel heeft 7 kenmerkende eigenschappen: 1. Prikkelbaarheid (bijvoorbeeld huidcellen zijn daarin gespecialiseerd) 2. Geleidbaarheid (bij uitstek zenuwcellen) 3. Samentrekbaarheid (met name spiercellen) 4. Opbouw en afbraak (huidcellen, haarcellen, vetcellen) 5. Uitscheiding en afscheiding (klieren en slijmvliescellen) 6. ademhaling (longcellen) 7. Groei en deling ( één bevruchte eicel die uitgroeit tot een compleet kindje) De 7 specifieke eigenschappen zijn in elke cel aanwezig. Alleen bepaalde soorten cellen zijn hier ook nog eens ware specialisten in! Cellen kunnen over het algemeen niet steeds groter worden, maar kunnen zich wel delen en zo zichzelf vermeerderen. Leven is niet statisch, het is een zich steeds veranderende toestand. Vernieuwend, of stabiel, of verouderend, naar gelang er sprake is van groei, een volwassen stadium of verval. Dat leven vindt plaats in het protoplasma van elke cel. Lees verder in boek 2. Het bindweefsel Tussen de cellen in uw lichaam bevindt zich nog een andere stof: het bindweefsel. Dit bindweefsel bestaat uit vezels in de lengte. Deze vezels vormen o.a. de pezen en banden van de gewrichten. Enkelbanden, kniebanden, pezen in handen en voeten zijn daar een goed voorbeeld van. Jonge bindweefselvezels zijn elastisch, als nieuwe elastiekjes. Kijk maar bij baby’s, die heel veel bewegingen kunnen maken, die volwassenen alleen nog kunnen door van jongs af aan die bewegingen heel intensief te blijven trainen. Die elasticiteit van dat bindweefsel zorgt ook voor de elasticiteit van de huid. Maar net als cellen verouderen ook deze bindweefselvezels, waardoor ze verstijven en verharden door kalkafzetting in deze vezels. En in de huid juist verslappen. Om deze vezels elastisch te houden, moeten ze dagelijks geoefend en onderhouden worden. 9
Bindweefsel groeit vanuit het middelste kiemblad door uw hele lichaam heen als een soort gaas, een soort ‘binnenverpakking’. Vooral bij de spieren en de huid is het belangrijk dat u dat bindweefsel soepel houdt.
Want dat soepel houden is het behoud van een flexibel beweegbaar lichaam, dat niet verstijfd wanneer u ouder wordt. Vooral hierin hebben lichaam, geest en ziel een duidelijke wisselwerking op elkaar! De hersenen worden met bindweefsel beschermd in de vorm van het hersenvlies, evenals het hele ruggenmerg. Elk bot, gewricht, orgaan, spier en bloedvat is ermee verpakt. Dat bindweefsel verbindt de diverse weefsels met elkaar. Het zorgt er voor dat uw lichaam één flexibel bewegend en goed functionerend geheel is. Is het bindweefsel te slap, dan kan de ziel haar karma niet uitwerken. Wordt het te star, dan verstart het lichaam, maar ook de geest. De ziel zal zich hopeloos gevangen gaan voelen. Het uitscheidingssysteem: de lever in combinatie met de nieren In de lever worden alle voedingsstoffen die via uw darmen in het bloed zijn opgenomen verwerkt. De lever is daarom een zeer bloedrijk orgaan met verschillende heel belangrijke functies. Dit orgaan produceert gal, een vloeistof die tijdelijk opgeslagen wordt in uw galblaas en via uw galblaas gedoceerd aan het voedsel, dat uit uw maag naar de twaalfvingerige darm gaat, wordt afgegeven. Die gal zorgt voor de vetvertering van uw voedsel. Daarnaast neemt de lever de vrouwelijke geslachtshormonen op, afgegeven door de eierstokken en de bijnieren. Deze geeft dat weer voor een deel af met de gal aan het voedsel. Waarschijnlijk gebeurt bij mannen precies hetzelfde