het
Boomblad
Informatieblad voor de ouders november Maandag 2 studiedag is er een en zijn alle rij kinderen v
Publiek bij PleXatpodium De ouders van de kinderen die optreden zijn altijd van harte uitgenodigd om te komen kijken. Kinderen tot 4 jaar mogen niet in de zaal, voor hen zult u iets moeten organiseren (denk aan opa’s/ oma’s, een buurvrouw, de oppas). Lukt dit niet, dan bieden wij gratis kinderopvang aan. Deze opvang vindt plaats in De Boomhut. U kunt uw kind t/m donderdagochtend 8:30 uur aanmelden bij de directie of juf Gerda (gerda@ deboomladder.nl). Wilt u de naam van het kind noemen en de leeftijd? Alleen kinderen die aangemeld worden, kunnen opgevangen worden. Dit is noodzakelijk in verband met wettelijke regels voor de opvang.
2015
Agenda school 1 oktober 5 oktober 7 oktober 8 oktober 15 oktober 19 t/m 22 oktober 28 oktober 2 november 6 november
#04
28 september
13:15 uur PleXat Tijgers en de Beren 17:00 uur MR vergadering 13:00 uur opening Kinderboekenweek & PleXat groep 4A en 5A 8:30 uur Leerlingenraad - Maandthema: “Toekomstgericht & onderzoekend” 13:15 uur PleXat Olifanten en Krokodillen Herfstvakantie Luizencontrole Studiedag team • Alle kinderen vrij Rapport mee
Door de ogen van...
coördinator Manon
Ik zal mijzelf voorstellen, mijn naam is Manon Tieman en ik ben bij Villa Kakelbont werkzaam als een van de coördinatoren. Op dit moment ben ik betrokken bij het opzetten van het kindcentrum op De Boomladder. De samenwerking tussen Villa Kakelbont en De Boomladder wordt steeds sterker. Op dit moment zijn wij samen bezig om een kindcentrum neer te zetten. Sinds kort zijn wij gestart met de peuterspeelzaal, De Kikkers. Hier zijn kinderen vanaf 2,5 jaar van harte welkom. De kinderen worden op een speelse manier voorbereid op de volgende stap naar school. Doordat wij samenwerken met de Boomladder, is de overgang voor kinderen van de peuterspeelzaal naar school een stuk makkelijker. Ons gezamenlijke doel is dat een kind van 0 tot 12 jaar terecht kan voor zowel het kinderdag verblijf, maar ook voor naschoolse activiteiten. Ik ervaar om de samenwerking met De Boomladder als zeer prettig en zie er naar uit deze verder uit te breiden!
Ook in het nieuwe schooljaar worden er door leerkrachten leuke foto’s van de kinderen op de website gezet!!
www.deboomladder.nl > foto’s > fotoalbum
Boomblad #04 • 1
Door de ogen van de...