met de mannelijke hormonen. De dierlijke en plantaardige eiwitten uit uw voedsel worden in de lever omgezet in menselijke eiwitten. Daarbij zorgt de lever ervoor dat uw bloed een constante samenstelling heeft. Dus zit er teveel glucose in uw bloed (bij suikerziekte) of vitamines en mineralen dan haalt de lever die eruit. Daarnaast heeft de lever de taak om alle lichaamsvreemde stoffen die door de lymfe vernietigd zijn, te verzamelen. Bij die afvalstoffen zijn o.a. ook nicotine, alcohol, drugs, medicijnen, die voor uw lichaam schadelijk en giftig zijn en zo gauw mogelijk afgevoerd moeten worden. Bovendien zorgt de lever ervoor dat de afvalstoffen van alle vernietigde bloedcellen worden verzameld. Uw lever is daarmee in feite ook de afvalbak van uw lichaam. De lever maakt al die afvalstoffen onschadelijk en transporteert ze dan via uw bloed naar uw nieren. De nieren filteren het bloed en halen alle overbodige stoffen en afvalstoffen met het teveel aan water uit uw bloed. Dat is de urine die van de nieren naar de blaas loopt (urineleiders) en vanuit de blaas uw lichaam verlaat (urinebuis). Als uw lever overbelast is, dan moeten de nieren het werk overnemen. Uw lever reageert het sterkst van alle organen op de wisseling van uw stemmingen. Het is het meest spirituele orgaan dat een mens heeft! Want uw lever houdt elke vorm van negativiteit vast. Hij probeert die te verwerken en om te zetten in positieviteit! 10
HET ZENUWSTELSEL Het centrale- en het perifere zenuwstelsel, samen uw willekeurig zenuwstelsel Het centrale zenuwstelsel bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg. Uit dat centrale zenuwstelsel ontspringen een groot aantal zenuwbanen, dat bepaalde delen van het lichaam bedient: het perifere zenuwstelsel, genoemd. De diverse soorten zenuwstrengen vormen samen zenuwkabels. In die kabels lopen de gevoelszenuwvezels ook wel sensibele zenuwvezels genoemd, van de huid via het ruggenmerg naar de hersenen. Motorische zenuwvezels (vezels die de bewegingen coördineren) lopen van de hersenen via het ruggenmerg naar de spieren. Daarbij zitten in dezelfde zenuwkabel ook de zenuwvezels die de spanning van uw spieren en bloedvaten regelen: de tonus zenuwvezels. En daarbij komen uit het autonome zenuwstelsel de sympathicus en de parasympathicus zenuwvezels. Er lopen dus binnen één zenuwkabel 5 verschillende zenuwstrengen. Aan de ene kant, in uw lichaam, splitst die zenuwkabel zich weer in de 5 afzonderlijke zenuwstrengen, waarbij elke zenuwvezel zijn eigen werk doet. Maar ook aan de andere kant in het centrale zenuwstelsel, splitst die zenuwkabel zich in de 5 afzonderlijke zenuwstrengen, waarvan de vezels verbonden zijn met specifieke gebieden binnen het centrale zenuwstelsel. U kunt zo’n zenuwkabel dan ook het beste vergelijken met een elektriciteitskabel, die in dit geval niet twee of drie maar vijf afzonderlijke draden bevat. Elke draad met zijn eigen functie, oorsprong en doel. In het lichaam op de plaats van bestemming aangekomen, splitst ook de zenuwstreng zich weer. De motorische vezels verspreiden zich over de spieren, de tonus vezels over spieren en bloedvaten en de sympathicus en parasympathicus vezels over spieren, bloedvaten en klieren. Aan de andere kant van de kabel in het ruggenmerg verenigen de verschillende binnenkomende zenuwvezels zich tot motorische, sensibele en andere zenuwstrengen die opwaarts lopen in de richting van de hersenen.
Op de afbeelding zijn de 6 belangrijkste zenuwbanen van het ruggenmerg op doorsnede te zien. De motorische neerdalende banen, die wilsimpulsen van de hersenen naar de spieren voeren zijn zwart gekleurd op de afbeeldingen. Er zijn twee motorische banen, die beide piramidebanen genoemd worden. Die naam hebben zij te danken aan het feit dat zij door een deel van de hersenen en het ruggenmerg lopen dat de piramide wordt genoemd. Baan 1 wordt, omdat zij in het voorste gedeelte van het ruggenmerg - de voorstreng – naar beneden loopt: piramidevoorstreng-baan genoemd. Zij is de baan voor elke actie-impuls, dus voor elke bewuste handeling en spiercontractie. Waarbij de spieren in een meer grove beweging worden gebracht. Baan 2 is de piramide-zijstreng-baan. Zij is de baan die net als de piramide-voorstreng-baan zorgt voor een actie-impuls. Dus voor elke bewuste handeling en spiercontractie, maar hierbij gaat het om fijnere bewegingen. De beide piramide-zijstrengbanen in het ruggenmerg kruisen elkaar ter hoogte van uw hals.
11
De sensibele banen zijn opstijgende banen. Dat in tegenstelling tot de motorische banen, die juist neerdalen. Die sensibele, opstijgende banen brengen signalen van het lichaam naar de hersenen over en zijn ‘licht’ getekend op de afbeeldingen. Prikkels van de buitenwereld komen via deze zenuwbanen via het ruggenmerg bij de hersenen aan. Er zijn 4 sensibele banen: 1. Baan 3 (baan 1 en 2 zijn motorisch) loopt aan de uiterste rand van het ruggenmerg en heet: de kleine hersen-zijstreng-baan. Deze loopt naar het evenwichts-apparaat in de kleine hersenen (het evenwichtsorgaan ligt in het binnenoor, maar het evenwichts-apparaat coördineert van uit de kleine hersenen het hele evenwichtsgevoel) 2. Baan 4 ligt aan de binnenzijde van baan 3, daarin lopen de vezels die de pijnen temperatuursgewaarwordingen doorgeven aan de hersenen. 3. Baan 5 loopt aan de achterzijde van het ruggenmerg. Deze brengt het tastgevoel over naar de hersenen. 4. Baan 6 loopt eveneens aan de achterzijde van het ruggenmerg en brengt het spiergevoel over (zie doorsnede ruggenmerg) Kijkend naar de afbeelding van de voetbalspeler zien we dan het volgende: 1. de piramide-voorstreng-baan (1) brengt het rechterbeen in actie om de bal een trap te geven. 2. Door de tastzin-zenuwbaan (5) voelt de voetbalspeler dat hij de bal geraakt heeft. 3. Om het evenwicht te bewaren, heft hij zijn arm op met behulp van de piramide-zijstreng-baan (2). 4. De houding van zijn lichaam is onder controle van de evenwichtsbaan (3) naar de kleine hersenen. 5. En de warmte van het lichaam wordt gemeld via de temperatuursbaan (4)
12