directeur
Per 1 augustus 2014 zorgt de Wet Passend Onderwijs ervoor dat de school zorgplicht heeft. Dit betekent dat wij de verantwoordelijkheid dragen om alle leerlingen een goede onderwijsplek te bieden. We werken samen met reguliere en speciale scholen in een regionaal samenwerkingsverband, om extra ondersteuning zo goed mogelijk te organiseren. In de media is al veel geschreven over de kanttekening rondom deze Wet Passend Onderwijs en ook wij kennen nadelen aan dit nieuwe systeem. Echter, we zijn heel trots dat we vanuit onze kracht op De Boomladder goed in staat zijn kinderen te begeleiden. De voorzitter van het Samenwerkingsverband heeft een succesverhaal van afgelopen jaar voorgedragen en dit ging over ons. Op dinsdag 22 september werd dit stuk gepubliceerd in Trouw:
Als Max gezien en gehoord wordt, kan hij alles MAAIKE BEZEMER − 22/09/15
Werkt de nieuwe Wet passend onderwijs? Leerkrachten klagen over de vele zorgleerlingen. En de Kinderombudsman ziet nog te veel thuiszitters. Max (12) was geen makkelijke leerling, maar belandde toch in een gewone brugklas. Gedragsproblemen waren er al langer, maar het laatste jaar was Max niet meer te houden. Hij was vaak boos, maakte ruzie. Soms liep hij gewoon weg. Zelfs de ouders van klasgenoten klaagden bij de directeur over ‘die stoorzender’ in groep acht. Uiteindelijk bleef Max maar thuis. Deze middag schuift hij rustig aan tafel. Net terug van zijn huidige school, een paar kilometer verderop in Broek op Langedijk. Een gewone brugklas, havo/vwo. Een paar jaar terug had een kind na zo’n crisis op school al gauw een doorverwijzing naar het speciaal onderwijs te pakken. Dat bleek bij Max niet nodig. Al vanaf de kleuterklas gedraagt Max zich anders dan andere kinderen. Hij wil niet mee naar verjaardagen, sportdag vindt hij vreselijk. Waar anderen snappen dat ze moeten stoppen met klieren, gaat hij te lang door. “Zo heeft hij de neiging zijn voet uit te steken”, vertelt moeder Madeleine Christophersen. “Grappig bedoeld, maar je maakt er geen vrienden mee.” In groep zes wordt pdd-nos geconstateerd. Dat is een sociale en communicatieve stoornis, verwant aan autisme, maar een lichtere variant. Dat stempel helpt, zeggen zijn ouders. “Nu was het ook duidelijk voor de buitenwacht.” Stoornis klinkt nogal heftig als je Max ziet: twaalf jaar, blonde stekels in de gel. Oké, hij doet alleen mee aan het gesprek als je hem iets vraagt, maar daar hebben meer pubers last van. Pdd-nos betekent vooral dat je prikkels moet voorkomen, zegt vader Egbert Christophersen. Klasgenoten moeten hem uitleggen hoe je samen speelt. Max sputtert. Helpen met spelen klinkt overdreven, vindt hij. “Het is meer dat ik de grappen vaak niet snap.” Door de diagnose krijgt hij vanaf groep zes een zogenoemd rugzakje met een persoonlijk budget, waaruit een onderwijsassistent wordt betaald. Max maakt twee keer in de week schoolwerk bij haar, ze doen een samenwerkingsspel of volgen een methode om zijn boosheid te reguleren. Zeven jaar lang gaat dat goed, maar dan is het crisis. Een nieuwe juf, geen hulp meer van de onderwijsassistent: Max kan er niet mee omgaan.
Crisis op school
Bij een crisis op school komt tegenwoordig een expert in actie. In dit geval is dat Danne Noë van het samenwerkingsverband Primair Onderwijs Noord-Kennemerland. Noë - zelf jarenlang meester in het speciaal onderwijs - heeft elf scholen in zijn werkgebied. Hij weet wat ze te bieden hebben: de een heeft veel ervaring met kinderen met sociale stoornissen, de ander met taalachterstanden. Noë brengt betrokkenen bij elkaar en overlegt met de intern begeleider, de leerkracht, de leerplichtambtenaar, de directeur, de ouders, ook met Max zelf. Er komt een ‘groeidocument’; dat is iets nieuws. Nogal een boekwerk, zegt Danne Noë. “Het is een leidraad om samen uit te zoeken wat de leerling nodig heeft. Wat werkt belemmerend, wat stimuleert het leren, ook thuis en in
Boomblad #04 • 2
vervolg zijn buurt. En uiteindelijk bekijken we samen welke school het best voorziet in de onderwijsbehoefte en of daar ondersteuning bij nodig is.” Noë is een paar weken zoet met de kwestie-Max. De school denkt dat de jongen naar het speciaal onderwijs moet om groep acht af te maken. Maar ‘passend onderwijs’ betekent dat de ouders nadrukkelijk meepraten. Terwijl zijn ouders en Noë hun verhaal vertellen, pakt Max er een memoblokje bij. Creatief vouwt hij de velletjes tot kunstwerkjes. Daar wordt-ie rustig van, zegt zijn moeder. Volgens de ouders ging de school te veel uit van de crisissituatie. “Waarom moest Max nog een half jaar naar speciaal onderwijs, terwijl het al die jaren ervoor goed is gegaan?” Blijven was geen optie, dat zag moeder Madeleine zelf ook. “In de eigen groep kreeg hij geen kans meer.” Max valt haar bij: “Ik wilde ook niet. Ik hoorde alleen nog negatieve dingen. Niet dat ze echt nare dingen tegen mij zeiden, maar zo voelde het wel.” Bij de directeur aanschuiven was ook geen optie. “Dat vond ik niks. Dan hoor je net zo goed niet bij een klas.” Uiteindelijk noemt Madeleine ‘De Boomladder’. Aarzelend, want daar werkt ze zelf. Maar die basisschool heeft een speciaal lokaal voor onderwijsondersteuning mét een gespecialiseerde onderwijzer. En juf Marjon werkt er. De Boomladder staat een wijk verderop. Na vieren is het er muisstil, juffen zitten alleen in hun lokaal, de schoonmaakster checkt de gangen. In de directiekamer vertelt juf Marjon Broers dat ze niet lang aarzelde toen ze over Max hoorde. “Kom maar op. Het kan toch niet dat zo’n jongen thuis zit! Ik heb ervaring, de organisatie van mijn klas is in orde, ik kan dit.” “Heel nobel natuurlijk, maar we hebben eerst gekeken of we dat konden waarmaken”, vult directeur Dorien Vader aan. In eerste instantie leek een speciale school logischer. Max zat echt in de put en in de klas was het behoorlijk uit de hand gelopen. “Je wilt niet dat hij na een maand wéér naar een andere school moet.” Met haar lokaal voor onderwijsondersteuning liep de school vijf jaar geleden al vooruit op passend onderwijs. Het is niet alleen voor de vroegere ‘rugzakleerlingen’ bedoeld, maar ook voor kinderen met wie het even niet zo lekker gaat, bijvoorbeeld omdat hun ouders in scheiding liggen. De directeur vindt haar school ook om andere redenen geschikt voor de opvang van zorgleerlingen. ‘Duidelijkheid, structuur, veiligheid en rust’ staat er op een kleurige poster aan de muur. De gangen zijn nú stil, maar overdag ook, is het streven. Er wordt niet gegild of gerend. Ouders mogen tot groep drie mee naar binnen, daarna nemen ze afscheid op de stoep. “Op andere momenten zijn ze heel welkom hoor”, grapt directeur Vader.
Ruzie bij de kapstok
Voor Max was dat nog niet evident: rustig naarbinnen lopen. Op de vorige school kwam hij amper zonder ruzie bij de kapstok. Marjon Broers: “’Dan ga je gewoon eerst even naast mij staan’, stelde ik voor. ‘En als iedereen weg is, hang jij je spullen op’.” Het verbaasde hem zelf ook dat het goed ging. Uiteindelijk heeft Max het extra lokaal niet eens nodig. Marjon kan het af met haar ‘pedagogisch hart’ en ‘vertrouwen’. Elke dag na school bespreekt ze met hem wat er goed en minder goed is gegaan. “Het leek of Max zich voor het eerst realiseerde dat hij kwaliteiten had. Het is een heel attente jongen. Maar ook grappig.” Als je ook de positieve dingen benoemt, krijgen kinderen een beter zelfbeeld en leren ze keuzes maken, weet Broers. “Zo weet Max nu dat hij bij conflicten zelf een rol speelt en ervan weg kan blijven.” Dorien Vader had met de wet op passend onderwijs gehoopt op minder bureaucratie. “Er zijn geen indicaties meer voor rugzakjes, minder geleur om geld. Maar voordat je hulp kunt inschakelen, moet je toch eerst onderzoek doen, documenten aanleveren.” Ze tikt op een dikke map met gegevens over zorgleerlingen. “Er is beter contact met de leerplichtambtenaar en met jeugd- en gezinscoaches. Maar de inspectie rekent de school nog steeds af op prestaties. Max is nu door naar havo/vwo, maar dat is natuurlijk niet elke zorgleerling gegeven.” Passend onderwijs kost ook tijd. Het afsluitende kwartiertje met Max elke dag, dat was Broers eigen tijd. Het vraagt wat van je, maar het is heel fijn dat hij nu gewoon functioneert, zegt ze. “Zo hoort het. Ook al hebben kinderen extra zorg nodig, je moet ze niet buiten de samenleving plaatsen. Niemand wil met de bus naar een aparte school.”