UW LICHAAM ALS ‘SPIEGEL’ BIJ ZIEKTEN EN BLOKKADES Aangaan en loslaten Wanneer u zover bent dat u duidelijk heeft hoe een ziekte of blokkade, waar u last van heeft, is ontstaan, komt u vaak tot de ontdekking dat u niet zo gemakkelijk ineens 180 graden omdraait en verandert. Bovendien houden de meeste mensen niet van veranderen. Dat kost energie en inzet. Zeker wanneer je ziek bent of geblokkeerd dan kost dát al zoveel energie. Dus ‘ziek’ in dat geval goed uit en neem daar de tijd voor! U weet hoe het één uit het ander is voortgekomen, maar hoe verandert u dat patroon, die gewoontes. Ze zijn een automatisme geworden? Hoe ontstaat een nieuwe manier van omgaan met…? Dat heeft alles met uw denken te maken en de manier waarop uw centrale zenuwstelsel functioneert. In het hoofdstuk over het centrale zenuwstelsel, heeft u gezien dat alle prikkels uit het lichaam aan de hersenen en het ruggenmerg worden doorgegeven. De hersenen en het ruggenmerg reageren daarop door allerlei signalen die aan uw wil onderhevig zijn, gecombineerd met allerlei signalen die niet aan uw wil onderhevig zijn, naar uw lichaam te sturen. Daarbij zijn veel voorkomende prikkels en de reactie daarop, een eigen ‘snelweg’ gaan vormen. Hierdoor is een manier van reageren ontstaan, waar u totaal niet meer bij nadenkt. Wanneer u uzelf een nieuwe vaardigheid wilt aanleren, bijvoorbeeld schilderen, dan kost dat tijd en oefening. Daarbij is het van het grootste belang dat u schilderen ‘leuk’ vindt. Immers, zolang u het ‘leuk’ vindt is het geen ‘opgave’. U doet het graag, waardoor u snel leert. Maar wanneer u het niet leuk vindt, dan geeft u het al snel op! En juist dit laatste is cruciaal, want: Alleen wanneer u er op een positieve manier mee omgaat, wanneer u het gaat zien als een uitdaging, een nieuwe mogelijkheid, dan heeft het kans van slagen! Daar is acceptatie voor nodig, ofte wel aangaan en loslaten, want accepteren is niets anders dan dat!
Fase 1
Fase 2
Fase 3
Fase 4
Fase 5
De ziekte ik De ziekte
De ziekte Het levenspad
Ik
ik
ik
De ziekte ↔ ik
de ziekte
Fase 1 Wanneer u ziek wordt, is de eerste fase van elk ziek zijn, of dat nu een verkoudheid is of kanker, ontkenning. ‘Ach het is niets, morgen heb ik nergens last meer van!’ Maar de volgende morgen is het niét over! Bij de eerste verschijnselen ontkent u dat u ziek wordt. Toch ontstaat er een bepaalde ongerustheid, waardoor de spanning in uw lichaam zich begint op te bouwen. Fase 2 Wanneer u geconfronteerd wordt met het feit dat het echt zo is, wordt u woedend, verontwaardigd of geïrriteerd en bouwt de spanning zich verder op. ‘Waarom ik, waarom moet mij dit nou overkomen’, of ‘waarom nu, net nu het mij zo slecht uitkomt.’ Uiteraard reageert u bij de ziekte kanker veel heftiger en langduriger dan bij een verkoudheid, maar de fasen die u doormaakt zijn in principe exact dezelfde. De spanning in uw lichaam neemt verder toe. U wordt nerveus, angstig en prikkelbaar, want u heeft uw lichaam niet meer onder controle! En dat is wat we gewend zijn te doen met ons denken: alles onder controle te houden. Fase 3 Deze fase is een fase waarin u verdrietig wordt, u kunt niet om het feit heen dat het is zoals het is. Nu komt de pijn, het verdriet en de onmacht tot uiting. De adrenaline die in grote hoeveelheden in de vorige fasen is aangemaakt geeft u de behoefte om te vluchten. Weg te vluchten voor de verschrikkelijke confrontatie en de gevolgen daarvan. Uzelf onzichtbaar maken, het niet te hoeven zien, voelen en ervaren, terwijl u zich er tegelijkertijd zo duidelijk van bewust bent!