Boomblad #04 • 3
vervolg Terug naar de familie Christophersen. Terwijl ze in groep zeven nog uitgingen van een schakeljaar in een orthopedagogisch didactisch centrum, draait Max nu mee op de reguliere scholengemeenschap Jan Arentsz. Het is een kleine school, zegt zijn vader. “Havo/vwo in dubbele blokuren, zodat hij maar drie verschillende leraren per dag voor zijn neus heeft. Inmiddels kunnen ze in een paar woorden uitleggen wat hun zoon nodig heeft: duidelijkheid, structuur en positieve aandacht. Egbert: “Natuurlijk houdt hij zijn onrust. Hij kan moeilijk filteren. Het is als een emmertje dat je elke dag even moet legen, anders wordt het te vol in zijn hoofd.” Op het Jan Arentsz heeft Max twee keer per week een gesprek met de leerlingbegeleider. Madeleine: “Als hij gezien en gehoord wordt, kan hij alles.” De ouders hebben een week geleden kennisgemaakt met de docenten. “U bent van Max? O, die kennen we wel. Hij is wat onrustig in de les.” “Het helpt nu ze weten wat er aan de hand is”, zegt moeder. Max mocht vandaag zelfs zijn velletjes vouwen tijdens Frans, vertelt hij. “En aan het eind van de les deelde ik ze uit.” Dan maakt hij een eind aan het gesprek. Hij heeft een uur aan tafel gezeten én gevouwen. “Mag ik nu naar mijn kamer?”
Ieder op de juiste plek
De Kinderombudsman concludeerde deze maand dat er veel misgaat met passend onderwijs. Succesverhalen hangen nog te veel af van individuele leraren en schoolbesturen met lef. Samenwerkingsverbanden die ervoor moeten zorgen dat elk kind op een school terechtkomt die bij hem past, zouden financiële en organisatorische belangen zwaarder laten wegen dan de belangen van het kind. Astrid Ottenheym, directeur van het samenwerkingsverband Noord-Kennemerland, vindt dat er te veel geklaagd wordt over wat er niet goed gaat. “Het grote voordeel is dat nu wordt samengewerkt. De begeleidende expert is onderwijskundige, niet iemand die het kind aan een medische keuring onderwerpt. Geen uitgebreide aanvraagformulieren, maar een gezamenlijk plan, waarbij de ouders intensief betrokken zijn.” Ging er voorheen iets mis op school, dan was het aan de ouders om financiering aan te vragen voor ondersteuning of een indicatie voor speciaal onderwijs. Kon een kind niet terecht op de school van aanmelding, dan moesten de ouders op zoek naar een alternatief. Sinds 1 augustus 2014 is er de Wet passend onderwijs. Die verplicht alle scholen voor iedere leerling plek te maken. Nederland telt 76 samenwerkingsverbanden in het primair onderwijs. SWVPO Noord-Kennemerland verbindt de 103 basisscholen in Alkmaar, Heerhugowaard, Heiloo en Broek op Langedijk. Daar gaan 21.000 leerlingen naar school, maar echt bemoeienis hebben de onderwijsexperts met de 650 kinderen uit het speciaal (basis)onderwijs en zo’n 500 kinderen die extra ondersteuning krijgen op de gewone basisscholen. Experts zoals Danne Noë hebben elk negen tot veertien scholen onder hun hoede. Ze komen er heel regelmatig en kennen de interne begeleiders. Ze hebben ook direct contact met jeugdhulpverleners, leerlingenvervoer en leerplichtambtenaar. Elk werkgebied heeft een eigen budget, waarop scholen aanspraak kunnen maken. Maar pas als ze hebben geformuleerd welke hulp nodig is, benadrukt Ottenheym. “Je kijkt heel gericht wat een leerling nodig heeft en daar zoek je een oplossing voor. Je denkt niet vanuit geld maar vanuit de vraag. Dat is voor iedereen wennen.” Ook het probleem van kinderen die thuis zitten, speelt nauwelijks in Kennemerland. Ottenheym: “Achttien kinderen hebben we dit jaar op een goede plek gekregen, met twee vierjarigen is het nog niet gelukt.”
Boomblad #04 • 4
september De leerlingenraad op 24 8A) (geschreven door Noara,
d over “buitensluiten”. d geregeld en we hebben het geha nraa linge leer de c Mar r ste mee t Vandaag heef sluiten we niemand buiten”. ook gehad over “Op De Boomladder Punt 1: Vorige keer hebben we het wisten over de vorige keer. We hebben herhaald wat we nog toon zegt dat je niet mee echt? Als iemand op een normale Punt 2: Wat is buitensluiten nou egt waarom iemand niet mee luiten? Nee, als je ook maar uitl ens buit ook dan dat is doen mag en. r er een vervelend gevoel bij hebb kan spelen. Dan nog kan de ande waarop je nee zegt. Groep 7/8 had het over de manier ? ken pro bes klas de in er is Punt 3: Wat anders aan dan bedoeld. akken. Soms komt een antwoord Groep 8 zegt: Hoe kun je het aanp kenis van buitensluiten gehad. En groep 5 heeft het over de bete eeld buitengesloten. Het gaat bijvoorb is meestal de rede dat er wordt Punt 4: Iedereen is anders en dat
heel vaak om de huidskleur of zo. Punt 5: Tops aan De Boomladder: gewoon met elkaar. - Jongens en meisjes spelen ook isterd. - Er wordt goed naar elkaar gelu l buitengesloten. n niveau en voel je je minder sne eige je op je k wer lets tab Met meer dan op school, want buiten school? Ja, misschien wel Punt 6: Gebeurt buitensluiten ook lijk. daar ben je van niemand afhanke Punt 7: Tips voor de Boomladder: nog meer op pesten letten. iemand verliefd is. Dus we moeten er als d laag gep vaak dt wor Er d alles wat er gebeurt. - De leerkrachten zien niet altij pteren. r mee wil doen, moet je dat acce - Als iemand zegt dat hij niet mee ze gespeeld mogen en welke spelletjes er in de pau prek afs hten krac leer de met ten - Kinderen moe bij horen. worden en welke regels daar dan
Prietpraat Voorstelronde in de plusgroep van De KlimOp n.a.v. de bladen die ze hebben ingevuld hebben. Op het blad staat -> leeftijd… jaar. Leerling: “Mijn levertijd is 7 jaar”. Een leerling uit groep 5A is zich aan het voorstellen en wil vertellen wanneer haar geboortedatum is. Ineens stopt ze en zegt ze: “Oh, ik heb het fout gedaan, want hier staat mijn verjaardag”. Een leerling uit groep 4A zegt: ‘Juf, als je het fijn hebt op school, gaat de dag lekker snel”. Juf: “En, heb je het fijn op school?”. Leerling: “JA!” Een leerling uit 6A zegt: “Mam, mijn vriendje kan niet bij ons spelen vanwege de hond. Hij heeft iets aan zijn neus… een archeoloog ofzo ! (i.p.v. allergie)
Boomblad #04 • 5
Door de ogen van...