13
In fase 1, 2 en 3 is de ziekte u als het ware vóór op uw levenspad, ‘het overkomt u’ en u heeft er geen enkele grip op, althans zo ervaart u dat. Pas in fase 4 is de ziekte u en bent u de ziekte geworden, u vormt een eenheid. En in fase 5 laat u de ziekte langzaam maar zeker achter u op uw levenspad, om op een goede dag te ontdekken dat hij totaal is verdwenen. Fase 4 Zo groeit u langzaam naar de vierde fase toe, het omslagpunt. Tot dan toe ‘had de ziekte u’ en bleef hij u telkens een stap voor. De vierde fase is dat u daadwerkelijk iets wilt gaan ondernemen, u kunt en wilt niet langer zo verder, u wilt er iets aan doen, zelf actief worden. U zoekt hulp. Op dat moment bent u zich bewust van uw ziek zijn en het feit dat u er nu alles aan wilt doen om weer beter te worden. U schakelt uw wil in en daarmee uw denken in positieve zin. Op dit punt aangekomen staat u open voor veranderingen, voor therapieën en geneeswijzen, hulp van anderen enz. En dan begint de strijd met uzelf! U vecht niet tegen de ziekte, Maar mét de ziekte die een deel van uzelf geworden is. De genezing begint in uw denken! Nu komt het beslissende moment van aangaan en loslaten. Dit is een proces, waarbij u en de ziekte één worden, één geheel gaan vormen. Aangaan betekent dat u de ziekte toelaat, dat u laat gebeuren. Dat u niet langer vecht tegen..., maar één wordt met…uw grootste vijand: de ziekte. Dat is moeilijk, misschien wel het allermoeilijkste om te doen, één worden met wat u ziet als uw grootste vijand op dat moment. Dat betekent ook één worden met uw grootste angst en uw ergste denkbeeld! Dat betekent niet langer piekeren en doemdenken over, maar toelaten, omarmen, koesteren en liefhebben. Daarmee is uw ziekte eindelijk geaccepteerd, als een niet weg te denken deel van uzelf. En juist wanneer u dat doet, verandert er iets. U overwint uw angst, niet door die te bestrijden, maar juist door er één mee te worden. Angst en liefde zijn elkaars tegengestelden, waar angst zit kan geen liefde zijn en omgekeerd. Maar op het moment dat u en uw angst één geworden zijn, gebeurt er iets bijzonders. De liefde, die geblokkeerd was door dié angst begint weer te stromen! Uw lichaam ontspant zich langzaam maar zeker, uw angst is verdwenen en uw denkbeelden veranderen. U laat uw angst toe, waardoor die angst niet langer statisch is, maar aan verandering onderhevig. Alles wat u ‘laat gebeuren’ kunt u immers niet ‘vasthouden’, het eerste is in beweging en vrij, het tweede statisch en gevangen. U laat uw angst los! Wat er gebeurt wanneer u de confrontatie met uzelf aangaat is, dat u heel even in volle hevigheid geconfronteerd wordt met dat wat u niet onder ogen kón en wilde zien. Met uw diepste angsten, uw meest innerlijke schaamte, of schuldgevoelens en uw ergste denkbeelden. Fase 5 Maar juist doordat u die angsten, schaamte, schuldgevoelens en denkbeelden niet langer vast houdt, maar aangaat en daardoor ook los kan laten, gaat uw levensenergie weer volledig stromen. Angsten, schaamte, schuldgevoelens, denkbeelden, wrok, enz. die u vasthoudt groeien, worden groter en groter, sterker en sterker. Want door er voortdurend mee bezig te zijn geeft u er voeding aan. Maar wanneer uw angst en negativiteit verdwenen is, gaat het tegengestelde ervan: liefde en positieviteit weer stromen, want de blokkade is opgeheven, waardoor u zichzelf heelt! Het gevolg is dat de ziekte vanzelf langzaam maar zeker verdwijnt! Belangrijk is dat u dit proces gaat herkennen. Dat u geen voeding geeft aan de negativiteit in uzelf of de negativiteit die andere mensen u aanpraten. Negeer negativiteit, laat het niet in uzelf toe. Mocht dat toch gebeuren houdt die gedachte dan niet vast! Als u de gedachte laat voor wat hij is, verdwijnt hij vanzelf en komen er andere gedachten in u naar boven. De druk in uw denken valt daarmee weg, met als gevolg dat de prikkels vanuit uw hersenen naar uw lichaam minder sterk en hevig worden. Hierdoor verkrampt uw lichaam minder. De ontstane blokkade krijgt de kans om zich in de loop van de tijd volledig op te lossen. Het enige dat u moet blijven doen, zo gauw u merkt dat u weer in een kramp schiet is LATEN GEBEUREN, laat die kramp toe dan volgt de ontspanning vanzelf! Maar wanneer u de kramp wegdrukt, of vasthoudt, terwijl u hardnekkig probeert uzelf te ontspannen, wordt die kramp alleen maar sterker en erger. Wanneer u kunt ’laten’, volgt ’loslaten’ vanzelf!