juf Carolien
Nieuw schooljaar, nieuwe school, nieuwe klas, nieuwe collega’s. Spannend en nieuw, maar wat zijn de eerste weken omgevlogen! Ik mocht dit schooljaar de Tijgergroep overnemen. Heel iets anders dan de bovenbouwgroepen waar ik voorgaande jaren aan lesgeven heb. Maar een paar weken verder ben ik er achter gekomen hoe anders, maar ook hoe leuk deze doelgroep is. En wat kunnen de Tijgers hard werken! In de afgelopen weken hebben we het over ‘kunst’ gehad. De meest prachtige kunstwerken zijn er gemaakt door de kinderen. Met behulp van een kunstenaar en ouders veranderde de klas langzaam in een museum. Ook kwamen er muzikanten langs en mochten de kinderen instrumenten proberen. Leuk om te zien hoe de kinderen hiervan genoten.
Inmiddels zijn we gestart met een nieuw onderwerp: Meten en weten. Er wordt gewogen, cijfers getekend, voorwerpen geteld en van alles opgemeten. En zijn we begonnen met de kleuterbibliotheek. Ook in deze bibliotheek mogen boeken geleend en mee naar huis genomen worden. De kinderen maken elkaar alvast enthousiast over het boek dat ze thuis hebben. Wat heel leuk is om te zien, maar ook heel stimulerend werkt: Boeken zijn leuk! Tussendoor wordt er geoefend voor PleXat, gaan we naar Cool en is het Kinderboekenweek. Er valt dus genoeg te beleven en te doen in de Tijgergroep!
Boomblad #04 • 6
Langs de klassen De directie van de school gaat regelmatig de klassen in en ‘flitst’ dan binnen om te kijken hoe het gaat. Wij halen hier altijd veel informatie en inspiratie uit en dit geeft vaak weer aanleiding tot mooie gesprekken en ontwikkelingen. In deze rubriek nemen wij u mee in een stukje van onze flitsbezoeken.
De kleuters krijgen sinds dit schooljaar zo nu en dan de mogelijkheid om op school een boekje te lenen. Samen met een hulpouder kiezen de kinderen een passend boek en nemen dit mee in een speciaal rugzakje.
Boomblad #04 • 7
ingezonden
LE EST IP S LEESTIP 01 In de dierentuin: mijn flap-zoek-speurboek Vanaf ca. 4 jaar Auteur: Ines Rarisch Wie heeft de langste tanden? Wie krijgt er binnenkort een baby? Waar is de zakkenroller actief? Wie is er bang voor spinnen? Voor de echte speurneuzen onder ons is dit groot formaat prentenboek met tal van interactieve gebruiksmogelijkheden een echte aanrader. Wat gebeurt er allemaal in de dierentuin? Elke pagina beslaat een zoekopdracht. Deze vragen zijn met kleurencirkels gemarkeerd, die corresponderen met de kleuren rond de kijkgaten in de paginagrote flappen die aan het voor- en achterplat zijn bevestigd. Die flappen kunnen over elke pagina worden gelegd om de antwoorden te vinden.
LEESTIP 02 Ik denk dat wij nu vrienden zijn Voorlezen vanaf ca. 6 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar Auteur: Wouter Klootwijk De plek waar Adri, Martje en Wim altijd samen komen is onder de brug. Soms zitten ze gewoon te praten. Ze bedenken daar allerlei spelletjes en beleven, vaak in hun fantasie, de leukste avonturen. Iedere dag beleven ze wel iets. De oom van Adri zorgt vaak voor iets onverwachts.
LEESTIP 03 Stijn, uitvinder, zet een tent op Vanaf ca. 8 jaar Auteur: René van der Velde Stijn gaat op vakantie met zijn ouders, zijn babyzusje Roos en zijn grommende puberbroer Rom. Ze gaan met de auto naar Frankrijk. Zijn vader wil graag voor de ergste drukte langs Parijs zijn, dus moet er snel ingepakt worden. Stijn ontdekt dat de ergste drukte helemaal niet bij Parijs is, maar bij het inpakken van de auto. Met zijn vriend Omar slaapt Stijn in een tentje. Die hebben ze zo opgezet, fluitje van een cent. Samen bouwen ze een dam in de beek om de blote mensen verderop weg te jagen, ontmoeten een beer(tje) en leren hem per ongeluk een heel handig kunstje.