UW ASTRAAL LICHAAM, UW ASTRAAL VOERTUIG Verantwoord omgaan met uw astraal lichaam/voertuig 14
Het is belangrijk dat u verantwoord omgaat met uw astraal lichaam/voertuig, want dat astraal lichaam/voertuig is voor uw dagelijks functioneren als ziel en als mens heel belangrijk. Het astraal lichaam is veel gevoeliger voor invloeden van o.a. medicijnen en voedingsstoffen dan uw stoffelijk lichaam. Dat komt omdat uw astraal lichaam gemaakt is van een heel fragiele subtiele vorm van materie. Daardoor is het heel gevoelig voor de vaak sterke invloeden van allerlei stoffen zoals medicijnen, bepaalde voedingsstoffen, alcohol en drugs. Dat astraal lichaam verkrampt in eerste instantie wanneer u deze sterk werkende stoffen gebruikt. Op langere termijn raakt het echter beschadigd. Het kan zelfs in z’n geheel kapot gaan bij zeer langdurig en veelvuldig gebruik. Dat heeft voor u als mens, maar met name voor uw ziel, enorme gevolgen. Dat astraal lichaam heeft u keihard nodig als bescherming tegen allerlei invloeden van buitenaf zowel in uw uittredingen, als in uw functioneren overdag, als mens. Daarom is het belangrijk dat u weet wat u beter niet kunt eten en drinken, innemen of gebruiken, omdat het slecht is voor uw astraal lichaam. En vaak gaat het om stoffen die u zonder veel moeite kunt vermijden, of zo min mogelijk kunt gebruiken. Varkensvlees. Eet geen varkensvlees, want dat vlees wordt niet verteerd door uw lichaam, maar rot als het ware weg in uw darmen. Uw stoffelijk lichaam is niet in staat om het varkensvlees door middel van allerlei spijsverteringssappen kapot te krijgen. Dat kapot maken van het vlees is nodig om de voedingsstoffen die er in zitten er uit te kunnen halen. Maar dat lukt bij varkensvlees niet of nauwelijks. Het wordt onverteerd door uw darmen vastgehouden, in een poging om het door langdurige inwerking van spijsverteringssappen het vlees als nog kapot te krijgen. Dat kost u heel veel energie, terwijl het niets oplevert. U kunt veel beter vlees eten, dat uw lichaam wél verteerd. Dat is vooral vlees van vogels en vis. Dat vlees doet er zo’n 10 à 12 uur over om in uw lichaam te verteren, terwijl varkenvlees zo’n 40 uur in uw lichaam blijft en dan nog niet verteerd is. Doordat varkensvlees niet of nauwelijks verteert, blijft er van de hoeveelheid varkensvlees die u gegeten heeft zo’n 33% aan afvalstoffen achter in uw lichaam. Die afvalstoffen vormen voor het merendeel ‘slakken’ die uw lichaam maar moeilijk kwijt raakt. De ‘slakvorming’ die varkensvlees in uw darmen geeft, kán wanneer u ouder wordt, op den duur darmkanker veroorzaken. ‘Slakvorming’, is het achterblijven van afvalstoffen in de darmen. Die afvalstoffen blijven vervolgens in de plooien van de darmen zitten en verdwijnen niet of maar heel moeizaam met uw ontlasting mee uw lichaam uit. Daarnaast is varkensvlees slecht voor uw astraal lichaam omdat het stoffen bevat waar het astrale lichaam slecht tegen kan. Wanneer u toch tijdens een etentje varkensvlees te eten krijgt, dan is het belangrijk om zoveel mogelijk te drinken. Wat u drinkt is daarbij niet zo belangrijk, het gaat om een zo groot mogelijke hoeveelheid vocht, waarmee u zo snel mogelijk dat vlees als het ware uit uw lichaam spoelt. Rundvlees is minder gemakkelijk te verteren dan vis of gevogelte, maar