Boomblad #04 • 8
ingezonden
LE EST IP S LEESTIP 04 De duik Vanaf ca. 10 jaar Auteur: Sjoerd Kuyper Deze Roly woont met zijn Nederlandse moeder en Curaçaose vader in Willemstad, op het stralende eiland Curaçao. Ze delen een geheim: wie bij nieuwe maan onder de Pontjesbrug doorzwemt, komt in het verleden. Zo maken Roly en zijn vader samen meerdere reizen door de tijd. Maar op een dag gaat zijn vader alleen, en komt niet meer terug. Zijn moeder denkt dat hij er vandoor is met een andere vrouw en vertrekt met Roly terug naar Nederland. Wie moet zijn vader nu redden? Dit boek is niet als gewoon verhaal geschreven, het bestaat uit heel veel kleine stukjes. Een mop, een gedicht, een smsje, een opstel van Roly, een stukje filmscenario. Omdat je niet meteen ziet hoe elke tekst in het verhaal past, kost het soms wat moeite om door te lezen. Gelukkig helpen de schitterende platen je daarbij, en aan het eind zie je hoe het allemaal als een puzzel in elkaar past. Zou Roly´s vader nog terugkomen?
Deze en andere leestips kunt u vinden op www.bibliotheekkennemerwaard.nl/jeugd
KINDERBOEKENWEEK: Lied en videoclip Raar maar waar Kinderen voor Kinderen zingt net als ieder jaar een themalied voor de Kinderboekenweek. Het thema dit jaar is ´Raar maar waar´ en dat is ook de titel van het lied. De videoclip is net verschenen. Schrijver Jan Paul Schutten, de nieuwe Kinderboekenambassadeur, schreef dit lied, samen met muziekproducent Tjeerd Oosterhuis. Het gaat over nieuwsgierig zijn naar hoe alles werkt: Het is raar, het is raar maar waar Dat de wind hard waaien kan Dat water bevriezen kan Ik word er zo nieuwsgierig van Het is raar maar waar
Bekijk de videoclip via de website van de Kinderboekenweek: www.kinderboekenweek.nl Op de website van Kinderen voor Kinderen vind je ook een karaokeversie, een dansinstructie en achter de schermen-filmpjes. Jan Paul Schutten schrijft ook informatieve boeken, zoals Jij bent je brein, Paarden, zwaarden en rare baardenen Het raadsel van alles wat leeft. Hij won al twee keer een Gouden Griffel.
Boomblad #04 • 9
ingezonden
Kinder Repair Café dinsdag 29 september (14.30 uur tot 17.00 uur) Bibliotheek Heerhugowaard Je hoeft je kapotte knuffel of waveboard niet weg te gooien, je kunt het ook repareren! Kom naar het Kinder Repair Café in Heerhugowaard. Deskundige vrijwilligers proberen samen met jou kapotte schooltassen, knuffels, poppen, brandweerauto’s, waveboards en nog veel meer te repareren. Kinderen, onder begeleiding van een volwassene, zijn vanaf 29 september elke 4e dinsdag van de maand van harte welkom! Je hoeft je kapotte spullen niet meteen te vervangen voor iets nieuws. Het is vaak nog te herstellen. Kom met je kapotte speelgoed naar Bibliotheek Kennemerwaard locatie Heerhugowaard Centrum en wij proberen er met jou iets aan te doen!
Bibliotheek Heerhugowaard Centrum Tijd 14.30 – 17.00 uur Toegang gratis Voor opgave of informatie kunt u mailen naar:
[email protected]
Boomblad #04 • 10