niet schadelijk voor uw lichaam en uw astraal lichaam. Lees verder in boek 2. St. Janskruid en Malvakruid (groot kaasjeskruid) en de werking daarvan op uw astraal lichaam Het is een bijzonder kruid dat een zeer sterke werking heeft op uw ziel en uw geestelijk bewustzijn. Het werkt bewustzijnsverruimend en het nivelleert negativiteit. Bovendien werkt het stimulerend en gezondmakend. Malvakruid werkt sterker dan St. Janskruid. Daarom is het belangrijk dat u het niet ‘zomaar’ gebruikt! St. Janskruid kunt u voor de dagelijkse dingen gebruiken. Malvakruid is speciaal voor noodsituaties. Bijvoorbeeld bij iemand die heel ziek is en hoge koorts heeft, iemand die overspannen is of zeer angstig. Gebruik in die gevallen het Malvakruid op exact dezelfde manier als het St. Janskruid. Zet er sterke thee van en laat die verdampen in uw omgeving. Of snuif de geur van verse bloemen in uw handen op. Eventueel kunt u zowel het St. Janskruid als het Malvakruid gebruiken door er gewoon thee van te zetten en die op te drinken.(laat de thee wat langer trekken dan gewone thee en neem wat meer kruiden, dan u theeblaadjes zou nemen) Maar snuif daarbij de geur van de warme thee op voor u hem drinkt. Spoel met de eerste slok thee alleen uw mond, spuug het vervolgens uit vóór u de rest van de thee gewoon opdrinkt. Door dit zo te doen, zal het St. Janskruid nog veel sterker op uw aura inwerken! In het geval van Malvathee niet meer dan 1 kopje thee per dag drinken en alleen wanneer u dat echt nodig heeft. Daarna overgaan op St. Jansthee en dan mag u 3 kopjes per dag, dat moet voldoende zijn. Gebruik kruiden wanneer u ze nodig heeft, maar stop er mee als u het niet meer nodig heeft!
15
UW AURA EN DE ROZE TOERMALIJN De roze toermalijn en zijn specifieke werking op bepaalde plaatsen binnen uw aura 1. Ter hoogte van uw navel: wanneer u het daar draagt versterkt hij uw zelfbewustzijn in de eerste plaats als ziel en in de tweede plaats ook als mens. 2. Op uw buik, precies op het midden van uw buik, zal hij bij de vrouw reinigend werken op de vrouwelijke organen. Daarnaast zal hij die organen bij de vrouw soepeler, sterker en weerbaarder maken, waardoor u er geen last van zult hebben. Het komt zelfs voor dat vrouwen die onvruchtbaar waren, na het dragen van een roze toermalijn toch kinderen kregen, want hij werkt uit de kracht van uw ziel. Wanneer het voor uw ziel belangrijk is om kinderen te krijgen, dan zal die ziel samen met die roze toermalijn er voor zorgen dat u toch kinderen krijgt. Uw ziel is echter niet onderhevig aan emoties en verlangens. Dat bent u als mens wel. Als het met de roze toermalijn niet lukt kinderen te krijgen, dan ligt dat niet aan de steen. Kinderen krijgen is voor u misschien niet weggelegd. Dat is hard en verdrietig, maar er zijn vele manieren om met kinderen in aanraking te komen in uw leven, van ze te houden, met ze om te gaan en ze iets mee te geven! Daarnaast zal de roze toermalijn, gedragen midden op de buik door zowel mannen als vrouwen, uw creativiteit versterken en naar buiten laten komen. 3. Om uw hals. Wanneer u een roze toermalijn om uw hals draagt, dan zal ze op langere termijn uw verkeerde en negatieve ademhaling omzetten in een positieve en goede ademhaling. Dat is een heel proces en vergt tijd. U zult dus in dit geval echt geduld moeten hebben! Daardoor kan hij ziekten als: astma, bronchitis (vooral chronische bronchitis) hyperventilatie etc. verminderen en soms helemaal laten verdwijnen. Daarnaast zal hij om uw hals gedragen uw spijsvertering regelen. 4. Op uw voorhoofd. Wanneer u de roze toermalijn op uw voorhoofd draagt, geeft hij u een stuk helderziendheid. Hij geeft u vooral zicht op eerlijkheid en daarmee opening van zaken, dus duidelijkheid. Daarnaast wast hij oud karma weg en opent voor u een nieuwe dimensie. Maar dat kan ook heel confronterend zijn! 5. Op de linkerkant van uw lichaam. Wanneer u hem aan de linkerkant van uw lichaam draagt, maakt deze steen u zacht, lief en vrouwelijk. 6. Aan de rechterkant van uw lichaam. Wanneer u deze steen rechts draagt, zal hij uw wilskracht versterkt naar buiten brengen. En hoe positief dat ook lijkt te zijn, weet wel waar u aan begint! Want niemand is voortdurend onder alle omstandigheden positief ingesteld. Daarnaast hebt u er binnen de kortste keren geen enkele invloed meer op! Uw wil gaat al gauw een eigen leven leiden, onder invloed van de roze toermalijn aan de rechterkant van uw lichaam gedragen. Doe dat dus niet! Lees verder in boek 2
DE WERKING VAN ZOUT EN ZINK OP UW AURA Wanneer u uw eigen energieën niet kunt vasthouden en daardoor te weinig energie in uw aura heeft, is dat meestal te wijten aan een tekort aan zout. Zout houdt niet alleen vocht vast in uw lichaam, maar houdt ook uw aura vast! Heel veel mensen eten geen of heel weinig zout, omdat ‘teveel’ zout niet goed is. En dat is zeker waar, maar wat is ‘teveel’? Dat is individueel bepaald! Het dikker worden van mensen heeft drie oorzaken: 1. ‘Te veel’ te eten, waardoor het vetweefsel toeneemt. 2. ‘Te veel lopen opvreten’ dat wil zeggen door teveel spanning en emoties vast te houden, waardoor uw lichaam vocht vast gaat houden. 3. Te weinig beweging. In alle gevallen neemt uw gewicht toe. En wordt u dikker! Helaas is dik worden voor de meeste mensen een combinatie van alle factoren. Daardoor houden ze niet alleen veel vocht vast, maar gaan ook uit een bepaalde onvrede meer eten en minder bewegen. En juist door die combinatie van ‘dikmakers’ raakt u maar heel moeilijk uw overgewicht kwijt. Vaak wordt de ‘schuld’ van het dik worden gezocht in het feit 16
dat u vocht en vet vasthoudt, maar in feite zijn dat alleen maar de gevolgen van… Wanneer u het dik zijn echt wilt aanpakken, moet u de oorzaak: onvrede, spanningen en emoties vasthouden, gaan aanpakken. En daarnaast meer gaan bewegen. Maar vaak wilt u snel resultaat en gaat daarom bijvoorbeeld géén zout meer gebruiken, want alle beetjes helpen. Wanneer u geen zout mág gebruiken van uw arts bijvoorbeeld bij hoge bloeddruk - houdt u daar dan aan! Maar wanneer u het om andere redenen niet doet, zorg er dan voor dat u elke dag een klein beetje zout binnen krijgt, zeker in de hete zomermaanden. Natuurlijk niet in de vorm van kilo’s zoute drop, chips of nootjes, maar in de vorm van een paar dropjes, chips of nootjes, of door zout toe te voegen aan uw eten. Mensen die te dik worden, houden vaak te veel spanning vast. Zij hebben daardoor ogenschijnlijk een grote sterke aura. Alleen die aura blaast u zo weg, die zit niet vast, die heeft geen materie.
Lees verder in boek 3.
17